Zaaknummer: OLOGMM01 Onderwerp
Vaststelling projectbesluit 'Ontsluiting Giersbergen'
Collegevoorstel Inleiding Op 12 januari 2010 heeft het college besloten het ontwerp van het projectbesluit ‘Ontsluiting Giersbergen’ vast te stellen en de stukken ter inzage te leggen en beschikbaar te maken voor reacties van instanties. Nu wordt het projectbesluit ter vaststelling aangeboden aan het college. Dit projectbesluit is ten behoeve van het verharden en verbreden van weg 58, een weg die nu nog is voorzien van halfverharding, een éénrichtingsregime kent en voorziet in een mogelijkheid om het parkeerterrein bij Giersbergen te verlaten. Door de voorgenomen verharding en verbreding is het mogelijk verkeer naar het parkeerterrein via deze weg te laten verlopen (het verkeer kan dan ook in beide richtingen rijden). De aansluiting van het terrein op de Duinweg zal afgesloten worden.
Feitelijke informatie De stukken hebben ter inzage gelegen van 11 februari 2010 tot en met 8 april 2010. Er zijn geen zienswijzen ontvangen. Zoals wettelijk verplicht, zijn de stukken eveneens (digitaal) toegezonden aan de bevoegde instanties (VROM-inspectie, provincie Noord-Brabant, Waterschap de Dommel, Regionale brandweer). Elk van deze instanties heeft kunnen instemmen met de stukken. Waterschap de Dommel heeft echter wel gevraagd om een berekening voor de grootte van de waterberging. Deze, en de goedkeuring ervan, is bijgevoegd in de bijlagen bij dit voorstel.
Afweging Dit projectbesluit wordt ongewijzigd ter vaststelling aangeboden. Het dictum van het besluit is niet veranderd.
Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel.
Procedure vervolgstappen Het projectbesluit zal gepubliceerd worden in de lokale krant, via de website en in de Staatscourant; De stukken zullen gedurende zes weken ter inzage gelegd worden. Dit zowel in papieren vorm, als in digitale vorm op de gemeentelijke website en de landelijke website www.ruimtelijkeplannen.nl De stukken zullen toegestuurd worden aan de verschillende instanties die de belangen behartigen die voor het plan in het geding zijn. communicatie Publicatie zal geschieden volgens de bovenstaande (wettelijk verplichte) methoden.
Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen.
1
Zaaknummer: OLOGMM01 Onderwerp
Vaststelling projectbesluit 'Ontsluiting Giersbergen'
BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 18 mei 2010;
gelet op: Artikel 3.11, lid 1, sub e van de Wet ruimtelijke ordening; besloten: 1. 2. 3. 4.
het projectbesluit ‘Ontsluiting Giersbergen’ ongewijzigd vast te stellen; dit besluit te publiceren; de stukken gedurende zes weken ter inzage te leggen; de stukken toe te zenden aan de verschillende instanties die de belangen behartigen die voor het plan in het geding zijn.
namens het college van Heusden, de secretaris,
mr. J.T.A.J. van der Ven
2
Projectbesluit ex artikel 3.10 Wet ruimtelijke ordening
Het college van Heusden;
Heeft in aanmerking genomen; Het besluit van het college d.d. 8 juni 2009 om een projectbesluitprocedure voor te bereiden conform art. 3.11 van de Wet ruimtelijke ordening ten behoeve van het verbreden en verharden van weg 58 te Giersbergen. Dit op de percelen kadastraal bekend; Drunen, sectie D, nummers 2949, 3007 en 3008. Hiermee wordt afgeweken van het vigerende bestemmingsplan ‘Buitengebied Drunen’ en de eerste partiële herziening daarvan.
Gelet op; het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening, het Besluit ruimtelijke ordening en de Algemene wet bestuursrecht; het besluit van de gemeenteraad van Heusden d.d. 10 november 2009 tot delegatie van de bevoegdheid tot het nemen van projectbesluiten aan het college van burgemeester en wethouders; het besluit van de gemeenteraad van Heusden d.d. 10 november 2009 tot delegatie van het nemen van een besluit om al dan niet een exploitatieplan vast te stellen;
Overwegende dat; -
het projectbesluit het volgende IDN gekregen heeft: NL.IMRO.0797.PB10001-0002
-
op de betreffende percelen het bestemmingsplan ‘Buitengebied Drunen’ en de eerste partiële herziening daarvan van toepassing zijn, respectievelijk vastgesteld door de gemeenteraad op 29 juni 1987 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten (GS) van Noord-Brabant bij besluit van 5 februari 1988 en vastgesteld door de gemeenteraad op 18 september 2001 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten (GS) van Noord-Brabant bij besluit van 23 april 2002 ;
-
het plangebied de bestemmingen ‘Verkeersdoeleinden’, ‘Houtopstanden’ en ‘Agrarische doeleinden’ omvat, waarbij de laatste als nadere aanduiding ‘kernrandgebied + landschappelijke of cultuurhistorische waarden’ heeft;
-
De gewenste ontwikkeling niet mogelijk is middels het vigerende bestemmingsplan;
1/2
-
er geen stedenbouwkundige en planologische bezwaren bestaan voor de gewenste ontwikkeling, zoals blijkt uit de ruimtelijke onderbouwing die ten behoeve van het project vervaardigd is;
-
als gevolg van de wijziging de waarden en functies van de nabijgelegen gronden, welke het plan beoogt te beschermen, niet onevenredig worden aangetast;
-
het ontwerpbesluit, de ruimtelijke onderbouwing, de uitgevoerde onderzoeken en de verbeelding met ingang van 25 februari 2010 voor de duur van zes weken op grond van Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), artikel 3.11 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) voor een ieder ter inzage zijn gelegd;
-
tijdens deze periode de mogelijkheid is geboden om schriftelijk/mondeling hiertegen een zienswijze in te dienen. De stukken waren in te zien op de gemeentehuizen in Drunen en Vlijmen en in de bibliotheek in Oudheusden. De bekendmaking heeft plaatsgevonden in de Staatscourant, de Scherper van 10-022010 en langs elektronische weg (via plaatsing op de gemeentelijke website);
-
naar aanleiding van de ter inzage ligging geen zienswijzen ingediend zijn;
Besluit; -
Tot het nemen van een projectbesluit ingevolge artikel 3.10 van de Wet ruimtelijke ordening voor de verbreding en verharding van weg 58 ten behoeve van een verbeterde ontsluiting van het parkeerterrein van Giersbergen;
-
tot het ingevolge artikel 3.13, lid 2, van de Wet ruimtelijke ordening inpassen van het projectbesluit in het in voorbereiding zijnde bestemmingsplan ‘Buitengebied’;
-
om geen exploitatieplan ingevolge artikel 6.1.2 van de Wet ruimtelijke ordening vast te stellen, daar het project niet aan de vereisten daarvoor voldoet en een exploitatieplan daarom niet noodzakelijk is.
De volgende stukken zijn als bijlagen bij dit besluit gevoegd en maken een integraal onderdeel hiervan uit: 1. plankaart met een kadastrale en topografische ondergrond; 2. overwegingen projectbesluit plus ruimtelijke onderbouwing; Vlijmen, 18 mei 2010, Het college van Heusden, de secretaris,
de burgemeester,
mr. J.T.A.J. van der Ven
drs. H.P.T.M. Willems
2/2
Ruimtelijke Onderbouwing Ontsluiting Giersbergen
Gemeente Heusden Mei 2010
2
INHOUDSOPGAVE
1. 1.1 1.2 1.3
Inleiding Inleiding Projectbesluit Leeswijzer
5 5 5 5
2. 2.1 2.2 2.3 2.4
Beschrijving plan Huidige situatie Projectprofiel Huidige planologische situatie Toekomstige planologische situatie
7 7 7 9 10
3. 3.1
Beleid en regelgeving Rijksbeleid 3.1.1 Nota Ruimte 3.1.2 Nota Belvedère Provinciaal beleid 3.2.1 Interim Structuurvisie 3.2.2 Paraplunota 3.2.3 Uitwerkingsplan Waalboss 3.2.4 GHS en AHS 3.2.5 RNLE 3.2.6 EHS 3.2.7 CultuurHistorische Waardenkaart 3.2.8 Reconstructieplan De Meierij Gemeentelijk beleid 3.3.1 Structuurvisie 3.3.2 Gemeentelijk Verkeer- en Vervoersplan 3.3.3 Beleids- en Actieplan Toerisme en Recreatie
11 11 11 11 11 11 13 13 13 14 14 14 16 16 16 16 17
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10
Planologische aspecten Flora en fauna Water Geluid Luchtkwaliteit Bodem Archeologie Bedrijvigheid Externe veiligheid Kabels, leidingen en andere belemmeringen Verkeer en parkeren 4.10.1 Verkeer 4.10.2 Parkeren
19 19 19 19 20 21 21 22 22 22 23 23 24
5.
Financiële uitvoerbaarheid
25
6. 6.1 6.2 6.3
Conclusie Noodzaakprocedure Belemmeringen Procedure
27 27 27 27
Literatuur
29
3.2
3.3
Ruimtelijke onderbouwing
3
BIJLAGE 1 BIJLAGE 2 BIJLAGE 3 BIJLAGE 4 BIJLAGE 5 BIJLAGE 6 BIJLAGE 7
Flora en fauna onderzoek, BTL Advies B.V. Akoestisch onderzoek, Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Luchtkwaliteitonderzoek, Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Verkennend bodemonderzoek, Tritium Advies B.V. Archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (karterende fase), BAAC B.V. Dwarsprofielen en bestektekeningen Berekeningen ten behoeve van dimensionering zaksloot
VERANTWOORDING Titel: Projectleider: Auteur: Projectnummer: Datum: IDN projectbesluit:
Ruimtelijke onderbouwing - Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen Marcel van Gendt Marco Molijn 75600502 Mei 2010 NL.IMRO.0797.PB10001-0002
COLOFON Gemeente Heusden Team Ondersteuning Leefomgeving Julianastraat 34 Postbus 41 5250 AA Vlijmen Telefoon 073-513 17 89 Fax 073-513 17 99
[email protected]
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
4
Ruimtelijke onderbouwing
5
INLEIDING
1.1
Inleiding
De gemeente Heusden is voornemens de ontsluiting van het gehucht Giersbergen te verbeteren. Hiervoor is het ‘Verkeersplan Gierbergen’ ontwikkeld. Onderdeel hiervan is een verbeterde ontsluiting van het parkeerterrein van Giersbergen. Plan is een bestaande, onverharde eenrichtingsweg te verbreden en te verharden, zodat het verkeer via deze afgehandeld kan worden. De voorgestelde ontwikkeling past niet binnen het vigerende bestemmingsplan. Om de gewenste ontwikkeling toch mogelijk te maken wordt de procedure van een projectbesluit gevolgd. Deze ruimtelijke onderbouwing maakt onderdeel uit van dit projectbesluit.
1.2
Projectbesluit
Voor projecten van gemeentelijke omvang kan de gemeente een projectbesluitprocedure opstarten. Het projectbesluit is een nieuw instrument voor de ruimtelijk ordenaar. Het is vastgelegd in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) in artikel 3.10. Het projectbesluit is te vergelijken met de oude artikel 19 lid 1 vrijstelling van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO). De relatief korte procedure maakt het mogelijk om snel een project te kunnen realiseren, zonder dat daar eerst een bestemmingsplan voor gemaakt hoeft te worden. Het projectbesluit dient echter wel gevolgd te worden door een bestemmingsplan, binnen een wettelijke periode van één jaar.
1.3
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 worden de huidige situatie en een projectprofiel geschetst. Hoofdstuk 3 bevat het ruimtelijk beleid. In hoofdstuk 4 komen planologische aspecten zoals onderzoeken aan bod. In hoofdstuk 5 wordt de financiële haalbaarheid van het plan behandeld. Een en ander wordt uiteindelijk verwerkt in de conclusies in hoofdstuk 6.
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
1
6
Figuur 2.1
Luchtfoto huidige situatie
Ruimtelijke onderbouwing
7
BESCHRIJVING PLAN
2.1
Huidige situatie
Het plangebied bestaat uit de huidige weg 58, een overharde éénrichtingsweg, een deel van een agrarisch stuk grond en een deel van een productiebos van dennebomen. De weg ligt op het perceel 2949, Drunen, sectie D. De overige twee gebieden maken uit van de percelen met de nummers 3007 en 3008 respectievelijk. De weg verbindt de Margrietweg en het parkeerterrein van Giersbergen. Bezoekers van het parkeerterrein kunnen nu via de Duinweg, door het gehucht het terrein benaderen. Het verlaten kan via weg 58. De directe omgeving bestaat uit een aantal agrarische percelen, het genoemde parkeerterrein, het gehucht Giersbergen met zijn woningen en boerderijen, café De Drie Linden en het nationaal park de Loonse en Drunense Duinen. De bebouwing in de omgeving bestaat voornamelijk uit gebouwen van één of twee bouwlagen met een kap. Ook agrarische bebouwing, zoals stallen en andere bedrijfsbebouwing is te vinden. Het dorp Giersbergen is al vele eeuwen oud en heeft een rijke geschiedenis. In de loop van de jaren heeft het zijn oorspronkelijke functies verloren (er was onder andere een klooster) en is de dagrecreatie enorm gegroeid, vooral dankzij het nationaal park wat vrijwel direct aan het dorp grenst. Het café ligt aan een van de fietsroutes die er in het nationaal park bestaan en het gebied vormt een van de recreatieve poorten van het natuurgebied. Het vormt het vertrekpunt voor wandelaars, fietsers en paardrijders. De recreatieve aantrekkingskracht maakt nog steeds een groei door en heeft ertoe geleid dat het parkeerterrein druk gebruikt wordt. Door de drukte ontstaan er ongewenste situaties in het gehucht, doordat de verkeerstroom nu nog zijn weg vindt tussen de aanwezige woningen en boerderijen. Dit heeft onveiligheid en overlast tot gevolg en de verkeersafhandeling stagneert.
2.2
Projectprofiel
Om de hierboven beschreven onderwerpen aan te pakken is het ‘Verkeersplan Giersbergen’ voorbereid. Het bestaat uit de besproken weg, aanpassingen aan de Duinweg en Margrietweg, bewegwijzering en vergroting van het parkeerterrein. Het plan is om het parkeerterrein niet meer toegankelijk te maken vanaf de Duinweg, zodat het aantal verkeer dat door het dorp rijdt, enorm verminderd wordt. Om dit te doen zal een andere aansluiting gemaakt moeten worden en daarvoor wordt weg 58 gebruikt. De weg zal een tweebaansweg moeten worden, zodat in beide richtingen gereden kan worden. Ook wordt de weg verhard met klinkers en wordt riolering aangelegd. De benodigde ruimte voor de verbreding is gevonden door een strook grond aan te kopen van vijf meter breed direct ten westen van de huidige weg. Hierdoor ontstaat meer dan genoeg ruimte. Deze gronden vormen de plangrenzen.
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
2
8
Figuur 2.2
Plangrenzen
Ruimtelijke onderbouwing
9
Figuur 2.3
Verkeersplan Giersbergen
Een en ander wordt zo goed mogelijk in het landschap ingepast. Hiertoe worden houten hakwallen aangelegd direct ten westen van de weg. Deze houtwallen kwamen in het verleden veel voor in Giersbergen en omgeving, maar zijn deels verdwenen. Een stuk cultuushistorie komt dus terug. Tevens wordt hierdoor de weg afgeschermd van de westelijke percelen.
2.3
Huidige planologische situatie
De vigerende bestemmingsplannan voor het plangebied zijn ‘Buitengebied Drunen’ en de eerste partiële herziening daarvan. Het oorspronkelijke bestemmingsplan is vastgesteld door de raad op 19 juni 1987 en onherroepelijk geworden op 5 februari 1988. De partiële herziening is vastgesteld op 7 juli 1992 en onherroepelijk geworden op 11 februari 1993. Hieronder is een uitsnede te zien van de plankaart van de bestemmingsplannen voor de locatie. De bestemmingen voor de locatie zijn Agrarische Doeleinden met nadere aanduiding ‘landschappelijke en cultuurhistorische waarden’ en ‘Houtopstanden’. De laatste laat, mits na het aanvragen en verkrijgen van een aanlegvergunning, het aanleggen van een weg toe. De bestemming ‘Agrarische Doeleinden laat dit echter niet toe. Een nieuw bestemmingsplan of een projectbesluit is zodanig ook nodig.
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
10
Figuur 2.4
Bestemmingsplannen ‘Buitengebied Drunen’ en ‘Buitengebied Drunen, eerste partiële herziening’
Voor het gehele buitengebied van de gemeente Heusden is een nieuw bestemmingsplan in voorbereiding. Hiervoor is reeds een voorbereidingsbesluit genomen en dit geldt dus ook voor het plangebied.
2.4
Toekomstige planologische situatie
Het plan zal opgenomen worden in het bestemmingsplan ‘Buitengebied Heusden’. Het voorontwerp van het bestemmingsplan zal waarschijnlijk in het vierde kwartaal van 2009 ter inzage gelegd worden, het ontwerp in begin 2010 en het zal waarschijnlijk ter vaststelling worden aangeboden aan de raad in het laatste kwartaal van 2010.
Ruimtelijke onderbouwing
11
BELEID & REGELGEVING 3.1
Rijksbeleid
3.1.1
Nota Ruimte
De Nota Ruimte heeft als hoofddoel: ruimte voor de ruimtevragende functies en de gerichtheid op vier algemene doelen: • versterking internationale concurrentiepositie; • bevordering krachtige steden en een vitaal platteland; • borging en ontwikkeling (inter)nationale waarden; • borging van de veiligheid. De Nota Ruimte gaat uit van sturing op hoofdlijnen, decentraal wat kan, centraal wat moet en ziet op ontwikkelingsplanologie en uitvoerings-gerichtheid, op een dynamisch, op ontwikkeling gericht ruimtelijk beleid. De nota zet een aantal hoofdlijnen uit voor het ruimtelijk beleid in Nederland. Het vermeldt dat het aan de provincie en de gemeente is om dit verder uit te werken. Bouwen in het gebied hangt derhalve af van een door de provincie en gemeente op te stellen kader. In de nota ruimte wordt er niet specifiek ingegaan op het gebied. Wél komt het plangebied op de volgende wijze aan de orde: Het rijk ziet groene gebieden het liefst zo goed mogelijk ontsloten. Het nationaal park is zo’n gebied. De Nota Ruimte meldt het volgende: Paragraaf 3.4.5.4., Toegankelijkheid en bereikbaarheid: “De bereikbaarheid en toegankelijkheid van de groene ruimte moeten worden verbeterd en vergroot, zowel door het wandel-, fiets- en waterrecreatienetwerk te vergroten als door belemmeringen weg te nemen. Het rijk stimuleert provincies om samen met waterschappen en andere grondeigenaren lijnvormige elementen, zoals dijken, oevers en houtwallen, toegankelijker te maken voor wandelen, fietsen en varen (waterrecreatie). Tevens worden provincies gestimuleerd om de toegankelijkheid van natuurgebieden en landbouwgrond verder te vergroten.” De geplande ontwikkeling past dus binnen het rijksbeleid.
3.1.2 Nota Belvedère Zie paragraaf 3.2.7.
3.2
Provinciaal beleid
3.2.1 Interim structuurvisie Door de nieuwe Wet ruimtelijke ordening is iedere provincie verplicht om een structuurvisie op te stellen waarin het ruimtelijk beleid uiteengezet en uitgelegd wordt. Vroeger gebeurde dit voornamelijk door het Streekplan. De provincie Noord-Brabant heeft ervoor gekozen om het Streekplan uit 2002 niet om te zetten naar een structuurvisie, maar om een interim structuurvisie op te stellen, zodat men in kon spelen op nieuwe ontwikkelingen en gewisseld beleid. Daarbij komen de hoofdlijnen van het ruimtelijk beleid zoals vermeld in de interim structuurvisie grotendeels overeen met die van het streekplan uit 2002. De provincie Noord-Brabant streeft naar zorgvuldig ruimtegebruik. Ze wil “een goede balans tussen het economische, het ecologische en het sociaal-culturele kapitaal van Brabant”. Hierbij wil ze bij ontwikkelingen in het eerste meer aandacht besteden aan de twee andere kapitalen dan in het verleden is gebeurd. In de interim structuurvisie wordt een lagenbenadering gehanteerd; elke vorm van ruimte heeft zijn eigen laag en die lagen moeten samenwerken. Infrastructuur is Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
3
12
belangrijk voor de provincie. Zo meldt zij dat het vaker sturend moet worden in het ruimtelijk beleid. Wel moet aantasting van het landelijk gebied zoveel mogelijk voorkomen worden. Wegen moeten zo goed mogelijk in het landschap ingepast worden.
Figuur 3.1
Uitsnede kaart interim structuurvisie provincie Noord-Brabant
De interim structuurvisie hanteert een aantal belangen, welke uitgewerkt worden in doelen. Wat betreft infrastructuur meldt de interim structuurvisie het volgende: “Belang: 1. 2.
Een duurzame bereikbaarheid voor alle vervoerswijzen, voor zowel goederen als personenvervoer, met een accent op de stedelijke regio’s. (Bestaande) infrastructuur meer sturend laten zijn voor ruimtelijke ontwikkelingen; Het op orde brengen van bestaande en nieuwe infrastructuur, het intensief benutten van bestaande- en het duurzaam ruimtelijk inpassen van nieuwe infrastructuur.”
Het project sluit op het bovenstaande aan. Het benut bestaande structuren. Ten slotte haakt de interim structuurvisie nog in op recreatie en toerisme. Zie het onderstaande: “Het gaat er in onze ogen om te voorzien in de groeiende ruimtebehoefte voor toeristisch-recreatieve voorzieningen. Hierbij moeten de mogelijkheden van zuinig ruimtegebruik optimaal benut worden en de natuur- en landschapswaarden behouden en verder versterkt worden.”
Ruimtelijke onderbouwing
13
Er is sprake van een dergelijke groeiende ruimtebehoefde voor toeristisch-recreatieve voorzieningen. Al met al kan men dus concluderen dat de interim structuurvisie van de provincie dit soort initiatieven ondersteunt.
3.2.2
Paraplunota
Een ander beleidsplan van de provincie is de Paraplunota, wat als het ware een uitvoeringsprogramma is voor de structuurvisie. Een aantal onderwerpen wordt hierin concreter behandeld. Het plan noemt de stiltegebieden, waar het plangebied ook in valt, als gebieden waar geluidshinderlijke activiteiten niet gewenst zijn. Verkeersaantrekkende recreatieve functies horen daar ook bij. Wat voor invloed de ontwikkeling precies heeft op de geluidsituatie is beschreven in paragraaf 4.3. Daar komt bij dat door de nieuwe weg en de afsluiting van de kern de doorstroming aanzienlijk verbeterd en dus ook het aantal geluid van optrekkende en afremmende wagens verminderd. Wat betreft de infrastuctuur noemt de paraplunota het volgende; “Wij streven naar zuinig ruimtegebruik en willen (toekomstige) capaciteitsproblemen van bestaande infrastructuur tegengaan. Daarom vinden wij het van groot belang om uiteraard binnen milieugrenzen - de gebruiksmogelijkheden van de bestaande infrastructuur te vergroten.” … “Daarnaast willen wij ruimte bieden voor de aanleg van nieuwe infrastructuur om zo de mobiliteitsgroei te faciliteren. Het netwerk moet niet gehinderd worden door te strakke contouren op gebied van fysieke ruimte, geluid, luchtkwaliteit en externe bereikbaarheid.” Kortom, het plan past binnen dit beleid.
3.2.3
Uitwerkingsplan Waalboss
De provincie Noord-Brabant heeft behalve de structuurvisie, enkele uitwerkingsplannen om gedetailleerder het beleid voor haar gebieden te kunnen vaststellen. De uitwerkingsplannen zijn opgesteld naar aanleiding van het streekplan uit 2002. Een daarvan is het Uitwerkingsplan Waalboss uit 2004. In het document zijn de ruimtelijke ontwikkelingen van de stedelijke regio Waalboss (Waalwijk, ’sHertogenbosch, Oss) vastgelegd. Een uitsnede van de kaart van het plan is op de vorige pagina te zien. In dit uitwerkingsplan is ook Giersbergen opgenomen. Qua infrastructuur wordt er niet ingegaan op zaken die relevant zijn voor de ontsluiting van Giersbergen.
3.2.4 GHS en AHS In de interim structuurvisie van de provincie Noord-Brabant zijn gebieden ondergebracht onder de Groene HoofdStructuur (GHS) en de Agrarische HoofdStructuur (AHS). De eerste is onderverdeeld in de secties ‘natuur’ en ‘landbouw’. In GHS-natuur zijn bestaande natuur- en bosgebieden ondergebracht en onder GHS-landbouw alle landbouwgebieden met bijzondere natuurwaarden. De AHS is onderverdeeld in ‘landschap’ en ‘landbouw’, waarbij de AHS-landschap de gebieden met de overige bijzondere natuurwaarden bevat, en AHS-landbouw de meest pure landbouwgebieden omvat, dus zonder specifieke natuurwaarden. Voor een uitsnede van het de kaart van het gebied, zie bladzijde 12. Op de kaart is te zien dat het gebied tot AHS-landschap behoort. Dit betekent dat grote aanpassingen in de ruimte in principe niet gewenst zijn, vooral verstedelijking is niet gewenst. Aanleg en aanpassing van niet-recreatieve infrastructuur kan in principe
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
14
alleen in de AHS-landbouw. Daar het hier wél gaat om recreatieve infrastructuur en het geen grote aanpassing betreft, is er geen bezwaar gezien vanuit de AHS.
3.2.5 RNLE Het plangebied maakt deel uit van de Regionale Natuur- en LandschapsEenheid ‘Loonse en Drunense Duinen’. Dit zijn gebieden die zich uiteindelijk kunnen ontwikkelen tot zelfstandige eenheden waar natuur, landschap en landbouw centraal staan. Het beleid van de provincie is gericht op het beschermen en ontwikkelen van natuur- en landschapswaarden, cultuurhistorische (landschaps-)waarden, recreatie met een groen karakter en een bij de schaal en de aard van het gebied passende landbouw. Verdere ontwikkeling en het vergroten van de eenheid van het landschap is het doel. Door het versoepelen van de afronding van het verkeer op de kruising van de Duinweg en Margrietweg zal het landschap hier verbeteren, en zoals blijkt uit paragraaf 3.2.7 past de weg ook cultuurhistorisch gezien binnen het landschap.
3.2.6 EHS De kaart van de Ecologische HoofdStructuur laat enkele ecologische structuren met invloed zien rondom het plangebied. De bossen van het nationaal park staan afgebeeld op de afbeelding en zijn weergegeven door de groenbruine en helder groene vlakken. Deze gebieden moeten behouden blijven en mogen niet aangetast worden. Verder is er op de kaart een tweetal mintgroene gebieden te zien. Deze vlakken zijn getypeerd als ‘multifunctioneel bos’. Dit zijn vaak versnipperd gelegen boomgroepen en kleine stukjes bos in het landschap. De meeste genoemde EHSgebieden worden niet beïnvloedt door de ontwikkeling. Wat betreft het noordelijke vlak, dit is het kavel waar kerstbomen gekweekt worden, en heeft weinig landschappelijke- en natuurwaarde. Deze begrenzing is waarschijnlijk niet op basis van ecologische waarden tot stand gekomen. In het f&f-onderzoek is dit ook naar voren gekomen (zie paragraaf 4.1). Om deze redenen is er een verzoek om wijziging bij de provincie Noord-Brabant ingediend, om dit kavel uit de EHS te halen. Dit is gebeurd in een zienswijze op de Ontwerp Verordening Ruimte die de provincie Noord-Brabant ter inzage heeft gelegd. Uit contact met de provincie is gebleken dat op deze wijziging vooruit gelopen kan worden en de weg reeds aangelegd kan worden.
