I
NOORDNIEUWS MAGAZINE VAN VNO-NCW NOORD JAARGANG 14 NUMMER 5 > 2009
Natura 2000 NatuurwetgeviNg als geNadeklap? > Young ExEcutIvEs: kans voor talEnt In hEt noordEn > gronIngEn BErEIkBaar: EEn kwEstIE van slIm rEIzEn > EEn tElEgram? hElEmaal van dEzE tIjd > PErcEntagE toPvrouwEn In nEdErland stIjgt tErgEnd langzaam
Inhoud NoordNieuws 5 > 2009
1
2
6
10
12
18
30
Actualiteit 2 Natura 2000: wetgeving als genadeklap? 6 De rol van SNN in het Noorden 10 Young Executives: kans voor talent in het Noorden 21 Ondernemersfonds voor specifieke gebieden 29 Leonardoschool als antwooord op braindrain Opinie 16 Een goede voorbereiding is het halve werk 26 Dubbelfocus Vereniging 17 JNO: debatteren op hoog niveau 18 VNO-NCW Noord in beeld: Jaarcongres 2009 30 Women in business: valse bescheidenheid 32 Het bestuur VNO-NCW Friesland presenteert zich Praktijk 12 Een kwestie van slim reizen 15 Bedrijfsleven + creatieve industrie 23 Grenzeloos ondernemen met AIESEC 24 Een telegram? Helemaal van deze tijd Vaste rubrieken 8 Actualiteiten 9 Column: ‘We zijn er gewoon niet gerust op…’ 22 Bedrijfsnieuws 27 Personalia 28 De hobby van… Harm Post 35 Welkom nieuwe leden 36 Agenda
2
NoordNieuws december 2009
Akke Groenewoud
[email protected]
Natuurwetgeving als genadeklap?
“Hebben we de crisis al, gaat de natuurwetgeving ons de genadeklap geven.” Die hartenkreet slaakten ondernemers voorjaar 2009 in Forum. Om een voorbeeld te geven: op een haar na niet voldoen aan een geluidsnorm kan nú de ruimtelijke ontwikkeling in een regio helemaal stilleggen. Geen uitbreiding van bedrijvigheid meer mogelijk, geen (extra) werkgelegenheid.
De zorgen van ondernemers zijn niet van de lucht. De opmerkingen hierover zijn het gevolg van de actualiteiten rondom Natura 2000. Een stuk natuurwetgeving dat momenteel ten uitvoer wordt gebracht. Uiteraard, er moet milieuwetgeving zijn. Daar is iedereen het wel over eens. “Maar”, zo zegt Bernard Wientjes in mei van dit jaar, “ik vind wel dat die een gezonde afweging tussen het belang van economische ontwikkeling en bescherming van het milieu niet in de weg mag staan”. Hoogleraar Friso de Zeeuw noemt dat ‘het drama van de goede bedoelingen’. En dat is het ook. Milieu- en natuurwetgeving komen voort uit goede bedoelingen. Maar het probleem is dat het zo langzamerhand een bovenmenselijke opgave is om aan alle verplichtingen te voldoen. Het bedrijfsleven ergert zich daar al jaren aan. Hoe moeten ondernemers nu aantonen dat uitbreiding van hun activiteiten er nooit voor zal zorgen dat de nachtzwaluw blind wordt?
Afwijken van de rigide normen moet dus kunnen. Want we moeten er toch alles aan doen de economie tijdens de crisis niet helemaal op slot te zetten. En ook
Natura 2000: Hoe staan we er in het Noorden voor? Op dit moment zijn in het kader van Natura 2000 beheerplannen in de maak. Erg vlot gaat het allemaal niet, want er is een behoorlijke vertraging ontstaan in het produceren van de benodigde documenten. Wie ondernemer is, doet er goed aan zijn belangen zo goed mogelijk veilig te stellen. Als hij zich niet laat horen is de kans groot dat er voornamelijk natuurdoelen worden ingevuld en de economie het nakijken heeft. Althans, dit lijkt het sentiment bij noordelijke ondernemers te zijn.
oog houden voor voldoende bewegingsruimte voor het bedrijfsleven. Of er daadwerkelijk zoveel aanleiding is tot zorg, is de moeite van het verkennen waard. Nader ingezoomd op Noord Nederland komen we tot de volgende inzichten.
Opzet is dat er duidelijkheid komt voor gebruikers en bewoners rond de Natura 2000-gebieden. Het ministerie van LNV stelt tot doel dat de waardevolle natuur behouden blijft én dat omwonenden en gebruikers (visserij, scheepvaart, havens, industrie, toerisme, recreatie, landbouw enz.) goed leren omgaan met die waardevolle natuur, zonder dat hieruit teveel beperkingen of moeilijkheden voortvloeien.
3
Proces Natura 2000 De bescherming van de 162 Natura 2000-gebieden loopt langs drie sporen: aanwijzing, beheerplan en vergunning. Dit is vastgelegd in de Natuurbeschermingswet 1998. In deze wet is Natura 2000 in de Nederlandse regelgeving verankerd. Aanwijzing De minister wijst allereerst een gebied aan als Natura 2000-gebied door middel van een aanwijzingsbesluit. Dit besluit komt tot stand via een openbare voorbereidingsprocedure. Vanwege het grote aantal Natura 2000-gebieden doorlopen de gebieden deze procedure in tranches (groepsgewijs). Elke tranche van gebieden bevindt zich in een andere fase van het proces. Beheerplannen Voor elk Natura 2000-gebied moet een beheerplan worden opgesteld. In NoordNederland gaat het om 33 beheerplannen. Hierin staat wat er moet gebeuren om de natuurdoelen voor dat gebied te halen. Het opstellen van een beheerplan gebeurt in samenspraak met verschillende belanghebbenden. In de meeste gevallen neemt de provincie het voortouw bij het opstellen van het beheerplan, in andere gebieden is dat het Rijk. Een beheerplan moet worden vastgesteld binnen drie jaar nadat een gebied als Natura 2000-gebied is aangewezen. Het wordt voor maximaal zes jaar vastgesteld, daarna volgt een nieuw plan.
actualiteit
Vergunningen Het ondernemen van activiteiten in en rondom een Natura 2000-gebied kan gevolgen hebben voor de natuur in dat gebied. In bepaalde gevallen is een vergunning van de Natuurbeschermingswet 1998 nodig.
Bestaand gebruik moet een goede plek in de beheerplannen krijgen. Dit betekent in het licht van de natuurdoelen: kijken wat er kan en dit goed vastleggen. Met het beheerplan wordt het natuurbeleid -zo wordt ons verzekerdniet strenger, wel duidelijker. Door een nauwe betrokkenheid van alle belanghebbenden in de diverse klankbordgroepen en een gedegen advisering vanuit de bestuurlijke ’adviesgroep’, zouden het ‘sterke’ beheerplannen moeten worden. De grote vraag is of dat gaat lukken, want iedereen kent het zware ‘groene’ overwicht in alle geledingen van politiek en bestuur. De doorgeschoten natuurdrang krijgt gemakkelijk overwicht als economische belangen niet nadrukkelijk en met gerechtvaardigde verlangens naar voren worden gebracht. Op dit moment zijn er in Noord-Nederland wel degelijk knelpunten die aanleiding geven tot zorg. Er bestaat regionaal ongerustheid dat de beheerplannen veel ondernemingen bij hun bestaande activiteiten alsnog in een onwenselijk traject van natuurvergunningen brengen. Bovendien is de verwachting dat nieuwe activiteiten moeizamer van start kunnen gaan en dat lopende procedures vertraging ondervinden. Dat staat op gespannen voet met het kabinetsbeleid, dat gericht is op het verkorten van pro-
cedures, vermindering van de regeldruk, het verlagen van administratieve lasten en het versterken van de economie.
De zorgen laten zich als volgt samenvatten: • H et collectief georganiseerde bedrijfsleven is in Noord-Nederland vooral in Friesland en in mindere mate in Groningen nog steeds onvoldoende betrokken bij de ontwikkelingen rondom de beheerplannen. • B estaande (bedrijfs)activiteiten moeten integraal in de beheerplannen worden opgenomen. Dit om ervoor te zorgen dat deze niet onder de vergunningplicht van de Natuurbeschermingswet vallen. Bestaande activiteiten van ondernemingen achteraf met een vergunningplicht confronteren is onacceptabel. Er bestaat angst dat dit wel de praktijk zal blijken te zijn; • D e maatregelen in de beheerplannen die gericht zijn op realisatie van de natuurdoelen, moeten getoetst worden op hun sociaal economische gevolgen. Dit is eind vorig jaar afgesproken in de Natura 2000 Intentieverklaring tussen maatschappelijke organisaties, provincies en de betrokken ministeries. Deze toetsing lijkt momenteel onvoldoende plaats te vinden. In de
drie noordelijke provincies is onduidelijk hoe deze toetsing vorm krijgt. De afweging tussen ecologische- en economische belangen is daardoor onvoldoende. Bovendien dreigen daarmee doelstellingen te worden geformuleerd die de economie op slot zetten. Een voorbeeld is de ongefundeerde roep om natuurcompensatie in geval van toekomstige nieuwe ontwikkelingen in een Natura 2000 gebied zonder dat er sprake is van significante natuurschade. In tijden van crisis zeer ongewenst; • O ndernemingen worden geconfronteerd met onderzoeksverplichtingen die niet altijd de gevraagde zekerheid bieden. Vertraging van procedures en hoge kosten zijn meestal het resultaat; • L opende vergunningtrajecten komen tot stilstand en nieuwe aanvragen worden door de provincie op een stapel gelegd met verwijzing dat men eerst de beheerplannen wil afwachten. Hierdoor ontstaan voor ondernemingen onzekere situaties met extra kosten.
Wat moet er gebeuren? De volgende maatregelen en acties zijn volgens VNO-NCW Noord dringend gewenst: • De gedeputeerden van Ruimtelijke Ordening zijn eindverantwoordelijk voor goede beheerplannen. Deze verantwoordelijkheid moet zich vertalen in een sterkere rol als regisseur dan nu wordt vervuld. • De beheerplannen moeten draagvlak in de regio hebben, ook bij ondernemingen en hun vertegenwoordigers (VNO-NCW en MKB). De provincies moeten actief op zoek gaan naar het verwerven van draagvlak. Ook in collectief opzicht. • Bestaande (economische) activiteiten moeten vergunningvrij zijn, niet alleen voor de periode dat de beheerplannen worden opgesteld, maar ook in de toekomst. • Lopende vergunningprocedures voor nieuwe activiteiten mogen niet worden vertraagd. De provincies moeten onverkort voortgaan met de afhandeling conform bestaande regelgeving. Juist in een situatie van een economische crisis is een voortvarende afhandeling van procedures van groot belang.
4
NoordNieuws december 2009
Interview Hans Konst, gedeputeerde Ruimtelijke Ordening in de provincie Fryslân “Voor zover er beleidsruimte is, zullen we die ruimte ook geven” Veel ondernemers zijn ongerust en denken dat de beheerplannen hen op een bepaald moment in een ongewenst traject van natuurvergunningen brengen. Hoe kijkt u tegen de ongerustheid van deze ondernemers aan? Kunt u in één klap de angst van het bedrijfsleven wegnemen? Konst: “Nee. Ik kan die zorg niet in één keer wegnemen. De provincie moet in de gaten houden of er ontwikkelingen zijn die invloed hebben op natuurwaarden die verankerd liggen in de natuurbeschermingswet. De provincie Fryslân wil echter geen toename van vergunningen, wij streven vooral naar duidelijkheid.” Ondernemers vinden dat hun bestaande activiteiten en toekomstige activiteiten in de beheerplannen moeten worden opgenomen én vergunningvrij zouden moeten worden. Hoe denkt u daarover? “Als een bestaande activiteit op dit moment geen schade oplevert is er straks vanuit het beheerplan ook niet ineens een vergunning nodig. Toekomstige activiteiten kun je niet op voorhand vergunningvrij noemen, omdat de aard en omvang en de plek van de activiteit nog niet bekend zijn. Het kan ook zijn dat ontwikkelingen in combinatie met elkaar van invloed zijn op de natuurwaarden. Ik zie echter geen problemen opdoemen. Want we hebben nu ook al natuurgebieden en in of nabij die gebieden vinden nu ook economische activiteiten plaats. Van de 400 vergunningaanvragen uit de afgelopen jaren zijn er slechts 3 à 4 geweigerd. Over het algemeen komen we er in goed overleg altijd met de betrokkenen uit.” Toch zijn er in bijvoorbeeld de omgeving van de Friese meren wel degelijk zorgen. Je zult als ondernemer maar één van de weinigen zijn die geen vergunning krijgt. “Grenzeloos varen en recreëren in een prachtige omgeving is het uitgangspunt. Soms lijkt er spanning te ontstaan op die ambitie, bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van Beheerplannen Natura 2000. De inventarisatie van het huidige gebruik laat zien dat de recreatieve druk bijna geen problemen geeft. Ook groei in het hoogseizoen leidt niet tot spanning. Wel ontstaat er mogelijk een aantal knelpunten als in de toekomst de recreatiedruk toeneemt in het voor- en naseizoen. Dat zijn ook de broedperiodes en rustmomenten voor talrijke vogelsoorten en eenden
in het gebied. Met die mogelijke knelpunten moet de provincie rekening houden. Het projectteam wil daar met de recreatievaart en bijvoorbeeld campingeigenaren die willen ontwikkelen samen over nadenken. Dat gebeurt in het najaar van 2009 door met gebiedskaarten op tafel te werken aan geschikte maatregelen. Al snel ontstaat nu het beeld dat het uitsluitend over zonering zou gaan, maar de opstellers van het beheerplan verwachten dat we met elkaar ook heel andere, creatieve maatregelen kunnen bedenken. We zien natuurlijk het liefst dat natuur én recreatie zich in die gebieden optimaal kunnen ontwikkelen.” U heeft het over maatwerk. Is dat wel haalbaar? “Jazeker, het is namelijk de enige manier om met elkaar om te gaan. De beheerplannen zijn vooral bedoeld om met de betrokken partijen afspraken te maken over een doelmatig en duurzaam beheer van de natuurterreinen. Als we samen tot de conclusie komen dat bepaalde doelen niet haalbaar blijken, of hele bedrijfssectoren op slot zouden zetten, dan kaarten we dit aan bij de minister.” Daarmee daagt u ondernemers eigenlijk een beetje uit. “Dat klopt. Bent u als ondernemer tevreden, zegt het voort. Bent u ontevreden, kom dan bij ons langs.” Het bedrijfsleven is bezorgd dat door Natura 2000 wel degelijk natuurdoelstellingen worden geformuleerd die niet haalbaar zijn. Doelstellingen waarvan men denkt dat ze de economie op slot gaan zetten. Wat zijn voor u haalbare (en betaalbare) ambities op dit terrein? “Natura 2000 is eigenlijk heel overzichtelijk. Iedereen weet waar hij aan toe is. Voor mij moeten doelen altijd haalbaar zijn. En de kosten reëel. Daarmee bedoel ik ook dat de beperkingen die het bedrijfsleven treffen als kosten moeten worden gezien. Dus onaanvaardbare zware beperkingen, of het op slot zetten van de economie, zijn onaanvaardbaar. Het kan zijn dat een individuele ondernemer een beperking treft. Maar dan kom ik toch terug op maatwerk. Dan gaan we samen kijken hoe we dit ‘betaalbaar’ kunnen houden.” In Friesland is onduidelijk hoe de beheerplannen op hun sociaal economische gevolgen zullen worden getoetst. Kunt u
aangeven hoe u dit in Friesland gaat doen en op welke termijn? “De burgers, bedrijven en bestuurders uit het gebied beoordelen en adviseren over de sociaal economische haalbaarheid van het beheerplan. Dit zijn de meest direct betrokkenen. Daarmee creëren we naar mijn idee een goede toets van de haalbaarheid en betaalbaarheid van de maatregelen. Daarnaast zijn wij van plan aan te geven wat het beheerplan betekent voor de bedrijven in en om het gebied. We hebben met VNO-NCW afgesproken om zo’n paragraaf samen te ontwikkelen.” Op dit moment is het collectieve bedrijfsleven in het Noorden niet altijd even goed betrokken bij het opstellen van de beheerplannen. U bent als gedeputeerde echter verantwoordelijk voor draagvlak in uw regio. Hoe gaat u dit draagvlak de komende periode vergroten, bijv. binnen het bedrijfsleven? “Ik geloof niet dat draagvlak door een stuurgroep waarin het collectief is vertegenwoordigd kan worden verworven. Ik geloof in betrokkenheid bij de gebiedsgroepen. Daar waar wij voorzien dat er ondernemingen rechtstreeks effecten zullen ondervinden van voorgestelde maatregelen, nemen we direct contact op. Draagvlak verwerven we door duidelijk te communiceren, heldere ambities te verwoorden, door open te staan voor op- en aanmerkingen uit het veld en door goede werkafspraken te maken.” Als VNO-NCW Noord dat pad met u loopt, zijn we dan grotendeels vergunningvrij in de toekomst? “Nee, want ik moet eenvoudig de wet uitvoeren. Maar ik zeg toe dat we ons er hard voor zullen maken voor het ongestoord gebruik maken van de ruimte. Voor zover er beleidsruimte is, zullen we die ruimte ook geven. Daar sta ik voor!”
