Afrika
Het mooiste van Afrika wordt u aangeboden door TRAVEL WORLDWIDE
VOORWOORD
Beste reiziger, De reissector is sterk afhankelijk van allerlei trends en ontwikkelingen. Een flexibeler aanbod en klantgerichtheid worden steeds belangrijker. Travel Worldwide wil hierop inspelen en u zult zien dat wij onze brochure in een nieuw jasje gestoken hebben. Hierdoor is zij voor u een handige tool geworden om reisinspiratie op te doen. Door middel van onze brochure trachten wij u te helpen uw reis voor te bereiden en geven u zo veel mogelijk informatie over de bezienswaardigheden in de belangrijkste toeristische regio’s in zuidelijk en oostelijk Afrika. U zult hierin ook veel informatie terugvinden over reisformaliteiten, de beste reisperiodes, luchthavens, transport, enz. Travel Worldwide staat vooral bekend als DE specialist voor de organisatie van ‘reizen op maat’. Laat ons u dan ook helpen bij het samenstellen van een onvergetelijke reiservaring die aansluit bij uw persoonlijke wensen. Kennis, service en kwaliteit zijn de basisprincipes die u als reiziger bij ons mag verwachten. Verkiest u om in groep te reizen dan bieden wij u op de meeste bestemmingen gegarandeerde afreizen aan met Engelstalige begeleiding. Wil u een reis met private gids voor u en uw familie of vrienden, dan kunnen wij u hiervoor zeker een mooi voorstel uitwerken.
Omdat het aanbod van reizen voortdurend groter wordt en prijzen veranderen, hebben wij besloten deze enkel nog op onze website te publiceren. Hierdoor kunnen wij steeds onmiddellijk inspelen op prijswijzigingen en promoties publiceren zodra wij deze binnen krijgen. Neem daarom zeker ook een kijkje op onze website. U zult daarna, in combinatie met onze brochure, al een stap dichter staan bij het waarmaken van uw droomreis. Bekijk alles rustig maar aarzel niet te lang want zowel de vluchten als de hotels kunnen voor sommige periodes al lang op voorhand volgeboekt zijn. We wensen u alvast veel leesplezier en staan klaar om de perfecte reis voor u te organiseren. Julien Roelants Zaalvoerder Travel Worldwide
INHOUD De troeven van Travel Worldwide
2-3
Praktische informatie Zuidelijk en Oost-Afrika
4-6
Zuid-Afrika 7-24 Swaziland 25-27 Lesotho 28 Namibië 29-40 Botswana 41-48 Zimbabwe 49-56 Zambia 57-60 Kenia 61-68 Tanzania 69-76
www.tww.be Neem zeker een kijkje op onze website. U vindt er de uitgebreide versie van deze brochure met nog veel meer informatie over de bezienswaardigheden in Zuidelijk en Oost-Afrika. Onze website is zeer uitgebreid en regelmatig plaatsen wij er nieuwe programma’s op. U vindt er ondermeer begeleide rondreizen, fly, drive and lodging programma’s, hoteltarieven, informatie over treinreizen, tarieven voor het huren van wagens, motorhomes, … Tevens plaatsen wij op onze website steeds onmiddellijk promoties zodra wij die binnen krijgen. Vindt u op onze website niet wat u zoekt, vergeet dan niet dat wij praktisch elk programma op maat kunnen uitwerken en steeds klaar staan om u te helpen met de organisatie van uw reis.
www.tww.be
1
O n t d e k h e t m oo i s t e va n A f r i k a d a n k z i j T r a Wie is Travel Worldwide? Travel Worldwide werd begin 1992 opgericht met de bedoeling om reizen te organiseren over de ganse wereld. Al snel realiseerden wij ons echter dat het veel beter was om ons te specialiseren in bepaalde bestemmingen. Eerst verdween de brochure op Azië en Australië, daarna de brochure op ZuidAmerika. Op dit ogenblik worden enkel nog brochures voor Afrika en voor Noord-Amerika en Canada op de markt gebracht. Specialisatie wordt hoog in het vaandel gedragen bij Travel Worldwide en om dit te bereiken gaan wij tot het uiterste. Travel Worldwide is een klein kantoor en dat wordt met opzet zo gehouden omdat we ervan overtuigd zijn dat we, enkel door zo klein te blijven, steeds een persoonlijke service aan onze dossiers kunnen geven.
De troeven van Travel Worldwide Een doorgedreven kennis Na meer dan 100 reizen door Afrika waarbij de landen die wij aanbieden kris kras doorkruist werden, en nog steeds jaarlijks bezocht worden, durven wij ons echte specialisten noemen. Tijdens onze prospectiereizen hebben wij duizenden en duizenden kilometers gereden langs toeristische, maar ook niet toeristische, wegen. Onderweg hebben wij dan niet enkel de meest luxueuze hotels bezocht maar zijn ook verbleven op gewone campsites te midden de Afrikaanse natuur. Als wij u dus een bepaalde route voorstellen tijdens uw reis dan betekent dit meer dan waarschijnlijk dan wij die route zelf al gereden hebben en weten dat u er onderweg mooie of interessante dingen zal zien.
Kwaliteit en service Met sommige van onze plaatselijke agenten, wagenverhuurbedrijven, guesthouses, lodges en hotels werken wij al meer dan 20 jaar samen. Dit betekent dat wij en onze klanten tevreden zijn over hun diensten. Wij staan dan ook garant voor de service en kwaliteit die zij aanbieden. Een mooi bewijs daarvan is, dat het niet zelden gebeurt dat onze Belgische collega-touroperators 1 of 2 jaar nadat wij met een nieuw guesthouse zijn beginnen werken, dit guesthouse ook opnemen in hun brochure.
Wij gaan samen met u op reis Als u bij ons een voorstel voor uw geplande reis opvraagt dan luisteren naar uw wensen en werken daarna een programma uit alsof het voor onszelf is. Omdat wij al zo vele plaatsen in Zuidelijk en Oost-Afrika bezocht hebben zien wij in gedachten wat u ter plaatse zal zien en weten dat het goed zal zijn. Wij zijn zeer kritisch als we zelf op reis gaan dus u kunt er van op aan dat uw reis tot in de puntjes verzorgd zal worden.
2
Onze nieuwe brochure Als u door onze brochure bladert, zal u daarin geen vaste programma’s vinden. De reden hiervoor is simpelweg omdat we merken dat meer en meer reizigers hun informatie gaan zoeken op het internet. Wij hebben dan ook besloten om voor u een brochure uit te werken met zo veel mogelijk informatie over de belangrijkste bezienswaardigheden in de landen waarheen wij reizen organiseren. Onze brochure wordt op die manier voor u een goede informatiebron waaruit u ideeën kan opdoen voor uw geplande reis.
Welke reis wordt het? Nadat u onze brochure doorbladerd heeft en uw reisplannen iets concreter worden, kan u een kijkje nemen op onze website. Daar vindt u meer dan honderd verschillende reizen, en dit zowel op individuele basis als in groep. Wens u in groep te reizen dan is het simpel, u kiest gewoon uit een van de programma’s op onze website. Verkiest u een individuele reis te maken, zij het met een private gids/chauffeur of met een huurwagen dan volstaat het om ons uw wensen door te geven en wij werken voor u een voorstel op maat uit.
Reizen in groep of met private gidsen Wij bieden groepsreizen aan naar de meeste landen in onze brochure. Deze groepsreizen gebeuren in internationaal gezelschap en met een plaatselijke Engelstalige gids. Reist u samen met enkele vrienden of met uw familie dan kunnen wij voor u echter een reis op maat uitwerken waarbij u een private gids heeft. Deze formule wordt bijvoorbeeld heel veel gebruikt voor safari’s in Kenia en Tanzania waar wij met gespecialiseerde plaatselijke agenten werken die onze klanten verzorgen zoals wij dat wensen. Een safari met een private gids heeft als grote voordeel dat u niet afhangt van de wensen en grillen van andere reizigers. U bepaalt zelf om hoe laat u ’s morgens op safari vertrekt, hoe lang uw safari duurt en hoe lang u naar de dieren of vogels wil staan kijken. De kleine meerprijs die u hiervoor betaald ten opzichte van een safari in groep is dit meer dan waard.
Individuele reizen Hierin zijn wij sterk gespecialiseerd omdat wij de landen waarheen wij reizen aanbieden zeer goed kennen. Belangrijk is dat u ons op voorhand zo veel mogelijk gegevens doorgeeft: met hoeveel personen zal u reizen, zijn er kinderen bij en zo ja wat is hun geboortedatum, welke categorie van hotels verkiest u, wanneer wil u vertrekken en hoe lang moet uw reis zijn, enz. Hebt u speling in uw reisdata dan kan dat zeer voordelig zijn omdat we dan meer mogelijkheden hebben om voor u de voordeligste vluchten uit te zoeken. Boekt u bij ons een self drive reis (huurwagen en accommodatie) door Zuid-Afrika of Namibië dan ontvangt u ongeveer 1 maand voor afreis een speciaal voor u gepersonaliseerde informatiemap met een gedetailleerde routebeschrijving en de beste wegenkaarten die er op de markt zijn.
Onze prijzen Wanneer u onze prijzen vergelijkt met deze van andere
T r av e l W O r l D W I D e touroperators dan zal u waarschijnlijk merken dat wij steeds iets duurder zijn. Vergelijk echter niet enkel de prijs, maar ook wat is inbegrepen in de reissom. Zijn de hotels van dezelfde klasse, zijn evenveel maaltijden inbegrepen?
u gebruik maken van het voordeligste tarief op dat moment en beslist u zelf met welke maatschappij u zal vliegen. U boekt uw vluchten best zo lang mogelijk op voorhand om de beste prijzen te bekomen.
Bij ons vindt u geen addertjes onder het gras. Er wordt steeds duidelijk vermeld wat wel en niet inbegrepen is. Hou ook rekening met de service voor, tijdens en na de reis die u krijgt en u zult merken dat onze prijzen zeer concurrentiëel zijn! Kijk ook zeker steeds onze website na voor eventuele kortingen.
Garantiefonds
Luchtvaartmaatschappijen Niets is zo vervelend als een vlucht die vertraagd wordt, weinig beenruimte en/of slechte maaltijden tijdens de vlucht. Omdat u voor een reis naar Afrika toch lange tijd in een vliegtuig moet doorbrengen hebben wij gekozen voor de beste luchtvaartmaatschappijen. Boekt u bij Travel Worldwide een vlucht dan vliegt u steeds met een degelijke luchtvaartmaatschappij en zal u zeker niet doodvermoeid uit het vliegtuig stappen. Onze preferentiële partners zijn South African Airlines, KLM, British Airways, British Airways, Air Namibia en Lufthansa.
Vliegtuigtickets inbegrepen /niet inbegrepen Omdat er voor internationale vluchten regelmatig promoties op de markt komen, hebben wij besloten om voor onze programma’s de vluchten niet in de prijs te berekenen. Zo kunt
www.tww.be
Conform de reiscontractenwet van 16 februari 1994 is er door de reisorganisatoren en reisbemiddelaars een financiële waarborg gesteld die de uitvoering van de geboekte reis verzekeren. Travel Worldwide is aangesloten bij het Garantiefonds Reizen zodat u zeker kan zijn dat het geld dat u vooraf voor uw reis betaald heeft in veilige handen is. Met andere woorden, bij financieel onvermogen van de reisorganisator of reisbemiddelaar zorgt het Garantiefonds Reizen er voor dat de door u betaalde sommen worden terugbetaald (voor vertrek) of dat u uw reis zonder problemen kan voortzetten of kan terugkeren naar huis, indien noodzakelijk. Meer informatie over het Garantiefonds Reizen kan u bekomen bij uw reisagent of op www.gfg.be.
De informatie in onze brochure Het is onmogelijk alle informatie die u, als reiziger, zou kunnen zoeken, weer te geven in onze brochure. Is er informatie die ontbreekt dan zullen wij zeker trachten u die te bezorgen. Tevens kunnen de formaliteiten om Afrika te bezoeken plots wijzigen. Het is dan ook belangrijk dat u hierover steeds navraag doet bij het boeken van uw reis.
3
Praktische informatie ZUIDELIJK en OOSTELIJK AFRIKA Tijdsverschil met België
Paspoort, visum en rijbewijs
Zuidelijk Afrika Het voordeel van een reis naar een van de landen in Zuidelijk Afrika is dat u geen last hebt van jetlag omdat er weinig of geen tijdsverschil is. Tijdens de wintertijd in België is het in Zuid-Afrika, Swaziland, Lesotho, Zimbabwe, Botswana en Zambia 1 uur later dan bij ons. Als het dus in België 12.00h is, is het in Zuid-Afrika 13.00h. Tijdens de zomertijd in België is er geen tijdsverschil.
Zuid-Afrika, Namibië Belgen die naar Zuid-Afrika of Namibië reizen hebben een internationaal paspoort nodig dat nog 30 dagen geldig is nadat ze het land zullen verlaten, en waarin nog 2 lege pagina’s zijn. Voor een reis of verblijf van minder dan 3 maanden heeft u als Belg geen visum nodig voor deze landen.
Een uitzondering hierop is Namibië. Het tijdsverschil tussen Namibië en België kan verwarrend zijn omdat Namibië een wintertijd heeft. Deze wintertijd (in feite onze zomer!) loopt van de eerste zondag van april tot de laatste zaterdag van augustus. Er is dus een gedeeltelijke overlapping met onze zomertijd. Het is aan te raden om de exacte datums wanneer de winter- en zomertijden ingaan telkens op te vragen maar in het kort komt dit neer op het volgende: • van de eerste week in november tot het laatste weekend van maart is het in Namibië 1 uur later dan bij ons. • tijdens de eerste week van april is het in Namibië even laat als in België. • van het eerste weekend in april tot het laatste weekend in augustus is het in Namibië 1 uur vroeger dan bij ons. • van de eerste week in september tot het laatste weekend in oktober is het in Namibië even laat als in België. Oost-Afrika Reist u naar Kenia of Tanzania in Oost-Afrika dan moet u rekening houden met enkele uren tijdverschil. Veel is dat echter niet. Tijdens de wintertijd in België is het in Kenia en Tanzania 2 uur later dan bij ons. Als het dus in België 12.00h is, is het in Kenia en Tanzania 14.00h. Tijdens de zomertijd in België is er slechts 1 uur tijdsverschil. Als het dan in België 12.00h is, is het in Kenia en Tanzania 13.00h. Ook hier zult u dus weinig last hebben van jetlag.
Inentingen Heel dikwijls wordt ons de vraag gesteld: ‘Wat raadt u aan van inentingen en medicatie voor onze reis naar Afrika?’. Hier kunnen en mogen wij niet op antwoorden. De situatie van mogelijke ziektes in Afrika kan steeds wijzigen en is soms ook totaal verschillend van seizoen tot seizoen, en van streek tot streek in 1 land. Tevens is het zo dat niet iedereen dezelfde medicatie kan/mag nemen als preventie voor bijvoorbeeld malaria. Wij kunnen daarom niet anders dan u aan te raden om hierover tijdig voor uw vertrek te praten met uw huisarts. Op de website van het Instituut voor Tropische Geneeskunde (http://www.itg.be/) kan u over dit alles ook de nodige informatie terugvinden onder het hoofdstuk ‘Reisgeneeskunde’.
Veiligheid onderweg Wij horen regelmatig dat reizigers zich zorgen maken over de veiligheid in ZuidAfrika of andere Afrikaanse landen. Waarom is dit nodig? Deze landen zijn niet minder veilig dan België. Men moet zich enkel aan dezelfde regels houden als wat men hier zou doen en niet doen. Als men in België in een grote stad als Antwerpen of Brussel ’s avonds in de achterbuurten gaat rondwandelen, loopt men de kans om overvallen te worden. Dat gebeurt ginds in de grote steden ook. Laat men hier in België waardevolle voorwerpen in het zicht in de wagen liggen, dan is de kans zeer groot dat er ingebroken wordt in de wagen. Dat zal in Zuidelijk Afrika op sommige plaatsen ook gebeuren. In de meer dan 20 jaar dat wij reizen naar Afrika organiseren hebben wij slechts 2 klanten gehad die problemen met diefstal hebben gehad en in beide gevallen hadden zij iets waardevol zichtbaar in de wagen laten liggen. Slechts 1 klant is overvallen en zij had een dure halsketting aan. Dus ja, Afrika is veilig op voorwaarde dat men zich aan enkele eenvoudig regels houdt.
4
Botswana, Swaziland Belgen die naar Botswana of Swaziland reizen hebben een internationaal paspoort nodig dat nog 6 maanden geldig is nadat ze het land zullen verlaten, en waarin nog 2 lege pagina’s zijn. Voor een reis of verblijf van minder dan 3 maanden heeft u als Belg geen visum nodig voor deze landen. Zambia Belgen die naar Zambia reizen hebben een internationaal paspoort nodig dat nog 6 maanden geldig is nadat ze het land zullen verlaten, en waarin nog 2 lege pagina’s zijn. Voor een reis of verblijf van minder dan 30 dagen heeft u als Belg geen visum nodig voor Zambia. Zimbabwe Belgen die naar Zimbabwe reizen hebben een internationaal paspoort nodig dat nog 6 maanden geldig is nadat ze het land zullen verlaten, en waarin nog 2 lege pagina’s zijn. Voor een bezoek of verblijf aan Zimbabwe heeft u als Belg steeds een visum nodig. Dit kan u normaal (als de richtlijnen niet plots wijzigen) verkrijgen bij het binnenkomen van het land, langs de weg of per vliegtuig, of op voorhand via de Ambassade in Brussel. Lesotho Belgen die naar Lesotho reizen hebben een internationaal paspoort nodig dat nog 90 dagen geldig is nadat ze het land zullen verlaten, en waarin nog 2 lege pagina’s zijn. Als Belg heeft u geen visum nodig voor Lesotho indien u niet langer dan 14 dagen in het land zal verblijven. Kenia, Tanzania Belgen die naar Kenia of Tanzania reizen hebben een internationaal paspoort nodig dat nog 6 maanden geldig is nadat ze het land zullen verlaten, en waarin nog 2 lege pagina’s zijn. Voor een bezoek of verblijf aan Kenia of Tanzania heeft u als Belg steeds een visum nodig. Dit kan u normaal (als de richtlijnen niet plots wijzigen) verkrijgen bij het binnenkomen van het land, langs de weg of per vliegtuig, of op voorhand via de Ambassade in Brussel. Opgelet !!! Bezoekt u meerdere landen houdt er dan rekening mee dat uw paspoort misschien langer geldig moet zijn en het ook meerdere lege pagina’s moet bevatten. Wilt u in Zuidelijk Afrika of Oost-Afrika met een huurwagen rijden dan heeft u een rijbewijs nodig waarop in het Engels de vermelding ‘Drivers License’ staat. Een Europees rijbewijs volstaat dus. Hebt u dit niet dan moet u in uw gemeentehuis een internationaal rijbewijs aanvragen. Opgelet, al deze richtlijnen kunnen steeds wijzigen en wij raden u aan om voor uw vertrek steeds tijdig over dit alles navraag te doen bij uw reiskantoor of de bevoegde instanties.
Private wildreservaten Een verblijf in een privaat wildreservaat heeft meestal de meerwaarde dat u op safari gaat met een plaatselijke gids in een open 4x4 voertuig, en dat deze gids af en toe off-road zal rijden om u tot vlak bij de dieren zal brengen. Zoiets is niet toegestaan in de nationale parken zoals bijvoorbeeld het Kruger Nationaal
Park. Daar moet iedereen op de bestaande wegen blijven, ook de plaatselijke gidsen waar u eventueel een begeleide safari mee kan maken. Ligt er in een nationaal park een leeuw op 50 meter van de weg onder de struiken, en niet goed zichtbaar, dan moet u tevreden zijn met wat u op die afstand kan zien. Is dat in een privaat wildreservaat het geval dan zal de plaatselijke gids de weg verlaten en u tot op enkele meters van die leeuw brengen zodat u hem goed kan zien en mooie foto’s kan nemen. De dagindeling in een lodge in een privaat wildreservaat is over het algemeen als volgt: op de dag van aankomst wordt u meestal rond het middaguur verwacht in de lodge zodat u mee kan lunchen, daarna bent u enkele uren vrij om te relaxen. Omstreeks 15.30h komt iedereen bij elkaar voor de ‘high tea’ waarna u om 16.00h vertrekt voor de namiddag/avondsafari. Tijdens deze namiddag/avondsafari wordt onderweg gestopt op een mooie plaats om de zonsondergang te bekijken en een glaasje wijn of glas bier te drinken. Daarna haalt de gids een sterk ‘spotlight’ (schijnwerper) tevoorschijn en rijdt u nog een uurtje rond op zoek naar de dieren die ’s nachts leven en op jacht gaan. Tussen 19.00h en 19.30h rijdt u de lodge terug binnen, heeft u de tijd om u te verfrissen en gaat u aan tafel voor het diner. De volgende dag wordt u om even voor zonsopgang gewekt waarna iedereen bij elkaar komt voor een kop koffie en thee. Een half uurtje later vertrekt u dan voor de ochtendsafari. Ook tijdens deze ochtendsafari stopt de gids na enkele uren op een mooie plaats en krijgt iedereen koffie en thee aangeboden. Omstreeks 09.00h rijdt u terug naar de lodge, kan u zich verfrissen en gaat aan tafel voor het ontbijt. Verblijft u slechts 1 nacht in de lodge dan vertrekt u na het ontbijt, blijft u meerdere nachten dan is er vrije tijd om te relaxen. Let wel, de vermelde uren zijn bij benadering en verschillen van lodge tot lodge en van seizoen tot seizoen. Bij het maken van uw keuze in welke lodge en in welk privaat wildreservaat u wilt verblijven, moet u met enkele zaken rekening houden. Hoe duurder een lodge is, hoe meer luxueus de accommodatie en de faciliteiten zullen zijn. Over het algemeen is het verblijf steeds op basis van vol pension, en met 1 namiddag/avondsafari en 1 ochtendsafari. In sommige lodges zijn ook de dranken inbegrepen in de totaalprijs. En, in de heel dure lodges heeft iedereen een ‘window seat’. Dit wil zeggen dat u nooit met 3 naast elkaar zit in het 4x4 voertuig zodat u meer ruimte hebt om te fotograferen en alles beter kan zien. Zeer belangrijk is ook dat u goed nakijkt of navraag doet over de ligging van de lodge, de kennis van de plaatselijke gidsen, en de kwaliteit van de safari’s.
www.tww.be
Veiligheid op safari Spreken we over veiligheid op safari dan is vooral onze gedragscode ten opzichte van de wilde dieren belangrijk. De meeste lodges en kampen zijn niet omheind. Dat wil dan ook zeggen dat niet enkel ongevaarlijke, maar ook gevaarlijke dieren door het kamp kunnen/zullen lopen. Het is daarom heel belangrijk om steeds goed rond te kijken als men zijn kamer/tent verlaat om bijvoorbeeld naar de gezamenlijke eetruimte te gaan. Overdag is de kans op een ontmoeting met dieren in het kamp niet groot maar zodra het donker wordt moet men hiervoor goed uitkijken. In elk kamp zijn speciale nachtwakers die constant de omgeving in het oog houden en de gasten na zonsondergang naar en van hun kamer of tent brengen. Hoe dit allemaal in zijn werk gaat wordt steeds bij aankomst in een lodge of kamp heel goed uitgelegd. Sloten of sleutels zal men meestal niet vinden op de deuren van de kamers of tenten in een kamp of lodge. Dat wil echter niet zeggen dat men zijn deur constant moet laten openstaan want de kans bestaat steeds dat bavianen of andere apen even de kamer of tent binnen springen om kattenkwaad uit te halen.
Welke kledij neemt u mee op safari? Het eerste waar u rekening mee moet houden als u thuis uw koffers aan het maken bent, is dat er onderweg nooit veel plaats voor uw bagage zal zijn. De kleine vliegtuigjes die toeristen van het ene kamp naar het andere vliegen hebben een kleine bagage ruimte, de safari voertuigen hebben eveneens weinig ruimte voor bagage, en in de kamer of tent in uw kamp hebt u waarschijnlijk slechts een kleine of helemaal geen kleerkast zoals u die in een hotel wel zou hebben. Als u onderweg transfers met kleinere vliegtuigjes maakt, moet u er ook rekening mee houden dat het gewicht van uw bagage soms beperkt kan zijn tot 15 of 20 kg per persoon, handbagage inbegrepen. Doe hierover zeker navraag voor u vertrekt want als u te veel bagage bij hebt zal men u daarvoor ter plaatse extra kosten aanrekenen. U hebt echter niet veel nodig op safari. Normaal gezien is het warm overdag en volstaat lichte zomerkledij. ’s Ochtends en ’s avonds kan het tijdens de safari’s of aan tafel iets frisser zijn in de zomer maar echt warme kledij heeft u niet nodig. Reist u tijdens de wintermaanden (juni, juli) dan kan het soms wel uitzonderlijk koud zijn tijdens een safari in een open 4x4 voertuig en moet u zich daar op voorbereiden.
5
Praktische informatie ZUIDELIJK en OOSTELIJK AFRIKA Van groot belang is de kleur van uw kledij als u op safari gaat. Wilt u de dieren afschrikken en hebt u niet graag dat zij dicht bij u komen of wil u geen mooie foto’s kunnen nemen, dan moet u zeker gele, rode of andere felle kleuren dragen. Wilt u echter dat de dieren rustig blijven staan, draag dan kaki of andere natuurlijke kleuren.
Tips en fooien Het geven van tips en fooien is iets dat wij in België niet meer gewend zijn. Gaan we eten op restaurant of iets drinken in een bar dan is de tip voor het bedienend personeel automatisch inbegrepen in het totaal te betalen bedrag. Dat is niet het geval in Afrika. Hier leeft het personeel echt nog voor een groot deel van de tips en fooien die ze krijgen. Gaat u dus iets drinken of eten tijdens uw reis vergeet dan niet om 10% extra als fooi op de tafel te leggen of aan het bedienend personeel te geven. Brengt men uw bagage naar de kamer in een hotel dan wordt verwacht dat u 0,50 tot 1 Euro per koffer geeft aan de kruier. Eenzelfde bedrag kan u geven aan de kruiers op de luchthaven die uw bagage van de wagen naar het luchthavengebouw, of terug, brengen. Ook de chauffeurs, plaatselijke gidsen (rangers) en spoorzoekers (trackers) in
6
een wildreservaat krijgen een fooi. Het bedrag van deze fooi is verschillende in Zuidelijk Afrika en Oost-Afrika en varieert naargelang uw tevredenheid over de aangeboden diensten. Zuidelijk Afrika Een plaatselijke gids in een privaat wildreservaat krijgt tussen de 7 en 10 Euro per dag, per persoon; een spoorzoeker krijgt tussen de 4 en 7 Euro per persoon, per dag. Het kamer- en keukenpersoneel in een private lodge krijgt meestal tussen de 7 en 10 Euro per dag, per kamer en wordt gewoonlijk in een ‘Tipping Box’ aan de receptie gestoken. Neemt u deel aan een begeleide groepsreis en bent u tevreden over de diensten van de gids en chauffeur dan kan u aan de gids 4 à 6 Euro per dag, per persoon geven en aan de chauffeur 2 à 3 Euro per dag. Oost-Afrika In Kenia krijgt een plaatselijke gids/chauffeur meestal tussen de 4 en 8 Euro per persoon, per dag; in Tanzania is dat 7 à 10 Euro per voertuig. Het kamer- en keukenpersoneel in een lodge of kamp krijgt meestal 1 à 2 Euro per dag, per persoon en wordt gewoonlijk in een ‘Tipping Box’ aan de receptie gestoken. Uiteraard kunt u deze bedragen steeds omrekenen en uw tip of fooi geven in US dollar of in de plaatselijke munt.
ZUID-AFRIKA
Zuid-Afrika, een algemeen overzicht Zuid-Afrika, het land dat we kennen van liedjes als ‘My Sarie Marais’ en ‘Bobbejaan, beklim die berg’, het land van de vroegere Apartheid, maar ook een land dat zo groot is en zo veel prachtigs te bieden heeft dat het onmogelijk is om al dit moois tijdens 1 reis te ontdekken. En dat is, spijtig genoeg, wat veel toeristen doen. Ze schrijven zich in voor een begeleide groepsreis of huren een huurwagen, racen langs de brede autostrades van de ene naar de andere plaats, en logeren in grote onpersoonlijke hotels. Op het einde van hun reis hebben ze foto’s van olifanten in het Kruger Nationaal Park en van neushoorns in het Hluhluwe-Umfolozi Game Reserve, van Zoeloes in een toeristische Zoeloe kraal, ze hebben de struisvogels gezien in Oudtshoorn en zijn met het kabelliftje naar de top van de Tafelberg gegaan. Zuid-Afrika heeft echter zo veel meer te bieden. Noord-Amerika of Canada bezoekt men tijdens meerdere reizen. Waarom kan dat niet voor ZuidAfrika? Het is zeer eenvoudig om enkele mooie en interessante reizen samen te stellen van telkens 15 tot 20 dagen waarbij men tijdens elke reis
www.tww.be
slechts 2 of 3 provincies grondig, maar toch rustig, bezoekt. Houdt u van de natuur en de wildernis, maak dan een reis door het noorden van het land. De provincie Limpopo heeft enkele prachtige natuurreservaten zoals het Marekele Nationaal Park in het Waterberg gebied waar men van zeer dichtbij een grote kolonie gieren kan bekijken, en het Mapungubwe Nationaal Park waar men van op een heuvel, aan de samenvloeiing van de Sashe en Limpopo rivieren, zowel Zuid-Afrika, Zimbabwe als Botswana kan zien liggen. Het Kruger Nationaal Park is zo groot dat het in 2 provincies ligt, de Limpopo en Mpumalanga provincie. De toerist die zich inschrijft voor een normale rondreis door Zuid-Afrika bezoekt enkel het uiterste zuiden van het park, maar het centrale en zeker het noordelijke deel met zijn eeuwenoude baobab bomen zijn zeker zo mooi, zij het niet mooier, wat betreft de vegetatie en het dierenleven dat men er ziet.
