ACTUALITEIT IN DE LESSEN AARDRIJKSKUNDE
Tessa Bogaerts 1SA2 2014-2015
1) Micro-teaching Onderwerp: Onderzoeken van het reisgedrag Leerplandoelstellingen: ET 19: De leerlingen kunnen met voorbeelden illustreren dat weer en klimaat de plantengroei en de activiteiten van dier en mens beïnvloeden. ET 20: De leerlingen kunnen gegevens over weer en klimaat van een gebied uit cijfers, grafische voorstellingen en kaarten aflezen. ET 34: De leerlingen kunnen een toeristisch en recreatief landschap herkennen, beschrijven naar uitzicht en functies en eenvoudige observeerbare kenmerken ervan vergelijken met een toeristisch landschap elders. Bron: website: Solar Impulse 2 moet reis rond wereld week lang staken.(2015, 4 juni). (artikel) in Knack. Geraadpleegd op 11 juni 2015, via http://www.knack.be/nieuws/planet-earth/solar-impulse2-moet-reis-rond-wereld-week-lang-staken/article-normal575837.html Artikel:
Solar Impulse 2 moet reis rond wereld week lang staken 04/06/15 om 07:35 - Bijgewerkt om 07:35
Het vliegtuig dat op zonne-energie een reis rond de wereld onderneemt, de Solar Impulse 2, zal een week lang in Japan aan de grond gekluisterd zijn. Bij een landing liep het toestel schade aan de vleugel op.
© AFP
De Solar Impulse 2, een vliegtuig op zonne-energie, heeft na zijn landing in Japan schade opgelopen aan de rechtervleugel. De herstellingswerken zullen minstens een week in beslag nemen, waardoor het toestel pas later deze maand zijn reis rond de wereld zal kunnen voortzetten.
Slecht weer Het vliegtuig moest eerder deze week de tot nu toe langste etappe, ruim 8.172 kilometer van China naar Hawaii, wegens het slechte weer boven de Stille Oceaan afbreken. In een video die op YouTube werd geplaatst leggen de teamleden nu uit dat een rolroer van de rechtervleugel schade heeft opgelopen na de landing op het vliegveld van Nagoya. Dat gebeurde toen er bij felle wind een dekzeil over de vleugels werd gelegd, om die tegen de regen te beschermen. "Het technisch team is al gestart met de bouw van reserveonderdelen. Maar we zullen minstens een week aan de grond gekluisterd blijven voor we verder kunnen vliegen naar Hawaii", zo verklaarde Bertrand Piccard, die samen met Andre Borschberg het toestel bestuurt.
Vertraging "Dit levert geen groot probleem op voor het project, maar het zorgt wel voor bijkomende vertraging", klinkt het nog. Borschberg en Piccard willen een reis rond de wereld maken met het vliegtuig dat uitsluitend door zonne-energie wordt aangedreven. Met dat project willen ze die milieuvriendelijke energiebron onder de aandacht brengen. (Belga/WB)
2) Demoles Onderwerp: Reliëf in de eigen leefruimte, in België en Europa. Leerplandoelstellingen: ET12: In een landschap en op beeld de belangrijkste elementen van het reliëf aanwijzen alsook reliëfvormen herkennen en benoemen. Bron: Redactie. (25 maart 2015). Berging wordt moeilijke klus. (artikel) in Het Laatste Nieuws. Geraadpleegd op 11 juni 2015, via http://www.hln.be/hln/nl/922/Nieuws/article/detail/2264717/2015/ 03/25/Berging-wordt-moeilijke-klus.dhtml Artikel:
Berging wordt moeilijke klus" BEWAAR ARTIKEL Door: redactie 25/03/15 - 19u59 Bron: vtmnieuws.be VIDEO
De berging van de stoffelijke resten en de brokstukken van het gecrashte vliegtuig van Germanwings wordt een moeilijke klus. "De resten van het vliegtuig liggen verspreid over vier hectare, dat is dubbel zo groot als eerst gedacht", zegt VTM NIEUWS-reporter Thomas Van Hemeledonck. Bovendien zijn de hoogteverschillen ook erg groot.
