Inspectierapport Klein & Co Amstelveenseweg 49 (KDV) Amstelveenseweg 49 1075 VT Amsterdam Registratienummer: 116876888
Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 29-04-2015 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 18-06-2015
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
1/14
Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
2/14
Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 29 april 2015 is op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. De locatie is in exploitatie vanaf maart 2015. Er is een volledig onderzoek uitgevoerd op alle domeinen omdat voor deze locatie nog geen risicoprofiel is opgesteld. De voorwaarden met betrekking tot de oudercommissie zijn nog niet beoordeeld, aangezien deze pas uiterlijk zes maanden na aanvraag tot registeropname ingesteld dienen te worden.
Beschouwing Organisatie Klein & Co locatie Amstelveenseweg 49 behoort tot een kinderopvangorganisatie die in totaal uit vier vestigingen in stadsdeel Zuid en één vestiging in stadsdeel Centrum bestaat. Twee naast elkaar gelegen vestigingen op de Ceintuurbaan vallen onder één operationeel leidinggevende. Deze twee vestigingen zijn onderdeel van Klein & Co II B.V. De twee reeds bestaande locaties op de Amstelveenseweg en deze nieuwe vestiging zijn onderdeel van Klein & Co B.V. De vestiging in stadsdeel Centrum is onderdeel van Klein en Co West B.V. Deze vier vestigingen worden eveneens aangestuurd door één operationeel leidinggevende. Locatie Een leidinggevende en/of de directeur is dagelijks op de vestiging aanwezig. Het kindercentrum bevindt zich op de benedenverdieping van een pand aan de Amstelveenseweg en heeft de beschikking over een eigen binnentuin. Er werken drie vaste beroepskrachten in het kinderdagverblijf. Klachtencoördinator en vertrouwenspersoon De houder heeft geen klachtencoördinator en vertrouwenspersoon aangesteld. De directeur stelt dat gezien de kleinschaligheid van de organisatie dit lastig te realiseren is. Daarnaast verklaart deze dat het contact met de ouders en het personeel tot op heden goed verloopt en dat het management gemakkelijk benaderbaar is voor ouders en personeel.
Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
3/14
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan Er is een algemeen pedagogisch beleidsplan opgesteld voor de gehele organisatie. Hierin is onder andere opgenomen op welke wijze de emotionele veiligheid wordt gewaarborgd, op welke wijze de persoonlijke en sociale competenties worden gestimuleerd en op welke wijze de overdracht van normen en waarden plaatsvindt. Elementen uit de pedagogische visie van Malaguzzi (Reggio Emilia) en de pedagoog Gordon kenmerken de omgang met de kinderen. Pedagogische praktijk De beroepskrachten geven invulling aan de vier pedagogische doelen; het bieden van emotionele veiligheid, het stimuleren van de persoonlijke en sociale competenties en het overbrengen van normen en waarden. Dit blijkt uit onderstaande voorbeelden: Emotionele veiligheid De beroepskrachten ontvangen de kinderen hartelijk en hebben een open houding tegenover de kinderen en de ouders. Eén van de kinderen heeft moeite met afscheid nemen van de ouder; de beroepskrachten weten te vertellen dat zij uit ervaring weten dat het fruit eten hem afleiding biedt. Hieruit blijkt dat zij aandacht besteden aan de individuele behoeftes van kinderen en hierop sensitief reageren. De beroepskracten benoemen hun handelingen en de kinderen worden vriendelijk aangesproken. Tijdens het fruitmoment wordt ook een jonge baby bij de tafel neergezet en betrokken bij de groep. Ook tijdens het verschonen wordt er individueel contact gemaakt met de kinderen. Er heerst een ontspannen sfeer, ondanks dat er op de dag van het inspectiebezoek veel volwassenen op de groep aanwezig zijn. De beroepskrachten stemmen veel af met elkaar wat voor een duidelijke taakverdeling en rust op de groep zorgt. Normen en waarden Er worden tijdens het inspectiebezoek drie nuljarigen en twee éénjarigen opgevangen. Een kind van één jaar oud probeert meerdere keren in een wipstoeltje te klimmen. De beroepskracht geeft aan dat het dan kan vallen en dat een wipstoeltje voor kleine baby's is. Daarbij benadrukt de beroepskracht dat het kind al groot is en al kan lopen, waarna het kind trots wegloopt. Ook probeert een ander kind op de picknicktafel buiten te gaan staan. De beroepskracht legt uit waarom dit niet mag en helpt het kind rustig naar beneden. Op deze wijze worden de grenzen op een positieve wijze aangegeven aan de kinderen. Gebruikte bronnen: - Pedagogisch beleidsplan, versie 17 februari 2015, toegezonden op 4 mei 2015 - Observaties - Gesprek met de beroepskrachten
