Conceptverslag algemene vergadering van deelnemers 25 september 2014 (43) Plaats : Hoofdkantoor Ballast Nedam, Nieuwegein Geregistreerde aanwezigen Tijd
: 16.00 – 18.00 uur
: 124
Aanwezige actieve deelnemers : 36 Aanwezige pensioengerechtigden : 84 Aanwezige gewezen deelnemers : 4
Agenda: 1. Opening, mededelingen en ingekomen stukken 2. Notulen 3. Jaarverslag 2013 4. Beleggingen 2013 en ontwikkelingen 5. Nieuwe pensioenregelgeving 6. Actuele ontwikkelingen 7. Vragen 8. Sluiting 1. Opening, mededelingen en ingekomen stukken De voorzitter, de heer Van Hoogstraten, opent de vergadering om 16.00 uur en heet iedereen van harte welkom op deze deelnemersvergadering. Hij stelt de heren voor die zitting hebben aan de bestuurstafel op het podium: - De heer Hubeek, bestuurder en gekozen door de pensioengerechtigden; - De heer Voorrips, bestuurder gekozen door de werknemers; - De heer Janssen, adviserend actuaris van het Bestuur. Het bestuur bestaat uit 6 personen.De overige bestuurders zitten in de zaal; te weten de heer Leenders en twee nieuwe externe bestuurders. De heer Van Hoogstraten stelt de twee nieuwe externe bestuurders voor: de heer Vis met een vermogensbeheer achtergrond en de heer Lind met een actuariële achtergrond. Mededelingen Mevrouw Duynstee, directeur van het pensioenbureau heeft na jaren van trouwe dienst ervoor gekozen om zelfstandig ondernemer te worden en het fonds te verlaten. De heer Van Hoogstraten wil mevrouw Duynstee nogmaals hartelijk danken voor de rol die ze heeft gespeeld voor het fonds en voor de deelnemers. Per 1 oktober begint een nieuwe directeur; de heer R. Hendrickx. Als gevolg van de bestuurlijke wijzigingen heeft de heer Heitman na 20 jaar afscheid genomen van het fonds en de heer Kersten na een wat kortere periode. Beiden worden heel hartelijk bedankt voor de inzet en betrokkenheid bij het fonds. Verder zitten zijn aanwezig namens het fonds mevrouw Endenburg en de heer Van der Hout. Zij zullen deze vergadering notuleren. Voordat het officiële programma aanvangt, wil de voorzitter graag enkele woorden richten tot de aanwezigen: We kijken alweer terug naar het jaar 2013, het 86e boekjaar van het pensioenfonds. Maar behalve terugkijken, kijken we vandaag ook vooruit. Aan de ene kant beweegt de dekkingsgraad zich de goede kant op en dat is goed nieuws. Aan de andere kant zijn de economische vooruitzichten nog altijd ronduit slecht, hetgeen zich vertaalt in een (wederom) historisch lage rente, terwijl aan de andere kant wetgeving op ons af komt die toeziet op hogere buffers en lagere opbouwmogelijkheden. Concluderend zien we een langzaam groeiende dekkingsgraad. Door verdere fiscale verlagingen kunnen de actieve deelnemers minder pensioen opbouwen. Tevens bestaat er onzekerheid over toekomstige indexatie voor (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden. Het blijft een moeizaam verhaal.
