Algemeen Bestuur vergadering 1 juli 2015
Agenda voor de vergadering d.d. 1 juli 2015 van het algemeen bestuur van de stadsregio Rotterdam NB.
Vergadering begint om 16.00 uur Locatie zaal Staal WTC Rotterdam
1.
Opening en mededelingen
2.
Vragenhalfuur Mondeling.
3.
Verslag van de vergadering d.d. 22 april 2015 van het algemeen bestuur van de stadsregio Rotterdam. Gevraagde beslissing: Het verslag vast te stellen.
4.
Besluitenlijst van de vergadering d.d. 22 april 2015 van het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam. Gevraagde beslissing: de besluitenlijst vast te stellen.
5.
Ingekomen en uitgegane stukken. Gevraagde beslissing: in te stemmen met de afhandelingvoorstellen op de lijst ingekomen en uitgegane stukken.
6.
Adviezen portefeuillehoudersoverleggen Ter vergadering.
7.
Intrekken verordeningen Gevraagde beslissing: 1. De volgende regelingen, conform bijgevoegde ontwerpbesluiten, in te trekken: subsidieverordening Verbetering Luchtkwaliteit; nadeelcompensatieverordening Trampluslijnen; nadeelcompensatieverordening OV Infraprojecten 2008; verordening vergoeding leden dagelijks bestuur; 2. De huisvestingsverordening stadsregio Rotterdam in te trekken; 3. De volgende verordeningen, conform bijgevoegd ontwerpbesluit, in te trekken op het moment dat de liquidatieperiode van de stadsregio Rotterdam wordt afgesloten.
AGAB 1 juli 2015 / BZC / CL / 1 juli 2015
Pagina 1
4. 5. 6. 7.
intrekking subsidieverordening Jeugdzorg stadsregio Rotterdam 2005; intrekking subsidieverordening preventief Jeugdbeleid stadsregio Rotterdam; verordening tot intrekking subsidieverordening Verbetering Luchtkwaliteit; verordening tot intrekking Omslagvergoeding 2011; verordening tot intrekking van de subsidieverordening investeringsreserve stadsregio Rotterdam 2011; verordening regionale Ombudsman stadsregio Rotterdam; De verordening bezwaarschriftencommissie stadsregio Rotterdam 2014 in te trekken; De datum van intrekking, voor de onder beslispunt 1 en 2 genoemde verordeningen vast te stellen op de dag na die waarop de intrekkingen bekend zijn gemaakt; De datum van intrekking, voor de onder 3 genoemde verordeningen, vast te stellen op de dag na die waarop de liquidatieperiode stadsregio Rotterdam wordt afgesloten; De datum van intrekking voor de onder beslispunt 4 genoemde verordening vast te stellen op de dag na die waarop 18 weken zijn verstreken na het afsluiten van de liquidatieperiode.
Portefeuillehouder: Koen. Samenvatting: De stadsregio Rotterdam wordt per 1 juli 2015 opgeheven. De stadsregio bevindt zich vanaf die datum in de Liquidatieperiode. In het Liquidatieplan is afgesproken dat in de liquidatieperiode geen taken en bevoegdheden meer worden ingezet voor nieuwe projecten of nieuw beleid. De taken en bevoegdheden worden enkel nog ingezet voor de (financiële) afwikkeling van zaken die al bestuurlijk waren besloten voordat de stadsregio in liquidatie ging. Een aantal verordeningen is momenteel nog niet ingetrokken. Aan het algemeen bestuur wordt voorgesteld om de nog bestaande verordeningen in te trekken, zo nodig voorzien van overgangsrecht. Daarnaast wordt voorgesteld de verordeningen, die reeds zijn ingetrokken maar waarbij een intrekkingsverordening is opgesteld (om overgangsrecht op te nemen), in te trekken op de dag na die waarop de liquidatieperiode wordt afgesloten. Subsidieverordening Verbetering Luchtkwaliteit De Subsidieverordening verbetering Luchtkwaliteit is nog op een aantal lopende subsidiebeschikking van toepassing (verklaard). Om die reden wordt voorgesteld een intrekkingsverordening vast te stellen, waarin overgangsrecht is opgenomen. Verordening vergoeding leden dagelijks bestuur Artikel 36, tweede lid, gemeenschappelijke regeling stadsregio Rotterdam noemt de mogelijkheid om een verordening vast te stellen voor de vergoeding voor leden van het dagelijks bestuur. De Verordening 2002 regelende de vergoeding voor leden dagelijks bestuur stadsregio Rotterdam, is in de vergadering van het algemeen bestuur op 10 juli 2002 vastgesteld. Deze verordening is destijds in het leven geroepen voor het geval een gemeenteraadslid