Deelnemersbijeenkomst
Stichting Pensioenfonds Xerox Verslag Huidige vergadering Datum 20 maart 2014 Locatie Bedrijfsrestaurant Xerox Breukelen
Volgende vergadering
Duur 17:00 – 19:00 Voorzitter S. Zeverijn
Deelnemers - Deelnemers pensioenfonds - Bestuur pensioenfonds - Medewerkers pensioenbureau - Notuliste
Datum
Duur
Locatie
Voorzitter
Afmeldingen vanuit bestuur
Punt 1
Opening De heer S. Zeverijn opent de vergadering en heet iedereen welkom. De agenda wordt kort toegelicht.
2
Mededelingen Met dank aan de facilitaire dienst voor de gastvrijheid, heeft de heer S. Zeverijn nog een aantal huishoudelijke mededelingen betreffende het verloop van de avond. De diverse leden van het bestuur worden voorgesteld en er wordt een toelichting gegeven op de opbouw van het pensioenfonds qua deelnemers en qua leeftijdsopbouw.
3
Algemene pensioenontwikkelingen Middels een presentatie geeft de heer S. Zeverijn inzicht in de werkzaamheden van het bestuur van het pensioenfonds. Hij vraagt extra aandacht voor het onderwerp “bevordering pensioenbewustzijn”: het bestuur is van plan een focusgroep op te richten, om beter te begrijpen wat er leeft bij de deelnemers aan het pensioenfonds en om de invloeden die daar vandaan kunnen komen, te kunnen verwerken in het beleid. Diegenen die interesse hebben om hieraan deel te nemen, kunnen hun contactgegevens achterlaten. Vragen? Deelnemer 1 Die overheidsmaatregel om de pensioenopbouw te verminderen, daar staat tegenover dat mensen veel ouder worden. Ik heb die discussie nooit helemaal
Pagina 1 van 9
begrepen. Hoe zit dit nu precies? Antw. S. Zeverijn: die 1,875% pensioenopbouw is een financiële rem. Dat is een grens die gesteld is. Je mag niet meer premie inleggen om pensioen op te bouwen. De hoeveelheid pensioen die je ermee kunt opbouwen, is weer gerelateerd aan de levensverwachting. Die kunnen we op dit moment bepalen, maar als we met zijn allen veel ouder worden, dan kon het weleens zo zijn, dat we die 1,875% opbouw niet waar kunnen maken. Dat is voor jongere generaties een bijzonder vervelend punt. Je kon vroeger 2,25% opbouwen. De premie was aftrekbaar voor de inkomstenbelasting, maar in de uitkeringsfase werd de uitkering belast. De belastingaftrek werd dus weer ingehaald door de belastingheffing. In feite heeft de regering die belastingheffing nu naar voren gehaald, maar dat hebben ze niet vermeld. Deelnemer 2 Maar dat vermindert het rendement op de langere termijn. Je gaat steeds grotere tekorten creëren. Als je een hoge inleg hebt, en een uitgestelde belastingclaim, dan heb je over die hogere inleg een hoger rendement. Antw. S. Zeverijn: procentueel zal het rendement niet afhangen van de hoeveelheid die je inkoopt, maar later is er wel meer terug te halen. Deelnemer 2: dan moet je ook meer belasting betalen, maar ook je netto uitkering wordt hoger. Antw. S. Zeverijn: de huidige deelnemers zullen zich bewust moeten zijn van de effecten van, een lagere opbouw. Hoe het gaat met de levensverwachting, dat weten we. Die stijging is waarschijnlijk niet ten einde. De stijging van de levensverwachting van lage en hoge inkomens valt voor de eerste groep minder hoog uit. Terwijl ze er in procenten hetzelfde aan betaald hebben. Deelnemer 3 We gaan op latere leeftijd met pensioen. Is het mogelijk om een overbruggingspensioen op te bouwen, zodat je eerder kunt stoppen met werken? Antw. S. Zeverijn: iedereen kan zelf bepalen wanneer hij/zij met