5
• D e beheerplannen moeten door de provincies worden getoetst op hun sociaal economische effecten. Deze bestaande afspraak moet worden nagekomen.
Wat kunt u als ondernemer zelf doen? 1) Bestaande activiteiten Bestaande activiteiten die in het beheerplan zijn opgenomen, zijn vergunningvrij. Daarom is het essentieel dat er een goede inventarisatie van bestaande activiteiten plaatsvindt. Iedere ondernemer en onderneming moet nagaan of de eigen activiteiten goed en volledig in het beheerplan staan. 2) Ruimte voor nieuwe activiteiten In en in de nabijheid van Natura 2000 gebieden moet ruimte zijn voor nieuwe activiteiten. Is daar voldoende oog voor en worden er op voorhand geen extra barrières opgeworpen? Als ondernemer dient u dit na te gaan. Kunt u nog uitbreiden en zijn er niet op voorhand allerlei bezwarende zaken ingebouwd die het bedrijfsleven zullen belemmeren?
Wat gaat VNO-NCW Noord doen? Financiering Natuurbeleid kost geld. Bevatten de beheerplannen een betrouwbare begroting en zijn deze realistisch? Dit gaan we toetsen. Sociaal- economische effecten In de Intentieverklaring die bij de start van de beheerplannen is opgesteld, is afgesproken dat het maatregelenpakket wordt getoetst op de sociaal- economische gevolgen. Heeft deze toetsing plaatsgevonden en wat zijn de uitkomsten hiervan? Ook dit gaan we goed bekijken. Draagvlak beheerplannen Beheerplannen mogen geen soloproduct zijn van een projectteam of een gedeputeerde. Niet voor niets heeft de minister aangegeven dat belanghebbenden bij het opstellen van beheerplannen betrokken moeten zijn. Deze plannen moeten straks bij de uitvoering kunnen rekenen op draagvlak bij betrokken partijen, waaronder het regionale bedrijfsleven. VNO-NCW Noord zal blijvende betrok-
kenheid bij de noordelijke beheerplannen afdwingen. Geen blokkade voor lopende procedures Zeker in conjunctureel mindere tijden moeten lopende vergunningprocedures hun normale doorloop hebben. Het opstellen van beheerplannen mag geen pas op de plaats betekenen voor nieuwe aanvragen of lopende procedures. VNO-NCW Noord zal het gesprek met de provincies aangaan en oproepen tot voortvarende afhandeling van procedures. Van concept- naar ontwerp-beheerplan De voortrekkers gaan straks werken aan de ontwerp-beheerplannen. Het spreekt voor zich dat goede procesafspraken over betrokkenheid, informatieverstrekking etc. van belang blijven. VNO-NCW Noord spreekt de verantwoordelijke gedeputeerden aan op de vraag hoe ze denken dit in te gaan vullen. <
6
NoordNieuws december 2009
Lex Kloosterman
[email protected]
Samen naar een sterker Noorden Het Samenwerkingsverband Noord-Nederland is er voor iedere ondernemer, maar wordt (nog) niet altijd gevonden. SNN ondersteunt grote projecten en de ontwikkeling van de macroeconomie in het Noorden, maar is er ook voor het subsidiëren van MKB’ers. Directeur Rob Engelsman legt uit wat het belang van het SNN voor het Noorden is.
Europa te verstevigen. Door belangen onder de aandacht te brengen bij het Rijk en Brussel, maar vooral door het verstrekken van subsidies voor specifieke projecten: de pieken van de noordelijke economie.
Het Samenwerkingsverband NoordNederland, waarvan de drie noordelijke provincies en de steden Leeuwarden, Groningen, Assen en Emmen integraal deel uitmaken, is opgericht in 1992. Dat was toen hard nodig, zegt directeur Rob Engelsman, want de economie in het Noorden deed het slecht. Doordat de drie noordelijke provincies gezamenlijk optrokken heeft het Noorden veel geld bij het Rijk losgekregen. Het SNN heeft als taak de economische groei in het Noorden te stimuleren en de concurrentiepositie binnen Nederland en
Veel regelingen van het SNN zijn gericht op ondernemers, bijvoorbeeld de IPR om vestiging van bedrijven te bevorderen en de NIOF voor innovatie- en kennisondersteuning. Voor de NIOF worden dit jaar zo’n duizend aanvragen gedaan, wat aangeeft dat het vrij goed gaat met de economie in het Noorden. Want als ondernemers een subsidie voor een bepaald project krijgen, betekent dat ook dat ze zelf bereid zijn om te investeren. Engelsman: “Omdat het Noorden de enige regio is waar door de provincies wordt samengewerkt, maken wij het de ondernemers makkelijker om subsidies aan te vragen. Als het provinciaal geregeld is, moet je voor het ene potje hier zijn, en voor het andere potje daar. In het Noorden kun je voor alle subsidievormen bij ons terecht.”
Hoe ervaren ondernemers de rol van het SNN? “Ik merk dat ondernemers en subsidies niet altijd goed samen gaan. Subsidies aanvragen is iets ambtelijks, waarbij allerlei formulieren moeten worden ingevuld. Daar hebben ondernemers een hekel aan. Bovendien moeten ze altijd verantwoorden waar ze het geld aan hebben uitgegeven.” “Over dit laatste aspect moeten ondernemers echter niet te veel klagen: als ze een subsidie van € 40.000 binnenkrijgen, dan is dat makkelijk verdiend: tel je zegeningen. Om er voor te zorgen dat je geen last hebt van de administratie, zouden ondernemers adviseurs in kunnen schakelen op basis van ‘no cure, no pay’. Op die manier geef je een klein bedrag uit om vervolgens tien keer zoveel binnen te halen, terwijl je er zelf geen omkijken naar hebt.”
Hoe succesvol is het beleid van het SNN? “Macro-economisch doet de economie van Noord-Nederland het nu net zo goed
7
als andere regio’s, en op sommige vlakken zelfs beter. In deze tijd van crisis zijn de cijfers hier florisanter dan in de rest van Nederland. Dit komt deels doordat sectoren als onderwijs en zorg goed vertegenwoordigd zijn in het Noorden en minder getroffen worden door de crisis. Maar de provincies spelen hier ook een rol in door de juiste projecten te stimuleren en veerkrachtige MKB bedrijven te ondersteunen.”
In drie stappen duidelijkheid over subsidiemogelijkheden
“Daarnaast lobbyen wij voor het Noorden in Den Haag en Brussel. Afzonderlijk werden de drie provincies nauwelijks gehoord, maar gezamenlijk vertegenwoordigen wij meer dan 10% van de bevolking en dan stel je wél wat voor.”
De site biedt naast subsidies van het SNN een overzicht van regelingen van onder andere de drie provincies, Kvk Noord-Nederland en het Ministerie van Economische Zaken. “Binnen een jaar proberen we het aantal subsidies op de site uit te breiden naar honderd”, aldus Paul Drent van het SNN. Samen met Imre de Jong is hij de drijvende kracht achter het project.
actualiteit
Wat heeft deze lobby zoal opgeleverd? “Noord-Nederland heeft onder andere met succes de sluiting van de gevangenis in Veenhuizen en de sluiting van de rechtbank in Leeuwarden tegengehouden. Hierdoor blijven veel arbeidsplaatsen behouden, evenals een heel pakket aan diensten daaromheen. Daarnaast is er voor gezorgd dat er na het Kompas van het Noorden weer een subsidieprogramma kan draaien van honderden miljoenen euro’s. Uiteraard mislukt een lobby ook wel eens, zoals de lobby voor de Zuiderzeelijn. Dit heeft echter wel een compensatiepakket opgeleverd.”
Abu Dhabi In 2006 stelde het SNN aan de kaak dat het Noorden te weinig geld binnenhaalt uit het Fonds Economische Structuurversterking (FES). Dit fonds, gefinancierd met aardgasbaten uit Slochteren, is door het Rijk in het leven geroepen om grote projecten op het gebied van infrastructuur en investeringen in de kenniseconomie te financieren. Uit onderzoek bleek dat slechts 1% van de inkomsten uit gaswinning werd geïnvesteerd in NoordNederland. Engelsman: “Groningen is eigenlijk het Abu Dhabi van het Westen, maar de opbrengsten gaan allemaal naar Den Haag. Om in aanmerking te komen voor subsidies uit het FES, moet je je plannen goed omlijnen en aan allerlei criteria voldoen. Daarom hebben wij, in overleg met VNO-NCW Noord, de Taskforce FES in het leven geroepen.”
Op de nieuwe website 123subsidie.nl van het SNN kunnen ondernemers in het Noorden in drie korte stappen kijken of ze in aanmerking komen voor een subsidie. De website biedt een overzicht van 27 subsidies.
“Ondernemers ervaren de subsidiewereld vaak als een oerwoud en weten niet waar ze terecht kunnen”, vertelt De Jong. “Deze website kan ondernemers helpen om ze op het goede spoor te zetten. In drie stappen kunnen zij, aan de hand van de gegevens die zij invullen, ontdekken voor welke regeling(en) zij in aanmerking komen.” De site, die op 1 oktober werd gelanceerd, is een succes. Drent: “In de eerste maand hebben we 3.000 bezoekers op de site gehad, een hoog aantal voor een nieuwe site. Belangrijk is vooral dat we in ondernemerstaal hebben weergegeven welke subsidies er voor ondernemers beschikbaar zijn, zodat zij makkelijker hun weg kunnen vinden.”
Ligt het niet aan het Noorden zelf dat wij te weinig geld uit het FES kregen? Blijkbaar waren er geen goede plannen. “Het gaat hierbij om echt grote projecten, dat begint bij € 10 tot € 50 miljoen aan subsidie. In het verleden hebben wij misschien iets te weinig aangevraagd voor dit fonds, maar we zijn ook te weinig geholpen vanuit het Rijk. Wellicht sloten projecten uit de Randstad ook beter aan bij de belevingswereld van de ambtenaren, die vooral daar woonachtig zijn.” “Momenteel zijn we met drie grote projecten bezig. De subsidies die we hiervoor vanuit het FES krijgen zijn niet alleen belangrijk voor de projecten zelf, maar ook voor de noordelijke economie in het algemeen. Voor LOFAR, een uitgebreid antennenetwerk dat met relatief simpele antennes een effectieve astronomische telescoop realiseert, hebben we € 52 miljoen subsidie binnengehaald waar we zelf € 20 miljoen hebben bijgelegd. 75 procent van de aanbesteding van dit project is vervolgens bij het bedrijfsleven uit Noord-Nederland terechtgekomen.”
Pieken Het budget van het SNN is in het recente verleden teruggelopen. Terwijl het in 2000 nog €1 miljard van het Rijk kreeg voor het stimuleringsprogramma Kompas voor het Noorden, heeft SNN tot en met 2010 ongeveer de helft te besteden voor Koers Noord. Hiermee worden economische kansen in de regio gestimuleerd. “We moeten goed in de gaten houden hoe we ons geld besteden”, aldus Engelsman. “We kunnen niet overal druppelen. Daarom hebben we binnen ons programma Koers Noord voor ‘pieken’ gekozen, het uitbouwen van terreinen waar we sterk in zijn, zoals sensortechnologie, de agrarisch sector, watertechnologie en energie.” En hoe het na 2010 verder gaat? “We zijn druk aan het lobbyen.” <
8
NoordNieuws december 2009
Noord-Nederland actief in Rusland Het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) en Nordconnect hebben met het Noord-Nederlandse bedrijfsleven in St. Petersburg een bijzondere overeenkomst gesloten met de provincie Leningrad. Ook de Commissarissen van de Koningin Max van den Berg en John Jorritsma waren hierbij aanwezig. Beide regio’s komen onder meer overeen zich in te spannen voor de totstandkoming van gezamenlijke projecten en uitwisselingsprogramma’s voor vakmensen. Het is voor het eerst dat meerdere Nederlandse provincies gezamenlijk een dergelijke overeenkomst afsluiten.
Deze kan volgens SBE beter sturing geven aan belangrijke keuzes die nodig zijn op het gebied van economische, culturele en maatschappelijke voorzieningen. Zeker met het oog op de bezuinigingen die nodig zijn, is schaalvergroting volgens de ondernemers onontbeerlijk. "Er zijn op dit moment te veel kleine gemeenten", menen zij. SBE ziet kostenvoordelen voor grotere gemeenten. Bovendien is een grotere gemeente beter in staat ambtelijke deskundigheid in huis halen. Volgens de ondernemers moet worden uitgegaan van een minimale grootte van 50.000 inwoners.
Stijgende werkloosheid Ook is in St. Petersburg het eerste Nordconnect House geopend. Deze gedeelde kantooraccommodatie biedt Noord-Nederlandse bedrijven de mogelijkheid in Rusland aanwezig te zijn, zonder direct een eigen vestiging te hoeven openen. Het is de bedoeling dat het huis binnen een jaar zo’n vijftien gebruikers heeft.
Volgend jaar krijgt het Noorden te maken met een explosieve stijging van het aantal werklozen. In één jaar tijd zullen er 40.000 werkzoekenden bijkomen, een stijging van maar liefst 55 procent. De gevolgen van de economische tegenwind zijn vooral in 2010 merkbaar, zo blijkt uit de Noordelijke Arbeidsmarkt Verkenning.
Friesland Bank verkoopt belang Binck Bank Friesland Bank heeft opnieuw een belang in de effectenbank Binck Bank verkocht. Het belang in de effectenbank is teruggebracht tot onder de 5 procent. Begin dit jaar had Friesland Bank nog een belang dat bijna twee keer zo groot was en enkele jaren geleden was dit nog 15 procent. De opbrengst van de verkoop van aandelen Binck Bank wordt gebruikt voor de versterking van het eigen bankbedrijf. Daarbij worden overnames van andere bankbedrijven niet uitgesloten. Voorwaarde is dat deze een bijdrage leveren aan het kernbedrijf.
Smurfit Kappa investeert in werkgelegenheid
De provincie Groningen schrapt de komende jaren ruim honderd arbeidsplaatsen. Het is een van de maatregelen die de provincie neemt omdat er 35 miljoen euro moet worden bezuinigd. Dat maakte de provincie vorige maand bekend. De provincie Groningen gaat er vanuit dat het grootste deel van de banen verdwijnt door natuurlijk verloop. Gestreefd wordt om gedwongen ontslagen te voorkomen, maar de provincie stelt wel een vacaturestop in.
Smurfit Kappa heeft vooral in Nieuweschans geïnvesteerd. Op een productielijn voor karton kan nu ook papier worden gemaakt, waardoor voorkomen is dat de machine sluit en er circa 25 mensen hun baan verliezen. Verder is er geïnvesteerd in een warmtekracht-koppeling, waardoor de ingezette energie een nuttig rendement van 90 procent in plaats van 50 heeft.
Orders scheepsbouw blijven uit De Nederlandse zeescheepsbouw heeft sinds oktober 2008 vrijwel geen nieuwbouworders meer binnengehaald. Als hier geen verandering in komt, zal het effect hiervan volgend jaar al op diverse werven zichtbaar worden. Dit blijkt uit het conjunctuuronderzoek van Scheepsbouw Nederland. De sector wacht met smart op de nieuwe borgstellingregeling waardoor werven en reders gemakkelijker bankkrediet krijgen voor bouwprojecten.
Herindelen in Eemsdelta Gemeentelijke herindeling in het Eemsdeltagebied moet inzet worden van de verkiezingen in maart volgend jaar in de gemeenten Delfzijl, Eemsmond, Appingedam en Loppersum. Dat vindt het bestuur van de Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta (SBE). Deze organisatie, waarin zo'n tachtig bedrijven in Delfzijl en de Eemshaven en omgeving zijn vertegenwoordigd, roept de politieke partijen die deelnemen aan de verkiezingen op zich uit te spreken voor de vorming van één grote, krachtige gemeente.
In de vier Noord-Nederlandse vestigingen zijn circa 500 medewerkers werkzaam. Moederbedrijf Smurfit Kappa Group uit Dublin (Ierland) is wereldleider in op papier en karton gebaseerde verpakkingen, met vestigingen in Europa en Latijns Amerika.
ACTUALITEITEN
Groningen schrapt honderd banen
Kartonproducent Smurfit Kappa Solid Board, met vestigingen in Hoogkerk, Nieuweschans, Oude Pekela en Coevorden, geeft €6 miljoen euro uit om werkgelegenheid te behouden. Het bedrag is een signaal dat er een kentering gaande is, ook in de kartonsector.
COLUMN
9
‘We zijn er gewoon niet gerust op…’
VNO-NCW Noord en MKB Noord hebben grote twijfels of bij de invoering van Natura 2000 (de Nederlandse bijdrage aan het Europese netwerk van natuurgebieden) voldoende rekening wordt gehouden met de belangen van het bedrijfsleven.