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
4/14
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft beoordeeld dat de personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft beoordeeld dat alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Er vindt opvang in één stamgroep plaats; deze groep wordt 'Anemoon' genoemd. Er worden per week maximaal drie vaste beroepskrachten ingezet op de groep. De groep bestaat uit maximaal tien kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Beroepskracht-kind-ratio Tijdens het inspectiebezoek worden er vijf kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. Op de dag van het inspectiebezoek worden er voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen. Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van april 2015 en de bijbehorende werkroosters van het personeel constateert de toezichthouder dat er ook in deze periode voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. Er wordt dagelijks met twee beroepskrachten op de groep gewerkt. De diensttijden van de eerste beroepskracht zijn van 7.30 uur tot 17.30 uur met 60 minuten pauze tussen 13.00 uur en 14.00 uur. De diensttijden van de tweede beroepskracht zijn van 8.30 uur tot 18.30 uur met 60 minuten pauze tussen 14.00 uur en 15.00 uur. Indien er uitsluitend twee beroepskrachten, zonder stagiaire, werkzaam zijn, wordt er altijd in het kindercentrum gepauzeerd. Het komt aan het begin en einde van de dag voor dat een beroepskracht alleen in het kindercentrum aanwezig is. De leidinggevende verklaart dat voor 8.30 uur en na 17.30 uur niet wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. Hier heeft men zicht op omdat de breng- en haaltijden in een digitaal systeem ('Flexkids') worden geregistreerd. In de maand april (2015) wordt er aan het begin en einde van de dag niet afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Hierdoor is het niet verplicht om aan het begin en einde van de dag een tweede volwassene in hetzelfde kindercentrum aanwezig te laten zijn. Wel is er in het geval van calamiteiten een achterwachtregeling getroffen met de leidinggevende en het personeel van de andere twee vestigingen van Klein & Co B.V. in dezelfde straat. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. (art 1.50 lid 1 lid 2 sub c sub d W et kinderopvang en kw aliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 lid 3 sub b sub c Besluit kw aliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kw aliteit kinderopvang en peuterspeelzalen.)
Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang wordt door alle beroepskrachten Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: - Steekproef afschriften verklaringen omtrent het gedrag, getoond tijdens het inspectieonderzoek na aanvraag en toegezonden op 4 mei 2015 - Steekproef afschriften beroepskwalificaties, getoond tijdens het inspectieonderzoek na aanvraag en toegezonden op 4 mei 2015 - Overzicht inzet beroepskrachten april 2015, toegezonden op 4 mei 2015 - Presentielijsten april 2015, toegezonden op 4 mei 2015 - Pedagogisch beleidsplan, versie 17 februari 2015, toegezonden op 4 mei 2015 - Inspectieonderzoek
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
5/14
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Er is in december 2014 een risico-inventarisatie veiligheid en een risico-inventarisatie gezondheid uitgevoerd. Er is gebruikgemaakt van het instrument 'Risicomonitor'. De houder heeft een plan van aanpak veiligheid en gezondheid waarin de maatregelen zijn beschreven om de risico's te reduceren. Het veiligheids- en gezondheidsbeleid wordt beschreven in het document 'Plan van aanpak'. In dit document zijn zowel instructies ten behoeve van de gezondheid als instructies ten behoeve van de veiligheid gebundeld. Er wordt onderscheid gemaakt tussen 'Werkregels gezondheidsrisico's ziektekiemen', 'Werkregels gezondheidsrisico's binnenruimte', 'Werkregels veiligheidsrisico's binnenruimte', 'Werkregels gezondheidsrisico's buitenruimte', 'Werkregels veiligheidsrisico's buitenruimte' en 'Werkregels gezondheidsrisico's medisch handelen'. Ook zijn er protocollen ten behoeve van veiligheid opgesteld voor de medewerkers, namelijk een 'protocol uitstapje', een 'protocol vermist kind' en