pensioen gaat. Maar dat betekent dat het inkomen uit arbeid vervangen wordt door inkomen uit pensioen. Wat doe je dan met het gat dat zit tussen stoppen met werken en het moment dat je AOW gaat ontvangen? In 2005 heeft de regering bepaald dat de mogelijkheden hiervoor verboden zijn. Men vreesde dat een (te) groot deel van het werkzame potentieel ermee zou stoppen. Toen heeft men een harde grens getrokken. Alleen mensen geboren vóór 1950 mogen in een pensioenregeling meedoen met pensioenleeftijd 62. Alle anderen kregen pensioenleeftijd 65. Deelnemer 4 Het pensioenakkoord met de regering, daar begrijp ik uit dat de leeftijd om met pensioen te gaan, steeds hoger wordt. Hoe volgt het pensioenfonds dit? Gaan jullie hierin mee? Dan zou je meer geld over moeten houden. Antw. S. Zeverijn: de aanspraken die tot nu toe stonden voor een uitkering op 65jarige leeftijd, zijn omgerekend naar een uitkering op 67-jarige leeftijd. Die omrekening houdt rekening met diverse factoren en dat levert op latere leeftijd een wat hoger pensioen op. Alle aanspraken die men vanaf heden opbouwt, worden berekend op een hogere pensioenleeftijd. Deelnemer 4: jullie volgen dus de regering per 01.01.14.
Pagina 2 van 9
Antw. S. Zeverijn: het is te onpraktisch als je als fonds met verschillende leeftijden te maken krijgt. De sociale partners maken afspraken over de toekomstige opbouw en daarna volgt de wetgeving. Deelnemer 4: zijn er nog meer afspraken in het pensioenakkoord waar we wat van gaan merken? Antw. S. Zeverijn: het Witteveen kader (opbouwpercentage) is nu akkoord bevonden in zowel Eerste als Tweede kamer. Dat gaat dus nu gelden. Het opbouwpercentage wordt verlaagd naar 1,875% bij een pensioenleeftijd van 67 jaar. Deelnemer 5 De pensioenleeftijd wordt verhoogd naar 67 jaar. De AOW gaat in op 65 jaar en een, twee maanden. Dat betekent voor veel mensen dat ze een vervroegd pensioen moeten aanvragen. Antw. S. Zeverijn: ja, dat klopt, maar het heeft in geld geen gevolgen. Deelnemer 5: maar dan heb je geen goed overzicht meer voor die periode. Antw. S. Zeverijn: op de leeftijd van 67 jaar klopt het wel. Aan die tussenperiode proberen we wat te doen om dit inzichtelijk te maken. We hebben een pensioenplanner die het mogelijk maakt om te berekenen wat het pensioen wordt. Op dit moment wordt die pensioenplanner omgebouwd, waardoor dit zichtbaar kan worden gemaakt. Deelnemer 5: dat moet iedereen dus gaan doen. Antw. S. Zeverijn: iedereen kan dit berekenen via dit systeem. Antw. R. Smeets: als u de heer Bert Huijts belt, kan hij dit ook perfect voor u uitrekenen. Wij hebben ook niet om die verhoging gevraagd, maar als we het op 65 jaar hadden laten staan, had het ook niet geklopt. Deelnemer 5: nu is het 65 jaar en een maand voor de AOW; waarom zijn jullie daar niet in mee gegaan? Antw. S. Zeverijn: het zou administratief een enorme klus zijn om dat te doen. Deelnemer 5: ik denk dat dat softwarematig prima op te lossen zou zijn. Antw. N. van Heesen: u heeft gelijk dat het voor u prettiger zou zijn, maar voor ons is dit heel lastig te realiseren. Daarbij komt dat er waarschijnlijk nog een aanpassing komt vanuit de regering. Stel dat we dit doen, dan heb je de kans dat er daarna weer een aanpassing komt. Dat is administratief ondoenlijk. Daarom hebben we gekozen voor 1 pensioenleeftijd vanaf 67 met een tool om een berekening te kunnen maken. We hebben hier bewust voor gekozen, ook qua kosten. Als we maatwerk moeten doen voor iedereen, krijgen we een probleem aan de kostenkant. Dit kabinet heeft bedacht om de AOW-leeftijd op te schuiven met maanden. Als ze hierbij nagedacht hadden wat het voor de uitvoering zou betekenen, hadden ze het misschien in 1x naar 67 gebracht. Ik besef dat het lastig is, maar deze overweging is gemaakt vanuit kostenoogpunt. Deelnemer 6