VNO-NCW Noord is de afgelopen maanden in meer of mindere mate betrokken geweest bij het opstellen van de beheerplannen van Natura 2000. Ondernemers uit en rond de Natura 2000-gebieden hebben meegedacht over hoe deze Europese richtlijnen kunnen worden ingevoerd. 1 september jl. was de deadline voor het inleveren van deze plannen bij de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Echter, in de drie noordelijke provincies zijn de sociale en economische gevolgen van de beheerplannen (nog) niet onderzocht. In sommige gebieden is de ecologische discussie nog niet eens afgerond en is er niet of nauwelijks sprake van een duidelijk inzicht in de haalbaarheid en de betaalbaarheid van de doelen die Natura 2000 met zich mee brengen. Toch heeft de minister stukken ontvangen, waaruit de indruk zou kunnen ontstaan dat deze draagvlak en realiteitsgehalte hebben. Dat is niet het geval. Een deel van onze samenleving wil ons doen geloven dat het nooit meer goed komt met onze vaderlandse natuur, tenzij de overheid fors ingrijpt. Niet waar en niet nodig. Onze lucht en ons water worden steeds schoner. Onze natuur, die in ons land vrijwel altijd het gevolg is van mensenwerk, doet het best goed. De Europese Commissie liet ons recent nog weten dat Nederland één van de weinige lidstaten is, waar de implementatie van de Habitatrichtlijn voor beschermde leefgebieden grotendeels compleet is. De noordelijke ondernemers onderkennen, vanzelfsprekend zou ik haast zeggen, dat natuurgebieden belangrijke waarden vertegenwoordigen. 'Natuur
draagt bij aan een aantrekkelijk klimaat om in te wonen, te werken en te recreëren.' Helemaal in Noord-Nederland. We pleiten echter wel voor een goede balans tussen ecologie en economie. En daar wringt de schoen. Veel ondernemingen hebben slechte ervaringen als het gaat om de natuurwetgeving in Nederland en verkeren nu in onzekerheid. Daar moet snel een einde aan komen. We zijn er niet gerust op dat in de beheerplannen die straks per gebied worden opgesteld voldoende waarborgen aanwezig zijn voor het goed meewegen van de economische belangen. We zijn er dus gewoon niet gerust op… Ondanks het feit dat gedeputeerde Konst in Friesland aangeeft geen problemen te zien. Ondanks het feit dat ondernemers maatwerk wordt geboden. Ondanks het feit dat de heer Konst de economie niet op slot wil zetten. Ondanks het feit dat bedrijven in Friesland mogen adviseren en een oordeel mogen hebben over de sociaal economische toets die ieder beheerplan moet ondergaan. Ondanks het feit dat de heer Konst uitgaat van het ongestoorde gebruik van de ruimte. We zijn er gewoon niet gerust op… Want goede bedoelingen geven geen garanties. Noch doen maatwerk, advisering en beoordeling dat. En daar gaat het nu net om. Hoewel er in het proces van het opstellen van de beheerplannen goede vorderingen zijn als het gaat om het veilig willen stellen van alle bestaande functies en nu bekende ontwikkelingen, is nog allerminst zeker of dat straks voldoende houdbaar is wanneer de juridische werking een feit zal zijn.
Natura 2000 moet 'haalbaar en betaalbaar zijn'. Dat is wat we vinden en vrijwel iedere ondernemer met ons. Uiteraard vindt overleg vanuit VNO-NCW met de minister plaats over de landelijke kwesties rond Natura 2000. De provincies worden actief benaderd voor de provinciale zaken waar bij invoering van de Europese natuurwet rekening mee dient te worden gehouden. We kunnen stellen dat de relatie met de noordelijke provinciale besturen goed is. Dat er inmiddels een intensief gesprek over Natura 2000 gaande is. En dat er concrete samenwerkingsafspraken met VNO-NCW Noord worden gemaakt. Dat geeft ons hoop en in de toekomst wellicht vertrouwen. Gelukkig maar, want Natura 2000; we zijn er niet gerust op… Durk van Tuinen Voorzitter VNO-NCW Friesland
10
NoordNieuws december 2009
Lambert Zwiers
[email protected]
Talent in het Noorden Boer & Croon biedt kansen voor noordelijke talenten en organisaties
De samenleving verandert. Door de vergrijzing zullen arbeidskosten stijgen, moeten werknemers langer doorwerken en stijgt het aantal vacatures volgens de commissie Bakker in 2040 naar 700.000. De commissie constateert zelfs dat al vanaf 2010 een structureel tekort aan werkenden ontstaat door de vergrijzing. Combineer deze problematiek op de arbeidsmarkt met het feit dat veel talentvolle studenten na hun studie het Noorden verlaten voor een baan in de Randstad, en het is duidelijk dat er iets moet gebeuren.
War for talent “Om talenten voor het Noorden te behouden, moet er een interessant palet aan mogelijkheden beschikbaar zijn” vindt Stijn van den Eshof van Boer & Croon. “De ‘war for talent’ is intensief
Het Young Executives programma samengevat
ontwikkeling
werving
Boer & Croon
Partnerorganisaties
flexibele inzet
Behoud van kennis is van groot belang voor de noordelijke economie. Veel talent trekt na de studie van het Noorden naar de Randstad. Daar zijn de betere perspectieven en de traineeships bij grote bedrijven, is de heersende opinie. Boer & Croon voorziet met ‘Young Executives’ in de noordelijke behoefte aan jonge, hooggekwalificeerde managers.
doorstroom
1. Boer & Croon werft op universiteiten en hogescholen jonge talenten die stuk voor stuk zowel de ambitie als potentie hebben om noordelijke organisaties op tijdelijke basis te versterken en die hier een carrièreperspectief voor zichzelf zien. 2. Gedurende een periode van twee jaar werken de talenten vanuit Boer & Croon op ‘interim-basis’ bij de aangesloten partnerorganisaties om uiteenlopende uitdagingen op te pakken in programma’s, projecten of lijn-/staffuncties. 3. Tegelijkertijd doorlopen deze jonge professionals een ontwikkel- en opleidingstraject waarin zij verder worden gebracht op zaken als probleemoplossend vermogen, communicatieve vaardigheden, leiderschap en zelfstandigheid. 4. Na twee jaar zetten de jonge professionals een volgende stap in hun carrière. Hierbij wordt actief begeleid vanuit Boer & Croon om hen een nieuwe stap te laten maken bij een van de noordelijke organisaties die aan het programma verbonden zijn.
11
Uit de praktijk: Lizan Aalders
nerorganisaties. Dit is laatste is volgens Van den Eshof een belangrijk aspect van Young Executives. “Organisaties hebben niet alleen op tijdelijke basis de beschikking over jong talent, maar werken tevens aan de structurele invulling van posities in de organisatie.”
“Bij Waterbedrijf Groningen ben ik verantwoordelijk voor een veelzijdig portfolio aan projecten. Deze projecten maken onderdeel uit van een aantal veranderingsprocessen in de organisatie. Het waterbedrijf vindt het belangrijk om jong talent aan te trekken dat de organisatie in beweging kan brengen. Gedurende de periode dat ik voor Waterbedrijf Groningen werk, word ik daarom ingezet op zoveel mogelijk projecten in het gehele bedrijf. Dat geeft mij de kans om verbanden te leggen en afdelingsoverschrijdend te werken. Daardoor draag ik bij aan veranderingen met het organisatiebelang voorop.
actualiteit
Zo heb ik de kritieke bedrijfsprocessen in kaart gebracht die geraakt zouden kunnen worden in het geval van een grieppandemie en heb ik een plan opgesteld om de continuïteit van deze processen te waarborgen. Ik breng complexe projectstructuren omtrent een IT implementatie in kaart, ben verantwoordelijk voor het inzichtelijk maken van verbeterpunten voor de afdeling Facilitaire Dienst aan de hand van hun score in de landelijke benchmark en sinds kort ben ik projectleider van een project omtrent klachtenmanagement. Met het managen van vragen, verzoeken en klachten wil het waterbedrijf bereiken dat de klantgerichtheid van de organisatie wordt vergroot, faalkosten worden gereduceerd en de klanttevredenheid wordt verhoogd. Mijn opdracht bij Waterbedrijf Groningen is uitdagend en veelzijdig. Ik merk enerzijds dat ik heel veel kan bijdragen aan de organisatie en daadwerkelijk verbeteringen kan doorvoeren, terwijl ik anderzijds veel leer en mezelf verder ontwikkel.” Lizan (29) is deelneemster aan Young Executives en studeerde daarvoor Bedrijfskunde met als specialisatierichting innovatiemanagement.
en biedt organisaties grote uitdagingen, zeker in het Noorden. Organisaties met te weinig capaciteit of wervingskracht kunnen met ons programma Young Executives talentvolle jonge managers laten instromen.”
het programma een streng selectieproces doorlopen. Naast de opdrachten die zij doen, is er voortdurend begeleiding en training om hun vaardigheden en managementtechnieken te verbeteren.
Structurele invulling Potentiële partners van het programma zijn publieke organisaties, alsook (middel)grote bedrijven of regionale vestigingen van grote bedrijven. “Doel is om met een groep partners te werken, die kunnen putten uit een pool van potentials uit de regio”, legt Van den Eshof uit. Het programma geeft jong talent de kans om in twee jaar tijd bij verschillende organisaties in het Noorden ervaring op te doen en zich verder te ontwikkelen. De talenten moeten voor deelname aan
Voor de talenten, afkomstig van HBO of WO, is het ‘Young Executives’ programma een concreet alternatief voor wie in het Noorden carrière wil maken. Bovendien kunnen zij zich in twee jaar tijd bij meerdere bedrijven oriënteren. Voor de deelnemende partners biedt het programma een uitgelezen kans om deze talentvolle managers flexibel in te zetten en tegelijkertijd een beeld te krijgen van hun kwaliteiten. Boer & Croon werkt daarnaast actief en kosteloos mee aan de instroom van de talenten naar de part-
Jong talent vervult opdrachten bij bedrijven en publieke organisaties zoals Waterbedrijf Groningen, Leveste, Zorggroep Midden-Drenthe, RDW, de gemeente Groningen, RuG, IB-Groep en Hanzehogeschool. Aanvullend op de dertigers die vaak terugkeren naar het Noorden, wil men op deze wijze een groep creëren die vanaf het begin al in het Noorden blijft en een carrière en netwerk opbouwt. Op dit moment is de werving van talentvolle starters in het Noorden in volle gang. Hierbij wordt met name gekeken naar jong managementtalent met een goed ontwikkeld probleemoplossend vermogen, uitstekende interpersoonlijke vaardigheden en een actiegerichte houding. “De uitstroom van jong talent uit het Noorden is ook in onze ogen te hoog”, aldus Sibrand Poppema, voorzitter van het College van Bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen. “Wij zijn heel blij met het initiatief van Boer & Croon om behoud van talent in het Noorden op deze wijze te faciliteren en zorg te dragen voor een effectieve in- en doorstroom binnen de noordelijke organisaties.” Ook vanuit de Hanzehogeschool wordt het programma met enthousiasme begroet. “Onder de studenten aan de Hanzehogeschool zit veel potentieel dat een toegevoegde waarde kan zijn bij noordelijke organisaties. Dit programma biedt interessante mogelijkheden en kan met een breed draagvlak en participatie in de noordelijke regio absoluut veel opleveren”, aldus Marian van Os, lid van het College van Bestuur van de Hanzehogeschool. Bent u geïnteresseerd in Young Executives, dan kunt u contact opnemen met Stijn van den Eshof via s.van.den.eshof@ boercroon.nl of 020-3014097.
12
NoordNieuws december 2009
Jan-Willem Lobeek
[email protected]
Een kwestie van slim reizen
In de fase voorafgaand aan de besluitvorming rondom de Zuidelijke Ringweg Groningen heeft het bedrijfsleven onder aanvoering van VNO-NCW Noord het idee geopperd om te komen tot een Taskforce Groningen Bereikbaar. Over een aantal jaren, als de werkzaamheden op de Zuidelijke Ringweg zullen beginnen, is alle creativiteit nodig om de stad bereikbaar te houden. Met een paar simpele maatregelen kom je er dan (letterlijk) niet. Slim reizen is het devies. waarom nu al een taskforce instellen als de werkzaamheden pas over vier of vijf jaar gaan beginnen? de bedoeling achter de oproep van het bedrijfsleven ligt in het feit dat werkelijk alles uit de kast gehaald moet worden om de (waarschijnlijk) gehalveerde wegcapaciteit tijdens de bouw te ontlasten. Bovendien zal deze situatie enkele jaren voortduren. een goede oplossing hiervoor gaat verder dan een tijdelijk Ov abonnement. de taskforce groningen Bereikbaar, die inmiddels ook door de overheden is omarmd, zal zich met een viertal soorten maatregelen moeten bezighouden: (tijdelijke) infrastructuur, mobiliteitsmanagement, aangepast openbaar vervoer aanbod en dynamisch verkeersmanagement.
van omleidingsroutes. Hoewel NoordNederland zich kenmerkt als een regio met weinig files en een relatief lage verkeersdruk, kent de infrastructuur één belangrijk nadeel. van elke hoofdverbinding (weg of openbaar vervoer) is er maar één. dat wil zeggen dat bij een calamiteit op een hoofdverbinding er vrijwel geen gelijkwaardige alternatieven voorhanden zijn. een dergelijke calamiteit leidt direct tot enorme vertragingen. rondom de stad groningen is dat niet anders. Hoewel bij een calamiteit aan de zuidkant van de ring men ook langs de noordkant kan rijden, leidt dit vanwege de beperkte capaciteit en de extra afstand tot een flink tijdsverlies. dat zal te zijner tijd bij de ombouw van de Zuidelijke ringweg niet anders zijn.
omleiding Normaal gesproken wordt er bij grote wegwerkzaamheden gebruik gemaakt
een geluk bij een ongeluk is dat de provincie al in een eerder stadium had
besloten de gehele ring ongelijkvloers te maken om doorstroming te bevorderen. dit heeft al deels plaatsgevonden op de westelijke ringweg en voor de komende jaren staan ook de Oostelijke en Noordelijke ringweg op het programma. en als de planning wordt gehaald is dit klaar wanneer de werkzaamheden op de Zuidelijke ringweg gaan beginnen. Ook wordt er komende jaren fors geïnvesteerd in de Ov bereikbaarheid van groningen. Zowel de interne bereikbaarheid, door middel van een tram, als de externe bereikbaarheid door middel van een frequentieverhoging van de regiospoorlijnen moeten alternatieven bieden voor de reizigers uit de regio. Ook dit zal zijn gerealiseerd als de ‘grote’ ombouw gaat beginnen.
Fysieke maatregelen Maar met deze op zich forse investeringen zijn we er nog lang niet om de stad bereikbaar te houden. Juist de taskforce groningen Bereikbaar zal verder moeten kijken naar alternatieven. daarbij moet alles in eerste instantie bespreekbaar zijn. Het aanleggen van tijdelijke infrastructuur is een reële mogelijkheid. Zelfs onorthodoxe ideeën als het tijdelijk aanleggen van een Zuidtangent – een weg ten zuiden van groningen tussen de a7 en de a28 – zou in overweging genomen moeten worden. Maar ook maatregelen als extra tijdelijke transferia, bijvoorbeeld op de vrijgeko-
PraktIjk
Waarom de Taskforce Groningen Bereikbaar nu al noodzakelijk is
13
men vloeivelden van de Suikerunie, zijn kansrijk. Of het opwaarderen van omleidingsroutes en busbanen. Een nadeel van deze maatregelen is dat ze erg duur kunnen zijn en een beperkt oplossend vermogen hebben. Ook een deel van het openbaar vervoer maakt gebruik van de Zuidelijke Ringweg. Dat betekent dat allereerst voor deze lijnen een alternatieve route moet worden gevonden, maar ook dat er een sterk vergroot en divers aanbod nodig zal zijn om mensen daadwerkelijk andere keuzes te kunnen laten maken. Ervaringen elders in het land hebben geleerd dat, als de urgentie hoog genoeg is, mensen bereid zijn anders te kiezen. Denk bijvoorbeeld aan de A2 bij Eindhoven of de A10 West bij Amsterdam. Feitelijk zal de uitdaging zijn om gedurende de vier tot vijf jaar van de werkzaamheden een veel robuuster en uitgebreider bus- en treinnetwerk neer te zetten. De auto geldt niet langer als de norm.
kregen, al is dit nog moeilijk te vertalen naar concrete acties. Bij wegwerkzaamheden die veel hinder veroorzaken zet Rijkswaterstaat mobiliteitsmanagement verplicht in. De meeste aandacht is er voor mobiliteitsmanagement bij werkgevers. In 2007 wilde het Rijk mobiliteitsmanagement minder vrijblijvend maken via een aan de Wet milieubeheer gekoppelde Ministeriële Regeling. VNO-NCW zag zijn verantwoordelijkheid, maar was huiverig voor een wettelijke verplichting. De Sociaal-Economische Raad heeft daarop een advies uitgebracht. Kern is dat bereikbaarheid niet alleen een zaak is van de overheid, maar ook van het bedrijfsleven. Bedrijven hebben baat bij mobiliteitsmanagement en moeten hier aan meewerken. In 2008 is een taskforce ingesteld die hier uitvoering aan moet geven. Als het voorstel van de taskforce voldoende navolging krijgt, dan vindt het Rijk een wettelijke regeling niet meer nodig.
