De KNMP is de beroeps- en brancheorganisatie voor apothekers. Wij behartigen de belangen van leden, de branche en de farmacie in het algemeen.
KNMP Zorgmonitor 2013 Op weg naar beter
Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie
KNMP Zorgmonitor 2013 Op weg naar beter Den Haag, 28 februari 2013
KNMP Zorgmonitor 2013
Inhoud Voorwoord Samenvatting
Hoofdstuk 1
4 8
Inleiding
12
Veranderingen in de farmaceutische zorg
16
1.1 Veranderende zorgvraag
17
1.2 Aanpassingen in de farmaceutische patiëntenzorg 19 Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 4
Hoofdstuk 5
Effecten op de patiëntenzorg
22
2.1 Winst voor patiënt en maatschappij
23
2.2 Prestatiebekostiging
23
2.3 Medicatiebeoordeling
25
2.4 Medicatieoverdracht
27
2.5 Transparantie
29
2.6 Informatievoorziening patiënten
32
Prijs en kwaliteit
36
3.1 Uitvoerbaarheid
37
3.2 Werkdruk
41
Contracteerproces
48
4.1 Timing en organisatie
49
4.2 Standaardcontracten
52
Op weg naar beter
56
5.1 Beperkte houdbaarheid
57
5.2 Voorgestelde aanpassingen
59
5.3 Samen op weg naar een betere toekomst
61
Colofon
63
3
Voorwoord
4
KNMP Zorgmonitor 2013
Op weg naar beter! Voor u ligt de KNMP Zorgmonitor 2013. Deze Zorgmonitor toetst de uitwerking van de geliberaliseerde prestatiebekostiging die sinds 2012 geldt voor de farmaceutische zorg. De doelstellingen van deze systeemwijziging zijn het bevorderen van de kwaliteit van farmaceutische patiëntenzorg en het stimuleren van innovatie. Ook vorig jaar bracht de KNMP al vroeg in het jaar een onderzoeksrapport uit over de omschakeling naar prestatiebekostiging en vrije prijzen. Hierin kwamen al veel problemen voren. Uit deze Zorgmonitor blijkt dat dit geen opstartproblemen of kinderziektes waren. Hoewel de doelstellingen van de systeemwijziging zeer nobel zijn, levert de praktijk een tegenovergesteld beeld op. Patiënten moeten langer wachten in de apotheek en vaker terugkomen omdat een medicijn niet beschikbaar is. Gebrek aan onderhandelingsruimte met zorgverzekeraars, een verhoogde administratieve lastendruk en een diffuse kwaliteit en prijs van geleverde zorg trekken een zware wissel op de relatie tussen de apotheker en de patiënt. Apothekers hebben minder regie over de zorgverlening en hun organisatie. De relatie patiënt-apotheker, zo bepalend voor het succes van de farmaceutische zorg, is door de invoering van gereguleerde marktwerking onder druk komen te staan. In de afspraken voor 2013 zijn geen fundamentele verbeteringen te ontdekken. Zelfs de minister erkent dat apothekers met veel kunst-en vliegwerk de farmaceutische zorg aan patiënten op de been houden. Dat geeft wel aan dat we nu geen houdbaar model hebben. En daar is juist behoefte aan. Het aantal ouderen en chronische patiënten neemt de komende decennia toe. De zorgvraag stijgt en wordt complexer door een toenemend aantal patiënten dat meerdere medicijnen tegelijkertijd gebruikt. Er is een groeiende behoefte aan effectief, veilig en doelmatig medicijnengebruik neemt toe. De zorg wordt gecompliceerder en het apothekersvak steeds uitdagender. De beroepsgroep heeft de afgelopen jaren hard gewerkt aan het verbeteren van de zorg en het transparant maken van de kwaliteit van deze zorg. Bijvoorbeeld in de vorm van richtlijnen, kwaliteitsindicatoren en het KNMP kwaliteitsprofiel. Ook zijn veruit de meeste apotheken inmiddels HKZ gecertificeerd en is er veel geïnvesteerd in de samenwerking met huisartsen. Wie problemen signaleert, moet ook oplossingen aandragen. Daarom komt de KNMP met concrete voorstellen. Op het gebied van medicijnverstrekking stelt de KNMP een transparant prijsbeleid voor. De transparantie voor de patiënt en uitvoerbaarheid voor de apotheek worden hierdoor verbeterd. Tegelijkertijd blijven de maatschappelijk lage kosten van medicijnen en de vertrouwensrelatie tussen patiënt en apotheker gewaarborgd. De KNMP stelt ook een eenduidig bekostigingssysteem voor in de eerstelijnszorg. Dit draagt bij aan de samenwerking
5
tussen zorgverleners en organiseert de zorg nadrukkelijker rondom de patiënt. Deze aanpassingen zorgen voor een houdbare basis voor de farmaceutische zorg en beantwoorden de maatschappelijke behoefte aan meer transparantie, eenduidigheid, kostenbeheersing, en betere zorg voor de patiënt. Farmaceutische patiëntenzorg en medicijnverstrekking vormen een geïntegreerd onderdeel van de curatieve gezondheidszorg. In de apotheek komen het recept, de arts, het medicijn en de patiënt samen. Hier vindt de patiëntspecifieke medicatiebewaking plaats om ervoor te zorgen dat het juiste medicijn met de juiste begeleiding aan de patiënt worden gegeven. Hiermee levert de sector een meerwaarde voor patiënten en andere partijen in de zorgketen. Apothekers werken samen met (huis)artsen, wijkverpleegkundigen en andere zorgverleners in de stad, het dorp of de wijk aan kwalitatief hoogstaande en samenhangende zorg voor de patiënt. De patiënt vertrouwt hierbij op de kennis en kunde van professionele zorg verleners. Hij moet daarom zijn eigen zorgverleners kunnen kiezen. Naast een betere kwaliteit van leven voor de patiënt, kan het werk van de apotheker de maatschappij ook aantoonbare besparingen opleveren.1 Bied de apotheker daarom de mogelijkheid de farmaceutische verantwoordelijkheid voor de zorg in de buurt te dragen. Voor kwalitatief hoogstaande en efficiënte farmaceutische zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten. De Zorgmonitor 2013 geeft een actueel beeld van de sector en bevat oplossingsrichtingen om de voorgestelde aanpassingen te realiseren. Graag ga ik namens de beroepsorganisatie hierover in gesprek met zorgverzekeraars, patiëntenorganisaties, zorgkoepels, het ministerie van VWS en de politiek voor betere zorg tegen een betere prijs. Op weg naar beter!
Met vriendelijke groet,
Rik van der Meer, apotheker Voorzitter KNMP
Het uitvoeren van de medicatiebewaking levert nu jaarlijks 120 tot 160 miljoen euro op. Het beter benutten apotheker kan de maatschappij nog eens 500 tot 750 miljoen besparen (rapport Booz & co, november 2012).
1
6
KNMP Zorgmonitor 2013
7
Samenvatting
8
KNMP Zorgmonitor 2013
Zorg in beweging Steeds meer mensen gebruiken steeds meer medicijnen. Er treedt een verschuiving op van een acute zorgvraag naar een chronische zorgvraag. Deze verschuiving vraagt ook om verandering bij zorgverleners. De zorgvraag van patiënten wordt complexer, waardoor er een groeiende behoefte is aan effectief, veilig en doelmatig medicijngebruik. De veranderende zorgvraag is mede de aanleiding voor een nieuw bekostigingssysteem voor de farmaceutische zorg. Met deze prestatiebekostiging en vrije prijzen wordt een verbetering van de farmaceutische patiëntenzorg en meer ruimte voor innovatie beoogd.
Farmaceutische patiëntenzorg Naast de dagelijkse interventies bij de receptafhandeling om iedere patiënt te voorzien van het juiste medicijn met de juiste begeleiding, omhelst de farmaceutische patiëntenzorg ook het optimaliseren van de medicatieveiligheid en therapietrouw van de patiënt. Denk hierbij aan aan medicatiebeoordelingen, begeleiding bij opname en ontslag uit het ziekenhuis, en dossierbeheer. De zorgprestaties, juist bedoeld om de farmaceutische zorg te verbeteren en transparant te maken, worden onvoldoende gecontracteerd. Patiënten hebben recht op zorg volgens de professionele standaarden van de beroepsgroep. Bij medicatiebeoordelingen leggen zorgverzekeraars echter beperkingen op voor kwetsbare patiënten die deze zorg juist hard nodig hebben. Daarnaast zijn apothekers ontevreden over het verloop van de farmaceutische begeleiding bij ontslag uit het ziekenhuis.
Zorgcomplicerende en patiëntonvriendelijke factoren Apothekers ervaren zorgcomplicerende en patiëntonvriendelijke factoren bij de medicijnverstrekking als gevolg van het nieuwe systeem. Patiënten moeten vaak langer wachten en regelmatig terugkomen als preferente medicijnen niet beschikbaar zijn. Ook hebben veel patiënten vragen over prijzen van medicijnen die apotheekteams niet (goed) kunnen beantwoorden, omdat de zorgverzekeraars ondoorzichtige prijsafspraken hanteren. Onjuiste informatieverstrekking aan patiënten door helpdesks van zorgverzekeraars leidt tot meer discussies aan de balie. Dit gaat ten koste van de tijd die besteed wordt aan zorg. Ook ervaren apothekers en apothekers-assistenten meer agressie aan de balie. Dit is zeer zorgelijk. De werkdruk en administratieve lasten in de sector zijn dusdanig opgelopen dat apothekers nu meer dan ooit moeite hebben met de dagelijkse receptafhandeling. Aanvullende zorgverlening en innovatie worden door het nieuwe systeem dus eerder geremd dan gestimuleerd.
9
Kunst- en vliegwerk De KNMP concludeert dat de gereguleerde marktwerking in de farmacie, die sinds 1 januari 2012 van kracht is, niet op gang komt. Het gaat hierbij niet om opstartproblemen of kinderziektes. Het systeem ontwikkelt zich niet richting de gewenste situatie. In de afspraken voor 2013 zijn geen fundamentele verbeteringen terug te zien ten opzichte van 2012. Het systeem piept en kraakt, en met veel kunst-en vliegwerk hebben apothekers de consequenties voor de patiënt nog kunnen beperken. Kunst-en vliegwerk is geen houdbaar model. Apothekers onderschrijven nog steeds de doelstellingen van het nieuwe stelsel in de farmacie, namelijk betere zorg voor de patiënt en meer ruimte voor innovatie. Op dit moment wordt echter het tegenovergestelde bereikt. Dit maakt aanpassing van het systeem noodzakelijk.
Op weg naar beter De KNMP komt met concrete voorstellen om zowel de medicijnverstrekking als de farmaceutische patiëntenzorg te verbeteren. Het preferentiebeleid heeft de afgelopen jaren veel besparingen opgeleverd, maar is inmiddels het doel voorbij geschoten. De voordelen wegen niet meer op tegen de nadelen. Dit maakt hervorming noodzakelijk. Voorwaarden hierbij zijn dat de maatschappelijke kosten beperkt blijven, en de patiënt kan blijven vertrouwen op zijn apotheker als medicijnexpert. Met een transparant prijsbeleid blijven de voordelen van kostenbesparingen behouden. Nadelen zoals de beperkte beschikbaarheid worden beperkt. Daarnaast zorgt een eenduidig bekostigingssysteem in de eerste lijn ervoor, dat zorg rondom de patiënt en in zijn buurt wordt georganiseerd. Daarmee wordt een belangrijke stap gezet richting de politiek en maatschappelijk gewenste geïntegreerde eerstelijnszorg. Met een transparant prijsbeleid voor medicijnen en een eenduidig bekostigingssysteem voor samenwerkende zorgverleners in de eerste lijn, wordt een toekomstbestendige basis gelegd. Om de toenemende en meer complexe farmaceutische zorgvraag adequaat op te vangen, en te verbeteren.
10
KNMP Zorgmonitor 2013
11
Inleiding
12
KNMP Zorgmonitor 2013
Aanleiding In 2012 is een nieuw bekostigingssysteem geïntroduceerd in de farmaceutische zorg. Verbetering van de zorg aan de patiënt en meer ruimte en stimulans voor innovatie in de apotheek waren beoogde resultaten. De verschillende handelingen van de apotheker zijn ondergebracht in de zogenaamde prestaties farmaceutische zorg. Deze lijst met handelingen vormt de basis voor de onderhandelingen tussen zorgverzekeraar en apotheker. Ook zijn de tarieven voor deze prestaties en de prijzen voor medicijnen (binnen de wettelijke kaders) vrijgegeven. Begin 2012 voerde de KNMP een onderzoek uit om de gevolgen van het nieuwe systeem in kaart te brengen. Het onderzoeksrapport ‘Veranderingen in de farmaceutische zorg: de gevolgen in beeld’, geeft een representatief beeld van de gevolgen van de omschakeling naar prestatiebekostiging en vrije tarieven. Die bleek zeer moeizaam te verlopen.
Doel De KNMP onderzocht voor het tweede jaar de effecten van de systeemwijziging. Veel informatie is verzameld in een enquête waarin gevestigd apothekers de ervaringen en gevolgen van deze systeemwijziging deelden. Met de zogenaamde Zorgmonitor 2013 wil de KNMP nagaan in welke mate de beoogde doelstellingen van de systeemwijziging ook merkbaar zijn aan de apotheekbalie. Welke invulling geven partijen aan het systeem? Wat zijn hiervan de consequenties voor de patiënt? Zo wordt inzicht gegeven in de invulling die partijen in 2013 aan de gereguleerde marktwerking geven. De Zorgmonitor 2013 dient als aanvulling vanuit de sector op een tweetal rapporten, die eind februari worden gepu bliceerd.2 De resultaten van het onderzoek laten ook zien of ten opzichte van 2012 stappen zijn gezet op weg naar een beter functioneren van het nieuwe systeem en het benaderen van de geformuleerde doelstellingen. Dit rapport levert ook een bijdrage aan een toekomst bestendige farmaceutische zorgverlening. Een toekomst waarin apothekers als bekwame zorgprofessionals werken aan laagdrempelige, hoogwaardige en doelmatige zorg. In samenwerking met huisartsen en andere zorgverleners tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten.
NZa marktscan extramurale farmaceutische zorg, en de rapportage aan de minister van de verkenners farmaceutische zorg, de heren Rinnooy Kan en Reibestein.