Figuur 3.2
Uitsnede EHS
3.2.7 CultuurHistorische Waardenkaart De provincie heeft een Cultuurhistorische Waardenkaart uitgebracht, waarop gebouwen, landschappen, plaatsen, en natuurgebieden die een historische waarde hebben in kaart zijn gebracht. De uitsnede hiervan is op de volgende pagina te zien. Ruimtelijke onderbouwing
15
Bij het vervaardigen van deze kaart is ook de Nota Belvedère gebruikt. Deze poogt het cultuurhistorische kapitaal van Nederland te beschrijven en te beschermen. Hiertoe zijn een aantal Belvedère gebieden vastgesteld, waaronder het plangebied en zijn omgeving. De kaart laat zien dat Giersbergen een redelijk waardevolle, historische stedenbouwkundige structuur is. Aantasting van deze stedenbouwkundige waarden is niet gewenst. De plaatsing van de weg in het landschap is daarom belangrijk. Er wordt gekozen voor een passende verharding. Ook zullen er eikenhouten hakwallen aangebracht worden in en om het plangebied, wat de inpassing verbeterd. Bovendien is dit altijd al een historisch gezien correct landschappelijk element geweest. Het nationaal park is een historisch waardevol vlak en historisch groen, maar de verandering in de ontsluiting zou dit vlak niet aantasten. De Margrietweg en Duinweg zijn historisch waardevolle lijnen. De aanpassing van de ontsluiting van Giersbergen door de nieuwe weg zou de doorstroming en dus het beeld van de twee bovenstaande wegen verbeteren. Ook het cultuurhistorische karakter van het gehucht zelf wordt verbeterd, omdat verkeer niet meer via de Duinweg tussen de bebouwing naar het parkeerterrein rijdt. Al met al kan men concluderen dat de geplande aanleg van een weg mogelijk is, maar dat de aansluiting van de weg op zijn omgeving zorgvuldig gebeuren moet. Wat betreft dit laatste kan er geconcludeerd worden dat, gelet op het ontwerp, het geval is. Er is gekozen voor klinkerbestrating, wat een passende bestrating is binnen de omgeving. Op de gronden rust ook een hoog tot middelhoge ‘Indicatieve Archeologische Waarde’. De kans is dus aanwezig dat er vondsten gedaan worden, al is deze niet groot, voor het aanleggen van de weg en het parkeerterrein wordt immers niet diep gegraven. Toch is een archeologisch bodemonderzoek uitgevoerd. De resultaten hiervan zijn verwerkt in paragraaf 4.6.
Figuur 3.3
Uitsnede CultuurHistorische Waardenkaart
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
16
3.2.8 Reconstructieplan De Meierij De provincie heeft een aantal reconstructieplannen opgesteld, waarmee de lijn uitgezet wordt die de provincie wil gebruiken om de landelijke gebieden dusdanig te krijgen zoals gewenst is. Hierbij is het totale grondgebied opgedeeld in deelgebieden, het plangebied is opgenomen in het deel ‘De Meierij’. Dit gebied omvat grond van Sint Oedenrode tot Loon op Zand. Het reconstructieplan noemt het herstel van de landschappelijke waarden van het gebied, nivelering en vervlakking van het landschap dreigt. Hierop moet worden toegezien, evenals de cultuurhistorische waarden. Ook geeft het plan aan dat de infrastructuur onder druk staat. Er wordt ook genoemd dat aanpassingen aan het recreatieverkeer wordt gestimuleerd. Het initiatief past binnen deze doelstellingen, verkeerskundige druk wordt verlicht. Ook worden er landschappelijke aanpassingen gedaan, in de vorm van eikenhouten kapwallen, die van oorsprong in het landschap voorkomen en nu weer terugkomen.
3.3 Gemeentelijk beleid 3.3.1 Structuurvisie Op de afbeelding hieronder is een uitsnede te zien van de kaart van de structuurvisie van de gemeente Heusden. De ontwikkeling komt niet specifiek terug op de kaart, of in de tekst van het document. Wél wordt het gebied van Heusden (de vesting) tot en met Giersbergen benoemd tot een landschap met recreatieve potentie. Het versterken van het recreatieve apparaat van Giersbergen, door middel van de ontsluitingsweg, past binnen dit concept.
Figuur 3.4
Uitsnede Structuurvisie gemeente Heusden
3.3.2 Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan Het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan van de gemeente Heusden behandeld het gebied niet specifiek. Wel behandelt het door het rijk ingevoerde beleid ‘Duurzaam Veilig’. De hernieuwde wegenstructuur rond Giersbergen zou hieraan voldoen.
Ruimtelijke onderbouwing
17
3.3.3 Beleids- en Actieplan Toerisme en Recreatie In dit beleid van de gemeente Heusden is beschreven hoe het recreatief en toeristisch apparaat functioneert, en hoe het beter zou kunnen functioneren. Twee van de doelstellingen zijn; Behoud en verbetering van de bereikbaarheid van voorzieningen; Waarborgen van de toegankelijkheid van het Nationaal Park, rekening houdend met de draagkracht van het gebied. Het initiatief werkt mee aan deze doelstellingen.
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
18
Ruimtelijke onderbouwing
19
PLANOLOGISCHE ASPECTEN
4.1
Flora en fauna
Het plangebied ligt dichtbij het Nationaal Park Loonse en Drunense Duinen. Ook is een deel van het plangebied bestempeld als deel van de Ecologische HoofdStructuur van Noord-Brabant. Daarom is een flora- en faunaonderzoek noodzakelijk. Een dergelijk onderzoek is uitgevoerd op 16 september 2009 door BTL Advies B.V. Hierbij zijn geen bezwaren aangetroffen voor de ontwikkeling. Het onderzoek is bijgevoegd in de bijlagen. De conclusie luidt als volgt. In het plangebied zijn geen soorten aanwezig of te verwachten, die in de Flora- en faunawet zijn aangemerkt als overige en streng beschermde inheemse soort en door de ingreep mogelijk schade ondervinden. Aanvullend onderzoek en eventueel een ontheffingsaanvraag in het kader van de Flora- en faunawet is dan ook niet nodig. In de aanwezige beplantingen in het plangebied zijn geen vogelnesten aangetroffen. De beukhaag die de afscheiding vormt tussen het kweekveld en de huidige onverharde weg biedt in het broedseizoen (ongeveer 15 maart tot 15 juli) mogelijk plaats aan algemeen voorkomende nestelende broedvogels. Voor de vogels geldt dat wanneer in gebruik zijnde nesten worden aangetroffen, rond deze nesten een rustzone moet worden aangehouden, waarbinnen geen werkzaamheden mogen worden uitgevoerd. Mocht tijdens de uitvoering van de werkzaamheden een broedende vogel worden aangetroffen, dan mogen deze pas worden uitgevoerd wanneer de vogels het broedsel hebben afgerond en de jongen zijn grootgebracht. Tijdens de biotooptoets zijn geen waarnemingen van zoogdieren gedaan. Mogelijk bevinden zich enkele algemeen voorkomende zoogdieren, zoals muizen, binnen het plangebied. Voor deze dieren geldt dat het algemeen beschermde soorten betreft, waarvoor in het kader van de Flora- en faunawet geen ontheffing hoeft te worden aangevraagd. In het plangebied komen geen vaste rust- en verblijfplaatsen van vleermuizen voor. Wel is het mogelijk dat vleermuizen foerageren en/of migreren boven het plangebied. Door de werkzaamheden overdag uit te voeren worden de mogelijk foeragerende/migrerende vleermuizen niet verstoord.
4.2
Water
Er is weinig verandering in de afvoering van het water. De ontsluitingsweg zal worden uitgevoerd als open verharding, namelijk betonstraatstenen. Het hemelwater kan via de voegen tussen de stenen wegzakken in de bodem. Het meerendeel van het afstromend wegwater zal worden opgevangen in een nieuw te graven bermsloot die zal fungeren als zaksloot.
4.3
Geluid
Door Bureau Oranjewoud is een akoestisch onderzoek uitgevoerd (december 2009). Het onderzoek bijgevoegd als bijlage. Uit het onderzoek zijn hieronder vernoemde conclusies voortgekomen. Gebleken is dat het project geen belemmering vormt voor de omliggende woningen en het natuurgebied. Tevens betekent de andere verkeerstructuur een afname van geluidbelasting voor de woningen aan de Duinweg. Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
4
20
Geluidtoets Uit de rekenresultaten blijkt dat bij geen enkele woning sprake is van een toename van +2 dB als gevolg van de fysieke wijziging van de verbindingsweg. Derhalve is er geen sprake van een reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder. Doordat er in dit geval geen sprake is van reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder, is nader onderzoek niet noodzakelijk en is het vaststellen van een hogere waarde door het college van Burgemeester en Wethouders niet nodig. Uitstraling reconstructie Het effect van de Duinweg/Margrietweg is minimaal: ter plaatse van de nabijgelegen woningen is er een sprake van een afname van de geluidsbelasting van ten hoogste 1,2 dB. Dit is een gevolg van de afname van het verkeer door de gewijzigde verkeerstructuur in Drunen. Het effect van de Giersbergen/Duinweg: ter plaatse van de nabijgelegen woningen is er sprake van een afname van de geluidsbelasting van ten hoogste 6,0 dB als gevolg van afname van het verkeer ten gevolge van de verbetering van de verbindingsweg. Natuurtoets Uit de resultaten valt af te leiden dat de geluidsituatie bij het Natura2000-gebied na wijziging van de verbindingsweg niet of nauwelijks wijzigt. In alle gevallen blijft de geluidsbelasting onder de 43 dB(A). Uit de resultaten valt af te leiden dat de geluidssituatie bij het stiltegebied na wijziging van de verbindingsweg licht verbetert ten opzicht van de bestaande situatie. Deze verbetering wordt veroorzaakt door de gewijzigde verkeerstructuur en Drunen, waardoor de verkeersintensiteit op de Duinweg en de Margrietweg afneemt. Vanwege het neutrale en positieve effect na wijziging van de verbindingsweg, is het niet noodzakelijk om akoestische maatregelen te treffen voor het stiltegebied en het Natura2000-gebied.
4.4
Luchtkwaliteit
Door Bureau Oranjewoud is een akoestisch onderzoek uitgevoerd (december 2009). Het onderzoek bijgevoegd als bijlage. Uit het onderzoek zijn hieronder vernoemde conclusies voortgekomen. Gebleken is dat de luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor de wijziging van de verbindingsweg tussen de parkeerplaats en de Margrietweg te Giersbergen. Uit onderliggend onderzoek blijkt dat de wijziging van de verbindingsweg een toename van de concentraties luchtverontreinigende stoffen tot gevolg heeft van maximaal 0,28 3 µg/m . Een aanvullende indicatieve berekening met een ruime verdubbeling van de 3 intensiteiten laat zien dat de planbijdrage in dat geval maximaal 0,67 µg/m bedraagt. De maximaal toegestane bijdrage op grond van artikel 2 lid 1 van het Besluit niet in 3 betekenende mate bijdragen, bedraagt 1,2 µg/m (= 3% van de grenswaarde). De wijziging van de verbindingsweg draagt derhalve niet in betekenende mate bij aan een verslechtering van de luchtkwaliteit. Op basis van artikel 5.16 lid 1 onder c (Wm) kan gesteld worden dat de luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor de geplande ontwikkeling. Er wordt voldaan aan titel 5.2 Luchtkwaliteitseisen van de Wet milieubeheer.
Ruimtelijke onderbouwing
21
4.5
Bodem
Teneinde de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem te onderzoeken, heeft Tritium Advies B.V. een onderzoek uitgevoerd op de locatie (augustus 2009). Het onderzoek is uitgevoerd volgens de NEN 5740-norm. Het onderzoek is bijgevoegd in de bijlagen. Zintuiglijk zijn tijdens de uitvoering van het veldwerk in de obvengrond bijmeningen aangetroffen met puindeeltjes en koolas. De bestaande weg is verhard met puin. Na vergelijking van de analyseresultaten met de geldende streeef- en interventiewaarden blijkt dat de zintuigelijk schone bovengrond licht verontreinigd is met zink. De zintuigelijk schone bovengrond onder de puinlaag, de puin- en koolashoudende grond en de zintuiglijk schone ondergrond zijn niet verontreinigd met de onderzochte stoffen. Het grondwater is eveneens niet verontreinigd met de onderzochte stoffen. De onderzoeksresultaten leveren geen beperkingen op ten aanzien van het gebruik van de locatie en vormen derhalve geen belemmering voor het verharden en verbreden van de ontsluitingsweg.
4.6
Archeologie
Door bureau BAAC bv is op 30 november 2009 een rapport opgesteld, waarin het karterend archeologisch onderzoek voor de locatie, uitgevoerd door hetzelfde bureau op 12 oktober 2009, toegelicht wordt. Het onderzoek is bijgevoegd in de bijlagen. De aanbevelingen zijn als volgt. Uit dit onderzoek blijkt dat de kans op verstoring van archeologische waarden sterk afhankelijk is van de met voorgenomen ontwikkeling gepaard gaande, werkelijke verstoringsdiepte. Indien deze beperkt blijft tot 45 cm –mv is de kans op verstoring van archeologische waarden laag, daar in dit geval de verstoring uitsluitend het verploegde esdek ontsluit. Als voor deze mogelijkheid gekozen wordt, kan het plangebied vrij gegeven worden voor de realisatie van de geplande ontwikkeling. Indien de met de voorgenomen ontwikkeling gepaard gaande verstoring tot de Bhorizont of dieper reikt, bestaat een grote kans dat archeologische waarden verstoord worden, daar er aanwijzingen zijn dat de plaatselijk direct onder de A-horizont gelegen, oorspronkelijke B-horizont een vondstlaag bevat. Als dit niveau niet ontzien kan worden, hetgeen in de praktijk het geval is bij grondwerkzaamheden dieper dan 45 cm–mv, wordt een waarderend booronderzoek ter hoogte van de boringen 1, 2, en 3 aanbevolen. Geadviseerd wordt om, gezien het feit dat het plangebied lineair is, ter hoogte van de boringen 1, 2, en 3 elke 5 meter megaboringen te zetten, met een graduele verdichting naar twee boringen op 1 meter ten noorden en zuiden van boring 2. Daarbij dienen de bodemmonsters gezeefd te worden over een zeef met een maaswijdte van 3 mm. Het waarderend onderzoek zal er in deze op gericht zijn vast te stellen in hoeverre de bij het inventariserend veldonderzoek in het dekzand aangetroffen indicatoren een archeologisch relevante vindplaats vertegenwoordigen, en wat de mate van intactheid van deze vindplaats bedraagt. Bovenstaand advies vormt een zogenaamd selectieadvies. Dit betekent niet dat reeds gestart kan worden met bodemverstorende activiteiten of de daarop voorbereidende activiteiten. Het selectieadvies dient namelijk eerst beoordeeld te worden door de bevoegde overheid en leidt tot een selectiebesluit. Dit selectiebesluit is aangevraagd (de gemeente is bevoegd orgaan).
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
22
Hoewel getracht is een zo gefundeerd mogelijk advies te geven op grond van de gebruikte onderzoeksmethoden, kan de aanwezigheid van archeologische sporen of resten nooit volledig worden uitgesloten in de gebieden waarvoor geen vervolgonderzoek wordt aanbevolen. BAAC bv wil er daarom op wijzen dat men bij bodemverstorende activiteiten alert dient te zijn op de aanwezigheid van archeologische waarden (zoals vondstmateriaal en grondsporen). Bij het aantreffen van deze waarden dient men hiervan melding te maken bij de Minister (in de praktijk de RCE) conform artikel 53 van de Monumentenwet 1988. Bij het aanleggen van de weg zal niet dieper gegraven worden dan 45 cm. Dit is ook te zien op het dwarsprofiel van de weg (bijgevoegd). Er zal derhalve dus waarschijnlijk geen verstoring van archeologische waarden plaatsvinden. Dit is echter niet uit te sluiten (zie hierboven).
4.7
Bedrijvigheid
Omliggende (agrarische) bedrijven ondervinden geen hinder van de voorgenomen ontwikkeling. Door de verbeterde verkeersituatie zal de horecagelegenheid beter bereikbaar zijn. De aanwezige minicamping en zorgboerderij zullen tevens geen hinder ondervinden, daar de situatie aan de Duinweg juist rustiger en veiliger wordt. Ook wordt de toegangsweg afgesloten van Giersbergen en de kavels ten westen van de weg door een houtwal die aangelegd wordt.
4.8
Externe veiligheid
Er zijn geen gevolgen voor de (externe) veiligheid. Er lopen geen routes met gevaarlijke stoffen in de omgeving en ook zijn er geen gasleidingen aanwezig.
4.9
Kabels, leidingen en andere belemmeringen
Naar alle verwachting zullen er geen kabels, leidingen of andere belemmeringen aanwezig zijn. Voor aanvang werkzaamheden zal door aannemer een KLIC melding worden gedaan. Mochten er wel kabels of leidingen aan het licht komen, dan zal er contact opgenomen worden met de corresponderende eigenaar.
4.10 Verkeer en parkeren 4.10.1 Verkeer De huidige toegangsweg door de kern Giersbergen wordt door het bezoekend verkeer geblokkeerd en voor de bewoners van Giersbergen wordt het bijna onmogelijk hun terrein te bereiken of te verlaten. Om een betere verkeersafwikkeling te krijgen is het noodzakelijk om een nieuwe ontsluitingsweg voor het parkeerterrein aan te leggen. De ontsluiting van het parkeerterrein zal plaatsvinden via de nieuwe ontsluitingsweg (t.p.v. huidige zandpad, gelegen tussen het parkeerterrein en de Margrietweg). De aansluiting Margrietweg-ontsluitingsweg wordt uitgevoerd als een gelijkwaardige kruising, zonder verkeersremmende maatregel op de Margrietweg. Op de Margrietweg zijn indertijd al verkeersremmende maatregelen aangelegd (project inrichten 60 km/u Honderdbunderweg/Margrietweg in het buitengebied).
Ruimtelijke onderbouwing
23
Tevens zullen de mogelijkheden worden bekeken om in “kern” Giersbergen een 30 km/u zone in te stellen.
4.10.2 Parkeren Om ervoor te zorgen dat de bezoekers van de Drunense Duinen hun auto parkeren op het daarvoor bestemde parkeerterrein, is het noodzakelijk om te bezien of het bestaande parkeerverbod in Giersbergen moeten worden uitgebreid. Hierdoor zal de verkeersstremming in Giersbergen afnemen. Langs de toeleidende wegen (Duinweg en Margrietweg) zullen, conform het verkeersplan, verwijzingsborden worden geplaatst “bereikbaarheid parkeerterrein parkeren Giersbergen”. Een en ander zal worden onderzocht in verdere stappen van het verkeersplan voor Giersbergen. Er zullen geen parkeervakken ten behoeve van langsparkeren worden aangelegd langs de nieuwe ontsluitingsweg. Hiervoor is wel ruimte beschikbaar in de berm. Buiten de bebouwde kom mag in de berm worden geparkeerd. In de toekomst bestaat de mogelijkheid, om indien noodzakelijk alsnog een parkeervoorziening aan te leggen. Het onverharde gedeelte aan de noordzijde wordt voorlopig niet als parkeerterrein ingericht, om de onderstaande redenen: Inrichting van dit gedeelte is destijds (zie Collegebesluit okt. 2005) komen te vervallen i.v.m. gebrek aan financiële dekking; Het onverharde terrein kan op drukke dagen gewoon worden gebruikt als “overloop” gebied ten behoeve van parkeren; Indien in toekomst meer parkeercapaciteit nodig blijkt, dan kan het onverharde terrein alsnog worden aangelegd; Daarnaast wordt op dit moment het onverharde gedeelte ook incidenteel voor andere activiteiten (sport en spel) gebruikt.
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
24
Ruimtelijke onderbouwing
25
FINANCIËLE UITVOERBAARHEID
In 2005 is het verkeersplan Giersbergen vastgesteld en het bijbehorende krediet beschikbaar gesteld (€ 414.000,-) (collegebesluit 4 oktober 2005). De realisatie van de ontsluitingsweg (voorbereiding en uitvoering) komt ten laste van het voornoemde krediet. Het resterende budget is voldoende om de ontsluitingsweg te kunnen realiseren (incl. benodigde grondverwerving). Voor dit projectbesluit is geen exploitatieplan zoals genoemd in de Wet ruimtelijke ordening vereist. Er wordt geen bebouwing geplaatst.
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
5
26
Ruimtelijke onderbouwing
27
CONCLUSIE
6.1
Noodzaak procedure
De noodzaak voor een aparte ruimtelijke procedure is aangetoond door middel van het genoemde in deze ruimtelijke onderbouwing. Aanleg van de weg verhoogt het leefklimaat in Giersbergen en verhoogt de bereikbaarheid van de plaats en zijn voorzieningen. Tevens wordt het gebied hierdoor veiliger. Het plan past niet binnen het vigerende bestemmingsplan en zijn herziening. Als zodanig is een ruimtelijke procedure noodzakelijk. Het plan zal uiteindelijk tevens opgenomen worden in het reeds in voorbereiding zijnde bestemmingsplan ‘Buitengebied’.
6.2
Belemmeringen
Voor de voorgenomen ontwikkeling zijn geen belemmeringen vanuit rijks-, provinciaalen gemeentelijk beleid. Tevens zijn er geen belemmeringen zoals gebleken is vanuit de in deze onderbouwing opgenomen onderzoeken.
6.3
Procedure
Belanghebbenden zijn in staat gesteld om hun zienswijze omtrent het projectbesluit ‘Ontluiting Gierbergen’ naar voren te brengen. Het plan heeft ter inzage gelegen van 25 februari 2010 tot 8 april 2010. Er zijn géén zienswijzen ontvangen. De stukken zijn tevens verstuurd aan de volgende instanties; - VROM-inspectie; - Provincie Noord-Brabant; - Regionale brandweer; - Waterschap De Dommel. Bovenstaande instanties zijn akkoord met de voorgenomen ontwikkeling. Voor de vaststelling is in principe de raad het bevoegd orgaan. In de raadsvergadering van 29 september 2009 is deze bevoegdheid gedelegeerd aan het college. Voor alle projectbesluiten is vervolgens op 10 november 2009 eenzelfde delegatiebesluit genomen.
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
6
28
Ruimtelijke onderbouwing
LITERATUUR
Beleid -
-
-
Nota Ruimte, ministeries van VROM, V & W, LNV en EZ, 2006 Nota Belvedère, ministeries van OCW, VROM, V & W, LNV, 1999 Interim Structuurvisie, Provincie Noord-Brabant, 2008 Paraplunota, Provincie Noord-Brabant, juli 2008 Uitvoeringsplan Waalboss, Provincie Noord-Brabant, 2004 RNLE Cultuurhistorische Waardenkaart, Provincie Noord-Brabant, 2005 Reconstructieplan De Meierij, Provincie Noord-Brabant, 2005 & 2008 Concept structuurvisie gemeente Heusden, Gemeente Heusden, vastgesteld 21 juli 2009 Bestemmingsplan Buitengebied Drunen, Gemeente Heusden, vastgesteld door de gemeenteraad op 29 juni 1987 en definitief geworden op 5 februari 1988. Bestemmingsplan ‘Buitengebied Drunen, eerste partiële herziening’, Gemeente Heusden, vastgesteld door de gemeenteraad op 7 juli 1992 en definitief geworden op 11 februari 1993 Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan, Gemeente Heusden, 30 januari 2001 Beleids- en Actieplan Toerisme en Recreatie, Gemeente Heusden, 1 januari 2005
Onderzoek -
Natuurtoets, BTL Advies bv, 16 september 2009 Akoestisch onderzoek, Bureau Oranjewoud, december 2009 Luchtkwaliteit onderzoek, Bureau Oranjewoud, december 2009 Bodemonderzoek, Tritium Advies bv, augustus 2009 Archeologisch onderzoek, BAAC bv, 30 november 2009
Websites www.brabant.nl www.heusden.nl www.natuurloket.nl
Ontsluiting parkeerterrein Giersbergen
29
Rapport Akoestisch onderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen projectnr. 202227 revisie 00 december 2009
Auteur(s) Marcel Truijen
Opdrachtgever Gemeente Heusden Postbus 41 5250 AA VLIJMEN
datum vrijgave december 2009
beschrijving revisie 00
goedkeuring K. Mensinga
vrijgave H.W.J. Hemmen
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
© Ingenieursbureau Oranjewoud B.V.. Alle rechten voorbehouden. Behoudens uitzonderingen door de wet gesteld, mag zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbenden niets uit dit document worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, digitale reproductie of anderszins of worden toegepast op situaties waarvoor dit rapport oorspronkelijk niet bedoeld was. ©Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele
schade voorvloeiend uit onderzoek waarbij gebruik is gemaakt van rekenprogramma's waarvan het gebruik van overheidswege verplicht is gesteld. Ook voor verschillen in uitkomsten met eerdere en/of toekomstige versies van deze rekenprogramma's kan ©Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. niet verantwoordelijk worden gehouden. blad 1 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Inhoud
Blz.
1
Inleiding
3
2 2.1 2.2 2.3
Juridisch kader Algemeen Aftrek ex artikel 110g Wet geluidhinder Toetsingskader plansituatie
4 4 5 5
3 3.1 3.2
Onderzoeksgebied Rekenmethode Invoergegevens geluidrekenmodel
7 7 7
4 4.1 4.2 4.3 4.4
Resultaten en toetsing Fysieke wijziging van de verbindingsweg Geluidtoets Uitstraling reconstructie Natuurtoets
10 10 11 11 12
5
Samenvatting en conclusie
14
Bijlagen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Invoergegevens Geonoise Rekenresultaten verbindingsweg 2009 exclusief aftrek ex artikel 110g Wgh Rekenresultaten verbindingsweg 2020 exclusief aftrek ex artikel 110g Wgh Rekenresultaten Giersbergen/Duinweg 2009 exclusief aftrek ex artikel 110g Wgh Rekenresultaten Giersbergen/Duinweg 2020 exclusief aftrek ex artikel 110g Wgh Rekenresultaten Duinweg/Margrietweg 2009 exclusief aftrek ex artikel 110g Wgh Rekenresultaten Duinweg/Margrietweg 2020 exclusief aftrek ex artikel 110g Wgh Aangeleverde verkeersgegevens
Figuren 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Overzicht situatie 2009 (1 jaar vóór reconstructie) Overzicht situatie 2020 (10 jaar ná reconstructie) Overzicht Natura2000-gebied 2009 Overzicht Natura2000-gebied 2020 Overzicht stiltegebied 2009 Overzicht stiltegebied 2020 Overzicht ontvangerpunten
blad 2 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
1
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Inleiding In opdracht van de gemeente Heusden is een akoestisch onderzoek uitgevoerd voor het vaststellen van het projectbesluit n.a.v. wijzigingen van de verbindingsweg tussen de parkeerplaats in Giersbergen en de Margrietweg. De gemeente Heusden is voornemens om de ontsluiting van Giersbergen te verbeteren door het realiseren van een verbindingsweg in twee rijrichtingen tussen de bestaande parkeerplaats en de Margrietweg. De huidige onverharde éénrichtingsweg zal worden verhard met betonstraatstenen en worden verbreed tot een tweerichtingsweg. Hiervoor dient een projectbesluit doorlopen te worden, waarvoor het plan aan de Wet geluidhinder (artikel 76) getoetst dient te worden. De berekeningsresultaten zijn getoetst aan de volgens de Wet geluidhinder (Wgh) geldende grenswaarden. Indien aan de (voorkeurs)grenswaarde kan worden voldaan, dan gelden geen geluidspecifieke beperkingen voor de vaststelling van het bestemmingsplan en de realisatie van de weg(reconstructies). Wanneer de geluidbelastingen hoger zijn dan de (voorkeurs)grenswaarde, doch ten hoogste gelijk zijn aan de ten hoogste toelaatbare geluidbelasting, dan kan de gemeente - onder voorwaarden - hogere waarden vaststellen. In het voorliggende rapport zijn de werkwijze en de resultaten van dit akoestisch onderzoek weergegeven. In hoofdstuk 2 is het juridisch kader en de procedure beschreven. De onderzoeksopzet en de uitgangspunten voor de berekeningen, waaronder de verkeersgegevens zijn weergegeven in hoofdstuk 3. De resultaten van de geluidberekeningen en toetsing zijn opgenomen in hoofdstuk 4. De rapportage wordt afgesloten met een samenvatting en conclusie in hoofdstuk 5.
blad 3 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
2 2.1
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Juridisch kader Algemeen De Wet geluidhinder (Wgh) is alleen van toepassing binnen de wettelijke vastgestelde zone van de weg. De breedte van de geluidzone langs wegen is geregeld in artikel 74 Wgh en is gerelateerd aan het aantal rijstroken van de weg en het type weg (stedelijk of buitenstedelijk). De ruimte boven en onder de weg behoort eveneens tot de zone van de weg. De betreffende zonebreedtes zijn in tabel 2.1 weergegeven. Tabel 2.1 Zonebreedte wegverkeer Aantal rijstroken
Zonebreedte [m] Stedelijk gebied
Buitenstedelijk gebied
5 of meer
-
600
3 of meer
350
-
3 of 4
-
400
1 of 2
200
250
Het stedelijk gebied wordt in de Wgh gedefinieerd als ‘het gebied binnen de bebouwde kom doch voor de toepassing van de hoofdstukken VI en VII met uitzondering van het gebied binnen de bebouwde kom, voor zover liggend binnen de zone van een autoweg of autosnelweg’. Dit laatste gebied valt onder het buitenstedelijk gebied. Binnen de zone van een weg dient een akoestisch onderzoek plaats te vinden naar de geluidbelasting op de binnen de zone gelegen woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen. Bij het berekenen van de geluidbelasting wordt de Lden-waarde in dB bepaald. De Lden-waarde is het energetisch en naar de tijdsduur van de beoordelingsperiode gemiddelde van de volgende drie waarden: • het geluidniveau in de dagperiode (tussen 7.00 en 19.00 uur); • het geluidniveau in de avondperiode (tussen 19.00 en 23.00 uur) + 5 dB; • het geluidniveau in de nachtperiode (tussen 23.00 en 07.00 uur) + 10 dB. Bij reconstructie is de normering afhankelijk van de situatie voor het wijzigen. De ten hoogste toelaatbare geluidbelastingen bij wijzigingen op of aan een weg zijn vermeld in de artikelen 100, 100a en 100b. In tabel 2.2 zijn deze waarden weergegeven. Tabel 2.2 Grenswaarden voor woningen bij reconstructie Situatie
Voorkeursgrenswaarde [dB]
Heersende waarde < 48 dB
48
Eerder hogere waarde vastgesteld
Laagste van: •
Heersende waarde (met drempelwaarde 48 dB)
•
Hogere (vastgestelde) waarde
Nog te saneren saneringssituatie Overige gevallen
48 •
Heersende waarde (met drempelwaarde 48 dB) blad 4 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Er is overigens pas sprake van een reconstructie1 in de zin van de Wet geluidhinder bij een wijziging op of aan een aanwezige weg waarbij de toename van de geluidbelasting 2 dB (afgerond 1,5 dB) of meer bedraagt. Ingevolge artikel 99 lid 2 dienen bij wijzigingen op of aan een weg ook andere wegen te worden onderzocht waar naar verwachting een toename van 2 dB of meer zal optreden als gevolg van de wijzigingen op of aan de eerdergenoemde weg. Het betreft hier de zogenaamde 'uitstraling van de reconstructie'. Toetsing aan de normering van de Wet geluidhinder behoeft voor deze wegen niet plaats te vinden als er bij deze wegen geen fysieke wijzigingen plaatsvinden.
