NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL IN ROZENDAAL GGD-advies in relatie tot luchtkwaliteit
www.vggm.nl
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
Datum: 28 februari 2012 Kenmerk: OS 29377 Auteurs: Ir. C. Zwerver, senior adviseur milieu & gezondheid Dr. Ir. M. Zuurbier, senior adviseur milieu & gezondheid Team Milieu & Gezondheid GGD Gelderland-Midden Opdrachtgever: Gemeente Rozendaal
pagina 2
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
Inhoud Pagina
1. Locatiekeuze van de Dorpsschool
4
2. Gezondheidseffecten van luchtverontreiniging
6
2.1. Luchtverontreiniging leidt tot gezondheidsklachten
6
2.2. Gezondheidseffecten van luchtverontreiniging bij kinderen langs drukke wegen 2.3. Wet- en regelgeving luchtkwaliteit en GGD afstands-advies
7 7
2.4. Roet: een ‘gevoelige’ indicator voor gezondheid en luchtverontreiniging van wegverkeer
8
3. TNO onderzoek naar de luchtkwaliteit
10
4. Gezondheidsbeoordeling
13
5. GGD advies over nieuwbouw van de Dorpsschool in relatie tot luchtkwaliteit
15
Literatuur
16
Bijlage
17
pagina 3 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
1.
Locatiekeuze van de Dorpsschool
In Rozendaal wil de gemeente op de locatie De Del op circa 200 meter afstand van rijksweg A12 een nieuwe wijk en nieuwbouw van de Dorpsschool realiseren. Eerder onderzoek naar de luchtkwaliteit laat zien dat wettelijke grenswaarden voor fijn stof (PM10) en stikstofdioxide (NO2) niet overschreden worden. Niet in 2011 en ook niet voor de peiljaren 2015/2020 waarbij met de toenemende verkeersdrukte op de A12 rekening is gehouden. De gemeenteraad van Rozendaal heeft voor het aanwijzen van de locatie De Del als nieuwbouwlocatie voor de Dorpsschool de voorwaarde verbonden dat deze locatie ten aanzien van alle milieuaspecten voldoet aan de normen die gelden voor de bouw van een school. In dit verband heeft GGD Gelderland- Midden op verzoek van de gemeente hierover in 2009 het volgende advies uitgebracht:
Wanneer de locatiekeuze van de school ligt tussen de 100 - 300 meter van de snelweg, is het advies nee tenzij... •
Er een uitvoerige afweging plaatsvindt t.o.v. alternatieve locaties;
•
Er verkeersmaatregelen plaatsvinden m.b.t. de A12 (bronbestrijding);
•
Buffers gerealiseerd worden langs de A12; schermen, groen, verdiepte ligging;
•
Het binnenmilieu in de school van goede kwaliteit blijft door ondermeer; o
Plaatsen van fijn stoffilters;
o
Keuze aanzuiging (gebalanceerde) ventilatie;
o
Verstandig (bouw)ontwerp met het oog op binnenluchtkwaliteit.
De GGD heeft de gemeente dit geadviseerd omdat bij kinderen gemiddeld meer luchtwegklachten voorkomen, zoals astma, wanneer ze dicht bij een snelweg wonen of naar school gaan. Ook wanneer wordt voldaan aan wettelijke grenswaarden voor luchtkwaliteit kunnen op locaties met veel verkeer gezondheidseffecten optreden. Het GGD advies is tijdens bijeenkomsten in 2009 (voor de gemeenteraad) en 2011 (voor de ouders) mondeling toegelicht. Hierbij is ingegaan op de wetenschappelijke kennis over verkeersgerelateerde gezondheidseffecten nabij drukke wegen. Ook is bij die bijeenkomsten het GGD afstandsadvies uit de landelijke GGD Richtlijn luchtkwaliteit en gezondheid toegelicht.
pagina 4 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
Dit advies is als volgt geformuleerd:
•
Geadviseerd wordt om voorzieningen voor gevoelige groepen niet binnen 300 meter van de snelweg te bouwen, onafhankelijk van de vraag of aan de grenswaarden wordt voldaan;
•
Het realiseren van gevoelige bestemmingen op minder dan 100 meter wordt sterk afgeraden;
•
Geadviseerd wordt niet te bouwen direct langs drukke wegen, waarbij ‘druk’ gedefinieerd is als een verkeersintensiteit van meer dan 10.000 motorvoertuigen per etmaal.
