Jaargang 16 nummer 1 — 03-09-2015
Mytylschool De Trappenberg Crailoseweg 116 a 1272 EX Huizen T 035-6915237 E
[email protected]
BELANGRIJKE DATA 16 september: Sponsorrun VSO zml/mg en emb ,DGO en VMBO basis 17 september: Kennismakingsavond SO en VSO 24 september: kennismakingsavond DGO en VMBO-basis 7 oktober: studiedag
Bereikbaarheid Als u een vraag heeft voor de groepsleiding van uw zoon/dochter is het handig om buiten de lestijden te bellen.
VAN DE DIRECTIE Zomervakantie voorbij Op het moment dat u dit leest zijn er inmiddels drie schoolweken voorbij en zijn we allemaal weer gewend aan het schoolse ritme. De zomervakantie is zonder noemenswaardige calamiteiten voorbij gegaan en gelukkig is iedereen door het vele mooie weer goed uitgerust. Ik wens iedereen een prachtig schooljaar 2015-2016 toe. Veranderingen in bekostiging onderwijs aan EMB leerlingen Bij de invoering van passend onderwijs op 1 augustus 2014 is de bekostiging van het onderwijs ook veranderd. Al snel is duidelijk geworden dat de bekostiging van ernstig meervoudig beperkte (EMB) leerlingen onvoldoende was om tegemoet te komen aan de (vaak) intensieve zorgondersteuning. In het afgelopen schooljaar zijn er dan ook verschillende initiatieven geweest richting politiek Nederland alsook naar het CIZ om hierin veranderingen aan te brengen. Twee zaken zijn gelukt en ik informeer u hier graag over. 1. Motie Elias (extra bekostiging van de school via het Rijk) Op 15 maart 2015 heeft de Tweede Kamer met algemene stemmen de motie Elias aangenomen. Deze motie voorziet dat ouders van leerlingen die ernstig meervoudig beperkt zijn of de scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs waarop deze leerlingen zitten, niet steeds tussendoor een nieuwe toelaatbaarheidsverklaring hoeven aan te vragen. In principe hoeft dit nu maar eenmaal in de SO periode en eenmaal in de VSO periode. De aanvragen worden door onze school uitgevoerd, al zult u wel gevraagd worden om voor toestemming te tekenen. Voor alle leerlingen die voor 1 augustus 2014 al op Mytylschool De Trappenberg zaten, zal dit jaar een toelaatbaarheidsverklaring moeten worden aangevraagd. U hoort tijdig van ons wanneer uw kind daarvoor aan de beurt is en welke formulieren u hiervoor moet ondertekenen. Als uitvloeisel van deze wet is ook de bekostiging van de EMB scholen aangepast. Hiervoor moet het bestuur van een school (voortgezet) Speciaal Onderwijs een speciale aanvraag voor aanvullende bekostiging doen. Het bestuur van De Kleine Prins zal dat verzoek voor 15 september 2015 doen. Per EMB leerling (en daar gelden special criteria voor) kan € 4000 per schooljaar extra bekostigd worden. Ouder (s)/verzorger(s) merken van deze aanvraag helemaal niets en de vrijkomende middelen worden door het schoolbestuur ingezet om de bedrijfsvoering van de school te bekostigen. Door de zware zorgbehoefte van veel (EMB) leerlingen staat ook de begroting van Mytylschool De Trappenberg onder druk. Daar wordt nu dus wat aan gedaan.
