Actualiteitenseminar Loonheffingen & Arbeidsrecht 2014
Arbeidsrecht
Wetsvoorstel Wet Werk en Zekerheid • • •
Flexibele arbeid 1 juli 2014 Ontslagrecht 1 juli 2015 WW 1 januari 2016
3
Flexibele arbeid I Ketenbepaling artikel 7:668a BW • De tussenpoos (onderbreking) wordt verlengd van 3 naar ten hoogste 6 maanden. • De termijn van de ketenregeling wordt teruggebracht van 36 naar 24 maanden. Verruiming ketenbepaling • Afwijken bij CAO wordt aan voorwaarden gebonden. • Indien sprake is van een uitzendovereenkomst of indien de “intrinsieke” aard van de bedrijfsvoering dit vereist, kan (i) de termijn van de ketenregeling worden verlengd tot ten hoogste 4 jaar (48 maanden); en (ii) het aantal contracten worden verhoogd naar ten hoogste 6 contracten.
4
Flexibele arbeid II Uitzonderingen ketenbepaling • Bij CAO kan voor bestuurders van rechtspersonen (onbeperkt ten nadele) van de ketenbepaling worden afgeweken. • De Minister kan de ketenbepaling voor bepaalde functies in een bedrijfstak buiten toepassing verklaren. • De ketenbepaling is niet van toepassing op: (i) door de Minister aangewezen arbeidsovereenkomsten die zijn aangegaan omwille van de educatie van de werknemer; en (ii) arbeidsovereenkomsten van werknemers die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt en gemiddeld ten hoogste 12 uur per week werken.
5
Flexibele arbeid III Proeftijdbeding artikel 7:652 BW • Geen proeftijd bij een arbeidsovereenkomst aangegaan voor ten hoogste 6 maanden. • Bij een arbeidsovereenkomst voor langer dan 6 maanden maar korter dan 2 jaar: proeftijd van ten hoogste 1 maand. Concurrentiebeding artikel 7:653 BW • Geen concurrentiebeding bij een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. • Uitzondering: als werkgever schriftelijk motiveert dat zwaarwichtige bedrijfs- of dienstbelangen een concurrentiebeding vereisen. Sanctie: nietig. • Indien niet of niet meer sprake is van zwaarwichtige bedrijfs- of dienstbelangen kan werknemer geheel of gedeeltelijke vernietiging vorderen.
6
Flexibele arbeid IV Aanzegtermijn artikel 7:668 BW • Aanzegplicht (werkgever) van 1 maand bij een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van 6 maanden of langer. • Uitzonderingen: einddatum is niet op kalenderdatum bepaald, uitzendovereenkomst met uitzendbeding. • Sanctie: (pro rata) vergoeding gelijk aan in geld vastgesteld maandloon (tenzij faillissement, surseance of schuldsanering). • Overgangsrecht: aanzegplicht geldt niet voor arbeidsovereenkomsten die binnen een maand na inwerkingtreding (1 juli 2014) eindigen.
7
Flexibele arbeid V Uitzendarbeid artikel 7:691 BW • Afwijken (bij CAO) van het uitzendbeding wordt begrensd tot ten hoogste 78 weken. • Afwijken (bij CAO) van de periode waarna de ketenbepaling (artikel 7:668a BW) van toepassing wordt, wordt begrensd tot maximaal 78 weken. • Aanzegplicht (artikel 7:668 BW) geldt niet voor een uitzendovereenkomst. Loondoorbetalingsverplichting 7:628 BW • De periode van 6 maanden waarin de loondoorbetalingsverplichting (artikel 7:628 lid1 BW) kan worden uitgesloten, kan slechts bij CAO worden verlengd als de werkzaamheden in de bij CAO te bepalen functies incidenteel van aard zijn een geen vaste omvang kennen. • Uitzondering: in de uitzendsector kan bij CAO kan van de beperking van de loondoorbetalingsverplichting worden verlengd tot ten hoogste 78 gewerkte weken.
8
Ontslagrecht I Belangrijkste veranderingen ontslagrecht BBA en Ontslagbesluit vervallen. • De wet bepaalt wanneer route UWV en wanneer route kantonrechter. • Transitievergoeding en billijke vergoeding. • Hoger beroep tegen ontbindingsbeschikking. • Kennelijk onredelijk ontslag en Kantonrechtersformule vervallen. • Afwijken van afspiegelingsbeginsel via CAO.
9
Ontslagrecht II BBA en Ontslagbesluit vervallen • De ontslagcriteria in het BBA en Ontslagbesluit worden overgenomen in het BW. • Procedures WMCO en WOR blijven wel gewoon gehandhaafd.
10
Ontslagrecht III Route UWV en kantonrechter • Staat nu nog ter keuze aan de werkgever. • Straks: Naar UWV als er sprake is van: - Bedrijfseconomisch ontslag. Let op zieke werknemer! - Langdurige arbeidsongeschiktheid. • Straks: naar kantonrechter voor alle overige redenen. • UWV/Kantonrechter niet nodig als werknemer instemt met de opzegging. • Mogelijkheid beëindiging met wederzijds goedvinden blijft bestaan. • Opzegtermijnen en proceduretijd.
