FILMMUZIEK MAGAZINE
PINO DONAGGIO In gesprek met de Italiaanse componist van Oorlogswinter ENNIO MORRICONE Al 80 jaar en still going strong DE 150 VAN SCORE Zes redacteuren kiezen 150 combinaties van film en muziek NUMMER 150 – 37ste JAARGANG – DECEMBER 2008 1
Score 150 December 2008 37ste jaargang ISSN-nummer: 09212612 Het e-zine Score is een uitgave van de stichting Cinemusica, het Nederlands Centrum voor Filmmuziek Informatienummer: +31 050-5251991 E-mail:
[email protected]
Hoofdredactie: Paul Stevelmans
FILMMUZIEK MAGAZINE REDACTIONEEL Op uw computerscherm ziet u nu Score 150. Voor ons een mijlpaal. 150 nummers waarvan de laatste vijf alweer online gepresenteerd, na 145 gedrukte exemplaren. Om aan dit heuglijke feit enige ruchtbaarheid te geven heeft de redactie besloten u een lijst met 150 bijzondere films en hun muziek te presenteren. Of moeten we misschien zeggen: 150 scores en hun films? U vindt de lijsten te beginnen op pagina 6.
En wie had gedacht dat een Nederlandse film de kerstdagen in de bioscopen zou gaan domineren? Oorlogswinter van Martin Koolhoven is al enkele weken lang de meest bezochte film in Redactie: Henk Maassen, de theaters. Bij het online gaan van dit nummer staat de teller al dichtbij de 500.000 bezoekers. Met de componist van deze Albert Pouw, Paul bestseller sprake Score en het verslag van dit gesprek treft u Stevelmans, Sijbold Tonkens, Robert op de volgende pagina‟s aan. Een andere Italiaan die maar Valkenburg, Julius J.C. van geen ophouden weet, is Ennio Morricone. De maestro Wolthuis werd vorige maand 80 en gaat onverstoord verder met het componeren van prachtige filmmuziek. Eindredactie: Paul Stevelmans
Vormgeving: Paul Stevelmans
Met dank aan: Pino Donaggio, Paolo Steffan, Monique van Schendelen, BFDfilm
Veel leesplezier met dit jubileumnummer. Daarnaast wensen we u een gezond en luisterrijk 2009.
INHOUDSOPGAVE
3 Interview met Pino Donaggio 6 De 150 van Score 19 Ennio Morricone 80 jaar! 21 Boekbespreking: How the West Was Sung 23 Cd-recensies 2
PINO DONAGGIO OVER ZIJN MAGISCHE SCORE VOOR OORLOGSWINTER Vroeg of laat moest Jan Terlouws bestseller Oorlogswinter uit 1972 een keer worden verfilmd voor het grote doek. Na lang wachten was het uiteindelijk Martin Koolhoven die er met de filmbuit vandoor ging. Dat de in stemmige, blauwgrijze tinten gefilmde oorlogsbelevenissen van de jonge Michiel van Beusekom zo´n groot succes zouden worden in de vaderlandse bioscopen is een verrassing gebleken. Voor de score koos Koolhoven de Italiaanse componist Pino Donaggio, misschien toch nog wel het meest bekend als huiscomponist van Brian De Palma. Score sprak met de Italiaanse componist over de totstandkoming van de score en het uiteindelijke resultaat. Het komt niet vaak voor dat in de Nederlandse pers uitvoerig melding wordt gemaakt van het in dienst nemen van een componist voor een film, maar eind augustus van dit jaar konden we allemaal in de pers lezen dat Martin Koolhoven voor zijn verfilming van Oorlogswinter een persoonlijke favoriet, te weten Pino Donaggio (foto), had weten te strikken. Nog geen twee weken later werd de score daadwerkelijk opgenomen met het Bulgaars Symfonisch Orkest in Sofia. Over zijn beweegredenen Donaggio te vragen vertelde Koolhoven dat hij sinds films als Dressed to Kill (1980) en Blow Out (1981) de gangen van de Italiaan had gevolgd en altijd van plan was geweest hem ooit te vragen voor een van zijn eigen films. Een passend project voor de in Venetië geboren en nog steeds in deze stad woonachtige componist bleek met Oorlogswinter een feit. Jong talent Donaggio (1941) over de eerste contacten met de Nederlandse regisseur: ʽMartin kende enkele van de scores die ik heb gecomponeerd voor Brian De Palma, Joe Dante en Dario Argento. Daarom besloot hij contact met mij te leggen in de vaste veronderstelling dat we goed zouden samenwerken.ʼ Nadat Donaggio het scenario gelezen had wilde hij Martin Koolhoven graag ontmoeten. De regisseur reisde met de film af naar Donaggio‟s woonplaats, alwaar de componist erg onder de indruk raakte van het acteren van de jonge Martijn Lakemeier in de rol van Michiel. Deze acteerprestatie en de visie van Koolhoven op de muziek trokken hem over de streep de muziek te gaan componeren. Wat trok hem zo aan in het scenario? ʽIn de eerste plaats het verhaal, maar ook mijn voorliefde om te werken met jonge talentvolle regisseurs heeft een rol gespeeld. Op internet
3
kon ik zien wat Martin voorheen allemaal heeft gemaakt en dat beviel me wel. Het is duidelijk dat we elkaar al tot op zekere hoogte kenden, voordat we elkaar werkelijk ontmoetten …..ʼ Een oorlogsfilm in een typisch Hollands landschap compleet met alomtegenwoordige sneeuw, dat is geen film waaraan je de naam van Pino Donaggio meteen verbindt. Donaggio was bij de première in november jongstleden aanwezig, maar daarvoor had hij ons land nog nooit bezocht. Welke associaties heeft hij met Nederland? ʽDe gebruikelijke zoals fietsen, kaas en diamanten (die laatste komt van mijn vrouw, ik geloof dat ze iets van plan is ….). Het bijzondere voor mij is dat Nederland het land is van Van Gogh. Ik ben een kunstliefhebber en verzamelaar – mijn dochter bezit twee galerieën in Venetië – en ik heb altijd het Van Gogh Museum willen bezoeken. Overigens ben ik als Venetiaan altijd nieuwsgierig geweest naar de grachten in Amsterdam, want deze stad staat bij ons bekend als het Venetië van het Noorden.ʼ Emotionele ontwikkeling Oorlogswinter is niet Donaggio´s eerste oorlogsscore. ʽIk heb eerder muziek geschreven voor de vierdelige Amerikaanse serie Rescuers: Stories of Courage van regisseurs Tim Hunter en Lynne Littman. Dat was de eerste keer dat ik muzikaal uitdrukking moest geven aan het lijden van Joodse mensen wat ik deed door enkele nostalgische evenals dramatische fragmenten te componeren. Ook heb ik de score geschreven voor Il carniere, een Italiaanse film die zich afspeelt in Joegoslavië ten tijde van de Balkanoorlog.ʼ Wat Oorlogswinter betreft gingen Koolhoven en Donaggio anders te werk: ʽEr is weinig muziek voor de oorlog zelf omdat Martin de emotionele ontwikkeling van Michiel centraal stelde zoals zijn ambivalente houding ten opzichte van zijn vader en zijn fascinatie voor zijn oom. Beide relaties leiden tot
een dramatische climax aan het einde van de film.ʼ Op de vraag of het schrijven voor een oorlogsfilms anders is dan andere films merkt Donaggio op: ʽIedere film staat op zichzelf waardoor je steeds weer een specifieke sleutel dient te zoeken. Ik ben begonnen als klassiek violist met twaalf jaar muziekacademie en vervolgens een carrière van zeventien jaar als popmuzikant, dus dankzij deze muzikale achtergrond denk ik mij vrij makkelijk te kunnen aanpassen aan verschillende muziekstijlen.ʼ Over de totstandkoming van de score vertelt Donaggio: ʽIk ben direct na lezing van het scenario en enkele notities van Martin begonnen met schrijven. Ik concentreerde me eerst op een thema voor de hoofdpersoon, de jonge Michiel, waarbij ik probeerde te benadrukken hoe 4
