Handleiding TU Delft aanstelling, beloning en opleiding Marie Skłodowska-Curie fellows in het kader van ITN, EF, GF, RISE H2020
Legal Affairs Januari 2015 1
Inhoudsopgave
blz. ITN handleiding
3
ITN toelichting
5
EF handleiding
7
EF toelichting
9
GF handleiding
11
GF toelichting
13
RISE handleiding
15
RISE toelichting
16
2
A. Innovative Training Networks (ITN) 1.aanstellingsduur & voorwaarden De duur van de aanstelling voor Marie Skłodowska-Curie onderzoekers bedraagt minimaal drie maanden en maximaal 36 maanden. Alleen Early Stage Researchers komen in aanmerking. Er bestaan 3 soorten ITN: -European Training Networks (ETN) bestaande uit minimaal 3 Europese organisaties -European Joint Doctorates (EJD) bestaande uit minimaal 3 Europese organisaties die PhD titel kunnen toekennen. Double, joint of multiple PhD titels zijn verplicht. -European Industrial Doctorates (EID) bestaande uit minimaal 1 publieke onderzoekinstelling uit 1 Europees land en minimaal 1 bedrijf uit ander Europees land. De aanstelling geschiedt volgens de bepalingen van de CAO NU en het gestelde in het van toepassing zijnde Skłodowska-Curie Work Programme (d.w.z van het jaar waaronder de call is uitgeschreven waarmee het project is gefinancierd – als vermeld op EC contract) . Werving moet volgens een open, transparante, onpartijdige & billijke werving procedure. De onderzoeker mag in de afgelopen 3 jaar (te rekenen vanaf aanstelling) niet meer dan 12 maanden in Nederland hebben gewoond of hier zijn hoofdactiviteit (o.a. werk, studie) hebben verricht. De onderzoeker moet exclusief voor het Marie Curie project werken zoals beschreven in annex 1 van de EC grant agreement. Het geven van onderwijs wordt toegestaan mits dit nuttig is voor de eigen carrière. De onderzoeker moet fulltime aan het project werken. Parttime werken is alleen met toestemming van de Europese Commissie mogelijk. De onderzoeker mag geen andere inkomsten ontvangen dan hetgeen vermeld staat in de aanstellingsbrief.
2.UFO profiel 2.1 Early Stage Researchers die in het kader van een promotietraject worden aangesteld worden ingedeeld in het UFO profiel van promovendus. Bij EJD is aanstelling als promovendus verplicht. 2.2 Early Stage Reseachers die niet in het kader van een promotietraject worden aangesteld worden ingedeeld in het UFO profiel Onderzoeker, niveau 4. 3
Indeling in profiel van Onderzoeker is bij EJN niet mogelijk.
3.inschaling en bezoldiging 3.1 Voor de Early Stage Researcher die in het kader van een promotietraject wordt aangesteld geldt de salarisschaal van de promovendus. 3.2 Voor de Early Stage Reseacher die niet in het kader van een promotietraject wordt aangesteld geldt salarisschaal 10. 3.3 De Early Stage Researcher wordt bij indiensttreding ingeschaald in trede 0 van de salarisschaal die van toepassing is. 3.4 Jaarlijks wordt in overeenstemming met de CAO NU een vakantietoeslag (VT) en een eindejaarsuitkering (EJU) uitgekeerd. 3.5 Indien de living, de mobility allowance en de eventuele family allowance waar de onderzoeker conform het van toepassing zijnde Work Programme recht op heeft meer bedraagt dan het ontvangen bruto salaris plus de opslag voor sociale lasten conform tabel 1.3 van de tarievenbrief TU Delft, wordt het meerdere per maand, aan het einde van het kalenderjaar of aan het einde van het project uitbetaald. De maandelijkse uitbetaling vindt plaats in de vorm van een maandelijkse bruto toelage op grond van artikel 3.16 CAO NU. 3.6 Aan het einde van de aanstelling vindt een verrekening plaats waarbij eventueel verschil tussen enerzijds uitbetaalde bruto salaris, vergoedingen en opslag voor sociale lasten (conform tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB) en anderzijds allowances die conform het desbetreffende Work Programme zijn voorgeschreven, bruto wordt uitgekeerd. In geval van een aanstelling als promovendus vindt deze verrekening aan het einde van de eerste 3 jaar plaats.
