Inhoudsopgave
1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8
Video Interventie Ouderenzorg ...................................................................................... 3 Oorsprong VIO Expertisecentrum VIO – De Wever Voor wie is het Expertisecentrum Opleidingen en trainingen Eenmalige presentaties Subsidiemogelijkheden Producten Publicaties
2. 2.1 2.2 2.3 2.4
De methode VIO .............................................................................................................. 6 Uitgangspunten Theoretische onderbouwing Kijkwijzer Kracht van VIO
3. Opleidingsaanbod .............................................................................................................. 10 3.1 Introductiecursus VIO 3.2 Opleiding VIO-Begeleider 3.3 Opleiding Cursusleider Basis Interactie Trainingen - Cliëntgericht 3.4 Opleiding Cursusleider BIT – Cliëntgericht aanvullend: probleemgedrag en agressief gedrag 3.5 Opleiding Cursusleider BIT – Teamgericht 3.6 Opleiding Cursusleider BIT – Cliëntgericht (zonder VIO opleiding) 3.7 Opleiding Cursusleider BIT – Cliëntgericht aanvullend: probleemgedrag en agressief gedrag (zonder VIO opleiding) 3.8 Overig 4. Basis Interactie Trainingen (BIT) ...................................................................................... 23 4.1 BIT: anders leren kijken 4.2 Doel van BIT 4.3 Kracht van BIT 4.4 Ervaringen van cursisten 5. Modules Basis Interactie Trainingen ............................................................................... 25 5.1 Cliëntgerichte Basis Interactie Training (BIT1) 5.2 Basistraining omgaan met probleemgedrag en agressief gedrag 5.3 Training omgaan met probleemgedrag (combinatie 1 en 2) 5.4 Teamgerichte Basis Interactie Training
1.
Video Interventie Ouderenzorg
1.2 Oorsprong VIO VIO is ontstaan en ontwikkeld vanuit het Behandelcentrum de Hazelaar, Stichting De Wever te Tilburg. Dit centrum verzorgt vanaf begin jaren ’90 de ontwikkelingen, opleidingen en toepassingen van ‘’Video Interactie Begeleiding’’ in de ouderenzorg. In 2010 vond er een verdieping en verdere onderbouwing van de methodiek plaats wat ook voor een naamsverandering zorgde: VIB Ouderenzorg heet vanaf dat moment Video Interventie Ouderenzorg (VIO). Het uitgangspunt bij het ontstaan en ontwikkelen van de methode was een visie op de zorg waarbij de cliënt centraal staat. De cliënt wordt gezien vanuit een mensvisie waarin lichamelijk, sociale, psychische en levensbeschouwelijke aspecten elkaar steeds beïnvloeden en niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het persoonlijk welbevinden en het behoud van eigenheid van de cliënt is van essentieel belang. Uit de visie op zorg spreekt tevens de aandacht voor familie, mantelzorgers en andere belangrijke personen in het leven van de cliënt. Uitgangspunt is het waarborgen van een goede verzorging en verpleging binnen en vanuit de instellingen. Door de uitwisseling van deskundigheden in de vorm van multidisciplinaire samenwerking kan een optimale zorg- en dienstverlening aan de cliënt worden geboden. De medewerkers hebben een beroepshouding waarbij deskundigheid en vaardigheid tot uitdrukking komen. Het tonen van begrip, respect, invoelend vermogen en een juiste wijze van bejegening zijn hierbij van wezenlijk belang. Om de voorgaande visie op zorg te concretiseren is in 1993 binnen Behandelcentrum de Hazelaar, als één van de mogelijkheden, gestart met de methode Video Interactie Begeleiding. Deze methode stelt ons in staat de beroepshouding van de medewerkers te ondersteunen. De wortels van VIB liggen in de jeugdhulpverlening, waar de methode Videohometraining (VHT) al geruime tijd toegepast wordt. Er wordt daarbij uitgegaan van geslaagde communicatie, oftewel van onderdelen uit het contact tussen ouder en kind die nog wel goed verlopen. Geslaagde communicatie is niet alleen van belang in de ouder – kind relatie maar ook in de relatie (dementerende) oudere – zorgverlener. Geslaagde communicatie is immers een voorwaarde voor een goed contact en een goed contact is de basis voor een goede zorgverlening aan ouderen. De laatste ontwikkeling is de verrijking van de methode met het gedachtegoed uit de Presentietheorie. De afstemming in de relatie op de behoeftes van cliënten krijgt hierdoor een fundament en er kan nu ook in de begeleiding systematisch in de begeleiding aandacht besteed worden aan deze relatie.
1.2 Expertisecentrum VIO – De Wever Het Expertisecentrum VIO – De Wever is het centrale aanspreekpunt voor de ontwikkeling, promotie en toepassing van VIO in Nederland. Het is de ambitie van het Expertisecentrum om de toepassing van VIO te ondersteunen en te stimuleren en daarbij een bijdrage te leveren aan: Het voorkomen / verminderen van probleemgedrag bij kwetsbare groepen ouderen; De professionele ontwikkeling van zorgprofessionals; Een kwaliteitsverhoging van de zorg en daarmee het welzijn / welbevinden van cliënten, maar ook van de verzorgende. De belangrijkste activiteiten van het Expertisecentrum VIO – De Wever zijn: (Door)ontwikkeling van de methode VIO; Opleiden van VIO-Begeleiders en Cursusleiders Basis Interactie Trainingen (BIT); Ondersteunen van organisaties bij de implementatie van VIO; Promotie van VIO bij o.a. (thuis)zorginstellingen, zorgverzekeraars, WMO-desks etc.; Bieden van (vrijwillige) super- en intervisie aan VIO-Begeleiders en Cursusleiders BIT; Ontwikkelen / faciliteren van een actief netwerk waarin betrokkenen kennis kunnen uitwisselen; Initiëren en/of het participeren in wetenschappelijk onderzoek en effectmeting rond VIO.
3
Het Expertisecentrum VIO – De Wever voert in principe zelf geen VIO-begeleiding trajecten uit. Wel beschikt het Expertisecentrum over een databank van ervaren VIO-Begeleiders en kan daar naar door verwijzen.
1.3 Voor wie is het Expertisecentrum Het Expertisecentrum VIO – De Wever zal haar diensten vooral aanbieden aan: Zorginstellingen (intra- en extramuraal)en de VIO-Begeleiders die daar werkzaam zijn; meer specifiek gaat het om zorginstellingen die actief zijn in de ouderenzorg, in het bijzonder met cliënten met dementie en dementie op jonge leeftijd, niet aangeboren hersenaandoeningen, cardio vasculaire aandoeningen, geronto-psychiatrische klachten en Korsakov; Opleidingsinstituten, die VIO een onderdeel van hun opleidingsaanbod willen maken of hebben gemaakt; Patiënten- en belangenverenigingen. Maar vanzelfsprekend zijn er ook andere organisaties welkom. Organisaties die gebruik willen maken van de kennis en expertise rond probleemgedrag bij ouderen in het algemeen en de toepassing van VIO in het bijzonder.
1.4 Opleidingen en trainingen Het Expertisecentrum VIO – De Wever verzorgt de volgende opleidingen: Opleiding tot VIO-Begeleider; Opleiding tot Cursusleider BIT; Eendaagse Introductiecursus VIO. Binnen de opleidingen ondersteunt het Expertisecentrum de organisaties die VIO gaan inzetten bij de implementatie van de methode. Het Expertisecentrum heeft voor de deskundigheidsbevordering van zorgverleners in de ouderenzorg een viertal Basis Interactie Trainingen ontwikkeld op basis van de principes van de methode VIO. Cliëntgerichte Basis Interactie Training (BIT 1); Basistraining omgaan met probleemgedrag en agressief gedrag; Training omgaan met probleemgedrag (combinatie 1 en 2); Teamgerichte Basis Interactie Training.
1.5 Eenmalige presentaties Het Expertisecentrum VIO – De Wever verzorgt op verzoek workshops, lezingen of gastlessen aan groepen.
1.6 Subsidiemogelijkheid Wij willen u er graag op attenderen dat u via de Ondersteuningsregeling ‘Veilig Werken in de Zorg’ subsidie kunt aanvragen voor maatregelen die u neemt voor de invoering en ondersteuning van beleid op het gebied van voorkomen en omgaan met agressie. De opleidingen van VIO komen in aanmerking voor deze regeling.
1.7 Producten van het Expertisecentrum
DVD Goed Bekeken deel 1 (1997): € 10, - ; DVD Goed Bekeken deel 2 (2005): € 25, - ; DVD Goed Bekeken deel 3 (2011): € 25, - ; DVD Goed Bekeken deel 4 met boekje verschijnt in de loop van 2014; Module VIB in de Ouderenzorg: € 20, - ; Combi Module VIB in de Ouderenpsychiatrie + DVD 3: € 40, - ; Module VIO bij het syndroom van Korsakov: € 15, -
4
1.8 Publicaties
Goede Zorg in Beeld, Denkbeeld 2013 – nummer 2; Video Interactie Begeleiding bij hypochondrie, Denkbeeld 2011 – nummer 4; Video Interactie Begeleiding bij depressie, Denkbeeld 2011 – nummer 2 Een beeld zegt meer dan 100 woorden, Denkbeeld 2011 – nummer 1 Het oog van de camera, Bijzijn januari 2007; Zicht op interactie, Blad voor Fysiotherapie juni 2006; Goed Bekeken, Denkbeeld februari 2006.