7
ZUID-AFRIKA
De provincie KwaZulu-Natal is bekend om de Drakensbergen, het HluhluweUmfolozi Game Reserve, en Zoeloekralen als Dumazulu en Shakaland. Dit alles kan bezocht worden door de provincie te doorkruisen langs de N2 en N4 autostrades. Volgt men echter de kleinere wegen door het binnenland van KwaZulu-Natal dan ontdekt men echter een prachtig heuvelachtig landschap en kleine dorpjes die niet met woorden te beschrijven zijn. Wie er de tijd voor neemt en extra wil betalen voor een degelijk (4x4) voertuig kan hier op plaatsen komen waar de tijd precies heeft stilgestaan. In plaats van te vliegen van Durban naar Port Elizabeth, zoals de meeste toeristen doen, kan men dit traject ook op 2 dagen rijden. Men rijdt dan door het heuvelachtige landschap van Transkei, het vroegere thuisland van de Xhosa’s waar Nelson Mandela is geboren. Hier leeft de bevolking nog in de blauw en groen geschilderde hutjes zoals jaren geleden en lopen sommige vrouwen nog rond met hun mooie hoofddoeken. Tijdens een rit door dit deel van de huidige Oostelijke Kaap provincie bestaat ook steeds de kans dat men plots enkele volledig wit geschilderde jongeren tegen komt die hun volwassenheidsinitiatie aan het doorlopen zijn. Neemt men enkele dagen meer tijd om de streek van de Tuinroute te bezoeken dan kan men ook door het gebied van de Baviaanskloofberge en langs het minder toeristische deel van de R62 rijden. En hoewel ze tegenwoordig slecht zijn onderhouden, is het nog steeds de moeite om even van de N2 af te wijken als men langs de Tuinroute rijdt, en door de
8
mooie Bloukrans Pass en Grootrivier Pass te rijden. Wie van een mooie sterrenhemel houdt, moet zeker het Cederberg gebied in de Westelijke Kaap provincie bezoeken. In dit bergachtige landschap is praktisch geen lichtpollutie en kan men volop genieten van de prachtige Melkweg. De Noordelijke Kaap provincie wordt zeer weinig bezocht door toeristen. Toch liggen hier enkele zeer interessante nationale parken. In het Augrabies Falls National Park bijvoorbeeld kan men mooie wandelingen maken naar de watervallen waar de Oranje rivier met donderend geraas naar beneden stort. En het Kgalagadi Transfrontier Park is totaal anders dan alle andere wildreservaten in Zuid-Afrika. Hier gaat men op safari in een prachtig duinenlandschap en ontmoet men dieren die men elders niet of zeer weinig zal zien zoals bijvoorbeeld de oryx, springbok en honingdas. Maar de hoofdattractie van Kgalagadi zijn ongetwijfeld de donker gemaande leeuwen die hier leven. Deze grote leeuwen met hun lange donkerkleurige manen zwerven constant langs de uitgedroogde rivierbeddingen op zoek naar een prooi. In het park is slechts 1 rustkamp met een restaurant. Wie zich echter de moeite wil getroosten om zelf zijn eten klaar te maken en een 4x4 voertuig wil huren zal nog beter van dit uitzonderlijke wildreservaat kunnen genieten omdat het dan mogelijk is de zandduinen nog verder in te rijden en te verblijven in kleine kampen ver weg van de dagelijkse drukte.
ZUID-AFRIKA
Kaapstad is ongetwijfeld een van de aangenaamste steden ter wereld en een verblijf van 3 dagen is veel te kort om de bezienswaardigheden in en rond de stad te leren kennen. Alleen al om de stad grondig te bezoeken heeft men 2 volledige dagen nodig. In het centrum kan men wandelen door de drukke St. Georges Mall en kuieren over Greenmarket Square. Tijdens een bezoek aan de rustige Kompaniestuinen ziet men niet enkel de Parlementsgebouwen en enkele mooie monumenten, maar mag men zeker niet vergeten om het Zuid-Afrikaans museum te bezoeken. Dit museum is zo interessant dat men er gemakkelijk een ganse voormiddag in kan rondwandelen tussen uitstallingen over de meest uiteenlopende zaken van Zuid-Afrika zoals de stammen en volkeren, de geschiedenis van het land, de vogels, dieren, insecten, vissen, enz. Wie meer wil leren over de geschiedenis en cultuur van de stad kan ook een bezoek brengen aan het District Six museum en de Maleise wijk. Een aanrader is eveneens een begeleide uitstap van een halve dag naar de townships rond Kaapstad. En uiteraard mag een bezoek aan de Tafelberg niet ontbreken. Tijdens een daguitstap langs het Kaapse schiereiland kan men vanuit Hout Bay een boottocht maken om Kaapse pelsrobben te bekijken, langs de Chapman’s Peak Drive rijdt men dan naar het uiterste puntje van Afrika, Cape Point met Kaap de Goede Hoop en houdt men onderweg halt aan Boulders Beach om er tussen een kolonie Jackass pinguïns te wandelen. Op een klein uurtje rijden van Kaapstad ligt de Kaapse Wijnstreek met
www.tww.be
bekende steden als Stellenbosch, Franschhoek en Paarl. Tijdens een daguitstap naar deze streek kan men niet enkel het indrukwekkende Taalmonument te Paarl en het imposante Hugenotenmonument te Franschhoek bezoeken maar kan men halt houden aan de verschillende wijnboerderijen om er de lekkere Zuid-Afrikaanse wijnen te proeven. Als dit alles nog niet voldoende is dan kan men in en rond Kaapstad onder andere nog een bezoek brengen aan de prachtige Botanische Tuinen van Kirstenbosch, het mooi gerestaureerde Victoria & Alfred Waterfront met zijn vele winkels en restaurants en interessante Oceanarium, het uitzichtpunt van Signal Hill, Robben Island waar Nelson Mandela jaren heeft gevangen gezeten, of relaxen aan de stranden van Camps Bay, Clifton Beach of Llandudno. U merkt het, Zuid-Afrika heeft echt veel meer te bieden dan wat u kunt ontdekken tijdens een reis van 2 of 3 weken!
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Wilt u enkele mooie boeken als souvenir van uw reis door Zuid-Afrika mee brengen, ga dan even een CNA of Exclusive Books binnen. Men verkoopt er interessante en prachtige boeken die bij ons niet verkrijgbaar zijn, en dit aan betaalbare prijzen.
9
ZUID-AFRIKA Oppervlakte, taal en bevolking Zuid-Afrika ligt in het uiterste zuiden van het continent Afrika en heeft een oppervlakte van 1.219.912 km² (dit is ongeveer 40 keer groter dan België!). Het land grenst in het noorden aan Namibië, Botswana en Zimbabwe, en in het oosten aan Mozambique en het koninkrijk Swaziland. Het koninkrijk Lesotho wordt volledig door Zuid-Afrika omsloten. Zuid-Afrika ligt ook aan twee oceanen, de Atlantische Oceaan in het westen en de Indische Oceaan in het zuiden en oosten. Sinds de totstandkoming van het democratische Zuid-Afrika in 1994, is het land verdeeld in negen provincies: West-Kaap, Oost-Kaap, Noord-Kaap, Kwazulu-Natal, Vrijstaat, Noordwest, Gauteng, Limpopo en Mpumalanga. Het land telt drie hoofdsteden: Pretoria (bestuurlijke macht), Kaapstad (wetgevende macht), Bloemfontein (rechterlijke macht). Durban is de belangrijkste havenstad van Zuid-Afrika. Volgens de laatste volkstelling in 2011 had Zuid-Afrika 51.770.560 inwoners. Ongeveer 79% van de bevolking is zwart, 10% blank, 9% kleurling en 2% zijn Indiërs. In Zuid-Afrika worden veel verschillende talen gesproken. Elf daarvan zijn officieel. De belangrijkste daarvan zijn het Zoeloe, Xhosa, Afrikaans, Engels en Swazi. Na India heeft Zuid-Afrika daarmee de meeste officiële talen ter wereld. In de grondwet van Zuid-Afrika staat ook dat het Khoi, San, Nama en de Zuid-Afrikaanse Gebarentaal worden bevorderd, maar deze talen zijn niet officieel. Andere niet-officiële talen zijn het Duits, Portugees, Frans, Fanagalo, Lobedu, Noord-Ndebele en Phuthi. Wie als toerist door Zuid-Afrika reist, kan met de Engelse taal praktisch overal terecht behalve in de afgelegen gebieden in het binnenland waar geen toeristen komen. Het Afrikaans is nauw verwant aan het Nederlands en wie als Vlaming een Afrikaanse krant leest zal niet al te veel moeite hebben om de artikels te begrijpen. Afrikaans wordt veelal gesproken in de Kaap provincies.
Belangrijkste luchthavens in Zuid-Afrika Vanuit Europa vliegt men meestal op Johannesburg of Kaapstad als men Zuid-Afrika wil bezoeken. Beide luchthavens (evenals de luchthaven van Durban) zijn de laatste jaren volledig uitgebreid en vernieuwd. Wie naar Johannesburg vliegt of vanuit Johannesburg vertrekt, doet er wel best aan om zijn bagage zo goed mogelijk af te sluiten, of zijn bagage in plastic te laten verpakken op de luchthaven want Johannesburg staat er spijtig genoeg om bekend dat er regelmatig in de bagage wordt ingebroken als ze van of naar de vliegtuigen wordt gebracht. Interessant om weten is dat er op beide luchthavens (en onder andere ook op de luchthaven van Port Elizabeth) de mogelijkheid bestaat om de plaatselijke taks (BTW) terug te trekken van bepaalde aankopen die men onderweg heeft gedaan. Hiervoor heeft men wel een factuur nodig (Tax Invoice) die men in de betreffende winkels moet vragen. Op deze factuur moet het BTW nummer staan en moet ook de BTW afzonderlijk vermeld staan. Zo niet wordt de BTW niet terug betaald. Wil men een teruggave van de BTW dan moet men zich op de luchthaven aanbieden aan een speciale balie (Tax Refund) en de aankopen laten zien waarvoor men een teruggave wenst. De facturen worden dan afgestempeld en eens voorbij de immigratie dienst wordt de BTW teruggave verder afgehandeld. Hoe dit alles in zijn werk gaat kan men terugvinden in de brochures die bij aankomst in Zuid-Afrika op de luchthaven te verkrijgen zijn. Opgelet, de BTW wordt niet voor alles terugbetaald. Zo is er bijvoorbeeld geen teruggave voor eten
10
en drank, wel voor kleding, boeken, juwelen, en dergelijke. Informatie over dit alles kan u terug vinden op http://www.taxrefunds.co.za/.
Klimaat en de beste periode om Zuid-Afrika te bezoeken Zuid-Afrika omvat vier geografische hoofdregio's: het kustland dat zich uitstrekt van Alexander Bay aan de westkust tot Kosi Bay aan de oostkust en varieert van droge woestijn tot subtropische bossen; de berggebieden van het Great Escarpment; het uitgestrekte halfronde plateau in het binnenland (highveld); en het subtropische lowveld aan de noordoostelijke kant van het land. Omdat Zuid-Afrika ten zuiden van de evenaar ligt, zijn de seizoenen omgekeerd aan die van het noordelijke halfrond. Lente en zomer is het daarom in september tot en met maart en april tot en met augustus zijn de wintermaanden. Dankzij zijn ligging tussen de koude Benguela-stroom in de Atlantische Oceaan en de warme Agulhas-stroom in de Indische Oceaan varieert Zuid-Afrika's klimaat van heet in de zomer tot gematigd in de winter, in het bijzonder overdag. De seizoenen in Zuid-Afrika variëren zeer sterk van streek tot streek en het is dan ook moeilijk om een goede periode te kiezen om het ganse land te bezoeken tijdens 1 reis. Vele reizigers willen Zuid-Afrika bezoeken tijdens de lente (oktober/november) omdat de natuur dan op zijn mooiste is en vele bloemen dan in bloei staan. Echter, net zoals bij ons in de lente, regent het dan ook veel in Zuid-Afrika. Het is namelijk door die regen en de warmte dat de bloemen in bloei komen. Wie Zuid-Afrika bezoekt tijdens de lente heeft veel kans om in de provincie KwaZulu-Natal en de Kaapprovincies regelmatig enkele uren regen te hebben. Kaapstad bezoekt men best niet tijdens onze zomermaanden. In de maand juli kan het zeer koud zijn in Kaapstad met veel regen, wind en mist. Juni en augustus zijn iets betere maanden maar toch best nog te vermijden. Daartegenover staat dan weer dat de provincie Mpumalanga waar het Kruger Nationaal Park ligt, tijdens de maand juli heel veel zonneschijn kent. ‘s Ochtends en ’s avonds zal het er dan fris zijn maar overdag lopen de temperaturen op tot 20 à 25° en kan men genieten van een heerlijk zonnetje terwijl men op stap is. December en januari zijn heel warme maanden met temperaturen die kunnen oplopen tot 35° en meer, en met af en toe een fikse regenbui. Er is een klimaatfenomeen dat geregeld optreedt tijdens de verschroeiend hete zomers op het highveld: rond 4 uur in de middag veranderen donkere regenwolken de azuurblauwe hemel in een onheilspellend grijs doek. Gerommel van de donder weerklinkt dan over het land om de komst aan te kondigen van bliksems, bijna discoachtig in hun voltage, en een stortbui
ZUID-AFRIKA Autorijden In Zuid-Afrika rijdt men langs de verkeerde kant van de weg, links dus. Dit is even aanpassen maar meestal is iedereen daar vrij snel mee weg. Enkel in de steden is dat soms een probleem omdat wij gewoon zijn om automatisch naar de rechterkant van de weg te gaan als we een hoek omdraaien. In Zuid-Afrika moet u dus naar de linkerkant van de weg gaan als u een hoek omdraait. Als u wil afslaan zal u de eerste keer waarschijnlijk uw ruitenwissers aanzetten want de richtingaanwijzers en ruitenwissers staan in Zuid-Afrika ook aan de andere kant van het stuur.
van regen. Binnen één tot twee uur sluit Moeder Natuur dan plotseling weer haar waterpoorten met een magnifieke regenboog. Wie vrij is om zijn periode van reizen te kiezen, bezoekt Zuid-Afrika best tijdens de maanden februari, maart, april en/of september. Over het algemeen genomen heeft men dan overal aangename temperaturen van 25 à 30° en heel weinig kans op regen.
Geldzaken De Zuid-Afrikaanse munteenheid is de ZAR = Zuid-Afrikaanse Rand. Deze is onderverdeeld in 100 centen. Er bestaan munten van 5, 10, 20 en 50 cent, 1, 2 en 5 ZAR en biljetten van 10, 20, 50, 100 en 200 ZAR. Wilt u in Zuid-Afrika geld wisselen dan kan dat in de banken, wisselkantoren en in de meeste grote hotels. Het eenvoudigste is dat u Euro’s meeneemt en die dan, wanneer nodig, omwisselt. Het is ook mogelijk om met uw credit card geld af te halen aan een ATM (Automatic Teller Machine = bankautomaat). Op vele plaatsen (hotels, restaurants, winkels) kan u betalen met Visa en Mastercard. Betalen in benzinestations moet op de meeste plaatsen nog wel met contant geld.
Een zeer goed systeem in Zuid-Afrika is het ‘4 Stop’ systeem. Op een kruispunt staat op elke hoek een verplicht ‘Stop’ teken. Iedereen moet hier dus verplicht stoppen en wie eerst is gestopt, mag ook eerst door rijden. Dit voorkomt veel ongevallen en iedereen houdt zich ook zeer goed aan deze regel. Wilt u parkeren dan kan dat op daarvoor voorziene parkeerplaatsen in de straat of op betalende parkings. Deze zijn zeer goedkoop. In de meeste parkings betaalt u slechts 1 of 2 ZAR om een uur te parkeren. Sommige delen van de grote autostrades hebben een ‘Road Toll’ systeem. De bedragen die u er moet betalen variëren zeer sterk en lopen uiteen van 5 ZAR tot 50 ZAR, afhankelijk van de lengte van het ‘Road Toll’ traject. Informatie over het ‘Road Toll’ systeem kan u terug vinden op http://www.nra.co.za/live/index.php.
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Maakt u een rondreis met een huurwagen, koop dan voor u vertrekt in een plaatselijke supermarkt een koelbox. Deze zijn daar niet duur en zo blijft uw drank onderweg steeds fris. Ook uw eten of snacks blijven op die manier fris als u onderweg wil stoppen om te picknicken. In supermarkten of benzinestations kan u terecht voor (al dan niet op voorhand) belegde broodjes. Meestal kunt u daar ook ijs kopen om in uw koelbox te doen als het echt zeer warm is.
Het wegennet in Zuid-Afrika Opvallend als men door Zuid-Afrika rijdt is de goede staat van de wegen en de goede bewegwijzering. Op enkele uitzonderingen na zijn alle hoofden secundaire wegen zeer goed onderhouden, zelfs in streken waar weinig verkeer komt. Het is dan ook op vele van deze secundaire wegen toegestaan om 100 km, en soms 120 km, per uur te rijden. Men kan ZuidAfrika dan ook bezoeken met een normale personenwagen. Wie er niet van houdt om, zoals elke normale toerist, de hoofdwegen te volgen huurt best een SUV of een 4x4 voertuig. Met zulke voertuigen kan men dan het echte binnenland in rijden. Dit is zeker aan te raden want op die manier komt men op de meest mooie plaatsjes en ziet men nog hoe de lokale bevolking leeft zoals honderd jaar geleden. Belangrijk is wel dat iedereen er rekening mee houdt dat in Zuid-Afrika heel veel dieren (honden, maar ook koeien, geiten, enz.) vrij rondlopen op straat en dat deze soms plots de straat kunnen oversteken. Tevens is het zo veel mogelijk te vermijden om in het donker te rijden. Niet enkel ziet men de plaatselijke bevolking dan zeer moeilijk maar er rijden ook veel wagens rond met kapotte verlichting.
www.tww.be
Parkeerwachters Vroeger kende Zuid-Afrika een groot probleem van inbraken in de wagens. Dat was niet te vermijden want vele werklozen liepen op straat en zochten een manier om toch aan wat geld te geraken om eten te kunnen kopen. Enkele jaren geleden kwam iemand echter op het lumineuze idee om zo veel mogelijk van deze werklozen die in de wagens inbraken aan het werk te zetten door hen diezelfde wagens te laten bewaken. Hun vergoeding zou er uit bestaan door geld dat ze kregen van de eigenaars van die wagens die tevreden waren omdat er niet meer werd ingebroken. Als u dus nu op reis door Zuid-Afrika bent met de wagen dan zal u regelmatig op openbare parkeerplaatsen worden aangesproken door mannen of vrouwen met een geel of oranje jasje die u beleefd vragen of ze op uw wagen mogen letten terwijl u een bezienswaardigheid gaat bezoeken of op restaurant gaat. U zegt dan gewoon ja, en als u later terug bij uw wagen komt, geeft u hen een klein bedrag van 2 à 5 ZAR. Voor u is dit bedrag minimaal maar uw wagen werd bewaakt en u zorgt er mee voor dat deze werklozen toch een vorm van inkomen hebben.
11
ZUID-AFRIKA Motorhomes en 4x4 voertuigen Hoewel Zuid-Afrika overal goede kampeerplaatsen kent, is het toch niet onmiddellijk een land om met de motorhome te bereizen. Motorhomes zijn namelijk niet goedkoop om te huren en het is soms voordeliger en zeker comfortabeler om in gezellige Guest Houses te verblijven. Een 4x4 voertuig heeft men in Zuid-Afrika enkel nodig indien men van plan is om van de normale toeristische routes af te wijken en bijvoorbeeld het binnenland van KwaZulu-Natal te bezoeken of de Sani Pass naar Lesotho te nemen. Ook in de zandduinen van het Kgalagadi Transfrontier Park of in het rotsachtige landschap van het Mapungubwe National Park kan een 4x4 voertuig nuttig zijn.
Treinen Hoewel er dagelijks verbindingen zijn tussen de grote steden maakt de normale toerist heel weinig gebruik van treinen in Zuid-Afrika. Echt comfortabel zijn deze treinen niet en het gaat veel sneller als men vliegt van de ene naar de andere plaats. Opgemerkt dient echter wel dat Zuid-Afrika 2 zeer luxueuze treinen kent: Rovos Rail en de Blauwe Trein. Tijdens een reis met deze treinen verblijft men in prachtige suites en is alles, zelfs de champagne, inbegrepen. De belangrijkste verbindingen van Rovos Rail en de Blauwe Trein zijn tussen Pretoria en Kaapstad maar het is ook mogelijk om andere treinreizen te maken, bijvoorbeeld naar de Victoria Falls in Zimbabwe of Dar Es Salaam in Tanzania.
Openbaar vervoer Het openbaar vervoer zoals wij dat in België kennen, met bussen en trams die op regelmatige haltes in de stad stoppen, heeft men in Zuid-Afrika niet. Wel bestaat er een systeem met kleine busjes dat door de lokale bevolking wordt gebruikt. Het is echter aan te raden om daar geen gebruik van te maken omdat de chauffeurs van deze busjes als echte kamikazes door het verkeer racen. Regelmatig worden deze busjes ook overladen. Wil men in een stad toch van de ene naar de andere plaats en heeft men geen eigen vervoer dan is de beste optie om een taxi te nemen. Taxi’s zijn in ZuidAfrika niet duur maar het is wel verstandig om op voorhand een prijs af te spreken of na te kijken of de meter is opgezet.
Grensposten en cross border permits Bezoekt u tijdens uw reis door Zuid-Afrika ook een of meerdere buurlanden dan moet u er rekening mee houden dat niet alle grensposten 24 uur op 24 geopend zijn. Sommige grensposten sluiten om 16.00h, anderen om 18.00h of later. Doe hierover zeker goed navraag voor vertrek zodat u niet voor een gesloten grenspost komt te staan. Belangrijk is ook dat u, bij het ophalen van een huurwagen, doorgeeft welke buurlanden u wilt bezoeken en hiervoor de nodige ‘cross border permits’ vraagt want zonder deze papieren zal u de grens niet mogen oversteken.
Eten en drank Wie houdt van lekker eten en drank is in Zuid-Afrika aan het juiste adres. Hier vindt men het beste rundsvlees en allerlei soorten wild zoals springbok, koedoe en impala. De struisvogelfilets zijn hier uitermate mals en sappig. Wie van vis houdt zal in Zuid-Afrika ook zeker zijn gading vinden. Vooral de kingklip is een aanrader! En aan de kust moet men natuurlijk oesters en kreeft eten. Aan groenten en fruit is er geen gebrek en de variëteit is er zeker zo groot als bij ons. Het woord 'eclectisch' beschrijft het best de Zuid-Afrikaanse keuken, ontstaan in de Kaap en met invloeden van Afrikaanse, Indiase, Aziatische, Oriëntaalse en Europese culinaire tradities, zowel uit het verleden als het heden. De invloedrijkste culinaire traditie is waarschijnlijk die van de mensen uit Maleisië, wier unieke bijdragen gekenmerkt worden door de wijze van kruiden, van hete pepers tot nootmuskaat, kaneel en kruidnagels. Afhankelijk van waarheen u reist, doet u verschillende eetervaringen op, zoals de curies van Durban's Indiase bevolking en breyani, stoofpotten of bredie en bobotie synoniem voor de Kaaps-Maleise keuken. Dit gerecht, met als ingrediënten gehakt rund- of schapenvlees, gedroogde perziken, abrikozen en/of rozijnen, is zowel zoet als zuur, en is een typisch voorbeeld van hoe Maleise koks oriëntaalse recepten hebben aangepast en plaatselijke ingrediënten gebruikt hebben om een unieke culinaire traditie te creëren. Andere facetten van de Zuid-Afrikaanse keuken zijn pikante gerechten zoals waterblommetjiebredie en potjiekos beide traditioneel Afrikaans. Nog meer traditionele Afrikaner gerechten zijn pap, chakalaka en marog, die vaak in Afrikaanse restaurants geserveerd worden. En als u wat avontuurlijker ingesteld bent, kunt ook eens mopane wormen proeven, Masonja!, Tshuku (gebakken termieten) geheten of Xi Fu Fu Nu Nu (geroosterde larve van de mestkever). Twee gerechten die u absoluut ook niet mag overslaan zijn biltong (gedroogd vlees van runderen, struisvogels of diverse soorten wild) en gerookte Kaapse snoek (een heerlijk gerookte zeevis die uniek is voor de Kaap).
12
ZUID-AFRIKA een verblijf van 2 à 3 nachten ziet men er, met een klein beetje geluk, luipaarden, leeuwen, jachtluipaarden, grote kudden olifanten, elanden en vele andere dieren.
Noord-West Provincie
Als afsluiting van uw safari vormt een braai of barbecue vaak onderdeel van het menu, buitenshuis geserveerd op een plek genaamd boma. Naast gebraden biefstuk, kip en lamsbout kunt u ook struisvogel-, krokodillen-, olifanten-, waterhoen- en antilopenvlees aangeboden krijgen. Voor de zoetekauwen zijn er Zuid-Afrikaanse specialiteiten zoals koeksisters, melktert, soetkoekies, mosbolletjies en beskuit en allerlei soorten gekonfijt fruit zoals watermeloen, groene vijgen en sinaasappels. Naast deze melange van dinermogelijkheden bieden de talrijke restaurants en eetcafés van Zuid-Afrika een uitgebreide, hedendaagse keuken en de authentieke Europese, Aziatische en Oriëntaalse keuken. Dankzij de eersteklas verse producten in Zuid-Afrika, de grote immigrantenbevolking en kosmopolitische invloeden zal u ontdekken dat vele van Zuid-Afrika's restaurants tot de beste ter wereld behoren. Sparkling Wine ofte Vonkelwijn is de Zuid-Afrikaanse tegenhanger van de Franse Champagne en Spaanse Cava en moet daar zeker niet voor onderdoen. En dan zijn er natuurlijk nog de heerlijke witte en rode ZuidAfrikaanse wijnen. Belangrijk voor ons als levensgenieters is dat al dit lekkers in Zuid-Afrika soms tot een derde goedkoper is dan bij ons in België. Hier gaat men dus met plezier op restaurant.
Waar kunt u op safari gaan? Een rondreis door Zuid-Afrika wordt meestal gecombineerd met een safari van enkele dagen. Sommige nationale parken en wildreservaten liggen in malaria gebieden. Laat u hierdoor niet afschrikken. De kans op het krijgen van malaria is zo goed als onbestaande, zeker als u de nodige voorzorgen neemt.
Mpumalanga Provincie en Limpopo Provincie
In deze provincie, aan de grens met Botswana, ligt een mooi wildreservaat dat door weinig toeristen bezocht wordt, het Madikwe Game Reserve. De grote attractie in dit wildreservaat zijn de wilde honden die hier dikwijls worden waargenomen. Het probleem met Madikwe is echter dat het volledig uit de richting ligt van de normale toeristische route en dat de private lodges in het reservaat niet echt goedkoop zijn. In het Madikwe Game Reserve is geen malaria risico.
Kwazulu-Natal Het bekendste en meest interessante wildreservaat in Kwazulu-Natal is ongetwijfeld het Hluhluwe-Umfolozi Game Reserve waar u met uw eigen wagen kan rondrijden. Meer noordelijker liggen het Ithala Game Reserve en het Mkuze Game Reserve. In dit gebied zijn ook enkele goede, private wildreservaten. In al deze parken is een malaria risico.
Oost-Kaap Provincie Wilt u met uw eigen wagen op safari gaan dan kan u daarvoor terecht in het Addo Elephant National Park ten noorden van Port Elizabeth. Hoewel het landschap in de Oost-Kaap provincie totaal verschillend is van de meer noordelijk gelegen provincies, zal u hier toch veel dieren kunnen zien en worden in de private wildreservaten in deze streek regelmatig de ‘Big Five’ (olifant, leeuw, buffel, neushoorn en luipaard) waargenomen. De OostKaap provincie is volledig malaria vrij.
West-Kaap Provincie De West-Kaap provincie heeft niet echt veel nationale parken of private wildreservaten waar men op safari kan gaan. Ten noorden van Swellendam ligt een privaat wildreservaat dat een bezoek waard is maar in de meeste andere private wildreservaten zijn de roofdieren gescheiden van de andere dieren wat de safari ervaring niet echt ten goede komt. De West-Kaap provincie is volledig malaria vrij.
Noord-Kaap Provincie Hier ligt een van de mooiste nationale parken van Zuid-Afrika, het Kgalagadi Transfrontier Park. Het landschap is er prachtig en men hoeft enkel maar de droge rivierbeddingen te volgen om uitzonderlijke safari’s te maken. In en naast het park liggen enkele private lodges. Deze streek is malaria vrij.
Het Kruger National Park is zo groot dat het verspreid ligt over de Mpumalanga en Limpopo Provincies. Hier kunt u, zoals de meeste toeristen trouwens doen, op safari gaan met uw eigen wagen. Langs de westkant van het Kruger National Park, evenals in het park zelf, kan u terecht in kleinere (duurdere) private wildreservaten. Hier is overal malaria risico. In het malaria vrije Waterberg gebied in de Limpopo provincie zijn verschillende private wildreservaten alsook het Marakele National Park.