een 'protocol wiegendood'. De houder stelt de beroepskrachten voldoende op de hoogte van het veiligheids- en gezondheidsbeleid. Alle documenten liggen in een map op de locatie en de beroepskrachten verklaren dat zij alle documenten opgestuurd hebben gekregen vooraf aan de exploitatie. De beroepskrachten worden op de hoogte gehouden van de risico's doordat twee keer per jaar een studiedag wordt georganiseerd waarin thema's op het gebied van veiligheid en gezondheid aan de orde komen. Eén keer per maand vindt er daarnaast een locatieoverleg plaats waarbij ook de onderwerpen veiligheid en gezondheid als vast onderdeel op de agenda staan. Eén keer per drie maanden vindt er een algemene vergadering plaats waarbij ook de vaste invalkrachten aanwezig moeten zijn. Alle beroepskrachten volgen jaarlijks een EHBO-cursus. Er zijn rookmelders geplaatst en het pand is voorzien van mechanische ventilatie. Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder de uitvoering van het plan van aanpak beoordeeld op de thema's veilig slapen, de werkwijze bij meegebrachte borstvoeding en de werkwijze bij het verstrekken van een warme maaltijd. De beroepskrachten voeren het beleid met betrekking tot veilig slapen uit. Zo leggen zij kinderen altijd op de rug te slapen. De slaapkamertemperatuur wordt in de gaten gehouden door middel van een babyfoon en het raam wordt op een kier gezet om de slaapkamer te ventileren. Er wordt geen gebruik gemaakt van losse dekens en andere losse materialen in bed en de kinderen slapen allemaal in een slaapzak. Er wordt een wekker gezet die elke tien minuten een signaal afgeeft voor de beroepskrachten om in de slaapkamer de kijken. De beroepskrachten voeren het beleid met betrekking tot meegebrachte borstvoeding uit. Zo is de koelkast op een 4 graden Celsius temperatuur ingesteld en wordt de afgekolfde borstvoeding achteraan op de onderste plank geplaatst. De beroepskracht houdt er zicht op dat de borstvoeding is voorzien van naam en datum. De borstvoeding wordt opgewarmd in een flessenwarmer en wordt vervolgens maximaal één uur bewaard. De beroepskrachten voeren het beleid met betrekking tot het verstrekken van een warme maaltijd uit. Er wordt op twee dagen een warme maaltijd aan de kinderen verstrekt. Deze wordt door een cateraar gesealed aangeleverd op de andere vestiging in dezelfde straat. De beroepskrachten aldaar plaatsen de aangeleverde maaltijd direct in de koelkast. Vervolgens wordt de maaltijd verdeeld voor alle vestigingen en wordt deze afgepast door één van de beroepskrachten naar de vestiging gebracht. Deze afgepaste hoeveelheid wordt in een grote bak verhit in de magnetron tot 70 graden Celsius. Hierbij is een aandachtspunt dat de maaltijd tussendoor goed omgeroerd wordt. Indien er volgens de Hygiënecode voor kleine instellingen wordt gewerkt, dient de maaltijd echter tot 75 graden Celsius te worden verhit. De beroepskrachten laten de maaltijd vervolgens tot de gewenste temperatuur afkoelen en gooien restjes weg. Een aandachtspunt bij deze werkwijze is dat de periode tussen het verdelen van de maaltijden en het opwarmen op de andere vestiging zo kort mogelijk dient te zijn. Uiteraard dient er hierbij gelet te worden op een hygiënische werkwijze zoals schone handen, schone opscheplepels en afdekken tijdens het transport. Meldcode kindermishandeling Er wordt bij het kindercentrum, net als bij de andere kinderdagverblijven van de organisatie, gebruikgemaakt van de meldcode kindermishandeling zoals opgesteld door de Brancheorganisatie Kinderopvang. De meldcode is toegespitst op de organisatie. De leidinggevende van de locatie is tevens aandachtsfunctionaris bij signalen van kindermishandeling. Zij heeft een training over de meldcode gevolgd. Het thema kindermishandeling en de inhoud van de meldcode komen tijdens vergaderingen aan de orde. Vierogenprincipe Het komt niet voor dat er slechts één beroepskracht per dag wordt ingezet. Aan het begin en aan het einde van de dag komt het voor dat een beroepskracht alleen in het kinderdagverblijf werkzaam is. Om aan het vierogenprincipe te voldoen wordt er gebruikgemaakt van camera's op de groep; uitsluitend het management heeft toegang tot de beelden. Tijdens de pauzes wordt er, indien er met twee beroepskrachten wordt gewerkt, aan het vierogenprincipe voldaan doordat de beroepskracht in de groepsruimte pauzeert. De ruimte is voorzien van ramen aan de straatzijde. In de slaapkamer wordt gebruikgemaakt van een babyfoon.