2. Motie Siderius (extra bekostiging voor ouders met een PGB t.b.v. zorgondersteuning op school)) Een tweede lijn die gaat lopen is de uitvoering van de motie Siderius. Deze verloopt via het CIZ (Centraal Indicatieorgaan Zorginstellingen). Het betreft extra zorg in het onderwijs voor kinderen die meervoudig gehandicapt zijn in de leeftijd van 4-20 jaar. De extra zorg kan zorg in natura zijn of via een aanvulling op het Persoons Gebonden Budget PGB beschikbaar komen. Veel ouders hebben hierover in juli een brief van het CIZ ontvangen. Het betreft alleen ouders die al een PGB hebben. U zult begrijpen dat binnen Mytylschool De Trappenberg veel leerlingen zitten die meervoudig gehandicapt zijn. Als elke ouder zijn eigen zorgondersteuner naar school meestuurt om de zorg te ondersteunen, wordt het een gekrioel van mensen en dat vinden we niet wenselijk voor de structuur en de rust op school. Over de mogelijkheden die er zijn om dit extra (zorg) budget in de school in te zetten, worden vanuit het bestuur bureau van De Kleine Prins richtlijnen geformuleerd. Zo gauw als deze bekend zijn, ontvangt u hierover meer informatie. Tot die tijd verzoek ik u te wachten met reageren naar de leerkrachten of naar het management. We willen de veranderingen zo verantwoord als mogelijk is managen. Op dit onderwerp kom ik dus op korte termijn terug. Zorgformulieren Na de vakantie kan het zijn dat de (medische) zorg of de dosering van medicatie is veranderd. U moet dit aan school schriftelijk doorgeven via het zorgformulier. Deze kunt u downloaden van de website of opvragen bij het secretariaat. Het ondertekende zorgformulier met de nieuwe afspraken moet op school worden aangeleverd. Alleen dan kunnen wij de zorg aanpassen. Zaken die mondeling worden doorgegeven worden door ons niet uitgevoerd. Kees van Heesbeen Directeur a.i.
Hoe ziet de toekomst van mijn kind er straks uit, wat moet ik weten? Woensdagavond 28 oktober informatieavond voor alle VSO ouders van de afdelingen VSO ZML-MG en VMBO basis. Voor deze avond hebben wij een spreker uitgenodigd om ouders te informeren/uitleg te geven over de Participatiewet die op 1 januari 2015 is ingegaan. Teamleden worden vóór de herfstvakantie geïnformeerd. Hieronder een aantal vragen die het afgelopen schooljaar speelden bij veel ouders: - welke gevolgen heeft de nieuwe wet m.b.t. de zorgvraag voor mijn kind nu en in de toekomst? - Welke gevolgen heeft dit voor het inkomen van mijn kind? - Wat kan ik verwachten als mijn kind van school gaat? - Wat kan/moet ik nu al regelen? - Bij welke instantie(s) moet ik zijn voor de verschillende (aan)vragen die ik heb? De spreker is Jelle Bosch, adviseur bij Edunova, een onderwijs- en trainingsbureau, dus ook voor het speciaal onderwijs. De informatieavond start om 19.00 uur tot 20.30 uur. Tijdens deze avond is er gelegenheid om vragen te stellen. Wij hopen op een grote opkomst en verwelkomen u hartelijk met koffie en thee. Namens het VSO team van Mytylschool De Trappenberg. Yvonne van den Berg,
NIEUWS UIT HET SO Eerste schoolweek Mijn eerste schoolweek was heel erg leuk. Ik vond Dinsdag echt heel leuk om dat ik techniek had. En deze week was heel erg gezellig met alle kinderen van de klas. Ik vond gisteren beeldende vorming heel erg leuk want we gingen kleien. En ik vond woensdag het leukst want toen mocht ik in de winkel werken en ik moest de kasten open maken en de winkel moest ik open maken. En ik heb gisteren in het zonnetje gerust en toen had ik wi-fi dus toen kon ik even appen. En vrijdag hadden we ict en dat was met computers en dat vond ik leuk. Marc uit rood 8. Ik vind het gezellig bij onze klas. Zorg en groen vond ik leuk, bij groen moet je het onkruid weg hallen. En bij zorg moet je koken en voor je zelf zorgen. En verder weet ik niet Groetjes Juan Carlos uit rood 8 Ik vond de eerste schoolweek heel erg leuk. En ik vond het heel erg gezellig in de klas. Maar ik vond het ook wel af en toe een beetje druk. Ik vond het een leerzame week. En ik vond het een enthousiaste week. Chantal uit rood 8 Mijn eerste school week vind ik heel erg leuk. De maandag omdat ik naar de t-berg ging De dinsdag vind ik leuk omdat ik maar tot 11:15 op school was Omdat ik een afspraak had in het ziekenhuis De woensdagvind ik leuk omdat het maar een half dag je was De donderdag vind ik leuk omdat ik beeldende vormig had en dat ik daar lekker met mijn handen in de klei kon zitten De vrijdag vind ik leuk omdat er ICT is om 10:00. Michelle uit rood 8