hij zijn onschuld langzaam verliest wat toch de voornaamste verhaallijn in de film is. Vervolgens richtte ik mij op enkele cruciale scènes zodat er een eerste versie gereed kwam voor de gehele film. Ten slotte vervolmaakte ik deze versie totdat de montage voltooid was.ʼ Over de samenwerking met Koolhoven is Donaggio meer dan tevreden. ʽIk kreeg totale vrijheid inclusief de keuze welke scènes muziek moesten krijgen. Toch vroeg ik Martin om raad gedurende het componeren. Hij kwam me tweemaal in Venetië opzoeken samen met zijn editor en naaste medewerker Job Terburg en producente Els van de Vorst. Job en Els zochten ons ook in Rome op toen we de score aan het mixen waren. De samenwerking met Martin (rechts op de foto met Donaggio) was fantastisch en ik hoop dat we in de toekomst opnieuw zullen samenwerken.ʼ Kleuren De film is rijk gevuld met muziek. Naast de nodige ingehouden composities is er genoeg muziek voor de vele actiescènes en momenten van dreigende spanning. ʽAllereerst is er het hoofdthema van Michiel dat in verschillende variaties terugkeert. Een tweede thema is gewijd aan de relatie van de jongen met zijn vader en een derde thema betreft zijn relatie met zijn oom. De rest van de score is meer sfeermuziek met nu en dan een portie actie.ʼ De twee belangrijkste muzikaal ondersteunde fragmenten bevinden zich aan het einde van de film wanneer we zelfs koorzang horen. Deze koorzang behelst feitelijk de stem van een jongen die volgens Donaggio Michiel personifieert. ʽEr zijn in principe drie solistische kleuren. De belangrijkste is een jongensstem die Michiels onschuld verklankt. Verder is er een piano voor de gedeelten waarin Michiel in gedachten verzonken is en als derde is er een bijzondere harp waarvan het timbre precies geschikt leek voor de scènes in de bossen.ʼ Donaggio is van mening dat de relatie met de regisseur en de inspiratie die van de beelden uitgaat de twee belangrijkste ingrediënten voor het componeren van filmmuziek vormen. ʽAls deze twee samenvallen, kan ware magie ontstaan. Ik geloof dat we dit hebben bereikt met Oorlogswinter. Ik ben echt van mening dat dit een van mijn beste scores is. Ik hoop dan ook dat de score wordt uitgebracht op cd en als download wordt aangeboden, maar over geen van beide opties heb ik zeggenschap.ʼ Inmiddels is de cd-release een feit: vorige week bracht Fu Works de cd uit wegens het enorme succes van de film (zie ook de recensie op p. 27). Veel bezoekers willen een tastbare herinnering aan de film en aldus vliegen de boeken – waaronder een filmeditie – en mogelijk ook de cd‟s als warme broodjes over de toonbank. PS 5
DE 150 VAN SCORE Dubbele meesterwerken Muziek en film zijn neefjes van elkaar, misschien zijn het zelfs wel broers of zusters. Ze zijn in ieder geval genetisch verwant. Want ga maar na: zowel klank- als beeldreeksen bewegen zich beide in de tijd. De een maakt gebruik van dialogen en scènes, de ander van tonen en orkestrale kleuren. En beide, oneerbiedig gezegd, met hetzelfde effect, want net als muziek kent film momenten van spanningsopbouw en ontspanning, van forte, piano en crescendo. In het ideale geval zijn ze onlosmakelijk met elkaar verbonden en versterken of verrijken ze elkaar. Dat hadden kunstenaars al vrij vroeg in de gaten: eigenlijk nog voordat er zoiets als film bestond. Het idee van het totale kunstwerk (Gesamtkunstwerk) zoals Richard Wagner dat voor ogen stond (in onze tijd, zo stel ik me altijd voor, zou Wagner een soort Francis Ford Coppola of Akira Kurosawa zijn geweest) berustte op de gedachte dat drama, acteer- en zangkunst, decor en muziek aaneengesmeed meer zijn dat de som der delen. Ook het idee van programmatische muziek liep vooruit op wat later filmmuziek zou worden. Dat soort muziek bestond weliswaar al – luister maar naar Beethovens Pastorale – maar kwam aan het eind van de negentiende eeuw tot volle wasdom toen laatromantici als Richard Strauss en Franz Liszt hun zogenaamde symfonische gedichten schiepen: visuele kunst met akoestische middelen. Toen Strauss zijn Don Quichot en zijn Tijl Uilenspieghel van een leidmotief voorzag (zoals Wagner dat voor hem ook al had gedaan), leverde hij daarmee een richtsnoer waaraan ook hedendaagse filmcomponisten zich nog altijd houden. Maar film is geen opera en ook geen symfonisch gedicht. De één op één relatie tussen muziek en beeld (nog in zwang in de periode van de zwijgende film) is grotendeels verlaten. Filmmuziek is meer een zaak van „hoe-bereik-ik-dat-het-publiek-in-de-juiste-stemmingkomt‟ geworden: in die zin heeft film de belofte van het Gesamtkunstwerk niet waargemaakt en zou Wagner zich misschien wel helemaal niet hebben thuis gevoeld in de moderne cinema. Dat neemt niet weg dat er scores en films bestaan die zo onverbrekelijk met elkaar verbonden zijn dat je je de één niet zonder de ander kunt voorstellen. In deze 150ste aflevering van Score presenteren de redacteuren elk een lijst van 25 filmische meesterwerken, die zonder hun meesterlijke muziek minder meesterlijk waren geweest. HM 6
JULIUS WOLTHUIS Hieronder staat mijn rijtje van 25 heel goede scores waarbij filmbeeld en muziek onafscheidelijk met elkaar verbonden zijn. Nummer 1 is niet beter dan nummer 25. Alle 25 titels zijn anders, heel verschillend. Allen hebben één ding gemeen: de film zonder deze muziek is niet voor te stellen. Het is een eenheid, met elkaar verbonden. Bij het zien van deze films met de bijbehorende muziek smelt ik weg. Hieronder de titels met een kleine toelichting. 01. Once Upon a Time in the West (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone (foto), 1968). Eerst was er de muziek van Morricone, Leone “componeerde” de beelden erom heen. Het ultieme gevoel dat de beelden zonder deze muziek niet gemaakt hadden kunnen worden. 02. The Good, the Bad and the Ugly (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1966). Idem, ik ben een Morricone-fan. 03. A Fistful of Dollars (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1964). Die trompet …………… 04. For a Few Dollars More (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1965). En die gitaar …… 05. The Mission (r.: Roland Joffé – m.: Ennio Morricone, 1986). Bijzondere avonturenfilm met De Niro en heel bijzondere passende muziek van Morricone met dat steeds terugkerende hobothema. 06. Novecento (r.: Bernardo Bertolucci – m.: Ennio Morricone, 1976). Magistraal Italiaans familie-epos door Morricone‟s muziek omhoog getild. 07. The Lord of the Rings (r.: Peter Jackson – m.: Howard Shore, 2001-2003). Beste film ooit, zonder deze muziek niet denkbaar. Shore levert een muzikaal meesterwerk af. 08. Romeo & Juliet (r.: Franco Zeffirelli – m.: Nino Rota, 1968). Met het mooiste liefdesthema ooit. 09. The Piano (r.: Jane Campion – m.: Michael Nyman, 1993). Ik hou van Nyman‟s minimal music, dit is een voorbeeld hoe je met een minimum aan akkoorden een film positief kan beïnvloeden. 10. Under Fire (r.: Roger Spottiswoode – m.: Jerry Goldsmith, 1983). Indrukwekkende oorlogsfilm met dat steeds terugkerend hoofdthema van Goldsmith. 11. Agnes of God (r.: Norman Jewison – m.: Georges Delerue, 1985). Na Morricone de beste Europse filmcomponist. Zijn klassieke achtergrond gebruikte hij hier om religieuze muziek te maken. Goddelijk mooi.