5
2.
De methode VIO
2.1 Uitgangspunten VIO Video Interventie Ouderenzorg (VIO) is een beproefde begeleidingsmethode waarbij goede zorg en de zorgrelatie centraal staan. De methode leert zorgverleners af te stemmen op de zorgbehoefte van de cliënt en ondersteunt hen in het communicatief aansluiten bij de cliënt. Voornamelijk wanneer er sprake is van door hen ervaren probleemgedrag. De verschillende interventies binnen deze methode hebben als vertrekpunt een relationele zorgopvatting, waarbij geslaagde communicatie en geslaagde relationele afstemming kernbegrippen zijn. Dit presentieverrijkte deel is gebaseerd op de Presentiebenadering. Het kernbegrip ‘’geslaagde communicatie’’ is gebaseerd op theorieën uit de ethologie en communicatiewetenschappen en op kennis van ziektebeelden / doelgroepen binnen de ouderenzorg. Het begeleidingstraject bij zorgverleners is gebaseerd op principes uit (sociale) leertheorieën. Wezenlijk hierbij is dat het proces stapsgewijs geschiedt middels videofeedback. Uitgangspunt is de zorgrelatie en de geslaagde communicatie tussen cliënt en zorgverlener binnen deze zorgrelatie. In deze zorgrelatie zijn de aanwezige mogelijkheden in de communicatie tussen de oudere en de zorgverlener het vertrekpunt. Gelijktijdig wordt er gekeken naar de mate waarin de zorgverlener afstemt op de relatie met de cliënt. Waar ‘lijdt’ hij aan en/of welk appèl doet hij daarmee op de zorgverlener? En hoe kan je als zorgverlener, middels geslaagde communicatie, aan dit appèl beantwoorden? Er wordt gebruik gemaakt van het medium video om dit alles in beeld te brengen. In de video-opnamen wordt gekeken hoe de interactie tussen zorgverlener en cliënt verloopt. Wat gaat nog wel goed? Welke basiselementen van geslaagde communicatie zijn daarin terug te vinden? Hoe kunnen deze basiselementen toegepast gaan worden in moeilijkere situaties? De video-opnamen worden geanalyseerd aan de hand van een contactelementenschema (Contactritueel en Basis Interactie Principes) waarin de mate van geslaagde communicatie weergeven wordt. In dit schema zijn tevens criteria voor geslaagde relationele afstemming opgenomen: het (h)erkennen van signalen van ongenoegen en (gevoel)uitingen van ervaren leed, de mogelijke betekenis ervan achterhalen en de zorg en/of benadering hierop aanpassen. Dit schema wordt de KIJKWIJZER genoemd. De VIO-Begeleider maakt op basis van deze schema’s een analyse van de probleemsituatie en stelt een plan van aanpak op waarin stapsgewijs ontbrekende elementen aan de orde komen tijdens het begeleidingsproces van het team. Vervolgens wordt er gestart met de uitvoeringsfase. Deze fase kenmerkt zich door een afwisseling van video-opname, videofeedback en het oefenen van de opdracht. Zo worden zorgverleners zich bewust van hun eigen capaciteiten in de communicatie en leren ze de basiselementen geslaagde communicatie steeds meer uit te breiden en ook toe te passen in moeilijkere (probleem) situaties. Tegelijkertijd wordt aan de hand van het schema door de VIO-Begeleider gekeken in welke mate er sprake is van geslaagde relationele afstemming en hoe dit stapsgewijs in het veranderproces ingebracht kan worden. Hierdoor leren zorgverleners bepaalde gevoelsuitingen zien, herkennen en kunnen zij ook betekenis geven aan het onderliggend leed. Hun handelen kan zo afgestemd worden op wat de cliënt nodig heeft, middels geslaagde communicatie. Wanneer er meer momenten van geslaagde communicatie en geslaagde relationele afstemming zijn tussen de cliënt en de zorgverlener kan er optimale zorg verleend worden. Niet alle energie gaat op aan conflicten en het corrigeren van onbegrepen gedrag maar er ontstaat weer ruimte om aandacht te geven aan de gevoelens en beleving van de cliënt. Doordat de onderliggende laag van het gedrag nu beter begrepen wordt kan er ook beter afgestemd worden op het geuite leed en is de zorgverlener in staat om dit leed te verzachten en in ieder geval zal er niet meer (onbedoeld) leed toegevoegd worden. Zowel de cliënt als zorgverlener zal zich hierdoor prettiger voelen. VIO is zowel toepasbaar binnen instellingen bij professionele zorgverleners als bij mantelzorgers.
6
2.2
Theoretische onderbouwing
Presentieverrijking Het uitgangspunt bij VIO is visie op goede zorg. Deze zorgvisie is gebaseerd op de Theorie van Presentie. Deze theorie maakt deel uit van de stroming van zorgethiek en is gebaseerd op het omvangrijke werk Een theorie van presentie van Andries Baart dat in 2001 verscheen. Presentie begint bij de zorgrelatie en zoekt van daaruit naar een specifieke invulling van goede zorg. Present zijn is een welomschreven wijze van aanwezig zijn op een manier die anderen goed doet. Goede zorg verhoudt zich tot het lijden van de ander, waarbij het ook kan gaan om alledaagse zaken, het kleine lijden. Het appèl dat de lijdende persoon op de verzorgende doet wordt samengevat in de 1 kernzin: Telt het voor jou – dat dit hier bij mij – almaar weer zo gaat – pijn doet – en stoppen moet? dit betekent het (kleine) lijden erkennen, het onder ogen zien en vervolgens er alles aan doen om het lijden te verzachte of draaglijk te maken. Dit gebeurt door relationele afstemming. In de term relationele afstemming zijn twee kernbegrippen uit de presentietheorie samengebracht: relatie en afstemmen. Waarin wordt uitgedrukt: zorg is relationeel op elkaar betrokken zijn, waarbij de ene mens, de zorggever, zich afstemt op de zorgbehoeftige. Hiervoor is het noodzakelijk dat de werker naast kennis van ziektebeelden en communicatieprincipes zich verdiept in de ander als mens. Relationele afstemming houdt in dat ook bij de dagelijkse zorghandelingen de behoeften van de ander worden onderkend en meegewogen. De inzet van goede zorg is niet de (vermeende) goede bedoelingen van de zorgverlener maar wat de zorgbehoeftige goed doet. Binnen de zorg voor mensen met dementie zijn uitingen als ''au'', ''kou'' of ''help'' signalen dat er in de afstemming iets niet goed gaat. Het is een appèl op de zorgverlener om daar op in te gaan, om te zoeken naar de betekenis van deze signalen. Ook in de zorg voor mensen met andere ziektebeelden zien we dat (gevoel) uitingen van boosheid, verdriet, angst, gespannenheid, irritatie maar ook (overdreven) vrolijkheid kunnen signalen zijn van onderliggend leed. Goede zorg heeft oog voor dit onderliggend leed, wil er betekenis aangeven om vervolgens zo te handelen dat het leed afneemt en/of dat er geen extra leed wordt toegevoegd. De kracht van VIO is dat ze aansluit bij vragen en problemen uit de dagelijkse praktijk. De videoopnamen zeggen vaak meer dan woorden kunnen bereiken. VIO biedt een gestructureerde manier van kijken naar en praten over een concrete probleemsituatie. De reflectie op het eigen handelen, die vanuit de presentiegedachte een voorwaarde is om tot relationele afstemming te komen, wordt binnen VIO toegepast. Tijdens de feedback besprekingen kijken zorgverleners onder deskundige leiding met enige afstand naar hun eigen werk waardoor ruimte ontstaat voor een andere kijk op de situatie én aangepast handelen. Geslaagde communicatie Ten behoeve van de Video Home Training (VHT) ontwikkelde de communicatiewetenschapper Schepers in 1991 het Pijlermodel. Hierin geeft hij aan dat de werking van VHT niet is terug te voeren naar één welomschreven theorie maar steunt op meerdere theoretische inzichten (de ''pijlers''). Voor VIO is het pijlermodel aangepast aan de ouderenzorg. Het Pijlermodel gaat uit van vier wetenschappelijke basisdomeinen die de praktijkmethode omkaderen. 1. De ethologie onderzoekt door middel van gedetailleerde observaties interacties. Op deze manier leveren ze ons de instrumenten waarmee we de vorm van de communicatie kunnen analyseren. Zo kan geanalyseerd of kunnen er initiatieven tot een contact genomen worden. Ook kan er geanalyseerd worden of deze initiatieven ontvangen worden en of deze ontvangst ook weer bevestigd wordt; 2. Bij het analyseren van beeldmateriaal gaat het echter niet alleen om de vorm van de communicatie maar ook om de inhoud van die communicatie. Immers, niet alleen dat er iets gezegd en ontvangen wordt is van belang maar minstens even belangrijk is hoe het gezegd wordt en in welke context dit gebeurd. Bij de analyse van deze inhoud maken we gebruik van verschillende communicatiemodellen; 3. De uiteindelijke betekenisverlening aan de communicatie hangt naast de vorm en inhoud ook nog af van de interactiepartner. Bij de VHT zijn dit kinderen, bij VIO voornamelijk ouderen. De pijler pedagogiek is hier dan ook vervangen door de pijler psychogerontologie. Om de juiste betekenis aan de beelden te verlenen is kennis van de ouder wordende mens en kennis van ziektebeelden van wezenlijk belang. Het maakt bijvoorbeeld een groot verschil of een oudere de ontvangst van een boodschap niet bevestigt omdat die boodschap niet gehoord is (bij slechthorenden) of niet begrepen is (bij dementerenden) of nog niet verwerkt is (bij vertraagde
7
reacties na een CVA); 4. Niet alleen wat wij uit de beelden analyseren is van belang maar nog veel belangrijker is hoe we anderen (zorgverleners) tot inzicht kunnen brengen wat daar gebeurt. Hierbij maken we gebruik van de laatste pijler (leer)psychologie. Hoe kunnen we het bewustzijn van mensen voor hun eigen functioneren in relatie tot anderen vergroten? Hoe leren volwassenen? Hoe komen veranderingsprocessen op gang en welke trajecten moeten daarbij doorlopen worden? Welke rol speelt het geven van feedback en videofeedback daarbij? Allemaal vragen waarop, vanuit de pijler psychologie, een antwoord valt te geven. Binnen elk van bovenstaande pijlers zijn auteurs of deeldomeinen te herkennen, die theoretische principes aanleveren, waarmee we de praktijk van de methode VIO kunnen verklaren en onderbouwen. De pijlers overlappen elkaar maar beïnvloeden elkaar ook. Zo zien we dat de communicatiewetenschappen zich bezighouden met beïnvloeding middels het geven van boodschappen en dat ditzelfde weer terugkomt bij het op gang brengen van veranderingsprocessen binnen de psychologie. Nieuwe manieren van communicatie, bijvoorbeeld via de computer, zouden ons ook nieuwe vormen kunnen bieden in een begeleidingstraject met VIO (bijvoorbeeld het aanbieden van richtlijnen in beeld in een digitaal zorgdossier). Zo blijft het theoretische pijlermodel een dynamisch model.
