Een week om nooit te vergeten Een samenwerking van…
Een week om nooit te vergeten !
3 12 13 15 17 21 22 25 26 29
100 jaar WO I komt dichterbij De heldin Liza Craessaerts De Ballingsgezellen van Soltau Vredesgedichten Boekbesprekingen Spelletjes Waarom een Vredesduif? Verhalen uit het rusthuis Een interview met en oud-strijder Een houtskooltekening van een vredesduif
2
Een week om nooit te vergeten !
100 jaar Wereldoorlog I komt dichtbij Op 11 november herdenkt ons land het einde van Wereldoorlog I. We denken aan de vele doden van die eerste ‘grote oorlog’. De Vlaamse overheid haalde vorige week ook drie winnaars van de Nobelprijs voor de Vrede naar Ieper. In 2014 starten grote herdenkingen van 100 jaar Wereldoorlog I.
Leynah Gbowee uit Liberia in Afrika won de Nobelprijs voor de Vrede in 2011. In 1976 ging die prijs naar Betty Williams uit Noord-Ierland. De vroegere president van Zuid-Afrika Frederik Willem de Klerk won de prijs in 1993. De drie winnaars streden voor vrede en samenwerking tussen groepen mensen.
Lange weg Die boodschap brachten ze mee naar Ieper. Ze zien de strijd voor vrede als een lange weg sinds Wereldoorlog I. Gbowee, Williams en de Klerk legden bloemen neer bij Tyne Cot (zie foto). Hier liggen vele duizenden soldaten begraven. Het hoge bezoek is een opwarmer voor 2014. Dan beginnen de grote herdenkingen voor 100 jaar Wereldoorlog I.
3
Een week om nooit te vergeten !
Wapenstilstand Op 11 november is het Wapenstilstand. Dat is een nationale feestdag in België en Frankrijk. Op die dag wordt het einde van de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) herdacht. De eerste Wereldoorlog (WO I) wordt ook wel de Grote Oorlog genoemd. Het strijdtoneel situeerde zich in Europa. De oorlog begon op 28 juli 1914. Toen werd aartshertog Frans Ferdinand van Oostenrijk-Hongarije vermoord. Daardoor werden bestaande conflicten aangewakkerd.
België WO I was een van de grootste oorlogen uit de geschiedenis. Er waren veel landen bij betrokken. Langs de ene kant had je de geallieerden. Onder meer het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Rusland maakten daar deel van uit. Langs de andere kant had je Duitsland met als bondgenoot Oostenrijk-Hongarije. België wilde neutraal blijven. Dat betekende dat ons land zich niet in de strijd zou mengen. In augustus 1914 wilde Duitsland via ons land Frankrijk aanvallen. Maar omdat België neutraal was, kregen de Duitsers geen toelating om te passeren. Ondanks die weigering viel Duitsland België binnen. Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk kwamen ons land te hulp. Er volgden veel zware gevechten. Vooral in de Westhoek werd hevig gestreden.
4
Een week om nooit te vergeten !
Wapens neer Daar zijn nu nog altijd sporen van te zien. Je vindt er oorlogsmonumenten, loopgraven, bunkers en soldatenkerkhoven. Uiteindelijk wonnen de geallieerden de strijd. Op 11 november 1918 stemde Duitsland in met een staakt-het-vuren. Het land erkende zijn nederlaag en legde de wapens neer. Die dag werd later bekend als Wapenstilstand.
5
Een week om nooit te vergeten !
Wat gebeurde er op 11 november om 11 uur ? Op 11 november herdenken we het einde van de Eerste Wereldoorlog, nu 95 jaar geleden. Naarmate de honderdste verjaardag van de oorlog nadert, neemt de belangstelling ervoor duidelijk toe. De officiële herdenking vindt plaats op de 11de dag van de 11de maand om 11 u ’s morgens.
De actie 11.11.11, die rond deze tijd wordt gehouden, heeft haar naam daarvan gehaald. Precies op dat tijdstip in 1918 kwam er een einde aan het bloedigste conflict dat de mensheid tot dan gekend had. Waarom net op dat tijdstip ? Dat was min of meer toevallig.
Het was in de ochtend van 8 november 1918 toen in een treinwagon in het bos van Compiègne, zo’n 80 km van Parijs, de gesprekken over een wapenstilstand begonnen. Rond 11 uur overhandigde de geallieerde opperbevelhebber, de Franse maarschalk FerdinandFoch, de voorwaarden van een Duitse delegatie. De Duitsers kregen 72 uur om er mee in te stemmen, dus tot 11 november om 11 uur.
6
Een week om nooit te vergeten !
Strijd geen minuut langer rekken De Duitse onderhandelaars hebben gedurende 72 uur geprobeerd om de geallieerde eisen te milderen. Met zeer weinig resultaat. Nog de hele nacht van 10 op 11 november werd er bikkelhard gediscussieerd over één artikel van de tekst. In de vroege ochtend werd er eindelijk een volledig akkoord bereikt. Dat akkoord moest dan nog ondertekend worden. De overeenkomst bepaalde dat de wapenstilstand 6 uur na de ondertekening zou ingaan. De klok wees 12 over 5 aan, maar maarschalk Foch stelde voor om er 5 uur van te maken. Daardoor zouden de wapens precies om 11 uur ’s morgens zwijgen. Het siert maarschalk Foch dat hij de strijd geen minuut langer wilde rekken. Hij stelde voor om eerst de laatste pagina van de overeenkomst in het net te typen, en daar dan meteen de handtekeningen op te plaatsen. Het overtikken van de volledige tekst zou immers meer tijd in beslag nemen. Om 20 minuten over 5 werd het document getekend. Het zou tot 10.30 uur duren tot iedereen over de volledige teksten beschikte, maar intussen waren de hoofdkwartieren al via de radio op de hoogte gesteld.