2.2
Aftrek ex artikel 110g Wet geluidhinder Artikel 110g van de Wet geluidhinder biedt de mogelijkheid het resultaat van berekening en meting van de geluidbelasting vanwege wegverkeer met maximaal 5 dB te verlagen alvorens de waarden te toetsen aan de (voorkeurs)grenswaarden. De werkelijk toe te passen aftrek wordt door de minister van VROM bepaald. Deze bepaling geldt telkens voor een bepaalde periode. De correctie biedt de mogelijkheid te anticiperen op het afnemen van de geluidproductie van de motorvoertuigen. De hoogte van de aftrek is geregeld in artikel 3.6 van het ‘Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder 2006’. Op basis van dit voorschrift mag voor wegen waarvoor de representatief te achten snelheid van lichte motorvoertuigen 70 km/uur of meer bedraagt, een aftrek van 2 dB worden toegepast. Voor de overige wegen bedraagt de aftrek 5 dB.
2.3
Toetsingskader plansituatie In de onderhavige situatie is er sprake van een te wijzigen weg met 2 rijstroken. Voor deze weg betreft het in de zin van de Wet geluidhinder een buitenstedelijke situatie met een zonebreedte van 250 meter, zie onderstaande figuur. Voor een grotere afbeelding zie figuur 1 in de bijlage.
1
De reconstructie van een weg omvat iedere fysieke verandering op of aan een aanwezige weg: bijvoorbeeld het verbreden van de weg, het intrekken van een snelheidsverbod en/of het plaatsen van verkeerslichten. Indien de wijziging op of aan een weg slechts bestaat uit een snelheidsverlaging of de vervanging van een wegdeklaag door een wegdeklaag met dezelfde of een grotere geluidreducerende werking, is er geen sprake van een reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder. blad 5 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Voor de verbindingsweg geldt een maximum snelheid van 60 km/uur. De aftrek ex artikel 110g Wgh bedraagt derhalve 5 dB voor het gehele wegvak. De volgende grenswaarden zijn van toepassing: • Voorkeursgrenswaarde: heersende waarde. • Maximale ontheffing: heersende waarde + 5 dB.
blad 6 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
3 3.1
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Onderzoeksgebied Rekenmethode In het kader van het onderhavige onderzoek zijn voor de effectbeschrijving van de verbindingsweg akoestische berekeningen uitgevoerd. Deze berekeningen dienen ter bepaling van de geluidbelasting per woning. Voor het bepalen van het geluidniveau vanwege het verkeer op een weg zijn twee wettelijk vastgestelde rekenmethodes voorhanden: de Standaardrekenmethode I en de Standaardrekenmethode II uit het 'Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder 2006' ex artikel 110d van de Wet geluidhinder, kortweg aangeduid als SRM I respectievelijk SRM II. De SRM II is een rekenmethode waarbij rekening kan worden gehouden met afscherming van objecten, hetgeen met de SRM I niet mogelijk is. De berekeningen voor het onderzoek zijn dan ook uitgevoerd conform SRM II. De berekeningen zijn uitgevoerd met één reflectie en een sectorhoek van 2 graden. In het onderhavige onderzoek zijn de relevante wegen en de directe omgeving ingevoerd in een grafisch computermodel dat rekent volgens de Standaardrekenmethode II uit het 'Reken- en Meetvoorschrift geluidhinder 2006'. Daarbij is gebruik gemaakt van het akoestisch rekenprogramma Geomilieu V1.30. De onderzoeksopzet en de invoergegevens is in de navolgende alinea nader toegelicht.
3.2
Invoergegevens geluidrekenmodel Voor de berekening van de geluidbelasting op de gevels van relevante geluidgevoelige bestemmingen is een berekeningsmodel opgezet waarin de verbindingsweg (huidige situatie) en de wijzigingen aan de verbindingsweg met omliggende bebouwing, bodemgebieden en hoogtelijnen zijn opgenomen. De verkeersgegevens zijn aangeleverd door de gemeente Heusden en gelden voor de jaren 2007 en 2020. Voor de autonome situatie 2009 (het jaar van aanvang van de werkzaamheden) zijn de verkeerscijfers van het jaar 2007 gehanteerd, waarbij de werkdaggemiddelde omgerekend zijn naar weekdaggemiddelde. Hierbij is de volgende formule gehanteerd (conform de CROW publicatie 256): werkdaggemiddelde x 0.88=weekdaggemiddelde. De voor de berekeningen gehanteerde verkeerscijfers zijn weergegeven in bijlage 1. In onderstaande tabel is een overzicht weergegeven van de gehanteerde verkeerscijfers.
blad 7 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Tabel 3.1 Gehanteerde verkeersgegevens prognosejaar 2009 Weg
Intensiteit
Periode
[mvt/etm]
Duinweg (MargrietwegGiersbergen)
Gierbergen
Margrietweg
Duinweg (noord van Margrietweg)
Verbindingsweg Giersbergen
440
440
1012
704
0
Gemiddeld Verdeling per voertuigcategorie uurpercen[%] tage licht middelzwaar zwaar
dag
7,10
95,6
3,1
1,3
avond
2,70
98,3
1,1
0,6
nacht
0,50
98,3
1,7
0,0
dag
7,10
95,6
3,1
1,3
avond
2,70
98,3
1,1
0,6
nacht
0,50
98,3
1,7
0,0
dag
6,60
91,9
6,7
1,5
avond
3,90
95,5
3,9
0,6
nacht
0,83
93,5
6,2
0,3
dag
6,60
91,9
6,7
1,5
avond
3,90
95,5
3,9
0,6
nacht
0,83
93,5
6,2
0,3
dag
-
-
-
-
avond
-
-
-
-
nacht
-
-
-
-
Tabel 3.2 Gehanteerde verkeersgegevens prognosejaar 2020 Weg
Intensiteit
Periode
[mvt/etm]
Duinweg (MargrietwegGiersbergen)
Gierbergen
Margrietweg
Duinweg (noord van Margrietweg)
Verbindingsweg Giersbergen
220
220
792
528
440
Gemiddeld Verdeling per voertuigcategorie uurpercen[%] tage licht middelzwaar zwaar
dag
7,10
95,6
3,1
1,3
avond
2,70
98,3
1,1
0,6
nacht
0,50
98,3
1,7
0,0
dag
7,10
95,6
3,1
1,3
avond
2,70
98,3
1,1
0,6
nacht
0,50
98,3
1,7
0,0
dag
6,60
91,9
6,7
1,5
avond
3,90
95,5
3,9
0,6
nacht
0,83
93,5
6,2
0,3
dag
6,60
91,9
6,7
1,5
avond
3,90
95,5
3,9
0,6
nacht
0,83
93,5
6,2
0,3
dag
7,10
95,6
3,1
1,3
avond
2,70
98,3
1,1
0,6
nacht
0,50
98,3
1,7
-
blad 8 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Door de gemeente is aangegeven dat de verkeersintensiteit op de (onverharde) verbindingsweg in de huidige situatie nihil is. Derhalve is er geen geluidsbelasting berekend voor de verbindingsweg voor de huidige situatie. De omgeving van het onderzoeksgebied is als akoestisch zacht (bodemfactor 1,0) te kenmerken. De verharde gebieden (wegen, parkeerplaats e.d. zijn als akoestisch hard (bodemfactor 0,0) in de berekeningen meegenomen. Voor de verbindingsweg is in de huidige situatie gerekend met een grotendeels zachte bodem (bodemfactor 0,8). De diverse gebouwen zijn in de berekeningen zowel afschermend als reflecterend meegenomen. Voor de relevante woningen of groep van woningen zijn in het berekeningsmodel één of meer representatieve waarneempunten opgenomen, afhankelijk van de ligging ten opzichte van de in het onderzoek betrokken wegen. Voor de berekeningen is uitgegaan van een waarneemhoogte van 1,50 meter (begane grond), 4,50 meter (eerste verdieping) en 7,50 meter (tweede verdieping). Een gedetailleerd overzicht van de ingevoerde verkeersgegevens en de overige invoergegevens is gegeven in bijlage 1.
blad 9 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
4
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Resultaten en toetsing Met behulp van het geluidrekenmodel is op alle ontvangerpunten gelegen binnen de zone de geluidbelasting vanwege het wegverkeer op de verbindingsweg berekend voor het jaar 2009 en 2020 in verband met de berekening van het effect van de fysieke wijziging. De berekeningsresultaten per ontvangerpunt en -hoogte zijn weergegeven in bijlagen 2 t/m 7.
4.1
Fysieke wijziging van de verbindingsweg In onderstaande tabel 4.1 is het verschil tussen de waarden weergegeven op het niet afgeronde rekenresultaat inclusief correctie ex artikel 110g Wgh. In de tabellen zijn enkele woningen binnen de zone resultaten opgenomen. In bijlage 2 en 3 is een volledig overzicht opgenomen. Rekenvoorbeeld afronding geluidbelastingen De getallen in de tabel zijn verkregen door toepassing van het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006. Dit wil zeggen dat de berekende - onafgeronde waarde (2020 en 2009) eerst verminderd wordt met 2 of 5 dB ingevolge artikel 110g Wgh. Het verschil van de geluidbelastingen voor beide jaartallen wordt afgerond naar het dichtstbijzijnde even getal. Rekenvoorbeeld: Weg met maximum snelheid in 2009 van 50 km/uur, waardoor -5 dB aftrek ex artikel 110g Wgh. Weg met maximum snelheid in 2020 van 80 km/uur, waardoor -2 dB aftrek ex artikel 110g Wgh. Berekende waarde geluidbelasting 2009 - 110g Wgh = 54,50 - 5 = 49,50 dB. Berekende waarde geluidbelasting 2020 - 110g Wgh = 56,00 - 2 = 54,00 dB. Verschil geluidbelasting = 54,00 - 49,50 = 4,50 dB Toetswaarde = 4 dB (afgerond naar dichtstbijzijnde even getal).
blad 10 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Tabel 4.1 Rekenresultaten fysieke wijziging van de verbindingsweg, inclusief aftrek ex artikel 110g Wgh Punt
Omschrijving
Geluidbelasting
Verschil
[dB]
4.2
2009
2020
2009-2020
03
Duinweg 69
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
03a
Duinweg 69
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
21
Giersbergen 11
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
22
Giersbergen 8A
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
24
Giersbergen 12
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
25
Giersbergen 12A
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
26
Giersbergen 14
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
27
Giersbergen 16
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
29
Margrietweg 18
< 48,00
< 48,00
n.v.t.
Geluidtoets Uit de rekenresultaten blijkt dat bij geen enkele woning sprake is van overschrijding van de drempelwaarde van 48 dB. Hieruit kan geconcludeerd worden dat er bij geen enkele woning sprake is van een toename van +2 dB als gevolg van de fysieke wijziging van de ontsluitingweg. Derhalve is er geen sprake van een reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder. Doordat er in dit geval geen sprake is van reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder, is nader onderzoek niet noodzakelijk en is ook het vaststellen van een hogere waarde door het college van Burgemeester en Wethouders niet nodig.
4.3
Uitstraling reconstructie Indien woningen niet binnen de daadwerkelijke reconstructie volgens de Wet geluidhinder vallen, is toetsing aan de normering van de Wet geluidhinder niet nodig en worden geen maatregelen onderzocht. In het onderstaande zijn derhalve slechts de effecten beschreven. Voor een overzicht van de resultaten zie bijlage 4 t/m 7. Het effect van de Duinweg/Margrietweg is minimaal: ter plaatse van de nabijgelegen woningen is er een sprake van een afname van de geluidsbelasting van ten hoogste 1 dB als gevolg van afname van het verkeer. Het effect van de Giersbergen/Duinweg: ter plaatse van de nabijgelegen woningen is er sprake van een afname van de geluidsbelasting van ten hoogste 6 dB als gevolg van afname van het verkeer. De volgende redenen voor afname van de geluidsbelasting kunnen daarbij aangegeven worden: • Giersbergen wordt ontlast door de verbindingsweg, waardoor de intensiteit op deze weg afneemt; • Er is een gewijzigde verkeersstructuur in Drunen. Deze gewijzigde verkeersstructuur zorgt voor afname van het verkeer op Duinweg-Margrietweg. blad 11 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
4.4
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Natuurtoets In het onderzoeksgebied van de verbindingsweg is een stiltegebied en een Natura2000gebied gelegen. Zie onderstaande tekeningen voor de ligging: Figuur 4.1 Ligging stiltegebied
Figuur 2: Ligging Natura2000-gebied
Voor de bestaande situatie (2009) en voor de toekomstige situatie (2020) is de geluidbelasting in het stiltegebied en Natura2000-gebied bepaald. Daarbij is uitgegaan van een waarneemhoogte van 1,5 meter boven lokaal maaiveld. Berekend is het 24uursgemiddelde in het gebied in dB(A) zonder aftrek ex artikel 110g Wgh en zonder straftoeslag van respectievelijk 5 en 10 dB voor de avond- en nachtperiode. Uit de berekeningsresultaten is afgeleid in hoeverre de geluidbelaste oppervlakken in het stiltegebied en Natura2000-gebied wijzigen na aanpassing van de verbindingsweg. Tabel 4.2 Geluidbelasting Natura2000-gebied Drunense Duinen ten gevolge van wijziging van de verbindingsweg Lmkm-klasse in dB(A) < 40 40-43 43-45 45-50 > 50 Totaal
Contouroppervlak (ha) 2009 114 0 0 0 0 114
2020 113 1 0 0 0 114
blad 12 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Tabel 4.3 Geluidbelasting stiltegebied Drunense Duinen ten gevolge van wijziging van de verbindingsweg Lmkm-klasse in dB(A) < 40 40-43 43-45 45-50 > 50 Totaal
Contouroppervlak (ha) 2009 2976 10 5 7 9 3007
2020 2979 9 4 7 8 3007
Uit de resultaten uit tabel 4.2 valt af te leiden dat de geluidsituatie bij het Natura2000gebied na wijziging van de verbindingsweg niet of nauwelijks wijzigt. In alle gevallen blijft de geluidsbelasting onder de 43 dB(A). Uit de resultaten uit tabel 4.3 valt af te leiden dat de geluidssituatie bij het stiltegebied na wijziging van de verbindingsweg licht verbetert ten opzicht van de bestaande situatie. Deze verbetering wordt veroorzaakt door de gewijzigde verkeerstructuur en Drunen, waardoor de verkeersintensiteit op de Duinweg en de Margrietweg afneemt. Vanwege het neutrale en positieve effect na wijziging van de verbindingsweg, is het niet noodzakelijk om akoestische maatregelen te treffen voor het stiltegebied en de Natura2000-gebied.
blad 13 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
5
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Samenvatting en conclusie In opdracht van de gemeente Heusden is een akoestisch onderzoek uitgevoerd voor het vaststellen van het projectbesluit naar aanleiding van wijzigingen aan de verbindingsweg tussen de parkeerplaats in Giersbergen en de Margrietweg. De gemeente Heusden is voornemens om de ontsluiting van Giersbergen te verbeteren door het realiseren van een verbindingsweg in twee rijrichtingen tussen de bestaande parkeerplaats en de Margrietweg. Hiervoor dient een projectbesluit doorlopen te worden, waarvoor het plan aan de Wet geluidhinder (artikel 76) getoetst dient te worden. Geluidtoets Uit de rekenresultaten blijkt dat bij geen enkele woning sprake is van een toename van +2 dB als gevolg van de fysieke wijziging van de verbindingsweg. Derhalve is er geen sprake van een reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder. Doordat er in dit geval geen sprake is van reconstructie in de zin van de Wet geluidhinder, is nader onderzoek niet noodzakelijk en is het vaststellen van een hogere waarde door het college van Burgemeester en Wethouders niet nodig. Uitstraling reconstructie Het effect van de Duinweg/Margrietweg is minimaal: ter plaatse van de nabijgelegen woningen is er een sprake van een afname van de geluidsbelasting van ten hoogste 1,2 dB. Dit is een gevolg van de afname van het verkeer door de gewijzigde verkeerstructuur in Drunen. Het effect van de Giersbergen/Duinweg: ter plaatse van de nabijgelegen woningen is er sprake van een afname van de geluidsbelasting van ten hoogste 6,0 dB als gevolg van afname van het verkeer ten gevolge van de verbetering van de verbindingsweg. Natuurtoets Uit de resultaten valt af te leiden dat de geluidsituatie bij het Natura2000-gebied na wijziging van de verbindingsweg niet of nauwelijks wijzigt. In alle gevallen blijft de geluidsbelasting onder de 43 dB(A). Uit de resultaten valt af te leiden dat de geluidssituatie bij het stiltegebied na wijziging van de verbindingsweg licht verbetert ten opzicht van de bestaande situatie. Deze verbetering wordt veroorzaakt door de gewijzigde verkeerstructuur en Drunen, waardoor de verkeersintensiteit op de Duinweg en de Margrietweg afneemt. Vanwege het neutrale en positieve effect na wijziging van de verbindingsweg, is het niet noodzakelijk om akoestische maatregelen te treffen voor het stiltegebied en het Natura2000-gebied.
blad 14 van 15
projectnr. 202227 december 2009, revisie 00
Rapport Akoestisch onderzoek wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Bijlagen en figuren
blad 15 van 15
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht model wegverkeer Rapport: Model:
Bijlage 1 project 202227
Lijst van model eigenschappen VL situatie 2009
Model eigenschap Omschrijving Verantwoordelijke Rekenmethode Modelgrenzen Aangemaakt door Laatst ingezien door Model aangemaakt met Origineel project
VL situatie 2009 d08711 RMW-2006 (72323,00, 359408,00) - (200584,00, 426796,00) d08711 op 23-10-2009 d08711 op 22-12-2009 Geomilieu V1.30 Niet van toepassing
Originele omschrijving Geïmporteerd door Definitief Definitief verklaard door
Niet Niet Niet Niet
Standaard maaiveldhoogte Berekeningshoogte Detailniveau toetspunt resultaten Detailniveau resultaten grids
0 1,5 Groepsresultaten Groepsresultaten
Standaard bodemfactor Zichthoek Meteorologische correctie C0 waarde Maximum aantal reflecties
1,00 2 Standaard RMW-2006, SRM II 3,50 1
Reflectie in woonwijkschermen Aandachtsgebied Max. refl.afstand van bron Max. refl.afstand van rekenpunt Luchtdemping
Ja ---Standaard RMW-2006, SRM II
Luchtdemping [dB/km]
0,00; 0,00; 1,00; 2,00; 4,00; 10,00; 23,00; 58,00
Geomilieu V1.30
van van van van
toepassing toepassing toepassing toepassing
22-12-2009 11:07:17
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht model natuurgebieden Rapport: Model:
Bijlage 1 project 202227
Lijst van model eigenschappen VL situatie 2009 natura 2000
Model eigenschap Omschrijving Verantwoordelijke Rekenmethode Modelgrenzen Aangemaakt door Laatst ingezien door Model aangemaakt met Origineel project
VL situatie 2009 natura 2000 d08711 RMW-2006 (72323,00, 359408,00) - (200584,00, 426796,00) d08711 op 23-10-2009 d08711 op 22-12-2009 Geomilieu V1.30 Niet van toepassing
Originele omschrijving Geïmporteerd door Definitief Definitief verklaard door
Niet Niet Niet Niet
Standaard maaiveldhoogte Berekeningshoogte Detailniveau toetspunt resultaten Detailniveau resultaten grids
0 1,5 Groepsresultaten Groepsresultaten
Standaard bodemfactor Zichthoek Meteorologische correctie C0 waarde Maximum aantal reflecties
1,00 2 Standaard RMW-2006, SRM II 3,50 1
Reflectie in woonwijkschermen Aandachtsgebied Max. refl.afstand van bron Max. refl.afstand van rekenpunt Luchtdemping
Ja ---Standaard RMW-2006, SRM II
Luchtdemping [dB/km]
0,00; 0,00; 1,00; 2,00; 4,00; 10,00; 23,00; 58,00
Geomilieu V1.30
van van van van
toepassing toepassing toepassing toepassing
22-12-2009 11:05:41
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht bodemgebieden Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Groep
ontsluitingsweg
Geomilieu V1.30
Item ID 149804 149805 149806 149808 149809
Grp ID 0 0 0 0 0
Naam 276217001 276215003 277215015 276215002 277215007
Omschr. Duinweg (noord van Margrietweg) Margrietweg (Duinweg-ontsluitingsweg) Margrietweg (oost van ontsluitingsweg) Duinweg (Margrietweg-Giersbergen) Giersbergen
Vorm Polygoon Polygoon Polygoon Polygoon Polygoon
X-1 138194,16 138491,09 138735,92 138488,10 138531,45
149810 149811 149813 149814 149815
0 0 0 0 0
1 2 5 6 7
Bodemgebied verhard Bodemgebied verhard Parkeerterrein Parkeerterrein Parkeerterrein
Polygoon Polygoon Polygoon Polygoon Polygoon
138645,45 138440,39 138689,63 138696,49 138745,72
149816 149817 151001
0 0 3
8 9 277215008
Parkeerterrein Verhard bodemgebied ontsluitingsweg Giersbergen
Polygoon Polygoon Polygoon
138747,71 138596,83 138733,26
13-11-2009 8:07:43
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht bodemgebieden Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Bodemgebieden, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Groep
ontsluitingsweg
Geomilieu V1.30
Y-1 408520,03 407770,59 407833,58 407773,20 407588,51
Vormpunten 28 10 34 22 53
Omtrek 1619,96 516,56 849,14 388,45 496,41
Oppervlak 4820,83 1390,29 2304,43 854,06 1155,40
Min.lengte 2,04 5,49 5,50 1,48 1,31
Max.lengte 155,38 118,27 63,83 67,97 30,31
Bf 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
407538,81 407560,98 407536,72 407544,45 407606,40
22 30 42 14 15
215,81 430,42 454,68 166,25 171,79
346,68 851,85 1148,99 271,36 321,17
2,25 0,93 0,75 2,13 0,37
40,34 106,57 52,23 25,30 58,37
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
407603,03 407572,41 407835,78
13 11 20
138,90 89,94 471,17
280,06 166,61 861,56
0,96 2,81 1,99
53,15 12,21 99,90
0,00 0,00 0,80
13-11-2009 8:07:43
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht gebouwen Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 1 2 3 4 4
Omschr. Garage Woning Giersbergen 8A Restaurant 19 Schuur Garage
Hoogte 3,00 8,00 10,00 2,00 3,00
Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
HDef. Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
Cp dB dB dB dB dB
Zwevend False False False False False
Refl. 63 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
Refl. 125 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
Refl. 250 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
5 5 6 11 12
10 Schuur Garage 10 Schuur 10 Schuur 1 Garage
4,00 3,00 3,00 2,00 2,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
14 15 15 16 17
10 10 10 10 10
Schuur Schuur Woning Giersbergen 10 Schuur Schuur
2,00 4,00 7,00 5,00 5,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
22 24 24 24 25
10 Schuur 10 Recreatiewoning 10 Woning Giersbergen 13 10 Woning Giersbergen 11 2 Woning Margrietweg 1
3,00 4,00 4,00 8,00 7,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
25 26 27 29 30
10 Schuur 10 Schuur 10 Schuur 1 Woning Margrietweg 22 10 Schuur
7,00 4,00 6,00 7,00 6,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
30 32 32 36 38
10 10 10 10 10
Campinggebouw Kampeerboerderij Schuur Schuur Schuur
7,00 5,00 5,00 4,00 4,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
40 40 41 42 42
10 10 10 10 10
Woning Giersbergen 17 Woning Giersbergen 5 Zorgboerderij Giersbergen 2 Restaurant Woning Giersbergen 15
8,00 7,00 5,00 8,00 8,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
42 43 47 48 50
10 Woningen Giersbergen 3 en 3A 11 Woning Giersbergen 21 2 Schuur 2 Woning Margrietweg 21 10 Woning Giersbergen 16
8,00 8,00 6,00 7,00 6,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
50 52 54 54 61
10 10 10 10 10
7,00 8,00 7,00 6,00 6,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
69 72 74 78 79
2 Schuur 10 Schuur 2 Schuur 10 Woning Giersbergen 14 2 woning Duinweg 69
6,00 6,00 5,00 7,00 7,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
82 111 114 137 261
1 Schuur 10 Schuur 10 Schuur 2 Woning Margrietweg 18 15 Schuur
8,00 12,00 5,00 8,00 10,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0 0
dB dB dB dB dB
False False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
540 540 540 585
Schuur 2 Woning Margrietweg 19 2 Schuur 10 Schuur
9,00 9,00 9,00 8,00
0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief
0 0 0 0
dB dB dB dB
False False False False
0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80
Woning Woning Woning Woning Woning
Duinweg 70 Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
Geomilieu V1.30
2A 9 12A 12
12-11-2009 13:05:12
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht gebouwen Model: Groep:
Naam 1 2 3 4 4
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Refl. 500 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
Refl. 1k 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
Refl. 2k 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
Refl. 4k 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
Refl. 8k 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
5 5 6 11 12
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
14 15 15 16 17
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
22 24 24 24 25
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
25 26 27 29 30
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
30 32 32 36 38
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
40 40 41 42 42
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
42 43 47 48 50
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
50 52 54 54 61
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
69 72 74 78 79
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
82 111 114 137 261
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
540 540 540 585
0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80
Geomilieu V1.30
12-11-2009 13:05:12
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht gebouwen Model: Groep:
Naam 713
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Omschr. 1 Manege
Geomilieu V1.30
Hoogte 8,00
Maaiveld 0,00
HDef. Relatief
Cp 0 dB
Zwevend False
Refl. 63 0,80
Refl. 125 0,80
Refl. 250 0,80
12-11-2009 13:05:12
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht gebouwen Model: Groep:
Naam 713
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Refl. 500 0,80
Refl. 1k 0,80
Geomilieu V1.30
Refl. 2k 0,80
Refl. 4k 0,80
Refl. 8k 0,80
12-11-2009 13:05:12
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht grid stiltegebied Model: Groep:
Naam 01
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2020 stiltegebied (hoofdgroep) Lijst van Grids, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Omschr. Stiltegebied LDD Heusden
Geomilieu V1.30
Hoogte 1,50
Maaiveld 0,00
HDef. Relatief
DeltaX 25
DeltaY 25
24-11-2009 13:35:11
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht grid natura 2000 Model: Groep:
Naam 1
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2020 natura 2000 (hoofdgroep) Lijst van Grids, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006 Omschr. Natura2000 LDD
Geomilieu V1.30
Hoogte 1,50
Maaiveld 0,00
HDef. Relatief
DeltaX 25
DeltaY 25
24-11-2009 13:34:30
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht toetspunten Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2020 (hoofdgroep) Lijst van Toetspunten, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 01 02 03 04 05
Omschr. Margrietweg 1 Margrietweg 1 Duinweg 69 Duinweg 69 Duinweg 70
X 138509,25 138502,68 138515,78 138514,31 138496,95
Y 407803,37 407805,08 407767,43 407759,59 407632,53
Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
HDef. Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
Hoogte A 1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
Hoogte B 4,50 4,50 4,50 4,50 4,50
Hoogte C ------
06 07 08 09 10
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
3A 3 5 13 17
138464,68 138458,52 138455,73 138519,81 138551,69
407580,89 407576,45 407607,64 407553,00 407495,81
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
4,50 4,50 4,50 -4,50
------
11 12 13 14 15
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
17 21 21 15 15
138561,05 138548,38 138559,01 138576,49 138583,60
407493,52 407452,61 407449,54 407518,64 407518,01
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
4,50 4,50 4,50 4,50 4,50
------
16 17 18 19 20
Zorgboerderij Giersbergen 2 Zorgboerderij Giersbergen 2 Giersbergen 2A Giersbergen 9 Giersbergen 11
138550,58 138560,61 138581,99 138577,75 138611,35
407588,87 407587,09 407590,54 407581,58 407550,80
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
4,50 4,50 4,50 4,50 4,50
------
21 22 23 24 25
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
11 8A 10 12 12A
138615,90 138701,38 138725,16 138806,25 138805,96
407548,91 407524,41 407506,36 407544,99 407559,75
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
4,50 4,50 4,50 4,50 4,50
------
26 27 28 29 30
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Margrietweg Margrietweg
14 16 16 18 18
138814,83 138815,25 138821,03 138794,49 138796,64
407584,54 407596,21 407598,91 407826,83 407833,66
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
4,50 4,50 4,50 4,50 4,50
------
31 32 33 34 35
Margrietweg 19 Margrietweg 21 Margrietweg 22 Recreatiewoning Recreatiewoning
138664,80 138984,95 138999,59 138587,92 138591,08
407842,00 408027,28 407979,39 407566,77 407562,75
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
1,50 1,50 1,50 1,50 1,50
4,50 4,50 4,50 ---
------
36 03a
Restaurant Duinweg 69
138684,58 138537,01
407526,50 407768,48
0,00 0,00
Relatief Relatief
1,50 1,50
4,50 4,50
---
Geomilieu V1.30
26-11-2009 14:04:32
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht wegen 2009 Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 276215002 277215007 276215003 276217001 277215015
Omschr. Duinweg (Margrietweg-Giersbergen) Giersbergen Margrietweg (Duinweg-ontsluitingsweg) Duinweg (noord van Margrietweg) Margrietweg (oost van ontsluitingsweg)
Groep Giersbergen - Duinweg Giersbergen - Duinweg Duinweg - Margrietweg Duinweg - Margrietweg Duinweg - Margrietweg
X-1 138490,35 138533,55 138490,40 138197,00 138735,21
Y-1 407773,31 407589,29 407773,25 408521,00 407836,24
X-n 138533,55 138757,98 138735,21 138490,40 139098,00
277215008 277215008
ontsluitingsweg Giersbergen ontsluitingsweg Giersbergen
ontsluitingsweg ontsluitingsweg
138735,21 138775,03
407836,24 407659,60
138775,03 138757,21
Geomilieu V1.30
26-11-2009 13:51:23
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht wegen 2009 Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 276215002 277215007 276215003 276217001 277215015