2.3 KIJKWIJZER Het analyseren en beoordelen van videobeelden vraagt om een specifieke methodisch systematische manier van kijken. Om zowel de geslaagde communicatie als de mate van relationele afstemming in kaart te kunnen brengen is een KIJKWIJZER ontwikkeld. Deze KIJKWIJZER is het uitgangspunt bij het opstellen van begeleidingstrajecten. Contactritueel en Basis Interactie Principes De pijler 'ethologie' leert ons dat een geslaagd contact verloopt volgens een bepaalde volgorde, een ritueel. Dit contactritueel bestaat uit drie elementen: 1. De opening van het contact; 2. De handhaving van het contact; 3. De afsluiting van het contact. Voor geslaagde communicatie is niet alleen het doorlopen van het contactritueel belangrijk maar ook een aantal interactie principes die binnen de handhaving van het contact gekenmerkt wordt. Zo biedt de pijler 'ethologie' een aantal instrumenten, waarmee de vorm van de communicatie in de videobeelden geanalyseerd kan worden. Om geslaagde communicatie beter inzichtelijk te maken zijn de interactie principes beperkt tot vijf basis interactie principes: 1. Het volgen van initiatieven; 2. Het bevestigen van de ontvangst; 3. Het instemmend benoemen; 4. Het verdelen van beurten; 5. Het leidinggeven aan de communicatie. Relationele afstemming In de relationele afstemming zijn verschillende stadia te herkennen. Voor de analyse van de videobeelden is hiertoe een schema ontwikkeld waarin op een 7-punts schaal aangegeven kan worden in welke mate er sprake is van het desbetreffende item. Aan bod kan komen: In hoeverre worden (gevoels) uitingen (verbaal en non-verbaal) van de cliënt gevolgd gedurende het contact? In hoeverre toont de cliënt (gevoels) uitingen gedurende het contact?; In hoeverre worden (gevoels) uitingen van de cliënt (verbaal en non-verbaal) ontvangen en benoemd gedurende het contact? In hoeverre geeft de cliënt boodschappen (verbaal en nonverbaal) dat zijn gevoelens ontvangen worden?; In hoeverre wordt er een afgestemde respons gegeven op de onderliggende worsteling / leed van de cliënt? In hoeverre voelt de cliënt zich gehoord in de onderliggende worsteling / leed?; In hoeverre heeft de verzorgende het handelen afgestemd op de onderliggende worsteling / leed van de cliënt? In hoeverre doen handelingen bij de cliënt de worsteling / leed afnemen?
8
2.4 Kracht van VIO Zoals eerder genoemd zit de grootste kracht van de methode VIO in het uitgangspunt van geslaagde communicatie ingebed in een relationele zorgvisie. Maar er speelt nog een kracht waardoor VIO zo succesvol is. Door het gebruik van het medium video zijn we in staat om de momenten van deze geslaagde communicatie en afstemming te laten zien aan de zorgverlener. Doordat de zorgverlener bij het terugkijken van deze beelden buiten de oorspronkelijke situatie geplaatst wordt, is hij in staat om met een andere bril op naar die situatie te kijken. In de feedback sessies vindt er daardoor een verschuiving plaats van de focus op het (storende) gedrag van de ander naar de focus op het eigen gedrag. Tegelijkertijd vindt er een verschuiving plaats in de toeschrijving naar de oorzaken van dat storende gedrag. Door de andere betekenis die gegeven wordt aan het gedrag, is de zorgverlener ook in staat om zelf anders te gaan handelen. 'Anders' kijken wordt zo gevolgd door 'andere betekenis geven aan' en door 'anders handelen'. De kracht van taal Bij de analyse van de videobeelden wordt gebruik gemaakt van het contactritueel, de vijf basis interactie principes en de VIO KIJKWIJZER. Aan de hand van deze instrumenten wordt ook de feedback gegeven. Concreet waarneembaar gedrag kan zo worden besproken in concrete termen. Al kijkend leren de zorgverleners, door de VIO-Begeleider, in deze termen te praten. De VIO-Begeleider vraagt bijvoorbeeld: Wordt die boodschap ontvangen? Zo ja, waar zie je dat aan? Hoe geeft de cliënt dit aan? Precies, hij kijkt de verzorger aan, hij knikt en hij gaat de handeling uitvoeren. Zo leert iedereen dezelfde taal spreken en wordt de onderlinge communicatie tussen zorgverleners duidelijker. De vage uitdrukking 'structuur bieden' zou dan kunnen worden: leiding geven door korte boodschappen te geven, controleren of die binnenkomen en vervolgens de handeling inzetten en blijven volgen of het contact met de cliënt nog geopend is. Het voordeel van 'allemaal dezelfde taal spreken' mag duidelijk zijn. Wanneer een zorgverlener tijdens de training met VIO heeft geleerd hoe zij het beste met het gedrag van een bepaalde cliënt om kan gaan, is ze nu ook in staat om aan collega's in concrete termen uit te leggen wat ze dan precies doet en hoe anderen dat ook voor elkaar kunnen krijgen. Voorts kunnen deze adviezen ook in het zorgdossier geschreven worden, waarbij het voor een ieder duidelijk is wat er bedoeld wordt. Dit vergroot aanmerkelijk de kans dat de adviezen ook opgevolgd gaan worden.
9
3.
Opleidingsaanbod
3.1 Introductiecursus Video Interventie Ouderenzorg Wilt u meer weten over VIO, de opleidingen die wij verzorgen en kijken of deze methode ook iets voor uw instelling kan zijn? Kom dan naar de eendaagse introductiecursus. Ernstig of complex probleemgedrag In de ouderenzorg komt steeds vaker probleem (ervaren) gedrag voor. De complexiteit, intensiteit en de mate waarin dit gedrag met agressie gepaard gaat maakt het voor zorgverleners steeds moeilijker om goede zorg te geven. Mede daardoor ontstaat er een steeds toenemende behoefte aan ondersteunende interventies. Video Interventie Ouderenzorg (VIO) VIO is zo'n (mediatieve) interventie die door behandelaren ingezet wordt in behandelcentra voor ouderen. Het is een begeleidingsmethodiek die aansluit bij de hulpvraag van zorgverleners en hen middels video feedback ondersteunt. Stapsgewijs leren zij omgaan met het moeilijke gedrag en krijgen zo weer grip op dat gedrag. Doel van de begeleiding is om te komen tot goede zorg in complexe probleemsituaties in de ouderenzorg. Middel en vertrekpunt daarbij is geslaagde communicatie, ingebed in en relationele zorgvisie. Expertisecentrum VIO – De Wever Het expertisecentrum heeft jarenlange ervaring in het ontwikkelen, toepassen en verder uitbouwen van deze begeleidingsmethode. De expertise bestaat uit toepassing van video interventie op alle terreinen in de ouderenzorg en bij zeer specifieke doelgroepen binnen die zorg zoals mensen met dementie, niet aangeboren hersenletsel of een psychiatrische aandoening. De oude methode Video Interactie Begeleiding in de Ouderenzorg is verrijkt met het gedachtegoed van de Presentiebenadering, waarin de zorgrelatie en het geven van goede zorg centraal staat. Ten behoeve van de kennisoverdracht verzorgen we al 15 jaar opleidingen en trainingen in het hele land. In de opleiding tot VIO-Begeleider maakt de cursist zich de interventie eigen om zo toe te kunnen passen in de eigen werkpraktijk in de ouderenzorg. Er wordt uitgebreid aandacht besteed aan het implementeren van deze methodiek binnen de instelling waar de cursist werkzaam is. Daarnaast verzorgen we ook opleidingen tot Cursusleider Basis Interactie Trainingen (BIT). In verschillende modules van deze opleiding maakt de cursist zich deze trainingen eigen. De BIT is een cursus deskundigheidsbevordering voor afdelingsteams. Voor wie De Introductiecursus is specifiek bedoeld voor medewerkers die betrokken zijn bij de totstandkoming en implementatie van nieuwe ontwikkelingen in de zorg en voor medewerkers die geïnteresseerd zijn in de methode VIO en onze opleidingen. U kunt zich aanmelden via de website www.vio-dewever.nl onder het kopje ''Actueel''.
