Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
Inhoudsopgave Inleiding ................................................................................................................................... 1 1 Mission Statement ............................................................................................................2 2 Beleid................................................................................................................................ 3 2.1 Interne situatie SOE .................................................................................................. 3 2.1.1 Mensen............................................................................................................... 3 2.1.2 Middelen ............................................................................................................. 4 2.2 Externe situatie SOE ................................................................................................. 6 2.2.1 Regelgeving ....................................................................................................... 6 2.2.2 Stand der techniek ............................................................................................. 7 2.2.3 Consument ......................................................................................................... 8 2.2.4 Lokale medialandschap ...................................................................................... 8 2.2.5 Mogelijke samenwerkingsverbanden ............................................................... 10 2.3 Sterke en zwakke punten van de huidige SOE ....................................................... 10 2.3.1 Sterke punten ................................................................................................... 10 2.3.2 Zwakke punten ................................................................................................. 11 3 Beleidsscenario’s ............................................................................................................ 12 3.1 Beleidsscenario A .................................................................................................... 12 3.1.1 Opportunities .................................................................................................... 12 3.1.2 Threats ............................................................................................................. 12 3.1.3 Organogram ..................................................................................................... 12 3.1.4 Uitwerking met financieel overzicht .................................................................. 13 3.2 Beleidsscenario B .................................................................................................... 13 3.2.1 Opportunities .................................................................................................... 13 3.2.2 Threats ............................................................................................................. 14 3.2.3 Organogram ..................................................................................................... 14 3.2.4 Uitwerking met financieel overzicht .................................................................. 15 3.3 Beleidsscenario C.................................................................................................... 15 3.3.1 Opportunities .................................................................................................... 15 3.3.2 Threats ............................................................................................................. 15 3.3.3 Organogram ..................................................................................................... 15 3.3.4 Uitwerking met financieel overzicht .................................................................. 16 4 Aanbevelingen en conclusie ........................................................................................... 17 4.1 Aanbeveling scenario A ........................................................................................... 17 4.2 Aanbeveling scenario B ........................................................................................... 17 4.3 Aanbeveling scenario C ........................................................................................... 17 4.4 Slotconclusie ........................................................................................................... 17 BIJLAGE A.............................................................................................................................. A BIJLAGE B.............................................................................................................................. B
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
Inleiding De Stichting Omroep Enschede (SOE) is opgericht in september 2007, na het faillissement van de Stichting Lokale Omroep Enschede. Om te zien of er een doorstart mogelijk is voor een lokale omroep heeft de gemeente Enschede een onderzoek laten uitvoeren door oudwethouder de heer A. le Loux. Dit onderzoek 1 heeft geleid tot een positieve aanbeveling, resulterend in de oprichting van de genoemde SOE. Ruim een jaar na de doorstart kan worden geconstateerd dat er met zeer beperkte middelen en ondanks enkele tegenslagen op alle gebieden vooruitgang is geboekt. Om echter ook in de toekomst te kunnen blijven voldoen aan de eisen van de ‘veeleisende’ consument en zo de continuïteit van de omroep te kunnen waarborgen, moeten er duidelijke keuzes worden gemaakt. Dit stuk is het “businessplan” voor de nieuwe stichting voor de periode 2008-2012. Hierin worden uitvoerig de beleidsplannen en de hieruit voortvloeiende financiële consequenties besproken. Dit alles in het licht van het snel veranderende medialandschap en de kansen en bedreigingen die dit voor lokale media met zich meebrengt. Een belangrijk aspect in dit spanningsveld is het veiligstellen van de continuïteit van lokale media en de lokale informatiefunctie die zij bekleden. Het “businessplan” is onderverdeeld in vier hoofdstukken. In “Mission Statement”, het eerste hoofdstuk, wordt de missie van de omroep besproken. Voor de definitie van het begrip missie wordt teruggegrepen op Robert Kaplan en David Norton 2 , de meest invloedrijke onderzoekers op dit gebied van de afgelopen jaren. Zij stellen dat de missie van een organisatie het fundament is van haar strategie. De missie beschrijft de organisatie-identiteit, is relatief stabiel en geeft ook de bestaansreden aan van de Stichting Omroep Enschede. In hoofdstuk twee wordt als uitgangspunt van het beleid de lokale omroep en haar omgeving in kaart gebracht. Op basis van deze informatie worden er drie mogelijke beleidsscenario’s beschreven. Elk scenario wordt hierbij onderworpen aan de gemoderniseerde versie van de door Albert Humphrey 3 ontwikkelde strategische planningsmethode, de SWOT-analyse. Dit stelt de omroep in staat om de voor- en nadelen van de beschreven beleidsscenario’s in kaart te brengen. Naast de inhoudelijke SWOT analyse zijn de financiële implicaties van de scenario’s natuurlijk ook van essentieel belang voor het te kiezen scenario. De schatting van de kosten en de inkomsten van de scenario’s over de jaren 2008 tot en met 2012 zullen dan ook in hoofdstuk drie aan de orde komen. De in de eerste drie hoofdstukken verzamelde informatie leidt uiteindelijk in hoofdstuk vier tot de aanbevelingen van dit businessplan voor de Stichting Omroep Enschede. N.B. Overigens is besloten richting de consument de organisatienaam TV Enschede FM te bezigen, in verband met de bestaande naamsbekendheid van de mediakanalen TV Enschede en Enschede FM. In dit stuk zal echter de naam SOE worden gebruikt, aangezien dit ook de houder van de uitzendlicentie is. Oktober 2008 Flip van Willigen Stationsmanager SOE Adviseur in opdracht van de SOE
