Verenigingsgegevens Statutaire naam Datum oprichting Statutaire zetel Kamer van Koophandel nr. Rechtsvorm
: Vereniging Reddingsbrigade Paal 13 : 10 mei 1962 : Callantsoog, gemeente Zijpe : V40634738 : vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
Postadres Postcode / vestigingsplaats
: Postbus 13 : 1759 ZG Callantsoog
Contactgegevens Post Callantsoog Post Groote Keeten Loods
: 0224-581601 : 0224-582431 : 0224582388
E-mail algemeen Website
:
[email protected] : www.paal13.com
Verenigingsbestuur Voorzitter Secretaris Penningmeester Repressie Preparatie HRM Preventie & nazorg
: Hans Haver : Harrie Bijpost : Natascha Buitenhuis : Mark Peeters : Roy Seising : Charrel Jalving : Wilco van der Streek
Dagelijks bestuur
Penningmeester
Voorzitter
Secretaris
Algemeen bestuur
Preparatie
Repressie
Personeelszaken
Preventie & nazorg
Uitgave Beleidsplan 2012 – 2015 Auteur M. Peeters Goedgekeurd tijdens de Algemene Leden Vergadering van 25 mei 2012. Alle rechten voorbehouden. Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaard de vereniging geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden voortvloeiende uit voortschrijdende ontwikkelingen.
Inhoudsopgave 1.0 1.1
Inleiding Samenvatting kernpunten beleidsplan 2012 – 2015
04 05
2.0 2.1 2.2 2.3
Verenigingsomschrijving Doelstelling vereniging Visie van de vereniging Kerntaken vereniging
07 07 07 08
3.0
Gevoerd beleid en analyse
09
4.0 4.1 4.2 4.3
De organisatie Organisatie structuur Organisatie cultuur Leden
12 12 15 17
5.0 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
Opleidingen Nieuwe opleidingsstructuur Reddingsbrigade Nederland Versnelde opleiding Lifeguard Bijscholing, training en oefeningen Instroom nieuwe leden zwemmend redden Instroom nieuwe instructeurs
18 18 20 21 21 21
6.0 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7
Strandbewaking Legitimiteit strandbewaking Uitgangspunten strandbewaking Openingstijden reddingsposten Bezetting reddingsposten Taken reddingsbrigade bij strandbewaking Incidentbestrijding Algemene ontwikkelingen strandbewaking
23 23 23 23 23 24 24 25
7.0 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5
Waterhulpverlening en rampenbestrijding Alarmploeg Strandploeg Operationeel kader Evenementen Kustwacht alarmeringen
30 30 31 32 32 33
8.0 8.1 8.2 8.3 8.4
Personeelszaken Personeelsbeleid Vrijwilligersbeleid Maatschappelijke stage Jeugdzaken
35 35 40 41 42
9.0 9.1 9.1
Preparatie Aanschaf en vervanging materiaal Huisvesting
43 43 44
10.0 10.1 10.2 10.3 10.4
Preventie & Nazorg ARBO, veiligheid en gezondheid Bedrijfs Opvang Team en nazorg Medische infrastructuur Protocollen
46 46 46 47 47
11.0 12.0 13.0 14.0
Regionale Voorziening Reddingsbrigades Samenwerking binnen de veiligheidsketen PR en Sponsoring Financiën
49 52 55 57
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 3
1.0 Inleiding Voor u ligt het beleidsplan 2012 - 2015 van Reddingsbrigade Paal 13. Dit beleidsplan bevat een analyse van de interne en externe ontwikkelingen op de werkterreinen van de vereniging en hieruit voortvloeiend zijn de speerpunten voor de komende vier jaar gedefinieerd. Hiermee hoopt het bestuur voor haar leden, de gemeente, collega hulpdiensten en overige partners inzicht te geven op welke wijze Reddingsbrigade Paal 13 haar doelstellingen de komende jaren wil verwezenlijken. Maar net zo belangrijk is het aangeven van de beperkingen of ontwikkelingen waar de vereniging niet in wil participeren. De afgelopen jaren volgden de ontwikkelingen elkaar in snel tempo op, waarbij de reddingsbrigades in Nederland zich als professionele hulpverlener hebben gepositioneerd. Reddingsbrigade Paal 13 heeft van oudsher al de intentie om haar doelstellingen op een kwalitatieve goede en professionele manier te bereiken. Hierdoor loopt de vereniging in vele opzichten voorop bij deze landelijke ontwikkelingen. Dit heeft bijgedragen aan de erkenning, herkenning en waardering voor de werkzaamheden van de vereniging. De bereidheid tot en het aanvaarden van veranderingen is de laatste jaren bij de leden gestegen, maar mag niet als vanzelfsprekend worden beschouwd. De term professionalisering kende binnen enkele geledingen van de vereniging een beladen of negatief karakter, echter is het gelukt de ontwikkelingen te vertalen naar vakmanschap; het benutten van de ervaringen, kennis, kunde en passie van de vele actieve vrijwilligers die de vereniging rijk is. Hart voor de zaak en volop kunnen genieten van een uitdagende hobby zijn hierbij kenmerkend. Je wordt niet als redder geboren, maar het help wel als je er van jongs af aan mee wordt grootgebracht. Een nieuwe generatie strandwachten staat de komende jaren klaar om vanuit de jeugdopleiding door te stromen naar de operationele diensten van de vereniging. Goede begeleiding en het waarborgen van de continuïteit zijn hierbij essentieel. “Redden doe je niet alleen, maar samen” is een gevleugelde uitspraak onder de leden. Dit geldt natuurlijk bij een daadwerkelijke reddingsactie, maar samenwerken is ook van groot belang bij alle andere activiteiten van de vereniging of het nu gaat om opleidingen, het onderhoud van materiaal of bij het geven van voorlichting. Samenwerking geldt zeker ook met de collega’s binnen de veiligheidsketen. Deze samenwerking moet de komende jaren verder gaan dan alleen oefenen en incidentbestrijding. Veel winst is er te behalen in de voorbereiding, kennis- en informatie uitwisseling en materiële ondersteuning. Verlichting van de werkdruk, behoudt van kwaliteit & continuïteit en kostenbeheersing zijn hierbij de primaire sleutels tot succes. In de komende jaren zullen er nog vele ontwikkelingen volgen die de nodige inspanningen vergen van het bestuur en (kader)leden. Met dit beleidsplan kan de organisatie bewust naar de toekomst kijken en geeft handvatten om het beleid verder te implementeren. De komende jaren zijn van cruciaal belang, maar bij een goede invulling van de beleidsplannen zal er een nog sterkere vereniging ontstaan die bestendig is voor het komende decennium. Vandaar ook het thema van dit beleidsplan “Een sprong naar de toekomst”. Het bestuur
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 4
1.1 Samenvatting kernpunten beleidsplan 2012 - 2015
Organisatie • Voortzetten huidige organisatie structuur • Vergroten deelname leden aan commissies, werkgroepen, kader functies • Opzetten intranet bibliotheek • Bewustwording en doorgeven verenigingscultuur • Leden werving en leden behoud
Opleidingen • Aanstelling bestuurslid opleidingen • Omzetten diploma's naar nieuwe diploma lijn waterhulpverlening • Plan van aanpak voor behoud geldigheidsduur nieuwe diploma's • Organiseren cursus vaarbewijs en EHBO, versnelde opleiding Lifeguard Beach • Groei 25 % per jaar aantal kandidaten zwemmend redden • Toename aantal bevoegde instructeurs
Strandbewaking • Handhaven uitgangspunten strandbewaking en taken • Onderzoek gevolgen bewaking na grootschalige zandsuppletie • Uitwerken plannen Voordijk indien uitbreiding doorgang mocht vinden • Monitoren, zo nodig participeren, ontwikkelingen Blauwe vlag, visie VR NHN, NEN/NTA • Implementatie Uniforme Hulpverleningsregistratie
Waterhulpverlening & rampenbestrijding • Structurele rol bij de hulpverlening op het strand, zee, duingebied en regio • Gemeentelijke erkenning hulpdienst en aanvullende begroting Alarmploeg • Uitbreiding operationeel kader voor continuïteit op langere termijn • Deelname aan evenementen bewakingen voortzetten • Deelname Kustwacht alarmering, op termijn communicatie met KWC via marifoon
Personeelszaken • Vernieuwd en overdraagbaar personeelsbeleid, vaste jaarplanning en proceseschrijving • Actief werven van strandwachten in regio kop Noord-Holland • Vaste salarisschalen en beloning op basis opleiding en aantal dienstjaren • Betere opbouw leeftijd strandploeg en invulling maatschappelijke stages • Actief vrijwilligers- en jeugdbeleid
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 5
Preparatie • Waarborging continuïteit preparatieploeg, vergroten technische kennis strandwachten • Onderhoud en vervanging materiaal conform meerjaren planning • Migratie van analoge KNBRD kanalen naar C2000 netwerk • Vervanging post Groote Keeten, groot onderhoud post Callantsoog • Betrekken nieuwe materiaal loods
Preventie & nazorg • Waarborging continuïteit BOT en ontwikkelen voorlichtingsmateriaal • Certificering BOT leden • Alle strandwachten opleiden voor EHBO diploma • Ontwikkelen voorraadsysteem EHBO materiaal • Controle en actualiseren protocollen en werkinstructies
Regionale Voorziening Reddingsbrigades • Vereniging steunt oprichting RVR NHN • Voordelen vereniging op gebied veiligheidspartner, invloed en sterke partij • Kritische aandachtspunten moeten worden bewaakt door het bestuur
Samenwerking binnen de veiligheidsketen • Intensievere samenwerking Zijper reddingsbrigades • Goede samenwerking KNRM Callantsoog voortzetten • Contacten met de brandweer uitbreiden • Contacten en samenwerking met ambulancedienst verbeteren • Opbouwen relatie en structureel overleg met de politie
PR & Sponsoring • Media voorzien van informatie en medewerking verlenen aan rapportages of interviews • Paal13.com laten behoren tot de meeste bezochte en complete reddingsbrigade websites • Bereiken van een groot publiek via social media • Voorlichting en promotie onder doelgroepen • Aantrekkelijke partner voor sponsoren en extra baten genereren door collectes
Financiën • Herziening van het contributie stelsel • Reserveringen opnieuw rangschikken op basis van het meerjaren investeringsplan • Inrichten boekhouding voor deelbudgetten
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 6
2.0 Verenigingsomschrijving 2.1 Doelstellingen vereniging 1. De vereniging heeft ten doel hulp te verlenen en maatregelen te treffen in de ruimste zin van het woord om verdrinking en andere ongevallen te voorkomen. 2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door: a. de praktische opleiding in het elementaire en reddend zwemmen, alsmede in het verlenen van eerste hulp bij ongelukken; b. conditietraining; c. het houden van cursussen en voordrachten; d. het stationeren van reddingsapparatuur; e. andere wettelijke middelen, die voor het bereiken van dit doel bevorderbaar zijn; f. door op het strand preventief op te treden met aller ten doel staande middelen.
2.2 Visie van de vereniging Reddingsbrigade Paal 13 is een vereniging die haar doelstellingen op een kwalitatieve goede en professionele manier wil bereiken. Reddingsbrigade Paal 13 bewaakt gedurende de zomermaanden dagelijks het strand van de badplaatsen Callantsoog en Groote Keeten. In geval van calamiteiten op lokaal en/of op landelijk niveau kan het gehele jaar 24 uur per dag een beroep worden gedaan op de alarmploeg. Bij (water)hulpverlening en rampen kan het specifieke reddingsbrigade materiaal door de alarmploeg worden ingezet voor de incident bestrijding. Middels het organiseren van (internationaal) erkende opleidingen en cursussen probeert de vereniging zoveel mogelijk mensen op te leiden naar zwemmend redder. Bij alle activiteiten staan de leden van de vereniging centraal die op geheel vrijwillige basis een bijdrage leveren om de doelstellingen van de vereniging te realiseren.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 7
2.3 Kerntaken vereniging De activiteiten van Reddingsbrigade Paal 13 vinden plaats binnen drie belangrijke pijlers, ook wel de kerntaken van de vereniging genoemd. Deze kerntaken zijn: - Opleidingen - Strandbewaking - Alarmploeg (waterhulpverlening & rampenbestrijding) Deze kerntaken zijn geen losstaande componenten binnen de vereniging, maar vullen elkaar continu aan. Door het opleiden van de leden kan een kwalitatief goede strandbewaking worden georganiseerd met voldoende bezetting van de strandposten. Door de ervaring die de leden opdoen bij de strandbewaking en de genoten opleidingen kan de alarmploeg in stand worden gehouden. De actieve leden bij de strandbewaking en alarmploeg volgen in aanvulling op de behaalde diploma’s en certificaten nog periodieke bijscholing en herhalingslessen. Zowel de alarmploeg en strandbewaking genereren op hun beurt ook externe aandacht voor de reddingsbrigade. Dit leidt weer tot instroom van nieuwe leden die starten met de opleidingen.
Opleidingen
Kerntaken Paal 13 Alarmploeg
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Strand bewaking
Page 8
3.0 Gevoerd beleid en analyse 3.1 Resultaten beleidsplan 2008 - 2011 Om te komen tot een nieuw beleidsplan is het noodzakelijk om de behaalde resultaten van het vorige beleidsplan te evalueren en te kijken welke onderwerpen er voor de komende jaren nog verdere aandacht behoeven. Omschrijving belangrijkste doelstelling Structurele herindeling organisatie Onderzoek verlenging contract zwembad Callantsoog Verbetering doorstroming van zwembad naar strand opleiding Uitbreiding aantal gecertificeerde instructeurs Implementatie nieuwe opleidingen Reddingsbrigade Nederland Deelname OVD-R functie binnen RVR Handhaven alarmploeg Handhaven evenementen bewakingen Voortzetting werving & selectiebeleid Opstellen functieprofielen en functieomschrijving Actief jeugd beleid o.a. betrekken bij strandbewaking Vrijwilligerscoördinator Aansluiting brandweer Zijpe voor centraal inkoop materiaal Leden opleiden voor EHBO diploma Uitwerking BOT en nazorgfase Uitwerking ARBO RI&E Deelname pilot RVR NHN Samenwerking Zijper brigades op diverse deelgebieden Intensiveren samenwerking overige hulpdiensten Intensiveren sponsorbeleid met name aantrekken grote bedrijven Actualiseren website Verbeteren interne communicatie Implementatie Sportlink leden administratie Inlopen achterstand contributie inning + Behaald / afgerond
O Lopend / in behandeling
Status + + + O O + + + + O O O O O + O O + + + +
- Geen actie / niet behaald
3.2 Tussentijdse bijstelling beleidsplan 2008 - 2011 Op basis van actuele interne en externe ontwikkelingen heeft het bestuur in de afgelopen jaren op enkele deelgebieden het beleid moeten bijstellen of aanvullen. Deze onderdelen zijn mede geformuleerd naar aanleiding van een brainstorm sessie met de meest betrokken leden. Jeugdzaken Actief jeugd programma In stand houden jeugdcommissie Werving jeugdleden
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Status + + O
Page 9
Personeelszaken Kritische beoordeling vacature strandwachten Regionale werving vaste krachten Benchmark salarisschalen vaste krachten Onderzoek strandploeg bezetting Aanstellen mentor / coach Structurele functioneringsgesprekken Nagaan uitkomsten pilot SLA gemeente Bergen
Status + + + + O -
Materiaal Opstellen en implementatie checklist materiaal Verantwoordelijkheden vaste krachten voor materiaal
Status O O
Repressie Onderzoek alarmploeg als kerntaak Onderzoek deelname evenementen bewakingen
Status + +
Bestuurlijk / overige Kerntaken definiëren Prioriteiten stellen Vaststellen basisregels Herziening strandmap 50 jarig jubileum
Status + + + + O
+ Behaald / afgerond
O Lopend / in behandeling
- Geen actie / niet behaald
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 10
3.3 Analyse huidige situatie Om te bepalen waar de komende jaren de aandacht op gevestigd dient te worden en welke richting de vereniging uit wenst te gaan is een analyse noodzakelijk van de huidige stand van de vereniging. Uit de bevindingen van dit onderzoek kan vervolgens gekeken worden naar maatregelen en beleidspunten. In onderstaande matrix zijn de belangrijkste ontwikkelingen weergegeven:
Sterke punten
Zwakke punten
- Vaste groep van actieve vrijwilligers
- Instroom nieuwe (jeugd)leden
- Professioneel opgezette strandbewaking
- Instroom zwemmend redden Schagen
- Doorstroom jeugd naar strandbewaking
- Aantal gecertificeerde instructeurs
- Financieel beleid
- Participatie leden in kaderfuncties
- Goed en onderhouden materiaal
- Borging continuiteit kader
- Opleidingen en algemeen vakkennis niveau
- Leeftijdsopbouw strandploeg
- Externe communicatie
- Specifiek technische kennis strandploeg
- Goed imago en naamsbekendheid - (H)erkenning als officiële 24x7 hulpdienst
Paal 13 Kansen
Bedreigingen
- Regionale Voorziening Reddingsbrigades
- Overproffessionalisering (intern/extern)
- Gemeentelijke herindeling
- Eisen Blauwe Vlag / VR-NHN / NEN
- Gemeentelijke erkenning als hulpdienst
- Nieuwe opleidingsstructuur Red. Ned.
- Nieuwe opleidingsstructuur Red. Ned.
- Wetgeving
- Ontwikkeling strandslag Voordijk
- Gemeentelijke herindeling
- Mega zandsuppletie kust gemeente Zijpe
- Resessie / bezuinigingen
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 11
4.0 De organisatie 4.1 Organisatie structuur In de afgelopen jaren is een nieuwe transparate organisatie structuur neergezet. Waar de organisatie structuur voorheen werd gekenmerkt door versnippering, is er thans sprake van een platte structuur met duidelijke taakomschrijvingen en aanspreekpunten. Binnen het bestuur zijn er naast de voorzitter, secretaris en penningmeester een viertal portefeuilles met de werkdomeinen preparatie, repressie, personeelszaken en preventie & nazorg. In elk werkdomein zijn er één of meerdere werkgroepen, commissies of kaderleden actief die rechtstreeks door het betreffende bestuurslid worden aangestuurd. Voordelen van deze structuur zijn: - Transparante organisatie - Korte en directe lijnen tussen het kader en het bestuur - Snellere interne informatie voorziening en besluitvorming - Verdeling van de werkdruk - Voor externe partijen; het eenvoudig kunnen vinden van de juiste contactpersoon binnen de vereniging. Gelet op de goede ervaringen met deze organisatie structuur en de te verwachte ontwikkelingen in de toekomst wordt er geen reden gezien om de organisatie structuur op dit moment aan te passen. In overzicht 1 worden de bestuurstaken en onderliggende werkgroepen weergegeven. In 2011 hebben een aantal bestuursleden met een lange staat van dienst afscheidt genomen van het bestuur. Gelukkig kon weldra goede opvolging worden gevonden. Met het vertrek van de oude bestuursleden is echter ook een groot deel aan kennis en ervaring verloren gegaan. De nieuwe bestuursleden zullen zich in 2012 verder inwerken in de actuele materie. De bestuursopvolging kan ook leiden tot nieuwe positieve impulsen; alle geijkte processen worden weer kritisch onder de loep genomen alsmede wordt er ruimte geboden voor nieuwe ideeën en zienswijzen.
