ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO
MBO Utrecht te Utrecht Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker)/ Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker)
definitief 26 april 2013
Plaats: BRIN: Onderzoeksnummer: Onderzoek uitgevoerd in: Conceptrapport verzonden op: Rapport vastgesteld te Utrecht op:
Utrecht 30RN 128257 Februari 2013 21 maart 2013 26 april 2013
INHOUD
1 Inleiding .................................................................................................... 1 2 Conclusie en vervolg ................................................................................... 3 2.1 Conclusie ............................................................................................. 3 2.2 Vervolgtoezicht ..................................................................................... 3 3 Resultaten ................................................................................................. 5 3.1 Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) – 90531 / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) - 90532 ................................................................. 5 3.2 Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) - 93200 ........... 7 Bijlagen........................................................................................................ 9 Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebied/kwaliteitsgebieden ............................... 9 Bijlage II Overzicht cp-codes/cluster van opleidingen .................................... 10 Bijlage III Beoordeling indicatoren Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) – 90531 / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) – 90532........................................... 11 Bijlage IV Beoordeling indicatoren Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) - 93200 ........................................... 12
1 Inleiding De Inspectie van het Onderwijs voerde op 4 februari 2013 een onderzoek naar kwaliteitsverbetering uit bij MBO Utrecht, Academie voor Economie en Ondernemen. Dit onderzoek heeft betrekking op de opbrengsten van de cp-code eca 10, niveau 4 en eca 15, niveau 3 en de kwaliteit van het onderwijsproces voor de volgende opleidingen: cp-code eca 10 Medewerker marketing en communicatie eca 15 Financiële beroepen
opleiding(en) - 90531, Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker), niveau 4 - 90532, Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker), niveau 4 - 93200, Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker), niveau 3
De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. In het kwaliteitsonderzoek uitgevoerd op 7 en 18 april 2011 bij Amarantis te Utrecht en Maarssen bij de opleiding Medewerker marketing en communicatie / Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) en in het onderzoek naar kwaliteitsverbetering uitgevoerd op 4 april 2011 bij Amarantis te Amsterdam bij de opleiding Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) bleek er sprake te zijn van tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijsproces. De tekortkomingen voor de opleiding Medewerker marketing en Communicatie / Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) hadden betrekking op samenhang, maatwerk, voorzieningen, beroepspraktijkvorming, intake, bejegening en omgang en systematische kwaliteitszorg en beoordeling. De tekortkomingen voor de opleiding Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) hadden betrekking op maatwerk, leertijd, didactisch handelen, begeleiding in de instelling, intake en systematische kwaliteitszorg en beoordeling. Ook waren de opbrengsten van beide opleidingen onvoldoende. Geconstateerd is daarbij dat er sprake was van zeer zwak onderwijs. Vanwege de defusie van Amarantis voeren wij het onderzoek naar kwaliteitsverbetering niet alleen uit bij de locatie waar de vorige keer de tekortkomingen geconstateerd zijn, maar bij de nieuwe instellingen die mboonderwijs verzorgen en waarbij de opleidingen actief zijn. Hierdoor kunnen wij een oordeel geven dat recht doet aan de situatie bij de betreffende instelling. In het onderzoek naar kwaliteitsverbetering bij de opleiding Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) hebben wij ons specifiek gericht op de indicatoren die eerder met een onvoldoende waren beoordeeld. Er zijn geen aanwijzingen dat de eerder met voldoende beoordeelde indicatoren gewijzigd zijn. Omdat het vorige onderzoek bij de opleiding Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) niet in Utrecht uitgevoerd is, hebben wij ons in dit onderzoek naar kwaliteitsverbetering bij MBO Utrecht gericht op alle aspecten van het onderwijsproces en op de opbrengsten.
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 1 van 12
De onvoldoendes voor systematische kwaliteitszorg en beoordeling, beoordeeld onder het Toezichtkader BVE 2009, hebben niet geleid tot een volledig onderzoek van gebied 4 onder het Toezichtkader BVE 2012. Wel zijn er in voorkomende gevallen aandachtspunten inzake kwaliteitsboring geformuleerd. Wij hebben gesprekken gevoerd met studenten, docenten en management, hebben aanvullend documenten onderzocht en onderwijsactiviteiten geobserveerd. In hoofdstuk 2 leest u de conclusies waaronder ook het vervolg van het toezicht voor de instelling. De resultaten van het onderzoek naar kwaliteitsverbetering kunt u lezen in hoofdstuk 3. De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader bve 2012. Omdat het vorig onderzoek was gebaseerd op het oude waarderingskader bve van 2009, hebben wij gebruik gemaakt van een conversietabel. Hieruit blijkt hoe het oude waarderingskader samenhangt met het nieuwe waarderingskader. Genoemde documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. De normering is als bijlage I toegevoegd aan dit rapport. Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruikgemaakt van cijfers van schooljaar 2010-2011. Vanwege de defusie van Amarantis is het niet mogelijk om de cijfers uit BRON te genereren per nieuwe instelling, vandaar dat uitgegaan is van de cijfers die door de instelling verstrekt zijn. In bijlage II zijn de opleidingen van de onderzochte cp-codes opgenomen.