☞
Trav el Worl dwide Tip
Combineer uw bezoek aan de noordelijke provincies van Zuid-Afrika met een verblijf van enkele dagen in het Mashatu Game Reserve. Dit private wildreservaat ligt juist voorbij de Pont Drift grenspost, in het zuiden van Botswana. De plaatselijke gidsen hier zijn fenomenaal en tijdens
www.tww.be
13
ZUID-AFRIKA Walvissen, dolfijnen en pinguïns De kuststreek van de West-Kaap provincie is de ideale locatie om Southern Right Whales te zien. Tussen juli en december kan men van op de kust dagelijks verschillende van deze grote zoogdieren zien. Zij komen daar hun jongen baren en grootbrengen in de baaien en riviermondingen. De meest bekende plaats om walvissen en dolfijnen te zien in die periode is Walker Bay tussen Gansbaai en Hermanus maar ook voor de kust van De Hoop Nature Reserve, in de baai van False Bay en van op de kust van Hout Bay kan men dan regelmatig walvissen en dolfijnen waarnemen. De Southern Right Whale heeft zijn naam gekregen in de periode dat er volop op hen gejaagd werd. Als hij werd gedood bleef hij drijven en was daardoor de ‘Right’ (juiste of gemakkelijkste) walvis om te doden. Wie een grote kolonie Jackass pinguïns wil zien, houdt best even halt aan Boulders Beach nabij Simons Town. Hier kan men langs een verhoogde palissade tussen de pinguïns op het strand wandelen.
Ingangstickets De prijzen voor ingangstickets variëren zeer sterk in Zuid-Afrika. Zo zult u voor een bezoek aan een museum misschien slechts 10 ZAR betalen maar voor de ingang aan een nationaal park 80 tot 100 ZAR en voor een ritje met de kabelbaan naar de top van de Tafelberg bijna 200 ZAR. Toch valt dit alles nog best mee en moet u rekenen dat u voor een reis van 3 weken langs de voornaamste bezienswaardigheden van Zuid-Afrika maximum 1.000 à 1.500 ZAR kwijt zal zijn.
Accommodatie Zuid-Afrika heeft een grote verscheidenheid aan accommodatie en dit in alle prijsklassen. In de steden en dorpen kan men terecht in hotels en guest houses, in de parken verblijft men in chalets en rondavels in de rustkampen, en in de privaat wildreservaten logeert men in lodges en tentenkampen.
Chalets en Rondavels Voor wie wat dichter in de natuur wil logeren is een verblijf in een rustkamp in een nationaal park een goede keuze. Een chalet of rondavel (typische naam voor een ronde of rechthoekige stenen hut) is niet erg luxueus maar biedt alle noodzakelijke comfort zoals een slaapkamer met 2 bedden en een badkamer met douche, toilet en lavabo. Soms zijn er ook chalets met meerdere slaapkamers die gehuurd kunnen worden door families. Meestal is er in het rustkamp ook een restaurant en waar dat niet is, zijn de chalets voorzien van een volledig ingerichte keuken. Wil men daar verblijven dan moet men uiteraard zelf op voorhand het nodige eten en drank aankopen. De rustkampen die gelegen zijn in nationale parken waar gevaarlijke dieren leven, zijn omheind zodat men er vrij kan rondlopen.
Private lodges en tentenkampen In of naast de nationale parken in Zuid-Afrika liggen veelal ook enkele private wildreservaten waar men kan verblijven in een luxe lodge of tentenkamp. Tijdens het verblijf in een luxe lodge of tentenkamp zijn meestal alle maaltijden en 2 safari activiteiten per dag inbegrepen. Hier hangt natuurlijk een serieus prijskaartje aan maar het voordeel is dat men tijdens een safari in een privaat wildreservaat veel dichter bij de dieren kan komen dan in een nationaal park. In een privaat wildreservaat is het de gidsen toegestaan om de weg te verlaten en de klanten tot op enkele meters van bijvoorbeeld leeuwen te brengen. Dat mag niet een nationaal park. Daar moet iedereen op de weg blijven en rijdt men meestal ook zelf met zijn wagen rond.
Hotels De reiziger die graag in grote hotels verblijft, zal in Zuid-Afrika geen problemen hebben om zijn gading te vinden. Men kan hier kiezen uit een selectie van gewone standaard hotels tot de meest luxueuze hotels en dit van verschillende hotelketens. De drie bekendste hotelketens zijn Protea Hotels, Tsogo Sun Hotels en Sun International Hotels.
Guest Houses en Country Lodges Dit soort accommodatie geniet onze voorkeur omdat men er steeds een zeer persoonlijke service krijgt. Guest Houses en Country Lodges worden meestal uitgebaat door de eigenaars zelf en het aantal kamers kan variëren van 4 tot 15. Anders dan bij een groot hotel waar men zich tot de receptionist moet wenden als men vragen over de streek heeft, kan men hier praten met de eigenaar die uiteraard de mooiste plaatsjes in de omgeving kent. Belangrijk om weten is wel dat vele Guest Houses en Country Lodges enkel ontbijt aanbieden. Voor de lunch en het diner moet men naar een van de restaurants gaan die meestal niet al te ver verwijderd zijn. En ook hiervoor kan de eigenaar goede raad geven wat betreft de beste restaurants in de omgeving.
14
Steden en dorpen Sinds enkele jaren is men in Zuid-Afrika de namen van steden, dorpen, straten, enz. aan het veranderen. Vooral namen die herinneren aan het vroegere apartheidsregime worden gewijzigd naar namen in lokale talen en dialecten. Dit is een voortdurend project en zeer verwarrend omdat wij nooit op voorhand weten wanneer en welke namen men veranderd heeft. Daar waar mogelijk en/of noodzakelijk geven we steeds beide benamingen.
Johannesburg Sinds de ontdekking van goud in Witwatersrand in 1886 is Johannesburg de stad waarheen mensen komen om geld te verdienen. Johannesburg, dat ook liefkozend eGoli wordt genoemd - Stad Van Goud - of Jozi, is een levendige stad die gonst van de energie van ongeveer zeven miljoen mensen. Het is een stad waar dingen gebeuren, waar kunst, de cultuur en de sport absoluut leven. Gedurende de laatste twintig jaar zijn veel van Johannesburg's commerciële activiteiten gedecentraliseerd. Als gevolg daarvan leidt een modern netwerk van snelwegen nu naar lommerrijke voorsteden vol met
ZUID-AFRIKA internationaal ook erkend als de diamanthoofdstad van de wereld. Waar eens een heuvel genaamd Colesberg Koppie stond, ligt nu het grootste door de mens gegraven gat ter wereld, op een terrein dat 3 ton aan diamanten (ongeveer 14,5 miljoen karaat) heeft opgebracht. Eens scharrelden hier 30.000 diamantzoekers rond, als bezetenen op zoek naar fortuin. De originele opgegraven zaken maken nu deel uit van de verzameling voorwerpen van het Kimberley Mijnmuseum, één van de mooiste openluchtmusea ter wereld, waarin het Kimberley tijdens de hoogtijddagen van de diamantenkoorts wordt getoond. Dit is de tijd waarin ZuidAfrika zijn groei begon, van een achtergebleven gebied tot het meest geïndustrialiseerde land op het Afrikaanse continent.
Bloemfontein kantoorpanden, elegante hotels, winkelcentra, honderden restaurants, drukke vlooienmarkten, straatverkopers en sportstadions.
Sandton Sandton is een van deze voorsteden van Johannesburg waar vele aankomende toeristen overnachten als ze niet onmiddellijk doorvliegen naar hun volgende bestemming of naar Pretoria rijden. Hier staan vele internationale hotels en is er een zeer groot winkelcentrum. Ideaal voor wie op de dag van zijn aankomst enkel wil relaxen of gaan winkelen.
Soweto De naam Soweto, doortrokken van de geschiedenis van Zuid-Afrika's voormalige apartheidsperiode en de strijd voor democratie, is een acroniem voor South Western Township. Het ligt buiten Johannesburg en is ontstaan door de gedwongen hervestiging van Zuid-Afrika's zwarte bevolking onder de beruchte Group Areas Act. Tegenwoordig is Soweto een fascinerende stad waar naar schatting ongeveer 5 miljoen mensen wonen. Het is de stad waar Nelson Mandela en aartsbisschop Desmond Tutu eens woonden. Het is een stad waar krotten, bescheiden huizen en herenhuizen naast elkaar staan en waar jazz clubs en shebeens een speciale en werkelijke unieke spirit en energie uitademen.
Pretoria (City of Tshwane) Deze met palissanderbomen omzoomde stad ligt 53 kilometer ten noorden van Johannesburg en is Zuid-Afrika's administratieve hoofdstad waar vele diplomatieke vertegenwoordigers van landen uit de hele wereld wonen. Pretoria is rustiger dan Johannesburg, hoewel uitermate dynamisch, en zijn charme en gedistingeerdheid zijn afkomstig van de elegante gebouwen, waarvan de beroemdste de Union Buildings zijn. Dit majestueuze gebouw, ontworpen door Sir Herbert Baker, is de zetel van de regering en wordt omgeven door prachtige tuinen in terrassen. De Union Buildings waren de perfecte locatie voor Nelson Mandela's inauguratie als president in 1994. Andere beroemde plaatsen zijn Pretoria’s fantastische dierentuin en Melrose House. In dit prachtige Victoriaanse huis werd het Vredesverdrag van Vereeniging getekend in 1902, waarmee een eind kwam aan de Boerenoorlog.
Nelspruit (Mbombela) Deze stad in de Mpumalanga provincie is voor de toerist vooral belangrijk om zijn luchthaven die op een uurtje rijden ligt van het Kruger Nationaal Park en de verschillende private wildreservaten daar in de streek. Wie tijdens zijn reis door Zuid-Afrika tijd wil besparen kan bijvoorbeeld van Johannesburg of Kaapstad naar Nelspruit vliegen en vice versa.
Kimberley Kimberley is niet alleen de hoofdstad van de Noordelijke Kaap maar wordt
www.tww.be
Bloemfontein is de hoofdstad van de Vrijstaat provincie alsook de juridische hoofdstad van Zuid-Afrika. Dankzij de duizenden rozenstruiken verspreid in de straten, doet de stad haar naam alle eer aan. In het centrum van de stad is een klein natuurreservaat, Naval Hill, waar men kan wandelen en klein, ongevaarlijk wild kan zien. Tevens vindt men in en rond de stad verschillende museums met uiteenlopende onderwerpen gaande van natuurkunde tot oorlogsvoering. Het belangrijkste monument is waarschijnlijk het ‘Women’s Monument’, dat opgericht werd ter ere van de duizenden vrouwen en kinderen die gestorven zijn in de concentratiekampen tijdens de Zuid-Afrikaanse ‘Anglo-Boer’ oorlog.
Pietermaritzburg Pietermaritzburg, de hoofdstad van de provincie KwaZulu-Natal, ligt in de vredige Midlands en wordt soms liefkozend ‘Sleepy Hollow' genoemd. Het heeft prachtige oude gebouwen en curieuze voetganger laantjes en steegjes, met een weelde aan bloemen in de lente. Pietermaritzburg koestert zich in een atmosfeer die het verleden oproept. Het is oorspronkelijk gesticht door de Voortrekkers en werd in 1842 overgenomen door de Britten, wat de andere bijnaam verklaart: 'Last Outpost of the British Empire'. Dit is een ideale basis om de Midlands Meander te volgen, een populaire route voor de aanschaf van kunst en handenarbeid.
Durban De voornaamste badplaats van KwaZulu-Natal is Durban. Dit was eens een paradijs voor plaatselijke en internationale vakantiegangers met zijn subtropische klimaat en kermisachtige sfeer. Het amusementsgebied bekend als de Golden Mile werd echter jaren verwaarloosd maar is nu aan een heropleving bezig. Hotels worden gerenoveerd en attracties worden bijgebouwd. Buiten enkele minder bekende monumenten en gebouwen heeft Durban geen echte bezienswaardigheden. De meeste toeristen verblijven hier dan ook slechts 1 nacht op doorreis naar het zuiden of het noorden. De eerste Europeanen die hier aan land zijn gegaan, waren toevallige bezoekers: schipbreukelingen uit de Portugese periode. Vasco da Gama zag de kust voor het eerst op kerstdag 1497 en noemde ze Natal (Kerstmis). Toen gingen drie eeuwen voorbij vooraleer de Europeanen uiteindelijk met een bepaald doel voor ogen ontscheepten. In november 1823 werden de kuststrook en de baai herontdekt door de Britse navy-luitenanten Francis Farewell en James King. In mei 1824 landde Henry Fynn met 26 man. Een paar dagen later kwam Farewell aan met 30 man, paarden en vee. Ze kwamen voor eigen rekening, zonder ruggensteun van het Kaaps gezag. Hun doel was handel te drijven met de Zoeloes. Farewell, Fynn en een paar tolken begonnen aan hun lange reis tot bij Zoeloekoning Shaka. Dit bezoek wierp vruchten af. Op 7 augustus 1824 zette Shaka zijn merkteken op een document waarin hij een
15
ZUID-AFRIKA stuk grond van 40 kilometer bij 80 kilometer rondom de baai ter beschikking stelde van de twee handelaars. Bij hun terugkeer aan de baai noemden deze laatsten hun haventje Port-Natal. Elf jaar later, na de aankomst van de eerste zendeling (kapitein Allen Gardiner), gaven ze de nieuwe naam Durban aan hun handelspost. Het gebaar was bedoeld als eresaluut aan de zeer populaire Kaapse soldaatgouverneur Benjamin d'Urban. Na de Voortrekkersoverwinning bij Bloedrivier werd de Republiek Natalia uitgeroepen en kwamen de handelaars onder bescherming te staan. In mei 1842 gebeurde het onvermijdelijke: de Britten zetten troepen aan wal te Durban. De Voortrekkers begonnen meteen aan de belegering van het fortje. Een Brits handelaar, Dick King, bevond zich aan boord van de Mazeppa die in de baai voor anker lag. De eerste nacht van het beleg werden Dick King, zijn 16 jarige bediende Ndongeni en twee paarden in een grote sloep aan wal geroeid. Tien dagen later stond King te Grahamstown. Hij had meer dan 900 kilometer afgelegd en was welgeteld 122 rivieren overgestoken. Halverwege de tocht had Ndongeni, die het zonder zadel en stijgbeugels moest stellen, het opgegeven. Dadelijk werd versterking naar Durban gestuurd. Het fortje hield manmoedig stand tot de aankomst van de troepen uit Grahamstown op 26 juni 1842. De Voortrekkers gaven het beleg op. Twee jaar later, in mei 1844, werd Natal tot Britse Kroonkolonie uitgeroepen. De meeste Voortrekkers begonnen aan een nieuwe Trek, de Groot Drakensberg over. Durban werd tot gemeente uitgeroepen in 1854, tot stad in 1935.
Port Elizabeth Port Elizabeth is een stad die door de meeste toeristen wordt aangedaan tijdens hun reis door Zuid-Afrika. Meestal vliegt men hier naartoe vanuit Durban of vice versa. In en rond de stad kan men enkele mooie oude monumenten en gebouwen bezoeken of relaxen aan het strand.
Oudtshoorn De struisvogelfarms van Oudtshoorn zijn uniek in de wereld. Nergens worden de dieren met zoveel succes gefokt. Oudtshoorn was ooit de struisverenhoofdstad van de wereld en kapitalen werd verdiend na de ontdekking – rond 1870 – dat het mogelijk was om deze eigenaardige vogels te temmen, de eieren uit te broeden en ze te plukken. Modehuizen en high-society dames in Europa bleken bereid grote sommen
16
geld te betalen voor goede veren, die toen tot 200 Engelse pond per kilo opbrachten. Aan het einde van de vorige eeuw was de struisvogelindustrie de meest rendabele tak van veeteelt en bouwden de ‘struisvogelbaronnen’ hun prachtige landhuizen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog viel dit alles stil en daarna volgde geen echte heropleving. Tegenwoordig bestaat een veel kleinere maar constante vraag naar de producten van de struisvogel. Jaarlijks worden in Oudtshoorn ongeveer 60.000 kilo veren geveild, die al naargelang de kwaliteit 20 tot 400 ZAR per kilo opbrengen. De struisvogels, ofschoon van zichzelf geen typische kuddedieren, worden hier niettemin in grote kuddes gehouden op uitgestrekte weiden. Voor het plukken krijgen de beesten een sok over het hoofd. Iedere vogel produceert een kilo veren per negen maanden. Het grootste deel wordt gebruikt om plumeaus van te maken. Na 15 jaar worden de veren slechter en meestal worden de dieren dan geslacht (al kunnen zij tot 80 jaar oud worden). Van het vlees wordt biltong gemaakt, van het leer handtassen, portefeuilles, schoenen en riemen, van de voeten worden asbakken gemaakt, beendermeel van het skelet, zeep van het vet en mest van wat dan nog over is. Deze mest wordt over de klavergrasweilanden gestrooid, die het voornaamste dieet van de dieren leveren. Er gaat dus niets verloren van deze zonderlinge vogel. Het vrouwtje legt per keer 12 tot 15 eieren, die door beide dieren (man en vrouw) in 6 weken worden uitgebroed. De jonge vogels zijn na 18 maanden volwassen en kunnen 40 jaar broedrijp blijven. De volwassen mannetjes zijn vaak nogal vals en kunnen gevaarlijke trappen uitdelen. Struisvogels kunnen niet vliegen maar wel snelheden van 50 kilometer per uur halen over korte afstanden.
ZUID-AFRIKA
Mossel Bay Langs de kust voorbij Kaap Agulhas, het zuidelijkste puntje van Afrika, ligt Mossel Bay op een plek die al voor 1500 bekend was aan de Portugezen zij stelden de gewoonte in om rapporten achter te laten in de stam van een boom voor de volgende vloot die voorbij kwam. De stad is genoemd naar de overheerlijke plaatselijke mossel en is nu aanzienlijk groter dan het dorpje van weleer en heeft nog steeds een aanzienlijke vissersvloot. De prachtige stranden zijn zeer gezocht door badgasten, windsurfers en zeilers.
Stellenbosch Met haar vele eiken en haar klassieke architectuur is Stellenbosch wellicht de meest charmante stad van Zuid-Afrika. Ze is omringd door wijn- en boomgaarden en ligt bij de bijzonder mooie 1.390 meter hoge Simonsberg. In 1679 kort na zijn aankomst aan de Kaap, begon Van der Stel het Kaapse hinterland open te gooien. In november van dat jaar reed hij de vallei van de Eersterivier binnen en kampeerde er vlakbij een bos. ‘Het bos van Van der Stel’ zou algauw Stellenbosch worden. Een maand na die ontdekking begonnen de Kaapse vrijburgers aan het bouwen van de nieuwe nederzetting, 48 kilometer van Kaapstad verwijdert. Tegen 1685 was Stellenbosch de zetel van de grensdrostdij en het bleef honderd jaar lang de enige binnenlandse magistratuur van de Kaapkolonie. De bouwstijl welke tijdens de tweede helft van de 18de eeuw tot stand kwam, nu gekend als Kaaps-Hollands, evolueerde van het eenvoudige
www.tww.be
Europese hoevegebouw met aflopend dak tot een woning welke niet alleen zeer geschikt was voor het warme Afrikaanse klimaat maar ook de nodige kamerruimte bood aan haar uiterst gastvrije eigenaar. De bouwlijnen waren eenvoudig. Het mooie geelhout kwam uit de plaatselijke wouden. De daken werden bedekt met dakstro. De massieve muren waren opgetrokken uit modder, groene baksteen of brokken natuursteen en meteen bestreken met kalkplaaster welke men verkreeg door het verbranden van schelpen. Om het gebouw tegen de regen te beschermen, werden de gevels zeer regelmatig witgekalkt en het is deze uniforme witte kleur die de bouwstijl zo typisch maakt. De verschillende vertrekken waren nooit meer dan 7 meter breed. Dit kwam omdat geen langere zoldering- en vloerkepers voorhanden waren. Die geringe breedte gaf de woning het uiterlijk van een schuur. Daar werd aan verholpen door te bouwen in L-, T- en H-vorm. Veel van de fijne oude huizen met hun uiterst ontvlambare strodak overleefden op miraculeuze wijze de branden van 1710, 1803 en andere branden. Het eerste Stellenbosch schooltje werd in 1683 gebouwd. In 1859 volgden het gymnasium en het theologische seminarie. In 1866 kreeg het gymnasium de naam Stellenbosch College. In 1887 werd dat Victoria College. Het bracht onder andere drie premiers voort: Smuts, Hertzog en Malan. In 1918 werd Victoria College de Universiteit van Stellenbosch.
Paarl In 1657, vijf jaar voor Van Riebeeck de Kaap verliet, leidde Abraham Gabbema een expeditie in het Kaapse binnenland. Bij die gelegenheid bereikte hij de Bergriviervallei. Bij het zien van de glinsterende granietkoepels welke de vallei domineerden, vergeleek hij deze met reusachtige parels en de vallei werd de Paarl vallei genoemd. Later werd de naam Paarl aan de nederzetting overgedragen. In 1687 verdeelde Simon Van der Stel een deel van de vallei onder vrijburgers van Tafelbaai en een jaar nadien was het de beurt aan een aantal Franse Hugenoten. Paarl is de tweede grootste stad van West-Kaapland. Met zijn 75.000 inwoners is het tevens de grootste stad van het Kaapse binnenland. Het is omringd door wijnbouwondernemingen: acht plantages en elf coöperatieven. Verder produceert het Rembrandt-tabak, Bergrivier-textiel en jam. De charmante en waardige sfeer uit de tijd van de nederzetting is te Paarl blijven hangen. Paarlberg, ten westen van de stad, valt op door zijn drie parels: Paarl Rots die het dichtst bij de stad ligt, Bretagne met zijn 729
17
ZUID-AFRIKA meter de hoogste, en Gordon Rots (naar Kolonel Robert Jacob Gordon, commandant van het Kaapse garnizoen). Het enige tot nu toe ter ere van een Taal opgerichte monument staat in Paarl en kwam in 1975 onder toezicht van architect Jan van Wijk tot stand. Men had de kandidaat-architecten gevraagd een bouwplan voor te leggen van een monument dat moest opvallen door zijn agressieve en gedurfde lijnen. Het moest de culturele en staatkundige opbloei van de republiek verzinnebeelden. Jan van Wijk werd de uitverkorene. De symboliek is als volgt: de drie westelijke zuilen vertegenwoordigen de invloed van de westerse talen en culturen op het Afrikaans. Het oostelijke podium met de drie halve sterren vertegenwoordigt de invloed van de Afrikaanse talen en culturen. De muur dwars op de trap vertegenwoordigt de Maleise invloed. Een kleinere zuil vertegenwoordigt de vrije republiek: twee talen en twee culturen maar een natie. Constructie: de bekisting bestond uit verticale metaalversterkers of ruggengraten met horizontale gebogen pijpstukken. De hoofdzuil is 57 meter hoog, de republiekzuil 26 meter, de voorste zuil van het westelijke element 13,5 meter. Het bouwen duurde twee jaar. Veel reizigers die vanuit het noorden het Taalmonument bezoeken, zien van daaruit voor het eerst het mooie silhouet van de Tafelberg.
Franschhoek Een van de gezelligste stadjes in de Kaapse Wijnstreek is ongetwijfeld Franschhoek. Hier gaat men niet enkel naartoe om het imposante Hugenotenmonument te bezoeken maar ook om te wandelen door de drukke hoofdstraat met zijn vele winkeltjes en gezellige terrasjes.
Kaapstad De "Moederstad" van Zuid-Afrika werd geboren op 6 april 1652. Die dag ging Jan van Riebeeck' s ‘Drommedaris’ voor anker in Tafelbaai. ‘s Anderendaags werd de Hollandse vlag gehesen. De beroemde 'Taverne van de Zeeën’ ligt knusjes aan de voet van Tafelberg, Leeuwenkop en Duivelsspits waar Disa, Protea, Zilverboom en eindeloze tapijten van wilde bloemen bloeien. Het reusachtige tafelblad van de Tafelberg, dat kaarsrecht meer dan 1.000 meter hoog uit de oceaan oprijst verbreekt de
18
'Skyline' over een afstand van meer dan 3.000 meter. Van meet af aan werd Kaapstad de zetel van de regering en is nu nog steeds de wetgevende hoofdstad van het land. Hier heerst een Middellandszeeklimaat met koude, natte winters en warme, droge zomers. De stad wordt dan ook zeer druk bezocht in de periode tussen september en mei. Kaapstad en omgeving hebben zeer veel te bieden en het is aan te raden er minstens 3 of meerdere nachten te verblijven. Kaapstad is één van de voornaamste bestemmingen van de rijken en beroemdheden. Hier vindt u een moderne skyline geplaatst tegen een landschappelijke schoonheid van ongelofelijke proporties, met eindeloze keuzes voor de bezoeker: luieren op gouden stranden, winkelen, eten in een ongekende verscheidenheid aan uitstekende restaurants, of het Victoria & Alfred Waterfront verkennen, het amusementshart van de stad, dag en nacht geopend. Eeuwen van zich vermengende culturen hebben Kaapstad een uiteenlopende en fascinerende erfenis gelaten die weerspiegeld wordt in de vele historische plaatsen en districten en culturele evenementen. Een bezoek aan de stad alleen al neemt een volledige dag in beslag. De mooi aangelegde Kompaniestuinen, Greenmarket Square, de Maleise wijk,
ZUID-AFRIKA spektakel begint steevast in het zadel (Zadelrots) tussen de Duivelsspits en Tafelberg.
het Victoria & Alfred Waterfront, Robben Island, het Kasteel de Goede Hoop, … Tevens zijn er nog enkele zeer interessante museums die zeker een bezoek waard zijn zoals het Zuid-Afrikaans Cultureel Museum en het District Six Museum. De Tafelberg, Signal Hill, Chapman’s Peak Drive, Kaap de Goede Hoop, Kaappunt, Boulders Beach met zijn kolonie Jackass pinguïns, Simonstown, … een bezoek aan dit alles is weer voldoende voor een volledige daguitstap. In Hout Bay, een gezellige voorstad van Kaapstad kan men een boottocht maken om de Kaapse pelsrobben van Duiker Island te bekijken, en World of Birds bezoeken met zijn zeer uitgebreide collectie vogelsoorten. In de Botanische Tuinen van Kirstenbosch kunnen bloemenliefhebbers uren rondwandelen en wie niet te ver wil rijden om een wijnfarm te bezoeken kan hiervoor terecht in de Groot Constantia Wine Estate niet ver van Hout Bay. Kaapstad heeft tevens enkele zeer mooie witte zandstranden en wie graag relaxt in de zon zal hier zeker verschillende uren willen doorbrengen. De Kaapse Wijnstreek met bekende stadjes als Paarl, Franschhoek en Stellenbosch ligt slechts op een klein uurtje rijden van Kaapstad en is dus ideaal om één of meerdere daguitstappen te maken. Onderweg kan men verschillende wijnkelders bezoeken, de lekkere Zuid-Afrikaanse wijnen proeven en eventueel gezellig lunchen op een terras in de zon.
De Tafelberg De "Oude Grijze Vader is van zee uit zichtbaar op 200 kilometer afstand. Met zijn 1.087 meter hoge zandsteenmassa is het wel geen reus, maar het is en blijft niettemin één der meest imposante bergen van de planeet. Hij werd ongeveer 15 miljoen jaar geleden van de bodem van de oceaan naar omhoog geduwd. De top van de berg kent een gemiddelde jaarlijkse regenval van 1.400 mm, vooral van mei tot september. Dan kan er zelfs sneeuw vallen, hoewel deze nooit lang blijft liggen. Maar de glorie van de Tafelberg is zijn Tafelkleed. Wat gebeurt, is het volgende: Aan de zuidelijke tip van Afrika is de periode oktober tot maart het seizoen van de zuidoost wind. Deze is eigenlijk een uitschieter van de anticyclonen welke het gebied tussen 35 en 40 graden zuiderbreedte omcirkelen. Op zijn tocht naar het noorden en het noordoosten komt die sterke uitschieter in aanraking met de Kaapse bergen. Zo hard als maar kan, leunt hij tegen deze barricade aan en zoekt naar een bres. Huilend raast hij Kaap Hangklip langs en nog krachtiger geworden door wat men het ‘hoekeffect’ noemt, wervelt hij over het warme water van de Valse Baal en neemt zodoende op zijn weg naar de Tafelberg heel wat vocht op. Daarop botst de vochtige zuidooster keihard tegen de zuiderflank van de Tafelberg. De berg dwingt de wind ertoe pijlsnel te stijgen. Hij ontmoet de koele lucht in de buurt van het ‘tafelblad’ waar zijn vochtgehalte zich tot een dikke witte wolk condenseert. De wolk rolt over het tafelblad, zakt langs de noorderflank (kant Kaapstad) naar beneden, komt weer in aanraking met warmere lucht en lost zich op. Het unieke
www.tww.be
Dit is de officiële, technische verklaring van het fenomeen. De waarheid is anders. Jaren geleden had aan de Zadelrots een ontmoeting plaats tussen de op rust gestelde Hollandse zeerover Van Hunk en de duivel. De twee rakkers gingen er bij zitten en ze staken hun pijp aan. Toen zei de duivel dat hij een heel warm plekje kende voor zondaars als Van Hunk. De zeerover dacht vlug na en vond al gauw de oplossing: hij daagde de duivel uit voor een rookwedstrijd. De prijs was Van Hunk’s ziel. En tot op heden bleek de zeerover onklopbaar. De twee tegenstrevers zijn intussen oud geworden. Tijdens de Kaapse winter betrekken ze twee huisjes aan de voet van de berg waar het heel wat minder koud is, om zich dan aan het einde van de lente terug bij de Zadelrots te installeren. In 1927 besloot de Kaapse zakenman Sir Alfred Hennessy tot het bouwen van een kabelspoor naar de top van Tafelberg. De Duitse firma Bleichert kon de opdracht in de wacht slepen. Het Kaapse architectenbureau Walgate en Elsworth ontwierp beide stations en ook de tearoom bovenop de berg. Het kabelspoor werd officieel in dienst gesteld op 4 oktober 1929 en tot op heden deed zich nog nooit een ongeval voor. Een record waar Kaapstad fier op is.
