Inspectierapport Kinderopvang Appels en Peren (BSO) Kattenburgerkruisstraat 5 1018 JR AMSTERDAM Registratienummer: 575194765
Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 01-09-2014 Type onderzoek: Onderzoek na aanvraag Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 23-09-2014
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
1/15
Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
2/15
Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 1 september 2014 is een onderzoek na aanvraag uitgevoerd, op grond van artikel 1.62, eerste lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. In dit onderzoek is beoordeeld in hoeverre de vestiging redelijkerwijs zal gaan voldoen aan de kwaliteitseisen. De kwaliteitseisen met betrekking tot de praktijk zijn hierbij niet beoordeeld. Tijdens het inspectiebezoek d.d. 1 september 2014 is geconstateerd dat aan meerdere voorwaarden (nog) niet werd voldaan. De toezichthouder heeft de houder in de gelegenheid gesteld om het beleid aan te passen en aan te vullen waar nodig. De externe adviseur heeft op 1 september 2014 direct na het inspeciebezoek aanvullende informatie toegestuurd. De bestuurder is daarnaast in de gelegenheid gesteld om binnen het onderzoek aanvullende informatie met betrekking tot de verklaringen omtrent het gedrag toe te sturen.
Beschouwing Organisatie Kinderopvang Appels en Peren is een commanditaire vennootschap. Dit betekent dat er sprake is van beherende en stille vennoten. De beherend vennoot heeft de dagelijkse leiding in het bedrijf. De beherend vennoot (in het rapport 'bestuurder' genoemd) is tevens de beroepskracht. De houder van Kinderopvang Appels en Peren heeft ook een kinderdagverblijf. Dit kinderdagverblijf is ten tijde van het inspectieonderzoek nog niet in exploitatie. Dit is de tweede aanvraag die de houder doet voor exploitatie van de buitenschoolse opvang. De houder heeft bij het opstellen van het beleid in de huidige aanvraag ondersteuning gehad van een extern adviseur. De extern adviseur zal gedurende de opstartfase de bestuurder tevens een aantal uren per maand ondersteunen bij het implementeren van het beleid. Tevens zal er een leidinggevende aangesteld worden die zorg zal dragen voor de uitvoering van het beleid in de praktijk en de aansturing op de locatie. Huidige onderzoek Uit het huidige inspectiebezoek d.d. 1 september 2014 is gebleken dat de houder aan de wettelijke voorwaarden voldoet. De houder heeft de tekortkomingen in het pedagogisch beleid en het veiligheids- en gezondheidsbeleid, die waren geconstateerd in het vorige inspectieonderzoek, in voldoende mate aangepast. De bestuurder is ten tijde van het inspectieonderzoek werkzaam als invalkracht bij een andere kinderopvangorganisatie. Zij heeft verklaard dat zij deze werkzaamheden zal beeïndigen, wanneer de buitenschoolse opvang zal starten met de exploitatie.
Advies aan college van B&W Uit het onderzoek is gebleken dat de vestiging redelijkerwijs zal gaan voldoen aan de kwaliteitseisen die bij weten regelgeving met betrekking tot de exploitatie van een kindercentrum. De toezichthouder adviseert om - indien tevens aan overige relevante regelgeving is voldaan - de exploitatie van de voorziening toe te staan vanaf de dagtekening van het besluit en dit op te nemen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen.