7
12. The Third Man (r.: Carol Reed – m.: Anton Karas, 1949). Mooi Harry Lime theme, onafscheidelijk behorend bij deze spannende klassieker. 13. Heat (r.: Michael Mann – m.: Elliot Goldenthal, 1995). Zeer spannende politiefilm met De Niro en Pacino. Rauwe muziek van Goldenthal en hemelse klanken van Lisa Gerrard passen naadloos. 14. Fantasia (r.: Walt Disney – m.: klassiek, 1940). Schitterend voorbeeld van klassieke thema‟s met bijpassende tekenfilmfiguren, een Disney-mirakel. 15. Het geheim van Delft (r.: Maurits Binger – m.: Henny Vrienten, 1917). Mooie minimal thema‟s van Henny Vrienten bij deze stomme film, in 1998 opnieuw door hem gecomponeerd. De muziek ondersteunt bescheiden en niet nadrukkelijk de beelden. 16. Barry Lyndon (r.: Stanley Kubrick – m.: klassiek, 1975). Fantastisch gebruik van klassieke muziek van Schubert, Mozart, Bach, Vivaldi, Händel in dit meesterwerkje van Kubrick. 17. West Side Story (r.: Robert Wise en Jerome Robbins – m.: Leonard Bernstein, 1961). Bernstein was zijn tijd ver vooruit met zijn jazzy moderne score en vele hits. 18. Ben-Hur (r.: William Wyler – m.: Miklós Rózsa, 1959). Rózsa hoort thuis in zo‟n rijtje als de componist van epische scores. Marsmuziek en optrekkende legers: imposant! 19. Peter Gunn (r.: Blake Edwards – m.: Henry Mancini, 1958). Baanbrekend: deze jazzmuziek in deze tv-serie. 20. Basic Instinct (r.: Paul Verhoeven – m.: Jerry Goldsmith, 1992). Dat hoofdthema: zenuwslopend als je dat telkens weer hoort. 21. Koyaanisqatsi (r.: Godfrey Reggio – m.: Philip Glass, 1982). Passende muziek bij deze documentaire met experimentele beelden. 22. Kaos (r.: gebroeders Taviani – m.: Nicola Piovani, 1984). Piovani‟s intieme klanken in dit Italiaanse drama. 23. Jonathan Livingston Seagull (r.: Hal Bartlett – m.: Neil Diamond, 1973). Unieke combinatie van zang van Diamond en het leven van die zeemeeuw. 24. Urga (r.: Nikita Mikhalkov – m.: Eduard Artemyev, 1991). Gebruik van inheemse muziek uit Mongolië. 25. Himalaya (r.: Eric Valli – m.: Bruno Coulais, 1999). Gebruik van inheemse muziek uit Tibet.
8
HENK MAASSEN Mijn lijstje in willekeurige volgorde: Amarcord (r.: Federico Fellini – m.: Nino Rota, 1973) Rota‟s muziek is het vehikel waarop de film drijft; muziek die de krochten van Fellini‟s heerlijk onbetrouwbare geheugen verkent. Toen ik buiten kwam nadat ik hem voor het eerst had gezien lag er een pak sneeuw: onvergetelijk. Chinatown (r.: Roman Polanski – m.: Jerry Goldsmith, 1974) Dit is een van de beste scores ever. Dat Polanski het ingewikkelde scenario zo „gemakkelijk‟ kon vertellen is mede te danken aan Goldsmith, die ons voortdurend in de juiste mood houdt. Solaris (r.: Andrej Tarkovski – m.: Eduard Artemyev, 1972) Toen ik deze film voor het eerst zag (tijdens een middelbareschoolproject) vlogen de lege flessen door de bioscoop en dreigden verveelde leerlingen de tent af te breken: al die tijd bleef ik ademloos zitten kijken en luisteren. Ik begreep er niets van, maar wat een overrompelende film en wat een magische, elektronische soundtrack! Halloween (r.: John Carpenter – m.: John Carpenter, 1978) Nog meer elektronische muziek. Hoe een simpel melodietje diepe angsten kan wakker roepen (en dat nog altijd doet). Local Hero (r.: Bill Forsyth – m.: Mark Knopfler, 1983) The Third Man (r.: Carol Reed – m.: Anton Karas, 1949) Les vacances de monsieur Hulot (r.: Jacques Tati – m.: Alain Romans, 1953) Driemaal: hoe een simpel melodietje de toon kan zetten voor een hele film. „Waarom horen we een deuntje als we in Saint-Marc op het strand wandelen. Taa-ta-ta-ta--ti-ta-taa. Welke snaar in ons is de Tati-snaar? Wat wil een mens als hij vijftig jaar na de film door Saint-Marcsur-Mer struint? Een teletijdmachine? (…) Wat wil je? Je kindertijd terug? Vakantie aan zee? Net als in de film? Of gewoon, niet te veel werkelijkheid?‟ Dat schrijft Ann Meskens in haar prachtige boek over Tati. Barry Lyndon (r.: Stanley Kubrick – muziek bewerkt door: Leonard Rosenman. Werk van o.a. The Chieftains, Händel, Schubert, Vivaldi, 1975) Kubrick verkoos meestal bestaande muziek, soms aangevuld met originele composities. Nooit slaagde hij daar beter in dan met deze film. I’m Not There (r.: Todd Haynes – m.: Bob Dylan, 2007) Nog een film met „bestaande‟ muziek. De beste film van 2008 is diep, droefgeestig, zeer ontroerend en soms tragikomisch, en doet op een bepaald moment iets wat ik voor onmogelijk hield: het schitterend verbeelden van muziek die ik al mijn halve leven ken. The Thin Blue Line (r.: Errol Morris – m.: Philip Glass, 1988) Nog een verzoening: met Philip Glass. Wiens muziek ik altijd haatte, totdat Errol Morris, briljant documentairemaker, mij dit voorschotelde …. 9
Singin’ in the Rain (r.: Stanley Donen en Gene Kelly – m.: Nacio Herb Brown, 1952) In een rijtje als deze mag een musical niet ontbreken. Lang heb ik getwijfeld tussen The Band Wagon, An American in Paris en Singin’ in the Rain. Die werd het, want hij gaat per slot over het maken van film en muziek/geluid. Mulholland Dr. (r.: David Lynch – muziek: Angelo Badalamenti, 2001) Psycho (r.: Alfred Hitchcock – m.: Bernard Herrmann, 1960) Vertigo (r.: Alfred Hitchcock – m.: Bernard Herrmann, 1958) Drie scores die alle bewijzen dat een regisseur die zijn publiek de stuipen op het lijf wil jagen of wil meevoeren in een „andere wereld‟ (met andere woorden: wil manipuleren), niets is zonder een goede componist die hem helemaal begrijpt. Lesmateriaal voor elke filmcomponist, editor of regisseur. Kaos (r.: gebroeders Taviani – m.: Nicola Piovani, 1984) Ascenseur pour l’échafaud (r.: Louis Malle – m.: Miles Davis, 1958) Once Upon a Time in the West (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1968) The Cook the Thief His Wife & Her Lover (r.: Peter Greenaway – m.: Michael Nyman, 1989) Muziek als handelsmerk. Viermaal overtreft de score bijna de film, en bij de derde ben ik niet helemaal zeker of dat niet ook echt gebeurt ... On the Waterfront (r.: Elia Kazan – m.: Leonard Bernstein, 1954) Schitterende film, geweldige score: perfecte eenheid. Berlin Alexanderplatz (r.: Rainer Werner Fassbinder – m.: Peer Raben, 1980) Fassbinder werkte veel met Raben; nooit was hun samenwerking vruchtbaarder. Wat een serie, wat een muziek. Lawrence of Arabia (r.: David Lean – m.: Maurice Jarre, 1962) Kent iedereen, commentaar overbodig. E.T. (r.: Steven Spielberg – m.: John Williams, 1982) John Williams is vaak wat teveel van het goede, maar hier weten hij en Spielberg ons emotioneel zo in te pakken, dat we met een brok in de keel zachtjes nahuilen. Naked Lunch (r.: David Cronenberg – m.: Howard Shore en Ornette Coleman, 1991) Gewaagd als alles van Cronenberg, maar hier gaat hij voor het eerst en het laatst ook ver in de muziek: moest-ie vaker doen. L'odeur de la papaye verte (r.: Tran Anh Hung – m.: Tôn-Thât Tiêt, 1993) Kent u niet, zegt u? Huren! Orfeu Negro (r.: Marcel Camus – m.: Luiz Bonfà en Antonio Carlos Jobim, 1959) Film en muziek maakten dat Brazilië zich definitief in mijn verbeelding nestelde. Ik moet het nog steeds checken op zijn werkelijkheidsgehalte. 10
