Fondsen Jaarverslag Stichting Pensioenfonds Xerox Venray

Fondsen Jaarverslag 2003 Stichting Pensioenfonds Xerox Venray

Stichting Pensioenfonds Xerox Venray Maasheseweg 89, 5804 AB Venray bezoekadres Postbus 43, 5800 MA Venray postadres 0478 - 525251 telefoon 0478 - 525062 telefax www.xeroxpensioenfondsen.nl internet

Inhoudsopgave

1

Kerncijfers

4

1.1 Meerjarenoverzicht van kerncijfers

5

2

6

Jaarverslag

2.1 Personalia

7

2.2 Verslag van het bestuur en directie

8

2.3 Pensioenen

10

2.4 Beleggingen

13

3

18

Jaarrekening

3.1 Balans per 31 december 2003

19

3.2 Staat van baten en lasten 2003

20

3.3 Toelichting op de jaarrekening 2003

21

3.4 Toelichting op de balans per 31 december 2003

24

3.5 Toelichting op de staat van baten en lasten 2003

27

4

31

Overige gegevens

4.1 Algemeen

32

4.2 Vaststelling

33

Jaarverslag 2003 Stichting Pensioenfonds Xerox Venray

3

1

Kerncijfers


4

1.1 Meerjarenoverzicht van kerncijfers

2002

2003 Aantallen Deelnemers

977

1.801*

Gewezen deelnemers

958

1.056*

Pensioentrekkenden

893

828

Indexatie ingegane pensioenen

0%

0%

113,31%

103,43%

21.625

15.083

6.811

5.593

199.414

229.703

26.539

7.881

60.449

56.633

153.214

183.568

Overige middelen

13.265

12.480

Liquide middelen

20.595

213

247.523

252.894

Klassieke dekkingsgraad

Bedragen (x €1.000) Premies en koopsommen Pensioenuitkeringen Technische voorzieningen Beleggingsreserve

Beleggingen (x €1.000) Aandelen Vastrentende waarden

Totaal * Aangepast voor vergelijksdoeleinden vanwege een andere verdeling


5

2

Jaarverslag


6

2.1 Personalia Bestuurssamenstelling Het bestuur bestaat per 31 december 2003 uit zeven personen. Benoemd namens de werkgever: ▪ M.J.M. Frielinck (voorzitter) ▪ P.G.W. Hermans ▪ J.W.G. Wijnands Benoemd namens de werknemers: ▪ C.C.T. Peeters (secretaris) ▪ H.J. Hulsmans ▪ W.J.G. Slootbeek ▪ A.P.J. van Vijfeijken (vertegenwoordiger gepensioneerden) Investment Committee Ter voorbereiding van beleggingsonderwerpen is er een Investment Committee gevormd, waarin de voorzitters van Stichting Pensioenbelangen Xerox Amstelveen en Stichting Pensioenfonds Xerox Venray, de directeur van Xerox Pensioenfondsen en een externe beleggingsadviseur participeren. Het Investment Committee geeft advies aan het algemeen bestuur van de Stichting. Directie en administrateur Directie:

N. van Heesen

Accountant, beleggingsadviseur en actuaris Accountant: Beleggingsadviseur: Actuaris:

KPMG Accountants N.V. te Amstelveen G.H.L. Santing, Deloitte & Touche te Amersfoort Watson Wyatt Brans & Co te Amstelveen


7

2.2 Verslag van het bestuur en directie Algemeen Het bestuur en de directie van Stichting Pensioenfonds Xerox Venray heeft het genoegen om u hierbij de jaarrekening over het boekjaar 2003 aan te bieden. Vergaderingen in formele zin In 2003 heeft een zestal formele vergaderingen van het bestuur plaatsgevonden: ▪ 7 februari 2003 ▪ 25 april 2003 ▪ 20 juni 2003 ▪ 5 september 2003 ▪ 13 november 2003 ▪ 3 december 2003 De volgende onderwerpen kwamen onder meer aan de orde: ▪ Reglementswijzigingen ▪ Statutenwijzigingen ▪ Indexatie ingegane en premievrije pensioenen ▪ Dekkingsgraad ▪ Financieringsovereenkomst ▪ Beleggingsplan 2003 ▪ Beleggingen ▪ Studie nieuwe pensioenregeling ▪ Selectie nieuwe vermogensbeheerder ▪ Selectie nieuwe beleggingsadviseur ▪ Richtlijnen Pensioen- & Verzekeringskamer (hierna: PVK) ▪ Financieel Toetsingskader (hierna: FTK) ▪ Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (hierna: ABTN) ▪ Service Level Agreement pensioenadministrateur ▪ Verlenging stoploss verzekering Indexering 2003 In het jaar 2003 is besloten om geen indexering over het jaar 2002 toe te kennen. De reden hiervoor is dat de dekkingsgraad lager was dan 115% en de middelen dus ontoereikend waren. Franchise 2003 Besloten werd de franchise voor 2003 te wijzigen van €14.830 (2002) in €15.420 (2003). Flextronics De overdracht van de opgebouwde pensioenrechten van de Flextronics-medewerkers naar het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Metalektro (hierna: PME) heeft in 2003 plaatsgevonden.


8

Beleggingen In 2003 is door het bestuur besloten om het beheer van de aandelen Wereld ex. Europa en de vastrentende waarden door Fortis Investment Management te wijzigen ingaande januari 2004. De actieve beleggingsstijl voor de aandelen Wereld ex. Europa wordt gewijzigd in een enhanced index benadering. Na een uitvoerige selectie van vermogenbeheerders is uiteindelijk voor de aandelen Wereld ex. Europa gekozen voor State Street Global Advisors en voor de vastrentende waarden voor Delta Lloyd Asset Management.