Gerard Nijhof Senior Consultant TIB-advies 1
Loux, A. le, Realistische Ambities; professionaliteit door nieuw beleid, Enschede, 2007, 17 pag Kaplan, R.S., Norton D.P., The strategy-focused organization, Harvard, 2000, 416 pag 3 http://en.wikipedia.org/wiki/Albert_S_Humphrey laatste wijziging 20 augustus 2008 2
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
1 Mission Statement De missie of het mission statement is de hoeksteen van onze organisatie, die duidelijk beschrijft waarom wij met onze organisatie doen wat we doen. Het beleid van de omroep is in het verlengde hiervan een concrete vertaling van dit mission statement. “De SOE heeft tot doel een oriëntatiepunt voor lokale informatie te zijn door via al haar media lokaal van belang zijnde gebeurtenissen objectief en uitgebreid weer te geven en de bevolking hierbij te betrekken.” Dit mission statement bevat een aantal belangrijke componenten die hieronder kort behandeld zullen worden. • oriëntatiepunt van lokale informatie Dit houdt in dat wanneer iemand informatie over Enschede zoekt, hij/zij dit bij TV Enschede FM moet kunnen vinden. Deze component beschrijft de kern van de kracht van de lokale omroep en legt voor de stad Enschede de lat gelijk hoog. • via al haar media Hier wordt gerefereerd aan het benutten van de crossmediale mogelijkheden die de lokale omroep biedt: met uitzondering van print beschikt de omroep namelijk over alle bestaande mediakanalen. Het is echter de kunst om de verschillende kwaliteiten van elk kanaal optimaal te benutten en ze daarbij zo in te zetten dat ze elkaar versterken. • lokaal van belang zijnde gebeurtenissen Deze component geeft enerzijds duidelijk aan wat de scope van de SOE Enschede is, maar anderzijds dat in tegenstelling tot wat af en toe gedacht wordt de gemeentegrenzen niet rigide moeten worden gehanteerd. Wanneer een onderwerp van buiten Enschede van belang is voor (bewoners van) Enschede, hoort dit gezien de missie ook duidelijk bij het aandachtsveld van de omroep. • objectief en uitgebreid De journalistieke onafhankelijkheid van de omroep wordt in deze component expliciet beschreven. Daarbij geeft de toevoeging “uitgebreid” aan dat de omroep zichzelf ook ten doel stelt om zich niet te beperken tot het zogenaamde koppensnellen, maar ook bij onderwerpen de diepte in te gaan. Vanwege de kwetsbare lokale informatiefunctie wil de omroep op deze manier borgen dat de burgers van Enschede ook over de “hoed en de rand” van lokale onderwerpen kan beschikken. • betrekken bevolking Ook deze component heeft een meervoudige betekenis. Het duidt er enerzijds op dat de omroep als doel heeft om met haar content de bevolking van Enschede te bereiken en dat ze daar dus ook inspanningen voor zal moeten verrichten. Anderzijds wordt hiermee bedoeld dat de omroep ook (voor een deel) een vrijwilligersorganisatie is en dus voor en door Enschedeërs is. Dit houdt in dat de SOE er ook voor moet zorgen dat ze als organisatie interessant is en blijft voor burgers van Enschede om werkzaamheden in te verrichten.
2
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
2 Beleid Voordat het mission statement op de juiste manier in beleid kan worden vertaald, moet de huidige situatie van de organisatie in kaart worden gebracht. Daartoe wordt in paragraaf 2.1 de status van de organisatie onderzocht (intern) en in paragraaf 2.2 de omgeving van de organisatie behandeld (extern). Om met deze informatie een overzichtelijk raamwerk te creëren waarmee de verschillende beleidsscenario’s eenvoudig kunnen worden vergeleken, worden in paragraaf 2.3 de sterke en zwakke punten van de organisatie behandeld. Op basis hiervan kan dan in hoofdstuk 3 op elk beleidscenario een SWOT-analyse worden uitgevoerd.
2.1 Interne situatie SOE Om de status van de organisatie in kaart te brengen wordt gebruik gemaakt van de definitie van het woord organisatie. Het begrip is afgeleid van het Griekse woord organon wat staat voor “middel” of “instrument” 4 . Gecombineerd met definities van grondleggers van de organisatieleer Fayol 5 en Mooney en Reilly 6 resulteert dit in de moderne definitie van Smal en Tak 7 : “een organisatie is een samenwerkingsverband van mensen en middelen om een bepaald doel te bereiken.“ Langs de scheidslijnen van deze definitie wordt de interne situatie van de SOE beschreven. In subparagraaf 2.1.1 wordt de menselijke factor binnen de omroep van verschillende zijden belicht: verhouding vrijwillig/betaald, analyse medewerkersbestand en de huidige organisatiestructuur. In 2.1.2 komen de middelen aan bod onder de noemers huisvesting, apparatuur en financiën. 2.1.1 Mensen Vrijwillig/betaald In vrijwilligersorganisaties als de SOE zijn mensen het belangrijkste onderdeel. Zonder het enthousiasme, de gedrevenheid en de belangeloze inzet van de ongeveer 100 vrijwilligers zou de omroep niet kunnen bestaan. De afgelopen jaren zijn continuïteit en kwaliteit echter ook voor lokale omroepen steeds essentiëler geworden door de in toenemende mate verwende en meer eisende mediaconsument. Om aan deze eisen van de markt tegemoet te kunnen komen zijn de betaalde krachten van de SOE ook steeds belangrijker geworden. Op dit moment zijn er naast de vrijwilligers drie mensen parttime in dienst (2,0 FTE), wordt er één persoon part-time ingehuurd (0,5 FTE) en zijn er twee mensen full-time via de DCW gedetacheerd (2,0 FTE). Analyse Medewerkerbestand Wanneer het medewerkerbestand van de omroep wordt geanalyseerd, kunnen er een aantal conclusies worden getrokken. Er is sprake is van een gezonde leeftijdsopbouw en een zeer laag verloop, alleen de man/vrouw verdeling slaat door naar de mannelijke kant. Er zijn medewerkers van 14 tot 75 jaar bij de omroep en de aanwas vindt in alle leeftijdscategorieën plaats. Bovendien is ook na de problemen rond het faillissement het overgrote deel van de medewerkers enthousiast zijn/haar programma blijven maken. Op de volgende pagina wordt het huidige organogram getoond.