Gedragsverandering Duidelijk is dat er niet gekozen moet gaan worden tússen de maatregelen, maar om het invoeren van álle maatregelen die leiden tot het ontlasten van de weg tijdens de bouw. Maar desondanks blijft de mens de zwakste schakel. Ons keuzepatroon zal zich fundamenteel moeten wijzigen, al was het maar uit nood. De sleutel ligt in een wezenlijke gedragsverandering. Het gebruik van de auto hoeft niet per sé slecht te zijn, er zijn immers voldoende goede redenen om de auto te gebruiken. Zeker voor het economische verkeer is de auto een onmisbare schakel in de bedrijfsvoering. Maar het gaat er wel om dat we bewuster onze keuzes van tijdstip, route en aantal passagiers moeten gaan maken. Dat klinkt eenvoudig, maar dit mobiliteitsmanagement gaat verder dan nadenken over een enkele autorit. Zeker voor het bedrijfsleven kan dit verregaande gevolgen voor de bedrijfsvoering hebben. Dat mobiliteitsmanagement nodig is – voor zowel de grote organisaties als het MKB – begint inmiddels gemeengoed te worden. Sinds 2006 is er meer aandacht voor mobiliteitsmanagement. In de Nota Mobiliteit en in de verkeersnetwerkanalyses in diverse regio’s heeft het een plek ge-
Het Nieuwe Werken Mobiliteitsmanagement is het organiseren van slim reizen. Aangezien de auto niet alle problemen kan oplossen, wordt de reiziger geprikkeld alternatieven te gebruiken als fiets, OV of gebruik van P+R. Overheden, werkgevers, publiekstrekkers en aanbieders van mobiliteitsdiensten organiseren samen de voorwaarden waarbinnen reizigers slimme keuzes kunnen maken. Een belangrijk onderdeel binnen mobiliteitsmanagement voert direct terug naar de bedrijfsvoering. Een voorbeeld hiervan is Het Nieuwe Werken, een andere manier van werken en samenwerken, ondersteund door de laatste technologie. In het Nieuwe Werken gaan mensen en organisaties flexibeler om met arbeidstijd en werkomgeving. Hierdoor voelen mensen zich prettiger en wordt de organisatie productiever. Voor veel bedrijven is dit een cultuurshock. Waar voorheen alle medewerkers zich op het hetzelfde moment binnen hetzelfde gebouw bevonden, zijn zij nu deels elders (vaak thuis) of op wisselende tijdstippen
Voorbeeld Amsterdam In de regio Amsterdam heeft men ten behoeve van het mobiliteitsmanagement de Taskforce Ontspits opgericht. Taskforce Ontspits is een samenwerkingsverband tussen bedrijfsleven en overheden in de Metropoolregio Amsterdam en probeert de fileproblematiek in de Metropoolregio Amsterdam te verminderen. Het rendement van ‘ontspitsen’ is hoog. Werknemers ervaren minder stress en zijn productiever. Bedrijven zijn beter bereikbaar voor zowel klanten, goederen als personeel. De regio Amsterdam wint aan bereikbaarheid, leefbaarheid en verbetert daarmee haar imago van krachtig economisch zakencentrum. Ook de winst voor het milieu is groot door minder schadelijke uitstoot. Men heeft oog voor de belangen van de ander en gunt elkaar de mogelijkheid om te scoren. Ambtenaren denken óók zakelijk. Werkgevers denken en doen óók maatschappelijk. Initiatieven van een ander worden gepromoot onder de eigen achterban. VNO-NCW West organiseerde in het begin van het proces een bijeenkomst waarin alle belangen open op tafel kwamen te liggen. Dat schiep veel wederzijds begrip. Er is een duidelijke taakverdeling; het bestuur bepaalt de koers. De programmamanager bewaakt de voortgang, het proces en de monitoring en organiseert de overall-communicatie (met ondersteuning van een communicatieadviseur). De Taskforce Ontspits bespreekt de voortgang van de convenantafspraken, stemt de samenwerking af en adviseert over financieringsaanvragen. Convenantpartners en de bereikbaarheidsmakelaar dienen de projectvoorstellen in, overheden regelen de financiële bijdrage. Het invoeren van betaald parkeren of betaald rijden kan niet zonder het bieden van alternatieven voor de reiziger. Dat wordt erkend door de overheden en gevoeld door het bedrijfsleven. Dat biedt een gezonde voedingsbodem voor samenwerking.
14
NoordNieuws december 2009
anwezig. Hoewel de huidige technoa logieën voldoende randvoorwaarden scheppen, vraagt het wel om een andere vorm van organisatie en aansturing van de werkzaamheden. Evident is wel dat het aantoonbaar leidt tot minder auto kilometers in de spitstijden.
Gedeelde belangen Mobiliteitsoplossingen zijn gedeelde belangen van overheid, bedrijfsleven en vervoerbedrijven. Steeds meer overheden beseffen dat mobiliteitsproblemen om bredere oplossingen vragen. Samenwerking binnen de organisatie en met andere organisaties wint aan belang. Gemeenten, regionale overheden en het Rijk hebben verschillende rollen.
Dynamisch verkeersmanagement Om tot gedragsverandering te komen is niet alleen de wil en de noodzaak van belang, maar ook de mogelijkheid om de goede keuzes te maken. In dit informatietijdperk lijkt dat vanzelfsprekend, maar in de praktijk wordt ons reisgedrag vooral bepaald door gewoonte of de TomTom. We denken niet echt na over de route en de wijze van vervoer. Door meer informatie hierover te verschaffen kun je het gedrag beïnvloeden, bijvoorbeeld door middel van dynamisch verkeersmanagement. Dit is het beïnvloeden van vraag en aanbod in het verkeer naar tijd en plaats, met als doel een zo goed mogelijk functionerend systeem. Bij verkeersmanagement ligt de nadruk op het wegverkeer. Het wil de routekeuze, het reistijdstip en het rijgedrag van verkeersdeelnemers beïnvloeden. Dit gebeurt onder meer door verkeersinformatie. Er zijn slimme combinaties mogelijk tussen mobiliteitsmanagement en verkeersmanagement, bijvoorbeeld route-informatie die verwijst naar een P+R terrein.
Op al deze bestuurslagen is een goede samenhang nodig met beleidsterreinen als milieu, ruimtelijke ordening, economie en sociale zaken. Een sleutelrol is weggelegd voor organisaties die invloed hebben op verkeer en vervoer: werkgevers, publiekstrekkers en aanbieders van mobiliteitsdiensten. Overheden hebben een dubbelrol: ze zijn zelf ook werkgever. Voordelen van mobiliteitsmanagement voor overheden: passender binnen maatschappelijke voorwaarden, effectiever beleid, lagere infrastructuurkosten. Werkgevers en publiekstrekkers hebben belang bij een goede bereikbaarheid voor hun bezoekers, klanten, personeel, relaties en goederen. Ook arbeidsvoorwaarden, kosten en maatschappelijke verantwoordelijkheid maken dat bedrijven mobiliteit vaker op de agenda zetten. Als bedrijven tegen een serieus probleem oplopen, zullen ze dat willen aanpakken. Een bedrijf vindt bijvoorbeeld de kosten van de parkeerplaatsen te hoog. Of een evenementenorganisator wil voorkomen dat bezoekers door verkeerschaos voortijdig naar huis terugkeren. Voordelen van mobiliteitsmanagement voor werkgevers en publiekstrekkers: betere bereikbaarheid, minder parkeerproblemen, effectievere reistijd, lagere kosten, gezondere werknemers. Vervoerbedrijven verzorgen in opdracht van regionale overheden het openbaar vervoer. Daarnaast groeit het aantal andere aanbieders van mobiliteit. Denk aan Greenwheels, OV-fiets, Regiotaxi of Reisinformatiegroep. Samen bieden zij een scala aan mogelijkheden plus communicatie met potentiële gebruikers. De uitdaging is het creëren van een aanbod dat aansluit bij de wensen van mensen die zich verplaatsen. Voordelen van mobiliteitsmanagement voor aanbieders van mobiliteitsdiensten: slimmere producten, meer klanten, hogere marges.
Een kwestie van doen Veel van de hiervoor beschreven maatregelen zijn ingegeven door de urgentie van de bereikbaarheid tijdens de ombouw van de Zuidelijke Ringweg Groningen. Maar mobliteitsmanagement gaat ook nadrukkelijk om het wijzigen van het gedrag. Dat is iets dat makkelijker is gezegd dan gedaan. Daarbij komt dat de huidige bereikbaarheid van de stad Groningen ver onder de maat is en dat de fysieke alternatieven nog lang niet gereed zijn. Dus wachten tot het nodig is hoeft niet, want een gedragsverandering is nú al nodig. Daarom heeft VNO-NCW Noord samen met maatschappelijke partners als de Rabobank het initiatief genomen om de eerste verkenningen rondom mobliteitsmanagement te plegen. Binnen de Taskforce Groningen Bereikbaar wordt nadrukkelijk de kennis meegenomen die elders in het land al is opgedaan. De goede resultaten die bijvoorbeeld in
Amsterdam of in de regio Haaglanden worden behaald werken stimulerend om er hier ook een succes van te maken. Mobiliteitsmanagement kan alleen slagen als er voldoende commitment is bij zowel de overheid als het bedrijfsleven. Een dringende noodzaak werkt bevorderend, maar op termijn zullen de andere voordelen doorslaggevend moeten zijn: kostenreductie, meer flexibiliteit en minder milieubelasting. Als het in de regio Groningen een succes wordt, ligt het voor de hand dat andere noordelijke steden kunnen volgen. De sleutel hiervoor ligt bij het lokale bedrijfsleven. Ook voor hen zal dan gelden: wie mobiel wil zijn moet slim reizen. <
15
Lex Kloosterman
[email protected]
Noordermatch 2010: gaming, social media en Hamburg
Bedrijfsleven + creatieve industrie
praktijk
Op donderdag 14 januari 2010 vindt de vierde editie plaats van Noordermatch, het business-to-creative matchmaking event binnen het Eurosonic/Noorderslag Seminar. Beslissers uit het noordelijke bedrijfsleven matchen dan met hun collega's uit de creatieve industrie. De hoofdthema's zijn: gaming, social media en zakenrelaties met Hamburg. De formule van Noordermatch is even simpel als doeltreffend. Zet ruim honderd beslissers uit verschillende sectoren een dagdeel bij elkaar, inspireer ze met succesvolle praktijkvoorbeelden en laat ze zowel in groepen als één-op-één met elkaar matchen. Eerdere edities van Noordermatch leidden al tot opmerkelijke resultaten. De meest aansprekende daarvan werd onlangs officieel geopend: Gameship Leeuwarden, een match tussen onder andere de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden, theFactor.e en de NOM.
Gaming Dat gaming meer is dan entertainment only, bewijst de opening van Gameship Leeuwarden. Hoewel het onderwijs er een belangrijke rol speelt, is de game industry serious business. Gameship is een van de modernste multimedia- en gamestudio's van (Noord-)Nederland. Tijdens Noordermatch zullen de initiatiefnemers uitleggen welke mogelijkheden deze state-of-the-art studio biedt aan het Noord-Nederlands bedrijfsleven.
Social Media De opkomst van social media is een gegeven. Oorspronkelijk vooral populair bij jongeren (MSN, Hyves), maar
nu ook definitief doorgebroken in het bedrijfsleven. Sites als LinkedIn, Twitter, Facebook en Plaxo zijn niet meer weg te denken en groeien nog altijd in hoog tempo. De vraag is wel: 'wat levert deelname aan social networks op?'. Noordermatch presenteert succesvolle praktijkvoorbeelden en gaat in op fenomenen als crowd sourcing, crowd funding en crowd creation.
Groningen-Hamburg Op 15 januari 2009 tekenden de Hanzesteden Groningen en Hamburg een Letter Of Intent (LOI), tijdens de vorige editie van Noordermatch. Daarin legden beide steden de wens vast om samen te werken rondom de thema's 'creatieve industrie en gaming', 'IT, Media en Telecommunicatie' en 'kennisinstellingen'. In januari 2010 zal een delegatie van Gamecity Hamburg op Noordermatch aanwezig zijn, vertegenwoordigers van Marketing Hamburg en Hamburg@ Work, evenals vertegenwoordigers van het Netherlands Business Support Office (NBSO) Hamburg, een onderdeel van het ministerie van Economische Zaken. Het NBSO heeft tot doel Nederlandse bedrijven te faciliteren in hun contacten met Hamburg en Noord-Duitsland.
Speedmatching Het belangrijkste onderdeel van Noordermatch is het interactieve match-programma. Deelnemers nemen eerst plaats aan tafels, waar ze onder leiding van een adviseur van Syntens gestructureerd in gesprek gaan. Binnen een uur bedenken ze nieuwe ideeën, leggen contacten en wisselen visitekaartjes uit. De meest succesvolle ideeën en matches kunnen rekenen op voortzetting van de begeleiding door Syntens. Ook is er de mogelijkheid om te speeddaten: snelle één-op-één gesprekken, die meteen duidelijk maken of een vervolg zinnig is, of niet.
Aanmelden Deelname aan Noordermatch 2010 gaat uitsluitend op uitnodiging. Wilt u een uitnodiging ontvangen? Meldt u zich dan aan via de groep 'Noordermatch' op LinkedIn, of stuur een mailtje naar:
[email protected]
16
NoordNieuws december 2009
Reinhardt Lagerwaard
[email protected]
Een goede voorbereiding is het halve werk
Naar aanleiding van deze nieuwe regeling zal een groot deel van de huidige onbelaste vergoedingen en verstrekkingen komen te vervallen. Denk hierbij aan een vergoeding voor werkkleding, (bedrijfs) fitness, een fiets van de zaak, etc. Worden deze kabinetsplannen goedgekeurd, dan verdwijnen hiermee voor een aanzienlijk deel de administratieve lasten en het risico op een (aanzienlijke) boete als uw administratie niet op orde wordt bevonden. De nieuwe regeling is te beschouwen als een vereenvoudiging, maar een werkgever is nog steeds niet helemaal af van administratieve lasten. U zult moeten (laten) beoordelen wat nu precies onder het begrip loon valt en welke bedragen u daarnaast onbelast kunt vergoeden. Het is zaak om dit goed door te nemen met uw accountant/ boekhouder. In de administratie moet u de kostenvergoedingen nog steeds apart benoemen en kunnen onderbouwen. Goede hulp daarbij is ongetwijfeld wenselijk. Gevolg van deze regeling is wel dat uw personeelskosten kunnen stijgen. Om dit zoveel mogelijk tegen te gaan, loont het om u in 2010 grondig voor te bereiden. Het is raadzaam om de hoogte van de
onkostenvergoedingen opnieuw vast te stellen. Er dient rekening te worden gehouden met de werkgeverslasten die voortkomen uit deze nieuwe wet- en regelgeving. Daarnaast is het goed om de (standaard) arbeidscontracten hierop aan te passen. Ook (interne) personeelsreglementen en declaratievoorschriften dienen te worden gewijzigd. Goede communicatie met werknemers en de eventuele ondernemingsraad is essentieel. Hiermee voorkomt u dat een werknemer kan aangeven dat hij niet bekend is met de veranderingen en aanspraak blijft maken op zijn oude onkostenvergoeding. Het zou kunnen zijn dat een rechter dat honoreert, met als gevolg dat uw lasten tot en met 80% kunnen stijgen. Bijzonder onwenselijk.
Geen vereenvoudiging… Het plan van De Jager lijkt misschien een vereenvoudiging of zelfs een verbetering, maar is dat niet. Anderhalf procent van de loonsom is relatief weinig. Wanneer een werknemer € 25.000 bruto mocht verdienen, dan spreken we over een bedrag van € 375 per jaar. Verdient deze werknemer het dubbele, dan spreken we nog steeds over slechts € 750. Veel werknemers zijn ongetwijfeld gewend aan het krijgen van vergoedingen voor een aantal zaken of onkosten die zij maken. Wanneer u hen heeft te berichten
dat dit moet worden versoberd, zal dit tot irritaties en/of wrijvingen binnen de organisatie kunnen gaan leiden. Dan kunt u aangeven dat u dit alles ook niet heeft bedacht, maar dat zal niet veel aan het negatieve gevoel veranderen. U als werkgever bent en blijft het aanspreekpunt voor de werknemers. Wilt u geen commotie, dan is de makkelijkste keuze om alles te blijven vergoeden, met als gevolg dat u hiertoe belast wordt en ongeveer 80% extra betaalt. De onderneming zal hierdoor worden gedupeerd. Of dit ook de feitelijke bedoeling van het belastingplan is (namelijk een lastenverzwaring voor het bedrijfsleven creëren), vraag ik mij af. De staatssecretaris zou nog eens goed naar de regeling moeten kijken of hij deze zou willen verruimen, of dat we moeten concluderen dat de oude regeling in stand dient te worden gehouden. Mocht u twijfelen of een vergoeding al dan niet onder deze regeling valt of tot de uitzonderingen behoort, vraag dan advies aan uw accountant of rechtstreeks bij de Belastingdienst. Voorkomen is namelijk beter dan genezen. Wanneer nadien moet worden geprocedeerd over naheffingen en boetes, dan is dit zonde van uw tijd en geld.
opinie
Staatssecretaris De Jager wil ten aanzien van kostenregelingen voor werknemers een aantal ingrijpende veranderingen gaan doorvoeren. Zijn belastingplan gaat uit van een forfaitaire “werkkostenregeling”. Als werkgever mag u maximaal 1.5% van de totale loonsom als onbelaste kosten aan de werknemer vergoeden. Vergoedt u meer, dan bent u over dit meerdere een eindheffing verschuldigd van maar liefst 80%.
vereniging
Kees Veling
[email protected]
Foto: Harm Bellinga, JAV Studio's
17
(De)badtraining voor jonge ondernemers? Op weg naar school, met de kinderen achter in de auto, vertelde ik hen dat ik die avond een debattraining zou volgen. De eerste reactie die van de achterbank kwam was: “Waarom heb jij een badtraining nodig?”. Ik wist toch wel hoe ik in bad zou moeten? Toen ik uitlegde dat de training niet over ‘in bad gaan’ zou gaan, maar over spreken in het openbaar, volgde al snel de vraag wat een debat precies is. Ik moest een tijdje nadenken over welk antwoord daar bij hoort. Ik kon ze gelukkig tevreden stellen met het volgende: “Een debat voeren is dat meerdere mensen elkaar vertellen wat ze van een bepaald onderwerp vinden en daarover discussiëren”.
ding van Peter van der Geer, topdebater van Debat.nl, iedereen weer op scherp gezet.