4.1.1 Kritische organisatie factoren Verlies van kennis en ervaring Wisseling van de wacht is een natuurlijk proces binnen alle organisaties. De opvolging van enkele bestuurleden, maar ook het afzwaaien van enkele ervaren kaderleden maakte afgelopen jaar andermaal duidelijk dat de organisatie wordt gedragen door een kleine groep van personen waar belangrijke kennis is gecentraliseerd. Veel processen zijn schriftelijk vastgelegd, echter in sommige gevallen niet meer actueel. Er gaat zodoende kennis en ervaring verloren, waardoor de nieuwe bestuurs- en kaderleden het wiel opnieuw moeten uitvinden. Voor een goede transitie van de functie en verantwoordelijkheden is het belangrijk dat de wens tot aftreden tijdig kenbaar wordt gemaakt alsmede dat er voldoende tijd wordt genomen om de nieuwe functionaris in te werken. Hiermee kan het verlies van kennis ten delen worden ondervangen. Door het werken met commissies en werkgroepen, zoals in de huidige structuur al wordt gedaan, vindt er continu onderlinge uitwisseling van informatie plaats. Het verlies van informatie wordt hiermee beperkt. Van belang is dat in de komende jaren meer leden deelnemen aan commissies of werkgroepen en dat opvolging zodoende meer via een natuurlijke wijze plaatsvindt. In de beleidsperiode 2012 – 2015 is het van belang dat alle vastgelegde processen worden nagelopen en zo nodig worden herzien. Daarnaast zullen nog niet vastgelegde processen en werkafspraken alsnog moeten worden beschreven. Momenteel zijn een aantal belangrijke documenten al in te zien via het document center van de website. Dit is echter een openbare webpagina, dus ook voor externen in te zien.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 12
Daarnaast kunnen de documenten op de website niet worden gedownload, geprint of worden aangepast. Voor vastlegging en het actueel houden van alle documentatie is het wenselijk te komen tot een afgesloten webomgeving waarbij (kader) leden permanent documenten kunnen delen, inzien, toevoegen of aanvullen. Hiermee kan het verlies van kennis deels worden ondervangen. Instroom nieuwe kaderleden De vereniging heeft een grote groep van actieve (jeugd)leden die zich met name richten op de strandbewaking en alarmploeg. Vooral leden woonachtig in Callantsoog of omgeving pakken allerhande werkzaamheden op, terwijl er ook veel potentieel aanwezig is bij leden die elders in het land woonachtig zijn. Doorstroming van deze actieve leden naar kaderfuncties stagneert echter. De betrokkenheid van de leden staat buiten kijf, maar het animo voor deelname aan het verenigingskader is een zaak van aandacht. De zoektocht naar kaderleden moeten zich richten op een drietal doelgroepen; studenten, ouders/familie, externe deskundigen. Binnen de strandploeg is een grote groep van leden tussen de 18 en 25 jaar die veelal studeren. Voor deze groep is het juist uitermate interessant te participeren in het verenigingskader. Het lid kan hiermee praktijk ervaring opdoen die helpt bij het opbouwen van een curriculum vitae. Anderzijds profiteert de vereniging van de kennis en vaardigheden van het lid die wordt opgedaan bij de studie. Niet alle kaderfuncties vereist een fysieke aanwezigheid in Callantsoog, maar kunnen prima op afstand worden geregeld. Een tweede doelgroep in de zoektocht naar kaderleden zijn de ouders of familie van onze jeugdleden. Ad hoc helpen ouders al bij activiteiten en evenementen voor de jeugdleden. Onderzocht moet worden of ouders niet een meer structurele rol willen vervullen binnen de vereniging alsmede hoe de vereniging de ouders beter kan binden en interesseren voor de vereniging (tweerichtingsverkeer). Enerzijds kunnen dit functies zijn die dicht bij de activiteiten van het kind liggen bijvoorbeeld op de werkterreinen van opleidingen of jeugdzaken, anderzijds zijn er wellicht interessante functies die aansluiten op de professie van de ouder. Voor het invullen van de kaderfuncties kan ook gekeken worden naar externe personen die nog niet bekend zijn met de vereniging. Ervaring leert dat vooral personen die al vanuit hun beroep raakvlakken hebben bij één van de drie kerntaken van de vereniging een welkome aanvulling zijn. Communicatie speelt een belangrijke rol bij het werven van nieuwe kaderleden. Openstaande vacatures moeten voorzien worden van een duidelijke taakomschrijving en beter kenbaar worden gemaakt. Middelen hiervoor zijn mond op mond reclame, de website, lokale media en ook de vrijwilligerscentrale van de gemeente Zijpe kan meer worden benut.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 13
Overzicht 1
Taakverdeling bestuur
Voorzitter
Secretaris
Penningmeester
Algemene zaken
Verslaglegging
Jaarrekening
Gemeente zaken
Correspondentie
Betalingen
RVR / SKR NHN
Archief
Verzekeringen
Externe contacten
Jeugd commissie
Subsidie
Jubileum commissie
PR & Sponsoring
Leden administratie
Preparatie
Repressie
Personeel
Materiaal
Alarmploeg
Coördinator PZ
Preparatieploeg
Strandploeg
Trainings weekeinde
Boten commissie
Evenementen
Vrijwilligersrooster
Auto commissie
RB Liaison
Aanname commissie
Loodsbeheer
Werkgroep repressie
Maatschappelijk stage
Preventie & nazorg
Overige commissies
Medische infra
Kas controle
EHBO
Website
Protocollen
Collecte paaltjes
ARBO
Opleidingen
B.O.T
Velocitas / Raften
Bestuurstaak Commissie / werkgroep
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 14
4.2 Organisatie cultuur De organisatie cultuur ligt diep verankerd binnen de vereniging. Het geheel van normen, waarden en gedragsuitingen zorgt voor de “sociale lijm” die de leden aan elkaar en aan de vereniging bindt. Een kleine groep van met name oudere leden treden op als cultuurdrager. Door hun positie, kennis en uitstraling hebben zij een dusdanige invloed op de jongere generaties dat de organisatie cultuur doorgegeven wordt. In het komende decennium bestaat echter een reële kans dat de cultuurdragers een stap terug zullen doen. Het is van belang om de verenigingscultuur blijvend te waarborgen en dat nieuwe leden in de organisatie zich gedragingen, houding en normen snel eigen maken. Het is noodzakelijk om in de komende beleidsperiode al op deze ontwikkelingen te anticiperen. Reddingsbrigade Paal 13 heeft een sterke verenigingscultuur die de leden uitdragen en waar zij trots op zijn. Deze cultuur wordt gekenmerkt door:
Grote betrokkenheid van de leden. Voorbeeldfunctie van leidinggevenden, kader en bestuur. Aandacht en zorg voor werving van strandwachten en nieuwe leden. Aandacht en zorg voor opleiding en trainingen. Erkenning van het bestaan van een belangentegenstelling tussen individu en organisatie. Open communicatielijnen voor alle geledingen. Intensieve communicatie door alle geledingen.
De jongste generatie strandwachten bestaat voornamelijk uit leden die doorgestroomd zijn vanuit de eigen jeugdopleiding. Van jongs af aan zijn zij al bekend gemaakt met de verenigingscultuur. Daarnaast stromen er jaarlijks nieuwe leden in, voornamelijk bij de strandbewaking. Van belang is om deze leden binnen zo’n kort mogelijk tijdsbestek bekend te maken met de verenigingscultuur. Om de verenigingscultuur ook naar de toekomst toe te borgen is in 2011 tijdens de brainstormsessie besloten om de basis “regels” op papier te zetten. De basisregels zijn door het bestuur verder uitgewerkt en worden weergegeven in overzicht 2. Het alleen op papier zetten van de vuistregels is niet voldoende. Continu moet de aandacht gevestigd worden op deze belangrijke punten op het gebied van de verenigingscultuur. Niet alleen top down vanuit het bestuur maar voornamelijk tussen de leden onderling. Door een blijvende focus op deze punten kan de vereniging de door haar gewenste verenigingscultuur bewaren. Dit zal tevens resulteren in een krachtige organisatie waarbij onderstaande gevoelens en overtuigingen kenmerkend zijn:
Reddingsbrigade Paal 13 is een uitmuntende organisatie; Het werk binnen de vereniging is zinvol en bevredigend; Leden dragen zelf verantwoordelijkheid; De enige echte discipline is zelfdiscipline; De werkwijze binnen de vereniging is structureel en efficiënt.
In de komende beleidsperiode zal permanente aandacht worden gevraagd voor de verenigingscultuur zodat deze kan worden doorgegeven aan toekomstige generaties.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 15
Overzicht 2
Positieve verenigingscultuur
Attitude
• Zorg voor een professionele positieve houding en opstelling zowel binnen de vereniging als naar buiten toe. • Wees trots op de vereniging.
Respect
• Behandel een ieder zoals je zelf ook behandeld zou willen worden. •Toon waardering voor het vrijwillige (!) werk van een ander.
Eerlijkheid en veiligheid
• Persoonlijke integriteit en veiligheid staat voorop • Ga correct om met verenigingseigendommen.
Passie
• Iets doen wat je leuk vindt, dat houdt je het langste vol.
Toewijding
• Het is de inspanning van velen om veiligheid te creëren voor anderen.
Teamwork
• Alleen redt je het niet, redden doen we samen. • Steek elkaar de helpende hand toe.
Proactief
• Houdt je ogen op het water en schat veiligheidsrisico’s in. • Neem verantwoordelijkheid en initiatief.
Opleiding
• Neem deel aan opleiding- en trainingsprogramma’s om jezelf verder te ontwikkelen.
Ervaring
• Deel je ervaringen met anderen en leer van andermans ervaring.
Innovatie
• Zoek voortdurend naar verbeteringen en nieuwe ideeën zijn altijd welkom.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 16
4.3 Leden De leden vormen de ruggengraat van de vereniging en zijn daarmee van onschatbare waarde. Per jaar verrichten zij samen enkele duizenden uren aan vrijwilligerswerk waardoor de vereniging haar doelstellingen kan realiseren. De vereniging kent al geruime tijd een stabiel ledenaantal van circa 150 leden. Het is echter van belang om dit ledenaantal te behouden en liefst uit te breiden. Met name de instroom van jonge leden tussen de 6 en 12 jaar loopt het laatste jaar terug terwijl juist deze groep van belang is voor het voortbestaan van de vereniging. Ledenwerving en ledenbehoud moet een structureel onderdeel gaan vormen van het verenigingsbeleid. Ledenwerving In 2011 zijn reeds een aantal ledenwerf acties opgezet. De promotiestand en het reddingsbrigade materiaal is aanwezig geweest bij een grote bedrijvenbeurs in Wieringenwerf, op een koopzondag in de Makado te Schagen en is er deelgenomen aan de verenigingenmarkt in ’t Zand. Daarnaast hebben basisscholen uit Schagen, ’t Zand en Callanstoog tijdens de zomermaanden een werkbezoek gebracht aan de reddingspost waarbij de leerlingen kennis konden maken met het werk van de strandwachten. Ook leerlingen van het Regius College in Schagen konden tijdens de stagemarkt (zie verder hoofdstuk 8 Personeelszaken) kennis maken met Reddingsbrigade Paal 13. Het deelnemen aan beurzen, evenementen, braderieën en het organiseren van promotiedagen zal in de komende beleidsperiode verder moeten worden uitgebouwd. Ledenbehoud Naast het werven van nieuwe (jeugd)leden is het behoud van leden een belangrijk aandachtgebied. e Meestal valt de definitieve keuze voor een hobby rond het 12 levensjaar. Dit is ook het moment waarop een school gekozen moet worden en dit heeft weer invloed op de deelname aan de verenigingsactiviteiten. Vaak komt ook de mening van een ouder om de hoek als bepalende factor in de keuze van een kind. Naast aandacht voor het jeugdlid is dus ook de interactie tussen de vereniging en de ouders van belang. De groep 12-20 jaar is de groep waar de meeste ledenwinst te behalen is door ledenbehoud. Door het voeren van een actief jeugdbeleid en het betrekken van het jeugdlid bij onder andere de strandbewaking kan de interesse van het jeugdlid worden vastgehouden. Het maatschappelijk verantwoorde werk van de reddingsbrigade en de pedagogische leerdoelen bij de opleidingen zullen vooral bij de ouders onder de aandacht moeten worden gebracht. Bij de ledenwerving en ledenbehoud speelt PR & communicatie een belangrijke rol. Verschillende instrumenten kunnen hiervoor worden ingezet of dienen nog ontwikkeld te worden (zie verder hoofdstuk 13 PR en Sponsoring).
Belangrijkste thema’s organisatie -
Voortzetten huidige organisatie structuur Vergroten deelname leden aan commissies, werkgroepen, kader functies Opzetten intranet bibliotheek Bewustwording en doorgeven verenigingscultuur Leden werving en leden behoud
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 17
5.0 Opleidingen Het verzorgen van opleidingen is één van de kerntaken van de vereniging. Opleidingen vormt een bron van aanwas van nieuwe leden en draagt bij aan de kwaliteit van dienstverlening bij de andere kerntaken. De vereniging verzorgt diverse erkende Reddingsbrigade Nederland opleidingen in het kader van zwemmend redden en strandwacht. Daarnaast zijn er interne trainingen voor omgang met het materiaal (boten en voertuigen) en cursussen op het gebied van EHBO. Voor de alarmploeg vinden er periodiek nog specifieke trainingen en oefeningen plaats. Hoewel het reddingswerk voornamelijk op vrijwilligers steunt, vereist het werk professionele vaardigheden van mensen die weten wat ze in een noodsituatie moeten doen. Permanente aandacht voor opleidingen is derhalve essentieel. Daarbij staat de veiligheid van de redder voorop; een geoefend redder weet waar moed eindigt en waar roekeloosheid begint. Het algemene opleidingsniveau van de leden is te kwalificeren als goed. Nochtans ontbreekt er een apart bestuurslid opleidingen die de verschillende opleidingen coördineert en op elkaar afstemt. Op basis van het werkdomein zijn de opleidingen bij diverse bestuursleden belegd. Wel zijn er binnen het verenigingskader opleidingscoördinatoren voor het zwemmend redden en de vaaren rijtrainingen. Voor de strandwacht trainingen is de vacature voor opleidingscoördinator nog vacant. Bekeken moet worden of een bestuurslid opleidingen wenselijk is.
5.1 Nieuwe opleidingsstructuur Reddingsbrigade Nederland De nieuwe opleidingslijn voor Zwemmend redden van Reddingsbrigade Nederland is inmiddels compleet ingevoerd. Vanaf het zwembad seizoen 2011-2012 worden de nieuwe opleidingen gegeven in het zwembad De Wiel in Schagen en vanaf 2012 zullen ook de opleidingen Waterhulpverlening worden gestart. De invoering van deze nieuwe opleidingsstructuur vraagt veel energie van de instructeurs en bestuur. Ook de leden zullen de nodige tijdsinvestering moeten doen om te voldoen aan de nieuwe kwalificatie eisen. Belangrijk is dat de overgang naar het nieuwe stelsel goed wordt begeleidt. De ILS (International Life Saving Federation) heeft de vernieuwde opleidingen van Reddingsbrigade Nederland om ‘lifeguard’ te worden internationaal erkend. De ILS is de wereldwijde koepel van erkende redding organisaties en dè autoriteit op het gebied van het voorkomen van verdrinkingen, de kwaliteit van reddingsopleidingen en de Life Saving Sport. Met het nieuwe diploma op zak kan een lifeguard in binnenen buitenland ook beroepsmatig aan de slag en worden ingezet bij grensoverschrijdende hulpverleningen, zoals overstromingen.
5.1.1 Brevetten lijn De nieuwe opleidingslijn bevat de volgende brevetten: Junior Redder 1 t/m 4 Zwemmend Redder 1 t/m 4 Life Saver 1 t/m 3 Junior redder & zwemmend redder Als de kinderen eenmaal kunnen zwemmen en daarin ook geoefend zijn, kunnen ze beginnen met het zwemmend redden. Bij deze diploma’s worden ze hierop spelenderwijs voorbereid. Ze leren wat ze moeten doen als er iemand in het water ligt, hoe ze zich kunnen bevrijden als ze door een drenkeling worden vastgepakt (bevrijdingsgrepen) en hoe ze een drenkeling vervolgens naar de kant kunnen vervoeren (vervoersgrepen). Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het gebruik van reddingsmiddelen. Het oefenen van deze technieken vindt allemaal in het zwembad plaats.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 18
Life Saver Tijdens deze opleiding worden de vaardigheden bijgehouden die bij de vorige brevetten zijn opgedaan en komen er nieuwe vaardigheden bij. Deze nieuwe vaardigheden hebben vooral betrekking op de praktijk van het zwemmend redden en worden er ongevallen gesimuleerd. Daarnaast ligt er ook veel nadruk op de theorie van het zwemmend redden en EHBO. Aangezien deze brevettenlijn inmiddels is geïmplementeerd behoeft hier geen specifieke beleidsmatige aandacht aan gegeven te worden. Nieuwe reddingsmaterialen en cursusboeken zijn aangeschaft en bijscholing van de instructeurs heeft reeds plaatsgevonden. Wel dient een goede evaluatie plaats te vinden op basis van de gegeven lessen en examen resultaten in 2012.
5.1.2 Opleiding Waterhulpverlening Reddingsbrigade Nederland heeft vanaf januari 2011 de nieuwe opleiding Waterhulpverlening ingevoerd. Deze opleiding is anders samengesteld dan de opleidingen die tot nu toe werden gegeven. De opleiding waterhulpverlening bestaat uit drie diploma’s: Junior lifeguard met de vakgebieden Pool, Open water en Beach. Lifeguard met de vakgebieden Pool, Open Water en Beach. Daarnaast zijn er de specialisaties schipper en Reddingsbrigade chauffeur (incl. O&G). Senior Lifeguard Het diploma Senior Lifeguard kent geen opsplitsing in vakgebieden en heeft één landelijk georganiseerde specialisatie te weten schipper. De opleidingen zijn gebaseerd op competentiegericht leren en zijn dus veel meer op de persoon afgestemd. Het leren met opdrachten en het opdoen van ervaringen in de praktijk staan centraal. Belangrijk element is dat de opleidingen niet meer worden afgesloten met een examen maar met diverse Proeve van Bekwaamheden (PvB’s). Een groot deel van het programma wordt door de brigade instructeur afgetekend en goed bevonden. Vaarbewijs & EHBO diploma Onderdeel van de nieuwe opleiding waterhulpverlening zijn het vaarbewijs deel I & II alsmede een EHBO diploma. In de afgelopen jaren hebben diverse leden ad hoc al deelgenomen aan een cursus vaarbewijs. Bij de totstandkoming van de cursus is hierbij nauw samengewerkt met de reddingsbrigades Den Helder en Bergen. Nu het vaarbewijs is geïmplementeerd in de specialisatie schipper zal de cursus vaarbewijs op een meer structurele basis moeten worden georganiseerd. Gekeken zal worden of dit mogelijk is via een periodieke in-house cursus dan wel middels voortzetting van het huidige samenwerkingsverband met buurtbrigades. Het EHBO diploma is een verplicht onderdeel binnen de opleidingen waterhulpverlening. In 2011 is reeds gestart om de leden hiervoor op te leiden. Deze cursus wordt intern gegeven waarbij wordt samengewerkt met de lokale EHBO vereniging. Gezien het grote aantal kandidaten dat hier jaarlijks voor moet worden opgeleid is het wenselijk deze structuur in de komende jaren te handhaven. Mochten er nog opleidingsplaatsen beschikbaar zijn, dan kan de vereniging deze plaatsen ook aanbieden bij de buurtbrigades. Zie verder hoofdstuk 10 Preventie & nazorg. Vaar- & rij opleidingen Tot op heden heeft de vereniging een eigen programma verzorgt voor de vaar- en rijopleidingen. Een vaste groep van instructeurs geven gedurende de zomermaanden op de donderdagavond les op de verschillende boten. De cursisten worden stapsgewijs opgeleid voor de verschillende boottypes waarbij men eerst kundig moet zijn met de langzamere boten waarna de overstap wordt gemaakt naar de snelle boten. Ook voor de rijtrainingen wordt gebruik gemaakt van een groep vaste instructeurs. De rijtrainingen worden zowel gedurende de zomermaanden alsmede in de winterperiode gegeven.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 19
Met de komst van de opleiding waterhulpverlening zal vanaf 2012 gekeken moeten worden hoe de specialisatie Lifeguard schipper en chauffeur geïmplementeerd kunnen worden en deze aansluiten op de tot op heden gegeven trainingen. Een aspect hierbij is tevens de instructeurs bevoegdheid conform het nieuwe examenreglement. Gezien de lokale kennis van het gebied en materiaal is het wenselijk de opleiding te blijven geven door eigen bevoegde instructeurs. Voor de bevoegdheid voor het rijden met optische en geluidssignalen (O&G) zijn in de afgelopen vier jaar een groot aantal chauffeurs opgeleid via Reddingbrigade Nederland. Doelstelling voor de komende jaren is voortzetting van het beleid om zoveel mogelijk strandwachten met een rijbewijs op te leiden tot het niveau van chauffeur reddingsbrigadevoertuig met O&G bevoegdheid. Tevens zal er gekeken moeten worden in hoeverre de huidige groep chauffeurs bijscholing nodig heeft om de volledige specialisatie chauffeur te verkrijgen. In Overzicht 3 is de nieuwe opleidingsstructuur weergegeven.
5.1.3 Overgangsregeling Met de komst van de nieuwe opleidingsstructuur is het, met een bepaalde vooropleiding, mogelijk om de “oude” diploma’s om te zetten naar de nieuwe diploma’s. Deze omzetting kan in sommige gevallen direct, in andere gevallen door het volgen van beperkte bijscholing. Deze overgangsregeling is tot 01 september 2012 van kracht. Thans is in 2011 binnen de vereniging een werkgroep geformeerd om deze omzetting voor de leden te begeleiden. Doelstelling van de werkgroep is om binnen de overgangstermijn de huidige diploma’s van de leden daar waar mogelijk om te zetten naar de nieuwe diploma’s. Tevens zullen er enkele cursussen en bijscholingsmomenten worden georganiseerd om te voldoen aan de nieuwe eisen.