9

2.3 Pensioenen Algemene ontwikkelingen op pensioengebied 2003 Fusie De Nederlandse Bank en de PVK Eind 2002 hebben De Nederlandse Bank (hierna: DNB) en de PVK aangekondigd te fuseren. Zij zullen hun afzonderlijke toezichtstaken vanaf 1 april 2004 volledig integreren onder de naam De Nederlandse Bank. De fusie is een afronding van een intensieve samenwerking tussen DNB en de PVK, die in 2001 in gang werd gezet. Het gedragstoezicht blijft in handen van de Autoriteit Financiële Martken, die geen partij is bij het fusieproces. Pensioenregelgeving in beweging Anno 2003 is de wet- en regelgeving op pensioengebied volop in beweging. Er is aandacht voor onder meer het Belastingplan 2003, de Wet Fiscale Behandeling Pensioenen, de nieuwe Pensioenwet, het financieel toezicht door de PVK, de International Financial Reporting Standards en het medezeggenschapsconvenant. Belastingplan 2003 Op 1 januari 2003 is het Belastingplan 2003 in werking getreden. Belangrijke onderwerpen daarin voor pensioenfondsen zijn de regels met betrekking tot de lijfrente en de inperking van het Witteveenkader. Lijfrente is per de ingangsdatum aan nadere voorwaarden gebonden. De inperking van het Witteveenkader per 1 juni 2004 heeft betrekking op de maximale opbouwpercentages voor ouderdomspensioen en de maximale hoogte van nabestaanden- en wezenpensioen. Wet Fiscale Behandeling Pensioenen Per 1 juni 1999 is de Wet Fiscale Behandeling Pensioenen in werking getreden. Alle pensioenregelingen moeten per 1 juni 2004 aangepast zijn aan de nieuwe regelgeving. In de regelgeving worden eisen gesteld aan de maximale pensioenopbouw, de maximale hoogte van pensioenen, de inbouw van de AOW, de pensioendatum en vervroeging of uitstel van het pensioen en samenloop met een arbeidsongeschiktheidspensioen en/of WAO-uitkering. Pensioenwet De nieuwe Pensioenwet zal de huidige Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW) gaan vervangen. Verwacht wordt dat de Pensioenwet in 2004 aan de Tweede Kamer zal worden aangeboden. Eind juni 2003 is van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een notitie verschenen waarin uitgangspunten staan voor de nieuwe Pensioenwet. De bescherming van de deelnemer is nog steeds het belangrijkste uitgangspunt. Financieel toezicht PVK Medio maart 2003 publiceerde de PVK de White Paper Solvabiliteitstoets. Hiermee werd een nadere invulling gegeven aan het FTK dat volgens de planning per 1 januari 2006 van start moet gaan. Het FTK moet een toetsingsinstrument vormen voor de PVK, waarmee kan worden vastgesteld of een pensioenfonds voldoende kapitaal heeft om aan de pensioenverplichtingen te kunnen voldoen. Een van de belangrijkste aspecten hierin is de toereikendheidstoets. De solvabiliteitstoets vormt een onderdeel hiervan. Samen met de nog te ontwikkelen continuïteitstoets en minimumtoets moet de solvabiliteitstoets het FTK vormen.


10

International Financial Reporting Standards In 1999 heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving zijn Richtlijn 271 gepresenteerd, die bepaalt op welke wijze de pensioenkosten in de jaarrekening moeten worden opgenomen. Deze richtlijn is gebaseerd op de International Financial Reporting Standards (hierna: IFRS). Voor ondernemingen met een notering op een beurs in een EU-land betekent dit, dat zij vanaf 1 januari 2005 verplicht worden de IFRS-regels toe te passen. Kern van Richtlijn 271 is dat de bezittingen zullen moeten worden gewaardeerd tegen de marktwaarde en de schulden tegen de reële rekenrente. Medezeggenschapsconvenant Op 28 februari 2003 hebben de Stichting van de Arbeid (hierna: STAR) en het Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (hierna: CSO) het medezeggenschapsconvenant ondertekend. De vernieuwde convenantafspraken hebben betrekking op ondernemingsen bedrijfstakpensioenfondsen met een aandeel gepensioneerden van ten minste 10% van het totale aantal deelnemers en gepensioneerden. Een belangrijk aspect van dit convenant is dat gepenioneerden evenredige vertegenwoordiging krijgen in deelnemersraden dan wel fondsbesturen. Miljoenennota Bij de presentatie van de Miljoenennota 2003 gaf het kabinet te kennen op het gebied van sociale zekerheid en pensioenen een aantal vergaande wijzigingen te willen doorvoeren. Deze wijzigingen vloeien onder andere voort uit de (relatief) lage arbeidsparticipatie en de demografische ontwikkelingen. Het kabinet wil de fiscale facilitering van VUT- en prepensioenregelingen beëindigen. Bij de VUT zal bij aanvang van de uitkering door de fiscus over de gehele uitkering een aanslag worden opgelegd, waarna de aanspraak overgaat van box 1 naar box 3. De uitkering van het prepensioen gaat waarschijnlijk ook beschouwd worden als vermogensopbouw en zal daarom ook in box 3 gaan vallen. Gedefinieerd uitgangspunt voor fiscale facilitering gaat worden een ouderdomspensioen dat niet eerder ingaat dan op 65-jarige leeftijd en maximaal 70% van het eindloon bedraagt. Tevens wil het kabinet een levensloopregeling realiseren door fiscale facilitering van de huidige verlofspaarregeling aan te passen. Hiertoe kunnen werknemers zonder belastingheffing 12% van het brutosalaris sparen tot een maximum van anderhalf jaarsalaris. Bij opname zal fiscale heffing plaatsvinden. Deze regeling kan gebruikt worden voor deeltijdpensioen in de twee jaar voorafgaand aan pensionering. Hiervoor mag maximaal 50% van het spaarsaldo worden gebruikt. Vanuit het OPF, de Tweede Kamer en de vakbonden is grote kritiek gekomen op de voorgenomen kabinetsplannen. In het Najaarsoverleg zijn de genoemde maatregelen onderwerp geweest van verder overleg tussen kabinet en sociale partners. Dit had tot gevolg dat alle voorgestelde maatregelen voorlopig van de baan zijn en de invoeringsdatum van de wijzigingen is uitgesteld tot 1 januari 2006. Het is de bedoeling dat het kabinet met de sociale partners in de loop van 2004 tot overeenstemming komt met betrekking tot de inhoud en reikwijdte van de per 1 januari 2006 ingaande maatregelen. Pensioenontwikkelingen Stichting Pensioenfonds Xerox Venray Reglements- en statutenwijzigingen De statuten zijn aangepast aan de wettelijke eisen.