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 2 van 12
2 Conclusie en vervolg In dit hoofdstuk geven we aan welke conclusie we trekken uit het onderzoek naar kwaliteitsverbetering en, indien van toepassing, het vervolg. 2.1 Conclusie Het onderzoek naar kwaliteitsverbetering bij Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. Onderwijsproces 3. Opbrengsten
Goed
Voldoende •
Onvoldoende
Slecht
•
Het oordeel leidt ertoe dat we vervolgtoezicht uitvoeren bij Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker). In paragraaf 2.2 wordt de aard van dit vervolgtoezicht nader uitgewerkt. Het onderzoek naar kwaliteitsverbetering bij Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 1. Onderwijsproces 3. Opbrengsten
Goed
Voldoende
Onvoldoende • •
Slecht
Het oordeel leidt ertoe dat we vervolgtoezicht uitvoeren bij Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker). In de volgende paragraaf wordt de aard van dit vervolgtoezicht nader uitgewerkt.
2.2 Vervolgtoezicht In onderstaande schema’s is het vervolgtoezicht te lezen. eca 10, niveau 4 Beoordeling
Toezichtvorm
Vervolgtoezicht
Onderwijsproces is nu voldoende, maar niveau opbrengsten is wederom onvoldoende*.
Aangepast toezicht vanwege onvoldoende opbrengsten*.
• Na circa een jaar onderzoek naar kwaliteitsverbetering
* Het oordeel van de opbrengsten betreft de opleidingen binnen de cp-code/clustering van opleidingen, zie bijlage II voor het overzicht waaruit blijkt op welke opleidingen dit oordeel van toepassing is. In het vervolgtoezicht opbrengsten worden alle bijbehorende opleidingen betrokken.
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 3 van 12
Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker), 93200 Beoordeling
Toezichtvorm
Vervolgtoezicht
Kwaliteit onderwijsproces is onvoldoende en niveau opbrengsten is onvoldoende (zeer zwak onderwijs)*.
Aangepast toezicht vanwege zeer zwak onderwijs*.
• De inspectie meldt het oordeel aan de minister. • De instelling ontvangt een waarschuwing. • De instelling stelt voor 10 juni 2013 een plan van aanpak op en stuurt deze naar de inspectie. • De inspectie geeft een reactie op het plan van aanpak. • Circa een jaar na de waarschuwingsbrief een onderzoek naar kwaliteitsverbetering.
* Het oordeel van de opbrengsten betreft de opleidingen binnen de cp-code/clustering van opleidingen, zie bijlage II voor het overzicht waaruit blijkt op welke opleidingen dit oordeel van toepassing is. In het vervolgtoezicht opbrengsten worden alle bijbehorende opleidingen betrokken.
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 4 van 12
3 Resultaten In dit hoofdstuk vermelden we de oordelen over de kwaliteitsgebieden en geven we tevens een toelichting op de oordelen van de onderzochte opleidingen. 3.1 Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) – 90531 / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) - 90532
Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel op de aspecten per kwaliteitsgebied voor de opleiding Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) weer. In bijlage III is de beoordeling van de onderzochte indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied voor deze opleiding opgenomen. Kwaliteitsgebied
Voldoende
Aspect Gebied 1: Onderwijsproces Programma 1.1 Samenhang 1.2 Maatwerk Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch handelen* 1.4 Leertijd 1.5 Leeromgeving Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding* 1.8 Zorg Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijkvorming* Gebied 3: Opbrengsten 3.1 Rendement
Onvoldoende
• • • • • • • • • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage 1 voor normering per gebied.