NIEUWS UIT HET VSO Sponsorrun 2015 Het is bijna weer zover: woensdag 16 september doen alle leerlingen van het VSO-ZML, VSO-EMB en DGO/VMBO-basis weer hun uiterste best om zoveel mogelijk rondjes te rennen of rijden voor het goede doel. Vooraf hebben ze familie en vrienden aangespoord om hen te sponsoren. Ieder jaar weer is het een geslaagd evenement. Opzwepende muziek en enthousiast publiek langs de kant van het parcours zorgen voor veel vrolijkheid. De sportende leerlingen zijn fanatiek en proberen zoveel mogelijk stempels op hun kaart te krijgen, want elke stempel zorgt voor extra geld voor de werkweek. Dat is namelijk het doel: zoveel mogelijk geld bij elkaar krijgen voor een leuke werkweek, zodat de eigen bijdrage van de ouders zo laag mogelijk gehouden kan worden. We zien uit naar dit sportieve gebeuren en hopen dat veel ouders en vrienden op woensdag 16 september hun zoon/dochter komen aanmoedigen! De sponsorruncommissie.
Nieuw schooljaar In het VSO zijn we na een heerlijke zomervakantie met frisse moed het nieuwe schooljaar ingestapt. Even wennen voor de een, heel vertrouwd voor de ander. Het jaar begon voor iedereen met een startfeest. Nieuwe leerlingen zijn welkom geheten, er was muziek, hapjes en drankjes gingen rond: echt een goede binnenkomer! Toen werd het serieus. Dezelfde week nog moest Rood 8 alle zeilen bijzetten om de schoolwinkel te kunnen openen: schoonmaken, artikelen prijzen en in de schappen zetten en een nieuwe folder maken. Inmiddels draait de winkel weer op volle toeren. Rood 3 bemant de Haptap, waar op dinsdag en vrijdag de heerlijkste hapjes te krijgen zijn. En dan hebben we nog niet genoemd: het Werkbedrijf en de T-berg, de interne stages, de sportlessen, en (niet onbelangrijk) onze AVO-vakken. Kortom: het bruist hier alweer van de activiteiten. Nog even en we hebben de jaarlijkse sponsorrun, op 16 september a.s. De voorbereidingen zijn in volle gang en het belooft ook dit jaar weer een topevenement te worden. De opbrengst is voor onze werkweek, dus doe allemaal mee en kom in grote getale! Gerda Goldberg
NIEUWS UIT HET DGO Introductiedagen DGO Het nieuwe schooljaar is al weer een paar weken oud. We kunnen rustig stellen dat we al weer echt met zijn allen stevig aan de slag zijn. Het schooljaar startte dit jaar in het DGO met twee introductiedagen in het thema ‘Survival’. Op de eerste dag werden de leerlingen welkom geheten met een gezamenlijke kennismakingsactiviteit. Hierna volgde een programma in de eigen mentorgroep gericht op een gedegen start van het schooljaar. In de middag hadden de leerlingen keuze uit diverse ludieke ‘Minimasterclasses’; vuur maken, inspiratie om te (over-)leven, navigatie, openen van blikvoer zonder gereedschap, scherp gebruik van zintuigen, adequaat reageren in overlevingssituaties en houtbewerkings-skills. De tweede dag speelde zich af op een locatie aangeboden door een scoutinggroep uit Lelystad. Ondanks het beroerde weer liet een flink aantal leerlingen zich er niet van weerhouden om te leren klimmen, vuur te maken, zelf hout te zagen, knopen te leren en zich te verdiepen in de kunst van het vliegen met een Flight Simulator. Het weer zorgde er echter wel voor dat een groot deel van het afgesproken programma geen doorgang kon vinden waardoor er niet voor iedereen het uiterste uit de dag kon worden gehaald. Achteraf moesten we helaas constateren dat de locatie voor een dergelijke dag niet geheel aan de verwachtingen voldeed. In de terugkoppeling vanuit de leerlingen, en collega’s bleek gelukkig wel dat de opzet van de introductiedagen, waarbij er één dag binnen en één dag buiten school wordt besteed, door een grote meerderheid werd gewaardeerd. Dat gegeven nemen we in ieder geval vast mee naar de voorbereidingen van de introductiedagen van volgend schooljaar! Matthijs Jongepier
Zelfmanagement doe je samen!
