Voor anker naast Il st Joseph
Een trip om nooit te vergeten Deel 8
Een trip om nooit te vergeten. Afl. 9
We vertrokken om 's ochtends om 07:00 uur en tegen tienen ging de motor uit en zeilden we. En als de zon onder gaat, zeilen we de evenaar weer over en drinken we “bubbels”. De nacht en dag daarop hadden we squalls en harde windstoten vergezeld van zware regen kortom, niet écht lekker. Maar Complex liep er goed door en op dinsdag verbeterde het weer aanmerkelijk. We vingen een Fregat tonijn en aten gerookte tonijnsnippers met ananas en een heerlijke saus. In de nacht van dinsdag op woensdag ramde we bijna een onverlichte visser! Het zag er naar uit, dat we “Iles du Salut” op Frans Guyana, in de nacht zouden aandoen dus haalde we de vaart er maar een beetje uit. Donderdagochtend 5 Juni om ongeveer 06:00 uur ankerde we achter “Iles Saint Joseph”. Het was een tropisch paradijsje, maar één van die eilanden moet een tropische hel geweest zijn voor de vele gevangenen die daar hun straf uitzaten. Het water is daar heel helder en we lagen vlak bij wat rotsen met daar op palmbomen die bewoond worden door grote leguanen. De beesten klimmen op de bladeren en vallen regelmatig in zee, waarna ze weer een halve dag bezig zijn om terug in de boom te komen.
Ons uitzicht vanaf de ankerplek
Toen ik op een middag de “solar shower" voor Ineke in de ratlines hing, stapte ik mis en verwondde ik mijn voet aan een wantspanner! Een lelijke wond en daar was ik dus een mooi tijdje klaar mee! Geen zwemmen en snorkelen Ineke speelt voor “Florence Nightingale” Er volgde nu een aantal rustige dagen. Het was een van de mooiste ankerplekken die we tot dan toe hadden gehad. Ile Saint Joseph wordt gebruikt door het Franse (beruchte) vreemdelingen legioen. Als de “boys” een paar weken door de jungle hebben lopen rennen, dan mogen ze, als de training over is, op dit eiland een beetje bijkomen. Karl Heinz, een Duitser, was de “caretaker” van het eiland. Hij zorgde voor de voedselvoorraden, viste met netten en deed het onderhoud. Als de militairen kwamen, was hij de gastheer! Karl Heinz stond altijd Hij was bijna 55 jaar en dan zou hij met pensioen gaan. voor iedereen klaar. Hij wilde dan gaan zeilen en had een gastenboek speciaal voor de bezoekende zeilers, en stond altijd klaar om te helpen. Ook nodigde hij ons uit om bij hem op het eiland te komen eten. Het weer was echt fantastisch en ik sliep bijna iedere nacht in m’n Braziliaanse hangmat.
Donderdag 12 Juni vertrokken naar Kourou en we gingen voor anker op de rivier tegenover een kleine marina. We ontmoette Michel, een booteigenaar die bij de lanceerbasis werkte. Hij bood aan om de volgende dag samen met zijn auto naar de Supermarkt te gaan. Inklaren was hier niet nodig, want we waren nu in Europa!!! We brachten de dagen door met inslaan van Europees eten en wijn!!! We kochten in de kleine “buurtsuper” een heel vak leeg!! Meer dan 30 pakken rode wijn!
Een riante villa ... Korou...
Dinsdag 17 Juni. Ik ging in de ochtend naar de vismarkt, wilde ± 500 gram meru kopen voor de avond, maar ik moest de hele vis kopen! 15 kilo. Ze mochten hem zelf van mij, rauw opeten!! Na water ingenomen te hebben, gingen we snel terug naar ons mooi ankerplekje bij Iles Saint Joseph. Op de weg daarheen vaarde de “Guyana Pilot” met een idiote snelheid vlak achter ons langs en molde zo onze vislijn... Merci...!!!