Als Bestuur zouden wij u graag een mooier beeld schetsen. Wij zijn ons er zeer van bewust dat dit voor veel actieve deelnemers van Ballast Nedam als voor de pensioengerechtigden en oud-medewerkers teleurstellende vooruitzichten zijn. Als Bestuur zijn wij gedreven om stap voor stap te werken aan het structureel verbeteren van ons pensioenfonds. Huishoudelijke mededelingen De voorzitter deelt mee dat na afloop van deze vergadering een borrel en aansluitend een hapje eten wordt aangeboden. Er zal voldoende tijd zijn voor het stellen van vragen. Het doel van deze vergadering is in de eerste plaats het vaststellen van het jaarverslag 2013 en het verlenen van décharge aan het Bestuur over het gevoerde beleid. Twee formele mededelingen zijn noodzakelijk: de aanschrijving en uitnodiging van de deelnemers is, conform artikel 15 van de statuten, tenminste 14 dagen vóór de vergadering geschied, onder vermelding van de tijd, plaats en de te behandelen onderwerpen. Ten tweede; in deze vergadering zal niet gestemd worden. Velen hebben de conceptnotulen van de vorige deelnemersvergaderingen en het jaarverslag 2013 opgevraagd en de stukken waren bij uw binnenkomst beschikbaar. Indien u alsnog een jaarverslag wilt hebben, kunt u deze downloaden via de website www.bnfp.nl, of opvragen bij het pensioenbureau. Voor deze vergadering gaan wij ervan uit dat u in het bezit bent van de laatste conceptnotulen en het jaarverslag en/of verkort jaarverslag. Ingekomen stukken Er zijn geen ingekomen stukken, maar wel is een brief met vragen ingediend door de Vereniging van Pensioengerechtigden (hierna:VvP). De voorzitter geeft aan dat hij het als een positieve ontwikkeling ziet dat veel van de vragen die spelen bij pensioengerechtigden gekanaliseerd kunnen worden via één brief van de VvP aan het Bestuur. De vragen worden behandeld bij punt 6 van de vergadering. De voorzitter licht kort de agenda van vandaag toe en geeft aan dat de strategisch adviseur van de beleggingscommissie van het Bestuur, de heer Euverman, een presentatie zal verzorgen over de beleggingen in 2013 en de ontwikkelingen. De heer Janssen, adviserend actuaris van het Bestuur, zal een presentatie geven over de pensioenregelgeving 2015. Tot slot zal de heer Van Hoogstraten als voorzitter een aantal actuele ontwikkelingen toelichten en is er gelegenheid tot het stellen van vragen. 2. Conceptnotulen 26 september 2013 en april 2014 De voorzitter vraagt de aanwezigen of zij opmerkingen hebben over het conceptverslag van de algemene deelnemersvergadering van 26 september 2013 en over het conceptverslag van de bijzondere deelnemersvergadering van 24 april 2014. Dit is niet het geval en daarmee worden de verslagen vastgesteld. De voorzitter dankt de notulist voor de notulen. 3. Jaarverslag Behandeling jaarverslag De voorzitter behandelt het jaarverslag 2013 met behulp van zijn presentatie. In deze notulen zijn de hoofdlijnen van de presentatie opgenomen. Voor de details verwijzen wij u naar de sheets van de presentatie. Buiten hetgeen daar vermeld is, vestigt hij de aandacht op de volgende aspecten: De pensioenverplichtingen zijn gedaald met € 33,7 mln tot € 796,8 mln. De dekkingsgraad (het pensioenvermogen gedeeld door de pensioenverplichtingen), steeg van 99,7% naar 105,2%. Het doorvoeren van de korting van 7% is in het jaarwerk van 2012 van grote
invloed geweest, maar niet in het jaarwerk van 2013. De stijging van de rente heeft als effect gehad dat de verplichtingen zijn gedaald en het pensioenvermogen is gestegen. Het totale rendement over 2013 is 3%. Het verschil ten opzichte van 2012 is een direct gevolg van de renteontwikkeling. In 2012 daalde de rente en steeg de waarde van de vastrentende waarden. In 2013 steeg de rente en daalde de waarde van de vastrentende waarden. Aanpassing strategische beleggingsmix eind 2013: het aandeel vastrentende waarden is teruggebracht van 65% naar 60% en het aandeel zakelijke waarden van 35% naar 40% verhoogd. De renteafdekking is teruggebracht. Dit om de kans op rendement te verhogen zonder dat het risicoprofiel van het pensioenfonds aanzienlijk is vergroot. Het Bestuur heeft hiertoe besloten na een uitgebreide ALM-studie die in 2013 is uitgevoerd (slide 10). De waardering van staatsobligaties was jaren geleden slecht voor vele Europese markten, nu een normering die wij zelf hebben aangebracht (slide 14). Het renterisico laten we mee bewegen voor 55%. De afdekking van het renterisico wordt ingevuld door het gebruik van obligaties en renteswaps (derivaten). Het renterisico wordt niet volledig afgedekt, omdat we daarmee het vermogen om rendement te behalen op slot zetten (slide 15). In 2014 krijgen we te maken met een nieuwe tabel overlevingstafel. Wij zijn een fonds dat „grijzer‟ wordt en dat is in de getallen goed zichtbaar (slide 20). In het voorjaar van 2014 is besloten dat premievrije vertegenwoordigers worden toegevoegd aan het Verantwoordingsorgaan. Dit zijn de heren O. de Jong en de heer D. Timmerman.