(bron: www.deredactie.be/cm/vrtnieuws/buitenland)
7
Een week om nooit te vergeten !
“Het verhaal van de klok uit de kerktoren van Vossem” De Tweede Wereldoorlog (1940 – 1945) breekt uit en op 14 mei 1940 wordt door de Engelse militaire overheid de onmiddellijke en verplichte ontruiming van de gemeente bevolen. De bevolking vlucht naar familie en kennissen in Brussel of verder naar Vlaanderen waar ze moeten aanschuiven in de kilometers lange sliert van vluchtelingen die reeds op weg zijn, nergens heen… Na de capitulatie van België keren de meeste inwoners terug naar hun woningen. De tram Leuven – Brussel was een erg nuttig vervoersmiddel tijdens de 2de Wereldoorlog. Het werd door de stedelingen gebruikt en eveneens door beroepssmokkelaars die de Brabantse dorpen overspoelden op zoek naar de nodige mondvoorraad.
De nieuwe klok die de weggehaalde verving. Zij werd op 21 augustus gewijd door Mgr. Schoenmaeckers.
Op 7 januari 1944 werd op bevel van de bezettende Duitse militaire overheid een klok uit de kerktoren gehaald en weggevoerd. Gedurende twee dagen , die de weghaling van de klok voorafgingen, mocht iedereen met toelating van pastoor Huybrechts, de veroordeelde klok doen luiden. De jongeren van de parochie maakten daar gretig gebruik van. Zo luidde klok haar vaarwel aan de parochie want na de bevrijding werd de klok van Vossem niet teruggevonden. In de vaderlandse stoet die op 8 juli 1945 in de gemeente uitging om de bevrijding van België te vieren, werd een praalwagen ingezet die het weghalen van de klok uitbeeldde. Het feestprogramma gaf hierover volgende commentaar : “Wie met klokken schiet, wint den oorlog niet”.
Bron : “Geschiedenis van Vossem”
8
Een week om nooit te vergeten !
Moeilijke woorden geallieerden = bondgenoten vooral in de landen die in de tweede wereldoorlog samen tegen de Duitsers vochten oud-strijder = iemand die vroeger streed voor vrede bondgenoot = iemand die je belooft te helpe of met wie je samen iets wilt bereiken delegatie = een paar mensen die een groep vertegenwoordigen Maarschalk = legeraanvoerder van de hoogste rang R.I.P. = moge hij of zij rusten in vrede neutraal = wordt gezegd over iemand die geen partij kiest in ruzie of oorlog loopgraven = smalle gangen in de grond die soldaten graven om zich te beschermen nobelprijs = prijs voor een persoon met goede en eerlijke bedoelingen, edel van geest bezetting = het bezet zijn door een actiegroep of door een leger militair = iemand die bij het leger werkt. overheid : regering van een land, provincie of gemeente smokkelen = ze in het geheim van het ene naar het andere land vervoeren capitulatie = je over geven sneuvelen = omkomen in een oorlog of in een gevecht helden = iemand die dappere daden voor zich neemt vaderland = land waar in je geboren bent conflict = ruzie die met een wapen uitgevochten wordt
9
Een week om nooit te vergeten !
Monumenten in Vossem
10
Een week om nooit te vergeten !
Schets gemaakt door Emma
‘onze vredesduiven’
Liselotte, Aidin, Warre, Sofie, Théo, Lucas, Lars, Soetkin V., Silke, Fiebe, Soetkin G., Milan, Emma, Oscar, Guillaume, Aurélie, Mateo, Sien, Ferre, Lobke, Joshua, Tycho, Alicia, Charlotte, Zoë, Katleho Juf Ann en juf Machteld
11
Een week om nooit te vergeten !
De heldin Liza Craessaerts W.O. II MOORSEL 1940 : ALS DE JODEN ACHTERVOLGD WORDEN DOOR DE DUITSERS NEEMT LIZA CRAESSAERTS (JONGE MOEDER) EEN JOODS KIND AAN. DAARMEE RISKEERT ZE HAAR LEVEN TE VERLIEZEN. LIZA WOONDE JUIST NAAST ONZE SCHOOL (GBS MOORSEL ‘De FONKEL’). 1940 : Het Duitse leger valt België binnen en de koning geeft zich over. De belangrijke posten werden ontslagen door de Duitsers en werden door henzelf vervangen. Ook de burgemeester van Tervuren werd afgezet. De Joden werden in het gemeentehuis ingeschreven. Daardoor moesten ze een ster op hun jasje naaien, zodat iedereen wist wie Joods was. 1942: Nu was er ook in België jacht op Joden. Wie Joden durfde te verstoppen en ontdekt werd, zou door de Duitsers gedood worden samen met de hele familie en soms zelfs de hele straat! De moeder van Samuel Dorn ging hulp halen bij de priester van Brussel (Stokkel). Hij was op zijn beurt goed bevriend met de priester van Moorsel. De priester van Moorsel vroeg aan zijn dorpelingen of ze tien kinderen van Brussel voor 1 maand wilden opvangen. Liza Craessaerts nam zo de Joodse jongen Samuel Dorn in huis en veranderde zijn naam in Karel Dorn. Een Vlaamse naam, anders zouden ze hem misschien herkennen. Karel is een joodse jongen en alleen Liza en haar moeder weten het. Karel sprak Frans en moest dus snel leren Nederlands spreken om naar school te kunnen gaan. Hij moest wel erg hard opletten niet ontdekt te worden. Zo mocht hij bijvoorbeeld niet naar een openbare wc gaan omdat hij besneden was en je zo kon zien dat hij Joods was. In de plaats van één maand bleef Karel drie jaar lang bij Liza en werd hij door haar heel goed verzorgd. Daarna ging hij terug naar zijn moeder. Toen de jongen wist dat hij weg moest bij Liza, ging hij huilend naar huis en elke avond had hij verdriet. Toen hij ouder werd, verhuisde Karel naar Israël en veranderde zijn naam nog een derde keer in Nathaniël Doron. Daardoor was het erg moeilijk om hem terug te vinden. Hij ging Liza Craessaerts nog jaarlijks in Moorsel bezoeken, tot de dag dat ze gestorven is. Nathaniël schreef uiteindelijk een boek over zijn levensverhaal in samenwerking met Els Ronsmans en Alois De Munter ‘In Moorsel lag mijn redding, een dorp zo mooi als een plaatje’.