in het dagelijks bestuur plaats zou nemen. Collegeleden hoeven immers geen vergoeding te krijgen: zij worden al betaald door de gemeente. Deze verordening kan komen te vervallen omdat er in de praktijk geen gebruik van wordt gemaakt. De verwachting is niet dat deze regeling in de toekomst nodig zal zijn, om die reden wordt (conform het voorstel in het liquidatieplan) voorgesteld deze regeling in te trekken. Huisvestingsverordening stadsregio Rotterdam 2006 De raden van de 14 regiogemeenten stellen naar verwachting in juni 2015 een afgestemde verordening op grond van de Huisvestingswet 2014 vast met regels over het in gebruik geven en nemen van goedkope woonruimte als bedoeld in artikel 4, eerste lid, aanhef en onder a van de Huisvestingswet 2014. De gemeenten Rotterdam en Schiedam zijn bezig met het opstellen van een verordening voor het beheer van de voorraad goedkope woonruimte en AGAB 1 juli 2015 / BZC / CL / 1 juli 2015
Pagina 2
verwachten deze in de tweede helft van 2015 vast te stellen. Gelet hierop kunnen de regels over het in gebruik geven en nemen van woonruimte zoals opgenomen in de Huisvestingsverordening stadsregio Rotterdam 2006, over het in gebruik geven en nemen van woonruimte komen te vervallen. De regels ten aanzien van het beheer van de woningvoorraad, zoals opgenomen in de Huisvestingsverordening stadsregio Rotterdam 2006 komen van rechtswege per 1 januari 2016 te vervallen. Nadeelcompensatieverordeningen Taken op het gebied van verkeer en vervoer zijn met ingang van 1 januari 2015 overgegaan op de MRDH. Verzoeken tot nadeelcompensatie op grond van deze verordeningen horen dan ook niet langer thuis bij de stadsregio Rotterdam. Intrekkingsverordeningen Bij een aantal reeds ingetrokken verordeningen is een intrekkingsverordening opgesteld om overgangsrecht op te kunnen nemen. Dit overgangsrecht komt te vervallen op het moment dat de stadsregio niet meer bestaat. Alle lopende subsidierelaties dienen afgesloten te zijn op het moment dat de liquidatieperiode wordt afgesloten. Verordeningen bezwaarschriftencommissie en ombudsman Op het moment dat de liquidatieperiode van de stadsregio Rotterdam is afgesloten worden geen besluiten meer genomen waartegen bezwaar en/of beroep open staat. Datzelfde geldt voor klachten over het handelen van het bestuursorgaan, waarbij een klacht kon worden ingediend bij de ombudsman. De verordening Ombudsman verliest zijn werking op de dag na die waarop de liquidatieperiode is afgesloten. De Verordening bezwaarschriftencommissie wordt ingetrokken op het moment dat er 18 weken zijn verstreken na het afsluiten van de liquidatieperiode, gelet op eventuele bezwaren tegen besluiten genomen tijdens de liquidatieperiode. Bijlage(n): 1. Ontwerp verordening tot intrekking subsidieverordening Verbetering Luchtkwaliteit; 2. Ontwerpbesluit tot intrekking Nadeelcompensatieverordening Trampluslijnen en Nadeelcompensatieverordening OV Infraprojecten 2008; 3. Ontwerpbesluit tot intrekking verordening leden dagelijks bestuur; 4. Ontwerpbesluit tot gedeeltelijke intrekking van de Huisvestingsverordening stadsregio Rotterdam 2006; 5. Besluit tot intrekking van verordeningen bij afsluiting liquidatieperiode. 8.
Jaarrekening 2014 Gevraagde beslissing: 1. De Jaarstukken 2014 vast te stellen; 2. Conform het vaststellingsbesluit: a. het restant saldo van de reserve Doorlopende activiteiten op 31-122014 ad. €92.389 toe te voegen aan de reserve Weerstandsvermogen; b. in te stemmen met de instelling van de Voorziening personele frictiekosten en de in de jaarstukken 2014 verwerkte dotatie daarin van € 395.008; c. het - na de onder 2.a en b genoemde mutaties - ontstane positieve saldo 2014 vaststellen op een bedrag van € 3.999.159; d. het onder 2.d bepaalde saldo 2014 ad. € 3.999.159 toevoegen aan de reserve Weerstandsvermogen; 3. Per 1 januari 2015 de volgende reserves en fondsen op te heffen: a. de reserve Duurzaamheid; b. de reserve Doorlopende activiteiten; c. het fonds Bereikbaarheidsoffensief Rotterdam nog te verplichten; d. het fonds Bereikbaarheidsoffensief Rotterdam verplicht. Portefeuillehouder: Koen.
