Inspectierapport. Pluizenbolletje (KDV) Europaplein GW AMSTERDAM Registratienummer:

Inspectierapport Pluizenbolletje (KDV) Europaplein 61 1078 GW AMSTERDAM Registratienummer: 163186431

Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Stadsdeel Zuid Datum inspectie: 10-03-2014 Type onderzoek: Onderzoek na aanvraag Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 17-03-2014

Pluizenbolletje - Onderzoek na aanvraag 10-03-2014

1/14

Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht


2/14

Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit is het inspectierapport van het onderzoek dat is uitgevoerd naar aanleiding van de aanvraag tot exploitatie van kinderdagverblijf Pluizenbolletje. Het onderzoek is uitgevoerd op 10 maart 2014. In dit onderzoek is beoordeeld in hoeverre de vestiging redelijkerwijs zal gaan voldoen aan de kwaliteitseisen. Kwaliteitseisen met betrekking tot de praktijk zijn hierbij niet beoordeeld.

Beschouwing Algemeen: Kinderdagverblijf Pluizenbolletje is een kleinschalig kinderdagverblijf met één verticale stamgroep, die zal bestaan uit 14 kindplaatsen. Het kinderdagverblijf bevindt zich in Amsterdam-Zuid. Naast dit kinderdagverblijf exploiteert de houder (VOF Pluizenbolletje) nog een kinderverblijf en een buitenschoolse opvang, beide gelegen in een pand in AmsterdamNieuw-West. Bedrijfsvoering: Pluizenbolletje is een vennootschap onder firma met twee vennoten. De eigenaresse heeft de dagelijkse leiding over het kinderdagverblijf en de buitenschoolse opvang in Amsterdam-Nieuw-West en is op sommige momenten zelf ook als beroepskracht werkzaam. De tweede eigenaar verzorgt de beleidsmatige kant van het kinderdagverblijf en voert het technisch onderhoud uit. Hij is niet alle dagen van de week aanwezig en is niet werkzaam op de groep als beroepskracht. De eigenaresse is grotendeels werkzaam in het kindercentrum in Nieuw-West (daar is het kantoor gevestigd) en om deze reden hebben de eigenaren een assistent-leidinggevende aangesteld voor de locatie in Amsterdam-Zuid. Beide eigenaren zullen wel altijd aanwezig zijn op het kinderdagverblijf voor het werkoverleg en zij dragen allebei de eindverantwoordelijkheid met betrekking tot het opstellen en het implementeren van het beleid voor alle locaties. In het kindercentrum zijn diverse camera’s geplaatst ten behoeve van het zogeheten ’vierogenprincipe’. De houder heeft hiervoor een protocol opgesteld waarin regels met betrekking tot de privacy en het bewaren van het filmmateriaal zijn opgenomen. Vertrouwenspersoon en klachtencoördinator: de eigenaresse van het kinderdagverblijf heeft zelf de functie van klachtencoördinator op zich genomen. Pluizenbolletje heeft zich aangesloten bij het CDK (Coöperatie Dienstverlening Kinderopvang). Dit is een adviesbureau voor kinderopvang dat onder andere ondersteuning biedt door het aanbieden van een vertrouwenspersoon. Uit de toegezonden overeenkomst blijkt dat de vertrouwenspersoon zich onder andere richt op ondersteuning en begeleiding als er sprake is van mogelijk machtsmisbruik, pesten, onheuse bejegening, inbreuk op de privacy, et cetera. Het doel is dat de vestiging te allen tijde een veilige plaats is voor het personeel, de kinderen en de ouders. Uit telefonisch overleg is gebleken dat de vertrouwenspersoon zich voornamelijk richt op het personeel. Het uitgangspunt is dat het personeel wordt beschermd. Mocht blijken dat de rol van vertrouwenspersoon conflicteert met het CDK-lidmaatschap van Pluizenbolletje, dan zal de vertrouwenspersoon zich laten vervangen door een collega. In de toekomst wordt hiervoor mogelijk een externe persoon aangetrokken.