3) Initiatiestage 1 Onderwerp: Factoren van weer en klimaat Leerplandoelstellingen: ET 17: De leerlingen kunnen de verschillen tussen weer en klimaat verwoorden. ET 18: De leerlingen kunnen voor enkele factoren uitleggen hoe ze weer en klimaat beïnvloeden. ET 20: Gegevens over weer en klimaat van een gebied uit cijfers, grafische voorstellingen en kaarten aflezen. Bron: Borgers, S., Bauwens, D. (16 oktober 2014). Geen Belgen bij sneeuwstorm in Himalaya. (artikel) van De Redactie. Geraadpleegd op 11 juni 2015, via http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/binnenland/1.2120574 Artikel:
Geen Belgen bij sneeuwstorm in Himalaya"
o 20 doden bij sneeuwstorm in Himalaya-gebergte
do 16/10/2014 - 14:00Update: do 16/10/2014 - 17:49 Stéphanie Borgers, Dieter Bauwens Er zijn geen Belgen betrokken bij de zware sneeuwstorm in het Himalayagebergte in Nepal. Dat bevestigt Buitenlandse Zaken. Zeker 29 mensen kwamen er al om het leven. Er was onduidelijkheid over Belgen die zich in de regio bevinden, maar "wie de bergen in trekt, moet zich registreren en op die registratielijst staan geen Belgen", zegt Hendrik Van de Velde, woordvoerder van Buitenlandse Zaken. In het Himalayagebergte zijn al zeker 29 toeristen omgekomen in een zware sneeuwstorm. 70 anderen zijn nog altijd vermist. 130 mensen konden al worden gered. De sneeuwstorm vond plaats ter hoogte van de berg Anapurna, aan de Nepalese kant van de Himalaya. Bij de slachtoffers of vermisten zouden geen Belgen zijn, meldt Buitenlandse Zaken. Een kleine 170 buitenlandse bergbeklimmers stonden geregistreerd als vertrokken voor een trekking in het bergmassief. "Wie de bergen in trekt, moet zich registreren en op die registratielijst staan geen Belgen", zegt woordvoerder Hendrik Van de Velde van Buitenlandse Zaken. "We hebben deze ochtend op het crisiscentrum een 15-tal oproepen gekregen van ongeruste familieleden", zegt zijn collega Joren Vandeweyer. "Het ging eerst om 12 Belgen". De Belgische ereconsul in Kathmandu werd ingeschakeld om de vermisten te helpen lokaliseren, maar inmiddels is gebleken dat op de registratielijst geen Belgen voorkomen.
Onverwachte weersomstandigheden Er zijn veel trekkers in het Himalayagebergte rond deze periode van het jaar door het goede weer. De plotse sneeuwstorm is dan ook zeer onverwacht, aldus Bob Huygh die vaker in het gebied gaat klimmen. "In het Himalayagebied van Nepal zijn er twee perioden waarin je mooie tochten kan doen, en dat is van midden maart tot eind mei, en van midden september tot midden november. Het is nu veel te vroeg om al zulke slechte weersomstandigheden te hebben", aldus Huygh.
4) Initiatiestage 2 Onderwerp: Plantagelandbouw Leerplandoelstellingen: ET 2 bestudeerde regio’s en thema’s op eenvoudige thematische wereldkaarten situeren. ET 4 de eigenheid van regio’s beschrijven aan de hand van natuurlijke en menselijke kenmerken. ET 5 op een eenvoudige manier enkele fysisch-aardrijkskundige kenmerken van een bestudeerde regio verklaren. ET 12 verbanden leggen tussen levenswijze, cultuur en leefmilieu ET 14 de herkomst van een aantal producten in diverse informatiebronnen opzoeken en lokaliseren. Bron: Pirsoul, E. (januari 2013). Kleine producenten, superchocolade. (artikel) uit Dimensie 3. Geraadpleegd op 11 juni 2015, via http://countries.diplomatie.belgium.be/nl/binaries/dimensie3_1_201 3_tcm424-209695.pdf Artikel: Zie website.
Analyse Leervraag: Hoe kunnen westerse landen kleine boeren helpen met hun plantages en wat zijn de gevolgen voor deze boeren? Leerplandoel: Verschillen tussen agrarische regio’s 6 (U)Door analyse van beelden, van kaarten en van andere informatiebronnen de relaties tussen plantagelandbouw en de fysische en sociale omstandigheden nagaan. Situering: We situeren ons in Ecuador. Dit land ligt in het noordwesten van ZuidAmerika en grenst in het noorden aan Colombia, in het oosten en zuiden aan Peru en in het westen aan de Stille Oceaan. Ecuador ligt op de evenaar, en heeft daar ook zijn naam vandaan aangezien Ecuador evenaar betekent in het Spaans. De hoofdstad is Quito. In Ecuador situeren we ons in de provincie Esmeraldas. Dit ligt aan de kust in het noorden van Ecuador. Esmeraldas ligt ten westen van de Andes, die door Ecuador loopt. In het noorden liggen de Westelijke-, Centrale-, en Oostelijke Cordillera. Dit zijn lange, aaneengesloten bergketens. Hoofdgedachten en samenvatting: Vroeger deed men in Esmeraldas aan monocultuur, dit is geëvolueerd naar een permacultuur dankzij de samenwerking tussen APROCA en de kleine boeren in Ecuador. De bedoeling van deze permacultuur is om een ecosysteem te creëren dat voedsel en andere nuttige bronnen voortbrengt, waarbij de ‘wilde’ natuur zoveel mogelijk ruimte krijgt. Hierdoor kunnen de boeren cacao van topkwaliteit produceren die ze tegen een goede prijs kunnen verkopen. Moeilijke woorden: Monocultuur: Het verbouwen van slechts 1 gewas. Permacultuur: Een geheel van praktijken en denkbeelden die een waarlijk duurzame biologische landbouw willen tot stand brengen. Het systeem verbruikt zo weinig mogelijk energie en springt zorgzaam om met levende wezens en hun onderlinge relaties Certificaat: Getuigschrift of schriftelijke verklaring.