Beschouwing De studenten van de opleiding Medewerker marketing en communicatie (crebo 90530) die in Maarssen werd aangeboden, zijn vanaf schooljaar 2012-2013 ondergebracht bij de bestaande opleidingen in Utrecht. De locatie in Maarssen is opgeheven. Het team in Utrecht heeft zichtbare verbeteringen in de kwaliteit van het onderwijs aangebracht. Het ontbreekt echter nog aan een systeem van kwaliteitsborging. Dit is een belangrijk aandachtspunt voor de opleiding. Onderwijsproces De kwaliteit van het onderwijsproces is voldoende. Studenten voelen zich veilig, docenten zijn makkelijk benaderbaar en zowel de informatievoorziening als de materiële voorzieningen zijn adequaat. Tijdens het vorige onderzoek was dat in Utrecht ook al het geval, in Maarssen was dat onvoldoende. Een aandachtspunt is dat de opleiding zich te veel profileert als (voor)opleiding voor journalistiek, waardoor studenten op basis van verkeerde verwachtingen aan de opleiding
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 5 van 12
starten. Ook is de informatie aan studenten over doorstroom naar het hbo niet altijd voldoende duidelijk geweest. De opleiding houdt bij de intake inmiddels voldoende rekening met de achtergrond en motivatie van de student. Naast de uitkomst van een AMN test en het intakegesprek hanteert de opleiding minimum toelatingseisen per opleidingsvariant. De opleiding differentieert door het aanbieden van diverse opleidingsvarianten die verschillen in intensiviteit en duur van programma. Ook kunnen studenten overstappen zodat maatwerk geboden wordt. De studenten in de mhbo-opleiding doorlopen een zwaarder programma. Studenten die het excellente traject volgen moeten de stof in een kortere tijd tot zich nemen. De toelating tot het excellente opleidingsprogramma is daarbij nog strikter. Gedurende de opleiding wordt ook voldoende mogelijkheid tot extra ondersteuning en bijles geboden, dit is een verbetering ten opzichte van het vorige onderzoek. Ook zijn de opdrachten in de beroepspraktijkvorming (bpv) verbeterd, ze zijn nu een logisch onderdeel van de bpv geworden. Lestijd gaat doorgaans niet onnodig verloren. Er zijn regels over absentie en te laat komen. Deze regels worden echter per docent verschillend geinterpreteerd, bleek uit ons onderzoek. Tijdens het vorig onderzoek bleek dat er met name bij de mhbo-opleiding een gebrek aan samenhang was, het traject was destijds in ontwikkeling. De samenhang en opbouw van het programma zijn inmiddels bij alle varianten voldoende. Studenten blijken voldoende inzicht en overzicht in het programma te hebben. Opbrengsten De opbrengsten zijn met een jaarresultaat van 53,1 procent en een diplomaresultaat van 54,1 procent onvoldoende. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de gegevens 2010-2011 zijn de resultaten van de cpcode eca 10, niveau 4 gebruikt. In bijlage II is te zien welke opleidingen hierbij betrokken zijn. De opleiding is zich bewust van de lage opbrengsten.
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 6 van 12
3.2 Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) - 93200 Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel op de aspecten per kwaliteitsgebied voor de opleiding Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) weer. In bijlage IV is de beoordeling van de onderzochte indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied voor deze opleiding opgenomen. Kwaliteitsgebied Aspect Gebied 1: Onderwijsproces Programma 1.1 Samenhang 1.2 Maatwerk Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch handelen* 1.4 Leertijd 1.5 Leeromgeving Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding* 1.8 Zorg Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijkvorming* Gebied 3: Opbrengsten 3.1 Rendement
Voldoende
Onvoldoende
• • • • • • • • • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage 1 voor normering per gebied.
