NL
“Ik moest aan Rashômon denken, een prachANTON DAUTZENBERG: tige film van Akira Kurosawa die als een van “HET WETBOEK IS EEN FICTIEVE CONSTRUCTIE” de eerste cinematografen heel expliciet heeft laten zien hoe wij omgaan met het begrip werSamen met acteursgroep Wunderbaum en kelijkheid. Uiteenlopende visies op één en deeen bijzondere groep kunstenaars werkt KVS zelfde gebeurtenis heeft hij echt invoelbaar en aan een nieuwe voorstelling, De Wet. Het gelijkwaardig gefilmd. Een prachtige keuze om wordt een theatraal drieluik over de gren- geen keuzes te maken en de toeschouwer in zen van de wet en de wetten van de grens. In het ongewisse te laten.” het team zit ook de opzienbarende schrijver Anton Dautzenberg die zijn toneeldebuut Ook in je journalistieke werk en je romans torn maakt met een kritische blik op het Hoog- je aan de zogenaamde instrumenten van de altaar van de Waarheid: de rechtspraak. waarheid. De spreekwoordelijke bijsluiter over wat echt en niet echt is, laat je achterwege. Wunderbaum vroeg je een toneeltekst te schrijven op basis van Nederlandse rechtszaken over “Ja bewust, die moet je er niet bij geven. Als je (vermeende) Somalische piraten. Waarom heb in de krant een stuk schrijft in de vorm van een nieuwsartikel – ook al is het fictief – zijn menje toegezegd? sen geneigd te denken dat het klopt. Ze denDautzenberg: “Wat mij meteen trok was ener- ken bijna niet meer na bij de codes die ze in de zijds de romantische voorstelling die we van pi- journalistiek worden aangereikt. Een schrijver raterij hebben en anderzijds de bravoure waar- mag fabuleren, dat is zijn vak. Maar als schrijmee die rechtszaken besproken en beschreven ver wordt het me ook kwalijk genomen. Bij worden. Dat Nederlanders in het buitenland een interview met een politicus nemen ze al‘piraten gaan vangen’ en zich vervolgens op de les voor waarheid aan. Terwijl er natuurlijk ook borst kloppen, wekt bij mij meteen argwaan. grote onzin wordt beweerd. De politicus speelt Het hele achterliggende internationale spel - voortdurend met die codes, uit electorale de positie van Nederland binnen Europa en de overwegingen. Hem wordt dat niet kwalijk geNAVO – probeert men te camoufleren met be- nomen. Dat spanningsveld verken ik vaker. De woordingen als: ‘wij zorgen ervoor dat het recht redactie van Pauw en Witteman ging helemaal zegeviert.’ Het is natuurlijk je reinste post-ko- na of mijn nierdonatie in mijn boek Samaritaan lonialisme. Wat hebben we in Somalië te zoe- echt plaats had gevonden of niet. Ik antwoordde: ‘Dus jullie veronderstellen dat politici lieken? Helemaal niks.” gen en dat schrijvers de waarheid vertellen. “Vervolgens heb ik een aantal gesprekken ge- Dat is toch de omgekeerde wereld!’ Heerlijk voerd. Eerst met Matijs Jansen en Walter Bart vind ik het om met die verwarring te spelen.” van Wunderbaum, daarna met rechters, advocaten en een Somalische tolk. Toen werd het “‘Waarheid’ en ‘werkelijkheid’ zijn niet meer interessant. Al deze mensen beweren min of dan woorden en begrippen. We hebben het meer dat zij de waarheid vertegenwoordigen. idee dat we een bepaalde consensus kunnen Ook al relativeren ze dat, toch worden ze ge- vinden, en dat is dan de waarheid. Maar die dwongen een bepaalde koers te varen. Eigen- bestaat natuurlijk helemaal niet. Je moet het lijk zetten ze bij zo’n koers zelf ook veel vraag- toch uiteindelijk met je perceptie doen en met tekens, maar die kunnen ze vanuit hun functie de afspraken die je maakt. Maar goed, dat zijn constructies. Toch wordt die objectiviteit door niet uiten.” iedereen continu gesuggereerd. En dan kom je In je tekst laat je verschillende personages aan automatisch uit bij het wetboek. Dat is natuurhet woord: een rechter, een advocaat, een offi- lijk ook een fictieve constructie. Alleen heeft cier van justitie, een commandant van de mari- het een hardheid gekregen alsof het de absone, een activist en zelfs iemand uit het publiek. lute maatstaf is. Net zoals de Bijbel die hardIedereen heeft zijn eigen waarheid over wat er heid heel lang heeft gehad. We hebben er blijkbaar behoefte aan, die hardheid.” gebeurd is voor de kust van Somalië.
Heb jij er behoefte aan?
Een greep uit het oeuvre van A.H.J. Dautzenberg:
“Nee. Ik vind het veel interessanter om een vraag verder uit te bouwen dan om een antwoord te vinden. Dat vind ik heerlijk. Ook in de literatuur vind ik het fijn als niet alle eindjes kloppen, als het ontploft ofzo.”