Advies aan college van B&W Uit onderzoek is gebleken dat de exploitatie redelijkerwijs kan plaatsvinden in overeenstemming met de kwaliteitseisen die bij of krachtens de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen zijn gesteld, indien er wordt geëxploiteerd met minder kindplaatsen. De houder heeft een aanvraag gedaan voor 15 kindplaatsen. Gelet op de beschikbare binnenspeelruimte kunnen er maximaal 14 kindplaatsen worden geëxploiteerd in deze voorziening. De toezichthouder adviseert de aanvraag gedeeltelijk af te wijzen en een positieve beschikking af te geven voor de exploitatie van deze voorziening met 14 kindplaatsen.


3/14

Observaties en bevindingen Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang in de zin van de wet De opvang valt binnen de gestelde definitie. Er is sprake van kinderopvang in de zin van de wet. Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving Naast Pluizenbolletje op het Europaplein zijn er nog twee andere locaties die onder dezelfde houder vallen. Er loopt geen handhaving tegen vestigingen van de houder. Gebruikte bronnen: - Inspectieonderzoek


4/14

Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan Er is een pedagogisch beleidsplan opgesteld. Het pedagogisch beleidsplan voldoet aan de huidige wet- en regelgeving. In het pedagogisch beleidsplan staat beschreven hoe er uitvoering zal worden gegeven aan de methode Uk & Puk waarmee op de locatie zal worden gewerkt. Het wenbeleid is beschreven in het pedagogisch beleidsplan, evenals de werkwijze ten aanzien van het gebruikmaken van kinderopvang gedurende extra dagdelen buiten de eigen plaatsingsdagen om en de achterwachtregeling. Tevens worden ouders geïnformeerd over hoe het 'vierogenbeleid' op de locatie wordt vormgegeven. Om het 'vierogenbeleid' te waarborgen, zijn onder andere camera's geplaatst in het kindercentrum. De houder heeft een protocol opgesteld waarin onder andere de privacy en het bewaren van gegevens is opgenomen. Met betrekking tot de groepsgrootte is onder het kopje 'Stamgroep' opgenomen dat de totale omvang van het kinderdagverblijf 15 kinderen betreft. Een van de eigenaren heeft tijdens het inspectiebezoek verklaard dit nog aan te passen naar een groepsgrootte van 14 kindplaatsen. Het pedagogisch beleidsplan hangt ter inzage voor ouders bij de entree van het kinderdagverblijf en zal tevens op de website van de houder worden geplaatst. De beroepskrachten die op de locatie zullen werken, hebben het pedagogisch beleidsplan allemaal gelezen. Gebruikte bronnen: - Pedagogisch beleidsplan, versie maart 2014 - Gesprek met de eigenaren en twee beroepskrachten - Inspectieonderzoek