4
Berings, D. en Steen, T, Mens en organisatie, Antwerpen, 2004, 328 pag Fayol, H. en Gray, I., General and Industrial Management, Los Alamitos, 1982, 112 pag. 6 Wilde, F.H.P. de, Stoeien met organisaties: een organisatiekundige inleiding, ’s Gravenhage, 1991, 441 pag. 7 Smal, J.C.A. en Tak, A.A.M.M., Marketing kernstof-A, Groningen, 2005, 544 pag. 5
3
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
Afbeelding 2.1a: Organogram TV Enschede FM huidige situatie
2.1.2 Middelen Huisvesting De huidige huisvesting aan de Raadhuisstraat is naast slecht toegankelijk om technische, economische, representatieve en bedrijfspsychologische redenen ongeschikt voor de omroep. • De toegankelijkheid van het pand aan de Raadhuisstraat laat voor zowel validen als minder validen te wensen over. Validen kunnen hun auto alleen kwijt in de parkeergarage, waarmee we bezoekers en/of medewerkers stevig op kosten jagen. De minder validen hebben naast het autoprobleem de schier onmogelijke taak de drie trappen naar de tweede verdieping op te komen waar de studio zich bevindt. • Technisch gezien omdat de twee grootste opnamestudio’s, die uitkijken over het levendige Ei van Ko, voorzien zijn van enkel glas, zodat goede opnames vrijwel onmogelijk zijn. Ook beschikt het pand niet over een degelijke afzuiging of airco, zodat het er vaak muf ruikt en de temperatuur in de zomer op kan lopen tot tegen de veertig graden. • Economisch gezien omdat de redelijke huurprijs per vierkante meter door de inefficiënte indeling van het pand uiteindelijk toch nog leidt tot een zeer forse huur. • Representatief gezien omdat de huidige locatie zo uitgeleefd en oud is, dat uitnodigen van potentiële klanten en nieuwe medewerkers op de huidige locatie een groot 4
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
afbreukrisico met zich meebrengt. Het pand is zelfs zo “op” dat deskundigen hebben aangegeven dat renovatie meer zal kosten dan verhuizen. • Tot slot is ons huidige pand om bedrijfspsychologische redenen niet geschikt: veel medewerkers werken al vele jaren in deze ongeschikte werkomgeving en hebben hun werkzaamheden hier noodgedwongen aan aangepast. Bovendien hebben velen in dit gebouw slechte ervaringen opgedaan die regelmatig als een spook uit het verleden over het heden hangt en die de aansturing onnodig bemoeilijkt. Al deze punten hebben het bestuur al begin dit jaar doen besluiten actief te zoeken naar een nieuwe locatie. Deze is gevonden in een pand aan de Roomweg in Roombeek, waar de omroep niet alleen perfect in het cultuurcluster past, maar ook geen van de genoemde bezwaren van het huidige pand op van toepassing is. Binnenkort wordt de huurovereenkomst getekend en dit houdt in dat in elk beleidsscenario deze verhuizing staat opgenomen. Om een beter inzicht te krijgen in de verhuizing naar dit compactere pand, de verbouwing en de daarmee samenhangende kosten heeft SOE een bouwtekening en een daarmee samenhangend overzicht laten maken. In hoeverre deze daadwerkelijk in een keer uitgevoerd kan worden hangt af van de binnen te halen subsidies en sponsorcontracten. Huidige apparatuur In tegenstelling tot wat bij het faillissement werd geschetst verkeert de huidige apparatuur door de bank genomen in matige tot zeer slechte staat. Het is bovendien voor het overgrote deel sterk verouderd en voorziet niet in de huidige behoeftes voor televisie, en content on demand (uitzending gemist en dergelijke). Door gebrek aan middelen voor reparaties en/of vervanging is het op dit moment vrijwel onmogelijk om het niveau dat iedereen van de omroep in- en extern verwacht te kunnen realiseren. Afhankelijk van het scenario en bijbehorend ambitieniveau zullen er dus de eerste jaren aanvullende investeringen plaats moeten vinden. Binnen de huidige financiële ruimte wordt alleen het hoogstnoodzakelijke onderhouden, maar dit geeft zelfs op korte termijn geen garanties. Financiën • Inkomsten Reclame De verkoop van reclameruimte en sponsorcontracten is uitbesteed aan een extern bureau, RTV Advertising Twente, dat zich mede committeert aan de toekomst. Dit bureau, dat zich heeft gespecialiseerd in deze nichemarkt, heeft namelijk geïnvesteerd in mensen (o.a. verkopers) en middelen (o.a. beletterde auto’s). werkt op no cure no pay basis en krijgt een vast percentage van elke opdracht die wordt binnengehaald. Om de verkoop te stimuleren, neemt dit percentage toe boven een bepaalde omzet. Overigens geeft het contract met dit bureau de omroep wel de ruimte om zelf grotere reclame- of communicatiedeals met derden af te sluiten zoals bijvoorbeeld De Woonplaats of de gemeente. De inkomsten uit reclame zijn echter wel sterk afhankelijk van de content en het imago van de omroep. In het verlengde hiervan is het dan ook niet verwonderlijk dat de inkomsten uit reclame tot op heden achter blijven bij de prognose. Zoals reeds hierboven besproken functioneert de uit het faillissement overgenomen apparatuur namelijk niet zoals was aangegeven, hetgeen invloed heeft op beide genoemde deelgebieden. Dit heeft de ontwikkeling van de omroep zowel in tijd (+/- een zes tot negen maanden) als in financiële revenuen vertraagd. Subsidie De huidige subsidie die de SOE via de gemeente Enschede ontvangt is de opvolger van de subsidiering vanuit de vroegere omroepbijdrage, die in 2000 werd afgeschaft. Ter compensatie ontvangen de gemeentes sindsdien van het Rijk een extra bijdrage in het gemeentefonds waarover de VNG adviseert dit minimaal structureel aan de lokale 5
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
omroepen ter beschikking te stellen. 8 Bij €1,11 per woonhuis komt dit ongeveer overeen met de €70.000,- die de gemeente Enschede vanaf 2009 heeft begroot. Dit bedrag is dus in principe een rijkssubsidie, die een omroep in staat moet stellen aan de Mediawet te voldoen. Wat de gemeente Enschede zelf tot op heden financieel heeft bijgedragen is de verstrekking van een lening van €80.000,- Hiermee wordt echter allerminst het door de VNG in 2001 opgesteld en door de OLON 9 in 2003 geactualiseerde modelkostenplaatje voor lokale omroepen afgedekt. Voor een gemeente als Enschede rekent men dan voor een omroep met radio, website, tekstkanaal en televisie en teletekstmodules op een kostenplaatje van €365.000,- per jaar (kostenniveau 2002). Derhalve is de OLON van mening dat het door het Rijk in het gemeentefonds gestorte bedrag omhoog moet naar €5,-, hetgeen nog relatief weinig is vergeleken met de regionale (€14,- per woonruimte) en landelijke omroep (€82,- per woonruimte). Omdat er geen verband lijkt te bestaan tussen toename van subsidie en zwarte cijfers van de omroepen, noch tussen grootte van de gemeente en grootte van het besteedbare budget pleit de VNG voor maatwerk per gemeente inzake het afdekken van het kostenplaatje van de lokale omroep. Beide ideeën onderstrepen hetzelfde uitgangspunt wat bij de afschaffing van de omroepbijdrage is vastgelegd: “De onafhankelijkheid van de publieke omroep en zijn financiering moet gewaarborgd zijn op een wijze die gelijkwaardig is aan de bestaande financiering uit de omroepbijdragen”. 10 • Uitgaven De uitgavekant van de SOE kan in grote lijnen als volgt worden onderverdeeld: Structurele kosten Loonkosten, Huisvesting/energiekosten, Afschrijvingskosten, Overige Exploitatiekosten (o.a. Kosten omroepwagen, Muziekkosten, Verzekeringskosten, Infrastructuurkosten, Belastingen, Buma/Stemra-kosten) Incidentele kosten Verhuis- en inrichtingskosten (2008 en 2009), Achterstallige apparatuurkosten (2008, 2009 en eventueel 2010), Aflossen lening gemeente Enschede (2010 t/m 2013), aflossing voorfinanciering omroepwagen door De Woonplaats (2008 t/m 2010) en een post Onvoorzien. Een voorlopige schatting van de Resultatenrekening van 2008 vindt u in de financiële uitwerking van de .beleidsscenario’s in hoofdstuk 3.