- En dan komen de foto's (roman, Atlas-Contact, 2014) - Quiet 500 (magazine, 2013) - Rafelranden van de moraal (novelle, AtlasContact, 2013) - Extra tijd (roman, Atlas-Contact, 2012) - Samaritaan (roman, Uitgeverij Contact, 2011) - Vogels met zwarte poten kun je niet vreten (verhalenbundel, Uitgeverij Contact, 2010)
Tobias Kokkelmans
FR ANTON DAUTZENBERG: « LE CODE DE LOI EST UNE CONSTRUCTION FICTIVE » Avec le collectif d’acteurs Wunderbaum et un groupe hors normes d’artistes, le KVS crée un nouveau spectacle, De Wet, destiné à devenir un triptyque théâtral sur les frontières de la loi et les lois de la frontière. Dans cette équipe, on retrouve un électron libre de la littérature néerlandaise Anton Dautzenberg dont les débuts pour la scène sont marqués par le regard critique qu’il porte sur l’Autel de la Vérité : la justice. Wunderbaum vous a demandé d’écrire un texte de théâtre inspiré des procès néerlandais des (prétendus) somaliens. Pourquoi avez-vous accepté ? Dautzenberg : « Ce qui m’a immédiatement parlé, c’est d’une part la représentation romantique que nous avons de la piraterie et d’autre part, la bravoure avec laquelle ces procès sont commentés et décrits. Les Néerlandais vont ‘capturer des pirates’ à l’étranger avant de se congratuler ? Voilà de quoi éveiller ma méfiance. Tout le jeu international sous-jacent – la position des Pays-Bas dans l’Europe et dans l’OTAN – on essaye de le camoufler par des expressions comme : ‘nous faisons tout pour que le droit triomphe.’ C’est du post-colonialisme pur et simple, rien d’autre. Qu’allons-nous chercher en Somalie ? Rien du tout. » « Puis, j’ai eu quelques discussions. Tout d’abord avec Matijs Jansen et Walter Bart de Wunderbaum, ensuite avec des juges, des avocats et un interprète somalien. C’est là que c’est devenu intéressant. Tous ces gens prétendent plus ou moins détenir la vérité. Même s’ils relativisent leurs propos, il n’empêche qu’ils sont forcés de suivre une certaine direction. En réalité, ils ont eux-mêmes beaucoup d’interrogations quant à cette direction, mais ils ne peuvent pas les exprimer à partir de leur fiction. »
un commandant de la marine, un activiste et même quelqu’un du public. Chacun a sa propre vérité sur ce qui s’est passé au large de la Somalie. « Cela me faisait penser à Rashômon, ce merveilleux film d’Akira Kurosawa qui est un des tout premiers à montrer de façon très explicite comment nous manions la notion de réalité. Il a filmé des visions divergentes d’un même événement de façon très tangible et impartiale. Un choix génial de ne pas faire de choix et de laisser le spectateur dan l’incertitude. » Dans vos écrits journalistiques et dans vos romans, vous démantelez aussi les soidisant instruments de la vérité. Sans donner d’explications sur ce qui est vrai et pas vrai. « Oui, c’est voulu, il ne faut pas expliquer. Quand on écrit un texte pour le journal, sous forme d’article – même s’il est fictif – les gens ont tendance à penser que c’est vrai. Ils ne réfléchissent quasi plus du tout aux codes que le journalisme leur sert. Un écrivain peut fabuler, c’est son métier. Mais en tant qu’écrivain, on me le reproche aussi. Dans une interview avec un homme politique, ils partent du principe que tout est vrai. Alors que beaucoup d’absurdités sont dites. L’homme politique joue constamment avec ces codes, pour des considérations électorales. On ne le lui reproche pas à lui. C’est cette zone de tension que je visite et revisite. La rédaction de Pauw et Witteman a tout fait pour vérifier si mon don de rein dans mon livre Samaritaan avait vraiment eu lieu. J’ai répondu: ‘Donc, vous supposez que les hommes politiques mentent et que les écrivains disent la vérité. C’est le monde à l’envers !’ J’adore jouer avec cette confusion. »
« ‘Vérité’ et ‘réalité’ ne sont que de simples mots et notions. Nous pensons que nous pouvons trouver un certain consensus, c’est alors ça la vérité. Mais elle n’existe pas du tout. Au bout du compte, il faut se fier à sa perception et aux accords que l’on passe. Mais bon, ce sont des constructions. Et pourtant, cette objectivité ne cesse d’être suggérée par tout le monde. Ce qui donne automatiquement le code de loi. Qui est lui aussi, naturellement, une construction fictive. Sauf qu’il a acquis une dureté qui Dans votre texte, divers personnages ont la pa- en fait la norme absolue. Exactement comme role : un juge, un avocat, un officier de justice,
la Bible, elle aussi a eu cette dureté pendant Quelques titres de la bibliographie d’A.H.J. Dautzentrès longtemps. Apparemment, nous en avons berg: besoin, de cette dureté. » - En dan komen de foto’s (roman, Atlas-ConVous, vous en avez besoin ? tact, 2014) - Quiet 500 (magazine, 2013) « Non. Je trouve bien plus intéressant d’élaborer - Rafelranden van de moraal (nouvelle, Atlasune question plus en profondeur que de trou- Contact, 2013) ver une réponse. C’est ça qui me passionne. - Extra tijd (roman, Atlas-Contact, 2012) Dans la littérature aussi : j’aime quand tout ne - Samaritaan (roman, Uitgeverij Contact, 2011) colle pas, quand ça explose par exemple. » - Vogels met zwarte poten kun je niet vreten (recueil de récits, Uitgeverij Contact, 2010) Tobias Kokkelmans