In 2011 heeft de GGD haar advies nogmaals bevestigd in een brief aan het college (bijlage 1).
Om verdergaand inzicht te krijgen in het verschil in luchtkwaliteit op de huidige en beoogde locatie van de Dorpsschool, én in de consequenties voor de volksgezondheid, heeft de gemeente in juli 2011 opdracht gegeven voor het uitvoeren van metingen naar de luchtkwaliteit. Deze metingen zijn door TNO uitgevoerd en gerapporteerd aan de gemeente (TNO report TNO060-UT-2012-00194). De GGD is gevraagd om op basis van de resultaten van het TNO 1
onderzoek, én nieuwe kennis met betrekking tot roet als gezondheidsindicator voor de luchtkwaliteit, opnieuw advies uit te brengen over nieuwbouw van de school op de locatie De Del in relatie tot de volksgezondheid. In figuur 1 is de huidige locatie van de Dorpsschool aan de Steenhoek nabij de Schelmseweg en de beoogde locatie De Del nabij de A12 weergegeven.
Figuur 1. Locatie de Steenhoek (zwarte cirkel rechts) en locatie De Del (zwarte cirkel links). De rode cirkel is de TNO meetlocatie aan de Del. Bron: Google Earth/TNO. 1
Waar roet staat wordt in dit rapport het deel elementaire koolstof (EC) van roet bedoeld. Dit is door TNO
gemeten.
pagina 5 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
2.
Gezondheidseffecten van luchtverontreiniging
2.1.
Luchtverontreiniging leidt tot gezondheidsklachten
Uitgebreid onderzoek laat zien dat luchtverontreiniging bij mensen tot gezondheidsklachten leidt. Bij de inademing van lucht ademt iemand ook de stoffen in waarmee die lucht vervuild is. De ingeademde stoffen komen dus direct in aanraking met de luchtwegen. De grootte van de fijn stof deeltjes bepaalt de mate waarin fijn stof bij inademing kan doordringen in longen en 2
luchtwegen. Grove stofdeeltjes, die groter zijn dan 10 µm , worden grotendeels afgevangen in de neus-keelholte. De neus werkt als een soort filter, waardoor niet al deze stofdeeltjes de longen inkomen. 3
Fijn stof wordt meestal gekarakteriseerd als PM10 . Dit zijn deeltjes met een diameter kleiner dan 10 µm. Ook wordt gesproken van PM 2.5: deeltjes met een diameter kleiner dan 2.5 µm. De “grove” fractie van PM10 (met een diameter tussen de 2,5 en 10 µm) zijn deeltjes die via de luchtpijp de lagere luchtwegen bereiken. PM2.5 dringt dieper in de longen door tot in de longblaasjes. De ultrafijne fractie van roetdeeltjes bestaande uit deeltjes met een diameter kleiner dan 0.1 µm (PM0.1) kan tot in de bloedbaan doordringen.
Uit het vele onderzoek in binnen en buitenland blijkt dat ultrafijne roetdeeltjes in uitlaatgassen (van vooral dieselmotoren) een belangrijke rol spelen bij de gezondheidsrisico’s langs drukke wegen. Wetenschappers en deskundigen beschouwen roet als de fractie uit het mengsel van verkeersgerelateerde luchtverontreiniging die het meest schadelijk is voor de gezondheid. Zowel de Gezondheidsraad als het RIVM hebben op basis van wetenschappelijke studies vastsgesteld dat het wonen of naar school gaan nabij drukke wegen ongezonder is dan op grotere afstand van de weg. Een “veilige” afstand waarbuiten er geen sprake is van gezondheidsrisico’s kan niet worden vastgesteld. Dit komt doordat vele factoren een rol spelen, zoals het aantal auto’s op de weg, het aandeel zwaar verkeer (vrachtwagens en bussen), het optreden van files en veelvuldig remmen en optrekken, topografie en dergelijke.