2
13
Onderzoeksmethode Het onderzoek bestaat uit een online enquête met 57 vragen. Alle gevestigd apothekers in Nederland kregen het verzoek om deze online vragenlijst anoniem te beantwoorden. Tussen 22 januari en 4 februari 2013 hebben 407 apothekers, verspreid over heel Nederland, gehoor gegeven aan dit verzoek. Dit is ruim 21% van de doelgroep. 75% van de deelnemers vertegenwoordigt een zelfstandige apotheek. De overige 25% bestaat uit gevestigd apothekers van ketenapotheken, dienstapotheken en poliklinische apotheken. De samenstelling van de deelnemers en de trend in de beantwoording van de vragen zorgen voor een representatief beeld van de stand van zaken in de sector.3 Bij de totstandkoming van deze rapportage is gebruik gemaakt van de expertise en verschillende publicaties van de Stichting Farmaceutische Kengetallen (SFK). Daarnaast zijn in een reeks districtsbijeenkomsten de voorlopige resultaten voorgelegd aan apothekers. De aanvullende informatie die deze toetsing opleverde is ook gebruikt voor dit rapport.
Het onderzoeksrapport De KNMP evalueert het contracteerproces tussen zorgverlener en apotheker om de effecten van de aanpassingen in de farmaceutische zorgverlening in kaart te brengen. In maart 2012 concludeerde de KNMP dat de omschakeling naar prestatiebekostiging zeer moeizaam is verlopen. De Zorgmonitor 2013 geeft een antwoord op de vraag hoe het nieuwe systeem van gereguleerde marktwerking nu functioneert, na het ‘overgangsjaar’ 2012. Worden de beoogde doelstellingen bereikt en krijgt de patiënt nu betere zorg? Hoofdstuk 1 geeft inzicht in de veranderingen in de farmaceutische patiëntenzorg. De onderzoekresultaten zijn vervolgens verdeeld in drie hoofdstukken. In hoofdstuk 2 staat de patiënt centraal. Hoe vertaalt het nieuwe systeem zich naar de praktijk aan de apotheekbalie? Wat zijn de gevolgen voor de vertrouwensrelatie tussen de apotheker en zijn patiënt? Hoofdstuk 3 beschrijft hoe apothekers de uitvoerbaarheid van en werkdruk door het nieuwe systeem ervaren. In hoofdstuk 4 worden de gemaakte afspraken tussen zorg verzekeraars en apothekers, en de context waarbinnen deze tot stand komen, onder de loep genomen. In het afsluitende hoofdstuk 5 worden de effecten van de prestatie bekostiging en vrije prijzen beschreven en gekoppeld aan voorgestelde aanpassingen.
Wanneer in dit rapport wordt gesproken over “x% van de apothekers constateert dat…”, betreft dit het uitkomstpercentage van de deelnemende apothekers aan dit onderzoek.
3
14
KNMP Zorgmonitor 2013
15
Hoofdstuk 1
Veranderingen in de farmaceutische zorg
16
KNMP Zorgmonitor 2013
In dit hoofdstuk staan de veranderende zorgvraag van de patiënt en de rol van de apotheker centraal. Ook worden de benodigde veranderingen in de farmaceutische zorg kort samengevat.
1.1 Veranderende zorgvraag Verschuiving acute zorgvraag naar chronische zorgvraag Gezondheid is een groot goed. En er wordt veel in geïnvesteerd. Patiënten kunnen steeds beter worden behandeld. We worden steeds ouder en willen een goede kwaliteit van leven blijven genieten. De zorgvraag verschuift steeds meer van een acute zorgvraag naar een chronische zorgvraag. Meer dan de helft van de 65-plussers heeft een chronische aandoening. Vaak zelfs meer dan één. Ook veel jongeren kampen met chronische problemen. De vraag naar zorg krijgt hierdoor een ander karakter, en vraagt ook een verandering bij zorgverleners. Het doel is niet alleen genezing, maar ook het verbeteren van de kwaliteit van leven, het beperken van risico’s door aanpassing van de leefstijl en het bevorderen van de maatschappelijke participatie ondanks de beperking van de aandoening. Goed gebruik van medicijnen speelt hierbij een belangrijke rol en is een (kosten)effectieve manier van behandelen. Patiënten kunnen hierdoor langer in de thuissituatie blijven.
Rol apotheker steeds belangrijker en complexer Een groeiend aantal patiënten gebruikt steeds meer medicijnen. Van alle bezoekers van openbare apotheken gebruikt één op de tien langdurig meer dan vijf medicijnen. Dit zijn zogenaamde ‘polyfarmaciepatiënten’4. Bij senioren gaat het om één op de drie gebruikers van medicijnen. Uit de grafiek op de volgende pagina blijkt, dat 35% van de 75-plussers in de apotheek een polyfarmaciepatiënt is. Deze patiënten vragen extra aandacht, omdat het belang van therapietrouw en de kans op ongewenste onderlinge effecten van medicijnen groter is. Goed gebruik van medicijnen wordt dus steeds belangrijker. Dit geldt ook voor de rol van de apotheker.
Conform de multidisciplinaire richtlijn polyfarmacie is er sprake van polyfarmacie als iemand vijf of meer geneesmiddelen chronisch gebruikt. Van chronisch gebruik is sprake als aan iemand meer dan 3 keer per jaar hetzelfde geneesmiddel wordt verstrekt of als er minimaal één keer een hoeveelheid van een geneesmiddel wordt gegeven voor een gebruiksduur van 90 dagen of meer.
4
17
2012 ondertekend
door een zorgmak
Ik heb geen enkel aangeboden contract voor 15 december 2012 ondertekend
Ik heb ingetekend op door een hoofdaann uitonderhandeld con
65,6%
0%
20%
40%
60%
Ik heb met verschillende verzekeraars op een verschill wijze het contracteerproces doorl
Xxxxxxxxxxxx 100%
Ik ben apotheker in loond en heb mij laten vertegenwoord door mijn ketenorgan
80%
7%
21%
18%
44% 80%
22%
5% 30%
51%
78%
48%
60%
40%
Hoeveel medicatiebeoord
Geen
40% 48%
29%
20%
0%
< 40 jaar
41 – 64 jaar
65 – 69 jaar
27%
24%
1 tot 10
70– 74 jaar
> 75 jaar
11 tot 20
geen chronische medicatie
5 t/m 9 geneesmiddelen chronisch
1 t/m 4 geneesmiddelen chronisch
> 10 geneesmiddelen chronisch
21 tot 40
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
41 tot 60
Worden patiënten die hun geneesmiddelen in een weekdoseringsysteem ontvangen door de dominante zorgverzekeraar uitgesloten voor een medicatiebeoordeling?
61 tot 80
Farmaceutische zorg mensenwerk en maatwerk
Apothekers in Nederland zijn als geen ander in staat patiënten te begeleiden bij en te 81 tot 100
Ja 62,8% adviseren over goed medicijngebruik. Dit geldt zowel voor medicatie bij ziekte als bij
preventie. De apotheker spant zich daarbij in de medicatieveiligheid en therapietrouw (het blijven volgen van de therapie) van de patiënt te 37,2% Needoor de patiënt daadwerkelijk
Meer dan 100
optimaliseren. Hij maakt hierbij gebruik van medicatiebeoordelingen, overdracht van 0%
20%
40%
60%
80%
medicatiegegevens en dossierbeheer. Ook werkt hij nauw samen met huisartsen en andere collega- zorgverleners in de eerste- en tweedelijnszorg. Farmaceutische zorg is mensenwerk en maatwerk. Iedere patiënt kan op een andere manier reageren op medicijnen. Het succes van de therapie wordt in grote mate bepaald door het vertrouwen in de behandeling en de zorgverlener. Door de patiëntspecifieke medicatie bewaking en interventies voorkomen apothekers dure ziekenhuisopnames. Zo levert de beroepsgroep een belangrijke bijdrage aan preventie en de kostenbeheersing in de gezondheidszorg. Dit betekent een dubbele gezondheidswinst, zowel bij de kwaliteit van leven van de patiënt als financieel.
18
0%
KNMP Zorgmonitor 2013
Laagdrempelige en kosteneffectieve zorgverlening Door goede farmaceutische zorg zijn patiënten in staat langer zelfstandig aan de samen leving deel te nemen. Apothekers leveren besparingen op door verkeerd medicijngebruik, zoals ongewenste effecten van medicijnen en therapieontrouw, significant te beperken. Uit recent onderzoek5 blijkt dat alleen al door het adequaat uitvoeren van de medicatiebewaking apothekers tussen de 120 en 160 miljoen euro aan zorgkosten in de tweede lijn besparen. Voor circa zes euro verzorgen apotheekteams voor ieder recept de benodigde farmaceutische zorg 24 uur per dag, zeven dagen per week: dossierbeheer, medicatiebewaking, medicatiebegeleiding en instructie, distributie, voorraadbeheer, etc.
Farmaceutische zorg in internationaal perspectief Op het Centennial Congres van de International Pharmaceutical Federation (FIP) (Amsterdam, 2012) is de positie van Nederland als een vooraanstaand land op het gebied van farmaceutische zorg opnieuw bevestigd. Dit kwam ook uit een rapport van de IMS naar voren.6 Deze positie is onder meer het gevolg van innovaties van apothekers in de afgelopen dertig jaar. De groeiende zorgvraag en de daarmee samenhangende vraag naar de organisatie en aard van de toekomstige farmaceutische zorg wordt ondersteund door onderzoek aan bijvoorbeeld de Universiteiten van Groningen en Utrecht en het SIR Institute for Pharmacy Practice and Policy. Het participeren van praktijkcollega’s aan dit type onderzoek en aan de ontwikkeling van zorgrichtlijnen is van wezenlijk belang om kwaliteitsverbeteringen en vernieuwingen in de sector te blijven stimuleren. Als beroepsorganisatie speelt de KNMP een vooraanstaande rol in de coördinatie van deze ontwikkeling.
1.2 Aanpassingen in de farmaceutische patiëntenzorg Drie grote veranderingen De veranderende zorgvraag vraagt om aanpassingen in de farmaceutische zorg. Vertegenwoordigers van zorgverzekeraars, openbare apothekers, ketenapotheken, ziekenhuis apothekers, poliklinische apothekers en apotheekhoudende huisartsen zijn met elkaar om de tafel gaan zitten om tot een advies aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) te komen
Booz & Co, The potential for pharmaceutical quality services, oktober 2012. IMS Institute for Healthcare Informatics, Advancing the responsible use of medicine. Applying levers for changes, oktober 2012.
5 6
19
over de mogelijke aanpassingen.7 De systeemwijziging die de NZa vervolgens heeft door gevoerd, heeft drie grote veranderingen opgeleverd Die hebben als doel de farmaceutische patiëntenzorg kwalitatief te verbeteren, voor meer transparantie te zorgen en innovatie te stimuleren. 1. Prestatiebekostiging in de farmaceutische zorg
Prestatiebekostiging is in 2012 ingevoerd. De verschillende handelingen van de apotheker, zoals het geven van instructies bij bijvoorbeeld een inhalator of het uitvoeren van een medicatiebeoordeling, zijn onderverdeeld in elf zogenaamde prestaties farmaceutische zorg. De prestaties zijn expliciet en transparant gemaakt en worden apart vermeld op de factuur voor de patiënt. Voorheen waren deze prestaties onzichtbaar in de prijs van medicijnen verwerkt. Vijf prestaties zijn door het College voor Zorgverzekeringen aan gewezen als verzekerde zorg. De zorgverzekeraar is verplicht deze prestaties voor haar verzekerden in te kopen bij zorgaanbieders. Over de overige prestaties kunnen beide partijen aparte afspraken maken.
2. Vrije tarieven voor zorgverlening
De tweede grote aanpassing is dat de tarieven voor farmaceutische zorg niet langer worden vastgesteld door de NZa. Het is nu aan zorgverzekeraars en zorgverleners hierover overeenstemming te bereiken. In een contract leggen beide partijen vast welke zorgverlening tegen welke vergoeding door de apotheek wordt geleverd.
3. Vrije prijzen voor medicijnen
De prijzen van medicijnen zijn, binnen de wettelijke kaders8, vrijgegeven. Voorheen gebruikten zorgverzekeraars en apothekers een officiële prijslijst (taxe) voor medicijnen. In de taxe staan de honderdduizenden medicijnen die op de markt verkrijgbaar zijn. De taxeprijs was de prijs die zorgverzekeraars vergoedden voor een bepaald middel. Het vrijgeven van de prijzen van medicijnen betekent dat niet langer de officiële prijslijst de vergoeding voor medicijnen bepaalt, maar dat iedere zorgverzekeraar hier een eigen beleid op kan voeren.
Boer & Croon, Resultaten pilot prestatiebeschrijvingen farmaceutische zorg. Adviesrapport aan de NZa, definitieve versie (2.0), mei 2011 8 Hierbij valt met name te denken aan de Wet Geneesmiddelenprijzen (WGP) en het Geneesmiddelenvergoedings systeem (GVS). Andere relevante juridische kaders zijn het Budgettair Kader Zorg (BKZ) en de Wet Marktordening Gezondheidszorg (WMG). 7
20
KNMP Zorgmonitor 2013
21
Hoofdstuk 2
Effecten op de patiëntenzorg
22
KNMP Zorgmonitor 2013
Met de invoering van prestatiebekostiging moeten apothekers meer ruimte krijgen om naast begeleiding bij medicijngebruik ook andere vormen van farmaceutische zorg te leveren. In dit hoofdstuk wordt de potentie van deze vormen van farmaceutische zorg toegelicht. Daarna wordt beschreven in hoeverre afspraken over verschillende prestaties worden gemaakt tussen apotheker en zorgverzekeraar. Ook wordt gekeken naar de uitwerking van de drie grote aanpassingen (zoals beschreven in het vorige hoofdstuk) op de patiënt en op de relatie tussen de apotheker en de patiënt. Voor een efficiënte farmaceutische zorg en een succesvolle therapie is het vertrouwen van de patiënt in zijn apotheker immers van doorslaggevend belang.
