Diversiteitsplannen
Maatregel Met een Loopbaan- en diversiteitsplan worden ondernemingen, organisaties en lokale besturen ondersteund om werk te maken van een loopbaan-en diversiteitsbeleid. Bijzondere aandacht gaat naar deze kansengroepen: mensen van allochtone origine, personen met een arbeidshandicap en 50plussers en ongekwalificeerde uitgestroomde jongeren. Voor de uitvoering van een loopbaan- en diversiteitsplan kunnen ondernemingen, organisaties en lokale besturen een subsidie onder bepaalde voorwaarden. Volgende tabel geeft een beknopt overzicht van de soorten loopbaan- en plannen (LDP’s). SUBSIDIE
LOOPTIJD
VOOR WIE
InstapLDP
½ van de kosten Max. 2.500,00 euro
6 of 12 maanden
Meerdere organisaties
LDP
2/3 van de kosten Max. 10.000,00 euro
12, 18 of 24 maanden
1 organisatie
ClusterLDP
2/3 van de kosten Max. 3.000,00 euro per participerende organisatie
12, 18 of 24 maanden
Meerdere organisaties
GroeiLDP
½ van de kosten Max. 2.500,00 euro
6 of 12 maanden
1 organisatie
Begeleiding zonder middelen
Niet van toepassing Bij deze variant wordt geen subsidie aangevraagd door de organisatie
12,18 of 24 maanden
1 of meerdere organisatie(s)
Deze maatregel kadert binnen het loopbaan- en diversiteitsbeleid van de Vlaamse overheid. Meer info op http://www.werk.be/online-diensten/loopbaan-en-diversiteitsplannen.
1
Impact van de maatregel Het aantal bedrijven, organisaties en lokale besturen met een loopbaan-en diversiteitsplan is in de afgelopen jaren fors toegenomen. In de periode 2001-2013 steeg het jaarlijks aantal plannen van 160 in 2001 tot 890 in 2013 (figuur 1). Ook de bestedingen voor de loopbaan- en diversiteitsplannen stegen stelselmatig van 1,7 miljoen euro in 2001 tot 3,8 miljoen euro in 2013. Figuur 1: Evolutie van het aantal LDP’s en de bestedingen (2001-2013) 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
5,0 4,5 4,0 3,5 3,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0
aantal organisaties 160 237 300 243 445 503 620 675 788 750 758 786 890 bestedingen
1,7 2,5 2,9 2,4 2,5 Bron: Departement WSE
2,3
2,9
3,1
3,3
3,5
3,5
3,5
3,8
Type plan Het merendeel van de ondernemingen en organisaties met een loopbaan- en diversiteitsplan (LDP) heeft een instapLDP (43,5%) of een LDP (35,5%) afgesloten (tabel 1). 2013 telt minder cluster- en groeiLDP’s (respectievelijk 3,8% en 16,4%).1 Tabel 1: Verdeling van de loopbaan- en diversiteitsplannen en organisaties met een plan naar type (2013) Type plan InstapLDP LDP ClusterLDP GroeiLDP Begeleiding zonder middelen Eindtotaal Bron: Departement WSE
Aantal plannen 260 212 23 98 3 598
Aantal organisaties 260 212 315 98 3 890
Sector De Loopbaan- en diversiteitsplannen, die afgesloten werden in 2013, zijn opgestart in uiteenlopende sectoren. De top 3 van de sectoren waar de meeste plannen werden opgestart wordt gevormd door de ‘overige sector’ (33,6%), de social profit (22,9%) en de metaalindustrie (11,9%).
1
De percentages zijn berekend op basis van het aantal ingediende loopbaan- en diversiteitsplannen
2
Tabel 2: Verdeling van de diversiteitsplannen volgens sectorgroepen (2013) Sectorgroep WSE Bouw Chemie en petroleum Diensten aan ondernemingen en personen Distributie Financiële sector Horeca, sport en ontspanning Houtnijverheid Kleding- en textielindustrie Land- en tuinbouw, bosbouw en zeevisserij Media, drukkerij- en uitgeverijsector Metaalindustrie Overheid/onbekend Overige (Anpcb, Aanvullend pc arbeiders, Terugwinning van allerlei producten) Papier- en kartonsector Social profit Steen- en glasindustrie Vervoer, transport en logistiek Bouw Bron: Departement WSE
(n)
% 49 16 55 40 2 20 19 19 14 6 71 33
8% 3% 9% 7% 0% 3% 3% 3% 2% 1% 12% 6%
206 2 139 10 38 49
34% 0% 23% 2% 6% 8%
Provincie In onderstaande tabel volgt een overzicht van de spreiding van de loopbaan- en diversiteitsplannen per ERSV. Het meest aantal loopbaan- en diversiteitsplannen werd ingediend door organisaties gevestigd in de provincie Antwerpen (154 aantal plannen of 240 organisaties met een plan). Tabel 3: Verdeling van de LDP’s volgens provincie (2013) ERSV Antwerpen BNCTO Limburg Oost-Vlaanderen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Eindtotaal Bron: Departement WSE
Aantal plannen
Aantal organisaties 154 1 136 114 66 127 598
240 9 193 238 83 127 890
Ondernemingsgrootte Onderstaande tabel geeft het absolute aantal afgesloten loopbaan- en diversiteitsplannen weer per bedrijfsgrootte. We merken op dat er grote verscheidenheid is in het aantal bedrijven gelet op het aantal werknemers. Zowel kleine als grote bedrijven gaan met een loopbaan- en diversiteitsplan aan de slag.