5/14

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft beoordeeld dat alle personen die werkzaam zullen zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag. Er zijn verklaringen omtrent het gedrag overgelegd van drie beroepskrachten, de eigenaresse (tevens invalkracht indien nodig) en de rechtspersoon. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie. Beroepskracht-kind-ratio Dagelijks zullen er op de groepen maximaal veertien kinderen worden opgevangen door drie beroepskrachten. Afhankelijk van het aantal en de leeftijd van de kinderen, zullen er op sommige dagen twee beroepskrachten worden ingezet. Er zijn voldoende vaste beroepskrachten voor het aantal kinderen dat maximaal zal worden opgevangen; er zijn geen vacatures. Bij ziekte, vakantie en verlof wordt de eigenaresse ingezet of een van de invalkrachten van het andere kinderdagverblijf van de houder. De houder heeft drie personen aangesteld als achterwacht. De achterwachtregeling is opgenomen in het pedagogisch beleidsplan en de beroepskrachten zijn hiervan op de hoogte gesteld. Op de dag van het inspectiebezoek staan er vijf kinderen (baby's) op de wachtlijst. Er zullen in de opstartfase van het kinderdagverblijf dagelijks twee beroepskrachten worden ingezet. Eén beroepskracht werkt van 7.30 tot 16.30 uur, één van 7.30 tot 15.00 uur en één van 9.30 tot 18.30 uur. Beide beroepskrachten hebben een uur pauze tussen 12.30 en 14.30 uur. Tussen de middag wordt hierdoor twee uur afgeweken van de beroepskrachtkind-ratio. De toezichthouder heeft met de eigenaren besproken dat de beroepskrachten nauwkeurig noteren wat de haal- en brengtijden zijn van de ouders. Doordat er tussen de middag twee uur wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio blijft er voor 9.30 uur en na 16.30 uur slechts een half uur over waarin mag worden afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. In totaal mag een kinderdagverblijf per dag maximaal drie uur afwijken van de beroepskracht-kind-ratio. Er zal worden gekookt in het kinderdagverblijf. De toezichthouder heeft met de eigenaren besproken dat het niet is toegestaan dat een van de vaste beroepskrachten na 9.30 uur zal koken in het kinderdagverblijf. Er mag niet worden afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio tussen 9.30 uur en de gebruikelijke middagpauze. Het kinderdagverblijf zal indien er behoefte aan is, op zaterdag geopend zijn van 7.30 tot 16.30 uur. Er zal één beroepskracht werkzaam zijn, gezien de verwachte lage kindbezetting op zaterdagen. Tijdens het inspectiebezoek was er geen beleid opsteld waarin is vastgelegd dat er te allen tijde een andere volwassene in het pand aanwezig is op momenten dat er slechts één beroepskracht werkzaam is in afwijking van de beroepskracht-kind-ratio. De toezichthouder heeft de houder in de gelegenheid gesteld om hier alsnog beleid voor op te stellen om aan te tonen dat aan deze voorwaarde zal worden voldaan. De toezichthouder heeft een aangepast werkrooster ontvangen waarin rekening is gehouden met bovenstaande. Dagelijks zullen er twee beroepskrachten om 7.30 uur starten en ook tijdens de pauzes zijn er altijd twee beroepskrachten op de locatie. Dagelijks is de leidinggevende ingeroosterd van 16.00 tot 18.30 uur, samen met de beroepskracht die de late dienst heeft. De leidinggevende zal overkoepelende, administratieve taken uitvoeren, zodat ook op het moment dat de vroege dienst is afgelopen (om 16.30 uur), er altijd twee volwassenen in het pand aanwezig zijn.

Opvang in groepen Er is sprake van één verticale stamgroep in het kinderdagverblijf. De groep zal bestaan uit maximaal veertien kinderen tussen de 0 en 4 jaar oud. In totaal zullen er drie vaste beroepskrachten werkzaam zijn in het kinderdagverblijf, waarvan dagelijks minimaal twee. Ten tijde van het inspectiebezoek staan er vijf kinderen (allen baby's) op de wachtlijst. De eigenaren verklaren dat, ook in de aanvangfase van het kinderdagverblijf, er dagelijks twee vaste beroepskrachten werkzaam zullen zijn. Dit is tevens in het (voorlopig) werkrooster opgenomen. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang zal door alle beroepskrachten Nederlands worden gesproken. Gebruikte bronnen: - Afschriften verklaringen omtrent het gedrag - Afschriften beroepskwalificaties - Overzicht inzet beroepskrachten april 2014 - Pedagogisch beleidsplan, versie januari 2014 - Gesprek met de twee eigenaren en twee beroepskrachten