5.1.4 Licentieregeling Samen met het omzetten van oude diploma’s naar nieuwe diploma’s wordt een geldigheidsduur van 5 jaar gekoppeld aan de diploma’s. De diploma’s kunnen in de toekomst geldig gehouden worden volgens een licentieregeling. De licentieregeling houdt in hoofdlijnen in dat een brigadelid per 5 jaar een beperkt aantal punten moet halen om de licenties voor de hoogste opleiding(en) te behouden. Het behalen van de punten kan bijvoorbeeld door les te geven of deel te nemen aan bewaken. Daarnaast stimuleert de licentieregeling het bijwonen van twee tot drie workshops of technische bijeenkomsten om zo de kennis van het brigadelid bij te houden. Op het moment van het schijven van onderhavige beleidsplan is de exacte invulling en eisen van de licentieregeling nog niet bekend. Echter dient in 2012 een plan van aanpak te worden uitgewerkt om de behaalde kwalificaties van de leden te onderhouden ten einde aan deze licentieregeling te voldoen.
5.2 Versnelde opleiding Lifeguard Redingsbrigade Nederland heeft een versnelde cursus Lifeguard beach ontwikkeld waarbij kandidaten in één week tijd worden opgeleidt door speciale instructeurs. Binnen de kaders van de blauwe vlag en een mogelijke Service Level Agreement vanuit de Regionale Voorziening Reddingsbrigade kunnen in de nabij toekomst eisen qua opleiding worden gesteld aan de strandbewaking. Hoewel Reddingsbrigade Paal 13 voldoende gekwalificeerde bewakers heeft kan de versnelde opleiding Lifeguard interessant zijn om nieuwe strandwachten in korte tijd op te leiden tot het gewenste basisniveau. Eventuele extra kosten voor deze versnelde opleiding zullen voor alsdan moeten worden opgenomen in de jaarlijkse begroting.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 20
5.3 Bijscholing, training en oefeningen Naast de basisopleidingen verzorgt de vereniging tal van activiteiten om de kennis en vaardigheden van de leden te onderhouden en verder uit te bouwen. Leden van de strandploeg oefenen ’s zomers met enige regelmaat en de alarmploeg neemt jaarlijks deel aan regionale/landelijke oefeningen en worden er diverse bijscholingsdagen georganiseerd. Daarnaast wordt er in mei voor de vaste strandwachten een trainingsweekeinde georganiseerd waarbij alle aspecten van het werken op het strand worden herhaald. Het is wenselijk deze activiteiten in de komende jaren verder door te zetten en daar waar parallellen zijn de trainingen en oefeningen van de strandploeg en de alarmploeg te combineren. Na de geslaagde pilot in 2011 is het de intentie om voor de vaartrainingen ook in de komende jaren intensief samen te werken met de KNRM station Callantsoog.
5.4 Instroom nieuwe leden zwemmend redden In de afgelopen beleidsperiode is het aantal zwemmende (jeugd) leden in het zwembad aanzienlijk gedaald, terwijl het aantal kandidaten voor de strandwacht opleidingen juist behoorlijk is gestegen. Aangezien het zwemmend redden bijdraagt aan een goede zwemtechniek alsmede een grote bron van aanwas van nieuwe leden is, zal er op korte termijn een plan moeten komen om het aantal zwemmende leden substantieel te laten groeien. Naast permanente PR acties zal onderzoek gedaan moeten worden naar onderstaande punten: a) b) c) d)
Nagaan waarom er in de afgelopen jaren leden zijn afgehaakt bij het zwemmend redden. Sluiten de zwemtijden nog aan bij de andere activiteiten van het lid c.q. ouders. Sluit de kwaliteit van de lessen aan met de verwachtingen van de kandidaten. Zijn de kosten wegens de economische ontwikkelingen (recessie) een reden waarom kinderen afhaken bij het zwemmend redden? e) Ondervinden de andere reddingsbrigades in de gemeente Zijpe ook problemen met een teruglopend aantal zwemmende leden? f) Is het zwembad in Schagen nog wel de juiste locatie? g) Heeft de nieuwe opleidingsstructuur nog invloed op de leegloop? h) Hoe kan de vereniging weer nieuwe (jeugd) leden werven voor het zwemmend redden? Vanaf het vierde kwartaal 2011 heeft het bestuur al eerste initiatieven ondernomen ten aanzien van het zwemmend redden. Mogelijkheden worden onderzocht om het vervoer van de kinderen naar Schagen centraal te regelen. Hiermee worden de ouders ontlast om zorg te dragen voor het vervoer van de kinderen naar het zwembad. Daarnaast zal een werkgroep worden geformeerd om een actieplan op te stellen om het aantal zwemmende leden te laten groeien. Doelstelling is om in de komende vier zwemseizoenen een groei van het aantal kandidaten van 25% per jaar te realiseren.
5.5 Instroom nieuwe instructeurs Momenteel heeft de vereniging een klein aantal Reddingsbrigade Nederland bevoegde instructeurs. Om de continuïteit en kwaliteit van de opleidingen te blijven waarborgen en de tijdsbelasting van de huidige instructeurs te verminderen is het wenselijk dat het aantal Reddingsbrigade Nederland gecertificeerde (assistent) instructeurs in de komende vier jaar met 2 à 3 personen te laten toenemen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 21
Doordat ook het Reddingsbrigade Nederland instructeur diploma, behorende tot de hogere bondsopleiding, is herzien kan het behalen van dit diploma extra voordelen bieden voor de aspirant instructeur. De hogere bondsopleidingen zijn nu ingedeeld binnen de 5 niveaus die gehanteerd worden in het beroepsonderwijs en de Europese Unie. De sportbonden hebben samen met NOC*NSF en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de basis voor de nieuwe indeling gemaakt (kwalificatiestructuur sport), waardoor landelijke erkenning van de opleidingen en uitwisseling met het onderwijs beter mogelijk werd. De hogere bondsopleidingen zijn zodanig herzien dat ze ook passen binnen de kwalificatiestructuur sport. Leden die in het bezit zijn van het instructeur diploma kunnen zodoende naast hobbymatig, de lesbevoegdheid ook beroepsmatig gebruiken.
Belangrijkste thema’s Opleidingen -
-
Aanstelling bestuurslid opleidingen Omzetten diploma’s van leden naar nieuwe diploma lijn waterhulpverlening Plan van aanpak voor behoud geldigheidsduur nieuwe diploma’s Versnelde opleiding Lifeguard beach Organiseren cursus vaarbewijs en EHBO Groei 25% per jaar aantal kandidaten zwemmend redden Toename aantal bevoegde instructeurs
Overzicht 3
Nieuwe opleidingsstructuur
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 22
6.0 Strandbewaking De tweede belangrijke kerntaak van de vereniging is de strandbewaking. De strandbewaking vindt plaats gedurende het Hemelvaarts- en Pinksterweekeinde alsmede dagelijks vanaf 01 juni tot en met medio half september. De bewakingsperiode wordt jaarlijks vastgesteld in overleg met de gemeente.
6.1 Legitimiteit strandbewaking De strandbewaking vloeit voort uit een convenant met de gemeente Zijpe. Grondslag vormt hierbij de strandnota (n.b. laatste versie 2003). In de strandnota is vastgelegd welke stranddelen bewaakt dienen te worden. Verder wordt er van de reddingsbrigade verwacht dat zij expertise heeft om de strandbewaking vorm te geven. De gemeentelijke verplichting jegens de strandexploitanten voor bewaking van de door hun gepachte vakken is voor een groot deel het fundament van de gemeentelijke subsidie welke de gemeente jaarlijks toekent aan de vereniging. Naast de strandnota wordt er in de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) door de gemeente beleidsregels geformuleerd ten aanzien van het strand. Hoewel het handhaven van de APV geen taak is van de reddingsbrigade liggen de regels in de APV in het verlengde van de doelstellingen (veiligheid) van de vereniging.
6.2 Uitgangspunten strandbewaking Hoewel de strandbewaking in de loop der jaren is geëvalueerd is het uitgangspunt voor de Reddingsbrigade Paal 13 dat de meest optimale bewaking wordt gerealiseerd middels “vakbewaking”. Dit houdt in dat op het strand van Callantsoog en Groote Keeten minimaal één badmeester per gepacht vak aanwezig is. Voorts hebben de beide reddingsposten de beschikking over minimaal een snelle boot en een terreinwagen inclusief bemanning. Dit vraagt echter om een grote pool van vaste krachten en vrijwilligers. Gelet op de beschikbaarheid van bemanningen en het personeelsbudget is dit echter in het voor- en naseizoen niet haalbaar. Er zal voor alsdan gekozen moeten worden voor een tussenoplossing waarbij het signaleren van een incident gebeurd door middel van loop-, vaar- en rijpatrouilles dan wel observatie vanuit de reddingsposten. Ook voor de komende jaren is de vereniging voornemens deze uitgangspunten als leidend te beschouwen in de uitvoering van de strandbewaking.
6.3 Openingstijden reddingsposten Gedurende het bewakingsseizoen zijn de reddingsposten geopend van 09.30 uur tot 18.30 uur.
6.4 Bezetting reddingsposten Zoals reeds aangegeven in paragraaf 6.2 zal het niet altijd mogelijk zijn om gedurende het bewakingsseizoen permanente vakbewaking in te stellen. Het seizoen kan worden ingedeeld in drie periodes, te weten voorseizoen, hoogseizoen en naseizoen. Met name in het voor- en naseizoen zal de bezettingsgraad lager zijn dan in het hoogseizoen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 23
6.5 Taken reddingsbrigade bij strandbewaking Om een duidelijk beeld te krijgen welke werkzaamheden de reddingsbrigade tijdens de strandbewaking uitvoert, volgt in navolgend overzicht een opsomming van de belangrijkste taken.
Overzicht 4
Taken strandbewaking
Taken strandbewaking Observeren strand
Voorkomen
Preventief patrouilleren (lopen, varen, rijden, vakbewaking)
Voorkomen
Preventief verwijzen van baders en zwemmers
Voorkomen
Preventief verwijzen overige badgasten (vliegers, watersporters, e.d.)
Voorkomen
Voorlichting verstrekken aan badgasten
Voorkomen
Plaatsen gevarenborden nabij strekdammen i.s.m. gemeente
Voorkomen
Plaatsen vlaggenmasten bij strandopgang
Voorkomen
Hijsen gevaren vlaggen bij strandopgangen
Voorkomen
Zwemlijnen leggen en onderhouden
Voorkomen
Watersport boeien leggen
Voorkomen
Redden van personen en dieren in zee, op het strand en in het duingebied
Bestrijding
Redden van materiaal in zee, op het strand en in het duingebied
Bestrijding
Verlenen van EHBO, Basic Life Support, First responder
Bestrijding
Bestrijding strandongevallen in de ruimste zin van het woord
Bestrijding
Assistentie aan buurtbrigades, KNRM, ambulance, politie, brandweer, gemeentelijke diensten.
Bestrijding
Verloren / gevonden kinderen retourneren
Bestrijding
Signaleren overtredingen APV en doorgeven aan bevoegde instantie.
Overige
Klein onderhoud reddingsposten
Overige
6.6 Incidentbestrijding Hoewel de strandbewaking gericht is op de preventie van ongevallen kan het zijn dat er hulp geboden moet worden. Het streven is om tijdens bewakingsuren op de bewaakte stranden binnen 3 minuten na melding ter plaatsen te zijn voor de eerste inzet. De incidentbestrijding zal geschieden met in acht name van de daartoe geldende protocollen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 24
6.7 Algemene ontwikkelingen strandbewaking De ontwikkeling van de strandbewaking wordt voor een groot deel ingegeven door externe factoren waar de vereniging zo mogelijk een invulling aan moet geven. Naar het oordeel van het bestuur kan de belasting van deze ontwikkelingen niet worden gedragen door de vrijwilligers die actief zijn binnen de vereniging. Zo nodig zal afstemming met de gemeente dienen plaats te vinden. Voor de komende jaren zullen navolgende externe factoren invloed kunnen hebben op de strandbewaking.
6.7.1 Versterking / verbreding kust Callantsoog Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier maakt samen met de provincie Noord-Holland en Rijkswaterstaat de kust tussen Petten en Den Helder met zand de komende jaren weer sterk, veilig en mooier. Na de kustversterking moet het niet alleen veilig zijn, maar ook aantrekkelijker. Zo wordt het voor omwonenden en toeristen een nog fraaier gebied. De toekomstige strandbreedte bij Callantsoog is ca. 150 meter, dit is ongeveer een verdubbeling van de huidige strandbreedte. Callantsoog is de meest stedelijke badplaats langs dit deel van de kust. Om dit te versterken wordt voorgesteld een strandboulevard te maken tussen de twee zuidelijke strandopgangen. De strandpaviljoens worden zo verbonden in de vorm van een zeewaarts geschoven boulevard. Door de verhoogde ligging en goede begaanbaarheid is de strandboulevard het hele jaar door aantrekkelijk voor recreanten. De strandboulevard maakt het tevens mogelijk het gebruik van het strand te zoneren. Direct voor Callantsoog ontstaat een intensief gebruikt deel, ten noorden en zuiden daarvan wordt het strand extensiever gebruikt. Bij de zuidelijke strandtoegang van Callantsoog wordt een uitkijkpunt gemaakt. Naar verwachting starten de werkzaamheden in 2013. Door de strandverbreding zullen de thans aanwezige strekdammen bij Callantsoog en mogelijk ook bij Groote Keeten verdwijnen. De situatie van de kustlijn is voor alsdan vergelijkbaar met die van de stranden ten zuiden van de Hondsbossche zeewering. Deze veranderingen hebben ook invloed op de wijze van bewaking door de strandwachten. In plaats van muien (gevaarlijke stromingen) nabij de strekdammen zullen nu plaatselijke muien ontstaan die zich voorts binnen korte tijd kunnen verplaatsen. Tevens zullen er tussen het strand en de eerste rij zandbanken uitgestrekte zwinnen (stroomgeulen evenwijdig aan de kust) ontstaan. Bij collega reddingsbrigades met een vergelijkbaar strand zal onderzocht moeten worden in hoeverre aanpassing van de eigen bewakingsmethode noodzakelijk is. Momenteel is het strand door de aanwezigheid van de strekdammen in te delen in vakken en kunnen doelgroepen aan de betreffende vakken worden toegewezen (bijvoorbeeld zwemvak of botenvak). Daarnaast vormen de strekdammen een markeringspunt voor een snelle positiebepaling van calamiteiten. Gekeken zal moeten worden naar een andere wijze van markering van de doelgroepgebieden door bebording en belijning. Wanneer de plannen daadwerkelijk zijn doorgevoerd zal het strand van met name Callantsoog nog aantrekkelijker worden voor de toeristen. Hierdoor kan een nog grotere toeloop van badgasten ontstaan. Inschatting van de vereniging is dat een lichte verhoging van de toeloop opgevangen kan worden met het huidige bemanningspotentieel en materieel. Echter zullen de ontwikkelingen op dit gebied wel nauwkeurig moeten worden geanalyseerd en in samenwerking met de gemeente tijdig aanpassingen maken om blijvend te voldoen aan de voorgestane veiligheidsnormen. De laatste jaren signaleert Reddingsbrigade Paal 13 door de toeristische ontwikkelingen al een toename van badgasten buiten het bewakingsseizoen. Met name op mooie dagen in het voorjaar en najaar kan het behoorlijk druk zijn op de stranden van Callanstoog en Groote Keeten. De strandwachten kunnen op dergelijke momenten echter geen bewaking opzetten wegens het ontbreken van een volledig ingerichte strandpost. Bij calamiteiten kan in voorkomende gevallen wel een beroep worden gedaan op de alarmploeg, echter heeft deze een langere aanrij tijd naar het incident. Daarnaast kent de alarmploeg alleen een repressief karakter en verricht geen preventieve activiteiten. Bij vervanging van de huidige post in Callantsoog zal Reddingsbrigade Paal 13 streven naar een reddingpost die permanent op het strand aanwezig is. Hiermee kan sneller worden geanticipeerd op drukke stranddagen buiten het door de gemeente vastgestelde bewakingsseizoen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 25
6.7.2 Ontwikkeling strandslag Voordijk Sinds enkele jaren worden er bij de gemeente Zijpe plannen ontwikkeld om de drukte op het strand van Callantsoog te verminderen. Zij wil dit onder meer realiseren door een nieuw strandpaviljoen toe te staan bij strandslag Voordijk en bepaalde strandactiviteiten naar dit stranddeel te verplaatsen. Zowel in 2009 als in 2011 heeft Reddingsbrigade Paal 13 haar zienswijze op deze plannen gegeven en advies uitgebracht ten aanzien van de veiligheid en de voorgenomen ontwikkelingen bij Voordijk. HTC Advies, het bureau dat in opdracht van de gemeente Zijpe de mogelijkheden voor een paviljoen bij deze strandslag onderzocht, concludeert begin 2012 echter dat een strandpaviljoen bij Voordijk geen haalbare zaak is. Verdere uitwerking van de bewakingen bij Voordijk kunnen echter pas plaatsvinden zodra de gemeente een definitief besluit heeft genomen over de ontwikkelingen bij strandslag Voordijk.
6.7.3 Blauwe vlag De Blauwe Vlag is een internationale milieuonderscheiding die jaarlijks wordt toegekend aan stranden en jachthavens die aan de campagne deelnemen en aangetoond hebben schoon en veilig te zijn. Het doel van het Blauwe Vlag programma is om overheden, ondernemers en recreanten blijvend te betrekken bij de zorg voor schoon en veilig water, mooie natuur en een gezond milieu. Het mogen voeren van een Blauwe Vlag is een erkenning voor de inspanningen die de strandgemeente op dit gebied heeft geleverd. Voor de toerist is de Blauwe Vlag internationaal het herkenning- en kwaliteitssymbool voor goede stranden en jachthavens. De stranden van Callantsoog en Groote Keeten dragen al vele jaren de blauwe vlag erkenning. Reddingsbrigade Nederland, de Ilse (International Life Saving Federation of Europe) en de FEE (Foundation for Environmental Education, de internationale Blauwe Vlag-organisatie) hebben in 2004 de handen ineen geslagen om de zwemveiligheid bij zwemlocaties en dan met name bij Blauwe Vlag locaties, te verhogen. De veiligheid bij een Blauwe Vlag locatie moet ‘optimaal’ zijn en voldoend aan bepaalde veiligheids- en inrichtingseisen. Wie ooit in het buitenland is geweest vraagt zich wellicht wel eens af hoe er op bepaalde Blauwe Vlag locaties überhaupt een Blauwe Vlag kan en mag wapperen. Ook de FEE, Reddingsbrigade Nederland en de ILSe hebben dit kwaliteitsverschil opgemerkt en hebben het initiatief genomen om te komen tot uniforme eisen met betrekking tot veiligheid, bewaking en regelgeving. Inmiddels heeft ook de ISO internationale richtlijnen opgesteld m.b.t. beborden en signalen (ISO 20712 - 20712-2). Waar wordt precies naar gekeken:
Uniforme bebording langs de Nederlandse kust. Wordt de ISO normering toegepast. Hebben de baders een eigen afgebakend gebied (baderszone). Lopen de strandwachten in uniforme kleding in de kleuren geel en rood. Hebben de strandwachten voldoende en goed reddingsmateriaal.
Bij een strandveiligheidskeuring wordt er gekeken naar het totale veiligheidsplaatje (dus niet alleen naar de strandwachten). De aanvraag voor een strandveiligheidskeuring wordt overigens niet gedaan door de reddingsbrigade zelf maar door de eigenaar/beheerder, in dit geval de gemeente Zijpe. In de afgelopen jaren hebben diverse Risk Assessors in het kader van de strandveiligheidskeuring een bezoek gebracht aan de reddingsposten in Callantsoog en Groote Keeten. Voor zover bekend waren de bevindingen van de Risk Assessors ten aanzien van de Reddingsbrigade Paal 13 positief. Voor de komende jaren zal vanuit de vereniging wel de ontwikkelingen te aanzien van de Blauwe Vlag en eisen op het gebied van strandveiligheid in de gaten worden gehouden.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 26
6.7.4 Visie VR NHN op de reddingsorganisatie Door de regionalisering van de hulpdiensten en samenwerking tussen de gemeenten is er binnen de Veiligheidsregio NHN (VR NHN) behoefte aan een eenduidige lijn in de hulpverlening op en rond het water. Algemeen wordt erkend dat er verschillen zijn tussen de diverse gemeenten qua financiering en samenwerking met de reddingsbrigades en daardoor ook kwaliteitsverschillen. Dat wordt door de VR NHN niet als wenselijk geacht. De VR NHN heeft een visie opgesteld ten aanzien van de hulpverlening op en rond het water. Als reddingsorganisaties worden de KNRM, Kustwacht en reddingsbrigades gezien. De VR NHN wil veiligheidsnormen benoemen en daaruit voorvloeiend de zorgnormen. Hiervoor moet er een meetlat worden vastgesteld waaraan de gemeenten hun zorgnorm kunnen bepalen en hiermee dan de kwaliteit en kwantiteit van de gewenste hulpverlening. Doel is te komen tot eenduidigheid. Het proces van de meetlat wordt gezien als: 1. 2. 3. 4.