De presentatie is beschikbaar op de website van het pensioenfonds. Vragen naar aanleiding van het bestuursverslag (pagina 9 t/m 28) De heer Bakker is verbaasd over de verdeling staatsobligaties in de landen Duitsland en Frankrijk (30%). Een weging van 30% in Franse staatsobligaties is zwaar, als je de situatie van Frankrijk bekijkt. Zit hier externe sturing op, bijvoorbeeld vanuit de politiek? De heer Van Hoogstraten meldt dat hier geen sturing op zit. Zouden wij met een hele rare weging komen dan reageert de toezichthouder DNB. Een belangrijke reden is dat Frankrijk leningen uitgeeft met een aantrekkelijke rente en aantrekkelijke looptijden. Zou je kiezen voor Nederlandse/Duitse staatsobligaties dan zou het rendement verder terugzakken. Vragen naar aanleiding van de jaarrekening Geen vragen. Algemene vragen De heer Wierda stelt zich voor als voorzitter van de VvP en geeft aan dat de vereniging het Bestuur schriftelijk een aantal vragen heeft gesteld. De heer Van Hoogstraten reageert hierop door aan te geven dat deze vragen van de VvP later in zijn presentatie behandeld zullen worden. De heer Van Hoogstraten stelt voor dat de vergadering het Bestuur décharge verleent voor het gevoerde beleid in 2013. Er volgen geen opmerkingen en de voorzitter concludeert dat de gevraagde décharge verleend is. Hij bedankt de aanwezigen. 4. Beleggingen 2013 en ontwikkelingen De heer Van Hoogstraten geeft het woord aan de heer Euverman van Sprenkels en Verschuren, strategisch adviseur van de Beleggingsadviescommissie van het fonds. De presentatie van de heer Euverman is beschikbaar op de website van het Pensioenfonds.
5. Nieuwe pensioenregelgeving 2015 De heer Van Hoogstraten geeft het woord aan de heer Janssen van Towers Watson, adviserend actuaris van het Bestuur. De presentatie van de heer Janssen is beschikbaar op de website van het Pensioenfonds.
6. Actualiteit De voorzitter bedankt de heer Euverman en de heer Janssen voor hun presentaties en toelichtingen. De voorzitter geeft aan dat het Bestuur ook graag meer positieve berichten had willen melden. Heroverweging bestuursbesluit kortingen De marktrente daalt sneller en daalt meer. De rente om de pensioenverplichtingen van het pensioenfonds te waarderen, de zogenaamde DNB RTS, wordt over drie maanden gemiddeld en gaat er van uit dat de rente over de hele lange termijn tendeert naar een vast punt. Dit punt van de rente ligt hoger dan de markt verwacht. Bij het vaststellen van de jaarrekening in de maand mei is op basis van de dekkingsgraad einde jaar 2013 (105,2%) en ontwikkelingen gedurende het jaar besloten om niet tot herstellen van de doorgevoerde kortingen over te gaan. Op basis van nieuwe inzichten in de wetgeving over het nFTK, de ontwikkeling in de dekkingsgraad en ontwikkelingen in de rente is dit besluit voor de bestuursvergadering in september opnieuw geagendeerd. Door nieuwe wetgeving maakt het herstellen van kortingen en indexeren in de nabije toekomst zeer onzeker. Echter uit berekeningen blijkt dat bij een gelijkblijvende rente zou de dekkingsgraad dalen naar 103,9%. Als de 3%-korting nu wordt hersteld leidt dit zeer aannemelijk tot een nieuwe korting. Alles in overweging nemend is besloten de doorgevoerde korting niet te herstellen. (slide 43). Meer informatie over de financiële positie van het fonds zal binnenkort beschikbaar zijn op de website (slide 47). De vragen die door de VvP schriftelijk zijn gesteld, worden behandeld op de slides 50 en 51. 1. V. Is de in 2013 ontvangen premie voldoende voor de opbouw? A. Ja, als gevolg van een korting van de opbouw van 20% 2. V. Is de premie van 24% voldoende voor de opbouw in 2015? A. Dit wordt beïnvloed voor de nieuwe fiscale kaders vanaf 1 januari 2015 enis afhankelijk van discussie werkgever en werknemers. Daarna zal het bestuur de premie toetsen. 3. V. Wat is de stand van zaken van de strategische heroriëntatie en worden de deelnemers hierbij betrokken? A. Deze vraag is reeds beantwoord 4. V. Hoe worden de risico‟s berekend die bepalend zijn voor de hoogte van het vereist eigen vermogen (113,8%) A. Het vereist eigen vermogen wordt berekend op basis van wettelijke voorschriften 5. V. Verwacht effect sterftegrondslagen 3,4%? Het verwachte effect sterftegrondslagen is 0%. A. Moet zijn verwacht rendement….fout in jaarverslag….. 6. V. Waarom leidt een wijziging van de gemiddelde marktrente van 0,3% in 2013 tot een kleiner effect dan eenzelfde wijziging in 2012? A. De gemiddelde rente van 2,7% is slechts een kengetal. De discontering vindt plaats aan de hand van een complete rentetermijn structuur.
