HET FLORIJN COLLEGE Onderzoek naar kwaliteitsverbetering Definitief rapport
Inspectie van het Onderwijs Datum schoolbezoek: 16 juni 2008 Rapportnummer: 107634/Brin: 25LX Datum vaststelling: 25 september 2008
1
VASTSTELLING RAPPORT Dit rapport bevat de resultaten van het onderzoek naar kwaliteitsverbetering dat de inspectie uitvoerde op 16 juni 2008 bij Florijn College te Breda Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
3
INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING ...................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 1 ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING .......... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 2 OPZET EN INHOUD VAN HET ONDERZOEK................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3 FLORIJN COLLEGE afdeling MBO ........... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4 CONCLUSIES EN VERVOLGTOEZICHT..... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. BIJLAGE .................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Het kwaliteitsprofiel van het Florijn College ................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
5
SAMENVATTING Op 10 oktober 2007 heeft de inspectie bij het Florijn College tijdens het jaarlijks bezoek op basis van het lage rendement substantiële risico’s geconstateerd. Vanwege deze tekorten heeft op 16 juni 2008 een onderzoek naar kwaliteitverbetering plaatsgevonden.
Het onderzoek is proportioneel ingericht en uitgevoerd bij de niveau 2 en 3opleidingen, omdat daar de opbrengsten 2006-2007 onvoldoende waren. Het onderzoek wijst uit dat het onderwijsproces van voldoende kwaliteit is en alle criteria voldoende zijn. Goed onderbouwde analyses van de opbrengsten tonen aan dat de door het Florijn College gehanteerde opleidingsstructuur die uitgaat van stapeling van administratieve opleidingen, een negatieve vertekening van het totale opbrengstpercentage veroorzaakt. Op grond hiervan wijkt de inspectie beredeneerd af van de beslisregels uit het Waarderingskader 2007 en beoordeelt de Opbrengsten als voldoende.
7
1 ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING De inspectie van het onderwijs houdt toezicht op de kwaliteit van het onderwijs volgens de bepalingen van de wet op het onderwijstoezicht (WOT). Op basis van een risicoanalyse kan er een kwaliteiteitsonderzoek plaatsvinden bij één of meer onderdelen van een instelling. Indien daarbij ernstige tekortkomingen geconstateerd worden, wordt het toezicht verscherpt en vindt op een later tijdstip een onderzoek naar kwaliteitsverbetering (OKV) plaats bij de opleidingen van onvoldoende kwaliteit. Hierbij gaat de inspectie na welke acties de instelling heeft ondernomen om tot kwaliteitsverbetering te komen en tot welke resultaten dat heeft geleid zodat de centrale vraag opnieuw beantwoord kan worden. Deze centrale vraag luidt: Is het verzorgde onderwijs van voldoende kwaliteit? Dit onderzoek vindt plaats op grond van het Toezichtkader BVE 2007. Daar staat ook het waarderingskader BVE 2007 in met de kwaliteitsaspecten en de normering die de inspectie hanteert.
9
2 OPZET EN INHOUD VAN HET ONDERZOEK Op 10 oktober 2007 heeft de inspectie bij het Florijn College tijdens het jaarlijks bezoek alleen op basis van het lage rendement substantiële risico’s geconstateerd. Op grond daarvan is volstaan met een bureaukwaliteitsonderzoek.
Volgens afspraak bij het jaarlijks bezoek heeft het Florijn College een analyse uitgevoerd naar de oorzaken van de uitval en is een verbeterplan opgesteld. Het onderzoek naar kwaliteitsverbetering is proportioneel ingericht. De opbrengsten 2006-2007 op niveau 1 en 4 waren voldoende, daarom is bij deze niveaus geen onderzoek uitgevoerd. Omdat echter de opbrengsten van niveau 2 en 3 onvoldoende waren, is het onderzoek in 2008 gericht op deze niveaus. Het betreft de opleidingen van de afdelingen Bedrijfsadministratie en Secretarieel, Detailhandel/Retail en Groothandel/Internationale groothandel. Het onderzoek bestond uit een analyse van documenten, gesprekken met deelnemers, docenten, afdelingsmanagers en directie.
