De Natuurkalender Het klimaat verandert en de natuur doet mee. Heb jij het al gemerkt?
Werkbladen voor leerlingen Vmbo
COLOFON Check it out! tools voor een duurzame wereld
Lesbrief De Natuurkalender
In de serie lesbrieven Check it out! is gratis beschikbaar: Þ Aanpassen aan klimaatverandering: Maas, Wadden en Zuidplaspolder 4 niveaus: basisonderwijs, vmbo, onderbouw havo/vwo, bovenbouw havo/vwo
Þ De Natuurkalender 4 niveaus: basisonderwijs, vmbo, onderbouw havo/vwo, bovenbouw vwo
Þ Duurzame Veeteelt MBO‐Groen
Þ Aerosolen Vwo bovenbouw
Ontwikkeling & samenstelling: SME Advies (Check it out! en GLOBE Nederland) Hanna Tijbosch Wageningen UR, Omgevingswetenschappen Arnold van Vliet
Uitgave: SME Advies Postbus 43016 3540 AA Utrecht Tel: (030) 635 89 00 www.cio-scholen.nl
[email protected]
Check it out! tools voor een duurzame wereld is een samenwerkingsverband van: COS Nederland, Oikos, Ecofys en SME Advies De ontwikkeling van deze serie lesbrieven is mede mogelijk gemaakt door het nationale onderzoekprogramma Klimaat voor Ruimte.
Het lesmateriaal mag vrij gekopieerd worden voor gebruik op school en is gratis te downloaden van de website www.cio-scholen.nl Vermenigvuldiging voor overige doeleinden is uitsluitend toegestaan na toestemming van SME Advies.
© SME Advies, 2009
INHOUD
DEEL 1: SOEP EN HAARLOTION UIT DE NATUUR ................................................ 4 DEEL 2: KLIMAATVERANDERING EN DE NATUUR ................................................ 7 1. HET KLIMAAT VERANDERT, HOE KOMT DAT EIGENLIJK? ............................... 8 2. VERHUISBERICHT .............................................................................................. 12 3. GEZONDHEID! ..................................................................................................... 15 4. DE KLIMAATRAP ................................................................................................. 17
De Natuurkalender
3
DEEL I: SOEP EN HAARLOTION UIT DE NATUUR Je gaat met de klas soep en haarlotion maken. Je docent verdeelt de klas in twee groepen. De ene groep maakt soep van brandnetels. De andere groep maakt haarlotion van Rozemarijn.
Opdracht 1 A. Lees het recept van wat je gaat maken. B. Verzamel wat je nodig hebt om het recept te maken. C. Volg het recept en maak een heerlijke soep of een lekkere haarlotion.
De Natuurkalender
4
Brandnetelsoep Wat heb je nodig? • Vers geplukte brandnetels • Pan met water (hoe groter de pan, hoe meer water, hoe meer soep) • 1 bouillonblokje • Eventueel wat soepgroenten en/of vlees (gehaktballetjes)
Wat moet je doen? 1. Doe het water in een (grote) pan, en zorg dat het water gaat koken. Ondertussen snij je de brandnetels in wat kleinere stukken (pas op je vingers!!!).
2. Als het water kookt, kun je het bouillon blokje erin doen, als het bouillon blokje is opgelost doe je er de brandnetels bij. Hoe meer brandnetels, hoe sterker de smaak wordt.
3. Nu kan je nog zelf wat groenten/vlees toevoegen aan je soep. Net wat je zelf lekker vindt.
4. Nu moet je de soep eventjes laten staan (half uurtje ongeveer), zodat het water het brandnetelsap goed op kan nemen.
Als je soep klaar is kun je het zeven, zodat je niet allemaal stukken brandnetel erin hebt zitten, maar dat hoeft niet. Je kan ook gewoon de brandnetels opeten, want daar is niets mis mee!
Eet smakelijk!
De Natuurkalender
5
Haarlotion met rozemarijn Wat heb je nodig? •
1 theelepel gedroogde rozemarijn of 2 theelepels verse rozemarijn
•
6 dl. water
Wat moet je doen? 1. Doe het water in een pan, en zorg dat het kookt. Als het water kookt moet je er de rozemarijn bijdoen.