Verhaal verteld door: Els Ronsmans Geschreven door: De kinderen van het 5de leerjaar van GBS Moorsel ‘De Fonkel’ Eindredactie: Meester Tom
12
Een week om nooit te vergeten !
De Ballingsgezellen van Soltau. Net voor het onafhankelijk worden van België waren er redelijk wat problemen in veel steden en gemeenten. Toen werd er een soort burgerwacht opgericht, ook zo in Tervuren. Hier spraken de mensen al snel van de ‘gardsivik’! De burgerwacht in Tervuren was niet bewapend en stond onder leiding van August Haeckaert. Hij was een soort boswachter. Je kon hen herkennen aan hun blauwe kiel met gordel en hun pet. In 1914 werden alle mannen van de burgerwacht gearresteerd, net als alle mannen tussen 20 en 30 jaar. De Duitsers waren bang dat zij zich bij het leger zouden aansluiten om te vechten. Ze moesten zich aanmelden op het gemeentehuis, maar dat deden ze niet. Thuis bij August Nackaert werd een lijst gevonden met de namen en adressen van alle leden van de burgerwacht. Op 30 augustus 1914 werden alle leden gearresteerd door commissaris Cortleven. De mannen werden op de markt verzameld en moesten te voet naar Leuven. Hier werden ze op de trein gezet. Ze moesten met 10 man in een deel zitten dat eigenlijk maar groot genoeg was voor 8 personen. Ze reden 3 dagen lang en ze hadden geen eten of drinken. In Hannover moesten ze uitstappen en te voet verder naar het gevangenkamp in Soltau.
In Soltau aangekomen was het kamp niet klaar ! Je zag alleen maar een grasveld met prikkeldraad er rond. De gevangen sliepen gewoon op de grond in de buitenlucht. Na een week verhuisden ze naar een rijschool, waar ze toch een dak boven het hoofd hadden. Ondertussen werden er tenten opgebouwd, maar die vlogen bij de eerste storm de lucht in en toen moesten ze weer onder de blote hemel slapen tot de barakken klaar waren. Eens de barakken klaar waren, begon het echte gevangenleven. Het was een echt terreurregime. Overdag moest er heel hard gewerkt worden in de bossen, aan de wegen of bij de boeren. Ze kregen heel weinig eten, vaak maar een ‘watersoepje’.
13
Een week om nooit te vergeten !
Hygiëne was er niet en ook geen deftig drinkbaar water. Mensen werden ziek en werden niet goed verzorgd. De leiders van het kamp waren ook heel ruw. Ze sloegen en stampten de gevangenen of lieten hun gevaarlijke honden los. Velen hebben het kamp niet overleeft. Wie bij een boer werkte had meer geluk. Ze werden niet mishandeld en hadden beter eten en drinken. De gevangen hebben zo 5 lange maanden geleefd. Ze werden vrijgelaten en in Hannover terug op de trein gezet. Weer moesten ze drie dagen en nachten reizen zonder eten of drinken. Na lang wachten kwamen de jongens uiteindelijk aan in Schaarbeek. Van hieruit ging het richting Sint – Pieters – Woluwe. De meesten konden bijna niet meer stappen en waren heel zwak. In Woluwe heeft een vriendelijke meneer, op eigen kosten, een tram gehuurd om de ongelukkigen naar Tervuren te brengen. Op 30 januari 1915 kwamen ze aan in Tervuren, maar ze mochten nog niet direct naar hun familie. Ze werden eerst naar het koloniënpaleis gebracht waar ze geteld werden. Acht mannen zijn kort hierna gestorven en niet meer thuis geraakt. Eindelijk mochten ze naar huis om te herstellen en op krachten te komen. Eens thuis werden ze niet met rust gelaten door de Duitsers. Elke week moesten ze zich aanmelden en laten zien dat ze nog steeds in het land waren. Vanaf dan noemden ze zichzelf ‘ De Ballingsgezellen van Soltau’. Ze werden een oudstrijdersvereniging die in Tervuren bekend stond als ‘ de combattants’. Na de WOII werd de vereniging ontbonden.
Geschreven door: De kinderen van het 5de leerjaar van Kattensprong
14
Een week om nooit te vergeten !
Vredesgedichten Vrede en vriendschap
Vrede
Vriendschap is goed Vrede is niet klein Dan is de wereld zoet Vrede is fijn Vrede, vrede val hem niet in rede De wereld is een plaats waar vrede hoort Hoor eens wat een pret En doe zo voort Goede zet!