10
3.2
Opleiding Begeleider Video Interventie Ouderenzorg (VIO)
Start Omvang Studiebelasting Docent Beoordeling Aantal deelnemers
September en januari, of in Company in overleg. 5 dagdelen theorie, 20 uur training per cursist. Gedurende 24 maanden, afsluiting met een eindpresentatie. 4 uur per week. Andrea de Groot, Gerard van de Rijt en Gea de Kaste. VIO docenten van het Expertisecentrum VIO – De Wever. Na afloop van de opleiding ontvangt u een certificaat. Maximaal 6.
Inleiding Zorgverleners leren omgaan met probleemgedrag van cliënten. In de ouderenzorg ervaart men steeds vaker probleemgedrag. De complexiteit, intensiteit en de mate waarin dit gedrag met agressie gepaard gaat maakt het voor zorgverleners steeds moeilijker om goede zorg te bieden. Daardoor ontstaat er in toenemende mate behoefte aan ondersteuning en ondersteunende methodieken en interventies. Video Interventie Ouderenzorg, is zo'n (mediatieve) interventie die door behandelaren ingezet wordt in behandelcentra voor ouderen. Het is een begeleidingsmethodiek die zorgverleners middels video feedback ondersteunt. Stapsgewijs leren zij omgaan met het moeilijke gedrag en krijgen zo weer grip op dat gedrag. Doelgroep De opleiding is bedoeld voor logopedisten maar ook psychologen, verpleegkundigen en andere paramedici kunnen aan de opleiding deelnemen. Inhoud Na afloop van het programma: Kunt u geschikte video-opnamen maken in de werkpraktijk van medewerkers; Bent u in staat om hulpvragen van zorgverleners bij probleemgedrag (zoals agressief gedrag, claimend gedrag, roepgedrag, afweer gedrag bij zorg) te concretiseren; Bent u in staat om zorgverleners te helpen bij het oplossen van deze concreet geformuleerde hulpvraag; Kunt u videobeelden analyseren naar vorm en betekenis van de communicatie in die beelden; Kunt u de mate van relationele afstemming in het contact analyseren vanuit die beelden; Kunt u een begeleidingstraject uitzetten na analyse van de intake en analyse van de videobeelden; Kunt u zelfstandig een begeleidingstraject uitvoeren, door reflecties middels video feedback. Die gericht zijn op het in gang zetten van gedragsveranderingen bij de zorgverleners; Weet u in het begeleidingstraject doelgerichte oefenopdrachten te geven voor de praktijk van de zorgverleners; Heeft u een attitude (verder) ontwikkeld die gericht is op de mogelijkheden en capaciteiten van zorgverleners en cliënten in plaats van gericht op onmogelijkheden en gebreken; Bent u in staat om video feedback te geven met deze capaciteiten als vertrekpunt en vanuit geslaagde communicatie en geslaagde relationele afstemming; Bent u in staat om zowel teams als mantelzorgers te ondersteunen met behulp van een begeleidingstraject VIO; Heeft u kennis van gebruikte theorieën (zoals ethologie, communicatiewetenschappen, presentiebenadering, gerontologie, kennis van ziektebeelden, kennis van veranderingsprocessen en leertheorieën); Weet u theoretische kennis te integreren in de praktische uitvoering van VIO en weet u deze kennis te implementeren binnen uw instelling. Werkwijze De methode VIO gaat uit van een theoretisch pijlermodel. Voor meer informatie over de werking van de methodiek en de theoretische onderbouwing kunt u kijken op www.vio-dewever.nl.
11
In de opleiding tot VIO-Begeleider maakt de cursist zich deze interventie eigen om zo toe te kunnen passen in de eigen werkpraktijk in de ouderenzorg. Tevens wordt er aandacht besteed aan het implementeren van deze methodiek binnen de instelling waar de cursist werkzaam is. Toelatingseisen U beschikt over HBO denk- en/of werkniveau. Tevens bent u werkzaam in de ouderenzorg. Opmerkingen Wat is er zo uniek aan deze opleiding: Een theoretisch gefundeerde interventie vanuit een eigentijdse zorgvisie; Een opleiding die nieuwe en reeds bekende theorieën in de werkpraktijk aan elkaar koppelt. Reeds vanaf het begin resultaat door het onder begeleiding uitvoeren van casussen; Ingezet door (gedrag) deskundigen bij steeds complexer probleemgedrag in de ouderenzorg; Opleiding wordt verzorgd vanuit het Expertisecentrum VIO – De Wever. 15 jaar lang expert in toepassing, ontwikkeling en kennis van VIO, specifiek gericht op cliënten van behandel- en zorgcentra voor ouderen.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
12
3.3
Opleiding Cursusleider Basis Interactie Trainingen (BIT)
De cursusleider i.o. heeft de opleiding tot VIO-Begeleider gevolgd Module 1: Cursusleider BIT cliëntgericht Start Omvang
Studiebelasting Docent Beoordeling Aantal deelnemers
In overleg. 2 dagdelen theorie, 3 trainingsbijeenkomsten en een afsluiting. Tijdens de opleiding geeft de cursist zelfstandig 1 BIT aan een groep van 15 personen van de eigen instelling. 1 uur in de week. Andrea de Groot, Gerard van de Rijt en Gea de Kaste. VIO docenten van het Expertisecentrum VIO – De Wever. Na afloop van de opleiding ontvangt u een certificaat. Maximaal 6.
Inleiding Basis Interactie Training (BIT): Zorgverleners anders leren kijken. Goede zorg aan cliënten vraagt veel van medewerkers. Binnen de V&V sector hebben we in toenemende mate te maken met cliënten met moeilijk begrijpbaar gedrag en complexe ziektebeelden. Het valt niet mee om dan goede zorg te geven. Veel gebeurd op gevoel. Toch zijn er handvatten en regels te leren om, door middel van een geslaagde communicatie, af te stemmen op de cliënt en op wat hij nodig heeft. Zo kan er goede zorg gegeven worden waar zowel de medewerkers als de cliënten zich fijn bij voelen. De BIT trainingen zijn ontwikkeld om medewerkers te ondersteunen in de dagelijkse praktijk in de omgang met oudere cliënten zowel op psychogeriatrische als op somatische afdelingen. De cursusleider BIT verzorgd de trainingen binnen zijn of haar eigen instelling. Doelgroep De module 1is bedoeld voor VIO-Begeleiders die hun opleiding bij het Expertisecentrum VIO – De Wever hebben genoten. Inhoud Na afloop van het programma: Bent u in staat om zelfstandig de training BIT – cliëntgericht te verzorgen; Heeft u kennis van gebruikte theorieën (presentiebenadering, leerstijlen, kernkwadranten); Weet u theoretische kennis te integreren in de praktische uitvoering van de training en weet u deze kennis te implementeren binnen uw instelling. Werkwijze De BIT maakt gebruik van principes uit de methode VIO. Deze methode gaat uit van een theoretisch pijlermodel. Voor meer informatie over de werking van de methodiek en de theoretische onderbouwing kunt u kijken op www.vio-dewever.nl. In de opleiding tot Cursusleider BIT – cliëntgericht maakt de cursist zich de BIT training gedurende de opleiding eigen en hij is daarna in staat om de trainingen in de eigen werkpraktijk in de ouderenzorg toe te passen. Toelatingseisen U beschikt over het certificaat VIO-Begeleider van Expertisecentrum VIO – De Wever. Tevens bent u werkzaam in de ouderenzorg.
13
Opmerkingen Wat is er zo uniek aan deze opleiding: Het leren verzorgen van trainingen die gebaseerd zijn op een theoretisch fundament en vanuit een eigentijdse zorgvisie; Een opleiding die nieuwe en reeds bekende theorieën in de werkpraktijk aan elkaar koppelt. Tijdens de opleiding al resultaat door het, onder begeleiding, uitvoeren van een volledig BIT traject; Ingezet door (gedrag) deskundigen / trainers / docenten uit de eigen instelling; Opleiding wordt verzorgd vanuit het Expertisecentrum VIO – De Wever. 15 jaar lang expert in toepassing, ontwikkeling en kennis van VIO, specifiek gericht op cliënten van behandel- en zorgcentra voor ouderen.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
14
3.4
Opleiding Cursusleider BIT – Cliëntgericht aanvullend probleemgedrag en agressief gedrag
De cursusleider i.o. heeft de opleiding tot VIO-Begeleider en tot cursusleider BIT- cliëntgericht gevolgd Module 2: Cursusleider BIT – cliëntgericht aanvullend: Probleemgedrag Start Omvang
Studiebelasting Docent Beoordeling Aantal deelnemers
In overleg. 1 dagdeel theorie, 2 trainingsbijeenkomsten en een afsluiting. Tijdens de opleiding geeft de cursist zelfstandig de 2 aanvullende dagdelen van de BIT – cliëntgericht aan een groep van 15 personen van de eigen instelling. 1 uur in de week. Andrea de Groot, Gerard van de Rijt en Gea de Kaste. VIO docenten van het Expertisecentrum VIO – De Wever. Na afloop van de opleiding ontvangt u een certificaat. Maximaal 6.