‘Debad-jas’ Iedere ondernemer komt wel eens in situaties waarbij je een grotere groep mensen moet toespreken, of in een vergadering een bepaalde keuze moet verdedigen. Ook voeren de meeste ondernemers met enige regelmaat sollicitatiegesprekken.
Scherp en opbouwend Op 9 november 2009 organiseerde JNO een debattraining door Peter van der Geer. De gastheer van die avond was Lieuwe Akkerman van Dolmans Landscaping Noord te Beilen. In een van zijn mooie vergaderzalen werd onder begelei-
Maatschappelijk verantwoord ondernemen: een criterium voor het lidmaatschap van JNO of niet? Dat is de stelling die centraal stond in het afsluitende debat. Wat ik daaruit in ieder geval geleerd heb, is dat het bij een dergelijke stelling en dus in een debat niet zo zeer gaat om het overtuigen van je tegenstander, maar meer over het overtuigen van de mensen die nog geen keuze hebben gemaakt.
Van der Geer daagde de jonge ondernemers uit om middels eigen praktijkvoorbeelden bovengenoemde situaties na te bootsen, waarop hij scherpe en opbouwende kritiek gaf.
Het was de tweede keer dat JNO voor haar leden een dergelijke avond organiseerde. En met succes. Alle betrokkenen waren enthousiast over de avond en vonden het voor herhaling vatbaar. Na afloop van de inspirerende, discussievolle avond werd de ‘Debad-jas’ uitgereikt aan de beste debater van de avond. Erik Knol van ING mocht deze badjas in ontvangst nemen. Hadden mijn kinderen de link toch goed gelegd!
18
Foto's: Harm Bellinga, JAV Studio's
NoordNieuws december 2009
vno-ncw noord in beeld: Even hing er een zwarte wolk boven het VNO-NCW Noord Jaarcongres: Hoofdspreker Ad Scheepbouwer, topman van KPN, zegde op het allerlaatste moment af. Een meer dan waardig vervanger was echter snel gevonden in de persoon van Peter Paul de Vries, CEO van Value8 en ‘bekend van Pauw en Witteman’.
Ook Niek Jan van kesteren, algemeen directeur van vNO-NCw, was vanuit den Haag naar het Martiniplaza in groningen gekomen om ons een update vanuit de randstad te geven. Na afloop van het geslaagde congres werd er echter het meest gesproken over de speech van onze voorzitter, Bert van der Haar. Hij maakte de tongen los door te pleiten voor ‘Friesland’ als
naam van een nieuwe noordelijke provincie, waarin groningen, Friesland en drenthe worden samengevoegd. Het congres werd voorafgegaan door de algemene ledenvergadering. Hierin werd besloten om voormalig algemeen secretaris Hans Haerkens erelid van de vereniging te maken.
Hans Haerkens (rechts), erelid van VNO-NCW Noord, naast voorzitter Bert van der Haar en directeur Lambert Zwiers.
Bert van der Haar, voorzitter VNO-NCW Noord.
19
het jaarcongres 2009
Peter Paul de Vries, CEO van Value8.
Niek Jan van Kesteren, Algemeen directeur VNO-NCW.
Schuurmans Advocaten & Adviseurs is gespecialiseerd in juridische dienstverlening aan ondernemers in het MKB. Wij kennen uw problemen, weten wat ondernemen is en hebben gevoel voor wat wel of niet haalbaar is. Wij spreken uw taal. Maar de tijd dat een advocaat al het juridische tot in de diepste diepten beheerste is voorbij. Dus hebben we specialisten. Mensen die dagelijks bezig zijn met hun vak op hun rechtsgebied en continu bijleren en u daarom goed van dienst kunnen zijn.
De vele gezichten van Schuurmans advocaten en adviseurs
Zo’n specialist is bijvoorbeeld: Mr. dr. G.H. Sjobbema Gerhard Sjobbema is als advocaat en fiscaal jurist werkzaam bij Schuurmans Advocaten & Adviseurs. Hij heeft fiscaal recht gestudeerd en is werkzaam geweest als fiscalist.
©Adtentie Reclame
De praktijk van Sjobbema richt zich op het ondernemingsrecht, meer in het bijzonder de fiscale en juridische begeleiding van ondernemingen. Het opstellen van contracten met oog voor fiscale details, het voeren van onderhandelingen met de Belastingdienst en het procederen spelen daarin een belangrijke rol. Zeker in de huidige uitdagende marktomstandigheden is een ondernemer gebaat bij een advocaat met een fiscale achtergrond en financieel inzicht.
Bezoekadres: Oosteinde 4b, Roden Postbus 145, 9300 AC Roden T 050 - 50 15 455 F 050 - 50 15 456 I www.schuurmans.nl E
[email protected]
21
Lambert Zwiers
[email protected]
Ondernemersfondsen voor specifieke gebieden Ondernemersfondsen kunnen uitkomst bieden tegen de zogenaamde freeriders: bedrijven of winkeliers die wel profiteren van de gemeenschappelijke voorzieningen, maar hier geen bijdrage aan leveren. VNO-NCW Noord staat in principe positief tegenover de nieuwe regeling, maar wijst erop dat deze niet generiek toegepast moet worden.
actualiteit
Op verschillende plaatsen in NoordNederland worden initiatieven genomen om ondernemersfondsen op te richten. Dit kan op twee manieren gerealiseerd worden: ondernemers betalen ofwel via de experimentenwet BIZ (bedrijven investeringszones) of via een toeslag op de OZB. Ondernemers willen op lokaal niveau graag concrete initiatieven nemen zoals promotie, parkmanagement en beveiliging. In de praktijk is het echter lastig om dit soort activiteiten in winkelgebieden of op bedrijventerreinen met vrijwillige bijdragen gefinancierd te krijgen. Een toeslag, die rechtstreeks in een ondernemersfonds wordt gestopt, kan hiervoor uitkomst bieden. Door ondernemersfondsen te creëren, kan het probleem van de zogenaamde ‘freeriders’ daadkrachtig worden aangepakt. Freeriders zijn ondernemers die wel profiteren van gemeenschappelijke activiteiten in bijvoorbeeld de binnenstad of op een bedrijventerrein, maar daar geen bijdrage aan willen leveren. VNO-NCW Noord staat in beginsel positief tegenover de ondernemersfondsen, maar wil hier wel een aantal kanttekeningen bij plaatsen. Allereerst zijn ondernemers gebaat bij een terughoudende ontwikkeling van de lokale lastendruk. Eerste opgave is dus om financiering van activiteiten tot stand te brengen met behulp van bestaande faciliteiten. Lukt dit niet, dan kan een ondernemersfonds uitkomst bieden. Mocht dit fonds worden opgezet, dan moet het voor en door ondernemers worden bestuurd. De overheid krijgt hierbij een faciliterende rol: gemeenten innen
de toeslag wel, maar sluizen deze volledig door naar het ondernemersfonds. Ook is het van belang dat het om aanvullende bestedingen gaat, die los van reguliere overheidsinspanningen worden gedaan. Er moet goed nagedacht worden waar het geld aan wordt uitgegeven, voordat er besloten wordt een extra heffing in te voeren. Belangrijkste kanttekening is echter dat de heffingen worden bestemd voor een specifiek gebied en ook worden opgebracht door bedrijven die daar gevestigd zijn. Het gevaar van de regeling is namelijk dat bedrijven betalen voor projecten en activiteiten waar ze geen baat bij hebben, omdat de heffing in deze gevallen per gemeente wordt ingevoerd en niet per winkelgebied of bedrijventerrein. Stel dat dit in Groningen het geval zou zijn. Een bedrijf met veel onroerend
goed is dan verplicht om een flinke extra bijdrage aan de OZB te leveren. Dit geld zal misschien geïnvesteerd worden in voorzieningen waar de betrokken organisaties niets aan hebben. VNO-NCW Noord benadrukt dan ook dat de heffing niet generiek toegepast moet worden en zal hier bij de gemeenten, maar ook bij lokale ondernemersorganisaties, op aandringen. Want onder de genoemde voorwaarden zijn ondernemersfondsen een aanwinst voor iedere stad. Voor actuele informatie inzake BIZ experimenten en het evaluatietraject kunt u terecht op www.biz-nl.nl. <
22
NoordNieuws december 2009
> F rans Nooren, specialist in onderhoud van civieltechnische en infrastructurele werken, wil in 2010 een vestiging in Friesland openen. Het bedrijf zit nu in Stadskanaal en Diemen, en houdt sinds kort kantoor in Leeuwarden. Volgens directeur Martin van der Leest kunnen er in een toekomstige Friese vestiging ongeveer 25 werknemers aan de slag.
>K oop Holding BV uit Groningen heeft ondanks een sterk gedaalde omzet in 2008 toch nog een winst van 4,5 miljoen euro kunnen maken. Een jaar eerder werd er nog 10,1 miljoen verdiend. De omzet daalde afgelopen jaar van 861 miljoen naar 730 miljoen. Koop Holding BV heeft drie takken. Pijpleidingenbedrijf Nacap is goed voor verreweg het grootste deel van de omzet (508 miljoen). Bij bouwdivisie Geveke daalde de omzet van 146 naar 123 miljoen, terwijl KDE (Koop Duurzame Energie) Energy 84 miljoen omzet realiseerde. Er werkten bij Koop het afgelopen jaar 3.582 mensen.
>R ijksuniversiteit Groningen (RUG)
bedrijf Noblesse Proteins twee hectare grond verkocht op het bedrijvenpark. Noblesse Proteins is het eerste bedrijf sinds vijftien jaar dat zich op het terrein vestigt en gaat daar slachtafval van pluimvee omzetten in meel voor diervoeders. Vijftig procent van de warmte die voor het productieproces nodig is, wordt geleverd door de vuilverbrander van Essent. Het is de bedoeling dat eind dit jaar met de bouw van de fabriek van Noblesse Proteins wordt gestart. In november 2010 kan dan met de productie begonnen worden.
>S ara Lee / Douwe Egberts in Joure is druk met de bouw van de nieuwe koffiefabriek. Op het bedrijfscomplex zal een tweede Moccona-toren verrijzen van ruim 25 meter hoog. De nieuwe koffietoren is nodig voor de productie van oplosen automatenkoffie. Douwe Egberts vergroot de productie met 50 procent.
>E uro Credit Management bestookte bedrijven in de provincie Groningen eind oktober met spooknota's. Bedrijven ontvangen een rekening voor een softwarepakket dat ze nooit hebben besteld, althans niet bij de afzender van de nota's. In alle bekende gevallen moet 295,12 euro worden overgemaakt voor 'Office 9 Pro voor Windows', zoals het op de rekeningen wordt genoemd. Groningse ondernemers zijn door de jaren heen regelmatig geconfronteerd met spooknota's. In heel Nederland worden bedrijven, maar ook steeds vaker instellingen als scholen en ziekenhuizen, naar schatting voor honderden miljoenen euro's per jaar opgelicht door advertentie- en acquisitiefraudeurs, zoals ze officieel heten.
>S tork Fokker heeft opnieuw een grote order in de wacht gesleept voor het maken van onderdelen voor het nieuwe gevechtsvliegtuig F-35, beter bekend als de Joint Strike Fighter (JSF). De opdracht is goed voor 200 miljoen dollar (137 miljoen euro) omzet en levert honderd extra banen op in de fabriek in Hoogeveen. De Amerikaanse vliegtuigbouwer Lockheed Martin, hoofdaannemer van het JSF-project, heeft besloten Stork F okker zogenaamde flaperons te laten maken. Dat zijn drie meter lange kleppen, die aan de achterzijde van de vleugels moeten komen. Ze worden opgetrokken uit een combinatie van composiet en titanium en zijn van essentieel belang voor het besturen van het nieuwe toestel. In de fabriek in Hoogeveen, waar nu een slordige 750 mensen werken, wordt er nog dit jaar aan begonnen. De order heeft een looptijd van vijf jaar. Als Stork Fokker ook de vervolgopdracht binnenhaalt, kan de omzet groeien tot een miljard dollar en is er werk voor nóg eens honderd mensen.
>H ZPC in Joure heeft het afgelopen seizoen -2008/2009- een winst van € 4,8 miljoen geboekt. Dit is beduidend minder dan de € 7,3 miljoen die het jaar daarvoor werd behaald. Toch is de directie tevreden over het resultaat. “Met een netto rendement op het eigen vermogen van 15% is er nog altijd sprake van een mooi jaar.” Als gevolg van lagere prijzen daalde de omzet in pootaardappelen met € 7,5 miljoen tot € 95,5 miljoen. De omzet in consumptieaardappelen bleef gelijk aan 2007/2008. De deelnemingen realiseerden gezamenlijk een winst van € 3,1 miljoen. De raad van commissarissen heeft besloten € 1,7 miljoen van de winst toe te voegen aan het vermogen en daarmee € 3,1 miljoen (65%) ter beschikking te stellen van de certificaathouders.
>V an der Zee Vleesgrootverbruik in Emmen is uitgeroepen tot beste SVO leerbedrijf van 2009. SVO is de opleidingspartner voor bedrijven in de foodsector. Van der Zee heeft de prijs gewonnen doordat het opleidingsbeleid geborgd is in het bedrijfsbeleid. Hierbij is structureel aandacht voor opleiding en ontwikkeling van medewerkers.
– Geef uw bedrijfsnieuws door via
[email protected] –
Bedrijfsnieuws
investeert in de komende vijftien jaar ruim 200 miljoen euro in de nieuw- en verbouw van verschillende gebouwen. De RUG maakte in de afgelopen jaren een gestage groei door en heeft last ruimtegebrek. De universiteit start volgend jaar met de bouw van een nieuw researchgebouw voor de faculteit Medische Wetenschappen vlakbij het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Ook bij de faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen, gelegen op het Zernike-complex, moet nieuwbouw komen. Het college van bestuur van de RUG liet weten zelf in de financiering te kunnen voorzien.
>E ssent Milieu in Wijster heeft aan het
23
Lex Kloosterman
[email protected]
Grenzeloos ondernemen Het belang van strategieën onder de loep genomen De crisis is voelbaar voor iedereen, maar hoe moeten we er mee omgaan? Laten we onze strategie los en steken we onze kop in het zand, wachten we af tot de storm overgaat of passen we onze strategie aan?
praktijk
AIESEC Groningen organiseert in samenwerking met VNO-NCW Noord voor de vijfde keer op rij het internationaliseringscongres. Dit jaar zal het congres plaatsvinden op 27 januari 2010 in de Mediacentrale in Groningen. Het thema van dit jaar is: ‘Grenzeloos ondernemen: Het belang van strategieën onder de loep genomen’. Binnen dit kader zal gekeken worden naar het belang van het behouden (dan wel het veranderen) van een strategie onder verschillende omstandigheden. Hoe moet een bedrijf omgaan met haar strategie als er sprake is van een veranderende, externe omgeving zoals de crisis op dit moment? Welke aanpassingen zijn nodig in de huidige turbulente tijden en wat is het
Programma 27 januari 2010: congres ‘Grenzeloos ondernemen’ • Market Entry Strategies, a resourced based approach – Maryse Brand (Rijksuniversiteit Groningen) • MKB’ers met succes de grens over, wat kunnen we van ze leren? – Jaan Kets (docent International Business School Hanzehogeschool) • Social Media Strategy – Ron Overbeek (directeur Statement) • Ethical Dilemmas as International Business Strategy – Michaela Carriere (docent Hanzehogeschool)
belang van het vasthouden aan een bepaalde koers? Op deze vragen zal onder andere antwoord worden gegeven door verschillende sprekers, waaronder Eric Jansen (directeur Kamer van Koophandel), Joke van der Ven (directeur Ars Bene Laborandi en Vrouwelijke Ondernemer 2008) en Bart van de Leemput (directeur NAM). Lambert Zwiers, directeur van VNO-NCW Noord zal deze dag voorzitten. Bovendien zullen er verschillende workhops worden aangeboden die dieper ingaan op bepaalde onderwerpen. Ondernemers kunnen zich opgeven voor het congres tot 20 januari 2010 op www.aiesec.nl/groningen onder het kopje ‘Subscribe for AIESEC VNO-NCW Noord Congres’.
