DOELBEWUST NAAR BUITEN Strategisch beleid augustus 2015 - juli 2019
DOELBEWUST NAAR BUITEN Strategisch beleid augustus 2015 - juli 2019
CONTACT EN INFORMATIE Opleiding & advies tel. 0800-8100
[email protected]
COLOFON
2
Maart 2015 Redactie Bestuurssecretariaat en Dienst Marketing, Communicatie en Voorlichting Vormgeving Dizain Tekst interviews Peter Slump Fotografie Peter Tahl Druk Wm Veenstra
INHOUD 4 VOORWOORD 6 INLEIDING 7 WAARDEN 8
GEDRAG
10 MISSIE EN BRANDSPIRIT 12 VISIE: WIE WILLEN WE ZIJN? 18 VOORTDUREND INSPELEN OP VERANDERINGEN 22 KOERSUITSPRAKEN EN UITDAGINGEN
COLLEGE VAN BESTUUR
VOORWOORD Met gepaste trots presenteren wij het strategisch document van het Alfa-college voor de periode augustus 2015 tot en met juli 2019.
4
Trots omdat we er als Alfa-college nu goed voor staan. De kwaliteit van ons onderwijs is voldoende en de manier waarop we die kwaliteit hoog houden ook. Het aantal deelnemers groeit, het aantal voor tijdige schoolverlaters daalt en de rendementen gaan omhoog. Daarnaast hebben we prachtige locaties voor onze opleidingen en zijn we financieel gezond. We plukken nu de vruchten van wat we in de afgelopen twee strategische periodes samen hebben gedaan. De basis is op orde! Trots ook omdat we ons nieuwe strategisch beleid afgestemd hebben met veel interne en externe stakeholders. We zijn hen heel dankbaar voor hun enthousiaste en positief-kritische inbreng. Dit heeft ons enorm geholpen om onze keuzes te maken voor het strategisch beleid van het Alfa-college voor de periode augustus 2015 tot en met juli 2019. Bovendien zijn we trots op vormgeving van ons nieuwe strategisch beleidsdocument. Het is het eerste document dat in onze nieuwe huisstijl is opgemaakt. Een huisstijl, die past bij onze waarden, brandspirit en ambitie zoals we die hebben beschreven in dit boekje.
Met de titel ‘Doelbewust naar buiten’ sluiten we aan bij de titels van de twee vorige strategische documenten: ’Doelbewust’ en ‘Doelbewust verder bouwen’. Door ‘doelbewust’ ook nu weer op te nemen in de titel, laten we zien dat ons nieuwe strategisch beleid voortbouwt op het beleid in de voorafgaande strategische periodes. Het woord ‘doelbewust’ benadrukt ook dat we bewuste keuzes hebben gemaakt bij het bepalen van ons nieuwe strategisch beleid. De essentie van het nieuwe beleid? We willen - nog meer dan voorheen - in verbinding met relevante externe betrokkenen ons werk doen. Vandaar ‘Doelbewust naar buiten’. Deze titel is tegelijkertijd ook een opdracht aan de organisatie om onze goede resultaten en bijzondere activiteiten met lef en met trots onder de aandacht van de buitenwereld te brengen. De wijze van totstandkoming van dit nieuwe strategisch beleid en de inbreng die onze interne en externe stakeholders daarbij hebben gehad, zorgen ervoor dat we vol vertrouwen uitkijken naar de samenwerking met hen in de komende strategische periode. College van Bestuur, Wim Moes, voorzitter Christien de Graaff, lid
WE WILLEN - NOG MEER DAN VOORHEEN IN VERBINDING MET RELEVANTE EXTERNE BETROKKENEN ONS WERK DOEN
INLEIDING
6
WELKE RICHTING GAAN WE OP? Welke richting gaan we als Alfa-college op? Wat is onze strategie voor de periode augustus 2015 tot en met juli 2019? Dat vertellen we in dit boekje. Onze missie, waarden en gedrag die we in 2013 hebben beschreven in het ‘Merkmanifest Alfa-college’, zijn nog steeds van kracht. De teksten over waarden, gedrag, missie en brandspirit hebben we dan ook overgenomen uit dit merkmanifest. We delen vervolgens onze visie voor de nieuwe strategische periode. Deze visie is het resultaat van veel
gesprekken die we hebben gevoerd met betrokkenen van binnen en buiten het Alfa-college. In de eerste gesprekken keken we vooral naar relevante ontwikkelingen en de eigen positie van onze school. Op basis van deze analyse voerden we vervolggesprekken. Deze hebben geleid tot onze visie. We willen onze visie graag in de praktijk brengen. Daarom hebben we onze visie vertaald in vier concrete koersuitspraken. We noemen hierbij ook de uitdagingen die horen bij het realiseren van onze visie.
ONZE WAARDEN
VERTROUWEN, VERBINDEN EN ONDERNEMEN Onze waarden zijn geworteld in de christelijke traditie en in het christelijk mensbeeld. Die christelijke identiteit ligt niet onwrikbaar vast, maar wordt binnen ons ROC zeer divers ingevuld en beleefd. Vanuit die diversiteit geven we een eigentijdse invulling aan onze christelijke identiteit en dus aan onze waarden en ons gedrag.
ONZE WAARDEN ZIJN: Vertrouwen: dit is het vertrouwen dat zich kenmerkt door het bieden van veiligheid waardoor mede werkers en studenten de ruimte krijgen om verantwoordelijkheid te nemen en te dragen. Vertrouwen is in het christelijk geloof een belangrijke waarde. Verbinden: dit komt zowel intern als extern tot uitdrukking. Intern als samenhorigheid, extern als
betrouwbaarheid en betrokkenheid van het Alfa-college als partner. We verbinden door in voortdurende dialoog te zijn met studenten, medewerkers en externe partners. Verbinden is onze vertaling van de christelijke waarde naastenliefde. Ondernemen: dit komt tot uiting door erop af te gaan als we kansen zien, door goed om te gaan met onze middelen en door anderen te stimuleren hun middelen op een goede manier in te zetten. In deze waarde komt het rentmeesterschap tot uiting. Voor deze drie waarden staan wij. We bevragen onze medewerkers op wat zij kunnen bijdragen aan de realisatie ervan. Op deze drie waarden willen en mogen we – zowel intern als extern – elkaar aanspreken. Dat maakt ons bijzonder.
GEDRAG
ONZE RELATIE MET ELKAAR Onze waarden hebben we vertaald naar gewenst gedrag. In deze vertaling hebben we bewust geen onderscheid gemaakt tussen onze medewerkers en onze studenten. Dit onder het motto: ‘wat voor ons onderling geldt, moet ook gelden in onze relatie met onze studenten’. In de wijze waarop door medewerkers en studenten invulling wordt gegeven aan het gewenste gedrag, komt onze christelijke identiteit nadrukkelijk tot uiting. 8
Hiernaast geven we per waarde het gewenste gedrag weer.
VERTROUWEN Vertrouwen betekent voor het Alfa-college het volgende in gedrag: Doe wat je zegt, zeg wat je doet. Wees voorspelbaar. Schets het einddoel en resultaat; begin met het eind voor ogen. Geef door vertrouwen het gevoel van veiligheid, waardoor je aan de ander laat merken: je mag zijn wie je bent. Erken je fouten. Fouten maken mag, als je er maar van leert. Zelfreflectie is de sleutel tot succes. Laat anderen merken dat we het samen doen: je bent onderdeel van een team en/of keten – als team of binnen een keten kun je méér. Denk win-win en creëer waar mogelijk synergie.