Onderzoek naar zelfmanagement binnen de kinderrevalidatie Binnen De Trappenberg doen wij onderzoek naar eigen regie en zelfmanagement binnen de revalidatiezorg. Het onderzoek vindt plaats in samenwerking met het VU Medisch Centrum en de Faculteit Gedrags- en Bewegingswetenschappen van de VU Amsterdam. Een, twee drie naar eigen regie?! Motivaties voor zelfmanagement van ouders van kinderen met een chronische aandoening en van kinderrevalidatie professionals. Participatie, eigen regie en zelfmanagement zijn begrippen die steeds meer betekenis krijgen binnen onze samenleving. Onder zelfmanagement wordt in het algemeen verstaan dat mensen hun leven in eigen hand nemen. Binnen de behandeling is daarbij de wisselwerking tussen de professional en ouder erg belangrijk. Hierbij hebben communicatie, partnerschap, vertrouwen en respect een centrale rol. Maar wat betekenen eigen regie en zelfmanagement nu eigenlijk precies voor ouders en professionals? Door middel van dit onderzoek brengen wij de ideeën van ouders en van kinderrevalidatie professionals hierover beter in kaart. Wat zijn overeenkomsten en eventuele verschillen in hun motivaties voor zelfmanagement? Wat ervaren zij als belemmering en waar haalt men juist steun uit? Op deze manier willen we als Revalidatiecentrum De Trappenberg onze behandelingen nog beter kunnen afstemmen op de wensen en behoeften van ouders en hun kinderen. Het onderzoek bestaat uit 2 delen. Het eerste deel bestaat uit het invullen van vragenlijsten over zelfmanagement, door ouders van kinderen (0-12j) met een chronische aandoening en door kinderrevalidatie professionals. In het tweede deel van het onderzoek worden een aantal ouders en professionals ook nog geïnterviewd om diepgaandere informatie te krijgen over hun gedachten met betrekking tot zelfmanagement. Planning van het onderzoek Op dit moment is het onderzoek in volle gang. Op de locaties van De Trappenberg in Almere en Lelystad is inmiddels het eerste deel van de gegevens verzameld. Op zeer korte termijn wordt begonnen met de dataverzameling binnen de kinderteams op de locatie in Huizen. Ook veel ouders van kinderen in de leeftijd van 4-12 jaar op de Mytylschool, zullen via de post een uitnodiging ontvangen met een informatiebrief over het onderzoek. Wij hopen op net zo’n positieve respons als op de andere 2 locaties! Het onderzoek zal ruim een jaar in beslag nemen. Uiteindelijk worden de resultaten gepresenteerd in wetenschappelijke tijdschriften en tijdens congressen en symposia. Projectgroep Prof. Dr. Jules Becher, Hoogleraar kinderrevalidatie geneeskunde, VU Medisch Centrum, Prof. Dr. Carlo Schuengel, Hoogleraar Orthopedagogiek, VU Amsterdam, Dr. Jeanine Voorman, kinderrevalidatiearts Revalidatiecentrum De Trappenberg, Dr. Agnes Willemen, senior onderzoeker Faculteit Gedrags- en Bewegingswetenschappen, VU Amsterdam, Drs. Ruud Wong Chung, promovendus en kinderfysiotherapeut. Contact Voor informatie kunt u ook contact opnemen met: Ruud Wong Chung e-mail :
[email protected] telefoon: 036-5325540