Vrede op aarde is wat iedereen wilt na de dood van onze soldaten was het stil. Maar nu is het vrede en is er plezier we zijn heel fier Ik ben bijzonder blij met het geschenk voor mij. Ze hebben gevochten voor ons het was hun leven of hun dood. De soldaten hadden vriendschap maar nu hebben ze gezelschap.
Samuel en Lars – Mariaschool -5B
Edwige en Olivia – Mariaschool – 5B
Vrede overal Was er maar vrede overal Dan zou er nergens oorlog zijn Dan zou je vrienden zijn met iedereen Was er maar vrede overal Dan zou er altijd feest zijn Dan zouden we geweld niet kennen Was er maar vrede overal Dan zou oorlog niet bestaan Josephine en Anna – Mariaschool – 5B
Vredesgedicht Vrede is mooi niet zoals vogels in een kooi. Vrede is er voor iedereen en niet voor iemand alleen. Vrede in je hart dat houd je niet apart Victoria en Lola – Mariaschool – 5B
15
Een week om nooit te vergeten !
Some Nights
Vrede in mijn hart
Some nights I dream that this all would end. Some nights I hope that I will be stronger. Some nights I dream that I get some help. But some nights I realize that this is my DREAM.
Vrede Regenboog hart Is hard met Alle kleuren van je Hart Cédric, Audric en Thibaud – Mariaschool – 5B
Vera Bos & Lieselotte Vereecken (Mariaschool – 5LTA)
Wereld vol vrede Vriendschap is belangrijk! Rood is de kleur van vrede en liefde Een vriend moet je koesteren Door vrede is er een goede wereld Een mooie wereld is belangrijk Pieter en Martin – Mariaschool – 5B
Liefde met een V van vrede Lief zijn voor elkaar Iedereen is in iets goed Eerlijk zijn is goed Vrede is goed voor de mensen Duizenden mensen zijn gelukkig Elke mens zorgt voor elkaar
Vrede Vrede op de wereld dat moet er zijn. We moeten zorgen dat na de rampen van W.O. I en W.O. II er vrede zal zijn. Vrede op de wereld, dat is heel fijn en dat moet zo blijven voor groot en klein. Vrede op de wereld, dat is zo fijn en we zorgen ervoor dat dat ook zo blijft. Pauline (Maria school – 5LTA)
Thibaud en Sacha – Mariaschool – 5B
16
Een week om nooit te vergeten !
Boekbesprekingen De boom van Anne Wij hebben een boek genaamd ‘De boom van Anne’ gelezen. Het gaat over een jong meisje: Anne Frank. Ze schreef in haar dagboek tijdens de oorlog. Dat dagboek werd later gevonden door een vriendin van de familie. Ze zijn gevlucht naar een fabriek van haar vader, waar ze confituur maakten, want anders werden ze opgepakt door de Duitsers. Anne Frank en haar familie waren immers Joden. Uiteindelijk werden ze gevonden en naar een concentratiekamp gestuurd. Ze waren allemaal verspreid over verschillende concentratiekampen, behalve Edith, de moeder en Margot, de oudste zus. Anne is later gestorven aan tyfus , een hele erge ziekte. Als ze samen met haar familie in hetzelfde concentratiekamp had gezeten, zou ze misschien meer moed hebben gehad om te overleven. Alleen Otto Frank, de vader, heeft het concentratiekamp overleefd. Hij is een paar jaar geleden ook gestorven. Het verhaal word verteld door de kastanjeboom die achter het achterhuis stond. De kastanjeboom is in 2010 omgewaaid in een storm. Er zijn wel al 2 scheutjes uitgegroeid. Het is een heel mooi boek dat het leven van een meisje dat veel te kort geleefd heeft vertelt. Vera Bos & Lieselotte Vereecken (Mariaschool – 5LTA)
Donderkop Dit boek gaat over oorlog. Jules en Willy zijn goede vrienden.Hun meester op school vertelt vaak over oorlog. Op een dag vertelt de meester over een schat. Jules en Willy zijn meteen overtuigd. Ze willen hem vinden ook al zegt de meester dat hij niet bestaat, ze denken dat hij liegt . Ze weten dat de meester een boek schrijft. Daar staat alles in:Hoe ons dorp eruitzag voordat de Duitsers kwamen, hoeveel bommen er gegooid zijn tijdens de oorlog en wie naar Frankrijk is gevlucht. Ook schreef hij waar de geheime gangen zijn, maar hij raadt de kinderen af om die geheime gangen te gaan zoeken, want dat is te gevaarlijk. De gangen zijn ingestort en vol water gelopen. “Er zitten nog kisten vol munitie onder de grond. En geloof maar niet wat de mensen durven vertellen. Er bestaat geen goudschat.” Deze uitspraken zijn uiteraard voldoende om de jongens hun nieuwsgierighied aan te wakkeren.De meester zegt nog dat het te gevaarlijk is, maar ze willen het toch doen. Maar jullie weten nog niets over Donderkop . Donderkop zijn echte naam is eigenlijk Louis.,Ze zeggen dat hij werd omgewisseld met een kind van de bohemers. Hoe dit verhaal afloopt, moet je zelf maar lezen! Degene dat het boek geschreven heeft is Silvia Vanden Heden Geschreven door Anouk (Mariaschool – 5LTA)
17
Een week om nooit te vergeten !