Pagina 3 van 9
Ik denk niet dat het kabinet nog lager gaat zitten of dat de pensioenleeftijd weer omhoog gaat. Antw. N. van Heesen: In het regeerprogramma staat heel duidelijk dat dit wel gaat gebeuren. Ze gaan versneld naar 67 jaar. Daar wil men in een paar stappen naar toe. Antw. S. Zeverijn: men wilde zelfs naar 1,75% opbouw, maar daar zijn veel bezwaren tegen gekomen. Het aantal mensen dat werkelijk de 42 dienstjaren vol maakt, dat komt bijna niet meer voor. Deelnemer 7 Er is veel te doen in pensioenland. Dat heeft niet direct mijn belangstelling. Ik heb mijn pensioen in de jaren zeventig opgebouwd onder de toen geldende arbeidsvoorwaarden. In hoeverre loop ik mee in het nieuwe beleid en de nieuwe regels? Antw. S. Zeverijn: dat is een buitengewoon interessant terrein. Een van de problemen bij de discussie over nieuw beleid is in hoeverre de regels van toepassing zijn op oude afspraken. Daar is nog geen antwoord op gevonden. Een van de zaken die de laatste jaren is besproken, is in hoeverre het realistisch is om een pensioen op een vast niveau toe te zeggen. Dan zou er buitengewoon conservatief belegd moeten worden. Gegeven de toch wel moeilijke financiële markten is dat heel moeilijk gebleken. Dat kon prima in tijden met grote buffers, maar die buffers zijn er niet meer. Het pensioenfonds Zorg & Welzijn neemt bijvoorbeeld meer risico’s en deed het goed de laatste twee jaar. De keerzijde is dan wel dat het ook verkeerd kan gaan. Dat heet een reëel pensioen. Bij een nominaal pensioen wordt een vast bedrag toegezegd. Korten wordt beschouwd als een noodmaatregel. Het reële pensioen is niet ingevoerd, omdat de discussie daarover nog niet afgelopen is. Men weet het niet. We weten nog niet hoe het gaat. Als er hier iets uitkomt dat geldt voor alle aanspraken, dan krijgen we ongetwijfeld te maken met bezwaren van gepensioneerden. 4.
Ontwikkelingen Stichting Pensioenfonds Xerox De heer N. van Heesen neemt de presentatie van de heer S. Zeverijn over en gaat door op de ontwikkelingen bij Stichting Pensioenfonds Xerox. Hij gaat kort in op de renteontwikkelingen, de behaalde rendementen, de gestegen levensverwachting, de dekkingsgraad en de korting. Hij legt uit wat een en ander voor de deelnemers gaat betekenen. Deelnemer 8 Het is al een paar jaar bekend dat de onroerend goed markt ingestort is. Waarom zijn jullie er niet uitgestapt? Antw. N. van Heesen: we zitten in niet-genoteerd onroerend goed. Een aantal jaren geleden bleek uit een studie, in de goede tijd, dat het een goed idee was om in onroerend goed te stappen. Wij hebben hier te maken met gesloten fondsen, dit wil zeggen, je kunt er wel uit, maar alleen als iemand anders het van je over neemt. Achteraf gezien is het geen goede keuze geweest. Toen was het een bewuste keuze in 2005/2006. In de tijd dat de aandelen het slecht deden, deed onroerend goed het prima. Op de langere termijn zit je redelijk, maar de laatste jaren deed onroerend goed het slecht. Wellicht dat het beter gaat in de toekomst. Deelnemer 8: in die tijd had je wel opgeklopte balansen.