6/14

Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Er is op 3 februari 2014 een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd. De risico-inventarisatie is uitgevoerd door gebruik te maken van de digitale risicomonitor. Alle ruimten waarvan gebruik wordt gemaakt, zijn geïnventariseerd. Er is een actieplan opgesteld waarin de eenmalig te nemen acties zijn opgenomen. Hierin is opgenomen wie er verantwoordelijk is voor welke actie en wat de streefdata zijn voor de te nemen acties. Bijna alle acties die hierin zijn opgenomen, zijn reeds uitgevoerd. Het plan van aanpak omvat diverse protocollen, werkinstructies en huisregels voor ouders. Er zijn overzichtelijke mappen gemaakt waarin de beroepskrachten gemakkelijk de verschillende protocollen kunnen opzoeken. Daarnaast zijn er werkinstructies opgehangen in de keuken, de sanitaire ruimten en bij de verschoontafel, zodat de beroepskrachten direct kunnen zien welke instructies er van toepassing zijn op deze plekken. Eenmaal per zes weken is er in de avonduren een werkoverleg ingeroosterd. De beleidsstukken zullen tijdens het werkoverleg roulerend aan bod komen en uitgebreid worden besproken. Tijdens het werkoverleg zullen de twee eigenaren ook altijd aanwezig zijn. De beroepskrachten beschikken over een geldig EHBO- en BHV-certificaat. Meldcode kindermishandeling Er wordt in het kindercentrum gebruikgemaakt van de ‘Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld’. De eigenaresse en de assistent-leidinggevende hebben een training gevolgd met betrekking tot de inhoud van de meldcode. In de meldcode is vastgelegd dat de eigenaresse de functie van aandachtsfunctionaris op zich neemt. Er is een op de locatie toegespitste sociale kaart opgesteld. De eigenaresse en de assistent-leidinggevende zullen de beroepskrachten door middel van een werkoverleg op de hoogte stellen van de meldcode. In het werkoverleg wordt structureel aandacht besteed aan het welbevinden van de kinderen. Vierogenprincipe In het kindercentrum hangen in de groepsruimte twee camera's (waarvan één tevens gericht is op de verschoontafel), één in de slaapkamer en één in de tuin. Alleen in de sanitaire ruimte waar de kinderen naar het toilet kunnen, hangt geen camera, maar de ingang van deze ruimte is afgezet met een lage deur, waardoor er altijd zicht is op deze ruimte. Door middel van cameratoezicht wil het kinderdagverblijf aan het zogeheten ’vierogenprincipe’ voldoen. De eigenaren geven aan dat de beelden drie weken bewaard blijven. De beelden worden regelmatig bekeken door de eigenaren; door synchronisatie naar de mobiele telefoon kunnen zij op elke plek zicht houden op de beroepskrachten en de aanwezige kinderen. Gebruikte bronnen: - Risico-inventarisatie veiligheid d.d. 3 februari 2014 - Risico-inventarisatie gezondheid d.d. 3 februari 2014 - Plan van aanpak: diverse protocollen, werkinstructies, actieplan met eenmalige acties en het plan van aanpak dat volgt uit de risicomonitor - Pedagogisch beleidsplan, versie januari 2014