VERBINDEN Verbinden betekent voor het Alfa-college het volgende in gedrag: Ga open en uitnodigend het gesprek aan en luister, dan hoor je zoveel meer: eerst begrijpen, dan begrepen worden. Wees in de school en in contact met externe relaties aanwezig en zichtbaar. Durf jezelf te laten zien en er te zijn. Wees duidelijk en bied structuur zodat de ander weet waar jij (en zij) voor gaan. Ga voor een duurzame relatie via persoonlijke aandacht en een vriendelijke benadering. Geef actief je mening en vraag anderen om hun mening: vraag en geef feedback gerelateerd aan de gewenste resultaten.
ONDERNEMEN Ondernemen betekent voor het Alfa-college het volgende in gedrag: Denk in kansen, verleg je grenzen en richt je blik naar buiten. Richt je op innovatie en ontwikkeling. Creëer synergie waar mogelijk. Stimuleer eigen initiatief en durf je nek uit te steken. Wees pro-actief en stimuleer anderen ook pro-actief te zijn en zelf hun verantwoordelijkheid te nemen voor hun leerloopbaan en hun arbeidsmarktloopbaan. Zoek voortdurend naar eigen tijdse scholings- en ontwikkelings mogelijkheden. Houd de zaag scherp. Boor bij jezelf en anderen talenten aan en help anderen deze te ontwikkelen.
ONZE MISSIE
Waarom bestaat het Alfa-college? In onze missie leggen we dit uit:
10
Het Alfa-college, het christelijk Regionaal Opleidingencentrum in Noord- en Oost-Nederland, is partner in ontwikkeling in de regio en verzorgt beroepsopleidingen en Leven Lang Leren-trajecten voor jongeren en volwassenen die hen als persoon en als vakman opleiden voor de samenleving van nu en straks.
ONZE BRANDSPIRIT
Wat is onze ultieme drijfveer? Die hebben we verwoord in onze ‘brandspirit’. Deze brandspirit is gekoppeld aan onze missie, waarden en gewenst gedrag. Dit is wat ons beweegt:
Wij bieden met meer dan goed onderwijs ongekende mogelijkheden op een school waar je gekend wordt.
VISIE
WIE WILLEN WE ZIJN? Wat zijn onze ambities voor de komende strategische periode? In welke richting willen we ons verder ontwikkelen? Op deze vragen geven we hieronder antwoord.
ONZE AMBITIE
12
Ontwikkelingen in de maatschappij en op de arbeidsmarkt gaan steeds sneller. Studenten moeten goed op deze ontwikkelingen kunnen inspelen. Zowel tijdens hun opleiding, als daarna. Het is onze taak om studenten hierin voor te bereiden en te begeleiden. We nemen hierbij de persoonlijke talenten en dromen van onze studenten als uitgangspunt. Wij dragen bij aan de ontwikkeling van onze studenten tot vakmensen. Daarnaast helpen we ze bij de ontwikkeling van hun democratisch burgerschap.
Daarom willen we dat we ons in ons regionaal opleidingencentrum nog meer dan voorheen focussen op de ontwikkeling van onze studenten, op loopbaanbegeleiding en op een Leven Lang Leren. Dit doen we in nauwe samenwerking met het werkveld in de regio. Om deze ambitie waar te kunnen maken is het belangrijk dat: We partner in ontwikkeling zijn binnen een lerende economie. Bevlogen professionals ons onderwijs verzorgen. We onze alumni betrekken bij ons onderwijs en onze Leven Lang Leren-activiteiten. We in ons onderwijs het ‘Bildungsaspekt’, het vormen en opvoeden, koppelen aan de ontwikkeling van burgerschap van onze studenten.
We laten zien dat we niet alleen een onderwijsinstelling zijn, maar ook een ‘living lab’, een ‘samenleving in het klein’ waar binnen een experimentele omgeving ruimte is voor diverse samenwerkende partijen om te komen tot innovatieve oplossingen. Wat moet het resultaat hiervan zijn? Onze studenten zijn blijvend succesvol in de maatschappij. Zij verdienen hun plek in onze samenleving, door zich voortdurend te blijven ontwikkelen als persoon en als vakman.
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE AANPAK Het nastreven van onze ambities begint met onze pedagogischdidactische aanpak. Bij het Alfa-college werken we met veel verschillende groepen studenten. Van jong tot oud, van niveau 1 tot en met 4 in de beroepsopleidingen, Vavo-studenten en deelnemers aan Educatietrajecten. Onze pedagogischdidactische aanpak gaan we nader uitwerken naar alle locaties, opleidingsniveaus en leerwegen. Dit zijn hierbij onze uitgangspunten: Ons onderwijs is contextrijk en betekenisvol. De student is verantwoordelijk voor het tot een succes maken van zijn schoolloopbaan en wij begeleiden hem daarbij optimaal.
In ons onderwijs zetten we het ontwikkelen van vakmanschap, ondernemerschap en burgerschap centraal. Dit gebeurt zoveel mogelijk in samenhang met elkaar. Ons onderwijs komt mede tot stand op basis van nieuwe, regionale arrangementen waarbij het werkveld, toeleidend en afnemend onderwijs en/of maatschappelijke organisaties betrokken zijn. We bieden een plek waar samen werkende partijen in de regio mogen experimenteren. We nodigen studenten die beter dan gemiddeld presteren, uit om mee te doen aan excellentie programma’s. Alle studenten mogen extra vakken volgen naast hun opleiding of gebruik maken van maatwerk, als zij een bepaalde interesse of ambitie hebben. We gaan in ons onderwijs op zoek naar nieuwe vormen en mogelijkheden voor een Leven Lang Leren.
ONS PEDAGOGISCH KLIMAAT Binnen onze pedagogisch-didactische aanpak besteden we speciale aandacht aan het pedagogisch klimaat. Studenten voelen zich welkom en we zijn er voor onze studenten. We nemen ze serieus, communiceren passend en op tijd. We komen na wat we studenten beloven. Dat klinkt vanzelfsprekend. Toch kunnen we daarin nog stappen zetten.
STUDENTEN VOELEN ZICH WELKOM EN WE ZIJN ER VOOR ONZE STUDENTEN
Leren betekent een proces van verandering voor studenten, waarin voor hen de lat steeds hoger ligt. Deze verandering kan ongemakkelijk voelen. Wij halen ze namelijk met opzet uit de situatie waarin zij zich veilig en ontspannen voelen. Dit doen we om ze de nodige stappen te kunnen laten zetten. We begeleiden onze studenten hierbij, door hen een verantwoorde, uitdagende en contextrijke leeromgeving aan te bieden die past bij het niveau van hun opleiding.