2 3
-6
µm staat voor micrometer, 10 meter PM staat voor ‘particulate matter’ en geeft de diametergrootte van de stofdeeltjes aan.
pagina 6 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
2.2.
Gezondheidseffecten van luchtverontreiniging bij kinderen langs drukke wegen
Naast ouderen en mensen met een hart- of longziekte zijn kinderen extra kwetsbaar. De Wereldgezondheidsorganisatie wijst er op dat kinderen ten opzichte van volwassenen extra gevoelig zijn voor blootstelling aan luchtverontreiniging omdat: •
Kinderen relatief veel lucht inademen (in verhouding tot hun lichaamsgewicht);
•
Kinderen kleinere longen en luchtwegen hebben;
•
Kinderen kwetsbare luchtwegen en longblaasjes hebben omdat ze nog in ontwikkeling zijn;
•
Kinderen meer tijd in de buitenlucht verblijven;
•
Kinderen meer in de buitenlucht bewegen door sport en spel;
•
Kinderen vaker astma hebben;
•
Kinderen vaker acute luchtweginfecties hebben.
Kinderen die dicht langs drukke wegen wonen of naar school gaan hebben, gemiddeld genomen, meer luchtwegklachten dan kinderen die ver van drukke wegen wonen of naar school gaan. Het gaat dan om astmatische klachten, hoesten, en kortademigheid door een verminderde longfunctie. Er zijn duidelijke aanwijzingen dat blootstelling aan verkeersgerelateerde luchtverontreiniging astma bij kinderen kan veroorzaken. Nederlands onderzoek heeft aangetoond dat vooral het aantal vrachtauto’s op de snelweg samenhangt met luchtwegklachten en een verlaagde longfunctie bij kinderen. Als kinderen langdurig verblijven langs drukke snelwegen kan dit leiden tot een blijvende vermindering van de longfunctie. Dit blijkt bij zowel astmatische als bij niet astmatische kinderen het geval te zijn. Deze klachten kunnen van invloed zijn op het dagelijks functioneren, zowel fysiek, emotioneel als sociaal. De onderzoeken zijn gedaan door grote groepen kinderen met elkaar te vergelijken. Op basis daarvan kunnen uitspraken worden gedaan op groepsniveau. Voor een (individueel) kind betekent dit dat de kans op luchtwegklachten en lagere longfunctie iets groter is. Er zijn andere factoren die mede bepalen hoe de luchtwegen zich zullen ontwikkelen en of een kind luchtwegklachten zal krijgen.
2.3.
Wet- en regelgeving luchtkwaliteit en GGD afstands-advies
De EU kent wettelijke grenswaarden voor fijn stof (PM10) en stikstofdioxide (NO2). Voor PM2.5 zijn nieuwe Europese grenswaarden opgesteld die in 2015 van kracht worden. Deze grenswaarden beschermen de gezondheid onvoldoende. De wettelijke grenswaarden zijn een compromis tussen enerzijds de bescherming van de gezondheid en anderzijds de haalbaarheid van de normen. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft voor PM10 een aantal jaren terug een gezondheidskundige advieswaarde opgesteld die beduidend lager ligt dan de huidige wettelijke grenswaarde. Voor PM2.5 is de nieuwe grenswaarde meer dan twee keer zo hoog als de advieswaarde van de Wereldgezondheidsorganisatie. De grenswaarden voor stikstofdioxide (NO2) zijn gelijk aan de advieswaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie en geven voor
pagina 7 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
veel mensen voldoende bescherming voor luchtwegklachten op lange termijn. Deze advieswaarden zijn echter gebaseerd op de gezondheidseffecten van NO2 zelf. Uit het onderzoek nabij snelwegen is bekend dat ook bij concentraties NO2 onder de norm gezondheidseffecten optreden, vooral bij gevoelige groepen zoals kinderen. Deze effecten worden toegeschreven aan stoffen die met NO2 samenhangen. Wanneer NO2 wordt gebruikt als gezondheidsindicator voor het mengsel van verkeersgerelateerde luchtverontreiniging zou de advieswaarde (veel) lager moeten liggen.