2.1 Winst voor patiënt en maatschappij Winst voor de patiënt, besparing voor de maatschappij Elke dag zorgen apothekers dat patiënten de juiste medicijnen en passende begeleiding krijgen. Apothekers voorkomen een nadelig onderling effect bij het gebruik van meerdere medicijnen. Ook verminderen zij onnodige ziekenhuisopnames. Ze leveren een belangrijke bijdrage aan de gezondheid en kwaliteit van leven van hun patiënten en aan de kosten beheersing van de gezondheidszorg. Op het gebied van de farmaceutische patiëntenzorg blijven nog veel kansen onbenut. In het rapport ‘The potential for pharmaceutical quality services’ dat door Booz & Company op verzoek van de KNMP is opgesteld is onderzocht wat de mogelijke maatschappelijke opbrengst is van drie specifieke vormen van farmaceutische zorg. Namelijk het uitvoeren van medicatiebeoordelingen, de farmaceutische begeleiding bij ontslag uit het ziekenhuis en het bevorderen van de therapietrouw bij patiënten met hart- en vaatziekten, diabetes en astma/COPD. Deze vormen van farmaceutische zorgverlening zorgen in een voorzichtige raming voor een besparing van 500 tot 750 miljoen euro. Naast deze maatschappelijke opbrengst, is er winst voor de patiënt: een betere kwaliteit van leven.
2.2 Prestatiebekostiging Merendeel van de prestaties niet gecontracteerd In 2012 werden de prestaties farmaceutische zorg nog maar mondjesmaat gecontracteerd. Prestaties zijn farmaceutische handelingen, waarover prijs- en kwaliteitsafspraken worden gemaakt. Uit de enquête blijkt dat ook na het overgangsjaar 2012 nog weinig aparte contracten voor de afzonderlijke prestaties zijn gesloten.
23
De handelingen ‘instructie hulpmiddel’ en ‘medicatiebeoordeling’ worden regelmatig gecontracteerd als onderdeel van de prestatie ‘terhandstelling’. Het contracteren van bepaalde handelingen als onderdeel van andere handelingen ondermijnt de doelstellingen van de prestatiebekostiging. Over de prestaties die niet onder de verzekerde zorg vallen, zijn geen concrete afspraken gemaakt tussen partijen. Ook de facultatieve prestatie, bedoeld voor innovatieve zorg, is in 2012 en 2013 helemaal niet gecontracteerd.
Overzicht prestaties: Prestaties die onder verzekerde zorg vallen: 1. Terhandstelling geneesmiddel op recept 2. Instructie hulpmiddel 3. Medicatiebeoordeling 4. Begeleiding bij ziekenhuisopname 5. Begeleiding bij ontslag ziekenhuis Prestaties die niet onder de verzekerde zorg vallen: 6. Voorlichting zelfmanagement voor patiëntengroep 7. Advies zelfzorg 8. Advies geneesmiddelengebruik tijdens reis 9. Advies ziekterisico bij reizen 10. Onderlinge dienstverlening 11. Facultatieve prestatie (innovatie)
Welke prestaties heeft u bij de dominante zorgverzekeraar gecontracteerd? Instructie patiënt UR-geneesmiddel- gerelateerd hulpmiddel
39,2%
Medicatiebeoordeling chronisch UR-geneesmiddelgebruik
47,6%
Farmaceutische begeleiding bij ziekenhuisopname of polikliniekbezoek
2,9%
Farmaceutische begeleiding i.v.m. ontslag uit het ziekenhuis
3,7% 0%
43,1%
17,7%
34,3%
18,2%
14,3%
82,8%
14,5%
81,8% 20%
40%
60%
80%
100%
apart gecontracteerd gecontracteerd als onderdeel van andere prestatie niet gecontracteerd
ikbaar zijn 24 Verloopt de farmaceutische begeleiding bij ontslag uit het ziekenhuis naar uw oordeel
%
Ik heb het contracteerproces geheel zelfstandig doorlopen
KNMP Zorgmonitor 2013
8,6%
Ik heb mij tijdens het contracteerproces laten adviseren door een zorgmakelaar, maar heb zelf besloten over het tekenen van contracten
27,5%
Ik heb mij tijdens het contracteerproces laten vertegenwoordigen door een zorgmakelaar
8,1%
2.3 Medicatiebeoordeling Ik heb ingetekend op een
22,9% door een hoofdaannemer Een medicatiebeoordeling stemt de medicijnbehandeling (opnieuw) af op de verwachtingen uitonderhandeld contract
en doelstellingen van de patiënt, (verpleeg)huisarts, (huis)apotheker en andere betrokken Ik ben apotheker in loondienst
21,1%
en heb mij laten vertegenwoordigen zorgverleners.
door mijn ketenorganisatie
Ik heb met verschillende zorgMedicatiebeoordelingen verzekeraars op een verschillende wijze het contracteerproces doorlopen
11,8% hebben de grootste meerwaarde bij de meest kwetsbare patiënten.
In het bijzonder bij patiënten van 65 jaar en ouder en patiënten die vijf of meer verschillende 0% 10% 15% 25% 30% medicijnen gebruiken. 85% van5% de apothekers voerde20% medicatiebeoordelingen uit in 2012.
Hoeveel medicatiebeoordelingen heeft u in 2012 uitgevoerd?
15,2%
Geen
16,9%
1 tot 10
11 tot 20
14,9%
21 tot 40
18,6%
41 tot 60
10,5%
n 61 tot 80
7,1%
81 tot 100
4,4%
Meer dan 100
12,5%
0%
5%
10%
15%
20%
25
7%
21%
18%
44% 80%
22%
30%
51%
78%
48%
60%
40%
Hoeveel medicatiebeoorde
Geen
40% 48%
29%
20%
27%
24%
1 tot 10
Geen medicatiebeoordeling bij weekterhandstelling 0%
< 40 jaar 41 – 64aan jaar dat zorgverzekeraars 65 – 69 jaar 70– 74 patiënten jaar > 75 jaar Apothekers (63%) geven uitsluiten van medicatiebeoor- 11 tot 20 medicatie 5 t/m 9 geneesmiddelen chronisch Zorgverzekeraars stellen deling alsgeen zij chronische hun medicijnen via weekterhandstelling ontvangen. 1 t/m 4 geneesmiddelen chronisch
> 10 geneesmiddelen chronisch
21 tot 40
dat de medicatiebeoordeling dan onderdeel is van de prestatie ‘weekterhandstelling’.
41 tot 60
Worden patiënten die hun geneesmiddelen in een weekdoseringsysteem ontvangen door de dominante zorgverzekeraar uitgesloten voor een medicatiebeoordeling?
Ja
61 tot 80
81 tot 100
62,8%
Meer dan 100 37,2%
Nee 0%
20%
40%
60%
80%
Een weekterhandstelling (ook wel weekdoseerverpakking of baxterrol genoemd) is een medicatierol voor een specifieke patiënt. Het is vooral geschikt voor patiënten die meerdere medicijnen gebruiken en voor wie het lastig is het juiste medicijn op het juiste tijdstip te nemen. Met weekterhandstellingen wordt de inname per tijdstip geregeld. Ze worden vooral gebruikt voor patiënten die hun medicatie niet in eigen beheer hebben. Bij de aanvang van behandeling via een weekterhandstelling voert de apotheker een intakegesprek met de patiënt. Hierin worden de keuze voor deze distributievorm en de werkwijze ervan toegelicht.
Medicatiebeoordeling: medicijngebruik afstemmen op individuele behoeften Een medicatiebeoordeling is veel breder en dient een ander doel. De apotheker evalueert in samenspraak met de patiënt en de voorschrijver(s) de therapie van de patiënt op basis van farmaceutische, medische- en gebruiksinformatie. Het doel is optimalisatie van de behandeling. Door het medicijngebruik af te stemmen op individuele behoeften vergroot je het vertrouwen in de therapie en het zelfmanagement van de patiënt. In de richtlijn Medicatiebeoordeling doet de KNMP aanbevelingen voor het uitvoeren van deze zorgverlening. Met het uitsluiten van patiënten die hun medicijnen via weekterhandstelling krijgen voor een medicatiebeoordeling, breng je de patiëntveiligheid in gevaar. Onder meer ouderenbond Unie KBO heeft haar zorgen hierover al uitgesproken.9
Unie KBO, “Weer kamervragen medicijncheck”, www.uniekbo.nl/nieuws/default.asp?page=archief&id=878, 28 januari 2013
9
26
0%
KNMP Zorgmonitor 2013
Voor eigen risico De zorgverlening van apothekers, en daarmee ook de medicatiebeoordeling, is niet uitgesloten van het eigen risico. Dit betekent dat wanneer een apotheker een medicatiebeoordeling uitvoert, deze via het eigen risico bij een patiënt in rekening wordt gebracht. Medicatie beoordeling is een vorm van multidisciplinaire zorgverlening, waarbij ook de voorschrijver(s) wordt betrokken. Als een huisarts de medicatiebeoordeling uitvoert, valt deze zorg opeens buiten het eigen risico. Het bestaan van verschillende bekostigingssystemen in de eerste lijn werkt dus een drempel op voor apothekers om deze zorg te leveren. Dit heeft gevolgen voor de noodzakelijke samenwerking in de eerste lijn.
Polyfarmaciepatiënten Medicatiebeoordelingen zijn met name van belang bij patiënten die vijf of meer verschillende medicijnen gebruiken (de zogenaamd polyfarmaciepatiënten). Niet alleen is bij deze groep patiënten veel gezondheidswinst te behalen, ook de kostenbesparingen zijn groot. Uit onderzoek blijkt dat 10% tot 12% van de medicatie veilig kan worden gestopt. Ook therapietrouw en medicijngebruik worden door medicatiebeoordelingen verbeterd. Dit vermindert het aantal geneesmiddel gerelateerde ziekenhuisopnames van polyfarmaciepatiënten met 15% tot 17%. En het levert de maatschappij een besparing van 150 miljoen tot 200 miljoen euro op.10
2.4 Medicatieoverdracht Bij een overdracht van medicatiegegevens gaat het om het voorkomen van medicatiefouten en het vergroten van de patiëntveiligheid. Een goede medicatieoverdracht zorgt ervoor dat alle zorgprofessionals in de samenwerkende keten altijd over een actueel medicatieoverzicht beschikken. De apotheker is verantwoordelijk voor het veilig verstrekken en bewaken van de voorgeschreven medicatie. Hij organiseert de processen, zodat het medicatieoverzicht altijd actueel is bij elk overdrachtsmoment. Bij opname en ontslag uit het ziekenhuis is er bovendien een gesprek met de patiënt over de farmaceutische begeleiding. Hierin wordt de nieuwe situatie toegelicht. In het ziekenhuis wordt vaak de medicatie aangepast (subtitutie). Bij de farmaceutische begeleiding bij ontslag uit het ziekenhuis wordt het medicijngebruik afgestemd op de thuissituatie (resubstitutie).
10
Booz & Co, The potential for pharmaceutical quality services, oktober 2012.
27
Welke prestaties heeft u bij de dominante zorgverzekeraar gecontracteerd? Instructie patiënt UR-geneesmiddel- gerelateerd hulpmiddel
43,1%
17,7%
Medicatieoverdracht nog onvoldoende gecontracteerd 34,3% 47,6%
18,2%
39,2%
Medicatiebeoordeling chronisch UR-geneesmiddelgebruik
Farmaceutische begeleiding bij opname en ontslag uit het ziekenhuis wordt bij meer dan
Farmaceutische begeleiding 80% van de 2,9% 14,3% bij ziekenhuisopname of apothekers polikliniekbezoek
niet (expliciet) gecontracteerd. Bij grofweg de helft van de patiënten 82,8%
van 65 jaar en ouder wordt de medicatie in het ziekenhuis aangepast. Ruim 70% van deze
Farmaceutische begeleiding 3,7% i.v.m. ontslag uitpatiënten het ziekenhuiskrijgt
81,8% bij14,5% ontslag uit het ziekenhuis een onvolledig of onjuist ontslagrecept.
De overdracht van medicatiegegevens is een kwetsbaar moment. Goede begeleiding van 0%
20%
40%
60%
80%
100%
de apotheker is hard nodig. Er is dus nog veel te winnen op dit gebied. Dit blijkt ook uit apart gecontracteerd
het feit dat 88% van de apothekers aangeeft ontevreden te zijn over de farmaceutische gecontracteerd als onderdeel van andere prestatie niet gecontracteerd begeleiding bij ontslag uit het ziekenhuis.
Verloopt de farmaceutische begeleiding bij ontslag uit het ziekenhuis naar uw oordeel naar tevredenheid?
Ja
11,8%
88,2%
Nee 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Apothekers ontevreden over medicatieoverdracht Apothekers voeren werkzaamheden uit bij opname in en ontslag uit het ziekenhuis. Wat kunt u zeggen over de ontwikkeling van de administratieve lasten in 2012?
Dit doen zij volgens de multidisciplinaire richtlijn ‘Overdracht van Medicatiegegevens’. De Inspectie voor delasten Gezondheidszorg (IGZ) controleert ook op de gang van zaken bij De administratieve 85,7%
zijn sterk toegenomen
medicatieoverdracht. De KNMP heeft de IGZ laten weten dat apothekers knelpunten signaleren om de richtlijn volledig uit te voeren. Dit onderzoek bevestigt het signaal De administratieve lasten 11,6%
zijn enigszins toegenomen
dat de farmaceutische begeleiding bij medicatieoverdracht nog niet naar tevredenheid verloopt. Een moeizame De administratieve lasten samenwerking met het ziekenhuis, de hoge werkdruk en 2,0%
zijn min of meer gelijk gebleven
het ontbreken of verdwijnen van een vergoeding zijn slechts enkele van de oorzaken. De administratieve lasten zijn enigszins afgenomen
0,3%
De administratieve lasten zijn sterk afgenomen
0,3%
0%
28
20%
40%
60%
80%
100%
KNMP Zorgmonitor 2013
Quote van een apotheker
“De medicatieoverdracht vanuit ziekenhuizen is waardeloos. Nog recentelijk werd een patiënt ontslagen met TBC-medicatie en gewoon naar het verzorgingshuis gestuurd, zonder dat apotheek of huisarts hiervan op de hoogte waren”.