Inleiding Aanvulling op Basis Interactie Trainingen (BIT): Probleemgedrag / Agressie Medewerkers krijgen in het dagelijkse werk steeds vaker te maken met moeilijk begrijpbaar gedrag en agressie, specifiek van kwetsbare cliënten die niet of slechts deels verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor hun handelen. Dit vraagt veel van medewerkers en zij vragen steeds vaker om ondersteuning om op een juiste wijze op dit gedrag te reageren. Deze aanvulling op de BIT – cliëntgericht richt zich op dit moeilijk begrijpbare gedrag en op vormen van dreigend of destructief gedrag, wat vaak een grote impact heeft op de betrokkenen. Het aanvullende deel is ontwikkeld om medewerkers te ondersteunen in het voorkomen en hanteerbaar maken van agressief gedrag. De cursusleider BIT verzorgd deze aanvullende trainingen binnen zijn of haar eigen instelling. Doelgroep De opleiding is bedoeld voor VIO-Begeleiders die hun opleiding bij het Expertisecentrum VIO – De Wever hebben genoten en reeds de Module BIT – Cliëntgericht gevolgd hebben. Inhoud Na afloop van het programma: Bent u in staat om zelfstandig de aanvullende dagdelen op de BIT – Cliëntgericht te verzorgen; Heeft u kennis van gebruikte theorieën (zoals basisprincipes agressie, crisisontwikkelingsmodel, territoriumleer en houdingsaspecten bij agressie); Heeft u kennis van weerbaarheidoefeningen en lichaamstechnieken ter zelfbescherming; Weet u theoretische kennis te integreren in de praktische uitvoering van VIO en weet u deze kennis te implementeren binnen uw instelling. Werkwijze De BIT maakt gebruik van principes uit de methode VIO. Deze methode gaat uit van een theoretisch pijlermodel. Voor meer informatie over de werking van de methodiek en de theoretische onderbouwing kunt u kijken op www.vio-dewever.nl. In de opleiding tot Cursusleider BIT – Cliëntgericht maakt de cursist zich de aanvullende dagdelen van de BIT training eigen om zo toe te kunnen passen in de eigen werkpraktijk in de ouderenzorg. Toelatingseisen U beschikt over het certificaat VIO-Begeleider van Expertisecentrum VIO – De Wever. Tevens bent u werkzaam in de ouderenzorg.
15
Opmerkingen Wat is er zo uniek aan deze opleiding: Het leren verzorgen van trainingen die gebaseerd zijn op een theoretisch fundament en vanuit een eigentijdse zorgvisie; Een opleiding die nieuwe en reeds bekende theorieën in de werkpraktijk aan elkaar koppelt. Tijdens de opleiding al resultaat door het onder begeleiding uitvoeren van het aanvullende BIT traject; Ingezet door (gedrag) deskundigen / trainers / docenten uit de eigen instelling; Opleiding wordt verzorgd vanuit het Expertisecentrum VIO – De Wever. Al 15 jaar lang expert in toepassing, ontwikkeling en kennis van VIO, specifiek gericht op cliënten van behandel- en zorgcentra voor ouderen.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
16
3.5
Opleiding Cursusleider BIT – Teamgericht
De cursusleider i.o. heeft de opleiding tot VIO- Begeleider en de opleiding tot cursusleider BITcliëntgericht gevolgd. Module 3: Cursusleider BIT: teamgericht Start Omvang
Studiebelasting Docent Beoordeling Aantal deelnemers
In overleg. 1 dagdeel theorie, 3 trainingsbijeenkomsten en een afsluiting. Tijdens de opleiding geeft de cursist zelfstandig 1 BIT – teamgericht aan een groep van 15 personen van de eigen instelling. 1 uur in de week. Andrea de Groot, Gerard van de Rijt en Gea de Kaste. VIO docenten van het Expertisecentrum VIO – De Wever. Na afloop van de opleiding ontvangt u een certificaat. Maximaal 6.
Inleiding Aanvulling op Basis Interactie Trainingen (BIT): Teams anders leren communiceren met elkaar Deze teamgerichte BIT-2 is ontwikkeld om medewerkers te ondersteunen in de dagelijkse praktijk in de omgang met elkaar, met als doel om zo goed mogelijke zorg aan cliënten te geven. Communiceren met collega’s kan op verschillende manieren gebeuren. Veel misverstanden kunnen verholpen en voorkomen worden door op een andere manier met elkaar te communiceren. In plaats van te kijken naar wat er allemaal misgaat in een team, wordt in deze cursus uitgegaan van capaciteiten die een ieder heeft in de communicatie met collega’s. Ook komen de verschillende rollen aan bod die je in een team hebt en hoe je deze in kan zetten om samen zo goed mogelijk af te stemmen op de cliënt. De scholing is bedoeld voor teams die op een andere manier met elkaar willen communiceren en uit willen gaan van capaciteiten van de teamleden in plaats van tekortkomingen. Dit alles met als doel om zo goed mogelijke zorg te bieden. De cursusleider BIT verzorgd deze trainingen binnen zijn of haar eigen instelling. Doelgroep De module 3 is bedoeld voor VIO-Begeleiders die hun opleiding bij het Expertisecentrum VIO – De Wever hebben genoten. En bij voorkeur de module BIT – Cliëntgericht hebben gevolgd. Inhoud Na afloop van het programma: Bent u in staat om zelfstandig de BIT – Teamgericht te verzorgen; Heeft u kennis van gebruikte theorieën (presentiebenadering, leerstijlen, kernkwadranten, teamrollen, geven en ontvangen van feedback); Weet u theoretische kennis te integreren in de praktische uitvoering van de training en weet u deze kennis te implementeren binnen uw instelling. Werkwijze De BIT maakt gebruik van principes uit de methode VIO. Deze methode gaat uit van een theoretisch pijlermodel. Voor meer informatie over de werking van de methodiek en de theoretische onderbouwing kunt u kijken op www.vio-dewever.nl. In de opleiding tot Cursusleider BIT – Teamgericht maakt de cursist zich de BIT trainingen eigen gedurende de opleiding en is daarna in staat om de trainingen in de eigen werkpraktijk in de ouderenzorg toe te passen. Toelatingseisen U beschikt over het certificaat VIO-Begeleider van het Expertisecentrum VIO – De Wever. Tevens bent u werkzaam in de ouderenzorg. Bij voorkeur heeft u de module BIT – Cliëntgericht gevolgd.
17
Opmerkingen Wat is er zo uniek aan deze opleiding: Het leren verzorgen van trainingen die gebaseerd zijn op een theoretisch fundament en vanuit een eigentijdse zorgvisie; Een opleiding die nieuwe en reeds bekende theorieën in de werkpraktijk aan elkaar koppelt. Tijdens de opleiding al resultaat door het onder begeleiding uitvoeren van een volledig BIT traject; Ingezet door (gedrag) deskundigen / trainers / docenten uit de eigen instelling; Opleiding wordt verzorgd vanuit het Expertisecentrum VIO – De Wever. Al 15 jaar lang expert in toepassing, ontwikkeling en kennis van VIO, specifiek gericht op cliënten van behandel- en zorgcentra voor ouderen.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
18
3.6
Opleiding Cursusleider BIT – Cliëntgericht
De cursusleider i.o. heeft geen opleiding tot VIO-Begeleider gevolgd. Module 1: Cursusleider BIT Cliëntgericht Start Omvang
Studiebelasting Docent Beoordeling Aantal deelnemers
In overleg Deel 1: 2 dagdelen theorie en 10 trainingsbijeenkomsten. Deel 2: 3 dagdelen theorie, 3 trainingsbijeenkomsten en een afsluiting. Tijdens deel 2 van de opleiding geeft de cursist zelfstandig 1 BIT training aan een groep van 15 personen van de eigen instelling. Deel 1: 4 uur per week Deel 2: 1 uur per week Andrea de Groot, Gerard van de Rijt en Gea de Kaste. VIO docenten van het Expertisecentrum VIO – De Wever. Na afloop van de opleiding ontvangt u een certificaat. Maximaal 6
Inleiding Basis Interactie Training: Zorgverleners anders leren kijken Goede zorg aan cliënten geven vraagt veel van medewerkers. Binnen de V&V sector hebben we in toenemende mate te maken met cliënten met moeilijk begrijpbaar gedrag en complexe ziektebeelden. Het valt niet mee om dan goede zorg te geven. Veel gebeurd op gevoel. Toch zijn er handvatten en regels om, door middel van een geslaagde communicatie, af te stemmen op de cliënt en op wat hij nodig heeft. Zo kan er goede zorg gegeven worden waar zowel de medewerkers als de cliënten zich fijn bij voelen. De BIT trainingen zijn ontwikkeld om medewerkers te ondersteunen in de dagelijkse praktijk in de omgang met oudere cliënten zowel op psychogeriatrische als op somatische afdelingen. Alvorens de BIT te kunnen gaan geven leert de cursusleider i.o. eerst de principes van de methode VIO, het analyseren van beelden en het geven van videofeedback. De cursusleider BIT verzorgd de trainingen binnen zijn of haar eigen instelling. Doel De cursus maakt medewerkers bewust van hun drijfveren om dit werk te doen en van hun eigen gedrag in de communicatie en de relatie met de cliënt. Het is een training waarin de eigen bijdrage in de communicatie in beeld wordt gebracht. De interactieprincipes van geslaagde communicatie geven de deelnemers hiervoor handvatten. De methode gaat uit van capaciteiten, d.w.z. van de sterke kanten die iemand laat zien in het contact met de ander. Middels videofeedback worden de veranderingsprocessen in gang gezet. Daarnaast komt ook de interactiepartner in beeld: wie is die oudere, wat is zijn ziektebeeld, waar ‘’lijdt’’ hij aan. En vooral: welk appèl doet hij daarmee op de verzorgende en hoe kunnen zij daar in de relatie, middels communicatie, op afstemmen. Het doel van deze training is voornamelijk gericht op individuele deelnemer. Door theorie met praktijk te verbinden en vooral door naar zichzelf te kijken worden de volgende doelen bereikt: Bewustwording van het eigen aandeel in interactie met cliënten; Hanteren van dezelfde communicatietermen; Bewustwording van eigen capaciteiten in communicatie en afstemmen in de relatie; Herkennen van kenmerken van ziektebeelden; Begrijpen wat de gevolgen van het ziektebeeld voor de cliënt kunnen betekenen; Af kunnen stemmen op het appèl wat de cliënt daarmee op de zorgverlener doet. Daarnaast wordt er in het team ook het een en ander in gang gezet. Doordat er naar capaciteiten gekeken wordt en naar wat er al wel goed gaat ontstaat er een open communicatie in het team en worden deelnemers zich bewust van capaciteiten van collega’s. Elkaar zien in herkenbare situaties levert ineens mogelijkheden tot uitwisseling op.