4.Personal Career Development Plan Voor alle Early Stage Reseachers moet een Personal Career Development Plan door de faculteit worden opgesteld en periodiek worden besproken.
5. 30% vergoedingsregeling Tijdens het arbeidsvoorwaardengesprek wordt de onderzoeker gewezen op de mogelijkheid om de 30% vergoedingsregeling aan te vragen.
4
Toelichting ITN Definities (zie desbetreffende Skłodowska-Curie Work Programme en EC grant agreement): De onderzoekservaring (zie onder) wordt gemeten vanaf het behalen van het diploma dat, in Nederland of in het land van herkomst, toegang geeft of zou geven tot een promotietraject. Early Stage Reseacher: Een onderzoeker die, op het moment van selectie door de host, in de eerste vier jaar (full time equivalent) is van zijn onderzoek carrière en nog niet gepromoveerd is en minder dan 4 jaar aan promotie gelijkwaardige onderzoekservaring heeft. Ad 1 Wanneer sprake is van een promotietraject van 4 jaar, dan wordt de promovendus aangesteld voor 4 jaar waarbij het laatste jaar niet in het kader van MC ITN is. Dit laatste jaar wordt door de faculteit bekostigd. De aanstellingsbrief geldt voor de hele periode. Voor ITNs met dual degrees zie ook de TUD richtlijn voor Joint Doctoral Supervision and Dual Degrees. Ad 3.5 Het bedrag van de living allowance genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een jaarlijks bedrag inclusief alle verplichte inhoudingen krachtens de Nederlandse wetgeving. Dit bedrag wordt verhoogd met een correctiefactor. De hoogte van deze correctiefactor is afhankelijk van het van toepassing zijnde Work Programme. Het bedrag van de mobility allowance en de eventuele family allowance zoals genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een maandelijks bedrag. De allowances worden niet bovenop het salaris uitgekeerd, maar worden geacht onderdeel uit te maken van het salaris. De opslag voor sociale lasten wordt vastgesteld aan de hand van tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB. De eventuele maandelijkse toelage als gevolg van verschil tussen wat betrokkene aan living, mobility allowance en eventuele family allowance had moeten krijgen en wat hij aan bruto salaris heeft ontvangen plus het opslagpercentage wordt gedeeltelijk onbelast uitgekeerd in de vorm van maximaal toegestaan onbelaste vergoedingen. Het overige deel wordt belast uitgekeerd. Het verdient aanbeveling om niet het totale verschil tussen salaris en allowances in de vorm van een toelage uit te keren, maar ook een buffer achter te houden voor bekostiging van salarisverhogingen, extra periodieken etc. 5
Indien de 30% regeling wordt toegepast betreffen de maximale onbelaste vergoedingen: verhuiskostenvergoeding en vergoeding herinrichtingskosten (in 2014 max 7750,- euro). Indien geen 30% regeling wordt toegepast betreffen de maximale onbelaste vergoedingen ook de extraterritoriale kostenvergoedingen. Ad 4 In het persoonlijk ontwikkelingsplan (Personal Career Development Plan), dat door de onderzoeker en de begeleider moet worden opgesteld, worden de behoeften inzake opleiding en wetenschappelijke doeleinden vermeld alsmede de beoogde maatregelen om die doelstellingen te bereiken. Het persoonlijk ontwikkelingsplan moet als bijlage bij de aanstellingsbrief worden gevoegd. Het plan bevat: - de te verrichten onderzoeksactiviteiten -de behoeften aan opleiding en ontwikkeling -de wetenschappelijke doelstellingen -de wijze waarop verwacht wordt dat de doelstellingen worden bereikt. Aangeraden wordt om het persoonlijk ontwikkelingsplan periodiek (jaarlijks of halfjaarlijks) te bespreken en bij te werken. Ad 5 Fellows die aan de vereisten van de 30% uitvoeringsregeling voldoen worden bij indiensttreding gewezen op de mogelijkheid om gebruik te maken van deze fiscale regeling.