Fermenteren: Gisten Fairtrade: Landbouw en handel in producten die aan de producent een eerlijke prijs gegeven; er wordt duurzaam geproduceerd. Antwoord op leervraag en kritische analyse: Cacao is een plantagegewas en dus zeer toepasselijk voor deze les aangezien het gaat om plantagelandbouw. Ik vind dat dit artikel zeker een meerwaarde kan zijn aan een les. Het gaat namelijk over permacultuur en daar wordt in het werkboek niets over gezegd. Maar uit het artikel blijkt dat dit zeker een positieve manier van landbouw is, niet enkel voor het milieu maar ook voor de kleine boeren en voor de consument. Deze permacultuur wordt ontstond door de samenwerking met APROCA. Deze samenwerking werd 7 jaar geleden mogelijk gemaakt door de steun van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking en krijgt sinds 2 jaar steun via het ‘Programma voor Plattelandsontwikkeling’ in Noord-Ecuador. Hierdoor hebben de kleine boeren een betere vergoeding voor hun productie, staan ze sterker op de markt en beschikken ze over betere certificaten. Ook sluit dit artikel aan bij de leefwereld van de jongeren. De meeste eten bijna dagelijks chocolade, maar zich afvragen waar het vandaan komt en welk verhaal er achter zit, doen ze natuurlijk niet. Met dit artikel wordt dat ook duidelijker, ze komen erachter hoe de cacao wordt geproduceerd en wie er voor verantwoordelijk is. In het artikel wordt ook duidelijk dat België al van grote hulp is geweest. België heeft er namelijk voor gezorgd dat er 100.000 kleine cacaobomen en 6.000 fruitbomen werden gepland. De kleine boeren worden daarbij opgeroepen elkaar te helpen en krijgen specifieke opleidingen om de productie te verbeteren. Doordat APROCA aan rechtstreekse handel doet, kiezen ze ervoor om de kleine producenten beter te betalen voor hun kwaliteit waardoor die kleine producenten waardig kunnen leven van hun teelt met slechts een klein duwtje in de rug.
Didactische integratie: 1) Leerlingen lezen de tekst en zoeken dan in hun atlas de plaats op waarover het artikel vooral gaat. 2) Leerlingen lezen de tekst en beantwoorden volgende inhoudelijke vragen zodat ze snappen waarover het gaat. - Wat betekent ‘permacultuur’? - Wie zijn de producenten en wie de consumenten? - Wat is het doel van APROCA? 3) Na het lezen van de tekst moeten de leerlingen zelf opzoekwerk doen. Ze moeten op het internet soortgelijke projecten gaan opzoeken waar westerse landen hulp bieden aan kleine boeren. Ze moeten hierover kort samenvatten waar het plaats vindt, wie er helpt, wie de kleine boeren zijn, en wat er precies gedaan wordt om ze te helpen. 4) Nu moeten de leerlingen nog wat extra opzoekwerk doen in verband met de samenwerking tussen westerse landen en kleine boeren. Daarna worden ze opgesplitst en groepen van 6 personen. 3 personen zijn de kleine boeren, en de andere 3 de westerse landen. Nu gaan ze een debat voeren over hoe ze elkaar het beste kunnen helpen zodat ze er beide positief uitkomen. Maar ook waar de voor-en nadelen liggen voor beide partijen. Er wordt rekening gehouden met duurzame ontwikkeling (people, planet, profit). 5) Volgende opdracht is ook een groepsopdracht. Ze worden verdeeld in 5 groepen. Elke groep kiest zelf een bedrijf/multinational dat doet aan fairtrade. Ze maken hierover een PowerPoint presentatie en komen deze voorstellen in de klas. Ze zoeken voldoende informatie op over deze bedrijven. Wie zijn ze? Wat doen ze? Waar halen ze hun producten vandaan? Hoe verloopt hun samenwerking met de boeren? Hoe doen ze aan fairtrade? Wat voor projecten hebben ze,…
WAT? Een geheel van praktijken en denkbeelden die een waarlijk duurzame biologische landbouw willen tot stand brengen. Het systeem verbruikt zo weinig mogelijk energie en springt zorgzaam om met levende wezens en hun onderlinge relaties
Structuurschema:
PERMACULTUUR PERMACULTUUR
Mogelijk gemaakt door
Samenwerking tussen
DOEL? Een ecosysteem creëren dat voedsel en andere nuttige bronnen voortbrengt, waarbij de ‘wilde’ natuur zoveel mogelijk ruimte krijgt.
KLEINE PRODUCENTEN, SUPERCHOCOLADE HELPEN KLEINE BOEREN
APROCA
HOE? APROCA en Kleine boeren
Optimale verwerking van cacaobonen Geven betere vergoeding aan kleine boeren Boeren krijgen specifieke opleiding om productie te verbeteren