Met het Besluit Gevoelige Bestemmingen luchtkwaliteitseisen is de vestiging van gevoelige bestemmingen in de nabijheid van provinciale en rijkswegen beperkt toegestaan. Als gevoelige bestemming zijn in het Besluit aangemerkt: scholen, kinderdagverblijven, verzorgings-, verpleeg- en bejaardentehuizen. Binnen 300 meter van een snelweg of binnen 50 meter van een provinciale weg mag een gevoelige bestemming alleen worden gerealiseerd wanneer er geen sprake is van een (dreigende) overschrijding van de grenswaarden. De GGD’en in Nederland vinden dat het Besluit Gevoelige Bestemmingen onvoldoende bescherming biedt tegen het optreden van gezondheidseffecten bij nieuwe projecten. Binnenstedelijke wegen zijn niet in het Besluit opgenomen en – zoals hierboven al is aangegeven - de wettelijke grenswaarden beschermen de gezondheid onvoldoende. Ook wanneer wordt voldaan aan wettelijke grenswaarden kunnen op locaties met veel verkeer gezondheidseffecten optreden blijkt uit onderzoek. Tevens merkt de GGD (samen met RIVM en Gezondheidsraad) ook woningen aan als gevoelige bestemming aangezien het wonen langs de (snel)weg ook geassocieerd is met gezondheidseffecten. Uit wetenschappelijk onderzoek in binnen- en buitenland blijkt dat de afstand tot een drukke weg een goede gezondheidsindicator is voor blootstelling aan verkeersgerelateerde luchtverontreiniging. De Gezondheidsraad wijst op nadelige gezondheidseffecten bij mensen die binnen een afstand van enkele honderden meters tot ongeveer 1000 m van een verkeersader af verblijven. De GGD’en in Nederland hebben een afstandsadvies opgesteld (GGD Richtlijn luchtkwaliteit en gezondheid, zie hoofdstuk 1).
2.4.
Roet: een ‘gevoelige’ indicator voor gezondheid en luchtverontreiniging van wegverkeer
Voor roet is geen wettelijke grenswaarde maar het is een indicator die zeer gevoelig is voor de door het verkeer veroorzaakte luchtverontreiniging. Door de hoge bijdrage aan de achtergrondconcentratie is het een heel goede indicator om zeer lokaal - direct langs een drukke weg - de specifieke invloed van het verkeer op de luchtkwaliteit en gezondheid te kunnen beoordelen. NO2 is ook een indicator die meer door de nabijheid van de weg wordt beïnvloed – zij het in mindere mate dan roet – maar voortschrijdend inzicht geeft aan dat NO2 in mindere mate geschikt wordt geacht als indicator voor wegverkeer dan tot voor kort werd gedacht. De reden hiervoor is dat er geconstateerd is dat er sprake is van een toename van het aandeel NO2 in
pagina 8 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
het NOx-mengsel dat door verkeer wordt uitgestoten als gevolg van de toepassing van roetfilters. Vanwege de (veel) geringere bijdrage van de weg aan de achtergrondconcentraties zijn PM10 en PM2.5 geen gevoelige indicatoren voor wegverkeer. Roet kan goed worden ingezet als gezondheidsindicator bij de evaluatie van verkeersmaatregelen en bij de afwegingen in het kader van een ‘goede ruimtelijke ordening’. De wetenschappelijke kennis over acute gezondheidseffecten van roet (dagelijkse sterfte en ziekenhuisopnames) en chronische effecten (sterfte en levensduurverwachting) is zeer recent op een rij gezet. In een groot aantal studies worden gezondheidseffecten aangetoond. Onderzoek wijst onder meer uit dat een vermindering in de concentraties PM2.5 een onderschatting geeft van de werkelijk te realiseren gezondheidswinst ten opzichte van roet. Dit 3
komt doordat de gezondheidseffecten voor roet (per µg/m ) veel groter zijn dan voor PM2.5. In een brief aan de Tweede Kamer (14 november 2011) heeft staatsecretaris Atsma van Infrastructuur & Milieu aangegeven zich in te willen zetten ‘om de toepassing van een roetindicator als ondersteuning van het lokale luchtkwaliteitsbeleid mogelijk te maken’. Bij het ministerie is hierop beleidsontwikkeling in gang gezet.