Noon Gun Stop tijdens uw wandeling door Kaapstad even voor 12.00h en luister heel goed. Stipt om 12.00h (uitgezonderd op zon- en feestdagen) zal u een kanonschot horen. Dit komt van het ‘Noon Gun’ op Signal Hill. Dit kanon (samen met een reserve kanon) stond eerst aan de Imhoff Battery nabij het Kasteel de Goede Hoop vanwaar het dienst deed als tijdsignaal voor de schepen die in de haven voor anker lagen. In 1896 werd het verplaatst naar het Kasteel maar, na klachten van de lokale bevolking, werd het in 1902 verplaatst naar zijn huidige locatie op Signal Hill. Van hieruit zet het ‘Noon Gun’ Kaapstad’s oudste traditie verder.`
Kasteel De Goede Hoop Dit is het oudste nog steeds in gebruik zijnde gebouw van Zuid-Afrika. De eerste steen werd gelegd op 2 januari 1666 door Van Riebeeck’s opvolger Zacharias Wagenaer. Het nieuwe fort zou op 220 meter, in oostelijke richting van het eerste komen te staan, een uit modder en zoden gebouwd voorgangertje. Het ‘kasteel’ was af in 1679. Het was ontworpen in vijfhoek vorm. De vijf punten van de ster vormden evenveel bastions. De stenen muren tussen twee bastions waren 150 meter lang en 12 meter hoog. Onder elk bastion bevond zich een kruitmagazijn, en een 25 meter brede gracht omringde het fort. De kerkers lagen beneden de zeespiegel. Elk bastion kreeg één van de titels van de Prins van Oranje: Buren, Katzenellebogen, Nassau, Oranje en Leerdam. In 1685 liet commissaris van Rheede een extra verdedigingsmuur bouwen. Deze vertrok van Katzenellebogen naar een punt halverwege tussen Oranje en Leerdam. De nieuwe muur werd De Kat genoemd. Hij verdeelde de enorme binnenkoer in twee delen, met elkaar verbonden door een poort. Naast die poort kwamen de residentie van de gouverneur en de Grote Raadszaal. Dit alles was af in 1695. De Raadszaal fungeerde als kerk tot in 1704 de Groote Kerk werd ingehuldigd. Tijdens de eerste Britse bezetting hield Lady Anne Barnard hier haar spectaculaire recepties. Het "Kasteel" werd voor een deel herbouwd tussen 1782 en 1788. Weer gingen Louis Thibault en Anton Anreith samen aan de slag. De sierlijke vertrekken welke eens de Raadszaal en de residentie van de gouverneur vormden, herbergen nu een prachtige verzameling kunstschatten en antiek uit de oude Kaapprovincie die in 1964 door de Staat werden overgekocht van de Kaapse Afrikaan verzamelaar William Fehr.
19
ZUID-AFRIKA Kompaniestuinen Deze rustige tuinen liggen in het centrum van de stad en het is zeker aan te raden om er een wandeling door te maken. Hier liggen de Parlementsgebouwen en het ‘Tuynhuys’, het kantoor van de president als hij in Kaapstad is. Tijdens uw wandeling door de Kompaniestuinen zal u een standbeeld tegen komen van Cecil Rhodes die noordwaarts wijst in de richting van Zimbabwe en Zambia. Cecil Rhodes was de stichter van Rhodesia, het huidige Zimbabwe (South Rhodesia) en Zambia (North Rhodesia). Neem voldoende tijd om het Zuid-Afrikaans museum in de Kompaniestuinen te bezoeken. Hier kunt u uren rondwalen tussen uitstallingen over de geschiedenis van Zuid-Afrika, de volkeren die er leven, en vele andere onderwerpen zoals de dieren, vogels, vissen, reptielen, enz. van ZuidAfrika.
Maleise Wijk Midden in Kaapstad ligt een groot open terrein. Een ietwat overwoekerde vlakte, waar niet meer staat dan een oude moskee en een witgeschilderd kerkje. Dit was ooit District Six, het bruisende hart van de kleurlingengemeenschap in Kaapstad, de Kaap-Maleiers. In 1966 – er woonden toen nog vijftigduizend mensen – werd het gebied in het kader van de ‘Group Areas Act’ bestempeld tot blank woongebied en werden de bewoners verplicht te vertrekken. Tot de geplande bebouwing met luxe woningen voor blanken is het daarna echter niet gekomen door het verzet van de oorspronkelijke bewoners. De huidige Kaap-Maleise wijk is een ietwat schamel restant. Door de Waalstraat uit te lopen en de Buitengracht over te steken, komt men in dit stadsdeel. Minaretten en pastelkeurige huizen bepalen het beeld van deze 17de eeuwse stadswijk, bewoond door de afstammelingen van de slaven die toen uit het verre Oosten werden geïmporteerd. Vele van hen waren goede ambachtslieden die zelf hun huisjes bouwden. De meesten zijn hun islamitisch geloof getrouw gebleven en als gemeenschap hebben zij hun identiteit bewaard. Een zeer interessant overzicht van de geschiedenis van District Six kan men bezichtigen in het District Six museum in Buitenkant Street.
Victoria & Alfred Waterfront Dit is de oude haven van Kaapstad die prachtig gerestaureerd werd en nu een belangrijke toeristische trekpleister is. Hier vindt u niet enkel vele winkels en restaurants, maar ook de meest luxueuze (en dure) hotels. Vanuit het Victoria & Alfred Waterfront vertrekt ook de ferry boot naar Robben Island waar Nelson Mandela jaren heeft gevangen gezeten.
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Ga op een zonnige dag, tijdens uw verblijf te Kaapstad, eens lunchen op het boventerras van The Dunes te Hout Bay. Bestel een lekkere kingklip (plaatselijke vissoort) en een flesje vonkelwijn en geniet van het uitzicht op het strand, de zee en de haven. Breng te Kaapstad een bezoek aan het District Six museum. Hier wordt u een klein stukje van de apartheidsperiode uitgelegd in soms schrijnende beelden en teksten. Een zeer leerrijke ervaring! Breng een bezoek aan het witte zandstrand van Camps Bay als u in Kaapstad bent en drink een glaasje op een van de gezellige terrasjes van de drukke strandboulevard.
Nationale Parken en natuurreservaten Zuid-Afrika telt vele nationale parken gaande van het Table Mountain National Park dat bijna het ganse Kaapse schiereiland beslaat, tot het wereldbekende Kruger Nationaal Park in de noordelijke Mpumalanga en Limpopo provincies. Daarnaast zijn er nog een aantal provinciale parken en wildreservaten zoals het Hluhluwe Game Reserve in de provincie KwaZuluNatal. Het is onmogelijk om alle nationale parken te beschrijven maar hierna volgt toch een kort overzicht van de voornaamste en bekendste parken.
Kruger Nationaal Park Het Kruger Nationaal Park is één van ’s werelds grootste wildreservaten met een oppervlakte van bijna 2 miljoen hectaren (dit is tweederde van de oppervlakte van België!). Verspreid in het park zijn er 24 rustkampen waar de toerist kan verblijven in comfortabele rondavels (ronde hutten) en chalets. De meeste rustkampen bevinden zich in het zuidelijke en centrale deel van het park. Dit is ook het gebied dat het meest toegankelijk is en waar de meeste dieren leven. Goede asfaltwegen en verharde zandwegen verbinden de 9 toegangshekken van het park en de rustkampen met elkaar. Nergens is het toegelaten de wegen te verlaten en uitstappen uit de wagen mag enkel op de daarvoor
20
ZUID-AFRIKA (kamp) op. Met enkele vertrouwelingen zou hij naar Lourenço Marques rijden waar het vrachtschip Brazilia verwacht werd met aan boord waardevolle geschenken uit Nederland. Hij beloofde rond een bepaalde da¬tum terug te zijn. Toen die datum lang verstreken was en zijn volge¬lingen ervan overtuigd waren hem nooit meer te zullen weerzien braken ze hun kamp op met de bedoeling terug te keren naar Potchefstroom. Het kamp lag aan een rivier welke nog geen naam had gekregen. Bij het wegrijden kwam iemand op het idee de rivier de naam Treur rivier te geven omwille van hun verdriet om het verlies van hun leider. Een paar dagen later, tijdens het oversteken van een andere, eveneens naamloze rivier, hoorden ze plots geweerschoten achter zich: hoog boven hen zagen ze Potgieter en zijn gezellen die de bergflank kwamen afgereden. Hun vreugde was zo groot dat deze tweede rivier onmiddellijk de naam Blyde rivier meekreeg. aangeduide plaatsen. Op de asfaltwegen is er een snelheidsbeperking van 50 km per uur, op de zandwegen is die 40 km per uur. Het is aan te raden zich aan deze beperking te houden want regelmatig worden controles gedaan en bij overtreding mag men het park niet verlaten vooraleer men de zware boete heeft betaald. Snel rijden in een wildreservaat is trouwens uit den boze als men van zijn safari wil genieten en de gemiddelde snelheid tijdens een goede safari bedraagt nooit meer dan 10 à 15 km per uur. Het is ook zeer gevaarlijk om te snel te rijden omdat steeds de mogelijkheid bestaat dat een wild dier plots uit de struiken komt om de weg over te steken. De openings- en sluitingsuren van de toegangshekken en de uren dat men in het park mag rondrijden variëren naargelang de seizoenen. Zo mag men in januari bijvoorbeeld van 04.30h tot 18.30h op safari gaan (05.30h tot 18.30h als men buiten het park verblijft) en is dit in juli slechts toegelaten van 06.00h tot 17.30h.
Blyde Rivier Canyon De 32 kilometer lange Blyde Rivier Canyon is Zuid-Afrika's enige canyon en één van haar grootste landschappelijke wonderen. In 1843 verliet Hendrik Potgieter samen met zijn volgelingen het door hem gestichte Potchefstroom. Aan de Drakensberg gekomen zette hij zijn ‘lager’
www.tww.be
Van de top van de steile kwartsklippen daalt de Blyde Rivier Canyon af tot een diepte van 700 meter terwijl de Blyde Rivier er doorheen raast naar grote met kalkstenen wanden omzoomde gaten, de zogenaamde Spoelgaten van Bourke’s Luck. Deze verbazingwekkende formaties zijn het merkwaardige re¬sultaat van een duizenden jaren durend erosieproces. Kleine onvolmaaktheden in de dolomietrotsen werden weggeveegd door het rondslingerende, met zand en kiezel gemengde water van de Treurrivier, wat de beroemde ‘spoelgaten’ veroorzaakte. Thomas Bourcke, een der eerste eigenaars van de daar gelegen hoeve, ontdekte heel wat goud op de bodem van de spoelgaten. De hoeve kreeg de naam ‘Bourcke’s Luck’. Als u dit gebied verkend komt u ook bij uitzichtpunten van de Blyde Dam, de 800 meter hoge toppen van de Mariepskop, de Drie Rondavels (drie zandstenen pieken in de vorm van hutten met gras bedekte koepels die erg lijken op traditionele Afrikaanse hutten), en het zo passende genaamde uitkijkpunt, God's Window. Van links naar rechts, gezien vanaf het uitzichtpunt, noemen de Drie Rondavels, Magabolle, Mogoladikwe en Maseroto. Het zijn de namen van opperhoofd Maripi's lievelingsvrouwen. De kleine bergtop even rechts van Maseroto wordt Mapjaneng (het opperhoofd) genoemd, eveneens ter nagedachtenis aan Ma¬ripi. Deze laatste, Maripi Mashile, hoofd van de Mapulanastam, onder¬scheidde zich op spectaculaire wijze in 1864 toen
21
ZUID-AFRIKA hij, samen met een groep Pedi krijgers een Swazi strijdmacht versloeg tijdens een gevecht dat de geschiedenis inging onder de naam Moholoholo (het grote, grote gevecht).
Pilgrim’s Rest In 1873 besloot de Schotse Pilgrim Alec Patterson, bijgenaamd ‘krui¬wagen Patterson’, (hij was te zuinig om er, zoals zijn gezellen, een muildier op na te houden en vervoerde steeds al zijn spullen met zijn kruiwagen), de MacMac watervallen te verlaten waar het hem te druk en te lawaaierig werd. Een paar dagen later volgde hij een wild pad over de Drakensbergen en zag in de diepte het glinsteren van een kreek die haar weg zocht naar de Blyde rivier. Hij stapte op de kreek toe en nog vooraleer zijn tent op te slaan ging hij aan het pannen. Minuten later wist hij dat hij schatrijk was. Hij kon zijn geheim een week lang bewaren tot hij het gezelschap kreeg van een andere Mac-Mac Pil¬grim, William Trafford. Ook deze vond onmiddellijk goud. De legende wil dat Trafford toen uitbundig aan het schreeuwen ging van: ‘The Pilgrim is at rest’, en dat de echo van de Drakensbergen steeds maar weer ‘Pil¬grim’s rest’ antwoordde. Trafford kon niet zwijgen en het werd een ware overrompeling. Sabi, Warburton, Lydenburg, het liep allemaal leeg. Bekende goudzoekers ver¬lieten zelfs hun kampen in Australië en Californië om hun kans te wa¬gen in het nu legendarische Pilgrim's Rest. Velen kwamen om op hun tocht van Lourenço Marques naar Oost-Transvaal (het huidige Mpumalanga): de malaria sloeg hard toe. Zij die hun doel bereikten konden niet vlug genoeg hun tent op¬slaan langs wat voortaan Pilgrim's Creek werd genoemd, op het grondge¬bied van de toenmalige Poniekranshoeve. In juli 1875 vonden G. Russell en zijn partner S. Lilley een goudklomp van 6.038 gram. Men doopte hem ‘The Reward nugget’ (De Beloningsgoudklomp). In 1876 raakte Pilgrim's Rest zo goed als uitgeput en trokken de meeste goudzoekers weg. Intus¬sen hadden in een tijdspanne van drie jaar veertien bareigenaars for¬tuin gemaakt. Het kerkhofje is beslist een bezoek waard. Na zonsondergang mocht nie¬mand zich bij de ‘claims’ bevinden. Overtreders werden afgeranseld en de helft van hun schedel en kin kaal geschoren, waarna ze verbannen werden naar hun land van herkomst. Eén van de weinige overtreders, het gebeurde tijdens de beginperiode van Pilgrim's Rest toen nog geen kerkhof was aangelegd, werd daags na zijn verbanning bij valavond opgemerkt achter het voorlopige kapelletje, ter plaatse neergeschoten en begraven langs een noord-zuid as wat beduidde dat er om hem niets moest gerouwd worden. Drie dagen later stierven twee jonge goudzoekers aan longontsteking. Zij werden langs een oostwest as begraven in de buurt van de banne¬ling en Pilgrim’s Rest had zijn kerkhof. Een andere daar begraven figuur was 'Maboompi' De Beer, aannemer, boom planter, goudzoeker die heel jong stierf aan de gevolgen van tyfus. De man was zo enorm groot dat men eerst zijn beide benen moest afzagen voor hij in zijn kist kon worden gelegd. De bar van het Royal Hotel op Main Street was oorspronkelijk het al¬taar van een Kaapse kerk. Het werd van Kaapstad over zee naar Louren¬ço Marques vervoerd waar het opnieuw als altaar werd gebruikt, tot het uiteindelijk op een muilezelwagen belandde en in Pilgrim's Rest te¬recht kwam waar het sindsdien een meer frivole loopbaan kent.
Marakele National Park Het Marakele National Park ligt in het hart van het Waterberg gebied, een prachtig landschap met majestueuze bergen, groene heuvels en diepe valleien. Hier leven alle grote dieren zoals de olifant en neushoorn, roofdieren zoals de leeuw en het luipaard en vele soorten antilopen en andere dieren. Maar interessant is vooral dat hier waarschijnlijk de grootste kolonie Kaapse gieren ter wereld leeft (meer dan 800 broedende paren). Langs een smalle weg rijdt men naar de top van het Waterberg massief.
22
Daarboven kan men niet enkel genieten van prachtige vergezichten op de omgeving maar is men ook vlakbij de kolonie gieren die soms zeer dicht voorbij vliegen.
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Wilt u eens een wandelsafari doen of met een mountain bike op safari gaan dan is dat onder andere mogelijk in het Kololo Game Reserve in het malaria vrije Waterberg gebied in de Limpopo provincie en in het Mashatu Game Reserve in het zuiden van Botswana. Deze 2 private wildreservaten kunnen trouwens zeer goed gecombineerd worden tijdens een programma in het noorden van Zuid-Afrika.
Giant’s Castle Nature Reserve Bewaakt door de indrukwekkende 3.214 meter hoge basaltpiek van Giant's CastIe biedt dit 3.280 ha grote reservaat een buitengewone keuze aan wandelingen en paden die zich slingeren door prachtige berglandschappen, dalen en kloven omzoomd door citroenhout, ijzerhout, wit stinkhout en Kaapse kastanjes, golvende graslanden bezaait met fynbos en protea, en ijzige pieken waar alleen de sterksten kunnen overleven. In dit prachtige reservaat leven tien soorten antilopen, de zwarte jakhals, verschillende soorten mangoesten en slangen, waaronder de zeer giftige pofadder, evenals ongeveer 174 vogelsoorten, waaronder de zeldzame lammergier. U kunt deze elegante vogels zien zweven op thermiekbellen of zien eten in het gierenrestaurant van het reservaat. Nog een belangrijk punt van het Giant's Castle reservaat is de San-kunst. Gedurende eeuwen heeft deze gemeenschap van jager-verzamelaars geleefd in de grotten en spleten hier en heeft een erfenis achtergelaten van meer dan 5.000 voorbeelden van rotskunst.
Hluhluwe-Umfolozi Game Reserve Met meer dan 96.000 ha van het mooiste wildgebied in Afrika is dit spectaculaire park het derde grootste in Zuid-Afrika en één van de twee reservaten in KwaZulu-Natal waar de Big Five voorkomen. Er leven ook nyala's, waarschijnlijk de meest decoratieve en spectaculaire antilopen in Afrika, en ontzettend veel vogels, waaronder de visarend, ijsvogel, kraanvogel en hamerkop, de steppen arend, buizerd, havik en de secretarisvogel. Naast de overvloed aan dieren staat het Hluhluwe-Umfolozi Park ook bekend om zijn succes om de witte neushoorn van uitsterven te redden. In 1895 leefden hier nog slechts 50 witte neushoorns. Nu is de neushoorn
ZUID-AFRIKA Buttress, de tandvormige Sentinel en het mistige plateau genaamd Mont-aux-Sources, wat zoveel betekent als 'berg van bronnen'. Van hier storten zich de machtige Tugela en vele andere rivieren en stroompjes naar beneden naar de dalen van de smaragdgroene bergen van het park in vruchtbare ravijnen van citroenhout, stinkhout, wilde kastanjes en andere flora.
☞
populatie zo groot dat regelmatig witte neushoorns naar andere reservaten, zowel in Zuid-Afrika als in het buitenland, gebracht worden. Tijdens een safari in Hluhluwe-Umfolozi heeft u dan ook veel kans om verschillende van deze rustige kolossen tegen te komen.
Greater St. Lucia Wetland Park Zoals uit zeefossielen blijkt leefden in het Greater St. Lucia Wetland Park aan KwaZulu-Natal’s noordkust meer dan 40 miljoen jaar geleden duizenden dieren. Tegenwoordig strekt dit indrukwekkende park - dat tot Wereld Erfgoed is verklaard - zich uit over 275 ha wildernis en vertegenwoordigt minstens vijf verschillende ecosystemen. Deze beslaan het 300 kilometer grote meer, de koraalriffen, een subtropische wildernis, met riet bedekte eilanden, papyrusmoerassen en hoog optorende duinen bekend als de grootste begroeide duinen ter wereld. Met een zo diverse ecologie is het Greater St. Lucia Wetland Park een toevluchtsoord voor wilde dieren, waaronder 6.000 witte pelikanen, 800 nijlpaarden, 1.200 krokodillen evenals een groot aantal rietbokken, schildpadden, flamingo's, Kaspische sternen en 120 vissoorten waaronder haaien, walvissen en dolfijnen. Binnen de grenzen van het Greater St. Lucia Wetland Park ligt Sodwana Bay Nationale Park. Het staat bekend om zijn koraalriffen, helder blauw water en duinbossen, en natuurliefhebbers kunnen in Sodwana prachtige wandelingen maken, spectaculaire duikexpedities ondernemen en kleiner wild observeren. Het meest opvallend zijn de karetschildpad en lederschildpad die tussen december en februari aan land komen om eieren te leggen.
Ithala Game Reserve Dit park is gelegen in het uiterste noorden van KwaZulu-Natal en herbergt de enige tsessebbe-populatie in de provincie. Deze roodbruine antilope, verwant met de blesbok en de bontebok, kan wel 100 km per uur lopen. Naast de tsessebe leven er in Ithala ook 80 andere zoogdieren zoals de olifant, luipaard, neushoorn en buffel, de bedreigde bushbaby, evenals meer dan 320 vogelsoorten.
Royal Natal National Park Ongeveer 200 miljoen jaar geleden, toen vulkanen door de aardkorst braken, is deze wildernis van rivieren, rotspoelen, watervallen, pieken en toppen gecreëerd. Zich hoog aftekenend boven dit in totaal 8.800 ha grote park verrijst een boog van vulkanisch basalt, 500 meter hoog en 5 kilometer breed, bekend als het Amfitheater dat een fantastisch panorama biedt op de 350 kilometer lange Drakensbergen. Te midden van dit ruwe terrein ziet u ook de Eastern Buttress, de Beacon
www.tww.be
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Rijdt u door het binnenland van KwaZulu-Natal, bezoek dan zeker het uitzichtpunt van Die Kop vlakbij Ntunjambili. Bij helder weer kijkt u van op een hoogte van 1.142 meter, kilometers en kilometers ver over het landschap onder u. Een degelijk voertuig is noodzakelijk om hier te geraken!
Addo Elephant National Park Dit is het ideale park voor reizigers die enkel de West- en Oost-Kaap provincies bezoeken en toch even met hun eigen wagen op safari willen gaan. Het Addo Elephant National Park ligt slechts 50 kilometer ten noorden van Port Elizabeth. In en nabij het park zijn verschillende overnachtingsmogelijkheden maar het is ook mogelijk om het park te bezoeken tijdens een daguitstap vanuit Port Elizabeth. Addo is een tamelijk groot park (het derde grootste van Zuid-Afrika) dat zich uitstrekt van de Darlington Dam in de Karoo halfwoestijn tot aan de monding van de Sundays River en de Bushman’s River. Het park staat vooral bekend voor de aanwezigheid van olifanten en men schat dat er op dit ogenblik ongeveer 550 leven. Andere dieren die men hier kan zien zijn ondermeer leeuwen, buffels, zwarte neushoorns, zebra’s en verschillende soorten antilopen. Het park is ook bekend om de aanwezigheid van een bepaalde soort mestkever die hier in groten getale aanwezig is en leeft van de olifantenmest die hier overal verspreid ligt. Bezoekers aan het park wordt dan ook gevraagd om nooit over olifantenmest te rijden omdat de kans groot is dat een mestkever er een nest in gemaakt heeft.
De Tuinroute Deze weg, één van de bekendste en mooiste routes ter wereld, loopt van Port Elizabeth in het oosten tot Mosselbaai in het westen. Het is een prachtige combinatie van parelwitte zandstranden, majestueuze kliffen, azuurblauwe lagunes, altijdgroene heuvels en woest stromende riviermondingen. De streek is zeer bosrijk, en rond de Tuinroute liggen dan ook de meest indrukwekkende ongerepte wouden van Zuid-Afrika. Gigantische geelhoutbomen zijn de toppers van het regenwoud ter hoogte van Tsitsikamma, terwijl de lieflijke protea’s, de wilde erica en talrijke andere bloemen en planten een kleurrijke afwisseling vormen tegen de groene heuvelhellingen. De temperatuur is over het algemeen het ganse jaar door aangenaam; een gemiddelde minimumtemperatuur van 13°C in de winter terwijl het in de zomer meestal niet warmer wordt dan ongeveer 25°C. Dit gebied krijgt het ganse jaar door veel zonneschijn, maar de meeste kans op goed weer hebt u toch tijdens de maanden februari en maart. Over de gehele kustlijn worden vele watersporten uitgeoefend. De meeste Afrikanen zelf komen enkel om er uren in de zon te liggen relaxen, en wanneer wolken de zon overschaduwen, trekken ze de heuvels en bossen in op één van de vele wandelpaden die dit gebied rijk is.
23
ZUID-AFRIKA ☞
Trav el Worl dwide Tip
Rijdt tijdens uw rit langs de Tuinroute even het Tsitsikamma National Park binnen, geniet er van de woeste branding van de zee op de rotsen en maak een wandeling naar de hangbrug over de Storms rivier. De Hoop Nature Reserve, ten zuiden van Swellendam, is een aanrader als u mooie wandelingen wil maken tussen het Kaapse fijnbos. Van juli tot december kan men hier van op de kust soms ook walvissen waarnemen. De accommodatie gebeurt in prachtig gerestaureerde Kaapse huisjes. Tussen het plaatsje Stormsrivier en Plettenberg Bay, langs de Tuinroute, is een deel van de N2 een betalende tolweg. Als u hier deze tolweg verlaat rijdt u door 2 mooie bergpassen, de Bloukrans Pass en de Grootrivier Pass, en het groene Nature’s Valley. Een zeer mooi stukje natuur maar let hier en daar wel op voor vallende rotsblokken!
Tsitsikamma National Park Het Tsitsikamma National Park beschermt ongeveer 100 kilometer kust tussen Plettenberg Bay en Humansdorp. Het omvat een smalle strook welke vijf kilometer in de zee begint en uitloopt in het land. Het gebied wordt gekenmerkt door massieve kliffen, smalle geïsoleerde stranden en inheemse bossen in de rivierdalen. De Kaapse klauwloze otter, naar wie de Otter Trail is genoemd, is één van de exclusieve bewoners van dit natuurgebied, maar er bevinden zich ook bavianen en kleinere soorten antilopen. Vooral vele verschillende vogelsoorten zijn hier alom vertegenwoordigd. Komende van Port Elizabeth aan de rechterzijde en van George aan de linkerzijde van de weg vindt u het Tsitsikamma woud, een dicht inheems bos dat bekend staat om de reusachtige citroenhout- en stinkhoutbomen, bosvarens, beekjes, vogels en fascinerende wandelingen. Eén ervan vormt het wandelpad naar de Grote Geelhoutboom (Big Tree). De wandeling bestaat uit een houten weggetje dat ongeveer een halve meter boven de bodem gelegd is, en leidt door het dichte tropisch regenwoud. Na ongeveer 800 meter botst u op de machtige Grootboom, die vanop zijn plaats het regenwoud domineert.
Table Mountain National Park Het Table Mountain National Park bestaat uit 8 verschillende gebieden en heeft op dit ogenblik een oppervlakte van 25.000 hectare. Het is de bedoeling dit uit te breiden tot 30.000 hectare. Het TMNP bestaat uit het Table Mountain National Park en de Kirstenbosch National Botanical Gardens, Cederberg Wilderness Area, Groot Winterhoek Wilderness Area, Boland Mountain Complex, De Hoop Nature Reserve, Bosmansbos Wilderness Area, Swartberg Complex en Baviaanskloof Protected Area. Hier vindt men ongeveer 8.200 plantensoorten waarvan 80% fijnbos. Fijnbos is de verzamelnaam voor hardbladerige planten waaronder de vele protea en erica soorten, bolgewassen zoals gladiolen, en het rooibos waarvan de typische, lekkere thee wordt gemaakt. De meeste toeristen bezoeken voornamelijk het gebied van het Table Mountain National Park in en rond Kaapstad met als belangrijkste hoogtepunten de Tafelberg, Kaap de Goede Hoop en Kaappunt.
Cederbergen Hoewel het Cederberg gebied slechts 2 uren noordwaarts van Kaapstad ligt is het landschap er totaal anders en van een wild, ruwe en dramatische schoonheid. De torenhoge bergen krijgen hier een paars-rode en roze schijn wanneer de zon ondergaat en de citrus plantages in de valleien hebben
24
een heerlijke geur tijdens de lente. Hier in de Cederbergen wordt ook de wereldbefaamde en gezonde rooibos thee verbouwd. In deze streek zijn verschillende gezellige guesthouse en kan men ook verblijven in self catering chalets in het Tankwa-Karoo National Park. De sterrenhemel is hier fenomenaal omdat er totaal geen lichtpollutie is.
Augrabies Falls National Park De Khoi noemden het 'Aukoerebis', de plaats van het Grote Lawaai, vanwege de Oranje Rivier die met oorverdovend lawaai zijn weg naar beneden zoekt in een 60 meter hoge spectaculaire waterval. Pittoreske namen zoals Moon Rock, Ararat en Echo Corner beschrijven heel accuraat dit rotsachtige gebied, dat gekenmerkt wordt door de 18 kilometer lange afgrond van de Oranje Rivier kloof en rotsen overal verspreid over de met struikgewas begroeide vlaktes. Klipspringers en kokerbomen staan als donkere silhouetten tegen de Afrikaanse hemel, stille wachters in een vreemd unieke omgeving waar alleen diegenen die zich aan kunnen passen uiteindelijk kunnen overleven. De 2.000 ha aan zowel de noordelijke als de zuidelijke oever van de Oranje Rivier zijn een toevluchtsoord voor een verscheidenheid aan soorten, van de heel kleine vetplanten, vogels en reptielen tot de springbok, gemsbok en de bedreigde zwarte neushoorn.