In deze eerste Vogelvlucht vraag ik direct uw aandacht voor de weeg en meet weken die dit jaar van 14 tm. 25 september as. gehouden worden. Voor velen van u is het allemaal bekend: alle mytylschoolleerlingen worden jaarlijks gemeten en gewogen. Daar zijn verschillende redenen voor: 1) Groei is een prima instrument om enig zicht op de gezondheid van kinderen / jongeren te hebben. 2) Bij mytylschool leerlingen komen vaker dan gemiddeld onder- en overgewicht voor . Sommige kinderen ‘verstoken’ wel erg veel energie en/of hebben problemen met eten, terwijl andere kinderen, doordat ze zo weinig bewegen juist eerder dik dreigen te worden. 3) Voor kinderen die voor transfers getild moeten worden, hanteert de Arbo niet voor niets (denk aan langdurige nek-, schouder- en rugklachten bij klassenassistenten) een maximaal gewicht voor dat handmatig tillen. Deze redenen gelden voor de ‘gehele groep’ leerlingen en het is natuurlijk goed mogelijk dat voor uw zoon / dochter dit helemaal niet op gaat. Het wegen en meten is, ook natuurlijk, beslist niet verplicht! Wanneer u bezwaar hebt tegen het meten / wegen , wilt u mij dat dan laten weten? Een zoon /dochter ouder dan 16 jaar mag zelf beslissen dat hij of zij niet gemeten / gewogen wil worden. Ook aan hen vraag ik mij dat mee te delen. De leerlingen met Cerebrale Parese worden door de fysiotherapeuten gemeten / gewogen. Het meten van de niet staande ‘CP ers’ gebeurt ook dit jaar nog op 3 manieren: de spanwijdte, langs het lichaam meten en het meten van de onderbeens lengte (met een formule terug te rekenen naar totale lengte). Voor het wegen wordt naast een gewone geijkte weegschaal ook een plateau weegschaal (voor het wegen van de leerlingen in rolstoel) gebruikt. De leerlingen met CP krijgen hun totale lengte gegevens niet direct mee, maar later toegestuurd. De gegevens worden voor de leerlingen met revalidatie ook aan de ‘eigen’ revalidatiearts doorgegeven. Met vriendelijke groet, Annet Schölvinck, jeugdarts mytylschool De Trappenberg
HOOFDLUIS Binnen de scholen in Nederland komt het regelmatig voor dat leerlingen hoofdluis hebben. In een dichtbevolkte gemeenschap als een school waar leerlingen in het spel en tijdens het ravotten veel contact hebben is dat ook nog heel makkelijk overdraagbaar op andere kinderen. In veel scholen komen dan ook een aantal ouders na de vakanties naar school om de leerlingen hierop te controleren (zogenaamde luizenmoeders). Daar hebben wij niet voor gekozen, maar wel vinden we het belangrijk om ouders periodiek via de Vogelvlucht hierop te wijzen. Achtergrondinformatie In Nederland komt hoofdluis vooral voor bij kinderen en vormt op basisscholen het grootste probleem. Hoofdluis komt op het voortgezet onderwijs in mindere mate voor. Op de mytylschool zitten de leerlingen wel in hetzelfde gebouw en is er wel enig contact, maar in feite geldt toch ook: het gaat vooral om het SO. Wat is hoofdluis? De hoofdluis is een insect, die als parasiet op de hoofdhuid van de gastheer leeft, maar in zeldzame gevallen ook in de wenkbrauwen, de wimpers of de baard. De volwassen luis is een grijsblauw beestje van ongeveer 3 mm groot. Nadat hij bloed heeft opgezogen, is hij roodbruin. De eitjes, neten, zijn witte stipjes die op roos lijken. Alleen zit roos los terwijl neten juist aan het haar kleven. Hoe kun je hoofdluis krijgen? Luizen kunnen niet springen of vliegen. Ze kunnen alleen lopen. Kinderen zijn het meest bevattelijk voor hoofdluis, doordat zij bij het spelen of stoeien vaak letterlijk de hoofden bij elkaar steken. Gewone