14
Het concept ‘school’ verandert snel. Dit komt onder andere door de vele digitale ontwikkelingen en de mogelijkheden die deze bieden. Hoe deze verandering ook uitpakt, wij blijven een belangrijke rol zien voor de school als gemeenschap. Een sociale plek waar deelnemers zich gekend en uitgedaagd voelen. Studenten zijn positief over de goede band die zij hebben met hun docenten en de mentoren. Ook vinden zij het prettig dat zij hun docenten gemakkelijk kunnen benaderen en dat de sfeer op school goed is. Hier willen we op blijven inzetten. CHRISTELIJKE IDENTITEIT Onze christelijke identiteit blijft uiteraard een belangrijke rol spelen binnen ons pedagogisch klimaat. Daarin onderscheiden we ons als ROC. Er is steeds meer behoefte aan waarden, normen en spiritualiteit.
Hierbij hebben we respect voor studenten met een andere achtergrond of levensovertuiging. We uiten onze christelijke identiteit vooral in de manier waarop we onze waarden in de praktijk brengen. Ook vieren we samen christelijke feestdagen en andere belangrijke gebeurtenissen en vertellen we verhalen aan elkaar. Daarnaast hebben we stiltecentra en zijn er pastores op onze onderwijslocaties. Verder komt onze identiteit terug in bijvoorbeeld ons personeelsbeleid en ons duurzaam inkoopbeleid. ONDERWIJS EN BEDRIJFSVOERING: ÉÉN GEHEEL De nieuwe pedagogische aanpak kan alleen een succes worden als onderwijs en bedrijfsvoering hierin samen optrekken. Dat leidt tot synergie. We kunnen meer bereiken door samen te werken en niet meer in ‘wij/ zij’ te denken’. De werkzaamheden van alle medewerkers dragen eraan bij dat onze studenten goed onderwijs krijgen. We kunnen de processen binnen onze organisatie alleen verbeteren als alle betrokken medewerkers zich samen verant woordelijk voelen om dit voor elkaar te krijgen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het proces van werving, aanmelding, intake en inschrijving.
HET IS BELANGRIJK DAT MEDEWERKERS ZICH BLIJVEN ONTWIKKELEN MEDEWERKERS ALS ROLMODEL De rol van de medewerkers is zeer belangrijk bij de ontwikkeling die we gaan doormaken. Medewerkers en teams die studenten begeleiden bij een Leven Lang Leren, zullen zelf ook steeds moeten blijven leren. Het is hun eigen verantwoordelijkheid om hun eigen vakmanschap en ondernemerschap (verder) te ontwikkelen en daardoor, nog meer dan nu, een rolmodel voor hun studenten te worden. Daarbij tonen medewerkers zich ook bereid om van studenten te leren. We dagen onze medewerkers ook uit rolmodel te zijn als het gaat om de burgerschapsontwikkeling bij onze studenten. Ze maken studenten bijvoorbeeld duidelijk dat we onze
democratische waarden belangrijk vinden. Ook houden ze hun voor dat we onze samenleving met elkaar maken. Bovendien vragen wij in dit verband van onze medewerkers dat ze zich vanuit een gezamenlijk gedragen opvatting verhouden tot én gedragen naar collega’s, studenten en de organisatie. Onze medewerkers zijn de belangrijkste schakels met partijen waarmee we ons onderwijs willen vormgeven. Ook daarom is het belangrijk dat medewerkers zich (in afstemming met hun collega’s) binnen hun team blijven ontwikkelen.
BEZIELEND LEIDERSCHAP We blijven, net als in de vorige strategische periode, met onze leidinggevenden inzetten op bezielend leiderschap. Leiding gevenden dagen medewerkers uit het beste uit zichzelf te halen. Zij doen dit door medewerkers aandacht te geven, ze aan te moedigen en te zorgen voor een fijne werkomgeving. Leidinggevenden zijn daarbij duidelijk over de resultaten die behaald moeten worden.
16
Onze leidinggevenden zijn persoonlijk en onderwijskundig leider. Zij stimuleren het denken in win-win en het creëren van synergie. Daarbij geven ze hun medewerkers zoveel mogelijk ruimte en stimuleren zij hun medewerkers om binnen hun team ook zoveel mogelijk ruimte te nemen. Leidinggeven is tweerichtings verkeer; ook goed leiding ontvangen is belangrijk. Leidinggevenden en medewerkers verbinden zich met elkaar, waarbij ze altijd de kwaliteit van ons onderwijs voor ogen hebben.
ONZE LEIDINGGEVENDEN ZIJN PERSOONLIJK EN ONDERWIJSKUNDIG LEIDER
WIE WIL JIJ ZIJN? Wij introduceren tegelijkertijd met het nieuwe strategische beleid onze nieuwe huisstijl. De nieuwe payoff van het Alfa-college is: ‘wie wil jij zijn?’ Deze slogan onderstreept onze ambitie én het belang van persoonlijke ontwikkeling van de studenten en medewerkers. ‘Wie wil jij zijn?’ doet rechtstreeks een beroep op de organisatie, de studenten en de medewerkers. We willen een belangrijke bijdrage leveren aan de toekomst van onze studenten en onze medewerkers. We zien onszelf als wezenlijke schakel in het realiseren van persoonlijke dromen en ambities. Het Alfa-college is een belangrijk tussenstation voor studenten en medewerkers op weg naar wie zij willen zijn.
RELATIE TOT ANDERE MBOINSTELLINGEN We willen onze ambitie waarmaken door op een open manier samen te werken met andere mboinstellingen, zowel landelijk als in onze regio. Dat doen we uiteraard met een eigen gezicht en binnen de ruimte die daarvoor beschikbaar is. Het kan hierbij gaan om doel matigheidsvragen, invulling of inrichting van het onderwijs, voorlichting en/of activiteiten om ons imago te verbeteren. De mbo-sector wordt in z’n geheel langzamerhand steeds beter en sterker. Elk ROC heeft baat bij die positieve ontwikkeling. Wij willen hieraan (vanuit onze eigen kracht) blijven bijdragen, door ons werk meer dan goed te doen.
18
VOORTDUREND INSPELEN OP VERANDERINGEN COLLEGE VAN BESTUUR
INTERVIEW COLLEGE VAN BESTUUR
De titel ‘Doelbewust naar buiten’ is niet voor niets gekozen voor het nieuwe strategische beleidsplan. Deze titel benadrukt dat het Alfa-college nog meer dan voorheen samen met zijn relevante externe partners willen inspelen op de snel veranderende wereld en op de arbeidsmarkt van de toekomst. Regionaal én mondiaal. Met als basis de pijlers Vakmanschap, Burgerschap en Ondernemerschap. Met dit strategisch plan gaat het Alfa-college een nieuwe fase in. Centraal daarin staat het perspectief voor de komende jaren, vanuit de eigen identiteit en de vertrouwde waarden die een stevig fundament vormen. ‘Daar blijven we ook aan vasthouden’, zeggen Wim Moes en Christien de Graaff, resp. voorzitter en lid van het College van Bestuur, ‘met name omdat de ‘menselijke maat’ voor ons een belangrijk uitgangspunt is. Evenals de cultuur van ‘er voor elkaar zijn’. Samen leven en samen werken in de school; daar draait het om.’