Y-n 407589,29 407539,86 407836,24 407773,25 408016,00
M-1 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
M-n 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
HDef. Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
V(LV) 60 50 60 60 60
V(MV) 60 50 60 60 60
V(ZV) 60 50 60 60 60
Hbron 0,75 0,75 0,75 0,75 0,75
277215008 277215008
407659,60 407540,26
0,00 0,00
0,00 0,00
Relatief Relatief
60 30
60 30
60 30
0,75 0,75
Geomilieu V1.30
Wegdek W9 W9 W0 W0 W0 W8 W8
Totaal aantal 440,00 440,00 1012,00 704,00 1012,00
%Int.(D) 7,10 7,10 6,60 6,60 6,60
0,00 0,00
7,10 7,10
26-11-2009 13:51:23
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht wegen 2009 Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2009 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 276215002 277215007 276215003 276217001 277215015
%Int.(A) 2,70 2,70 3,90 3,90 3,90
%Int.(N) 0,50 0,50 0,60 0,60 0,60
%LV(D) 95,60 95,60 91,90 91,90 91,90
%LV(A) 98,30 98,30 95,50 95,50 95,50
%LV(N) 98,30 98,30 93,50 93,50 93,50
%MV(D) 3,10 3,10 6,70 6,70 6,70
%MV(A) 1,10 1,10 3,90 3,90 3,90
%MV(N) 1,70 1,70 6,20 6,20 6,20
%ZV(D) 1,30 1,30 1,50 1,50 1,50
%ZV(A) 0,60 0,60 0,60 0,60 0,60
%ZV(N) --0,30 0,30 0,30
Lengte 189,16 242,94 252,79 803,98 419,07
277215008 277215008
2,70 2,70
0,50 0,50
95,60 95,60
98,30 98,30
98,30 98,30
3,10 3,10
1,10 1,10
1,70 1,70
1,30 1,30
0,60 0,60
---
181,18 132,76
Geomilieu V1.30
26-11-2009 13:51:23
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht wegen 2020 Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2020 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 276215002 277215007 276215003 276217001 277215015
Omschr. Duinweg (Margrietweg-Giersbergen) Giersbergen Margrietweg (Duinweg-ontsluitingsweg) Duinweg (noord van Margrietweg) Margrietweg (oost van ontsluitingsweg)
Groep Giersbergen - Duinweg Giersbergen - Duinweg Duinweg - Margrietweg Duinweg - Margrietweg Duinweg - Margrietweg
X-1 138490,35 138533,55 138490,40 138197,00 138735,21
Y-1 407773,31 407589,29 407773,25 408521,00 407836,24
X-n 138533,55 138680,00 138735,21 138490,40 139098,00
277215008 277215008
ontsluitingsweg Giersbergen ontsluitingsweg Giersbergen
ontsluitingsweg ontsluitingsweg
138729,41 138768,58
407834,66 407650,06
138768,58 138754,63
Geomilieu V1.30
26-11-2009 13:52:21
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht wegen 2020 Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2020 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 276215002 277215007 276215003 276217001 277215015
Y-n 407589,29 407535,10 407836,24 407773,25 408016,00
M-1 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
M-n 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
HDef. Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief
V(LV) 30 30 60 60 60
V(MV) 30 30 60 60 60
V(ZV) 30 30 60 60 60
Hbron 0,75 0,75 0,75 0,75 0,75
277215008 277215008
407650,06 407540,08
0,00 0,00
0,00 0,00
Relatief Relatief
60 30
60 30
60 30
0,75 0,75
Geomilieu V1.30
Wegdek W9 W9 W0 W0 W0 W9 W9
Totaal aantal 220,00 220,00 792,00 528,00 792,00
%Int.(D) 7,10 7,10 6,60 6,60 6,60
440,00 440,00
7,10 7,10
26-11-2009 13:52:21
Ingenieursbureau Oranjewoud Overzicht wegen 2020 Model: Groep:
bijlage 1 project 202227
VL situatie 2020 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2006
Naam 276215002 277215007 276215003 276217001 277215015
%Int.(A) 2,70 2,70 3,90 3,90 3,90
%Int.(N) 0,50 0,50 0,60 0,60 0,60
%LV(D) 95,60 95,60 91,90 91,90 91,90
%LV(A) 98,30 98,30 95,50 95,50 95,50
%LV(N) 98,30 98,30 93,50 93,50 93,50
%MV(D) 3,10 3,10 6,70 6,70 6,70
%MV(A) 1,10 1,10 3,90 3,90 3,90
%MV(N) 1,70 1,70 6,20 6,20 6,20
%ZV(D) 1,30 1,30 1,50 1,50 1,50
%ZV(A) 0,60 0,60 0,60 0,60 0,60
%ZV(N) --0,30 0,30 0,30
Lengte 189,16 164,69 252,79 803,98 419,07
277215008 277215008
2,70 2,70
0,50 0,50
95,60 95,60
98,30 98,30
98,30 98,30
3,10 3,10
1,10 1,10
1,70 1,70
1,30 1,30
0,60 0,60
---
189,12 121,25
Geomilieu V1.30
26-11-2009 13:52:21
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten onstluitingsweg 2009 exl. aftrekexartikel 110g R Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 2 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2009 LAeq totaalresultaten voor toetspunten ontsluitingsweg Nee
Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A
Omschrijving Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Duinweg 69
03_B 03a_A 03a_B 04_A 04_B
Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg
05_A 05_B 06_A 06_B 07_A
Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
Dag ------
Avond ------
Nacht ------
Lden ------
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
------
------
------
------
Duinweg 70 Duinweg 70 Giersbergen 3A Giersbergen 3A Giersbergen 3
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
------
------
------
------
07_B 08_A 08_B 09_A 10_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
3 5 5 13 17
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
------
------
------
------
10_B 11_A 11_B 12_A 12_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
17 17 17 21 21
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
------
------
------
------
13_A 13_B 14_A 14_B 15_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
21 21 15 15 15
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
------
------
------
------
15_B 16_A 16_B 17_A 17_B
Giersbergen 15 Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
------
------
------
------
18_A 18_B 19_A 19_B 20_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
2A 2A 9 9 11
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
------
------
------
------
20_B 21_A 21_B 22_A 22_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
11 11 11 8A 8A
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
------
------
------
------
23_A 23_B 24_A 24_B 25_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
10 10 12 12 12A
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
------
------
------
------
25_B 26_A 26_B 27_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
12A 14 14 16
4,50 1,50 4,50 1,50
-----
-----
-----
-----
69 69 69 69 69
2 2 2 2
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :28 :26
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten onstluitingsweg 2009 exl. aftrekexartikel 110g R Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 2 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2009 LAeq totaalresultaten voor toetspunten ontsluitingsweg Nee
Naam Toetspunt 27_B 28_A 28_B 29_A 29_B
Omschrijving Giersbergen 16 Giersbergen 16 Giersbergen 16 Margrietweg 18 Margrietweg 18
30_A 30_B 31_A 31_B 32_A
Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg
32_B 33_A 33_B 34_A 35_A 36_A 36_B
Hoogte 4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
Dag ------
Avond ------
Nacht ------
Lden ------
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
------
------
------
------
Margrietweg 21 Margrietweg 22 Margrietweg 22 Recreatiewoning Recreatiewoning
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
------
------
------
------
Restaurant Restaurant
1,50 4,50
---
---
---
---
18 18 19 19 21
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :28 :26
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten ontsluitingsweg 2020 exl. aftrekexartikel 110g R Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 3 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2020 LAeq totaalresultaten voor toetspunten ontsluitingsweg Nee
Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A
Omschrijving Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Duinweg 69
03_B 03a_A 03a_B 04_A 04_B
Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg
05_A 05_B 06_A 06_B 07_A
Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
Dag 30,4 31,1 --21,7
Avond 25,9 26,7 --17,3
Nacht 18,5 19,3 --9,9
Lden 30,0 30,7 --21,3
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
22,5 33,8 34,7 ---
17,9 29,3 30,2 ---
10,5 21,9 22,8 ---
22,0 33,4 34,2 ---
Duinweg 70 Duinweg 70 Giersbergen 3A Giersbergen 3A Giersbergen 3
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
27,4 28,4 18,9 23,4 17,2
22,9 23,9 14,4 18,9 12,6
15,5 16,5 7,0 11,5 5,3
26,9 28,0 18,5 23,0 16,7
07_B 08_A 08_B 09_A 10_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
3 5 5 13 17
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
19,7 19,0 22,8 23,5 19,4
15,1 14,5 18,2 19,0 14,9
7,7 7,1 10,8 11,6 7,5
19,2 18,6 22,3 23,1 19,0
10_B 11_A 11_B 12_A 12_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
17 17 17 21 21
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
25,0 14,7 17,6 17,1 23,1
20,5 10,1 12,9 12,5 18,5
13,2 2,7 5,5 5,1 11,0
24,6 14,2 17,1 16,6 22,6
13_A 13_B 14_A 14_B 15_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
21 21 15 15 15
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
18,4 24,4 20,1 27,0 20,2
13,8 19,9 15,5 22,5 15,7
6,4 12,5 8,1 15,1 8,3
17,9 24,0 19,6 26,6 19,8
15_B 16_A 16_B 17_A 17_B
Giersbergen 15 Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
29,9 19,1 21,2 20,2 21,5
25,4 14,6 16,7 15,6 16,9
17,9 7,2 9,3 8,2 9,5
29,4 18,7 20,8 19,7 21,0
18_A 18_B 19_A 19_B 20_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
2A 2A 9 9 11
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
23,3 24,4 23,2 24,8 31,8
18,8 19,8 18,7 20,2 27,3
11,4 12,4 11,3 12,8 19,9
22,9 23,9 22,8 24,3 31,4
20_B 21_A 21_B 22_A 22_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
11 11 11 8A 8A
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
31,9 33,4 34,4 38,6 39,9
27,4 28,9 29,9 34,1 35,3
19,9 21,5 22,5 26,7 27,9
31,4 33,0 34,0 38,2 39,4
23_A 23_B 24_A 24_B 25_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
10 10 12 12 12A
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
38,3 39,8 39,1 40,8 39,7
33,7 35,2 34,5 36,3 35,1
26,3 27,8 27,1 28,8 27,7
37,8 39,3 38,6 40,3 39,2
25_B 26_A 26_B 27_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
12A 14 14 16
4,50 1,50 4,50 1,50
41,6 40,6 42,3 40,8
37,0 36,1 37,8 36,3
29,6 28,7 30,3 28,9
41,1 40,2 41,8 40,4
69 69 69 69 69
2 2 2 2
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :31:06
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten ontsluitingsweg 2020 exl. aftrekexartikel 110g R Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 3 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2020 LAeq totaalresultaten voor toetspunten ontsluitingsweg Nee
Naam Toetspunt 27_B 28_A 28_B 29_A 29_B
Omschrijving Giersbergen 16 Giersbergen 16 Giersbergen 16 Margrietweg 18 Margrietweg 18
30_A 30_B 31_A 31_B 32_A
Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg
32_B 33_A 33_B 34_A 35_A 36_A 36_B
Hoogte 4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
Dag 42,6 40,4 42,1 40,5 42,3
Avond 38,0 35,9 37,6 36,1 37,9
Nacht 30,6 28,5 30,2 28,7 30,5
Lden 42,1 39,9 41,6 40,1 41,9
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
35,0 37,0 38,3 39,9 23,5
30,6 32,5 33,9 35,4 19,0
23,2 25,1 26,5 28,0 11,7
34,6 36,6 37,9 39,5 23,1
Margrietweg 21 Margrietweg 22 Margrietweg 22 Recreatiewoning Recreatiewoning
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
24,4 20,9 22,4 28,5 29,3
19,9 16,4 17,9 24,0 24,7
12,5 9,0 10,4 16,6 17,3
23,9 20,4 21,9 28,1 28,8
Restaurant Restaurant
1,50 4,50
37,4 38,4
32,8 33,8
25,4 26,4
36,9 37,9
18 18 19 19 21
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :31:06
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten Giersbergen/D R uinweg 2009 exl. aftrekexartikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 4 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2009 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Giersbergen - Duinweg Nee
Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A
Omschrijving Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Duinweg 69
03_B 03a_A 03a_B 04_A 04_B
Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg
05_A 05_B 06_A 06_B 07_A
Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
Dag 41,6 43,6 41,5 43,5 42,8
Avond 37,1 39,1 37,1 39,1 38,4
Nacht 29,7 31,7 29,7 31,7 31,0
Lden 41,1 43,2 41,1 43,1 42,4
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
43,4 27,6 28,9 49,5 50,2
38,9 23,1 24,4 45,0 45,8
31,5 15,7 17,0 37,6 38,4
43,0 27,2 28,4 49,1 49,8
Duinweg 70 Duinweg 70 Giersbergen 3A Giersbergen 3A Giersbergen 3
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
49,3 50,5 37,1 39,1 36,1
44,8 46,0 32,6 34,6 31,6
37,4 38,6 25,2 27,2 24,2
48,9 50,0 36,6 38,7 35,7
07_B 08_A 08_B 09_A 10_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
3 5 5 13 17
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
37,7 36,9 37,9 45,0 37,9
33,2 32,5 33,4 40,5 33,4
25,8 25,1 26,0 33,1 26,0
37,3 36,5 37,4 44,5 37,4
10_B 11_A 11_B 12_A 12_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
17 17 17 21 21
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
39,5 25,1 29,7 28,2 32,2
35,0 20,5 25,1 23,7 27,7
27,6 13,1 17,7 16,3 20,3
39,0 24,6 29,2 27,7 31,7
13_A 13_B 14_A 14_B 15_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
21 21 15 15 15
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
23,5 29,9 39,3 41,2 38,2
18,9 25,4 34,8 36,7 33,7
11,5 18,0 27,4 29,3 26,3
23,0 29,5 38,8 40,8 37,7
15_B 16_A 16_B 17_A 17_B
Giersbergen 15 Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
41,9 55,2 54,9 61,8 59,7
37,4 50,6 50,4 57,3 55,1
30,0 43,2 43,0 49,8 47,7
41,5 54,7 54,5 61,3 59,2
18_A 18_B 19_A 19_B 20_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
2A 2A 9 9 11
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
57,6 57,3 60,7 59,2 51,9
53,1 52,7 56,1 54,7 47,4
45,6 45,3 48,7 47,2 40,0
57,1 56,8 60,2 58,8 51,5
20_B 21_A 21_B 22_A 22_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
11 11 11 8A 8A
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
52,4 53,3 53,5 54,1 54,2
47,9 48,7 49,0 49,6 49,7
40,5 41,3 41,6 42,2 42,3
52,0 52,8 53,0 53,7 53,8
23_A 23_B 24_A 24_B 25_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
10 10 12 12 12A
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
45,3 46,8 38,8 40,4 38,7
40,8 42,2 34,3 35,9 34,2
33,4 34,8 26,9 28,5 26,8
44,8 46,3 38,3 40,0 38,3
25_B 26_A 26_B 27_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
12A 14 14 16
4,50 1,50 4,50 1,50
40,3 36,6 37,9 36,2
35,8 32,2 33,4 31,8
28,4 24,8 26,0 24,4
39,9 36,2 37,5 35,8
69 69 69 69 69
2 2 2 2
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :30:32
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten Giersbergen/D R uinweg 2009 exl. aftrekexartikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 4 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2009 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Giersbergen - Duinweg Nee
Naam Toetspunt 27_B 28_A 28_B 29_A 29_B
Omschrijving Giersbergen 16 Giersbergen 16 Giersbergen 16 Margrietweg 18 Margrietweg 18
30_A 30_B 31_A 31_B 32_A
Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg
32_B 33_A 33_B 34_A 35_A 36_A 36_B
Hoogte 4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
Dag 37,4 25,6 26,6 28,8 29,7
Avond 32,9 21,2 22,1 24,3 25,2
Nacht 25,5 13,8 14,7 16,9 17,8
Lden 37,0 25,2 26,1 28,4 29,3
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
21,6 22,5 31,9 32,9 21,0
17,1 18,1 27,4 28,4 16,5
9,7 10,7 20,0 21,0 9,1
21,1 22,1 31,4 32,4 20,5
Margrietweg 21 Margrietweg 22 Margrietweg 22 Recreatiewoning Recreatiewoning
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
22,0 18,3 20,1 53,9 52,5
17,5 13,9 15,6 49,3 47,9
10,1 6,5 8,2 41,9 40,5
21,5 17,9 19,7 53,4 52,0
Restaurant Restaurant
1,50 4,50
55,6 55,5
51,0 51,0
43,6 43,5
55,1 55,0
18 18 19 19 21
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :30:32
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten Giersbergen-D R uinweg 2020 exl. aftrekexartikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 5 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2020 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Giersbergen - Duinweg Nee
Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A
Omschrijving Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Duinweg 69
03_B 03a_A 03a_B 04_A 04_B
Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg
05_A 05_B 06_A 06_B 07_A
Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
Dag 38,0 39,8 38,0 39,8 39,0
Avond 33,4 35,2 33,4 35,1 34,4
Nacht 26,0 27,8 26,0 27,7 27,0
Lden 37,5 39,3 37,5 39,2 38,5
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
39,6 19,5 22,6 45,8 46,4
34,9 15,0 18,0 41,1 41,7
27,5 7,6 10,6 33,7 34,3
39,1 19,1 22,1 45,3 45,9
Duinweg 70 Duinweg 70 Giersbergen 3A Giersbergen 3A Giersbergen 3
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
45,5 46,6 32,5 34,5 30,9
40,8 41,9 27,9 29,8 26,3
33,4 34,5 20,5 22,4 18,9
45,0 46,1 32,0 33,9 30,4
07_B 08_A 08_B 09_A 10_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
3 5 5 13 17
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
32,4 33,7 34,2 40,4 33,8
27,7 29,1 29,6 35,8 29,2
20,3 21,7 22,2 28,3 21,8
31,9 33,2 33,7 39,9 33,3
10_B 11_A 11_B 12_A 12_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
17 17 17 21 21
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
35,2 22,1 25,7 24,6 27,5
30,5 17,5 21,0 20,0 22,9
23,1 10,1 13,6 12,6 15,4
34,6 21,6 25,2 24,1 27,0
13_A 13_B 14_A 14_B 15_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
21 21 15 15 15
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
20,2 24,6 34,6 36,3 33,2
15,6 20,0 30,0 31,7 28,6
8,2 12,5 22,6 24,2 21,2
19,7 24,1 34,1 35,8 32,7
15_B 16_A 16_B 17_A 17_B
Giersbergen 15 Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
36,5 49,9 49,7 55,9 53,8
31,9 45,2 45,0 51,2 49,0
24,4 37,7 37,6 43,7 41,6
36,0 49,3 49,2 55,4 53,2
18_A 18_B 19_A 19_B 20_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
2A 2A 9 9 11
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
51,8 51,4 54,8 53,4 46,1
47,1 46,7 50,1 48,6 41,5
39,6 39,2 42,7 41,2 34,0
51,2 50,8 54,3 52,8 45,6
20_B 21_A 21_B 22_A 22_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
11 11 11 8A 8A
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
46,6 47,4 47,6 35,3 36,2
42,0 42,7 42,9 30,6 31,5
34,5 35,3 35,4 23,2 24,1
46,1 46,8 47,0 34,7 35,7
23_A 23_B 24_A 24_B 25_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
10 10 12 12 12A
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
19,7 21,3 27,1 27,5 26,8
15,2 16,6 22,5 22,9 22,2
7,8 9,2 15,1 15,5 14,8
19,3 20,8 26,6 27,0 26,3
25_B 26_A 26_B 27_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
12A 14 14 16
4,50 1,50 4,50 1,50
27,2 27,4 28,0 27,9
22,6 22,8 23,4 23,4
15,2 15,4 16,0 16,0
26,7 26,9 27,5 27,5
69 69 69 69 69
2 2 2 2
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :31:30
Ingenieursbureau Oranjewoud ekenresultaten Giersbergen-D R uinweg 2020 exl. aftrekexartikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 5 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2020 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Giersbergen - Duinweg Nee
Naam Toetspunt 27_B 28_A 28_B 29_A 29_B
Omschrijving Giersbergen 16 Giersbergen 16 Giersbergen 16 Margrietweg 18 Margrietweg 18
30_A 30_B 31_A 31_B 32_A
Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg
32_B 33_A 33_B 34_A 35_A 36_A 36_B
Hoogte 4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
Dag 28,5 23,6 23,9 24,3 24,7
Avond 23,8 19,0 19,3 19,7 20,1
Nacht 16,4 11,6 11,9 12,3 12,7
Lden 28,0 23,1 23,4 23,8 24,2
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
19,1 19,6 28,0 28,5 17,1
14,6 15,0 23,4 23,9 12,5
7,2 7,6 16,0 16,5 5,1
18,7 19,1 27,5 28,0 16,6
Margrietweg 21 Margrietweg 22 Margrietweg 22 Recreatiewoning Recreatiewoning
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
17,6 15,9 16,7 48,0 46,6
13,0 11,4 12,1 43,4 41,9
5,6 4,0 4,7 35,9 34,4
17,1 15,5 16,2 47,5 46,0
Restaurant Restaurant
1,50 4,50
44,7 45,0
40,0 40,3
32,6 32,8
44,1 44,4
18 18 19 19 21
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16 :31:30
Ingenieursbureau Oranjewoud Rekenresultaten Duinweg/Magrietweg 2009 exl. aftrek ex artikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 6 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2009 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Duinweg - Margrietweg Nee
Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A
Omschrijving Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Duinweg 69
03_B 03a_A 03a_B 04_A 04_B
Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg
05_A 05_B 06_A 06_B 07_A
Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
Dag 49,6 50,8 48,2 49,2 54,4
Avond 47,0 48,2 45,6 46,6 51,7
Nacht 39,0 40,1 37,5 38,6 43,7
Lden 49,9 51,1 48,5 49,5 54,7
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
54,6 52,0 52,5 47,9 48,5
51,9 49,4 49,9 45,3 45,9
43,9 41,4 41,9 37,3 37,8
54,9 52,4 52,9 48,2 48,8
Duinweg 70 Duinweg 70 Giersbergen 3A Giersbergen 3A Giersbergen 3
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
35,2 36,0 28,6 32,7 22,4
32,6 33,4 26,0 30,1 19,8
24,5 25,4 17,9 22,1 11,7
35,5 36,3 28,9 33,1 22,7
07_B 08_A 08_B 09_A 10_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
3 5 5 13 17
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
26,4 33,9 34,5 32,0 28,0
23,7 31,3 31,9 29,4 25,4
15,7 23,3 23,9 21,4 17,4
26,7 34,2 34,9 32,3 28,3
10_B 11_A 11_B 12_A 12_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
17 17 17 21 21
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
30,6 17,2 22,5 24,5 27,1
27,9 14,4 19,8 21,9 24,4
19,9 6,4 11,8 13,9 16,4
30,9 17,4 22,8 24,9 27,4
13_A 13_B 14_A 14_B 15_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
21 21 15 15 15
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
15,8 20,3 27,2 30,9 20,3
13,0 17,6 24,6 28,3 17,6
5,1 9,6 16,5 20,3 9,6
16,0 20,6 27,5 31,2 20,6
15_B 16_A 16_B 17_A 17_B
Giersbergen 15 Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
26,3 30,9 32,3 8,4 11,9
23,7 28,3 29,6 5,6 9,2
15,7 20,3 21,6 -2,4 1,2
26,7 31,2 32,6 8,6 12,2
18_A 18_B 19_A 19_B 20_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
2A 2A 9 9 11
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
23,3 25,7 31,5 32,7 23,6
20,6 23,0 28,8 30,1 21,0
12,7 15,0 20,8 22,1 13,0
23,6 26,0 31,8 33,0 24,0
20_B 21_A 21_B 22_A 22_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
11 11 11 8A 8A
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
28,4 26,5 29,5 30,2 31,2
25,7 23,9 26,9 27,6 28,6
17,7 15,9 18,8 19,5 20,6
28,7 26,8 29,8 30,5 31,5
23_A 23_B 24_A 24_B 25_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
10 10 12 12 12A
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
29,4 30,3 29,1 30,2 29,4
26,8 27,7 26,5 27,6 26,8
18,8 19,6 18,5 19,6 18,8
29,7 30,6 29,5 30,5 29,7
25_B 26_A 26_B 27_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
12A 14 14 16
4,50 1,50 4,50 1,50
30,6 30,9 31,7 30,9
28,0 28,3 29,1 28,3
20,0 20,3 21,1 20,2
30,9 31,2 32,1 31,2
69 69 69 69 69
2 2 2 2
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16:29:57
Ingenieursbureau Oranjewoud Rekenresultaten Duinweg/Magrietweg 2009 exl. aftrek ex artikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 6 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2009 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Duinweg - Margrietweg Nee
Naam Toetspunt 27_B 28_A 28_B 29_A 29_B
Omschrijving Giersbergen 16 Giersbergen 16 Giersbergen 16 Margrietweg 18 Margrietweg 18
30_A 30_B 31_A 31_B 32_A
Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg
32_B 33_A 33_B 34_A 35_A 36_A 36_B
Hoogte 4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
Dag 31,7 32,4 33,2 45,2 46,6
Avond 29,1 29,8 30,6 42,6 44,0
Nacht 21,1 21,7 22,6 34,6 36,0
Lden 32,0 32,7 33,5 45,6 46,9
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
49,9 50,9 49,8 50,8 49,6
47,3 48,2 47,2 48,2 47,0
39,2 40,2 39,1 40,2 39,0
50,2 51,2 50,1 51,1 49,9
Margrietweg 21 Margrietweg 22 Margrietweg 22 Recreatiewoning Recreatiewoning
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
50,6 47,5 48,8 29,9 24,5
48,0 44,9 46,1 27,3 21,9
40,0 36,9 38,1 19,3 13,9
50,9 47,9 49,1 30,2 24,8
Restaurant Restaurant
1,50 4,50
29,9 31,3
27,3 28,7
19,3 20,6
30,3 31,6
18 18 19 19 21
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16:29:57
Ingenieursbureau Oranjewoud Rekenresultaten Duinweg/Magrietweg 2020 exl. aftrek ex artikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 7 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2020 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Duinweg - Margrietweg Nee
Naam Toetspunt 01_A 01_B 02_A 02_B 03_A
Omschrijving Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Margrietweg 1 Duinweg 69
03_B 03a_A 03a_B 04_A 04_B
Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg Duinweg
05_A 05_B 06_A 06_B 07_A
Hoogte 1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
Dag 48,6 49,7 47,0 48,0 53,3
Avond 46,0 47,1 44,4 45,4 50,7
Nacht 38,0 39,0 36,3 37,4 42,6
Lden 48,9 50,0 47,3 48,3 53,6
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
53,5 51,0 51,5 46,8 47,4
50,9 48,4 48,9 44,2 44,7
42,9 40,3 40,8 36,2 36,7
53,8 51,3 51,8 47,1 47,7
Duinweg 70 Duinweg 70 Giersbergen 3A Giersbergen 3A Giersbergen 3
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
34,2 34,9 27,6 31,6 21,3
31,6 32,3 25,0 29,0 18,7
23,6 24,3 16,9 21,0 10,7
34,5 35,3 27,9 31,9 21,6
07_B 08_A 08_B 09_A 10_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
3 5 5 13 17
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
25,2 32,9 33,4 30,9 26,8
22,6 30,3 30,8 28,3 24,2
14,6 22,2 22,8 20,3 16,2
25,5 33,2 33,7 31,2 27,1
10_B 11_A 11_B 12_A 12_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
17 17 17 21 21
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
29,4 16,1 21,4 23,3 25,9
26,8 13,3 18,7 20,7 23,2
18,8 5,3 10,7 12,7 15,2
29,8 16,3 21,7 23,7 26,2
13_A 13_B 14_A 14_B 15_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
21 21 15 15 15
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
14,7 19,2 26,1 29,8 19,2
12,0 16,5 23,4 27,1 16,5
4,0 8,5 15,4 19,1 8,5
15,0 19,5 26,4 30,1 19,5
15_B 16_A 16_B 17_A 17_B
Giersbergen 15 Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen Zorgboerderij Giersbergen
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
25,3 29,9 31,1 7,3 10,9
22,7 27,3 28,5 4,6 8,2
14,6 19,2 20,5 -3,4 0,2
25,6 30,2 31,4 7,6 11,2
18_A 18_B 19_A 19_B 20_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
2A 2A 9 9 11
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
22,3 24,7 30,4 31,6 22,7
19,6 22,0 27,8 28,9 20,0
11,6 14,0 19,8 20,9 12,0
22,6 24,9 30,7 31,9 23,0
20_B 21_A 21_B 22_A 22_B
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
11 11 11 8A 8A
4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
27,4 25,6 28,5 29,3 30,3
24,7 23,0 25,8 26,7 27,7
16,7 14,9 17,8 18,7 19,6
27,7 25,9 28,8 29,7 30,6
23_A 23_B 24_A 24_B 25_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
10 10 12 12 12A
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
28,6 29,4 28,3 29,3 28,7
26,0 26,7 25,7 26,7 26,2
18,0 18,7 17,7 18,7 18,1
28,9 29,7 28,6 29,6 29,1
25_B 26_A 26_B 27_A
Giersbergen Giersbergen Giersbergen Giersbergen
12A 14 14 16
4,50 1,50 4,50 1,50
29,9 30,2 31,0 30,2
27,2 27,6 28,3 27,6
19,2 19,5 20,3 19,5
30,2 30,5 31,3 30,5
69 69 69 69 69
2 2 2 2
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16:31:58
Ingenieursbureau Oranjewoud Rekenresultaten Duinweg/Magrietweg 2020 exl. aftrek ex artikel 110g Rapport: Model: Groep: Groepsreductie:
bijlage 7 project 202227
Resultatentabel VL situatie 2020 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Duinweg - Margrietweg Nee
Naam Toetspunt 27_B 28_A 28_B 29_A 29_B
Omschrijving Giersbergen 16 Giersbergen 16 Giersbergen 16 Margrietweg 18 Margrietweg 18
30_A 30_B 31_A 31_B 32_A
Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg Margrietweg
32_B 33_A 33_B 34_A 35_A 36_A 36_B
Hoogte 4,50 1,50 4,50 1,50 4,50
Dag 30,9 31,5 32,3 44,2 45,6
Avond 28,3 28,9 29,7 41,6 43,0
Nacht 20,3 20,9 21,7 33,6 34,9
Lden 31,3 31,9 32,6 44,5 45,9
1,50 4,50 1,50 4,50 1,50
48,8 49,8 48,8 49,8 48,5
46,2 47,2 46,2 47,1 45,9
38,2 39,2 38,1 39,1 37,9
49,2 50,1 49,1 50,1 48,9
Margrietweg 21 Margrietweg 22 Margrietweg 22 Recreatiewoning Recreatiewoning
4,50 1,50 4,50 1,50 1,50
49,6 46,5 47,7 28,8 23,5
46,9 43,9 45,1 26,2 20,9
38,9 35,9 37,1 18,2 12,9
49,9 46,8 48,0 29,1 23,8
Restaurant Restaurant
1,50 4,50
29,1 30,3
26,5 27,7
18,5 19,7
29,4 30,7
18 18 19 19 21
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V1.30
12-11-2009 16:31:58
Verkeersintensiteiten wegen Giersbergen WEG
2007
DUINWEG NOORD
800
GEM. DAGUUR GEM. AVONDUUR GEM. NACHTUUR DUINWEG ZUID (richting kern Giersbergen) GEM. DAGUUR GEM. AVONDUUR GEM. NACHTUUR MARGRIETWEG WEST GEM. DAGUUR GEM. AVONDUUR GEM. NACHTUUR MARGRIETWEG OOST GEM. DAGUUR GEM. AVONDUUR GEM. NACHTUUR WEG TUSSEN MARGRIETWEG EN P-TERR. GEM. DAGUUR GEM. AVONDUUR GEM. NACHTUUR
500
1150
1150
Nihil
2020 600
< 250
900
900
500
SNELH. 60
30 (nu 60)
60
60
60
WEGVERHARD. ASFALT
UURINT.