ROBERT VALKENBURG Sodom and Gomorrah (r.: Robert Aldrich – m.: Miklós Rózsa, 1962) Met deze film is destijds mijn belangstelling en liefde voor film en filmmuziek begonnen. Taras Bulba (r.: J. Lee Thompson – m.: Franz Waxman, 1962) De componist schreef eerst de bolero, hierna filmde de regisseur de beelden op de muziek. Ik heb het over de indrukwekkende scène The Ride to Dubno. Gladiator (r.: Ridley Scott – m.: Hans Zimmer, 2000) Door de muziek word je door de gehele film meegesleept (soms met geweld). Search for Paradise (r.: Otto Lang – m.: Dimitri Tiomkin, 1957) In deze film is het hoogtepunt de zeer wilde en gevaarlijke tocht in een rubberboot over de waterversnellingen van de Indus rivier. Dit wordt nog eens versterkt door de muziek. Land of the Pharaohs (r.: Howard Hawks – m.: Dimitri Tiomkin, 1955) De meer dan tien minuten durende openingsscène – de triomfintocht van de farao – is zeer imposant, wat nog eens duidelijk versterkt wordt door de marsmuziek van Tiomkin. Major Dundee (r.: Sam Peckinpah – m.: Christopher Caliendo, 2005 restored version) Toen ik de muziek voor het eerst beluisterde, vond ik het eigenlijk maar niets en had ik er spijt van dat ik de cd aangeschaft had. Maanden later zag ik de film in combinatie met de nieuwe muziek en werd ik direct enthousiast over het resultaat. De film is dankzij deze muziek beter tot zijn recht gekomen. The Fall of the Roman Empire (r.: Anthony Mann – m.: Dimitri Tiomkin, 1964) Deze film evenals de muziek behoort tot mijn grote favorieten en wordt dan ook regelmatig bezien en beluisterd. Dit geldt ook voor de volgende film. How the West Was Won (r.: John Ford, Henry Hathaway, George Marshall, Richard Thorpe – m.: Alfred Newman, 1962) This Is Cinerama (r.: Merian C. Cooper – m: Max Steiner, Howard Jackson, Roy Webb, Paul Sawtell, Leo Shuken, 1952) Voor deze films reis ik elk jaar in maart naar Bradford, Engeland om ze in hun originele vorm te kunnen zien en te genieten van de muziek die in 7-kanaals stereogeluid is opgenomen en ook zo wordt weergegeven. El Cid (r.: Anthony Mann – m.: Miklós Rózsa, 1961) Volgens muziekwetenschappers behoort deze muziek tot het beste wat ooit voor een film is geschreven. De muziek is één geheel met de film, maar kan ook beluisterd worden in dezelfde vorm als een zelfstandig muziekepos. 11
Highlander (r.: Russell Mulcahy – m.: Michael Kamen, 1986) Heel indrukwekkend is de scène waarin de Highlander – die het eeuwige leven heeft – zijn vrouw ouder ziet worden en uiteindelijk ziet sterven. Deze scène wordt ondersteund door de song Who Wants to Live Forever van Queen. Basic Instinct (r.: Paul Verhoeven – m.: Jerry Goldsmith, 1992) De muziek is alleen bij die beelden te horen waar het echt nodig is. Dit kom je alleen tegen bij een perfectionist zoals Paul Verhoeven. Pirates of the Caribbean trilogie (r.: Gore Verbinski – m.: Klaus Badelt, Hans Zimmer, 20032007) Op de soms woeste golven van de muziek vaar je mee met de piraten over de zeven zeeën. Så som i himmelen (r.: Kay Pollak – m.: Stefan Nilsson, 2004) Prachtige muziek met als hoogtepunt Gabriella’s Song. Sleeping Beauty (r.: Clyde Geronimi – m.: George Bruns, 1959) Misschien hoort deze (animatie)film niet thuis in dit rijtje. De filmbeelden zijn gemaakt op de balletmuziek van Tsjaikovski, die prachtig bewerkt is door componist George Bruns. Far and Away (r.: Ron Howard – m.: John Williams, 1992) John Williams mag bij mij niet ontbreken. Deze bijzondere muziek past goed bij de beelden en roept een aparte sfeer op. The Man Who Knew Too Much (r.: Alfred Hitchcock – m.: Bernard Herrmann, 1956) North by Northwest (r.: Alfred Hitchcock – m.: Bernard Herrmann, 1959) De soms dreigende muziek weet de spanning duidelijk te verhogen in deze films. Heel origineel is de compositie van de verzonnen operascène in The Man Who Knew Too Much. The Wonderful World of the Brothers Grimm (r.: George Pal – m.: Leigh Harline, 1962) Het is gewoon heerlijke muziek om naar te luisteren bij het zien van de prachtige beelden. Voor mij is het muzikale hoogtepunt bij de dansbeelden van het sprookje The Dancing Princess (zie afbeelding). Soldaat van Oranje (r.: Paul Verhoeven – m.: Rogier van Otterloo, 1977) Zeer indrukwekkende muziek bij een indrukwekkende film. The Wild Bunch (r.: Sam Peckinpah – m.: Jerry Fielding, 1969) Muziek die erg sfeerbepalend is in de film. Spartacus (r.: Stanley Kubrick, Anthony Mann – m.: Alex North, 1960) Cleopatra (r. Joseph L. Mankiewicz – m.: Alex North, 1963) Tot slot mag één van mijn favoriete componisten niet ontbreken. De films Spartacus en Cleopatra hebben een muzikale band met elkaar. De gecomponeerde muziek voor Spartacus, die uiteindelijk toch niet in de film te horen is, is uiteindelijk toch terechtgekomen in Cleopatra.
12
SIJBOLD TONKENS 1. Ben-Hur (r.: William Wyler – m.: Miklós Rózsa, 1959) Een meesterwerk, zowel de film als de score. 11 Oscars. De pauken die het tempo van de galeislaven aangeven zijn indrukwekkend. 2. The Ten Commandments (r.: Cecil B. DeMille – m.: Elmer Bernstein, 1956) Het splijten van de Rode Zee blijft een klassieker. Bernsteins muziek doet daar niet voor onder. 3. Under Fire (r.: Roger Spottiswoode – m.: Jerry Goldsmith, 1983). Panfluiten en gitaar ondersteunen de oorlog in Nicaragua. Goldsmith´s mooiste goed in het gehoor liggende score. 4. Novecento (r.: Bernardo Bertolucci – m.: Ennio Morricone, 1976) Een van Ennio‟s mooiste werken. 5. Somewhere in Time (r.: Jeannot Szwarc – m.: John Barry, 1980) Barry‟ mooiste. 6. Death on the Nile (r.: John Guillemin – m.: Nino Rota, 1978) Het tempo van de raderboot wordt door de muziek ondersteund met een schitterend thema. 7. Morte a Venezia (r.: Luchino Visconti – m.: Gustav Mahler, 1971) Beste combi van klassieke muziek bij een film. Als ik Mahler hoor, zie ik Venetië weer. 8. Once Upon a Time in the West (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1968) Klassieker! De muziek was er eerder dan de film. 9. Fiddler on the Roof (r.: Norman Jewison – m.: Jerry Bock, 1971) Favoriete musical.
10. Psycho (r.: Alfred Hitchcock – m.: Bernard Herrmann, 1960) Vergeet je nooit weer, de douchescène met het mes blijft angstaanjagend door de violen van Herrmann. 11. Lawrence of Arabia (r.: David Lean – m.: Maurice Jarre, 1962) Lean - Jarre was altijd een goede combinatie. De zinderende hitte van de woestijn wordt in de muziek hoorbaar. 13
12. Gone With the Wind (r.: Victor Fleming – m.: Max Steiner, 1939) Over klassiekers gesproken ... hoort in ieders verzameling. Zowel de film als de muziek. 13. The Good, the Bad and the Ugly (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1966) Wereldwijd beroemdste westernthema. 14. Rebecca (r.: Alfred Hitchcock – m.: Franz Waxman, 1940) Hitchcock was een meester in het maken van spannende films. De muziek doet meestal de spanning. Waxman op zijn best. 15. Conan the Barbarian (r.: John Milius – m.: Basil Poledouris, 1982) Zijn grote doorbraak. Prachtig koorwerk, pompeuze muziek met mooie thema‟s. Conan als slaaf aan een tredmolen wordt muzikaal legendarisch ondersteund. 16. La Piovra 2 (tv-serie) (r.: diversen – m.: Ennio Morricone, 1985) Zo klinkt de maffia dus. 17. A Star Is Born (r.: George Cukor – m.: Harold Arlen, 1954) Vooral de songs door Judy Garland zijn prachtig. The Man That Got Away vind ik de mooiste song aller films. 18. Star Wars (r.: George Lucas – m.: John Williams, 1977) Een symfonie voor film. 19. Star Wars: Epsode V – The Empire Strikes Back (r.: Irvin Kershner – m.: John Willams, 1980) De tweede Star Wars-film is nog beter dan de eerste. Een meesterwerk. The Imperial March is Williams op zijn best. 20. Jaws (r.: Steven Spielberg – m.: John Williams, 1975) Cello‟s die voortdurend twee noten achtereen spelen en daar een pakkende score van maken is toch knap. Dit thema symboliseert de haai. 21. Metti una sera a cena (r.: Giuseppe Patroni Griffi – m.: Ennio Morricone, 1969) 17 x 3 noten achtereen spelen in dezelfde volgorde en daar een mooi thema uit halen: dat is geniaal (volgens Armando Trovajoli). 22. The Great Escape (r.: John Sturges – m.: Elmer Bernstein, 1963) Prachtige oorlogsscore, je moet de film er ook bij kennen. Ook een aanrader. 23. The Mission (r.: Roland Joffé – m.: Ennio Morricone, 1986) Hij had die Oscar toen moeten krijgen. 24. Masada (r.: Boris Sagal – m.: Jerry Goldsmith, 1981) Tv-serie over Jodenvervolging door de Romeinen (die volgende maand op dvd verschijnt) met een Joods getinte score. 25. 2001: A Space Odyssey (r.: Stanley Kubrick – m.: diversen klassiek, 1968) An der schönen blauen Donau van Johann Strauss jr. is een wals die prachtig een traag bewegend ruimteschip muzikaal begeleidt.