7/14

Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Het kindercentrum beschikt over één stamgroepsruimte. De stamgroepsruimte heeft een bruto-oppervlakte van 51,4 m² en is daarmee geschikt voor de opvang van maximaal 14 kinderen. De houder heeft een aanvraag gedaan voor 15 kinderen. De toezichthouder heeft tijdens het inspectiebezoek besproken dat dit gezien de beschikbare bruto-oppervlakte niet mogelijk is. De eigenaren zijn hiermee akkoord en hebben verklaard de maximale groepsgrootte aan te passen in het informatieboekje en het pedagogisch beleidsplan. In de stamgroepsruimte is een apart gedeelte ingericht voor de baby's en dreumesen en een apart gedeelte voor de peuters. Er staan onder andere twee hoge boxen en daarnaast zijn er diverse hoeken (een bouwhoek, een huishoek een leeshoek, et cetera) ingericht. De kinderen zullen binnen geen schoenen dragen. Er is vloerverwarming aangelegd. In de aangrenzende slaapkamer zijn tien bedden beschikbaar. Daarnaast beschikt de houder over voldoende stretchers. De stretchers zullen in de groepsruimte worden geplaatst. De houder heeft verklaard om vóór 31 maart 2014 (de beoogde exploitatiedatum) een schuifwand te plaatsen in de groepsruimte, zodat aan één kant van de ruimte kinderen rustig kunnen slapen en aan de andere kant van de ruimte kinderen die niet meer slapen nog kunnen spelen en praten zonder de slapende kinderen wakker te maken. Buitenspeelruimte De toegankelijke en aangrenzende buitenruimte heeft een bruto-oppervlakte van 80,2 m² en is daarmee voldoende voor het maximale aantal van 14 kinderen dat de houder dagelijks wil opvangen. De buitenruimte is bedekt met rubberen tegels. Er staat één groot klimhuis met een glijbaan. Onder het klimhuis bevindt zich een vierkante uitgraving dat als ballenbak fungeert. De ballenbak kan worden afgesloten door middel van een houten plank. Daarnaast is achter in de tuin een schuur geplaatst met diverse fietsen en los buitenspeelmateriaal. Gebruikte bronnen: - Plattegrond, behorend tot de omgevingsvergunning (afgegeven in 2002) - Inspectieonderzoek


8/14

Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders door middel van een informatieboekje, de website www.pluizenbolletje.nl, de intakegesprekken en een ‘ouderinformatiewand’ in de entree. Ouders worden voldoende over alle verplichte zaken geïnformeerd. Deze informatiebronnen zijn toegankelijk voor alle ouders. Ouders worden geïnformeerd over door welke beroepskrachten de kinderen worden opgevangen, doordat het werkrooster van de beroepskrachten in de entreeruimte hangt. De assistent-leidinggevende verklaart dat er ook nog foto's van de beroepskrachten zullen worden opgehangen met daarbij hun bijbehorende werkdagen. Klachten Het kinderdagverblijf beschikt over een klachtenregeling. Het kinderdagverblijf is aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie, namelijk de ZcKK. De houder brengt de klachtenregeling op passende wijze onder de aandacht van ouders door zowel de interne als de externe klachtenregeling op de website en in het informatieboekje te vermelden. De regeling geeft duidelijk weer dat een ouder zich te allen tijde tot de onafhankelijke klachtencommissie kan richten. Gebruikte bronnen: - 'KDV Pluizenbolletje informatieboek', versie februari 2014 - Website www.pluizenbolletje.nl - 'Klachtenreglement intern' en klachtenformulier, versie januari 2014 - Bewijsformulier aansluiting ZcKK, toegestuurd op 5 maart 2014 - Gesprek met de eigenaren, de assistent-leidinggevende en een beroepskracht


9/14

Inspectie-items Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang in de zin van de wet De opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats. Gedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen. De opvang is gericht op kinderen in de leeftijd van 0 jaar tot de leeftijd waarop zij het basisonderwijs volgen. Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.

Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruikmaken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven.

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en op dat moment niet ouder dan twee maanden. De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. De verklaring omtrent het gedrag van een personen werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Beroepskracht-kind-ratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; Pluizenbolletje - Onderzoek na aanvraag 10-03-2014

10/14

- 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. Of B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. Ieder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week. Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.

Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.


11/14

Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte. Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de groepsruimte. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Er is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar. De slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.

Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement.


12/14

Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang

: : : : :

Pluizenbolletje 000028885201 http://www.pluizenbolletje.nl 15 Nee

Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website

: : : : :

Pluizenbolletje Comeniusstraat 509 511 1065 BX AMSTERDAM 56297831 www.pluizenbolletje.nl

: : : : :

GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. M. Spilker

Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats

: Stadsdeel Zuid : Postbus 74019 : 1070 BA AMSTERDAM

Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport


: : : : :

10-03-2014 13-03-2014 17-03-2014 17-03-2014

: :

13/14

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. p.m.


14/14

Inspectierapport. Pluizenbolletje (KDV) Europaplein GW AMSTERDAM Registratienummer:

Recommend Documents