Risico's in beeld brengen Hotspots bepalen Minimaal aanvaardbare risico's Zorgnorm bepalen
Hierdoor kan per gemeente maatwerk geleverd worden en vindt er een objectieve risico beoordeling plaats. De VR NHN ziet zich als regisseur/verbinder in dit proces. De Samenwerkende Kust Reddingsbrigades NHN (SKR) hebben de VR NHN reeds aangegeven dat zij de visie van eenduidigheid deelt. Het streven van de SKR is ook om één aanspreekpunt te hebben richting haar ketenpartners in de veiligheidsketen. Het huidige SKR is in feite een goede samenwerking van de kustreddingsbrigades zonder formele status. Zij wil komen tot de oprichting van een Regionale Voorziening Reddingsbrigades (zie verder hoofdstuk 11 Regionale Voorziening Reddingsbrigades). De VR NHN geeft aan, dat om de door haar gewenste richting voor de reddingsorganisaties op en rond het water te bereiken, zij zich de komende tijd richt op: 1. Bestaande convenant met Kustwacht/KNRM actualiseren (o.a. SAR-alarmering, operationele prestaties, inzicht in kwaliteitsnormen SAR-eenheden). 2. Doorontwikkelen van de "meetlat voor risicobeoordeling (strand)bewakingstaken". 3. Model Service Level Agreement Gemeente - Reddingsbrigades – VR NHN op te stellen. 4. In overleg met KNRM/Kustwacht/reddingsbrigades bepalen/benoemen/doorontwikkelen van de operationele prestaties op/rond het water. Reddingsbrigade Paal 13 wil in samenwerking met de SKR en/of RVR nauw betrokken worden bij dit proces. Met name de punten 2, 3 en 4 kunnen direct van invloed zijn op de strandbewaking. Uitgangspunt van de vereniging is dat het huidige bewakingsniveau en operationele inzet van materieel en bemanning minimaal gehandhaafd blijft. De VR NHN is voornemens de eventuele meetlat te relateren aan die van de KNRM. Naar het oordeel van de vereniging is deze benadering te eenzijdig. Juist de reddingsbrigade heeft decennia lange expertise opgebouwd ten aanzien van de strandbewaking, daar waar de KNRM slechts sinds enkele jaren actief is op een paar locaties in Nederland. Een op te stellen meetlat zal derhalve het resultaat moeten weergeven van de kennis en ervaring van beide organisaties. Voort dient opgemerkt te worden dat de vereniging naast waterhulpverlening breder ingezet wordt binnen de VR NHN. De 4x4 reddingsbrigade voertuigen worden bijvoorbeeld ingezet bij natuurbranden of in gebieden waar een gewone ambulance niet ter plaatsen kan komen. Bij de opgestelde visie van de VR NHN wordt nochtans geen aandacht besteed aan deze activiteiten. Via de SKR en/of RVR zal bij de VR NHN aangedrongen worden om voorgaande mee te nemen in verdere planontwikkeling.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 27
6.7.5 Kwaliteitsnormering van veiligheid rondom strand en recreatiewater Op initiatief van Reddingsbrigade Nederland start de NEN (Nederlands Normalisatie Instituut) in mei 2012 een project om tot uniforme criteria te komen voor de veiligheid rondom stranden en recreatiewater. Dat gebeurt door de ontwikkeling van een Nederlands Technische Afspraak (NTA). Doel van de NTA is om uniformiteit en helderheid te bereiken over de gewenste kwaliteit van toezicht en hulpverlening rondom strandgebied, zowel aan de kust als bij recreatieplassen en/of ander open water in het binnenland. Door afspraken te maken met de overheid, hulpdiensten, strandbeheerders en andere betrokkenen, moet voor elke waterrecreant duidelijk worden op welke kwaliteit van toezicht en hulp ze overal in Nederland kan rekenen. Dat betreft dan onder meer het aantal en de kwaliteit van aanwezige strandwachten, reddingsmiddelen en informatie aan bezoekers over veiligheidsrisico's. Betrokken partijen kunnen met de NTA de organisatie van toezicht en hulpverlening ook efficiënter inrichten. Reddingsbrigade Nederland financiert het project. Nieuwe 'Zwemwaterwet' Reddingsbrigade Nederland werkt al enkele jaren aan de realisatie van uniforme criteria voor de beoordeling van de veiligheid rondom stranden en recreatiewater. Zij heeft hiervoor in 2009 al een kader vastgesteld. In 2011 is een methode voor risico inventarisatie van stranden en binnenwater ontwikkelt. In de NTA moeten de meetmethodiek, kwaliteitsnormen en afspraken over communicatie van veiligheidsrisico’s aan bezoekers met alle betrokken partijen worden vastgelegd. Hiermee wordt tevens geanticipeerd op een nieuwe 'Zwemwaterwet', die naar verwachting in 2013 in de Tweede Kamer wordt behandeld. In die wet, die voortvloeit uit een Europese Zwemwaterrichtlijn, zou voor de kwaliteitseisen aan veiligheid en hulpverlening rond zwemwater naar deze NTA verwezen kunnen worden. Uniform toezicht bij gelijke risico's Reddingsbrigade Nederland wil met de NTA in relatief korte tijd met de betrokken partijen tot gedragen afspraken komen over de 'maatstaf' voor veiligheid rond open zwemwater. Dan is er in elk geval consensus over de risico’s die men wil meten, de manier waarop en de criteria die gehanteerd worden om risico’s te ondervangen met een bepaalde mate van gekwalificeerde strandwachten en reddingsmiddelen. In hoeverre het rijk, gemeenten, veiligheidsregio’s of strandbeheerders het lokale of regionale risicoprofiel ook daadwerkelijk willen afdekken, blijft een verantwoordelijkheid van de wetgever en/of die organisaties. Maar zij beschikken met de NTA straks over een objectief en uniform kader waar zij hun besluit op kunnen baseren. Duidelijkheid voor waterrecreanten Voor badgasten en watersporters levert dit project beter inzage op in de risico’s van open water locaties. Ook kan toezicht en hulpverleningspotentieel beter worden afgestemd op het feitelijk gebruik van locaties. Reddingsbrigade Nederland heeft het initiatief voor dit project genomen aangezien zij de enige reddingsorganisatie is die in heel Nederland bij alle soorten open water preventief toezicht en hulpverlening verzorgt. Er zijn terecht hoge verwachtingen over de kwaliteit en inzetbaarheid, maar niet altijd is duidelijk op welke criteria die gebaseerd zijn. De NTA wordt ontwikkeld door de nog samen te stellen projectgroep 'NTA Veiligheid strand en recreatiewater'. NEN ondersteunt de projectgroep procesmatig. Naar verwachting is de NTA eind 2012 gereed.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 28
6.7.6 Uniforme Hulpverleningsregistratie De afgelopen jaren is er veel voorwerk gedaan bij Reddingsbrigade Nederland om te komen tot een landelijke uniforme hulpverleningsregistratie. Binnen Reddingsbrigade Paal 13 is er een eigen rapportage systeem ontwikkeld, de zogenaamde Key Performance Indicator (KPI) rapportage. Hiermee kan dagelijkse stuurinformatie worden verkregen over de belangrijkste gegevens ten aanzien van de strandbewaking en (redding)acties. Tevens levert de KPI rapportage de benodigde output voor het jaarverslag van de vereniging. De KPI rapportage sluit aan op de uniforme landelijke registratie. Vanuit de KPI rapportage wordt gedurende de zomermaanden wekelijks gerapporteerd aan Reddingsbrigade Nederland. De media aandacht die dat heeft opgeleverd en de bekendheid van onze maatschappelijke relevantie heeft geleid tot meer erkenning, lokale bekendheid en betere positionering van het werk van de reddingsbrigade. Daarnaast leveren de cijfers een bijdrage aan de eigen waardering door en trots van vrijwilligers, kunnen er betere preventieve adviezen worden gegeven en kan onderzoek worden gedaan naar de relatie tussen bepaalde omstandigheden en risico’s of bijvoorbeeld leerpunten worden gehaald uit geregistreerde acties. De huidige wekelijkse registratiemethodiek aan Reddingsbrigade Nederland heeft al veel opgeleverd maar kent ook grote nadelen; dubbel werk, niet alles kwijt kunnen, niet online beschikbaar, enz. Reddingsbrigade Nederland heeft daarom de middelen en basisinformatie verzameld voor een vernieuwde, digitale hulpverleningsregistratie. Doel hiervan is verhogen van gebruiksvriendelijkheid, actualiteit, volledigheid en betrouwbaarheid van de registratie van hulpverleningscijfers en creëren van meer mogelijkheden tot evaluatie, onderzoek, analyse, preventieve advisering en PR. Ook is het de bedoeling om het hele jaar door te kunnen registreren. Subdoelstellingen zijn onder andere: registratie van jaarlijks ingezette uren/menskracht, overzicht van evenementen waar de reddingsbrigade actief bij is, koppeling met lokale roosters of andere applicaties. De planning is om voor het bewakingsseizoen 2012 de landelijke hulpverleningsregistratie in een testfase operationeel te hebben. Streven is om alle kosten voor de ontwikkeling van de nieuwe registratiemethode uit het landelijke budget dat daarvoor is vastgesteld te kunnen financieren. Vooruitlopend op de komst van een digitaal registratie systeem heeft Reddingsbrigade Paal 13 de afgelopen jaren al geïnvesteerd in de benodigde IT infrastructuur (computers en internetaansluiting) op beide reddingsposten en de loods. Gekeken moet worden in hoeverre het nieuwe systeem aansluit op het huidige interne registratiesysteem en de tijdsbelasting van het invoeren van de gegevens ten opzichte van de huidige KPI rapportage. Vooralsnog staat Reddingsbrigade Paal 13 positief tegenover de ontwikkelingen op dit terrein en zal daar waar mogelijk meedenken bij de ontwikkeling en testen van het landelijke systeem.
Belangrijkste thema’s Strandbewaking -
Handhaving uitgangspunten strandbewaking en taken Onderzoeken gevolgen bewaking na grootschalige zandsuppletie Uitwerken plannen Voordijk indien uitbreiding doorgang vindt. Monitoren, zo nodig participatie, ontwikkelingen Blauwe Vlag, visie VR NHN en NEN/NTA Implementatie Uniforme Hulpverleningsregistratie
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 29
7.0 Waterhulpverlening en rampenbestrijding Het onderdeel waterhulpverlening en rampenbestrijding is belegd bij de werkgroep Repressie, met als belangrijkste onderdeel de organisatie van de derde kerntaak namelijk de Alarmploeg. Waterhulpverlening en rampenbestrijding gaat echter verder, het beloopt een totaal van alle repressieve taken die de vereniging uitvoert zowel bij de strandbewaking als bij de Alarmploeg. Tevens verzorgd de werkgroep Repressie bewakingen tijdens evenementen. De werkgroep Repressie wordt vanuit het bestuur aangestuurd door een bestuurslid Repressie. Sinds 2008 is de reddingsbrigade erkend als landelijke officiële hulpdienst. Dit heeft onder meer geleid tot uniformiteit op het gebied van kleding, striping van de voertuigen en het gebruik van Optische en Geluidssignalen. Professionalisering vindt tevens plaats binnen de opleidingsstructuur met de komst van de nieuwe opleiding Waterhulpverlening die beter aansluit op de huidige werkvelden van de reddingsbrigades. Voortvloeiende uit de vernieuwde overeenkomst tussen Reddingsbrigade Nederland en het Ministerie van BZK zal in de komende jaren verdere wettelijke verankering plaatsvinden en een goede inbedding binnen de veiligheidsregio (zie verder hoofdstuk 11 Regionale Voorziening Reddingsbrigade). De reddingsbrigade wordt daarnaast gezien als partner in de hulpverleningsketen en is opgenomen in bijvoorbeeld het Regionaal Crisisplan Noord-Holland Noord en het protocol Natuurbrand bestrijding. Vanuit de vereniging wordt er naar gestreefd om naast de landelijke erkenning ook een officiële erkenning als hulpdienst te verkrijgen bij de gemeente.
7.1 Alarmploeg De Alarmploeg wordt bemand door ongeveer 28 volledig opgeleide vrijwilligers met jarenlange ervaring bij de reddingsbrigade. Deze vrijwilligers zijn via de meldkamer Alkmaar het gehele jaar door 24 uur per dag oproepbaar bij calamiteiten op het strand, zee of duingebied. Daarnaast kan tijdens de strandbewaking een beroep op deze groep vrijwilligers worden gedaan bij grote drukte of dreigende onderbezetting op de reddingsposten. Sinds de oprichting van de Alarmploeg in 2004 heeft deze kerntaak een vaste waarde gekregen binnen de vereniging. Het bestaansrecht van de Alarmploeg is inmiddels bewezen. In de periode 2004 – 2011 hebben er ruim 50 uitrukken plaatsgevonden. Daarnaast vormt de Alarmploeg een goede mogelijkheid om vrijwilligers jaarrond te betrekken bij de vereniging. Ook leden die niet meer frequent kunnen deelnemen aan de strandbewakingen hebben inmiddels een leuke uitdaging gevonden bij de Alarmploeg. Tevens bevorderd deelname aan de Alarmploeg voor de jongere redders (18+) het opbouwen van extra kennis, vaardigheden en praktijkervaring. Dit komt uiteindelijk ook de strandbewaking weer ten goede. In het kader van de periodieke educatie van de alarmploegleden wordt er voorts een beroep gedaan op de eerste kerntaak van de vereniging namelijk Opleidingen (zie hoofdstuk 5). Door de goede prestaties van de Alarmploeg en het stabiele karakter, zowel in het bemanningspotentieel alsmede bij opkomst en uitruktijden na alarmeringen, heeft dit ook bij de overige collega’s binnen de hulpverleningsketen en gemeente herkenning, erkenning en waardering opgeleverd. De reddingsbrigade beschikt bovendien over specialistisch materiaal zoals 4x4 voertuigen en boten die een welkome aanvulling zijn op de behoefte van collega hulpdiensten. Voorbeelden hiervan zijn de inzet van de voertuigen bij de duinbrandbestrijding en de reddingboten bij waterongevallen. Deze ontwikkeling wordt niet alleen gesignaleerd binnen de eigen gemeentegrenzen, maar ook regionaal worden de reddingsbrigades op meerdere fronten ingezet. In de komende twee jaar zal getracht worden om ook een ijsongevallen specialisatie toe te voegen aan de competenties van de Alarmploeg. Reddingsbrigade Paal 13 staat zonder meer open voor een meer structurele rol bij dergelijke calamiteiten. Voor het in goede banen leiden van deze ontwikkelingen is wel intensieve afstemming met de brandweer en het veiligheidsbureau noodzakelijk. Wat kan men wel en niet verwachten van de Alarmploeg en bij welke situaties kan de Reddingsbrigade een bijdrage leveren aan de incidentbestrijding. Andersom wat mag de Alarmploeg verwachten bij een gezamenlijke inzet.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 30
Uitgangspunt voor de vereniging is dat de inzet van de Alarmploeg kan geschieden met gebruikmaking van het huidige materiaal. Hierdoor kunnen de kosten voor de instandhouding van de Alarmploeg laagdrempelig gehouden worden. Dit heeft gedurende de strandbewakingen (juni t/m september) echter wel beperkingen qua inzetbaarheid voor assistentie bij NIET strand gerelateerde incidenten. Primair is het materiaal tijdens de strandbewaking beschikbaar voor de Strandploeg. Buiten bewakingstijden en in de winterperiode staat het materiaal wel tot de beschikking van de Alarmploeg. Voor zover volledige beschikking van materiaal voor de Alarmploeg wenselijk is, zal er gekeken moeten worden naar aanvullend materieel om deze dekking te waarborgen. Nochtans heeft de Alarmploeg wel 24 uur per dag de beschikking over een BZK rampenvlet maar ontbreekt het nog aan een permanent gereed staand trekkend voertuig. Reddingsbrigade Nederland en het Ministerie van BZK zijn wel onderzoek aan het verrichten om de huidige rampenvloot te vervangen. Vooralsnog dienen er vanuit de vereniging in de komende jaren slechts geringe investeringen te worden gedaan in de Alarmploeg met name op het gebied van opleidingen. Benodigd aanvullend materiaal op het gebied van persoonlijke bescherming middelen van de bemanning (kleding e.d.) en communicatie middelen (P2000/C2000) zal via subsidies en sponsoring worden verkregen.
Overzicht 5
Uitrukken Alarmploeg Paal 13
18 16
16
14 12 10 9 8 6
6 5
5
5
4 3 2
2
0 2004
2005
2006
2007 Aantal Uitrukken
2008
2009
2010
2011
Gemiddeld
7.2 Strandploeg De strandploeg is gedurende de zomermaanden operationeel tijdens de strandbewaking. De werkzaamheden van de strandploeg hebben een preventief karakter, echter moeten de strandwachten ook in actie komen bij ongevallen of incidenten op het strand. Deze repressieve taken vallen operationeel onder verantwoordelijkheid van het bestuurslid Repressie. De werving, selectie, dagelijkse leiding en begeleiding komen echter voor rekening van het bestuurslid Personeelszaken in samenwerking met de post commandanten. Goede werkafspraken en protocollen zorgen ervoor dat de incidentbestrijding en samenwerking met de collega hulpdiensten goed verloopt. De werkgroep Repressie draagt er zorg voor dat de strandploeg kennis heeft van alle geldende protocollen en evalueert samen met de post commandanten gedane inzetten.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 31
Tevens ondersteunt de Algemeen Coördinator Repressie en/of het operationeel kader de post commandant bij calamiteiten in het bewakingsgebied. Deze interne operationele bevelstructuur is reeds enkele jaren van kracht en ervaringen leert dan deze goed werkt. Vooralsnog is er geen aanleiding deze methodiek van werken te wijzigen. Met de beoogde instroom c.q. doorstroom van een substantieel aantal nieuwe en (jeugd)leden bij de strandploeg is het noodzakelijk om goede educatie te blijven geven over de inzetprocedures en werkafspraken. Daarnaast zullen de senior strandwachten en post commandanten meer en meer kennis moeten nemen van het totale werkveld van de hulpverleningsketen. Voorts is het belangrijk dat alle interne documenten en werkinstructies aangaande de strandbewaking worden nagelopen en zo nodig worden geactualiseerd.
7.3 Operationeel kader Het operationeel kader van Reddingsbrigade Paal 13 wordt gevormd door enkele leden met jarenlange ervaring binnen de reddingsbrigade en/of overige hulpdiensten. Deze kaderleden bewaken op opkomst bij alarmering van de operationele diensten, coördineren en geven ondersteuning bij de inzet. Daarnaast dienen zij als vraagbaak voor de post commandanten, meldkamer en overige hulpdiensten binnen de grenzen van het eigen bewakingsgebied. Het operationeel kader bestaat uit de Algemeen Coördinator Repressie en een tweetal plaatsvervangers. In de komende beleidsperiode zal met het oog op de continuïteit gekeken moeten worden of enkele leden uit de operationele diensten kunnen doorstromen naar het operationeel kader. In overzicht 6 wordt de operationele bevelstructuur weergegeven.
Overzicht 6
Operationele bevelstructuur
Operationeel kader
Operationele dienst
Leidinggevende
Alg. Coördinator Repressie
Alarmploeg
Strandploeg
Bevelvoerder
Post commandant
7.4 Evenementen Sinds enkele jaren is de vereniging ook actief op het gebied van het bewaken van evenementen. Naast evenementen die plaats vinden op de stranden van Callantsoog en/of Groote Keeten wordt tevens assistentie verleend aan evenementen op aangrenzende stranden in samenwerking met de buurtbrigades. Daarnaast wordt de vereniging dikwijls gevraagd voor evenementen bewakingen in de gemeente Zijpe en zelfs buiten de regio. Evenementen bewakingen vormt een goede mogelijkheid om meer verenigingsactiviteiten en betrokkenheid van leden te creëren. Door deelname van jongere leden (16+ of 18+) aan de evenementen bewaking levert dit ook een bijdrage aan de opleiding en/of onderhouden van vaardigheden van deze groep leden. De vaak grote groepen deelnemers en bezoekers bij de evenementen zijn daarnaast een mooie gelegenheid in het kader van PR voor de vereniging.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 32
Voor de evenementen bewakingen wordt aan de betreffende organisatie veelal een onkosten vergoeding in rekening gebracht. Hierdoor zijn deze activiteiten voor de vereniging kosten neutraal of levert in sommige gevallen zelfs een kleine batig saldo op. Gezien de opleidingsmogelijkheden bij evenementen, PR functie en kosten/baten zal ook in de komende beleidsperiode invulling worden gegeven aan evenement bewakingen. Wel zal met name in de zomermaanden kritisch gekeken moeten worden naar deelname en mag deze de strandbewaking niet in de weg zitten.