19
Inhoud Na afloop van het programmadeel 1: Kunt u geschikte video-opnamen maken in de werkpraktijk van medewerkers; Kunt u videobeelden analyseren naar vorm en betekenis van de communicatie in die beelden; Kunt u de mate van relationele afstemming in het contact analyseren vanuit die beelden; Kunt u middels videofeedback reflecties geven die gericht zijn op het in gang zetten van gedragsveranderingen bij de zorgverleners; Heeft u een attitude (verder) ontwikkeld die gericht is op mogelijkheden en capaciteiten van zorgverleners en cliënten in plaats van gericht op onmogelijkheden en gebreken; Bent u in staat om videofeedback te geven met deze capaciteiten als vertrekpunt en vanuit geslaagde communicatie en geslaagde relationele afstemming; Heeft u kennis van gebruikte theorieën (zoals ethologie, communicatiewetenschappen, presentiebenadering, gerontologie, kennis van ziektebeelden, kennis van veranderingsprocessen en leerprocessen); Weet u theoretische kennis te integreren in de praktische uitvoering van VI en weet u deze kennis te implementeren binnen uw instelling. Na afloop van programmadeel 2: Bent u in staat om zelfstandig de training BIT – Cliëntgericht te verzorgen; Heeft u kennis van gebruikte leertheorieën (leerstijlen, kernkwadranten); Weet u theoretische kennis te integreren in de praktische uitvoering van de training en weet u deze kennis te implementeren binnen uw instelling. Doelgroep De opleiding is bedoeld voor psychologen, logopedisten, (gedrag) verpleegkundigen en trainers of docenten in het beroepsonderwijs in de ouderenzorg. Werkwijze De BIT maakt gebruik van principes uit de methode VIO. Deze methode gaat uit van een theoretisch pijlermodel. Voor meer informatie over de werking van de methodiek en de theoretische onderbouwing kunt u kijken op www.vio-dewever.nl. In deel 2 van de opleiding tot cursusleider BIT – Cliëntgericht maakt de cursist zich de training eigen gedurende de opleiding en is daarna in staat om de trainingen in de eigen werkpraktijk in de ouderenzorg toe te passen. Toelatingseisen U beschikt over HBO denk- en/of werkniveau. Tevens bent u werkzaam in de ouderenzorg. Opmerkingen Wat is er zo uniek aan deze opleiding: Het leren verzorgen van trainingen die gebaseerd zijn op een theoretisch fundament en vanuit een eigentijdse zorgvisie; Een opleiding die nieuwe en reeds bekende theorieën in de werkpraktijk aan elkaar koppelt. Tijdens deel 2 van de opleiding al resultaat door het, onder begeleiding, uitvoeren van een volledig BIT traject; Ingezet door (gedrag) deskundigen / trainers / docenten uit de eigen instelling; Opleiding wordt verzorgd vanuit het Expertisecentrum VIO – De Wever. Al 15 jaar expert in toepassing, ontwikkeling en kennis van VIO, specifiek gericht op cliënten van behandel- en zorgcentra voor ouderen; Module 2 en 3 zijn gelijk aan de opleidingen die gegeven worden aan VIO-Begeleiders (zie boven).
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
20
3.7
Opleiding Cursusleider BIT aanvullend: probleemgedrag en agressief gedrag
De cursusleider i.o. heeft geen opleiding tot VIO-Begeleider gevolgd. De cursusleider i.o. heeft vooraf de opleiding BIT – Cliëntgericht gevolgd. Module 2: Cursusleider BIT – cliëntgericht aanvullend: Probleemgedrag en agressief gedrag Start Omvang Studiebelasting Docent Beoordeling Aantal deelnemers
In overleg 2 dagdelen en een afsluiting 1 uur per week Andrea de Groot, Gerard van de Rijt en Gea de Kaste. VIO docenten van het Expertisecentrum VIO – De Wever. Na afloop van de opleiding ontvangt u een certificaat. Maximaal 15 deelnemers.
Inleiding Binnen de zorgcentra voor ouderen hebben medewerkers in toenemende mate te maken met probleemgedrag. Een van de vormen van probleemgedrag die de meeste impact heeft op de betrokkene is dreigend of destructief gedrag. Deze training is gericht op de preventie en het hanteerbaar maken van agressief gedrag. Doel Na het volgen van de training is de cursist: Zich bewust van zijn/haar eigen rol bij het ontstaan van agressie en de mogelijke impact hiervan op de cliënt; In staat om agressieve uitingen vroegtijdig te signaleren en analyseren; In staat om geweldsincidenten te hanteren; In staat om het crisisontwikkelingsmodel toe te passen. Inhoud De training bestaat uit twee dagdelen van 3 uur waarin de volgende onderwerpen aan de orde komen: Basisprincipes agressie (uitleg met oefeningen); Crisisontwikkelingsmodel (invulling aan de hand van zelfingebrachte casuïstiek); Territoriumleer (invulling aan de hand van zelfingebrachte casuïstiek); Houdingsaspecten in agressieve situaties (oefeningen); Weerbaarheidoefeningen en lichaamstechnieken ter zelfbescherming. Inhoud kan aangepast worden aan de specifieke wensen van de doelgroep. Doelgroep De scholing is bedoeld voor medewerkers die in het dagelijkse werk te maken krijgen met agressie, specifiek van kwetsbare cliënten die niet of slechts deels verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor hun handelen.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
21
3.8
Overig
Extra diensten Tijdens de opleidingen kunnen extra diensten verricht worden. Hiervoor wordt het dan geldende uurtarief gerekend. Supervisie Na een opleiding bestaat de mogelijkheid om supervisie te krijgen van uit het Expertisecentrum VIO – De Wever. Hiervoor wordt het dan geldende uurtarief gerekend. Workshops / gastcolleges / lezingen Op maat kunnen voor groepen workshops, lezingen of presentaties verzorgd worden. Hiervoor wordt het dan geldende uurtarief gerekend, exclusief reiskosten.
22
4.