11

Herstelplan Op basis van de door de PVK geformuleerde beleidsregels in een brief van eind september 2002 heeft het pensioenfonds een plan van aanpak ingediend. Dit plan was gebaseerd op het in de ABTN geformuleerde herstelmechanisme. Dit plan van aanpak is door de PVK goedgekeurd. Nieuwe sterftetafels Op advies van de actuaris van het fonds is besloten om per 31 december 2003 over te gaan op nieuwe sterftetafels: GBM/GBV 1995-2000. De leeftijdsterugstelling voor vrouwen is gewijzigd in één jaar leeftijdsterugstelling.


12

2.4 Beleggingen Financiële en economische ontwikkelingen Verenigde Staten De economie van de Verenigde Staten toonde over 2003 een goede ontwikkeling, met name dankzij de particuliere consumptie. Belastingverlagingen en lage rentes zorgden voor een sterke toename van de particuliere bestedingen. Ook het Amerikaanse bedrijfsleven leverde een positieve bijdrage aan de groei van het bruto binnenlands product. De doorgevoerde kostenbesparingen en toegenomen arbeidsproductiviteit vormden een sterke stimulans voor de winstmarges van de Amerikaanse ondernemingen. Hierin zagen ondernemers voldoende aanknopingspunten om de bedrijfsinvesteringen op te voeren, ondanks het feit dat ze nog steeds kampen met een lage bezettingsgraad van hun productiecapaciteit. Europa De economische groei in Europa bleef, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk, achter bij het wereldwijd ingezette conjunctuurherstel. Zowel door de particuliere consumptie als de investeringsvraag bleef de economische groei laag in Continentaal Europa. Dit in tegenstelling tot de Britse binnenlandse vraag, die zeer goed op peil bleef, doordat de lage rente, mede door de forse stijging van de waarde van woningen, de consumptie sterk heeft gestimuleerd. Voor het Europese vasteland kwam vanuit de voorraadcyclus geen stimulans. Door de verrassend sterke buitenlandse vraag zagen ondernemers zich gedwongen de al lage voorraden verder af te bouwen. Het matig economisch herstel werd dan ook gedragen door de toegenomen netto uitvoer, ondanks het verlies aan concurrentiekracht door de fors duurdere euro. Dit kwam doordat het positieve effect van de aantrekkende wereldhandel zwaarder woog dan de druk van de gestegen euro op de export. Door de zwakke binnenlandse vraag nam de invoer verder af. Inmiddels zijn ook in Europa de economische vooruitzichten, dankzij de aantrekkende wereldhandel, verbeterd. Bovendien durven de regeringen langzamerhand meer pijnlijke maatregelen te nemen om de structuur van hun economieën te versterken. Azië Naast de Verenigde Staten ontpopten de Aziatische opkomende economieën zich gedurende 2003 tot een belangrijke groeimotor van de wereldeconomie. Vooral de economische ontwikkeling van China baarde opzien. Ondanks de zwakke wereldconjunctuur kende dit land een erg hoge exportgroei en een sterke vraag naar kapitaalgoederen en grondstoffen. De Aziatische buurlanden van China, waaronder Japan, konden hier sterk van profiteren. De Japanse economie heeft dan ook een jaar van herstel achter de rug. De tweede economie van de wereld ondervond vooral een impuls van de fors gestegen uitvoer, dankzij een sterke vraag naar Japanse goederen uit de rest van Azië en de Verenigde Staten. De interne vraag leverde daarentegen een geringe bijdrage. De bestedingen van de Japanse consument, die goed waren voor ruim 60% van de economische activiteit, namen slechts beperkt toe. De economie kreeg een sterkere stimulans uit groeiende bedrijfsinvesteringen mede als gevolg van de groeiende export. In het algemeen zal het mondiale economisch herstel de buitenlandse vraag naar Aziatische goederen blijven aanzwengelen waardoor de groeiperspectieven voor de regio aantrekkelijk zijn te noemen.


13

Obligatiemarkten In het afgelopen jaar is de kapitaalmarktrente per saldo licht gestegen. Met uitzondering van de periode net na het uitbreken van de oorlog in Irak toen de rente steeg, is in de eerste helft van het jaar de rente in zowel Europa als de Verenigde Staten gedaald. In de tweede helft van het jaar steeg de rente op basis van verbeterende economische vooruitzichten. De kapitaalmarkten in Europa lieten in 2003 een volgend beeld zien. In het eerste kwartaal werd de daling van de rente alleen onderbroken door het uitbreken van de oorlog in Irak. Deze daling was het gevolg van de aanhoudend zwakke vooruitzichten voor de Europese economieën. In de tweede helft van het jaar steeg de rente weer in navolging van de renteontwikkelingen in de Verenigde Staten. De signalen van een aantrekkende economische groei waren hier, net als in de Verenigde Staten, debet aan. Opvallend was dat de Amerikaanse rente vrijwel het gehele jaar, met uitzondering van het derde kwartaal, onder het Europese niveau lag. Dit terwijl in de Verenigde Staten de economische vooruitzichten gunstiger zijn (inflatiedruk) en de Verenigde Staten hoge tekorten op de handels- en betalingsbalans hebben. Per saldo steeg de tienjaarsrente in Nederland met zes basispunten van 4,23% naar 4,29% en de Duitse tienjaarsrente steeg 22 basispunten van 4,07% naar 4,29%. Aandelenmarkten De belangrijkste aandelenmarkten wisten wereldwijd, na drie jaren van koersdalingen op rij, het jaar met een positief rendement af te sluiten. In de eerste maanden van 2003 vierde pessimisme nog hoogtij. De dreigende oorlog in Irak zette de aandelenmarkten onder sterke neerwaartse druk. Dit had tot gevolg dat beleggers zich zorgen gingen maken over het moment van economisch herstel en de optredende verslechtering van de solvabiliteitspositie van banken en verzekeraars. Ook bedrijfsmatige incidenten, zoals bij Ahold, droegen aan het negatieve sentiment bij. Beleggers reageerden op al deze onzekerheden door aan de zijlijn te blijven. Het dieptepunt werd begin maart bereikt. Het relatief snelle einde van de oorlog in Irak leidde tot een opleving van het sentiment. Met het wegnemen van deze onzekerheid kreeg de markt weer oog voor het intussen verbeterde economische fundament. Daarnaast maakten beter dan verwachte bedrijfsresultaten de weg vrij voor een groeiend optimisme. De koersstijgingen die hierop volgden laten zich kenschetsen als een 'klassieke' herstelrally van cyclische sectoren zoals technologie, basismaterialen en duurzame consumptiegoederen. Per saldo was er wereldwijd sprake van een stijging op de belangrijkste aandelenmarkten. Gesteund door het krachtige herstel van de Amerikaanse economie, lieten in het afgelopen jaar alle sectoren van de brede S&P500-index per saldo een positieve koersontwikkeling zien. Na de aanvankelijke belangstelling voor meer defensieve sectoren zoals farmacie, voeding en detailhandel waren het toch de cyclische sectoren die uiteindelijk de boventoon voerden. De technologiesector profiteerde bovengemiddeld van het verbeterende sentiment. Er was nog geen sprake van substantieel aantrekken van de IT-investeringen, maar door eerder doorgevoerde kostenbesparingen leidde het herstel van de opbrengsten tot een sterke groei van de winstgevendheid. Opvallend was de hernieuwde interesse die beleggers toonden voor de goede groeivooruitzichten van e-commerce en online advertising gerelateerde aandelen. De sterke koersstijging van aandelen in deze sectoren werd op enige afstand gevolgd door de goede performance van conjunctuurgevoelige bedrijfstakken zoals duurzame consumptiegoederen, basismaterialen en kapitaalgoederen. De telecomsector liet een verdeeld beeld zien. Alhoewel de sector als geheel de slechtstpresterende was, behoorden aandelen van mobiele telecombedrijven tot de grootste stijgers. De technologierijke Nasdaq liet met een stijging van 50,0% een krachtig herstel zien. De Dow Jones-index steeg met 25,3% (in euro’s gemeten respectievelijk 24,6% en 4,1%).