Overzicht 7
Evenementen bewakingen 2005 - 2011
Evenementen bewakingen 16 14 14 12 10
9 8
8 6 6
5
5
5
2005
2006
2007
4 2 0 2008
2009
2010
2011
7.5 Kustwacht alarmeringen Tijdens de zomermaanden worden de stranden langs de Noordzeekust bewaakt door de lokale reddingsbrigade. Deze draagt zorg voor de veiligheid van de strandbezoekers, baders en zwemmers en treden wanneer de strandposten bezet zijn direct vanuit hun bewakingstaak repressief op indien zich er een incident voordoet op het strand of in zee dicht onder de kust. Buiten de directe inzetmogelijkheid tijdens openingstijden is de alarmploeg inzetbaar, die na alarmering kan uitrukken voor repressieve inzet. Naast dat de reddingsbrigades zelf een signalerende functie hebben, worden incidenten door derden gemeld. Deze meldingen komen niet altijd direct bij de reddingsbrigade terecht. Vaak komen ze binnen bij de Regionale Meldkamer, die hierop direct de juiste reddingsbrigade via P2000 alarmeert. Echter, het komt ook voor dat meldingen van zwemmers in problemen, afgedreven personen op drijvende voorwerpen, etc. bij het Kustwachtcentrum (KWC) in Den Helder binnenkomen. Omdat de reddingsbrigade nog geen primaire partner van het KWC is en men op het KWC niet weet of een strandpost wel of niet open is, zal het KWC in principe het dichtstbijzijnde KNRM station alarmeren. Dit kan tot gevolg hebben dat een reddingboot van de KNRM het strand op komt om een luchtbed, dat iets te ver is afgedreven, terug te halen. Dit gebeurt dan terwijl de reddingsbrigade ook op het strand aanwezig is of zelfs met een boot al op het water kan zijn.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 33
Om dit soort situaties te voorkomen en de beschikbare middelen van beide organisaties (Reddingsbrigade en KNRM) zo efficiënt mogelijk te kunnen inzetten, heeft het KWC als pilot de reddingsbrigades aan de Noordzeekust in 2010 en 2011 tijdens de zomermaanden opgenomen in hun alarmeringsprocedure. Ook in de zomer van 2012 zal de pilot worden voortgezet om meer data te genereren ter beoordeling van de gestelde pilot doelen. Sinds de start van de pilot zijn de Strandploeg en Alarmploeg van Reddingsbrigade Paal 13 uitgerust met de KWC alarmeringscodes en kunnen dus rechtstreeks door het KWC worden gealarmeerd. Daadwerkelijke alarmering van Reddingsbrigade Paal 13 door het KWC heeft echter tot op heden niet plaatsgevonden. Vooralsnog onderschrijft de vereniging het belang van de rechtstreekse alarmering door het KWC. Zeker bij het alarmeren van de Strandploeg kan een aanzienlijke tijdswinst bij de hulpverlening worden behaald. Ervaring bij gelijktijdige alarmering (door de meldkamer Alkmaar) van de Alarmploeg en KNRM station Callantsoog leert echter dat er minder tijdswinst wordt behaald. Beide organisaties zijn dan nagenoeg gelijktijdig op het plaats incident. Wijziging van eventuele inzetvoorstellen is niet aan de orde aangezien beide organisaties goed samenwerken, elkaar aanvullen en ondersteunen in hun taken. Communicatie tussen de reddingsbrigade en het KWC vindt louter telefonisch plaats. Bij de evaluatie van de gehouden pilot in 2010 en 2011 is gebleken dat de reddingbrigades het gebruik van de telefoon als primair communicatiemiddel omslachtig vinden. Echter er is geen ander gezamenlijk middel voorhanden. Nautisch, en dus voor het KWC, is marifoon nog altijd het primaire communicatiemiddel. Er zal een inventarisatie worden gemaakt in hoeverre reddingsbrigades met marifoon kunnen werken. De Kustwacht heeft er geen moeite mee dat reddingsbrigades die dit al kunnen en mogen, marifoon als communicatie middel tijdens incidenten gebruiken. Voor het in- en uitmelden blijft de telefonische procedure vooralsnog van kracht. Reddingsbrigade Paal 13 acht het gebruik van marifoon als communicatiemiddel met het KWC als wenselijk. Indien de pilot wordt omgezet naar een definitieve inbedding binnen de alarmeringsprocedure van het KWC zal dit wel betekenen dat ook de voer- en vaartuigen uitgerust moeten worden met een marifoon. Daarnaast dienen de bemanningsleden van de Strandploeg en Alarmploeg te worden opgeleid voor het basiscertificaat Marifonie. Aanschaf en gebruik van de marifoon brengen wel extra kosten met zich mee.
Belangrijkste thema’s Waterhulpverlening & rampenbestrijding -
Structurele rol bij de hulpverlening op het strand, zee, duingebied en regio Gemeentelijke erkenning hulpdienst en aanvullende begroting Alarmploeg Sr. strandwachten en postcommandanten meer kennis laten opdoen in hulpverleningsketen Uitbreiding operationeel kader voor continuïteit op langere termijn Deelname aan evenementen bewakingen Deelname Kustwacht alarmering, op termijn communicatie met KWC via marifoon
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 34
8.0 Personeelszaken Personeelszaken vormt een belangrijk onderdeel voor de totstandkoming van de strandbewaking, maar draagt secundair ook bij aan de werving van nieuwe leden, binding van bestaande leden, naamsbekendheid en de maatschappelijke uitstraling van de vereniging. Onder personeelszaken vallen de deelgebieden personeelsbeleid, vrijwilligersbeleid en maatschappelijke stage. De kwaliteit van onze strandwachten is van cruciaal belang. De vereniging voert daarom een gedegen werving, selectie, opleiding, coaching, en ontwikkelingsbeleid gericht op het vasthouden van de juiste strandwachten (zowel betaald als vrijwilligers). Ook voor toekomstige strandwachten wenst de vereniging een zeer aantrekkelijke partij te zijn. Het personeelsbeleid gaat daarom veel verder dan heldere arbeidsvoorwaarden en marktconform salaris.
8.1 Personeelsbeleid Het personeelsbeleid van de vereniging is erop gericht om gedurende het bewakingsseizoen een team van vaste (betaalde) strandwachten aan te stellen en dit team gedurende het seizoen te begeleiden. Over het algemeen is het personeelsbeleid een succesvol onderdeel van de vereniging en heeft het zelfs als voorbeeld gediend voor meerdere collega reddingsbrigades. Desondanks zal in de komende jaren het personeelsbeleid kritisch onder de loep worden genomen om zo ook op de lange termijn succesvol te blijven. Inspelen op de behoefte van de maatschappij en arbeidsmarkt spelen hierbij een grotere rol. Binnen de vereniging moet gestreefd worden naar een beter overdraagbaar personeelsbeleid. Voorheen bleef de kennis gecentreerd bij een kleine groep van kaderleden, hetgeen de continuïteit in gevaar kan brengen. Door de complexe materie en diversiteit van het personeelsbeleid is daarnaast gebleken dat taken en verantwoordelijkheden lastig over te dragen zijn naar nieuwe kaderleden. Op deelterreinen zijn er al draaiboeken, echter is het van belang dat in de komende beleidsperiode het volledige personeelsbeleid wordt beschreven en daar waar nodig geactualiseerd. Door het vastleggen van de processen worden de werkzaamheden inzichtelijk gemaakt en gaat er minder kennis verloren bij wisseling van het kader. Tevens moet er een vaste jaarplanning komen zodat alle activiteiten tijdig kunnen plaatsvinden en biedt de jaarkalender houvast voor betrokken leden en sollicitanten. Proces beschrijvingen en de jaarplanning dragen voorts bij aan de transparantie van het personeelsbeleid. De sollicitatieprocedure en begeleiding is in handen van de aanname commissie. Deze commissie bestaat minimaal uit het bestuurslid Personeelszaken en een afgevaardigde van het dagelijks bestuur. Zij bewaken namens het bestuur de beleidsmatige aspecten van het personeelsbeleid en voortgang van de procedures. Daarnaast kunnen andere (kader)leden en/of de beoogde post commandanten zitting nemen in deze commissie. Zij verrichten met name uitvoerende werkzaamheden en regelen vele praktische zaken rondom het personeelsbeleid. Communicatie speelt een belangrijke rol bij het personeelsbeleid. Naast gebruikmaking van diverse communicatiekanalen voor de werving behoeft met name de interne communicatie en informatie voorziening meer aandacht. De bereikbaarheid van de aanname commissie moet worden vergroot om zo in te kunnen spelen op actuele ontwikkelingen tijdens het bewakingsseizoen. Door het houden van individuele evaluaties en functioneringsgesprekken met de strandwacht kan meer begeleiding op maat worden gegeven en geeft het de aanname commissie inzicht in de ontwikkelingen binnen de groep van strandwachten. Door middel van een nog op te maken informatiefolder worden de strandwachten voorzien van de belangrijkste informatie op personeelsgebied en de gegevens van contactpersonen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 35
8.1.1 Sollicitatieprocedure De sollicitatieprocedure bestaat uit een aantal fases waarbij verder wordt gekeken dan de CV van de sollicitant. De procedure en test momenten zijn gericht op de competenties, vaardigheden en persoonlijke eigenschappen van de kandidaat. Tevens wordt gekeken of de kandidaat past binnen de dynamische verenigingscultuur (zie ook overzicht 2 positieve verenigingscultuur). Vacature Naar aanleiding van de evaluatie van personeelszaken in 2010 en 2011 is door de aanname commissie reeds kritisch gekeken naar de vacature zoals deze wordt gepubliceerd. Inhoudelijk zijn onder andere de doelgroep, werkzaamheden en werkperiode opnieuw geformuleerd. Hierdoor kunnen potentiële kandidaten zich een betere voorstelling van de functie maken en verminderd het aantal sollicitanten die reageren op de vacature maar niet binnen het profiel passen. Daarnaast is de vacature voorzien een duidelijkere en een meer aansprekende lay-out die past in het beeld van een professionele hulpdienst. Werving De werving van de betaalde krachten vindt zowel intern binnen de vereniging alsmede extern plaats. De interne werving richt zich op de bewakers van voorgaande seizoenen en de jeugdleden die de leeftijd van 16 jaar hebben bereikt. Behoudt en betrokkenheid van deze groep is essentieel voor de continuïteit en kwaliteit van het strandwacht team. Daarnaast vindt er externe werving plaats via diverse kanalen. Deze werving is enerzijds gericht op personen die al ervaring hebben opgedaan bij collega reddingsbrigades of binding hebben binnen het werkveld van de hulpverleningsketen. Anderzijds staat de vacature ook open voor jongeren die nog geen ervaring hebben, doch interesse hebben in het werken als strandwacht. Voor de externe werving is de afgelopen jaren gebruik gemaakt van landelijke campagnes via job boards. Deze campagne leverde een grote respons op en genereerde voldoende geschikte kandidaten voor het vervolg van de sollicitatieprocedure. Nadeel van deze aanpak is echter dat het verwerken van het grote aantal sollicitanten een zware tijdsbelasting is voor de aanname commissie. Daarnaast leert ervaring dat het voor strandwachten, die ver buiten de regio woonachtig zijn, moeilijk is om buiten de werkperiode opleiding en training te volgen in Callantsoog. Voorts zijn zij om dezelfde redenen in de wintermaanden nauwelijks in staat om vrijwillig taken binnen de vereniging uit te voeren. Door de mindere binding met lokale activiteiten is het verloop onder deze groep ook groter dan bij de interne kandidaten. Aangezien de vereniging zich meer en meer laat kenmerken door jaarrond opleidingen en activiteiten is de vereniging voornemens de komende jaren zich te concentreren op regionale werving van nieuwe strandwachten. Hiermee wordt de binding tussen de strandwacht en de vereniging vergroot, de kwaliteit door meer opleidingsmogelijkheden verhoogt en de werkdruk verlaagt door vrijwillige participatie van de strandwacht bij allerhande verenigingsactiviteiten. Naast wervingsartikelen en aandacht voor de strandbewaking in lokale en regionale media zal de wervingscampagne de komende jaren zich vooral richten op actieve benadering van potentiële strandwachten via beurzen, evenementen, promotiedagen en lezingen op middelbare scholen in de omgeving van Callantsoog. Aangezien de vereniging zich ook verder ontwikkeld op het gebied van social media zullen ook deze kanalen breder ingezet gaan worden voor de werving van de strandwachten. Bijkomend voordeel is dat de wervingskosten met voorgenomen activiteiten naar verwachting lager zijn dat advertenties in bekende landelijke job boards. Selectie De selectieronden van de vaste krachten zullen ongewijzigd blijven ten opzichte van de afgelopen jaren. Gebleken is dat de selectie methodiek het gewenste resultaat oplevert en er een volledig en gekwalificeerd team kan worden samengesteld. Na een eerste briefselectie zullen de geselecteerde kandidaten deelnemen aan een conditie c.q. zwemtest en hebben zij een eerste interview met de aanname commissie. Vervolgens gaan de overgebleven kandidaten door naar het driedaagse trainingsweekeinde. Tijdens het trainingsweekeinde zullen de kandidaten instructie krijgen over de belangrijkste taken van de strandwacht en de afspraken die gelden tijdens het dienstverband. Het weekeinde wordt afgesloten met een tweede gesprek waarna de kandidaat te horen krijgt of hij/zij is aangenomen voor de betreffende strandwacht functie.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 36
8.1.2 Ontwikkelingen personeelsbeleid Leeftijdsopbouw en doorstroming Het vaste strandwachten team heeft historisch altijd al te maken gehad met een cyclische opbouw en verloop van personeel. Het werk bij de reddingsbrigade kenmerkt zich door seizoensgebonden arbeid en is derhalve geschikt als vakantiebaan voor scholieren. Jongeren starten het werk bij de vereniging e e tussen hun 16 en 18 jaar en verlaten (in het gunstigste geval) het team zodra zij klaar zijn met hun e studie, veelal rond hun 23 jaar. Een goede demografische leeftijdsopbouw van het team gekoppeld aan de functieprofielen is van groot belang. Momenteel beschikt de strandploeg over voldoende aanwas van jonge strandwachten. Het middenkader van de strandploeg met enkele jaren ervaring is voldoende voor de huidige bezetten, maar de verwachting is dat slechts enkelen doorstromen naar een coördinerende functie en/of postcommandant. Reden hiervoor is dat de gemiddelde leeftijd van deze groep relatief hoog is en een groot deel de studie binnen 1 à 2 jaar zullen afronden. Het leidinggevend kader is momenteel zeer smal. De afgelopen jaren hebben diverse zeer ervaren strandwachten het team verlaten en de doorstroming van nieuwe leidinggevenden is beperkt. In de komende beleidsperiode zal intensief aandacht gegeven moeten worden aan een goede spreiding van de strandploeg bezetting. Voldoende instroom van onderaf maakt dat er over 5 tot 7 jaar ook voldoende leidinggevenden beschikbaar zijn. Daarnaast zal voor de korte termijn gekeken moeten worden op welke wijze de bezetting binnen de hogere functies gerealiseerd kan worden met behoud van de kwaliteitsnormen voor deze profielen. Door structureel toekomst gericht te werken bij de werving, het aanname beleid en opleidingen kunnen de thans voorliggende problemen op de middenlange termijn worden ondervangen. Functieprofielen De functieprofielen bevatten informatie over alle strandwacht functies binnen de vereniging. De aard van de werkzaamheden van elke functie wordt afzonderlijk gedefinieerd en beschreven, waarbij de doelstelling van de functies op dat niveau en gerelateerde verantwoordelijkheden worden geformuleerd. De doelstelling definieert het hoofddoel van de functies en de resultaatgebieden beschrijven de belangrijkste taken van functies op het betreffende niveau. Daarnaast wordt het minimaal vereiste denken werkniveau en ervaring van elk functieniveau gespecificeerd. De functieprofielen zijn geen individuele functie omschrijvingen. Het zijn algemene beschrijvingen van de werkzaamheden op elk niveau. De verantwoordelijkheden voor de functieniveaus zijn niet uitputtend en beschrijven niet noodzakelijkerwijs elke functie tot in detail. Sinds de professionaliseringsslag op het gebied van personeelsbeleid medio 2001 worden deze profielen gehanteerd. Los van enkele minimale wijzigingen hebben de functieprofielen zich in de praktijk bewezen en is de strandploeg vertrouwd met de werkwijze. Echter met de komst van de nieuwe opleidingsstructuur van Reddingsbrigade Nederland en implementatie hiervan in het opleidingstraject van de vereniging, zal vanaf het bewakingsseizoen 2013 ook de nieuwe diploma lijnen moeten worden geïntegreerd in de functieprofielen en overige raakvlakken met het personeelsbeleid. Dit houdt onder meer in dat de huidige functies moeten worden omgebouwd naar de nieuwe structuur van jr. lifeguard, lifeguard en sr. lifeguard.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 37
Overzicht 8
Functieprofielen Reddingsbrigade Paal 13
Beloningsbeleid De algemene beginselen van het beloningsbeleid van de vereniging bevatten: Het scheppen van billijke inkomensverhoudingen door de medewerkers naar waarde van hun bijdrage te belonen. Het bieden van een in de arbeidsmarkt concurrerend salarisniveau teneinde goede medewerkers naar waarde te kunnen aantrekken en te behouden. Het ondersteunen van de motivatie van medewerkers. Het beheersen van de ontwikkeling van loonkosten. In 2011 heeft de vereniging zowel intern als extern onderzoek gedaan naar het beloningsbeleid van de vereniging in vergelijking met concurrerende vakantiebanen. Hoewel het salarisniveau in sommige gevallen hoger ligt dan hetgeen de vereniging kan aanbieden spelen andere factoren een belangrijke rol bij de keuze voor een baan als strandwacht. Wel heeft het onderzoek aangetoond dat een andere opzet van de beloningsmatrix wenselijk is. Vanaf het bewakingsseizoen 2012 zal worden gewerkt met de nieuwe matrix die uit gaat van vaste salarisschalen op basis van leeftijd en toegekende functie. In de startfunctie junior strandwacht wordt uitgegaan van het minimum (jeugd)loon. Salarisgroei binnen de salarisschaal is primair gebaseerd op de leeftijd van de medewerker. Promotie naar een hogere functie en bijpassende salarisgroei wordt mogelijk gemaakt doordat er in de beloningsmatrix een directe koppeling is aangebracht tussen kwalitatieve aspecten (opleiding/functie) en kwantitatieve aspecten (leeftijd/dienstjaren). Door dit eenduidige beloningsmatrix worden de strandwachten gemotiveerd om diploma’s te behalen en doordat het aantal dienstjaren mee telt gestimuleerd om het volgende bewakingsseizoen terug te komen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 38
Overzicht 9
Beloningsmatrix
Begeleiding & coaching Begeleiding en coaching is één van de hoofdtaken van de aanname commissie in samenwerking met het verenigingsbestuur. In de afgelopen seizoenen heeft er diverse soorten begeleiding plaatsgevonden. De zogenaamde “koffie uurtjes” waarbij afgevaardigden van het bestuur en de strandploeg in groepsverband wekelijks bij elkaar komen om de ontwikkelingen te bespreken wordt algemeen als zeer positief ervaren. Op het gebied van individuele begeleiding kan in de komende jaren nog een aantal stappen worden gezet. Ook het voornemen om te gaan werken met praktijk coaches of mentoren, oudere strandwachten die niet meer dagelijks actief zijn, zal verder moeten worden uitgewerkt. Achterhalen behoeftes en motivatie In de dynamische werkomgeving van de strandbewaking is de vereniging gebaat bij een flexibele bezetting mits zij daarbij kan vertrouwen op betrokken, proactieve en gedreven strandwachten die gespecialiseerd zijn om preventief en repressief op te kunnen treden. De vereniging moet zich als werkgever kunnen onderscheiden in de markt en de strandwachten ondersteunen in het verwezenlijken van hun ambitie door middel van goede arbeidsvoorwaarden, ontwikkelingsmogelijkheden en toegewijde aandacht voor de persoonlijke behoeftes van de strandwacht. Gezien voorgaande is het voor het bestuur en de aanname commissie belangrijk te weten welke indruk de vereniging heeft gemaakt op de strandwachten die hebben deelgenomen aan de sollicitatieprocedure en actief zijn geweest bij de strandbewaking. Dit stelt de vereniging in staat het aanname proces zo nodig verder te verbeteren. Daarnaast is het belangrijk de perceptie van de strandwachten in kaart te brengen. Zijn de zaken die de vereniging als speerpunten heeft benoemd ook zaken die de strandwachten belangrijk vinden. Door middel van het vragen van feedback aan de strandwachten kan gewerkt worden aan operationele (bij)sturing van het personeelsbeleid, zulks met in acht neming van het verkregen bestuursmandaat vanuit de Algemene Leden Vergadering.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 39
Centraal Administratie Punt Naast de wettelijke verplichtingen als werkgever draagt een goede (personeels)administratie bij aan de overdraagbaarheid van de taken van kaderleden. Personeels- en loonadministratie loopt thans via het administratiekantoor van de vereniging, de penningmeester en de secretaris in het kader van archief beheer. Voor een goede uitvoering van de taken van de aanname commissie is het van belang om te komen tot een (digitaal) centraal administratie punt waardoor documenten sneller te raadplegen zijn. Het uitwerken van een dergelijke administratie zal in de loop van 2012 zijn beslag krijgen.