Toegang tot internationaal toptalent De organisatie van het congres ligt in handen van de grootste internationale studentenorganisatie ter wereld: AIESEC, de grootse non-profit organisatie na de Verenigde Naties. AIESEC is gevestigd in 107 landen en heeft 32.000 actieve leden. Bovendien maakt AIESEC het mogelijk dat er per jaar meer dan 7.000 academische studenten worden uitgewisseld bij bedrijven als Nike, Coca Cola, maar ook bij veel MKB bedrijven. De core business van AIESEC is het ontwikkelen van studenten en ze voorbe-
reiden op de toekomst door middel van vier verschillende soorten traineeships: development, educational management en technical traineeships. Niet alleen studenten hebben baat bij een internationale traineeship, ook voor bedrijven is dit een uitgelezen kans om aan gespecialiseerd en gemotiveerd talent te komen uit een totaal andere cultuur. Wij bemiddelen niet alleen in de samenwerking tussen bedrijven en studenten, AIESEC regelt ook het aanvragen van visa en het zoeken van huisvesting en sociale opvang. Hierdoor is het voor bedrijven mogelijk om studenten in dienst te nemen voor het uitvoeren van bepaalde projecten of werkzaamheden. Het aanbieden van een traineeship aan studenten levert ten eerste een diversiteit op aan culturen binnen het bedrijf. Daarnaast kan een student ervoor zorgen dat niet-aanwezige kennis wordt toegepast voor werkzaamheden binnen het bedrijf. AIESEC trainees hebben diverse achtergronden: van marketing en bedrijfskunde tot engineering en ICT. De trainees zijn veelal aan het einde van de bachelor of master fase van hun universitaire studie of zijn net afgestudeerd. Wilt u meer informatie over de mogelijkheden van een AIESEC trainee, dan kun u contact opnemen met AIESEC Groningen: 050 – 36367928 of
[email protected]. <
24
NoordNieuws december 2009
Lex Kloosterman
[email protected]
Een telegram? Helemaal van deze tijd Wie denkt dat een telegram versturen uit de tijd is, heeft het helemaal mis. Bij Telegram.nl in Alteveer is het telegram aan een tweede jeugd begonnen. Ook voor bedrijven kan het ouderwetse communicatiemiddel uitkomst bieden.
praktijk
Denkend aan een telegram, gaan de gedachten al snel terug naar vroegere tijden. Het getik van een ouderwetse telegraaf, of een handgeschreven bericht waar achter iedere zin ‘STOP’ staat in plaats van een punt, om kosten te besparen. Van dit alles is niets te merken in het moderne, pas gebouwde pand van Telegram.nl in het Groningse Alteveer. Behalve dat directeur Rob van Hoof oude apparatuur als verzameling in de kast heeft staan. Dat het versturen van een telegram een meer dan 150 jaar oud concept is, wil niet zeggen dat het in deze tijd niet meer toegepast kan worden.
Impact Telegram.nl is de alleenheerser in Nederland op het gebied van telegrammen. Regelmatig moet Van Hoof aan mensen uitleggen waarom hij in deze business is gestapt. “Mensen vragen mij dan: telegrammen? Bestaan die nog? Ik stel dan altijd de wedervraag: heeft u zélf wel eens een telegram ontvangen? Meestal hebben ze dat een enkele keer gehad, en dat zullen ze altijd blijven onthouden. Het gaat dan ook om de impact die een telegram heeft. Van hun bruiloft weten mensen niet meer van wie ze allemaal een kaartje hebben gekregen, maar wel dat tante Truus uit Toronto een telegram heeft gestuurd.” Juist de exclusiviteit van een telegram zorgt ervoor dat het een product is dat indruk maakt op de ontvanger. Voor particulieren is het een interessant middel om bijvoorbeeld felicitaties over te brengen. Er zijn echter ook interessante zakelijke toepassingen. “Voor bedrijven kan een telegram een goed middel zijn om een laatste aanmaning aan een klant of een waarschuwing aan een medewerker te versturen”, aldus Van
Hoof. “Voordelen hiervan zijn dat de boodschap dezelfde dag nog bezorgd wordt en vrijwel iedere ontvanger het telegram aanneemt, omdat je niet kunt zien dat hij van een bepaald bedrijf of je baas afkomstig is. Niemand weigert een telegram.” Internet speelt een cruciale rol in de moderne wereld van telegrammen. Voor particulieren is het veruit het belangrijkste platform om een telegram te versturen, via www.telegram.nl. De verdeling tussen particuliere klanten en bedrijven is ongeveer fifty-fifty. Voor het bedrijfsleven geldt dat Van Hoof zelf contact zoekt. “We bellen zelf bedrijven op om hen uit te leggen wat de mogelijkheden voor hen zijn. Maar ze vinden ons ook wel via Google.”
Direct mail Een belangrijk onderdeel voor bedrijven is de ‘direct mail’, waarbij je je kunt richten tot een geselecteerde groep mensen.
Dit kan prima middels een telegram. Van Hoof legt uit: “Een verzekeringsbureau wilde onlangs vierduizend agenten een bericht sturen met de mededeling dat er belangrijk nieuws voor hen op de website stond. In één ochtend werden de vierduizend telegrammen bezorgd en nog dezelfde dag had tachtig procent van de agenten op de site gekeken.” Een grote respons, die voortkomt uit de indruk die een telegram maakt. De klant of prospect heeft door dat het om iets belangrijks gaat. Waarom zou iemand hem anders een telegram sturen? Van Hoof waakt er dan ook voor dat bedrijven de direct mail wel correct gebruiken. “Soms zeggen we tegen een klant: ‘zou je dat wel doen?’, en wijzen we ze op het feit dat ze direct mail alleen voor echt belangrijke mededelingen gebruiken. Als bedrijf moet je uitrekenen wat het op gaat leveren. Hoeveel respons levert het op?”
25
Door de economische crisis maken particulieren momenteel minder gebruik van de telegramservice, maar bedrijven des te meer. In de meeste gevallen om aanmaningen te versturen. “In Engeland gebruiken bedrijven het veel voor debt collection”, aldus Van Hoof. “Soms stuurt één bedrijf wel tienduizend telegrammen per week. Dat kost ze natuurlijk een aardig bedrag, maar ze scoren er dubbel zo veel mee. De kosten hebben ze er altijd uit en uiteindelijk verdient dit bedrijf er tienduizenden euro’s mee.”
Van Bahrein tot Colombia In 2001 begon Van Hoof met zijn telegramservice. Tot die tijd verkocht hij telexsystemen. Toen hij hoorde dat KPN met de service wilde stoppen, nam Van Hoof de noodlijdende dienst over. “Bij KPN maakten ze al tien jaar geen winst met de telegramafdeling, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat wij dat niet kunnen. Bij hen was de organisatie er niet op ingericht, bijvoorbeeld omdat
ze te veel dure werknemers hadden. Teveel managers en teveel dure auto’s.” In Alteveer werken tien mensen, in andere landen heeft Van Hoof nog ongeveer vijftien mensen in dienst. “Wij werken veel met partners, koeriersdiensten bijvoorbeeld die de telegrammen bezorgen.” Van Hoof zit met zijn bedrijf onder andere in Engeland, Duitsland en Zwitserland, waar hij de officiële telegramdienst heeft overgenomen. Daarnaast heeft hij met telegrambedrijven in de hele wereld samenwerkingsverbanden, van alle landen in Europa tot Bahrein en Colombia. In Nederland zijn alle beursgenoteerde bedrijven klant bij het Groninger telegrambedrijf. “Op een of andere manier verkopen we beter aan bedrijven in de Randstad en bedienen we niet de regio waar we gevestigd zijn. Ik zou wel meer klanten in het Noorden willen.”
Om dit te realiseren, biedt Van Hoof spontaan aan om een actie voor noordelijke ondernemers op te zetten. Tien procent korting voor leden van VNONCW Noord. Het enige wat u hoeft te doen is de kortingscode VNO1 op de website www.telegram.nl te gebruiken. “Een telegram is ideaal voor personeelszaken, of voor een directeur om felicitaties over te brengen aan een jubilaris in het bedrijf of aan een goede klant. Met een cadeautje, een fles wijn of een bos bloemen erbij komt dat mooi over.” <
NoordNieuws december 2009
John Dollenkamp
[email protected]
opinie
26
Dubbelfocus
Onlangs heeft AWVN de Hoofdlijnen arbeidsvoorwaardenbeleid voor haar leden gepubliceerd. “Fit de recessie uit” heet de nota, waarbij “fit” zowel betrekking heeft op de organisaties zelf als op de in die organisaties werkzame medewerkers. Behalve een duurzaam loonkostenbeleid en flexibiliteit is duurzame inzetbaarheid een dominant thema in deze nota; vanwege de verbinding tussen de korte en lange termijn. Zelf denk ik ook dat de komende tijd de aandacht voor mensen en productiviteit voorop moet staan. Na anderhalf jaar kunnen we gelukkig weer vooruit kijken. Maar dat betekent niet dat het herstel er al is. Om fit de recessie uit te komen
moeten we nog steeds investeren. Ik merk in de praktijk wel steeds meer dat beide kanten van de onderhandelingstafel dit inzien. Maar helaas vertroebelt de recente politieke ontwikkeling die blik, daar waar een dubbelfocus bril juist hard nodig lijkt. Die langetermijnblik moet ook niet beperkt blijven tot de AOW. De verhoging van de AOW-leeftijd is geen discussie op zich, maar een extra reden om in te zet-
Werkgeversvereniging AWVN verleent diensten rond onder meer arbeidsvoorwaarden (cao’s), functiewaardering, arbeidsrecht, beloningssystemen, competentiemanagement en sociale innovatie. AWVN werkt nauw samen met VNO-NCW. Het hoofdkantoor is gevestigd in Den Haag. AWVN heeft vestigingen in Haarlem, Barendrecht, Apeldoorn, Roermond en Groningen. Meer informatie: www.awvn.nl of neem contact op met de AWVN-werkgeverslijn, 070 850 86 05.
ten op arbeidsdeelname van alle groepen, zowel intern als extern. Dat kan met aandacht voor tevredenheid, scholing, flexibiliteit, ontwikkeling en andere investeringen in het zittende personeel. Ook begrijpen veel bedrijven al dat zij aantrekkelijk moeten worden voor Wajongers, vrouwen, ouderen en allochtonen. En voor vakbonden is dit een kans om overgebleven groepen een ingang te bieden op de arbeidsmarkt. Zo kunnen zij ook hun achterban verbreden. Laten we op de korte termijn de crisis te lijf gaan, met inventieve oplossingen voor beloning en flexibiliteit. En laten we de arbeidsmarkt van de toekomst benaderen met een verruimde blik. <
27
Aqil Radjab van Payroll Company ontving is de winnaar van de High Growth Award Noord-Nederland. Payroll Company kreeg deze Award voor zowel de kwantitatieve groei van de omzet als de kwalitatieve groei van de organisatie. Radjab was dolblij met zijn prijs: “Dit is een fantastische blijk van erkenning voor ons team dat de afgelopen jaren met zoveel passie en plezier heeft gewerkt aan het laten groeien en bloeien van ons bedrijf.’’ In april nam Payroll Company haar duizendste medewerker ‘in dienst’ en de eerste helft van dit jaar groeiden organisatie en omzet met bijna dertig procent. Het personeelsbestand nam de afgelopen drie jaar toe met meer dan vijfhonderd procent.
docent staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen, wordt voorzitter van de Raad van Toezicht. Hij volgt hiermee Leendert Klaassen op. Sjoerd Hylkema uit Midwoud is per 1 november 2009 de opvolger van Sjaak Dol als algemeen directeur van verzekeraar De Leeuwarder Onderlinge. Dol gaat na een dienstverband van 25 jaar met pensioen. Hylkema, die kan bogen op een ruime ervaring in de verzekeringswereld, wordt bijgestaan door adjunctdirecteur Bote Posthumus (39) uit Bolsward. René Dale, algemeen directeur van Oldenburger/Fritom in Veendam, heeft de ondernemersprijs Transport en Logistiek Nederland (TLN, categorie middelgroot) in de wacht gesleept. Hij ontving de prijs tijdens het jaarcongres van TLN uit handen van Jan-Kees de Jager, staatsecretaris Financiën, en Bernard Wientjes, voorzitter VNO-NCW. Met de Ondernemersprijs Transport en Logistiek vestigt TLN de aandacht op continue kwaliteitsverbetering en professionalisering in de sector. Oldenburger/Fritom is de snelst groeiende logistiek dienstverlener in Noord-Nederland.
Personalia
Biense Dijkstra van Bouwgroep Dijkstra Draisma uit Dokkum en Bolsward heeft de Gouden FD Gazelle Award in de categorie grote bedrijven in de wacht gesleept. Deze prijs is door het Financieele Dagblad in het leven geroepen om jaarlijks per provincie de snelst groeiende bedrijven te belonen. Het is opvallend dat de bouwgroep deze prijs in de wacht heeft gesleept, aangezien de marges traditiegetrouw mager zijn en vooral in deze crisistijd heeft de bouw het zwaar. Dijkstra Draisma heeft echter meer dan genoeg werk. De aannemer, actief in de woning-, utiliteits- en industriële bouw, zag de omzet stijgen in 2008 van € 86 naar € 110 miljoen, waardoor de groei over de afgelopen drie jaar 66 procent bedroeg. Nynke Stellingsma is per 1 december benoemd tot directeur van De Oosterpoort & de Stadsschouwburg in Groningen. Stellingsma (Sneek, 1963) vervulde deze functie de afgelopen jaren ad interim na het pensioen van Thom van der Goot. Onder leiding van Stellingsma is een reorganisatie ingezet, waarmee De Oosterpoort & de Stadsschouwburg versterkt is teruggekeerd aan de top van de Nederlandse cultuurpodia. Ambitie is om mee te spelen in de culturele top van Nederland en nadrukkelijk uitdrukking te geven aan Groningen als culturele hoofdstad van het Noorden. Marc van Gulick heeft met zijn hotel Bilderberg Landgoed Lauswolt in Beetsterzwaag de titel Nederlands Hotel van het Jaar binnengesleept. Deze prijs is in het leven geroepen door de internationale restaurant- en hotelgids GaultMillau, de tegenhanger van de Michelingids. Frits de Lange en Alfons Dölle zijn toegetreden tot de Raad van Toezicht van het Alfa-college in Groningen. De Lange, afkomstig uit Vries, is hoogleraar Ethiek aan de Theologische Universiteit in Kampen en daarnaast lid van het platform Ondernemer en Maatschappij van VNO-NCW Noord. Dölle, hoofd-
Ben Woldring is met Gaslicht.com en Energiewereld.nl 11e geworden in de Deloitte Technology Fast50 2009, een jaarlijks terugkerende verkiezing van de vijftig snelst groeiende internet- en technologiebedrijven in de Benelux. Woldring begon in 2003 met Gaslicht.com, twee jaar later kocht hij Energiewereld.nl. De combinatie bleek de juiste. “We investeren continu om de vergelijking tussen de energieleveranciers zo makkelijk mogelijk te maken voor consumenten en mkb”, zegt Ben Woldring. “De bereidheid om over te stappen is de afgelopen tijd enorm toegenomen. Iedereen is nu erg getriggerd om te letten op vaste lasten. Daardoor hebben we de afgelopen zes maanden ruim 127 procent meer unieke bezoekers dan vorig jaar.”
NoordNieuws december 2009
Lex Kloosterman
[email protected]
De hobby van... Harm Post, directeur Groningen Seaports in Delfzijl In deze nieuwe rubriek aandacht voor leden van VNO-NCW Noord met een bijzondere hobby. We trappen af met Harm Post, in het dagelijks leven directeur van Groningen Seaports. Hij heeft onlangs een kinderboek uitgebracht: ‘Mielowiets, het kipje met de mensenvoeten’.