Versnippering vergoot kans op medicatiefouten De farmaceutische begeleiding bij opname in en ontslag uit het ziekenhuis wordt steeds belangrijker. Het ministerie van VWS gaat door met de overheveling van groepen medicijnen van de farmaceutische zorg (apotheken) maar de geneeskundige zorg (ziekenhuizen). Na de TNF-alfaremmers in 2012, is vanaf 1 januari 2013 een nieuwe groep medicijnen, voornamelijk orale oncolytica (middelen die worden gegeven bij kanker), overgeheveld. Dit betekent dat patiënten die deze medicijnen gebruiken, zijn aangewezen op het ziekenhuis. Ze krijgen hierdoor mogelijk hun medicijnen aan verschillende balies, namelijk die van de apotheek en die van het ziekenhuis. Meer versnippering werkt zorgcomplicerend en is bovendien patiëntonvriendelijk. Slechts 23% van de apothekers geeft aan vrijwel altijd te beschikken over een volledig dossier van patiënten die hun medicijnen ook aan de ziekenhuisbalie krijgen. Dit vergroot de kans op ongewenste onderlinge effecten van medicijnen en medicatiefouten, en brengt zo de patiëntveiligheid in gevaar. Het is dus belangrijk apothekers beter in te zetten bij de steeds risicovoller wordende medicatieoverdracht.
Besparing door goede medicatieoverdracht Het aantal vermijdbare medicatie incidenten wordt significant teruggedrongen door de patiëntgerichte begeleiding en de interventies van apothekers bij ontslag uit het ziekenhuis. Apothekers kunnen het risico op heropname in het ziekenhuis verminderen met 35% tot 50%. Dit levert de maatschappij een besparing van 100 tot 160 miljoen euro op en bespaart de patiënt onnodige complicaties en/of ziekenhuisopnames.11
Booz & Co, The potential for pharmaceutical quality services, oktober 2012.
11
29
2.5 Transparantie Quote van een apotheker
“Door de verschillende complexe systemen als het preferentiebeleid kost het vele uren per week patiënten uit te leggen wie hier voor aansprakelijk is: de zorgverzekeraar. Dit schaadt de relatie met onze patiënten!”.
Veel verschillende, complexe prijssystemen voor medicijnen Naast de tarieven voor zorgverlening zijn ook de prijzen van medicijnen (binnen de wettelijke kaders) vrijgegeven. Dit betekent dat niet langer een centrale prijslijst de vergoeding voor medicijnen bepaalt, maar dat iedere zorgverzekeraar hier een eigen beleid op kan voeren. De praktijk laat zien dat sommige zorgverzekeraars prijzen ‘vastklikken’ op een historisch niveau (bijvoorbeeld oktober 2011, of maart 2008). Stijgt de prijs van een middel, dan blijft de vergoeding van het middel op de hoogte van deze historische maand en lijdt de apotheker verlies. Daalt de prijs van een middel, dan wordt de actuele, lagere prijs uitgekeerd. Het risico op prijsstijgingen wordt dus op de apotheek afgewenteld. Andere zorgverzekeraars zijn eigen prijslijsten gaan hanteren. Ook hierbij kunnen verschillen optreden tussen de vergoeding van de zorgverzekeraar en de daadwerkelijke inkoopprijs die de apotheker betaalt. Veel zorgverzekeraars werken met een preferentiebeleid. Naast het ‘klassieke’ preferentie beleid (zie kader), is er het zogenaamde ‘couvert-preferentiebeleid’. De zorgverzekeraar en de fabrikant maken dan onderhands afspraken. De prijs voor het medicijn in de officiële prijslijst blijft hierdoor kunstmatig hoog. Apothekers dragen vervolgens een kortings percentage (‘claw back’) af aan de zorgverzekeraar over deze kunstmatig hoog gehouden prijs. Andere systemen zijn het pakjesmodel en de laagste prijs garantie (LPG). Bij deze laatste twee systemen kiest de apotheker zelf welk medicijn hij de patiënt geeft. Bij het pakjesmodel vergoedt de zorgverzekeraar alleen een vaste maar maandelijks wisselende ‘pakjesprijs’. Bij de laagste prijs garantie wordt enkel de prijs van het merk met de laagste prijs vergoed. Ook als dit medicijn niet leverbaar is en de apotheker een ander (duurder) medicijn moet geven. Kortom, zorgverzekeraars werken met verschillende, complexe prijssystemen, waarbij onbeheersbare risico’s worden afgewenteld op de apotheek.
30
De werkdruk is enigszins afgenomen
1.0%
De werkdruk is sterk afgenomen
Weet ik niet
KNMP Zorgmonitor 2013
0,3%
0%
20%
40%
60%
0
80%
Wat kunt u zeggen over de ontwikkeling van de werkdruk van de apothekers-assistenten in 2012?
Preferentiebeleid De werkdruk is
Hee
69,3%
sterk toegenomen Het preferentiebeleid is het meest gebruikte systeem bij zorgverzekeraars. Het geldt voor
Ja
medicijnen met dezelfde De werkdruk is werkzame stof waarvan meer dan één merk in de handel is. 25,3%
enigszins toegenomen Zorgverzekeraars bekijken welke merken dezelfde werkzame stof hebben. Fabrikanten Nee
mogen voor deze medicijnen een prijsaanbod aan de zorgverzekeraar doen. Vervolgens wijst De werkdruk is min of 4,4%
meer gelijk gebleven
de zorgverzekeraar in ieder geval per werkzame stof (of combinatie van werkzame stoffen) minimaal éénDemedicijn werkdruk is als preferent aan. Onder medicijn wordt hierbij verstaan één 0,7%
enigszins afgenomen
presentatie, ongeacht sterkte, toedieningsvorm of leverancier (merk). De apotheker is De werkdruk is medicijn aan de patient te geven. Dit kan per zorgverzekeraar verplicht het preferente 0,3% sterk afgenomen
verschillen. Het doel van dit beleid is dat fabrikanten de prijzen van medicijnen verlagen. 0%
20%
40%
60%
Indien patiënten c is deze informatie
80%
Ja, de patiënt die in lijn die ik van de zorg
Krijgt u veel vragen over de prijzen van geneesmiddelen in uw apotheek die u (eventueel ten laste van het eigen risico) in rekening brengt? Ja, er zijn veel vragen over de prijzen, en deze vragen zijn ook goed te beantwoorden
N de patiënt van de z is tegenstrijdig aan de in
18,5%
Ja, er zijn veel vragen over de prijzen, maar deze vragen zijn meestal niet goed te beantwoorden
64,0%
Nee, er zijn niet veel vragen over de prijzen, en deze vragen zijn meestal niet goed te beantwoorden
8,9%
Nee, er zijn niet veel vragen over de prijzen, maar deze vragen zijn goed te beantwoorden
8,6%
0%
20%
40%
60%
80%
Verschillende prijzen voor hetzelfde medicijn bij dezelfde apotheek Patiënten betalen steeds vaker zelf de rekening van hun medicijnen door de verhoging van het eigen risico en de verkleining van het basispakket. De apotheker moet transparant kunnen zijn in de zorgverlening en de bedragen die (voor het eigen risico) in rekening worden gebracht. Dat is nu onmogelijk. Patiënten van verschillende zorgverzekeraars betalen door de verschillende, complexe prijssystemen een andere prijs voor exact hetzelfde medicijn bij dezelfde apotheek. Dit is voor apothekers niet uit te leggen.
31
van uw dominante zorgverzekeraar? Ja
85,8%
Nee
9,3%
4,9%
Weet ik niet
2.6 Informatievoorziening patiënten 0%
20%
40%
60%
Vragen en klachten over de prijs van medicijnen
80%
100%
De diversiteit van prijssystemen van zorgverzekeraars zet de vertrouwensrelatie tussen apotheker en patiënt onder druk. Bijna 83% van de apothekers krijgt veel vragen van patiënten over de prijzen van medicijnen. De overgrote meerderheid van de apothekers kan deze
stenten in 2012?vragen
niet (goed) beantwoorden. De meeste klachten van patiënten bij apothekers gaan
Heeft u in verzekeraars 2012 vaker te maken gehad met agressie aan de aantal balie? vragen neemt naar over prijzen die door zijn overeengekomen. Het
verwachting nog verder toe door de verhoging van het eigen risico naar 350 euro in 2013. Ja
62,8%
Quote van een apothekersassistente
37,2%
Nee
“Dat is misschien nog wel de grootste oorzaak van de onvrede onder de patiënten. 0% 20% 40% 60% Wij praten de blaren op onze tong en iemand van het callcenter van80% een verzekeringsmaatschappij haalt in één klap alles onderuit. De apotheek is dan de boosdoener”.
Indien patiënten contact opnemen met zorgverzekeraars met vragen over de farmaceutische zorg, is deze informatie dan in lijn met de informatie die u vanuit de zorgverzekeraar krijgt? Ja, de patiënt ontvangt informatie die in lijn is met de informatie die ik van de zorgverzekeraar ontvang
4,1%
77,2%
Nee, de informatie die de patiënt van de zorgverzekeraar krijgt is tegenstrijdig aan de informatie die ik krijg
91,5%
Weet ik niet
4,4%
0%
32
20%
40%
60%
80%
100%
KNMP Zorgmonitor 2013
De apotheker en de zorgverzekeraar geven tegenstrijdige informatie Het in apotheekteam kan bepaalde vragendoor overdeprijzen en vergoedingen Voelt u zich uw professioneel handelen belemmerd contractvoorwaarden van uw dominante zorgverzekeraar?
niet (volledig)
beantwoorden en verwijst de patiënt naar de zorgverzekeraar. De patiënt belandt bij de helpdesk van de zorgverzekeraar. Vervolgens krijgt hij informatie die tegenstrijdig is aan de Ja
85,8%
informatie die de apotheker geeft. Maar liefst 92% van de apothekers heeft dit hier mee te maken gehad. 58% van de apothekers signaleert ook dat de wachtrijen langer zijn geworden. En 63% van9,3% de apothekers had in 2012 vaker met agressie aan de balie te maken.
Nee
Quote van 4,9% Weet ik niet
een apotheker
“Ik praat me suf om de patiënt een goedkopere variant van zijn medicijn te laten 0% 20% 100% proberen. Patiënten willen 40% steeds vaker 60% een bepaald 80% label of het origineel van een medicijn. Als de patiënt de zorgverzekeraar belt krijgt hij altijd gelijk. Dit schaadt het vertrouwen tussen patiënt en apotheker”.
2012?
Heeft u in 2012 vaker te maken gehad met agressie aan de balie?
Ja
62,8%
37,2%
Nee 0%
20%
40%
60%
80%
Quote van een apotheker
“Patiënten denken dat wij gaan over het wel vergoeden Indien patiënten contact opnemen met zorgverzekeraars met vragen overof de niet farmaceutische zorg,van medicijnen, is deze informatie in lijn met de informatie de zorgverzekeraar krijgt? en dan worden soms ook doordiedeu vanuit zorgverzekeraars naar ons verwezen. Maar ik ben zorgverlener en kan niet degene zijn die de consequenties van de polisvoorwaarden 4,1% 77,2% uitlegt. Veel patiënten verwachten dit echter wel van ons, worden hier boos over!”.
Ja, de patiënt ontvangt informatie die in lijn is met de informatie die ik van de zorgverzekeraar ontvang Nee, de informatie die de patiënt van de zorgverzekeraar krijgt is tegenstrijdig aan de informatie die ik krijg
91,5%
Weet ik niet
4,4%
0%
20%
40%
60%
80%
100%
33
Handvest van de apotheker Apothekers hebben vanwege de veranderingen in de maatschappij en in de beroeps uitoefening behoefte geuit te beschrijven wat de grondslag is waarop zij hun professie uitoefenen, als fundament voor de beroepsethiek van de apotheker. De uitkomsten hiervan zijn samengekomen in het Handvest van de Apotheker.12 De apotheker is farmaceutische zorgverlener, de specialist in geneesmiddelen. Zijn exclusieve kennis domeinen zijn: a) kennis van het geneesmiddel; b) kennis van de werking van geneesmiddelen in het menselijke lichaam; en c) kennis van goed gebruik en interactie van geneesmiddelen. Hij zet zijn kennis van (de werking van) geneesmiddelen in voor een veilig, zinnig en zuinig geneesmiddelengebruik. Zo draagt hij continue bij aan het verbeteren van de farmaco therapie van zijn patiënten. Op grond van deze kennis heeft de apotheker, als behandelaar, een zelfstandige plaats in de zorgketen. De apotheker is daarop aanspreekbaar voor de patiënt, andere zorgverleners en zorgverzekeraars. De zorgverlening van de apotheker is gebaseerd op zijn professionaliteit en beroepsethiek. Deze beroepsethiek behelst dat de apotheker, betrokken bij het welzijn van de patiënt en bewust van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid, zijn farmaceutische deskundigheid zorgvuldig inzet ten behoeve van de individuele patiënt, die de apotheker als professional vertrouwt en ook moet kunnen vertrouwen.
Belemmerd in professioneel handelen Iedere patiënt kan op een andere manier reageren op medicijnen. Dit maakt farmaceutische zorgverlening tot patiëntspecifiek maatwerk, waarop de apotheker bovendien aanspreekbaar is. De zorgverlening van de apotheker is gebaseerd op zijn beroepsethiek en verantwoordelijk heid als professional. Veel apothekers voelen zich echter belemmerd in hun professioneel handelen door de contractvoorwaarden van de dominante zorgverzekeraar. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de hoge administratieve lasten, de perverse prikkels, of beperkingen voor het uitvoeren van medicatiebeoordelingen bij bepaalde patiënten. Zorgverzekeraars wentelen onbeheersbare en onvoorspelbare risico’s af en leggen apothekers bovendien onbespreekbare contractvoorwaarden voor, die perverse prikkels opwekken. Zoals het met
Handvest van de apotheker. Grondslag voor het professioneel en ethisch handelen, versie 0.9, november 2012
12
34
KNMP Zorgmonitor 2013
(fors) verlies afleveren van medicijnen. Dit maakt duidelijk dat de betrouwbaarheid van de apotheker in het geding is. En juist deze vertrouwensrelatie tussen patiënt en apotheker is bepalend voor het succes van de therapie. Vanwege het kennisverschil tussen patiënt en apotheker is deze vertrouwensrelatie van fundamenteel belang om de therapie succesvol te laten zijn. De patiënt moet op zijn apotheker kunnen vertrouwen, omdat hij zelf de kennis niet heeft keuzes te maken over zijn behandeling. Daarom kiest de patiënt zijn zorgverleners. Een patiënt moet erop kunnen vertrouwen dat een apotheker zijn expertise in het belang van de gezondheid van de patiënt inzet.
12?
Voelt u zich in uw professioneel handelen belemmerd door de contractvoorwaarden van uw dominante zorgverzekeraar? Ja
85,8%
Nee
9,3%
4,9%
Weet ik niet
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Quote van een apothekersassistente
nten in 2012?