6
B. European Fellowship (EF) 1.aanstellingsduur en voorwaarden In het kader van EF worden Experienced Reseachers aangesteld voor minimaal 12 maanden en maximaal 24 maanden. De aanstelling geschiedt volgens de bepalingen van de CAO NU en het gestelde in het van toepassing zijnde Skłodowska-Curie Work Programme (d.w.z van het jaar waaronder de call is uitgeschreven waarmee het project is gefinancierd – als vermeld op EC contract) . De onderzoeker mag in de afgelopen 3 jaar (te rekenen vanaf deadline indiening voorstel) niet meer dan 12 maanden in Nederland hebben gewoond of hier zijn hoofdactiviteit (o.a. werk, studie) hebben verricht. De onderzoeker moet exclusief voor het Marie Curie project werken zoals beschreven in annex 1 van de EC grant agreement. Het geven van onderwijs wordt toegestaan mits dit nuttig is voor de eigen carrière. De onderzoeker moet fulltime aan het project werken. Parttime werken is alleen met toestemming van de Europese Commissie mogelijk. De onderzoeker mag geen andere inkomsten ontvangen dan hetgeen vermeld staat in de aanstellingsbrief.
2.UFO profiel De Experienced Researchers worden ingedeeld in het UFO profiel Onderzoeker. Het niveau is, afhankelijk van ervaring, 1, 2, 3 of 4.
3.inschaling en bezoldiging 3.1. Voor de Experienced Reseacher gelden, afhankelijk van de onderzoekservaring, de salarisschalen 10, 11, 12 of 13. 3.2 Jaarlijks wordt in overeenstemming met de CAO NU een vakantietoeslag (VT) en een eindejaarsuitkering (EJU) uitgekeerd. 3.3 Het bedrag van de mobility allowance en de eventuele family allowance zoals genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een maandelijks bedrag.
7
De allowances worden niet bovenop het salaris uitgekeerd, maar worden geacht onderdeel uit te maken van het salaris. De opslag voor sociale lasten wordt vastgesteld aan de hand van tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB. Indien de living, de mobility en de eventuele family allowance waar de onderzoeker conform het van toepassing zijnde Work Programme recht op heeft meer bedraagt dan het ontvangen bruto salaris plus de opslag voor sociale lasten conform tabel 1.3 van de tarievenbrief TU Delft, wordt het meerdere per maand, aan het einde van het kalenderjaar of aan het einde van de aanstelling uitbetaald. De maandelijkse uitbetaling vindt plaats in de vorm van een maandelijkse bruto toelage op grond van artikel 3.16 CAO NU. 3.4 Aan het einde van de aanstelling vindt een verrekening plaats waarbij eventueel tekort tussen enerzijds uitbetaalde bruto salaris, vergoedingen en opslag voor sociale kosten (conform tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB) en anderzijds allowances die conform het desbetreffende People Work Programme zijn voorgeschreven, bruto wordt uitgekeerd.
4.Personal Career Development Plan Voor Experienced Reseachers moet een Personal Career Development Plan door de faculteit worden opgesteld en periodiek worden besproken
5.30% regeling Tijdens het arbeidsvoorwaardengesprek wordt de onderzoeker gewezen op de mogelijkheid om de 30% regeling aan te vragen.
8
Toelichting EF Definities (zie desbetreffende Skłodowska-Curie Work Programme en EC grant agreement): Experienced Researcher: Een onderzoeker die gepromoveerd is of minstens vier jaar aan promotie gelijkwaardige onderzoekservaring heeft. De onderzoekservaring wordt gemeten vanaf het behalen van het diploma dat, in Nederland of in het land van herkomst, toegang geeft of zou geven tot een promotietraject. Ad 1 Het kan voorkomen dat een Researcher reeds een paar maanden aan het werk is voordat hij de beurs ontvangt. In dat geval wordt de aanstellingsbrief aangepast. Ad 3.3 Het bedrag van de living allowance genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een jaarlijks bedrag inclusief alle verplichte inhoudingen krachtens de Nederlandse wetgeving. Dit bedrag wordt verhoogd met een correctiefactor. De hoogte van deze correctiefactor is afhankelijk van het van toepassing zijnde Work Programme. Het bedrag van de mobility allowance en de eventuele family allowance zoals genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een maandelijks bedrag. De allowances worden niet bovenop het salaris uitgekeerd, maar worden geacht onderdeel uit te maken van het salaris. De opslag voor sociale lasten wordt vastgesteld aan de hand van tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB. De eventuele maandelijkse toelage als gevolg van verschil tussen wat betrokkene aan living, mobility en eventuele family allowance had moeten krijgen en wat hij aan bruto salaris heeft ontvangen plus het opslagpercentage conform tabel 1.3 van de tarievenbrief wordt gedeeltelijk onbelast uitgekeerd in de vorm van maximaal toegestaan onbelaste vergoedingen. Het overige deel wordt belast uitgekeerd. Het verdient aanbeveling om niet het totale verschil tussen salaris en allowances in de vorm van een toelage uit te keren, maar ook een buffer achter te houden voor bekostiging van salarisverhogingen, extra periodieken etc. Indien de 30% regeling wordt toegepast betreffen de maximale onbelaste vergoedingen: verhuiskostenvergoeding en vergoeding herinrichtingskosten (in 2014 max 7750,- euro). Indien geen 30% regeling wordt toegepast betreffen de maximale onbelaste vergoedingen ook de extraterritoriale kostenvergoedingen.