Dan…. toen ik lag te slapen in mijn hangmat op donderdag ochtend, werd ik om 05:30 gewekt door een hoop lawaai op het voordek onder me. Wat denk je??? Een tonijn achtige vis van meer dan een meter!! Met de hand kon ik hem niet houden! Ik schoof hem tussen de rand van het potdeksel en het teak dek. Toen hij klem zat, gaf ik hem met de vuist een knal voor zijn kanus, daarna vlug een lap gehaald. Hierdoor kon ik hem bij z’n staart pakken en toen ging het van “WHACK WHACK!!!!!” op het dek en hij had geen hoofdpijn meer! Daarna ging ik nog voor een uurtje in m’n hangmat. De moraal van dit verhaal……. Hoe hoger je springt hoe dieper je zinkt!! We hadden niet veel koeling en de vis was zo groot, dat we besloten er twee lekkere stukjes voor ons zelf af te halen en de rest aan Karl Heinz te geven. Hij vertelde ons later, dat het een witte tonijn was. Een delicatesse. En Karl kon het weten, want, we hadden inmiddels al een keer van zijn kookkunst genoten! En koken kon ie!!!!
Verder viel er nog te vermelden dat er een kolibrie was, die ons regelmatig bezocht en kunsttstof vezels uit een uitgeplozen lijn stal. Dus op het eiland bevindt zich ook nu nog een onverwoestbaar kunststof kolibri nestje!! Je moet tenslotte met je tijd mee gaan… kolibries dus ook!
Moderne Bouwmaterialen!
In de namiddag kwam er een BBQ geur van de wal. Karl Heinz had het druk, maar toch had hij even tijd om bij ons langs te komen en ons te verwennen met 2 biefstukken en een stuk ham. De biefstukken gingen op de onze BBQ en smaakten heerlijk! Bedankt Heinz!!
Het eiland St. Joseph
Toen kwam onze laatste dag in dit tropisch paradijs… In de middag gingen we afscheid nemen van Karl Heinz. Ik had een tekening gemaakt van een van de huizen die aan het water op het eiland staan en besloot om deze tekening aan hem te geven als een souvenir.
Tropisch paradijsje
Hij vond het zo leuk, dat hij eerst rond ging met de tekening om hem aan ieder een te laten zien. Daarna bood hij ons een paar koude biertjes aan op het terras van het huis wat ik had getekend. Daarna nam hij ons mee naar de keuken, de koeling ging open en wij kregen een groot stuk emmentaler, een doos vol met smeerkazen, een hele camembert van de mat en dan uit de vriezer nog tbone steaks en onze (eerder ingeleverde) koudeblokken voor onderweg. We waren Karl erg dankbaar en waren erg blij met onze geschenken! Nogmaals..... "Bedankt Heinz!!!!"
Deze palmen werden bewoond door grote leguanen
Maandag 23 Juni. Om 11:30 vertrokken we richting de Marowijnen rivier, de grens tussen Suriname en Frans Guyana. We hoopten daar de grote leather back turtles te kunnen bekijken. We hadden hele lichte winden, maar konden toch blijven zeilen. Onze Say’s rig windvaan deed het fantastisch. Maar, op dinsdag een mijl of vijf voor de verkenningston was de snelheid teruggelopen tot minder dan één mijl p/h. Dus, de motor ging aan. Het was daar erg ondiep en het zicht was slecht, ook regende het zo nu en dan. De boeien waren slecht te onderscheiden en ik kreeg het er Spaans benauwd van! Maar, we arriveerde toch zonder kleerscheuren (vastlopen) op de geplande ankerplaats aan het begin van de rivier. We dronken een wijntje en daarna de kooi in. Woensdag 25 Juni. Ik ging in de ochtend het strand op om te kijken of er schildpadden waren, maar helaas.. niets te zien. Later vernamen we dat ze s’nachts aan land komen, hun eieren leggen en de moeizaam hun weg terug naar zee vervolgen. Ik maakte een wandeling langs het strand en genoot van de vele levensvormen die hier voorkomen. Bloemen, diverse vlinders, insecten en zelfs visjes op het strand, die voor je voeten wegspringen. Terug aan boord moesten wij wachten op de kentering en voeren dan met het tij mee naar het stadje Saint Laurent.