Kgalagadi Transfrontier Park Rode duinen en struikgewas die in de oneindigheid verdwijnen en kuddes gemsbokken, springbokken, elandantilopen en blauwe gnoes die de seizoenen volgen, waar indrukwekkende kameeldoornbomen voor schaduw zorgen voor grote, zwart gemaande leeuwen en een uitkijkpunt voor luipaarden en vele roofdieren: dit is het Kgalagadi Transfrontier Park. Het werd in 1931 uitgeroepen, voornamelijk om migrerend wild te beschermen, in het bijzonder de gemsbok. Samen met het aangrenzend Gemsbok Nationale Park in Botswana beslaat dit park een gebied van meer dan 3,6 miljoen hectare - één van de weinige parken van dit formaat ter wereld. Rode zandduinen, dunne vegetatie en de droge rivierbeddingen van de Nossob en Auob laten antilopen en roofdieren prachtig uitkomen en leveren uitstekende mogelijkheden voor het nemen van foto's.
SWAZILAND
Swaziland, een algemeen overzicht Swaziland, officieel het Koninkrijk Swaziland, wordt ingesloten door Zuid-Afrika en Mozambique. Het land heeft twee hoofdsteden: Mbabane is de bestuurlijke hoofdstad en Lobamba de koninklijke hoofdstad en de wettelijke hoofdstad. Uit archeologische vondsten blijkt dat het gebied 100.000 jaar geleden al werd bewoond, maar de huidige Swazi bevolking kwam op het einde van de 18de eeuw in het gebied wonen. Waarschijnlijk was de eerste Swazi één van de zonen van koning Shaka. Hij had zijn oudste zoon Ngwane III, die ook de generaal was, op een missie gestuurd om het land van vijanden te veroveren en deze te doden. Toen hij de vijand niet kon vinden en te moe was om verder te trekken, durfden hij en zijn leger niet terug te gaan
www.tww.be
omdat ze bang waren voor Shaka's toorn. De oudste zoon vestigde zich in Swaziland. Daarna stuurde hij zijn tweede zoon, deze belandde uiteindelijk in Mozambique. De derde zoon, die eveneens de vijand niet kon vinden (of doden?) nam plaats in het huidige Zimbabwe. In de 19de eeuw trokken ook blanken het gebied binnen. In 1866 werd de grens met Transvaal vastgelegd, maar twee jaar later werd Swaziland door de Britten geannexeerd. Bij de Conventie van Pretoria (1881) werd de onafhankelijkheid van Swaziland erkend. Maar vier jaar later probeerden de Britten het gebied toch weer onder controle te krijgen en in 1889 stootten ze koning Dlamini IV van de troon. Na de Tweede Boerenoorlog werd Swaziland een Brits protectoraat en pas op 6 september 1968 werd Swaziland echt onafhankelijk.
25
SWAZILAND Oppervlakte, taal en bevolking Swaziland is met een oppervlakte van 17.364 km² iets groter dan de helft van België en is zeer heuvelachtig. Tijdens de laatste volkstelling in 2009 telde het land 1.185.000 inwoners. Als men het land doorkruist van noord naar zuid via de hoofdbanen MR1, MR3 en MR8 dan ziet men meestal moderne gebouwen en huizen. Volgt men echter de kleiner zijwegen dan komt men her en der nog kleine dorpjes tegen met hutten volgens de traditionele bouwstijl. Een typische ‘homestead’ of boerderij bestaat uit verschillende uit leem en takken opgebouwde hutten met rieten daken. Volgens de Swazi cultuur mag elke man meerdere vrouwen hebben zolang hij ze allen op dezelfde manier kan onderhouden. Dat wil ook zeggen dat elke vrouw haar eigen hut zal krijgen. Verder is er nog een hut om te koken en een hut die dienst doet als opslagruimte. Centraal op de boerderij, tussen de hutten, is een omheinde kraal waar het vee verblijft. Swaziland telt enkele zeer mooie culturele festiviteiten waarvan de ‘Reed Dance’ de bekendste is. Tijdens dit 8 dagen durende culturele festival brengen soms tot 40.000 jonge Swazi meisjes, vers afgesneden riet naar de Koningin Moeder dat ze zal gebruiken om de omheining van haar Koninklijke residentie te herstellen. Dit is een zeer kleurrijk festival want de meisjes zijn gekleed in de felste kleuren van rood, geel en blauw. De eerste 5 dagen van het festival zijn privaat maar daarna wordt het publiek toegelaten en kan van op een grote tribune toekijken hoe al deze meisjes in hun kleurrijke kledij dansen voor de Koningin Moeder en Koning. Het ‘Reed Dance’ festival vindt elk jaar plaats op het einde van augustus/begin september. De juiste datum wordt telkens pas op het laatste moment bekend gemaakt omdat deze afhankelijk is van eeuwenoude astrologie. Samen met het Engels is SiSwati de officiële taal van Swaziland. Andere talen die, hoewel veel minder, ook gesproken worden in Swaziland zijn Zulu, Tsonga en Afrikaans.
Belangrijkste luchthavens in Swaziland De internationale luchthaven van Swaziland bevindt zich nabij Manzini maar wordt heel weinig gebruikt door toeristen.
26
Klimaat en de beste periode om Swaziland te bezoeken De meeste regen mag u in Swaziland verwachten tijdens de zomermaanden (november tot februari/maart). De temperatuur kan dan oplopen tot 25° à 30° overdag. De andere maanden van het jaar is het relatief droog met temperaturen overdag van 15° à 25°.
Geldzaken De munteenheid van Swaziland is de SZL = Lilangeni (meervoud is Emalangeni). De Lilangeni is onderverdeeld in 100 centen. Er bestaan munten van 1, 2, 5, 10, 20 en 50 cent, 1 Lilangeni, 2 en 5 Emalangeni, en biljetten van 10, 20, 50, 100 en 200 Emalangeni. In hotels en restaurants kan u betalen met Visa of MasterCard. Wilt u onderweg benzine tanken of souvenirs kopen dan betaald u best contact. Het is ook overal mogelijk om met Zuid-Afrikaanse Randen te betalen. Let wel op want als u wisselgeld in Lilangeni terug krijgt kan u dit niet gebruiken in ZuidAfrika.
Het wegennet in Swaziland De belangrijkste hoofdwegen in Swaziland worden tamelijk goed onderhouden en het is dan ook mogelijk om op minder dan 1 dag het land te doorkruisen van noord naar zuid of vice versa. Aan te raden is echter om hier wat meer tijd voor te nemen en een overnachting te voorzien in een van de hotels in of vlakbij de Ezulwini vallei. Zodoende heeft men meer tijd om iets van het land te zien, foto’s te nemen en eventueel enkele van de kleinere, minder toeristische wegen te volgen. De route van de grenspost Matsamo, via Pigg’s Peak, naar Mbabane gaat door een mooi berglandschap evenals de route van Barberton (Zuid-Afrika) naar Pigg’s Peak. Voor deze laatste route is een SUV of 4x4 voertuig aan te raden!
SWAZILAND Accommodatie Swaziland telt slechts een tiental goede hotels, lodges en kampen die praktisch allemaal in het centrum of het noorden van het land liggen. In of vlakbij de Ezulwini vallei en Mbabane liggen enkele goede 3, 4 en 5 sterren hotels. Lodges en kampen vindt men in de nationale parken en wildreservaten.
Steden en dorpen Swaziland heeft in feite geen steden van betekenis voor de toerist. Manzini en Mbabane zijn de 2 belangrijkste steden die men passeert als men door het land rijdt maar daar zijn geen bezienswaardigheden. Dit is ook zo voor Pigg’s Peak in het noorden en Big Bend in het oosten. Als men door het land rijdt is het beter om her en der halt te houden aan kleine dorpjes of mooie uitzichtpunten om foto’s te nemen.
De route van Nhlangano, via Hlathikhulu, naar Manzini loopt eveneens door een mooi heuvellandschap en tijdens de route van de grenspost Lavumisa, via Maloma en Sithobelo, naar Siphofaneni passeert men verschillende kleine typische dorpjes. Deze laatste route kan enkel gedaan worden met een goede SUV of 4x4 voertuig!
Belangrijk om weten is wel dat de meeste Swazi’s er niet van houden dat men foto’s van hen neemt. Officieel heet het dat dit is omdat ze denken dat een foto een stuk van hun ziel wegneemt, maar het heeft er meer mee te maken dat in het verleden al te opdringerige toeristen de Swazi’s zo lastig zijn gevallen met het nemen van foto’s dat ze hier nu op alle mogelijke manieren aan trachten te ontkomen. Respecteer dit, vraag steeds eerst of u een foto mag nemen en neem zeker geen foto’s als het antwoord negatief is. Uitzonderingen daarop zijn wel het nemen van foto’s tijdens festivals en andere festiviteiten. Daar mogen over het algemeen volop foto’s worden genomen.
Eten en drank Met uitzondering van de restaurants en bars in de internationale hotels kan u in Swaziland op niet veel plaatsen terecht voor eten of drank. Dat geeft geen probleem want ofwel rijdt u Swaziland op 1 dag door ofwel zal u er overnachten en dan verblijft u automatisch in een hotel met restaurant. Eventueel kunt u voor een kleine snack wel terecht in de Ngwenya glasfabriek (een bezoekje zeker waard) niet ver van de Ngwenya grenspost, of in het Mantenga Craft Centre in de Ezulwini vallei.
www.tww.be
Nationale Parken en natuurreservaten Malalotja Nature Reserve, Mlilwane Game Sanctuary, Royal Hlane National Park en Mkhaya Game Reserve zijn de voornaamste wildreservaten in Swaziland. Hier vindt u een verscheidenheid aan dieren en vogels en is het mogelijk in standaard en luxe kampen en lodges te verblijven.
27
LESOTHO
Lesotho, een algemeen overzicht Lesotho is, net als Swaziland, een koninkrijk en is de enige onafhankelijke staat ter wereld die volledig boven de 1.000 meter ligt. Het laagste punt ligt op 1.400 meter en 80 procent van het land ligt boven de 1.800 meter. De Thabana Ntlenyana is met 3.482 meter de hoogste berg in Lesotho. Dit is tevens de hoogste berg in Afrika ten zuiden van de Kilimanjaro.
De Khoisan zijn de eerste, bekende bewoners van dit gebied. Hierna kwamen Wasja sprekende stammen hier wonen tot het Sotho-Tswana volk zich tussen de 3de en 11de eeuw zich kwam vestigen in zuidelijk Afrika. Lesotho werd op 4 oktober 1966 onafhankelijk. De hoofdstad van het land is Maseru.
Oppervlakte, taal en bevolking
Geldzaken
Lesotho is ongeveer even groot als België (+/- 30.000 km²), is volledig omsloten door Zuid-Afrika en heeft iets meer dan 900 kilometer aan landgrenzen. Tijdens de laatste volkstelling in 2009 telde het land iets meer dan 2 miljoen inwoners. Bijna 100% van de bevolking is Basotho, een Bantu sprekend volk. Sesotho is dan ook de eerste officiële taal in Lesotho. De tweede officiële taal is Engels. In veel van de kleinere, afgelegen dorpjes en stadjes vindt men nog de typische bouwstijl van vroeger, kleine en grote stenen en rotsblokken die met klei bijeen gemetst worden en daarop een rieten dak. Toch begint men meer en meer te bouwen met normale gebakken stenen en daarop een dak bestaande uit golfplaten.
De munteenheid van Lesotho is de LSL = Lesotho Loti (meervoud is Maloti). De Loti is onderverdeeld in 100 Lisente (centen). Er bestaan munten van 5, 10, 20 en 50 Lisente, 1 Loti, 2 en 5 Maloti, en biljetten van 10, 20, 50, 100 en 200 Maloti. In hotels en restaurants kan u betalen met Visa of MasterCard. Wilt u onderweg benzine tanken of souvenirs kopen dan betaald u best contact.
Klimaat en de beste periode om Lesotho te bezoeken Omdat het zo hoog ligt is het in Lesotho het ganse jaar door koeler dan in de rest van zuidelijk Afrika. De meeste regen valt als onweer tijdens de zomermaanden. In de hoofdstad Maseru en de omliggende lagere gebieden kan de temperatuur tijdens de zomer oplopen tot 30°. Tijdens de winter kan de temperatuur in de lager gelegen gebieden dalen tot -7°, in de bergen kan het -18° worden en is het zeer normaal dat het sneeuwt tussen mei en november. Op de hoogste bergtoppen kan het ganse jaar door sneeuw vallen.
28
Het wegennet in Lesotho Lesotho is geen eenvoudig land om zelf met de wagen te bezoeken. Het uiterste westen en noorden van het land kan men gedeeltelijk met een gewone personenwagen doorkruisen maar wil men meer van het land zien dan is een goede 4x4 noodzakelijk.
Accommodatie Wie een goed internationaal hotel zoekt in Lesotho kan daarvoor enkel terecht in de hoofdstad Maseru. In sommige steden en dorpen verspreid in het land vindt men kleine guesthouses en hotels maar het is niet overal eenvoudig om daar een reservatie maken omdat dit soms enkel telefonisch mogelijk is.
NAMIBIË
Namibië, een algemeen overzicht Zand, zand en nog eens zand. Dat is het beeld dat de meeste mensen hebben van Namibië. Dit mooie land in het zuidwesten van Afrika heeft echter veel meer te bieden dan zand. Een groot deel van Namibië is inderdaad woestijn maar een woestijnlandschap kan mooi zijn en zeer verschillend van streek tot streek. Zo is er de bekende Namib woestijn met Sossusvlei en de hoogste zandduinen ter wereld. Bij zonsopgang verandert de kleur van deze duinen constant en het is meer dan de moeite waard om hiervoor al heel vroeg op te staan om dit prachtige schouwspel te kunnen gade te slaan. In de Kalahari woestijn heb je de wonderlijke rode zandduinen met groen struikgewas waar nog vele dieren leven waaronder de Kalahari leeuw met haar donkere manen. Een van de grootste canyons ter wereld, de Fish River Canyon, is te vinden in het zuiden van het land. Deze canyon is meer dan 160 kilometer lang en op sommige plaatsen meer dan 500 meter diep. Een bezoek aan Damaraland en Kaokoland mag in feite niet ontbreken tijdens een reis door Namibië. In Damaraland kan men in de droge rivierbeddingen de zeldzame woestijnolifanten en neushoorns zien en komt men onderweg Herero vrouwen tegen met hun typische klederdracht en breed gekleurde hoofddeksels. In Kaokoland kan men traditionele Himba dorpen bezoeken en door een desolaat maar prachtig landschap naar de Epupa Falls rijden.
www.tww.be
Het Etosha National Park kan met geen enkel ander wildreservaat in Afrika vergeleken worden. De hoofdattractie is de grote, witte zoutpan van meer dan 5.000 km² maar in het park vindt men ook savanne, bossen en vele drinkplaatsen waar men de dieren kan gade slaan. In het westen van het park is zelfs een rotsachtig gebied waar dieren leven die niet in de rest van het park voorkomen. De Caprivi Strip is niet enkel de ideale verbinding om een reis door Namibië te combineren met een bezoek aan het Chobe Game Reserve en/of de Victoria Falls in Zimbabwe of Zambia, maar heeft ook enkele interessante nationale parken en wildreservaten zoals het Mahango Game Park, het Mudumu National Park en de Linyanti moerassen. Wie houdt van oude stadjes kan een bezoek brengen aan Swakopmund en Lüderitz. Twee stadjes die nog steeds de Duitse koloniale sfeer uitademen. Tevens is een bezoek aan Kolmanskop, een spookstadje vlakbij Lüderitz, dan eveneens aan te raden. In het Waterberg Plateau Park kan men samen met plaatselijke gidsen natuurwandelingen maken en ondermeer op zoek gaan naar zwarte en witte neushoorns, roan antilopen en sabelantilopen. Er is in Namibië dus echt wel veel meer te zien dan enkel zand, en tijdens een reis van 2 of 3 weken zal u verwonderd zijn hoe gevarieerd het landschap en de bezienswaardigheden in dit land wel zijn.
29
NAMIBIË Oppervlakte, taal en bevolking Namibië ligt in zuidelijk Afrika, aan de kust van de Atlantische Oceaan tussen Angola en Zuid-Afrika. Ook de Caprivi strook, een smalle strook land tussen Botswana aan de zuidkant en Angola en Zambia in het noorden behoort tot Namibië. In het noorden vormen de rivieren Kunene, Okavango en Zambezi natuurlijke grenzen met Angola en Zambia, in het zuiden is de Oranje rivier de grens met Zuid-Afrika. In het noordoosten vormt de 21ste lengtegraad, en in het zuidoosten de 20ste lengtegraad de grens met Botswana. Namibië werd in 1991 onafhankelijk, heeft een totale oppervlakte van 824.268 km² (ongeveer 27 keer groter dan België) en is verdeeld in 13 regio’s. De hoofdstad van het land is Windhoek. Andere belangrijke steden zijn ondermeer Swakopmund, Walvis Bay en Lüderitz. Er leven een tiental belangrijke bevolkingsgroepen in Namibië en het totaal aantal inwoners wordt geschat op ongeveer 2.165.000. Dit zijn 2,6 inwoners per vierkante kilometer. Minder dan 10% van de bevolking is blank. Namibië werd van oudsher bevolkt door San-volken. Onduidelijk is wanneer de Damara zich in het binnenland hebben gevestigd, maar waarschijnlijk is ze het eerste Bantu-volk dat zich in Namibië vestigde. In de 16de eeuw trekken Herero en Owambo stammen vanuit het noorden het gebied binnen. In de tweede helft van de 18de eeuw vestigen Nama stammen zich in het zuiden en de Kavango in het noorden. De officiële taal in Namibië is het Engels. Daarnaast zijn er nog een aantal nationale talen die door autochtone Namibiërs als moedertaal worden gesproken. Deze zijn onder andere Afrikaans, Duits, Herero, Lozi en enkele Khoisan, Kavango en Oshiwambo talen. De bekendste woestijn van Namibië is de Namib woestijn, die langs een groot deel van de Namibische kust loopt. Een befaamd natuurgebied in de Namib woestijn is dat van de Sossusvlei, waarnaast ook de Dodevlei zich bevindt. De kustdelen bestaan voornamelijk uit zandwoestijn met zandduinen, terwijl meer landinwaarts grindwoestijn ligt. Korte grassen zoals duingras en struikachtigen zoals de potloodplant, de dollarstruik en ‘Welwitschia mirabilis’ zijn de dominante flora. Er valt slechts 10 tot 80 mm regen per jaar, vooral in de zomerperiode, hoewel droge periodes van vier tot vijf jaar voorkomen. Daarnaast komt tot 50 kilometer landinwaarts vochtige en koude mist voor, veroorzaakt door de koude Benguela stroom langs de kust. De dominerende vegetatie van de halfwoestijn zijn grassen, lage struiken zoals de driedoring en het bitterbos, en kleine bomen zoals de soetdoring en de tamarisk. Er valt 100 tot 520 mm regen per jaar, vooral in de zomerperiode. De savanne kenmerkt zich door een onderlaag met grassen en een bovenlaag met struiken en bomen van één tot twintig meter in hoogte. Gebieden met een bovenlaag van lage struiken en kleine bomen worden aangeduid als ‘shrubveld’, terwijl gebieden met dichte begroeiing ‘woodland’ worden genoemd. De tussenliggende vormen, met een bovenlaag van drie tot zeven meter, staan bekend als ‘bushveld’. Tot de algemeenste bomen van de savanne behoren de Afrikaanse baobab of apenbroodboom, de Afrikaanse ebbenboom en verschillende Acaciasoorten. De meeste planten zijn goed bestand tegen branden. De neerslag bedraagt 235 tot 1.000 mm per jaar, wat in gematigde streken voldoende zou zijn voor een gesloten bos, maar niet in tropische gebieden met hun veel hogere verdamping. Er is afwisselend een nat en droog seizoen. In de wetlandgebieden zijn rietachtigen, cypergrassen en de anaboom de dominante flora.
30
Belangrijkste luchthavens in Namibië Hoewel Walvis Bay ook een internationale luchthaven is, vliegt de gewone toerist toch meestal naar Windhoek voor een bezoek aan Namibië. Het is echter nogal omslachtig om in Windhoek te geraken vanuit België. Vanuit Brussel vliegt men via bijvoorbeeld Frankfurt, München of Londen naar Johannesburg en dan van daaruit verder naar Windhoek. Dit is mogelijk met verschillende luchtvaartmaatschappijen zoals onder andere South African Airways, British Airways, Lufthansa en KLM. De enige luchtvaartmaatschappij die een rechtstreekse verbinding tussen Europa en Namibië heeft is Air Namibia. Zij vliegen dagelijks tussen Frankfurt en Windhoek wat wil zeggen dat men dus nog een afzonderlijk ticket tussen Brussel en Frankfurt moet aankopen, of met de trein of auto naar Frankfurt moet gaan.
Klimaat en de beste periode om Zuid-Afrika te bezoeken Namibië heeft een droog tot zeer droog klimaat. Heel het land, op de Caprivi strook na, bestaat dan ook uit woestijn of semi-woestijn. Door de Benguela-stroom, een koude zeestroming die van zuid naar noord langs de westkust van Afrika stroomt, is er een groot temperatuurverschil tussen het land en de zee. Dit geeft aan de kust gematigde temperaturen, vermindert de regenval en zorgt ervoor dat de kust zeer dikwijls in een dichte mist zit die tot 20 kilometer het land kan intrekken. In de zomer kan de temperatuur in de woestijn oplopen tot 40°, maar 's nachts zakken tot onder het vriespunt. Namibië heeft twee seizoenen: de zomer die loopt van half oktober tot half april, en de winter die loopt van half april tot half oktober. Het regent enkel tijdens de zomer. Op het Centraal Plateau valt er dan tussen 200 en 400 mm neerslag. In de Namib valt er echter jaarlijks slechts tussen 15 en 100 mm regen. In het natste gedeelte, langs de Okavango rivier, meer dan 600 mm. Hier spreekt men van een subtropisch klimaat. Een belangrijk punt waarmee men rekening moet houden wanneer men Namibië bezoekt is dat het land waarschijnlijk met watertekorten te maken heeft. Wees daarom zuinig met water, het is immers een kostbaar goed waar heel wat mensen elke dag vele kilometers voor moeten lopen. Als je kampeert of reist in afgelegen streken, zorg er dan voor dat je steeds extra water bij je hebt. De kans is immers klein dat je ergens onderweg zuiver water kan bijvullen. De beste reistijd is eigenlijk de winter (tijdens onze zomer dus), maar men moet er wel rekening mee houden dat de nachten tijdens deze periode behoorlijk koud kunnen zijn.
NAMIBIË enz.) vrij rondlopen op straat en dat deze soms plots de straat kunnen oversteken. Om deze reden is het ook best zo veel mogelijk te vermijden om in het donker te rijden.
Autorijden In Namibië rijdt men langs de verkeerde kant van de weg, links dus. Dit is even aanpassen maar meestal is iedereen daar snel mee weg. Enkel in de steden is dat soms een probleem omdat wij gewoon zijn om automatisch naar de rechterkant van de weg te gaan als we een hoek omdraaien. In Namibië moet u dus naar de linkerkant van de weg gaan als u een hoek omdraait.
Geldzaken De munteenheid van Namibië is de NAD = Namibische Dollar. Deze is onderverdeeld in 100 centen. Er bestaan munten van 5, 10 en 50 cent, 1 en 5 NAD en biljetten van 10, 20, 50, 100 en 200 NAD. Wilt u in Namibië geld wisselen dan kan dat in de banken, wisselkantoren en in de meeste grote hotels. Het eenvoudigste is dat u Euro’s meeneemt en die dan, wanneer nodig, omwisselt. Het is ook mogelijk om met uw credit card geld af te halen aan een ATM (Automatic Teller Machine = bankautomaat). Op vele plaatsen (hotels, restaurants, winkels) kan u betalen met Visa en Mastercard. Betalen in benzinestations moet op de meeste plaatsen nog wel met contant geld.
Als u wil afslaan zal u de eerste keer waarschijnlijk uw ruitenwissers aanzetten want de richtingaanwijzers en ruitenwissers staan in Namibië ook aan de andere kant van het stuur. Wilt u parkeren dan kan dat op daarvoor voorziene parkeerplaatsen in de straat of op betalende parkings. Deze zijn zeer goedkoop. In de meeste parkings betaalt u slechts enkele NAD om een uur te parkeren.
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Rijdt u zelf met een huurwagen rond in Namibië beperk uw snelheid dan tot maximum 80 kilometer per uur op de verharde zandwegen. Deze liggen er soms verraderlijk mooi bij maar toch gebeuren de meeste dodelijk ongevallen in Namibië met chauffeurs die te snel reden op deze zandwegen. Het probleem is dat deze wegen soms bol liggen en u bij verkeerde manoeuvres of in bochten van de weg kan schuiven.
Het wegennet in Namibië Namibië heeft slechts enkele geasfalteerde hoofdwegen. Deze lopen van noord naar zuid (van Zuid-Afrika naar Angola en Namibië), van oost naar west (van Walvis Bay, via Swakopmund en Windhoek, naar Botswana), en tussen Lüderitz en Keetmanshoop. Ook in het centrum van de grote steden als Windhoek, Swakopmund, Walvis Bay en Lüderitz zijn de wegen geasfalteerd. Praktisch alle andere wegen in Namibië, of toch zeker die wegen langs waar de normale toerist veelal zal rijden, zijn verharde zandwegen. Het is ten zeerste aan te raden om op deze zandwegen nooit harder te rijden dan 80 km per uur en zeker voorzichtig te zijn in bochten omdat men nogal gemakkelijk weg kan schuiven op het zand als men te snel rijdt. Elk jaar gebeuren er verschillende dodelijke ongevallen met toeristen die te snel rijden op de zandwegen in Namibië. Op de zandwegen tussen de verschillende toeristische bezienswaardigheden kan men zonder problemen met een normale personenwagen rijden indien men minstens een wagen van het type D (volgens de normen van de belangrijkste wagenverhuurbedrijven) huurt. Wie echter het noorden van het land wil bezoeken en richting Kaokoland of Epupa Falls wil rijden, heeft wel een 4x4 voertuig nodig omdat de wegen in die streken niet zo goed onderhouden zijn. Ook als men in Damaraland met de eigen wagen op safari wil gaan in de droge rivierbeddingen is een 4x4 voertuig noodzakelijk. Het huren van een 4x4 voertuig is niet goedkoop maar hiermee komt men wel op de meest afgelegen plaatsjes die soms heel mooi zijn en waar andere toeristen niet kunnen komen. Belangrijk is wel om steeds zo goed mogelijk de weg in het oog te houden omdat in Namibië heel veel dieren (honden, maar ook koeien, geiten,
www.tww.be
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Maakt u een rondreis met een huurwagen, koop dan voor u vertrekt in een plaatselijke supermarkt een koelbox. Deze zijn daar niet duur en zo blijft uw drank onderweg steeds fris. Ook uw eten of snacks blijven op die manier fris als u onderweg wil stoppen om te picknicken. In supermarkten of benzinestations kan u terecht voor (al dan niet op voorhand) belegde broodjes. Meestal kunt u daar ook ijs kopen om in uw koelbox te doen als het echt zeer warm is.
4x4 Motorhomes en kampeerterreinen Omdat Namibië heel veel zandwegen heeft is het niet het ideale land om met een gewone motorhome rond te rijden. Wie echter graag kampeert, kan het land toch bezoeken met een 4x4 motorhome. De meeste 4x4 motorhomes hebben 1 of 2 tenten op het dak (voor 2 tot 4 personen) en een volledige kampeeruitrusting in de wagen. Sommige verhuurbedrijven bieden zelf 4x4 motorhomes aan met een uitgerust keukentje in het voertuig en waarbij men ook in het voertuig zelf kan overnachten. Verspreid langs de verschillende bezienswaardigheden in Namibië vindt men (meestal goed onderhouden) kampeerterreinen. Het probleem is echter dat er nooit erg veel kampeerplaatsen zijn op deze kampeerterreinen en ze dan ook snel volgeboekt geraken. Aan te raden is daarom om heel lang op voorhand (10 maanden indien mogelijk) de nodige reservaties te maken.
31
NAMIBIË ☞
Trav el Worl dwide Tip
Bent u een beetje avontuurlijk aangelegd, huur dan een 4x4 voertuig en bezoek ook Kaokoland en/of de Epupa Falls in het noorden van Namibië. Het desolate landschap is daar buitengewoon mooi en is zeker de meerprijs voor een 4x4 voertuig waard. Met dit 4x4 voertuig kan u dan ook de droge rivierbeddingen in Damaraland volgen waar steeds woestijnolifanten, struisvogels, gemsbokken en andere dieren rondzwerven.
Openbaar vervoer Openbaar vervoer in Namibië is zo goed als onbestaande omdat het land een kleine bevolking heeft en de vraag naar openbaar vervoer niet erg groot is. Tussen sommige steden rijden mini bussen maar niet volgens een vast tijdschema. Als het busje vol is zal het vertrekken maar zo lang er enkele lege plaatsen zijn blijft men wachten op extra passagiers. Men weet dus niet of men ’s ochtends, ’s middags of pas de volgende dag zal vertrekken. In de steden zelf is het mogelijk een lokale taxi te nemen en op voorhand een tarief met de chauffeur af te spreken. Dit moet echter gebeuren met voorzichtigheid want deze lokale taxi’s zijn niet altijd goed onderhouden. Tevens bestaat de mogelijkheid dat de chauffeur onderweg stopt om extra passagiers op te laden. Het is dus beter om een officiële taxi met een meter te nemen.