Pagina 4 van 9
Antw. N. van Heesen: we kunnen er helaas niet uit, we zitten hier vast in het systeem. Deelnemer 9 Wat zijn vastrentende waarden? Antw. N. van Heesen: dat zijn obligaties. Wij beleggen in obligaties van bedrijven, credits en High Yield. Daarnaast hebben we onze renteafdekking en een grote portefeuille in Swaps. Deelnemer 10 Worden die aankopen door een bureau gedaan of doen jullie dat zelf? Antw. N. van Heesen: dat doen we niet zelf. Wij doen een Asset Liabbility Management Study (ALM). Je kijkt dan naar je beleggingen en je kijkt naar je verplichtingen. Je zoekt daarbij de ideale mix. Welke premie is acceptabel voor de financiering van de pensioenregeling, welke risico’s loop je, wat is de verwachte indexatie en dan ga je op zoek naar de ideale verdeling. Als je dat gedaan hebt, heb je een structurele mix. Daarna ga je kijken welke vermogensbeheerders je nodig hebt. Wij gaan zelf geen aandelen selecteren. Dit fonds heeft als benadering dat we voor het merendeel passief beleggen. We volgen de benchmark en nemen geen actieve risico’s ten opzichte van de benchmark. Die benchmark zou bijvoorbeeld de AEX kunnen zijn; wij hebben voor aandelen een Europese benchmark, een Noord Amerikaanse benchmark en een emerging market benchmark. Deelnemer 11 Trekken jullie aan de bel als het slecht gaat? Antw. N. van Heesen: ja, we monitoren de beleggingen heel strikt. Wij volgen de vermogensbeheerders op de voet. Als het slecht gaat gaan we met ze praten. Blijkt dat het langer slecht gaat, dan zouden we er afscheid van kunnen nemen. Dat kunnen we bij alle vermogensbeheerders, behalve bij onroerend goed. Deelnemer 12 Er zijn nu allerlei ontwikkelingen, zeker op het gebied van de rente, die de aandacht vragen. Denk bijvoorbeeld aan de rente in Amerika. Er zijn allerlei ontwikkelingen en bij het fonds is de rente voor 60% afgedekt. Wordt er overwogen daar wat aan te doen? Antw. N. van Heesen: Het pensioenfonds neemt geen risico’s. Als je je renteafdekking naar beneden bij stelt, moet je er heel zeker van zijn dat de rente omhoog gaat. In een herstelperiode geldt ook dat je het risicoprofiel niet mag wijzigen. Je mag de renteafdekking wel verlagen, maar dan moet je ergens anders risico’s wegnemen. De afgelopen jaren zaten we gevangen in de regels van DNB. Je kunt niet heel actief acteren in de beleggingsmarkt, omdat je niet meer risico mag nemen. Die spelregels van DNB wordt het toetsingskader genoemd, op basis waarvan DNB de pensioenfondsen toetst. Men is al jaren bezig met het formuleren van een nieuw toetsingskader en het blijkt nu dat dit er waarschijnlijk ook niet per 01.01.15 gaat komen. DNB wil een zwaarder toetsingskader, waardoor de kosten omhoog gaan. De regering wil echter geen hogere kosten, dus dit wordt nog een hele klus. Per 01.01.15 hoeven we niet te gaan korten, omdat 2014 een overgangsjaar is.