SAMENWERKEN MET WERKVELD EN IN ONDERWIJS De ontwikkelingen in de samen leving zijn leidend in het nieuwe beleidsplan. ‘Het Alfa-college heeft als ROC een specifieke rol in de maatschappij. Omdat we als samenleving een nieuwe fase ingaan, willen we studenten daar met ons onderwijs zo goed mogelijk op voorbereiden. Dat doen we vanuit onze visie en daarbij zoeken we naar verbindingen’, aldus Wim. Een belangrijke verbinding is die met het werkveld. Daarover zegt Christien: ‘Er is vaak nog een
kloof tussen de klassikale les en de beroepspraktijkvorming. We willen daarom door co-makership doelgericht met ons onderwijs inspelen op innovaties, real-life vraagstukken oplossen en opdrachten uitvoeren voor externe partners. We hebben al prachtige voorbeelden bij het Alfa-college, maar we gaan het veel breder neerzetten. We willen actief bijdragen aan de ontwikkeling van onderwijs en samenleving in de regio.’ Ook tussen diverse opleidingen binnen het Alfa-college en ook met andere onderwijsinstellingen wordt meer samengewerkt. Wim: ‘Door die cross-over benadering willen we een stimulans geven aan de vernieuwing van ons onderwijs. Dat wordt daardoor ‘meerkleuriger’; zo gaan studenten uit verschillende opleidingen en van verschillende opleidingsniveaus vaker samen aan de slag in leerwerkbedrijven waar op een dynamische manier de link kan worden gelegd tussen theorie en praktijk. Bijvoorbeeld door een winkel te openen waar studenten les krijgen en tegelijk de praktijk ervaren. We zoeken dus letterlijk de route naar de buitenwereld.
20
Dat vraagt ook om ondernemerschap van de onderwijsteams, die meer ruimte en vrijheid krijgen om het onderwijs vorm en inhoud te geven.’
OPLEIDEN VOOR DE TOEKOMST De snelle veranderingen op de arbeidsmarkt hebben ook hun effect op de inhoud van het onderwijs. Daarover zegt Wim: ‘Mensen, en dus ook onze studenten, werken niet meer 40 jaar bij een werkgever. Je staat heel anders in de arbeidsmarkt dan vroeger, dat vraagt om andere competenties. Ook daar bereiden we onze studenten op voor; dat past bij onze rol. We dagen onze studenten uit het beste uit zichzelf te halen en zich voortdurend te blijven ontwikkelen. Daarom zien we de snel veranderende samenleving voor het onderwijs niet als een bedreiging, maar juist als een kans.’
Hieraan voegt Christien toe: ‘Wij leiden niet op voor de vacatures van nu, maar voor banen voor de toekomst en proberen daarbij zo goed mogelijk aan te sluiten op het werkveld. Je moet daarvoor goed kijken naar de ontwikkelingen in de regionale arbeidsmarkt. En in het verlengde daarvan naar de vraag: wat hebben onze studenten nodig om als zelfstandige burger en als vakvrouw of vakman aan het werk te kunnen en voldoende wendbaar te blijven op de arbeidsmarkt?’
CIRKEL WORDT GROTER De arbeidsmarkt is groter dan de regio’s waarin het Alfa-college zijn opleidingen uitvoert. ‘Om de kans van onze studenten op een goede maatschappelijke carrière te vergroten, kijken we bijvoorbeeld naar Duitsland,’ zegt Christien. ‘Daar is veel werkgelegenheid, terwijl in de Nederlandse grensgebieden de werkloosheidscijfers heel fors zijn.
WE ZETTEN EEN NIEUWE STAP NAAR FLEXIBEL ONDERWIJS Net over de grens is er bijvoorbeeld veel vraag naar begeleiders in de kinderopvang. In Nederland is in dat vakgebied nauwelijks werk te vinden. Het is onze taak studenten daarvan bewust te maken en de mogelijkheden te laten ervaren. Dat betekent het slechten van drempels door het aanbieden van stages buiten de regio en het zo goed mogelijk ondersteunen en faciliteren van jongeren om verschillen in taal of cultuur te overbruggen.’
ROL VAN DOCENTEN De nieuwe plannen getuigen van een ambitieuze visie op de toekomst, met praktische uitgangspunten. Met recht een nieuwe fase. Wim: ‘We zetten een nieuwe stap naar flexibel onderwijs. Desondanks is het wel van belang als school een herkenbare gemeenschap te zijn en te blijven. We zoeken bewust naar ruimte voor ontwikkeling, met als
basishouding dat we maatwerk willen bieden dat past bij de onze studenten en gebaseerd is op onze eigen pedagogisch-didactische aanpak. Deze leidt tot goede vakmensen en tot bewuste burgers.’ De rol van docenten is daarbij cruciaal. Christien zegt hierover: ‘Docenten maken het onderwijs. Wij geven, op basis van gesprekken met studenten, medewerkers en externe partners, in onze nieuwe strategisch plan de koers aan; de docenten hebben daarbij een belangrijke rol en zijn in dat opzicht ook een inspirerend rolmodel. Ze hebben de vrijheid hun passie voor onderwijs en de eigen rol pedagogisch verantwoord in te vullen. Op die manier is het nieuwe strategisch plan opgesteld. Dat is onze duidelijke koers, waaraan we gezamenlijk vorm en inhoud gaan geven.’
KOERSUITSPRAKEN EN UITDAGINGEN
DE KERN VAN ONZE VISIE HEBBEN WE VERTAALD IN VIER KOERSUITSPRAKEN
22
W IJ DAGEN STUDENTEN UIT IN EEN VERANTWOORDE LEEROMGEVING HET BESTE UIT ZICHZELF TE HALEN W IJ BEREIDEN ONZE STUDENTEN VOOR OM BLIJVEND MAATSCHAPPELIJK SUCCESVOL TE ZIJN W IJ WERKEN IN DUURZAME, REGIONALE NETWERKEN AAN TOONAANGEVEND ONDERWIJS W IJ ZIJN ROLMODEL VOOR ONZE STUDENTEN
UITDAGINGEN We staan voor een aantal uitdagingen als we deze koersuitspraken willen realiseren. In onze jaarlijkse kaderbrieven geven we per uitdaging aan wat we in dat jaar voor elkaar willen krijgen. Dit kan op een kwalitatieve of kwantitatieve manier beschreven zijn. Daarnaast geven we in onze kaderbrieven aan wat we aan het eind van deze strategische periode gerealiseerd willen hebben op de verschillende uitdagingen. Op de volgende pagina’s worden de uitdagingen per koersuitspraak weergegeven en de reacties daarop van relevante belanghebbenden.
KOERSUITSPRAKEN EN UITDAGINGEN
24
WIJ DAGEN STUDENTEN UIT IN EEN VERANTWOORDE LEEROMGEVING HET BESTE UIT ZICHZELF TE HALEN
UITDAGINGEN Studenten leren zoveel mogelijk in een contextrijke omgeving. Docenten dagen – op basis van een pedagogisch-didactische aanpak per opleidingsniveau en leerweg – hun studenten zo veel mogelijk uit, waarbij gebruikgemaakt wordt van een grote diversiteit aan werkvormen. Studenten kunnen excellentieprogramma’s volgen. We bieden studenten de mogelijkheid over de grenzen van de reguliere kwalificatiedossiers hun opleiding samen te stellen. We stimuleren studenten letterlijk grenzen over te steken, op internationale stages te gaan en zich bijvoorbeeld te oriënteren op de mogelijkheden die met name de Duitse stage- en arbeidsmarkt bieden. Samen met toeleidend en afnemend onderwijs nemen we maatregelen om de aansluiting in de beroepskolom te verbeteren. Onze medewerkers verbinden zich duurzaam met onze studenten en voelen zich bij hen betrokken. We zorgen ervoor dat de school een ontmoetingsplek is voor onze studenten. We betrekken ouders daar waar mogelijk en gewenst bij de leerloopbaan van hun zoon/dochter.