lichaamshygiëne is niet van invloed op het krijgen van luizen. Luizen leven van mensenbloed en dat vinden ze ook op een schoon en kortgeknipt hoofd. Je kunt hoofdluis zelfs niet voorkomen door elke dag je haar te wassen. De kans op het krijgen van hoofdluis kun je wel verkleinen door eventuele luizen snel op het spoor te komen door 1 x per week het haar te kammen met een fijntandige (luizen)kam. Opsporen van hoofdluis Luizen worden opgespoord door het haar te kammen met een fijntandige kam boven een stuk wit papier. Inspectie van de haren alleen, zónder kammen, is niet genoeg. De luizen zullen op het papier vallen als kleine grijsblauw of roodbruin gekleurde spikkels. Neten groeien met het haar mee (ongeveer 1 cm per maand), dus hoe verder de neet van de hoofdhuid af is, hoe langer geleden deze gelegd is en hoe langer geleden de besmetting heeft plaatsgevonden. Neten die enkele centimeters van de hoofdhuid af liggen, zijn lege of dode neten. Het kammen gaat als volgt: -Was het haar met gewone shampoo en spoel het haar uit. -Bescherm de ogen met een washandje. -Breng ruim crèmespoeling in het haar en spoel dit NIET uit. -Kam de knopen en klitten uit het haar met een gewone kam. -Houd het hoofd voorover boven een wasbak en kam het haar van achteren naar voren met een fijntandige kam tegen de schedelhuid aan; start bij het ene oor en schuif na elke kambeweging op richting het andere oor. -Veeg tussendoor de fijntandige kam regelmatig af aan een witte papieren servet of zakdoek en kijk of er luizen op het papier zichtbaar zijn. -Spoel de crèmespoeling uit.
Behandelen van hoofdluis Er zijn twee manieren om hoofdluis te behandelen: -kammen -kammen in combinatie met gebruik van een antihoofdluismiddel. 1 Kammen Vanaf de start van de behandeling dient gedurende 14 dagen dagelijks het haar gekamd te worden volgens de kaminstructie ( zie hierboven) Het dagelijks uitkammen van de luizen en neten (dood of levend) voorkomt dat tussentijds uitgekomen nimfen uitgroeien tot volwassen luizen en voorkomt daarmee dat nieuwe eitjes gelegd worden. Dagelijks met een speciale fijntandige kam het natte haar intensief kammen gedurende 2 weken is waarschijnlijk even effectief als behandeling met antihoofdluismiddelen. Toevoegen van crèmespoeling of antiklitshampoo aan het natte haar maakt het kammen gemakkelijker en daarmee meer acceptabel. Vastgeplakte neten kan men eventueel losweken door een doekje met azijn op het haar te deppen. 2 Kammen in combinatie met gebruik van een antihoofdluismiddel De behandeling met een antihoofdluismiddel moet gelijktijdig starten met het kammen gedurende 14 dagen en is op die manier bewezen effectief In Nederland zijn hoofdluis middelen vrij te koop bij apotheek of drogist in de vorm van een lotion, crème of shampoo. De werkzame stoffen zijn: dimeticon, malathion en permetrine. Malathion en permetrine doden aanwezige luizen door chemische werking, dimeticon door verstikking. In toenemende mate wordt er in het buitenland melding gemaakt van resistentie tegen middelen op basis van permetrine of malathion. In Nederland zijn beperkt cijfers over resistentieontwikkeling beschikbaar, maar het falen van therapie treedt ook hier vaker op na behandeling met permetrine en malathion. Behandeling met middelen op basis van dimeticon leidt niet