pagina 9 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
3.
TNO onderzoek naar de luchtkwaliteit
TNO heeft van 21 september tot 15 december 2011 metingen verricht naar de luchtkwaliteit op de huidige schoollocatie aan de Steenhoek en op de locatie op De Del. De stoffen die gemeten zijn betreffen roet (EC), NO2 en PM2.5. Bij de interpretatie van de meetresultaten moet rekening worden gehouden met het gegeven dat in het najaar de luchtconcentraties in het algemeen hoger zijn dan de jaargemiddelde concentraties. Dit heeft onder andere te maken met de voor verspreiding van luchtverontreiniging slechtere meteorologische omstandigheden. De meetresultaten zijn daarom door TNO gecombineerd met meteorologische gegevens op lange termijn door middel van langjarig gemiddelde meetgegevens van het RIVM meetstation in Wekerom. Ook heeft TNO modelmatige berekeningen verricht en die naast de meetuitkomsten gelegd. Op deze manier is er een representatief inzicht verkregen in de concentratieverschillen tussen de beide locaties. In tabel 1 zijn de meetresulaten van TNO samengevat. Voor technische informatie over het onderzoek wordt verwezen naar het rapport van TNO. -3
Tabel 1. Samenvatting van door TNO gemeten concentraties (µg.m ) op basis van lange termijn gemiddelde meteorologie en correctie voor RIVM meetstation Wekerom. Verschil = nieuw/oud (%). De verschilpercentages zijn door de correctie niet gewijzigd.
Roet (EC) Roet (EC) Roet (EC) NO2 NO2 PM2.5 PM2.5 PM2.5
Model Model Meting Model Meting Model Model Meting
Achtergrond
De Steenhoek
De Del
Verschil (%)
1 0,5
1,10 0,60 1,41 17,9 21,8 14,0 14,1 17,3
1,16 0,66 1,57 19,4 23,8 14,3 14,0 16,6
+5,5 +11% +11,9 +8,4 +8,8 +2,1 +1% -4,3
16 13,8 GCN 13,8 vast
Significantie 95% betrouwbaarheidsinterval nvt nvt + nvt nvt nvt -
Uit het TNO onderzoek blijkt dat de bijdrage van lokale bronnen (zoals de A12) ten opzichte van de achtergrondconcentratie, voor roet en NO2 substantieel zijn. Dit geldt niet voor PM2.5. Alleen de verschillen in roetconcentaties tussen de beide locatie zijn significant. Tijdens de meetperiode was de maximumsnelheid op de A12 90 km per uur vanwege werkzaamheden. Normaal is de maximumsnelheid op dit wegstuk 100 km per uur. Dit heeft vooral invloed op de NO2 concentraties. De roetconcentraties worden namelijk beinvloed door de verkeersuitstoot van het vrachtverkeer dat met een maximumsnelheid van 80 km per uur is blijven rijden op dit weggedeelte. Voor de gemeten concentraties betekent dit dus alleen een onderschatting voor NO2 ten opzichte wat verwacht kan worden bij 100 km per uur.
pagina 10 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
Hieronder wordt kort ingegaan op de meetresultaten.