26
ECHTE PROJECTEN STIMULEREN EN DAGEN JE UIT BERJAN SCHRÖER, student Bouwkunde
BERJAN SCHRÖER student Bouwkunde Een van de accenten in het beleid van het Alfa-college is om studenten uit te dagen het beste uit zichzelf te halen. Dit in een verantwoorde leeromgeving en in de nadrukkelijke verbinding met het toekomstige en voortdurend innoverende werkveld. Samen leren en samen werken aan reële projecten leiden tot de ontwikkeling van een innovatief leervermogen. Dat is de insteek. Een goed voorbeeld van deze aanpak is AC Duurzaam, het project- en adviesbureau van de Techniekopleidingen van het Alfa-college in Hoogeveen. In dit bureau werken studenten uit de richtingen Werktuigbouwkunde, Elektrotechniek, Bouwkunde en ICT aan multidisciplinaire projecten van ondernemers uit de regio.
THEORIE GAAT LEVEN Twee dagen per week besteden studenten aan projecten van AC Duurzaam. ‘Je bent dan niet met schoolopdrachten bezig, maar met echte projecten. De theorie wordt dus meteen in de praktijk gebracht’, zegt Berjan Schröer, 4e-jaars student Bouwkunde en lid van de Studentenraad. Berjan voerde binnen AC Duurzaam veel interessante projecten uit. Zo verrichtte hij samen met studenten van de Hanzehogeschool Groningen een onderzoek naar de herbestemming van een fabriekspand. ’Geweldig om te doen. Je spit in oude tekeningen en ik heb dagen in het gebouw doorgebracht voor een bouwkundig onderzoek. Theorie gaat dan ineens heel erg leven.’
NUTTIG De opgedane ervaring komt eveneens goed van pas tijdens zijn stage, als assistent-uitvoerder bij BAM Utiliteitsbouw, bij de renovatie van het zwembad in Hardenberg. Dat geldt ook voor de kennis die hij heeft opgedaan tijdens de gast colleges en de lessen vergadertechniek. ‘In mijn stage gaat het vooral om de uitvoering. Een groot deel van de werkzaamheden draait om overleg met onderaannemers en het aansturen van mensen. Dat had ik me vooraf niet gerealiseerd, maar nu blijkt pas hoe nuttig die lessen zijn geweest.’
AANGEWAKKERD Berjan startte vier jaar geleden met enige twijfel zijn studie. Maar dat veranderde meteen bij de opdracht om een vakantiewoning te ontwerpen. ‘Het stimuleerde me om extra informatie te zoeken en me verder te verdiepen. Door de projecten van AC Duurzaam is mijn interesse nog verder aangewakkerd. Vandaar dat ik graag verder wil studeren richting architectuur.’ Volgens Berjan zijn projecten als AC Duurzaam van grote waarde voor een opleiding. ‘De bouw verandert heel snel. Daar kunnen we alleen bij aansluiten door met bedrijven samen te werken en échte projecten uit te voeren. Dat wordt steeds belangijker. Niet alleen voor Bouwkunde, maar voor alle opleidingen. Vooral omdat echte projecten je extra stimuleren en uitdagen.’
28
VERBINDEN, LEREN EN VERSTERKEN HILDE ROTMENSEN, opleidingsmanager
HILDE ROTMENSEN opleidingsmanager ‘Onderwijs maak je samen.’ Dat is het motto van Hilde Rotmensen, opleidingsmanager van het Alfa-college in Hardenberg. Rotmensen was in het verleden werkzaam als hbo-verpleegkundige en docent verpleegkunde en is even eens nauw betrokken geweest bij de invoering van Burgerschap in het mbo. Met stevige wortels in de praktijk weet Hilde dat een veranderende maatschappij vraagt om aanpassing van het onderwijs. ‘Het schoolklimaat gaat verder dan de poorten van het Alfa-college. Een school is een mooi instituut om je te ontwikkelen, maar uiteindelijk gebeurt het ‘buiten’. Je kunt de praktijk naar de school halen, maar beter is om de school naar het werkveld te brengen en samen het onderwijs vorm te geven. Dan zit je met elkaar in een versterkende cyclus.’
‘SCHOTTEN’ Gelieerd aan deze cyclus is het volgens Hilde noodzakelijk dat de komende jaren de ‘schotten in het onderwijs’ verdwijnen. ‘Je komt er niet meer als je niet buiten de kaders van het hoofdvak of het beroep kijkt. Mensen zijn geneigd vanuit het vakgebied te ontwikkelen. Dat is nadrukkelijk aan het veranderen. Vier jaar geleden was het bijzonder dat je als student ICT iets bij Verzorging/ Verpleging ging doen. Nu is het besef dat er verbindingen te maken zijn, dat we van elkaar kunnen leren en elkaar versterken. Dat zorgt voor een breder blikveld.’
CONTEXT Volgens Hilde vraagt de veranderende maatschappij niet alleen ‘ander’ onderwijs, maar ook
meer en andere competenties van studenten. ‘Toegespitst op de zorg red je het niet meer met ‘leuk, lief en aardig’. Je zult ook ondernemend moeten zijn. Daarom is het van groot belang dat wij onze studenten uitdagen het beste uit zichzelf te halen en zich verder te ontwikkelen. Niet alleen in pedagogisch opzicht, maar ook bij het overbrengen van kennis in de context van de student als burger. Daar zijn we ons steeds meer van bewust.’
INNOVATIEBUDGET Om de aansluiting te vergroten met het werkveld en studenten meer inzicht te bieden, stimuleert het Alfa-college de ontwikkeling van werkveldprojecten. Docenten kunnen gebruik maken van een innovatiebudget. Hilde: ‘Dat is voor iedereen beschikbaar, dus geen topdown benadering, maar juist van onderaf.’ Eén van die werkveldprojecten wordt uitgevoerd in samenwerking met Zorgbelang Overijssel. Studenten van het Alfa-college gaan 30 ouderen interviewen over het thema ‘ouder worden’. Dat vergroot niet alleen de interactie met het werkveld, maar geeft studenten ook inzicht in veranderende zorgvragen. Als ‘tegenprestatie’ worden de ouderen bijvoorbeeld uitgenodigd voor een high-tea op school die de studenten verzorgen. ‘Op die manier laten we onze studenten op een inhoudelijke manier al in een vroeg stadium kennismaken met de doelgroep en het werkveld. En: tegelijkertijd heeft het ook een maatschappelijk belang. Dat noemen wij nu contextrijk en betekenisvol onderwijs.’