14
ALBERT POUW Ik heb mijn keuze op volgorde van jaargang vermeld omdat het bijna onmogelijk is om een rangschikking van nummer 1 tot 25 aan te geven. Van alle films geldt voor mij dezelfde motivatie: de films vormen een geheel met de gecomponeerde muziek. De componisten voelden feilloos aan waar in de film muziek nodig is om de beelden te ondersteunen, zonder dat het teveel van het goede zou worden. King Kong (r.: Ernest B. Schoedsack en Merian C. Cooper – m.: Max Steiner, 1933) Gone With the Wind (r.: Victor Fleming – m.: Max Steiner, 1939) The Song of Bernadette (r.: Henry King – m.: Alfred Newman, 1943) The Best Years of Our Lives (r.: William Wyler – m.: Hugo Friedhofer, 1946)
The Searchers (r.: John Ford – m.: Max Steiner, 1956) The Bridge on the River Kwai (r.: David Lean – m.: Malcolm Arnold, 1957) The 7th Voyage of Sinbad (r.: Nathan Juran – m.: Bernard Herrmann, 1958) Ben-Hur (r.: William Wyler – m.: Miklós Rózsa, 1959) Psycho (r.: Alfred Hitchcock – m.: Bernard Herrmann, 1960) 15
Spartacus (r.: Stanley Kubrick – m.: Alex North, 1960)
The Guns of Navarone (r.: J. Lee Thompson – m.: Dimitri Tiomkin, 1961) West Side Story (r.: Robert Wise en Jerome Robbins – m.: Leonard Bernstein, 1961) El Cid (r.: Anthony Mann – m.: Miklós Rózsa, 1961) Lawrence of Arabia (r.: David Lean – m.: Maurice Jarre, 1962) The Great Escape (r.: John Sturges – m.: Elmer Bernstein 1963) Jason and the Argonauts (r.: Don Chaffey – m.: Bernard Herrmann, 1963) The Fall of the Roman Empire (r.: Anthony Mann – m.: Dimitri Tiomkin, 1964) For a Few Dollars More (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1965) The Good, the Bad and the Ugly (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1966) Planet of the Apes (r.: Franklin J. Schaffner – m.: Jerry Goldsmith, 1968) Once Upon a Time in the West (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1968) Papillon (r.: Franklin J. Schaffner – m.: Jerry Goldsmith, 1973) Jaws (r.: Steven Spielberg – m.: John Williams, 1975) Indiana Jones and the Last Crusade (r.: Steven Spielberg – m.: John Williams, 1989) Gladiator (r.: Ridley Scott – m.: Hans Zimmer, 2000) 16
PAUL STEVELMANS Ik heb gezocht naar een herinnering aan een onvergetelijke film met dito muziek. Dat werd meestal een aansprekende scène met zowel prachtige beelden als prachtige muziek. Maar soms is een gehele film met een bijbehorende score de herinnering waard. Atonement (r.: Joe Wright – m.: Dario Marianelli, 2007). De typemachine natuurlijk, maar ook in andere scènes zoals Duinkerken is de wisselwerking tussen beeld en muziek fenomenaal. Birth (r.: Jonathan Glazer – m.: Alexandre Desplat, 2004). De onheilspellende beginscène belooft niets goeds, maar regisseur en componist zetten de kijker steeds weer op het verkeerde been. Bram Stoker’s Dracula (r.: Francis Ford Coppola – m.: Wojciech Kilar, 1992). De overweldigende muziek maakt de angst, dreiging en verwondering die van de beelden uitgaan compleet. Soms is de muziek zelf als een angstaanjagend fantoom present. Il conformista (r.: Bernardo Bertolucci – m.: Georges Delerue, 1970). Delerue weet de doelloosheid van de titelfiguur, zoals Bertolucci die uitbeeldt, treffend te verklanken. East of Eden (r.: Elia Kazan – m.: Leonard Rosenman, 1955). Rosenman componeerde al tijdens de opnames en zorgde met zijn mix van atonale en reguliere muziek voor passende emoties bij de verscheurde hoofdpersoon Cal Trask. The End of Violence (r.: Wim Wenders – m.: Ry Cooder, 1997). Cooders muziekklanken zijn soms meer geluiden en menselijke uitingen die een wat ongemakkelijke film redden van de ondergang. From Russia With Love (r.: Terence Young – m.: John Barry, 1963). De muziek bij de begintitels is al zo veelbelovend dat de rest niet kan tegenvallen. Begin- en eindsalvo van deze compositie zijn weergaloos. Giù la testa (r.: Sergio Leone – m.: Ennio Morricone, 1971). Een boeiend experiment: Morricone componeerde voor sommige scènes muziek die haaks staat op de beelden. Het effect is overdonderend, ook dankzij Leones flair en humor. High Noon (r.: Fred Zinnemann – m.: Dimitri Tiomkin, 1952). De muziek maakt de toenemende spanning bij de perfect gemonteerde beelden extra voelbaar door het ritme van de klok te slaan. Lemony Snicket’s A Series of Unfortunate Events (r.: Brad Silberling – m.: Thomas Newman, 2004). Geen geweldige film, maar Newmans score is speels, divers en inventief genoeg om de beelden humor, spanning en iets ondefinieerbaars te geven. The Man With the Golden Arm (r.: Otto Preminger – m.: Elmer Bernstein, 1955). De dreigende jazzklanken maken in een handomdraai de grote stad, de mensen en de problemen voelbaar. 17
Matchstick Men (r.: Ridley Scott – m.: Hans Zimmer, 2003). Zimmer weet op vernuftige evenals speelse wijze de eigenaardigheid van Nicolas Cage te benadrukken terwijl Scott op zijn beurt op het ritme van de muziek het luchtige verhaal even speels ontvouwt. Le mépris (r.: Jean-Luc Godard – m.: Georges Delerue, 1963). Godard laat de hoofdpersonen oeverloos praten (boeiend, in diverse talen door elkaar), maar er is toch genoeg tijd over voor enkele korte meeslepende composities van de meester der poëtische melancholie. Napoléon (r.: Abel Gance – m.: Carmine Coppola, 1927). De veldslag in uniek breedbeeld kent martiale muziek die uitnodigt om terstond mee te marcheren. Otto e mezzo (r.: Federico Fellini – m.: Nino Rota, 1963). Duizelingwekkende beelden die bruisen van cinematografisch kunnen en alsof dat nog niet genoeg is horen we een trefzekere score die excelleert in eenvoud evenals emotie. Les parapluies de Cherbourg (r.: Jacques Demy – m.: Michel Legrand, 1964). Regisseur en componist construeerden een unieke muziekfilm met beelden en muziek/zang die alle fraai van compositie en kleur zijn. Punch-Drunk Love (r.: Paul Thomas Anderson – m.: Jon Brion, 2002). De potjes-en-pannetjes-muziek past wonderwel bij de maffe beelden. En dan dat blauwe pak ….. Random Harvest (r.: Mervyn LeRoy – m.: Herbert Stothart, 1942). Na bijna twee uur van lijden is het zover: de twee geliefden hervinden elkaar onder een boom met een overdaad aan bloesems. De mierzoete muziek is zo wonderschoon dat de emoties voor een kort moment echt zijn. Rosemary´s Baby (r.: Roman Polanski – m.: Krzysztof Komeda, 1968). Het onschuldige slaapliedje bij het beginbeeld zegt het allemaal. Sense and Sensibility (r.: Ang Lee – m.: Patrick Doyle, 1995). Lee en Doyle zorgen voor een stimulerende eenheid: dit is voer voor depressieve geliefden. Seven Brides for Seven Brothers (r.: Stanley Donen – m.: Gene DePaul en Johnny Mercer, 1954). Muziek is als hout die de bouw van een schuur in een mum van tijd doet slagen. A Streetcar Named Desire (r.: Elia Kazan – m.: Alex North, 1951). De jazz hoort bij New Orleans, maar evenzeer bij de innerlijke strubbelingen van de vier hoofdpersonen. Taxi Driver (r.: Martin Scorsese – m.: Bernard Herrmann, 1976). Beeld en muziek kunnen niet zonder elkaar. Todo sobre mi madre (r.: Pedro Almodóvar – m.: Alberto Iglesias, 1999). Wie Alberto zegt, zegt Pedro, en andersom. Touch of Evil (r.: Orson Welles – m.: Henry Mancini, 1958). De legendarische beginscène begint even abrupt als de latin muziek. De rest is geschiedenis. 18
Ennio Morricone is 80 Een levende legende in de filmmuziek. Ennio Morricone. Hij brak door met Sergio Leone´s westerns in de jaren ‘60. Ruim 450 films zijn door hem van muziek voorzien. Er is geen componist die zo productief is als hij. En wij als verzamelaars van filmmuziek mogen ook niet klagen; er is geen componist waar per jaar meer muziek van uitgebracht wordt. Hij is in november 80 geworden maar weet nog van geen ophouden. In deze en de volgende maand werkt hij aan de nieuwe film van Giuseppe Tornatore, Baaria – La porta del vento. Daarnaast geeft hij over de hele wereld concerten. Gemakshalve neemt hij dan wel zijn orkest uit Rome mee.