14

De Europese beurzen bleven, ondanks een flinke inhaalrace in het laatste kwartaal, achter bij de ontwikkeling in de Verenigde Staten. Het economisch herstel kwam hier later op gang en de stijging van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar deed de concurrentiepositie van het Europese bedrijfsleven geen goed. Toch leidden het gestegen consumenten- en ondernemersvertrouwen tot een fors herstel van bedrijfswinsten. Cyclische sectoren die hier bovengemiddeld van profiteerden waren technologie, duurzame consumentengoederen, basismaterialen en kapitaalgoederen. De Europese telecomsector profiteerde van de verdergaande financiële herstructurering. Aandelen van banken en verzekeraars kregen het aanvankelijk zwaar te verduren, maar behoorden tot de sterkste stijgers in de tweede helft van het jaar. Defensieve consumentengoederen (voeding en dranken) en farmacie stelden teleur. Binnen Europa deed vooral de Duitse beurs het opvallend goed met een stijging van 37,1%; het relatief grote gewicht van conjunctuurgevoelige sectoren zoals kapitaalgoederen, financiële waarden en technologie droegen hieraan bij. De Nederlandse beurs presteerde, met een stijging van 4,6%, ver onder het gemiddelde. Belangrijkste oorzaken hiervan waren het boekhoudschandaal bij Ahold en de daling van de dollar die zwaar doorwerkte in de koersontwikkeling van de grote ‘multinationals’. Ook op de belangrijkste Aziatische aandelenmarkten zijn de koersen in 2003 gestegen. Na de aanvankelijke groeivertraging in de regio als gevolg van de verspreiding van de longziekte Sars, trad een krachtig herstel op. Dit positieve sentiment leidde op de Japanse aandelenmarkt tot een goede performance van cyclische sectoren. De aantrekkende vraag naar grondstoffen vanuit het snel groeiende China leidde tot een stijging van de prijzen. Aandelen in bijvoorbeeld de staal- en transportsector profiteerden van deze ontwikkeling. Beleggers toonden hernieuwde belangstelling voor Japanse bankaandelen, nadat de overheid, in tegenstelling tot eerdere berichten, toch aandeelhouders te hulp schoot nadat een bank in de problemen kwam. De Japanse consument hield de hand nog op de knip, waardoor binnenlands georiënteerde en meer defensieve sectoren zoals detailhandel, voeding en farmacie tot de relatieve achterblijvers behoorden. De scherpe stijging van de Japanse Yen na de G7-top in Dubai zorgde ervoor dat buitenlandse beleggers hun posities in Japanse aandelen van de hand deden. Met name aandelen in exportgerelateerde sectoren bleven daardoor in het tweede halfjaar achter bij het gemiddelde. Vastgoedbeleggingen, die in eerste instantie nog te lijden hadden van de (economische) gevolgen van Sars, waren samen met financiële waarden verantwoordelijk voor het forse herstel van de aandelenmarkt van Hongkong. Beleggingsbeleid Het beleggingsbeleid is een gezamenlijk beleid van de pensioenfondsen van Xerox (Nederland) B.V. en Xerox Manufacturing (Nederland) B.V. en is gebaseerd op de in 1998 door Fortis uitgevoerde Asset Liability Management-studie. Deze studie werd voor beide pensioenregelingen in z'n totaliteit in 2002 geactualiseerd. Het aandelenbelang is gedurende het jaar 2003 licht overwogen gehouden. Gedurende het jaar 2003 is er structureel een percentage van 8% aan liquide middelen aangehouden, omdat er de verwachting was dat er snel afgerekend diende te worden met AMEV betreffende het oude verzekeringscontract. Het belang in vastrentende waarden inclusief liquide middelen was licht onderwogen. Het totale rendement op aandelen was in 2003 zeer postief door een toename van het vertrouwen van de beleggers na de relatief korte oorlog in Irak. De vastrentende markt werd beheerst door een fluctuerende rente gedurende 2003. In 2003 zaten we onderwogen in de duration. Door stijgende koersen van de obligaties heeft dat in de eerste helft van 2003 een underperformance opgeleverd ten opzichte van de benchmark. Door een stijging van de kapitaalmarktrente in de tweede helft van het jaar heeft dit geleid tot een outperformance ten opzichte van de benchmark, maar in totaliteit resteerde toch een underperformance van de vastrentende waarden ten opzichte van de benchmark. Ontwikkeling van het vermogen De totale waarde van de beleggingsportefeuille per ultimo 2003 bedroeg €247.500.000 (2002: €252.900.000).