11
Ontslagrecht IV Proceduretijd in mindering op opzegtermijn • Proceduretijd mag van opzegtermijn worden afgetrokken. • Proceduretijd vangt aan als UWV volledige ontslagaanvraag heeft ontvangen en loopt tot dagtekening van de beslissing. UWV geeft proceduretijd aan. • Bij ontbinding wordt het einde van de arbeidsovereenkomst in beginsel bepaald op het tijdstip waarop de arbeidsovereenkomst bij opzegging zou zijn geëindigd. Voorbeeld opzegtermijn na aftrek proceduretijd • Werkgever wil de arbeidsovereenkomst op 10 januari opzeggen. • Opzegtermijn: 3 maanden. • Proceduretijd: 3 weken. • Tegen welke datum mag worden opgezegd?
12
Ontslagrecht V Transitievergoeding • Hangt samen met vervallen Kantonrechtersformule en kennelijk onredelijk ontslag. • Bij CAO kan van transitievergoeding worden afgeweken als “gelijkwaardig”. Voorwaarden • Arbeidsovereenkomst (van ten minste 2 jaar) is op initiatief van werkgever beëindigd/niet verlengd. • Arbeidsovereenkomst is door werknemer beëindigd als gevolg van ernstig verwijt aan werkgever. Hoogte • 1/6 van het maandloon per periode van 6 maanden over de eerste 10 jaar. • 1/4 van het maandloon per periode van 6 maanden over de jaren daarna. • Voor 50+er met dienstverband van tenminste 10 jaar: ½ van het maandloon per periode van 6 maanden over de jaren na 50ste jaar, tenzij kleine werkgever (minder dan 25 werknemers). • Maximaal EUR 75.000 of één jaarsalaris als dat hoger is dan EUR 75.000.
13
Ontslagrecht VI Vermindering van de transitievergoeding • Als eerder in het kader van beëindiging arbeidsovereenkomst bepaalde tijd een transitievergoeding is betaald. • Bij AMvB: Kosten i.v.m. voorkomen werkloosheid werknemer of bevorderen inzetbaarheid werknemer. Geen transitievergoeding • Als einde arbeidsovereenkomst gevolg is van ernstig verwijt aan werknemer. • Bij einde wegens bereiken AOW-gerechtigde leeftijd. • Bij werknemer jonger dan 18 met arbeidsovereenkomst voor minder dan 12 uur per week. • Beëindiging met wederzijds goedvinden (wel reflexwerking). • Bij faillissement, surseance van betaling of schuldsanering.
14
Ontslagrecht VII Procedurele aspecten • Hoger beroep en cassatie tegen een ontbindingsbeschikking wordt mogelijk. • Hoger beroep en cassatie hebben geen schorsende werking. • Alle vorderingen die verband houden met het beëindigen van de arbeidsovereenkomst of met het herstel daarvan worden met een verzoekschrift worden ingeleid.
15
Ontslagrecht VIII Afwijken afspiegelingsbeginsel • Afspiegelingsbeginsel blijft het uitgangspunt. • Werkgever mag 10% afwijken, behalve bij laagste (15-25 jaar) en hoogste (55 jaar en ouder) leeftijdscategorie werknemers. • Werkgever mag bij CAO afwijken van afspiegelingsbeginsel.
16
Belangrijkste WW-wijzigingen I Maximale duur van de WW van 38 maanden naar 24 maanden • De WW-duur wordt met ingang van 2016 tot 2019 geleidelijk per kwartaal met één maand teruggebracht. • In aanvulling op de WW kunnen sociale partners via CAO afspraken een aanvulling introduceren van maximaal 14 maanden voor privaat gefinancierde aanvullingen op de WW, waardoor de opbouw en duur gelijk kunnen blijven aan de huidige situatie. Dergelijke afspraken zullen in beginsel algemeen verbindend worden verklaard. Opbouw van de uitkeringsduur wordt vertraagd • Gedurende de eerste 10 jaar wordt er één maand WW-uitkering per jaar arbeidsverleden opgebouwd. • De jaren daarna wordt een halve maand WW-uitkering per jaar arbeidsverleden opgebouwd. • Inwerkingtreding 1 juli 2016.
17
Belangrijkste WW-wijzigingen II Aanscherping begrip ‘passende arbeid’ Huidige situatie: - Gedurende de eerste zes maanden richten op hetzelfde niveau als de arbeid waaruit hij werkloos is geworden. - Na zes maanden wordt ook arbeid waarvoor een lager opleidingsniveau is vereist als passend aangemerkt. - Na één jaar is alle arbeid passend. Toekomstige situatie: - Gedurende de eerste zes maanden richten op hetzelfde niveau als de arbeid waaruit hij werkloos is geworden. - Na zes maanden wordt alle arbeid passend. - Inwerkingtreding: 1 juli 2015.
18
Amsterdam Arnhem
Aruba Brussel Curaçao Dubai Genève Hong Kong Londen Luxemburg New York Parijs Rotterdam Singapore Tokio Zürich
www.loyensloeff.com