Hieronder en op de volgende pagina volgt een lijst van cd‟s die in 2008 zijn verschenen. Herpersing (met extra tracks): L’uccello dalle piume di cristallo (Cinevox) Escalation (GDM) La cage aux folles 3 (GDM) Così come sei (Cinevox) La donna della domenica (Cinevox) Treasure of the Four Crowns (GDM) Il Maestro e Margherita (GDM) Il Giocattolo (Cinevox) – herpersing met extra muziek Butterfly (Dagored) – herpersing, er zijn eerdere persingen met meer muziek La Banda J.S.: Cronaca criminale del Far West (Digitmovies) – 1 extra track Il Mercenario (Verita Note) – Japanse herpersing van GDM 19
La resa dei conti (Verita Note) – Japanse herpersing met extra tracks I crudeli (Verita Note) – Japanse herpersing van GDM Nieuwe muziek die recent is verschenen: Pane e libertà (Rai Trade) Note di pace (Ars Latina) Bijzondere uitgaven: La mia musica (Ars Latina) – 4 cd‟s + 1 dvd: concert plus verzamelwerk. Alles voor het eerst op cd in deze uitvoeringen. Ennio Morricone The Complete Edition (GDM) – box met 15 cd‟s ter gelegenheid van Ennio‟s 80ste verjaardag. Groots verzamelwerk met ook popsongs uit de jaren „60 waar Morricone orkestraties bij deed. Edda Dell’Orso Performs Morricone (GDM) – dubbelcd met Edda‟s zang bij diverse Morricone-composities
Oude scores die voor het eerste op cd zijn verschenen:
Agente 077 missione Bloody Mary (GDM) A Fine Pair (Digitmovies) Macchie solari (Digitmovies) Stato interessante (GDM) The Hills Run Red (FSM) – voor het eerst op cd met extra tracks Hornet’s Nest (FSM) – voor het eerst op cd met extra tracks Al deze titels zijn verkrijgbaar bij www.intermezzomedia.com of www.arksquare.net. ST 20
BOEKBESPREKING: LIEDJES DIE EEN FILM WEZENLIJK ONDERSTEUNEN Eerder dit jaar besteedde Score aandacht aan de muziek in films van Alfred Hitchcock, naar aanleiding van het boek Hitchcock´s Music van Jack Sullivan (zie nummer 146). Eind vorig jaar verscheen een boek over muziek in de westerns van John Ford. Net als de Engelse regisseur was Ford een kenner van muziek en er sterk van overtuigd dat muziek – vooral in de vorm van liedjes – een film in hoge mate kon ondersteunen. How the West Was Sung werd geschreven door Kathryn Kalinak, geen onbekende in filmmuziekland. Steiner en Alex North grootse scores hadden geschreven. Ford behield graag de controle over de muzikale ondersteuning en voorzag daar meestal zelf in. Folkliedjes, religieuze liederen en authentieke muziek hadden zijn uitgesproken voorkeur en zo wordt er in zijn westerns volop gezongen (en vaak ook gedanst). In zijn gouden jaren was Ford een instituut en was zijn zeggenschap omtrent het gehele filmproces dan ook welhaast onaantastbaar. Na 1960 taande zijn invloed, ook op commercieel vlak, en bemoeiden de studio´s zich in toenemende mate met de muzikale omlijsting van zijn films. Vandaar het ontbreken van liedjes in een film als Cheyenne Autumn en het inhuren van Alex North die op basis van research naar authentieke Amerikaanse muziek een imposante score schreef die Ford´s goedkeuring nimmer heeft gekregen. Ford zag in folkliedjes een middel om zijn films extra zeggingskracht te geven. Soms overheersten de liedjes de film dusdanig dat de score nauwelijks opviel, zoals dat het geval was in My Darling Clementine (1946). In Wagonmaster (1950) verwerkte componist Richard Hageman zelfs bestaande liedjes in zijn score. De teksten en de klankkleur van de liedjes verklaren de gedachten van de hoofdpersonen en geven vorm aan belangrijke motieven als gemeenschapszin en het leven aan de frontier. Veel van de liedjes hebben een Ierse oorsprong hetgeen niet verwonderlijk is gezien Fords afkomst. Daarnaast zijn veel liedjes uit de 19de eeuw afkomstig, het
Kalinak is professor aan het Rhode Island College in Providence, Rhode Island. In 1992 verscheen van haar hand Settling the Score: Music and the Classical Hollywood Film waarin ze de ontwikkeling van de klassieke Hollywoodscore van de jaren ´30 tot in de jaren ´80 onderzocht. In datzelfde tijdperk past het onderwerp van haar recente boek: de muziek voor de westerns van John Ford, van Iron Horse (1924) tot en met Cheyenne Autumn (1964). Ford stak zijn ongenoegen over wall-to-wall scores niet onder stoelen en banken, zoals dat het geval was bij The Searchers en Cheyenne Autumn waarvoor respectievelijk Max 21
tijdperk waarin de westerns zich nagenoeg allemaal afspelen. Sommige liedjes zoals Shall We Gather at the River keren in enkele westerns terug. Kalinak heeft de oorsprong getraceerd en doet daar bij elke film minutieus verslag van.
Wore a Yellow Ribbon (1949). Volgens Kalinak vormen ze het hart van Fords westerns. Veel plaats voor een originele score was er in deze films niet; bij Rio Grande dreigde Youngs score de overhand te nemen. Toch werkte Ford nog enkele malen met de componist zoals de ʽIerse westernʼ The Quiet Man uit 1952. Een componist met wie de regisseur relatief vaak en graag samenwerkte was de in Leeuwarden geboren Richard Hageman. Voor de eerste twee films uit voornoemde trilogie schreef hij toepasselijke scores en ook voor Three Godfathers (1948) tekende hij voor de muziek. Ook is de componist in een barscène in deze film te zien! Hageman heeft zelfs de distinctie als enige componist (met drie anderen weliswaar) een Oscar te hebben gewonnen voor een Fordwestern, de enige western die deze eer ooit te beurt viel: Stagecoach (1939). Met dit boek heeft Kathryn Kalinak een nieuwe, frisse kijk op Fords westerns gegeven. Dat ze bij sommige films iets teveel in de filmische achtergrond blijft hangen en door de uiterst grondige analyse van de liedjes de rode draad van haar boek enigszins verliest zij haar vergeven. In ieder geval heeft ze het belang van muziek bij Fords westerns uitgebreid aangetoond. En het weerzien van de westerns met Kalinaks informatie in het achterhoofd laat nog maar weer eens zien wat voor rijke, veelgelaagde en prachtige films John Ford heeft gemaakt. En tevens wat voor een fenomenaal acteur John Wayne in deze westerns kon zijn.
