EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.11.2013 C(2013) 7725 final OPENBARE VERSIE Dit document is een intern document van de Commissie dat louter ter informatie is bedoeld.
Betreft:
Steunmaatregel SA.37017 (2013/N) – België Compensatie voor indirecte EU ETS-kosten
Excellentie, (1) 1 (2) 2
De Commissie heeft besloten geen bezwaar te maken tegen bovengenoemde maatregel. DE PROCEDURE België heeft de maatregel op 20 september 2013 aangemeld. BESCHRIJVING VAN DE STEUNMAATREGEL
(3)
De maatregel compenseert bepaalde ondernemingen voor stijgingen van de elektriciteitsprijzen als gevolg van de doorberekening van de kosten van broeikasgasemissies in het kader van het EU-ETS (de zogeheten indirecte emissiekosten in de zin van de ETS-richtsnoeren1).
2.1
Rechtsgrondslag
(4)
De rechtsgrondslag is het Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van steun aan ondernemingen ter compensatie van indirecte emissiekosten.
(5)
Het budget van de regeling is afkomstig van de opbrengsten van de veiling van de Belgische emissierechten. De daarvan aan Vlaanderen toegewezen opbrengsten zullen worden gebruikt voor het financieren van de maatregel. Indien de vraag het budget overtreft, zal de toewijzing proportioneel gebeuren. Het jaarbudget zal zo fluctueren afhankelijk van de CO2-prijs en wordt geraamd
1
Mededeling van de Commissie "Richtsnoeren betreffende bepaalde staatssteunmaatregelen in het kader van de regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten na 2012", PB C 158 van 5.6.2012, blz. 4, gewijzigd bij mededeling 2012/C 387/06, PB C 387 van 15.12.2012, blz. 5.
Zijne Excellentie de Heer Didier REYNDERS Minister van Buitenlandse Zaken Karmelietenstraat 15 B - 1000 Brussel Europese Commissie, B-1049 Brussel – België Tel.: centrale +32 2 2991111
op tussen 7 miljoen EUR (bij een CO2-prijs van 1 EUR/ton) en 113 miljoen EUR (bij een CO2-prijs van 15 EUR/ton). (6)
De maatregel loopt van 2013 tot 2020.
2.2
De begunstigde ondernemingen
(7)
De begunstigden zijn ondernemingen die in Vlaanderen actief zijn in een van de bedrijfstakken genoemd in bijlage II bij de ETS-richtsnoeren.
(8)
Voorts moeten de ondernemingen die de steun willen genieten, beschikken over een overeenkomst waardoor zij zich verbinden tot bepaalde maatregelen om de energie-efficiëntie te verbeteren. Deze overeenkomsten zijn niet specifiek voor deze steunregeling. Zij houden verband met de belastingverlagingen op het verbruik van energieproducten die op grond van artikel 17 van de richtlijn energiebelasting2 kunnen worden verleend, mits de ondernemingen overeenkomsten aangaan die moeten leiden tot een grotere energie-efficiëntie. Dit soort overeenkomsten staat open voor alle ondernemingen, maar vele potentiële begunstigden van de maatregelen beschikken al over dit soort overeenkomst.
(9)
Ondernemingen kunnen compensatie vragen in het jaar nadat de kosten zijn gemaakt.
2.3
Berekening van het steunbedrag
(10) Het maximumbedrag dat per installatie aan steun kan worden uitgekeerd, zal worden berekend overeenkomstig de twee in punt 27 van de ETS-richtsnoeren beschreven formules. Wanneer efficiëntiebenchmarks voor elektriciteitsverbruik zijn gepubliceerd, is de formule van punt 27, onder a), van toepassing. Wanneer voor producten geen efficiëntiebenchmarks voor elektriciteitsverbruik zijn gepubliceerd, is de formule van punt 27, onder b), van toepassing. (11) Bij deze maatregel worden voor alle elementen van de beide formules de definities van bijlage I gehanteerd. Ook worden in deze maatregel de efficiëntiebenchmarks voor elektriciteitsverbruik toegepast zoals die in bijlage III zijn vastgesteld,3 alsmede de maximale regionale CO2-emissiefactor van bijlage IV. Bij deze maatregel worden voor de steunintensiteiten de percentages van punt 26 gehanteerd. (12) Het zal niet mogelijk zijn om voor dezelfde kosten steun uit andere regelingen te ontvangen. (13) Alleen indirecte emissiekosten ontstaan door een elektriciteitsverbruik van meer dan 1 miljoen kWh per jaar en per installatie zullen worden gecompenseerd. 1 miljoen kWh vertegenwoordigt ongeveer 4 000 EUR op basis van de CO2-prijs in 2012.