Ad 4 In het persoonlijk ontwikkelingsplan (Personal Career Development Plan), dat door de onderzoeker en de begeleider moet worden opgesteld, worden de behoeften inzake opleiding en wetenschappelijke doeleinden vermeld alsmede de beoogde maatregelen 9
om die doelstellingen te bereiken. Het persoonlijk ontwikkelingsplan moet als bijlage bij de aanstellingsbrief worden gevoegd. Het plan bevat: -de te verrichten onderzoeksactiviteiten -behoeften aan opleiding en ontwikkeling -wetenschappelijke doelstellingen -de wijze waarop verwacht wordt dat de doelstellingen worden bereikt. Aangeraden wordt om het persoonlijk ontwikkelingsplan periodiek (jaarlijks of halfjaarlijks) te bespreken en bij te werken. Ad 5 Fellows die aan de vereisten van de 30% uitvoeringsregeling voldoen worden bij indiensttreding gewezen op de mogelijkheid om gebruik te maken van deze fiscale regeling.
10
C. Global Fellowship (GF)
1.aanstellingsduur en voorwaarden In het kader van GF worden Experienced Reseachers aangesteld voor minimaal 24 maanden en maximaal 36 maanden, waarvan de eerste 12 – 24 maanden plaats vinden als detachering bij een organisatie buiten Europa, en de laatste 12 maanden bij de TU Ook onderzoekers die reeds een vaste aanstelling hebben kunnen in aanmerking komen voor een GF. De aanstelling geschiedt volgens de bepalingen van de CAO NU en het gestelde in het van toepassing zijnde Skłodowska-Curie Work Programme (d.w.z van het jaar waaronder de call is uitgeschreven waarmee het project is gefinancierd – als vermeld op EC contract). De onderzoeker mag in de afgelopen 3 jaar (te rekenen vanaf datum indiening voorstel) niet meer dan 12 maanden in het niet-Europese land van detachering hebben gewoond of daar zijn hoofdactiviteit (o.a. werk, studie) hebben verricht. De onderzoeker is verplicht om na detachering voor minstens 12 maanden terug te keren naar de TU Delft. De onderzoeker moet exclusief voor het Marie Curie project werken zoals beschreven in annex 1 van de EC grant agreement. Het geven van onderwijs wordt toegestaan mits dit nuttig is voor de eigen carrière. De onderzoeker moet fulltime aan het project werken. Parttime werken is alleen met toestemming van de Europese Commissie mogelijk. De onderzoeker mag geen andere inkomsten ontvangen dan hetgeen vermeld staat in de aanstellingsbrief.
2.UFO profiel De Experienced Researchers worden ingedeeld in het UFO profiel van Onderzoeker. Het niveau is, afhankelijk van ervaring, 1,2, 3 of 4.