15

Asset allocatie De samenstelling van de strategische portefeuille ziet er als volgt uit. Structureel (%)

Minimum (%)

Maximum (%)

Vastrentende waarden

70

60

80

Zakelijke waarden

25

20

30

Garantieproducten

5

0

10

Liquiditeiten

0

0

10

Vermogensverdeling De werkelijke samenstelling van de portefeuille ziet er als volgt uit. 31 december 2002 (%)

31 december 2003 (%) Vastrentende waarden

62

73

Zakelijke waarden

25

22

Garantieproducten

5

5

Liquiditeiten

8

0

Performance Portefeuille (%) Vastrentende waarden

Benchmark (%)

Verschil (%)

3,96

3,91

0,05

25,58

23,76

1,82

Aandelen ex. Europa

7,51

8,91

-1,40

Garantieproducten

6,28

3,91

2,37

Liquiditeiten

1,72

-

-

Totaal

6,38

6,48

-0,10

Aandelen Europa *

* Het rendement behaald door de vermogensbeheerder vanaf 1 februari 2003 tot en met 21 december 2003.


16

Risicoherverzekering Ten behoeve van het overlijdensrisico worden jaarlijks de risicokapitalen verzekerd, waarbij ten hoogste een bedrag van €113.445 per verzekerde wordt verzekerd. Het risicokapitaal is gelijk aan de contante waarde van een direct ingaand partnerpensioen, verminderd met de ten behoeve van de betreffende deelnemer aanwezige voorziening voor ouderdoms- en partnerpensioen. Ten behoeve van het arbeidsongeschiktheidsrisico worden jaarlijks arbeidsongeschiktheidskapitalen verzekerd. Het arbeidsongeschiktheidskapitaal is gelijk aan de contante waarde van de jaarpremie benodigd voor de opbouw van de reglementaire aanspraken op ouderdoms- en partnerpensioen. Per deelnemer wordt maximaal een rente van €11.345 in aanmerking genomen in combinatie met een contante waarde van ten hoogste €226.890. Het totaal van het door het fonds te dragen overlijdens- en arbeidsongeschiktheidsrisico wordt door een stop-lossdekking beperkt tot 150% van de risicopremie eigen rekening met een minimum van €843.124. Verwachtingen 2004 Algemeen Ten aanzien van de wijze van financieren en de personeelsbezettingen worden voor 2004 geen wijzigingen verwacht. Pensioenen De werkgevers, Xerox Manufacturing (Nederland) B.V. en Xerox (Nederland) B.V., zijn gezamenlijk in 2003 een studie begonnen naar een nieuwe pensioenregeling. Vanwege de discussie over het prepensioen tusen het kabinet en de sociale partners is deze studie vertraagd. Het streven van beide werkgevers is nog steeds om tot één gezamenlijke pensioenregeling te komen. Beleggingen In het kader van het FTK, waarbij de pensioenverplichtingen op marktwaarde gewaardeerd moeten gaan worden, zal het beleggingsbeleid aangepast moeten worden. Het Investment Committee is in 2004 een studie begonnen naar de gevolgen van de invoering van het FTK.


17

3

Jaarrekening


18

3.1 Balans per 31 december 2003 (na bestemming van het resultaat) 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Beleggingen Aandelen en andere niet-vastrentende waardepapieren Obligaties en andere vaste of van de rentestand afhankelijke waardepapieren

60.449

56.633

130.128

159.575

9.779

9.891

Fictieve leningen

13.307

14.102

Garantieproduct

13.265

12.480

Leningen op schuldbekentenis

226.928

252.681

8.616

15.663

20.595

213

256.139

268.557

26.539

7.881

199.414

229.703

Herverzekering

17.991

17.991

Seps

11.705

11.705

490

1.277

256.139

268.557

Vorderingen en overlopende activa

Liquide middelen

Stichtingskapitaal en reserves

Technische voorzieningen

Overige schulden en overlopende passiva


19

3.2 Staat van baten en lasten 2003 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Beleggingsopbrengsten

14.565

-9.401

Bijdragen van werkgever en werknemers

21.625

15.175*

-40.393

-1.671*

-

-

Pensioenuitkeringen

-6.811

-5.593

Mutatie technische voorzieningen

30.289

-4.703

-560

-263

Premies herverzekering

-80

-133

Overige baten en lasten

23

-

18.658

-6.589

18.658

-6.589

Saldo overdrachten van rechten Uitkeringen herverzekeraar

Pensioenuitvoerings- en administratiekosten

Saldo van baten en lasten

Bestemming saldo Onttrekking/toevoeging aan beleggingsreserve

* Aangepast voor vergelijksdoeleinden vanwege een verschuiving van de FVP-bijdrage van het saldo overdrachten van rechten naar bijdragen werkgevers en werknemers.


20

3.3 Toelichting op de jaarrekening 2003 Doelstelling De Stichting heeft tot doel het uitvoeren van de pensioenregeling voor werknemers van Xerox Manufacturing (Nederland) B.V., gevestigd te Venray, en het uitkeren van toeslagen op pensioenen van gewezen werknemers van Xerox Manufacturing (Nederland) B.V. en nagelaten betrekkingen van overleden werknemers van Xerox Manufacturing (Nederland) B.V.. Algemeen Met ingang van het boekjaar 1998 zijn voor de Stichting de verslaggevingsvoorschriften van Titel 9, Boek 2 BW en de Richtlijn Pensioenfondsen van de Raad voor de Jaarverslaggeving van toepassing. De richtlijn biedt de mogelijkheid te kiezen uit twee methoden voor de presentatie van het vermogen. De Stichting heeft gekozen voor de fondsvermogenmethode. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen De activa en passiva worden opgenomen voor de nominale bedragen onder aftrek van waardeverminderingen in de vorm van een voorziening wegens verminderde volwaardigheid, tenzij hierna een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Vreemde valuta Alle activa en passiva luidend in vreemde valuta zijn omgerekend naar euro's tegen de per balansdatum geldende valutakoersen. Valutakoersverschillen ontstaan bij de omrekening van activa en passiva worden in de staat van baten en lasten verantwoord. Beleggingen Aandelen en andere niet-vastrentende waardepapieren Waardering geschiedt tegen beurswaarde ultimo boekjaar. Niet ter beurze genoteerde fondsen worden gewaardeerd tegen de geschatte opbrengstwaarde. Obligaties, leningen op schuldbekentenis, fictieve leningen en andere waardepapieren met een vaste of van de rentestand afhankelijke rente Waardering geschiedt tegen beurswaarde. Bij afwezigheid van een marktnotering, wordt de actuele waarde gesteld op de geschatte opbrengstwaarde, waarbij rekening wordt gehouden met de geldende marktrentepercentages. Bij de waardering van vastrentende beleggingen wordt rekening gehouden met debiteurenrisico’s. Garantieproduct Waardering van het garantieproduct geschiedt tegen beurswaarde danwel hogere garantiewaarde. Stichtingskapitaal en reserves Stichtingskapitaal De Stichting kent geen stichtingskapitaal.