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
6/14
Gebruikte bronnen: - Risico-inventarisatie veiligheid, d.d. december 2014 - Risico-inventarisatie gezondheid, d.d. december 2014 - Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld, versie oktober 2013 - Gesprek met de beroepskrachten - Inspectieonderzoek
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
7/14
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte De stamgroepsruimte heeft volgens de plattegrond (d.d. 23 oktober 2006) die meegeleverd is met de gebruiksvergunning (d.d. 27 september 2007) een oppervlakte van 38,23 m². Bij deze berekening is een gedeelte van de stamgroepsruimte niet meegerekend omdat dit gedeelte niet als verblijfsruimte is bestempeld (de ruimte waaraan de slaapkamer en de keuken grenst). De speelruimte biedt oppervlakte voor maximaal tien kinderen. De groepsruimte is passend ingericht met een hoge babybox, kleden, een bank en divers ontwikkelingsgericht speelmateriaal. Het kindercentrum beschikt over één slaapkamer. In totaal zijn er tien bedden, twee stretchers en twee hangwiegen beschikbaar voor de kinderen. Dit aantal is voldoende afgestemd op het aantal op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte De aangrenzende buitenruimte heeft een oppervlakte van ongeveer 54 m² en is voldoende voor de opvang van tien kinderen. De houder heeft de buitenruimte volledig verbouwd en voorzien van een nieuw hekwerk. Er is een zandbak geplaatst en er is een grote en een kleine picknicktafel. Ook is er een moestuin. E zijn losse fietsjes en er is speelgoed. Gebruikte bronnen: - Plattegrond (d.d. 23 oktober 2006) meegeleverd bij de gebruiksvergunning (d.d. 27 september 2017) - Inspectierapport na aanvraag d.d. 29 januari 2015 - Inspectieonderzoek
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
8/14
Ouderrecht Informatie Het management informeert de ouders door middel van een informatieboekje 'ouderwijzer', het pedagogisch beleidsplan en de website www.kleinenco.nl. Er vindt tevens een intakegesprek plaats. Bovendien worden de ouders door middel van een digitaal communicatiesysteem 'Flexkids' op de hoogte gehouden van de dagelijkse gang van zaken. Door middel van dit systeem heeft de pedagogisch medewerker de mogelijkheid om gedurende de dag informatie en foto's te delen met de ouders, zoals de eet- en drinkgegevens en de slaaptijden. Ook worden de aanwezige kinderen bij binnenkomst geregistreerd en wordt er aangevinkt wanneer een kindje is opgehaald. Ouders worden altijd geïnformeerd door welke beroepskrachten de kinderen worden opgevangen, doordat de foto's van de beroepskrachten en alle kinderen op de groep hangen. Klachten De organisatie beschikt over een klachtenregeling voor ouders. De houder is aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie, namelijk de sKK. De houder brengt de klachtenregeling op passende wijze onder de aandacht van de ouders door deze regeling in het pedagogisch beleidsplan en op de website www.kleinenco.nl te vermelden. De regeling geeft duidelijk weer dat een ouder zich te allen tijde tot de onafhankelijke klachtencommissie kan richten. Gebruikte bronnen: - 'Ouderwijzer juli 2014' - Pedagogisch beleidsplan versie februari 2015 - Website www.kleinenco.nl - Gesprek met de beroepskrachten - Inspectieonderzoek
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
9/14
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruikmaken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot registratie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Bij de inzet van beroepskrachten in opleiding wordt rekening gehouden met de opleidingsfase waarin zij zich op dat moment bevinden. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. Of B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
10/14
Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. Ieder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week. Beroepskracht-kind-ratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan. Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
11/14
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte. Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de groepsruimte. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Er is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar. De slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement.
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
12/14
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang
: : : : :
Klein & Co Amstelveenseweg 49 000031043046 http://www.kleinenco.nl 10 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website
: : : : :
Klein & Co B.V. Prins Hendriklaan 49 1075 BA AMSTERDAM 34324166 www.kleinenco.nl
: : : : :
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. L. Lommers
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats
: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM
Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
29-04-2015 04-06-2015 18-06-2015 18-06-2015 25-06-2015
: 25-06-2015 :
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
13/14
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen.
Klein & Co Amstelveenseweg 49 - Jaarlijks onderzoek 29-04-2015
14/14