Pagina 5 van 9
Het zou ook zo maar kunnen zijn dat we misschien indexeren. Deelnemer 13 Hoe weet je dat nu? Dat je gaat indexeren? Antw. N. van Heesen: het zou kunnen, ik beloof niets. Maar in ieder geval gaan we niet korten. Voor het inhalen van korting moet het bestuur nog beleid formuleren. Dat is op dit moment nog een theoretisch verhaal. Deelnemer 14 Hoe is het eigenlijk met de betalenden, die de pot op moeten brengen? Neemt dat aantal toe? Of neemt het af? Antw. N. van Heesen: dat aantal neemt af. Wij hebben een kapitaaldekkingssysteem. Bij de AOW is het zo, dat door de actieven premie wordt ingelegd en dat wordt meteen uitgekeerd aan de AOW-gerechtigden. Bij een kapitaaldekkingssysteem spaar je samen voor de pensioenen. Het is niet zo dat de huidige actieven voor jullie pensioen betalen. Dat zou ook niet kunnen: er zijn relatief weinig actieven ten opzichte van slapers en gepensioneerden. Deelnemer 15 Waarom mag je boven de 100.000 euro niets opbouwen? Er zijn een aantal mensen die dat makkelijk op zouden kunnen brengen. Antw. N. van Heesen: dat is een politieke keuze; een naar voren halen van belastinginkomsten. Het niet meer fiscaal aftrekken van de pensioenpremie voor pensioenopbouw boven de 100.000 euro. Deelnemer 15: maar dat is toch geen punt? Dat doen ze toch wel. Antw. N. van Heesen: maar ze willen nu in 1x herstellen, om te laten zien dat het goed gaat met de economie. Ze gaan nu maatregelen toepassen die direct effect hebben. Vragen die leven 1. Waarom hoeven andere pensioenfondsen niet te korten? Vorig jaar heeft ons pensioenfonds niet hoeven te korten en anderen wel. Als je afgelopen jaar gekort hebt, start je dit jaar met een dekkingsgraad van 104,1%. Dan is er een grote kans dat je dit jaar niet hoeft te korten. Er zijn nog veel meer andere redenen: andere leeftijdsopbouw, andere keuzes gemaakt qua beleggingen. Het kan zijn dat er meer risico is genomen door een lagere renteafdekking. Er zijn een heleboel argumenten te bedenken. Het bestuur van dit pensioenfonds heeft vorig jaar in een uitgebreide sessie gesproken over “wat willen we nu?”. Streven we naar absoluut niet korten, met het risico dat je aan de onderkant een hele grote korting toepast, of wil je een zo laag mogelijke korting hebben met een kans op herstel? Het bestuur heeft gekozen voor een defensieve benadering. 2. Zijn wij niet te klein? Nee, we zijn niet te klein. Er zijn hele grote pensioenfondsen die hebben moeten korten. Groot zijn is geen garantie dat het beter gaat. 3. Waarom gaat de pensioenpremie omlaag? De maximale premie van 35% is naar een vaste premie van 30% gegaan
Pagina 6 van 9
voor 5 jaar. De korting gaat over het opgebouwd pensioen; de premie over de toekomstige opbouw. 4. Waarom nu een nieuwe pensioenregeling? Dit is hoofdzakelijk ingegeven door de overheid, met de verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar. Ook het opbouwpercentage speelde mee. Er waren ook wensen vanuit de Amerikaanse werkgever. Vandaar de nieuwe regeling. 5. Laten we de solidariteit los? Nee, deze regeling is gebaseerd op solidariteit. Ook in rendementen zijn we solidair; we delen de beleggingen en we delen met elkaar dat we ouder worden en soms eerder overlijden. 5.