2.2 Externe situatie SOE In deze paragraaf zal de omgeving van de SOE worden behandeld. Oftewel de belangrijkste zaken die van invloed zijn op de organisatie, maar waar de SOE niet of nauwelijks invloed op kan uitoefenen. Dit gebeurt van buiten naar binnen, zodat waar de omroep de minste invloed op heeft als eerste wordt behandeld. In dit kader komt in subparagraaf 2.2.1 de regelgeving en in subparagraaf 2.2.2 stand der techniek aan bod, waarna in subparagraaf 2.2.3 het lokale medialandschap wordt besproken. Tot slot volgt in subparagraaf 2.2.4 een overzicht en beschrijving van mogelijke partners. 2.2.1 Regelgeving De SOE heeft op een aantal vlakken met regelgeving te maken en de belangrijkste regels staan in de Mediawet beschreven. Zo is een lokale publieke omroep wettelijk verplicht te voldoen aan de ICE-norm: de SOE moet tijdens een bepaald aantal uren per dag 50% van 8
VNG, Handreiking relatie gemeente- lokale omroep 2005, Den Haag, 2005, 56 pag De OLON, de Organisatie van Lokale Omroepen in Nederland, is een belangenvereniging die in de Mediawet is aangewezen als het overlegorgaan van publieke lokale omroepen in Nederland. 10 http://www.radio.nl/2003/home/medianieuws/010.archief/1999/09/69536.html, laatste wijziging 28-9-1999 9
6
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
de tijd besteden aan Informatie, Cultuur en Educatie in een behaalde verhouding. Daarnaast is het uitzenden van reclame gebonden aan een maximum percentage per uur, per dag en per jaar. De handhaving van deze regels wordt uitgevoerd door het Commissariaat voor de Media, die steekproefsgewijs omroepen aan een onderzoek onderwerpt en bij overtreding beboet. Daarnaast hebben lokale omroepen ook wettelijke rechten op het gebied van subsidiering en doorgifte. De interpretatie van deze rechten is echter enige tijd omstreden. De discussie over subsidiering is al in subparagraaf 2.1.2 onder het kopje “subsidies” beschreven. Met de opkomst van digitale televisie is de discussie over wettelijke rechten betreffende de doorgifte ook weer actueel. In de huidige mediawet geldt voor alle kabelmaatschappijen een mustcarry verplichting (doorgifteplicht) van lokale omroepen. Maar omdat in deze wet niet is vastgelegd dat kabelmaatschappijen de lokale omroep ook digitaal door dienen te geven blijft de doorgifte tot op heden beperkt tot een analoog. Nu langzamerhand bijna de helft van de mensen digitaal televisie kijkt waarvan een groot deel alleen nog via een extra handeling analoog kan kijken, betekent dit dat de lokale omroep haar potentieel bereik sterk ziet afnemen. Jaren moeizaam overleg en zachte dwang vanuit de politiek hebben nog niet tot het gewenste resultaat geleid. Daarom voorziet de nieuwe mediawet 11 , die eind dit jaar in werking moet treden, in dit probleem door onderstaande teksten 12 : “Zolang een significant aantal klanten van een omroepnetwerk programma-aanbod analoog ontvangt, gelden de doorgifteverplichtingen voor de analoge verspreiding. Wanneer een significant aantal klanten programma-aanbod digitaal ontvangt, gelden de doorgifteverplichtingen ook voor de digitale verspreiding. Gedurende de fase dat zowel een significant aantal mensen analoog als digitaal ontvangt, gelden dus de verplichtingen voor zowel analoge als digitale verspreiding." "Verder komen de kosten voor het geschikt maken van het netwerk voor digitale doorgifte van de lokale omroep voor rekening van de kabelexploitanten." Het zal dus slechts een kwestie van tijd zijn voordat digitale doorgifte van lokale omroepen via kabelmaatschappijen een feit is. Met andere partijen dan kabelmaatschappijen, waarvoor de must-carry verplichting niet geldt, is de SOE nog in gesprek. Hoewel het op dit moment nog niet het geval is, zullen deze partijen in de toekomst waarschijnlijk ook een significant aandeel bezitten. 2.2.2 Stand der techniek Waar vroeger de kosten van de techniek de mogelijkheden van de lokale omroep sterk beperkten, is dat nu minder het geval. Natuurlijk kost apparatuur nog steeds geld, maar een regionale of landelijke schaalgrootte is niet meer noodzakelijk om moderne technieken in te kunnen zetten. De lokale omroep kan met een redelijke financiering beschikken over alle basisingrediënten van deze technieken, te weten beeld- en geluidsopname apparatuur, beeld- en geluidsuitzendapparatuur en de nodige digitale infrastructuur. Hoewel er natuurlijk altijd kwalitatief betere apparatuur en nieuwe handigheden op de markt worden gebracht, hebben de laatste grote ontwikkelingen in medialand vooral betrekking op het slim combineren van technieken, zoals de zogenoemde crossmedialiteit. Hierbij zijn niet zozeer grote extra investeringen bovenop de basiskosten van de genoemde technieken noodzakelijk, maar naast kleine investeringen vooral inventiviteit. Dit laatste is juist precies waarin de lokale omroep heeft bewezen goed te zijn, mits ze goed geoutilleerd en professioneel georganiseerd is.
