AANWERVEN VAN EEN ONDERLUITENANT-VRIJWILLIGER STEDELIJKE BRANDWEER TORHOUT 1. Toelatings- en aanwervingsvoorwaarden 1° Belg zijn 2° ten minste 21 jaar oud zijn 3° een minimale lengte hebben van 1,60 m 4° van goed zedelijk gedrag zijn 5° in orde zijn met de dienstplichtwetten 6° zijn hoofdverblijfplaats hebben in de gemeente binnen de zes maanden na afloop van de proefperiode 7° houder zijn van een diploma of getuigschrift dat minstens toegang geeft tot de betrekkingen van niveau 2 bij de federale overheidsdiensten, vermeld in bijlage I bij het KB van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel (hoger secundair of gelijkgesteld) 8° slagen voor de proeven inzake lichamelijke geschiktheid 9° slagen voor de selectieproeven
2. Taken 2.1. Taken van de brandweer in het algemeen De brandweerdienst is belast met de taken die hem opgedragen zijn krachtens de wetten en reglementen inzake brandbestrijding en de brandvoorkoming. De leden van de brandweerdienst mogen als zodanig niet worden ingezet voor andere taken, dan die welke vast gesteld zijn, namelijk de hulpverleningstaken opgelegd krachtens bijzondere wettelijke en reglementaire taken, bepaaldelijk: - de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening - het KB van 28 februari 1963 houdende algemeen reglement ter bescherming van de bevolking en de werknemers tegen het gevaar van ioniserende stralingen. - het Algemeen Reglement op de Arbeidsbescherming (Codex) - de wet van 31 december 1963 op de Civiele Bescherming en de taken in uitvoering daarvan omschreven in het KB van 23 juni 1971 - de prestaties die eventueel het voorwerp uitmaken van de door de Gouverneur goedgekeurde overeenkomsten met andere brandweerdiensten van de Gewestelijke Groep - de interventies voor hulpverlening, bepaald in het KB van 8 november 1967 - in algemene zin alle hulpverlening waar mensen of dieren in nood zijn, voor zover deze hulpverlening essentieel vallen binnen het raam van de organisatie van de hulpverlening, zoals bepaald bij artikel 135 van de nieuwe gemeentewet. - de taken opgesomd in de lijst, gevoegd bij het Ministerieel rondschrijven van 29 november 1967 en dit van 17 februari 1970 t.t.z.: 1) vervoer en zorgen aan een verstikte of aan een drenkeling: aanvoer van zuurstof 2) ontploffing 3) persoon die in een lift is ingesloten 4) op een dak gevluchte persoon (inzonderheid wanneer het om een zwakzinnige gaat) 5) bevrijding van een onder puin of afbraak bedolven persoon 6) bevrijding van een onder een voertuig (tram, vrachtwagen, enz...) geklemde persoon 7) dringend vervoer van een zieke en van een slachtoffer van een ongeval die zich op de openbare weg of op een openbare plaats bevindt. 8) bevrijding van een geëlektrocuteerd persoon 9) bevrijding van een rioolwerker (verstikking in riool) 10) ophalen van een persoon uit put, kanaal, vijver enz... 11) belemmering op de rijweg, met gevaar voor personen of goederen 12) bevrijding van een persoon met een der ledematen geklemd in een machine.