Gouden sterren DE AUTEUR IS : Lois Lorwy Er waren eens twee families die heel dicht bij elkaar woonden. De joodse familie Rosen en de familie Johansens. Ze woonden in Denemarken in Kopenhagen. Het was tijdens de tweede wereldoorlog. Toen hadden de Duitsers Denemarken ingenomen. De koning gaf zich gewoon over. De familie Johansen had 3 kinderen: Kirsti, de kleinste Anne-marie en Lise die reeds overleden was. Lise was met een lieve vriendje Peter samen toen ze stierf. Hun ouders zagen Peter als hun zoon. De papa zei een keer tegen Annemarie dat heel Denemarken zich offerde voor de koning. Alle Joodse zaken werden gesloten. Op een dag besloten al Duitse soldaten de joden te arresteren. Anne-marie dacht toen aan haar joodse vrienden. Het Duitse leger zit achter de familie Rosen aan. Dus moeten we haar verstoppen , ze moest gewoon kunnen vluchten. Of de familie Rosen is ontsnapt? Dat moeten jullie zelf maar lezen! Chiara en Gladys (Mariaschool – 5 LTA)
Hendriks kruistocht Het verhaal gaat over een arme jongen, genaamd Hendrik. Hij woont met zijn ouders in Brugge. De priester komt en vertelt allemaal leugens over de moslims en zegt dat ze de christenen gemarteld hebben. De Belgen vertrekken naar Jeruzalem om oorlog te voeren. Tijdens de reis wordt Hendrik bevriend met Dries. Hij is een zwerver. De twee jongens helpen de ouders van Hendrik. De jongens zijn aan het vissen en heer Olivier komt langs en vraagt of ze verdwaald zijn. Ze zeggen dat ze aan het vissen zijn en dus niet verdwaald zijn. Dries duwt een andere jongen die ook aan het vissen was in het water en de jongen zei: “Dit is jouw schuld. Ik ben wel het kind van de koning.” Dries zei dat het niet zijn schuld was. De jongen ging weg. Ze trokken verder. Dries was tijdens de reis zijn mes kwijtgeraakt. Hendrik had het gestolen toen hij sliep. Toen hij het mes had, ging hij naar de vrouw van Eine om het mes terug te geven. Hendrik vertelde het verhaal over de priester. In ruil kreeg hij een geit. Ze waren al een half jaar in Antiochië. Ondertussen ging Hendriks moeder dood. Hendrik en Dries helpen heer Goldfierd om Jerusalem te veroveren. Heer Oliver is klaar om binnen te vallen. Ze vallen aan en winnen de strijd. Schrijvers :Yuri en Ornella (Mariaschool – 5LTA)
Oorlogswinter Jan Terlouw Michiel is de zoon van een burgemeester van een dorpje in Nederland . Zijn oom komt vaak bij hem thuis om zijn vader te helpen. Michiel raakt betrokken bij het ondergrondse verzet. Zo komt hij voor gevaarlijke opdrachten te staan. Hij is heel alleen. Niemand mag hij in vertrouwen nemen. Het is een triestig verhaal. Soms heeft hij de indruk dat alles mislukt. Michiel vindt in het bos een Engelse piloot en moet hiervoor zorgen. Zijn zus Erica helpt hem hierbij. Omdat de Duitsers de Engelse piloot niet vinden, wordt vader - de burgemeester van het dorp - vermoord door de 18
Een week om nooit te vergeten ! Duitsers. Als wraak komt er een actie van het verzet. Ze besluiten zoveel mogelijk om de Duitsers tegen te werken. Hij brengt bijvoorbeeld een paar onderduikers naar het noorden. Ook moet de Engelse piloot, Jack, naar een bevrijd gebied gebracht worden. Oom Ben, een vriend van Michiels ouders, biedt een oplossing. Dan blijkt er verraad in het spel te zijn, maar gelukkig wordt dit net op tijd ontdekt. Wie zal de verrader zijn? Ik vind dit een leuk en spannend boek en raad het zeker aan! Dit boek werd zelfs bekroond! Matthias Crabbe (Mariaschool – 5LTA)
Anne Frank, mijn beste vriendin Veel mensen hebben het dagboek van Anne Frank gelezen en weten wat er met haar gebeurd is. Maar haar beste vriendin Hanneli Goslar heeft zo ook haar verhaal en dit verhaal gaat niet alleen over haar en haar familie maar ook over haar vriendschap met Anne Frank en alle andere vriendinnen. Zo hadden zij ook hun groepje tot alleen Hanneli Goslar en Jacque overbleven. Daarover gaat het verhaal van Hanneli Goslar. Het is geschreven door Alison Leslie Gold. Hoe vond ik het boek: Ik vond het een goed, maar verdrietig boek, want je weet sowieso dat het echt gebeurd is. Korte samenvatting van het boek: Het boek gaat over de kinderjaren van Hanneli Goslar en haar beste vriendin Anne Frank. De kinderjaren van Hanneli spelen zich af in Berlijn tot 1933 wanneer Adolf Hitler de macht over Duitsland nam en eiste dat alle Joden opgepakt werden en naar concentratiekampen werden gebracht. Waarom koos ik het boek: Ik koos het boek omdat ik vond dat niet alleen de oudere kinderen die over W.O II leren de boeken lezen maar dat ook dat kinderen van onze leeftijd deze boeken vrijwillig mogen lezen. Als je deze boeken leest, weet je wat er met de mensen en kinderen van onze leeftijd is gebeurd. Pauline (Maria school – 5LTA)
W.O. II De eerste wereldoorlog veroorzaakte 11 miljoen doden en liet een gehavende wereld achter. SUPER VEEL mensen moesten vluchten. Er waren heel veel gebouwen gesloopt. De meeste getroffen gebieden waren: Duitsland, Rusland, Letland, Griekenland en Turkije. Toen was er Hitler!!! En hij was heel stout. Dit was het teken van Hitler!!!!! Hitler heeft heel veel mensen als slaven gebruikt en heeft vrouwen en kinderen laten sterven in de gaskamer. Hij liet iedereen geloven dat het douches waren, maar er kwam gas uit de douchekop. De mensen die ouder dan 18 waren, moesten een geweer nemen en mee vechten of helpen zonder geweer. Sam en Julien (Mariaschool – 5LTA) 19
Een week om nooit te vergeten !