KOERSUITSPRAKEN EN UITDAGINGEN
WIJ BEREIDEN ONZE STUDENTEN VOOR OM BLIJVEND MAATSCHAPPELIJK SUCCESVOL TE ZIJN 30
UITDAGINGEN We leren studenten zelf hun verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leerloopbaan en arbeidsmarktloopbaan. We bereiden studenten voor op een steeds veranderende arbeidsmarkt door hun ‘21st century skills’ te ontwikkelen: Samenwerking, Kennisconstructie, ICT-gebruik voor leren, Probleemoplossend denken en creativiteit en Planmatig werken. We stimuleren onze studenten in hun democratische burger schapsvorming door ze uit te dagen om zoveel mogelijk actief deel te nemen aan de (in)formele (mede-)zeggenschapsoverleggen in ons ROC. We gaan een duurzame relatie aan met onze alumni. We gaan studenten (bij en op-)scholen wanneer blijkt dat ze daaraan na het afronden van hun opleiding in hun arbeidsmarktloopbaan behoefte hebben. We willen nieuwe vormen van Leven Lang Leren ontwikkelen waarbij we formeel en informeel leren verbinden.
32
VOORBEREIDEN OM BLIJVEND SUCCESVOL TE ZIJN LUCY STEENBEEKE, loopbaanexpert
LUCY STEENBEEKE loopbaanexpert Studenten van het Alfa-college zitten voor het merendeel in de leeftijdscategorie van 16 tot 22 jaar. Een periode waarin een mens zich ontwikkelt naar het begin van volwassenheid. Dat deze ontwikkeling niet altijd in één gestroomlijnde beweging verloopt, is niemand vreemd. Door de DLE-teams (Deelnemers Loopbaan Expertise) reikt het Alfa-college studenten de hand om gezamenlijk de obstakels op het loopbaanpad te omzeilen. Lucy Steenbeeke is als loopbaanexpert lid van het DLE-team op de locatie aan de Boumaboulevard in Groningen. Vanuit haar adviserende en begeleidende rol stimuleert zij studenten om in hun loopbaan de goede keuzes te maken.
MENSONTWIKKELING ‘We willen onze studenten, voor zover het mogelijk is, voorbereiden om zich in de maatschappij staande te houden’, zegt Lucy. ‘Omdat de doelgroep heel breed is, van niveau 1 tot en met niveau 4, is er niet een concreet doel te formuleren. Uiteraard hopen we dat onze studenten succesvol zijn in een beroep waarvoor ze het vak leren. Maar: daaromheen is het belangrijk je als mens te ontwikkelen om in de maatschappij je weg te vinden. Voor bepaalde studenten is dat niet eenvoudig.’
KEUZES Mbo-studenten worden al vroeg in hun leven geconfronteerd met keuzes die bepalend kunnen zijn voor hun toekomst. Lucy Steenbeeke: ‘De keuze voor een mbo-opleiding is de eerste stap naar een ander soort onderwijs en een andere fase in je leven. We gaan actief het gesprek aan met studenten en laten ze bewust worden van toekomstperspectief en het belang van de juiste keuzes. Zowel in persoonlijk opzicht als in het veranderende werkveld.’
ALUMNI Om studenten te helpen de juiste keuzes te laten maken, werkt het Alfa-college in toenemende mate actief samen met alumni. Lucy: ‘Alumni zijn ervaringsdeskundig. Ze hebben dezelfde opleiding gedaan en zijn daardoor een voorbeeld. Daarnaast staan ze door het geringe leeftijdsverschil dichtbij de student. Die laagdrempelige insteek heeft zeker effect.’ ‘Het geheel van elementen en inspanningen zorgt ervoor dat onze studenten na de opleiding genoeg bagage en vaardigheden hebben meegekregen. Dit om de volgende stap in hun maatschappelijke carrière te zetten en uiteindelijk blijvend succesvol te zijn.’
34
INSPELEN OP WAT DE MAATSCHAPPIJ VRAAGT GEERT WOLTJER, hoofd HRM bij Elker en Het Poortje
GEERT WOLTJER hoofd HRM bij Elker en Het Poortje De maatschappij ontwikkelt zich zo snel dat er meerdere kwaliteiten en expertises nodig zijn om in een loopbaan blijvend succesvol te zijn. ‘Deze veranderende eisen vragen een andere benadering van het onderwijs’ Dat zegt Geert Woltjer, Hoofd HRM bij Jeugdzorginstelling Elker en fusiepartner Het Poortje in Groningen. Tevens is hij lid van de Raad van Toezicht van het Alfa-college. Vanuit zijn jarenlange ervaring noemt Geert Wolter de ontwikkeling van personeel essentieel voor een goed functionerende organisatie.
VERANTWOORDELIJKHEID Geert Woltjer: ‘Het succes van iemand in een organisatie is net als het succes van een student afhankelijk van kwaliteiten en de context waarin hij of zij werkt. Op het Alfa-college wordt niet alleen een vakman opgeleid, maar ook een individu dat binnen de context van de maatschappij goed moet kunnen opereren. Onderwijs is dus een onderdeel van het totale systeem waarbinnen iemand opgroeit. Daarin zit een grote verantwoordelijkheid.’
ULTIEME OPGAVE Volgens Woltjer is het de ultieme opgave van het onderwijs om een constant bewegende maatschappij telkens net een stapje voor te zijn. Hij verwijst hierbij naar de ontwikkeling van projectmatig onderwijs, zoals
bijvoorbeeld op het Alfa-college is ingevoerd. ‘Daardoor ontstaat daar meer integratie tussen mensen, beroepen en het toekomstige werkveld. Dat vereist ook een open houding en in dat opzicht vind ik de locatie aan de Boumaboulevard een prachtig voorbeeld. Een school met allemaal vensters om de maatschappij in te kijken. Dat is wat het Alfa-college wil: doelbewust naar buiten.’ Binnen de genoemde ontwikkeling ziet de HRM-manager een significante rol weggelegd voor docenten. ‘Het is uitermate belangrijk dat er wordt geïnvesteerd in ontwikkeling van docenten. Dan heb ik het niet over kwantiteit, maar over kwaliteit’, benadrukt Wolter. ‘Docenten moeten de toegevoegde waarde bieden die leidt tot vakmanschap, maar ook tot goed burgerschap en het functioneren in de maatschappij. Als docent moet je begrijpen hoe je de vertaling maakt van theorie naar praktijk en hoe je studenten in dat traject kunt motiveren en voorbereiden om maatschappelijk blijvend succesvol te zijn.’ De basis van de maatschappelijke carrière wordt gelegd tijdens de opleiding. Jongeren moeten daarom zorgen dat ze bijblijven en goed inspelen op wat er in de maatschappij wordt gevraagd, want zegt Geert Woltjer: ‘Als je er niets aan doet, gaat dat ten koste van kennis en kwaliteit en uiteindelijk van de maatschappelijke carrière.’