21

Beleggingsreserve De beleggingsreserve geldt als buffer om waardedaling van de aanwezige beleggingen op te vangen. De beleggingsreserve is een gemaximeerde reserve. Het maximum wordt bepaald door de maximum dekkingsgraad omschreven in de ABTN. Technische voorzieningen Voorziening pensioenverplichtingen Bij de berekening van de voorziening pensioenverplichtingen is uitgegaan van de op de balansdatum geldende pensioenreglementen en de over de verstreken deelnemersjaren verworven aanspraken. De berekeningen zijn uitgevoerd op de volgende actuariële grondslagen en veronderstellingen: ▪ De indexering van de pensioenen geschiedt op basis van de Consumentenprijsindex Werknemersgezinnen met laag inkomen, referentieperiode oktober-oktober, voor zover deze toename de algemene CAO-loonontwikkeling bij de werkgever niet te boven gaat. De indexering wordt verleend voor zover de middelen van het fonds toereikend zijn. ▪ Er wordt uitgegaan voor mannen en vrouwen van de overlevingstafel GBM/V 1995-2000 met drie jaar leeftijdsterugstelling voor mannen en één jaar leeftijdsterugstelling voor vrouwen. Deze grondslagen zijn per 31 december 2003 geactualiseerd ▪ Er wordt uitgegaan van een rekenrente van 4%. ▪ Alle deelnemers worden gehuwd verondersteld. De reservering van het latent partnerpensioen geschiedt op basis van het bepaalde man/vrouw-systeem. ▪ De uitkeringen zijn continu betaalbaar verondersteld. ▪ Het leeftijdsverschil tussen man en vrouw is op drie jaar gesteld (man ouder dan vrouw). ▪ Ter dekking van de toekomstige uitvoeringskosten wordt een opslag van 2% gehanteerd. Vroegpensioen De vroegpensioenregeling is ingaande 1 januari 2002 gewijzigd van een beschikbaar premie systeem met een gegarandeerd maximum in een defined benefit regeling. Dat betekent dat vanaf eind 2002 een voorziening pensioenverplichtingen wordt vastgesteld in plaats van een opgebouwd kapitaal. De individuele voorziening pensioenverplichtingen van het vroegpensioen vanaf 31 december 2002 is minimaal gelijk aan het individueel opgebouwde kapitaal van het vroegpensioen per 31 december 2001. In het opgebouwde kapitaal van het vroegpensioen per 31 december 2001 was een kapitaal verdisconteerd wat toegekend is aan een aantal individuele deelnemers bij de wijziging van de pensioenregeling in 1996. Dit opgebouwde kapitaal per 31 december 2002 is actuarieel neutraal omgerekend naar een extra opgebouwd ouderdomspensioen in de 65+ regeling en is dus meegenomen in de stand van de voorziening pensioenverplichtingen vanaf 31 december 2002 van de 65+ regeling. Beleggingsopbrengsten Directe beleggingsopbrengsten Dit betreft de op obligaties en leningen op schuldbekentenis ontvangen interest en de op aandelen ontvangen dividenden onder aftrek van de kosten van vermogensbeheer. Indirecte beleggingsopbrengsten Dit betreft ongerealiseerde en gerealiseerde winsten en verliezen op obligaties, leningen op schuldbekentenis en aandelen. De gerealiseerde herwaardering is gelijk aan het verschil tussen de verkoopopbrengst en de balanswaarde aan het begin van het boekjaar.


22

Saldo overdrachten van rechten Dit betreft de ontvangst van of overdracht aan pensioenfonds of pensioenverzekeraar van respectievelijk de vorige en de nieuwe werkgever van de contante waarde van premievrije pensioenaanspraken van deelnemers die tot de ontslagdatum zijn opgebouwd. De ontvangen koopsommen worden aangewend voor de inkoop van extra dienstjaren.


23

3.4 Toelichting op de balans per 31 december 2003 Beleggingen De volgende mutaties hebben plaatsgevonden in de beleggingen.

Balanswaarde per 1 januari 2003 Aankopen, investeringen en verstrekkingen Verkopen en aflossingen Waardeverschillen en verkoopresultaten Balanswaarde per 31 december 2003

Aandelen

Obligaties

Fictieve leningen

Garantieproduct

Totaal

(x €1.000)

Leningen op schuldbekentenis (x €1.000)

(x €1.000)

(x €1.000)

(x €1.000)

(x €1.000)

56.633

159.575

9.891

14.102

12.480

252.681

77.879

344.982

-

-

-

422.861

-80.089

-374.542

-

-847

-

-455.478

6.026

113

-112

52

785

6.864

60.449

130.128

9.779

13.307

13.265

226.928

De effecten die in bezit zijn van Stichting Pensioenfonds Xerox Venray kunnen aan de Kas Bank, de custodian van de Stichting, uitgeleend worden ingevolge een verbruikleenovereenkomst met de Kas Bank. Ultimo 2003 is door de Kas Bank in totaal €17.846.000 (2002: €9.768.000) van de portefeuille van Stichting Pensioenfonds Xerox Venray uitgeleend. De Stichting ontvangt hiervoor een vergoeding. Vorderingen en overlopende activa De samenstelling van deze post luidt als volgt. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Lopende rente

3.875

5.624

AMEV

4.664

4.008

72

4.997

Premie Flextronics

-

992

Overlopende activa

5

42

8.616

15.663

Beleggingsdebiteuren

Totaal

Uit hoofde van de ABTN ontstaat er ultimo 2003 een vordering op Xerox Manufacturing (Nederland) B.V. van €1.213.350. De dekkingsgraad is eind 2003 113,31%.