LV
MV
ZV
6,6% 3,9% 0,6%
91,9 95,5 93,5
6,7 3,9 6,2
1,5 0,6 0,3
7,1% 2,7% 0,5%
95,6 98,3 98,3
3,1 1,1 1,7
1,3 0,6 0,0
6,6% 3,9% 0,6%
91,9 95,5 93,5
6,7 3,9 6,2
1,5 0,6 0,3
6,6% 3,9% 0,6%
91,9 95,5 93,5
6,7 3,9 6,2
1,5 0,6 0,3
7,1% 2,7% 0,5%
95,6 98,3 98,3
3,1 1,1 1,7
1,3 0,6 0,0
KLINKER
ASFALT
ASFALT
Betonstraatsteen (huidig: zand en puinverharding)
De onderliggende wegenstructuur van het verkeersmodel is niet dusdanig fijnschalig dat elk straatje is opgenomen. De straten in Giersbergen zijn niet in het verkeersmodel opgenomen. Ook zijn geen recente tellingen bekend. Ten behoeve van de verkeersprognose moeten daarom aannames gedaan worden. Voor alle wegen wordt het aantal verkeersbewegingen in 2020 op 500 mvt/etm gesteld. LET OP: Bovenstaande intensiteiten zijn werkdaggemiddelde. Indien weekdaggemiddelden noodzakelijk zijn kunt u volgens de CROW publicatie 256 (2007) de volgende formule gebruiken: werkdaggemiddelde X 0,88 = weekdaggemiddelde. Binnen de gemeente Heusden spelen diverse ontwikkelingen op het gebied van verkeer en vervoer. Een van deze ontwikkelingen het aanleggen van de parallelstructuur langs de A59 (tussen Drunen en Vlijmen is de parallelstructuur nagenoeg gereed (Spoorlaan). Veel sluipverkeer tussen Waalwijk en Haaren-Vught gaat nu over de doorgaande wegen aan de zuidzijde van de gemeente Heusden (zie Vki 2007). Na gereedkomen van de parallelstructuur zal er een aanzienlijke afname te zien zijn in het verkeer op de Duinweg-Margrietweg (zie Vki 2020). Voor kern Giersbergen is Vki in 2020 op < 250 gesteld. Dit ivm het aantal voertuigbewegingen per woning, aanwezigheid van verblijfsrecreatie (zorgboerderij, minicamping e.d.) en het feit dat er toch altijd enkele bezoekers inrijden. Gemeente Heusden, Team OOR d.d. 6-11-2009
Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzichtsituatie 2009
Figuur 1 Project 202227 Bodemgebied Gebouw Zonebreedte Toetspunt Weg
0m
300 m schaal = 1 : 8229
408000
ontslu
weg itings
weg itings
ontslu
407000
138000 Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [Oktober 2009 rev00 - Kopie van VL situatie 2009] , Geomilieu V1.30
139000
Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzichtssituatie 2020
Figuur 2 Project 202227 Bodemgebied Gebouw Toetspunt Weg
408400
0m
100 m schaal = 1 : 4513
408000
407600
138400 Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [Oktober 2009 rev00 - VL situatie 2020] , Geomilieu V1.30
138800
Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzicht natura 2000 2009
Bodemgebied Gebouw Grid Weg periode:
24-uur gemiddelde < 40 dB(A) 40 - 43 dB(A) 43 - 45 dB(A) 45 - 50 dB(A) 50 - 99 dB(A) 99 - 99 dB(A) 99 - 99 dB(A)
408000
0m
300 m schaal = 1 : 8917
407000
139000
140000
Figuur 3 Project 202227
138000 Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [Oktober 2009 rev00 - VL situatie 2009 natura 2000] , Geomilieu V1.30
Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzicht natura 2000 2020
Bodemgebied Gebouw Grid Weg periode:
24-uur gemiddelde < 40 dB(A) 40 - 43 dB(A) 43 - 45 dB(A) 45 - 50 dB(A) 50 - 99 dB(A) 99 - 99 dB(A) 99 - 99 dB(A)
408000
0m
300 m schaal = 1 : 8820
138000 Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [Oktober 2009 rev00 - VL situatie 2020 natura 2000] , Geomilieu V1.30
139000
140000
Figuur 4 Project 202227
407000
periode:
24-uur gemiddelde < 40 dB(A) 40 - 43 dB(A) 43 - 45 dB(A) 45 - 50 dB(A) 50 - 99 dB(A)
Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzicht stiltegebieden 2009
Bodemgebied Gebouw Grid Weg
99 - 99 dB(A) 99 - 99 dB(A)
408000
0m
1000 m schaal = 1 : 43585
404000
140000
Figuur 5 Project 202227
136000 Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [Oktober 2009 rev00 - VL situatie 2009 stiltegebied] , Geomilieu V1.30
periode:
24-uur gemiddelde < 40 dB(A) 40 - 43 dB(A) 43 - 45 dB(A) 45 - 50 dB(A) 50 - 99 dB(A)
Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzicht stiltegebied
Bodemgebied Gebouw Grid Weg
99 - 99 dB(A) 99 - 99 dB(A)
408000 0m
1000 m schaal = 1 : 41492
404000
140000
Figuur 6 Project 202227
136000 Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [Oktober 2009 rev00 - VL situatie 2020 stiltegebied] , Geomilieu V1.30
Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. Overzicht toetspunten
Figuur 7 Project 202227 Bodemgebied Gebouw Scherm Toetspunt Weg
0m
100 m schaal = 1 : 3418
32
408000
33
31
30 29 ontslu
0201
weg itings
03 04
03a
ontslu weg itings
05 08 407600
1617
0706
34 35
09
2728 26
18 19
1415
25
20 21
24 36 22
1011
23
1213
138800 Wegverkeerslawaai - RMW-2006, [Oktober 2009 rev00 - Kopie van VL situatie 2009] , Geomilieu V1.30
GEMEENTE HEUSDEN PLANGEBIED GIERSBERGEN TE GIERSBERGEN
Archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (karterende fase) BAAC rapport V-09.0349
November 2009
GEMEENTE HEUSDEN PLANGEBIED GIERSBERGEN TE GIERSBERGEN Archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (karterende fase) BAAC rapport V-09.0349
November 2009
Status concept
Auteur(s) D.F.A.E. Voeten, M.Sc.
ARCHEOLOGIE BOUWHISTORIE CULTUURHISTORIE
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Colofon
ISSN
1873-9350
Auteur(s)
D.F.A.E. Voeten, M.Sc.
Redactie
drs. A. ter Wal
Cartografie
ir. S. van Daalen
Copyright
Gemeente Heusden te Vlijmen / BAAC bv te ‘s-Hertogenbosch
Eindcontrole
drs. A. ter Wal
Autorisatie (senior prospector)
drs. A. ter Wal
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Gemeente Heusden te Vlijmen en/of BAAC bv te ‘s-Hertogenbosch.
BAAC bv Onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie Postbus 2015 7420 AA Deventer Tel.: (0570) 67 00 55 Fax: (0570) 61 84 30 E-mail:
[email protected]
Graaf van Solmsweg 103 5222 BS ‘s-Hertogenbosch Tel.: (073) 61 36 219 Fax: (073) 61 49 877 E-mail:
[email protected]
2
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Administratieve gegevens Onderzoekgegevens Type onderzoek Datum opdracht Datum rapportage Uitvoerder
Projectleider BAAC-rapport Vondstdeterminatie Opdrachtgever
Bevoegde overheid Beheer documentatie Beheer vondstmateriaal
12 oktober 2009 30 november 2009 BAAC bv, vestiging ‘s-Hertogenbosch Graaf van Solmsweg 103 5222 BS ‘s-Hertogenbosch 073-6136219 D.F.A.E. Voeten, M.Sc. V-09.0349 Pieter Dijkstra Gemeente Heusden M. Molijn Postbus 41 5250 AA VLIJMEN 073-5131789 Gemeente Heusden BAAC bv, ‘s-Hertogenbosch Provinciaal Depot Bodemvondsten Noord-Brabant Waterstraat 20 5211 JD ’s-Hertogenbosch Tel. 06-18303225
Locatiegegevens Provincie Gemeente Plaats Toponiem Kaartblad Oppervlakte RD-coördinaten
Gegevens Archis
Noord-Brabant Heusden Giersbergen Giersbergen 44H Circa 2000 m2 Noordwesthoek: 138.732 / 407.830 Noordoosthoek: 138.739 / 407.832 Zuidwesthoek: 138.730 / 407.610 Zuidoosthoek: 138.773 / 407.635 Onderzoeksmeldingsnummer Onderzoeksnummer AMK-terrein Waarnemingnummer(s) Vondstmeldingsnummer(s) Periode(s)
3
37932 volgt nvt nvt nvt Paleolithicum – neolithicum, volle middeleeuwen – nieuwe tijd
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Inhoudsopgave Administratieve gegevens
3
Inhoudsopgave
4
1 1.1 1.2
Inleiding Onderzoekskader Ligging van het gebied
5 5 5
2 2.1 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 2.4
Bureauonderzoek Werkwijze Landschappelijke ontwikkeling Bewoningsgeschiedenis Inleiding Archeologie Historie Archeologische verwachting
7 7 7 11 12 12 13 14
3 3.1 3.2 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.4
Inventariserend Veldonderzoek Werkwijze Veldwaarnemingen Karterend booronderzoek Lithologie en bodemopbouw Bodemverstoringen Archeologische indicatoren Archeologische interpretatie
16 16 16 17 18 18 19 19
4 4.1 4.2
Conclusie en aanbevelingen Conclusie Aanbevelingen
21 21 22
Geraadpleegde bronnen Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4
23
Overzicht van geologische en archeologische tijdvakken Indicatieve waarden met AMK-terreinen, waarnemingen en onderzoeken Boorpuntenkaart Boorbeschrijvingen
4
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
1
Inleiding
1.1
Onderzoekskader In opdracht van Gemeente Heusden heeft het onderzoeks- en adviesbureau BAAC bv een archeologisch bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek met behulp van boringen (karterende fase) uitgevoerd in het plangebied Giersbergen. De plannen voor de planlocatie hebben betrekking op de aanleg van een toegangsweg naar een parkeerplaats. De maximale bodemverstoring bij de realisatie van de voorgenomen ontwikkeling is te verwachten tot 100 cm –mv (onder het maaiveld), waarbij dus een gerede kans bestaat dat eventueel aanwezige archeologische waarden verstoord of vernietigd worden. Het doel van een bureauonderzoek is het verwerven van informatie over bekende of verwachte archeologische waarden binnen een omschreven gebied aan de hand van bestaande bronnen. Met behulp van de verworven informatie wordt een specifiek archeologisch verwachtingsmodel opgesteld. Het doel van het inventariserend veldonderzoek is het aanvullen en toetsen van het verwachtingsmodel. Het inventariserend veldonderzoek gebeurt middels waarnemingen in het veld. Tevens worden grondboringen uitgevoerd om de intactheid en de opbouw van het bodemprofiel te beoordelen en (extra) informatie te verkrijgen over bekende dan wel nieuw te ontdekken archeologische waarden binnen het plangebied. Tijdens het onderzoek dienen de volgende onderzoeksvragen uit het Plan van Aanpak (Merlidis, 2009) te worden beantwoord: • Hoe is de bodemopbouw en is deze nog intact? • Zijn in het gebied archeologische resten aanwezig? • Wat is de horizontale en verticale verspreiding van de archeologische resten? • Wat is de vermoedelijke aard en datering van de archeologische resten? • In hoeverre worden de archeologische resten bedreigd door de voorgenomen ontwikkeling van het gebied? Het onderzoek is uitgevoerd conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.1 (SIKB 2006a) en het onderzoeksspecifieke Plan van Aanpak (Merlidis, 2009).
1.2
Ligging van het gebied Het plangebied maakt deel uit van het gehucht Giersbergen, en is gelegen op circa 3500 m ten zuid-zuidoosten van de oude kern van Drunen. Het grindpad dat het plangebied vormt verbindt de Margrietweg in het noorden met een aan de Giersbergen (hier wordt de straat bedoeld) gelegen parkeerplaats. Westelijk en oostelijk grenst het plangebied aan grasland en aan met bomen begroeid terrein. De oppervlakte van het plangebied bedraagt circa 2000 m2. In figuur 1.1 is de ligging van het plangebied weergegeven.
5
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Figuur 1.1 Ligging van het plangebied
Momenteel bestaat het plangebied uit een grindpad dat een zuidelijker gelegen parkeerplaats vanaf de Margrietweg ontsluit. In de toekomst zal dit tracé verhard worden met klinkers.
6
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
2
Bureauonderzoek
2.1
Werkwijze Tijdens het bureauonderzoek is aan de hand van bestaande bronnen een archeologische verwachting voor het plangebied opgesteld. Bij de inventarisatie van de archeologische waarden is gebruik gemaakt van gegevens uit het Centraal Archeologisch Archief (CAA) en het Centraal Monumenten Archief (CMA) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), evenals de Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden (IKAW). Hierbij is het Archeologisch Informatie Systeem (ARCHIS-II) gebruikt. Ook de provinciale cultuurhistorische waardenkaart is geraadpleegd. Met name voor de recentere archeologische periodes zijn diverse historische bronnen geraadpleegd. Literatuur over de geologie, geomorfologie en de bodemopbouw van het onderzoeksgebied is eveneens bestudeerd om op basis van locatiekeuze-theorieën een uitspraak te doen over de kans op aanwezigheid van archeologische resten. In navolgende paragrafen worden de resultaten van het bureauonderzoek beschreven. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een synthese in de vorm van een specifieke archeologische verwachting. Een opsomming van de geraadpleegde literatuur en gebruikte kaarten is terug te vinden in de literatuurlijst. Voor een tabel met een overzicht van geologische en archeologische tijdvakken wordt verwezen naar Bijlage 1.
2.2
Landschappelijke ontwikkeling 2.2.1 Geologie en geomorfologie Het plangebied ligt in het noordelijke deel van het Zuid-Nederlandse zandgebied. (Berendsen, 2000), in een regio die qua geologie sterk beïnvloed wordt door de in de ondergrond aanwezige breuken. Het gebied behoort tot de Centrale Slenk (ook wel Roerdalslenk genoemd). Het betreft een dalingsgebied met een zuidoostnoordwestelijke hellingsrichting. In het noordoosten wordt de Centrale Slenk begrensd door de Peelrandbreuk, in het zuidwesten door de Feldbissbreuk. Gedurende het Kwartair ( zie Bijlage 1) heeft daling plaatsgevonden, en deze daling duurt nog steeds voort. De bewegingen langs deze breuken resulteren zo nu en dan in lichte aardbevingen. In de diepere ondergrond zijn grindhoudende zanden van de Formatie van Sterksel gelegen (De Mulder et al., 2003). Deze riviersedimenten zijn aangevoerd door de Rijn en Maas, en worden in de omgeving van het plangebied afgedekt door dekzand, dat lithostratigrafisch gerekend tot de Formatie van Boxtel wordt gerekend (De Mulder et al,. 2003). De morfologie van het landschap is met name in de laatste ijstijd, het Weichselien (118.000 – 10.000 jaar geleden, zie Bijlage 1), tot stand gekomen. Tijdens de koudste periodes van het Weichselien bestond het landschap uit een poolwoestijn of toendra. Doordat in deze periodes weinig vegetatie aanwezig was, kon zand lokaal gemakkelijk door de wind worden verplaatst (Berendsen, 1998). Het dekzandreliëf bestaat voor een deel uit dekzandruggen of -kopjes en dekzandwelvingen. De ruggen zijn vaak duidelijk te zien, en kunnen meer dan 1,5 m boven hun omgeving uitsteken. De dekzandwelvingen zijn minder geaccidenteerd en daarom minder duidelijk zichtbaar. Behalve deze reliëfrijke gebieden zijn er ook gebieden waar het dekzand als vlaktevormende eenheid is afgezet. 7
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
De ondergrond was tijdens het Weichselien permanent bevroren (permafrost). Als gevolg van de permafrost konden regen- en smeltwater zelfs tijdens het warmere zomerseizoen niet in de bodem infiltreren. Dit leidde tot afstroming aan de oppervlakte, waarbij zogenaamde fluvioperiglaciale afzettingen (smeltwaterafzettingen) werden gevormd. Hierbij werd het Brabantse leem afgezet, dat in feite bestaat uit verspoelde, lemige dekzanden. Door de verspoeling van dekzand zijn brede, ondiepe dalen ontstaan. Na het smelten van de permafrost kon het water makkelijker in de bodem trekken, en zijn veel dalen droog komen te staan. Kenmerkend voor dekzand zijn de afgeronde korrels en het goed gesorteerde fijne zand. De overgang naar het warmere Holoceen (zie Bijlage 1) ging niet geleidelijk, maar kende twee perioden waarin het klimaat kortdurend terugkeerde naar glaciale condities. In deze koudere perioden kon dekzand opnieuw verstuiven, en werd het Jonge Dekzand gevormd. Op grond van eventueel aanwezige bodems binnen het dekzand kan het Jonge Dekzand in twee fasen worden opgedeeld (Jong Dekzand I en II). Deze (begraven) bodem staat bekend als de Laag van Usselo en vertegenwoordigt een oude begroeiinghorizont die zich ontwikkeld heeft op een voormalig landoppervlak of als een veenlaag (Berendsen, 1998). De Laag van Usselo dateert uit het Allerødinterstadiaal. In het begin van het Holoceen was er sprake van een sterke temperatuurstijging. Het landijs, dat grote delen van Noord-Europa bedekte (maar niet tot in ons land reikte) smolt, en er trad, met name in het begin van het Holoceen, een sterke zeespiegelstijging op. Als gevolg hiervan steeg ook de grondwaterspiegel in de lager gelegen dekzandgebieden. Onder dergelijke natte condities ontwikkelden zich op grote schaal veengebieden. Zo werd het gehele gebied tussen de zuidelijke oever van de Maas en de Loonse en Drunense Duinen, de zogenaamde Langstraat, bedekt door veen (De Bont, 1993). Daar het plangebied is gelegen onderaan de helling van de Drunense Duinen is het vooralsnog onbekend of ook hier veen gelegen heeft, al lijkt dit gezien de relatieve elevatie niet zeer aannemelijk. Het is niet precies bekend vanaf welke periode het veen is gevormd. Waarschijnlijk is de Langstraat vanaf het klimaatsoptimum gedurende het Atlanticum (vanaf circa 5000 jaar BP, zie Bijlage 1) met veen begroeid geraakt, maar mogelijk ook pas later. Volgens De Bont (1993) was de Langstraat in ieder geval in de vroege middeleeuwen nog grotendeels bedekt met een dik pakket veen. Veel van dit veen is later door ontginning verdwenen. De ontginning zorgde voor een zodanige verlaging van het maaiveld, dat veel gebieden gevoelig werden voor overstromingen. Zo overstroomden grote delen van noordwestelijk Brabant tijdens één van de grootste van dergelijke overstromingen, de St. Elizabethsvloed in 1421 (De Bont, 1993). Het plangebied en directe omgeving zijn echter gevrijwaard gebleven van overstromingen. Op de geomorfologische kaart (Stiboka, 1983) is het plangebied gekarteerd als lage landduinen met bijbehorende vlakten/laagten (3L8). Het plangebied ligt op de noordelijke grens van de Drunense Duinen. Dit is een uitgestrekt stuifzandgebied dat in de late middeleeuwen is ontstaan toen het ruige zandgebied hier dusdanig sterk verschraald was door begrazing, het afvoeren van vruchtbare grond voor bemesting van akkers, en kap van bomen dat de vegetatie verdween en de wind vrij spel kreeg op het dekzand in de ondergrond. Op het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN, 2009) zijn ten zuiden van het plangebied, in het gedeelte van de Drunense Duinen dat bekend staat als de Zwarte Berg, duidelijk de hoge landduinen te onderscheiden. Hier komen vrij veel fortduinen voor; dit zijn duinen die zich om één of enkele oude bomen 8
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
ontwikkeld hebben. Vaak steekt een (gedeelte) van de kruin nog boven het duinoppervlak uit. De hoge ruggen aan de rand van het stuifzandgebied zijn zogenaamde randwallen; dit zijn ondergestoven houtwallen die de boeren vroeger aan de rand van hun akkers oprichtten om zich te wapenen tegen het oprukkende zand.
Figuur 2.1. Hoogtekaart van plangebied en omgeving. Blauwe kleuren corresponderen met een maaiveldhoogte van circa 4 m +NAP, groene kleuren met circa 5 tot 6 m + NAP, gele kleuren met circa 7 m + NAP, oranje kleuren met circa 8 m + NAP, en rode kleuren met een hoogte groter dan 8 meter + NAP
Het plangebied zelf laat slechts nog een licht ondulerend reliëf zien, en ten noorden van het Afwateringskanaal 's-Hertogenbosch-Drongelen vinden we alleen nog de vlakte waar het oorspronkelijke dekzand door veen bedekt is geweest. De directe omgeving van het plangebied lijkt iets hoger gelegen te zijn dan oostelijker gelegen gronden die aan het stuifzandgebied grenzen. Dit subtiele hoogteverschil vindt zijn oorsprong in de aanwezigheid van opgehoogde akkergronden, en zal in de volgende paragraaf besproken worden.
9
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
2.2.2. Bodem Het plangebied ligt op oude akkergronden, hetgeen te zien is aan de hoge zwarte enkeerdgronden in leemarm en zwak lemig fijn zand (zEZ21) die hier op de bodemkaart (Stiboka, 1984) gekarteerd zijn. Dit akkercomplex wordt zuidelijk en zuidwestelijk begrensd door een randwal. De bruine en zwarte enkeerdgronden zijn zandgronden met een niet-vergraven, dikke humushoudende bovengrond (Aa-horizont van minimaal 50 cm dik). Deze dikke humushoudende bovengrond wordt ook wel een plaggendek of esdek genoemd, en is ontstaan door het eeuwenlang opbrengen van gemengde plaggen en potstalmest op de akkers. De plaggen werden gestoken op nabij liggende gras-, bos- of heidepercelen en in de potstal geworpen om de uitwerpselen van het vee op te vangen. Vaak werd ook het nederzettingsafval vermengd met de plaggen, waardoor in esdekken vaak ‘mestaardewerk’ voorkomt. De plaggen werden met de uitwerpselen en het nederzettingsafval vervolgens als mest op de akkers gebracht. Op een akkercomplex op arme zandgrond konden zo gedurende langere tijd gewassen verbouwd worden, zonder dat de bodemvruchtbaarheid daarbij uitgeput raakte. De oogsten konden daardoor op peil blijven. De zwarte enkeerdgronden (zEZ) hebben meestal een zandig tot zwak lemig esdek. Ze worden vooral aangetroffen als complexen van oude bouwlandgronden op de hoger gelegen dekzandruggen. De nabijheid van zwarte enkeerdgronden bij heideontginningen suggereert dat de zwarte kleur vooral het gevolg is van het gebruik van heideplaggen. Ter plaatse van de esdekken kan het originele maaiveld zijn opgehoogd met minimaal 0,5 m en lokaal zelfs meer dan 1 m grond, terwijl het maaiveld in de afgeplagde gebieden rondom het akkercomplex juist verlaagd is. Bij hele dikke plaggendekken (> 1m) is soms sprake van een bruin esdek in de ondergrond en een donkerbruin tot zwart esdek in de top van de bodem. Dit kan wijzen op een meerfasige opbouw van het esdek, waarbij verschillende brongebieden voor het strooisel zijn afgeplagd.