Basis Interactie Trainingen
Het Expertisecentrum VIO – De Wever biedt in samenwerking met docenten van het Dementie Ondersteuning- en Trainingscentrum (DOT) een viertal cursussen aan als deskundigheidsbevordering voor teams in de ouderenzorg. Deze cursussen zijn gebaseerd op de principes van de methode VIO. 4.1 Anders leren kijken De kracht van VIO zit in het anders leren kijken naar (probleem) gedrag van een cliënt, het bewust worden van je eigen aandeel daarin en leren inzien waarom die ene cliënt zich zo gedraagt. Zo kan er goede zorg gegeven worden aan die cliënt. Dit alles vanuit een zorgvisie die gericht is op de relatie en uitgaat van wat er nog wel goed gaat in de afstemming en de communicatie in die relatie. Deze uitgangspunten zijn naast de toepassing in specifieke (probleem) situaties ook vertaald naar een Basis Interactie Training, de BIT, die aan zorgteams gegeven wordt. Deze cursus is gericht op de deskundigheidsbevordering van de medewerker in de ouderenzorg of bij specifieke doelgroepen in de zorg. Ook hier is het uitgangspunt dat een ieder die goede zorg wil geven aan kwetsbare mensen, oog wil hebben voor die kwetsbaarheden daar in het handleen op af wil stemmen. Tevens gaan we ervan uit dat iedereen over capaciteiten beschikt in het contact met een andere persoon en in relatie weet af te stemmen wat die persoon nodig heeft. De BIT richt zich op deze capaciteiten, brengt ze in beeld, licht ze uit en maakt ze inzichtelijk voor de cursisten. 4.2 Doel van de BIT Het doel van deze training is voornamelijk gericht op de individuele deelnemer. Door theorie met praktijk te verbinden en vooral door naar zichzelf te kijken worden de volgende doelen bereikt: Bewustwording van het eigen aandeel in interactie met cliënten; Hanteren van dezelfde communicatietermen; Bewustwording van eigen capaciteiten in communicatie en afstemmen in de relatie; Herkennen van kenmerken van ziektebeelden; Begrijpen wat de gevolgen van het ziektebeeld voor de cliënt kunnen betekenen; Af kunnen stemmen op het appèl wat de cliënt daarmee op de zorgverlener dot. Daarnaast wordt er in het team ook het een en ander in gang gezet. Doordat er naar capaciteiten gekeken wordt en naar wat er al wel goed gaat ontstaat er een open communicatie in het team en worden deelnemers zich bewust van capaciteiten van collega’s. Elkaar zien in herkenbare situaties levert ineens mogelijkheden op tot uitwisseling (‘’O, doe jij dat zo? Ga ik morgen ook gelijk proberen’’). Door met het hele team de training te volgen wordt er een gezamenlijke perspectiefverschuiving in gang gezet. Hierdoor kun je met elkaar kijken naar ‘’waarom doen we dingen op de afdeling zoals we doen?’’ Tevens kun je met elkaar in gesprek gaan over hoe dit dan voor iedere cliënt in het bijzonder is. Zien we wat bij hem of haar op het spel staat, wat pijn doet. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat dit stopt en hoe zorgen we ervoor dat we zelf geen extra leed toevoegen door ons handelen? 4.3 Kracht van BIT De kracht van de trainingen zit voor een groot deel in het stapsgewijs bewust worden door letterlijk te kijken naar jezelf en naar collega’s. Dit gebeurt in de les onder andere middels videofeedback en rollenspel. Tussen de cursusdagen door wordt ook in de praktijk geoefend middels opdrachten. Juist de verbinding tussen theorie, het herkennen in de praktijk en oefenen hoe dan te handleen is essentieel voor veranderprocessen bij zorgverleners. Weten wat je doet, waarom je het doet en waarom het werkt stelt de zorgverlener in staat om al zijn of haar capaciteiten te benutten, maar ook om die te delen met collega’s. Ook het ‘’op afstand’’ naar de beelden kijken biedt ruimte om letterlijk meer oog te krijgen voor de cliënt en wat die nodig zou kunnen hebben van de zorgverleners. Het leed zien van cliënten, begrijpen wat dit zou kunnen betekenen en daar een koers op uitzetten is winst voor zowel de zorgverleners als de cliënt. 4.4 Ervaringen van cursisten De ervaring leert dat alle werkers in de zorg erg enthousiast zijn, van wel deskundigheidsniveau dan ook. Juist het kijken naar waar je goed in bent is voor menigeen een eyeopener. De prettige sfeer die ontstaat door het kijken naar capaciteiten wordt door velen zeer bewust ervaren, ook bij teams die vooraf bekend staan als probleemteams. Door met andere ogen te leren kijken zijn veel deelnemers
23
verbaasd over hun eigen cliënten. Het accent wat in een BIT op een specifieke doelgroep van cliënten kan liggen maakt dat er bij zorgverleners, naast kennis, ook oog komt voor de betekenis van dit ziektebeeld en voor de mogelijkheden en onmogelijkheden van de cliënt. Daarnaast ontstaat er ook oog voor het (kleine) leed dat er verscholen kan gaan achter gedragingen en wat vaak zo moeilijk zichtbaar is. Dit wordt in de training duidelijk in beeld gebracht en is daardoor voor velen (nu pas) duidelijk. Maar het gaat verder: bewust worden en weten hoe jijzelf daar dan mee om moet gaan en dat ook daadwerkelijk in de praktijk toe kunt passen! Dat maakt dat velen de ervaring delen dat ze met deze trainingen iets in handen hebben gekregen waar ze in de dagelijkse praktijk iets aan hebben. De veranderingsprocessen die bij de individuele deelnemer op gang zijn gebracht zijn blijvend en dat is de grootste winst van deze training.
24
5.
Modules Basis Interactie Training
5.1
Cliëntgerichte Basis Interactie Training (BIT 1)
Inleiding Goede zorg aan cliënten vraagt veel van medewerkers. Binnen de zorgcentra voor ouderen hebben we in toenemende mate te maken met cliënten met moeilijk begrijpbaar gedrag en complexere ziektebeelden. Het valt niet mee om dan goede zorg te geven. Veel gebeurd op gevoel. Toch zijn er handvatten en regels te leren om doormiddel van een geslaagde communicatie af te stemmen op de cliënt en op wat hij nodig heeft. Zo kan er goede zorg gegeven worden waar zowel de medewerkers als de cliënten zich fijn bij voelen. Deze cursus is ontwikkeld om medewerkers te ondersteunen in de dagelijkse praktijk in de omgang met oudere cliënten zowel op psychogeriatrische als op somatische afdelingen. Doel De cursus maakt medewerkers bewust van hun drijfveren om dit werk te doen en van hun eigen gedrag in de communicatie en de relatie met de cliënt. Het is een training waarin de eigen bijdrage in de communicatie in beeld wordt gebracht. De interactieprincipes van geslaagde communicatie geven de deelnemers hiervoor handvatten. De methode gaat uit van capaciteiten, d.w.z. van de sterke kanten die iemand laat zien in het contact met de ander. Middels videofeedback worden de veranderingsprocessen in gang gezet. Daarnaast komt ook de interactiepartner in beeld; wie is die oudere, wat is zijn ziektebeelden, waar ‘’lijdt’’ hij aan. En vooral: welk appèl doet hij daarmee op de verzorgende en hoe kunnen zij daar in de relatie, middels communicatie, op afstemmen. Het doel van deze training is voornamelijk gericht op de individuele deelnemer. Door theorie met praktijk te verbinden en vooral door naar zichzelf te kijken worden de volgende doelen bereikt: Bewustwording van het eigen aandeel in interactie met cliënten; Hanteren van dezelfde communicatietermen; Bewustwording van eigen capaciteiten in communicatie en afstemmen in de relatie; Herkennen van kenmerken van ziektebeelden; Begrijpen wat de gevolgen van het ziektebeeld voor de cliënt kunnen betekenen; Af kunnen stemmen op het appél wat de cliënt daarmee op de zorgverlener doet. Daarnaast wordt er in het team ook het een en ander in gang gezet. Doordat er naar capaciteiten gekeken wordt en naar wat er al wel goed gaat ontstaat er een open communicatie in het team en worden deelnemers zich bewust van capaciteiten van collega’s. Elkaar zien in herkenbare situaties levert ineens mogelijkheden op tot uitwisseling. Inhoud De training omvat vijf dagdelen van 2,5 uur die als volgt zijn opgebouwd: Wat is communicatie en hoe communiceer je zelf. Aan de hand van veel beeldmateriaal lerende cursisten dezelfde Basis Interactie Principes gebruiken. Zij ervaren waar ze zelf goed in zijn in de communicatie; Welke factoren zijn van invloed op de communicatie. Cursisten leren invloeden herkennen, zowel externe als interne invloeden; Wat zijn de kenmerken van het ziektebeeld, hoe zien die er in beeld uit; Oog krijgen voor wat er bij de cliënt op het spel staat en vervolgens je handelen hierop afstemmen; Hoe communiceer jij met en stem jij af op cliënten: Aan de hand van video-opnamen van iedere cursist uit zijn eigen dagelijkse praktijk wordt het geleerde in kleine groepjes besproken en worden opdrachten geoefend. Doelgroep De scholing is bedoeld voor medewerkers die in het dagelijkse werk zorgen voor cliënten. Uitvoering De scholing wordt op aanvraag afdelingsgericht aangeboden. Dagdeel 1, 2 en 3 worden gegeven aan de hele groep tegelijk. Dagdeel 4 en 5 worden in kleine groepjes van maximaal 5 personen gegeven.