2. Laat de pan met water/rozemarijn 15 minuten tot twee uur trekken (Ligt eraan hoeveel tijd je hebt en hoe sterk je het wilt hebben. Hoe langer het staat hoe sterker).
3. Zorg er wel voor dat de rozemarijn niet aan de bodem van de pan gaat vastkoeken als je het zo'n twee uur laat trekken.
4. Als het lang genoeg heeft gekookt, zeef dan het water. Zodat er geen stukjes rozemarijn meer inzitten.
Dit haarwater gebruik je als laatste spoelwater. Als je al onder de douche/bad vandaan bent, en je haar hebt uitgespoeld, doe je deze lotion erdoorheen. De lotion moet je dan niet meer uitspoelen.
Deze lotion zorgt voor glanzend haar en een gezonde hoofdhuid.
De Natuurkalender
6
DEEL II: KLIMAATVERANDERING EN DE NATUUR
De Natuurkalender
7
1. HET KLIMAAT VERANDERT, HOE KOMT DAT EIGENLIJK? Zonnestralen verwarmen de aarde: het land en het water worden warm. Het land en het water geven hun warmte weer af aan de lucht. De laag lucht die om de aarde zit wordt atmosfeer genoemd. De atmosfeer bestaat uit allerlei gassen. Twee belangrijke gassen zijn kooldioxide (CO2) en waterdamp (H2O). Als er veel waterdamp is, dan ontstaan er wolken. De gassen en de wolken houden de warmte vast die de aarde uitzendt. Dit wordt het broeikaseffect genoemd. Hieronder zie je een tekening van het broeikaseffect. Op het linker plaatje zie je dat zonnestralen (gele pijlen) de aarde en het water opwarmen. De warmte gaat weer omhoog (rode pijlen), maar wordt tegengehouden door de wolken. Zo wordt de warmte vastgehouden onder de wolken en wordt de lucht lekker warm. Op het rechter plaatje zie je een tekening van een broeikas.
Atmosfeer zonnestraling
Broeikas
warmte
Land
warmte
Zee
Figuur 1. Het broeikaseffect
Figuur 2. Een broeikas
Opdracht 1 A. Lees de tekst boven de plaatjes en bekijk figuur 1. B. Teken in figuur 2 met pijlen hoe de warmte in de broeikas vastgehouden wordt. TIP: kijk daarvoor goed naar figuur 1.
De Natuurkalender
8
Wat verandert er? De laatste 100 jaar zijn er veel meer broeikasgassen bij gekomen. Daardoor wordt de aarde steeds warmer. Dit wordt het versterkte broeikaseffect genoemd. Doordat de aarde warmer wordt, gaat ook het weer veranderen. Natte gebieden worden natter en droge gebieden worden droger. Ook zal er waarschijnlijk steeds vaker en meer extreem weer voorkomen, zoals stormen en hittegolven. Omdat het warmer wordt, zal het ijs op de polen en in de bergen (bijvoorbeeld in de Alpen) gaan smelten. Hierdoor gaat de zeespiegel stijgen.
Figuur 3. Vier gevolgen van het opwarmen van de aarde.
Opdracht 2 Noem vier dingen die veranderen er als de aarde opwarmt. 1. 2. 3. 4.
De Natuurkalender
9
Het broeikasgas CO2 Het broeikasgas CO2 (kooldioxide) zorgt samen met een aantal andere gassen ervoor dat het warmer wordt op aarde. CO2 komt vrij als je fossiele brandstoffen zoals olie, gas en kolen verbrandt. Het wordt uitgestoten bijvoorbeeld wanneer je scooter rijdt of als je de verwarming aanzet.
Gelukkig zijn er manieren om ervoor te zorgen dat er minder CO2 in de lucht komt. Eén van de manieren is minder energie gebruiken. Ook bomen kunnen ons helpen, want zij nemen CO2 op (een soort ‘opeten’) en maken daar zuurstof en water van.
Hiernaast zie je een aantal huishoudelijke
Apparaat
apparaten, met bij elk apparaat hoeveel
Wasdroger
17
bomen een jaar lang moeten groeien om
Wasmachine
6,5
Koken
5,5
Koelkast en vriezer
15
Diepvries
12
Afwasmachine
8,5
Verwarming
114
de CO2 die het apparaat ‘afgeeft of uitstoot’ op te nemen.