War game Schrijver : Michael Foreman Vertaald door Maarten Le Roy & Irène Koenders Uitgevers: Bakermat ___________________________________ Er waren eens een paar jongens die voetbalden. Zij wilden zich aansluiten bij de soldaten die meededen aan de wereldoorlog. Ze dachten dat oorlog voeren leuk was. Ze werden aangenomen en gingen weg met grote boten. Ze vertrokken vanuit Engeland en iedereen juichte en de soldaten marcheerden. Ze kwamen aan bij de loopgraven en begonnen te vechten. Op de eerste kerstdag sloten ze vrede met de Duitsers die in de loopgraven tegenover hen lagen. Ze kregen cadeautjes en ruilden deze. Ze kregen ook een lekker en warm ontbijt. Plots kwam er een bal aan gebotst en speelden alle soldaten een potje voetbal. Ze zongen heel veel kerst liedjes en gedurende een paar dagen later vochten ze niet meer. Toen kwam er bij de Duitsers een kolonel langs en zag deze dat ze niet echt vochten. Daarom besloot hij om andere soldaten te laten komen. Al snel werd er weer gevochten en stierven er veel soldaten. Wij vonden dit een leuk boek met een triestig verhaal. Gemaakt door Marie en Emilie (Mariaschool 5LTA)
WO I: 1914 – 1918 Hoe begon de eerste wereldoorlog? Het begon toen Franz-Ferdinand, de troonopvolger van Oostenrijk - Hongarije, en zijn vrouw gedood worden door een onbekend persoon. Ze denken dat dit iemand van Servië is. Duitsland steunde in die tijd Servië. Oostenrijk-Hongarije stond op het punt om Servië aan te vallen, maar Duitsland wil Frankrijk aanvallen. De Duitsers willen hiervoor door België omdat het gemakkelijker is om naar Frankrijk te gaan, maar koning Albert I weigerde dit. Hij wilde geen oorlog in ons land. De Duitsers waren boos op België en verklaarden ons de oorlog. In 1915 vielen de Duitsers met een duikboot een boot van de Amerikanen aan. Er vielen 1.158 doden, waarvan 128 Amerikanen. Ondertussen waren de Duitsers in België geraakt. De vrouwen van België moesten superveel werken. Tijdens de oorlog hebben de Duitsers het gifgas uitgevonden. Ze gebruikten een gasmasker. Dit was voor het eerst in 1915. De wapens van de Duitsers waren: gifgas, de mitraillettes, de duikboot en de zeppelin. De Fransen hadden ook wapens zoals: de tank, het kanon, de vlammenwerper en de mijnen. De Belgen hadden: de dikke Berta (een kanon). De Britten gebruikten pantservoertuigen en tanken. Pierrick en Victor (Mariaschool – 5LTA) 20
Een week om nooit te vergeten !
Spelletjes Zoek de woorden in de puzzel. vrede/ duif/oorlog/jood/ dood/leger/wapen/mes/soldaat V W S P L C S K
R G A M E S O D
E S Y P G B L O
D U I F E B D O
E N G K R N A D
Q T E J D D A O
X Z W I J F T O
O O R L O G H J
vrede, liefde, herdenking, samen, wereld, oorlog, kerkhof, vrijheid, respect, duif G Q O O R L O G M R
N D D L E R E W L H
I O F U L V C T V S
K F O R W L P G R Q
N U P I I P L H E S
E V R i j H E I D A
D A F N D R B N E M
R D N K F I U D V E
E K E R K H O F W N
H T C E P S E R O P
21
Een week om nooit te vergeten !
22
Een week om nooit te vergeten !
23
Een week om nooit te vergeten !
Gemaakt door de kinderen van het 5de leerjaar van Het Heilig Hartcollege. 24
Een week om nooit te vergeten !