2
3
Richtlijn 2003/96/EG van de Raad van 27 oktober 2003 tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit, PB L 283 van 31.10.2003, blz. 51. Bijlage III bij de ETS-richtsnoeren is gewijzigd bij de mededeling van de Commissie tot wijziging van de mededeling van de Commissie "Richtsnoeren betreffende bepaalde staatssteunmaatregelen in het kader van de regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten na 2012" (PB C 387 van 15.12.2012, blz. 5). 2
3
BEOORDELING VAN DE STEUNMAATREGEL
3.1
De vraag of er sprake is van staatssteun
(14) De Commissie is nagegaan of artikel 107, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) op de maatregel van toepassing is. Een maatregel vormt staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU indien deze voldoet aan vier voorwaarden. In de eerste plaats moet de maatregel door de Staat of uit staatsmiddelen bekostigd zijn. In de tweede plaats moeten bepaalde ondernemingen of bepaalde producties door de maatregel een selectief voordeel verleend krijgen. In de derde plaats moet de maatregel het handelsverkeer tussen lidstaten ongunstig kunnen beïnvloeden. In de vierde plaats moet de maatregel de mededinging op de interne markt vervalsen of dreigen te vervalsen. (15) De maatregel wordt uit de Belgische begroting gefinancierd. Met de maatregel krijgen de begunstigde ondernemingen een voordeel verleend doordat kosten die zij onder normale marktomstandigheden zouden moeten maken, worden gecompenseerd. De steun is selectief omdat hij alleen wordt verleend aan ondernemingen die in bepaalde bedrijfstakken actief zijn. Al deze bedrijfstakken zijn, zoals in de ETS-richtsnoeren wordt opgemerkt, blootgesteld aan internationale concurrentie, waardoor de kans bestaat dat de steun het handelsverkeer tussen lidstaten ongunstig kan beïnvloeden en de mededinging op de markt kan vervalsen.4 (16) De regeling vormt bijgevolg staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU. 3.2
De rechtmatigheid van de steun
(17) Door de maatregel aan te melden vóór de tenuitvoerlegging ervan, is België zijn verplichtingen uit hoofde van artikel 108, lid 3, VWEU nagekomen. 3.3
Verenigbaarheid met de interne markt
(18) De Commissie is nagegaan of de maatregel op grond van artikel 107, lid 3, onder c), VWEU met de interne markt verenigbaar kan worden verklaard. (19) Steun aan ondernemingen ter compensatie van in elektriciteitstarieven doorberekende kosten van EU ETS-rechten valt onder de toepassing van de ETS-richtsnoeren. De Commissie heeft de maatregel op zijn verenigbaarheid getoetst op basis van onderdeel 3.1 van de ETS-richtsnoeren, waarin wordt uiteengezet onder welke voorwaarden steun verenigbaar kan worden verklaard. 3.3.1
Doel en noodzaak van de steun
(20) Volgens punt 24 van de ETS-richtsnoeren moet het het doel van de steun zijn om te voorkomen dat er een significant CO2-weglekrisico ontstaat als gevolg van de doorberekening van kosten van de EU ETS-emissierechten in de elektriciteitsprijzen die de begunstigde betaalt. Volgens punt 25 van de ETSrichtsnoeren is er sprake van een significant CO2-weglekrisico wanneer de begunstigde actief is in een van de in bijlage II bij de ETS-richtsnoeren opgenomen bedrijfstakken of deeltakken. (21) De begunstigden zijn ondernemingen die in Vlaanderen actief zijn in een van de bedrijfstakken genoemd in bijlage II bij de ETS-richtsnoeren (zie punt 7). 4
Bijlage II bij de ETS-richtsnoeren. 3
(22) In het kader van de maatregel moeten de begunstigde ondernemingen ook een overeenkomst ondertekenen waarin zij zich verbinden tot bepaalde maatregelen die de energie-efficiëntie moeten verbeteren. De Belgische autoriteiten verantwoorden deze eis omdat ondernemingen daardoor zouden worden aangezet om nog meer energie-efficiëntiebesparingen door te voeren. Zoals uiteengezet in punt 8, zijn deze overeenkomsten (convenanten) niet specifiek voor deze steunregeling en staan zij open voor alle potentiële begunstigden van de hier te onderzoeken maatregel. (23) Een lidstaat kan de groep in aanmerking komende steunaanvragers op basis van objectieve criteria beperken, zolang een en ander niet indruist tegen de ETSrichtsnoeren of hiermee geen