“Ik ervaar nu regelmatig agressie aan de balie, net alsof het mijn schuld is dat iets weer u in 2012moet vaker te maken gehad metme agressie de balie? want ik kan er niks mee”. wijzigtHeeft of betaald worden. Ik voel danaan hulpeloos Ja
62,8%
37,2%
Nee 0%
20%
40%
60%
80%
Indien patiënten contact opnemen met zorgverzekeraars met vragen over de farmaceutische zorg, is deze informatie dan in lijn met de informatie die u vanuit de zorgverzekeraar krijgt? Ja, de patiënt ontvangt informatie die in lijn is met de informatie die ik van de zorgverzekeraar ontvang Nee, de informatie die
4,1%
77,2%
35
Hoofdstuk 3
Prijs en kwaliteit
36
KNMP Zorgmonitor 2013
De aanpassingen in het systeem van farmaceutische zorgverlening zijn ingevoerd om de kwaliteit van de zorg aan de patiënt te vergroten. Apothekers zouden meer ruimte krijgen zich met kwaliteitsverbetering en innovatie bezig te houden. In dit hoofdstuk wordt duidelijk wat de effecten van het nieuwe systeem zijn op de uitvoerbaarheid en de werkdruk voor de apotheker.
3.1 Uitvoerbaarheid Zeven soorten beleid Kwaliteitsafspraken op maat komen nog niet tot stand, ondanks de intenties van het huidige stelsel. Zorgverzekeraars werken met een eigen beleid en geven daarin nauwelijks bewegingsvrijheid. Apotheekteams verlenen zorg volgens richtlijnen, protocollen en zorg standaarden. Tegelijkertijd moeten zij ook rekening houden met de afspraken met de verschillende zorgverzekeraars. Gemiddeld genomen had een apotheek in 2012 met 7,4 verschillende zorgverzekeraars een contract afgesloten. Dat betekent dat de apotheker mogelijk moet werken met zeven verschillende soorten prijs- en kwaliteitsbeleid. Apothekers ervaren de uitvoerbaarheid van de verschillende beleidskeuzes van de zorgverzekeraars als zeer knellend.
Quote van een apotheker
“De eisenpakketten van de zorgverzekeraars zijn sterk uitgebreid. Er is een oerwoud van eisen, verplichtingen en handelingen. Uniformiteit is een grote wens”. Extra handelingen en kosten voor de apotheek In andere zorgsectoren (zoals huisartsenzorg) hebben zorgverzekeraars afgesproken dat de afspraken met de dominante zorgverzekeraar leidend zijn. De andere zorgverzekeraars conformeren zich hieraan. Zo zorgen ze voor een uitvoerbare praktijk voor de zorgverlener. In de farmaceutische zorg gebeurt dit nog niet. Dit kan ertoe leiden dat een apotheek voor iedere zorgverzekeraar een klanttevredenheidsonderzoek, waarin bijvoorbeeld 60 vragen door tenminste 100 patiënten moeten worden beantwoord, moet uitvoeren en financieren. Of dat een apotheek voor elke zorgverzekeraar een apart voorkeursassortiment op voorraad moet houden. Dit betekent een hoop extra handelingen en kosten.
Beschikbaarheid van preferente medicijnen In 2012 waren er grote problemen met de voorraad medicijnen in de voorkeursassortimenten (de zogenaamde preferente medicijnen). Patiënten moeten hierdoor vaker noodgedwongen van doosje wisselen. Als het preferente medicijn bij een volgende verstrekking wel leverbaar is,
37
worden de medicijnen weer verwisseld. Amerikaans onderzoek toont aan dat dit de therapietrouw vermindert.13 Bij een verandering van de kleur van een medicijn stijgt de kans op therapieontrouw al met 27%. De aanhoudende problematiek met de beschikbaarheid van preferente middelen was voor de Stichting Farmaceutische Kengetallen aanleiding een monitor te publiceren waarin de problemen van preferente middelen in kaart worden gebracht. Uit de weergave van onderstaande monitor blijkt dat er sprake is van een structureel probleem.
Quote van een apothekersassistente
“Mensen krijgen steeds andere medicijnen, en raken zo het vertrouwen in de medicatie kwijt”.
250.000
Welke prestaties heeft u b 200.000
Instructie patiënt UR-genees middel- gerelateerd hulpmidde 150.000
23,6%
Medicatiebeoordeling chronisch UR-geneesmiddelgebruik 100.000
Farmaceutische begeleiding bij ziekenhuisopname o polikliniekbezoek
50.000
Farmaceutische begeleiding i.v.m. ontslag uit het ziekenhui
0
14
16
18
20
22
24
26
28
30
32
34
36
38
40
42
44
46
48
50
52
weeknummer
Aantal preferent aangewezen artikelen die in de betreffende week in meer of minder mate niet leverbaar waren. Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Moeten patiënten vaker terugkomen naar uw apotheek als gevolg van het niet beschikbaar zijn van een preferent geneesmiddel?
Verloopt de naar tevred
77,2%
Ja, dit komt regelmatig voor
Ja Dit komt af en toe voor
19,7%
Nee
Pharmaceutisch Weekblad, 6 februari3,1% 2013 Nee, dit gebeurt vrijwel nooit
13
38
0%
0% 20%
40%
60%
80%
KNMP Zorgmonitor 2013
Dagelijks 30.000 patiënten in verwarring door preferentiebeleid Uit zeer recent onderzoek onder apotheekmedewerkers van het SIR Institute for Pharmacy Practice and Policy komen de uitvoeringsproblemen van het preferentiebeleid duidelijk naar voren. 14 Uit het onderzoek blijkt dat apotheekmedewerkers op één dag bij meer dan 30.000 patiënten in heel Nederland boosheid en verwarring constateren vanwege continue wijzigingen in uiterlijk en/of vorm van het preferente medicijn. Ook concludeert dit onderzoek dat preferentiebeleid ten koste van farmaceutische patiëntenzorg gaat. De apotheekmedewerker besteedt veel tijd aan uitleg van het beleid aan de patiënt, het zoeken naar alternatieven vanwege niet-beschikbaar zijn van preferente medicijnen en contact over ‘medische noodzaak op recept’. Eerder had een zelfstandige apotheker al een enquête uitgezet onder apotheekmedewerkers waar vergelijkbare resultaten naar voren kwamen.15
Nog geen verbetering beschikbaarheid preferente middelen Leveringsproblemen van preferente middelen zijn de oorzaak dat apothekers bij gemiddeld 200.000 verstrekkingen per week op zoek moeten naar een alternatief. Dit is niet altijd direct voorhanden. Patiënten moeten bij 77% van de apothekers regelmatig op een later moment terugkomen, omdat een preferent aangewezen medicijn niet beschikbaar is. Als een laagste prijs garantie is afgesproken, moet de apotheek met verlies leveren als het goedkoopste alternatief niet op voorraad is. Deze afwenteling van risico’s zorgt voor prikkels, die haaks staan op een goede zorgverlening.
Beschikbaarheidsproblematiek krijgt aandacht van minister Amoxicillinedrank is één van de meest gebruikte antibiotica bij kinderen en ouderen met slikproblemen. In 2012 werd amoxicillinedrank (25 mg/ml, 50 mg/ml en 100 mg/ml) in totaal 350.000 keer voorgeschreven. In Nederland heeft momenteel één fabrikant amoxicillinedrank in het assortiment. Door productieproblemen was het middel lange tijd niet leverbaar. Inmiddels heeft de beschikbaarheidsproblematiek ook de aandacht van de minister van VWS. Het is bemoedigend dat de minister aangeeft naar oplossingen te zoeken, zowel op nationaal als op internationaal niveau. De KNMP zegt de minister alle medewerking toe.
SIR Institute for Pharmacy Practice and Policy, Panel Praktijkonderzoek Apotheekmedewerkers (PAM), onderzoeksrapport preferentiebeleid, februari 2013 15 Rik de Ruiter, Enquête onder apothekers-assistenten en patiënten over ervaringen met preferente middelen, november 2012 14
39
250.000
Welke prestaties heeft u bij de 200.000
150.000Apothekers
Instructie patiënt UR-geneesmiddel- gerelateerd hulpmiddel
spannen zich dagelijks in patiënten te voorzien van een vervangend medicijn. 23,6%
Medicatiebeoordeling chronisch In 99% van de gevallen lukt dat. Zo nodig bereiden apothekers het voorgeschreven medicijn UR-geneesmiddelgebruik
zelf, als het kant-en-klare product niet beschikbaar is. Zoals de minister in haar brief aan de
100.000
Tweede Kamer schrijft, hebben apothekers de problemen met medicijntekorten ‘met
Farmaceutische begeleiding bij ziekenhuisopname of veel polikliniekbezoek
2,9%
kunst- en vliegwerk’ opgelost. Hierdoor zijn de merkbare consequenties voor de patiënt 16
50.000
Farmaceutische begeleiding
nog relatief beperkt gebleven, en is men over het algemeen nog tevreden over de dienst i.v.m. ontslag uit het ziekenhuis verlening van de apotheek. Het kunst- en vliegwerk is echter geen houdbare situatie. 17
3,7% 0%
0
De14KNMP preferentiebeleid 38 het 16 18stelt 20 daarom 22 24 26een 28 hervorming 30 32 34 36 van 40 42 44 46 48 50 52 voor. weeknummer
Moeten patiënten vaker terugkomen naar uw apotheek als gevolg van het niet beschikbaar zijn van een preferent geneesmiddel?
Verloopt de farm naar tevredenhei
77,2%
Ja, dit komt regelmatig voor
Ja Dit komt af en toe voor
11,8
19,7%
Nee 3,1%
Nee, dit gebeurt vrijwel nooit
0% 0%
20%
40%
60%
80%
Wat kunt u zeg
40.000
Toename administratieve lasten
35.000 Naast
logistieke rompslomp constateren apothekers een toename van de administratieve
30.000 lasten. 25.000 Nog
86% van de apothekers meldt dat de administratieve druk in 2012 sterk is toegenomen.
eens 12% stelt dat de administratieve druk enigszins is gestegen. De meest genoemde
voorbeelden 20.000
zijn formulieren voor medische noodzaak en hulpmiddelen, machtigingen,
klanttevredenheidsonderzoeken en het aanleggen en bijhouden van patiëntendossiers voor 15.000 hulpmiddelen in een aparte administratie. Ook de afkeuringen en correcties bij het declaratie-
De adminis zijn ster
De adminis zijn enigszin
De adminis zijn min of meer g
10.000
36.818
De adminis zijn enigszi
2011
De adminis zijn ste
26.587
34.542
25.989
33.538
26.082
31.641
25.660
29.910
liever aan zorg voor de patiënt.
24.707
27.339
23.709
25.422
23.047
23.539
22.432
21.718
5.000
21.718
verkeer met de zorgverzekeraar nemen veel tijd in beslag. Apothekers besteden deze tijd 0
2003
2004
2005
aantal werknemers
2006
2007
2008
2009
2010
verwacht aantal werknemers obv zorgvraag
Kamerbrief over borging continuïteit geneesmiddelen. Brief van minister Schippers (VWS) aan de Tweede Kamer over toenemende tekorten van geneesmiddelen, 5 februari 2013 17 Regioplan, Factsheet 2013: De apotheker als zorgverlener, februari 2013 16
40
Ja
11,8%
88,2% KNMP
Nee 0%
20%
40%
60%
80%
Zorgmonitor 2013
100%
Wat kunt u zeggen over de ontwikkeling van de administratieve lasten in 2012? De administratieve lasten zijn sterk toegenomen
85,7%
De administratieve lasten zijn enigszins toegenomen
11,6%
De administratieve lasten zijn min of meer gelijk gebleven
2,0%
De administratieve lasten zijn enigszins afgenomen
0,3%
De administratieve lasten zijn sterk afgenomen
0,3%
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Quote van een apotheker
“Ik voel mij steeds vaker een parkeerwachter van de zorgverzekeraar in plaats van een zorgverlener voor de patiënt. Terwijl ik juist voor dat laatste ben opgeleid”.
3.2 Werkdruk Uit het onderzoek blijkt dat apothekers grote moeite hebben de dagelijkse werkzaamheden naar behoren uit te voeren. Dit komt onder meer door jarenlange efficiëntieslagen. De groei van het aantal apotheekmedewerkers loopt al jarenlang achter bij de toename van de zorgvraag. Als het aantal medewerkers in de apotheken de afgelopen jaren gelijke tred had gehouden met de zorgvraag, zouden nu in de apotheken 10.000 meer medewerkers werkzaam zijn: 36.000 in plaats van 26.000.
41
Dit komt af en toe voor
19,7%
Nee 3,1%
Nee, dit gebeurt vrijwel nooit
0% 0%
20%
40%
60%
80%
Wat kunt u zeg
40.000 35.000
De administ zijn sterk
30.000
De administ zijn enigszin
25.000 20.000
De administ zijn min of meer g
15.000
De administ zijn enigszin
2011
De administ zijn ste
26.587
34.542
25.989
33.538
26.082
31.641
25.660
29.910
24.707
27.339
23.709
25.422
23.047
23.539
36.818
20.000
22.432
5.000
21.718
21.718
25.000 10.000
0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
verwacht aantal werknemers obv zorgvraag
aantal werknemers 15.000
Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen 10.000
5.000
Afname aantal apotheken
0
22.185
20.620
18.716
15.992
14.500
14.221
14.090
14.115
14.374
14.424
Nederland telde eind 2012 1.981 openbare apotheken. Voor het eerst is er sprake van een afname van het aantal apotheken. De sector staat onder druk. De groei van het aantal apotheken in de voorafgaande was onder het gevolg de opkomst 2002 2003 2004 2005 jaren 2006 2007 meer 2009 van2010 2011 van poli 2008 klinische apotheken en dienstapotheken. Tegelijkertijd nam het aantal apotheekhoudende huisartsen af. De groei van het aantal apotheken bleef ver achter bij de toenemende vraag naar farmaceutische zorg. Over een periode van tien jaar is het aantal apotheken toegenomen met 1,7%, terwijl de vraag naar farmaceutische zorg jaarlijks is toegenomen met 4,0%.
2.100
2.200
2.900
3.200
3.500
3.800
4.000
4.400
4.900
6.600
6.700
7.200
8.300
België
Spanje
Frankrijk
Ierland
Italië
Duitsland
Portugal
Zwitserland
Groot-Brittannië
Finland
Oostenrijk
Noorwegen
Nederland
Nederland heeft nu het hoogste aantal inwoners per apotheek.