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
3/15
Observaties en bevindingen Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang in de zin van de wet De opvang valt binnen de gestelde definitie. Er is sprake van kinderopvang in de zin van de wet. Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving De houder van Kinderopvang Appels en Peren heeft ook een kinderdagverblijf. Dit kinderdagverblijf is ten tijde van het inspectieonderzoek nog niet in exploitatie. Gebruikte bronnen: - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
4/15
Pedagogisch klimaat Tijdens het inspectieonderzoek op 1 september 2014 is geconstateerd dat het pedagogisch beleidsplan van de houder nog niet voldeed aan de gestelde eisen. De toezichthouder heeft de bestuurder en de extern adviseur in de gelegenheid gesteld om het beleidsplan aan te passen en heeft op 1 september 2014 een aangepast pedagogisch beleidsplan ontvangen dat voldoet aan de gestelde eisen. Pedagogisch beleidsplan In het pedagogisch beleidsplan wordt beschreven op welke wijze de emotionele veiligheid van de kinderen wordt gewaarborgd. Tevens wordt de wijze waarop de kinderen de mogelijkheid wordt geboden om tot ontwikkeling van hun persoonlijke en sociale competentie te komen beschreven en de wijze waarop de overdracht van normen waarden aan kinderen plaatsvindt. Ook beschrijft het pedagogisch beleidsplan in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten de kinderen hun stamgroep verlaten. Tevens beschrijft het pedagogisch beleidsplan de mogelijkheid om extra dagdelen af te nemen (dit kan alleen in de eigen basisgroep). In het pedagogisch beleidsplan wordt in duidelijke en observeerbare termen beschreven hoe de beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. Dit is bijvoorbeeld door de inzet van een groepshulp en stagiaires. Ook in geval van een calamiteit kunnen deze personen ondersteuning bieden. Een aantal buurtbewoners fungeren als achterwacht indien zich een calamiteit voordoet en wanneer een beroepskracht conform de beroepskracht-kind-ratio alleen in het kindercentrum aanwezig is. De houder heeft een lijst met telefoonnummers opgesteld die in het kindercentrum komt te hangen. Gebruikte bronnen: - Pedagogisch beleidsplan, geen versievermelding, ontvangen bij de aanvraag d.d. 26 juli 2014 - Pedagogisch beleidsplan, versie september 2014, per e-mail ontvangen op 1 september 2014 - Gesprek met de bestuurder en de adviseur op 1 september 2014 - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
5/15
Personeel en groepen Tijdens het inspectiebezoek is de bestuurder die tevens als beroepskracht op de groep werkzaam zal zijn, niet in het bezit van een geldige verklaring omtrent het gedrag (VOG). De toezichthouder heeft de bestuurder en de extern adviseur in de gelegenheid gesteld om aan te tonen dat er een geldige VOG aanwezig is. Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft beoordeeld dat de rechtspersoon, Kinderopvang Appels en Peren, beschikt over een geldige VOG. De bestuurder die tevens als beroepskracht op de groep werkzaam zal zijn is niet in het bezit van een VOG die is afgegeven voor de functie van beroepskracht. Op 3 september 2014 heeft de bestuurder per email een afschrift van de aanvraag voor de VOG toegestuurd. Op 12 september 2014 heeft de toezichthouder een afschrift van de VOG ontvangen. De extern adviseur is niet in het bezit van een VOG. Zij heeft tijdens het inspectebezoek aangegeven dat zij na aanvang van exploitatie, één keer in de maand aanwezig zal zijn op de locatie en dat zij op dat moment wel in het bezit zal zijn van een VOG. Ten tijde van het inspectieonderzoek zijn er geen andere personen in dienst. De bestuurder heeft verklaard dat haar echtgenoot facilitaire werkzaamheden verricht in en om het kindercentrum. Deze