Wat een verhalen uit het rusthuis!! Op woensdag 13 november ’13 zijn we met het vijfde leerjaar van de Gemeentelijke Basisschool van Tervuren naar het bejaardentehuis geweest. De bejaarden van nu waren tijdens W.O. II “pubers” van rond de 16 jaar. Ze vertelden ons hoe zij de oorlog hebben beleefd en vooral hebben overleefd. Dit zijn enkele waargebeurde verhalen die de bejaarden ons verteld hebben en die ons bijgebleven zijn. Kinderen uit die tijd waren heel erg bang voor de Duitsers. Die kwamen namelijk geregeld langs en wilden alle jonge mannen meenemen om in een fabriek in Duitsland te gaan werken. Veel van deze kinderen wilden dat natuurlijk niet! Wanneer de Duitsers naderden, hadden ze een signaal afgesproken: namelijk fluiten. Wanneer ze dit geluidje hoorden, gingen ze zich in de bossen van Tervuren en in het Zoniënwoud verstoppen. Daar kropen ze dan bijvoorbeeld in riolen (met hun voeten eerst) en bleven ze daar enkele enkele uren doodstil zitten. Als het gevaar geweken was, gingen ze terug naar huis. De soldaten in onze streek werden de “Zwarte Duivels” of “Cyclisten” genoemd. De Duitsers waren hier heel bang voor. Zo waren de Zwarte Duivels heel moeilijk te herkennen. Ze droegen een zwart uniform en je hoorde ze ook niet dichterbij komen. Zo naderden ze vaak de vijand met hun opplooibare fietsen en als het te steil werd, konden ze deze gemakkelijk opplooien en gingen ze gewoon te voet verder. Ze hadden ook een mini karabijn bij zich wat natuurlijk gemakkelijk te dragen was. ’s Avonds moest het ook pikdonker zijn. Als de vliegtuigen een lichtje zagen, schoten ze je gewoon dood. Daarom bedekten de mensen hun ramen met grote doeken. Elke zondag om 16:00 was er een bal. Om 22:00 stipt was dat gedaan en moesten alle kinderen terug naar huis. Dat vonden ze heel plezant en ze vertelden dit dan ook met een grote lach op hun gezicht. Leuk om te zien dat er tijdens de oorlog ook plezier werd gemaakt. Het lijkt misschien wel raar maar de winkels waren gewoon open tijdens de oorlog. Ik kan me dat niet voorstellen. Om iets te kopen, had je wel zegels en natuurlijk ook geld nodig. Tijdens de oorlog aten ze heel vaak aardappelen, brood en groenten. Als ze vlees wilden eten, moesten ze geluk hebben want de Duitsers namen alles wat ze zagen mee. Zo verstopten de Vlaamse gezinnen zoveel mogelijk de dieren in de kelder of op een andere veilige plaats. De bejaarden vertelden ons vol lof over de zwarte pens. Deze was in die tijd heel bekend, maar in plaats van vlees te gebruiken, deden ze er rode kool, restjes ingewanden van dieren, bloed en bloem in. Dat vonden ze in die tijd super lekker. Op de Tervurenlaan hadden ze ook tuintjes aangelegd waar ze groentjes, aardappelen, … konden telen. Dit werd wel bewaakt want de vijand was altijd heel dichtbij. Snoep, fruit en al het lekkers dat wij nu kennen, hadden ze in de tijd niet! Ik kan me dat gewoon niet voorstellen!!! Toen ik erna nog over Hitler hoorde, was ik echt wel geschrokken. Dat kan je toch niet maken, mensen doden omdat ze anders waren of een ander geloof hadden. Dat is echt fout! Dit is nu gelukkig allemaal gedaan en is het goed gekomen! OORLOG DIENT VOOR NIETS!!!!! Bedankt aan alle inwoners van het rusthuis. We hebben veel geleerd en vonden het heel interessant! 25
Een week om nooit te vergeten !
Interview met oud-strijders 1. Wat is je naam? Alexander Nouaion maar dat was een beetje te lang dus heb ik dat afgekort naar Alex Nouaion. 2. Hoe oud was je tijdens de oorlog? Tijdens de oorlog was ik net 16 geworden. Ik ben geboren op 28 mei 1924. 3. Hoe oud ben je nu? Over 6 maanden ben ik 90 jaar oud. 4. Wilt u ons graag over de oorlog vertellen of heeft u liever dat wij u vragen stellen? Jullie mogen mij zoveel vragen stellen als jullie willen. Ik heb de oorlog meegemaakt en ik heb de 1800 veld tocht mee gemaakt. Wij waren dus op 12 mei opgeroepen. Al de jonge jongens die 16 tot 35 jaar oud waren opgeroepen om mee te doen aan de oorlog. Ze zeiden toen dat wij het centrum van de Belgische oorlog gingen worden. We kregen dan opdracht op dat moment om allemaal samen te komen. Ik moest dus naar Roeselare in het klein seminarie gaan. De oorlog is begonnen op 10 mei en wij zij dan op 12 mei uit Tervuren vertrokken. Ik zat dus op 14 mei in Roeselare. Ik moest die tocht te voet doen. Alles te voet we hadden nooit iets gedaan met tram of trein, het moet allemaal te voet. Ik was toen in het centrum gekomen. We hadden geen militaire informatie maar we moesten wel onder militair gezag door gaan. We wisten wel dat wij op 15 mei misschien naar Frankrijk moesten gaan. Maar dat was toen niet doorgegaan omdat wij van Roeselare naar Wervik moesten gaan. Dat was maar 3km. Toen mochten wij niet door van de Franse gendarme we mochten niet over de grens gaan. De resultaat was wij moesten daar blijven. Toen hadden wij informatie van de militairen die toen in Brugge waren dat wij naar Duinkerken moesten gaan om van daar een boot te pakken om naar Engeland of Afrika te gaan. Maar toen wij in Duinkerken waren aangekomen toen mochten wij niet met de Engelsen mee want al de Engelsen in België hadden voorrang. Wij waren dus geen normale soldaten wij waren reserve. Toen kregen wij een bericht, nog altijd van het Belgische leger die op dat moment nog aan het vechten was, dat wij naar Oostende moesten gaan. We moesten naar Oostende want daar lagen nog twee overzetboten. Daar waren dus maar vier boten die de overtocht van België naar Engeland maakten. Toen wij daar toe zijn gekomen op 19 mei waren die twee schepen al gebombardeerd. Die waren dus naar de vissen. Eten voor de vissen. Maar toen stonden wij daar dan weer. Toen we in Roeselare waren hadden wij de outfit gekregen van het Belgische leger met een kleine vierkante zak en een rugzak uit koeienleer. En die was zo wit en zwart dat waren zo van die zaken die ze in stock hadden sinds 1918.