3. inschaling en bezoldiging 3.1 Voor de Experienced Reseacher gelden, afhankelijk van de onderzoekservaring, de salarisschalen 10, 11, 12 of 13. 3.2 Jaarlijks wordt in overeenstemming met de CAO NU een vakantietoeslag en een eindejaarsuitkering uitgekeerd. 11
3.3 Het bedrag van de living allowance genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een jaarlijks bedrag inclusief alle verplichte inhoudingen krachtens de Nederlandse wetgeving. Dit bedrag wordt verhoogd met een correctiefactor. De hoogte van deze correctiefactor is afhankelijk van het van toepassing zijnde Work Programme. Het bedrag van de mobility allowance en de eventuele family allowance zoals genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een maandelijks bedrag. De allowances worden niet bovenop het salaris uitgekeerd, maar worden geacht onderdeel uit te maken van het salaris. De opslag voor sociale lasten wordt vastgesteld aan de hand van tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB. Indien de living en de mobility allowance en eventuele family allowance waar de onderzoeker conform het van toepassing zijnde Work Programme recht op heeft meer bedraagt dan het ontvangen bruto salaris plus de opslag voor sociale lasten conform tabel 1.3 van de tarievenbrief TU Delft, wordt het meerdere per maand, aan het einde van het kalenderjaar of aan het einde van de aanstelling uitbetaald. De maandelijkse uitbetaling vindt plaats in de vorm van een maandelijkse toelage op grond van artikel 3.16 CAO NU. 3.4 Aan het einde van de aanstelling vindt een verrekening plaats waarbij eventueel verschil tussen enerzijds uitbetaalde bruto salaris, vergoedingen en opslag voor sociale lasten (conform tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB) en anderzijds allowances die conform het desbetreffende Work Programme zijn voorgeschreven, bruto wordt uitgekeerd.
4.Personal Career Development Plan Voor Experienced Reseachers moet een Personal Career Development Plan door de faculteit worden opgesteld en periodiek besproken worden.
5.30% regeling De TU Delft past de 30% regeling niet toe op uitgezonden medewerkers.
12
Toelichting GF Definities (zie desbetreffende Skłodowska-Curie Work Programme en EC grant agreement): Experienced Researcher: Een onderzoeker die gepromoveerd is of minstens vier jaar aan promotie gelijkwaardige onderzoekservaring heeft. De onderzoekservaring wordt gemeten vanaf het behalen van het diploma dat, in Nederland of in het land van herkomst, toegang geeft of zou geven tot een promotietraject. Ad 1 Het betreft een aanstelling voor 24-36 maanden, waarvan de onderzoeker de eerste 12-24 maanden gedetacheerd wordt. De onderzoeker is verplicht om na de detachering voor minstens 12 maanden terug te keren naar de TU Delft. Dit wordt tevens in de aanstellingsbrief aangegeven. Als de onderzoeker niet terugkeert kan de EC de TU Delft vragen het totale beursbedrag terug te storten. Met de gastinstelling waar betrokkene wordt gedetacheerd moet een detacheringsovereenkomst worden gesloten. De verantwoordelijke HR adviseur zorgt voor deze detacheringsovereenkomst. Het kan voorkomen dat de onderzoeker reeds aan het werk is voordat de beurs wordt toegekend. In dat geval zal de aanstellingsbrief worden aangepast. Ad 3.3 Het bedrag van de living allowance genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een jaarlijks bedrag inclusief alle verplichte inhoudingen krachtens de Nederlandse wetgeving. Dit bedrag wordt verhoogd met een correctiefactor. De hoogte van deze correctiefactor is afhankelijk van het van toepassing zijnde Work Programme. Het bedrag van de mobility allowance en de eventuele family allowance zoals genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme betreft een maandelijks bedrag. De toelagen worden niet bovenop het salaris uitgekeerd, maar worden geacht onderdeel uit te maken van het salaris. De opslag voor sociale lasten wordt vastgesteld aan de hand van tabel 1.3 van de tarievenbrief CvB. De eventuele maandelijkse toelage als gevolg van verschil tussen wat betrokkene aan living en mobility allowance en eventuele family allowance had moeten krijgen en wat hij aan bruto salaris heeft ontvangen plus het opslagpercentage (conform tabel 1.3 van de CvB tarievenbrief) wordt gedeeltelijk onbelast uitgekeerd in de vorm van maximaal toegestaan onbelaste vergoedingen. Het overige deel wordt belast uitgekeerd. Het verdient aanbeveling om niet het totale verschil tussen salaris en allowances in de vorm van een toelage uit te keren, maar ook een buffer achter te houden voor bekostiging van salarisverhogingen, extra periodieken etc.
