Inspectierapport De Kleine Roos-crèche (KDV) Lorentzlaan 71 1097 KJ AMSTERDAM Registratienummer: 141120496
Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 14-08-2015 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 01-10-2015
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
1/12
Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
2/12
Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 14 augustus 2015 is op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. In dit onderzoek is naar aanleiding van het risicoprofiel een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht, namelijk de kwaliteitseisen op het gebied van het pedagogisch klimaat, de eisen aan het personeel, aan de beroepskrachtkind-ratio, de uitvoering van het veiligheids- en gezondheidsbeleid, de accommodatie en het ouderrecht. De kwaliteitseisen die zijn onderzocht staan achter in het rapport vermeld.
Beschouwing Organisatie De Kleine Roos is een kleinschalig kinderdagverblijf (twaalf kindplaatsen) onder leiding van één eigenaar. Het betreft een eenmanszaak. Het kinderdagverblijf is sinds 2004 in exploitatie, is gelegen in een woonwijk in Amsterdam Watergraafsmeer en deelt het pand met een ander kinderdagverblijf. Het beschikt echter wel een over een eigen ingang en een eigen aangrenzende binnentuin. Het team bestaat uit vier vaste beroepskrachten. De eigenaar is minimaal vier dagen per week op de locatie aanwezig en staat tevens zelf als beroepskracht op de groep. Vaak wordt er met een extra beroepskracht op de groep gewerkt om de baby's individuele aandacht te kunnen geven. Het kinderdagverblijf heeft een externe vertrouwenspersoon aangesteld die zowel door het personeel als de ouders kan worden ingeschakeld. Voor dit kinderdagverblijf is geen klachtencoördinator aangesteld. Oudercommissie De oudercommissie bestaat uit drie leden die regelmatig bij elkaar komen om te vergaderen. Op 19 augustus 2015 heeft een gesprek met de voorzitter van de oudercommissie plaatsgevonden. Deze voorzitter vertegenwoordigt in dit gesprek de oudercommissie (OC). De OC verklaart dat het contact met de eigenaar en de beroepskrachten een prettig en laagdrempelig is. Het adviesrecht kan voldoende worden toegepast. Volgens de OC is het personeel vriendelijk, betrokken en kindvolgend. Ouders worden bij de dagelijkse gang van zaken betrokken en zijn welkom om even te blijven. De OC is tevreden over de binnen- en buitenruimte en deelt mee dat er veilig en hygiënisch wordt gehandeld. Ook het pedagogisch beleid wordt in de praktijk nageleefd.
Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
3/12
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De beroepskrachten geven tijdens het inspectiebezoek invulling aan de vier pedagogische basisdoelen, te weten het bieden van emotionele veiligheid, het stimuleren van de persoonlijke en sociale competenties en het overbrengen van normen en waarden. De volgende observaties illustreren dit: Emotionele veiligheid Op het kinderdagverblijf heerst een ontspannen en gemoedelijke sfeer. Aan het begin van de dag wordt de verjaardag van een kind gevierd waarbij ook een aantal ouders en de eigenaar aanwezig zijn. Alle kinderen en ouders worden bij het feestje betrokken. Het kind krijgt van 'De Kleine Roos-crèche' een cadeau dat aansluit bij de leeftijd van het kind; een grote zachte bal/ballon die gemakkelijk met één hand op te pakken en te gooien is. De eigenaar vertelt dat erover nagedacht, en bewust ervoor gekozen is. Met de kinderen wordt oogcontact gemaakt en er worden gesprekken op het niveau van de kinderen gevoerd. De beroepskrachten introduceren en begeleiden hun handelingen door deze te verwoorden zodat de kinderen niet verrast worden en zodat tegelijkertijd de taalvorming wordt gestimuleerd. Dit gebeurt bijvoorbeeld tijdens het verschonen van een kind, het voorbereiden van het eten en het insmeren van de kinderen. Bij negatief gedrag wordt het gewenste gedrag uitgesproken, maar wordt ook benoemd waarom het kind het gedrag waarschijnlijk vertoont. Hieruit blijkt dat de beroepskrachten begrip hebben voor het gedrag van de kinderen maar dit op respectvolle wijze begrenzen. Persoonlijke en sociale competenties De zelfredzaamheid van de kinderen wordt gestimuleerd; de beroepskrachten laten de kinderen zichzelf eerst insmeren met zonnebrandcrème en maken het vervolgens af. Ook mogen de oudere kinderen meehelpen met het bereiden van tosti's. De kinderen worden bewust gemaakt van de natuur en alles wat daar groeit door de aanwezigheid van (groenteen fruit)planten in de binnentuin en ze mogen het fruit en de groente als deze rijp zijn gezamenlijk opeten. Tevens wordt zoveel mogelijk biologische voeding aangeboden en er worden gezonde traktaties uitgedeeld. De beroepskrachten stimuleren het samenspel tussen de kinderen door het spel waar nodig te begeleiden zodat de sfeer prettig blijft. Een dagelijks terugkerend ritueel is dat alle kinderen de groepsruimte opruimen voordat zij gaan eten en drinken. Hierdoor dragen de kinderen elk bij aan een gezamelijk doel en leren zij dat ze onderdeel zijn van een groep. Gebruikte bronnen: - Observaties in de groepsruimte en tijdens het buitenspelen - Gesprek met de eigenaar en de beroepskracht