Figuur 2: Verdeling van de LDP’s naar ondernemingsgrootte (2013)
3
300
262
250 200 150
122 107
100 50
174
168
30 39
57 66
75 75
108
93 38
19 28
11 16
Aantal plannen
> 1000 Wn
500-999 Wn
200-499 Wn
100-199 Wn
50-99 Wn
20-49 Wn
10-19 Wn
5-9 Wn
1-4 Wn
0
Aantal organisaties
Bron: Departement WSE
Streefcijfers instroom, doorstroom, retentie en opleiding In elk loopbaan- en diversiteitsplan worden streefcijfers voor de instroom, doorstroom, opleiding en retentie van kansengroepen bepaald. Zo hebben de ondernemingen, organisaties en lokale besturen met een loopbaan-en diversiteitsplan zich geëngageerd om in 2013 te zorgen voor de instroom van ruim 1.579 mensen van allochtone herkomst, 939 oudere werknemers, 622 ongekwalificeerde uitgestroomde jongeren2 en 416 personen met een arbeidshandicap. Daarnaast zijn er ook streefcijfers opgenomen om de doorstroom van kansengroepen te stimuleren, om de voortijdige uitstroom uit de organisatie te verhinderen (retentie) en om hun deelname aan opleiding te bevorderen.
Tabel 4: Streefcijfers ivm instroom, doorstroom, retentie en opleiding (2013) Kansengroep Allochtonen Arbeidsgehandicapten Ongekwalificeerde uitstroom Oudere werknemers Eindtotaal Bron: Departement WSE
Instroom 1.579 416 622 939 12.032
Doorstroom 332 72 91 430 3.164
Retentie 1.830 909 384 7.023 36.569
Opleiding 2.861 829 543 6.073 35.865
Naast de opname van streefcijfers voor (minstens één) van de prioritaire kansengroepen kan er in het kader van een loopbaan- en diversiteitsplan ook aandacht gaan naar andere kansengroepen zoals bijv. mensen in armoedesituaties of ex- gedetineerden. In de meeste plannen (90%) ging ook aandacht naar de zgn. ‘andere’ kansengroepen.
2
Gedefinieerd als nieuwe prioritaire kansengroep in het kader van het loopbaan- en diversiteitsbeleid vanaf 2013.
4
Meest voorkomende acties Onderstaande tabel geeft een overzicht van de meest voorkomende acties weer. Er wordt een absolute en procentuele verdeling weergegeven van het aantal plannen met minstens één van deze acties. Tabel 5: Overzicht van de meest voorkomende acties in de LDP’s afgesloten in 2013 Actie Oprichten en continueren van een werkgroep diversiteit
(n) 217
% 36,6%
Acties ter verhoging van de werkbaarheid (bijvoorbeeld: stressreductie, verzuimbeleid, jobrotatie,...)
182
30,7%
Ontwikkelen competentieprofielen en een competentiebeleid onthaalbrochure/draaiboek opmaken en/of aanpassen
153
25,8%
148
25,0%
134
22,6%
130
21,9%
Opleiding, begeleiding, coaching leidinggeven aan 'diverse' of multiculturele teams
128
21,6%
Analyseren en optimaliseren Competentie-, Opleidings- en Loopbaanbeleid Afnemen van een diversiteitsaudit Peter/meterschapstraining Actieve communicatie rond diversiteit verbeteren
113
19,1%
102 88 74
17,2% 14,8% 12,5%
Invoeren en/of aanpassen van een methodiek van functionerings- en evaluatiegesprekken (incl. POP) Analyseren en optimaliseren Onthaalbeleid
*aantal plannen met minstens één actie tov het totaal aantal ingediende diversiteitsplannen met actie
Bron: Department WSE
5