persoon is niet in het bezit van een geldige VOG. Op 12 september 2014 heeft de toezichthouder een afschrift van de VOG ontvangen. Op basis hiervan en op basis van de verklaringen van de bestuurder en de externe adviseur, heeft de toezichthouder beoordeeld dat redelijkerwijs zal worden voldaan aan deze voorwaarden. Passende beroepskwalificatie Tijdens het inspectieonderzoek is gebleken dat de bestuurder, vooralsnog, de enige persoon is die als beroepskracht zal worden ingezet. De bestuurder beschikt over een passende beroepskwalificatie. Opvang in groepen De buitenschoolse opvang heeft één basisgroep waarin maximaal 20 kinderen in de leeftijd van 4 - 12 jaar zullen worden opgevangen. De kinderen zullen geplaatst worden in deze basisgroep en worden hier dagelijks ook in opgevangen. Het zal niet voorkomen dat een kind in een andere groep wordt opgevangen. Tijdens het inspectiebezoek zijn er nog geen aanmeldingen. De bestuurder heeft verklaard dat er voor februari 2015 één aanmelding is. Beroepskracht-kind-ratio Dagelijks zullen er op de groep maximaal 20 kinderen worden opgevangen. Vooralsnog is er slechts één persoon werkzaam bij het kindercentrum die ingezet kan worden als beroepskracht bij de buitenschoolse opvang. Dit is de bestuurder zelf. De bestuurder heeft nog geen beroepskrachten in dienst genomen, maar tijdens het inspectiebezoek hebben de bestuurder en de externe adviseur verklaard dat zij in gesprek zullen gaan met een persoon die als leidinggevende op de locatie zal worden aangesteld. Deze leidinggevende zal in het begin ook op de groep werken. Uit het toegestuurde rooster d.d. 1 september 2014 en het gesprek met de externe adviseur en de bestuurder blijkt dat er bij een volle bezetting, twee beroepskrachten ingezet zullen worden. Eén van de beroepskrachten zal werkzaam zijn van 12.00 - 18.30 uur en de tweede beroepskracht zal werkzaam zijn vanaf 15.00 - 18.30 uur. De buitenschoolse opvang zal op maandag, dinsdag en donderdag van 15.15 - 18.30 uur geopend zijn. Op de woensdag en vrijdag zal de buitenschoolse opvang van 12.15 - 18.30 uur geopend zijn. Dan zullen de beroepskachten beginnen met de werkzaamheden van 12.00, tot 18.30 uur. De bestuurder zal in het begin zelf op de groep staan totdat er meer aanmeldingen zullen zijn. Er zal een leidinggevende voor de locatie aangesteld worden, die ook op de groep werkzaam zal zijn. Tijdens het inspectieonderzoek is er nog geen gesprek geweest met deze persoon. Tijdens schoolvrije dagen en vakantieperiodes zal de buitenschoolse opvang geopend zijn van 8.00 - 18.30 uur. De beroepskrachten hebben dan de volgende werktijden: 8.00 - 17.00 uur en 9.00 - 18.30 uur. Zij zullen om de beurt een half uur pauzeren tussen 12.30 - 15.00 uur. Gedurende de exploitatie kan het voorkomen dat er een beroepskracht alleen in het kindercentrum aanwezig is. Er is een achterwachtregeling getroffen met een aantal buurtbewoners. Er zijn nog geen stagiaires en er is nog geen groepshulp aangesteld. De bestuurder heeft tijdens het inspectieonderzoek bij het kinderdagverblijf d.d. 9 mei 2014 verklaard dat zijzelf en een beroepskracht werkzaam zullen zijn op de groepen. Tijdens dit inspectieonderzoek d.d. 1 september 2014 heeft de houder verklaard dat de betreffende beroepskracht niet meer in dienst is en dat er per november 2014 vier aanmeldingen zijn voor het kinderdagverblijf. De toezichthouder heeft aan de hand van deze informatie beoordeeld dat zij niet zowel op het kinderdagverblijf als de buitenschoolse opvang werkzaam kan zijn. Gezien de verklaring dat er een leidinggevende aangenomen zal worden die tevens op de groep werkzaam zal zijn, heeft de toezichthouder beoordeeld dat er in beginsel voldoende beroepskrachten zijn voor zowel de buitenschoolse opvang als het kinderdagverblijf.