Roet De daggemiddelde roetconcentraties zijn, op één dag na, op de locatie De Del hoger dan op de Steenhoek. De gemiddelde concentratie op De Del is circa 12% hoger dan op de Steenhoek. Het groot aantal metingen en de geringe onzekerheidsmarges van de meetmethode maakt dat dit als een significant (binnen het 95% betrouwbaarheidsinterval) verschil kan worden gezien. De modelberekeningen van TNO geven ook een verschil aan varierend van 5 – 11 %, afhankelijk van de gekozen achtergrondconcentratie. Roet laat zich zien als een indicator voor het wegverkeer van de A12. De percentages zwaar en middelzwaar vrachtverkeer zijn hierbij van belang. Op de A12 zijn deze veel hoger dan op de Schelmseweg bij de Steenhoek. Uit modelberekeningen in het kader van het Tracébesluit A12, knooppunt Waterberg – knooppunt Velperbroek, komt naar voren dat de verkeersintensiteit tussen 2009 en 2025 naar verwachting met 25 tot 30% zal toenemen, waarbij het vrachtverkeer een sterkere groei vertoont dan het personenautoverkeer. De gevolgen hiervan voor de roetuitstoot van het verkeer zijn afhankelijk van het schoner worden van het wagenpark. De gemeente Rozendaal gaat 7 meter hoge geluidschermen plaatsen langs de A12. De vraag is gesteld in welke mate deze schermen effectief zijn voor het reduceren van roetdeeltjes achter het scherm. Voor PM10 zullen lagere concentraties waarneembaar zijn tot op enkele tientallen meters achter het scherm. De GGD verwacht dat voor roet de schermen niet verder dan tot op de eerste 100 meter achter het scherm de concentraties zullen verlagen.
NO2 De resultaten van de NO2 metingen laten op de locatie De Del hogere waarden zien ten opzichte van de Steenhoek. Uit de metingen komt naar voren dat voor NO2 de gemiddelde concentratie op De Del ruim 8% hoger is dan op de Steenhoek. Het beperkt aantal metingen en de onzekerheidsmarges van de meetmethode maken dat dit niet als een significant (binnen het 95% betrouwbaarheidsinterval) verschil kan worden gezien. De modelberekeningen van TNO geven echter ook een verschil van ruim 8% aan. Geconcludeerd wordt dat de NO2 concentratie op De Del circa 8% hoger ligt dan op de Steenhoek. Ook NO2 laat zich zien als een indicator voor het wegverkeer van de A12. Zij het in mindere mate dan roet. Ook de voor NO2 uitstoot van het verkeer geldt dat de gevolgen van de toename van personenen vrachtverkeer op de A12 afhankelijk zijn van het schoner worden van het wagenpark.
PM2.5 De daggemiddelde PM2.5 concentraties op de beide meetlocaties liggen dicht bij elkaar waarbij de hoogste concentraties veelal op de Steenhoek worden gemeten. Uit de metingen komt naar voren dat voor PM2.5 de gemiddelde concentratie op De Del ruim 4% lager is dan op de Steenhoek. Het beperkt aantal metingen en de onzekerheidsmarges van de meetmethode maken dat dit – net als bij de metingen voor NO2 - niet als een significant (binnen het 95%
pagina 11 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
betrouwbaarheidsinterval) verschil kan worden gezien. De modelberekeningen van TNO geven een tegengesteld verschil aan van slechts 1-2% (concentratie op De Del hoger dan op de Steenhoek). Geconcludeerd wordt dat de PM2.5 concentratie op De Del niet wezenlijk verschilt van die op de Steenhoek. Ook in dit onderzoek blijkt dat PM2.5. geen gevoelige indicator is voor wegverkeer. PM2.5 wordt voornamelijk beinvloed door grootschalige achtergrondconcentraties die voor beide locaties gelijk zijn.
pagina 12 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
4.