Douche en warme kraan
34
Lampen
15
Computer
4
TV
4
Stereotoren
De Natuurkalender
Bomen per jaar
1,5
10
Opdracht 3 Gebruik bij deze opdracht de lijst op bladzijde 10.
A. Stel, je hebt een bos met 75 bomen. Hoeveel apparaten kun je met dit bos maximaal gebruiken? Vul in: maximaal apparaten. B. Kon je alle apparaten gebruiken? Ja / Nee. C. De volgende apparaten kon ik niet meer gebruiken:
______
D. Dit zou ik kunnen doen om meer apparaten te kunnen gebruiken, zonder dat ik bomen moet bijplanten of dat er meer CO2 in de lucht komt dan de bomen kunnen opnemen:
De Natuurkalender
11
2. VERHUISBERICHT
Heb jij al gemerkt dat er meer IJsvogels zijn? Dieren en planten groeien en leven het beste bij een bepaalde temperatuur. De ene soort is veel gevoeliger voor veranderingen dan de andere soort. Als het warmer wordt in Nederland zullen daarom sommige soorten verdwijnen uit Nederland. En andere zullen het straks plezierig vinden om hier te wonen. Er komen zijn steeds meer IJsvogels in Nederland.
Op bladzijde 13 zie je een rijtje met diersoorten die door klimaatverandering naar Nederland komen of vertrekken.
Opdracht 4 A. Kies een soort uit de tabel 1 op bladzijde 13. B. Vul het verhuiskaartje op bladzijde 14 in voor jouw soort. Maak als je tijd hebt een mooie voorkant.
De Natuurkalender
12
Tabel 1. Soorten die verhuizen omdat het klimaat verandert.
DIERSOORT
NAAM
OORSPRONKELIJK
HOUDT VAN
KOMT NAAR NEDERLAND
LEEFGEBIED OMDAT ZONNIGE PLEKKEN,
SIKKELSPRINKHAAN (INSECT)
HEIDE, VERLATEN AKKERS, HELLINGEN
ZUID EN MIDDEN EUROPA
IN BOSRIJKE
DE GEMIDDELDE TEMPERATUUR STIJGT.
OMGEVING. LANGZAAM
ZUID AZIË,
IJSVOGEL
STROMENDE
(VOGEL)
WATEREN: KANALEN, SLOTEN RIVIERTJES,
NOORDWEST-AFRIKA,
DE WINTERS STEEDS
ZUID- EN MIDDEN
ZACHTER WORDEN
EUROPA
BEKEN
DE WINTERS STEEDS
WESPENSPIN OF TIJGERSPIN
DROGE GRONDEN
ZUID EUROPA
ZACHTER WORDEN EN DE ZOMER
(INSECT)
STEEDS WARMER
GEHAKKELDE
BOSRANDEN EN
AURELIA (VLINDER)
OPEN PLEKKEN IN HET BOS.
KORHOEN (VOGEL)
EUROPA / ZUID
DE WINTERS STEEDS
NEDERLAND
ZACHTER WORDEN
HEIDEVELDEN,
DE WINTERS STEEDS
LANGS BOSRANDEN
ZACHTER WORDEN
EN IN DE BUURT VAN
O.A. DRENTHE
EN DE KORHOEN
BOOMRIJKE
AANGEPAST IS AAN
GEBIEDEN
KOU
WATEREN MET WITSNUITDOLFIJN
TEMPERATUREN
NOORDZEE NOORDELIJK
(ZOOGDIER)
TUSSEN DE 6 EN 20
HALFROND
GRADEN CELSIUS.
De Natuurkalender
HET WATER VAN DE NOORDZEE TE WARM WORDT.