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
6/15
Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang zal door alle beroepskrachten Nederlands worden gesproken. Gebruikte bronnen: - Gesprek met de bestuurder en extern adviseur - Afschrift verklaring omtrent het gedrag ontvangen per e-mail 3 september 2014 - Afschrift beroepskwalificatie bestuurder - Rooster ontvangen per e-mail op 1 september 2014 - Vakantierooster ontvangen per e-mail op 1 september 2014 - Telefonisch gesprek met de bestuurder - Afschrift verklaring omtrent het gedrag d.d. 11 september 2014 - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
7/15
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De bestuurder heeft samen met de externe adviseur op 2 juni 2014 een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd, een plan van aanpak veiligheid en een plan van aanpak gezondheid opgesteld. In de risicoinventarisatie gezondheid van juni 2014 worden alleen de risico’s en maatregelen genoemd maar geen inschatting van de kans op de risico’s vermeld. De toezichthouder heeft de houder in de gelegenheid gesteld om het gezondheidsbeleid en de actieplannen aan te passen binnen de termijn van het onderzoek. Op 2 september heeft de extern adviseur een aangepaste risico-inventarisatie gezondheid opgestuurd aan de toezichthouder. Het veiligheids- en gezondheidsbeleid van het kindercentrum bestaat uit de risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid waarin de uit te voeren acties en de verwijzingen naar bestaande beleidsstukken worden vermeld. De geïnventariseerde gezondheids- en veiligheidsrisico's komen voldoende overeen met de praktijk en er zijn voldoende effectieve en adequate maatregelen getroffen om de aanwezige veiligheids- en gezondheidsrisico's te kunnen reduceren. De houder heeft alle gedragsmaatregelen opgenomen in verschillende werkinstructies. Er is een ongevallenregistratieformulier opgesteld waarin de onderwerpen zoals de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen zijn opgenomen. De bestuurder heeft tijdens het inspectieonderzoek verklaard dat in beginsel elke dag ongeveer een uur tijd besteed zal worden aan de onderwerpen met betrekking tot veiligheid en gezondheid. Ook nadat de leidinggevende is aangesteld, zal zij ingewerkt worden op het beleid veiligheid en gezondheid. De bestuurder zal de beroepskrachten op de hoogte stellen van de beleidsstukken middels een werkoverleg één maal in de drie maanden. Er is echter geen jaarplanning opgesteld waarin is opgenomen wanneer welke werkinstructies besproken zullen worden. De implementatie van het beleid en het overbrengen van het beleid aan de beroepskrachten is een punt van aandacht. De houder krijgt minimaal één keer per maand ondersteuning in dit proces van een externe adviseur. Ook zal de leidinggevende (die nog niet is aangesteld tijdens het inspectiebezoek) een rol hebben in de implementatie van het beleid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld. Deze meldcode is gebaseerd op de meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang (versie juli 2013). De houder heeft de meldcode op de eigen organisatie toegespitst. Tijdens het inspectieonderzoek verklaart de bestuurder dat zij de beroepskrachten op de hoogte zal stellen van de inhoud van de meldcode kindermishandeling door deze jaarlijks te bespreken in één van de driemaandelijkse vergaderingen. Zij heeft verklaard dat zij de aandachtsfunctionaris kindermishandelig zal zijn en dat zij binnenkort een cursus zal volgen. Gebruikte bronnen: - Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid ontvangen bij aanvraag d.d. 26 juli 2014 - Plannen van aanpak veiligheid en gezondheid d.d. 26 juli 2014 - Werkinstructie veilig buiten spelen d.d. 26 juli 2014 - Werkinstructie binnenruimte BSO d.d. 26 juli 2014 - Werkinstructie begeleiding van school aar BSO Appels en Peren d.d. 26 juli 2014 - Huisregels entree d.d. 26 juli 2014 - Werkinstructies ventilatie d.d. 26 juli 2014 - Werkinstructies zieke kinderen d.d. 26 juli 2014 - Werkinstructie persoonlijke hygiëne en schoonmaak d.d. 26 juli 2014 - Werkinstructie bewaren en bereiden vaste voeding d.d. 26 juli 2014 - Gesprek met de bestuurder en extern adviseur - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
8/15
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte De buitenschoolse opvang beschikt over één ruimte. Deze ruimte heeft volgens de plattegrond een oppervlakte van 74,3 m² en is daarmee geschikt voor de opvang van het gewenste aantal van twintig kinderen. De groepsruimte is ingericht met onder andere verschillende bouwmaterialen (Lego, treinrails, grote blokken, clicks), een keukentje met toebehoren, een leeshoek, een sjoelbak, een tafelvoetbalspel en knutselmaterialen. Daarnaast zijn er twee computers waar de kinderen gebruik van kunnen maken. Er zijn zestien zitplaatsen aan de grote tafel. Tevens zijn er kleine tafeltjes en kleine stoelen waaraan de kinderen kunnen zitten. Buitenspeelruimte Er is een aangrenzende buitenspeelruimte die gedeeld zal worden met de peutergroep. Deze buitenruimte heeft volgens de berekeningen van de toezichthouder een oppervlakte van ongeveer 119 m² en is voldoende voor de opvang van twintig kinderen. De aangrenzende buitenspeelruimte is voor de buitenschoolse opvang