24

Stichtingskapitaal en reserves Beleggingsreserve Het verloop is als volgt. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) 7.881

14.470

Onttrekking/toevoeging uit resultaat

18.658

-6.589

Balanswaarde per 31 december

26.539

7.881

Balanswaarde per 1 januari

Technische voorzieningen De samenstelling en het verloop van deze post luiden als volgt. Voorziening pensioenverplichtingen 65+ (x €1.000)

Voorziening pensioenverplichtingen vroegpensioen (x €1.000)

Balanswaarde per 1 januari

204.627

25.076

229.703

225.000

Mutatie technische voorzieningen

-27.164

-3.125

-30.289

4.703


177.463

21.951

199.414

229.703

Totaal 2003

Totaal 2002

(x €1.000)

(x €1.000)

Voorziening pensioenverplichtingen 65+ regeling eigen beheer De samenstelling van deze post luidt als volgt. 2003 (x €1.000)

2002 (x €1.000)

Deelnemers

88.232

113.290

Slapers

19.565

25.181

Pensioentrekkenden

69.666

66.156

177.463

204.627

Totaal


25

Overige schulden en overlopende passiva De samenstelling van deze post luidt als volgt. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Xerox Manufacturing (Nederland) B.V.

16

99*

Actuaris

27

33*

Accountant

45

38*

Consultants

20

20*

134

108*

-

827*

242

152*

6

-

490

1.277

Vermogensbeheer Pensioenadministratie Afdracht loonbelasting en premies Overige Totaal

* Aangepast voor vergelijksdoeleinden vanwege een uitsplitsing van overige schulden en overlopende passiva

Herverzekering en Seps Bij de overgang naar een nieuw herverzekeringscontract per 1 januari 2000 blijft een aantal slapers en gepensioneerden verzekerd bij AMEV Leven. Dit zijn personen die niet akkoord zijn gegaan met de overdracht van AMEV Leven naar de Stichting. Hiervoor wordt een rechtstreekse verzekering tussen AMEV Leven en Xerox Manufacturing (Nederland) B.V. gesloten. De waarde-overdracht is nog niet geëffectueerd, zodat er een schuld aan AMEV Leven is opgenomen.


26

3.5 Toelichting op de staat van baten en lasten 2003 Beleggingsopbrengsten De samenstelling van deze post luidt als volgt. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Directe beleggingsopbrengsten Aandelen

1.210

1.171

Obligaties

5.821

6.978


557

749

Fictieve leningen

529

563

-

359

-555

1.587

590

317

Garantieproduct Achterblijvers Overige

11.724

8.152 Indirecte beleggingsopbrengsten Aandelen

6.026

-27.466

Obligaties

113

5.556

-112

117

Fictieve leningen

52

840

Garantieproduct

785

161

Liquide middelen

-50

51


Kosten eigen beheer


6.814

-20.741

-401

-384

14.565

-9.401

27

Omzet De omzet (de bijdragen van werkgever, werknemers, overige bijdragen en de directe beleggingsopbrengsten) bedraagt €29.777.000. De Stichting voldoet aan het omzetcriterium, waardoor zij onder de bepalingen van titel 9, Boek 2 BW valt. Bijdragen van werkgever en werknemers De bijdragen zijn als volgt samengesteld. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Bijdragen flexibel vroegpensioen werkgever

1.925

2.193

Bijdragen flexibel vroegpensioen Flextronics

-

1.285

Bijdragen 65+ pensioen werkgever

2.501

1.139

Bijdragen 65+ aanvulling ingevolge ABTN

9.600

6.947

Bijdragen 65+ werknemers

1.079

966

-

2.553

112

92*

6.408

-

21.625

15.175*

Bijdragen 65+ Flextronics Bijdragen FVP Bijdragen inkoop 56+ regeling ** Totaal

* Aangepast voor vergelijksdoeleinden vanwege een verschuiving van de FVP-bijdrage van het saldo overdrachten van rechten naar bijdragen werkgevers en werknemers. ** Voor een groep ex-werknemers van Xerox Manuafacturing (Nederland) B.V. met een sociaal plan (56+ regeling) is de toekomstige pensioenopbouw in één keer ingekocht in 2003.

Saldo overdrachten van rechten Het saldo is als volgt samengesteld. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Overgenomen pensioenverplichtingen

28

76*

Overgedragen pensioenverplichtingen

-40.421

-1.747

Totaal

-40.393

-1.671*

* Aangepast voor vergelijksdoeleinden vanwege een verschuiving van de FVP-bijdrage van de overgenomen pensioenverplichtingen naar bijdragen werkgevers en werknemers.


28

Pensioenuitkeringen De samenstelling van deze post luidt als volgt. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Ouderdomspensioen

-5.290

-4.188

Partnerpensioen

-1.521

-1.405

Totaal

-6.811

-5.593

Mutatie technische voorzieningen De mutatie is als volgt samengesteld. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Mutatie voorziening pensioenverplichtingen 65+ Mutatie voorziening pensioenverplichtingen vroegpensioen Mutatie voorziening pensioenverplichtingen 65+ ten gevolge van nieuwe sterftegrondslagen Mutatie voorziening pensioenverplichtingen vroegpensioen tengevolge van nieuwe sterftegrondslagen Totaal

23.909

-5.431

3.189

728

3.254

-

-63

-

30.289

-4.703

Vanwege een wijziging in leeftijdscorrecties ontstaat er een vrijval in de voorziening pensioenverplichtingen, met name bij de voorziening pensioenverplichtingen van het partnerpensioen.