26
Een week om nooit te vergeten ! We waren hier dan opgepakt door de Duitsers en die hebben ons naar Zuid Gent gebracht. Daar waren we gevangen door de Duitsers en we zaten achter het prikkeldraad. Ik had daar toen een Antwerpenaar gevonden. En die zei altijd hij ging nooit door de Duisters gevangen worden. Maar dat was hij al. Hij had toen op een dag de Duitsers gevraagd of hij zich kon wassen. Maar om zich te wassen kwam er altijd een camion binnen en die bracht het water. Maar om die binnen te brengen moesten ze het prikkeldraad oprollen. De man uit Antwerpen zei mij blijf dicht bij mij. De wacht man die daar moest staan was wel een oude Duitser maar hij moest dat ook doen net zo als alles wat wij verplicht waren te doen. Die oude man had nooit aandacht voor wat dat wij gingen doen dus wij zijn op een dag toen naar buiten kunnen gaan. Maar toen hadden wij ons in de richting vergist. Terwijl dat wij naar beneden moesten gaan, zijn wij toen naar boven gegaan. Toen waren wij in Loken aangekomen en toen zei de jongen uit Antwerpen dat wij de verkeerde kant opgingen en dat wij naar beneden moesten gaan naar Brussel. Toen had hij op een pleintje een busje gezien dat ze ook in Antwerpen gebruikten. Hij was daar toen aan zitten te prutsen aan de onderkant en toen zijn wij richting Brussel beginnen te rijden. Op Montgomery plein heeft hij mij afgezet en hij zei toen jij moet naar Tervuren en ik moet naar Antwerpen. En toen heb ik vandaar de tram 40 gepakt op weg naar huis. En zo ben ik in Tervuren aangekomen. 5. Waar woonde u tijdens de oorlog? In Tervuren 6. Gingen jullie nog naar school? Ja ik ging nog naar school maar ik moest naar Auderghem naar school want er was geen Nederlands middelbaar in Tervuren. Dus wij moesten met de fiets naar school. 7. Waren er ook vrienden van jullie die naar school gingen in een ander dorp? De meisjes moesten naar een andere school dan de jongens. Zij moesten naar een Franse school en al de jongens gingen naar een Nederlandse school. Wij moesten toen nog altijd met de fiets gaan want met de tram was het veel te duur dus we gingen allemaal samen naar school. 8. Welke taal sprak u tijdens de oorlog? Ik ben in Wallonië geboren dus ik sprak eerst Frans maar toen was ik naar Tervuren verhuisd en toen moest ik Nederlands leren en dus daarna sprak ik gewoon in het Tervuurs. 9. Hadden jullie ook Joodse vrienden? Nee spijtig genoeg niet. Ik weet niet of er mensen waren die Joodse vrienden hadden. Ik weet ook niet of er Joodse mensen in Tervuren waren. Maar ik wist alleen dat er een paar Joodse mensen in Antwerpen woonden want daar waren er veel diamantairs. 10. Hoe was het voor de wereld oorlog en hoe was het toen het begon? Voor de oorlog was het gewoon een dorp waar dat al de kinderen konden spelen en we konden elke donderdag op trektocht gaan in het park. We mochten toen ook nog naar de cinema gaan. Van het moment dat de oorlog begon weet ik niet veel maar in de nacht om 4 uur in de ochtend werden wij wakker door al de vliegtuigen die over ons huis vlogen. Wij sliepen op de zolder dus het was heel luid. Ik kon de piloot uit mijn kamer raam in zijn vliegtuig zien zitten. Ze gingen over ons heen en ze zijn de stad en Heverlee gaan bombarderen. 27
Een week om nooit te vergeten ! 11. Wat was uw beroep of die van uw ouders? Mijn pa werkte als beroeps militair hij was wapen meester en mijn moeder was huisvrouw. 12. Hadden jullie genoeg eten? Ja we hadden genoeg eten. 13. Waar moest u al jullie eten halen? Tijdens de oorlog hadden we bonnekes gekregen. We moesten alles met de bonnekes kopen. Als het goed ging kregen we 20 g boter en dan ook wat brood, eieren en nog meer. Het was zo 30 voor een kilo. We kregen ook ons eten via mijn vader zijn werk. 14. Hoe was het de dag dat er vrede was? Ik was die dag niet mee gegaan want ik was een leerling zetter en ik was mee genomen naar Berlijn. Ik werkte in een kleine drukkerij. En daar waren ik en mijn baas opgepakt en we moesten voor de Duitsers werken. 15. Waren al de mensen blij? Al de mensen waren heel blij toen het gedaan was. Maar ik was wel niet in Tervuren dus ik wist niet hoe dat iedereen daar was. 16. Was het anders toen jullie weer uit de oorlog waren? Ja het was heel anders want we konden toen weer buiten zijn zonder het probleem van dood te gaan. 17. Wat vond u het ergste in de oorlog? Dat waren de bombardementen. Omdat je er heel weinig aan kan doen, het valt uit de lucht. 18. Hebt u vrienden of familie verloren tijdens de oorlog? Ik heb vrienden verloren maar niemand van mijn familie. 19. Hebt u ook vrienden weer terug gezien die u bent verloren? Nee ik heb niet veel vrienden terug gezien na de oorlog. 20. Wat doet u nu? Ik ben nu met pensioen. Maar ik werk nog wel heel veel met Tervuren. Dus met de oud-strijders en ook met andere groepen. 21. Hoe kunnen wij oorlog voorkomen? Oorlog kan je alleen maar voorkomen met vrede. We hopen nu dat Europa samen gaat werken dat er hier geen enkel oorlog te zien gaat zijn. Het is niet leuk voor kinderen en ook niet voor volwassenen.
Dank u voor dit interview Julia, Ena, Mireille-Florence en Sara Door leerlingen van de 5de leerjaar van de ‘International Montessori School’ 28
Een week om nooit te vergeten !
Een houtskooltekening van een vredesduif
Door de leerlingen van het vijfde leerjaar van de Sint-Anneschool
29