10
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Figuur 2.2. Bodemkaart van plangebied en directe omgeving
11
BAAC bv
2.3
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Bewoningsgeschiedenis 2.3.1 Inleiding De ruggen en plateaus van dekzand langs beken en vennen zijn sinds de prehistorie aantrekkelijke vestigingsplaatsen geweest. Hier zijn zowel woonplaatsen van jagers, vissers en verzamelaars alsmede nederzettingen, landbouwgronden en begravingen uit latere perioden aanwezig. De nederzettingen werden van tijd tot tijd verplaatst, waardoor ze als het ware door het landschap zwierven. De erbij behorende begraafplaatsen zoals urnenvelden en grafheuvels uit de bronstijd, ijzertijd en Romeinse tijd bleven wel langdurig in gebruik en vormden dan ook de centrale plaatsen in het nederzettingensysteem. Dit veranderde in de middeleeuwen toen het christendom geleidelijk vaste voet kreeg en de centrale rol van de oude begraafplaatsen werd overgenomen door de kerkgebouwen. In de late middeleeuwen en nieuwe tijd ontstonden de vruchtbare, door mest opgeworpen essen die zich tot op heden aftekenen als bolronde verhogingen. Door de toenemende invloed van de mens op het landschap ontstonden toen ook grootschalige zandverstuivingen en, mede door het kappen van bomen, uitgestrekte heidevelden. 2.3.2 Archeologie De onderverdeling van de indicatieve waarden zoals weergegeven op de Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden (IKAW, versie 3.0) is gebaseerd op de statistische relatie tussen het bodemtype en archeologische vindplaatsen. Het plangebied is op de IKAW gekarteerd als terrein met hoge archeologische trefkans. Deze hoge archeologische verwachting is hier gebaseerd op de aanwezigheid van hoge zwarte enkeerdgronden. Omdat de enkeerdgronden zijn gevormd onder hoge en droge omstandigheden en vaak gelegen zijn nabij oude nederzettingen of hoeven is de kans op het aantreffen van vindplaatsen over het algemeen zeer hoog Op de cultuurhistorische waardenkaart van de provincie Noord-Brabant (Provincie Noord-Brabant, 2006) is het plangebied gekarteerd als terrein met de hoogst gespecificeerde categorie, te weten “hoge of middelhoge indicatieve archeologische waarde”. Ook hier is deze verwachting gebaseerd op het voorkomen van hoge zwarte enkeerdgronden. Er bestaat geen gemeentelijke verwachtingskaart van de gemeente Heusden. Op de Archeologische Monumentenkaart staan terreinen vermeld die door de provincie en de RCE zijn geselecteerd vanwege hun archeologische waarde. Een aantal van deze terreinen heeft eveneens de status van beschermd archeologisch monument. In het plangebied of binnen een straal van 500 meter om het plangebied staan geen AMK-terreinen geregistreerd. Uit het Centraal Archeologisch Archief (CAA) blijkt dat er binnen het plangebied geen waarnemingen vermeld zijn. Op circa 580 meter ten zuidoosten van het plangebied is waarneming 34.766 geregistreerd. Deze locatie betreft zogenaamde administratieve coördinaten, hetgeen betekent dat de vermelding niet noodzakelijkerwijs betrekking heeft op de exact vermelde locatie, maar, in dit geval, in het centrum van een groep locatiegebonden waarnemingen is geplaatst. Deze waarneming heeft betrekking op een vermelding uit 1966 die handelt over een cluster vindplaatsen van paleolithisch, 12
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
mesolithisch en/of neolithisch materiaal in het gebied. De exacte locaties van deze oorspronkelijke registraties staan, getuige de bron op Archis, vermeldt op de BasisCAA-kaart, blad 44H. Er zijn binnen het plangebied of binnen een straal van 500 meter om het plangebied geen onderzoeken vermeld. Op circa 800 m ten noordwesten van het plangebied, ter hoogte van Duinweg 52, staat onderzoek 22.137 geregistreerd. Het betreft hier een onderzoek dat in 2007 door Bilan is uitgevoerd. Op basis van de onderzoeksresultaten werd een lage archeologische verwachting aan dit perceel toegekend, en kon het worden vrijgegeven voor de voorgenomen ontwikkeling.
2.3.3 Historie De kadastrale kaart (WatWasWaar, 2009) uit circa 1820 laat zien dat het plangebied de toenmalige percelen 491, 519 en 520 doorkruist, waarbij het grootste gedeelte van het plangebied op perceel 491 is gelegen. Dit perceel was destijds in gebruik door F. van Nicolaas uit Drunen als bouwland (landbouwgrond). Ook de percelen 519 en 520 waren als bouwland in gebruik, respectievelijk door Cornelia Reins uit Alphen (van wie vermeld is dat ze als koopvrouw werkzaam was), en door Cornelis Gubbels uit Drunen. De genoemde percelen bevonden zich destijds in de zuidoosthoek van een akkercomplex, waarvan Giersbergen de ontginningskern vormt. Het plangebied was over de gehele lengte onbebouwd, en kruist ter hoogte van de enige bocht in het huidige tracé van het grindpad een paadje dat destijds westelijk naar de bebouwing van Giersbergen liep. Ter hoogte van de huidige Margrietweg bevond zich destijds al een weg of pad, waarvan één der zuidgerichte zijwegen enkele meters ten oosten van het huidige plangebied liep. Ook de huidige Duinweg bestond destijds al.
Figuur 2.3. Uitsnede van de kadastrale minuutkaart Drunen, sectie D, blad 03 13
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Op de historische kaart uit circa 1840 (Caspers, 2005a) is het pad dat het plangebied kruist oostelijk doorgetrokken in de richting van Cromvoirt. Tegenwoordig staat deze weg bekend als Giersbergen en, oostelijker, de Giersbergsebaan. Het plangebied zelf is onbebouwd, en was vermoedelijk nog steeds in gebruik als landbouwgrond. De historische kaart uit circa 1900 (Caspers, 2005b) laat vrijwel hetzelfde beeld zien. Hoewel de bebouwing in Giersbergen nagenoeg onveranderd bleef groeide het Giersenbergse akkercomplex noordelijk, oostelijk en zuidelijk gegroeid als gevolg van de ontginning van voornamelijk heidegrond. Deze ontginning zet zich voort. Op de historische kaart uit circa 1942 (Pater et al., 2005) heeft het Giersbergse akkercomplex zich opnieuw sterk uitgebreid, met name in oostelijke richting. Het akkercomplex grenst nu noordelijk aan het Afwateringskanaal ’sHertogenbosch-Drongelen, dat tussen 1907 en 1911 gegraven is, en oostelijk loopt het door tot de Distelberg. Als de historisch topografische kaart uit 1953 beschouwd wordt (WatWasWaar, 2009b) kan geconcludeerd worden dat er ook de laatste 55 jaar slechts weinig veranderd is in Giersbergen. Ten noorden van de oude kern verrezen enkele grote boerenbedrijven, maar de kern zelf gaf al vrijwel hetzelfde aanzicht als vandaag de dag. Er bestaan geen aanwijzingen voor substantiële ontgrondingen in het plangebied. De aanleg van het grindpad dat hier gelegen is zou tot (oppervlakkige) bodemverstoring hebben kunnen leiden.
2.4
Archeologische verwachting Uit het bureauonderzoek is naar voren gekomen dat het plangebied geomorfologisch gezien is gelegen op een noordelijke uitloper van het stuifzandcomplex “de Drunense Duinen”. De Drunense Duinen zijn rijk aan archeologische waarden uit paleolithicum, mesolithicum en neolithicum. Dergelijke vondsten zijn geassocieerd met de oorspronkelijke dekzandafzettingen, en bevinden zich tegenwoordig veelal onder, en, als gevolg van postdepositionele processen, in een pakket stuifzand van variabele dikte. Daar de dikte van het eventueel in het plangebied aanwezige stuifzand vooralsnog onbekend is wordt een middelhoge tot hoge verwachting gegeven op archeologische resten uit de periode paleolithicum – neolithicum. Uit de periode paleolithicum – vroeg-neolithicum worden met name vondststrooïngen van vuurstenen artefacten, houtskoolpartikels of vondstconcentraties behorende tot tijdelijke kampementen van jagers en verzamelaars verwacht. In de loop van het neolithicum en in de daarop volgende periodes gingen de mensen sedentair leven en kunnen sporen van nederzettingsterreinen bestaande uit individuele huis- of boerderijplaatsen met erven, afvalkuilen, waterputten en aardewerkstrooïng worden verwacht. Bij nederzettingsterreinen worden soms ook grafvelden aangetroffen. Eventuele resten uit de periode paleolithicum – neolithicum kunnen bij onverstoorde dekzandafzettingen worden verwacht in de B-horizont of bovenin de C-horizont. Er zijn geen aanwijzingen gevonden die de aanwezigheid van archeologische waarden uit de periode bronstijd – vroege middeleeuwen doen vermoeden. Er wordt dan ook een lage archeologische trefkans op resten uit deze periode gegeven. Vanaf de volle middeleeuwen kwam plaggenbemesting in zwang. De hoge zwarte enkeerdgronden zoals die verwacht worden in het plangebied zijn ontstaan als gevolg van eeuwenlange plaggenbemesting. Zoals toegelicht hebben enkeerdgrondgronden 14
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
wegens hun voorkomen op archeologisch interessante terreinen en door de conserverende potentie van het esdek over het algemeen een hoge archeologische verwachting . Archeologische vondsten en bewoningssporen vanaf de volle middeleuwen kunnen bij een intact bodemprofiel worden verwacht aan de basis van het esdek en in de top (Ah-, E-, Bh- en Bs-horizonten) van een eventueel daar onder begraven bodemprofiel (meestal een humuspodzol). De plaggenbemesting kwam vanaf ongeveer de 11e eeuw in zwang, zodat zeker ook vindplaatsen van vóór de middeleeuwen nog intact en goed geconserveerd zullen zijn. Vanwege de dikte van het esdek zullen eventuele vindplaatsen veelal nog gaaf aanwezig zijn, omdat ze door de ophoging geleidelijk buiten het bereik van het eergetouw en de keerploeg (sinds de 15e-16e eeuw) zijn geraakt. De oudere grondbewerking (met eergetouw) zal hooguit de bovenste 15 cm van de oude bodem hebben geroerd en dus nauwelijks verstoringen van de originele bodem hebben veroorzaakt. Eventueel mestaardewerk uit de middeleeuwen en uit recentere periode is meestal van elders aangevoerd en duidt dan geen vindplaats ter plaatse aan. Pre-middeleeuws aardewerk dat zich in (de basis van) het esdek bevindt kan door biologische activiteit en regelmatig ploegen omhoog gewerkt zijn en daardoor weer wel een aanwijzing zijn voor een vindplaats in de begraven ondergrond onder het esdek. De grondwaterstand is meestal laag en het profiel is dus goed ontwaterd. Hierdoor zullen vooral organische resten en botmateriaal minder goed geconserveerd zijn. Op basis van de aanwezigheid van enkeerdgronden in het plangebied wordt een middelhoge verwachting op archeologische resten uit de volle en late middeleeuwen gegeven. Daar er geen indicaties bestaan voor bebouwing in het plangebied vanaf circa 1820 wordt een lage archeologische verwachting gegeven op resten uit de nieuwe tijd.
15
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
3
Inventariserend Veldonderzoek
3.1
Werkwijze Het inventariserend veldonderzoek is uitgevoerd op basis van de resultaten van het bureauonderzoek. Hierbij is de tijdens het bureauonderzoek opgestelde archeologische verwachting in het veld getoetst. Allereerst hebben waarnemingen in het plangebied plaatsgehad om de aanwezigheid van archeologische resten te kunnen beoordelen. Gezien het feit dat het plangebied is verhard met grind en puin, is de vondstzichtbaarheid ter plaatse zeer gering. Een oppervlaktekartering is derhalve niet uitgevoerd. Vanwege de hoge verwachting op het aantreffen van archeologische resten uit de steentijd is een karterend booronderzoek uitgevoerd volgens standaardmethode A1 (SIKB 2006b). Hierbij wordt er van uitgegaan dat eventuele archeologische vindplaatsen zich kenmerken door de strooiing van overwegend vuursteen. Met deze methode worden gemiddeld 20 boringen per hectare verricht met een edelmanboor met diameter van 15 cm. In het plangebied zijn zo 11 boringen geplaatst. De boringen zijn uitgevoerd minimaal 25 cm in de schone C-horizont, hetgeen bij de diepste boring neerkomt op 1,30 m -mv. De locaties van de boringen zijn ingemeten met GPS, waarbij de afwijking circa 2 meter bedraagt. De hoogteligging ten opzichte van NAP is uit het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN, 2009) gehaald. De bodemmonsters zijn in het veld gezeefd over een zeef met maaswijdte van 3 mm. Het zeefresidu is met het oog gecontroleerd op de aanwezigheid van archeologische indicatoren. Archeologische indicatoren kunnen aanwijzingen zijn voor de aanwezigheid van een archeologische vindplaats ter plaatse of in de nabijheid van de betreffende boring(en). Deze indicatoren bestaan bijvoorbeeld uit aardewerk, verbrande huttenleem, vuursteen, metaal, houtskool en al dan niet verbrand bot. Eventuele vondsten werden meegenomen, schoongemaakt en gedetermineerd. Om inzicht te krijgen in de bodemkundige en lithologische gesteldheid van de ondergrond, zijn de boringen lithologisch (volgens NEN 5104) en bodemkundig beschreven (volgens De Bakker & Schelling, 1989). Eveneens is gekeken naar de mate van intactheid van het bodemprofiel. Een nog intact bodemprofiel kan betekenen dat een eventueel aanwezige vindplaats nog gaaf en goed geconserveerd is. Het veldonderzoek heeft plaatsgevonden op 9 november 2009. In navolgende paragrafen worden de resultaten van het veldonderzoek beschreven. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een archeologische interpretatie. De locaties van de boringen staan weergegeven op de boorpuntenkaart (Bijlage 3). De boorbeschrijvingen bevinden zich in Bijlage 4.
3.2
Veldwaarnemingen Door de verharding van het pad met puin en grind, en de dichte begroeiing met onkruid in de berm, waren aan het maaiveld geen aanwijzingen zichtbaar die zouden kunnen duiden op de aanwezigheid van archeologische resten in de bodem. Uit het AHN blijkt dat het zuidelijk deel van het plangebied, in de richting van de Drunense stuifduinen, enkele decimeters hoger gelegen is dan het noordelijk deel.
16
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Figuur 3.1. Plangebied, foto genomen in zuidelijke richting
17
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
3.3 Karterend booronderzoek 3.3.1 Lithologie en bodemopbouw De bodemopbouw van het plangebied, zoals aangetroffen bij het karterende veldonderzoek, is die van een laarpodzol, waarbij de verploegde A-horizont de oorspronkelijke podzol tot in de B-horizont of BC-horizont aftopt. Op de bodemkaart was het plangebied gekarteerd als hoge zwarte enkeerdgrond, maar daar de dikte van het esdek gemiddeld minder dan 50 cm bedraagt moet dit worden bijgesteld naar een laarpodzol, waarvan het esdek typisch een dikte tussen 30 en 50 cm bereikt. De C-horizont bestaat in alle gevallen uit een homogeen pakket matig siltig, matig fijn, lichtgeel tot geelwit zand. De gele kleur en “wollige” textuur wijzen erop dat de C-horizont uit dekzand bestaat, daar stuifzand een meer grijzige kleur en scherpere textuur kent. Boven de schone C-horizont bevindt zich de B-horizont, die in het plangebied plaatselijk nog (gedeeltelijk) intact is. Tussen de B-horizont en de C-horizont is een geelgrijze, geleidelijke overgang van circa 20 cm dikte gelegen, die als BC-horizont geclassificeerd wordt. Het beschreven bodemprofiel heeft zich gevormd in de oorspronkelijke dekzandafzettingen. De oorspronkelijke Ahorizont is echter in het gehele plangebied opgenomen in een antropogeen dek. Dit antropogene dek bestaat uit een matig tot sterk doorploegd esdek, met op de top een circa 20 cm dikke verhardingslaag van puin en grind die het huidige oppervlak van het grindpad vormt. Het esdek kent ter hoogte van boring 5 en boring 9 aan de basis een circa 10 cm dik, opvallend grijs pakket. Het betreft hier vermoedelijk een oude akkerlaag, die bij latere ploegwerkzaamheden niet meer bereikt is. Het feit dat deze laag is gelegen op de BC-horizont van de dekzand-podzol suggereert dat de oorspronkelijke bodem hier in het verleden al is afgetopt. 3.3.2 Bodemverstoringen Ter hoogte van de boringen 1, 2, 3, en 7 bevat het contact tussen A- en B-horizont dusdanig scherp begrensde brokken van de A-horizont in de B-horizont dat geconcludeerd kan worden dat de bodem hier tot in de B-horizont is doorploegd (AB-horizont). Ter hoogte van de boringen 5, 6, 8, 9, 10 en 11 is een uitgesproken B-horizont afwezig, ten teken dat de bodemverstoring hier tot in de BC-horizont reikt. Boring 4 laat een bodemverstoring tot in de C-horizont zien; hier bevinden zich vlekken schoon dekzand aan de basis van de A-horizont. Figuur 3.2. Boring 2 met bodemhorizonten 18
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
3.3.3 Archeologische indicatoren Er zijn bij het karterende booronderzoek verscheidene archeologische indicatoren aangetroffen. In de verploegde A-horizont zijn enkele fragmenten leisteen, kalksteen en houtskool waargenomen. Daarnaast zijn in de verploegde A-horizont ook een ‘blokje’ witgrijze, bewerkte kwartsiet met de afmetingen 2x1,5x1,5 cm en enkele geglazuurde fragmenten mestaardewerk aangetroffen. In boring 2 werd op 65 cm –mv, aan de basis van een 5 cm dikke, vlekkerige ABhorizont, een fragmentje lydiet aangetroffen. Het betreft hier, getuige de slagbult en het slagvlakje, een afslag (zie afbeelding 3.3). Dergelijke afslagen komen vrij bij de verwerking van gesteentekernen tot artefacten, zoals bijvoorbeeld klingen en schrapers. Een nauwkeuriger datering dan steentijd (zie Bijlage 1) is op basis van een enkele afslag niet mogelijk.
Figuur 3.3 Lydiet afslag aangetroffen in boring 2. De pijl geeft slagvlak en slagbult aan. Schaalbalk is 1 cm in lengte.
3.4
Archeologische interpretatie Hoewel de in het esdek aangetroffen archeologische indicatoren, met uitzondering van het houtskool, door mensen moeten zijn aangevoerd (en verwerkt), wijzen ze als zodanig niet op de aanwezigheid van vindplaatsen binnen het plangebied. Het esdek is eeuwenlang opgehoogd met heideplaggen en potstalmest, en het is bekend dat met deze ophogingen ook veel huis- en bouwafval van elders op het land gebracht werd. Daarnaast is de kans klein dat eventueel aanwezige archeologische resten en sporen in het sterk doorploegde esdek intact bewaard zijn gebleven. De genoemde afslag is aangetroffen in een dunne menglaag van A- en B-horizont (ABhorizont). De A-horizont van het plangebied bestaat voornamelijk uit het esdek dat vanaf de volle middeleeuwen (zie Bijlage 1) is opgeworpen. Daar de wijze van steenbewerking waarbij afslagen vrijkomen niet in of na de middeleeuwen werd gehanteerd kan geconcludeerd worden dat het bewerkte lydietfragment zich voor de vermenging van A- en B-horizont in de oorspronkelijke B-horizont bevond. In de boringen 7 en 8 zijn onder het esdek, in de BC-horizont, enkele houtskoolspikkels waargenomen. Er kan niet uitgesloten worden dat deze indicatoren louter natuurlijk van aard zijn, of zich, gezien het verstoorde contact met de A-horizont, oorspronkelijk in het esdek bevonden. 19
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Bij het booronderzoek is vastgesteld dat de oorspronkelijke podzolbodem ter hoogte van de boringen 1, 2, 3 en 7 door het esdek tot in de B-horizont afgetopt wordt, waarbij, mede gezien het feit dat de menglaag in boring 2 vrij dun is, het niet uit te sluiten is dat het vondstniveau hier nog gedeeltelijk intact is. In de overige boringen wordt de oorspronkelijke dekzandbodem afgetopt in de BC- of C-horizont, waarbij de kans dat een eventueel vondstniveau nog aanwezig is klein geacht wordt. In het specifieke geval van vindplaatsen die gekenmerkt worden door een strooiing van overwegend lithische indicatoren kan op basis van vondsten nog steeds informatie als typologie, datering en vondst-assemblage afgeleid worden, ook als de originele bodem ter plekke (deels) is verstoord door, bijvoorbeeld, ploegwerkzaamheden.
20
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
4
Conclusie en aanbevelingen
4.1
Conclusie en beantwoording onderzoeksvragen De beantwoording van de onderzoeksvragen zoals gesteld in het Plan van Aanpak (Merlidis, 2009): Hoe is de bodemopbouw en is deze nog intact? In het plangebied heeft zich oorspronkelijk een podzol in dekzand ontwikkeld. Ten einde de grond beter geschikt te maken voor landbouw heeft men vanaf de middeleeuwen middels plaggenbemesting vruchtbare grond opgebracht. Zo is een laarpodzol ontstaan. De oorspronkelijke dekzandbodem wordt, afhankelijk van de locatie, door het (verploegde) esdek afgetopt tot in de B-, BC-, of C-horizont. Zijn in het gebied archeologische resten aanwezig? Naast de aanwezigheid van enkele archeologische indicatoren in het esdek, die als zodanig niet direct op de aanwezigheid van een vindplaats ter plaatse duiden, is ter hoogte van boring 2 een afslag van lydiet aangetroffen. In de boringen 7 en 8 zijn houtskoolspikkels waargenomen onder het esdek. Wat is de horizontale en verticale verspreiding van de archeologische resten? De gevonden afslag bevond zich in de AB-horizont, waarbij, gezien de aard van bewerking, geconcludeerd kan worden dat dit lydietfragment zich oorspronkelijk in de B-horizont bevond. Binnen het plangebied is de B-horizont ter hoogte van de boringen 1, 2, 3 en 7 nog gedeeltelijk aanwezig. Wat is de vermoedelijke aard en datering van de archeologische resten? Het lydietfragment is op basis van de aanwezige slagbult en slagvlak als afslag geïdentificeerd. Hoewel een precieze datering onmogelijk is, is het zeer aannemelijk dat deze afslag uit de steentijd stamt. In hoeverre worden de archeologische resten bedreigd door de voorgenomen ontwikkeling van het gebied? Afhankelijk van de uiteindelijke, werkelijke verstoringsdiepte, bestaat een gerede kans dat archeologische waarden bedreigd worden. Als de bewerkingsdiepte bij de voorgenomen ontwikkeling beperkt wordt tot 45 cm –mv zal slechts het esdek verstoord worden, waarbij de kans dat archeologische waarden aangetast worden klein is. Indien de bewerkingsdiepte meer dan 45 cm bedraagt, bestaat een reële kans dat het archeologisch interessante niveau direct onder het esdek verstoord wordt.
21
BAAC bv
4.2
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Aanbevelingen Uit dit onderzoek blijkt dat de kans op verstoring van archeologische waarden sterk afhankelijk is van de met voorgenomen ontwikkeling gepaard gaande, werkelijke verstoringsdiepte. Indien deze beperkt blijft tot 45 cm –mv is de kans op verstoring van archeologische waarden laag, daar in dit geval de verstoring uitsluitend het verploegde esdek ontsluit. Als voor deze mogelijkheid gekozen wordt, kan het plangebied vrij gegeven worden voor de realisatie van de geplande ontwikkeling. Indien de met de voorgenomen ontwikkeling gepaard gaande verstoring tot de Bhorizont of dieper reikt, bestaat een grote kans dat archeologische waarden verstoord worden, daar er aanwijzingen zijn dat de plaatselijk direct onder de A-horizont gelegen, oorspronkelijke B-horizont een vondstlaag bevat. Als dit niveau niet ontzien kan worden, hetgeen in de praktijk het geval is bij grondwerkzaamheden dieper dan 45 cm –mv, wordt een waarderend booronderzoek ter hoogte van de boringen 1, 2, en 3 aanbevolen. Geadviseerd wordt om, gezien het feit dat het plangebied lineair is, ter hoogte van de boringen 1, 2, en 3 elke 5 meter megaboringen te zetten, met een graduele verdichting naar twee boringen op 1 meter ten noorden en zuiden van boring 2. Daarbij dienen de bodemmonsters gezeefd te worden over een zeef met een maaswijdte van 3 mm. Het waarderend onderzoek zal er in deze op gericht zijn vast te stellen in hoeverre de bij het inventariserend veldonderzoek in het dekzand aangetroffen indicatoren een archeologisch relevante vindplaats vertegenwoordigen, en wat de mate van intactheid van deze vindplaats bedraagt. Bovenstaand advies vormt een zogenaamd selectieadvies. Dit betekent niet dat reeds gestart kan worden met bodemverstorende activiteiten of de daarop voorbereidende activiteiten. Het selectieadvies dient namelijk eerst beoordeeld te worden door de bevoegde overheid en leidt tot een selectiebesluit. Hoewel getracht is een zo gefundeerd mogelijk advies te geven op grond van de gebruikte onderzoeksmethoden, kan de aanwezigheid van archeologische sporen of resten nooit volledig worden uitgesloten in de gebieden waarvoor geen vervolgonderzoek wordt aanbevolen. BAAC bv wil er daarom op wijzen dat men bij bodemverstorende activiteiten alert dient te zijn op de aanwezigheid van archeologische waarden (zoals vondstmateriaal en grondsporen). Bij het aantreffen van deze waarden dient men hiervan melding te maken bij de Minister (in de praktijk de RCE) conform artikel 53 van de Monumentenwet 1988.