andere bepalingen van het Unierecht worden geschonden, en met name zolang dit is gebaseerd op objectieve en nietdiscriminerende criteria. (24) Aangezien deze overeenkomsten openstaan voor alle potentiële begunstigden, zonder enige beperking, vormt deze bijkomende eis dus geen buitensporige beperking van de groep in aanmerking komende aanvragers en sluit hij aan bij de onderliggende doelstelling van onderdeel 3.1 van de ETS-richtsnoeren voorkomen dat er een significant CO2-weglekrisico ontstaat. (25) Bijgevolg mag worden geconcludeerd dat de steun noodzakelijk is om de duidelijk omschreven doelstelling van gemeenschappelijk belang van de regeling te verwezenlijken. 3.3.2
Stimulerend effect
(26) Volgens punt 31 van de ETS-richtsnoeren wordt steun geacht een stimulerend effect te hebben wanneer alle in onderdeel 3.1 vermelde voorwaarden zijn vervuld, hetgeen hier het geval is. (27) De voorgenomen steun zal dus het vereiste stimulerende effect hebben. 3.3.3
Evenredigheid
(28) Volgens punt 45 van de ETS-richtsnoeren moeten lidstaten aantonen dat het steunbedrag tot het noodzakelijke minimum beperkt blijft. (29) Voor deze maatregel worden de steunintensiteiten en benchmarks van de ETSrichtsnoeren toegepast. (30) Het maximumbedrag dat per installatie kan worden uitgekeerd, wordt bepaald op basis van de in punt 27 van de ETS-richtsnoeren beschreven formules. Bij de maatregel worden de definities van bijlage I en de waarden van bijlagen III en IV van de ETS-richtsnoeren gebruikt. (31) De maatregel biedt geen volledige compensatie, omdat anders de prikkel om het elektriciteitsverbruik verder te verminderen zou kunnen wegvallen. (32) De steunintensiteit zal als volgt zijn: 85% van de in aanmerking komende kosten gemaakt in 2013, 2014 en 2015; 80% van de in aanmerking komende kosten gemaakt in 2016, 2017 en 2018, en 75% van de in aanmerking komende kosten gemaakt in 2019 en 2020. Een en ander is in lijn met de maximale steunintensiteiten die in punt 26 van de ETS-richtsnoeren worden genoemd.
4
(33) Bovendien zullen alleen indirecte emissiekosten in verband met een elektriciteitsverbruik van meer dan 1 miljoen kWh per jaar en per installatie worden gecompenseerd. (34) Volgens België is de drempel van 1 miljoen kWh per jaar en per installatie bedoeld om de administratieve kosten te verminderen. 1 miljoen kWh vertegenwoordigt ongeveer 4 000 EUR op basis van de CO2-prijs in 2012. Het bijkomende selectiecriterium dat de Belgische autoriteiten hebben gekozen, is dus gerechtvaardigd, gelet op het beperkte bedrag ervan, de doelstelling die ermee wordt nagestreefd (vermindering van de administratieve kosten) en het feit dat de toepassing ervan is gebaseerd op objectieve criteria. (35) De steun dekt niet alle kosten en houdt voor de begunstigde ondernemingen een prikkel in stand om hun elektriciteitsverbruik te verminderen. Bovendien zullen, als gevolg van de benchmarks, de meest efficiënte begunstigde ondernemingen ook het hoogste aandeel van hun indirecte ETS-kosten gecompenseerd krijgen. (36)
De steun is derhalve evenredig.
3.3.4
Cumulering
(37) België heeft toegezegd dat cumulering met steun uit andere regelingen niet mogelijk zal zijn voor dezelfde in aanmerking komende kosten. 3.3.5
Jaarlijkse verslaglegging, transparantie en monitoring
(38) België heeft toegezegd zich te houden aan de voorwaarden van de punten 52, 53 en 54 van de ETS-richtsnoeren op het punt van verslaglegging, transparantie en monitoring van de voorgenomen regeling. 4
BESLUIT
(39) Aangezien de maatregel voldoet aan de voorwaarden van onderdeel 3.1 van de ETS-richtsnoeren, is deze verenigbaar met de interne markt overeenkomstig artikel 107, lid 3, VWEU. (40) De Commissie zal deze brief publiceren.5 Ingeval deze brief vertrouwelijke gegevens mocht bevatten die niet mogen worden bekendgemaakt, wordt u verzocht de Commissie daarvan binnen vijftien werkdagen vanaf de ontvangst van dit schrijven in kennis te stellen. Anders wordt aangenomen dat u ermee instemt dat deze brief in zijn geheel wordt gepubliceerd. Met bijzondere hoogachting, Voor de Commissie
Joaquín ALMUNIA Vicevoorzitter
5
Op http://ec.europa.eu/competition/elojade/isef/index.cfm 5