nota onderluitenant-vrijwilliger
1
13) leegpompen van een kelder, ingevolge overstroming of lekkage aan de waterleiding die onder de openbare weg geïnstalleerd is. 14) interventie in een gebouw bij lekkage van schadelijke gassen 15) ontsnapping van stoom in een gebouw 16) oververhitte verwarmingsketel 17) luchtverversing van lokalen waar rook, gas, koudmakend mengsel is binnengedrongen 18) interventie voor een vliegtuig dat in moeilijkheden verkeert. 19) interventie bij overstroming of ramp 20) neutralisering van een laag koolwaterstofverbindingen of zuur 21) opsporen van een radioactieve bron, die gevaar voor de bevolking kan opleveren (onder de voorwaarden in gemeen overleg vast te stellen door de Minister van Binnenlandse Zaken en van Volksgezondheid, overeenkomstig de bepalingen van het K.B. van 25 februari 1963). 22) onschadelijk maken of vernietiging (eventueel met medewerking van een imker) van wespenen bijennesten of -zwermen, die gevaar medebrengen voor personen. -desgevallend kan in verband met internationale samenwerking de brandweerdienst geroepen worden voor hulpverlening aan de buurlanden Nederland of Frankrijk. (artikel 3 van het grondreglement voor de stedelijke brandweerdienst) 2.2 taken en profiel van de onderluitenant-vrijwilliger ORGANISATORISCHE PLAATS De vrijwillige brandweerofficier staat rechtstreeks onder het gezag van de Officier-dienstchef. ALGEMENE FUNCTIEBESCHRIJVING -Heeft de leiding over alle medewerkers, ook in crisissituaties wanneer de Officier-dienstchef afwezig is. -Operationeel kunnen optreden (hulpverlening) -Administratief -Algemene coördinatie TAKENPAKKET -Hij is verantwoordelijk voor de eindcoördinatie en de leiding van elke interventie of taak die tot het operatieve takenpakket van de brandweer behoort, o.a. de 22 opdrachten zoals voorzien in de Ministeriële Omzendbrief van 29-11-1967 en 17-02-1970. -Hij zorgt voor alle administratie die een interventie en alle andere dagdagelijkse taken vereisen. -Hij kan preventieve taken hem opgelegd door de Officier-dienstchef zelfstandig aanpakken. -Hij lost de conflictsituaties op in afspraak met de Officier-dienstchef -Hij is inzetbaar op grote interventies en rampen in de Provincie. -Hij staat borg voor een efficiënte brandbestrijding en hulpverlening. -Hij verricht wachtdiensten en is bereid op te komen bij interventies -Hij blijft op de hoogte van de nieuwste technologische ontwikkelingen op brandweergebied -Hij voert de taken hem opgelegd door Officier-dienstchef stipt uit -Hij neemt deel aan de werkgroepen en vergaderingen die hem opgelegd worden. -Hij waakt mee over de veiligheid van het personeel. -Hij delegeert de taken naar de andere korpsleden en staat mee in voor de goede werking van het korps -Hij stimuleert een collegiale sfeer van goede samenwerking binnen de dienst -Hij draagt medeverantwoordelijkheid over de goede gang van zaken binnen de dienst -Hij maakt en/of controleert de interventieplannen voor de locaties die onder speciale waakzaamheid vallen. -Hij rapporteert zowel mondeling als schriftelijk aan de Officier-dienstchef VAARDIGHEDEN EN ATTITUDES -Hij is stressbestendig. Hij moeten kunnen werken onder druk in gevaarlijke situaties en traumatische omstandigheden -Hij is discreet en betrouwbaar -Hij is integer -Hij bezit kennis van en vaardigheid in de tactiek en techniek van de brandbestrijding en de hulpverlening. -Hij is bereid van onregelmatige dienstprestaties te leveren. -Hij moet snelle en adequate beslissingen kunnen nemen om personeel en materieel op een efficiënte manier te kunnen inzetten.
nota onderluitenant-vrijwilliger
2
-Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij -Hij
heeft leidinggevende kwaliteiten. kan nauwgezet en planmatig werken. staat open voor innovatie. is zeer bewust van de het belang van arbeidsveiligheid. is gezagsgetrouw. is gemotiveerd en kan zijn ondergeschikten motiveren, stimuleren en ondersteunen. is bereid zich verder te bekwamen. heeft inzet en doorzettingsvermogen is flexibel durft initiatief te nemen. kan organiseren. geeft blijk van assertiviteit is behulpzaam, vriendelijk en beleefd. geeft blijk van een goede fysieke conditie. heeft kennis van informatica heeft communicatieve vaardigheden
3. Examenprogramma De selectieproeven bestaan uit drie delen: het geneeskundig onderzoek, de sportproeven en de schriftelijke en de mondelinge proef. De eerste selectieproef omvat een geneeskundig onderzoek, waarbij de kandidaat door de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer geschikt moet worden bevonden De tweede selectieproef omvat de sportproeven. Ze worden afgenomen door een selectiecommissie bestaande uit: de officier-dienstchef, een officier van een brandweer categorie Z of Y en een monitor in de lichamelijke opvoeding. 1. proeven inzake lichamelijke geschiktheid Om na te gaan of de fysieke conditie van de kandidaten toereikend is voor de functie worden volgende lichamelijke proeven afgenomen: Beklimmen van een autoladder: De kandidaat beklimt een vrijstaande ladder, 20m uitgeschoven, helling van 70°, in 45 seconden. Men mag één keer herkansen na een rustperiode van 15 minuten. De start gebeurt vanaf de voet van de ladder, wanneer de kandidaat de armen langs het lichaam houdt en de ladder niet aanraakt. De kandidaat is voorzien van valbeveiliging. Dragen van ademhalingsapparatuur: De kandidaat legt een parcours af van 400 meter waarbij o.m. trappen dienen genomen met ademhalingsapparatuur. Dit parcours dient afgelegd binnen de vier minuten. Zwemmen: de kandidaat zwemt 50 meter in 90 seconden, vertrekkend rechtstaand aan de rand van het zwembad. De kandidaat krijgt 1 poging Evenwichtsbalk: De kandidaat gaat voorwaarts over een balk van 7 à 10 cm breed, 3,50 m lang, op 1,20 m boven de grond, in maximum 8 seconden. Manier van op- en afspringen zijn vrij. De chronometer start wanneer de kandidaat zich in evenwicht op de boom gesteld heeft, met één hiel aan het begin van de boom en wordt stilgelegd vóór de kandidaat afstijgt, wanneer de voet voorwaarts gestrekt op het uiteinde van de boom rust. De kandidaat krijgt 2 pogingen. Voor het afnemen van de proeven inzake lichamelijke geschiktheid moeten de kandidaten zich onderwerpen aan een geneeskundig onderzoek dat op grond van de in bijlage II van het besluit van 19 april 1999 tot vaststelling van de geschiktheids- en bekwaamheidscriteria alsmede van de benoembaarheids- en bevorderingsvoorwaarden voor de officieren van de openbare brandweerdiensten, zoals gewijzigd bij KB van 14 december 2001 en van 8 april 2003, wordt verricht door de preventieadviseur-geneesheer. Het geneeskundig onderzoek gaat altijd vooraf aan de proeven inzake lichamelijke geschiktheid en selectie, waaraan immers alleen de voor de dienst geschikt bevonden kandidaten kunnen deelnemen. Het geneeskundig onderzoek en de proeven inzake lichamelijke geschiktheid zijn eliminerend en gaan elke andere selectieproef vooraf.
nota onderluitenant-vrijwilliger
3
2. Selectieproeven: De selectieproeven zijn vergelijkend en bestaan uit: een schriftelijke proef op 50 punten een mondelinge proef op 50 punten Inhoud van de selectieproeven: Evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat, met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn organisatievermogen, zijn communicatieve vaardigheden en leidinggevende kwaliteiten. Hiertoe kunnen de selectieproeven verschillende tests bevatten (bv. rollenspel, beslissingsboom, postbakoefening, interview, persoonlijkheidstest, …) die het organisatievermogen, de communicatieve vaardigheden en leidinggevende kwaliteiten van de kandidaat testen. Om als geslaagd te worden beschouwd dienen de kandidaten voor elk onderdeel van het examen ten minste 50% van de punten te behalen en 60% in het totaal. 4.
Vergoeding
4.1. De vergoedingen van de prestaties van de vrijwilligers voor interventies worden berekend naar rato van de uren prestaties op basis van het gemiddelde van de wedden bepaald bij de weddenschaal van de overeenstemmende graad van het beroepspersoneel. Het uurloon wordt vastgesteld op 1/1976e van deze gemiddelde jaarlijkse brutobezoldiging. Elk begonnen uur wordt vergoed. De vergoeding is minstens gelijk aan de vergoeding voor twee prestatie-uren. De actuele uurvergoeding voor een onderluitenant-vrijwilliger bedraagt 23,68 euro bruto. 4.2. Oefeningen 4.2.1. Voor iedere gezamenlijke oefening, theorie of les wordt een vergoeding toegekend die gelijk is aan deze vermeld onder §1 van dit artikel. 4.2.2. Voor de ploegoefeningen van de vrijdagavond, opgesomd in het reglement van inwendige orde, en de verplichte oefeningen voor de ambulanciers, wordt een vergoeding gegeven van één prestatie-uur. Vrijdagavond-oefeningen voor opgaande en afgaande ploeg van wacht: Voor beide acties is een vergoeding van één uur voorzien, dit in tegenstelling tot de andere oefeningen. Beide aanwezigheden geven recht op twee uur vergoeding. Eén aanwezigheid en één toegestane afwezigheid geven recht op één uur vergoeding. Twee toegestane afwezigheden geven geen recht op vergoeding. Eén aanwezigheid en één niet-toegestane afwezigheid geven geen recht op vergoeding. Eén toegestane afwezigheid en één niet-toegestane afwezigheid geven als gevolg dat één uur van de maandelijkse oefeningen wordt afgetrokken. Twee niet-toegestane afwezigheden hebben als gevolg dat twee uren worden afgetrokken van de vergoeding van de maandelijkse oefeningen. 4.2.3. De maandelijkse oefeningen worden vergoed met twee prestatie-uren. 4.2.4. Wie niet aanwezig is bij de naamafroeping voor de oefening en zich niet meldt nadien wordt als onwettig afwezig beschouwd en verliest zijn vergoeding voor deze oefening. 4.3. Fictief contingent Als vergoeding voor bijzondere prestaties, zoals vergaderingen en besprekingen, de verantwoordelijkheid en de niet te vergoeden kosten eigen aan de functie, wordt een fictief maximumcontingent van wekelijkse prestatie-uren bepaald, dat door de burgemeester, op voorstel
nota onderluitenant-vrijwilliger
4
van de dienstchef, verdeeld wordt tussen de officieren-vrijwilligers, die de prestaties werkelijk verrichten. 5.
Solliciteren
Solliciteren voor deze functie kan door een sollicitatiebrief te richten aan: college van burgemeester en schepenen van de stad Torhout Markt 1 8820 Torhout met volgende bijlagen: 1° uitgebreid curriculum Vitae 2° een kopie van het vereiste diploma (hoger secundair onderwijs of gelijkgesteld) 3° een nationaliteitsbewijs (kan bekomen worden bij uw gemeentebestuur) 4° een uittreksel uit het strafregister (kan bekomen worden bij uw gemeentebestuur) uiterlijk tegen 20 april 2012 de proeven inzake lichamelijke geschiktheid en de schriftelijke proef vinden plaats op zaterdag 12 mei 2012 De mondelinge proef (enkel voor de geslaagden uit de proeven inzake lichamelijke geschiktheid en de schriftelijke proef) wordt kort daarop gehouden. 6.
Aanstelling
De selectieproeven worden ingericht als vergelijkend examen, d.w.z. dat de gemeenteraad na afloop van de proeven de hoogst gerangschikte kandidaat die aan alle voorwaarden voldoet zal aanstellen. Er is een proeftijd voorzien van één jaar die maximaal tweemaal kan verlengd worden met een periode van één jaar. Op het einde van de proeftijd maakt de officier-dienstchef een verslag op over de geschiktheid tot bevelvoering van de kandidaat, over zijn ondernemingsgeest en over zijn wijze van dienen. Hij vermeldt daarin eveneens de diploma's en brevetten die de kandidaat tijdens de proeftijd heeft behaald. Het personeelslid op proef moet voor het einde van zijn proeftijd het brevet van officier behalen overeenkomstig het KB van 8 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten. Het personeelslid op proef dat houder is van het brevet van officier overeenkomstig het KB van 8 april 2003 betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten wordt in vast verband benoemd tot de graad van onderluitenant-vrijwilliger. Voor meer informatie omtrent deze vacature kan contact worden opgenomen met de personeelsdienst (050/22 11 22) of de stedelijke brandweerdienst (050/21 14 02). Deze nota is ook consulteerbaar op de website www.torhout.be
Torhout, maart 2012 De personeelsdienst
nota onderluitenant-vrijwilliger
5