KOERSUITSPRAKEN EN UITDAGINGEN
WIJ WERKEN IN DUURZAME, REGIONALE NETWERKEN AAN TOONAANGEVEND ONDERWIJS 36
UITDAGINGEN We creëren in co-makership met bedrijven en/of instellingen duurzame onderwijsvormen waarin onze studenten met studenten van andere mbo-opleidingen en hbo-instellingen werken aan hun ontwikkeling. Het Alfa-college is een living lab en vervult daarmee een voorbeeldfunctie. Bij onze keuzes voor innovaties en samenwerkingspartners zijn onze speerpunten (de Healthy Ageing-speerpunten Zorg en Wonen en Sport en Vitaliteit en de speerpunten Energie en Ondernemen) leidend. We zoeken zo veel mogelijk op basis van onze regionale inrichting het partnership met provinciale en gemeentelijke overheden, bedrijven en v(mb)o-, mbo- en hbo-instellingen om in te spelen op maatschappelijke vraagstukken. Docenten en teams verbinden zich met de praktijk in het werkveld. We geven ons onderwijs zo innovatief mogelijk vorm (door o.a. blended learning, onderwijs-labs etc.). We leggen voortdurend de integrale verbinding tussen onderwijs, overheid en ondernemers (O3, triple O) waarbij we een initiërende en stimulerende rol voor ons zelf zien. We worden niet gehinderd door grenzen tussen school en werkveld: de bedrijven komen in de instelling en het onderwijs komt in de bedrijven.
38
GRENSOVER SCHRIJDEND ONDERWIJS IN GRENSVERLEGGEND CO-MAKERSHIP CIGDEM ZANTINGH, projectcoördinator Rijnlandacademie
CIGDEM ZANTINGH projectcoördinator Rijnlandacademie Het belang van goede netwerken wordt de komende jaren steeds groter voor het slaan van een brug tussen theorie en praktijk. Daarom is het Alfa-college samen met de Stenden Hogeschool in januari 2014 gestart met de Rijnlandacademie. Hierin wordt op projectbasis en in co-makership nauw samengewerkt met het bedrijfsleven, overheid en andere scholen Door de Rijnlandacademie biedt het Alfa-college grensoverschrijdend onderwijs en is het toonaangevend in deze manier van werken. Cigdem Zantingh is project coördinator van het Alfa-college in de Rijnlandacademie. Zij formuleert het doel van de deze academie als volgt: ‘De Rijnlandacademie wil als katalysator, kapstok en aanjager fungeren van projecten die de oriëntatie van studenten en docenten van het Alfa-college en Stenden Hogeschool op Duitsland en het zgn. Rijnlandmodel vergroten. Er is een nauwe samenwerking tussen docenten en studenten mbo en hbo, bedrijfsleven en overheidsinstanties. Een van de belangrijksten project- en onderzoeksvragen is: Hoe kunnen vraag en aanbod op de grens overschrijdende arbeidsmarkt beter op elkaar worden afgestemd en welke rol kunnen opleidingen op mbo-en hbo-niveau daarbij spelen?’
GRENSOVERSCHRIJDEND Cigdem: ‘Met de Rijnlandacademie is een Euregionaal kennisnetwerk ingericht. Door de krachtenbundeling van beroepsonderwijsinstellingen
aan beide kanten van de grens kan krachtig ingespeeld worden op het thema arbeidsrelevant opleiden in de Euregionale kenniseconomie. De verwerving van de kennis van de talen Duits en Nederlands en van de Duitse en Nederlandse cultuur staan voor ons centraal. Nederlandse maar ook Duitse studenten worden geënthousiasmeerd om stage te lopen, onderzoek te doen en te werken in Duitsland respectievelijk in Nederland. We zijn grensoverschrijdend in wat we doen, ook letterlijk. Het creëren van een Euregionaal kennisnetwerk is een uitdaging.’
KANSEN Deze aanpak van het Alfa-college vergroot de kansen van studenten op een goede maatschappelijke carrière. Cigdem Zantingh: ‘We willen dat onze student niet denkt in grenzen, maar juist de kansen ziet, ook bijvoorbeeld in Duitsland. We geven daarom ook weer het vak Duitse taal en cultuur bij een groot aantal van onze opleidingen. In Duitsland is een wezenlijk tekort aan vakmensen en er liggen in de komende jaren grote mogelijkheden. De Rijnlandacademie wil de student/werknemer de mogelijkheden en kansen over de grens laten zien. Zo organiseren we vanuit de Rijnlandacademie zelfs een Duitse Jobmarkt met meer dan 30 Duitse bedrijven. Dat doen we in samenwerking met de gemeenten Hoogeveen, De Wolden en MiddenDrenthe en het UWV.’
40
INTEGRAAL SAMENWERKEN MET OPLEIDINGS INSTITUTEN BERT PATHUIS, zelfstandig ondernemer
BERT PATHUIS zelfstandig ondernemer Het Alfa-college en de Stenden Hogeschool richtten in 2009 het dubbellectoraat ‘Duurzame innovatie in de regionale kenniseconomie’ op. Beide onderwijsinstellingen werken hierin samen met bedrijven uit de regio. Het lectoraat staat voor kennisdeling en het ontwikkelen van nieuwe ideeën met betrekking tot duurzame innovatieprocessen op het gebied van o.a. zorg en wonen. Twee sociaaleconomische thema’s die in de regio van groot belang zijn voor de kenniseconomie en waar zelfstandig ondernemer Bert Pathuis zich dagelijks mee bezighoudt.
VERBINDINGEN Bert Pathuis: ‘Binnen het lectoraat gaat het om multidisciplinaire netwerken in regionaal verband. Als je in verschillende vakgebieden verbindingen legt, komt er over het algemeen een hogere kwaliteit uit dan wanneer iedereen vanuit het eigen blikveld het vraagstuk benadert. Daar ligt ook de innovatiekracht van samenwerken. Op basis van die nieuwe verbindingen kom je tot co-makership en dat zorgt voor enorm veel spankracht.’ Eén van de projecten waarin Pathuis de verbindingen in de praktijk brengt, is het nieuw te realiseren ‘Huis te Zeijen’. Een combinatie van 16 levensloopbestendige woningen en een B&B van acht kamers in een woonboerderij.
Zorg en wonen worden gekoppeld aan dienstverlening en toerisme; multidisciplinaire verbanden. Het bedrijfsplan is deels geschreven door studenten van het Alfa-college.
VERANTWOORDELIJKHEID Bert Pathuis: ‘De studenten dachten in eerste instantie te veel vanuit hun eigen koker. In dit project moesten studenten Bouwkunde, Toerisme en Zorg met elkaar in gesprek. Dit was voor iedereen een toegevoegde waarde, de manier van werken was inspirerend. Het werkveld vraagt om multidisciplinair samenwerken. Daarom is het belangrijk dat de studenten daarop worden voorbereid.’ Niet alleen voor de studenten heeft de samenwerking een toegevoegde waarde. Ook voor het bedrijfsleven ziet Bert Pathuis meerwaarde. ‘Als ik goed werk wil leveren, heb ik goede werknemers nodig. Potentiële werknemers moeten voorbereid zijn op de nieuwe vraagstukken die er straks liggen. Dat is ook mijn verantwoordelijkheid, als ondernemer. Ik vind het belangrijk dat wij integraal samenwerken met opleidingsinstituten.’
AMBASSADEURS Op de vraag hoe het Alfa-college in de toekomst meer bedrijven aan zich kan binden, heeft Bert Pathuis een duidelijke visie. ‘Docenten kunnen in eerste instantie in hun eigen netwerk zoeken. Daarnaast kun je ondernemers met wie een succesvol partnership is aangegaan, gebruiken als ambassadeurs.’