Grensposten en cross border permits Wilt u tijdens uw reis door Namibië de grens oversteken om bijvoorbeeld het Kgalagadi Transfrontier Park in Zuid-Afrika, het Chobe Game Reserve in Botswana of de Victoria Falls in Zimbabwe of Zambia te bezoeken dan moet u er rekening mee houden dat niet alle grensposten 24 uur op 24 geopend zijn. Sommige grensposten sluiten om 16.00h, anderen om 18.00h of later. Doe hierover zeker goed navraag voor vertrek zodat u niet voor een gesloten grenspost komt te staan. Belangrijk is ook dat u, bij het ophalen van een huurwagen, doorgeeft welke buurlanden u wilt bezoeken en hiervoor de nodige ‘cross border permits’ vraagt want zonder deze papieren zal u de grens niet mogen oversteken.
Eten en drank Over het algemeen onderscheidt de keuken in Namibië zich niet echt van de West-Europese. De keuken in Namibië is rijk en gevarieerd. Aan de kust kan men heerlijke verse vis eten, of genieten van een kreeft of oesters. Toch is vlees het belangrijkste ingrediënt in de nationale keuken. Namibië is de producent van eersteklas rund- en lamsvlees. Ook kan je hier proeven van exotisch wild zoals koedoe, impala of de ook bij ons al ingeburgerde struisvogelsteak. Traditioneel Afrikaans en zeer populair is echter de braai, wat wij onder barbecue verstaan. Praktisch op alle picknick- en stopplaatsen alsook aan de hotels, lodges, rustkampen en dergelijke vindt men braaiplaatsen terug. Ook potjiekos, een pittige stoofschotel van kip, vis of vlees, gekookt over een open vuur in een gietijzeren pot op drie poten is zeker het proberen waard.
32
Hoewel het land sinds de eerste wereldoorlog geen Duitse kolonie meer is, is men de Duitse tradities hier zeker niet vergeten. In de slagerijen vindt men een groot assortiment aan worsten terug, bij de bakker kan je alle mogelijke soorten brood kopen en het bier wordt nog steeds gemaakt volgens het ‘Reinheitsgebot’, de traditionele Beierse wetgeving uit 1516 over het brouwen van bier. Een laatste Duitse traditie die in dit land in ere wordt gehouden is ‘Kaffee und Kuche’. Overal in het land vindt men typische Duitse ‘Stubes’ terug waar men heerlijk kan smullen van een lekker stuk taart, zoals de Schwarzwalder Kirschtorte. Zeer lekker en ideaal tijdens een safari is biltong, gekruid en gedroogd vlees van wild of gewoon van rund, en droëwors, pittige gedroogde varkens- en runderworst. Wat drinken betreft hoeft u zich geen zorgen te maken. In Namibië zijn alle mogelijke frisdranken en fruitsappen te verkrijgen. Ook bier gaat vlot van de hand. Populair zijn de Zuid-Afrikaanse Castle Lager en Black Label en het plaatselijke Windhoek Lager. En in praktisch elk restaurant kan je de heerlijke Zuid-Afrikaanse wijnen bestellen. De prijzen in restaurants en bars kan men vergelijken met de prijzen in België.
Ingangstickets U betaald voor uw ingangsticket (park entrance fee) praktisch overal aan de ingang van het park. De prijs hiervoor bedraagt 80 NAD per dag, per persoon voor de belangrijkste parken zoals het Etosha National Park, Sossusvlei, Sesriem, Fish River Canyon, Skeleton Coast National Park en Waterberg Plateau Park. Sommige van de kleinere parken rekenen slechts 40 NAD per persoon, per dag aan. Voor de wagen betaalt u 10 NAD per dag.
Accommodatie In de grote steden als Windhoek en Swakopmund is er geen gebrek aan accommodatie maar als u voor uw verblijf op andere plaatsen niet lang genoeg op voorhand de nodige reservaties maakt dan is de kans groot dat u niet kan overnachten waar u wilt. Namibië is namelijk een druk bezocht land door toeristen en aan sommige bezienswaardigheden of in sommige streken is niet echt veel keuze qua accommodatie. Belangrijk om weten is dat het in Namibië niet overal even eenvoudig is om een driepersoonskamer te verkrijgen, zeker niet als er kinderen bij zijn die ouder zijn dan 12 jaar. Hiervoor zijn verschillende redenen: de kamers zijn niet groot genoeg om meer dan 2 bedden te plaatsen, de bedden die er staan zijn niet breed genoeg om er met meer dan 1 persoon in te
NAMIBIË Steden, streken en dorpen In Namibië zijn weinig steden die voor de toerist van belang zijn. Hieronder volgt een kort overzicht. Evenals in Zuid-Afrika is men in Namibië sinds enkele jaren de straatnamen aan het veranderen. Daar waar mogelijk en/ of bekend geven we beide of de nieuwe straatnaam.
Windhoek
slapen, men heeft geen reserve bedden om in de kamers te plaatsen, … In dat geval moet getracht worden om, mits een meerprijs, 2 kamers met tussendeur te bekomen.
Hotels Grote hotels (budget, standaard, luxe of exclusief) vindt men enkel in Windhoek en Swakopmund. In anders steden zoals Lüderitz en Keetmanshoop zijn ook wel hotels maar deze zijn kleiner en behoren meestal tot een standaard categorie.
Game Lodges, Safari Lodges, Bush Camps Als u in dit soort accommodatie verblijft dan bevindt u zich midden in de natuur, meestal in een private concessie, waar ook antilopen en andere dieren rondlopen. De kamers en tenten kunnen, afhankelijk van de prijs uiteraard, rustiek tot zeer luxueus zijn ingericht. Soms is enkel het ontbijt inbegrepen, soms verblijft u hier op basis van vol pension. Dit is zeer verschillend van plaats tot plaats. Indien enkel het ontbijt is inbegrepen dan kan u in uw lodge wel terecht voor de lunch en het diner.
Chalets en Bungalows In en nabij de nationale parken kan u terecht voor een verblijf in een chalet of bungalow. Deze accommodatie biedt alle noodzakelijke comfort zoals een slaapkamer met 2 bedden en een badkamer met douche, toilet en lavabo. Soms zijn er ook chalets met meerdere slaapkamers die gehuurd kunnen worden door families. Verblijft u in een rustkamp dan kan u voor uw maaltijden terecht in het restaurant of, als uw chalet een keuken heeft, dan kan u zelf uw maaltijden klaar maken als u dat verkiest. In dat geval moet u uiteraard wel zelf op voorhand het nodige eten en drank aankopen. Houdt er in dat geval rekening mee dat u onderweg niet overal winkels zal tegenkomen waar u deze aankopen kan doen.
Private lodges en tentenkampen
Omdat in de omgeving van het huidige Windhoek vele warmwaterbronnen te vinden waren, was deze plaats eerst gekend als Ai-gams, een Nama woord voor ‘vuurwater’ of ‘stoom’ en als Otjomuise, een Herero woord dat ‘plaats van de stoom’ betekent. De Nama leider Jan Jonker Afrikaner gaf de stad zijn huidige naam. Rond 1840 vestigde hij zich aan een bron hier in de buurt. In een nostalgisch moment noemde hij deze plaats Winterhoek, naar de boerderij in de Kaap waar hij geboren was. Gedurende de Duitse koloniale tijd werd de stad Windhuk genoemd, wat later Windhoek werd. In de straten van de hoofdstad kruist men zowat elke stam uit Namibië. De architectuur in het centrum is een vreemde mengeling van oude Duitse koloniale gebouwen en moderne panden en hoogbouw uit de ZuidAfrikaanse bezettingsperiode. Windhoek’s hoofdstraat en handelscentrum mag dan wel Independence Avenue zijn, Post Street Mall, een autovrije straat met enkele shopping centra, is echter veel gezelliger. Hier wordt dagelijks een kleine, geanimeerde ambachtsmarkt gehouden, waar men vooral Afrikaanse kunstvoorwerpen verkoopt. In de Gibeon Meteorite Fountain, in het midden van de Mall, zijn 31 van de 77 meteorieten verwerkt van de grootst gekende meteorietenregen ter wereld, die ten zuiden van Gibeon op de aarde zijn ingeslagen en in 1838 toevallig zijn ontdekt. Wanneer U door het centrum wandelt, stop dan even bij Zoo-park. De Christus Kirche, het mooie Lutherse kerkje dat men hier aan het begin van deze eeuw bouwde, verenigt art nouveau en neogotiek en bezit glasramen die door keizer Wilhelm II geschonken werden. Vlak hierbij staat het oudste bouwwerk van de stad, de Alte Feste, een volledig wit fort dat in 1890 voor de Duitse generale staf werd gebouwd en waarin nu het Staatsmuseum is ondergebracht. De tentoongestelde collecties van het museum illustreren het koloniaal verleden en de onafhankelijkheidsstrijd. In een mooie tuin iets verderop kan men het Tintenpalast zien staan. Het dateert uit 1912, werd gebouwd voor de Duitse koloniale administratie en huist vandaag de dag het parlement. De naam van dit gebouw, wat eigenlijk inktpaleis betekent, is een verwijzing naar de enorme papierwinkel die hier werd en nog steeds wordt opgeslagen. Wanneer men deze straat verder uitloopt krijgt men een mooi uitzicht over de drie kastelen die de stad domineren en die gebouwd werden door Wilhelm Sander tussen 1894 en 1911. Als men verlangt naar een beetje groen, dan kan men altijd de Hofmeyer Walk doen. Deze aangename panoramische wandeling is het mooiste tussen maart en april, als de aloë’s in bloei staan. De wandeling volgt een pad tussen Klein Windhoek en de stad, en is toegankelijk vanaf Sinclair Street of Orban Street. Vanaf Lovers’ Hill, het uiteindelijke doel van de wandeling heeft men een prachtig vergezicht over de stad.
Namibië heeft verschillende private wildreservaten waar men kan verblijven in een luxe lodge of tentenkamp. Tijdens dit verblijf zijn meestal alle maaltijden en 2 safari activiteiten per dag inbegrepen. Dit is natuurlijk veel duurder dan een verblijf in een hotel of gewone lodge maar het voordeel is dat men bijvoorbeeld in de Namib Desert (Sossusvlei) met een plaatselijke gids veel verder de woestijn in zal rijden dan men zelf met zijn eigen wagen mag of kan.
Direct ten noorden van Windhoek ligt het kleine stadje Okahandja. In het Herero betekent Okahandja ‘klein en wijd’, zo genoemd naar de korte, brede rivierbedding nabij de stad.
Verblijft men in Damaraland in een van de private lodges dan gaat men samen met een plaatselijke gids onder andere op zoek naar de zeldzame woestijnolifanten en zwarte neushoorns. En in sommige private wildreservaten worden wandelsafari’s georganiseerd. Dit is iets wat men niet mag in een nationaal park zoals het Etosha National Park.
Omdat de stad op het kruispunt ligt van de weg naar de kust (in het westen) en de weg naar Etosha (in het noorden), is het een druk regionaal centrum met de nodige benzinestations, banken en winkels. Tevens is Okahandja één van de oudste nederzettingen van het land. Deze plaats is van groot belang voor de Herero-bevolking omdat het de
www.tww.be
Okahandja
33
NAMIBIË woonplaats was van de 19e-eeuwse Herero-leider Samuel Maherero, die de opstand tegen de Duitsers leidde. Elk jaar op Heroes’ Day (26 augustus) zakken duizenden Herero’s af naar Okahandja om in processie de graven van hun leiders te groeten en de doden van de verschillende oorlogen tegen de Nama’s en de Duitsers te herdenken. De vrouwen, die heel het jaar door in klederdracht rondlopen, zijn vooral op deze dag getooid in prachtige rode en zwarte Victoriaanse kleding. De mannen lopen rond in vol ornaat in hun legeruniformen. Bezoekers zijn steeds welkom om deze kleurige ceremonie bij te wonen. Tenslotte staat Okahandja ook bekend als centrum van de houtsnijders. Deze mannen oefenen dit oude beroep uit op één van de twee grote ambachtsmarkten die de stad rijk is.
Katima Mulilo Deze stad is het belangrijkste en zo goed als enige commerciële centrum in de Caprivi. Het is ook de poort naar Chobe Nationaal Park in Botswana en de Victoria Falls in Zimbabwe. Buiten een bank, benzinestations en een paar supermarkten bezit Katima Mulilo ook een markt waar men naast groenten, fruit en vis ook prachtige ‘shitenges’, de lokale wikkelrokken, verkoopt. Tevens vindt men in dit stadje het Caprivi Arts Centre, waar men naar voorbeeld van de Angolese en Zambiaanse ambachtslui zeer mooi houtsnijwerk, rieten manden en aardewerk verkoopt tegen een schappelijke prijs.
Caprivi Strip De Caprivi is het enige gebied in zuidelijk Afrika dat aan 4 verschillende landen grenst: Angola, Zambia, Zimbabwe en Botswana. Tevens is het omgeven door 4 rivieren: Chobe rivier, Kwando rivier, Linyanti rivier en Zambezi rivier. Vooral deze rivieren met hun grazige oevers en uitgestrekte moeraslanden zorgen ervoor dat hier meer dan 600 vogelsoorten en vele diersoorten leven in 4 nationale parken: Bwabwata, Mamili, Mudumu en Mahango. Hoewel het uit de richting ligt van de normale toeristische route door Namibië is een bezoek aan de Caprivi Strip toch wel een aanrader.
Het Himba volk dat in Kaokoland leeft stamt af van Herero’s die naar dit gebied migreerden tijdens de 16de eeuw. De Himba zijn een oud volk van semi nomadische herders, waarvan velen nog leven en gekleed gaan volgens de oude tradities, en verspreid leven in kleine nederzetting in Kaokoland. Zij zijn een slank en statig volk en vooral de vrouwen vallen op door hun ongewone schoonheid, die nog meer tot uiting komt door hun intrigerende haardracht en traditionele versieringen. Om hun lichaam te beschermen tegen het harde woestijnklimaat, wrijven zij hun lichamen in met een mengeling van rode oker en vet. De huizen van de Himba’s zijn simpele structuren van boompjes en struiken, samengebonden met palmbladeren en dicht gepleisterd met modder en mest. In de loop van het jaar kan een familie verschillende keren van woonplaats veranderen om op zoek te gaan naar graasvelden voor hun geiten en koeien. Wat betreft wildleven is Kaokoland waarschijnlijk het meest bekend voor zijn woestijnolifanten. Het geheim van hun succes tot overleven in dit droge landschap is hun kennis van de ligging van de beperkte plaatsen waar ze water en voedsel kunnen vinden. Tijdens lange droge periodes graven deze olifanten diepe putten en helpen zo ook de andere dieren die hier leven aan water. In tegenstelling tot andere olifanten die dagelijks drinken, zijn in dit gebied olifanten waargenomen die tot 4 dagen zonder water konden overleven.
Kaokoland Kaokoland is een van de laatste echte wildernis gebieden in zuidelijk Afrika. Dit is een wereld van prachtige berglandschappen, een toevluchtsoord voor de zeldzame woestijnolifant, zwarte neushoorn en giraffe, en de thuis van het Himba volk. Er is een groot verschil tussen Kaokoland en Damaraland wat betreft toegankelijkheid en infrastructuur. Hoewel een groot deel van Damaraland toch wel afgesloten ligt van de buitenwereld, is het toch meer Kaokoland dat ver weg, stil, oneindig en voor het grootste deel leeg is. Met slechts ongeveer 16.000 bewoners, waaronder 5.000 Himba, heeft Kaokoland een bevolkingsdichtheid van 1 persoon per 2 vierkante kilometers. De Hoanib rivier in het zuiden en de Kunene rivier in het noorden vormen de natuurlijke grenzen van Kaokoland. De Kunene rivier is tevens de grens tussen Namibië en Angola. De bergketens langs de Kunene rivier, met 2.039 meter als hoogste punt in de Baynes Mountains, zijn indrukwekkend. Het is verbazingwekkend dat door dit droge landschap een rivier loopt met de enige echte waterval in Namibië. De Ruacana Falls zijn 120 meter hoog en 700 meter breed tijdens het regenseizoen. Ongeveer 135 kilometer stroomafwaarts van de Ruacana Falls liggen de Epupa Falls. Deze watervallen worden gevormd door een serie van kleine watervallen die ongeveer 60 meter vallen over een lengte van 1,5 kilometer. Het is mogelijk om in sommige van de poeltjes te zwemmen die gevormd worden door deze kleine watervallen maar men moet wel goed uitkijken voor de krokodillen die hier ook leven.
34
☞
Travel Worldwide Tip
Wenst u een traditioneel Himba dorp te bezoeken, boek dan op voorhand een begeleide uitstap want het is zo goed als onmogelijk om zelf tot aan zulke dorpen te geraken. Niet enkel liggen zij ver van de normale wegen maar als u er dan toch zou aankomen, is de kans groot dat men weigerachtig zal staan ten opzichte van uw bezoek en u onverrichterzake terug zal moeten keren.
Damaraland Damaraland is een van de meest pittoreske regio’s van Namibië, een uitgestrekt, ruw maar prachtig gebied dat zeer veel aan de reiziger te bieden heeft. Open grasvlaktes wisselen af met granieten heuvels en diepe valleien. In het westen verandert dit alles en vindt men eindeloze zandvlaktes waar woestijnolifanten, zwarte neushoorns, giraffen, struisvogels en springbokken leven. Deze dieren hebben hun levenswijze aangepast om te kunnen overleven in deze door de zon verschroeide, bijna droge woestijn. Olifanten wandelen soms 70 kilometer per dag om aan water te geraken en, in tegenstelling tot olifanten in andere delen van Afrika, vernielen zij geen bomen of struiken om aan eten te geraken. Hier leeft het Damara volk waarvan verondersteld wordt dat dit het eerste volk was dat vanuit West-Afrika migreerde naar Namibië.
NAMIBIË Walvis Bay Walvis Bay en de omliggende eilanden was tot voor kort een ZuidAfrikaanse enclave in Namibië. Op 1 maart 1994 werd dit kleine stukje Zuid-Afrika overgedragen aan de Republiek van Namibië. Deze stad bezit de enige diepzeehaven die Namibië rijk is. Ze is tevens de grootste zoutproducent van Afrika en een belangrijk visverwerkend centrum. Spijtig genoeg is Walvis Bay niet veel meer dan een industriestad. Op enkele uitzonderingen na zijn alle oude gebouwen verdwenen.
Swakopmund Swakopmund is de tweede grootste stad van Namibië en tevens de voornaamste badplaats. Vele families van Duitse afkomst bezitten hier een tweede verblijf waar ze de zomervakantie doorbrengen (december-januari) wanneer het binnenland in een verschroeiende hitte stilligt. Men kan de stad vergelijken met een groot Beiers dorp of een badplaats aan de Noordzee in het begin van de eeuw. Samen met de vele bloemen en palmen en het feit dat men enkel in Swakopmund kan geraken na een lange rit door de woestijn, geeft dit de stad haar surrealistische karakter. Om de echte charmes van Swakopmund te ontdekken, kuiert men best eens door het stadscentrum, waar een aantal koloniale gebouwen in neogotische stijl geklasseerd zijn als historisch monument. Waar men zeker niet naast kan kijken is het Woermannhaus (1905), een schitterend pand waar vroeger de kantoren van de handelscompagnie Woermann & Brock gevestigd waren. De hoge toren deed dienst als herkenningspunt voor de schepen op zee en voor de ossenkarren die uit het binnenland kwamen. De trots van Swakopmund is vast en zeker het imposante Hohenzollernhaus, op de hoek van Brücke Strasse en Moltke Strasse. De punt van de gevel is versierd met een beeld van Atlas die de wereld ondersteund. Ook het oude Bahnhof mag men niet vergeten. Dit mooie stationsgebouw uit 1901 is volledig gerenoveerd en doet nu dienst als luxueus hotel en casino. Even verder komt men de oude Duitse school en de Evangelisch-Lutherse Kerk tegen. Swakopmund bezit ook een mooi strand, dat de exotische naam Palm Beach draagt. Dit strand dankt zijn bestaan aan een Duitse architect die op het einde van de vorige eeuw een pier liet aanleggen om de haven te beschermen. Helaas had deze pier het tegenovergestelde effect: de Benguela-stroom voerde namelijk grote hoeveelheden zand aan die zich opstapelden voor de ingang van de haven. Enkele jaren later konden de schepen hier niet meer aanmeren en was de haven vervangen door een mooi zandstrand, goed beschut ... door de pier. Vlak naast het strand in een schaduwrijk bos van palmbomen staat een vuurtoren en het zomerpaleis van de president. Een wandeling door Swakopmund kan enkel besloten worden met een bezoek aan een Duitse Stube. Ga dus naar Café Anton of Café Treff en geniet van een lekkere tas koffie of thee en een heerlijk Duits gebakje.
☞
Travel Worldwide Tip
Als u vanuit Swakopmund noordwaarts rijdt in de richting van Henties Bay en Cape Cross dan passeert u op een gegeven moment enkele borden met daarop ‘Lichen Fields’ geschreven. U zult merken dat er dan langs de kant van de weg vele planten en struiken staan die precies dood zijn. Dat is niet het geval. Neem een beetje water of ander vocht en giet dat over een van deze planten. U zult merken dat zij onmiddellijk tot leven komen en als het ware open bloeien. Dit zijn ‘lichens’, geen echte planten maar een combinatie van algae en fungi. Zij leven van de mist en dauw die daar ’s ochtends vanuit de zee landinwaarts wordt geblazen door de wind.
www.tww.be
Het natuurreservaat en de lagunes in de buurt van Walvis Bay zijn echter wel een bezoekje waard. Voor vele trek- en watervogels, waaronder flamingo’s en witte pelikanen, zijn zij een aards paradijs. Voor diegenen met een teveel aan energie is de beklimming van Dune 7, de hoogste duin in de regio, een echte aanrader.
Lüderitz Wanneer men in Lüderitz aankomt, dat gekneld zit tussen de oceaan, het Sperrgebiet en de Namib zandzee, krijgt men de indruk in een oud Duits stadje binnen te rijden. De ouderwetse charme van de koloniale nouveautéarchitectuur bleef gespaard van het modernisme van de 20e eeuw. Op Kerstmis 1487 ontdekte de Portugese ontdekkingsreiziger Bartholomeus Diaz deze baai, maar pas na 300 jaar toonden Nederlandse en Engelse kolonisten van de Kaap enige interesse. Gedurende 50 jaar kwamen ze er honderden tonnen guano verzamelen. In 1883 kocht de Duitser Adolf Lüderitz de baai van de Nama’s en een jaar later werd het gebied onder Duits protectoraat geplaatst. Toen in 1908 de eerste diamanten werden gevonden, was het hek pas goed van de dam. De stad ontwikkelde zich in een razendsnel tempo en de eigenaars van de mijnen lieten luxueuze villa’s neerzetten, zoals Troost Haus, Kreplin Haus en Goerke Haus, dat bezocht kan worden. Ook de Lutherse Felsen Kirche, die hoog boven de stad staat en vanwaar men een mooi uitzicht heeft, en het imposante station ademen een Duitse sfeer uit. Het gebied rond Lüderitz is rijk aan watervogels. In de vele beschermde en ondiepe baaien, die men tegenkomt op de weg naar Diaz Point, kan men zowel aalscholvers als flamingo’s tegenkomen. Daar de zee hier rijk is aan vis, vindt men hier ook een kolonie pelsrobben. Tijdens een tocht per boot naar Halifax Island, een beschermd vogelreservaat, krijg je de kans deze robben van dichtbij te bekijken. Met een beetje geluk maken de dolfijnen die deze baaien bevolken enkele sprongen voor de boot. Wat je zeker te zien krijgt zijn de Jackass pinguïns, die op Halifax een broedkolonie hebben.
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Bezoekt u tijdens uw reis ook Lüderitz kijk dan op weg naar dit kuststadje uit of u de befaamde wilde paarden van de Namib Desert niet ziet. Tot op heden is men nog steeds niet zeker hoe deze paarden in de woestijn zijn geraakt want in zuidelijk Afrika hebben nooit paarden geleefd vooraleer de blanken deze daar hebben gebracht. Zijn zij afstammelingen van een cargo schip met paarden en andere boerderij dieren dat op het einde van de 19de eeuw ongeveer 25 kilometer ten zuiden van de Oranje rivier is vergaan? Zijn zij afstammelingen van de paarden die de Duitse cavalerie hier had tijdens de Tweede wereldoorlog? Niemand kent het antwoord. Feit is wel dat het zien van deze paarden in de woestijn een uitzonderlijke attractie is. Men schat dat er op dit ogenblik een honderdtal paarden rondzwerven en de meeste kans om hen te zien is in de buurt van Garub waar men speciaal voor hen een drinkplaats heeft gemaakt.
35
NAMIBIË Kolmanskop Ghost Town Dit stadje was eens het centrum van de ‘diamond rush’. In april 1908 werden hier voor het eerst diamanten ontdekt. In hetzelfde jaar verklaarde de koloniale overheid het gebied 360 kilometer noordwaarts en 100 kilometer landinwaarts vanaf de Oranje-rivier tot verboden zone: ‘Sperrgebiet’. Kolmanskop, dat midden in dit Sperrgebiet gelegen is, beleefde zijn hoogdagen in de jaren 20, toen de families van de mijnwerkers hun mannen en vaders vervoegden en het stadje een echte ‘boom’ kende. In deze jaren bouwde men niet enkel een gymnasium, een school en een concertzaal, maar ook een aantal prachtige huizen en villa’s en een ultramodern ziekenhuis met het eerste Röntgenapparaat in zuidelijk Afrika. In deze tijd leefden hier ongeveer 300 Duitsers en een 800 Oshiwambo werkers. In 1928 echter was de ‘rush’ over omdat men aan de monding van de Oranje een diamantreserve had ontdekt die zes maal groter was dan die van Kolmanskop. Van toen af was het stadje ten dode opgeschreven en werd het stilletjes aan ten prooi gegeven aan de woestijn. Vandaag de dag is dit spookstadje met zijn half bedolven gebouwen een fascinerende plaats, waar men een glimp kan opvangen van een opwindende periode uit het verleden van Namibië.
Nationale Parken en natuurreservaten Hoewel er vele nationale parken en natuurreservaten zijn in Namibië worden, of kunnen zij niet allemaal bezocht worden door de toerist. Sommigen liggen namelijk buiten de normale toeristische routes of kunnen enkel bezocht worden met een 4x4 voertuig.
Daan Viljoen Game Park Dit kleine wildpark bevindt zich een 25-tal kilometer ten oosten van Windhoek, in het pittoreske Khomas Hochland. Het is gelegen op een hoogte van 1.700 meter en bestaat uit glooiende heuvels onderbroken door diep ingesneden rivierbeddingen. Hoewel het slechts een klein park is, is het door zijn relatief grote populatie aan wild een ideale kennismaking met Namibië en Afrika, als je dit continent nog niet bezocht hebt. In het park leven buiten enkele kleinere zoogdieren zoals bavianen en dassies een groot aantal antilopen zoals springbok, oryx, koedoe, rood hartebeest en impala. Verder heeft men hier een grote kans om gnoes en bergzebra’s te zien en is het park met zijn 200 vogelsoorten en paradijs voor vogelliefhebbers. Omdat er geen roofdieren aanwezig zijn, is een wandeling de beste manier om nader kennis te maken met de fauna en flora van Daan Viljoen. Er zijn drie wandelingen uitgestippeld in dit park. Het 3 kilometer lange Wag‘n-bietjie-pad; de Rooibos wandeling (9 kilometer), die een iets grotere inspanning vraagt, maar een zeer aangename ervaring is voor iedereen die in goede vorm is, en de 2-daagse onbegeleide Sweet Thorn hike (32 kilometer). Deze laatste tocht is bestemd voor groepen van 3 tot 12 personen. Wandelaars moeten hun eigen drank en voedsel voorzien en overnachten onderweg in een hut. Diegenen die niets voelen voor een wandeling kunnen altijd een korte game drive door het park maken.
Waterberg Plateau Park Het Waterberg Plateau rijst ongeveer 200 meter boven de oneindige vlakke savanne uit en is met zijn flamboyante steenrode rotsformaties en weelderige vegetatie al van ver zichtbaar. Het plateau is bijna 50 kilometer lang en een 16 kilometer breed. Het eigenlijke wildpark beslaat 40.549 ha en is tot beschermd gebied uitgeroepen in 1972. Dit park is opgericht als kweekgebied voor bedreigde diersoorten, om ze
36
daarna terug in hun oorspronkelijke milieu te introduceren. Door de grote variatie aan biotopen, savanne met Acacia bomen aan de voet van het plateau en subtropisch woud met hoge bomen en uitgestrekte grasvlaktes op het plateau, kon men hier een groot aantal diersoorten onderbrengen. Een pluspunt van dit park zijn de steile kliffen, die als een natuurlijke barrière voor de dieren dienen. Op het plateau vindt men 25 soorten groot wild, waaronder buffel, sabel- en roan antiloop, witte en zwarte neushoorn en luipaard. Verder vormt het de woonplaats van een 200-tal vogelsoorten. Hierbij is vooral de Kaapse Gier van belang. Het Waterberg Plateau is momenteel de enige broedplaats van deze bedreigde vogels in Namibië. Avontuurlijke zielen kunnen onder leiding van een parkwachter of op eigen houtje een 4-daagse voettocht op het plateau ondernemen. Voor de minder avontuurlijke onder ons bestaat er nog steeds de mogelijkheid korte wandelingen in de buurt van het rustkamp te maken. Met een beetje geluk kom je zelfs een familie Damara dik diks tegen, een zeer kleine antilopensoort die enkel in het noorden van Namibië leeft. Ook kan men in de vroege ochtend of de late namiddag deelnemen aan een safari op het plateau in een open jeep onder begeleiding van een parkwachter. Hiervoor kan men zich inschrijven in het Tourist Office in het rustkamp Bernabé de la Bat.