Aantal inwoners per apotheek. Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
42
KNMP Zorgmonitor 2013
Nederland heeft meer apothekers nodig In deze 1.981 apotheken zijn circa 2.800 apothekers werkzaam. Dit betekent dat één apotheker gemiddeld voor 5.400 patiënten farmaceutische verantwoordelijkheid draagt. Als norm is vastgesteld dat een apotheker voor maximaal 4.400 patiënten deze farmaceutische verantwoordelijkheid kan dragen. Dit betekent dat er een tekort is aan ruim 600 apothekers. Kortom, Nederland heeft meer apothekers nodig!
Budgetneutraal jaar? Het transitiejaar 2012 is gedoopt tot een budgetneutraal jaar. Budgetneutraliteit betekent dat de verwachte groei in de zorgvraag wordt gecompenseerd met lagere tarieven (budget 2011 = budget 2012). De apotheek zou ongeveer op dezelfde opbrengst uitkomen door tegen lagere tarieven meer patiënten te helpen. De meeste zorgverzekeraars gingen uit van een groei van de zorgvraag met 5%. Van de apothekers die een inschatting konden maken van de gerealiseerde zorgvraag in 2012, geeft 62% aan dat de verwachte zorgvraag van de zorgverzekeraar niet is gerealiseerd. Vanwege het voortijdig vaststellen van een groeipercentage nemen de tariefinkomsten van apotheken evenredig af. Er is dus meer werk verricht tegen lagere tariefopbrengsten. Tegelijkertijd gaven zorgverzekeraars naar schatting 500 tot 750 miljoen euro minder uit aan farmaceutische zorg in 2012 ten opzichte van 2011.18
Verslechtering bedrijfsresultaat apothekers Apothekers zien hun bedrijfsresultaat verslechteren. Hoewel één op de vijf apothekers het bedrijfsresultaat over 2012 nog niet in beeld heeft, constateert tweederde van de apotheken een (verwachte) verslechtering van het bedrijfsresultaat. Minder dan 3% schat in dat het bedrijfsresultaat in 2012 beter is dan dat van 2011. Voor de apotheker is dus geen sprake van een budgetneutraal jaar. De verslechtering van bedrijfsresultaten zijn voor veel apothekers aanleiding geweest om bezuinigingen door te voeren.
Zorgvisie, 11 februari 2013
18
43
Loonontwikkeling in de farmaceutische zorgverlening Het loon in de branche openbare apotheken is de afgelopen jaren gematigd. Vanaf 2010 blijft de loonontwikkeling van de CAO Apotheken achter bij de jaarlijkse overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling, de zogenaamde OVA. De OVA wordt ieder jaar vastgesteld ter indexering van budgetten en tarieven voor de stijging van de kosten van de arbeid. De beperkte loonsverhoging die wel is gerealiseerd, komt door verlaging van de premies voor het sociale de branche, de SBA (Stichting Bedrijfsfonds Welke prestaties heeft fonds u bij devan dominante zorgverzekeraars gecontracteerd? (meerdere antwoorden mogelijk)
Apotheken).
De oorspronkelijke premie is met grofweg de helft verlaagd en bedraagt nu 0,76% van de
loonsom. wordt dus structureel bezuinigd op (de ontwikkeling van) opleidingen, TerhandstellingHiermee van een 97,3% UR-geneesmiddel (inclusief arbeidsmarkt en onderwijs en ontwikkelingen cq. initiatieven om het professioneel werken deelprestaties/t... in deInstructie apotheek patiëntte bevorderen en de ontwikkeling van de mensen die hierin werkzaam zijn. 46,6%
UR-geneesmiddelgerelateerd hulpmiddel Medicatiebeoordeling chronisch UR-geneesmiddelgebruik
47,6%
Grotere werkdruk voor apothekers en apothekersassistenten
Farmaceutische Meer danbegeleiding ooit hebben apotheekteams moeite de toenemende receptenstroom met minder 7,0% bij ziekenhuisopname of polikliniekbezoek middelen af te handelen. Bijna 58% van de apothekers is het volledig oneens met de stelling
dat erFarmaceutische voldoende tijd en ruimte is alle taken naar behoren uit te voeren. Nog eens 31% is 7,3% begeleiding i.v.m. ontslag uit het ziekenhuis enigszins oneens met deze stelling. Slechts 5% is het in meer of mindere mate eens met de stelling.
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Geef aan in hoeverre u het eens bent met onderstaande stelling. Er is voldoende tijd en ruimte om alle taken naar behoren uit te voeren in de apotheek.
Enigszins mee eens
0%
6,8%
Enigszins mee oneens
5%
30,6%
Helemaal mee oneens
-10%
57,5%
0%
0,7%
+5%
3,7%
Neutraal
Nu het jaar 2012 is in 2012 ten opzicht +10% of meer
1,4%
Helemaal mee eens
het
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Geef aan in hoeverre u het eens bent met onderstaande stelling: Er is voldoende tijd en ruimte om naast de dagelijkse receptafhandeling ook voldoende aandacht te kunnen schenken aan andere zaken (zoals medicatiebeoordelingen, meer samenwerking met andere zorgverleners, innovatie, etc.)
-15% of minder
Weet ik niet
0% Helemaal mee eens
1,4%
44 Enigszins mee eens
3,1%
KNMP Zorgmonitor 2013
Wat kunt u zeggen over de ontwikkeling van de werkdruk van de apotheker(s) in 2012? De werkdruk is sterk toegenomen
Voelt u zich in uw pr van uw dominante zo
74,2% Ja
De werkdruk is enigszins toegenomen
22,3%
De werkdruk min of Wat kunt uiszeggen meer gelijk gebleven
Nee
over de ontwikkeling van de werkdruk van de apotheker(s) in 2012?
Voelt u zich in uw pr van uw dominante zo
2,1%
De werkdruk werkdruk is is De sterk toegenomen enigszins afgenomen
74,2%
1.0%
De werkdruk werkdruk is is De enigszins sterktoegenomen afgenomen
22,3%
0,3%
0% Nee
De werkdruk is min of 0% meer gelijk gebleven
20%
2,1%
De werkdruk is enigszins afgenomen
40%
60%
80%
1.0%
4,9%
Weet ik niet
Wat kunt u zeggen over de ontwikkeling van de werkdruk van de apothekers-assistenten in 2012?
De werkdruk De werkdruk isishet0,3% afgelopen jaar sterk toegenomen voor zowel apotheker als apothekerssterk afgenomen
assistenten. De werkdruk is
sterk toegenomen
4,9%
Weet ik niet Ja
0%
20%
De werkdruk is enigszins toegenomen
40%
60%
69,3% 80%
Heeft u in 201 0%
Ja
25,3% Nee
De werkdruk min of Wat kunt uiszeggen meer gelijk gebleven
over de ontwikkeling van de werkdruk van de apothekers-assistenten in 2012? 4,4%
Heeft u in 201 0%
De werkdruk werkdruk is is De sterk toegenomen enigszins afgenomen
69,3%
0,7%
Ja
De werkdruk werkdruk is is De enigszins sterktoegenomen afgenomen
25,3%
0,3%
Nee
De werkdruk is min of 0% meer gelijk gebleven
20%
4,4%
40%
60%
Indien patiënten contact opn is deze informatie dan in lijn
80%
0%
Ja, de patiënt ontvangt in die in lijn is met de in die ik van de zorgverzekeraar
De werkdruk is
0,7% Krijgt u veelenigszins vragen afgenomen over de prijzen van geneesmiddelen in uw apotheek die u (eventueel ten laste van het eigen risico) in rekening brengt? De werkdruk is afgenomen Ja, er zijn veelsterk vragen over de prijzen, en deze vragen zijn ook goed te beantwoorden
0,3%
Nee, de inform 18,5%
0%
20%
40%
60%
Ja, er zijn veel vragen over de prijzen, maar deze vragen zijn meestal niet goed te beantwoorden
de patiënt van de zorgverzekera Indien patiënten contact opn is tegenstrijdig aan de informatie di is deze informatie dan in lijn
80% 64,0%
Ja, de patiënt ontvangt in We die in lijn is met de in die ik van de zorgverzekeraar
Krijgt u veel vragen over de prijzen van geneesmiddelen in uw apotheek die laste Nee, u er(eventueel zijn niet veel ten vragen overvan de het eigen risico) in rekening brengt? prijzen, en deze vragen zijn meestal niet goed te beantwoorden Ja, er zijn veel vragen over de en deze Nee,prijzen, er zijn niet veelvragen vragenzijn overook de goedmaar te beantwoorden prijzen, deze vragen zijn goed te beantwoorden Ja, er zijn veel vragen over de prijzen, maar deze vragen zijn meestal niet goed te beantwoorden 0% Nee, er zijn niet veel vragen over de
8,9%
Nee, de inform de patiënt van de zorgverzekera is tegenstrijdig aan de informatie di
18,5% 8,6%
20%
40%
60%
64,0%
45 80%
We
Toename werkdruk door toename arbeidsproductiviteit De ontwikkeling van de werkdruk bij de apothekersassistenten komt gedeeltelijk door de toegenomen arbeidsproductiviteit. Een belangrijke indicator voor de arbeidsproductiviteit is de verwerkingsgraad. Dit is het aantal voorschriften dat een fulltime apothekersassistent gemiddeld op jaarbasis verwerkt. Uit de jaarlijkse meting van de Stichting Farmaceutische Kengetallen blijkt de verwerkingsgraad de afgelopen jaren sterk toegenomen. In 2011 waren er gemiddeld 22.185 voorschriften per fulltime apothekersassistent. Dit betekent een stijging van 7,5% ten opzichte van 2010. Deze stijging is onder andere het resultaat van een toename van het medicijngebruik en een toename van het aantal weekafleveringen (medicatierol voor een specifieke patiënt).
25.000
20.000
15.000
10.000
14.374
14.424
14.115
14.090
14.221
14.500
15.992
18.716
20.620
22.185
5.000
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
0
Vanaf juli 2008 tellen weekafleveringen één-op-één mee in de vaststelling van de verwerkingsgraad. Het verschil ten opzichte van de jaren daarvoor wordt uitgedrukt met de lichtbaluwe delen van de kolommen. Bron: Stichting Farmaceutische Kengetallen
Geen tijd voor aanvullende zorgverlening en innovatie Het nieuwe bekostigingssysteem van de farmaceutische zorg is ingevoerd om kwaliteit en innovatie te stimuleren. Voor aanvullende zorgverlening en innovatie blijkt nauwelijks tijd en ruimte. Een meerderheid van de apothekers (58%) ervaart te weinig tijd om alle (dagelijkse) taken naar behoren uit te voeren. Slechts 4% van de apothekers is het in meer of mindere mate eens met de stelling dat er naast de dagelijkse receptafhandeling voldoende tijd en
2.100
2.200
2.900
3.200
3.500
3.800
4.000
4.400
4.900
6.600
6.700
7.200
8.300
anje
krijk
land
talië
land
ugal
land
nnië
land
rijk
egen
land
46
elgië
ruimte is voor innovatie en aanvullende zorgverlening.
Geef aan in hoeverre u het eens bent met onderstaande stelling. Er is voldoende tijd en ruimte om alle taken naar behoren uit te voeren in de apotheek.
KNMP Zorgmonitor 2013
1,4%
Helemaal mee eens
Enigszins mee eens
Nu het jaar 201 in 2012 ten opz +10% of meer
+5%
3,7%
Neutraal
0%
6,8%
Quote van een apotheker 5%
Enigszins mee oneens 30,6% “De apotheek is een soort tussenpersoon geworden voor de zorgverzekeraar met alle administratie en patiëntgesprekken van dien. We hebben hier geen tijd voor, Helemaal mee oneens 57,5% zeker omdat we daar niet in zijn opgeleid”. 0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Geef aan in hoeverre u het eens bent met onderstaande stelling: Er is voldoende tijd en ruimte om naast de dagelijkse receptafhandeling ook voldoende aandacht te kunnen schenken aan andere zaken (zoals medicatiebeoordelingen, meer samenwerking met andere zorgverleners, innovatie, etc.)
-10%
-15% of minder
Weet ik niet
0% 1,4%
Helemaal mee eens
Enigszins mee eens
3,1%
Neutraal
6,8%
Enigszins mee oneens
25,2%
Helemaal mee oneens
63,3%
0%
20%
40%
60%
80%
Behoefte aan uniformiteit Er is grote behoefte aan uniformiteit op het gebied van prijs en kwaliteit. Beide begrippen worden steeds minder transparant en meer diffuus. Hierdoor weten de patiënt en de zorgverzekeraar niet langer welke zorg en welke kwaliteit zij van de apotheker kunnen verwachten. Op dit moment werkt iedere zorgverzekeraar met eigen kwaliteitscriteria. Deze kunnen sterk van elkaar verschillen, waardoor de apotheker in zijn werk soms met zeven verschillende soorten beleid rekening moet houden. Deze wildgroei aan prijs- en kwaliteitssystemen leidt tot een onuitvoerbare praktijk in de apotheek, waar de transparantie voor de patiënt zoek is.
Quote van een apotheker
“Er is geen eenduidig beleid. Hierdoor is de marktwerking volledig uit de hand gelopen. De transparantie voor de patiënt is helemaal weg”.
47
Hoofdstuk 4
Contracteerproces
48
KNMP Zorgmonitor 2013
Zorgverzekeraars en apothekers leggen in een contract vast welke zorg tegen welke voorwaarden wordt geleverd. De vorige hoofdstukken lieten zien welke uitwerking het contracteerproces heeft op de apotheker en zijn patiënt. Apothekers ervaren een grote werkdruk en kunnen zich onvoldoende met kwaliteitsverbetering en innovatie bezig houden. De onuitvoerbaarheid van de gemaakte afspraken leidt tot problemen aan de apotheekbalie. Dit zet de relatie tussen patiënt en apotheker onder druk. In dit hoofdstuk wordt het contracteerproces tussen zorgverzekeraar en apotheker onder de loep genomen.