Deze boot heeft al een tijdje niet meer gevaren! (op de achtergrond Saint Laurent)
We kwamen in de namiddag aan en tegen de tijd dat we eenmaal goed achter ons anker lagen, was het al donker. We staken een paar muskietencoils aan en aten toast en camembert (bedankt Heinz! Een wijntje ging er ook best in. Daarna de kooi in.
Vissershutten bij de ingang van de Marowijnenrivier.
Even iets over onze veiligheid... De luiken werden geborgd met staalkabels. Dus, ze konden alleen op een kier open. Dan zette ik een alarm in werking op de kajuitdeur en ook één op het voorluik. Ook had ik een vislijn naast mijn bed en als ik daar aan trok, ging de dekverlichting aan. Het alarmpistool lag geladen met een knalpatroon in de motorruimte onder de kuip. Meer konden we niet doen. Welterusten..!!!
Koloniale bouwstijl in Saint Laurent.
Het was niet erg spanned daar en we zagen alweer geen schildpadden, dus Zondag 29 Juni voeren we met het tij mee de rivier weer af en ankerde op de zelfde plek waar we 24 Juni geankerd waren. De volgende ochtend maakte we een strandwandeling en bleven die dag lekker rustig voor anker liggen. "Alleen op de wereld!" De ochtend daarop kozen we zee en waren dus op weg naar… “Paramanaribo”. Joop Doderer noemde het zo in in de radioserie “Koek en ei”! Woensdag 2 Juli om 14:00 uur zagen we de verkenningston die de ingang van de Suriname rivier markeert en om 18:30 lagen we tegenover Paramaribo voor anker in de Suriname rivier.
Complex voor anker op de Suriname rivier
In de ochtend gingen we met de dinghy naar de wal. We maakten vast aan de privé steiger van het Hotel Torarica en gingen naar de receptie en informeerde daar of het toegestaan was om onze dinghy daar te parkeren als we de wal op wilden. Het was geen enkel probleem, maar… we moesten wél even $ 85,00 p.p per maand betalen, om lid te worden van de “country club”. Dan konden we ook gebruik maken van al hun faciliteiten. We bedankte de receptiedame voor de informatie en vertelde dat we eerst de stad in gingen, om ons te melden bij de vreemdelingenpolitie en dat we haar daarna wel lieten weten wat we besloten hadden. We gingen met een taxi op weg naar de vreemdelingen politie. Daar aangekomen, werden we heel vriendelijk te woord gestaan en kregen te horen dat we een visum moesten kopen op binnenlandse zaken en dan binnen een week nog even bij hun moesten terugkomen. Alles heel correct en heel relaxed. Hun kantoor zág er niet uit! Het meubilair was nog te oud om het op het Waterlooplein als 2e hands te verkopen!! Dan, met dezelfde taxi terug naar het warenhuis “Kerstens” in het centrum van Paramaribo. Daar werkte onze goede vriend Hans van der Heijde als salesmanager.
Fort Zeelandia gezien vanaf de rivier.
Het weerzien was bijzonder hartelijk. Hij nam ons mee uit voor een lunch in hotel Krasnapolsky. Na de lunch kochten we bij Kerstens een “opoe” fiets voor Ineke (uiteraard met korting!!) We spraken met Hans af in hotel Torarica rond 18:00 uur. Hij bleek Frank Robles de general manager van Torarica te kennen en toen wij elkaar in het hotel ontmoette vroeg hij meteen een onderhoud aan met dhr. Robles. Niet veel later zaten wij in zijn kantoor en hadden een leuk gesprek met als resultaat, dat hij ons twee pasjes gaf die goed waren voor een maand lang toegang met de bijboot tot de pier van het hotel alsmede het gebruik van de pool, fitness,spa enz enz. Alles gratis! Hans had ons uitgenodigd bij hem thuis te komen eten. Zijn vrouw Rhada had behoorlijk uitgepakt en het was gezellig. De maaltijd smaakte fantastisch. In de kleine uurtjes vol en voldaan weer aan boord. (Wordt vervolgd)
Volgende keer: Ons verblijf in Suriname