Etosha Nationaal Park Dit park is met zijn 22.270 km² één van de grootste wildparken in Afrika. Etosha betekent ‘grote witte vlakte van droog water’, waarmee de zoutpan bedoeld wordt, die zich in het noordoosten van het park bevindt en ongeveer een vierde van de totale oppervlakte inneemt. Dit zoutmeer staat zowat het ganse jaar droog. De grond is hier gebarsten en bedekt met een laag zout. Door de intense warmte, de zinderende lucht en het zonnelicht dat weerspiegelt op het witte zout lijkt het zelfs een echt meer. Af en toe, wanneer er veel neerslag is gevallen in het noorden van het land, overstroomt het water van de nabije rivieren de Etosha Pan die dan de ontmoetingsplaats wordt van duizenden roze flamingo’s. De rest van het park bestaat uit savanne en bossen van verschillende acaciasoorten en doornstruiken. In de buurt van Halali, vindt men mopani bossen terug. Deze bomen zijn een lekkernij voor de olifanten. Men kan trouwens gemakkelijk de plaats herkennen waar olifanten zijn geweest. Hun weg ligt bezaait met afgeknakte takken en uitwerpselen, kortom: een hele ravage. In het zogenaamde ‘Sprokiesbos’ groeit er een bizar soort bomen: de moringa’s. Volgens de San zijn ze door de dondergod uit het aards paradijs gegooid. Zo zijn ze toevallig in Etosha terecht gekomen met hun kruin in de grond en hun wortels in de lucht. Hoewel de meeste toeristen slechts een klein gedeelte van het park, namelijk het zuidoosten, bezoeken, is het geen probleem om de dierenrijkdom van het park te ontdekken. Omwille van de droogte verzamelen de dieren zich immers om de schaarse drinkplaatsen die zich in deel van het park bevinden. Met wat geluk kiest u er een drinkplaats uit die een mooi
NAMIBIË Bushmanland en Khaudom Game Park Als men naar de landkaart van Namibië kijkt, merkt men dat er in het noordoosten een groot gebied is met weinig wegen en zo goed als geen dorpen. Dit gebied staat bekend als Bushmanland of het land van de Bosjesmannen. Zelfs naar Namibische normen kan deze regio als afgelegen beschouwd worden. Er is hier slechts één nederzetting van enig belang: Tsumkwe. De administratieve hoofdstad van deze regio ligt op 275 kilometer van Grootfontein, de dichtstbijzijnde stad, en is bereikbaar via de C44, één van de enige wegen die berijdbaar zijn met een gewone wagen.
spektakel oplevert. Zet uw motor af en wacht in stilte. Misschien komt een kudde zebra’s of gnoes hun dorst wel lessen. Of antilopen, waarvan er zoveel soorten zijn, struisvogels, gieren of honderden andere vogels. Met een beetje geluk bespiedt u een cheeta of een luipaard. Het meest indrukwekkende is de leeuwenjacht, maar daarvoor moet u dikwijls uren geduld uitoefenen om een aanval gade te slaan die amper een halve minuut duurt. Als u trouwens liever minder bloedige taferelen bekijkt, wacht dan af tot een familie olifanten zich komt baden. Ook zo mooi is een kudde giraffen in de vlakte. Elk om beurt komen de verschillende diersoorten hun dorst lessen: een kudde zebra’s wordt gevolgd door oryx antilopen, die op hun beurt gaan lopen als een olifant nadert. De hiërarchie wordt zorgvuldig gerespecteerd en het is duidelijk dat de olifant het hier voor het zeggen heeft. Zelfs de neushoorn laat zich intimideren, maar hij ziet er dan ook een stuk kleiner uit naast een dergelijke reus. Een gans rollenspel speelt zich hier af. Hou er echter rekening mee dat de tijd vliegt als u dieren observeert en u nog genoeg tijd over houdt om het park te verlaten. De poorten sluiten immers onverbiddelijk bij zonsondergang. Maar geen nood, drie (Namutoni, Halali en Okaukuejo) van de vier rustkampen die zich in Etosha Nationaal Park bevinden bezitten allen een verlichte drinkplaats. Zet u dus na het avondeten op één van de banken en geniet van het schouwspel dat zich voor uw ogen zal afspelen. Denk er echter aan dat het morgen vroeg dag is en er u waarschijnlijk een lange safari wacht. De tijd vliegt immers als u dieren observeert. Vindt u het niet erg om tijdens uw reis door Namibië wat extra kilometers te rijden, bezoek dan ook het westelijke deel van het park. Dit gedeelte werd enkele jaren geleden opengesteld voor het publiek. Het landschap is er anders dan in de rest van het park en u zult er ook dieren ontmoeten die niet in het oosten van het park leven. Niet ver van de westelijke ingang van het park ligt het Dolomite Restcamp. Wie het park langs het westen wil verlaten of binnen rijden moet verplicht in dit rustkamp overnachten.
☞
Travel Worldwide Tip
Logeert u in Okaukuejo Restcamp, Halali Restcamp en/of Namutoni Restcamp in het Etosha National Park ga dan zeker ’s avonds naar de verlichte drinkplaatsen. Zodra de zon begint onder te gaan komen vele dieren daar hun dorst lessen en is het niet ongewoon om olifanten, neushoorns en leeuwen aan dezelfde drinkplaats te zien staan. De drinkplaats in het Okaukuejo Restcamp ligt praktisch tussen de chalets en trekt de meeste dieren aan, deze van Halali Restcamp ligt iets verder van de chalets verwijderd zodat het daar rustiger is om de dieren te bekijken.
☞
Travel Worldwide Tip
Stop regelmatig aan een drinkplaats in het Etosha National Park. U zult verbaasd staan hoeveel dieren daar constant aan en af komen om te drinken. Als u geduldig wacht zal u zeker verschillende mooie foto’s kunnen nemen.
www.tww.be
Het landschap met zijn begroeiing van acacia’s en struiken is vlak en droog, een voorbode van de Kalahari-woestijn. Ten zuiden van de C44 bevinden zich echter enkele pannen, onder andere Khebi Pan en Nyaenyae Pan, die onderlopen na de regens en dieren van over de gehele Kalahari-regio aantrekken. Her en der verspreid vindt men een occasionele baobab-boom, stukjes savanne-woud en een San-gemeenschap. Deze kleine familiegroepen woonden eens in een gebied dat enkele malen groter was dan het huidige Bushmanland, waar ze leefden als jagers-verzamelaars. Spijtig genoeg is dit vandaag de dag niet meer het geval. Meer dan enige andere etnische groep hebben zij geleden onder het contact met de moderne wereld. Zij mogen bijvoorbeeld niet meer jagen en worden min of meer gedwongen om zich permanent op één plaats te vestigen. Werkloosheid is samen met alcoholisme vandaag de dag een groot probleem. Als je in contact komt met een San-gemeenschap, respecteer dan hun tradities en blijf te allen tijde beleefd. Wil je hun dorp bezoeken, vraag dan eerst om toestemming. Denk eraan dat er weinig toeristen komen in deze regio. De meeste mensen die dit gebied bezoeken zijn op weg naar het Khaudom Game Park. Dit wildpark is 384.000 ha groot, grenst aan Botswana en is het enige gebied in Namibië waar de noordelijke Kalahari beschermd is. Khaudom werd pas in 1989 tot nationaal park uitgeroepen. Men vindt hier een zeer grote variëteit aan wild en vogels. Door de dichte vegetatie moet men echter veel geduld uitoefenen wil men deze dieren tegenkomen. Omdat het park niet met een hek is afgemaakt moet men er ook rekening mee houden dat de dieren hun natuurlijke migratie-routes volgen en hun aantal in het park sterk kan fluctueren. Naast antilopen, zoals de zeldzame roan antiloop, vindt men in het park onder andere ook olifanten, giraffen, leeuwen, luipaarden en hyena’s. In de buurt van het Sikereti rustkamp wordt regelmatig een troep wilde honden waargenomen. Dit park met zijn ontoegankelijke zandwegen en zijn elementaire rustkampen is een paradijs voor avonturiers die houden van het onbekende en een onbezoedeld stukje wildernis beter willen leren kennen. Denk er echter aan dat men het park slechts kan betreden met een minimum van twee 4x4voertuigen en dat er geen water, voedsel of benzine in het park voorradig is.
Mahango Game Park Ongeveer 25 kilometer ten zuiden van Popa Falls bevindt zich dit kleine, maar prachtige wildpark aan de oevers van de Okavango-rivier. Het gebied wordt gekarakteriseerd door savannewoud, graslanden en een moerassig gebied met riet en papyrus nabij de rivier. Ook vindt men hier enkele prachtexemplaren van de baobab of regenboom. Dit maakt van Mahango één van Namibië’s meest diverse en interessantste natuurgebieden. Omdat er het hele jaar door vers water aanwezig is, blijven de dieren in de omgeving. Ook de aanwezigheid van de mens, buiten de grenzen van het park, zorgt voor een barrière. Dit maakt dat men in Mahango grote kuddes olifanten of red lechwe (een soort antilope) kan tegenkomen. Verder is het de leefplaats van enkele voor Namibië zeldzame antilopen zoals de eerder vernoemde sabel- en roan antilopen, maar ook de water minnende rietbok, tsessebe en sitatunga. Deze laatste antilopen zijn zeer moeilijk te vinden omdat ze in moerassen leven. Mocht je er dus één tegen komen, dan mag
37
NAMIBIË je je zeer gelukkig prijzen. De rivier is dan weer de woonplaats van de nijlpaarden en krokodillen. Natuurlijk mag men ook de vogels niet vergeten. Door de verschillende biotopen kan je hier een uitzonderlijke variëteit (± 300 soorten) aan vogels, waaronder ijsvogels, de secretarisvogel en de Afrikaanse visarend, bewonderen. In vergelijking tot andere wildparken zijn er slechts weinig wegen uitgestippeld waarop men een safari kan maken. Toch geeft deze kleine route een goed beeld van de diversiteit aan fauna en flora die het park te bieden heeft, en voor men het weet zijn er enkele uren voorbijgevlogen.
Mudumu National Park, Lizauli Traditional Village en Mamili National Park Mudumu Nationaal Park is een groot wildpark (100.959 ha) dat vooral bestaat uit savanne en mopane-woud. Langs het westen zorgt de Kwando-rivier voor een natuurlijke grens voor de dieren. Ten zuiden van Lianshulu splitst de rivier in een labyrint van waterwegen en vormt zo het Linyanti-moeras. Mamili Nationaal Park is het enige beschermde moerasland in Namibië. Na de regens, wanneer 80% van het park onder gestroomd is, lijkt het zelfs op de beroemde Okavango Delta in Botswana. Dit wildpark wordt gekarakteriseerd door een complex netwerk van kanalen, rietbedden, meren en met bomen begroeide eilanden. Het is enkel te betreden met een minimum van twee 4x4-voertuigen en wordt zo goed als niet bezocht. Net voor de onafhankelijkheid zijn deze gebieden uitgeroepen tot nationale parken, omdat de Zuid-Afrikaanse regering vreesde dat men hier privé jachtgronden van zou maken terwijl deze streek al zwaar geleden had onder het stropen en de jacht tijdens de jaren 80. Tot op de dag van vandaag zijn Mudumu en Mamili, toeristisch gezien, de minst ontwikkelde parken in Namibië. Als alles meezit en het wild in zijn vroegere aantallen terugkeert, heeft dit gebied de potentie uit te groeien tot één van de meest fantastische bush ervaringen in de hele regio. Toch moet gezegd worden dat de lokale bevolking niet werd geraadpleegd bij de oprichting van deze nationale parken en er voor hen zo goed als geen voordelen aan verbonden zijn. Sinds de onafhankelijkheid werkt men echter hard aan ‘community based tourism projects’, zoals men ze hier noemt. Deze projecten moeten ervoor zorgen dat de lokale bevolking betrokken wordt bij de ontwikkeling van het toerisme in hun eigen streek, en dat de opbrengsten uit het toerisme direct ten goede komen aan deze gemeenschappen. Een goed voorbeeld van een dergelijk project is Lizauli Traditional Village, dat juist voor de ingang van Mudumu National Park, aan de rechterkant van de weg gelegen is. Lizauli is een dorp dat gebouwd is voor de toerist, maar volgens de tradities van de Caprivi, de lokale bevolking. Men kan het dorp onder leiding van een Caprivi bezoeken. Tijdens een dergelijke rondleiding (duur: ongeveer 1 uur) krijg je een introductie in het dagelijkse leven in WestCaprivi. Zo krijg je te zien hoe de smid de landbouwwerktuigen vervaardigt en op welke wijze de dorpsdokter de zieken geneest. Verder zullen de meisjes enkele dansen uitvoeren. De rondleiding eindigt in een hut in het midden van het dorp, waar de ganse groep een dispuut uitvecht en aan de dorpsouderen wordt gevraagd een oplossing naar voren te schuiven. Het positieve aan Lizauli is dat je je geen indringer hoeft te voelen en je vrij bent foto’s te nemen, terwijl wat je ziet echt is en niet een soort van attractie in een pretpark.
Skeleton Coast Park Om een antwoord te vinden op de vraag waarom deze kuststrook, die 40 kilometer breed is en ongeveer 500 kilometer lang, de sinistere naam “skelettenkust” meekreeg, moet men maar eens om zich heen kijken. Her en der langs de kust liggen scheepswrakken en karkassen van walvissen verspreid. Honderden schepen leden hier schipbreuk, overvallen door dichte
38
mistbanken, die aangevoerd werden door de sterke en onvoorspelbare Benguela-stroom. Kon de bemanning het schip toch levend verlaten, dan stond hen aan land de dood te wachten. In dit onherbergzame woestijngebied vonden ze immers geen drinkbaar water of voedsel. De menselijke skeletten die men hier aantrof zijn daar het ‘levende’ bewijs van. Het is niet echt nodig veel tijd in dit park door te brengen. Enkele uren volstaan om de sfeer op te snuiven en een paar wrakken aan een grondig onderzoek te onderwerpen. De ingang van dit nationaal park ligt aan de Ugab-rivier. U moet in het bezit zijn van een pasje van het Ministry of Environment and Tourism (verkrijgbaar in het kantoor in Swakopmund of aan de ingang van het park) indien u de toegangspoort van het park wilt passeren. Denk eraan dat enkel het zuidelijke deel van het park, dit wil zeggen tot aan de Hoanib rivier, toegankelijk is voor individuele bezoekers. Vanuit Swakopmund is het ook mogelijk een vlucht over de Skeleton Coast te maken.
Cape Cross Seal Reserve Langs de kust van Zuid-Afrika en Namibië vindt men maar liefst 23 broedkolonies van Kaapse pelsrobben (Arctocephalus pussillus). Cape Cross heeft de reputatie de meest gekende en één van de grootste te zijn. Buiten dat zich op deze plaats een kolonie pelsrobben heeft gevestigd, is Cape Cross ook historisch van belang. In 1486 immers plantte de Portugese zeevaarder Diego Cao in naam van zijn koning een stenen kruis op deze plaats. Op dat moment was dit de meest zuidelijke plek langsheen de Afrikaanse kust waar een Europeaan ooit een voet aal wal had gezet. In 1893 verhuisde het kruis van de Portugees naar Duitsland en zette men een ander kruis neer op de heuvel die de baai domineert. Uiteindelijk werd een derde en laatste kruis, een replica van het originele, op de oorspronkelijke plaats neergezet. Natuurlijk komen de meeste bezoekers vandaag de dag voor de pelsrobben. Men schat dat het aantal robben op deze plaats varieert tussen 80.000 en 100.000, maar tijdens het broedseizoen (november/december) kan hun aantal tot 200.000 oplopen. De stieren arriveren al in oktober om land op te eisen voor hun koeien. Het eerste wat u zal opvallen als u uit de auto stapt, is de scherpe geur die deze schattige zeezoogdieren met zijn allen verspreiden. Niet direct een geur die uw reukorgaan streelt. Ook maakt u hier veel kans om jakhalzen en hyena’s van dichtbij te zien. Zij zijn altijd in de buurt te vinden op zoek naar een restje vis of een ziek of jong dier.
Namib-Naukluft Park Dit park is het grootste natuurgebied van Namibië, en één van zijn belangrijkste toeristische attracties. Het Namib-Naukluft Park is bijna 50.000 km² groot en wordt in de eerste plaats beschouwd als een beschermd gebied. Het heeft dan ook geen grote rustkampen, en het grootste deel van het park is niet toegankelijk voor bezoekers.
NAMIBIË • Als je kampeert in de woestijn, neem dan altijd zelf brandhout mee en sprokkel nooit hout in de buurt. Zelfs een dood lijkende boom of struik kan terug tot leven komen bij de eerste regen.
Sesriem Canyon
Vanuit Swakopmund kan men het noordelijke deel van het Namib park bezoeken. Een echte aanrader hier is de Welwitschia Drive. Deze route biedt de mogelijkheid verschillende aspecten van deze woestijnvlaktes te ontdekken. Eerst doorkruist men uitgestrekte velden grijze en zwarte korstmossen die leven dankzij de mist. Als men enkele druppels water laat vallen op deze merkwaardige planten komen ze tot leven. Bij dikke mist en vochtig weer ontluikt het korstmos en de grijze vlakten veranderen van kleur. De weg gaat vervolgens door een maanlandschap dat zijn naam, Moonscape, alle eer aandoet. Wanneer men verder rijdt komt men voorbij de resten van een kamp van het Zuid-Afrikaanse leger uit 1915. Aan de andere kant van de Swakop-rivier ligt de vlakte van de Welwitschia Mirabilis. Deze uitzonderlijke dwergplanten kunnen alleen gedijen in de noordelijke vlakten van de Namib woestijn en sommige doen dat al 2.000 jaar lang. Een exemplaar van gemiddelde grootte is meestal 500 tot 600 jaar oud. Men denkt dat men een veelheid aan bladeren kan zien, maar in werkelijkheid hebben deze planten slechts twee lintvormige bladeren. Ze zijn over hun ganse lengte gescheurd en uitgerafeld, zodat het net lijkt of de plant meerdere bladeren heeft. Net zoals de korstmossen is ook de Welwitschia aangewezen op de mist om te overleven. Aan de andere kant van het noordelijke deel van het Namib Naukluft Park bevindt zich de Kuiseb-rivier die hier een canyon heeft uitgesneden. Ook hier in de Kuiseb Canyon waant men zich voor de zoveelste keer op een andere planeet. Deze plaats is voor de Namib woestijn echter van enorm ecologisch belang. De rivier draagt slechts om de paar jaar water, als de bergen in de buurt geteisterd worden door zware regens, en sleurt dan al het zand mee dat gedurende de jaren door de wind in haar bedding is achtergelaten. Gedurende de enkele dagen of weken van haar bestaan voorkomt de Kuiseb de vorming van duinen in de meer noordelijke rotsvlakten. Ze bevoorraadt ook de drinkplaatsen van de oryx antilopen, bergzebra’s, kleine antilopen en bavianen die in deze eenzame streken leven. De Naukluft bergen werden pas in 1966 aan dit park toegevoegd. Dit gebied werd een park om de Hartmann’s bergzebra’s die enkel in Namibië voorkomen, een thuis te geven. Buiten zebra’s vindt men in deze bergen onder andere ook oryx antilopen, klipspringers, duikers, steenbokken, bavianen en luipaarden terug. Naukluft is een juweeltje voor wandelaars. Hier zijn enkele prachtige wandelingen uitgestippeld die door de bergen en de droge rivierbeddingen voeren. Dit deel van het park is echter enkel toegankelijk voor bezoekers die minstens 1 nacht in het park overnachten. De woestijn is een zeer kwetsbare biotoop, waar zowel dieren als planten moeten vechten om te overleven. Bezoekers moeten dan ook extra aandachtig zijn om niets te vernietigen. Neem volgende regels dan ook steeds in acht: • Blijf bij het rijden steeds op de al bestaande wegen of pistes. Sporen van banden kunnen de woestijngrond immers voor decennia lang tekenen. Ook kunnen mossen en andere planten die een belangrijke ecologische rol spelen in dit gebied, voorgoed vernield worden. • Verzamel geen plantensoorten. Maak foto’s of schetsen als souvenir. Archeologische objecten laat je ook best waar je ze vindt.
www.tww.be
Op 4 kilometer van Sesriem heeft de Tsauchab rivier, die vandaag enkel water draagt na goede regens in de Naukluft bergen, ongeveer 15 tot 18 miljoen jaar geleden een 30 meter diepe kloof uitgegraven in de schist- en zandlagen. De Sesriem Canyon is ongeveer 1 kilometer lang en ontstond duidelijk in een tijd dat water in deze regio niet schaars was. De naam werd gegeven door de vroege pioniers die ‘zes riemen’ of lengtes touw nodig hadden om water uit de kloof boven te halen. Ook vandaag vindt men nog water in de canyon. Na de regens blijven er immers poelen met heerlijk fris water achter. De afdaling naar de canyon is vrij mooi, met smalle doorgangen en sprookjesachtige rotsformaties.
Sossusvlei Op 60 kilometer van Sesriem bevindt zich de topattractie van Namibië: Sossusvlei. In jaren met uitzonderlijk veel regen, breekt de Tsauchab rivier door het zand en vult de klei pan van Sossusvlei met water. Dit water trekt niet alleen dieren aan die hier leven, maar ook flamingo’s komen dan aan deze vlei een bezoekje brengen, wat deze plek nog meer onrealistisch maakt dan ze al is. De stervormige bergen van zand die de vlei omringen zijn misschien niet de hoogste ter wereld, maar met een gemiddelde hoogte van 300 meter moeten ze voor niets onder doen. De warme tinten van het zand, gaande van zacht abrikoos over oker en fel oranje naar diep rood, geven deze duinen nog een extra dimensie. Het best kan men deze magische plaats bij zonsopgang aanschouwen en de zandduinen op de gevoelige plaat vast leggen. De eerste zonnestralen brengen immers een verassend licht- en schaduwspel tot leven. Tevens is het dan nog niet te warm. Om de buitenaardse schoonheid van deze plaats nog meer te appreciëren moet u een duin op. Dit is niet altijd even gemakkelijk. Het fijne zand lijkt immers te verdwijnen onder uw voeten. Hoe hoger u klimt, hoe meer u de indruk krijgt dat u ter plaatse blijft ploeteren en dat de top onbereikbaar blijft. Maar eenmaal boven bent u uw vermoeiende klim al snel vergeten wanneer u de eindeloze zandvlakte aanschouwt, die zich uitstrekt over 100 kilometer in alle richtingen. Zet u neer in het zand en geniet, alvorens als een uitgelaten kind de duin weer af te rennen. Morgen zal de wind uw voetsporen hebben uitgewist. De duinen van de Namib woestijn zijn immers niet blijvend. Elke dag opnieuw blaast de wind nieuwe duinkraters met sterk afgelijnde randen en glooiende duinruggen. U bereikt de ingang van het park langs de C27 baan. Van daaruit brengt een rit van 60 kilometer langsheen een geasfalteerde weg u tot op de 2x4 parking. Onderweg kunt u al mooie foto’s van de duinen nemen. Als u met een 4x4 voertuig rijdt dan kan u de laatste 5 kilometers naar de Deadvlei parking zelf rijden. U moet er wel rekening mee houden dat dit geen eenvoudige rit is en u door heel los zand moet rijden. Enige ervaring in het rijden met een 4x4 voertuig is dus wel noodzakelijk. Hebt u geen 4x4 voertuig of verkiest u om niet zelf verder te rijden dan kan u gebruik maken van de 4x4 shuttle diensten die constant over en weer rijden tussen de 2x4 parking en de Deadvlei parking. Voor een heen en weer ticket betaalt u 10 à 15 Euro afhankelijk van de firma die de shuttles uitvoert. Verkiest u te wandelen naar Deadvlei dan kan dat natuurlijk ook. De wandeling van de 2x4 parking tot Deadvlei, de tijd om foto’s te nemen, en dan terug te wandelen naar de 2x4 parking zal 2 à 3 uren in beslag nemen. Zorg dat u voldoende water bij hebt tijdens deze wandeling.
39
NAMIBIË ☞
Travel Worldwide Tip
Het toegangshek naar Sesriem en Sossusvlei wordt enkel bij zonsopgang geopend. Van daaruit is het nog 60 kilometer rijden naar Deadvlei. Wilt u de kleurschakeringen van de opgaande zon op de rode duinen van Deadvlei zien, dan moet u zeer vroeg opstaan zodat u aan het hek staat wanneer het opengaat. Houdt er rekening mee dat u niet de enige bent die daar vroeg wil zijn en dat de kans bestaat dat u in een file van 20, 30 of meer wagens terecht komt. Hoe vroeger u aan het toegangshek aankomt, hoe meer naar voor in de file u zult staan en hoe sneller u in Deadvlei bent. Verblijft u niet te ver van de ingang naar Sossusvlei dan kan u eventueel trachten om al de dag voordien een ‘entrance permit’ aan te kopen. Dat bespaart u het aanschuiven aan het kantoortje de volgende ochtend en zo kan u sneller vertrekken. Het beste alternatief is natuurlijk in het park zelf logeren. Dat kan echter enkel door te kamperen op de Sesriem Campsite of in de Sossus Dune Lodge, de enige lodge voorbij de ingang van het park.
Fish River Canyon De Fish River, die wat verder uitmondt in de Oranje rivier, heeft in zuidelijk Namibië een canyon van 161 kilometer uitgegraven. Het ravijn is 549 meter diep en op sommige plaatsen 27 kilometer breed. Hier heeft men adembenemende vergezichten die men vanuit Hobas gemakkelijk kan bereiken. Hoewel velen beweren dat de Fish River Canyon, na de Grand Canyon in de Verenigde Staten het grootste ravijn ter wereld is, is het slechts het tweede grootste in Afrika. De canyon die uitgesleten is door de Blauwe Nijl in Ethiopië is groter dan die van de Fish River. Nu mag deze ravijn dan niet de grootste in Afrika zijn, hier kan men alleen in superlatieven over praten.
perfect ingelast worden en zal u een uitzonderlijk mooi wildreservaat kunnen bezoeken. In Kgalagadi speelt het leven zich volledig af langs de droge rivierbeddingen die u dus enkel hoeft te volgen om constant vele dieren te zien. Het enige waar u rekening moet mee houden is dat het Twee Rivieren Restcamp het enige rustkamp is dat een restaurant heeft. Wilt u in een van de andere rustkampen verblijven dan moet u dus zelf uw eten en drank mee nemen.
Private wildreservaten/concessies
De Fish River Canyon bestaat eigenlijk uit twee canyons, die zich over elkaar geplaatst hebben, het resultaat van tektonische verschuivingen van de aardkorst. Zo zou de eerste canyon gevormd zijn door een oude breuk een miljard jaar geleden en de tweede door een aardverschuiving 500 miljoen jaar terug. De meanders van de Fish River voltooiden het werk en groeven de onderste canyon, de oudste, nog 270 meter dieper uit. Vanaf de bovenste rand van de canyon kan men zeer duidelijk twee niveaus onderscheiden.
Namibië heeft niet het grote aantal privaat wildreservaten dat Zuid-Afrika wel heeft. Hier zijn echter wel een groot aantal private concessie gebieden waar mooie lodges op gebouwd werden en men met een plaatselijke gids op excursie kan gaan.
Voor sportievelingen bestaat er altijd de mogelijkheid om het hoogteverschil van 500 meter van Hikers’ Viewpoint tot de oever van de rivier te voet afleggen. Er is echter geen pad en de afdaling, maar vooral de beklimming is nogal lastig. Voorzie ook voldoende water, stevige stapschoenen en iets om u tegen de zon te beschermen. Het beste kan men deze tocht in de namiddag maken, omdat de zon dan een schaduw werpt op deze canyon wand.
Naast of vlakbij het Etosha National Park zijn enkele private wildreservaten waar u op safari gaat met een plaatselijke gids in een open 4x4 voertuig. Deze gids zal af en toe off-road rijden om u tot vlak bij de dieren zal brengen. Zoiets is bijvoorbeeld niet toegestaan in het Etosha National Park zelf. Daar moet iedereen op de bestaande wegen blijven, ook de plaatselijke gidsen waarmee u eventueel een begeleide safari kan maken.
Van mei tot eind september kan men ook een tocht van 80 kilometer maken van 4 à 5 dagen van Hobas, langs de rivier in de canyon tot aan Ai Ais. Stort u echter niet in dit avontuur als u niet in topconditie bent en geen ervaring heeft met lange trekkingen. De Fish River Canyon Hike wordt op sportief vlak immers beschouwd als één van de grootste uitdagingen van zuidelijk Afrika. Kandidaten moeten in Windhoek trouwens een vergunning halen en hiervoor een medisch gezondheidsattest voorleggen. Het mag dan een zware tocht zijn, het is in ieder geval een unieke ervaring. Prachtige landschappen met wonderlijke rotsformaties, kleine paradijselijke zandstrandjes, het groene water van de Fish River en de absolute stilte. De tocht eindigt in het thermale station van Ai Ais, waar men kan relaxen in het warme, zwavelhoudende water in de jacuzzi’s en zwembaden.