Vragen Deelnemer 16 Is er weleens contact met andere pensioenfondsen? Antw. N. van Heesen: ja, ik heb twee maandelijks overleg met andere directeuren van pensioenfondsen, Sako kent ook vele pensioenfondsen. De Pensioenfederatie is een club waarvan we lid zijn. Dus er is heel veel contact. Deelnemer 17 Jullie hebben al een aantal vragen beantwoord. Ik wil nog even naar de visie binnen pensioenland. Er zijn binnen de Europese Commissie plannen voor het pensioenstelsel. Die zijn heel kwalijk voor ons pensioensysteem. Nu hebben een aantal partijen die versobering toegepast, maar er zijn ook partijen die heel proEuropees denken. Is er al een idee wat de consequenties kunnen zijn? Antw. N. van Heesen: ik weet van de plannen, maar op dit moment is er weinig over te zeggen. Het is zeker, dat de toekomst onzeker is. Het is ook zeker dat kabinet niet betrouwbaar is voor de komende jaren. Deelnemer 17: we hebben op 22 mei 2014 Europese verkiezingen; dus ik vraag hier een stemadvies. Antw. N. van Heesen: dat geef ik u niet. N. van Heesen Ik kreeg in de pauze nog de volgende vraag: ik heb een vroegpensioen. Wordt daar nu ook iets mee gedaan? Heb ik een gat? Mijn antwoord daarop is dat het pensioen van diegenen die een vroegpensioen hebben en onder de oude regeling vallen, gewoon doorloopt tot 65 jaar. Uw nieuwe pensioen gaat in op 65 jaar. Een probleem is de AOW, maar daar kunnen wij niets aan doen. Deelnemer 18 Jullie hebben opnieuw prima uitgelegd hoe de ontwikkelingen zijn gegaan, mijn complimenten daarvoor, maar er zijn ook zorgpunten. Als ik kijk naar de ontwikkelingen bij de werkgever, en ik plaats dat in een iets langer tijdskader, is het aantal actieve deelnemers fors omlaag gegaan. 1/5 deel van de deelnemers is actief. Ik heb niet de verwachting dat dit de komende jaren anders zal worden, dat het eerder verder zal afnemen. We worden meer en meer een uitkeringsfonds. Als we kijken naar de vergrijzing binnen het fonds, die is bovengemiddeld. Als we kijken naar de werkgevers, dan zien we dat die zich terug trekken. Daar kan geen
Pagina 7 van 9
beroep meer op worden gedaan. De overgang naar de CDC-regeling levert een reductie in de premiebijdrage van 5% op. Die premie is nauwelijks een middel van betekenis. Als je naar deze ontwikkelingen kijkt en naar de performance, dan zie je dat we wel gehouden zijn aan het gehanteerde beleggingsbeleid, maar dat we al vijf jaar lang onder de benchmark zitten. Zo’n 6%. Als je alles bij elkaar telt en je kijkt naar de toekomst, hoe kijkt het bestuur dan aan tegen de mogelijkheid van zelfstandig herstelvermogen? Antw. N. van Heesen: je noemt een aantal punten en je hebt terecht een aantal constateringen gedaan, die duidelijk zichtbaar waren. Je ziet hier een landelijke trend en wij zijn er niet uniek in. Als je naar de langere termijn kijkt, moet je kritisch blijven en je afvragen of het pensioenfonds een toegevoegde waarde heeft. Dat hebben we gedaan de afgelopen twee jaar met een studie. De conclusie was dat dit pensioenfonds nog steeds een weg is om te bewandelen. Wat het herstellend vermogen betreft: dan moet ik in een glazen bol gaan kijken en kan ik weinig mee. Deelnemer 18: ik had ook geen concreet antwoord verwacht. Dat wil ik ook niet. Ik wilde deze punten in een landelijke context plaatsen om aan te geven dat je, naast het kijken naar het eigen fonds, ook naar de mogelijkheden en opties extern moet kijken. Antw. N. van Heesen: dat klopt, daar kijken we continu naar. Samen gaan met andere pensioenfondsen bijvoorbeeld, en zo moet je open staan voor andere ontwikkelingen zoals het initiatief van een algemeen pensioenfonds. Deelnemer 19 Je noemt de onzekerheden die op het pensioenfonds af komen. Ondanks dat is het nog steeds