11 12
http://ikregeer.nl/zoek/dossier/31356, laatste wijziging 4-9-2008 http://www.minocw.nl/documenten/MvT%20Mediawet.pdf, laatste wijziging onbekend
7
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
2.2.3 Consument Een groot deel van de beelden van de huidige consument wordt bepaald door de verdergaande globalisering van onder andere de nieuwsvoorziening: van hongersnoden in Afrika tot aanslagen in het Midden Oosten. Deze voor veel mensen onbegrijpelijke informatie leidt tot een tegenstroom. Men voelt zich machteloos en trekt zich terug op zijn lokale entiteit. Dit betekent juist een groeiende belangstelling voor het zeer lokale nieuws en de dingen waar men zelf enige invloed op uit kan oefenen. Daarnaast is de consument wat betreft de kwaliteit van media veeleisend: met tientallen, zo niet honderden zenders onder de duim van de afstandbediening verwacht de consument lokale informatie minimaal op landelijk kwaliteitsniveau te krijgen. 2.2.4 Lokale medialandschap Het medialandschap is de afgelopen jaren sterk in beweging. Ook lokaal vinden er grote verschuivingen plaats die van invloed zijn op (de rol van) de SOE en die in deze subparagraaf kort behandeld zullen worden. Om te beginnen zal er een overzicht van de geschiedenis van de verschillende media met hun sterke en zwakke punten worden gegeven en wat hun positie in het landschap is. Daarna zal de overall ontwikkeling van het lokale medialandschap worden besproken. Print; sterk: tastbaar, oudste medium met groot netwerk zwak: traag, te weinig visueel en minder binding met jeugd Print is het oudste medium binnen het landschap en heeft lang een onbetwiste positie binnen het lokale medialandschap bekleed. Ook binnen print was een duidelijke rolverdeling tussen de belangrijke en serieuze dagelijkse kranten en de op advertenties gerichte wekelijkse krantjes. Dit zou echter na de sterke groei van de dagbladen in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw sterk veranderen. Begin jaren zeventig is het aantal bijkantoren van de dagen nieuwsbladen met lokale redacties het hoogst, maar kort daarop begint de verschraling. Er ontstonden samenwerkingsverbanden, vervolgens een concentratie van redacties, en uiteindelijk in de jaren negentig een totale fusie van bijna alle Overijsselse dag- en nieuwsbladen binnen het Wegener-concern 13 . De dagelijkse regionale krant met lokale bijlagen verloor en verliest marktaandeel aan de steeds professionelere lokale gratis huis aan huis-bladen, die zich ondertussen ook met “nieuws” bezighouden. Daarnaast kreeg het te maken met concurrentie van andere, snellere media als televisie en internet. Doordat de dagbladen lokaal in slagkracht afnemen, ontstaat er bovendien ruimte voor gratis wijkkranten. TC Tubantia, betaalde regionale krant, onderdeel Wegener De krant is op 1 oktober 1996 ontstaan uit de fusie tussen de Twentsche Courant en de Tubantia 14 . De al voor de fusie structureel teruglopende abonnementenverkoop blijft leiden tot kleinere redacties, waardoor minder tijd is voor lokaal nieuws en lokale achtergronden. In 2007 had “nog maar” 35% van de Enschedese bevolking een abonnement op de krant 15 en dat zal dit jaar waarschijnlijk wederom enkele procenten lager zijn. In de afgelopen vijf jaar heeft de krant zo’n 20% van zijn abonnees verloren 16 . Crossmediale initiatieven als TubTV en de Dorpspleinen hebben deze ontwikkeling (nog) niet kunnen keren. 13
http://www.obd.nl/kranten/, laatste wijziging onbekend http://nl.wikipedia.org/wiki/De_Twentsche_Courant_Tubantia, laatste wijziging 23-09-08 15 http://www.tctubantiaadverteren.nl/verspreidingsgebied/commercieel/en, laatste wijziging 2008 16 http://www.hoi-online.nl/Default.aspx?id=2753&pos=1, laatste wijziging 3e kwartaal 2008 14
8
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
Huis-aan-huis bladen (HAH) De huis-aan-huisbladen werden oorspronkelijk in de printwereld niet erg serieus genomen (het welbekende “plaatselijke sufferdje”). Maar sinds de dagbladen een dalende trend in abonnementsopbrengsten laten zien in een samenleving die steeds meer op informatie is gericht, zitten de huis-aan-huisbladen in de lift. Door gratis lokale, regionale en sinds kort ook (inter)nationale informatie te combineren met advertenties springen ze in op een grote behoefte. Door zich enerzijds hoofdzakelijk te beperken tot doorgifte van informatie (persberichten en dergelijke) en minder op journalistieke duiding of waarheidsvinding en anderzijds koppelingen te maken tussen redactionele inhoud en reclame weten ze een steeds belangrijkere positie in het printmedium toe te eigenen. Een aantal voorbeelden van deze media in Enschede: • Enschede Journaal (Noord, Zuid), gratis lokaal HAH, onderdeel Het Twentsche Land • Typisch Enschede, gratis lokaal HAH, onderdeel Typisch uitgaven • Weekendkrant Twente, gratis regionaal HAH, onderdeel Wegener • Weekkrant Enschede, gratis lokaal HAH, onderdeel Wegener • Wijkkrant Zuidwester, gratis buurt HAH, zelfstandig RTV sterk: snel, visueel en/of auditief, broadcasting (je kunt het met een grote groep beleven) zwak: broadcasting (geen maatwerk), vluchtig Radio en later televisie zijn de volgende media die zich in het lokale medialandschap een plek verwerven. In eerste instantie werd vanwege het kostenaspect het medium radio ontwikkeld, maar met de komst van het eerste lokale kabelnet in 1971 ontstond ook lokale televisie. Uit angst voor buitenlandse commercie past het Rijk hiervoor in 1974 de omroepwet aan, zodat de eerste lokale televisieomroepen vanaf dat moment een feit zijn. Vanaf de jaren tachtig gaat het hard: van zes lokale omroepen in 1982 naar ruim honderd in 1986 en ongeveer driehonderd nu. 17 Om het gat tussen lokale en landelijke media te dichten worden ook regionale omroepen gestart. Echter pas na de goedkeuring voor de provinciale opslag in 1996 en het aangewezen worden als rampenzender na de vuurwerkramp in Enschede kan RTV Oost uitgroeien tot de regionale omroep die het nu is. Voor het echte lokale nieuws en informatie zijn lokale omroepen echter nog