Gezondheidsbeoordeling
De GGD is van mening dat TNO de luchtkwaliteit op de beide locaties zorgvuldig in beeld heeft gebracht. De gekozen meetlocatie op 200 meter van de A12 is representatief voor de voorgenomen nieuwbouwlocatie van de Dorpsschool op De Del, en de metingen zijn het afgelopen najaar goed verlopen. De meetperiode is weliswaar beperkt geweest, maar TNO heeft een verantwoorde vertaalslag gemaakt naar de lange termijn waarbij rekening is gehouden met meteorologische omstandigheden door middel van langjarig gemiddelde concentraties van het RIVM meetstation in Wekerom. Bij de statistische analyse van de verschillen in de meetresultaten van de beide locaties zijn 95% betrouwbaarheidsintervallen in acht genomen. Analyse van de windrichting tijdens de meetperiode laat zien dat deze vergelijkbaar is met de windrichting gemiddeld over tien jaar (figuur 2).
Meetperiode sept-dec 2011
1
2011
25% 12
2
2002-2011
20% 15%
11
3
10% 5% 10
0%
4
9
5
8
6 7
Figuur 2. Windfrequentieroos locatie De Del: meetperiode september- december 2011, 2011 en periode 2002 - 2011 (gegevens KNMI Deelen)
Alleen de verschillen in de gemeten roetconcentraties zijn statistisch significant. De roetmetingen van TNO zijn hiermee veelzeggend. De invloed van de A12 is duidelijk waar te nemen. De modelmatig berekende roetconcentraties geven resultaten die vergelijkbaar zijn met de metingen. Omdat zeer recente wetenschappelijke inzichten wijzen op roet als een goede indicator voor gezondheid beschouwt de GGD de roetmeting van TNO dan ook als de beste indicatie om een gezondheidsoordeel op te geven dat in het perspectief staat van de toekomstige ontwikkeling aan De Del. Het verschil tussen de beide locaties is circa 12%. Dit betekent dat de gezondheidsituatie op De Del in relatie tot verkeersgerelateerde blootstelling
pagina 13 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
circa 12% slechter is. Er is namelijk een directe relatie tussen gezondheidseffecten en blootstelling aan roet. Voor wat betreft de gezondheidseffecten van luchtverontreiniging is de locatie De Del aanwijsbaar minder geschikt als schoollocatie dan de Steenhoek. Met name ook omdat kinderen ten opzichte van volwassenen veel kwetsbaarder zijn voor luchtverontreiniging. Daarbij gaat het niet alleen om kortdurende klachten, maar ook om blijvende levenslange schade.