29

Mutatie voorziening pensioenverplichtingen Het verloop van de voorziening pensioenverplichtingen luidt als volgt. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) Balanswaarde per 1 januari Bijdragen: coming service en backservice koopsom

225.000

229.703 11.050

7.583

Interest

7.704

8.853

Sterfte

1.618

-520

Arbeidsongeschiktheid

-349

123

Mutaties

-362

-46

-38.976

-1.623

-7.254

-5.683

-

-2.228

-3.191

-

-529

-1.756

Saldo waarde-overdrachten Uitkeringen Conversie Nieuwe actuariële grondslagen Diversen


-30.289

4.703

199.414

229.703

Pensioenuitvoerings- en administratiekosten De samenstelling van deze post luidt als volgt. 2002 (x €1.000)

2003 (x €1.000) -280

-285

Consultants

-79

-88

Jaarwerk

-66

-52

Beheerskosten

-135

162

Totaal

-560

-263

Administratiekosten


30

4

Overige gegevens


31

4.1 Algemeen Reglement inzake financiering en uitvoering In de ABTN staat vermeld: “Indien de dekkingsgraad ultimo van een boekjaar minder bedraagt dan 115%, wordt het verschil tussen de feitelijke dekkingsgraad en 115% aangevuld door de werkgever middels een driejarige annuïteit tegen 4% rente. De eerste betaling geschiedt per 1 januari van het boekjaar volgend op het boekjaar waarin het tekort is geconstateerd. Indien de dekkingsgraad ultimo van een boekjaar groter is dan 130%, wordt het verschil tussen de feitelijke dekkingsgraad en 130% gerestitueerd aan de werkgever middels een driejarige annuïteit tegen 4% rekenrente. De eerste restitutie geschiedt per 1 januari van het boekjaar volgend op het boekjaar waarin het overschot is geconstateerd.” Actuariële verklaring De actuariële verklaring is weergegeven op pagina 34. Accountantsverklaring De accountantsverklaring is opgenomen op pagina 36.


32

4.2 Vaststelling Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Xerox Venray heeft de jaarrekening 2003 vastgesteld in de bestuursvergadering van 21 juni 2004.

Venray, 21 juni 2004 Stichting Pensioenfonds Xerox Venray Het bestuur:

De directie:

M.J.M. Frielinck, voorzitter

N. van Heesen, directeur

C.C.T. Peeters, secretaris


33

Actuariële verklaring De voorziening pensioenverplichtingen van Stichting Pensioenfonds Xerox Venray bedraagt per 31 december 2003: Voorziening pensioenverplichtingen (VPV)

€199.414.000

De VPV is aangeleverd door de administratie van het pensioenfonds en door ons gecontroleerd en akkoord bevonden. De opgave van de administratieve basisgegevens die aan de vaststelling van de VPV ten grondslag liggen is door de accountant gecontroleerd. De accountant is van oordeel dat deze opgave de administratieve basisgegevens met betrekking tot de actieve deelnemers die zijn gehanteerd bij de actuariële berekening van de voorziening pensioenverplichtingen juist en volledig weergeeft. Op basis van de geleverde gegevens is door ons een analyse van het resultaat uitgevoerd. Deze analyse is verantwoord in het actuarieel rapport. De VPV is gebaseerd op een rekenrente van 4% per jaar en op de overlevingstafels GBM/GBV 1995-2000 met een leeftijdsterugstelling van drie jaar voor de man en één jaar voor de vrouw. Bij de bepaling van de VPV voor het fonds wordt rekening gehouden met een opslag voor excassokosten van 2%. Op basis van de circulaire d.d. 30 september 2002 van de Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK) hebben wij de financiële positie van het pensioenfonds beoordeeld (de “PVK”-toets): Bedragen x €1.000 Aanwezig vermogen Af: VPV Af: reserve algemene risico’s (3,0%) Overdekking Af: reserve beleggingsrisico’s Reservetekort

-/-/-/-/-

225.953 199.414 5.982 20.557 32.505 11.948

De PVK verlangt dat elk fonds beschikt over een reserve voor algemene risico’s van 5% van de VPV. Indien bij het fonds prudentere grondslagen zijn gehanteerd dan de PVK verlangt, bijvoorbeeld zwaardere sterftegrondslagen, dan mag deze reserve kleiner zijn. Bij Stichting Pensioenfonds Xerox Venray worden recentere overlevingstafels gehanteerd en wordt voor mannen een hogere leeftijdsterugstelling toegepast dan de PVK voorschrijft. Derhalve is de reserve algemene risico’s bij het fonds vastgesteld op 3%. Bij de vaststelling van de reserve voor beleggingsrisico’s is uitgegaan van een buffer voor zakelijke waarden van 25% zoals beschreven in de brief van de Pensioen- & Verzekeringskamer d.d. 17 maart 2004.


34

Uit vorenstaande opstelling blijkt dat voor het pensioenfonds geen sprake is van een situatie van onderdekking, maar dat er wel sprake is van een reservetekort. In de actuariële –en bedrijfstechnische nota (abtn) staat beschreven dat als de feitelijke dekkingsgraad ultimo van een boekjaar minder bedraagt dan 115%, dan wordt het verschil tussen de feitelijke dekkingsgraad en 115% aangevuld door de werkgever door middel van een 3-jarige annuïteit tegen 4% rente. Amstelveen, 21 juni 2004

Watson Wyatt Brans & Co

Ch.J.A. Oor


35

Accountantsverklaring Opdracht Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2003 van de Stichting Pensioenfonds Xerox Venray te Venray gecontroleerd. De jaarrekening is opgesteld onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van de Stichting. Het is onze verantwoordelijkheid een accountantsverklaring inzake de jaarrekening te verstrekken. Werkzaamheden Onze controle is verricht overeenkomstig in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen met betrekking tot controleopdrachten. Volgens deze richtlijnen dient onze controle zodanig te worden gepland en uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen onjuistheden van materieel belang bevat. Een controle omvat onder meer een onderzoek door middel van deelwaarnemingen van informatie ter onderbouwing van de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. Tevens omvat een controle een beoordeling van de grondslagen voor financiële verslaggeving die bij het opmaken van de jaarrekening zijn toegepast en van belangrijke schattingen die het bestuur van de Stichting daarbij heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel. Oordeel Wij zijn van oordeel dat de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de grootte en de samenstelling van het vermogen op 31 december 2003 en van het resultaat over 2003 in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen voor de financiële verslaggeving en voldoet aan de wettelijke bepalingen inzake de jaarrekening zoals opgenomen in Titel 9 Boek 2 BW. Amstelveen, 21 juni 2004

KPMG Accountants N.V.


36

Fondsen Jaarverslag Stichting Pensioenfonds Xerox Venray

Recommend Documents