Beschouwing De driejarige opleiding heeft momenteel twee leerjaren waarin studenten ingeschreven staan. De opleiding slaagt er niet in om in deze twee leerjaren voldoende rekening te houden met de verschillen binnen de groep. Ondanks dat er scholing plaats heeft gevonden in het omgaan met de doelgroep, blijkt dit vooralsnog geen zichtbaar effect te hebben binnen alle lessen. Het team werkt systematisch aan verbeteringen. Activiteiten zijn opgenomen in het teamplan waarin beoogde resultaten benoemd zijn, verantwoordelijkheden zijn belegd en een tijdspad is aangegeven. Het team herkent de geconstateerde tekortkomingen op het gebied van maatwerk, didactisch handelen en leertijd en werkt aan de verbetering hiervan. Onderwijsproces De kwaliteit van het onderwijsproces is onvoldoende. Er is een uniform programma voor niveau 3 waarbij het mogelijk is voor studenten om door te stromen naar niveau 4. Echter binnen het niveau 3 programma wordt onvoldoende gedifferentieerd, terwijl er wel grote niveauverschillen geconstateerd zijn tussen de studenten. De gegevens uit de intake worden niet zichtbaar gebruikt in het programma en in de ondersteuning van studenten. Voor de snellere student is er bij veel lessen geen verdieping of verrijking voorhanden waardoor deze onvoldoende uitgedaagd wordt. Tijdens de geobserveerde lessen, verzorgd door docenten die een aanzienlijk deel van alle lessen verzorgen, hebben wij gezien dat docenten niet controleren of studenten de lesstof daadwerkelijk begrijpen. Er is geen effectieve interactie tussen
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 7 van 12
docent en student. De docent is vooral zelf aan het uitleggen en betrekt studenten hier nauwelijks bij. Ook schiet de ondersteuning en begeleiding tekort. Er is geen sprake van het stimuleren van studenten tot leren en er is te weinig oog voor de ontwikkeling en leervraag van de student. Dit leidt tot vermorsing van de leertijd doordat een groot deel van de studenten niet aan het leren is tijdens de les. Bovendien is er in deze lessen sprake van ordeproblemen, waarbij studenten niet effectief aangesproken worden op ongewenst gedrag. Ook geven studenten aan dat er bij meerdere docenten sprake is van ordeproblemen en dat zij zich regelmatig vervelen tijdens de lessen. Daarnaast kampt de opleiding met absentieproblemen. De opleiding gaat hier actief achteraan, maar dit blijkt nog te weinig effect te hebben. Tijdens ons onderzoek was er sprake van veel verzuim gedurende de gehele ochtend. Onze bevinding werd bevestigd door studenten die aangaven dat dit vooral in de ochtend en aan het eind van de middag voorkomt. Hoewel het onderwijsproces onvoldoende is, zien wij desalniettemin een betrokken team waarbij de studieloopbaanbegeleiders (slb’ers) inzicht hebben in de voortgang van de student zowel op school als tijdens de beroepspraktijkvorming (bpv). Zij voeren regelmatig voortgangsgesprekken met de studenten. De voortgang in de bpv wordt continu bewaakt door de opleiding doordat studenten tweewekelijks een verslag opsturen naar de bpv consulent en de slb’er. In trajectplanner kunnen studenten hun voortgang en de gemaakte afspraken inzien. Opbrengsten De opbrengsten zijn met een jaarresultaat van 44,2 procent en een diplomaresultaat van 34,2 procent onvoldoende. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de gegevens 2010-2011 zijn de resultaten van de cpcode eca 15, niveau 3 gebruikt. In bijlage II is te zien welke opleidingen hierbij betrokken zijn. De opleiding voert analyses uit en heeft daarmee inzicht in de opbrengstcijfers.
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 8 van 12
Bijlagen Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebied/kwaliteitsgebieden De normen Op basis van het onderzoek spreekt de inspectie oordelen uit waarbij zij gebruik maakt van een normering. Deze bestaat uit: 1.
2. 3.
Een normering per indicator: wanneer wordt voldaan aan de indicator? Hiervoor gebruikt de inspectie portretten: de aangetroffen situatie voldoet aan de indicator indien deze over het geheel genomen voldoet aan de beschrijving in het portret. Het gaat hier om een weging van het geheel met hantering van toleranties. Een normering per aspect. Een normering per kwaliteitsgebied. Deze normering wordt hieronder toegelicht.
Voor de normering van het gebied Onderwijsproces zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn aspect 1.3 Didactisch handelen, aspect 1.7 Studieloopbaanbegeleiding en aspect 1.9 Beroepspraktijkvorming. Normering onderwijsproces bij een onderzoek kwaliteitsverbetering Goed
Voldoende
Onvoldoende Slecht
• Aan acht van de negen aspecten is voldaan. • Aan alle kernaspecten is voldaan; daarbij is tevens aan alle indicatoren voldaan. • De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd. • Aan zeven van de negen aspecten is voldaan. • Aan alle kernaspecten is voldaan. • Voor elk aspect aan alle indicatoren is voldaan, daarbij mag 1 indicator onvoldoende zijn als een aspect meer dan 2 indicatoren omvat. • Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen. • Aan één of meer kernaspecten is niet voldaan. • Aan drie, vier of vijf aspecten is niet voldaan. • Aan geen van de kernaspecten is voldaan. • Aan zes of meer aspecten is niet voldaan.
Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruik gemaakt van onderstaande norm. Voor een oordeel voldoende moet tenminste aan één van de twee normen zijn voldaan. Niveau 1 2 3 4
Jaarresultaat 60,7 56,5 65,3 64,2
Diplomaresultaat 45,1 45,2 67,3 67,3
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 9 van 12
Bijlage II Overzicht cp-codes/cluster van opleidingen Hieronder is per onderzochte cp-code/cluster van opleidingen aangegeven welke opleidingen betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten. Overzicht cp-codes. CP-code: eca 10 Crebo: 10036
Niveau: 4 Opleiding (uitstroom): Commercieel Medewerker Marketing en Communicatie
90530
Medewerker marketing en communicatie
90531
Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) Medewerker marketing en communicatie (Medewerker evenementenorganisatie)
90532 90534
CP-code: eca 15 Crebo: 10049 93200
Niveau: 3 Opleiding (uitstroom): Boekhoudkundig medewerker Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker)
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Pagina 10 van 12
Bijlage III Beoordeling indicatoren Medewerker marketing en communicatie (Assistent communicatiemedewerker) – 90531 / Medewerker marketing en communicatie (Marketing medewerker) – 90532 In onderstaande tabel is de score weergegeven van de indicatoren waarnaar een onderzoek heeft plaatsgevonden. Wanneer er geen score is vermeld betekent dit dat er geen aanwijzingen waren dat het oordeel van het eerdere onderzoek onderzocht moest worden. Gebied 1: Onderwijsproces Aspecten Programma 1.1 Samenhang
1.3.3
Leertijd
1.5
Leeromgeving
1.4.1 1.4.2 1.5.1 1.5.2
Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding*
1.6.1 1.6.2 1.7.1 1.7.2
1.8
1.8.1
Zorg
Onvoldoende
Indicatoren
1.1.1 1.1.2 1.2 Maatwerk 1.2.1 Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch 1.3.1 handelen* 1.3.2
1.4
Voldoende
1.8.2 Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijk1.9.1 vorming* 1.9.2 1.9.3 1.9.4
Inhoud Programmering Differentiatie
• • •
Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten Benutting Werkdruk Schoolklimaat Materiële voorzieningen
• •
Voorlichting Intake en plaatsing Informatievoorziening Studieloopbaanbegeleiding Eerste- en tweedelijnszorg Derdelijnszorg
• • •
Voorbereiding studenten en bedrijven Plaatsing Begeleiding door het bedrijf Begeleiding door de opleiding
• • • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten
Gebied 3: Opbrengsten Aspecten 3.1 Rendement
Voldoende Indicatoren 3.1.1 Rendement
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Onvoldoende •
Pagina 11 van 12
Bijlage IV Beoordeling indicatoren Financiële beroepen (Financieel administratief medewerker) - 93200 In onderstaande tabel is de score weergegeven van de indicatoren waarnaar een onderzoek heeft plaatsgevonden. Wanneer er geen score is vermeld betekent dit dat er geen aanwijzingen waren dat het oordeel van het eerdere onderzoek onderzocht moest worden. Gebied 1: Onderwijsproces Aspecten Programma 1.1 Samenhang
1.3.3
1.5
Leertijd Leeromgeving
1.4.1 1.4.2 1.5.1 1.5.2
Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding*
1.6.1 1.6.2 1.7.1 1.7.2
1.8
1.8.1
Zorg
Onvoldoende
Indicatoren
1.1.1 1.1.2 1.2 Maatwerk 1.2.1 Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch 1.3.1 handelen* 1.3.2
1.4
Voldoende
1.8.2 Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijk1.9.1 vorming* 1.9.2 1.9.3 1.9.4
Inhoud Programmering Differentiatie Interactie Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten Benutting Werkdruk Schoolklimaat Materiële voorzieningen
• • • • •
•
• • • •
Voorlichting Intake en plaatsing Informatievoorziening Studieloopbaanbegeleiding Eerste- en tweedelijnszorg Derdelijnszorg
• • • •
Voorbereiding studenten en bedrijven Plaatsing Begeleiding door het bedrijf Begeleiding door de opleiding
•
• •
• • •
De aspecten met een * zijn kernaspecten
Gebied 3: Opbrengsten Aspecten 3.1 Rendement
Voldoende Indicatoren 3.1.1 Rendement
Onderzoek naar kwaliteitsverbetering mbo – MBO Utrecht
Onvoldoende •
Pagina 12 van 12