8.2 Vrijwilligersbeleid Vrijwilligers vormen de ruggengraat van de vereniging. Daarom hecht Reddingsbrigade Paal 13 zeer veel waarde aan het vrijwilligerswerk en voert een actief beleid hierin. Het zijn de vrijwilligers die zorgen voor het realiseren van de verenigingsdoelstellingen. Veel leden leveren een belangrijke bijdrage aan de activiteiten binnen de vereniging. Professionalisering heeft in de loop der jaren langzamerhand haar intrede gedaan, waarbij nog steeds met veel vrijwilligers gewerkt wordt. Het is voor de vereniging de uitdaging om de motivatie en plezier van deze moderne vrijwilliger te combineren met de professionaliteit als hulpdienst. Het vrijwilligerswerk wordt onverplicht en onbetaald gedaan. Onverplicht wil zeggen dat de vrijwilligers zelf kiezen om aan bepaalde activiteiten deel te nemen. Dit betekent echter niet dat het werk vrijblijvend is; er zijn wel verplichtingen zodat gemaakte afspraken en de continuïteit wordt gewaarborgd. Onbetaald wil zeggen dat er geen materiële beloning of betaling tegenover het werk staat dat door de vrijwilligers is verricht. De reëel gemaakte kosten voor het vrijwilligerswerk (reiskosten, e.d.) worden wel vergoed. De vrijwilligers zijn stuk voor stuk zeer betrokken mensen, zowel binnen de organisatie als bij het uitdragen van de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de vereniging. Vrijwilligers geven tijd, gebruiken daarvoor persoonlijke vaardigheden, zetten hun kwaliteiten in en doen dat op grond van persoonlijke interesse. Hierdoor is er zeer veel kennis binnen de vereniging beschikbaar die bijdragen aan kwaliteit van het behalen van de doelstellingen en visie van de vereniging. Aandachtspunt blijft dat de vrijwilliger immer gewaardeerd wordt en niet het gevoel moet krijgen dat alles op zijn schouder terechtkomt en dat er alleen maar meer gevraagd wordt. Met een actief vrijwilligersbeleid wordt voorkomen dat de vereniging en haar vrijwilligers steeds meer onder druk komt te staan. Binnen de vereniging moeten de leden samen werken aan een fijne, veilige, sociale omgeving waar de verenigingsactiviteiten op alle niveaus door alle doelgroepen kan worden beoefend. Vrijwilligers moeten de gelegenheid krijgen bij te dragen aan het maatschappelijke welzijn en zo de verenigingsactiviteiten betaalbaar houden. Voldoende en gekwalificeerd kader en voldoende alsmede betaalbare activiteiten zijn daarbij cruciaal. Spontaan aanbod van vrijwilligers komt steeds minder voor. De bereidheid om vrijwilligerswerk te doen neemt niet af maar de vereniging moet wel meer moeite doen om vrijwilligers aan te trekken. Om het aantal vrijwilligers in stand te houden dan wel uit te breiden is werving noodzakelijk. Maatschappelijke ontwikkelingen zoals flexibilisering, individualisering, maatwerk economie, internet, spelen hierbij een grote rol. Deze ontwikkelingen hebben gevolgen voor de beschikbaarheid van mensen voor vrijwilligerswerk. Bijvoorbeeld studenten, een belangrijke doelgroepen voor de vereniging, hebben door invoering van de tempobeurs veel minder tijd voor vrijwilligerswerk. De afgelopen jaren zijn op het gebied van werving reeds de vele activiteiten ondernomen, van deelname aan verenigingsbeurzen tot aan presentaties op scholen. Voorts is er enkele malen gebruik gemaakt van de vrijwilligerscentrale van de gemeente Zijpe. Bij de werving wordt gebruik gemaakt van de professionele uitstraling en goede naam van de vereniging. De werving richtte zich echter veelal op dezelfde doelgroep sportieve jongeren en studenten. In de komende beleidsperiode zal een breder pallet aan doelgroepen moeten worden aangesproken, in het bijzonder specialisten op bepaalde vakgebieden die met hun kennis de organisatie versterken.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 40
Zijn nieuwe vrijwilligers eenmaal gevonden dan is de volgende stap om een goed introductie programma te hebben. Doel van een introductie en inwerkperiode is een nadere kennismaking van de vrijwilliger(s) met het werk, andere leden (vrijwilligers en betaalde krachten) en met de organisatie in het geheel. Een goede introductieperiode vormt de basis voor een prettige verhouding tussen de vrijwilliger en de organisatie. Vooralsnog ontbreekt het de vereniging aan een gestandaardiseerd introductie programma. Derhalve zal in de komende beleidsperiode een introductieprogramma moeten worden opgezet. Naast persoonlijke begeleiding is het van belang dat er voor de nieuwkomer een algemene brochure over de organisatie beschikbaar is zodat de belangrijkste informatie in een oogopslag te vinden is. Hoewel het in voorgaande beleidsperiode moeilijk is gebleken een vrijwilligerscoördinator te vinden acht het bestuur invulling van deze functie van belang om het vrijwilligersbeleid verder vorm te geven. Deze coördinator moet zich specifiek richten op het werven en introduceren van vrijwilligers, afstemmen van wensen van vrijwilligers en de belangen van de vereniging en het evalueren en bijstellen van het vrijwilligersbeleid. Door het bijhouden van ontwikkelingen in vrijwilligerswerk en de samenleving kan adequaat worden gereageerd door de vereniging en de ontwikkelingen worden vertaalt naar het vrijwilligersbeleid.
8.3 Maatschappelijke stage De maatschappelijke stages zijn voortgekomen uit twee trends. De eerste betreft de verplichting vanuit de politiek om middelbare scholieren een maatschappelijke stage te laten lopen. Daarnaast kampt Reddingsbrigade Paal 13 tegelijkertijd met het probleem om een team samen te stellen wat zowel in de zomer als in de winter actief is. Wegens het regionale karakter is het beschikbaar stellen van maatschappelijke stageplaatsen dus een unieke kans voor zowel de vereniging als voor de stagiaires. In 2010 is voor de eerste maal een pilot opgezet voor maatschappelijke stage met eigen jeugdleden en is een samenwerkingsverband tot stand gekomen met het Regius College te Schagen. Nadrukkelijk is er voor gekozen om slechts met één school samen te werken ten einde de stage overzichtelijk te houden. Bovendien is dit de dichtstbijzijnde middelbare school vanaf Callantsoog gezien (ongeveer twaalf kilometer). De kans op de gewilde doelgroep is bij deze school het grootst. Louter voordelen van een maatschappelijke stage is niet vanzelfsprekend. Hiervoor zal de vereniging de stagiaires actief moeten werven, enthousiasmeren, opleiden en begeleiden. Door de geslaagde pilot is er in 2011 voor gekozen om ook niet leden in aanmerking te laten komen voor een stageplaats. Wel zijn de leermomenten uit de pilot meegenomen in de opzet van de stage in het seizoen 2011. Tijdens de stagemarkt van het Regius College is de vereniging vertegenwoordigd met een kraam om de leerlingen van informatie te voorzien. Daarnaast is er in de media volop belangstelling getoond voor de stageplaatsen bij Reddingsbrigade Paal 13. De leerlingen lopen het verplichte aantal stage uren over een periode van vijf aaneengesloten dagen. Tijdens de gehele stage fungeert een ervaren strandwacht als vaste stagebegeleider. De stagiaires voeren tijdens de stage verschillende strandwacht taken uit. Onderdelen tijdens de stage zijn onder andere badmeesteren, patrouille lopen, assisteren bij EHBO en zwemtraining. Verder verrichten zij algemene taken op de reddingspost. De uitkomsten van de evaluatie van de stages zijn overweldigend positief. Daarnaast draagt de stage bij aan het maatschappelijk nut van de vereniging. Derhalve is het bestuur voornemens om ook in de komende jaren maatschappelijke stages beschikbaar te stellen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 41
8.4 Jeugdzaken Onder het motto “wie de jeugd heeft, heeft de toekomst” is er binnen de vereniging volop aandacht voor de jeugdleden. De jeugdleden zijn een belangrijke interne doelgroep en het succesvolle jeugdbeleid van de vereniging zorgt voor een goede toeloop en behoud van de jeugdleden. De jeugd van een vereniging vormt een aparte groep met eigen wensen, behoeften en kenmerken. Dit betekent dat zij een bijzondere positie heeft binnen de vereniging waar rekening mee moet worden gehouden. De vereniging heeft een eigen jeugdcommissie die jaarlijks een aantal activiteiten organiseert. Ondersteuning van de jeugdcommissie door ervaren leden en ouders is hierbij noodzakelijk. Naast het boeien en binden van de jeugdleden zal het jeugdbeleid tevens gericht zijn op doorstroming van de jeugd naar de strandbewaking en (assistent) kaderfuncties. Het is belangrijk om de jeugdleden te betrekken bij een stranddag/bewaking. Hiermee wordt bereikt dat meer jongeren vanuit de jeugd doorstromen naar een functie als vaste strandwacht. Op deze manier ontstaat er voor de toekomst een strandploeg die bestaat uit een groter aantal lokaal woonachtige leden waardoor de kennis op het strand groter wordt en de ervaring beter. Dit kan op termijn ook zorgen voor continuïteit van lokale leden in de alarmploeg. De jaarlijkse humpendag zal ook in de toekomst groots worden opgezet en zal er 2 à 3 keer per jaar buiten het zomerseizoen om geprobeerd worden een jeugdactiviteit te organiseren. Naast het opzetten van eigen jeugd activiteiten zal er meer gekeken moeten worden of deelname aan activiteiten van collega brigades mogelijk is. Dit vergroot het totale aanbod van activiteiten voor de jeugd. Voorbeelden hiervan zijn deelname aan zwemmarathons of jeugd roeiwedstrijden. Naast een gezellige dag draagt dit bij aan de sportiviteit, saamhorigheid en (zwem)vaardigheid van de jeugdleden. Om ook buiten deze activiteiten de aandacht te houden van de jeugdleden zal de eigen jeugdpagina op de website moeten worden vernieuwd.
Belangrijkste thema’s Personeelszaken -
Vernieuwd en overdraagbaar personeelsbeleid Actief werven van strandwachten in de regio kop Noord-Holland Vaste jaarplanning en procesbeschrijvingen Implementatie en integratie nieuwe opleidingsstructuur in personeelsbeleid Vaste salarisschalen en beloning op basis opleiding en dienstjaren Betere opbouw leeftijd strandploeg Achterhalen behoeftes en motivatie strandwachten Actief vrijwilligersbeleid Invulling maatschappelijke stages Actief jeugdbeleid
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 42
9.0 Preparatie Om goed en snel te kunnen reageren als de hulp van Reddingsbrigade Paal 13 ingeroepen wordt, moet naast goede training en opleiding, het materiaal gebruiksklaar zijn. Voldoende en up to date materiaal is van levensbelang zowel voor de hulpverleners als voor de slachtoffers. Binnen de vereniging wordt onder preparatie met name de technische dienst verstaan. Het materiaal beheer staat onder verantwoordelijkheid van het bestuurslid Preparatie en wordt ondersteund door de preparatieploeg. Deze ploeg bestaat uit leden die affiniteit hebben met materiaal en onderhoud. De preparatieploeg zorgt voor het dagelijks onderhoud van al het materiaal. Denk hierbij aan het plannen van onderhoud aan de voertuigen en vaartuigen, communicatie middelen, het schoonmaken en ter keuring aanbieden van persoonlijke bescherming middelen, het verhelpen van kleine storingen, inrichten en uitruimen van de reddingsposten, etc. Specialistisch onderhoud wordt uitbesteed aan bijvoorbeeld de garage of leverancier. Naast de preparatieploeg zijn er een aantal materiaalcommissies welke voorstellen doen en advies uitbrengen aan het bestuur voor aanschaf en vervanging van materiaal. De preparatieploeg bestaat uit een klein team van enthousiaste vrijwilligers. De laatste jaren hebben enkele ervaren en technisch goed onderlegde leden de preparatieploeg echter wegens tijdsgebrek moeten verlaten. Het dagelijks klein onderhoud kan met de huidige groep worden ondervangen, maar voor uitgebreide reparaties, onderhoud of storingen zal in de toekomst meer een beroep op de leveranciers of specialistische bedrijven worden gedaan. Dit betekend dat de kosten voor het materiaal onderhoud in de komende beleidsperiode zullen stijgen. Om de kosten toch beheersbaar te houden en schades te minimaliseren is het noodzakelijk dat de algemene kennis over het materiaal en technische basisvaardigheden bij de strandwachten wordt vergroot. Werving van externe vrijwilligers voor de preparatieploeg met een technische opleiding en achtergrond behoort ook tot de mogelijkheden.
9.1 Aanschaf en vervanging materiaal De vloot van varend materiaal bestaat uit 2 snelle reddingsboten en een snelle patrouille c.q. opleidingsboot. Tevens beschikt de vereniging via het Nationaal Rampen Fond en Reddingsbrigade Nederland over een reddingsvlet voor opleiding en patrouille alsmede een BZK rampenvlet. Het wagenpark bestaat uit twee 4x4 reddingsbrigade voertuigen en een tracktor. Door middel van een meerjaren investeringsplan (zie overzicht 10) is het inzichtelijk wanneer het materiaal economisch en/of technisch is afgeschreven en tot vervanging kan worden overgegaan. Hierin zijn de twee vletten niet opgenomen aangezien deze slechts in bruikleen zijn gekregen. Onder voorbehoud van verkrijgbaarheid van het materiaal is de vereniging voornemens de huidige voer- en vaartuigen te vervangen voor eenzelfde type aangezien deze voertuig/vaartuig combinatie zich in de praktijk meer dan bewezen heeft. Voor zover een reddingspost op Voordijk doorgang vindt, zal er aanvullend materiaal nodig zijn voor de strandbewaking aldaar. Gezien het beoogde specifieke karakter van deze locatie als hulppost met een kleine bezetting kan hier ander reddingsmateriaal voor worden aangeschaft. Gedacht kan worden aan een klein 4x4 off-road voertuig in combinatie met een redding(water)scooter.
9.1.1 C2000 & P2000 De reddingsbrigade voertuigen CLG 110 en CLG 120 beschikken over een C2000 mobilofoon en een portofoon voor rechtstreeks contact met de meldkamer en overige hulpdiensten. Daarnaast zijn beide reddingsposten in de zomermaanden uitgerust met een C2000 portofoon. Tevens zijn de 2 voertuigen en de posten voorzien van een P2000 pager. De alarmploeg heeft de beschikking over 15 pagers. Zowel de C2000 randapparatuur als de pagers zijn in bruikleen gekregen via het veiligheidsbureau van de gemeente Zijpe. Door Reddingsbrigade Nederland zal in 2012 de BZK rampenvlet worden voorzien van C2000 apparatuur. Gelet op de ontwikkelingen op het gebied van C2000 en het op termijn mogelijk afstoten van de analoge KNBRD kanalen acht het bestuur het noodzakelijk om op korte termijn te onderzoeken of verdere samenwerking met het veiligheidsbureau op het gebied van aanschaf en onderhoud van communicatiemiddelen mogelijk is.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 43
Naast vervanging van de huidige C2000 en P2000 apparatuur wordt voorts nagedacht over volledige vervanging van het analoge netwerk door het C2000 netwerk. Voor zover wordt overgegaan tot volledige omschakeling naar C2000, is het wenselijk dit gezamenlijk en gelijktijdig voor alle Zijper reddingsbrigades te doen. Door gebruikmaking van de expertise op het veiligheidsbureau op het gebied van onderhoud en grote inkoop volume van communicatie apparatuur kunnen kosten besparingen worden gerealiseerd.
Overzicht 10 Meerjaren investeringsplan materiaal Materiaal
Aanschaf
2012
Vaartuigen CLG 119 CLG 129 CLG 139
2008 2012 2004
X
Voertuigen CLG 110 CLG 120 CLG 130
2008 2010 2007
Communicatie Portofoon Mobilofoon
Divers Divers
BPM Redvesten Overlevingspakken Floating suits Kleding pakket*
Divers Divers 2009 2010
Overig Aanhangwagen* AED Zuurstof koffer
2013
Vervanging 2014 2015
2016
2017
X
2018 X
X
X X X
6 1
2
7 2
15
15
Onbekend 2006 2004
5 2 15 15
15
X X X
* Stelpost; vervanging op basis jaarlijkse technische beoordeling
9.2. Huisvesting Momenteel heeft de vereniging het vruchtgebruik over de reddingsposten in Callantsoog en Groote Keeten alsmede een loods bij de gemeentewerf in Callantsoog. Zowel de reddingsposten als de gemeentewerf zijn in eigendom en beheer van de gemeente Zijpe. Gezien het grote belang van goede huisvesting voor de verenigingsactiviteiten vormt huisvesting een beleidsonderdeel binnen de bestuursportefeuille Preparatie.
9.2.1 Reddingsposten De jaarlijkse plaatsing en verwijdering van de posten komen voor rekening van de gemeente evenals het verrichten van groot onderhoud. Oplevering van de posten vindt in overleg tussen de gemeente en de reddingsbrigade plaats. Voor aanvang van het bewakingsseizoen worden de posten “turn-key ready” opgeleverd door de gemeente en geïnspecteerd door een gemeente functionaris en afgevaardigden van het bestuur.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 44
Inrichting van de posten geschied door leden van de vereniging evenals het verrichten van kleine onderhoudswerkzaamheden. Aan het einde van het bewakingsseizoen worden de posten weer uitgeruimd en schoon overgedragen aan de gemeente. Deze werkwijze is sinds enkele jaren gangbaar en het is wenselijk om deze situatie ook voor de komende jaren voort te zetten. Goede afstemming en planning tussen de gemeente en de vereniging blijft hierbij essentieel. Met het steeds drukkere en langere voor- en naseizoen zal bekeken moeten worden welke mogelijkheden er zijn om de posten, doch in ieder geval de post in Callantsoog, eerder in het seizoen gereed te hebben en later van het strand te halen. Tevens zal bij vervanging van de huidige posten onderzocht moeten worden of permanente plaatsing van de posten een optie is. Hiermee zijn naar het oordeel van het bestuur jaarlijks aanzienlijke besparingen te behalen aan kosten voor transport, opbouw, afbouw en opslag. Met een jaarrond beschikking over een reddingspost kan tevens de service aan de strand bezoekers worden vergroot door ook buiten het zomerseizoen bij verwachte drukte in het weekeinde bewakingen mogelijk te maken. Hoewel de vereniging geen eigenaar van de posten is, zal naar verwachting in de komende beleidsperiode vervanging van post Groote Keeten plaatsvinden. Voor alsdan zal het bestuur tijdig een commissie instellen voor het opstellen van een pakket van eisen en wensen alsmede voor beoordeling en advies van de verschillende ontwerp en realisatie stadia. Gezien het intensieve gebruik van post Callanstoog en hiermee optredende slijtage zal voor de komende jaren rekening moeten worden gehouden met grootschalig onderhoud aan de post. Dit zal worden mee genomen in het periodiek overleg tussen de reddingsbrigade en de gemeente functionaris belast met de huisvesting.