steeds essentieel, wat ook blijkt uit het grote aantal. Wanneer deze goed worden georganiseerd zijn ook goede resultaten te behalen. Zo haalt de omroep voor de gemeente Oss een dagbereik van veertig procent en een weekbereik van tachtig procent, hetgeen overeenkomt met de cijfers voor de best scorende landelijke omroep, Nederland 1. Radio: Op radiogebied zijn er regionaal gezien enkele spelers, want naast enkele piraten is Enschede FM de enige echt lokale radiozender. Bij lokale radio is het van groot belang de juiste mix te vinden tussen lokale informatie/nieuws en een lokaal aansprekend muziekformat. • Radio Oost, regionale publieke radiozender • Hot Radio, regionale commerciële radiozender • Lokale piraten TV: Op televisiegebied is er alleen een regionale speler. Wel worden er in Enschede in buurten programma’s gemaakt door twee partijen. • TV Oost, regionale publieke televisie zender • Pathmos TV, buurttelevisie initiatief • Wijkteam Zuid, buurttelevisie initiatief 17
Wit, P. de, Lokale omroepen; Parel van de lokale democratie, 2001, Nijmegen, 15 pag
9
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
Internet sterk: snel, visueel en auditief, narrowcasting zwak: vluchtig, niet controleerbaar en nog in de kinderschoenen als instrument voor media, doelgroep nog overmatig jeugd Het nieuwste medium in het lokale medialandschap is het internet. Door de schijnbaar oneindige automatiseerbare mogelijkheden die het biedt, wordt het veel gebruikt als drager van lokale informatie. Zie bijvoorbeeld het ontstaan van digitale dorpspleinen en aanverwante initiatieven. Daarbij wordt echter voorbij gegaan aan het feit dat informatie die via dit kanaal wordt verspreid geen enkele borging van objectiviteit bevat, waardoor het medium als objectieve lokale informatiebron niet geschikt is. Overall ontwikkeling De ontwikkelingen in het lokale medialandschap wijzen in een bepaalde richting. De neergang van het dagblad TC Tubantia en de daarmee samenhangende opkomst van gratis huis-aan-huiskranten en internet (dorpspleinen) geven aan dat de objectieve lokale informatievoorziening verschraalt. De journalistieke leemtes die het dagblad tegenwoordig noodgedwongen achterlaat worden niet door deze partijen opgevuld. Het een of tweemaal per week opnoemen van cursussen en persberichten kan geen invulling geven aan de objectieve lokale informatiebehoefte. Wanneer deze lokale functie niet goed wordt ingevuld heeft dit negatieve consequenties voor de hele samenleving, aldus Gerard Driehuis, oudhoofdredacteur HP/De Tijd en oud-directeur van de regionale dagbladen van Wegener 18 , Henri Beunders, hoogleraar Geschiedenis van Maatschappij, Media en Cultuur aan de Erasmus Universiteit 19 . De lokale omroep kan er aan bijdragen de objectieve lokale informatiebehoefte te borgen. De publieke lokale omroep is er: maak er gebruik van!!!!! 2.2.5 Mogelijke samenwerkingsverbanden Om de objectieve lokale informatiefunctie goed uit te kunnen oefenen is het noodzakelijk om in de lokale samenleving verankerd te zijn. Samenwerkingsverbanden met de onderstaande instellingen kunnen daartoe bijdragen. Met alle genoemde partijen heeft de SOE al inleidende gesprekken gevoerd en met sommigen zijn al concrete afspraken gemaakt. • Gemeente • Saxion Hogescholen • ROC van Twente • FC Twente • De Woonplaats • Stichting Enschede Promotie (STEP) • Andere lokale omroepen in de regio en RTV Oost
2.3 Sterke en zwakke punten van de huidige SOE Om op basis van in voorgaande (sub)paragrafen behandelde informatie de verschillende beleidsscenario’s eenvoudig te kunnen vergelijken, zullen in deze paragraaf de sterke en zwakke punten van de organisatie worden behandeld. Hiermee kan in hoofdstuk 3 op elk beleidscenario een SWOT-analyse worden toegepast. 2.3.1 Sterke punten De SOE heeft in zijn huidige vorm verscheidene sterke punten: • Kennis van de lokale markt (media en commercie) 18 19
Driehuis, G. Red de lokale media van de ondergang, 3 juli 2008, bladzijde 16, NRC Next (zie bijlage A) Beunders, H, Ik mail je wel even ons persbericht, 7 oktober 2008, bladzijde 18, NRC Next (zie bijlage B)
10
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
• • • • • •
Groot potentieel mensen Veel radioprogrammamakers Must-carry verplichting op de kabel Breed radioprogramma-aanbod Beschikking over drie van de vier media in het lokale medialandschap: Radio, Televisie, Internet Samenwerkingsverbanden
2.3.2 Zwakke punten De SOE heeft in zijn huidige vorm ook verscheidene zwakke punten: • Groot potentieel mensen maar beperkt inzetbaar en in een bepaalde richting • Huidige staat van de apparatuur is onvoldoende • Geen televisie apparatuur • Financiële afhankelijkheid
11
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
3 Beleidsscenario’s Kijkend vanuit de huidige situatie en rekening houdend met voorgaande hoofdstukken, kunnen we in hoofdlijnen drie mogelijke scenario’s onderscheiden voor het toekomstige beleid die we in de paragrafen 3.1 tot en met 3.3 verder zullen uitwerken. Voor alle scenario’s geldt dat de verhuizing er in verwerkt zit en dat er van wordt uit gegaan dat de nationale omroepgelden door de gemeente voor de volle honderd procent worden doorgegeven aan de SOE. A. Huidige staat Zaak laten zoals die nu is voor wat betreft uitzendingen: huidige radio Enschede FM en een kabelkrant via TV Enschede. Internet biedt een informatieve ondersteuning van deze uitzendingen. B. Uitgebreide staat Door toevoeging van enkele professionals verbetering van zowel de radio als de televisieuitzendingen met meer up-to-date nieuws. Op de radio vaste discussie programma’s op gebied van sport, politiek en cultuur en op televisie meerdere malen per week een TV journaal en een dagelijkse varia uitzending. Internet is hierbij crossmediaal verweven met beide andere media. C. Progressieve staat Professionele uitvoering van het uitgebreide model. Door verdere uitbreiding van het aantal professionals in staat om de leemte die TC Tubantia op het gebied van objectieve lokale informatievoorziening achterlaat geheel in te vullen.