Vroeger, met het gezin op vakantie, vertelde Harm Post iedere avond aan zijn twee dochters een spannend verhaal voordat ze gingen slapen. Nu, twintig jaar later, kan hij nog steeds met een aanstekelijk enthousiasme vertellen over Mielowiets, een kip met mensenvoetjes. Dat de pootjes van de kip per ongeluk zijn afgemaaid door boer Harm en dat er in het kippenziekenhuis geen nieuwe kippenpootjes liggen. Dan maar naar de mensendokter… Een spannend verhaal, met een goede afloop. Dat laatste was ook een vereiste. “De verhalen moesten goed aflopen, zodat de kinderen rustig gingen slapen. Dan konden mijn vrouw en ik vervolgens boeken lezen en lekker wijn drinken.” De dochters Nienke en Jolien smulden van papa’s spannende campingverhalen, waardoor er haast een mythe rond Mielowiets ontstond. “Voor ik het wist stond ik bij het bed van andere kinderen om de verhalen te vertellen. Vrienden zeiden destijds al: je moet ze eens opschrijven,
maar daar neem je dan de tijd niet voor. Ik was druk met mijn carrière en mijn gezin.” Jaren later, wanneer zijn dochters volwassen zijn, rakelen ze de verhalen over Mielowiets weer op. Wanneer hij van een vriendin een schilderij van Mielowiets cadeau krijgt –“exact zoals ik mij hem had voorgesteld”– wordt het duidelijk dat de verhalen op papier moeten worden gezet. Het is herfst 2008, en Post besluit zich tien vrijdagen af te zonderen in een oude bouwkeet bij de poldermolen Goliath in de Eemshaven. Het resultaat: een boek met vijftien spannende verhalen voor jong én oud. “Ik krijg alleen maar positieve reacties”, vertelt Post. “Wat goed dat je dat nou echt gedaan hebt. Het doet mensen terugdenken aan de verhalen die hun vader aan ze vertelde en waartegen ze zeiden: pa, schrijf dat nou eens op!” Het kinderboek van de havendirecteur, deze zomer uitgekomen, wordt vooral verkocht via de site www.mielowiets.nl. “Het is inmiddels een heel project geworden”, aldus Post. “De eerste druk van 1.500 stuks is er al doorheen. Daarnaast krijg ik regelmatig verzoeken van basisscholen om mijn verhalen te komen vertellen.” In het kader van marketing zijn zelfs pluchen ‘Mielowietsen’ verkrijgbaar, die kinderen aan hun schooltas kunnen hangen.
Waar Post de inspiratie vandaan haalt? “Ik heb wat met taal. Dat is wel duidelijk. En dan die geboeid luisterende kids. Die nog echt blij kunnen worden van een spannend verhaal met een goed einde. Prachtig!” Volgens Post is er een groot verschil tussen het vertellen van de verhalen en het op papier zetten. “Wanneer mijn dochters in hun tentje lagen en ik vertelde dat het stormde, pakte ik altijd de tentstokken vast en schudde de tent heen en weer. Het was wel een uitdaging om dat te verwoorden.” Een lezerspanel, waar zijn dochters uiteraard ook deel van uitmaakten, schaafde aan zijn verhalen en hielp hem bij het perfectioneren van zijn boek. Mielowiets is niet het eerste boek van Post. Hij gaf eerder in kleine kring al eens een boek met reisverhalen uit en maakte recent een bijzonder boekwerk voor zijn oudste dochter Nienke. Post: “Eenmaal per maand gingen we uit eten, het zogenaamde vader- & dochterdiner. Hier waren een paar tradities aan verbonden. Ik betaalde, we aten iedere keer ergens anders en na afloop schreef ieder een column, die we de volgende keer aan elkaar voorlazen.” Wat zijn dochter niet wist, was dat Post de columns bewaarde. Bij haar afstuderen bood hij het boekwerk aan haar aan. Jolien studeert binnenkort af en staat hetzelfde te wachten. Bent u of kent u iemand met een bijzondere hobby? Laat het ons weten via:
[email protected] <
de hobby van
28
29
Lex Kloosterman
[email protected]
Leonardo Onderwijs: antwoord op braindrain Kennis is van groot belang voor de economie. Om te zorgen dat deze kennis voor de regio behouden blijft, is het Leonardo Onderwijs een toegevoegde waarde voor het Noorden. Januari 2010 komen er twee bij: in Groningen en Assen.
actualiteit
Twee procent van de kinderen is hoogbegaafd. Deze kinderen, met een aantoonbaar IQ van 130 of hoger, krijgen vaak te weinig aandacht binnen het regulier onderwijs. De gedachte dat deze kinderen er vanzelf wel komen, is dan ook onterecht. Hoogbegaafde kinderen liggen ver voor op hun leeftijdsgenootjes. Wanneer er in de klas wordt gerekend met sommen tot honderd, kunnen zij al machtsverheffen of differentiaal rekenen. Uit onderzoek blijkt dat vijftig tot tachtig procent van deze kinderen hierdoor in de problemen komt. Zij hebben problemen op school, presteren onder de maat en kunnen gedragsproblemen ontwikkelen. “Hun ontwikkeling stagneert wanneer zij te weinig input krijgen”, legt Johan van der Mark uit. De adjunct-directeur van de Groningse Schoolvereniging staat als projectleider samen met de stuurgroep Leonardo aan de basis van de komst van het Leonardo Onderwijs naar Groningen. Op 1 januari 2010 gaat de eerste groep van start, net als in Assen overigens. Verder is er in het Noorden alleen een Leonardoschool in Delfzijl. Om de input te vergroten staat verbreding van kennis centraal bij het Leonardo Onderwijs, bedoeld voor kinderen van vier tot twaalf jaar. “Hun hoofd moet vol, zodat de kinderen moe maar voldaan naar huis kunnen”, aldus Van der Mark. De hoogbegaafde kinderen krijgen daartoe op zeer jonge leeftijd lessen als Engels, Spaans, informatica, wiskunde en
filosofie. Wanneer zij deze extra input niet krijgen, ontstaat het gevaar dat zij zich aanpassen aan de groep, waardoor zij sterk onderpresteren, of dat zij een buitenbeentje worden. Leonardoscholen bieden deze kinderen passend onderwijs dat aansluit bij hun kennis en interesses, waardoor zij zich in hun eigen tempo kunnen ontwikkelen.
Maatschappelijk belang Het Leonardo concept staat nog in de kinderschoenen. De eerste school in Nederland is in 2007-2008 in Venlo van start gegaan. Het project heeft echter zijn maatschappelijk belang al bewezen. Van der Mark: “De komst van Leonardo Onderwijs is erg belangrijk voor de regio. Ook de ouders van hoogbegaafde kinderen zijn vaak hoogopgeleid. Zij geven vaak aan te willen vertrekken naar een andere regio, wanneer er geen Leonardo school bij hen in de buurt komt. Een enorm verlies van kennis en knowhow, zowel vanwege het vertrek van de ouders als vanwege het potentieel van het kind.” In januari 2010 begint de Groningse Schoolvereniging met de eerste groep van zestien kinderen, die anders in groep 4, 5 of 6 van het basisonderwijs zouden zitten. In augustus 2010 begint de school
met een tweede groep. De overheid vergoedt een deel van de kosten van het Leonardo Onderwijs. Daarnaast zijn de scholen echter afhankelijk van sponsoractiviteiten.
Bedrijfsleven Van der Mark legt uit welke rol het bedrijfsleven hierbij kan spelen. “Wij gaan regelmatig de boer op om bedrijven op het belang van dit onderwijs in het Noorden te wijzen en om steun te vragen. Omgekeerd kunnen zij hier ook iets voor terugkrijgen. Wij proberen via projecten het bedrijfsleven in een vroeg stadium in het onderwijs te implementeren. Uiteindelijk komen de kinderen daar terecht en wij vinden het erg nuttig om ze hier op jonge leeftijd hiermee kennis te laten maken.” Op 19 maart 2010 vindt er in Groningen een netwerkdag voor het noordelijk bedrijfsleven plaats. Verschillende sprekers vanuit de school en het bedrijfsleven zullen tijdens dit symposium het belang van het Leonardo Onderwijs voor het Noorden bespreken. Bent u geïnteresseerd? Houdt dan de website van de Groningse Schoolvereniging in de gaten: www.g-s-v.nl <
30
NoordNieuws december 2009
Akke Groenewoud
[email protected]
te weinig topvrouwen WiB toont kracht van vrouwelijke ondernemers in het Noorden
Impact Om daadwerkelijk ‘impact’ te hebben, is in de top van organisaties een aandeel van minimaal 20% vrouwen nodig. Bij de 500 grootste ondernemingen in Nederland bedraagt het percentage vrouwen in de raden van Bestuur (rvB) en de raden van Commissarissen (rvC) echter
nog geen 6%, slechts 1,3 procentpunt meer dan twee jaar geleden. Maken we een splitsing naar soorten topfunctie, dan zien we dat in vier jaar wel sprake is van enige groei in de raden van Commissarissen: van 5,2% naar 7,6%. in de uitvoerende top (de raden
Landelijk succes karin Orsel (39) is op 10 november uitgeroepen tot ‘dé vrouwelijke Ondernemer 2009’. Minister Maria van der Hoeven maakte dit tijdens de bijeenkomst bij de kamer van koophandel in utrecht bekend. karin Orsel is bestuursvoorzitter van de Management Facilities group Bv in delfzijl. Opvallend genoeg gaat de prijs voor de tweede opeenvolgende keer naar het Noorden. vorig jaar won Joke van der ven de prestigieuze titel van de Federatie Zakenvrouwen. dit jaar werd deze aan karin Orsel toegekend, aangezien zij zich als ambitieuze, voortvarende en succesvolle ondernemer in de rederswereld staande houdt. een topvrouw in een echte mannenwereld. Orsel is bescheiden. Het is dat zij voor de prijs werd voorgedragen door oud-minister tineke Netelenbos, anders had ze niet meegedaan. Ze was opgegeven omdat ze de enige ondernemersvrouw in een mannenwereld is, maar eigenlijk vindt ze dat niets bijzonders: “ik heb duidelijk gemaakt dat ik goed ben in wat ik doe, dat we een dijk van een bedrijf hebben en dat ik toevallig vrouw ben in een mannenwereld.”
van Bestuur) bedraagt de stijging slechts 0,4 procentpunt: van 3,0 naar 3,4%. de groei in beide gremia is vooral te danken aan de sector ‘Zakelijke dienstverlening’. in het tweejaarlijkse onderzoek van Opportunity in Bedrijf is gekeken naar de vertegenwoordiging van vrouwen in de raden van Bestuur/directies en raden van Commissarissen, alsmede in de hoogste drie managementlagen daaronder. Onderscheid is gemaakt tussen het particuliere bedrijfsleven, het openbaar bestuur, de rijksoverheid, non-profitinstellingen (onderwijs, zorg) en grote maatschappelijke organisaties. Niet alleen de trage groei in de top baart Opportunity in Bedrijf zorgen. Ook in de lagen onder de raden van Bestuur is nauwelijks een toename van het aandeel vrouwen te zien. de ‘kweekvijver’ voor de top blijft dus voor het overgrote deel mannelijk. terwijl de instroom van hoogopgeleide vrouwen in de meeste bedrijven ongeveer 50% is.
non-profitsector scoort beter dan bedrijfsleven in de non-profitsector en bij de rijksoverheid is het aandeel vrouwen in de top aanzienlijk hoger dan in het bedrijfsleven, al moet geconstateerd worden dat er nu in de zorgsector sprake is van een stagnatie, terwijl het daarvóór vrijwel voortdurend groeide. in de magistratuur is intussen sprake van een fifty-fifty verdeling:vrouwen maken in 2008 resp. 49% en 51% uit van de zittende en staande magistratuur. Met 38% vrouwen in de raden van Bestuur scoort ook de sector grootste Maatschappelijke Organisaties goed. waar het gaat het om het aandeel vrouwen in het parlement en in de regering (beide rond 40%)
vErEnIgIng
Het percentage vrouwen in de top van het bedrijfsleven en de nonprofit sector stijgt tergend langzaam. Dat blijkt uit de Toptelling v/m, de tweejaarlijkse publicatie van Opportunity in Bedrijf en het Sociaal en Cultureel Planbureau. Het onderwerp heeft wel meer aandacht gekregen, maar dat is in de cijfers nog niet terug te zien.
31
is Nederland zelfs koploper en Europa. Daarentegen vormen we de achterhoede als we kijken naar het percentage vrouwelijke hoogleraren: met 11% in 2007 scoort Nederland internationaal bijzonder laag en liggen we ruim onder het Europese gemiddelde.
Zeldzaamheid Opvallend is dat de cijfers uit de Toptelling worden ondersteund door de Female Board Index 2009, gepubliceerd eind oktober 2009. Uit de index blijkt dat vrouwen in de top van Nederlandse beursgenoteerde bedrijven nog steeds een zeldzaamheid zijn. Deze index van Dr. Mijntje Lückerath-Rovers van de Erasmus Universiteit Rotterdam geeft een overzicht van de vrouwelijke vertegenwoordiging in de Raad van Bestuur (RvB) en Raad van Commissarissen (RvC) van Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen.
‘Valse bescheidenheid’ in het Noorden Nelleke Mulder, eigenaresse van Nelleke Mulder Image & Styling in Sneek, mag zich een jaar lang Zakenvrouw van het Noorden noemen. Tijdens het Women in Business Event in Martiniplaza liet zij haar concurrentes Femke Spiering en Xandra Groenewold achter zich.
Toekomst Uit de Female Board Index blijkt dat de publiekelijke steun van grote bedrijven voor meer diversiteit vooralsnog alleen woorden en geen daden betreft. Van de 116 nieuwe benoemingen op topniveau gingen er 14 naar een vrouw, veel te weinig om van een doorbraak te kunnen spreken. 65 procent van de 107 beursondernemingen heeft nog steeds geen vrouw in de RvB en/of RvC. Toch ziet Opportunity in Bedrijf ook enkele lichtpuntjes. Al gaat de groei bijzonder traag, over een langere periode bezien is sprake van een ruime verdrievoudiging van het aandeel vrouwen: maakten zij in 1992 nog 1,9% uit van de topfuncties in de 100 grootste bedrijven, in 2007 was dat 7,3%. Ook is de aandacht voor diversiteit in het management toegenomen. Een groeiend aantal – met name grote, internationale – bedrijven erkent de business case, het bedrijfsbelang van een goed evenwicht van mannen en vrouwen in het management. Op basis daarvan hebben zij processen in gang gezet die zijn gericht op cultuurverandering en ‘inclusive leadership’: een cultuur en stijl van leidinggeven die zijn gericht op het erkennen, betrekken en benutten van een verscheidenheid aan kwaliteiten. Er staat een nieuwe generatie jonge, ambitieuze en talentvolle vrouwelijke managers klaar. Laten we ervoor zorgen dat ze niet meer over het hoofd worden gezien. Het is tijd om uit een ander vaatje te gaan tappen. <
Voor de vierde opeenvolgende keer werd het Women in Business Event dit jaar georganiseerd. Het biedt een kans aan vrouwelijke ondernemers in het Noorden om zich te laten zien, met als hoogtepunt de verkiezing van de Zakenvrouw van het Noorden. Natuurlijk, succes in belangrijk, maar om dit te bereiken is plezier hebben in wat je doet misschien wel de grootste drijfveer. ‘Bent u een happy worker?’, was dan ook het thema van dit jaar. Wie in ieder geval ‘happy’ was aan het eind van de avond, was Nelleke Mulder. De jury was unaniem in haar keuze voor Mulder als Zakenvrouw van het Noorden. “Een zeer terechte winnares. De andere twee waren ook goede kandidates, maar uiteindelijk kan er maar eentje winnen”, aldus Lambert Zwiers namens de jury. “Nelleke Mulder zal als een geweldige ambassadrice van de zakenvrouwen in Noord-Nederland gaan functioneren.” Tijdens het event in het Martiniplaza in Groningen werd de spanning flink opgevoerd. De drie kandidates verschenen afwisselend met hun foto op het grote scherm, totdat het beeld van Nelleke Mulder uiteindelijk bleef stilstaan. Hiermee werd de Friezin uitgeroepen als opvolgster van Renske Bos, mede-eigenaar van Bos&Bos Catering. Mulder (51) is oprichtster en eigenaresse van het naar haar vernoemde bureau voor uiterlijke presentatie: ‘Image & Styling’. Zij begon in 1998 aan huis waar ze vrouwen en mannen voorzag van kleur- en kledingstijladviezen. Het bedrijf telt ondertussen tien personeelsleden. Na afloop gaf Mulder aan erg trots te zijn op de titel en kijkt er naar uit om als succesvolle zakenvrouw het Noorden te gaan vertegenwoordigen. “Zodat we aan het Westen kunnen laten zien dat we fantastische bedrijven in het Noorden hebben”, vertelt Mulder. “Wij zijn daar erg bescheiden over en ik denk dat dat valse bescheidenheid is. Wat hier in het Noorden gebeurt en met name door vrouwen, moeten ze in de rest van het land gewoon weten.”
32
NoordNieuws december 2009
Het Friese bestuur Het bestuur van VNO-NCW Friesland telt negen leden. Omdat er de laatste tijd enkele nieuwe gezichten bij zijn gekomen, leek het ons een goed moment om de Friese bestuursleden te presenteren. Dit doen zij door te vertellen wie ze zijn, wat ze doen, wat ze bezighoudt en waarom ze in het bestuur van VNO-NCW Friesland zitten.
Douwe Faber Mijn naam is Douwe Faber (33), getrouwd en vader van twee prachtige dochters. Sinds 2003 directeur en eigenaar van E kwadraat advies, architect van de duurzame keten. Anders denken over energie zie ik als een noodzaak. Ondertussen zien we de eerste opklaringen aan de horizon van de financiële crisis. Staat nu weer een energiedepressie voor de deur? Weet u nog – eind 2008 – $150 dollar per vat ruwe olie? Torenhoge energieprijzen zijn niet meer weg te denken in de nabije toekomst. E kwadraat advies speelt hierop in. Wij adviseren agrarische bedrijven, tuinbouw, het MKB, (grote) industrieën en projectontwikkelaars. Met name energiebesparing en –optimalisatie, energieopwekking uit biomassa en andere duurzame bronnen en duurzame mobiliteit zijn onze kernpunten.