22
BAAC bv
BO en IVO (kf) Plangebied Giersbergen, gemeente Heusden
Geraadpleegde bronnen Literatuur Bakker, H. de & J. Schelling, 1989. Systeem van bodemclassificatie voor Nederland. Staring Centrum, Wageningen Berendsen, H.J.A., 1998. De vorming van het land. Van Gorcum Assen Berendsen, H.J.A., 2000. Landschappelijk Nederland. Van Gorcum, Assen Bont, Ch. de, 1993. ‘Al het merkwaardige in bonte afwisseling’ Een historische geografie van Midden- en Oost-Brabant. Stichting Brabants Heem, Waalre Merlidis, T., 2009. Onderzoeksvoorstel –Plan van Aanpak, Plangebied Giersbergen. BAAC bv, ‘s-Hertogenbosch Mulder, E.F.J. de, M.C. Geluk, I.L. Ritsema, W.E. Westerhof, T.E. Wong, 2003. De ondergrond van Nederland. Wolters-Noordhoff, Groningen SIKB, 2006a. Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, versie 3.1. SIKB, Gouda SIKB, 2006b. Leidraad inventariserend veldonderzoek. Deel karterend booronderzoek. SIKB, Gouda Kaarten ANWB, 2004. Topografische atlas Noord-Brabant (1:25.000), ANWB, Den Haag Caspers, 2005a. Historische topografische atlas/Noord-Brabant 1836-1843, schaal 1:25.000. Uitgeverij Nieuwland, Utrecht Caspers, 2005b. Grote historische topografische atlas/Noord-Brabant 1894-1914, schaal 1:25.000. Uitgeverij Nieuwland, Utrecht Pater, B.C. de, en B. Schoenmaker, 2005. Grote Atlas van Nederland 1930-1950. Asia Maior en Atlas Maior, Zierikzee, 584 p RACM, 2008. Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden (IKAW). Versie 3.0 RACM / Provincie Noord-Brabant 2009. Archeologische Monumentenkaart. Stiboka, 1983. Geomorfologische kaart van Nederland, schaal 1:50.000, Stiboka, Wageningen Stiboka, 1984. Bodemkaart van Nederland, schaal 1:50.000, Stiboka, Wageningen Websites AHN, 2009. Actueel Hoogtebestand Nederland. Verkregen via www.ahn.nl Provincie Noord-Brabant, 2006. Provinciale Cultuurhistorische Waardenkaart NoordBrabant. Verkregen via http://brabant.esrinl.com/chw WatWasWaar, 2009. Kadastrale minuutplan 1817-1832, Drunen, Noord-Brabant, sectie D, blad 03, met Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel. Verkregen via www.watwaswaar.nl WatWasWaar, 2009. Topografische kaart 1953, kaartblad 44H, Drunen/Kaatsheuvel/Tilburg/Waalwijk, schaal 1:25.000. Verkregen via www.watwaswaar.nl
23
Bijlage 1 Overzicht van geologische en archeologische tijdvakken
Overzicht geologische en archeologische tijdvakken
Ouderdom in jaren
Chronostratigrafie
MIS
Holoceen 11.755 12.745 13.675 14.025
LaatWeichselien (LaatGlaciaal)
15.700
1 Late Dryas (koud) Allerød (warm) Vroege Dryas (koud) Bølling (warm)
Lithostratigrafie Formaties: Naaldwijk (marien), Nieuwkoop (veen), Echteld (fluviatiel)
2
LaatPleniglaciaal 29.000
50.000
MiddenWeichselien (Pleniglaciaal)
MiddenPleniglaciaal VroegPleniglaciaal
3
Formatie van Kreftenheye
Formatie van Boxtel
4
75.000
VroegWeichselien (VroegGlaciaal) 115.000 130.000
370.000 410.000
5a 5c 5d
Eemien (warme periode)
5e
Saalien (ijstijd)
6
Holsteinien (warme periode)
Formatie van Beegden
5b
Eem Formatie Formatie van Drente Formatie van Urk
Elsterien (ijstijd) 475.000
Cromerien (warme periode) 850.000
Pre-Cromerien 2.600.000
Formatie van Sterksel
Formatie van Peelo
Cal. jaren v/n Chr. 1950
14
C jaren
Chronostratigrafie
Pollen zones
0
Vb2
1500
Subatlanticum koeler vochtiger
450 0 12
Vb1 Va
Vegetatie Loofbos eik en hazelaar overheersen haagbeuk veel cultuurplanten rogge, boekweit, korenbloem
Archeologische perioden Nieuwe tijd Middeleeuwen Romeinse tijd IJzertijd
800 815
2650
IVb Subboreaal koeler droger
2000
3755
IVa
5000
4900
5300
7020
8240
III
Boreaal warmer
II
Preboreaal warmer
I
8000
9000
8800 11.755
Atlanticum warm vochtig
10.150
12.745
10.800
13.675
11.800
14.025
12.000
15.700
13.000
LaatWeichselien (LaatGlaciaal)
Late Dryas
LW III
Allerød
LW II
Vroege Dryas LW I Bølling
35.000
Loofbos eik en hazelaar overheersen beuk>1% invloed landbouw (granen)
Bronstijd
Neolithicum
Loofbos eik, els en hazelaar overheersen in zuiden speelt linde een grote rol den overheerst hazelaar, eik, iep, linde, es eerst berk en later den overheersend
Mesolithicum
parklandschap dennen- en berkenbossen open parklandschap open vegetatie met kruiden en berkenbomen
MiddenWeichselien (Pleniglaciaal)
perioden met een poolwoestijn en perioden met een toendra
VroegWeichselien (VroegGlaciaal)
perioden met bos en perioden met een subarctisch open landschap
Laat-Paleolithicum
75.000
115.000 130.000
Eemien (warme periode)
Midden-Paleolithicum loofbos
Saalien (ijstijd) 300.000
Vroeg-Paleolithicum Chronostratigrafie voor Noordwest-Europa volgens Zagwijn (1974), Vandenberghe (1985) en De Mulder et al. (2003). Lithostratigrafie volgens De Mulder et al. (2003). Mariene isotoop stadium (MIS) volgens Bassinot et al. (1994). Atmosferische data volgens Stuiver et al. (1998). Zuurstofisotoop calibratie (OxCal) versie 3.9 Bronk Ramsey (2003), toegepast op het Laat-Weichselien en het Holoceen. Archeologische periode-indeling en ouderdom volgens de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB). Vegetatie bewerkt volgens Berendsen (2000). Pollenzones volgens P. Vos & P. Kiden (2005).
Bijlage 2 Indicatieve waarden met AMK-terreinen, waarnemingen en onderzoeken
137000
138000
139000
140000
IKAW, AMK-terreinen en Archis waarnemingen 409000
409000
14746
Heusden, Giersbergen LEGENDA plangebied
24743
408000
408000
onderzoeksmeldingen
waarnemingen
AMK-terreinen beschermd monument zeer hoge archeologische waarde 34713
34766 407000
407000
hoge archeologische waarde archeologische waarde archeologische betekenis
indicatieve waarden (IKAW) hoge indicatieve waarde middelhoge indicatieve waarde lage indicatieve waarde
404020 137000
0
250
500
water 750
138000
1.000 m
139000
140000
406000
406000
bebouwing
Bijlage 3 Boorpuntenkaart
138700
138800
1
407800
.
2
.
407800
.
3
.
4
5
.
.
6
7
.
.
.
407600
.
138700
Heusden, Giersbergen boorpuntenkaart .
boorpunten plangebied
topografische ondergrond
407700
8
11
9
10
138800
0
10
20
30
40
50 m
407600
407700
.
Bijlage 4 Boorbeschrijvingen
BAAC V-09.0349 Plangebied Giersbergen
boring: 09349-1 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,11, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,11 m +NAP Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig grof, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald)
20 cm -Mv / 5,91 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, zwartbruin, matig fijn, kalkloos Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald) Opmerking: blauw en wit glazuur AAN BASIS/bko is baksteen,grind,ietsje leisteen, naar onder toe minder puin
65 cm -Mv / 5,46 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtbruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: AB-horizont, interpretatie: verstoord Opmerking: scherp begrensde vlekken A-horizont/vml A/B
75 cm -Mv / 5,36 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtbruingeel, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont Opmerking: voelt wollig
95 cm -Mv / 5,16 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtgrijswit, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont Opmerking: voelt wollig
Einde boring op 120 cm -Mv / 4,91 m +NAP
boring: 09349-2 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,12, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,12 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig grof, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald)
15 cm -Mv / 5,97 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, kalkloos Archeologie: enkele spikkel houtskool, enkel fragment vuursteen, enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: geglazuurd mestaardewerk/baksteen
60 cm -Mv / 5,52 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, bruingrijs, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: AB-horizont Archeologie: enkele spikkel houtskool Opmerking: vlekkerig
65 cm -Mv / 5,47 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken
80 cm -Mv / 5,32 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 110 cm -Mv / 5,02 m +NAP
1
BAAC V-09.0349 Plangebied Giersbergen
boring: 09349-3 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,06, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,06 m +NAP Algemeen: aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig grof, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald)
20 cm -Mv / 5,86 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, kalkloos Archeologie: enkele spikkel houtskool, enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: recent glas tot onderin
60 cm -Mv / 5,46 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, bruingrijs, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: B-horizont, enkele Fe-vlekken Opmerking: scherp begrensde A-vlekken in top
70 cm -Mv / 5,36 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm), aard ondergrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont
85 cm -Mv / 5,21 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, lichtgeelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 110 cm -Mv / 4,96 m +NAP
boring: 09349-4 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,08, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,08 m +NAP Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig grof, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald)
20 cm -Mv / 5,88 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald) Opmerking: glazuur,baksteen,recent glas
55 cm -Mv / 5,53 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, geelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Opmerking: vlekkerige menglaag van Apb en C
75 cm -Mv / 5,33 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, kalkloos Archeologie: enkele spikkel houtskool, enkel fragment bouwpuin (onbepaald)
95 cm -Mv / 5,13 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 125 cm -Mv / 4,83 m +NAP
2
BAAC V-09.0349 Plangebied Giersbergen
boring: 09349-5 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,14, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,14 m +NAP Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, donkerbruingrijs, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald)
15 cm -Mv / 5,99 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, kalkloos Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald) Opmerking: ook recent plastic
60 cm -Mv / 5,54 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartgrijs, matig fijn, kalkloos Opmerking: opvallend grijs (intacte oude akkerlaag)
70 cm -Mv / 5,44 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken
95 cm -Mv / 5,19 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelwit, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 120 cm -Mv / 4,94 m +NAP
boring: 09349-6 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,27, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,27 m +NAP Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald)
15 cm -Mv / 6,12 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Archeologie: enkele spikkel houtskool, enkel fragment bouwpuin (onbepaald)
60 cm -Mv / 5,67 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: scherp begrensde vlekken A in top/recent glas!
75 cm -Mv / 5,52 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, witgeel, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 100 cm -Mv / 5,27 m +NAP
3
BAAC V-09.0349 Plangebied Giersbergen
boring: 09349-7 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,21, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,21 m +NAP Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, bruingrijs, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: fragmenten bouwpuin (onbepaald)
10 cm -Mv / 6,11 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: ook recent plastic
55 cm -Mv / 5,66 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, bruingrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: B-horizont Archeologie: enkele spikkel houtskool Opmerking: vlekkerig contact met A
60 cm -Mv / 5,61 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken
75 cm -Mv / 5,46 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, witgeel, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 105 cm -Mv / 5,16 m +NAP
boring: 09349-8 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,19, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,19 m +NAP Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, bruingrijs, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald)
10 cm -Mv / 6,09 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Archeologie: enkele spikkel houtskool, enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: baksteen
50 cm -Mv / 5,69 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken Archeologie: enkele spikkel houtskool Opmerking: vlekkerig contact met A/enkel fragment steengoed
70 cm -Mv / 5,49 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, witgeel, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 100 cm -Mv / 5,19 m +NAP
4
BAAC V-09.0349 Plangebied Giersbergen
boring: 09349-9 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,23, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,23 m +NAP Lithologie: zand, sterk siltig, zwak humeus, bruingrijs, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Bodemkundig: interpretatie: verstoord Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: recent plastic
35 cm -Mv / 5,88 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, donkerzwartbruin, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: grijzig aan basis
80 cm -Mv / 5,43 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald) Opmerking: bko rood baksteen
100 cm -Mv / 5,23 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 130 cm -Mv / 4,93 m +NAP
boring: 09349-10 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,34, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,34 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Archeologie: enkel fragment bouwpuin (onbepaald)
50 cm -Mv / 5,84 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken
65 cm -Mv / 5,69 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 90 cm -Mv / 5,44 m +NAP
5
BAAC V-09.0349 Plangebied Giersbergen
boring: 09349-11 beschrijver: DV, datum: 11-9-2009, precisie locatie: 1 m, coördinaatsysteem: Rijksdriehoeksmeting, kaartblad: 44H, hoogte: 6,53, precisie hoogte: 1 dm, referentievlak: Normaal Amsterdams Peil, methode hoogtebepaling: AHN bestand, boortype: Edelman-15 cm, doel boring: archeologie - kartering, landgebruik: overige (cultuur), vondstzichtbaarheid: geen, provincie: Noord-Brabant, gemeente: Heusden, plaatsnaam: Giersbergen, opdrachtgever: Gemeente Heusden, uitvoerder: BAAC bv
0 cm -Mv / 6,53 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, sterk siltig, matig humeus, zwartbruin, matig fijn, spoor wortelresten, kalkloos Archeologie: enkele spikkel houtskool
45 cm -Mv / 6,08 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: abrupt (<0,3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelbruin, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: BC-horizont, enkele Fe-vlekken
60 cm -Mv / 5,93 m +NAP Algemeen: aard bovengrens: geleidelijk (0,3-3 cm) Lithologie: zand, matig siltig, geelgrijs, matig fijn, kalkloos Bodemkundig: C-horizont
Einde boring op 85 cm -Mv / 5,68 m +NAP
6
BTL
Advies
Gemeente Heusden T.a.v. Dhr. M. Molijn Postbus 41 5250 AA VHj men
BTL Advies B.V. Parklaan 1 5061 JV Oisterwijk Postbus 385 5060 AJ Oisterwijk
Uw kenmerk
B200909521
Ons kenmerk
09.1607ISdKI229322
Datum Betreft
T F E I
24 september 2009 : flora en faunaonderzoek te Gersbergen
013 5299555 013 5299 550
[email protected] www.btladvies.nl
Fortis Bank 24.47.40.321 IBAN NL3O ?FSB 0244 7403 21 BIC FTSBNL2R KvK 16057550
Geachte heer Molijn,
BTW
NL0078.49.175.B.01
Hierbij ontvangt u de briefrapportage met de bevindingen van het uitgevoerde floraen faunaonderzoek te Giersbergen. Tijdens het bezoek aan het plangebied op woensdag 16 septemberj.I. is de aanwezigheid van beschermde soorten in het kader van de Flora- en faunawet onderzocht. In deze briefrapportage wordt een beknopte gebiedsbeschrijving gegeven met de huiclige situatie en toekomstige ontwikkelingen. Dan volgt een beschrijving van de flora- en faunawetgeving. Vervolgens wordt de relatie van het plangebied met de omgeving beschreven waarna de uitkomsten van de biotooptoets worcien behandeld. Afsluitend wordt ngegaan op het effect van de voorgenomen maatregelen en wordt geconcludeerd op welke manier omgegaan moet worden met de mogelijk aanwezige beschermde soorten en natuurwaarden. Huidige situatie plangebied en toekomstige ontwikkelingen Het plangebied omvat een gedeelte van het buitengebied van de gemeente Heusden, net buiten het gehucht Giersbergen. Het is circa 2000 m 2 groot en bestaat momenteel uit een onverharde toegangsweg tot het zuidelijker gelegen parkeerterrein. In de toekomst zal het plangebied ontwikkeld worden tot een verharde, bredere toegangsweg tot het betreffende parkeerterrein. De verbreding zal aan de westkant plaatsvinden, waarvoor de huidige aanwezige beplanting plaats zal maken. Het gaat daarbij om een strook berm bestaande uit grassen en kruiden, een deel van een kerstbomen kweekveld inclusief beukhaag en een aantal bomen en struiken (waaronder berk en zomereik). Flora- en faunawet
De bescherming van soorten en hun leefgebieden is geregeld in de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn en op nationaal niveau verankerd in de Flora- en faunawet en de vernieuwde Natuurbeschermingswet van 1998. De soortenbeschermingsaspecten uit de Habitat- en Vogelrichtlijn zijn geTmplementeerd in de Flora- en faunawet. De Flora- en faunawet (Stb. 1998,402) richt zich op de bescherming van planten- en diersoorten binnen en buiten de beschermde natuurgebieden. Uitgangspunt is het nee, tenzij beginsel. Alle inheemse zoogdieren (uitgezonderd bruine rat, zwarte rat en huismuis), alle inheemse vogelsoorten, alle amfibieen en reptielen, een aantal vissen, een aantal O al nz: offertes on overeenkomsien tr hv Wcererr van workzaanhedorr an door von kechtrverhoudina Oodrachtoever. archIent 000rverr en ad,vseiir tDNR2(05:
cannes s von tcr’prsicr DC Nvvsr
oqetirci
Iso 9001:2000
NVTL
BTL
Advies plantensoorten en andere diersoorten zijn bij Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) (Stb. 2000,523) beschermd. In februari 2005 is de nieuwe AMvB in het Staatsblad gepubliceerd en daarmee in werking getreden. Hierin zijn onder andere een aantal algemene soorten opgenomen, die onder bepaalde voorwaarden, een vrijstelling hebben gekregen voor artikelen 8 tot en met 12. Vanaf dat moment wordt gewerkt met drie beschermingscategorieen: • algemene beschermde soorten: voor de meeste activiteiten (bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen) zijn deze vrijgesteld van een ontheffingsaanvraag. Voor andere activiteiten is wel een ontheffing nodig; deze wordt getoetst aan het criterium ‘doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort’ (zg. lichte toets). • overige beschermde soorten: Voor de meeste activiteiten (bestendig beheer en onderhoud of bestendig gebruik of ruimtelijke ontwikkelingen) zijn deze soorten vrijgesteld voor een ontheffingsaanvraag, mits activiteiten worden uitgevoerd op basis van een goedgekeurde gedragscode. Voor andere activiteiten is wel een ontheffing nodig; deze wordt getoetst aan het criterium ‘doet geen afbreuk aan gunstige staat van instandhouding van de soort’ (zg. lichte toets). Geen gedragscode betekent geen vrijstelling voor deze categorie. • streng beschermde soorten: Dit zijn afle soorten van de Europese Habitatrichtlijn (bijlage IV) van de Europese Vogelrichtlijn (bijlage 1) en de bij algemene maatregel van bestuur aangewezen inheemse dier- en plantsoorten. Negatieve effecten op streng beschermde soorten moeten door middel van compensatie teniet worden gedaan. Voor uitvoering van werkzaamheden die strijdig zijn met de Flora- en faunawet kan ontheffing worden aangevraagd (artikel 75, lid 5 & lid 6, sub C en artikel 2, derde lid van het Besluit vrijstelling beschermde plant- en diersoorten). Vogelsoorten zijn niet in de tabellen opgenomen. Alle inheemse broedvogels zijn in Nederland beschermd. Voor het verstoren van broedende vogels kan geen ontheffing worden verkregen. Werkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd, wanneer geen in gebruik zijnde nesten aanwezig zijn. Rond in gebruik zijnde nesten geldt een rustzone waarbinnen geen werkzaamheden mogen worden uitgevoerd totdat de vogels hun nest vanzelf weer hebben verlaten, dat wil zeggen nadat het broedsel is afgerond of de jongen zijn groot gebracht. Voor het verwijderen van vaste verblijfplaatsen, zoals kolonies of bomen met regulier in gebruik zijnde holten (spechten en uilen) is een ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet nodig. Relatie plangebied met omgeving Het plangebied grenst aan het nationaal park Loonse en Drunense duinen dat is aangewezen als Habitatrichtlijngebied. Het is ruim 3.500 hectare groot en bestaat onder andere uit de landschapstypen bos, water en stuifzand. Het evende stuifzandencomplex in het centrale gedeelte van het gebied behoort tot de meest uitgestrekte van Europa. Door de grote variatie aan biotopen kent het gebied een hoge diversiteit aan dieren en planten. Zo komen er beschermde zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieen voor.
BTL
Advies Resultaten biotooptoets
De bevindingen van de biotooptoets uitgevoerd op 16 september 2009 worden onderstaand per soortgroep toegelicht. Broedvogels n het plangebied zijn geen vogelnesten aangetroffen in de aanwezige beplantingen. n de bomen (onder andere berk en zomereik) aan de zuidwestkant van het plangebied bevinden zich geen holten die geschikt zijn voor holbewonende vogelsoorten als spechten en uilen. Wel is tijdens de biotooptoets in de omgeving een groene specht gehoord. Het gedeelte van het kerstbomen kweekveld dat verwijderd moet worden bevat voornamelijk jonge bomen waarin geen nesten zijn aangetroffen. De beukhaag die de afscheiding vormt tussen het kweekveld en de huidige onverharde weg biedt in het broedseizoen (ongeveer 15 maart tot 15 juli) mogelijk plaats aan algemeen voorkomende nestelende broedvogels. Zoogdieren Er zijn tijdens de biotooptoets geen zoogdieren waargenomen. Het is aannemelijk dat er algemeen voorkomende zoogdieren, zoals muizen, binnen het plangebied voorkomen. In het aangrenzende nationaal park komt de overig beschermde eekhoorn voor. Het kerstbomen kweekveld is relatiefjong en monotoon en biedt daardoor geen geschikt habitat voor de eekhoorn. Deze is dan ook niet waargenomen/te verwachten in het plangebied. VIe ermuizen In het plangebied komen geen vaste rust- en verblijfplaatsen van vleermuizen voor. De aanwezige bomen bevatten geen holten die mogelijk geschikt zijn voor boombewonende vleermuizen als de rosse vleermuis en ruige dwergvleermuis. Mocht de beplanting onderdeel uitmaken van een vaste migratieroute, dan zal deze na de werkzaamheden blijven bestaan omdat er stechts een strook van de beplanting wordt verwijderd. Wel is het mogelijk dat vleermuizen foerageren boven het plangebied. Aangezien er slechts een klein deel van de aanwezige beplanting/bomen wordt verwijderd blijft dit foerageergebied na uitvoering van de werkzaamheden aanwezig. Reptielen en amfibieen Binnen het aangrenzende nationaal park komen verschillende reptielen en amfibieën voor. Vanwege het ontbreken van geschikt voortplantingswater en Iandhabitat komen binnen het plangebied geen amfibieen voor. Ook biedt het plangebied geen geschikt leefgebied voor reptielen. Andere beschermde dier- en plantensoorten zijn in het plangebied niet aangetroffen of te verwachten. Conclusie en aanbevelingen
In het plangebied zijn geen soorten aanwezig of te verwachten, die in de Flora- en faunawet zijn aangemerkt als overige en streng beschermde inheemse soort en door de ingreep mogelijk schade ondervinden. Aanvullend onderzoek en eventueel een ontheffingsaanvraag in het kader van de Flora- en faunawet is dan 00k niet nod ig. In de aanwezige beplantingen in het plangebied zijn geen vogelnesten aangetroffen. De beukhaag die de afscheiding vormt tussen het kweekveld en de huidige onverharde weg biedt in het broedseizoen (ongeveer 15 maart tot 15 juli) mogelijk plaats aan algemeen voorkomende nestelende broedvogels.
BTL
Advies Voor de vogels geldt dat wanneer in gebruik zijnde nesten warden aangetraffen, rand deze nesten een rustzane maet warden aangehouden, waarbinnen geen werkzaamheden mogen warden uitgevoerd. Mocht tijdens de uitvoering van de werkzaamheden een broedende vogel warden aangetroffen, dan magen deze pas warden uitgevaerd wanneer de vagels het braedsel hebben afgerand en de jangen zijn graatgebracht. Tijdens de biatoaptoets zijn geen waarnemingen van zaagdieren gedaan. Mogelijk bevinden zich enkele algemeen voorkomende zoogdieren, zoals muizen, binnen het plangebied. Vaar deze dieren geldt dat het algemeen beschermde soorten betreft, waarvaar in het kader van de Flara- en faunawet geen antheffing hoeft te warden aangevraagd. In het plangebied komen geen vaste rust- en verblijfplaatsen van vleermuizen voor. Wel is het magelijk dat vleermuizen foerageren en/of migreren boven het plangebied. Door de werkzaamheden overdag uit te voeren warden de mogelijk foeragerende/migrerende vleermuizen niet verstoord.
Mocht u nag vragen of opmerkingen hebben naar aanleiding van het bavenstaande dan kunt u contact opnemen met ondergetekende. Met vriendelijke graeten, BTL Advies B.V.
ir. Stefan de Klepper Landschapsecolaog
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen projectnr. 202227 revisie 00 21 december 2009
Auteur drs. C.J.S. Welling
Opdrachtgever Gemeente Heusden Postbus 41 5250 AA VLIJMEN
datum vrijgave 22-12-2009
beschrijving revisie 00
goedkeuring K. Mensinga
vrijgave H.W.J. Hemmen
© Ingenieursbureau Oranjewoud B.V.. Alle rechten voorbehouden. Behoudens uitzonderingen door de wet gesteld, mag zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbenden niets uit dit document worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, digitale reproductie of anderszins of worden toegepast op situaties waarvoor dit rapport oorspronkelijk niet bedoeld was. ©Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele
schade voorvloeiend uit onderzoek waarbij gebruik is gemaakt van rekenprogramma's waarvan het gebruik van overheidswege verplicht is gesteld. Ook voor verschillen in uitkomsten met eerdere en/of toekomstige versies van deze rekenprogramma's kan ©Ingenieursbureau Oranjewoud B.V. niet verantwoordelijk worden gehouden.
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Inhoud
Blz.
1 1.1 1.2
Inleiding Aanleiding Leeswijzer
2 2 3
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Wettelijk kader Wet luchtkwaliteit Grenswaarden Besluit niet in betekenende mate bijdragen Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 Onderzochte stoffen
4 4 4 5 5 7
3 3.1 3.2 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.4
Uitgangspunten voor de berekening Opzet Rekenmodel Invoergegevens Beschouwd wegvak en rekenpunten Algemene parameters Verkeersgegevens Overige invoergegevens
8 8 8 9 9 9 10 11
4
Resultaten
13
5
Conclusies
14
Referenties
15
blad 1 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
1
Inleiding
1.1
Aanleiding In opdracht van de gemeente Heusden is een luchtkwaliteitonderzoek uitgevoerd ten behoeve van het vaststellen van het projectbesluit naar aanleiding van wijzigingen van de verbindingsweg tussen de parkeerplaats in Giersbergen en de Margrietweg. De gewijzigde verbindingsweg zal de ontsluiting vormen van de parkeerplaats De gemeente Heusden is voornemens om de ontsluiting van Giersbergen te verbeteren door het realiseren van een verbindingsweg in twee rijrichtingen tussen de bestaande parkeerplaats en de Margrietweg. De huidige onverharde éénrichtingsweg zal worden voorzien van verharding met betonstraatstenen en worden verbreed tot een tweerichtingsweg. Hiervoor dient een projectbesluit doorlopen te worden, dient in beeld te worden gebracht of de reconstructie mogelijk is volgens de normen die zijn vastgesteld in titel 5.2 Luchtkwaliteitseisen van de Wet milieubeheer. In figuur 1.1 is de locatie van de nieuw aan te leggen verbindingsweg weergegeven.
Figuur 1.1: Planlocatie en omgeving
blad 2 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
1.2
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Leeswijzer In hoofdstuk twee wordt het juridisch kader met betrekking tot luchtkwaliteit geschetst. Hierna wordt in hoofdstuk drie de gehanteerde werkwijze toegelicht. In hoofdstuk vier worden de resultaten van de uitgevoerde berekeningen gepresenteerd. Tenslotte worden in hoofdstuk vijf kort de conclusies van het onderzoek uiteengezet.
blad 3 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
2 2.1
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Wettelijk kader Wet luchtkwaliteit De belangrijkste wet- en regelgeving voor luchtkwaliteit is vastgelegd in titel 5.2 Luchtkwaliteitseisen van de Wet milieubeheer (Wm), ook wel de Wet luchtkwaliteit genoemd. In samenhang met titel 5.2 zijn de grenswaarden voor luchtkwaliteit in bijlage 2 van de Wm opgenomen. In titel 5.2 Wm is bepaald dat bestuursorganen een besluit, dat gevolgen kan hebben voor de luchtkwaliteit, kunnen nemen wanneer: • wordt voldaan aan de in bijlage 2 Wm opgenomen grenswaarden; • een besluit (per saldo) niet leidt tot een verslechtering van de luchtkwaliteit; • aannemelijk is gemaakt dat een besluit 'niet in betekenende mate' bijdraagt aan de concentratie van een stof; • het project is opgenomen in het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Bij titel 5.2 Wm horen uitvoeringsregels die zijn vastgelegd in Algemene Maatregelen van Bestuur (AMvB) en ministeriële regelingen. De volgende AMvB's en regelingen zijn of kunnen relevant zijn bij luchtkwaliteitonderzoeken: • AMvB en Regeling niet in betekenende mate bijdragen; • Regeling projectsaldering 2007; • Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007; • Besluit Gevoelige bestemmingen.
2.2
Grenswaarden De (Europese) grenswaarden voor de concentraties van luchtverontreinigende stoffen in de buitenlucht zijn vastgelegd in bijlage 2 van de Wet milieubeheer. Deze grenswaarden zijn gericht op de bescherming van de gezondheid van mensen en dienen op voorgeschreven data te zijn bereikt. In tabel 2.1 zijn de grenswaarden weergegeven. Tabel 2.1: Grenswaarden met ingang van 1 augustus 2009 Grenswaarden in µg/m3 geldend op
Component
Concentratiesoort
01-08-2009
11-06-2011
01-01-2015
*) Toegestane aantal overschrijdingen per jaar
jaargemiddelde 48 * 40 40 24-uursgemiddelde 75 50 50 35 Fijn stof (PM2,5) jaargemiddelde 25 jaargemiddelde 60 60 40 ** Stikstofdioxide (NO2) uurgemiddelde 300 300 200 ** 18 Koolmonoxide (CO) 8-uurgemiddelde 10.000 10.000 10.000 Lood (Pb) jaargemiddelde 0,5 0,5 0,5 24-uursgemiddelde 125 125 125 Zwaveldioxide (SO2) uurgemiddelde 350 350 350 Benzeen (C6H6) jaargemiddelde 10 5 5 * Buiten de zone "midden" en de agglomeraties Amsterdam/Haarlem, Rotterdam/Dordrecht en Utrecht is deze grenswaarde 40 µg/m3. ** In de agglomeratie Heerlen/Kerkrade is deze grenswaarde al op 01-01-2013 van kracht. Fijn stof (PM10)
blad 4 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Naast grenswaarden zijn er voor de stoffen benzo(a)pyreen, ozon, arseen, cadmium en nikkel richtwaarden opgenomen in bijlage 2 van de Wm. Richtwaarden geven een kwaliteitsniveau van de buitenlucht aan dat zo veel mogelijk moet zijn bereikt. De verwachting is dat de richtwaarden voor deze stoffen nergens in Nederland worden overschreden.