EN
I was reminded of Rashomon, a superb film by Kurosawa, who was one of the first film directors to show very explicitly how we deal with ANTON DAUTZENBERG: the concept of reality. He filmed several views “THE STATUTE BOOK IS A FICTIONAL of one and the same event with equal sympaCONSTRUCTION” thy and weight. It was a marvellous choice not Together with Wunderbaum and an exceptional to make any choices but to leave the viewer group of artists, the KVS makes a new produc- guessing. tion, De Wet. It’s destined to become a theatrical triptych on the boundaries of the law and You also involve yourself with what are called the laws of the boundary. The team also inclu- the instruments of truth in your journalism and des the sensational writer Anton Dautzenberg, your novels too. You omit the proverbial instrucwho is making his playwriting debut with a cri- tions on what is real and not real. tical look at the High Altar of Truth: the admiYes, deliberately, you don’t have to give them. nistration of the law. If you write a piece in the paper in the form of Wunderbaum asked you to write a play based a news article – even if it’s fictional – people on Dutch legal cases involving (alleged) Somali tend to think it’s right. They hardly reflect any more on the codes they are given in journalism. pirates. Why did you agree? A writer is allowed to make things up, that’s his Dautzenberg: What appealed to me immedia- profession. But as a writer I am also blamed for tely was, on the one hand, the romantic notion it. In an interview with a politician they accept we have of pirates, and on the other the brava- everything as the truth. Whereas of course do with which these legal cases are discussed some complete nonsense is told there too. The and described. That the Dutch ‘go abroad to politician is constantly playing with these cocatch pirates’ and then brag about it immedia- des, for electoral purposes. No one blames him tely arouses my suspicion. They try to camou- for that. I have often explored the tension that flage the whole international game that un- arises there. The editors at Pauw and Wittederlies it – the position of the Netherlands in man did a complete check on whether the kidEurope and NATO – with such phrases as: ‘we ney donation I made and described in my book are seeing to it that the law prevails’. Of course Samaritan had really taken place or not. I reit’s pure post-colonialism. What is the point of plied: ‘So you suppose that politicians lie and writers tell the truth. That’s the world turned our being in Somalia? None at all. upside down!’ I delight in playing around with Then I had a number of conversations. First that confusion. with Matijs Jansen and Walter Bart of Wunderbaum, and then with judges, lawyers and a Somali interpreter. That was when it started to get interesting. All these people more or less claim to represent the truth. Even though they put it into perspective, they are nevertheless obliged to follow a certain course. In fact they themselves have a lot of questions about the course they are compelled to take, but they cannot raise them in the posts they occupy. In your play you let several characters speak: a judge, a lawyer, an officer of the judiciary, a marine commander, an activist and even a member of the public. Everyone has their own truth concerning what happened off the coast of Somalia.
‘Truth’ and ‘reality’ are nothing more than words and notions. We have the idea that we can achieve a certain consensus, and that that is the truth. But of course it doesn’t exist. In the end you have to manage with your perception and with the understanding you come to. But anyway they are just constructions. Nevertheless, everyone is always implying their objectivity. And that takes you automatically to the book of statutes. Of course that’s a fictional construction too. It’s just that it has been given a solidity as if it were the absolute standard. Just like the Bible, which had the same sort of solidity for a very long time too. It seems we need that sort of solidity.’
Do you need it?
A selection from the works of A.H.J. Dautzenberg:
No. I find it much more interesting to further develop a question than to find an answer. I find that wonderful. It’s the same in literature: I really like it when the ends can’t all be tied up, when it blows up or something like that.’
- En dan komen de foto’s (novel, Atlas-Contact, 2014) - Quiet 500 (magazine, 2013) - Rafelranden van de moraal (novella, AtlasContact, 2013) - Extra tijd (novel, Atlas-Contact, 2012) - Samaritaan (novel, Uitgeverij Contact, 2011) - Vogels met zwarte poten kun je niet vreten (short stories, Uitgeverij Contact, 2010)
Tobias Kokkelmans