Durk van Tuinen (voorzitter) Tweeënvijftig jaar geleden ben ik geboren in Workum aan de Friese IJsselmeerkust, waar ik inmiddels weer woon met mijn echtgenote en onze twee kinderen. Na de middelbare school in Sneek ben ik gaan werken bij een rechtsvoorganger van PricewaterhouseCoopers in Leeuwarden, gevolgd door tien werkzame jaren als controller bij Koopmans Koninklijke Meelfabrieken. In 1998 maakte ik de overstap naar Frisia Zout in Harlingen, onderdeel van K+S AG: wereldwijd de grootste zoutproducent.
Maarten Reijgersberg Vanuit deze positie - via het Waddenzee dossier – ben ik bestuurlijk betrokken geraakt bij VNO-NCW. Omdat onze vereniging breed gerespecteerd wordt en steunt op een professionele organisatie ervaar ik mijn bestuursfunctie als positief en interessant.
In mijn woonplaats Heeg ben ik “blijven hangen”, nadat ik in 1979 zeilinstructeur op de beroemde tjotterzeilschool “It Beaken” werd. Samen met Trienke en zoon Marnix wonen we hier met veel plezier en kunnen we onze gezamenlijke zeilhobby goed uitoefenen.
33
stelt zich voor! In het dagelijks leven ben ik DGA van BGA Haringen BV, waar drie infrastructurele bouwbedrijven (De Boer & De Groot, Schuurmans Betonbouw en gebr. Dekker infra) en één adviesbureau (ADONIN) deel van uitmaken.
Hiernaast ben ik actief in bestuursfuncties m.b.t. toezicht, Millenniumdoelen en VNO NCW. Als klankbord, netwerk en inspiratiefunctie voor ondernemers vind ik VNO NCW waardevol, zolang we dicht bij onze leden blijven.
Mijn verbintenis met MKB-bedrijven is de belangrijkste reden voor mijn bestuurslidmaatschap, waardoor ik in de gelegenheid ben belangen te behartigen. Ook is maatschappelijke betrokkenheid een belangrijke drijfveer.
Lammert Fopma Mijn naam is Lammert Fopma, 33 jaar, woonachtig met mijn vrouw en twee dochters in Koudum. Sinds vier jaar ben ik directeur bij AB Fryslân, een specialist in het uitzenden, detacheren en aanbieden van HRM adviesdiensten. Als coöperatie van agrarische komaf hebben we onze vleugels de afgelopen jaren uitgeslagen naar o.a. de bouw, techniek, transport en andere sectoren waar vooral vakbekwame medewerkers actief zijn. We doen met ruim 1.000 bedrijven zaken in de provincie Fryslân, waardoor mijn bestuurslidmaatschap van VNO-NCW Friesland een welkome aanvulling op mijn netwerk is. Met mijn ervaringen binnen AB, contacten met ondernemers en politici probeer ik een bijdrage te leveren aan een goed ondernemersklimaat in Friesland.
Biense Dijkstra Mijn naam is Biense Dijkstra, 41 jaar en geboren te Damwoude. Ik ben getrouwd met Willemien en trotse vader van twee dochters, Janne en Femke.
vereniging
Samen met mijn broer ben ik DGA van Bouwgroep Dijkstra Draisma, met vestigingen in Bolsward en Dokkum. Voordat de huidige Bouwgroep een feit was ben ik bij Aannemersbedrijf Draisma in Makkum begonnen als assistent-bedrijfsleider. Toen “Draisma” het bedrijf in 1997 aan mij verkocht lag de weg open om te fuseren met het familiebedrijf. Uiteindelijk zijn we in 2001 gefuseerd tot Bouwgroep Dijkstra Draisma. Onlangs heeft ons bedrijf de Gouden Gazellen Award van het Financieele Dagblad gewonnen, als snelst groeiende onderneming van haar omvang in Friesland.
Anja Kanters Anja Kanters, 51 jaar en vanaf 1977 woonachtig in Friesland, de laatste jaren in Joure. Mijn wens om ‘buitenaf’ te wonen ging in Friesland in vervulling. Ik ben graag in de natuur, met de honden of sportief. Eruit halen wat erin zit, vanuit uitdaging, werkplezier, openheid en humor. Dat drijft mij als directeur/dga bij Donker: een landelijke speler op het gebied van groene vormgeving. Creatief en onderscheidend, met integrale aanpak van tekentafel tot exploitatie, maken wij Nederland groener en mooier.
34
NoordNieuws december 2009
Eelco Koehoorn 1962, Oudebildtzijl, Leeuwarden, Groningen, Slochteren. Joukje, Bart, Pauline, Tim, echtgenoot, papa, familie, vriendschap, God. Passie, Hammond-orgel, Triumph TR6, Harley, Landrover, sloep, schaatsen, elfstedentocht, voetbal, vliegvissen. Boerenafkomst, groene baret, bankier, werk, gedreven, ambitieus, open, eerlijk, transparant, loyaal, royaal, kwaliteit, sfeer, optimist, opportunist, overtuigend, trots, eigenwijs, dominant, precies, klanten, mensen, kansen, Frieslandbank, Ellen, Willen is Kunnen.
Spaans Babcock is een bedrijf met een rijke historie; de vijzelpompen zijn in Nederland een begrip. Alle producten worden gemaakt in Balk en van daaruit vervoerd naar 72 landen wereldwijd. Het bestuurswerk voor VNO-NCW Friesland doe ik met plezier. Door de onderlinge contacten en ons netwerk geven wij mede een gezicht aan het bedrijfsleven in Friesland. Zo zetten we Friese ondernemersbelangen ook politiek op de kaart in Den Haag.
Johan Stoker VNO-NCW, ondernemersgala, ontbijtcommissie, Blues Brothers, Rotary, Noord Nederlands Orkest, Hanze Sociëteit Groningen, Grand Night Epemastate, Nieuwspoort, Made in het Noorden, Groot Friesland, 7-jaren cyclus, WO-II, overleven. Seghesteen, bubbels, koken, ijdel, ‘shaken not stirred’, vakantie, ontspanning, Italië, Portugal, Barcelona, Schotland, Australië, stabij, avontuur, “vertel mij wat!”
Klaas Scholtens Na mijn opleiding aan de HTS in Groningen heb ik in diverse functies internationale ervaring opgedaan. In mijn vorige functie was ik verantwoordelijk voor de Oost-Europese vestigingen van een groot transportbedrijf. De overstap naar mijn huidige baan als algemeen directeur bij Spaans Babcock BV was een verademing voor mijn gezinsleven.
Mijn naam is Johan Stoker, getrouwd met Ingrid Clement en vader van Dagmar en Jelte. Alhoewel ik notarieel en fiscaal recht heb gestudeerd en twee jaar heb gewerkt als kandidaat-notaris, kwam ik erachter dat mijn "roeping" in de advocatuur lag. In augustus 2001 ben ik als advocaat beëdigd en sindsdien werkzaam bij Trip Advocaten & Notarissen te Leeuwarden. Op 1 januari 2009 ben ik toegetreden tot de maatschap. Ik ben hoofdzakelijk werkzaam in het ondernemingsrecht, het financiering- en zekerhedenrecht en insolventierecht. In dat kader adviseer ik bedrijven bij acquisities, banken bij het verstrekken en uitwinnen van financieringen en zekerheden, en bedrijven bij herstructureringen (bijvoorbeeld ook bij een dreigend faillissement).
nIEuwE lEdEn
35
Welkom nieuwe leden de volgende personen zijn lid geworden van de vereniging: Drenthe w.J.r. van den Berg g. Boerman Bc ir. B. Boom drs. C. Bus mw drs. H. donkervoort p.J. de graaf a.e. Harsveldt g.a. Heijs mr. w.d.a.M. kemperink dr. l.e.C. van de leemput drs. w.C.g.M. van paridon dr.ir. J.H.g. van pol mw a. pols a. van der veen a. waninge Friesland H. douma M.r.M. van gulick mw l.M. kesteloo mw a. van lang
J. van der Meer mw a. Meibos J.r. Middeldorp mw drs. d.M.J.J. Monissen a.C.l. Nauta J.w. santema aa k. schiphof drs. J. van slooten MBa r. tolsma O. torenbosch ing. r.i. van voorst Groningen drs. e. van aagten MBa H. Baar B. van Beetz a. Boer r.r.J. de Boer mr. g. Buiter r.l. van dalsen mw J.s.H.M. drent
mw a.M.a. drewes weide internet communicatie, Havelte Bv&t Bedrijfsadvies, verbetering & training, assen Boom Bv, Meppel winel industry group, assen drenthe College, assen Mul Bv Ontwerp en adviesbureau, gouda Zenit, assen H28 meubel en interieurbouw, assen winel industry group, assen Nederlandse aardolie Maatschappij Bv, assen Metsens, assen iNCas³, assen Houkes c.s. Ondernemers advocaten, emmen ampato, Zwolle sent waninge Holding, Hoogeveen
Hdvision bv, Heerenveen Bilderberg landgoed lauswolt, Beetsterzwaag Noordplan bv, leeuwarden kraanservice en montage leeuwarden Bv (ksMl), leeuwarden Heijmans utiliteitsbouw leeuwarden, leeuwarden roel & Jasper B.v., leek arbo unie B.v., leeuwarden de Friesland Zorgverzekeraar, leeuwarden Nauta evenementencommunicatie, lelystad deloitte, leeuwarden Maril Boats Bv, koudum NoordZorg, veendam Omrop Fryslân, leeuwarden aBis shipping Bv, Harlingen titan projects bv, sneek
N.v. waterbedrijf groningen, groningen wijnne & Barends, delfzijl randstad uitzendbureau bv, groningen rodenstock Benelux B.v., groningen datema delfzijl Bv, delfzijl NOM, groningen Frans Nooren Bv, stadskanaal HanzeConnect, groningen
H. duijst H.p. ezinga H.d. Folkersma rt mw drs. g.l. glasbergen mw a.a. groenewold J. Heerlien drs. e. ter Horst a.p. van der Horst H. Joostens mw drs. e.e. Moesker e.a. Muntinga mr. e. Nannen mr. l. van der ree M.F. scholma drs. J. van slooten MBa drs. M. slootweg rBa mw H. van der veen drs.ing. J.C. verhoogt B. wardenburg
Van de Leemput
Hanze sociëteit groningen, groningen Fivelland, appingedam Beljon + westerterp B.v., groningen starck vastgoed, groningen Conveno functioneringsadviseurs, Onnen pro-time a/v produktiegroep Bv, groningen wolter & dros - aquatherm, groningen rwe / esseNt, groningen iNg Bank N.v., groningen aqtion id bv, groningen ernst & Young llp, groningen aksOs Financial professionals Bv, groningen HlB Nannen accountants & Belastingadviseurs, groningen dorhout advocaten, groningen scholma groep, Bedum NoordZorg, veendam F. van lanschot Bankiers N.v., groningen ampato, Zwolle royal Haskoning, groningen wardenburg Beveiliging en telecom, Hoogezand
Slootweg (advertentie)
Martini Hotel Groningen Al sinds 1871 een gastvrij huis in hartje Stad. Slapen op steenworpafstand van de Martinitoren.
Colofon
Woensdag 16 december 2009 Eindejaarsreceptie
NoordNieuws, het magazine van VNO-NCW Noord verschijnt vijf maal per jaar en wordt verspreid onder leden in Drenthe, Friesland en Groningen.
Centraal staan de kracht van de noordelijke economie en het ondernemerschap dat hier wordt uitgeoefend. Voorzitter Bert van der Haar zal hierover op het podium discussiëren met enkele succesvolle noordelijke ondernemers. Plaats Gasunie, Groningen Ontvangst 17.00 uur Einde 20.00 uur
Jaargang 14 nummer 5 December 2009 Oplage 2.150 exemplaren Redactie Lex Kloosterman (hoofd redacteur) Akke Groenewoud Jan-Willem Lobeek Ingrid Venekamp Lambert Zwiers
[email protected]
Donderdag 14 januari 2010 Bedrijfsbezoek Ecostyle (Friesland) Plaats ECOstyle, Appelscha Ontvangst 15.00 uur Einde 18.30 uur Spreker Anne Jan Zwart, algemeen directeur
Postbus 132 9700 AC Groningen T 050 5343844 F 050 5346145 www.vno-ncwnoord.nl
Prepress, druk en distributie Koninklijke Van Gorcum bv, Assen
agenda
Basisvormgeving studio Tineke Wieringa bno, Haren
Dinsdag 19 januari 2010 Workshop Groeistrategie (JNO) Plaats Restaurant d’ Ouwe Drommedaar - Dierenpark Emmen, Emmen Ontvangst 15.00 uur Einde 18.00 uur Sprekers Roelof ter Mors, RTM Business Development B.V. Aqil Radjab, Payroll Company Donderdag 21 januari 2010 Bedrijfsbezoek UMCG (Groningen) Plaats UMCG, Groningen Ontvangst 15.00 uur Einde 17.30 uur
VNO-NCW Noord vertegenwoordigt in Groningen, Friesland en Drenthe 12.000 bedrijven waarbij ruim 1.400 persoonlijke leden de harde kern van de vereniging vormen. Genoemde bedrijven representeren tachtig procent van de werkgelegenheid in de marktsector. Zestig procent van het ledenbestand bestaat uit mkb-bedrijven.
Woensdag 27 januari 2010 Aiesec Congres Tezamen met AIESEC Groningen organiseert VNO-NCW Noord jaarlijks het AIESEC VNONCW Noord congres. Zie meer hierover op p. 21. Plaats Mediacentrale, Groningen Dinsdag 2 februari 2010 Bedrijfsbezoek Schuitema Noord (Drenthe) "Supermarktoorlog leidt tot logistieke topprestaties" Plaats Schuitema Noord, Gieten Ontvangst 15.30 uur Einde 18.00 uur Spreker Anieta Bloot, logistiek manager Donderdag 4 februari 2010 Statebijeenkomst Plaats Stania State, Oenkerk Ontvangst 17.00 uur Einde 20.30 uur Spreker Loek Hermans, voorzitter Koninklijke MKB Nederland
Dinsdag 9 februari 2010 Ondernemende Staten In het project Ondernemende Staten worden leden van Provinciale Staten uit de drie noordelijke provincies gekoppeld aan leden van VNO-NCW Noord. Tijdens deze bijeenkomst komen alle deelnemers bijeen om te discussiëren over het versterken van de noordelijke eenheid. Plaats Provinciehuis Groningen Ontvangst 19.30 uur Einde 22.00 uur
De schone taak van aardgas
Wind wordt steeds belangrijker in onze energievoorziening. Maar van de wind alleen kunnen we (nog) niet leven. Ook op het gebied van andere duurzame energieopwekking zijn goede resultaten geboekt, bijvoorbeeld op het gebied van zonne-energie, warmtekracht en warmtepompen. Het aanbod van deze bronnen is echter niet voorspelbaar en stabiel genoeg voor een gegarandeerde energievoorziening. Hier ligt een schone taak voor aardgas. Want aardgas is niet alleen de schoonste fossiele brandstof; dankzij zijn flexibele inzet kan aardgas bovendien ingeschakeld worden om de schommelingen in het duurzame energieaanbod op te vangen. Juist in die toepassing presteert aardgas beter dan andere brandstoffen. En doordat het mogelijk is om aardgas zelf ook te ‘vergroenen’, onder meer door de inpassing van biogas, levert het ook een natuurlijke bijdrage aan een duurzame energievoorziening. Samen op weg naar een schonere toekomst. Kijk voor meer gaat verder in gastransport
informatie op www.gasunie.nl.
Management Buy-Out / Buy-In?
Met NOM Finance heeft u extra troeven in handen! Deskundigheid, betrokkenheid en durf, daar draait het om bij de NOM. Precies wat u nodig heeft wanneer u een bedrijf wilt overnemen. NOM Finance is uw partner voor de lange termijn. Een speler met inzicht. Een inhoudelijk stevige partij bij het overnametraject, de prijsbepaling en de structurering van de deal. Maar met NOM Finance heeft u extra troeven in handen.
Kijk voor alle ins en outs op www.nomfinance.nl
NOM Finance biedt u de beste kaarten als het gaat om management buy-out en buy-in. Neem onze uitstekende contacten met lokale banken, overheden en adviseurs. Een netwerk dat u vooruit helpt bij de overname en ver daarna. Maar uw belangrijkste troef is dat NOM Finance ook meefinanciert met risicodragend vermogen. Met een focus op de lange termijn in plaats van op snelle winst. En met een minderheidsparticipatie, zodat u zelf baas blijft in uw bedrijf. Wilt u geheel vrijblijvend en vanzelfsprekend vertrouwelijk een gesprek met één van de investment managers, neem dan contact op. Kortom, schakel de NOM in!
N.V. NOM Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland
INVESTEREN IN ONTWIKKELING
Bezoekadres Paterswoldseweg 810 Postbus 424 9700 AK Groningen
T (050) 521 44 08 F (050) 521 44 01 E
[email protected] I www.nomfinance.nl