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
4/12
Personeel en groepen In het kinderdagverblijf werken de eigenaar, vier beroepskrachten en twee vaste invalkrachten. Indien nodig, worden uitzendkrachten ingezet. Ten tijde van het inspectieonderzoek worden geen stagiaires ingezet. Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft beoordeeld dat de personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft beoordeeld dat alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Er is één stamgroep waarin maximaal twaalf kinderen tussen 0 en 4 jaar oud worden opgevangen. Ten tijde van het inspectiebezoek ligt er een verzoek bij de gemeente om uit te breiden naar vijftien kindplaatsen. Of deze uitbreiding kan plaatsvinden is tevens onderzocht tijdens dit inspectiebezoek. De onderzoeksresultaten zijn beschreven in een apart onderzoeksrapport (incidenteel onderzoek d.d. 14 augustus 2015). Beroepskracht-kind-ratio Op de dag van het inspectiebezoek worden er voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen. Er worden namelijk zeven kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van juli en augustus 2015 en de bijbehorende werkroosters van het personeel constateert de toezichthouder dat ook in deze periode er voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. Op meerdere dagen wordt een boventallige beroepskracht ingezet. De houder voert dit personeelsbeleid omdat zij het belangrijk vindt om baby's voldoende individuele aandacht te kunnen bieden. De vroege dienst is van 8.00 tot 16.30 uur, de tussendienst is van 9.00 tot 17.30 uur en de late dienst is van 9.30 tot 18.00 uur. De houder en de beroepskracht verklaren dat zij tijdens de pauzes (een half uur tussen 12.30 en 15.00 uur) in het pand blijven en dat het grootste aantal kinderen pas rond 9.30 uur wordt gebracht en voor 17.30 uur wordt opgehaald. Hierdoor wordt er aan het begin en aan het einde van de dag niet afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Wanneer er een beroepskracht alleen in het pand aanwezig is, is een achtewachtregeling van toepassing die getroffen is met meerdere personen die binnen vijftien minuten aanwezig kunnen zijn. Gebruikte bronnen: - Gesprekken met de beroepskracht en eigenaar - Afschriften verklaringen omtrent het gedrag - Afschriften beroepskwalificaties - Overzicht inzet beroepskrachten juli en augustus 2015, ingezien in de groepsagenda op locatie - Presentielijsten juli en augustus 2015, ingezien in de groepsagenda op locatie - Inspectieonderzoek
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
5/12
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Naar aanleiding van de risico-inventarisaties zijn er documenten 'Veiligheidsmanagement' en 'Gezondheidsmanagement' opgesteld waarin werkinstructies zijn opgenomen die moeten worden uitgevoerd om de risico's te verkleinen. Deze vormen gezamenlijk het plan van aanpak. In het plan van aanpak is voldoende samenhang tussen de veiligheids- en gezondheidsrisico's en de maatregelen. Het plan van aanpak is in de groep aanwezig, zodat de beroepskrachten hiervan kennis kunnen nemen. Thema's op het gebied van veiligheid en gezondheid worden met de beroepskrachten besproken. Nieuwe beroepskrachten en invallers dienen het plan van aanpak voor hun werkzaamheden door te nemen. Tijdens het inspectiebezoek heeft de toezichthouder de maatregelen met betrekking tot wiegendood en buiten spelen onderzocht. Wiegendood De beroepskracht verklaart dat zij de volgende maatregelen neemt om het risico op wiegendood te verkleinen: - de kinderen worden op de rug te slapen gelegd; - er wordt regelmatig in de slaapkamer gekeken; - er wordt gebruikgemaakt van een slaapzakje; - om de temperatuur in de slaapkamer in de gaten te houden is er een thermometer aanwezig en indien nodig wordt actie ondernemen; en - er wordt geventileerd door (zowel in de zomer als