AGAB 1 juli 2015 / BZC / CL / 1 juli 2015
Pagina 3
Samenvatting: Conform de bestaande gedragslijn wordt bij de jaarstukken geen afzonderlijk jaarverslag aangeboden, omdat toelichtingen van de beleidsmatige afwijkingen hier integraal deel van uitmaken. Een wijziging van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) heeft wel geleid tot een aangepaste indeling van de jaarstukken 2014. De inhoudelijke stukken zijn ten opzichte van voorgaande jaren niet gewijzigd. Deze staan alleen in een andere volgorde onder de hoofdstukken Jaarverslag en Jaarrekening. De jaarrekening sluit verder aan bij de programmastructuur van de begroting 2014 en de daarin opgenomen activiteiten. De jaarstukken 2014 en daarbij behorende financiële onderbouwingen zijn door de accountant beoordeeld op rechtmatigheid en getrouwheid. De accountant geeft voor beide een goedkeurende verklaring, welke onderdeel uitmaakt van de jaarstukken 2014. Het accountantsverslag is als bijlage bij dit voorstel gevoegd. De concept-jaarrekening 2014 sluit met een positief saldo van € 3.999.159. Dit saldo valt ruim € 0,5 miljoen hoger uit dan de laatste prognose in de 2e Bestuursrapportage 2014. Uit zowel de financiële- als beleidsmatige toelichting op de jaarstukken 2014 blijkt, dat het positieve resultaat voortvloeit uit: • minder werkelijke lasten dan geraamd binnen de verschillende programma’s; • vrijval van niet bestede subsidiegelden of terug ontvangst van niet bestede subsidiegelden; • de vrije rentebaten, welke als gevolg verstrekte (kort)geldleningen aan andere overheidsorganisaties toch nog een - beperkt - hogere renteopbrengst laten zien dan de laatste prognose. Op basis van het Sociaal Plan opheffing stadsregio Rotterdam zijn in 2014 afspraken gemaakt en financiële verplichtingen aangegaan. Conform de uitgangspunten van het BBV dient daartoe een voorziening te worden ingesteld. U wordt voorgesteld met de vaststelling van de jaarstukken 2014 de Voorziening personele frictiekosten in te stellen. Na opstelling en vaststelling van de jaarstukken 2014 is de saldostand per 31-122014 van 2 bestemmingsreserves en 2 fondsen “nihil”. Activiteiten binnen zowel die reserves als fondsen zullen vanaf 1 januari 2015 niet plaats vinden. Om die reden wordt voorgesteld de onder 3 genoemde reserves en fondsen op te heffen. Opheffing stadsregio Rotterdam De “Wet afschaffing plusregio’s” is per 1 januari 2015 van kracht geworden. Dit betekent dat de stadsregio Rotterdam wordt opgeheven. Het opheffingsbesluit wordt vastgesteld door de bestuursorganen van de deelnemende gemeenten. Per 1 juli 2015 zal de stadsregio in liquidatie zijn en treedt het Liquidatieplan, inclusief een liquidatiebegroting, in werking voor de nog af te wikkelen resterende taken. Op basis van die begroting wordt voorgesteld een vrijvallend deel van de reserve Weerstandsvermogen per 1 juli 2015 aan de deelnemende gemeenten uit te keren. Bijlage(n): 1. Concept-jaarrekening 2014; 2. Accountantsverslag 2014. 9. Controleprotocol 2015 Gevraagde beslissing: 1. het Controleprotocol 2015 vast te stellen conform bijgevoegd ontwerp. Portefeuillehouder: Koen.
AGAB 1 juli 2015 / BZC / CL / 1 juli 2015
Pagina 4
Samenvatting: In de Controleverordening 2012 is in artikel 2.2 Controleprotocol geregeld, dat voor de jaarlijks uit te voeren accountantscontrole het algemeen bestuur een Controleprotocol vaststelt. In verband met de liquidatie van de stadsregio per 1 juli 2015 worden de laatste jaarstukken over 2015 voor de stadsregio opgesteld over de periode 1 januari t/m 30 juni 2015. Op 1 januari 2015 is de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) van start gegaan. Alle beleidsmatige taken en financiële verantwoordelijkheden met betrekking tot het programma Bereikbaarheid en Mobiliteit zijn over gegaan naar de MRDH. De taken op het gebied van jeugdzorg zijn met ingang van 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar de gemeenten. Deze taken komen om die reden niet meer in de op te stellen jaarstukken terug. De afbouw en afronding van een aantal regiospecifieke taken is in genoemde periode voortgezet en wordt verantwoord in de jaarstukken 2015. Daar waar noodzakelijk wordt dit proces vanaf 1 juli 2015 voortgezet door de stadsregio in liquidatie. In het Controleprotocol 2015 zijn de uitgangspunten opgenomen, die voor de accountant de reikwijdte en de te hanteren goedkeurings- en rapporteringstolerantie bepalen voor het uitvoeren van de accountantscontrole 2015. Het kader van wet- en regelgeving is in het protocol opgenomen. Het controleprotocol is aan te merken als het normenkader voor het operationaliseren van de term rechtmatigheid. Inhoudelijk wijkt het protocol niet af van de uitgangspunten, die ook voor 2014 van toepassing waren. De in bijlage 1 opgenomen “Inventarisatie wet- en regelgeving in het kader van de rechtmatigheidscontrole 2015 bij de stadsregio Rotterdam” is geactualiseerd. Na vaststelling door het algemeen bestuur dient het Controleprotocol als leidraad voor de accountant bij haar controle van de jaarstukken 2015 en daaraan ten grondslag liggende stukken. Bijlage: 1. Ontwerp-Controleprotocol 2015 10. Afsluiting stadsregio: Algemeen bestuur, dagelijks bestuur en secretaris in liquidatieperiode (nazending) Wordt nagezonden 11. Rondvraag en sluiting. Aansluitend afscheidsbuffet
AGAB 1 juli 2015 / BZC / CL / 1 juli 2015
Pagina 5