2.3
Besluit niet in betekenende mate bijdragen In het Besluit niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen) (NIBM) is vastgelegd wanneer een project/plan niet in betekenende mate bijdraagt aan de concentratie van een bepaalde stof. Een plan/project draagt niet in betekenende mate bij als de toename van de concentraties in de buitenlucht van zowel NO2 als PM10 niet meer bedraagt dan 3% van de jaargemiddelde grenswaarde voor die stoffen. Dit komt voor beide stoffen overeen met een maximale toename van de concentraties met 1,2 µg/m3. Projecten die niet in betekenende mate bijdragen aan de verslechtering van de luchtkwaliteit hoeven niet getoetst te worden aan de grenswaarden uit de Wet milieubeheer. Wel moet worden aangetoond dat als gevolg van het project de jaargemiddelde concentraties PM10 en NO2 niet met meer dan 1,2 µg/m3 toenemen. In de onder het Besluit NIBM vallende Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen) is tot slot een aantal categorieën van plannen (projecten) opgenomen waarvoor tot een bepaalde omvang zonder meer geldt dat deze plannen niet in betekenende mate bijdragen. Blijft de ontwikkeling binnen de voor deze categorieën opgenomen grenzen, dan is het project per definitie niet in betekenende mate, hoeft dit niet met berekeningen te worden aangetoond en hoeft ook in dat geval verder geen toetsing aan de grenswaarden plaats te vinden.
2.4
Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 In de Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 (Rbl2007) zijn regels vastgelegd voor de wijze van uitvoering van luchtkwaliteitonderzoeken. Bepaald is onder andere waar en hoe de luchtkwaliteit vastgesteld dient te worden. Hiertoe is vastgelegd met welke (standaard)rekenmethode gerekend moet worden. Hierbij wordt grofweg een verdeling gemaakt in wegen in stedelijk gebied (SRM1), buitenstedelijke wegen (SRM2) en industriële bronnen (SRM3). Voor het berekenen van de luchtverontreiniging ten gevolge van wegverkeer zijn er twee standaardrekenmethoden (SRM1 en SRM2). De eerste (SRM1) wordt gebruikt als sprake is van de volgende randvoorwaarden: • de weg ligt in een stedelijke omgeving; • de maximale rekenafstand is de afstand tot de bebouwing, met een maximum van 30 meter ten opzichte van de wegas; • er is niet of nauwelijks sprake van een hoogteverschil tussen de weg en de omgeving; • langs de weg bevinden zich geen afschermende constructies; • de weg is vrij van tunnels. Gezien de ligging in het buitengebied, betekent dit dat voor het onderhavige onderzoek gebruik gemaakt dient te worden van standaardrekenmethode 2. Concreet is gebruik gemaakt van Pluim Snelweg 1.4 2009 (geaccrediteerd voor toepassing als SRM2). Tevens is vastgelegd dat gebruik gemaakt dient te worden van enkele generieke invoergegevens welke jaarlijks worden vastgesteld. Tot deze gegevens behoren de achtergrondconcentraties, de emissiefactoren en de meteorologie. blad 5 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Beoordelingslocaties In de Rbl2007 is ook vastgelegd op welke plaatsen geen beoordeling van de luchtkwaliteit hoeft plaats te vinden. Dit wordt beschreven in het zogenaamde toepasbaarheidsbeginsel. Dit is onder andere het geval in gebieden in de buitenlucht waartoe leden van het publiek normaliter geen toegang hebben, op een arbeidsplaats als bedoeld in de Arbeidsomstandighedenwet 1998 en op de rijbaan en middenberm van een weg. De beoordeling van de concentraties luchtverontreinigende stoffen dient plaats te vinden op maximaal 10 meter van de wegrand. Indien de rooilijn van de naastgelegen bebouwing binnen deze 10 meter is gelegen dient de afstand tot de bebouwing aangehouden te worden. Het gekozen beoordelingspunt dient representatief te zijn voor een wegdeel van ten minste 100 meter lengte. Op locaties waar de luchtkwaliteit beoordeeld dient te worden, wordt deze beoordeeld op plaatsen waar significante blootstelling van mensen plaatsvindt. Hierbij wordt gekeken naar het zogenaamde blootstellingscriterium. Het gaat om blootstelling gedurende een periode, die in vergelijking met de middelingstijd van de grenswaarde (jaar, etmaal, uur) significant is. Dit betekent dat op een plaats waar een burger langdurig wordt blootgesteld, getoetst moet worden aan de jaargemiddelde grenswaarden (onder meer bij woningen). Op een plaats waar sprake kan zijn van een kortdurende blootstelling moet bijvoorbeeld getoetst worden aan de norm voor de uurgemiddelde concentratie NO2. Dit is bijvoorbeeld het geval bij stations, haltes voor het openbaar vervoer en parkeerterreinen. Zeezoutcorrectie Concentraties van zwevende deeltjes (PM10) die zich van nature in de lucht bevinden en niet schadelijk zijn voor de gezondheid van de mens mogen bij toetsing aan de grenswaarden buiten beschouwing worden gelaten. Per gemeente is een aftrek voor de jaargemiddelde concentratie fijn stof gegeven. Voor de gemeente Heusden bedraagt deze correctie 3 µg/m3. Voor het aantal overschrijdingen van de 24-uursgemiddelde grenswaarde PM10 is bepaald dat deze in heel Nederland met 6 dagen verminderd mag worden. Uurgemiddelde concentraties NO2 en 24-uursgemiddelde concentraties PM10 Voor toetsing aan het aantal maal overschrijding van de uurgemiddelde grenswaarde NO2 en de 24-uursgemiddelde grenswaarde PM10 kan gebruik gemaakt worden van (statistische) relaties, op basis van metingen van het RIVM, tussen het aantal overschrijdingen en de berekende jaargemiddelde concentraties NO2 en PM10. Deze relaties zijn vastgelegd in de Rbl2007. Ten aanzien van het aantal maal overschrijding van de uurgemiddelde grenswaarde NO2 kan uit de in de Rbl2007 vastgelegde relaties worden opgemaakt dat het toegestane aantal overschrijdingen van de uurgemiddelde concentratie NO2 van 200 µg/m3 niet wordt overschreden indien de berekende jaargemiddelde concentratie NO2 lager is dan 82 µg/m3. Uit de genoemde regeling blijkt daarnaast dat het toegestane aantal overschrijdingen van de 24-uursgemiddelde concentratie PM10 van 50 µg/m3 niet wordt overschreden indien de jaargemiddelde concentratie PM10 (zonder de correctie voor zeezout) niet hoger is dan 32,5 µg/m3.
blad 6 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
2.5
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Onderzochte stoffen De in dit rapport weergegeven concentraties zijn verkregen door middel van berekeningen. Bij de luchtverontreiniging door het wegverkeer speelt een aanzienlijk aantal stoffen een rol. Dit zijn onder andere stikstofdioxide (NO2), stikstofmonoxide (NO), zwaveldioxide (SO2), koolmonoxide (CO), fijn stof en vluchtige koolwaterstoffen waaronder benzeen. Voor de meeste van deze stoffen zijn wettelijke grenswaarden vastgesteld. Voor de luchtkwaliteit zijn in het algemeen de stoffen NO2 (stikstofdioxide) en PM10 (fijn stof) maatgevend, omdat de achtergrondconcentraties van deze stoffen in de praktijk de grenswaarden reeds benaderen en in sommige gevallen zelfs overschrijden. Voor de luchtverontreinigende stoffen zwaveldioxide, lood, koolmonoxide en benzeen zijn ook grenswaarden opgenomen in de Wet milieubeheer. Voor deze stoffen is, voor zover relevant voor het wegverkeer, het verschil tussen de grenswaarde en de som van de bijdrage van het wegverkeer en de achtergrondconcentratie zo groot, dat overschrijding van de hiervoor geldende grenswaarden redelijkerwijs kan worden uitgesloten1. Deze stoffen zijn derhalve in dit onderzoek niet specifiek onderzocht. PM2,5 Vanaf 2015 geldt er voor PM2,5 een grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie van 25 µg/m3. Het Milieu en Natuurplan Bureau (MNP) stelt dat 'als vanaf 2011 aan de grenswaarden voor PM10 wordt voldaan, dan wordt naar verwachting ook aan de grenswaarde voor PM2,5 voldaan'2. Aangezien er in dit onderzoek in 2010 en 2020 geen overschrijdingen van de jaar- en etmaalgemiddelde grenswaarden voor PM10 zijn vastgesteld, is overschrijding van de jaargemiddelde grenswaarde voor PM2,5 in 2015 en in 2020 op basis van de huidige wetenschappelijke inzichten redelijkerwijs uitgesloten. De nadruk in deze rapportage ligt gezien bovenstaande toelichting op NO2 en PM10, mede gezien de grondslag waarop de conclusie in dit onderzoek is gebaseerd.
Meijer, E.W., Zandveld. P., Bijlagen bij de luchtkwaliteitberekeningen in het kader van de ZSM/Spoedwet; september 2008 (rapport 2008-U-R0919/B), TNO 2 MNP, Concentratiekaarten voor grootschalige luchtverontreiniging in Nederland, Rapportage 2008 (2008) 1
blad 7 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
3 3.1
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Uitgangspunten voor de berekening Opzet De reconstructie leidt tot extra verkeer op te wijzigen verbindingsweg, waarover in de huidige situatie bijna geen verkeer rijdt. Dit heeft gevolgen voor de luchtkwaliteit langs deze weg. Om een beeld te krijgen van de effecten van de reconstructie op de luchtkwaliteit langs de te reconstrueren verbindingsweg, is berekend in welke mate de reconstructie maximaal bijdraagt aan een verslechtering van de luchtkwaliteit en of deze bijdrage 'in betekenende mate' is in de zin van artikel 5.16 lid 1 onder c van de Wet milieubeheer. Er is gerekend voor het zichtjaar 2010, voor zowel de situatie zonder als met de geplande reconstructie, aangezien verwacht wordt dat het projectbesluit in dat jaar wordt genomen. Overige zichtjaren zijn achterwege gelaten, gezien de neerwaartse trend van de achtergrondconcentraties en emissiefactoren. Rekenen met het jaar 2010 is in dit geval een worst case-benadering. Met de gehanteerde werkwijze wordt aangetoond of de ontwikkeling al dan niet in betekenende mate bijdraagt aan een verslechtering van de luchtkwaliteit. Daartoe wordt alleen de bijdrage van het plan aan de heersende concentraties berekend. Bij een hogere autonome concentratie NO2 wordt de relatieve toename als gevolg van het extra verkeer gedempt. Zie hiervoor ook paragraaf 3.3.3 Verkeersgegevens.
3.2
Rekenmodel Voor de berekening van de luchtkwaliteit langs de verbindingsweg is gebruik gemaakt van het rekenmodel Pluim Snelweg 1.4 (2009). Dit rekenmodel is geschikt om te rekenen overeenkomstig standaardrekenmethode 2 (SRM2) en is ook als zodanig geaccrediteerd door het ministerie van VROM. Met dit verspreidingsmodel is het mogelijk een prognose te maken van de concentraties luchtverontreinigende stoffen langs wegen. Pluim Snelweg geeft een prognose voor stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10). Over het algemeen zijn deze componenten het meest kritisch. Pluim Snelweg 1.4 berekent de immissieconcentraties voor de aangegeven stoffen voor een grid van punten of een aantal vooraf gedefinieerde rekenpunten. Voor de te onderscheiden componenten bevatten de modellen een standaard achtergrondconcentratie, die gebaseerd is op statistische gegevens (op basis van meetgegevens) en aannames voor de toekomstige situatie. Bij de toekomstige jaren wordt, volgens de door VROM aangeleverde gegevens, uitgegaan van een geleidelijke verbetering van de luchtkwaliteit, onder meer als gevolg van het schoner worden van auto’s.
blad 8 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
3.3 3.3.1
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Invoergegevens Beschouwd wegvak en rekenpunten Het verkeer van en naar de parkeerplaats wordt in de nieuwe situatie via de verbindingsweg afgewikkeld. Er wordt aangenomen dat het extra verkeer op de verder weg gelegen wegen is opgenomen in het heersende verkeersbeeld en daarmee in de heersende achtergrondconcentraties. Als langs de verbindingsweg in de nieuwe situatie geen 'in betekenende mate' toename van de concentraties luchtverontreinigende stoffen plaatsvindt, wordt verondersteld dat dit op verder weg gelegen wegen ook niet het geval is. De extra voertuigbewegingen als gevolg van de reconstructie zijn volledig gemodelleerd op de verbindingsweg, hetgeen aansluit op het uitgangspunt dat alle verkeer van en naar de parkeerplaats over de verbindingsweg wordt afgewikkeld. De luchtkwaliteit is berekend ter hoogte van het midden van de verbindingsweg. De rekenpunten bevinden zich op de toetsingsafstand, dit is 10 meter buiten kant asfalt (zie figuur 3.1). Daarbij is uitgegaan van een wegbreedte van 5 meter.
Figuur 3.1: Locatie rekenpunten A en B
3.3.2
Algemene parameters Emissiefactoren In deze studie is voor NO2 en PM10 gebruik gemaakt van emissiefactoren die het PBL op basis van het BGE (Beleid Global Economy) scenario (maart 2009) heeft afgeleid. De set emissiefactoren bestaat uit emissiefactoren voor combinaties van verschillende rijsnelheden en voertuigcategorieën (licht, middelzwaar en zwaar verkeer).
blad 9 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Achtergrondconcentraties Bij de uitgevoerde Pluim Snelweg berekeningen is uitgegaan van de in maart 2009 door het PBL bekend gemaakte emissiefactoren en achtergrondconcentraties behorende bij het BGE scenario. In dit BGE scenario is voor ieder jaar tot en met 2020 bepaald wat de achtergrondconcentraties en emissiefactoren zijn. De achtergrondconcentraties zijn aan het model gekoppeld op basis van RDMcoördinaten (RijksDriehoeksMeting). In Pluim Snelweg wordt de achtergrondconcentratie op basis van de RDM-coördinaten aan de berekening gekoppeld. Voor Pluim Snelweg hebben deze coördinaten nog een extra functie, namelijk dat op basis van deze coördinaten het model de onderlinge ligging van de wegvakken bepaalt.
3.3.3
Verkeersgegevens Om het effect van het plan op de luchtkwaliteit langs de verbindingsweg te bepalen is in de autonome situatie uitgegaan van een intensiteit van 0. In het kader van het aantonen van een niet in betekenende mate bijdrage is dit een worst case-aanname, aangezien extra verkeer bij een groter aandeel autonoom verkeer een lagere bijdrage aan de concentraties luchtverontreinigende stoffen tot gevolg heeft. In de plansituatie wordt uitgegaan van het maximale aantal extra voertuigbewegingen dat gaat rijden als gevolg van de reconstructie. Het aantal extra voertuigbewegingen dat gaat rijden over de verbindingsweg is aangeleverd door de gemeente Heusden. De cijfers die voor de verbindingsweg zijn aangeleverd betroffen 'nihil' voor het jaar 2007 en 500 voor het jaar 2020. Voor de autonome situatie in 2010 is uitgegaan van de cijfers uit 2007 (nagenoeg geen verkeer over de verbindingsweg), voor het rekenjaar 2010 zijn de verkeergegevens gebruikt die de gemeente aanleverde voor het jaar 2020. De verdeling licht, middelzwaar en zwaar verkeer is aangeleverd door de gemeente. Ter illustratie is tevens een indicatieve berekening uitgevoerd met hogere verkeersintensiteiten. Daarbij is in de plansituatie uitgegaan 1000 lichte voertuigen, 50 middelzware 50 voertuigen en 50 zware voertuigen. Deze verkeersintensiteiten betreffen een worst case-aanname. Tabel 3.1: Extra verkeer als gevolg van ontwikkeling
Omschrijving
Aantal voertuigbewegingen Licht
Middelzwaar
Zwaar
Verkeersgegevens volgens gemeente Heusden huidige situatie
nihil*
0
0
Verkeersgegevens volgens gemeente Heusden situatie 2010
480
14
6
1000
50
50
Verkeersgegevens aanvullende berekening
* In dit onderzoek is 'nihil' gelijkgesteld aan 0. Dit is een worst case -aanname, aangezien er per saldo dan meer vekeer gaat rijden door de gewijzigde verbindingsweg.
blad 10 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
3.4
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Overige invoergegevens Naast verkeersgegevens zijn weg- en omgevingskenmerken relevant bij het uitvoeren van een berekening. De voor Pluim Snelweg relevante gegevens staan hieronder kort toegelicht. Weg- en schermhoogte Voor de verbindingsweg geldt dat er geen sprake is van een verhoogde ligging of van de aanwezigheid van geluidsschermen, -wallen of andere afschermende objecten. Snelheden Het snelheidsregime voor de gewijzigde verbindingsweg is aangeleverd dor de gemeente Heusden en bedraagt 60 km/u. Voor deze snelheid is door de Minister van VROM geen emissiefactoren beschikbaar gesteld. Voor de verbindingsweg zijn derhalve de wel beschikbare emissiefactoren voor een snelheid van 50 km/u toegepast. Er zijn ook emissiefactoren beschikbaar voor een snelheid van 70 km/u. Aangenomen is echter dat de aard van de verbindingsweg eerder neigt naar langzamer rijden dan naar sneller rijden. Meteorologische gegevens Voorheen diende in het kader van de meteorologische input in Pluim Snelweg altijd een keuze gemaakt te worden uit twee meteostations: Schiphol en Eindhoven. Deze twee worden representatief geacht voor alle locaties in Nederland. Voor grofweg het noorden en het westen van het land wordt het meteostation Schiphol aanbevolen en voor het zuiden en oosten het station Eindhoven. Op het grensgebied moest dan een keus gemaakt worden tussen deze twee. Deze tweedeling leidt echter tot discontinuïteit van berekende concentraties. Vanaf Pluim Snelweg, versie 1.3 (2008) is dit ondervangen door gebruik te maken van een interpolatiemethode tussen de twee stations. Daarbij zijn de parameters die het belangrijkst worden geacht in de meteostatistiek, te weten de windsnelheid en de frequentie van optreden van windrichtingen, geïnterpoleerd. De overige parameters worden niet geïnterpoleerd; daarvoor blijft de keuze tussen Schiphol en Eindhoven gehandhaafd. Interpoleren zou de statistiek immers meer naar de gemiddelde waarde trekken. Dit betekent dat wanneer een locatie dichter bij Schiphol is gelegen dan Eindhoven, Schiphol wordt geselecteerd voor de parameters neerslag, straling, bewolking en temperatuur, anders wordt Eindhoven geselecteerd. Voor locaties die precies op deze lijn zijn gelegen geldt station Schiphol. Er is gebruik gemaakt van meerjarige meteorologie (1995-2004). Ruwheidsklasse De ruwheidsklasse is vastgesteld aan de hand van de ruwheidslengtes, gegeven in de ruwheidskaart van het KNMI. In tabel 3.2 is weergegeven welke klasse bij welke ruwheidslengte toegepast wordt. In het kader van dit onderzoek is vanuit een worst casebenadering gekozen voor de ruwheidsklasse 1.
blad 11 van 15
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
Tabel 3.2: Overzicht ruwheidklassen (bron: Uitvoeringsprotocol luchtkwaliteitstudies rondom snelwegen met het TNO verspreidingsmodel) Ruwheidsklasse
Ruwheidslengte (meter)
1
Klassengrenzen (m) Beschrijving min
max
0,03
0
0,055
2
0,1
0,055
0,173
3
0,3
0,173
0,548
4
1,0
0,548
∞
Vlak land met alleen oppervlakkige begroeiing (gras) en soms geringe obstakels. Bouwland met regelmatig laag gewas, of weideland met sloten die minder dan 20 slootbreedten van elkaar liggen. Verspreide obstakels kunnen voorkomen op onderlinge afstanden van minstens 20 x hun eigen hoogten. Bouwland met afwisselend hoge en lage gewassen. Grote obstakels met onderlinge afstanden van omstreeks 15 x hun hoogte. Bodem regelmatig en volledig bedekt met vrije obstakels, met tussengelegen ruimten niet groter dan een paar obstakelhoogten. Bijvoorbeeld grote bossen, laagbouw in dorpen en kleine steden. De gemiddelde gebouwhoogte is maximaal 10 meter.
Dubbeltellingcorrectie In de buurt van snelwegen, die in 1994 al in gebruik waren, en provinciale wegen, die in 1990 al in gebruik waren, treedt dubbeltelling op van de NO2- en PM10-concentraties, omdat de bijdrage van deze wegen ook is opgenomen in de achtergrondconcentratie. In dit kader heeft het TNO, in samenspraak met het RIVM, een dubbeltellingcorrectie ontwikkelt die voor NO2 in Pluim Snelweg 1.4 (2009) automatisch wordt meegnomen. Ten behoeve van een juiste toepassing van de correctie dienen snelwegen en provinciale wegen, die respectievelijk al voor 1994 en 1990 in gebruik waren, tot op 3 kilometervakken vanaf de grenzen van de onderzochte wegvakken gemodelleerd te worden.
blad 12 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
4
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Resultaten In tabel 4.1 staan de resultaten van de berekeningen weergegeven. De concentraties fijn stof zijn weergegeven inclusief zeezoutcorrectie. Uit de resultaten blijkt dat de toename van de concentraties luchtverontreinigende stoffen als gevolg van de gewijzigde verbindingsweg maximaal 0,28 µg/m3 (NO2) bedraagt wanneer de luchtkwaliteit berekend wordt met de verkeersintensiteiten verkregen van de gemeente Heusden. Deze toename wordt bepaald door het verschil te berekenen tussen de concentraties in de autonome situatie en de situatie inclusief de reconstructie (plansituatie). De aanvullende berekening laat zien dat zelfs wanneer er ruim twee maal het aantal voertuigbewegingen als geprognosticeerd over de gewijzigde verbindingsweg rijden er nog steeds geen sprake is van een 'in betekenende mate' bijdrage aan de verslechtering van de luchtkwaliteit. De maximale bijdrage in het geval van deze aanvullende berekening bedraagt 0,67 µg/m3 (eveneens NO2). Tabel 4.1: Berekende concentraties en planbijdrage (toename) NO2 en PM10 als gevolg van de gewijzigde verbindingsweg
NO2 Scenario Autonome situatie 2010 Plansituatie 2010 (verkeersintensiteiten gem. Heusden) Plansituatie 2010 (aanvullende berekening)
PM10 (inclusief zeezoutcorrectie) Scenario Autonome situatie 2010 Plansituatie 2010 (verkeersintensiteiten gem. Heusden) Plansituatie 2010 (aanvullende indicatieve berekening)
Rekenpunt A B A B A B
Coördinaat x y 138743.4 407749.6 138767.6 407755.4 138743.4 407749.6 138767.6 407755.4 138743.4 407749.6 138767.6 407755.4
Jaargemiddelde (µg/m3) 17,00 17,00 17,21 17,28 17,48 17,67
Toename tov AO (µg/m3) 0,21 0,28 0,48 0,67
Rekenpunt A B A B A B
Coördinaat x y 138743.4 407749.6 138767.6 407755.4 138743.4 407749.6 138767.6 407755.4 138743.4 407749.6 138767.6 407755.4
Jaargemiddelde (µg/m3) 21,00 21,00 21,03 21,04 21,06 21,09
Toename tov AO (µg/m3) 0,03 0,04 0,06 0,09
blad 13 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
5
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Conclusies Uit onderliggend onderzoek blijkt dat de wijziging van de verbindingsweg een toename van de concentraties luchtverontreinigende stoffen tot gevolg heeft van maximaal 0,28 µg/m3. Een aanvullende indicatieve berekening met een ruime verdubbeling van de intensiteiten laat zien dat de planbijdrage in dat geval maximaal 0,67 µg/m3 bedraagt. De maximaal toegestane bijdrage op grond van artikel 2 lid 1 van het Besluit niet in betekenende mate bijdragen, bedraagt 1,2 µg/m3 (= 3% van de grenswaarde). De wijziging van de verbindingsweg draagt derhalve niet in betekenende mate bij aan een verslechtering van de luchtkwaliteit. Op basis van artikel 5.16 lid 1 onder c (Wm) kan gesteld worden dat de luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor de geplande ontwikkeling. Er wordt voldaan aan titel 5.2 Luchtkwaliteitseisen van de Wet milieubeheer. De luchtkwaliteit vormt geen belemmering voor de wijziging van de verbindingsweg tussen de parkeerplaats en de Margrietweg te Giersbergen.
blad 14 van 15
projectnr. 202227 21 december 2009, revisie 00
Luchtkwaliteitonderzoek Wijziging verbindingsweg parkeerplaats-Margrietweg te Giersbergen
Referenties •
Wet milieubeheer, titel 5.2 Luchtkwaliteitseisen ("Wet luchtkwaliteit"), inwerkingtreding op 15 november 2007
•
Bijlage 2 bij de Wet milieubeheer, inwerkingtreding op 15 november 2007
•
Besluit niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen, inwerkingtreding op 15 november 2007
•
Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 (Staatscourant nr. 220)
•
TNO, "Handleiding Pluim Snelweg; Behorende bij versie 1.4", 31 maart 2009
blad 15 van 15
Bijlage
Berekening ten behoeve van dimensionering zaksloot Opmerkingen Waterschap Waterschap De Dommel had naar aanleiding van de toegestuurde stukken nog de volgende vragen/opmerkingen; “Graag zien we in ieder geval de volgende punten nader uitgewerkt: • Wat is de toename aan verhard oppervlak? • Een klinkerverharding beoordelen wij als gesloten verharding. De te graven greppel zal dan ook voldoende groot gedimensioneerd moeten worden om het afstromende hemelwater te kunnen verwerken. De benodigde berging kunt u berekenen met behulp van onze HNO-tool. De greppel moet worden gedimensioneerd op een buienreeks T=10. De afvoercoëfficiënt voor dit gebied is 0,43l/s/ha. Graag zien wij de afmetingen en de ligging van de greppel uitgewerkt in de waterparagraaf.” Het bovenstaande is verwerkt door middel van berekeningen in de genoemde HNO-tool. Hieruit is naar voren gekomen dat de geplande zaksloot ruimschoots kan voorzien in de waterhuishouding. De hieronder staande tekst is tevens toegezonden aan het Waterschap en goedgekeurd op …. Verwerking opmerkingen De ontwikkeling valt binnen het grondgebied van waterschap De Dommel. Hen is dan ook om advies gevraagd. Advies is uitgebracht op 15 april 2010 en hield in dat de waterparagraaf zoals opgenomen in het ontwerp te summier was. Door middel van de HNO-tool en informatie over de te treffen bergingsvoorzieningen dient aangetoond te worden dat het project geen verslechtering van de waterhuishouding betekend. Het waterschap eist dat projecten hydrologisch neutraal ontwikkeld worden. 2
De huidige weg is halfverhard met puinverharding en is circa 500 m groot. Puinverharding geldt niet als 2 verharding. Zodanig is er dus sprake van een totale nieuwe verharding (klinkerverharding) van 1150 m . Het hemelwater wat hierop valt dient dus via een waterberging systeem afgevoerd te worden. Het maaiveldniveau van de projectlocatie is gemiddeld 6.4 m + NAP. De gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) is 4.49 m + NAP. De bodem, bestaande uit een grote hoeveelheid zand, heeft een infiltratiesneldheid van 2.4 m/dag. Er is voorzien in een zaksloot aan de westzijde van de weg. In deze zaksloot kan het water opgevangen worden en langzaam wegzakken in de bodem. Eventueel kan een overloop gerealiseerd worden naar omliggende sloten aan de Margrietweg. Dit is echter in de huidige plannen niet opgenomen. Mocht de toekomst uitwijzen dat dit het geval is, dan zal deze alsnog aangelegd worden. De zaksloot heeft een taludhelling van 1:1 en is 0,7 meter diep. De maximale peilstijging in een normaal nat jaar is 0,4 m, bij een T=10 jaar scenario 0,5 meter en bij T=100 jaar 0,7 meter. Afvoercoëfficiënt bij T=10 is 0,47 l/s/ha en bij T=100 0,94 l/s/ha. Na het invoeren van de bovenstaande gegevens in de HNO-tool is naar voren gekomen dat een berging van 45 m3 nodig is bij een T=100 jaar scenario. Hierbij is een lengte van 21,31 meter van de zaksloot gebruikt. Echter, de zaksloot zal langs vrijwel de gehele lengte van de weg worden gelegd, en dus 170 meter lang zijn. Dit is ruim groter. Kortom, de berging voldoet aan de eisen die het waterschap stelt.