4.1 Timing en organisatie Timing Patiënten kunnen tot eind december van zorgverzekering veranderen. Volgens voorlopige cijfers van Informatiecentrum Vektis stapte aan het eind van 2012 7,5% van de verzekerden over naar een nieuwe zorgverzekering of naar een ander label binnen dezelfde zorgverzekeringsmaatschappij. Dit betekent dat deze patiënten in december een afweging maken voor de keuze van hun zorgverzekeringspolis. Apothekers ontvingen de meeste (volledige) contractvoorstellen ook pas in december. Eén zorgverzekeraar bracht voor december wel een eerste contractvoorstel uit. Ook waren er zorgverzekeraars die pas in januari een (volledig) contractvoorstel aanboden. Bijna tweederde van de apothekers had half december nog geen enkel contract afgesloten. Ook in de eerste maanden van 2013 liep het contracteerproces tussen apothekers en zorgverzekeraars nog door. 58% van de apothekers geeft aan contant af te rekenen met patiënten die verzekerd zijn bij een zorgverzekeraar waarmee zij (nog) geen contract zijn overeengekomen. Patiënten wisten bij de keuze van hun zorgpolis dus nog niet waar ze aan toe waren op het gebied van farmaceutische zorg. Of zij bijvoorbeeld terecht zouden kunnen bij de apotheek van hun keuze zonder contant te hoeven betalen.
49
Welk deel van de aangeboden contracten heeft u na 15 december 2012 ondertekend (of nog steeds niet ondertekend)? Ik heb alle aangeboden contracten voor 15 december 2012 ondertekend
Hoe bent u het contracteerp
Ik heb het contracteerpr geheel zelfstandig doorlo
2,8%
Ik heb de meeste aangeboden contracten voor 15 december 2012 ondertekend
Ik heb mij tijdens het contrac proces laten adviseren door zorgmakelaar, maar heb zelf besl over het tekenen van contra
4,3%
Ik heb sommige aangeboden contracten voor 15 december 2012 ondertekend
Ik heb mij tijdens het contrac proces laten vertegenwoord door een zorgmake
27,3%
Ik heb geen enkel aangeboden contract voor 15 december 2012 ondertekend
Ik heb ingetekend op door een hoofdaanne uitonderhandeld cont
65,6%
0%
20%
40%
60%
Ik ben apotheker in loondi en heb mij laten vertegenwoord door mijn ketenorganis
80%
Ik heb met verschillende z verzekeraars op een verschille wijze het contracteerproces doorlo
Xxxxxxxxxxxx
De minister heeft inmiddels het voornemen uitgesproken zes weken voor de jaarwisseling
100%
dit in regelgeving vast te het contracteerproces af7%te ronden19. Er is terughoudendheid 5% 21% 18%
22%
30% leggen. Daarnaast heeft44% de NZa vastgesteld dat een termijn van acht weken redelijk is om 80%
een aangeboden contract te kunnen51% beoordelen. Dit betekent dat een volledig contract 78% 48%
voorstel niet later dan half september moet worden voorgelegd aan de apotheker. 60% 40%
Hoeveel medicatiebeoord
Vier 40% grote zorgverzekeraars, 1.981 apotheken
Geen
In Nederland zijn er vier48% grote zorgverzekeraars waar circa 90% van de Nederlanders verzekerd 29%
27%
20% 24% is. Er zijn 1.981 apotheken in Nederland. Meer dan 95% van de apothekers heeft te maken
1 tot 10
met tenminste één dominante zorgverzekeraar die tenminste 40% van zijn patiënten vertegen0%
40 jaar 41 –dat 64 jaar 65 – 69er jaaralles aan 70– 74gelegen jaar jaar de regionaal dominante woordigt.
75 met
11 tot 20
zorgverzekeraar(s) eenmedicatie contract te sluiten. Bovendien kunnen chronisch patiënten een lagere vergoeding geen chronische 5 t/m 9 geneesmiddelen 1 t/m 4 geneesmiddelen chronisch
> 10 geneesmiddelen chronisch
tegemoet zien, als zij zorg krijgen van een niet gecontracteerde zorgaanbieder.
21 tot 40
41 tot 60
Quote van een apotheker Worden patiënten die hun geneesmiddelen in een weekdoseringsysteem ontvangen door de dominante zorgverzekeraar uitgesloten voor een medicatiebeoordeling? “Solo onderhandelen is in het verleden vruchteloos gebleken en digitaal inschrijven 61 tot 80 biedt geen ruimte voor onderhandeling”. Ja
81 tot 100
62,8%
Meer dan 100 37,2%
Nee
Kamerbrief met antwoorden op de vragen van het Kamerlid Slob (CU) over contant betalen bij de apotheek (2013Z00311), 5 februari 2013.
19
0%
50
20%
40%
60%
80%
0%
KNMP Zorgmonitor 2013
Organisatie Gezien de verhoudingen tussen het aantal zorgverzekeraars en apotheken is het niet verwonderlijk dat apotheken zich, binnen de wettelijke kaders, organiseren voor het contracteerproces. Kosten noch moeite worden gespaard om hierop voor te bereiden. Eenderde van de apotheken is onderdeel van een ketenorganisatie. Die onderhandelt namens de apotheken die haar eigendom zijn. Van de overige apotheken laat grofweg de helft zich vertegenwoordigen door een derde partij, zoals een hoofdaannemer of een zorgmakelaar. De andere helft wint eventueel wel adviezen in bij externe partijen maar beslist zelf over het sluiten van contracten.
Quote van een apotheker
“Niet tekenen = einde apotheek”. Zorgverzekeraar bepaalt contract Het nieuwe systeem van gereguleerde marktwerking moet ruimte bieden voor onderhandeling tussen apotheker en zorgverzekeraar. In de praktijk bepaalt de zorgverzekeraar de contractvoorwaarden. De voornaamste reden dat apothekers contracten tekenen is het feit dat de dominante zorgverzekeraar een te groot aandeel van de patiënten vertegenwoordigt om niet te tekenen. 77% van de apothekers noemt dit als belangrijkste argument. Andere motieven voor de apotheker om contracten te tekenen zijn de kans dat patiënten uitwijken naar een andere apotheek (58%) en het voorkomen van gedoe aan de balie (45%). Slechts 10% noemt goede voorwaarden als argument een contract te ondertekenen. De meest genoemde argumenten om geen overeenkomst te sluiten zijn ontoereikende voorwaarden om het contract rendabel uit te kunnen voeren (58%) en hoge administratieve lasten (38%). Op het moment van deze enquête heeft bijna 70% van de apothekers voor tenminste 90% van de patiëntenpopulatie contracten afgesloten met zorgverzekeraars. Vorig jaar bedroeg dit percentage nog ruim 80% van de apothekers. Dit geeft aan dat het contracteerproces dit jaar stroever is verlopen dan vorig jaar.
51
Apotheken sluiten minder vaak contracten voor hulpmiddelen Minder apothekers hebben voor 2013 contracten gesloten voor het verstrekken van medische hulpmiddelen. Over de gehele linie aan hulpmiddelen (o.a. katheters, incontinentiemateriaal, verbandmiddelen, testmateriaal diabetes) is het aantal apotheken dat deze hulpmiddelen verstrekt gemiddeld met 10% afgenomen. Apothekers geven aan dat de financiële voorwaarden ontoereikend zijn om het verstrekken van hulpmiddelen rendabel uit te voeren (60%) en/of dat de administratieve lasten te hoog waren (48%). Een ander argument dat vaak genoemd wordt, is het niet kunnen voldoen aan de voorwaarden van de zorgverzekeraar (42%). Ook het ‘vastklikken’ van de vergoedingen van hulpmiddelen op een niveau uit 2008 is voor veel apothekers een te groot risico. Een grote zorgverzekeraar formuleerde een definitie voor ‘consumentenaankoop’ van incontinentiematerialen. Dit betekent dat patiënten in bepaalde gevallen zelf hun incontinentiemateriaal moeten betalen. Dit zorgt voor heftige discussies aan de apotheekbalie.
Quote van een apotheker
“Hulpmiddelcontracten worden veelal helemaal niet getekend. Ondanks landelijke leveranciers zien we dat patiënten geld bij elkaar sprokkelen om bij ons te bestellen en te betalen. Bestellen via internet lukt ze niet. Restitutiepolissen doen van alles om niet uit te betalen. Klantendesks vertellen andere verhalen dan zorgverlenerdesks”.
4.2 Standaardcontracten Quote woordvoerder van een zorgverzekeraar
“We hanteren één tarief voor alle apotheken waar we contracten mee hebben”.20 Wijzigingsvoorstellen nog niet effectief Een woordvoerder van een grote zorgverzekeraar, die de voorwaarden van een contract eenzijdig aanpaste, windt er in de media geen doekjes om. De zorgverzekeraar hanteert één tarief voor alle apotheken en gaat niet in op verzoeken van individuele apotheken.
Tubantia, “Vergoeding medicijnen betwist”, 2 februari 2013
20
52
KNMP Zorgmonitor 2013
Bij een andere grote zorgverzekeraar kreeg een kralenketting21 van circa 35 apotheken voorafgaand aan een afspraak te horen, dat er best naar hen geluisterd wordt, maar dat dit niet zal leiden tot een afwijking van het aangeboden standaardcontract. Andere apotheken hebben zelf contracten aangeboden, maar uiteindelijk lijken alle getekende contracten van de zorgverzekeraars afkomstig. Als apothekers een wijzigingsvoorstel naar aanleiding van een aangeboden contract indienden bij de zorgverzekeraar, werd hier in 32% van de gevallen over gesproken. In alle andere gevallen krijgt de apotheker te horen dat er alleen standaardcontracten worden gebruikt (44%) of wordt helemaal niet gereageerd op het voorstel (24%).
Risico’s afgewenteld op apotheek Voorafgaand aan de systeemwijziging heeft The Boston Consulting Group, in opdracht van Zorgverzekeraars Nederland (ZN), een impactanalyse opgesteld voor het vrijgeven van prijzen voor medicijnen en tarieven voor de farmaceutische patiëntenzorg.22 In dit rapport wordt het risico op prijsstijgingen van medicijnen als significant risico voor zorgverzekeraars omschreven. In veel contracten van verschillende zorgverzekeraars worden diverse prijs risico’s afgewenteld vanuit de zorgverzekeraar op de apotheker. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van historische prijzen. Hierbij wordt de prijs vastgesteld op een bepaald niveau (bijvoorbeeld oktober 2012). Het risico op prijsstijgingen van medicijnen is voor rekening van de apotheek. Een apotheek kan echter geen invloed uitoefenen op de prijs van medicijnen. 88% van de apothekers geeft aan hiermee te zijn geconfronteerd. Tegelijkertijd kan 92% geen inschatting kan maken van de omvang van dit risico. Andere voorbeelden van risicoafwenteling zijn laagste prijs garanties, medische noodzaak quota en het verrekenen van een verwachte volumegroei in de tarieven. Deze risico’s creëren bovendien prikkels die haaks staan op goede zorgverlening. Apothekers kunnen niet of nauwelijks invloed uit oefenen op het beperken van deze risico’s, en kunnen de omvang en gevolgen van deze risico’s veelal niet inschatten. Kortom, apothekers verliezen de regie over hun organisatie.
Quote van een apotheker
“Het is slikken of stikken”.
Een kralenketting is een samenwerkingsverband van gelijk gestemde apotheken op het gebied van kwaliteitsbeleid farmaceutische zorg, die zodanig verspreid zijn dat er geen sprake is van (aanmerkelijke) marktmacht. 22 The Boston Consultancy Group, Prijsliberalisering in de farmaceutische zorg: een impactanalyse, in opdracht van Zorgverzekeraars Nederland, mei 2011. 21
53
Good Contracting Practices In 2010 stelde de NZa de zogenaamde Good Contracting Practices op. Dit zijn de kaders waarbinnen de onderhandelingen tussen zorgverzekeraars en vrije beroepsbeoefenaren moeten plaatsvinden. De Good Contracting Practices bevatten richtlijnen voor informatiestromen, tijdspad en transparantie tijdens het onderhandelingsproces. De NZa concludeert in haar eigen Marktscan al dat de Good Contracting Practices onvoldoende worden gebruikt.23 Het is op dit moment nog onduidelijk welke consequenties de marktmeester hieraan verbindt.
Beperkte mogelijkheden tot maatwerk Hoewel het nieuwe systeem is geïntroduceerd om kwaliteit beter te belonen via op maat gesneden afspraken, constateren apothekers dat hun mogelijkheden hiertoe nog zeer beperkt zijn. Iedere zorgverzekeraar werkt met zijn eigen standaardcontracten, waarbinnen differentiatie nagenoeg onmogelijk is. De regionale dominante positie van de zorgverzekeraar legt de marktwerking lam. Ondanks dat apotheken zich organiseren, ervaart men een grote onmacht. Onderhandelen over specifieke prijs- en kwaliteitsafspraken is een illusie, het is ‘alles of niets’. De hoge contracteergraad is dan ook het gevolg van het ontbreken van een reële onderhandelingspositie van de apotheker. De teleurstellende invulling die zorgverzekeraars geven aan het nieuwe stelsel is bovendien een belangrijke aanwijzing voor het gebrek aan erkenning voor de vernieuwingen en innovaties in de farmacie.
NZa marktscan extramurale farmaceutische zorg, februari 2013.
23
54
KNMP Zorgmonitor 2013
55
Hoofdstuk 5
Op weg naar een betere toekomst
56
KNMP Zorgmonitor 2013
Apothekers leveren een belangrijke bijdrage aan de gezondheid van patiënten en aan de kostenbeheersing van de gezondheidszorg. Deze bijdrage kan nog veel groter worden. Apothekers moeten dan wel in staat worden gesteld de kwaliteit van zorg te leveren die patiënten van hen mogen verwachten. En de toenemende en steeds complexere zorgvraag te beantwoorden. De vertrouwensrelatie met de patiënt is hierbij van fundamenteel belang. Het vertrouwen in de therapie is immers bepalend voor het succes van de therapie. De KNMP stelt daarom twee concrete aanpassingen voor: een transparant prijssysteem voor medicijnen en een eenduidig bekostigingssysteem voor zorgverlening. In dit hoofdstuk worden deze aanpassingen nader toegelicht.