11
3 FLORIJN COLLEGE afdeling MBO BEOORDELING De kwaliteit van het onderwijsproces van niveau 2 en 3 is voldoende. Ook de opbrengsten zijn voldoende. Op grond van het Waarderingskader BVE 2007 is de kwaliteit van het onderwijs van de opleidingen van niveau 2 en 3 dan ook voldoende. De beoordeling is opgenomen in de bijlage. TOELICHTING Algemeen Naar aanleiding van het jaarlijksbezoek in 2007 en de onvoldoende opbrengsten 2005-2006 heeft het Florijn College volgens afspraak met de inspectie een analyse uitgevoerd naar de oorzaken van de uitval en een verbeterplan opgesteld. De volgende verbeteractiviteiten zijn uitgevoerd: • Er is een plan van aanpak opgesteld om de uitval op niveau 2 te verminderen. • De intake-instrumenten zijn geëvalueerd en zijn gerelateerd aan de uitvalgegevens. • De onderwijsprogrammering, de leeromgeving en de begeleidingsstructuur zijn aangepast. • Het handelingsrepertoire van de trajectbegeleiders wordt versterkt, onder andere door middel van een scholingsprogramma. De verbeteractiviteiten lijken een positief effect te hebben op de uitval in 2007-2008. Definitieve resultaten en cijfers zijn echter nog niet bekend. De uitkomsten van de cyclische zelfevaluatie die jaarlijks binnen ROC WestBrabant wordt uitgevoerd, hebben geleid tot Jaarplannen Florijn College 2008 waarin verbeteractiviteiten gedetailleerd zijn uitgewerkt. In 2009 wordt volgens een zelfde methodiek gewerkt. Voor de BBL-opleidingen van Detailhandel is in verband met de hoge uitval in maart 2008 een quickscan gedaan. Naar aanleiding daarvan worden in het komend schooljaar verbeteractiviteiten uitgevoerd. . Opbrengsten Ten opzichte van het jaar 2005-2006 zijn de opbrengsten gestegen van 30 naar 51 procent voor de niveau- 2 en van 53 naar 59 procent voor de niveau3 opleidingen. Het landelijke percentage wordt hiermee echter nog niet bereikt. De directie heeft tijdens het onderzoek degelijke en goed onderbouwde analyses van de opbrengsten aangeleverd. Hieruit blijkt dat de door het Florijn College gehanteerde opleidingsstructuur die uitgaat van stapeling van administratieve opleidingen, een negatieve vertekening van het totale opbrengstpercentage veroorzaakt. Op grond hiervan wijkt de inspectie beredeneerd af van de beslisregels uit het Waarderingskader 2007 en beoordeelt de Opbrengsten als voldoende.
13
Wettelijke vereisten De opleidingen voldoen aan de wettelijke vereisten, waaronder de onderwijstijd.
14
Programma De verschillende onderdelen van het onderwijsprogramma zijn bij alle afdelingen voldoende op elkaar afgestemd. Maatwerk is voldoende. Deelnemers van niveau 2 kunnen instromen in het tweede jaar van niveau 3, havo-deelnemers kunnen na twee perioden doorstromen in het tweede jaar. Verder zijn er extra bijlessen voor rekenen, wiskunde en de talen. De programmatijd is voldoende. Er is weinig lesuitval. Wel is bij zowel de afdeling Bedrijfsadministratie als de afdeling Internationale groothandel de studielast door de verhouding stage en theorie niet voldoende evenwichtig verdeeld over het jaar. Dit is herkend en het programma voor het volgend jaar wordt daarop aangepast. De voorzieningen ondersteunen het onderwijsprogramma voldoende. Leerproces De leertijd is voldoende. De absentieprocedure is bij de afdelingen verschillend. Bij niveau 2 is de absentieprocedure vastgelegd en wordt deze strikt gevolgd. Bij de afdeling Internationale Groothandel draait een pilotwaarin de absentieprocedure ende controle meer gestructureerd is. In het komende jaar gaat deze werkwijze voor het gehele Florijn College gelden. De werkvormen zijn in het algemeen