13
Hallo, Ik ben ………………………(naam) de……………………………(soort) Ik woonde al jaren in …………………………………. Sinds kort ben ik helaas verhuisd omdat het te koud / te warm werd. M’n nieuwe huis staat in……………………(nieuw land), ik woon in……………………………(plaats). Natuurlijk mis ik m’n vrienden maar gelukkig heb ik het al naar mijn zin op mijn nieuwe stek. Het is een prachtige omgeving met veel ……………………………………… Ik voel me hier veel prettiger ook omdat het warmer/kouder is dan in ………………………(vorig land). Kom snel een keertje kijken. De hartelijke groeten, ………………………………(naam)
De Natuurkalender
14
3. GEZONDHEID!
Tranende ogen en een jeukende neus Ken jij iemand die last heeft van hooikoorts? Vooral in de maanden mei en juni, maar ook al eerder, hebben sommige mensen daar last van. Ze hebben dan last van bijvoorbeeld veel niezen, een jeukend gehemelte, tranende of jeukende ogen en soms lichte benauwdheid. Dit komt door het inademen van stuifmeel. Stuifmeel komt in de lucht door bloeiende bomen, planten en grassen. Hoe meer stuifmeel er in de lucht zit, hoe meer klachten mensen hebben. Ongeveer 5% van de Nederlanders heeft last van hooikoorts.
Figuur 4. Als je hooikoorts hebt, moet je niezen en heb je tranende ogen. Bron: www.borstvoeden.info
Opdracht 5 A. Heb jij last van hooikoorts? B. Hoeveel mensen ken je die last hebben van hooikoorts?
De Natuurkalender
15
Bloeiseizoen Na de winter gaan bomen en planten weer blaadjes en bloemen vormen. Dat komt omdat het in de lente warmer wordt. Hoe eerder het warm is, hoe eerder sommige plant gaat bloeien. Blijft de temperatuur hoog dan kunnen ze ook langer gaan bloeien. Door een warmer klimaat kunnen planten dus eerder en/of langer gaan bloeien.
Opdracht 6 Hieronder zie je wanneer de Berk is gaan bloeien in 1978 en in 1993. Dat is dus 15 jaar later! Als de Berk bloeit, brengt hij stuifmeel in de lucht. Kun je ontdekken wat er is veranderd in die 15 jaar door goed te kijken wanneer de Berk is gaan bloeien en dus stuifmeel maakte?
1978
1993
A. Op welke datum zat er voor het eerst stuifmeel van de Berk in de lucht in 1978? ___________________________________________________________________________
B. Maakte de berk in 1978 vergeleken met 1993 eerder, op dezelfde tijd of later stuifmeel? Omcirkel het juiste antwoord: Eerder / dezelfde tijd / later.
C. Wanneer zat er het langst stuifmeel van de Berk in de lucht: in 1978 of in 1993? Omcirkel het juiste antwoord: In 1978 / 1993 was de periode met stuifmeel langst
D. Wat betekent dit verschil tussen 1978 en 1993 voor mensen die hooikoorts hebben?
____________________________________________________________________
De Natuurkalender
16
4. DE KLIMAATRAP
Dit gaat fout Ali B. schreef een klimaatrap. Hij vertelt hierover:
“In het nummer Dit gaat fout kun je horen hoe ik over klimaatverandering denk. In dit nummer uit ik mijn frustratie tegen over onze eigen egoïstische gedrag. Dit gaat namelijk ten koste van de natuur. Ook ik heb er last van. Ik rijd in een snelle auto en kan uren lang Xboxen. Ik ben me er wel van bewust dat dit niet goed is voor het milieu en dat dit dus ook gevaarlijk is voor onze toekomst. Naast dat ik een nummer schrijf om jongeren ervan bewust te maken heb ik ook thuis wat veranderingen doorgevoerd. Zo heb ik overal spaarlampen en zet ik de tv uit i.p.v. op stand-by. Alle kleine beetjes helpen.”
Opdracht 7 In deze opdracht ga je zelf een klimaatrap schrijven. Hierin ga je opschrijven wat jij zelf van de natuur of van klimaatverandering vindt. Je krijgt de tekst van de rap ‘Dit gaat fout’ van Ali B. van je docent.
A. Kies een onderwerp wat te maken heeft met klimaat, energie of natuur. B. Schrijf samen met je klasgenoot een rap van 12 tot 20 regels over het onderwerp dat je gekozen hebt. C. Verzin samen met je klasgenoot de begeleiding van de rap. D. Voer de rap aan het end van de les op voor de klas.
De Natuurkalender
17