3.1 Beleidsscenario A Allereerst een korte opsomming van de (on)mogelijkheden en bedreigingen. 3.1.1 Opportunities • Motivering vrijwilligers zeer beperkt • Benutting mogelijkheden nieuwe media niet van toepassing door gebrek middelen en mensen • Kennis lokale markt kan niet worden uitgebouwd • Niet kunnen voorzien in groeiende infobehoefte • Zeer beperkt objectieve lokale info kunnen leveren 3.1.2 • • • •
Threats Geen gewicht in discussie over must-carry verplichting Niet aan kwaliteitseis consument kunnen voldoen Afnemende reclame-inkomsten Uitsluiting uit samenwerkingsverbanden
3.1.3 Organogram Bij dit scenario past een vereenvoudigde organisatie die op de volgende pagina in de vorm van een organogram wordt weergegeven.
12
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
Afbeelding 3.1a: Organogram TV Enschede FM beleidsscenario A
3.1.4 Uitwerking met financieel overzicht Door samenvoeging van taken kan er met minder mensen in de staf worden gewerkt. Bovendien kan bij het bijgestelde ambitieniveau, het opleidingsniveau wel wat minder. Het is doorgaan op het huidige niveau van programmering, zonder nieuwe uitdagingen. Het passende opleidingsniveau varieert van MBO+ tot LBO. Dit alles zal ook tot uitdrukking komen in de loonsom. Na complementeren van de huidige apparatuur is er in de toekomst alleen geld nodig voor vervanging en niet voor uitbreiding. Qua huisvesting is er minimaal 133m2 nodig waaronder een grote en kleine radiostudio. De verwachte inkomsten uit reclamegelden zullen op een relatief laag peil blijven, gezien de geboden programmering.
3.2 Beleidsscenario B Allereerst een korte opsomming van de (on)mogelijkheden en bedreigingen. 3.2.1 Opportunities • Motivatie voor werknemers en vrijwilligers om niveau te verhogen • Door TV en internet als volwaardig media toe te voegen worden mogelijkheden nieuwe media beter benut 13
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
• • • • • 3.2.2 • • • • •
Betere benutting kennis lokale markt Deels voorzien in groeiende lokale informatiebehoefte, maar niet kunnen voorzien in gehele objectieve lokale behoefte Biedt mogelijkheid tot opzet productiehuis met anderen; voor structureel leiding geven hieraan is het uitgroeien naar C noodzakelijk Samenwerking met lokale, regionale en landelijke omroepen is beperkt mogelijk (wij zijn niet bepalend) Er kan een begin gemaakt worden met het uitbouwen van samenwerkingsverbanden met genoemde partijen Threats Enig gewicht in discussie over must-carry (eventueel pilot-omroep) Redelijk tegemoet kunnen komen aan de wensen van de consument Onderscheidend vermogen moet mogelijkheden bieden voor gezonde financiering Lokale samenwerkingsverbanden zonder SOE hebben minder kans van slagen Programma-aanbod biedt meer mogelijkheden voor binnenhalen van reclamegelden
3.2.3 Organogram Bij dit scenario past een uitgebreide organisatiestructuur die grotendeels overeenkomt met de huidige organisatiestructuur (zie subhoofdstuk 2.1.1) . Het grote verschil is dat er een Raad van Advies is ingesteld en dat verscheidene functies wat betreft uren en opleidingsniveau worden verzwaard.
Afbeelding 3.1a: Organogram TV Enschede FM beleidsscenario B
14
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
3.2.4 Uitwerking met financieel overzicht Bij dit scenario met ruimer radio-, tv- en internetaanbod moet de bestuurlijke kant breder zijn, passend bij de ruimere verantwoordelijkheid van de SOE. Het algemeen bestuur moet bestaan uit minimaal 5 leden. Verder verdient het aanbeveling om een Raad van Advies in het leven te roepen, waarvan de leden over een ruim netwerk moeten beschikken. Deze leden met hun netwerken zijn vooral van belang bij toekomstige samenwerkingsverbanden en voor de p.r. binnen de verschillende sociale groeperingen van de bevolking. Voor wat betreft de interne organisatie moet de staf in vergelijking tot de steady state uitgebouwd worden van 2 naar 5 functionarissen om elk deelgebied professioneel af te kunnen dekken. Ook zal het opleidingsniveau omhoog moeten. Voor de stationsmanager HBO+ en voor de overigen HBO niveau. De radio apparatuur moet worden gecomplementeerd en vraagt daarna in verband met crossmediale inzetbaarheid een beperkte uitbreiding. Voor de TV afdeling en voor internet moet veel worden geïnvesteerd. Beide moeten hierna een semi-professionele status hebben. De benodigde investeringen zijn gefaseerd zichtbaar in het financiële overzicht. Qua huisvesting is er nog steeds 133m2 nodig met o.a. een grote radio/tv journaalstudio en een kleinere studio. Verder moet er op afroep extra ruimte beschikbaar zijn. Er is een duidelijke groei van de reclame inkomsten te verwachten gezien het verbeterde programma aanbod, in het bijzonder op TV.
3.3 Beleidsscenario C Allereerst een korte opsomming van de (on)mogelijkheden en bedreigingen. 3.3.1 • • • • • •
Opportunities Vrijwilligers staan in de rij Mogelijkheden nieuwe media worden gecreëerd Kennis van lokale markt kan optimaal benut worden Kunt geheel voorzien in objectieve lokale informatiebehoefte Biedt mogelijkheid tot voor structureel leiding geven aan productiehuis Door krachtige eigen organisatie kun je leading zijn in alle samenwerkingsverbanden.