voor alle Xerox medewerkers verplicht om deel te nemen aan het fonds. Je zou aan de jongeren kunnen vragen of ze nog wel willen deelnemen. Er zijn tenslotte nog andere mogelijkheden. Is daar over nagedacht? Antw. N. van Heesen: daar is niet expliciet over nagedacht, maar wel in algemene zin. Dat initiatief voor een focusgroep is bedoeld om te meten en te proeven wat er onder de deelnemers over dit soort onderwerpen leeft. Ik weet dat het een actueel onderwerp is, dat op de politieke agenda staat van veel jongerenorganisaties. Het is een heel ingewikkeld onderwerp. Als je de solidariteit los laat tussen jong en oud, dan kan dat ook op hele andere gebieden gevolgen krijgen, zoals bijvoorbeeld de kinderopvang. Dat is een hele ingewikkelde discussie. Deelnemer 19: dit pensioenfonds heeft geen omslagstelsel, dus die solidariteit is niet zo zeer van toepassing op de inleg van iedereen. Antw. N. van Heesen: die solidariteit is wel van toepassing. Wij kennen een doorsneepremie. Dat betekent dat jongeren iets meer betalen dan de kostendekkende premie. Ze betalen meer dan eigenlijk voor hen nodig is. De ouderen betalen iets minder. Daar zit een stuk solidariteit in en dat kan je niet zomaar los laten. Deelnemer 20 Ik heb twee algemene vragen. Met welke vermogensbeheerders werken jullie? Antw. N. van Heesen: met een heleboel, bijvoorbeeld Statestreet, Blackrock, Aberdeen, Pimco, ING Real Estate.
Pagina 8 van 9
Deelnemer 20: hebben jullie gedacht aan bedrijfsobligaties met een hoog dividend? Antw. N. van Heesen: onze beleggingen zijn opgebouwd op basis van de ALMstudie. We kijken naar het best passende. Je kunt niet zomaar iets inkopen. Wij zijn lange termijn beleggers. Deelnemer 21 Je vraagt aan ons om 2,6% in te leveren. Ik vind dit geen fijn bericht en Xeroxonwaardig. Dit is de eerste keer dat we salaris in moeten leveren. Bent u solidair en levert u ook 2,6% in? Antw. N. van Heesen: ik lever geen salaris in. Onze regeling is sterk versoberd. Ik vind het heel vervelend en heb met pijn in het hart die brief moeten schrijven. Het raakt ons allen. Wij leveren ook 2,6% in, maar wij hebben nog een langere horizon. We moeten deze maatregel nemen, het is ook opgelegd door DNB. Xerox heeft in het verleden fors bijgestort voor de regeling, maar heeft vanaf 2006 duidelijk gezegd dat er niet meer bijgestort wordt. Dat past ook wel in deze tijd, omdat Xerox het ook moeilijk heeft. Deelnemer 21: de meeste mensen die in deze zaal zitten hebben een pensioenstatement waarin staat dat “tot aan de dood dat bedrag wordt gegeven”. Antw. N. van Heesen: dat hebben we er niet op geschreven. Een en ander stamt uit de goede tijd en ik realiseer me best dat er in het verleden een ander beeld is geschept. We hebben de hand in eigen boezem gestoken en vroegtijdig gewaarschuwd dat het ook anders kon worden. Xerox stort niet meer bij. We leveren allemaal in. Onze regeling ziet er al een stuk slechter uit dan die van de mensen die eerder vertrokken zijn. Deelnemer 22 De dekkingsgraad is boven de 100%. Het fonds is dus gezond, alleen verlangt de overheid een ander percentage. Waarom? Antw. N. van Heesen: dat is het toetsingskader waar we ons aan hebben te conformeren. Deelnemer 23 Is het bekend dat tijdens een programma van Brandpunt in de Markt, is aangegeven dat beleggingsinstanties behoorlijk malafide zaken hebben? Antw. N. van Heesen: dat programma is mij niet bekend. Wij doen zaken met gerenommeerde vermogensbeheerders, grote partijen, die regelmatig getoetst en gecertificeerd worden, dus daar is mij niets van bekend. 6.
Sluiting Met dank aan alle deelnemers aan de bijeenkomst en nogmaals een oproep om aan te melden voor de focusgroep, sluit de heer N. van Heesen de vergadering.
Pagina 9 van 9