25
Groepsgrootte Minmaal 10 en maximaal 15 deelnemers. Uitvoering De cursus wordt verzorgd voor door trainers van het DOT en trainers van het Expertisecentrum VIO – De Wever.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
Corrie Aarts Projectmanager DOT
[email protected]
26
5.2
Basistraining omgaan met probleemgedrag en agressief gedrag
Inleiding Binnen de zorgcentra voor ouderen hebben medewerkers in toenemende mate te maken met probleemgedrag. Een van de vormen van probleemgedrag die de meeste impact heeft op de betrokkene is dreigend of destructief gedrag. Deze training is gericht op de preventie en het hanteerbaar maken van agressief gedrag. Doel Na het volgen van de training is de deelnemer: Zich bewust van zijn/haar eigen rol bij het ontstaan van agressie en de mogelijke impact hiervan op de cliënt; In staat om agressieve uitingen vroegtijdig te signaleren en analyseren; In staat om geweldsincidenten te hanteren; In staat om het crisisontwikkelingsmodel toe te passen. Inhoud De training bestaat uit twee dagdelen van drie uur waarin de volgende onderwerpen aan de orde komen: Basisprincipes agressie (uitleg met oefeningen); Crisisontwikkelingsmodel (invulling aan de hand van zelfingebrachte casuïstiek); Territoriumleer (invulling aan de hand van zelfingebrachte casuïstiek); Houdingsaspecten in agressieve situaties (oefeningen); Weerbaarheidoefeningen en lichaamstechnieken ter zelfbescherming. Inhoud kan aangepast worden aan de specifieke wensen van de doelgroep Doelgroep De scholing is bedoeld voor medewerkers die in het dagelijkse werk te maken krijgen met agressie, specifiek van kwetsbare cliënten die niet of slechts deels verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor hun handelen. Deelnemers hebben vooraf de BIT training gevolgd. Groepsgrootte Minimaal 10 en maximaal 15 deelnemers Status Registratie op basis van presentielijst, bewijs van deelname Uitvoering De cursus wordt verzorgd door trainers van het DOT. Gezien de aard van de trainingen (interactieve karakter en aanleren van lichaamstechnieken), worden de trainingen verzorgd door twee trainers.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
Corrie Aarts Projectmanager DOT
[email protected]
27
5.3
Training omgaan met probleem gedrag (combinatie van 5.1 en 5.2)
Inleiding Medewerkers van zorgcentra voor ouderen hebben in toenemende mate te maken met als probleem ervaren gedrag. Dit gedrag kan allerlei oorzaken hebben. De medewerkers vragen steeds vaker om ondersteuning om op een juiste wijze op ongewenst gedrag te reageren. Dit vraagt veel van medewerkers. Er zijn communicatieprincipes en regels te identificeren die in de praktijk een houvast geven. Deze cursus richt zich op moeilijk begrijpbaar gedrag. Daarnaast is een van de vormen van probleemgedrag dreigend of destructief gedrag, dit heeft de meeste impact op de betrokkene. De training is ontwikkeld om medewerkers te ondersteunen in de dagelijkse praktijk in de omgang met oudere cliënten en daarnaast op de preventie en het hanteerbaar maken van agressief gedrag. Doel Het doel van deze training is voornamelijk gericht op de individuele deelnemer. De cursus maakt medewerkers bewust van hun drijfveren om dit werk te doen en van hun eigen gedrag in de communicatie en de relatie met de cliënt. Het is een training waarin de eigen bijdrage in de communicatie in beeld wordt gebracht. De interactieprincipes van geslaagde communicatie geven de deelnemers hiervoor handvatten. De methode gaat uit van capaciteiten, d.w.z. van de sterke kanten die iemand laat zien in het contact met de ander. Middels videofeedback worden de veranderingsprocessen in gang gezet. Daarnaast komt ook de interactiepartner in beeld; wie is de oudere, wat is zijn ziektebeeld, waar lijdt hij aan?En vooral welk appèl doet hij daarmee op de verzorgende en hoe kunnen zij daar in de relatie middels communicatie op afstemmen. Daarnaast wordt er in het team ook het een en ander in gang gezet. Doordat er naar capaciteiten gekeken wordt en naar wat er al wel goed gaat ontstaat er een open communicatie in het team en worden deelnemers zich bewust van capaciteiten van collega’s. Elkaar zien in herkenbare situaties levert ineens mogelijkheden op tot uitwisseling. Inhoud De training bestaat uit 7 dagdelen van ieder 2,5 uur. Dagdelen 1-2en 5, 6 worden in de grote groep gegeven en dagdeel 3 en 4 in kleine groepjes. De volgende onderwerpen komen aan de orde: Wat is communicatie en hoe communiceer je zelf. Aan de hand van veel beeldmateriaal leren de cursisten dezelfde Basis Interactie Principes gebruiken en ervaren zij waar ze zelf goed in zijn in de communicatie; Welke factoren zijn van invloed op de communicatie. Cursisten leren invloeden herkennen, zowel externe als interne; Wat zijn de kenmerken van het ziektebeeld, hoe zien die er in beeld uit; Oog krijgen voor wat er bij die cliënt op het spel staat en vervolgens je handelen hierop afstemmen; Hoe communiceer jij met en stem jij af op cliënten. Aan de hand van video-opnamen van iedere cursist uit zijn eigen dagelijkse praktijk wordt het geleerde in kleine groepjes besproken en worden opdrachten geoefend; Basisprincipes agressie (uitleg met oefeningen); Crisisontwikkelingsmodel (invulling aan de hand van zelfingebrachte casuïstiek); Territoriumleer (invulling aan de hand van zelfingebrachte casuïstiek); Houdingsaspecten in agressieve situaties (oefeningen); Weerbaarheidoefeningen en lichaamstechnieken ter zelfbescherming. Inhoud kan aangepast worden aan de specifieke wensen van de doelgroep. Doelgroep Medewerkers die in het dagelijkse werk te maken krijgen met moeilijk begrijpbaar gedrag en agressie, specifiek van kwetsbare cliënten die niet of slechts deels verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor hun handelen.
28
Groepsgrootte Minimaal 10 en maximaal 15 deelnemers. Uitvoering De cursus wordt verzorgd door trainers van het DOT en trainers van het Expertisecentrum VIO – De Wever. De trainingen van dag 6 en 7 worden door twee trainers verzorgd.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
Corrie Aarts Projectmanager DOT
[email protected]
29
5.4
Teamgerichte Basis Interactie Training
Inleiding Deze teamgerichte BIT is ontwikkeld om medewerkers van zorgcentra voor ouderen te ondersteunen in de dagelijkse praktijk in de omgang met elkaar, met als doel om zo een zo goed mogelijke zorg aan cliënten te geven. Communiceren met collega’s kan op verschillende manieren gebeuren. Veel misverstanden kunnen verholpen en voorkomen worden door op een andere manier met elkaar te communiceren. In plaats van te kijken naar wat er allemaal misgaat in een team, wordt in deze cursus uitgegaan van capaciteiten die een ieder heeft in de communicatie met collega’s. Ook komen de verschillende rollen aan bod die je in een team hebt en hoe je deze in kan zetten om samen zo goed mogelijk af te stemmen op de cliënt. Doel Na het volgen van de training zijn de deelnemers: Zich bewust van het eigen aandeel in de communicatie met teamleden; Zich bewust van de eigen capaciteiten daarin en die van collega’s; Zich bewust van verschillende rollen binnen een team; Zich bewust van de eigen rol in het team; In staat de eigen capaciteiten in te zetten in het uitvoeren van de teamrol; In staat om op een effectieve manier feedback te geven en te ontvangen. Is er begrip bij het team dat afstemmen op elkaar leidt tot een betere afstemming op de cliënten. Inhoud De training omvat 4 dagdelen van 2,5 uur en een follow-up van 1,5 uur. De training is als volgt opgebouwd: 1. Met wie communiceer je in je werk en op wie moet je afstemmen: Inventarisatie van gesprekspartners, de rollen die daarbij ingenomen kunnen worden, de factoren die van invloed zijn; Waar ben je goed in als het gaat om communicatie en in welke rol ben je goed; Verschuiving focus van tekortkomingen naar capaciteiten; Perspectiefwisseling: in de schoenen van de ander kunnen gaan staan. 2. Welk aandeel heb je zelf in die communicatie en afstemming: Besef van eigen rol binnen het team; Kennis van kernkwadranten; In de praktijk leren herkennen van communicatiepatronen; Herkennen wanneer je goed afgestemd bent. 3. Oefenen in de praktijk: Bewust worden van effectieve deel van praktijkopdracht; Besef van invloed vergroten; Verbinding leggen tussen teamrollen en kernkwadranten; Ervaren van het geven en ontvangen van feedback op een niet bedreigende manier; Ervaren van het effect van goed afgestemd zijn. 4. Wat kan je zelf veranderen ten behoeve van de cliënt door middel van geslaagde communicatie en geslaagde afstemming. Inzicht in eigen communicatie in een moeilijke situatie; Besef van eigen rol daarin; Besef van eigen kracht en capaciteiten daarbij; Besef van eigen daadkracht en het effect daarvan; Besef van de kracht van het team bij gezamenlijke afstemming. Borging van het geleerde: Na een aantal maanden wordt gekeken hoe het geleerde in de praktijk zijn beslag heeft gekregen en kan er bijgestuurd worden. Doelgroep De scholing is bedoeld voor teams die op een andere manier met elkaar willen communiceren en uit willen gaan van capaciteiten van de teamleden in plaats van tekortkomingen. Dit alles met als doel om zo goed mogelijke zorg te bieden.
30
Groepsgrootte Minimaal 10 en maximaal 15 deelnemers. Er kunnen 2 groepen van 15 tegelijk starten, zodat een heel team gelijktijdig getraind kan worden. Dagdeel 1en 4 en follow-up wordt gegeven aan de hele groep tegelijk. Dagdeel 2 en 3 worden in kleine groepjes van maximaal 8 personen gegeven. Uitvoering De cursus wordt verzorgd door trainers van het DOT en trainers van het Expertisecentrum VIO – De Wever.
Meer informatie Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected]
Corrie Aarts Projectmanager DOT
[email protected]
Voor acquisitie en meer informatie kunt u zich richten tot Andrea de Groot Projectmanager Expertisecentrum VIO – De Wever
[email protected] 06 30 56 45 87 Expertisecentrum VIO – De Wever Dr. Eygenraamstraat 3 5042 SE Tilburg 013 464 42 80 Voor actuele informatie kunt u kijken op www.vio-dewever.nl
31