tot resistentieontwikkeling; de luis sterft doordat deze ingekapseld wordt door dimeticon. Geen enkel middel biedt garantie op 100% succes. Oorzaken van falen van therapie zijn: herbesmetting, onjuist gebruik van het middel, het achterwege laten van het dagelijks kammen gedurende 14 dagen en resistentieontwikkeling tegen malathion of permetrine. Bij verdenking door resistentie kan gekozen worden voor een tweede behandeling met een product met een andere werkzame stof. Zowel malathion als permetrine en dimeticon kunnen huidirritatie, overgevoeligheid en sensibilisatie als bijwerking hebben. Chloor inactiveert malathion. Op de dag van behandeling mogen kinderen niet zwemmen in chloorhoudend zwemwater. Dit is in tegenstelling tot wat in de bijsluiter vermeld staat (“Kinderen mogen tot een week na de behandeling niet zwemmen”). Het gebruik van malathion en permetrine wordt afgeraden aan zwangeren en vrouwen die borstvoeding geven. Kinderen jonger dan 6 maanden mogen alleen onder medisch toezicht worden behandeld met dimeticon, malathion of permetrine. Voor de contra-indicaties van de middelen dient altijd de bijsluiter te worden gevolgd. Aanvullende maatregelen op de behandeling Omdat luizen hoofdzakelijk overgebracht worden door haar-haarcontact, is de kans groot dat andere gezinsleden ook hoofdluis hebben. Het is daarom van belang met een fijntandige kam het hele gezin te controleren en besmette gezinsleden gelijktijdig te behandelen. Controleer daarna wekelijks het (natte) haar van alle gezinsleden met een fijntandige kam. Als er luizen zijn, is het belangrijk om de directe omgeving te waarschuwen.
Gebarencursus voor ouders Beste ouders, Bij kinderen met een beperking in taalbegrip, spraak –en taalproductie en/of verminderd gehoor wordt op Mytylschool de Trappenberg al jaren gebruik gemaakt van Nederlands ondersteund Met Gebaren (NmG). Dit wordt zowel in het Speciaal basis Onderwijs (SO) gedaan als in de Ernstig Meervoudig Beperkte (EMB) groepen. In de loop van de tijd zijn al diverse gebarenscholingen gegeven aan medewerkers door de logopedisten van het Mytylschoolteam. Sinds 2014 is zelfs een jaarlijkse toetsing ingesteld, zodat er een optimaal communicatief klimaat gecreëerd wordt voor de leerlingen. Vanaf het voorjaar 2016 is er ook de mogelijkheid voor ouders om een gebarencursus te volgen! Voor wie? Ouders van kinderen met een beperking in taalbegrip, spraak –en taalproductie en/of verminderd gehoor die het (communicatief) contact met hun kind willen verdiepen. Wat? De cursus zal 2 avonden beslaan van 19.30-22.00, inclusief een korte pauze. Tussen de 2 avonden zit 2 weken. De theorie en vooral praktijk zullen aan de orde komen. Er zal lesmateriaal uitgereikt worden zodat e.e.a. thuis nog eens nagelezen kan worden. De groep zal bestaan uit minimaal 8 en maximaal 16 deelnemers. Waar? De cursus zal plaatsvinden in een PMD vergaderzaal van Revalidatiecentrum de Trappenberg. Wanneer? De exacte data zullen nader bepaald worden. Door wie? De cursus zal verzorgd worden door 2 logopedisten van de Trappenberg. Lijkt het u leuk en nuttig om deel te nemen aan de cursus dan bent u van harte welkom! U kunt dan een mail sturen naar onderstaand adres. Wij zien er naar uit! Janine Versteeg
[email protected]
DE VOLGENDE VOGELVLUCHT KOMT UIT OP