voldoende gevarieerd. Bij Internationale groothandel is echter het vak commercieel economische vorming in de laatste periode van het jaar geconcentreerd en wordt er voornamelijk één werkvorm gehanteerd, waardoor het minder gevarieerd is De begeleiding is voldoende. De niveau 2 groepen zijn verkleind. Op niveau 2 en in het eerste leerjaar van niveau 3 worden de deelnemers individueel begeleid door een trajectbegeleider. Regelmatig vinden gesprekken plaats. De ouderejaarsgroepen hebben een mentor en de mentoruren zijn ingeroosterd. Voor individuele gesprekken kunnen zij ook terecht bij de mentor. In de teamvergaderingen worden de vorderingen van de deelnemers regelmatig besproken. De stagebegeleiding is voldoende. Vooraf wordt voldoende informatie gegeven en wordt aandacht besteed aan de beroepshouding. De stagebegeleider legt regelmatig bezoeken af in de bedrijven. Trajectbegeleiding De intake is voldoende. Met de instromers worden gesprekken gevoerd. Ook krijgen zij een beroepskeuzetest en een motivatietest. Verder worden direct na de intake toetsen gegeven om deficiënties bij deelnemers op te sporen. De intake is geëvalueerd om een relatie te kunnen leggen tussen de intakegegevens en de uitval. Mogelijke oorzaken van de uitval zijn: doorstroomrecht niveau 2 naar niveau 3, ook als een deelnemer niet voldoende capaciteiten heeft; een verkeerd beeld van de opleiding en privéomstandigheden. De resultaten zullen gebruikt worden om de intake uit te breiden. De loopbaanbegeleiding is voldoende. Op niveau 2 en in het eerste leerjaar wordt de tweede lijn verzorgd door de leerlingbegeleider. Indien nodig wordt voor extra ondersteuning het Servicecentrum Studie en Beroep ingeschakeld. In de keten wordt onder andere samengewerkt met de leerplichtambtenaar. Deelnemergegevens en de resultaten van de deelnemers worden geregistreerd. Omgang en veiligheid
15
Elke opleiding heeft een herkenbare eigen plek in het gebouw met eigen docenten. Deze kleinschaligheid zorgt ervoor dat deelnemers zich gezien voelen. Na een incident in januari 2007 zijn er maatregelen genomen om de veiligheid verder te verbeteren. Incidenten worden systematisch geregistreerd. Zowel deelnemers als docenten voelen zich voldoende veilig binnen de school.
16
4 CONCLUSIES EN VERVOLGTOEZICHT Op grond van bovenstaande oordelen en de bijbehorende onderbouwing is het volgende vast te stellen. De inspectie heeft vastgesteld dat de kwaliteit van het onderwijs bij de niveau 2 en 3 opleidingen van het Florijn College voldoende is. Dit betekent dat voor deze opleidingen een basisarrangement van toepassing is. Voorafgaand aan het jaarlijks bezoek 2009 zal volgens de standaard werkwijze een risicoanalyse van Florijn College worden uitgevoerd.
17
BIJLAGE In de waardering van de criteria is tot uitdrukking gebracht in welke mate de criteria bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect: 1. slecht; 2. onvoldoende; 3. voldoende; 4. goed; 5. niet van toepassing. Het kwaliteitsprofiel van het Florijn College Kwaliteitsaspect: Wettelijke vereisten 1
2
Wettelijke vereisten
3
4
5
4
5
4
5
4
5
4
5
●
Kwaliteitsaspect: Programma 1
2
Samenhang Maatwerk Programmatijd Voorzieningen
3 ● ● ● ●
Kwaliteitsaspect: Leerproces 1
2
Leertijd Werkvormen Begeleiding
3 ● ● ●
Kwaliteitsaspect: Trajectbegeleiding 1
2
Intake Loopbaanbegeleiding Samenwerking Registratie
3 ● ● ● ●
Kwaliteitsaspect: Omgang en veiligheid 1 Bejegening Veiligheid
2
3 ● ●
19
Kwaliteitsaspect: Opbrengst beroepsonderwijs 1 Opbrengst niveau 1 Opbrengst niveau 2 Opbrengst niveau 3 Opbrengst niveau 4 Extern rendement
2
3
4
5 ●
● ● ● ●
20
21
22