9.2.2 Loods De vereniging heeft de beschikking over een loods voor de opstal en opslag van materiaal alsmede een ruimte voor vergaderingen en het houden van cursussen. Deze loods maakt onderdeel uit van de gemeentewerf in Callantsoog. Sinds enkele jaren voldoet de loods niet meer aan de huidige maatstaven. Vanaf 2007 voert de vereniging al overleg met de gemeente over een nieuw onderkomen. Verschillende mogelijkheden hebben hierbij de revue gepasseerd en hebben een aantal leden plannen voor verbouw/ uitbouw, verhuizing naar een grotere bestaande accommodatie of nieuwbouw onderzocht en uitgewerkt. Voorgaande op basis van een reeds in 2008 opgestelde plan van eisen en wensen. In 2009 is verdere besluitvorming door de gemeente opgeschort in verband met een eigen intern onderzoek naar de herstructurering van de gemeentewerven. Hierdoor heeft de vereniging een tijdelijk extra opslag betrokken in een kassencomplex in ’T Zand. De vereniging heeft deze extra opslag echter begin 2012 moeten verlaten. Aangezien de huidige situatie feitelijk onhoudbaar is geworden wegens het aanzienlijke te kort aan opstal en opslag capaciteit, de jaarrond repressieve taken en het groeiend aantal opleidingen en cursussen is het een vurige wens van de vereniging in 2012 tot een definitieve en toekomst bestendige oplossing te komen.
Belangrijkste thema’s Preparatie -
Waarborging continuïteit preparatieploeg Vergroten technische kennis strandwachten Onderhoud en vervanging materiaal conform meerjaren planning Migratie van analoge KNBRD kanalen naar C2000 netwerk Vervanging post Groote Keeten, groot onderhoud post Callantsoog Betrekken nieuwe loods
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 45
10.0 Preventie & Nazorg Hulpverleners worden beroepsmatig blootgesteld aan ernstige en mogelijke traumatische gebeurtenissen en hebben in die zin een hoogrisico beroep. Inzet bij calamiteiten behoort tot de taakstelling van hulpverleners. Het meemaken van een calamiteit kan voor alle betrokkenen, getroffenen en hulpverleners, een ingrijpende en schokkende gebeurtenis zijn die grote invloed kan hebben op de lichamelijke en/of psychische gezondheid. Goede voorbereiding en voorlichting voorkomt dat de eigen veiligheid in gevaar komt. Daarnaast vormt nazorg een belangrijke stap om eventuele traumatische gebeurtenissen goed te kunnen verwerken zodat de leden hier geen hinder van ondervinden tijdens hun dagelijks leven. Reddingsbrigade Paal 13 vindt deze aspecten dermate belangrijk dat er binnen het bestuur een bestuurlid Preventie en nazorg is die zich volledig richt op de onderwerpen Medische Infrastructuur, ARBO, BOT en nazorg.
10.1 ARBO, veiligheid en gezondheid Om persoonlijk letsel te voorkomen streeft Reddingsbrigade Paal 13 naar een veilige en gezonde werkomgeving voor al haar leden. Een veilige en gezonde situatie is niet alleen een verantwoordelijkheid van de vereniging of bestuur, maar ook alle leden hebben hierin de verantwoordelijkheid. Inventarisatie, voorlichting en veiligheidsmaatregelen voor aanvang van de werkzaamheden zijn standaard onderdeel van het werkproces. Hierbij wordt gebruik gemaakt van checklijsten, opleiding en trainingen en het beschikbaar stellen van persoonlijke bescherming middelen. Daarnaast vinden er periodieke keuringen van het materiaal plaats conform opgave van de leveranciers en krijgt de vereniging jaarlijks controle behorende bij een risk assessment. In het kader van ARBO streeft de vereniging de volgende doelstellingen na: Het systematisch beperken of voorkomen van Arbo-risico’s en het waarborgen van de persoonlijke veiligheid van al haar leden (vrijwilligers, betaalde krachten en stagiaires). Een optimale relatie tussen gezondheid, arbeidsomstandigheden en arbeidsinhoud voor al haar leden. Het bevorderen van het welzijn van al haar leden door te streven naar continue verbetering van de kwaliteit van de arbeidsomstandigheden. Borging van het beleid vindt plaats door: Bestuurslid Preventie en nazorg ARBO beleid vastgelegd in protocollen, huisregels en gedragsregels. Veiligheidsprocessen maken onderdeel uit van de dagelijkse werkzaamheden. Procedure ongevallen en incidenten. Voorlichting bij inschrijving/indiensttreding en middels opleiding en training. Tussen de Zijper reddingsbrigades en de gemeente is overeenstemming over een gezamenlijke aanpak van de Risico Inventarisatie & Evaluatie. Zeker met de verdere professionalisering van de taken van de reddingsbrigades en complexe materie op het gebied van ARBO is deze samenwerking van groot belang. Derhalve is het de wens van het bestuur om deze samenwerking ook voor de komende jaren te continueren.
10.2 Bedrijfs Opvang Team en nazorg Bij de vereniging is een speciaal bedrijfsopvangteam (BOT) gecreëerd, dat leden helpt bij het verwerken van een ingrijpende werkgerelateerde gebeurtenis. Dit team bestaat uit oudere collega’s die daarnaast ervaring hebben met begeleiding. Het BOT kan de noodzaak tot professionele hulpverlening voorkomen en is bovendien laagdrempeliger dan een professional. Het BOT is 24 uur per dag beschikbaar voor leden die hier behoefte aan hebben.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 46
De opvang door het BOT is gefocust op het hele team dat bij de inzet betrokken was. Door het BOT wordt daarom groepsbegeleiding gegeven. Bespreking van het incident met het BOT vindt als mogelijk direct na de inzet plaats. Afhankelijk van wat bij de groepsgesprekken wordt geobserveerd voeren BOT-leden ook individuele gesprekken. Een lid kan ook zelf het initiatief hiertoe nemen. Doel van de gesprekken is het verwerkingsproces op gang te brengen. Het BOT is er niet alleen voor de leden, maar ook voor hun partners en voor het thuisfront. Naast opvang via het BOT is er ook sociale steun vanuit het werkveld. In 2011 is reeds door enkele leden begonnen met het actualiseren van het BOT protocol. Naar verwachting zullen deze werkzaamheden in 2012 worden afgerond. Daarnaast zullen de BOT-leden op gezette tijden overleg voeren en werkzaamheden op elkaar afstemmen. Om de kwaliteit van het BOT team te vergroten is het wenselijk om enkele BOT-leden een gecertificeerde opleiding daartoe te laten volgen. Bij andere hulpdiensten is al het nodige aan voorlichtingsmateriaal voor medewerkers voorhanden. Gekeken moet worden in hoeverre dit bruikbaar is voor de reddingsbrigade en haar leden.
10.3 Medische infrastructuur Onlosmakelijk met het verlenen van hulp vormt het verrichten van EHBO handelingen en de samenwerking met de ambulancedienst. Binnen het opleidingstraject van Reddingsbrigade Nederland wordt ruim aandacht besteed aan EHBO. Vanaf 2011 worden er volledige Oranje Kruis EHBO cursussen gegeven. Doelstelling is om in 2014 alle actieve strandwachten te hebben opgeleid tot gediplomeerd EHBO-er. Daarnaast worden de strandwachten en alarmploegleden opgeleid in gespecialiseerde handelingen zoals reanimatie, zuurstof toediening en bediening van een AED. Deze opleidingen vormen al vele jaren een vast onderdeel van het interne opleidingsprogramma. Naast kennis van EHBO is het in voldoende mate beschikbaar hebben van EHBO materialen van belang. Met gemiddeld 200 EHBO gevallen per jaar is er voldoende voorraad materialen nodig en moeten de behandelkamers op de reddingsposten volledig uitgerust zijn conform geldende normen. Ook moeten oefen materialen beschikbaar zijn, zowel voor de cursussen als voor bijscholing en herhaling. In het kader van de continuïteit en kostenbeheersing zal een goed voorraadsysteem moeten worden ontwikkeld en gekeken moeten worden op welke wijze het materiaal efficiënt kan worden ingekocht en onderhouden. Samenwerking met de plaatselijke EHBO verenging behoort hierbij tot een goede mogelijkheid. De kennis en vaardigheden van de strandwachten vragen echter meer dan alleen het EHBO diploma. De 4x4 voertuigen van Reddingsbrigade Paal 13 zijn ingericht als semi ambulance en kunnen optreden als First Responder in opdracht van de meldkamer. Bij ongevallen op het strand wordt meerdere keren per jaar samengewerkt met de ambulancedienst. Aanvullende kennis over het gebruik van materiaal uit de ambulance voertuigen is hierbij nodig. Er moeten goede contacten worden onderhouden met de ambulancedienst en dient er periodiek training gegeven te worden over de inventaris en procedures bij de ambulance.
10.4 Protocollen Bij de uitvoering van de taken van de strandploeg en alarmploeg moeten de leden kennis hebben van de verschillende interne en externe protocollen. Protocollen worden in sommige gevallen verward met “regels”. In de protocollen worden echter werkafspraken vastgelegd die handvatten geeft bij de bestrijding van een incident en zorg dragen voor de veiligheid. Hierdoor weet een ieder die betrokken is bij de hulpverlening wat hij of zij moet doen of nalaten. Naast protocollen voor de incident bestrijding bevatten zij vaak richtlijnen voor de dagelijkse werkzaamheden. Alle protocollen en werkafspraken zijn als naslagwerk gebundeld in een map die beschikbaar is op de beide reddingsposten, de loods en in de 4x4 voertuigen.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 47
Thans zijn de onderstaande protocollen van toepassing binnen de vereniging: Omschrijving
Soort
Beheerder
Strandmap versie 2004 (laatste update 2011) Protocol Alarmploeg versie 1.2 (laatste update 2010) Protocol Sms alarmering Protocol Stoffelijk overschot Protocol Trauma helicopter Protocol Redden van een kitesurfer Protocol Personeel versie 2004 Handleiding Maatschappelijke stage BOT Paal13 versie1.1 Procedure meldkamer 2006 algemeen Werkinstructie Nautische eenheden RB instructie gebruik monitorcode Protocol IVOOV Brancherichtlijn Optische & geluidssignalen KWC alarmering RB Noordzeekust versie 02 RBLIA Alarmeringsprocedure
Intern Intern Intern Intern Intern Intern Intern Intern Intern Extern Extern Extern Extern Extern Extern Extern
Paal 13 Paal 13 Paal 13 Paal 13 Paal 13 Paal 13 Paal 13 Paal 13 Paal 13 VR-NHN VR-NHN VR-NHN VR-NHN RN RN / KWC / KRNM RVR
Naast bovenstaande protocollen staan de reddingsbrigades meer algemeen vermeldt in diverse regionale incident bestrijdingsplannen, bijvoorbeeld de Inzetprocedure Natuurbrandbestrijding Noord-Holland Noord. Ook voor de komende beleidsperiode geldt dat alle protocollen en werkinstructies periodiek moeten worden gecontroleerd en geactualiseerd.
Belangrijkste thema’s Preventie & nazorg -
Waarborging continuïteit BOT en ontwikkelen voorlichtingsmateriaal Certificering BOT leden Alle strandwachten opleiden voor EHBO diploma Ontwikkelen voorraadsysteem EHBO materiaal Controle en actualiseren protocollen en werkinstructies
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 48
11.0 Regionale Voorziening Reddingsbrigades De Regionale Voorziening Reddingsbrigades (RVR) is een samenwerkingsverband van reddingsbrigades op de schaal van een Veiligheidsregio. De RVR vormt daar een herkend, erkend en operationeel ingebed onderdeel van de hulpverleningsstructuur in een regio. De afgelopen jaren is door Reddingsbrigade Nederland gewerkt aan de voorbereidingen van de RVR en het mogelijk maken van een sterke impuls om de reddingsbrigades en de RVR een nog steviger plaats te geven binnen de hulpverlening in Nederland. In 2008 heeft er in de VR NHN een pilot gedraaid om de RVR structuur te verkennen. Reddingsbrigade Paal 13 heeft binnen deze pilot een actieve rol gespeeld. De pilot heeft geresulteerd in een blauwdruk van de toekomstige RVR. Reddingsbrigade Nederland investeert de komende jaren ruim 5 miljoen Euro in de opzet en kwaliteit van de RVR en de reddingsbrigades. Dat is een substantieel bedrag waarvoor ook steun verkregen is van het ministerie van Veiligheid en Justitie en het Nationaal Rampenfonds. Met het beschikbare bedrag kan op korte termijn een grote stap vooruit gezet worden. Om de RVR te realiseren zijn echter twee andere aspecten belangrijk: draagvlak en een haalbare aanpak. Bij grootschalige hulpverlening of bij een ramp moeten de collega hulpverleners van brandweer, politie en ambulancedienst op de reddingsbrigades kunnen rekenen. Om dat mogelijk te maken zullen de brigades binnen de RVR vooraf afspraken maken over organisatie, ‘opschalen’, uitrusting, communicatie en opleiden en oefenen. Als het erop aankomt moeten dit soort zaken goed geregeld zijn. Ook bij een groot regionaal evenement zijn vaste en duidelijke afspraken nodig. Daarmee vormen de reddingsbrigades een partner die de andere hulpverleningsdiensten goed kan ondersteunen.
11.1 Doestellingen RVR Belangrijkste doelstellingen van de RVR zijn: 1) Veiligheidspartner; Om als veiligheidspartner te kunnen blijven samenwerken met de operationele diensten is samenwerking van reddingsbrigades binnen de veiligheidsregio noodzaak. Verder zijn de reddingsbrigades, via Reddingsbrigade Nederland, ook landelijk aanspreekbaar voor de rampentaak. Dit sluit aan bij de wens en verwachting vanuit het Rijk. 2) Invloed; De RVR kan er op regionaal niveau sterk toe bijdragen dat er niet over de reddingsbrigades wordt besloten, maar met de brigades. Samenwerken maakt de brigades beter zichtbaar en geeft regionaal invloed. Dit biedt de mogelijkheid om lokaal de eigen ‘reddings’ identiteit en cultuur te behouden. Gelijktijdig betekend meedoen in de RVR ook aanpassing en minder vrijblijvendheid als regionaal afspraken met de Veiligheidsregio worden gemaakt. De RVR geeft brigades invloed op de omgeving en op veranderingen. 3) Sterkere partij; Door de RVR staan de brigades sterker ten opzichte van andere partijen. De vanzelfsprekende rol die een brigade vandaag vaak plaatselijk speelt, is morgen misschien niet meer zo vanzelfsprekend. Het reddingswerk is de laatste jaren aantrekkelijker en interessanter geworden voor anderen. Door mediacampagnes, TV-series en de inzet van de brigades is de zichtbaarheid vergroot en het imago verbeterd. Andere partijen zien hierin nu ook financieel of publicitair voordeel. Dit leidt ertoe dat deze partijen op ‘de markt’ komen. Het is zaak om de reddingsbrigades een zo sterk mogelijke positie te geven. Het beter zichtbaar maken van de unieke combinatie van preventie en repressie is daarbij belangrijk. Net als de rol van vrijwilligers uit de lokale gemeenschap. De RVR kan een belangrijke rol vervullen bij het versterken van de positie van de reddingsbrigades. De individuele brigades zijn de vanzelfsprekende partner voor de gemeente om afspraken mee te maken voor de lokale reguliere dienstverlening. 4) Kwaliteit; Doordat regionaal expertise en capaciteit bij elkaar gebracht kan worden en ondersteund wordt vanuit Reddingsbrigade Nederland, ontstaat de mogelijkheid om in korte tijd een forse kwaliteitsslag te maken. Deze kwaliteitsslag kan vervolgens weer leiden tot een vergrote inzetbaarheid en continuïteit. Dat is van belang om ook naar de andere partners een volwaardige rol in te kunnen vullen. Door binnen een RVR samen te werken kan de kwaliteit verder worden verbeterd.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 49
5) Opleidingen en oefenen; Wat voor kwaliteit geldt heeft zeker betrekking op het opleiden en oefenen van de brigades. Hier is winst te boeken door het bundelen van capaciteit en expertise en door landelijke ondersteuning en coördinatie. Hierdoor kan in alle regio’s het systeem van opleiden en oefenen worden verbeterd. De benodigde (RVR) specifieke opleidingen kunnen vaker en dichterbij worden aangeboden. Deze zijn noodzakelijk voor de (multidisciplinaire) samenwerking met de partners in de veiligheidsregio. 6) Lokale ondersteuning; De RVR maakt het mogelijk om een aantal taken gezamenlijk uit te voeren en knelpunten op te lossen. Hierdoor kunnen de lokale brigades zich concentreren op hun eigen, lokale activiteiten en hun afgesproken bijdrage aan de regionale en landelijke activiteiten. Als brigades die mogelijkheden benutten en daadwerkelijk deelnemen in de RVR, kan dat helpen om lokaal zelfstandig te blijven. De RVR ondersteunt lokaal, maar bindt regionaal en landelijk. De RVR maakt onderdeel uit van een landelijke opschalingstructuur. Ook al om die reden is deelname aan de RVR niet vrijblijvend. Om de genoemde doelen te kunnen realiseren, zal voor iedereen wel duidelijk moeten zijn wat een RVR is en vooral wat een RVR doet. De RVR komt niet in de plaats van het brigadebestuur en kent geen eigen bestuur. De RVR wordt, voor de taken van de RVR, extern formeel vertegenwoordigd door één aanspreekpunt namens de RVR. Er wordt geen extra bureaucratie veroorzaakt. De RVR komt ook niet in de plaats van bestaande afspraken over de lokale bewakingstaken. Dat is een kwestie van de individuele brigade en eigen gemeente. Vanuit de RVR kan een bijdrage geleverd worden aan lokale afspraken, bijvoorbeeld door middel van een risico inventarisatie. Ook kan lokaal geprofiteerd worden van de landelijke ondersteuning door Reddingsbrigade Nederland aan de RVR, bijvoorbeeld met materiaal, technische hulp en advies. Ook kunnen landelijk vastgestelde normen voor de taakuitvoering door reddingsbrigades via de RVR vertaald worden naar de regionale/lokale situatie. Daarmee wordt de kwaliteit van het reddingswerk verduidelijkt en meer uniform.
11.2 Oprichting RVR NHN Eind 2011 hebben betrokken reddingsbrigades in de VR NHN de wens uitgesproken om de RVR NHN op te richten. In februari 2012 is een stuurgroep geformeerd bestaande uit afgevaardigden van de reddingsbrigades en een coördinator vanuit Reddingsbrigade Nederland. Taak van deze stuurgroep is om middels een stappenplan de RVR NHN daadwerkelijk op te richten. Prognose is dat de oprichting van e de RVR NHN medio 4 kwartaal 2012 een feit is.
Overzicht 7
Stappenplan oprichting RVR
1
• Neem initiatief
2
• Startbijeenkomst: betrek alle brigades in de regio
3
• Het vervolg: bepaal doel en sturing
4
• Bepaal situatie in de regio. Wat is nodig om de basistaken uit te voeren?
5
• Stel een RVR-overeenkomst en een plan voor de invoering van de RVR op
6
• Leg overeenkomst en projectplan voor aan deelnemers
7
• Terugkoppeling naar de leden en Reddingsbrigade Nederland
8
• Definitieve opzet RVR en projectplan
9
• Oprichten RVR
10 • Aan de slag
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 50
11.3 Positie vereniging ten opzichte van de RVR Reeds vanaf de pilot periode in 2008 is Reddingsbrigade Paal 13 nauw betrokken bij de ontwikkelingen op het gebied van de RVR. Na een lange aanloop van overleggen, planvorming (en soms ook radiostilte) is het wat betreft het bestuur nu tijd om over te gaan tot daadwerkelijke implementatie. Het bestuur ondersteund op hoofdlijnen de oprichting van de RVR NHN. Daartoe is begin 2012 de intentieverklaring voor de oprichting van de RVR NHN ondertekend. Met name de eerste drie doelstellingen van de RVR (veiligheidspartner, invloed en sterke partij) zijn voor Reddingsbrigade Paal 13 de belangrijkste beweegredenen voor deelname aan de RVR. Vanuit het bestuur is een afgevaardigde beschikbaar gesteld voor deelname aan de stuurgroep RVR. Kritische aandachtspunten ter beoordeling van de voortgang van de RVR zullen voor de vereniging zijn; 1. Deelname aan de RVR moet een aantoonbare meerwaarde voor de vereniging opleveren. 2. Autonomie van de vereniging binnen de RVR moet gewaarborgd blijven. 3. Gestelde doelen binnen de RVR moeten in redelijke termijnen worden behaald.
Belangrijkste thema’s RVR -
Vereniging steunt oprichting RVR NHN Voordelen vereniging op gebied veiligheidspartner, invloed en sterke partij Kritische aandachtspunten moeten worden bewaakt door het bestuur
Samenwerking reddingsbrigades kop NHN bij grootschalige evenementen
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 51
12.0 Samenwerking binnen de veiligheidsketen Een gevleugelde uitspraak binnen de vereniging is “Redden doe je niet alleen maar samen”. Dit geldt binnen de eigen operationele teams en organisatie maar zeker ook in de samenwerking met de collega hulpdiensten binnen de veiligheidsketen. Deze samenwerking is niet alleen van toepassing bij daadwerkelijke calamiteiten maar ook op het gebied van voorbereiding, kennis- en informatie uitwisseling en materiële ondersteuning. Door de ontwikkelingen van de reddingsbrigade naar een professionele hulpdienst wordt de vereniging steeds vaker betrokken bij inzetten, overleg en oefeningen op multidisciplinair niveau. Belangrijkste ketenpartners hierbij zijn de buurt reddingsbrigades, KNRM, Brandweer, Politie en Ambulancedienst.