pagina 14 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
5
GGD advies over nieuwbouw van de Dorpsschool in relatie tot luchtkwaliteit
TNO heeft onderzoek gedaan naar de luchtkwaliteit in Rozendaal. De stoffen die gemeten zijn betreffen roet (EC), NO2 en PM2.5. De metingen zijn uitgevoerd op de huidige locatie van de Dorpsschool aan de Steenhoek nabij de Schelmseweg, en de beoogde locatie De Del nabij de A12. Op basis van de onderzoeksresulaten en nieuwe kennis met betrekking tot roet als gezondheidsindicator voor de luchtkwaliteit brengt GGD Gelderland-Midden opnieuw advies uit over nieuwbouw van de Dorpsschool op de locatie De Del in relatie tot de volksgezondheid. Dit advies is een aanvulling op het eerder gegeven advies van de GGD in 2009. De GGD beschouwt het resultaat van de roetmetingen van TNO in Rozendaal als de beste indicatie om een gezondheidsbeoordeling op te geven. Zowel de, voor lange termijn gecorrigeerde, gemeten roetconcentraties als ook de modelmatig berekende roetconcentraties zijn op De Del aanmerkelijk hoger dan op de Steenhoek. Het verschil tussen de beide locaties is circa 12%. De invloed van de A12 is duidelijk zichtbaar. Omdat er een directe relatie is tussen gezondheidseffecten en blootstelling aan roet, kan in algemene termen worden gesteld dat de gezondheidsituatie op De Del - in relatie tot verkeersgerelateerde blootstelling aan luchtverontreiniging – circa 12% slechter is dan op de Steenhoek. De GGD is daarom van mening dat voor wat betreft de gezondheidseffecten van luchtverontreiniging de locatie De Del aanwijsbaar minder geschikt is als schoollocatie dan de Steenhoek. De kwetsbaarheid van kinderen voor de negatieve effecten van luchtverontreiniging ten opzichte van volwassenen is hierbij een zwaarwegend aspect. Daarbij gaat het niet alleen om kortdurende klachten, maar ook om blijvende levenslange schade. De GGD is gevraagd te adviseren over de gezondheidseffecten van luchtverontreiniging. Eventuele ander facetten die van belang zijn bij de locatiekeuze van de Dorpsschool zijn niet betrokken in dit advies. De GGD blijft bij het eerder afgegeven advies ten aanzien van de locatie aan De Del: nee tenzij.
pagina 15 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
Literatuur Fast T., Weerdt D.H.J. Gezondheidseffectscreening Stad & Milieu. Handboek voor een gezonde inrichting van de woonomgeving Versie 1.5, juli 2010. Fischer, P., J. P. Wesseling, et al. Invloed van de afstand tot een drukke verkeersweg op de luchtkwaliteit en gezondheid: een quick scan. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Bilthoven, 2007. DGMR TB A12, knooppunt Waterberg – knooppunt Velperbroek Akoestisch onderzoek Rapport V.2009.0214.00.R001. Gezondheidsraad. Advies aan de minister over Gevoelige Bestemmingen luchtkwaliteit. Publicatienummer 2008/09. Den Haag, 24 april 2008. Innovatie Platform Lucht. Invloed schermen op de luchtkwaliteit. Eindrapport onderzoek naar de werking van (geluids)schermen op de luchtkwaliteit langs snelwegen. Rapportnummer IPL-1a 2009. Janssen N.A.H., Hoek G., Lawson-Simic M., Fischer P., Bree van L., Brink van H., Keuken M.P. Atkinson R., Brunekreef B. and Cassee F. “Black carbon as an additional indicator of the adverse health effects of combustion particles compared to PM10 and PM2.5. Environmental Health Perspectives, 2011. Roemer M.G.M. ,M.M. Moerman, Metingen van NO2, PM2.5 en EC te Rozendaal TNO report TNO-060-UT-2012-00194 15 februari 2012. Tweede kamer. Kamerbrief Maatregelen NSL; reactie op rekenkamer rapporten, brieven VNG en IPO 14 november 2011. World Health Organization (WHO). Health aspects of air pollution. Results from the WHO project ‘Systematic review of health aspects of air pollution in Europe’. 2004b. www.euro.who.int/document/e83080.pdf. WHO. Air quality guidelines for particulate matter, ozone, nitrogen dioxide and sulphur dioxide, global update 2005, Geneva, 2006. Zee, S.C. van der, et al. GGD Richtlijn luchtkwaliteit en gezondheid. RIVM rapportnr. 609330008. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Bilthoven, 2008.
pagina 16 van 18
GGD ADVIES OVER NIEUWBOUW VAN DE DORPSSCHOOL OP DE LOCATIE DE DEL IN ROZENDAAL
Bijlage 1
pagina 17 van 18
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden (VGGM): Brandweer, Regionale ambulancevoorziening en GGD onder één dak.
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden Postbus 5364 6802 EJ ARNHEM T 0800 8446 000 E
[email protected] I www.vggm.nl
A016
www.vggm.nl