7. V. Gaat het bestuur over tot herstel van de 3% korting n.a.v. nFTK 2015? A. Deze vraag is reeds beantwoord 8. V. Kan de VvP een constructief overleg met het bestuur verwachten over het “Onderzoeksrapport VvP – BNPf” A. Ja 7. Vragen De voorzitter nodigt de aanwezigen uit om vragen te stellen. De heer Wierda vraagt waarom het Bestuur, na het lezen van het rapport van de VvP, geen nee als antwoord heeft gegeven op de vraag of de zuivere kostendekkende premie toereikend is. De heer Van Hoogstraten geeft aan dat een afvaardiging van het Bestuur met de VvP om de tafel heeft gezeten over dit rapport en dat hier op teruggekomen wordt. Daarnaast geeft de heer Van Hoogstraten aan dat dit in 2012 niet het geval was, in 2013 was dit wel voldoende. De heer Wierda heeft hierover graag een onderhoud met het Bestuur van het fonds. De heer Wierda vraagt of het aanpassen van de strategische assetmix wettelijk is vastgelegd. De heer Van Hoogstraten meldt dat dit niet het geval is en dat dit een keuze van het Bestuur is. De parameters die de uitkomsten van deze assetmix bepalen, zijn wel aan wettelijke kaders gebonden zijn. De heer De Beer vraagt naar het effect van de reorganisaties binnen Ballast Nedam. Het aantal pensioengerechtigden is gelijk gebleven maar er zijn wel veel mensen ontslagen. De heer Van Hoogstraten geeft aan dat het aandeel van de premie steeds kleiner wordt maar dat het effect van de premie op het totaal vermogen financieel gezien niet zo groot is. De heer Meinardi vraagt of het bestuur inzicht heeft in de beleggingsmix van andere pensioenfondsen. De heer Van Hoogstraten zegt dat we dat niet hebben. De heer Meinardi vraagt of er niet gekeken kan worden naar een andere beleggingsmix om de dekkingsgraad te verhogen. Hij vraagt of er geen groter risico genomen kan worden. De heer Van Hoogstraten laat weten dat hier vorig jaar een uitgebreide studie naar is gedaan en dat, binnen de mogelijkheden van het geldende herstelplan van het pensioenfonds, er een stapje is gezet naar een risicovollere beleggingsmix. Er is goed naar gekeken of dit goed gaat dus wat dit aangaat heeft u gelijk. De heer Meinardi vraagt of de normkosten per deelnemer (€ 377) volgens de benchmark is. De heer Van Hoogstraten weet dat het BPF lager zit maar je moet hierin wel het gemiddeld beheerd vermogen meenemen. De heer Valks vraagt of er een reden is dat Ballast Nedam niet overgaat naar het BPF en Volker Stevin en de B.A.M. wel. De heer Van Hoogstraten geeft aan dat dit primair een verantwoordelijkheid is van de werkgever. De heer Vlaar vraagt of er plannen zijn om de aanspraken te wijzigen; zijn er overwegingen om de leeftijd voor het wezenpensioen aan te passen of wijzigingen in het nabestaandenpensioen aan te brengen. De heer Van Hoogstraten antwoordt dat onze regeling heel dicht bij die van BPF Bouw blijft. Het is echter niet ondenkbaar als de premie ten opzichte van de aanspraken onder druk komt te staan. De heer Mostert vraagt naar de visie van het Pensioenfonds aangaande de hoge dekkingsgraadgrens voor volledige indexatie van 127% onder het nieuwe Financieel toetsingskader en vraagt wat hier aan wordt gedaan? De heer Hoogstraten vindt deze grens inderdaad overdreven en geeft aan dat de Pensioenfederatie als koepel hier mee bezig is.
De heer De Geus vraagt of de verzwaring van de nieuwe solvabiliteitseis van 13 naar 20%, niet heel erg beperkend is voor het beleggingsbeleid. De heer Janssen (TW) geeft aan dat dit afhangt af van de beleggingsmix, er moet door de nieuwe regels vanaf 1 januari 2015 meer buffer worden aangehouden. Dit kan leiden tot aanvullend beleid op kredietrisico. Die 20% kun je gedeeltelijk aanwenden voor indexatie maar de mogelijkheden zijn beperkt. De heer Wierda laat weten dat hij als gepensioneerde blij is uitgenodigd te worden voor deze vergadering. Echter, feit blijft dat de gepensioneerden niets te vertellen hebben. Hij is blij te vernemen dat er pogingen zijn het stemrecht voor actieve deelnemers te verwijderen. De heer Van Hoogstraten laat weten dat het Bestuur zijn best gaat doen. 08. sluiting De heer Van Hoogstraten sluit de vergadering om 18.00 uur, nodigt de aanwezigen uit voor een drankje en een hapje eten en deelt mee dat in verband met de veiligheid het pand om 20.00 uur verlaten moet zijn.