direct te betreden via de eigen groepsruimte. In de buitenspeelruimte is een zandbak, glijbaan en een speeltoestel aanwezig. Daarnaast is er divers los speelmateriaal zoals fietsjes en zandspullen. De bestuurder en de externe adviseur hebben tijdens het inspectiebezoek verklaard dat er in de praktijk ook gebruik zal worden gemaakt van de in de buurt gelegen openbare speelplaatsen. Zo is er een speelplaats en een grasveld tegenover de ingang van de buitenschoolse opvang. Deze niet aangrenzende buitenspeelruimtes bieden samen met de aangrenzende buitenspeelruimte voldoende uitdaging voor het aantal op te vangen kinderen. Gebruikte bronnen: - Omgevingsvergunning d.d. 22 juli 2013 - Plattegrond B-01 d.d.12 april 2013 - Gesprek met de bestuurder en extern adviseur - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
9/15
Ouderrecht Informatie De bestuurder heeft tijdens het inspectiebezoek aangegeven ouders te informeren over het te voeren beleid door middel van de website www.kdvappelsenperen.nl, door middel van flyers en door het pedagogisch beleidsplan te plaatsen op de website. De informatie op de website is ten tijde van het inspectieonderzoek slechts gericht op het kinderdagverblijf. Er wordt wel beschreven dat er ook buitenschoolse opvang wordt aangeboden. In het pedagogisch beleidsplan worden alle verplichte onderwerpen beschreven waar de ouders over geïnformeerd dienen te worden. De bestuurder heeft aangegeven dat het pedagogisch beleidsplan van de buitenschoolse opvang net zoals bij het kinderdagverblijf, geplaatst zal worden op de website. Indien het beleidsplan toegankelijk is voor ouders, door dit bijvoorbeeld te plaatsen op de website, worden ouders voldoende geïnformeerd. Klachten De houder beschikt over een klachtenregeling. Deze regeling is onder andere te vinden in het pedagogisch beleidsplan van de houder. De houder is aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie, namelijk de sKK. De houder brengt de klachtenregeling onder de aandacht van de ouders door middel van de website. Ook wordt een beschrijving hierover gegeven in het pedagogisch beleidsplan. Gebruikte bronnen: - www.klachtkinderopvang.nl, geraadpleegd op 10 september 2014 - Klachtenvrijbrief 2013 van kdv, ingezien op de locatie op 1 september 2014 - Pedagogisch beleidsplan Appels en Peren BSO, versie september 2014, ontvangen per e-mail op 1 september 2014 - Gesprek met de bestuurder en extern adviseur - Inspectieonderzoek
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
10/15
Inspectie-items Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvang Kinderopvang in de zin van de wet De opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats. Gedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen. De opvang is gericht op kinderen in de leeftijd dat ze naar het basisonderwijs kunnen gaan. Kinderopvang en naleving wet- en regelgeving Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.
Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruikmaken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de CAO Kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. A. De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. Of B. De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. Beroepskracht-kind-ratio A. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
11/15
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. OF B. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij buitenschoolse opvang gedurende schooldagen, kunnen ten hoogste een half uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kind-ratio vereist is. Bij buitenschoolse opvang gedurende vrije dagen, kunnen ten hoogste drie uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kind-ratio vereist is. Deze inzet betreft de tijd voor 9.30 uur en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 uur en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet, is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling die voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
12/15
Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk. De buitenspeelruimte is vast beschikbaar voor de buitenschoolse opvang. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is in de directe nabijheid van het kindercentrum. De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen goed bereikbaar. De niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen veilig bereikbaar.
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
13/15
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang
: : : : :
Kinderopvang Appels en Peren 000026874008 http://www.kdvappelsenperen.nl 20 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website
: : : : :
Kinderopvang Appels en Peren Kattenburgerkruisstraat 5 1018 JR AMSTERDAM 57427542 www.kdvappelsenperen.nl
: : : : :
GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 mw. N. Soner
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats
: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM
Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
01-09-2014 15-09-2014 23-09-2014 23-09-2014 23-09-2014
: 23-09-2014 :
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
14/15
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen.
Kinderopvang Appels en Peren - Onderzoek na aanvraag 01-09-2014
15/15