12.1 Samenwerking met buurtbrigades In het beleidsvisie document 2004 en het beleidsplan 2008-2011 heeft de vereniging al een aanzet gegeven tot betere en intensievere samenwerking met de buurtbrigades in het algemeen en de reddingsbrigades binnen de gemeente Zijpe in het bijzonder. Sinds vele jaren werken de Zijper reddingsbrigades samen op het gebied van de zwembad opleidingen in zwembad De Wiel. Deze samenwerking verloopt naar het oordeel van het bestuur goed en zal in de komende jaren worden voortgezet. In het halfjaarlijks overleg tussen de Zijper brigades en de gemeente worden een aantal gemeenschappelijke zaken afgestemd zoals de uitvoering van de RI&E, uitvoering van de postplaatsing en informatievoorziening naar de strandbezoeker. Incidenteel vinden er gezamenlijke oefeningen plaats met de drie reddingsbrigades. In 2010 is een verkennende bespreking geweest voor verdere intensivering van deze samenwerking op andere deelgebieden. Hoewel de vereniging positief tegenover de besproken onderwerpen staat heeft de samenwerking op deze terreinen nochtans geen vervolg gekregen. Naar het oordeel van het bestuur leidt verdere uniformiteit en afstemming tussen de drie reddingsbrigades tot een sterkere positie van de brigades als hulpdienst, verlaging van de werkdruk bij het bestuur en leden, kostenbesparingen door centrale inkoop alsmede eenduidigheid richting de gemeente. Voorgaande met in acht name van ieders wensen en pakket van eisen. Met reddingsbrigade Den Helder vindt als noordelijke buurtbrigade ad hoc bilateraal overleg en uitwisseling van informatie plaats. Bij evenementen en andere brigade gerelateerde activiteiten wordt veelal ondersteuning aan elkaar geboden. Binnen het overleg van de Samenwerkende Kust Reddingsbrigades NHN (SKR-NHN) vindt halfjaarlijks afstemming plaats over onderwerpen die op een meer regionaal niveau spelen. De rol van dit overleg orgaan zal in de toekomst overgaan in de RVR.
12.2 Samenwerking met overige hulpdiensten In de veiligheidsregio werken de brandweer, de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR), de politie en gemeenten samen voor een effectieve voorbereiding op en bestrijding van crisis en rampen. Ook de reddingsbrigades spelen hierin een steeds grotere rol van betekenis. Met een aantal hulpdiensten onderhoud de vereniging al jarenlange intensieve contacten, doch met anderen is dit een voortvloeisel uit de ontwikkelingen van de afgelopen periode.
12.2.1 Samenwerking met de KNRM Er is goed en periodiek overleg met de KNRM station Callantsoog. In het verleden legde de contacten zich toe op directe werkafspraken bij calamiteiten, maar zeker de laatste jaren weten beide organisaties zich ook op andere terreinen meer en meer te vinden.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 52
Tijdens de jaarlijkse Reddingbootdag zijn beide organisaties vertegenwoordigd. Deze landelijke open dag is bedoelt om het publiek actief kennis te maken met het werk, de professionele vrijwilligers en het materieel van de Reddingsbrigade en KNRM. Bij strandslag Seinpost in Callantsoog zijn gedurende deze dag de reddingsboten en voertuigen van beide organisaties te bewonderen en kan er zelfs worden meegevaren op de reddingsboten. Tevens vinden er diverse reddingsdemonstraties plaats. Sinds 2011 vinden er in de maanden april en mei gezamenlijke trainingen plaats op de dinsdag avond. Ervaren bemanningsleden van de KNRM en Reddingsbrigade Paal 13 geven op deze avonden vaar- en rij instructie aan (aspirant) strandwachten die gedurende het zomerseizoen actief zijn tijdens de strandbewaking. Nadruk ligt hierbij ook op de samenwerking en werkwijze tijdens calamiteiten. Gedurende de zomermaanden vinden voorts enkele grootschalige oefeningen plaats. In de winter maanden staan de opleidingsfaciliteiten van beide organisaties open voor elkaars bemanningsleden. Voorbeeld hiervan is deelname aan de EHBO opleidingen en incidentele cursussen vaarbewijs of marifonie. In 2012 wordt onderzocht op welke wijze daartoe gekwalificeerde bemanningsleden van beide organisaties elkaar kunnen ondervangen mocht er bij een incident onverhoopt een bemanningstekort bij een van de disciplines optreden. Gezien het goede en prettige samenwerkingsverband tussen de KNRM Callantsoog en Reddingsbrigade Paal 13, met als doel de kwaliteit van de hulpverlening te vergroten, zal het bestuur het beleid in deze ook de komende jaren voortzetten.
12.2.2 Samenwerking met de Brandweer Tot enkele jaren geleden beperkte de contacten met de brandweer (Callantsoog) zich tot incidentele deelname aan oefeningen en het onderhoud van de C2000 apparatuur in de voertuigen. Sinds het gezamenlijk optreden in 2009 tijdens de brand in een strandpaviljoen en de duinbranden van 2011 is de samenwerking en contacten verder op gang gekomen. Over en weer is kennis uitgewisseld en hebben de alarmploeg leden deelgenomen aan een cursus duinbrandbestrijding van de brandweer. Momenteel lopen er verkenningen waarbij gekeken wordt op welke wijze de reddingsbrigade met haar specifieke reddingsmateriaal ter assistentie kan worden gevraagd door de brandweer. Daarnaast wordt gekeken naar het gezamenlijk ontwikkelen van een ijsongevallen procedure. Ook vanuit andere brandweer korpsen in de regio wordt met belangstelling gekeken naar de ontwikkelingen van de reddingsbrigades als erkende hulpdienst. Enkele korpsen hebben reeds een beroep gedaan op de expertise en materiaal van de reddingsbrigades bij calamiteiten, zo ook aan de Reddingsbrigade Paal 13 bij een Middel water Ongeval. Gezien de verdere inbedding van de reddingsbrigade in de veiligheidsketen beschouwd het bestuur het als wenselijk de contacten met de brandweer verder te verbeteren, meer te sturen op samenwerking en gebruik te maken van de jarenlange kennis en ervaring binnen de brandweer.
12.2.2 Samenwerking met de Ambulancedienst Algemeen genomen heeft de vereniging een goede samenwerking met de ambulancedienst in de Noordkop. Er zijn protocollaire afspraken tussen de meldkamer NHN, de ambulancedienst en de reddingsbrigades. Buiten de samenwerking tijdens calamiteiten om is de laatste jaren een afname te signaleren in het bilaterale contact met de ambulancedienst. Dit heeft vooral te maken met wisselingen van de wacht in beide organisaties. Voor een goede hulpverlening en nazorg is het belangrijk dat deze contacten op korte termijn worden hersteld. De ambulancedienst kan hierdoor eenvoudiger benaderd worden bij medische of praktische vragen en evaluatie van gepleegde gezamenlijke inzetten. Ook in het kader van opleiding is het belangrijk om de strandwachten regelmatig kennis te laten maken met het personeel en materiaal van de ambulance.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 53
12.2.3 Samenwerking met de Politie Er heeft de afgelopen jaren geen of nauwelijks overleg plaatsgevonden met de politie. Binnen de Samenwerkende Kust Reddingsbrigades NHN hebben enkele afgevaardigden samen met vertegenwoordigers van de politie een werkgroep opgericht ter verbetering van de communicatie en het maken van werkafspraken. Nochtans zijn uit deze werkgroep geen concrete voorstellen gekomen. Sporadisch neemt de politie deel aan gezamenlijke oefeningen. Veelal vinden de contacten plaats tijdens daadwerkelijke incidenten. Het bestuur is van mening dat de contacten met de politie moeten worden verbeterd. Naast samenwerking bij calamiteiten hebben de strandwachten gedurende de zomermaanden frequent te maken met handhaving van de openbare orde op het strand. Buiten het signaleren van verdachte of gevaarlijke situaties en het preventief adviseren van strandbezoekers hebben de strandwachten geen bevoegdheid voor verder optreden of verbalisering. In voorkomende gevallen moet beter geschakeld worden met de politieorganisatie en/of wijkagent. De (wijk) agenten moet op hun beurt meer op de hoogte zijn van de specifieke omstandigheden en regels op het strand. De orde handhaving op het strand mag niet rusten op de schouders van de strandwachten.
Belangrijkste thema’s Samenwerking -
Intensievere samenwerking Zijper reddingsbrigades Goede samenwerking KNRM Callantsoog voortzetten Contacten met de brandweer uitbreiden Contacten en samenwerking met ambulancedienst verbeteren. Opbouwen relatie en structureel overleg met de politie
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 54
13.0 PR en sponsoring Reddingsbrigade Paal 13 voert al jaren een actief PR en sponsor beleid. Doelstelling hierbij is het constant genereren van aandacht voor de verenging en haar activiteiten alsmede het werven van sponsoren. Daarbij zijn goede contacten nodig met onder andere de pers, het bedrijfsleven, collega hulpdiensten, maar is er ook een belangrijke rol weggelegd voor de leden voor het uitdragen van het positieve clubgevoel. PR heeft ook een signaalfunctie om trends en ontwikkelingen op te vangen uit de omgeving van de vereniging. De vereniging heeft een eigen PR commissie die belast is met ontwikkelen en uitvoeren van het PR en sponsorbeleid van de vereniging. Jaarlijks ondernemen zij diverse initiatieven op dit werkterrein. De uitvoering van de kerntaken zijn van een dusdanig niveau dat bij het publiek en diverse partners van de vereniging een groot draagvlak bestaat voor de vereniging. Dit schept enerzijds verwachtingen maar creëert anderzijds ook mogelijkheden voor de vereniging. Het goede imago en naamsbekendheid dient gekoesterd te worden.
13.1 Media De vereniging onderhoud een goede en structurele relatie met zowel lokale, regionale en landelijke media. Naast veelvuldige publicaties in kranten en nieuwsgerelateerde internetsites vinden er bijna jaarlijks televisie opnames op de reddingsposten plaats en worden er geregeld radio interviews gegeven. Bij belangrijke gebeurtenissen in de vereniging of na calamiteiten worden persberichten opgesteld en verzonden. Naast het verkrijgen van aandacht voor het werk van Reddingsbrigade Paal 13 staan bij deze PR activiteiten tevens het promoten van het strand en kustrecreatie van de badplaatsen Callantsoog en Groote Keeten centraal. Voorts maakt de vereniging dankbaar gebruik van haar contacten in de media voor de wervingscampagne voor nieuwe strandwachten. Aangezien de media een belangrijke factor is bij het gehele PR, sponsoring en externe communicatie beleid van de vereniging zal ook in de komende jaren de diverse media kanalen worden voorzien van informatie en medewerking verleent aan rapportages of interviews.
13.2 Website & social media De vereniging heeft een eigen website www.paal13.com voor de interne en externe communicatie. De website wordt druk bezocht en bevat naast informatie over de vereniging en haar activiteiten ook ruimschoots informatie voor de strandbezoekers en tips voor een veilig verblijf op het strand. Het onderhoud en actualiseren van de website vraagt om een constante aandacht van de website beheerders. Het onderhouden en ontwikkelen van de website gebeurd in eigen beheer door enkele leden. Door de specifieke kennis die hiervoor benodigd is maakt dit ook meteen een kritische factor in het kader voor de continuïteit. In 2012 zal de website worden gemigreerd naar een nieuwe provider en zal zowel het webdesign als het Content Management Systeem (CMS) worden verbeterd. Doelstelling is om ook in de komende jaren tot een van de meeste bezochte en complete websites onder de reddingsbrigades in Nederland te behoren. Om iedereen op de hoogte te houden van nieuws, foto's en andere belangrijke zaken is Reddingsbrigade Paal 13 sinds 2011 ook te volgen via social media op Hyves, Facebook en Twitter. Met deze middelen wil de vereniging tevens snel een groot publiek kunnen bereiken om bijvoorbeeld te waarschuwen voor gevaarlijke stroming of aflandige wind. Op het eigen Youtube kanaal van Reddingsbrigade Paal 13 zijn meerdere filmpjes geplaatst.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 55
13.3 Promotie en voorlichting Als onderdeel van de marketingmix maakt de vereniging met name de laatste twee jaar meer gebruik van directe promotie en voorlichting onder haar doelgroepen. Voorbeelden hiervan zijn deelname aan bedrijvenbeurzen en verenigingsbeurzen in de regio en het houden van promotiedagen in druk bezochte winkelcentra of bij grote evenementen. Ook het organiseren van interne activiteiten zoals de jeugd stranddag, raft festijn en velocitas trofee dragen bij aan de promotie van de verenging. Voorts sluit de vereniging zich graag aan bij landelijke campagnes die worden opgezet door Reddingsbrigade Nederland. Voorbeeld hiervan is de polsbandjes actie waarbij gratis 06-polsbandjes worden verstrekt om zo het aantal zoekgeraakte en weer opgespoorde kinderen terug te dringen. Reddingsbrigade Paal 13 vindt het belangrijk om de jeugd te motiveren en interesseren voor het strand en de gevaren die het met zich meebrengt. Dit doel wordt onder meer bereikt door het geven van voorlichting op basis- en middelbare scholen en het uitnodigen van klassen voor een werkbezoek aan de reddingsposten.
13.4 Sponsoring & collectes Door de media aandacht is de vereniging een aantrekkelijke partner als het gaat om sponsoring vanuit het bedrijfsleven en charitatieve instellingen. Het bestuur is van mening dat de basis voorzieningen voor de uitvoering van de verenigingtaken immer gefinancierd moeten worden vanuit de gemeentelijke subsidies, daar deze basisvoorzieningen van levensbelang zijn voor een goede uitvoering van haar preventieve en repressieve taken. Deze primaire taken mogen niet afhankelijk worden van de goodwill vanuit het bedrijfsleven. De vereniging zorgt naast de ontvangen subsidie al jaren voor extra inkomsten door middel van het aantrekken van sponsoren. Met deze middelen kunnen extra voorzieningen worden gerealiseerd die ook verband houden het de primaire taken. Voorbeelden hiervan zijn het kosteloos kunnen volgen van cursussen bij commerciële partijen, het mogelijk maken van de aanschaf van aanvullende persoonlijke bescherming middelen en IT hardware alsmede het beschikbaar stellen van een kraam op een grote bedrijvenbeurs. Al met al vertegenwoordigen deze bijdragen een gemiddelde van € 5.000,- per jaar. De vereniging benut ook andere bronnen om aanvullende financiële middelen te verkrijgen. Van oudsher wordt gebruik gemaakt van brigadepaaltjes voor het genereren van extra giften. Deze collectepaaltjes staan bij diverse ondernemers in Callantsoog. Hoewel het pinnen bij de middenstand de laatste jaren in opmars is, wordt er met de collectepaaltjes jaarlijks toch een mooi bedrag van circa € 200,- bijeen gebracht. In 2011 is er voor de eerste maal sinds lange tijd weer deelgenomen aan de Grote Club Actie, hetgeen ook een leuke aanvulling blijkt te zijn. Eenmaal per jaar wordt er een strandcollecte gehouden onder de strandbezoekers. Hoewel deze vorm van collecteren erg weersafhankelijk is kunnen hier ook aanzienlijke bedragen mee worden opgehaald. De intentie is om de Grote Club Actie en de strandcollecte jaarlijks terug te laten komen. Het bedrag van de collecte paaltjes, Grote Club Actie en de strandcollecte worden volledig besteed worden aan jeugd activiteiten, opleiding en lesmateriaal. Ook voor de komende jaren is het beleid erop gericht om daar waar mogelijk extra inkomsten te genereren voor de vereniging.
Belangrijkste thema’s PR & Sponsoring -
Media voorzien van informatie en medewerking verlenen aan rapportages of interviews Paal13.com laten behoren tot de meeste bezochte en complete reddingsbrigade websites Bereiken van een groot publiek via social media en deze inzetten bij waarschuwingen of advies Voorlichting en promotie onder doelgroepen. Aantrekkelijke partner voor sponsoren en extra baten genereren door collectes.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 56
14.0 Financiën 14.1 Ledenadministratie In de vorige beleidperiode is hard gewerkt aan de ledenadministratie. Met de invoering en ingebruikname van Sportlink, het centraal ledenadministratie systeem van Reddingsbrigade Nederland, is de continuïteit gewaarborgd en is de ledenadministratie up to date. Met de web based applicatie van Sportlink is het voor het verenigingskader ook mogelijk om behaalde diploma’s goed bij te houden en eventuele nevenfuncties van de leden in de administratie op te nemen. Tevens is er één centraal e-mail adres (
[email protected]) ingevoerd voor correspondentie met de ledenadministratie. Hierdoor kunnen de leden eenvoudiger bij de vereniging terecht voor het doorvoeren van mutaties en bij vragen over de contributie facturen.
14.2 Contributie en verenigingskosten Gelijktijdig met de inhaalslag bij de ledenadministratie, is ook de contributie inning in de vorige beleidsperiode ter hand genomen en is deze sinds enkele jaren weer helemaal bij. Focus op het gebied van de contributie zal in de komende beleidsperiode komen te liggen op een herziening van het contributiestelsel. Uitgangspunt voor het bestuur blijft dat de financiële bijdrage door leden laagdrempelig moet zijn om aan de verenigingactiviteiten deel te kunnen nemen. Wel dient er een meer evenredige contributie opbouw plaats te vinden. De vaste verenigingscontributie staat al jaren op € 17,50 voor een volwassen lid en € 12,50 voor een juniorlid. Komende jaren zal deze contributie omhoog getrokken moeten worden, enerzijds omdat de contributiebedragen geïndexeerd hadden moeten worden en anderzijds om een (gedeelte) van het inkomstenverlies uit zwemgelden te compenseren. Zwemgelden worden geïnd bij diegene die in het zwembad de Wiel ’s winters zwemles volgen. De kosten voor deze lessen in het zwembad zijn vrij fors ten opzichte van de andere bedragen die de vereniging doorberekend. Op het strand worden ’s zomers ook lesgeven waar slechts een kleine vergoeding tegen over staat. Door een teruglopende aantal zwemmende leden in de winter loopt de vereniging een deel van de inkomsten mis, terwijl de kosten van het zwembad stijgen. De aankomende jaren wil het bestuur de inkomsten meer verdelen over de drie inkomstenbronnen, namelijk het zwemgeld, zowel van het strand als het zwembad en de contributies. Als men deze bedragen tegen een ander licht zet en de één wat verlagen, ter motivatie om weer deel te nemen aan het zwemmen in de winter, en de andere wat verhogen zal met het huidige aanbod aan leden en zwemmers weer de inkomsten derven om de kosten van het zwembad grotendeels op te vangen.
14.3 Begroting Reddingsbrigade Paal 13 is een financieel gezonde vereniging. De vereniging beschikt over eigen reserves en de reserveringen voor nieuw materieel, ondergebracht bij de gemeente, is op peil. Er kan in de toekomst geïnvesteerd worden in het vervangen van het huidige materieel. Wel moeten de reserveringen opnieuw gerangschikt worden op basis van het meerjaren investeringsplan. Voorts zal er permanent aandacht worden besteed aan kostenbeheersing. Daartoe zullen lopende contracten en uitgaven periodiek worden getoetst en zo nodig herzien. Er is een steeds grotere vraag binnen de vereniging naar de deelbudgetten. Een aantal activiteiten hebben al een eigen budget/begroting zoals personeel, repressie en preparatie. In de jaarcijfers van de vereniging is dit echter niet inzichtelijk genoeg. Uiteindelijk is er maar één begroting en jaarrekening van de totale vereniging. De jaarrekening wordt gemaakt door FIAK, een extern administratiekantoor. De vereniging wil deze werkwijze in de komende jaren voortzetten. Met FIAK zal gekeken moeten worden of de boekhouding zo ingericht kan worden dat de diverse deelbegrotingen/resultaten zichtbaarder kunnen worden gemaakt. In het kader van de gemeentelijke herindeling is door de gemeente Zijpe toegezegd dat de huidige begroting in ieder geval voor 2013 wordt overgenomen door de nieuwe gemeente Schagen. Het streven van het bestuur is om de begroting ook voor de daarop volgende jaren minimaal te handhaven.
Reddingsbrigade Paal 13 | Beleidsplan 2012 – 2015 versie 1.2 mei 2012
Page 57