3.3.2 • • • • • •
Threats Ook meer leading in sturing van discussie over must-carry Nationale kwaliteit wordt zonder problemen geleverd Vanwege belang voor verschillende instanties is continuïteit vrijwel gewaarborgd Samenwerkingsverbanden zonder SOE zijn gedoemd te mislukken SOE biedt zeer interessante crossmediale mogelijkheden om te adverteren Valkuil is niet meer lokaal denken
3.3.3 Organogram Bij dit scenario past een zwaardere organisatiestructuur. Deze komt wat betreft inrichting overeen met het organogram uit subhoofdstuk 3.2.3, echter verscheidene functies worden wat betreft uren en/of opleiding zwaarder ingevuld. Omdat dit organogram al in het genoemde subhoofdstuk getoond is, beperken we ons tot het benoemen van de verschillen in subhoofdstuk 3.3.4.
15
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
3.3.4 Uitwerking met financieel overzicht Bij dit scenario is een uitgebreid crossmediaal aanbod het doel en er moet derhalve op alle gebieden sterk worden geprofessionaliseerd. Om op het gewenste niveau te kunnen acteren zal sterk in de kwaliteit van personeel worden geïnvesteerd. Voor de bestuursleden stijgt het vereiste niveau naar HBO+ en wordt hier een ruime onkostenvergoeding tegenover gezet, passend bij de verder toegenomen verantwoordelijkheid van de SOE. De werkorganisatie wordt versterkt door de stationsmanager een fulltime baan te maken en door van de stafleden een HBO+ opleidingsniveau te eisen en ze in dienst te nemen. Ook de lijnfuncties kunnen door professionals worden bezet en het aantal beschikbare FTE’s voor programmacoördinatoren en betaalde vrijwilligers verdubbelt, hetgeen de continuïteit waarborgt en verdere professionaliseringsslag mogelijk maakt. Voor de apparatuur van de radio geldt ook in dit scenario dat alle achterstallige vervangingsinvesteringen moeten worden uitgevoerd en daarna beperkt uitgebreid. Voor de TV afdeling zal in extra apparatuur moeten worden geïnvesteerd die het mogelijk maakt om ook grotere projecten uit te kunnen voeren. De kosten die hiermee gemoeid zijn kunnen mogelijk gedeeld worden door een samenwerkingsverband met andere partijen die op dit gebied actief zijn, zoals ROC van Twente, Saxion Hogescholen en FC Twente (productiehuis). Dit houdt in dat er naast onze hoofdlocatie op een andere locatie gezamenlijk een grote televisiestudio zal worden betrokken. Door het gezamenlijk gebruik kan deze studio een veel hogere bezettingsgraad halen, hetgeen kostentechnisch niet alleen interessant, maar ook noodzakelijk is. Internet is bij dit alles een gelijkwaardig medium, aangezien er daarbij crossmediaal naar een professionele status wordt gestreefd. De benodigde investeringen zijn gefaseerd zichtbaar in het financiële overzicht. Er is een nog verder stijgende groei van de reclame inkomsten te verwachten door het crossmediaal kunnen leveren van maatwerk en het verbeterde programma-aanbod in het bijzonder op TV.
16
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
4 Aanbevelingen en conclusie Om de aanbevelingen in dit afsluitende hoofdstuk goed te kunnen plaatsen zullen eerst nogmaals de financiële resultaten van de verschillende beleidsscenario’s op een rij worden gezet. Hierna wordt in de paragrafen 4.1 tot en met 4.4 voor elk beleidsscenario een aanbeveling gegeven, waarna in paragraaf 4.4 de slotconclusie volgt.
4.1 Aanbeveling scenario A Wanneer we het financiële overzicht bekijken valt scenario A af omdat het economisch gezien op termijn niet levensvatbaar is. Het uitvoeren van dit beleid zal verder in de tijd alleen maar meer geld kosten en minder geld opleveren. Bovendien heeft dit scenario geen uitdaging meer voor de medewerkers en vrijwilligers, zodat het nut van de organisatie ook op maatschappelijk gebied steeds minder zinvol zal zijn. De overall conclusie is derhalve dat dit scenario, oftewel alleen in stand houden wat er nu is, niet wenselijk is.
4.2 Aanbeveling scenario B Financieel-economisch vergt dit scenario over de behandelde periode ongeveer eenzelfde relatief beperkte investering als in A, maar in tegenstelling tot A heeft het wel een gezonde financiële toekomst. Daarnaast biedt dit scenario inhoudelijk een interessante groei van de omroepactiviteiten op radio, televisie en internet. Dit houdt in dat de omroep een duidelijke meerwaarde heeft voor de informatievoorziening in Enschede, dat het een interessante samenwerkingspartner is en dat het voor zowel medewerkers als vrijwilligers een uitdagende werkomgeving biedt.
4.3 Aanbeveling scenario C Biedt de meest interessante groei op het gebied van de omroepactiviteiten, maar vergt een erg grote investering ten opzichte van de andere scenario’s. Bovendien is de directe stap van de huidige staat van de omroep naar dit scenario dermate groot, dat er op het gebied van cultuur omslag problemen te verwachten zijn. Het is en blijft van groot belang dat ook de ongeveer 100 (!) vrijwilligers zich sterk betrokken blijven voelen bij de omroep.
4.4 Slotconclusie Kijkend naar bovenstaande is scenario B voor dit moment de meest optimale keuze. Bovendien biedt dit scenario de mogelijkheid om na een aantal jaar de wenselijkheid van het uitbouwen naar scenario C nogmaals kritisch te bekijken. In het kader van scenario B dienen we met dit plan een verzoek in bij de gemeente Enschede voor een extra subsidie ter grootte van vijf ton voor de periode 2008-2012. Hiermee kan de SOE uitgroeien tot een waardevolle objectieve crossmediale lokale informatiebron en krijgen Enschede en haar burgers de beschikking over een lokale omroep van formaat.
17
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
18
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
BIJLAGE A
Driehuis, G. Red de lokale media van de ondergang, 3 juli 2008, bladzijde 16, NRC Next Bijlage A
Businessplan Stichting Omroep Enschede 2008-2012
BIJLAGE B
Beunders, H, Ik mail je wel even ons persbericht, 7 oktober 2008, bladzijde 18, NRC Next Bijlage B