Een fraai voorbeeld is Rio Grande (1950) dat overigens begint met een door Victor Young geschreven thema dat volgens Kalinak eerder Iers klinkt dan western. Een van de door Ford geselecteerde liedjes is I’ll Take You Home, Kathleen dat wordt gezongen door de Sons of the Pioneers, een muziekgezelschap dat vaker optrad in zijn westerns. Deze serenade wordt gebracht aan kolonel Yorke (John Wayne) en zijn vrouw Kathleen (Maureen O‟Hara) die zojuist na vele jaren is teruggekeerd in het fort waar Wayne gelegerd is. De tekst drukt onuitgesproken gevoelens van Wayne voor zijn ex-vrouw uit en de reactie van haar spreekt vervolgens boekdelen. De traditional Down by the Glen Side uit dezelfde film heeft tekstueel gezien een Ierse achtergrond. Tijdens de eindtitels horen we ten slotte het aloude Dixie dat de fiere Kathleen karakteriseert.
How the West Was Sung: Music in the Westerns of John Ford. Kathryn Kalinak. University of California Press, Berkeley and Los Angeles, 2007. ISBN: 9780520252349, 256 blz. Prijs: € 24. PS
Rio Grande was de afsluiting van de cavalerietrilogie die begon met Fort Apache (1948) en vervolgd werd door She
22
CD-RECENSIES PANE E LIBERTÀ Rai Trade FRT 430 19 tracks, 60:33 Dat Morricone op zijn 80 ste niet meer zo productief is als vroeger is logisch. Maar zijn kwaliteit blijft overeind. Deze score voor de televisieserie Pane e libertà (Brood en vrijheid) van regisseur Alberto Negrim is daar weer een mooi voorbeeld van. Terwijl de meeste andere hedendaagse componisten vaak grijpen naar een keyboard blijft Maestro Morricone trouw aan het orkest waar hij ook altijd alle orkestraties zelf voor schrijft. De stijl van Morricone is altijd al herkenbaar na drie noten. Een goed in het gehoor liggende rustige score die het als achtergrondmuziek ook goed doet. Sommige tracks zijn wat kleinschalig qua orkestratie, maar zullen bij de beelden goed passen. We mogen nooit vergeten dat de muziek niet voor een handjevol verzamelaars geschreven wordt die de cd kopen, maar zij dient de film te ondersteunen op plaatsen waar dialoog en beeld tekortschieten om de juiste emotie te raken. Bij het horen van deze muziek komt bij mij al een verlangen boven om de film te willen zien. De muziek raakt mijn emoties. Een klein meesterwerkje. Bravo Maestro Morricone! ST AND WHEN DID YOU LAST SEE YOUR FATHER? Silva Screen SILCD 1254 22 tracks, 63:21 De van oorsprong Australische componist Barrington Pheloung werkt alweer een tijdlang in Engeland, zijn huidige basis. Bekend werd hij bij ons onder meer door de muziek van de populaire tv-serie Inspector Morse. Met regisseur Anand Tucker werkte hij voor het eerst voor diens film Hilary and Jackie (1998). Sindsdien scoorde Pheloung al zijn films. And When Did You Last See Your Father? is een vader-zoon-drama met Colin Firth en Jim Broadbent in de hoofdrollen. Ruim vóór de opnames kwamen regisseur en componist bijeen om de score te bespreken en blijkens het cdboekje heeft de muziek – gewild of ongewild – de filmopnames mede bepaald. De cd begint met weelderige klanken en is daarmee een wonder van orkestratie. De symfonische score is zeer melodieus van aard en wordt gaandeweg de cd iets somberder van toon. Ook wordt het orkest tegen het einde kleiner van bezetting. Hier wordt de score gekenmerkt door minimal muziek. Het fraaie hoofdthema Hope sluit de cd af. Drie klassieke stukken van Bellini, Bach en Schubert vullen de muziek van Pheloung aan. Dit is een prima score om thuis naar te luisteren: welluidend en beheerst van toon. PS 23
BLINDNESS Decca B0011819-02 15 tracks, 58:50 In de film Blindness worden de inwoners van een grote stad een voor een blind, behalve één vrouw. Voor de muziek koos de Braziliaanse regisseur Fernando Meirelles zijn landgenoot Marco Antônio Guimarães. Guimarães maakt deel uit van het gezelschap Uakti dat ook verantwoordelijk is voor het bespelen van de instrumenten voor deze score. Meirelles wilde dat de muziek de wereld van de blinden zou verklanken. Speciaal daarvoor maakten de bandleden zelf instrumenten, een praktijk die niet nieuw is voor de groep. Die instrumenten zijn ongebruikelijk voor een doorsneescore zoals diverse exotische percussieve instrumenten, blaaspijpen, panfluiten en de marimba die we natuurlijk kennen van Thomas Newman. Het resultaat van deze noeste arbeid is een score die vanaf het begin sterk ritmisch van aard is en dankzij een minimalaanpak nooit opdringerig wordt, maar eerder een intieme sfeer weet op te roepen. In de film horen we de muziek veelal op de achtergrond en valt de pracht ervan minder op dan op de cd. Guimarães heeft een tiental prachtige composities geschreven die klinken alsof we luisteren naar zijn nieuwste cd. Stuk voor stuk zijn het ritmische, melodieuze en zo nu en dan zelfs ontroerende creaties die de film een continu bewegende tred geven. De cd eindigt met enkele door Uakti gespeelde werken van Bach en een door de befaamde Braziliaanse componist Luiz Bonfà uitgevoerd nummer. Blindness is een verrassende score die geen moment verveelt en een wat onevenwichtige film bij elkaar weet te houden en zelfs extra zeggingskracht weet mee te geven. PS WALTZ WITH BASHIR EMI 50999 23431829 20 tracks, 59:42 Waltz With Bashir is een van de grote verrassingen van dit jaar. Na een handvol (tv-)films maakte de Duitse componist Max Richter dit meesterwerk. Hij won eerder deze maand zelfs de Europese Filmprijs als beste componist voor deze opmerkelijke score. Richter woont en werkt momenteel in Schotland. Zijn muziek kenmerkt zich door het gebruik van elektronica en valt lastig in één hokje te stoppen. Hij werkt zowel in popidioom als op het gebied van avantgarde/klassieke muziek. Voor Waltz With Bashir maakte hij gebruik van enkele bestaande composities die een elektronische uitvoering kennen net als een groot deel van de rest van de score. Dit zijn langzame klanktapijten die een beklemmende indruk achterlaten. Daarnaast zijn er orkestrale stukken en composities die volgens Richter gebaseerd zijn op werken van 24
Schubert en Chopin. Dat klinkt naar een potpourri aan stijlen, maar Richter weet een eenheid te creëren door harmonie in klankkleur en sfeer aan te brengen. Het hoofdthema The Haunted Ocean keert vier keer terug en dient als rode draad door de gehele score. Waltz With Bashir is mede dankzij de sterke, gevarieerde composities en het naast elkaar bestaan van uiteenlopende muziekstijlen een van de hoogtepunten van dit filmmuziekjaar geworden. PS THE MGM SOUNDTRACK TREASURY FSM BOX 03 12 cd‟s Soms gebeuren er dingen in Soundtrackland die je niet ziet aankomen. Zoals deze box met maar liefst 20 soundtracks uit de MGMarchieven. De titels: The Apartment – Adolph Deutsch The Fortune Cookie – André Previn How To Murder Your Wife en Duel at Diablo – Neal Hefti The Russians Are Coming the Russians Are Coming – Johnny Mandel The Fugitive Kind – Kenyon Hopkins A Rage to Live – Nelson Riddle Goodbye Again – Georges Auric The Happy Ending – Michel Legrand Billion Dollar Brain – Richard Rodney Bennett Shake Hands With the Devil – William Alwyn The Charge of the Light Brigade en The Honey Pot – John Addison Pussycat, Pussycat, I Love You – Lalo Schifrin The Hills Run Red en Hornet’s Nest – Ennio Morricone The 7th Dawn en The Glory Guys – Riz Ortolani Hannibal Brooks – Francis Lai The Final Option – Roy Budd Alle titels zijn geremastered en als bonus hebben sommige scores extra muziek. De beide Morricone-scores hebben samen 31 nieuwe tracks wat het voor de Morricone-verzamelaar zeer de moeite waard maakt. Er zit een 48 pagina´s tellend boekwerk bij met alle hoezen van de betreffende plaat uit het oorspronkelijke jaar. Ook alle filmcredits per film staan vermeld, evenals de eerder op plaat uitgebrachte informatie. Vroeger waren er platen, met vaak alleen een heropname voor de plaat, maar je kocht wat beschikbaar was. In deze box zijn nu ook veel tracks de filmversies, versies die we eerder als plaat nooit hadden. De kwaliteitsnorm bij FSM ligt hoog. En daarom is deze box een aanrader. Hij was helaas wel binnen twee weken overal uitverkocht. En het goede nieuws is dat er nog enkele exemplaren te koop staan op www.intermezzomedia.com. Maar wees er snel bij, want op is op! ST 25