5.1 Beperkte houdbaarheid Beperkte mogelijkheden marktwerking In de jaren voorafgaand aan de prestatiebekostiging en vrije prijzen, voerde de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) praktijkkostenonderzoeken uit bij apothekers. De inkoopvoordelen en marges op bijvoorbeeld hulpmiddelen werden als inkomstenbron meegenomen. Hierdoor werd een verlaagd tarief voor de farmaceutische zorg werd vastgesteld. Nu deze marges verdwijnen, en de zorgvraag toeneemt en gecompliceerder wordt, is compensatie van het verlaagde tarief noodzakelijk om tot een redelijke vergoeding voor de farmaceutische zorgverlening te komen. Daarnaast zijn er verstorende effecten, zoals overheveling van medicijnen naar het ziekenhuis of onderhandse prijsafspraken, waarbij geen rekening wordt gehouden met de extra aandacht die deze medicijnen in de praktijk vragen in het belang van de patiëntveiligheid. Apothekers hebben niet de ruimte om verdampte inkoopvoordelen, loonen pensioenontwikkelingen en andere verstorende effecten te compenseren in de onderhandelingen over tarieven van de farmaceutische zorg. De Good Contracting Practises worden niet nageleefd en zijn niet in staat als kader te fungeren waarbinnen partijen met elkaar afspraken maken. Hoewel het systeem bedoeld is om kwaliteit te bevorderen, blijkt onderhandelen over kwaliteitsafspraken niet mogelijk. Apothekers kunnen hierdoor niet de zorg leveren waar patiënten recht op hebben. Zorgverzekeraars leggen contracten aan apothekers eenzijdig op en leggen onbeheersbare prijsrisico’s van medicijnen bij de apotheek. Daarnaast ondermijnen zij de doelstellingen van het systeem door de huidige prestaties farmaceutische zorg onvoldoende (expliciet) te contracteren. Ook lijken innovaties eerder te worden afgeremd dan gestimuleerd. Bovendien is de transparantie zoek, nu er steeds meer verschillende
57
kwaliteitscriteria en prijssystemen ontstaan. Prijs en kwaliteit zijn hierdoor volledig diffuus geworden. Dit leidt tot uitvoeringsproblemen aan de balie en totaal gebrek aan transparantie voor de patiënt.
Uitvoeringsproblemen aan de apotheekbalie De apotheekbalie is de plek waar de patiënt kwalitatief hoogwaardige zorg krijgt en wordt begeleid in zijn medicijngebruik. Niet de plek waar voorlichting over het beleid van zorg verzekeraars en de overheid wordt gegeven, zoals nu vaak het geval is. Apothekers werken nu met verschillende zorgverzekeraars met verschillende kwaliteitscriteria en prijssystemen. Patiënten betalen door deze verschillende systemen bijvoorbeeld een andere prijs voor hetzelfde medicijn in dezelfde apotheek. Apotheekteams kunnen vragen van patiënten over prijzen van medicijnen niet beantwoorden, omdat zorgverzekeraars ondoorzichtige prijs afspraken maken. Vragen over de prijzen van medicijnen gaan ten kosten van tijd die besteed kan worden aan zorg. De ondoorzichtigheid en onvoorspelbaarheid van diverse prijssystemen van zorgverzekeraars zet de vertrouwensrelatie tussen apotheker en patiënt onder druk.
Vertrouwen bepalend voor succes therapie De zorgverlening van de apotheker is gebaseerd op zijn beroepsethiek en verantwoordelijkheid als professional in de zorg. Deze beroepsethiek omvat dat de apotheker, betrokken bij het welzijn van de patiënt en bewust van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid, zijn farmaceutische deskundigheid zorgvuldig inzet ten behoeve van de individuele patiënt. Een patiënt moet erop kunnen vertrouwen dat een apotheker zijn expertise in het belang van de gezondheid van de patiënt inzet. De apotheker moet dan ook transparant kunnen zijn in zijn zorgverlening en de bedragen die (voor het eigen risico) in rekening worden gebracht. Dat is nu echter onmogelijk. Vanwege het kennisverschil tussen patiënt en apotheker is deze vertrouwensrelatie bepalend voor het succes van de therapie. En vormt daarmee het fundament om de bijdrage van apothekers aan de gezondheid van patiënten en aan de kostenbeheersing van de gezondheidszorg te continueren en doen groeien.
Aanpassing noodzakelijk De KNMP concludeert dat de gereguleerde marktwerking in de farmacie, die sinds 1 januari 2012 van kracht is, niet op gang komt. Het gaat niet om opstartproblemen of kinderziektes. Het systeem ontwikkelt zich niet richting de gewenste situatie. Er zijn in de afspraken voor 2013 geen fundamentele verbeteringen terug te zien ten opzichte van 2012. Het systeem piept en kraakt, en met veel kunst-en vliegwerk hebben apothekers de consequenties voor de patiënt nog kunnen beperken. Kunst-en vliegwerk is echter geen houdbaar model.
58
KNMP Zorgmonitor 2013
Apothekers onderschrijven nog steeds de doelstellingen van het nieuwe stelsel in de farmacie, namelijk betere zorg voor de patiënt en meer ruimte voor innovatie. Op dit moment wordt echter het tegenovergestelde bereikt. Dit maakt aanpassing van het systeem noodzakelijk.
5.2 Voorgestelde aanpassingen In het licht van de voorgaande punten maakt de KNMP zich sterk richting het ministerie van VWS, zorgverzekeraars, NZa en de Tweede Kamer voor een herziening van het huidige systeem. Deze aanpassingen hebben betrekking op zowel de zorgverlening als de medicijnverstrekking en zorgen voor een toekomstbestendige basis van de farmaceutische zorg. Voorwaarden hierbij zijn dat de maatschappelijke kosten beperkt blijven, en de patiënt kan blijven vertrouwen op zijn apotheker als onafhankelijk medicijnexpert. De apotheek kan vanuit deze basis patiënten van verzekerde zorg voorzien, de zorg waarop iedereen met een basisverzekering recht heeft. Ook komt er ruimte voor aanvullende zorgverlening en innovatie. Deze aanpassingen zorgen voor een werkbare situatie voor de apotheker en de zorgverzekeraar en leveren een besparing op voor de gezondheidszorg. Maar het betekent vooral gezondheidswinst en meer kwaliteit van leven voor de patiënt. Op weg naar beter!
1. Transparant prijssysteem voor medicijnen Apothekers moeten kunnen bijdragen aan goed medicijngebruik, therapietrouw en kostenbesparing in de gezondheidszorg. Apothekers moeten hun medicijnkeuze kunnen afstemmen op de patiënt, in plaats van op de voorkeur van de zorgverzekeraar. Een voorkeursassortiment van medicijnen die hun bodemprijs hebben bereikt, staat dit in de weg. Een transparant prijssysteem maakt het mogelijk dat artsen en specialisten daadwerkelijk doelmatig kunnen voorschrijven.
Hervorming preferentiebeleid Het preferentiebeleid heeft de afgelopen jaren geleid tot een daling van het prijsniveau van generieke medicijnen (patentvrije medicijnen) tot een minimaal niveau. Dat is een belangrijk maatschappelijk resultaat in het kader van de beheersing van de kosten in de gezondheidszorg. Anderzijds leidt dit beleid ook tot onrust en onzekerheid in de medicijnvoorziening bij de patiënt vanwege beschikbaarheidsproblemen en intransparante prijzen die zorgen voor onvoorziene effecten. Er is behoefte aan een hervorming waarmee de voordelen van lage maatschappelijke kosten geborgd blijven en de nadelen van het huidige preferentie beleid in al zijn varianten (couvert e.d.) worden opgeheven.
59
Uit de gegevens van de achterliggende jaren blijkt, dat als het preferentiebeleid langdurig wordt gevoerd, er geen verdere prijsdaling optreedt. Bij medicijnen die recent uit patent zijn gegaan treedt de prijsdaling op vlak na de introductie van generieke varianten van merkmedicijnen waarvan het patent verlopen is. Er ontstaat vervolgens een moment waarop de voordelen niet meer opwegen tegen nadelen. Om de keuzevrijheid van de patiënt en de zorgverlening van de apotheker te verbeteren, zou op een zeker moment het preferentie beleid moeten worden ingeruild voor een gemaximeerde vergoeding. Hierbij wordt zowel het maatschappelijk belang van kostenbesparing als het individueel belang van de patiënt, zorg op maat en transparantie, gediend.
2. Eenduidig bekostigingssysteem voor zorgverlening De patiënt moet er altijd op kunnen rekenen dat de zorgverlening volgens de professionele standaarden en richtlijnen van de beroepsgroep wordt geleverd. Deze zorgverlening mag nooit afhankelijk worden van zijn verzekeringspasje. Het kennisverschil tussen patiënt en zorgverlener maakt het vertrouwen een bepalende factor voor het succes van de therapie. De patiënt moet daarom zelf zijn zorgverlener kunnen kiezen. Zoals de huisarts aanspreekbaar is op de huisartsenzorg, zo is de apotheker aanspreekbaar op de farmaceutische zorg. Zonder hierbij de ruimte te verliezen om zijn medicijnen (ook) bij een andere apotheek te kunnen betrekken. De patiënt wordt in toenemende mate medeverantwoordelijk voor de kosten van zijn behandeling. Om hierbij een zorgvuldige afweging te kunnen maken, moeten prijs en kwaliteit van de zorg transparant zijn. Farmaceutische zorg wordt dan steeds meer onderdeel van geïntegreerde eerstelijnszorg in de buurt van en rondom de patiënt. In intensieve samenwerking met huisartsen, wijk verpleegkundigen, mantelzorg en andere zorgverleners. De patiënt kiest daarbij zijn eigen apotheker, die wordt regisseur op het gebied van de farmaceutische zorg. Dit sluit in belangrijke mate aan bij het overheidsbeleid om de eerste lijn te versterken, in de buurt van de patiënt te organiseren, de kwaliteit van zorg te verbeteren, verspilling tegen te gaan en de groeiende kosten voor gezondheidszorg te beheersen. Dit gebeurt door de voortzetting van de al jaren bestaande en bewezen succesvolle samenwerkingvormen tussen apothekers, huisartsen en andere zorgverleners in gezondheidscentra, F(T)TO en andere samenwerkingsverbanden.
60
KNMP Zorgmonitor 2013
Richting geïntegreerde eerstelijnszorg De stijging van het aantal ouderen en chronische patiënten zal de komende decennia doorzetten, waardoor de zorgvraag explosief zal stijgen. De zorgvraag van patiënten wordt complexer waardoor er een groeiende behoefte is aan effectief, veilig en doelmatig medicijngebruik. Zodat meer zorg in de thuissituatie kan worden opgevangen. Vanuit maatschappelijk perspectief geniet het de voorkeur (ook van de minister) om zoveel mogelijk zorg in een versterkte en efficiënt samenwerkende eerste lijn op te vangen. Om deze samenwerking adequaat te laten functioneren, is het van belang dat deze eerste lijn op consistente wijze wordt georganiseerd. Op dit moment zijn in de eerste lijn voor alle verschillende actoren andere bekostigings systemen, met voor iedere zorgverlener andere effecten voor onder meer eigen risico, BTW en NZa-prestatiebeschrijvingen. Dit heeft grote gevolgen voor de noodzakelijke samenwerking in de eerste lijn. De KNMP pleit daarom voor een eenduidig bekostigingssysteem dat past bij de gewenste ontwikkeling van zorg in de buurt, dichtbij de patiënt. Een systeem waarbij eenheid van taal bestaat over de basiszorg, de patiëntgerichte zorginfrastructuur wordt ondersteund en aanvullende zorgverlening en innovatie zonder administratieve rompslomp worden gestimuleerd. Zorgverleners hebben dan te maken met dezelfde prikkels. Dit bevordert de onderlinge samenwerking en organisatie van zorg rondom de patiënt. Een medicatie beoordeling, juist in het leven geroepen om de farmacotherapeutische behandeling van kwetsbare patiënten te optimaliseren, valt dan net als bij de huisarts, buiten het eigen risico van de patiënt. De medicijnverstrekking en farmaceutische patiëntenzorg worden dan ook een geïntegreerd onderdeel van de curatieve gezondheidszorg. Als professionals in medicijnen en medicijn gebruik hebben apothekers een specifieke meerwaarde voor patiënten en andere partijen in de zorgketen door op een bereikbare, laagdrempelige, veilige en transparante wijze te beantwoorden aan de groeiende behoefte aan veilig, zinnig en zuinig medicijngebruik.
5.3 Samen op weg naar beter Met een transparant prijsbeleid voor medicijnen en een eenduidig bekostigingssysteem voor samenwerkende zorgverleners in de eerste lijn, wordt een toekomstbestendige basis gelegd. Om de toenemende en steeds meer complexe farmaceutische zorgvraag adequaat op te vangen, en te verbeteren. Met deze uitgangspunten en aanpassingen wil de KNMP samen op weg naar een betere toekomst, met betere zorg voor de patiënt. Daar gaat het immers om, en daar zetten apothekers zich voor in.
61
62
KNMP Zorgmonitor 2013
Colofon Geraadpleegde bronnen Enquête ‘KNMP Zorgmonitor 2013’ Boer & Croon, Resultaten pilot prestatiebeschrijvingen farmaceutische zorg. Adviesrapport aan de NZa, definitieve versie (2.0), mei 2011 Booz & Co., The potential for pharmaceutical quality services, november 2012 The Boston Consultancy Group, Prijsliberalisering in de farmaceutische zorg: een impactanalyse, in opdracht van Zorgverzekeraars Nederland, mei 2011 Handvest van de apotheker, versie 0.9, november 2012 IMS Institute for Healthcare Informatics, Advancing the responsible use of medicine: Applying levers for changes, oktober 2012 KNMP Onderzoeksrapport: ‘Veranderingen in de farmaceutische zorg: de gevolgen in beeld’, maart 2012 Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), marktscan extramurale farmaceutische zorg, februari 2013 Regioplan, Factsheet 2013: De apotheker als zorgverlener, februari 2013 Rik de Ruiter, Enquête onder apothekers-assistenten en patiënten over ervaringen met preferente middelen, november 2012 SBA Arbeidsmarktmonitor Apotheekbranche 2011-2012 SFK Data en Feiten 2012. Het jaar 2011 in cijfers, augustus 2012 SFK Monitor beschikbaarheid preferente geneesmiddelen, www.sfk.nl/nieuws-publicaties/monitor-preferentiebeleid, geraadpleegd 12 februari 2013
Contactgegevens De KNMP is de beroeps-en brancheorganisatie voor apothekers. Zij behartigt de belangen van leden, de branche en de farmacie in het algemeen. Voor vragen of opmerkingen over dit onderzoeksrapport kunt u contact opnemen met de afdeling Public Affairs van de KNMP: [email protected].
63
De KNMP is de beroeps- en brancheorganisatie voor apothekers. Wij behartigen de belangen van leden, de branche en de farmacie in het algemeen.
KNMP Zorgmonitor 2013 Op weg naar beter
Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie