INHOUDSOPGAVE hoofdstuk 1 1.1 1.2 1.3
inleiding algemeen bezwaarschriften inhoud jaarverslag
blz. blz. blz. blz.
hoofdstuk 2 2.1 2.2
samenstelling van de commissie leden van de commissie secretariaat
blz. 3 blz. 4/5 blz. 5
hoofdstuk 3
ontwikkelingen in 2013
blz. 5
hoofdstuk 4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8
bezwaarschriften 2013 algemeen bezwaarschriften behandeld door de algemene kamer bezwaarschriften behandeld door de sociale kamer termijnen beslissingen op bezwaar vervolg na de bezwarenprocedure vergoeding van de kosten aan bezwaarmakers klachten
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
hoofdstuk 5
conclusies
blz. 10/11
hoofdstuk 6
aanbevelingen
blz. 11
-1-
2 2 2/3 3
5 6 7 7 7/8 9 9/10 10 10
1. inleiding 1.1 algemeen In de gemeente Tytsjerksteradiel worden bezwaarschriften, die in het kader van de Algemene wet bestuursrecht worden ingediend tegen besluiten van het gemeentebestuur, om advies in handen gesteld van de commissie voor de bezwaarschriften. Deze commissie heeft een adviserende en signalerende taak en adviseert rechtstreeks aan het betrokken bestuursorgaan. Op grond van de bestuurlijke reactie op het rapport van de rekenkamercommissie “Bezwaarlijke termijnen?” van april 2005 is in de Verordening behandeling bezwaarschriften de samenstelling van de commissie uitgebreid naar zes leden, met daarnaast een aantal plaatsvervangende leden (op dit moment zijn dat er 2). De commissie heeft op basis van de verordening 2 kamers ingesteld: een algemene kamer en een kamer voor sociale en welzijnszaken (sociale kamer). De zittingen van de Algemene Kamer zijn openbaar; de zittingen van de Sociale Kamer hebben een besloten karakter. In hoofdstuk 2 van dit jaarverslag kunt u lezen wie de leden van de beide kamers zijn. Verder is in reactie op het rapport van de rekenkamercommissie “Bezwaarlijke termijnen?” de vergaderfrequentie van de commissie in haar nieuwe samenstelling naar in principe tweemaal per maand per kamer gegaan in plaats van één maal per maand per kamer. Alle bezwaarschriften worden zo snel mogelijk geagendeerd, waardoor soms per zitting maar één bezwaarschrift behandeld wordt. Het aantal vergaderingen van de algemene kamer in 2013 bedroeg 8 (in 2012 waren dit er ook 8). De sociale kamer heeft in 2013 18 maal vergaderd (in 2012 17 maal). Naast het behandelen van bezwaarschriften is de commissie in zijn geheel (sinds de raadsvergadering van 13 november 2003) tevens belast met het onderzoek naar en de advisering over klachten als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht. Het gaat dan om klachten die betrekking hebben op een gedraging van een bestuursorgaan zoals raad, college (of een collegelid) en burgemeester. In 2013 zijn twee klachten door de commissie behandeld (in 2012 geen). 1.2 bezwaarschriften Een bezwaarschrift wordt ingediend tegen een besluit van een bestuursorgaan. Het bestuursorgaan moet vervolgens het besluit volledig heroverwegen. Dit betekent dat het bestuursorgaan in de eerste plaats nagaat of het besluit juridisch in orde is en daarnaast moet het bestuursorgaan beoordelen of (op grond van de bezwaren) het besluit bestuurlijk het meest gewenste besluit is. Op grond van de Algemene wet bestuursrecht is een aantal besluiten uitgezonderd van de mogelijkheid om er bezwaar tegen in te dienen. Uitgezonderde besluiten zijn die besluiten die zijn voorbereid met een zgn. openbare voorbereidingsprocedure (zie artikel 7:1 Awb en afdeling 3.4 Awb).
-2-
De commissie adviseert niet over bezwaarschriften op het gebied van gemeentelijke belastingen en leges en ook de bezwaarschriften m.b.t. personeelsaangelegenheden zijn uitgezonderd. Bezwaarschriften m.b.t. gemeentelijke belastingen worden zonder adviescommissie afgehandeld; voor bezwaarschriften m.b.t. personeelsaangelegenheden is een aparte adviescommissie ingesteld. Deze commissie fungeert op basis van een andere verordening als zelfstandige commissie. Voordat de commissie een bezwaarschrift inhoudelijk in behandeling neemt wordt eerst gekeken of het bezwaarschrift ontvankelijk is. Een bezwaarschrift moet binnen de termijn van zes weken zijn ingediend (tenzij er sprake is van verschoonbare termijnoverschrijding), de bezwaarmaker moet belanghebbende zijn, er moet sprake zijn van een op schrift gestelde beslissing waartegen bezwaar mogelijk is en het bezwaarschrift moet voldoen aan een aantal formele vereisten van de Algemene wet bestuursrecht. Verder: is een bezwaarschrift niet ontvankelijk, dan zal de commissie aan het bestuursorgaan adviseren het bezwaarschrift niet ontvankelijk te verklaren en worden de bezwaren niet inhoudelijk beoordeeld; is een bezwaarschrift kennelijk niet ontvankelijk of kennelijk ongegrond (met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid) dan wordt het bezwaarschrift bijna altijd zonder hoorzitting afgedaan. Of een bezwaarschrift kennelijk niet ontvankelijk of kennelijk ongegrond is wordt bepaald door de voorzitter; in alle andere gevallen behoort het tot de taak van de commissie belanghebbenden (bezwaarmaker, bestuursorgaan en soms derden) te horen alvorens een advies uit te brengen. De bezwaarschriften worden dan inhoudelijk beoordeeld en de commissie adviseert het bestuursorgaan (gemotiveerd) om het bestreden besluit al of niet in stand te laten. De commissie kan daarbij ‘opmerkingen ten overvloede’ plaatsen. De commissie rekent het tot haar taak om zo breed mogelijk te adviseren en betrekt dus niet alleen de rechtmatigheidsaspecten bij de advisering met betrekking tot het al dan niet in stand laten van de bestreden besluiten, maar waar nodig ook de doelmatigheidsaspecten. Het komt ook voor dat het gemeentebestuur alsnog met een bezwaarmaker tot overeenstemming komt waarna het bezwaarschrift meestal wordt ingetrokken, iets wat soms ook gebeurt na tussenkomst / bemiddeling van de secretaris of van de vakafdeling(en). 1.3 inhoud van het jaarverslag In dit jaarverslag wordt in hoofdstuk 2 de samenstelling van de algemene en de sociale kamer van de commissie beschreven en in hoofdstuk 3 is een aantal ontwikkelingen van het afgelopen jaar in kaart gebracht. In hoofdstuk 4 wordt een overzicht gegeven van de ingediende bezwaarschriften met daarbij een onderverdeling naar vakgebied. De adviezen van de algemene en de sociale kamer zijn hier ook opgenomen, naast (en voor zover bekend) het eventuele vervolg van de procedures. In hoofdstuk 5 zijn de conclusies opgenomen en in hoofdstuk 6 een aantal aanbevelingen. 2. samenstelling van de commissie De beide kamers van de commissie bestaan elk uit drie leden en daarnaast heeft het college twee plaatsvervangende leden benoemd. De leden van de beide kamers kunnen elkaar vervangen. De commissie is onafhankelijk, de leden maken geen deel uit van een gemeentelijk bestuursorgaan en hebben in het dagelijkse leven ook geen functie ondergeschikt aan een bestuursorgaan van de gemeente. De leden en de plaatsvervangende leden zijn door het college benoemd op grond van hun opleiding, ervaring en bekwaamheden.
-3-
2.1
leden van de commissie
algemene kamer De heer mr. F.E. Kronemeijer De heer Kronemeijer is in augustus 2005 benoemd als plaatsvervangend lid van de commissie en met ingang van de nieuwe zittingsperiode 2006-2010 is hij als lid van de commissie benoemd. In maart 2010 is de heer Kronemeijer benoemd tot voorzitter van de commissie, na het afscheid van de toenmalige voorzitter, de heer Lycklama à Nijeholt. De heer Kronemeijer is gepensioneerd en was daarvoor werkzaam als ambtenaar bij de provincie Fryslân, laatstelijk als staflid Bestuurs- en Concernzaken. Hij is ook lid van de adviescommissie voor de bezwaarschriften van de provincie Fryslân. Verder is de heer Kronemeijer voorzitter van de Stichting Juckema Siderius Fonds. De heer mr. W. Voorthuijsen De heer Voorthuijsen is lid van de commissie met ingang van de zittingsperiode 2006-2010. Hij is sinds enkele jaren zelfstandig bedrijfsjurist, nadat hij 30 jaar bij het advocatenkantoor Boonstra Rademakers (nu Rotshuizen Geense) te Leeuwarden werkzaam is geweest (waarvan 25 jaar in de maatschap). De heer Voorthuijsen is jarenlang voorzitter van Doarp en Bedriuw Fryslân geweest en vervulde daarna het voorzitterschap van de raad van toezicht van Friesland Marketing. Voorts is de heer Voorthuijsen actief voor It Fryske Gea. De heer mr. H.D.S.S. Roescher De heer Roescher was met ingang van maart 2006 plaatsvervangend lid van de commissie en is met ingang van maart 2010 lid van de commissie. De heer Roescher is sinds 1 januari 2007 clusterhoofd juridische zaken bij de Stafafdeling bestuurszaken van de provincie Fryslân, na geruime tijd als algemeen coördinerend jurist bij de provincie werkzaam te zijn geweest. De heer Roescher vervult daarnaast een tweetal bestuursfuncties in een steun- en een kunststichting in zijn geboortestreek. Hij is voorzitter van de algemene kamer van de Commissie voor de bezwaarschriften in de gemeente Leeuwarden en van de klachtencommissie van woningstichting Elkien. sociale kamer De heer mr. E.L. Veerman De heer Veerman is in 2001 lid geworden van de commissie. Hij was tot 2010 notaris te Buitenpost; daarvoor is hij werkzaam geweest als belastinginspecteur. De heer mr. H. Bakker De heer Bakker is lid van de commissie met ingang van met ingang van de zittingsperiode 2006 - 2010. Na een inspecteurschap bij de belastingdienst heeft hij vele jaren (tot aan zijn pensioen) als zelfstandig belastingadviseur gewerkt. In deze jaren was hij één periode gemeenteraadslid van Tytsjerksteradiel en hij was 17 jaar lid van de dorpsraad van Hurdegaryp. Van 2002 tot 2006 was de heer Bakker gemeenteraadslid in Leeuwarden, waar hij ook nu nog woont. De heer Bakker was lid van de raad van toezicht van Bennema State en hij was tot mei 2008 raadsheer-plaatsvervanger bij het gerechtshof te Leeuwarden. Per 1 juni 2008 is hij daarmee gestopt, dit wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. De heer mr. H. Brakels Ook de heer Brakels is met ingang van de zittingsperiode 2006 - 2010 lid van de commissie. Hij is van 2000 tot 2009 werkzaam geweest als handhavingsjurist bij de afdeling Milieutoezicht van de provincie Fryslân; daarvoor was hij enige jaren werkzaam bij de afdeling Milieu en Water van de provincie. -4-
Sinds begin 2009 is de heer Brakels werkzaam als jurist omgevingsrecht en wetgevingsjurist bij de afdeling Stêd en Plattelân van de provinsje Fryslân en vervult daar tevens de functie van projectleider ‘provinciale verordening romte Fryslân’. plaatsvervangende leden Mevrouw mr. A. van der Wal Mevrouw Van der Wal is in 2008 benoemd tot plaatsvervangend lid van de commissie. Mevrouw Van der Wal is op dit moment werkzaam bij de Rechtbank Noord-Nederland als senior juridisch medewerkster bij de afdeling privaatrecht. Daarvoor is zij ruim 5 jaar stafjurist geweest bij de afdeling bestuursrecht en heeft zij als jurist gewerkt voor het Bureau voor Rechtshulp te Leeuwarden en als medewerker verhaal en terugvordering bij de gemeente Tynaarlo. Mevrouw mr. F.S. Haitsma In april 2010 is mevrouw Haitsma benoemd in de functie plaatsvervangend lid van de commissie, zowel voor de Algemene kamer als voor de Sociale kamer. Mevrouw Haitsma is van 1979 tot 2010 docent Recht geweest aan achtereenvolgens het Lauwerscollege te Buitenpost, de Bestuursschool te Leeuwarden en aan het ROC Friese Poort (en diens rechtsvoorgangers) te Leeuwarden. Bij haar laatste werkgever was zij tevens stafmedewerker kwaliteitzorg en lid van de commissie arbeid. Mevrouw Haitsma is voor het CDA een aantal jaren lid van de Provinciale Staten van Fryslân geweest en als fractievoorzitter van het CDA raadslid van de gemeente Leeuwarden. Zij is tot 1 januari 2011 lid geweest van de Raad van Toezicht stichting Noorderbrug te Groningen en is lid van de bezwarencommissie in de gemeente Achtkarspelen, lid en plv. voorzitter van de bezwarencommissie in de gemeente Aa en Hunze en voorzitter van de Klachtencommissie stichting Fier te Leeuwarden. 2.2 secretariaat De algemene kamer werd in 2013 ambtelijk ondersteund door de heer H. Roskammer en de heer H.O. Hoekstra. De sociale kamer werd in 2013 ambtelijk ondersteund door mevrouw J.P. Bouma en mevrouw Y.A. de Graaf. 3. ontwikkelingen in 2013 - De leden van de commissie zijn ook in 2013 uitgenodigd voor actualiteitencolleges waarin nieuwe ontwikkelingen op het gebied van wetgeving en jurisprudentie werden besproken en toegelicht. - Gezien de inwerkingtreding van de boetebepalingen in de Wet Werk en Bijstand en van het ‘boetebesluit socialezekerheidswetten’ per 1 januari 2013 werden over het jaar 2013 meer bezwaarschriften verwacht, maar pas in de laatste maanden van 2013 werd ‘echt’ gewerkt met deze wetgeving. Dit was meteen merkbaar in het aantal bezwaarschriften aan het einde van 2013 / begin 2014. 4. bezwaarschriften 2013 In het jaar 2013 zijn in totaal 81 bezwaarschriften ingediend.
-5-
4.1 algemeen Onderverdeeld naar behandeling door de algemene en de sociale kamer geeft het jaar 2013 in vergelijking met voorgaande jaren het volgende beeld. Jaar 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
Algemene kamer 49 35 33 41 27 51 44 64 69 50 65 62 37 75 16 30 25
Sociale kamer 24 16 43 24 22 43 56 73 62 61 57 44 58 70 58 70 56
Totaal 73 51 76 65 49 94 100 137 131 111 122 106 95 145 74 100 81
150 100
algemene kamer sociale kamer
50
totaal
0 1998
2000
2002
2004
2006
2008
2010
2012
Een juiste toepassing van de van belang zijnde wettelijke bepalingen en procedures is fundamenteel noodzakelijk voor een te nemen besluit. Ook de betrokken belangen (zowel die van direct betrokkenen als die van derden) moeten uitgebreid in beeld worden gebracht. Wil een besluit in bezwaar of beroep in stand kunnen blijven, dan zal de motivering dat besluit moeten kunnen dragen. Dit is een blijvend aandachtspunt: hoewel er verbetering waarneembaar is, worden bij de algemene kamer net als vorig jaar door de commissie zo nu en dan opmerkingen gemaakt dat er nog steeds het één en ander schort aan de voorbereiding en de motivering van de door het college genomen besluiten; voor de sociale kamer geldt dat in het afgelopen jaar eerder een verslechtering dan een verbetering is opgetreden: een groot aantal besluiten wordt niet voldoende gemotiveerd en zeer regelmatig worden er fouten gemaakt voor wat betreft de toe te passen wetsartikelen; ook laat het juiste gebruik van de Nederlandse taal soms te wensen over. Let op: in tabellen van 4.2 en 4.3 zijn de bezwaarschriften naar vakgebied uitgesplitst. -6-
Per vakgebied wordt het aantal bezwaarschriften weergegeven met daarachter tussen haakjes het aantal van 2012. In de tabel zijn de adviezen uitgesplitst in (deels) gegrond, ongegrond, niet ontvankelijk (n o), ingetrokken en overig (in deze laatste categorie vallen o.a. zaken die nog niet afgerond zijn ten tijde van het schrijven van dit jaarverslag). Op een aantal plaatsen in de tabellen staan geen cijfers over 2012 omdat de tabellen ten tijde van het schrijven van het jaarverslag over 2012 anders ingedeeld waren. 4.2 bezwaarschriften behandeld door de algemene kamer De bezwaarschriften die worden behandeld in de algemene kamer betreffen met name omgevingsbesluiten op de terreinen ruimtelijke ordening, planschade en bouw, uitritten, groenvoorzieningen (= meestal kapvergunningen), evenementen, verkeer en horeca (incl. speelautomaten-vergunningen). Bestuursdwang- en dwangsombesluiten zijn in een aparte categorie ondergebracht maar deze kunnen alle genoemde gebieden als onderwerp hebben. Vakgebied ruimtelijke ordening & bouw, incl. planschade horeca bestuursdwang & dwangsom kapvergunningen handhaving WOB-verzoeken overig TOTAAL
2013 (2012) 11 (14)
(deels) gegrond - (-)
ongegrond 5 (10)
no 3
ingetrokken 1
overig 2
3 (-) 3
- (-) 1
1 (-) 1
-
2 -
1
2 (3) 1 (6) 2 3 (6) 25 (30)
- (-) - (-) 1 - (-) 2 (1)
- (-) 1 (4) 2 (-) 10 (14)
1 4
1 4
1 1 5
4.3 bezwaarschriften behandeld door de sociale kamer De zaken die behandeld worden door de sociale kamer betreffen voornamelijk zaken met betrekking tot de Wet Werk en Bijstand en de Wet maatschappelijke ondersteuning. Vakgebied WWB bijzondere bijstand regeling chronisch zieken etc. herziening en / of terugvordering boetes IOAW Bbz Wet maatschappelijke ondersteuning overig TOTAAL
2013 16 13 1
(2012) (33) (13) (-)
(deels) gegrond 2 (-) 2 (-) - (-)
ongegrond 9 (10) 6 (4) - (-)
no 2 -
ingetrokken 5 3 1
overig -
7
1
4
1
1
1
3 3 1 11 (20)
3 1 (2)
3 1 5 (8)
-
3
2
1 (2) 56 (70)
- (-) 9 (1)
- (-) 28 (14)
3
1 13
3
4.4 termijnen De termijn voor afhandeling van een bezwaarschrift is de tijd tussen de ontvangst van het bezwaarschrift en de bekendgemaakte schriftelijke beslissing op het bezwaarschrift van het bestuursorgaan (deze termijn is wettelijk geregeld in de Algemene wet bestuursrecht). Als er geadviseerd wordt door een onafhankelijke commissie zoals in de gemeente Tytsjerksteradiel het geval is, is de wettelijke termijn (maximaal) 12 weken of (na verdaging) 18 weken (art. 7:10 Awb) na afloop van de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift.
-7-
Na ontvangst van een bezwaarschrift wordt een ontvangstbevestiging verstuurd. In de 12e week wordt er (indien nodig) een verdagingsbrief gestuurd, zodat er in totaal 18 weken zijn om het bezwaarschrift af te handelen. De termijn wordt opgeschort als er gewacht wordt met het indienen van aanvullende gronden, op de uitkomst van een voorlopige voorziening, als aanvullende gegevens nodig zijn, een traject is ingezet om alsnog tot een oplossing te komen of als aanvullende advisering nodig is om een goede beslissing op bezwaar te nemen. Genoemde termijnen zijn met het in werking treden van de “Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen” niet langer termijnen van orde maar fatale termijnen, in die zin dat het in gebreke blijvende bestuursorgaan tot het betalen van een boete aan bezwaarmaker kan worden verplicht. Die boete loopt op naarmate de termijnoverschrijding langer duurt. Het schriftelijke verslag en het advies van een kamer is binnen ongeveer één tot vier weken na de hoorzitting klaar. Als geadviseerd wordt het bezwaar (kennelijk) ongegrond of (kennelijk) niet ontvankelijk te verklaren, is het nemen van de beslissing op bezwaar gemandateerd aan de manager van de afdeling Finansjele en Juridyske Saken, tenzij het een bezwaarschrift betreft dat betrekking heeft op de vakafdeling van deze manager. Een dergelijk bezwaarschrift gaat voor afdoening alsnog richting het betrokken bestuursorgaan. Genoemd mandaatbesluit is door het college genomen naar aanleiding van de conclusies en aanbevelingen van de commissie in het jaarverslag 2006, om de doorlooptijd van bezwaarschriften te verkorten. De voorbereiding van een beslissing op bezwaar ligt bij de vakafdeling als de commissie het bezwaarschrift (deels) gegrond acht. Een beslissing op bezwaar is bij (deels) gegrond niet gemandateerd, maar ook wanneer de commissie aanbevelingen in haar advies heeft opgenomen (bijvoorbeeld de ‘opmerkingen ten overvloede’), gaat het advies voor afdoening terug naar de vakafdeling en de beslissing wordt dan genomen in een collegevergadering. In onderstaande tabellen gaat het om de afhandeltermijnen van de bezwaarschriften waarbij de commissie (deels) gegrond of ongegrond heeft geadviseerd. 2012 Algemene kamer Sociale kamer Totaal
< 12 weken 3 28
12-18 weken 8 5
> 18 weken 3 1
31
13
4
Er zijn in 2013 10 bezwaarschriften meer dan in 2012 binnen de 12 weken afgehandeld en 4 meer binnen de 12 tot 18 weken. In 2013 zijn er 14 bezwaarschriften minder binnen gekomen dan in 2012, dus deze cijfers kunnen gezien worden als een verbetering. 2013 Algemene kamer Sociale kamer beide kamers
< 12 weken
12-18 weken
> 18 weken
gegrond - ongegrond
gegrond - ongegrond
gegrond - ongegrond
0 - 4 2 - 15
0-6 3-8
2-0 2-0
21
17
4
-8-
4.5 beslissingen op bezwaar Nadat de kamers een advies hebben uitgebracht aan het bestuursorgaan, moet het bestuursorgaan een geheel nieuw besluit nemen. Een besluit kan conform het advies zijn (dan kan als motivering van het besluit verwezen worden naar het commissie advies dat wordt bijgevoegd en dat als onderdeel van het besluit beschouwd moet worden), maar het bestuursorgaan houdt zijn eigen afweging en in sommige gevallen beslist het bestuursorgaan anders (contrair) dan door een kamer is geadviseerd. In dat geval moet het college in het herziene besluit goed motiveren waarom afgeweken wordt van het commissieadvies. Algemene Kamer 2013 (2012) 10 (15) 2 (1) 4 (1) 4 (10) 5 (1) 25 (30)
ongegrond (deels) gegrond niet ontvankelijk ingetrokken overig TOTAAL
Sociale Kamer 2013 (2012) 28 (30) 9 (2) 4 (4) 13 (22) 2 (3) 56 (70)
Algemene kamer Tot het moment van het opstellen van dit jaarverslag heeft het bestuursorgaan in 0 zaken met het advies gegrond besloten contrair te gaan (in 2012 was dat in 1 zaak). contrair :0 nog geen besluit :2 Sociale kamer Tot het moment van het opstellen van dit jaarverslag heeft het bestuursorgaan in 4 zaken met het advies gegrond besloten contrair te gaan (in 2012 in geen enkele zaak). contrair : 4 (2 WMO-vervoersvoorziening (waarop 1 maal beroep is ingesteld dat door de rechtbank ongegrond is verklaard) en 2 WWB m.b.t. afwijzing uitkering i.v.m. geen hoofdverblijf in de gemeente Tytsjerksteradiel en de daarbij behorende terugvordering) nog geen besluit :0 4.6 vervolg na de bezwarenprocedure Na de beslissing op het bezwaarschrift kan de bezwaarmaker desgewenst in beroep gaan bij de rechtbank (sector bestuursrecht). Ook dan kan een voorlopige voorziening aangevraagd worden (net als in de bezwaarfase) als er sprake is van een spoedeisend belang. Na de uitspraak van de rechtbank is hoger beroep mogelijk bij de Raad van State of bij de Centrale Raad voor Beroep (bij uitkerings- en welzijnsaangelegenheden). Algemene kamer Er zijn m.b.t. besluiten op bezwaarschriften die in 2013 zijn ingediend en waarover de algemene kamer advies heeft uitgebracht 3 verzoeken om voorlopige voorziening ingediend, er is 2 maal beroep ingesteld bij de rechtbank en er is 2 maal hoger beroep aangetekend. De zaken betreffen een verzoek om handhaving (voorlopige voorziening afgewezen want niet spoedeisend), verzoeken om planschadevergoeding (beroep gegrond, hoger beroep loopt nog), een dwangsombesluit m.b.t. een ligplaats (voorlopige voorziening toegewezen, hoger beroep loopt nog) en het weigeren van een aanlegvergunning (overleg na voorlopige voorziening procedure mislukt dus terug verwezen naar de rechter en is het wachten op de uitspraak).
-9-
Sociale kamer Er is tegen besluiten op bezwaarschriften die in 2013 zijn ingediend en waarover de sociale kamer advies heeft uitgebracht, 3 keer een voorlopige voorziening aangevraagd. De eerste ging om een vervoersvoorziening (ter zitting ingetrokken) en 2 betroffen de afwijzing van een aanvraag om een WWB-uitkering van dezelfde klant (de eerste voorlopige voorziening is afgewezen, de tweede is niet behandeld omdat de griffierechten niet waren betaald). Er is in 5 gevallen beroep ingesteld bij de rechtbank, waarvan 3 maal m.b.t. vervoersvoorzieningen (alle 3 ongegrond), 1 maal m.b.t. de herziening / terugvordering van een uitkering (ongegrond) en 1 maal m.b.t. de afwijzing van een aanvraag om een WWB-uitkering (nog geen uitspraak). Er heeft zich in 2013 in 3 gevallen een hoger beroepszaak voorgedaan: 2 m.b.t. vervoers-voorzieningen (nog geen uitspraak) en 1 m.b.t. de herziening / terugvordering van een uitkering (nog geen uitspraak). 4.7 vergoeding van de kosten aan bezwaarmakers Een vergoeding van de kosten van rechtsbijstand in de bezwaarfase wordt toegekend op het moment dat een bezwaarschrift gegrond wordt verklaard en er tegelijk met het indienen van het bezwaarschrift een beroep is gedaan op het Besluit proceskosten bestuursrecht voor toekenning van de gemaakte kosten. De toekenning is, voor zover van toepassing, gebaseerd op forfaitaire bedragen. De commissie hoeft hier niet over te adviseren maar neemt dit soms wel mee in het advies; het bestuursorgaan moet uiteindelijk op het verzoek beslissen bij de beslissing op het bezwaarschrift. In 2013 is, net als het jaar daarvoor, een gering aantal van deze verzoeken ingediend. Een aantal rechtshulpverleners neemt het verzoek standaard op in de door hen ingediende bezwaar- en beroepschriften. 4.8 klachten Er zijn in 2013 twee klachten bij de commissie ingediend die betrekking hebben op een gedraging van een bestuursorgaan (raad, college (lid) of burgemeester). De eerste betrof iets wat de burgemeester in de pers gezegd zou hebben m.b.t. een WOB-verzoek; deze klacht is ongegrond verklaard. De tweede betrof een oud-werknemer die van mening was dat het college onwelwillend handelde tegenover hem. Deze klacht is op aangeven van de commissie in onderling overleg afgehandeld. 5. conclusies 1. Voor wat betreft de algemene kamer kan gesteld worden dat er veel minder activiteiten zijn door de economische crisis. Daarnaast ligt er het feit dat er sinds de invoering van de WABO weinig bezwaarschriften zijn tegen omgevingsvergunningen voor bouwen. De belangrijkste reden hiervan is waarschijnlijk gelegen in het feit dat als gevolg van gewijzigde wetgeving er veel meer vergunningsvrij gebouwd mag worden. 2. Voor wat de sociale kamer betreft zijn de bezwaarschriften op het terrein van de Wet Werk en Bijstand (WWB) opnieuw het grootst in aantal. Er is een afname waar te nemen op het terrein van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, wat onder andere te maken heeft met het afgerond zijn van alle perikelen rond de vervoerskostenvoorziening. 3. In 2013 is gebleken dat de wettelijke termijnen in 4 gevallen (van de in totaal 81 bezwaarschriften) niet zijn gehaald, maar in 2 gevallen was deze termijnoverschrijding verschoonbaar. Dit is dus een verbetering van 50% ten opzichte van 2012 (4, geen verschoonbare termijnoverschrijdingen).
- 10 -
Er zijn in 2013 10 bezwaarschriften meer dan in 2012 binnen de 12 weken afgehandeld en 4 meer binnen de 12 tot 18 weken. In 2013 zijn er 14 bezwaarschriften minder binnen gekomen dan in 2012, dus deze cijfers kunnen gezien worden als een verbetering. 4. Net als in dit jaarverslag vroeg de commissie in voorgaande jaarverslagen al aandacht voor de voorbereiding en de motivering van besluiten. De overwegingen die tot een besluit hebben geleid moeten expliciet in het besluit naar voren komen (zo nodig via verwijzing of bijlagen), zodat ook niet juridisch geschoolde mensen (en dat geldt voor de meeste burgers) begrijpen waar het over gaat. Wil een besluit in bezwaar of beroep in stand kunnen blijven, dan zal de motivering dat besluit moeten kunnen dragen !!! Dit aspect van de besluitvorming moet een blijvend aandachtspunt zijn voor bestuur en organisatie. 5. Door o.a. pre-mediation van de ambtelijk secretarissen en / of ambtenaren van de vakafdeling zijn in 2013 17 (= 14%) van de in totaal 81 bezwaarschriften ingetrokken (in 2012 gold dat voor 32% van het totale aantal). Ook wordt een bestreden besluit naar aanleiding van een bezwaarschrift regelmatig nog eens extra onder de loep genomen en daardoor kunnen de bezwaren soms in een vroegtijdig stadium worden opgelost (voordat ze de commissie bereiken). In 2013 zou in het zaak-systeem COSA een mogelijkheid gecreëerd worden om aan te geven of een zaak middels pré-mediation is opgelost. Dit is nog niet gebeurd. 6. aanbevelingen 1. Bij besluiten op basis van de WWB kan opgemerkt worden dat het hierbij vaak gaat om besluiten die financieel ingrijpend zijn voor de bezwaarmaker, zoals bijvoorbeeld het intrekken en terugvorderen van een uitkering en het opleggen van maatregelen. Deze besluiten moeten ALTIJD extra zorgvuldig voorbereid worden. 2. In het zaaksysteem COSA in 2014 een mogelijkheid creëren om aan te geven of een zaak middels pré-mediation is opgelost. Tot slot De commissie wil haar tevredenheid uitspreken over de wijze waarop het college ter zitting wordt vertegenwoordigd.
- 11 -