BODY OF LIES Varèse Sarabande 3020669232 22 tracks, 45:20 Een van de trends in filmmuziek van de afgelopen jaren is het gebruik van instrumenten uit Arabische landen en/of muziek uit deze landen. Niet verwonderlijk als je bedenkt dat veel films terrorisme en aanverwante onderwerpen behandelen. Body of Lies is een mooi voorbeeld van een actiefilm over terrorisme. Voor deze thriller werkte Ridley Scott voor de derde maal in successie met de van oorsprong Duitse, maar in Hollywood werkzame componist Marc Streitenfeld. Met de scores voor A Good Year (2006) en vooral American Gangster (2007) was de Duitser al opgevallen. Voor de laatste film won hij kortgeleden in Gent de Discovery Award. Body of Lies kent een ingetogen score die voor het grootste gedeelte wordt gespeeld door een relatief klein ensemble dat etnische instrumenten uit het Midden Oosten bespeelt. Slechts bij een enkele track ondersteunt een symfonisch orkest de spelers. Van een orkaan aan muziek is derhalve geen sprake en dat is vergeleken met het gros van de hedendaagse actiethrillers een verademing. Nagenoeg de hele score wordt percussief bepaald, daarnaast spelen tokkelinstrumenten, waaronder de akoestische gitaar en oosterse instrumenten, een hoofdrol. Gezien de locatie van de film, die zich grotendeels in Jordanië afspeelt, is de klankkleur onmiskenbaar oosters. Op één wat langere track na bestaat de cd uit nummers die minder dan drie minuten duren. Ondanks deze fragmentarische verzameling weet de score de broodnodige spanning en vooral dreiging op te roepen, wat voor een thriller nu eenmaal essentieel is. Streitenfeld levert een gewaagde score af die perfect past bij de handeling van deze continu spannende film. PS DER BAADER MEINHOF KOMPLEX Warner Music 5051865-0673-2-0 25 tracks, 75:39 De invloed van John Powells muziek voor de Bourne-films is duidelijk terug te horen in deze score. De ene na de andere track kent jachtige klanken die zowel een symfonische als elektronische basis hebben. Der Baader Meinhof Komplex is een tweeëneenhalf uur durende thriller die praktisch geheel bestaat uit fragmenten met actie. Net als de film raast de score van het ene actiemoment naar het andere. Nieuwkomers Peter Hinderthür en Florian Tessloff houden de vaart en spanning er goed in. Na de ook in de film als cesuur dienende arrestatie van de kopstukken van de Baader-Meinhof groep komt de machine even 26
bijna tot stilstand. De vaak afgeronde composities die worden gedomineerd door agressieve strijkers en elektronische beats worden nu ingeruild door rustigere en minder snelle composities. Er volgt zelfs een heus strijkkwartet en daarnaast horen we tracks die als klanktapijten fungeren. Na een laatste korte eruptie in Entführung Schleyer volgt een afsluitende track vol berusting. De originele score duurt goed 51 minuten. Daarnaast zijn er enkele hits uit het RAF-tijdperk van artiesten als Bob Dylan, The Who en Deep Purple. Geen gemakkelijke score, maar wel merendeels opwindend, vooral in combinatie met de film. PS OORLOGSWINTER Isabelle Films/Inspire Music 20 tracks, 51:05 Wat allereerst opvalt aan deze cd is dat een boekje met informatie volledig ontbreekt. De uitgave van deze cd lijkt een haastklus te zijn geweest, gericht op het onverwacht grote succes van de film. Achterop het doosje staan slechts de titels van de 20 tracks vermeld. Maar we moeten blij zijn dat er – precies een jaar na Nadine – weer een volwaardige Nederlandse score op cd is verschenen. Het betreft hier dan ook een bijzonder wapenfeit dat reeds de nodige aandacht heeft gekregen. Niemand minder dan Pino Donaggio schreef een uitgebreide score voor deze onvervalst Nederlandse film. Hierbij bestrijkt zijn muziek een breed palet aan emoties en stemmingen, van intens verdriet tot een enkel moment van uitgelaten vreugde. Immers, bijna de gehele film speelt zich af tijdens de nadagen van de Tweede Wereldoorlog. Het avontuur van Michiel van Beusekom staat centraal in de film en vanuit zijn perspectief is de score ook gecomponeerd. Donaggio heeft enkele sterke evenals ontroerende thema‟s geschreven die de ontwikkeling van Michiel treffend weergeven. Daarbij schuwt hij het grote gebaar in een aantal tracks niet. We horen opzwepende muziek met soms koorzang tijdens cruciale scènes als de executie van Michiels vader door de nazi‟s. Moeiteloos weet de Italiaanse grootmeester hier de spanning op te bouwen. Ook met actiemuziek weet hij wel raad zoals we horen in De nieuwe poging, de enerverende vluchtscène. Een andere track, getiteld De ontdekking, kent dan weer sinistere klanken en ook die zijn we van Donaggio inmiddels gewend. En zo zijn er meer tracks die het vakmanschap van de componist verraden. Met vaak weinig instrumenten – hoofdzakelijk de piano en lage evenals hoge strijkers – behaalt hij in enkele fraaie thema‟s een maximaal effect. Al met al heeft Donaggio met zijn imposante score een Nederlandse film internationale allure gegeven door een complete score te schrijven. Tijdens Aftiteling, de laatste track, horen we na de serieuze klanken zelfs hoopgevende klanken waarmee Oorlogswinter een waardige afsluiting krijgt. De cd is te bestellen bij Bol.com voor de schappelijke prijs van € 7,99. PS
27
ANONYMA – EINE FRAU IN BERLIN Königskinder SOULKK003 20 tracks, 47:46 De Duitse regisseur Max Färberböck brak een kleine tien jaar geleden door met Aimée & Jaguar waarvoor Jan A.P. Kaczmarek een fraaie score schreef. Kaczmareks landgenoot Zbigniew Preisner schreef de muziek voor Färberböcks nieuwe film Anonyma. De titel verwijst naar een jonge vrouw die de bevrijding van Berlijn in 1945 door de Russen meemaakt. Dat het hier barre tijden betreft, wordt tijdens het beluisteren van deze cd meteen duidelijk. Preisner schreef enkele thema‟s waaronder het sober uitgevoerde Anonyma, slechts gespeeld door piano en in een enkele variatie bescheiden ondersteund door orkest. Deze compositie begint de cd met als toevoeging prelude. Dit is muziek die we van Preisner gewend zijn en die uitgevoerd wordt door een kleinschalig orkest met hoofdrollen voor piano en hoge strijkers. Soms horen we een lange uithaal en dan enkele momenten van stilte wat immer een vervreemdend effect teweegbrengt. De kaalheid van de muziek past dan ook goed bij de wederwaardigheden van de titelfiguur, hetgeen de ondertitel van de film nogmaals onderstreept. Enkele andere thema‟s kennen een voller orkestgeluid en continueren de dreiging van de andere composities. Een korte track is Goodbye, My Friend op tekst van de legendarische Russische dichter Sergej Jesenin, gezongen door een jonge zanger. Het lied wordt tijdens de aftiteling gezongen. Dit is een ingehouden score die ondanks de sombere toonzetting weet te boeien. PS
28