13
Ad 4 In het persoonlijk ontwikkelingsplan (Personal Career Development Plan), dat door de onderzoeker en de begeleider moet worden opgesteld, worden de behoeften inzake opleiding en wetenschappelijke doeleinden vermeld alsmede de beoogde maatregelen om die doelstellingen te bereiken. Het persoonlijk ontwikkelingsplan moet als bijlage bij de aanstellingsbrief worden gevoegd. Het plan bevat: -de te verrichten onderzoeksactiviteiten -behoeften aan opleiding en ontwikkeling -wetenschappelijke doelstellingen -de wijze waarop verwacht wordt dat de doelstellingen worden bereikt. Aangeraden wordt om het persoonlijk ontwikkelingsplan periodiek (jaarlijks of halfjaarlijks) te bespreken en bij te werken.
14
D. Research & Innovation Staff Exchange (RISE)
1.detacherings voorwaarden In het kader van RISE zijn uitsluitend detacheringen mogelijk, d.w.z. dat de medewerker reeds in dienst is. Dit moet gebeuren op basis van een formele detacheringsovereenkomst, overeenkomstig de bepalingen van de Marie Curie grant agreement. Er is geen aangepaste aanstellingsbrief nodig. Zowel Early Stage Researchers, Experienced Researchers als niet-wetenschappelijk personeel kunnen in het kader van RISE worden gedetacheerd. De duur van de detachering bedraagt minimaal 1 maand en maximaal 12 maanden. De uitgezonden medewerker moet minstens 6 maanden bij de TU Delft werkzaam zijn om in het kader van RISE gedetacheerd te kunnen worden. De uitgezonden medewerker moet aan het einde van de detachering terugkeren naar de TU Delft voor tenminste de duur van het aantal maanden dat betrokkene gedetacheerd was. De werknemer wordt fulltime gedetacheerd. Het bedrag genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme (staff member unit Cost top-up allowance) wordt bovenop het salaris uitgekeerd voor reis-, accommodatie- en levensonderhoud kosten. Indien het RISE consortium schriftelijk een andere onderlinge verdeling van het subsidiebedrag heeft afgesproken kan van het bedrag genoemd in het van toepassing zijnde Work Programme worden afgeweken, mits de onderbouwde documentatie bij de projectadministratie wordt gevoegd.
15
Toelichting RISE Definities (zie desbetreffende Work Programme en EC grant agreement): Early Stage Researcher: Een onderzoeker die, op het moment van selectie door de host, in de eerste vier jaar (full time equivalent) is van zijn onderzoek carrière en nog niet gepromoveerd is of minstens 4 jaar aan promotie gelijkwaardige onderzoekservaring heeft. Experienced Researcher: Een onderzoeker die gepromoveerd is of minstens vier jaar aan promotie gelijkwaardige onderzoekservaring heeft. De onderzoekservaring van Early Stage Reseachers en Experienced Researchers wordt gemeten vanaf het behalen van het diploma dat, in Nederland of in het land van herkomst, toegang geeft of zou geven tot een promotietraject. Ondersteunend personeel: administratief, leidinggevend of technisch personeel ter ondersteuning van het onderzoek. Ad 1 Doel van de RISE beurs is uitwisseling van personeel tussen een universiteit en een of meerdere bedrijven. Alleen de periodes van uitwisseling worden vergoed, en moeten goed onderbouwd en gedocumenteerd kunnen worden. De detachering mag worden opgesplitst in enkele kortere periodes. Op moment van uitwisseling moet de medewerkers minstens 6 maanden bij de desbetreffende organisatie gewerkt hebben. Na de uitwisseling moet de medewerker terugkomen bij de eigen organisatie Deze terugkeerperiode wordt niet vergoed. Wat betreft gedocumenteerde reis- accommodatie- en levensonderhoud kosten, zal de werknemer deze kosten op declaratiebasis vergoed krijgen. Een eventueel verschil tussen de gedeclareerde kosten en het beschikbare subsidiebedrag zal worden uitgekeerd via de salarisadministratie als een toelage op andere gronden (artikel 3.16 cao nu), met inhouding van verplichte belastingtoeslagen en sociale lasten. Het RISE consortium heeft de vrijheid om te bepalen of het bedrag van de “unit Cost top-up allowance” anders over de partners wordt verdeeld. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als er zowel detacheringen plaatsvinden tussen twee nabij elkaar gelegen landen, of landen met lage verblijfskosten en tussen twee landen met een lange reisafstand, of anderszins hoge verblijfskosten. Het consortium heeft dan de flexibiliteit om te bepalen dat er meer geld aan de ‘dure’ detacheringen wordt besteed en minder aan de ‘goedkope’ detacheringen.
16