in de winter) ramen open te zetten. Buiten spelen De beroepskrachten verklaren dat zij de volgende maatregelen nemen met betrekking tot het thema buiten spelen: - om het risico op insectensteken te verkleinen, wordt er volgens de beroepskrachten buiten geen zoetigheid gegeten en/of gedronken; - het kinderdagverblijf is in het bezit van een insectentang- en pomp; - er zijn veel planten aanwezig waarvan voor elke plant is gecheckt of deze niet giftig of onveilig is voor kinderen; - aan de ouders wordt gevraagd of zij de kinderen thuis alvast insmeren met zonnebrandcrème. Desondanks worden zij voor het buiten spelen alsnog ingesmeerd; - er zijn drie parasols om voldoende schaduw te creëren; - bij warm weer worden er zwembadjes met water gevuld en bij extreme hitte blijven de kinderen binnen spelen. Uit bovenstaande voorbeelden blijkt dat de beroepskrachten voldoende op de hoogte zijn en handelen naar het beleid met betrekking tot de bovengenoemde thema's. Meldcode kindermishandeling De organisatie heeft een meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling vastgesteld. Hiervoor is gebruikgemaakt van het model dat is opgesteld door de Brancheorganisatie Kinderopvang (juli 2013). De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. De meldcode is in een map opgenomen om te raadplegen, ook hebben de beroepskrachten het afgelopen jaar een cursus op dit gebied gevolgd. Vierogenprincipe Aan het vierogenprincipe wordt door middel van een camera in de groepsruimte, de transparantie van het gebouw, het gebruik van een babyfoon in de slaapkamer en door aandacht te besteden aan de communicatie tussen de personeelsleden voldaan. Gebruikte bronnen: - Gesprekken met de beroepskracht en de eigenaar - 'Veiligheidsmanagement' en 'Gezondheidsmanagement', ingezien op locatie - Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld, ingezien op locatie - Inspectieonderzoek
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
6/12
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte De stamgroepsruimte bestaat uit twee gedeeltes. Het eerste gedeelte is voorzien van een hoge tafel met banken, een zitbank, een speelmatras en een commode. Het tweede gedeelte is ingericht met een winkeltje en rubberen dieren waarop kinderen kunnen zitten en waarmee zij door de ruimte kunnen springen. In beide gedeeltes is divers ontwikkelingsgericht speelgoed aanwezig. Buitenspeelruimte De buitenruimte bestaat uit een aangrenzende tuin die avontuurlijk is ingericht; er zijn groente- en fruitplanten, struiken, hoogteverschillen, een speelhuis en een bankje. Er zijn grasgedeeltes en er is bestrating waarop de kinderen kunnen fietsen. Ook is er divers buitenspeelgoed aanwezig. Gebruikte bronnen: - Inspectieonderzoek
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
7/12
Ouderrecht Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld, waarin drie leden zitting hebben. De houder heeft in het afgelopen jaar het voornemen tot het uitbreiden van de groepsgrootte en het voornemen tot het aanbieden van water in plaats van vruchtensap ter advies voorgelegd aan de oudercommissie. De oudercommissie heeft op deze voornemens een positief advies gegeven. Gebruikte bronnen: - Gesprek met de voorzitter van de oudercommissie, d.d. 19 augustus 2015 - Gesprek met de eigenaar - Inspectieonderzoek
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
8/12
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. Of B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. Ieder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week. Beroepskracht-kind-ratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig.
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
9/12
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.
Ouderrecht Oudercommissie De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
10/12
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang
: : : : :
Gegevens houder Naam houder KvK nummer Website
: Albertine ter Keurst : 54304318 : www.dek-kleine-roos.nl
De Kleine Roos-crèche 000004255852 0 Nee
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. L. Lommers
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats
: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM
Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
: : : : :
14-08-2015 17-09-2015 25-09-2015 01-10-2015 01-10-2015
: 01-10-2015 :
11/12
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruikgemaakt van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen.
De Kleine Roos-crèche - Jaarlijks onderzoek 14-08-2015
12/12