KOERSUITSPRAKEN EN UITDAGINGEN
WIJ ZIJN ROLMODEL VOOR ONZE STUDENTEN
42
UITDAGINGEN Onze medewerkers nemen zelf de regie en verantwoordelijkheid voor hun werk en hun ontwikkeling (teacher in the lead). Medewerkers vergroten hun ‘21st century skills’. Leidinggevenden en medewerkers stimuleren elkaar hun medewerkers in hun rol als rolmodel; zij moedigen studenten aan voor elkaar en ook voor de leidinggevenden en medewerkers rolmodel te zijn. Medewerkers kijken over hun eigen grenzen en die van hun team heen en zijn gericht op synergie. Medewerkers nemen hun professionele ruimte. Medewerkers zijn onderdeel van een resultaatverantwoordelijk en lerend team.
44
DE DOCENT MAAKT HET VERSCHIL TJEERD BEIJLEVELDT, docent
TJEERD BEIJLEVELDT docent De docent als rolmodel voor de student; bij de opleidingen voor Sport & Bewegen is dat overal terug te vinden. De voorbeeldfunctie van de docent uit zich op allerlei manieren. In de trots op en passie voor het vak, in het zoeken van de verbinding met studenten en collega’s en in voorbeeldgedrag in het voorleven van normen en waarden. Docenten hebben een grote mate van vrijheid om het onderwijs zelf in te richten. ‘Dat betekent dat wij als docenten veel invloed hebben op ons vak’, zegt Tjeerd Beijleveldt, docent Sport & Bewegen. ‘De wijze waarop we onze lessen inrichten, bepalen we zelf. We werken in teams die verantwoordelijk zijn voor de inhoud en de uitvoering van hun onderwijs. Wij willen onze studenten de best mogelijke opleiding bieden. Daarin zoeken we actief de samenwerking met het werkveld. We zijn trots op ons vak en proberen ons onderwijs voortdurend te vernieuwen. En de student staat voorop.’
VEILIGHEID EERST Een goed leerklimaat begint met veiligheid. ‘Je veilig voelen is belangrijk om fouten te durven maken en zo nieuwe inzichten te verkrijgen en te leren. Daarom stimuleren wij een leeren werkklimaat waarin fouten maken mag,’ betoogt Tjeerd. Vanuit dat vertrouwen stimuleren de docenten de studenten om hun grenzen te verkennen en mogelijk zelfs te overschrijden. ‘Door uit je comfortzone te stappen, leer je vaak het meest. Maar dat moet je wel durven...’
OPENHEID Eén van de sterke kanten van de opleiding is dat docenten gemakkelijk benaderbaar zijn. In de open personeelskamer kunnen studenten eenvoudig in- en uitlopen en kunnen ze met vragen bij een docent terecht. ‘De sfeer is informeel. We noemen elkaar bij de voornaam en er is ruimte voor humor’, zegt Tjeerd Beijleveldt. ‘Maar we zijn zeer alert op goede omgangsvormen. We zijn netjes en beleefd tegen elkaar. Ook in lastige situaties!’ Daarnaast heerst er een cultuur waarin docenten en studenten elkaar aanspreken als er iets niet goed gaat. En geven ze elkaar een compliment als iets succesvol is. Tjeerd: ‘We verwachten dit ook van de studenten. Zij moeten immers leren samenwerken en leiding geven. Onze studenten werken vanaf dag één met een groep sporters of kinderen. Met die verantwoordelijk heid moet je wel om kunnen gaan.’
BLIJVEN LEREN Een goede docent blijft zich ontwikkelen. Nieuwsgierigheid is hierbij van belang. ‘Ook dat hoort bij een rolmodel; gepassioneerd zijn en blijven. Dat kan op allerlei manieren, maar vooral door je goed te realiseren voor wie je het doet: de studenten en hun toekomst, met de focus op vorming en vakmanschap. Dat is onze trots en onze passie!’
46
EEN DOCENT IS VOORAL OOK COACH SANNE HENDRIKSE, student SAW
SANNE HENDRIKSE student SAW Om studenten optimaal voor te bereiden op een succesvolle maatschappelijke loopbaan, is de toegevoegde waarde van docenten van groot belang. Docenten zijn niet alleen leraar, maar ook mentor, coach en inspirerend rolmodel. Zeker omdat jongvolwassenen tijdens de opleiding niet alleen een vak leren, maar zich in dezelfde periode eveneens ontwikkelen als “mens” met een eigen persoonlijkheid. Een van die jongvolwassenen is de 20-jarige Sanne Hendrikse, 3e-jaars student SAW (Sociaal Agogisch Werk) in Groningen en lid van de Studentenraad. Op dit moment loopt ze stage bij een woonzorginstelling in Muntendam. ‘Ik werk daar met mensen met een verstandelijke beperking. Daarvoor moet je best sterk in je schoenen staan. Drie jaar geleden had ik dat nog niet gekund.’
PERSOONLIJK ONTWIKKELINGSPLAN Sanne ontwikkelde zich in de afgelopen jaren tot een zelfstandige studente. Mede aan de hand van de doelen in haar Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP). ‘Ik had altijd moeite om mijn grenzen te stellen en wilde door iedereen aardig worden gevonden. Nu ben ik veel zelfstandiger, weet ik beter wat ik wil. Dat helpt me om straks een professioneel begeleider te worden.’
COACH Sanne ziet de rol van docenten beduidend breder dan alleen ‘een leraar’ die kennis overbrengt. ‘Docenten moeten vanzelfsprekend goed les geven. Daarbij komen enthousiasmeren, motiveren en stimuleren. Toch zie ik een docent vooral ook als een coach. Iemand
die je ‘stuurt’ tijdens je opleiding, voorbereidt op de praktijk en begeleidt met de intervisie. Gast docenten zijn daarin ook belangrijk, omdat je het in de praktijk moet leren; daar heb ik veel aan gehad.’
MALTA Studenten SAW lopen stage bij zeer diverse instellingen. Dat vraagt van docenten het nodige ‘maatwerk’. Dat ondervond Sanne ook toen ze vorig jaar de mogelijkheid kreeg drie maanden stage te lopen bij een zorginstelling op Malta. ‘Daarvoor moest heel wat geregeld worden, maar de docenten hebben me echt de ruimte gegeven. Zowel bij de wekelijkse verslagen als met het bespreken van de methodische behandelplannen. Zeer leerzaam en een super-ervaring. Daar ben ik heel zelfstandig van geworden.’
GEGROEID Sanne hoopt over enkele maanden haar diploma te behalen en aan het werk te gaan in een woon zorginstelling. ‘Het liefst als ambulant medewerker, dat lijkt me prachtig. Wat dat betreft heb ik helemaal mijn ‘ding’ gevonden, terwijl ik drie jaar geleden op het Alfa-college kwam met het idee om in de jeugdzorg te gaan werken.’ ‘Na gesprekken met docenten ben ik enthousiast geworden voor SAW. Een hele andere richting en benadering. Vroeger vond ik mensen die een beperking hadden wat vreemd. Als ik ze nu zie, denk ik: die wil ik graag helpen. Zorgen dat ze lachen en plezier hebben en ik wil ze vooral een zinvol bestaan geven. Ook daarin ben ik als persoon echt gegroeid.’