In de Namib woestijn, vlakbij Sossusvlei, en in de Kalahari woestijn niet ver van Mariental liggen de meest bezochte private concessies. Hier gaat u niet zozeer naartoe om op safari te gaan maar om van het uitzonderlijke landschap te genieten.
☞
Travel Worldwide Tip
Combineer uw bezoek aan het zuiden van Namibië (Fish River Canyon, Lüderitz) met een safari van enkele dagen in het Kgalagadi Transfrontier Park in Zuid-Afrika. Als u voldoende tijd heeft voor uw reis kan dit er
40
Rijdt u met uw eigen wagen naar Sossusvlei in de Namib woestijn dan moet u de enige weg volgen die daar naartoe gaat en langs waar alle toeristen moeten rijden. Verblijft u in een private concessie dan zal uw plaatselijke gids u dieper de duinen in rijden en komt u op afgelegen plaatsen waar u volop kan genieten van de pracht en stilte van de woestijn. In sommige van deze private concessies mag u zelf, onder begeleiding van een plaatselijke gids, rondrijden met een quad bike. Tijdens een verblijf in een private concessie in de Kalahari woestijn zal een plaatselijke gids u meenemen voor een namiddagexcursie door de rode en witte zandduinen en zal u zeker genieten van de mooie zonsondergang in dit gebied. Soms gebeurt het dat u ook kan deelnemen aan een ochtendwandeling met echte Bosjesmensen die u dan uitleggen hoe zij overleven in de woestijn en hoe zij nog steeds op jacht gaan met pijl en boog.
BOTSWANA
Botswana, een algemeen overzicht
naar lodges en kampen in de Okavango Delta, het Moremi Game Reserve, Savute en het Chobe Game Reserve.
Botswana is ontegensprekelijk één van de beste, zij het niet HET beste, land in Afrika om op safari te gaan. 38% van de totale landoppervlakte is voorbehouden voor nationale parken, wildreservaten en concessies. Vele hiervan zijn niet omheind zodat de dieren vrij kunnen bewegen door een groot deel van het land.
Nxai Pan National Park en Makgadikgadi Pans National Park liggen tussen Maun en Nata en zijn vooral interessant om te bezoeken tijdens het regenseizoen omdat grote kudden zebra’s en gnoes dan naar die parken migreren.
Aan de echte natuurliefhebber heeft Botswana zeer veel te bieden: de grootste inlandse delta – de Okavango Delta, de eindeloze grootheid van het tweede grootste wildreservaat ter wereld – het Central Kalahari Game Reserve, de verlatenheid van de Makgadikgadi Pans met hun oppervlakte die zo groot is als Portugal, en de ontelbare dieren en vogels in het Chobe National Park. De voornaamste en bekendste wildernisgebieden van Botswana liggen in het noorden van het land en kunnen zeer gemakkelijk tijdens 1 reis bezocht worden omdat ze aan elkaar aansluiten en er geen omheiningen zijn. Een safari in het noorden van Botswana start meestal in Maun en eindigt in Kasane of vice versa. Tussen deze 2 steden kan men dan rijden of vliegen
www.tww.be
Zoals de naam het doet vermoeden ligt het Central Kalahari Game Reserve in het centrum van het land. Dit is een ver afgelegen en desolaat wildreservaat dat weinig bezocht wordt. Ook hier kan men tijdens het regenseizoen grote kudden springbokken, gemsbokken, gnoes en elanden zien. In het zuidwesten van het land, aan de grens met Zuid-Afrika en Namibië ligt het Kgalagadi Transfrontier Park. De grote attractie van dit park zijn de Kalahari leeuwen met hun lange donkere manen. In het oosten van het land, grenzend aan Zuid-Afrika, ligt het kleine Tuli natuurreservaat. Omdat dit gebied zo ver afgelegen is, kan men het best bezoeken tijdens een reis door Zuid-Afrika.
41
BOTSWANA Oppervlakte, taal en bevolking Botswana grenst in het zuiden aan Zuid-Afrika, in het westen en noorden aan Namibië, en in het oosten aan Zimbabwe. Het land werd in 1966 onafhankelijk en telt iets meer dan 2 miljoen inwoners. Botswana heeft een zeer stabiele regering en een sterke economie en dit vooral dankzij de diamantindustrie. Gaborone is de hoofdstad van het land. Al 500.000 jaar geleden leefden er mensen in Botswana. Meer dan 10.000 jaar geleden kwamen de Bosjesmensen naar dit land en zij hadden de vlaktes volledig voor zichzelf tot ongeveer de 4de eeuw, toen Shona sprekende groepen van het Kgalagadi volk vanuit Zimbabwe naar Botswana afzakten. Zij waren herders van geiten en vee en gaven de Kalahari haar naam. In de 16de eeuw kwamen de Tswana, onder de leiding van het legendarische stamhoofd, Masilo, aan in Botswana vanuit het noordoosten. Zij trokken verder westwaarts en verdrukten zo de Shona sprekende groepen. De bevolking van het land bestaat hoofdzakelijk uit Tswana (79%), een etnische groep die de Bantoetaal Tswana spreekt en verdeeld is in acht belangrijke groepen. Er zijn ook kleine minderheden van Kalanga (11%), Basarwa (3%), Kgalagadi en blanken. Engels is de officiële taal, maar Tswana wordt ook veel gesproken. Met een oppervlakte van meer dan 500.000 km² is Botswana groter dan België, Nederland, Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk samen. Tweederde van het land bestaat uit het met gras en doornstruiken bedekte zand van de Kalahari. Ongeveer 80 percent van de bevolking leeft in het meer vruchtbare oostelijke gedeelte van het land en langs de Limpopo rivier. Het land is eigenlijk een ondiep, met zand gevuld bekken met een gemiddelde hoogte van ongeveer 1.000 meter. De Kalahari woestijn beslaat tweederde van het land en heeft een droog woestijnklimaat. Het volledige gebied bestaat hoofdzakelijk uit grote massa’s door de wind verspreid zand dat afwisselend uitgestrekte vlaktes en hoge duinen heeft gevormd. De derde grootste rivier van zuidelijk Afrika, de Okavango, en de Kwando stromen door het noordelijk gebied van de Kalahari. De Kwando loopt zuidwaarts tot bij een delta, gevormd door de Okavango die zich daarna uitspreid en een moeras vormt. De Okavango loopt dan verder noordoostwaarts naar de Linyanti en vormt een meer aan de noordelijke tip van Botswana alvorens verder oostwaarts te stromen naar de Chobe rivier. De Chobe rivier vervoegt de Zambezi rivier ongeveer 70 kilometer boven de Victoria Falls. Nadat hij de Popa Rapids gepasseerd is, vormt de Okavango een ‘panhandle’ alvorens zich uit te spreiden in een delta met een oppervlakte van ongeveer 15.000 vierkante kilometer. In het oosten is deze delta verbonden met de Makgadikgadi Pans via de Boteti rivier. Men veronderstelt dat de Okavango en het Makgadikgadi gebied in vroegere tijden één groot meer hebben gevormd. Verspreid in de Kalahari zijn valleien die waarschijnlijk al sinds eeuwen droog staan, en grote aantallen ‘pans’ (ondiepe vlaktes die soms gevuld zijn met water) verschillend in grootte en vorm. Hiervan wordt verondersteld dat zij ongeveer 15.000 jaar geleden gevormd zijn tijdens een zeer droge periode, en steeds tijdelijk gevuld raakten met water tijdens nattere periodes.
Belangrijkste luchthavens in Botswana Gaborone is de hoofdstad van Botswana en heeft ook de grootste internationale luchthaven. Toch vliegen de meeste toeristen naar/van Maun als ze op safari gaan omdat het belangrijkste safari circuit daar start (of eindigt). Kasane, in het noorden van het land en aan de grens met Zambia en Zimbabwe, heeft ook een internationale luchthaven maar het is niet altijd mogelijk om van daaruit naar bijvoorbeeld Zuid-Afrika te vliegen om dan verder te vliegen naar Europa. Veel toeristen combineren hun safari in Botswana met een bezoek aan de Victoria Falls in Zimbabwe en Zambia. Het is dan ook belangrijk om te weten dat men vanuit Kasane met een transfer over de weg op slechts enkele uren in Victoria Falls (Zimbabwe) of Livingstone (Zambia) kan zijn en dat deze beide steden een internationale luchthaven hebben. Verspreid over de verschillende nationale parken en wildreservaten zijn er honderden ‘airstrips’ waar kleine vliegtuigjes kunnen landen en opstijgen. Dit is dan ook de voornaamste manier om zich te verplaatsen in Botswana. Deze vliegtuigjes (meestal Cessna’s) zijn heel veilig en de piloten zeer ervaren. De vluchten op zich zijn tevens een attractie omdat men vanuit de lucht een prachtig uitzicht krijgt op de natuur en het wildleven.
Klimaat en de beste periode om Botswana te bezoeken Het klimaat van Botswana wordt meestal als droog en schraal beschreven omdat er lange periodes van hitte en weinig regenval zijn. De winter begint in mei, juni is meestal zeer koud ‘s nachts met temperaturen tot het vriespunt, die overdag toch kunnen oplopen tot 20°. Soms is de hemel bewolkt, maar over het algemeen zijn de dagen helder. Tegen het einde van oktober is er meer en meer bewolking en lijkt het soms of het elk moment kan beginnen regenen. Meestal is dat niet het geval en beginnen de regens pas laat in november/begin december. In oktober en november stijgen de temperaturen zeer snel en kan het ’s middags tot 40° warm worden. Vanaf begin december tot einde maart blijven de dagen zeer warm en tijdens droge periodes, die tot 6 weken kunnen duren, dalen de nachttemperaturen zelden onder de 26°C. Botswana heeft een zeer opvallend regenseizoen. In het oosten vallen de eerste regens meestal op het einde van oktober en duren voort tot maart of april. Deze regenval is sporadisch en wordt gekenmerkt door hevig onweer. Gewoonlijk bouwt de bewolking zich gedurende de ochtend op tot
42
BOTSWANA volgende wagen zal passeren om u uit de nood te helpen. Het is ook best te vermijden om hier of daar kleine wegentjes in te rijden want als u daar komt vast te zitten dan is hulp nog verder weg. Rijdt u in een wildreservaat met een 4x4 voertuig rond en u wilt onderweg halt houden om bijvoorbeeld te lunchen of een foto te nemen, kijk dan steeds eerst heel goed rond of er nergens dieren in de omgeving zijn. Leeuwen en luipaarden liggen meestal onder de struiken en ziet men niet onmiddellijk, olifanten of nijlpaarden kunnen sneller bij u zijn dan kan u vermoeden. Voorkomen is beter dan genezen dus stap pas uit uw wagen als u 100% zeker bent dan alles veilig is.
ongeveer 15.00h waarna een storm losbarst en er ongeveer 10 tot 20 mm regen valt. De dagen daarop verminderen deze stormen, tot er een korte droge periode is en de ganse cyclus opnieuw begint. Uitzonderlijk zijn deze stormen zeer hevig en kan tot 80 mm regen vallen op 24 uren. Tijdens sommige jaren lijken de regens verspreid over 2 periodes waarbij de eerste regens vallen in december, waarna een lange droge periode volgt die duurt tot januari of februari.
Geldzaken De munteenheid van Botswana is de BWP = Botswana Pula. In het Setswana betekent Pula regen. De Pula is onderverdeeld in 100 Thebe (centen). Er bestaan munten van 5, 10, 25 en 50 thebe, 1, 2 en 5 Pula en biljetten van 10, 20, 50, 100 en 200 Pula. In Botswana kan u geld wisselen in de banken, wisselkantoren en in de meeste grote hotels. Het eenvoudigste is dat u Euro’s meeneemt en die dan, wanneer nodig, omwisselt. Het is ook mogelijk om met uw credit card geld af te halen aan een ATM (Automatic Teller Machine = bankautomaat). Op vele plaatsen (hotels, restaurants, winkels) kan u betalen met Visa en Mastercard. Betalen in benzinestations moet op de meeste plaatsen nog wel met contant geld.
Het wegennet in Botswana Hoewel Botswana wel een groot aantal geasfalteerde wegen heeft, zijn dit de wegen die de normale toerist nooit zal zien als hij op safari gaat. In de nationale parken en wildreservaten wordt gevlogen tussen de verschillende lodges en kampen of rijdt men over zandwegen. Soms gebeurt een transfer ook per boot.
Een GPS toestel is een ‘must’ voor een self drive safari door de parken van Botswana. Wegwijzers zijn zo goed als onbestaande en kaarten kunnen wel aangekocht worden maar zijn niet altijd up to date omdat de kleinere wegen constant veranderen. Een olifant kan bijvoorbeeld een boom omduwen waardoor iedereen een andere route moet beginnen volgen. Een bestaande weg zal hierdoor na enkele weken of maanden overgroeid geraken en hiervoor zal een andere weg in de plaats zijn gekomen. Of een droge rivierbedding komt plots vol water te staan en u verplichten om kilometers rond te rijden. Neem bij voorkeur ook een satelliettelefoon mee tijdens uw self drive safari. Waarschijnlijk hebt u deze niet nodig maar als u toch in serieuze problemen geraakt kan u altijd iemand contacteren om u uit de nood te komen helpen.
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Daag olifanten niet uit en maak hen niet zenuwachtig door hen te kort te benaderen. Elk jaar gebeuren er ongelukken met onvoorzichtige toeristen waarvan de wagen beschadigd of omgeduwd werd omdat ze geen respect hadden voor deze anders zo rustige kolossen.
☞
Tra ve l Wo rld wid e Tip
Houdt er rekening mee dat u in geen enkel nationaal park of wildreservaat een winkel of benzinestation zal vinden. U moet dus voldoende eten, drank en benzine bij hebben voor de periode dat u door de parken zal rijden. Zorg ervoor dat u zeker om de 5 à 6 dagen benzine kan tanken want het slechtste dat u kan overkomen is midden in een wildreservaat met een lege benzinetank staan. En reken er zeker niet op dat u wel benzine zal kunnen krijgen in een van de private lodges onderweg. Vooreerst is het niet eenvoudig om die te vinden en als u ze dan al vindt, zal u waarschijnlijk geen benzine krijgen omdat zij hun voorraad nodig hebben voor hun eigen wagens.
Autorijden en 4x4 voertuigen Zorg dat u goed voorbereid bent als u zelf op safari wil gaan met een huurwagen in Botswana. Dit kan enkel met een 4x4 voertuig en u moet er zich van bewust zijn dat u in situaties kan terecht komen waar u wel degelijk goed moet weten hoe u met een 4x4 voertuig moet rijden. De kans dat u vele kilometers door mul zand of dat u door al dan niet ondiepe rivierbeddingen moet rijden is zeer groot. U moet dan te allen tijde vermijden dat u vast komt te zitten want u weet nooit wanneer de
www.tww.be
43
BOTSWANA Kampeerterreinen Maakt u een kampeersafari dan is dat in Botswana mogelijk door een 4x4 voertuig te huren met 1 of 2 tenten op het dak (voor 2 tot 4 personen) en een volledige kampeeruitrusting in de wagen. Sommige verhuurbedrijven bieden zelf 4x4 motorhomes aan met een uitgerust keukentje in het voertuig en waarbij men ook in het voertuig zelf kan overnachten. In de verschillende nationale parken en wildreservaten zijn overal kampeerterreinen. Men mag hier enkel overnachten als men beschikt over een schriftelijke bevestiging van reservatie. Het is echter niet zo eenvoudig om deze reservaties te maken. Vroeger kon men hiervoor terecht bij het Department of Wildlife and National Parks. Zij maakten alle reservaties en alles kon geregeld worden met 1 betaling. Enkele jaren geleden is men echter alles beginnen te privatiseren en is alles opgesplitst. Voor reservaties in de noordelijke parken moet men bijvoorbeeld 3 verschillende private firma’s contacteren. Dit verloopt niet altijd even vlot en snel. Omdat de plaatsen op de kampeerterreinen beperkt zijn, zijn zij ook snel volgeboekt en is het aan te raden om minstens 11 maanden op voorhand de nodige reservaties te maken. Belangrijk om weten is dat men niet zo maar op een kampeerterrein kan aankomen en daar ter plaatse een overnachting regelen. Dit is niet toegestaan en men zal trouwens het park niet mogen binnen rijden als men geen reservatie voor een kampeerplaats heeft die ver van de ingang is gelegen. Op elk kampeerterrein staat een gebouw met daarin toiletten, douches en lavabo’s. Bereidt u er echter op voor dat deze niet zo mooi en goed onderhouden zijn als op de Europese kampeerterreinen. Houdt er ook rekening mee dat de kampeerterreinen niet zijn omheind en u er zeker mag van zijn dat u in sommige parken ’s avonds en ’s nachts ongewenst bezoek zal krijgen van hyena’s die op zoek zijn naar resten van eten. Alle andere mogelijke dieren zullen eveneens door het kampeerterrein wandelen. Aan te raden is daarom om al uw eten ’s nachts niet in uw tent maar in uw wagen te plaatsen zodat de dieren dit niet kunnen ruiken. En, verlaat uw tent in geen geval ’s nachts want de kans dat u in grote problemen geraakt is zeer reëel.
☞
Trav el Worl dwide Tip
Zorg ervoor dat u tijdens uw self drive kampeersafari ten laatste om 16.00h à 16.30h aankomt op uw kampeerterrein. U hebt dan nog ruim de tijd om u te verfrissen en de omgeving te leren kennen alvorens de zon ondergaat.
Grensposten en cross border permits Afhankelijk van hun locatie sluiten de grensposten in Botswana om 16.00h of om 18.00h. Houdt daar rekening mee als u tijdens uw reis verschillende landen wil combineren. Belangrijk is ook dat u, bij het ophalen van een huurwagen, doorgeeft welke buurlanden u wilt bezoeken en hiervoor de nodige ‘cross border permits’ vraagt want zonder deze papieren zal u de grens niet mogen oversteken.
Eten en drank Tijdens een verblijf in private lodges en kampen krijgt men veelal maaltijden volgens de Europese keuken voorgeschoteld. In de duurdere lodges zullen de gerechten fijner zijn maar over het algemeen kan men steeds overal lekker eten. Meestal verblijft men in deze lodges en kampen op basis van vol pension, soms zijn ook de plaatselijke frisdranken, bieren, wijnen en alcohol inbegrepen. Met plaatselijk bedoelt men dan niet enkel de dranken die in het land zelf gebrouwen worden maar bijvoorbeeld ook wijnen die uit Zuid-Afrika komen. Exclusieve wijnen of Franse champagne zijn nooit inbegrepen. Wie een kampeersafari maakt kan in Maun en Kasane terecht in enkele grote supermarkten die alles aanbieden wat men nodig heeft om onderweg lekker eten klaar te kunnen maken.
Camp fee en Park entrance fee Verblijft u in een lodge of kamp in een nationaal park of wildreservaat dan is de Park entrance fee normaal gezien al inbegrepen in de prijs die u hebt betaald voor uw verblijf. Maakt u een self drive safari dan moet u nog afzonderlijk betalen voor de Park entrance fee, Camp fee en Vehicle fee. Dit kan op voorhand geregeld worden met de firma die ook uw reservaties voor de kampeerterreinen regelt. De Park entrance fees bedragen 120 BWP per persoon, per dag, de Vehicle fee bedraagt 50 BWP per dag. Door de privatisering van de kampeerterreinen zijn de Camp fees zeer verschillend geworden en variëren van 30 USD tot 50 USD per persoon, per dag. Er is wel sprake dat binnen afzienbare tijd deze tarieven 3 tot 5 maal of meer zullen verhogen.
44
BOTSWANA structuren mogen hier niet gebouwd worden omdat men alles terug moet kunnen achterlaten zoals het voorheen was als een kamp wordt afgebroken. De enige uitzondering hierop is de Chobe Game Lodge in het Chobe National Park. Deze mooie stenen lodge ligt in het park aan de oever van de Chobe rivier. In Nxai Pan National Park, Makgadikgadi Pans National Park, Central Kalahari Game Reserve en Transfrontier National Park zijn slechts enkele, al dan niet, luxe lodges en kampen. Het verblijf in al deze lodges en kampen is praktisch steeds op All Inclusive basis. Dat wil zeggen dat al uw maaltijden, de park entrance fees en 2 safari activiteiten per dag zijn inbegrepen. Soms zijn ook de dranken en laundry service inbegrepen.
Accommodatie Of het nu standaard of luxe accommodatie is, een verblijf in een hotel, lodge of kamp is in Botswana niet goedkoop. Een van de belangrijkste redenen hiervoor is omdat praktisch alle kampen en lodges in afgelegen parken en wildreservaten liggen en het niet eenvoudig is om deze te bevoorraden. Soms is de bevoorrading zelfs enkel mogelijk per vliegtuig. Een tweede belangrijke reden is omdat de regering van Botswana haar natuurgebieden exclusief wil houden en de safari operators hoge prijzen aan de regering moeten betalen voor het huren van een concessie in een nationaal park. Deze hoge prijzen zorgen er natuurlijk voor dat u niet, zoals bijvoorbeeld in Kenia, met 10 of meer wagens naar enkele leeuwen zal zitten kijken maar dat u de natuur meestal voor u en uw medereizigers alleen zal hebben. Botswana is een dure bestemming. Dat wil echter niet zeggen dat er steeds voldoende kamers vrij zijn en dat u kunt wachten tot op het laatste moment om een reservatie te maken. De meeste lodges hebben maar 8 tot 12 kamers of tenten en zijn tijdens het hoogseizoen soms maanden op voorhand volgeboekt. Tevens moet u er rekening mee houden dat er maar 1 of 2 vluchten per dag naar Maun, Kasane of Victoria Falls zijn en dat ook deze soms lang op voorhand volgeboekt kunnen zijn. Ook hiervoor is het dus aan te raden om tijdig de nodige reservaties te maken. Bedenk bij het samenstellen en reserveren van uw reis wel wat belangrijk is voor u. Uw accommodatie of safari? Want, of u nu in luxe of standaard accommodatie verblijft, uw safari ervaring zal praktisch overal even goed zijn.
Hotels Gaborone heeft enkele grote hotels maar als u op safari gaat dan zal u hier waarschijnlijk niet overnachten. Maun en Kasane daartegen hebben wel enkele hotels alsook verschillende kleinere lodges en kampen.
Private lodges en tentenkampen In de noordelijke parken en wildreservaten (Okavango Delta, Moremi Game Reserve, Savute, Chobe National Park) kan u terecht in vele standaard en luxe lodges en kampen. Deze zijn allemaal verschillend van inrichting en stijl. Meestal zijn dat houten of rieten chalets of grote tenten. Permanente
www.tww.be
Steden en dorpen In Botswana zijn slechts 3 steden van belang voor de internationale toerist. Vooreerst is er de hoofdstad Gaborone voor zij die er aankomen en/of vertrekken met een internationale vlucht. Maar veel belangrijker zijn Maun en Kasane omdat zij de vertrek- en/of eindpunten zijn van de meeste safari’s.
Gaborone Gaborone, de hoofdstad van Botswana, ligt langs de Ngotwane rivier op enkele kilometers van de grens met Zuid-Afrika. De stad zelf is van weinig interesse voor de toerist en wordt dan ook weinig bezocht. De meeste bezoekers aan Botswana maken enkel een tussenlanding in Gaborone op weg naar de meer toeristische plaatsen in het noorden van het land.
Maun Maun is de vertrek- en of eindplaats van praktisch alle safari’s in het noorden van Botswana. De stad is de administratieve hoofdstad van de Tawana en van Ngamiland. Ten noorden van de stad zijn er verschillende lodges die boten, met of zonder gids, verhuren voor tochten in de Delta. Tot enkele jaren geleden leek deze tweede grootste stad van Botswana meer op een uitgespreid dorp, maar sinds kort heeft men er een nieuwe luchthaven en worden er overal winkelcentra gebouwd. De self drive reiziger kan hier terecht in enkele grote supermarkten om zich te bevoorraden alvorens de parken in te trekken.
Kasane Kasane is net als Maun de vertrek- en/of eindplaats van de safari’s in de noordelijke parken. Tevens is het de transferplaats voor reizigers die hun reis door Botswana willen combineren met enkele dagen in Namibië of aan de Victoria Falls in Zimbabwe of Zambia. Ook hier is een grote supermarkt waar self drive reizigers terecht kunnen voor hun bevoorrading.
Nationale Parken en natuurreservaten De verschillende nationale parken en wildreservaten in Botswana zijn heel verschillend. In het noorden hebben zij meer water, en als gevolg ook meer begroeiing, dank zij de aanwezigheid van de Okavango Delta en enkele rivieren. In het centrale en zuidelijke deel van Botswana is alles meestal droog en dor omdat er daar praktisch geen regenval en rivieren zijn.
45
BOTSWANA Okavango Delta De Okavango ontspringt in het hoogland van Angola, kronkelt als een slang door het noordelijk gedeelte van de Kalahari voor meer dan 1.000 kilometer, en komt Botswana binnen te Mohembo. Gedurende de zomermaanden vloeit de Okavango rustig langs oevers die meer dan 100 meter van elkaar liggen, maar in de herfst wanneer het water stijgt, door de regens die gevallen zijn in Angola, gaat de rivier buiten zijn oevers en verspreidt zich zeer snel over de omliggende vlaktes. Termietenheuvels waarop palmen en vijgenbomen staan, worden plotseling kleine eilandjes te midden van een immense watervlakte. De rivier stijgt aanhoudend, tot hij uiteindelijk zijn eeuwenoude koers verlaat en zich uitspreidt over de Okavango Delta, een enorm complex van kronkelende waterwegen, eilanden, vlaktes en meertjes, ongeveer 15.000 vierkante kilometers groot. De bodem van de Delta ziet er uit als een grote hoorn die begint waar de Okavango rivier eindigt. Men veronderstelt dat deze hoorn door de eeuwen heen tot stand kwam door de 2 miljoen ton zand en stenen die elk jaar vanuit Angola meegevoerd werden door de stroming van de Okavango en op de bodem van de Delta terechtkwamen. Lang geleden was hier, waar de Delta vandaag is, een diepe barst in de oppervlakte van de aarde die meer dan waarschijnlijk een uitloper van de Grote Rift Vallei is die zich uitstrekt van de Dode Zee tot centraal Afrika. Het grootste gedeelte van het noorden van de Delta bestaat uit permanent moerasland - dit zijn gebieden die constant onder water staan met permanente kanalen en daartussen eilandjes bedekt met lelies en
46
papyrusplanten. Dit gebied is dan ook enkel toegankelijk met mokoro’s (uitgeholde boomstammen die gebruikt worden om te varen) en kano’s. Op de grotere eilanden leven lechwe’s, buffels, sitatunga’s, nijlpaarden en krokodillen. Een tweede gedeelte van de Delta bestaat uit gebieden die regelmatig overspoeld worden, afhankelijk van de regens, maar dit gebeurd niet noodzakelijk elk jaar. Het is in dit gebied dat zich verschillende grotere eilanden bevinden, en dat men een grote variëteit aan wildleven kan waarnemen. Het derde en grootste gebied bestaat uit drie grote zandmassa’s - Moremi, Chief’s Island en de Matsebi Ridge. De Delta is omringd door de noordelijke Kalahari waar grote kudden wildebeesten (blauwe gnoes), en kleinere aantallen gemsbokken en elanden leven. Hier vindt men eveneens buffels, olifanten en sabelantilopen. Bezoekers aan de Okavango Delta zien ook een groot aantal uiteenlopende soorten vogels.
Moremi Game Reserve Veel reizigers beschouwen het Moremi wildreservaat als het meest spectaculaire en mooiste wildpark van zuidelijk Afrika. Het beslaat meer dan 1.000 vierkante kilometer grasland in het noordoostelijk gedeelte van de Okavango Delta. Buiten savanne bestaat het gebied ook uit kronkelende waterwegen met oevers van riet, door palmen begroeide eilandjes, dichtbegroeide bossen, en lagunes waar nijlpaarden in rondzwemmen, te midden van de waterlelies.
BOTSWANA Deze grote variëteit aan vegetatie zorgt uiteraard voor een even grote variëteit aan wildleven. Grote kudden impala’s en tsessebe vindt men steeds in dit gebied, terwijl in het droge seizoen grote kudden buffels, wildebeesten en zebra’s vanuit de Kalahari naar het park trekken op zoek naar voedsel en water. De zeldzame sitatunga en lechwe antiloop leven in de papyrus langs de waterwegen. Leeuwen, jachtluipaarden en wilde honden jagen in de open vlaktes. In het reservaat leven eveneens verschillende soorten vogels.
Ongeveer 100 kilometer ten zuiden van de Chobe rivier bevinden zich, te midden van dichtbegroeide bossen en lage mopani struiken, verschillende poelen waar praktisch het ganse jaar water in staat. Hoofdzakelijk gedurende het regenseizoen komen olifanten en buffels drinken aan deze poelen. Hoewel het gebied totaal verschilt van het gebied langsheen de rivier is het toch zeer interessant. Bezoekers moeten wel rekening houden dat de wegen zeer slecht kunnen zijn, en men er zeer gemakkelijk verloren rijdt wegens gebrek aan enige signalisatie.
Chobe National Park en het Savute Moerasland
Misschien wel het meest interessantste gebied van het park, is het westelijke gedeelte van Savuti. Dit ligt op de top van de Mababe Laagte, eens een groot meer dat deze eeuw terug vol water kwam te staan. Water van de Linyanti wordt hier via de Magwikhwe Sand Ridge langs het Savuti Channel gebracht, verspreidt zich over de laagte, en vormt zo een moeras van ongeveer één meter diepte. Van juni tot december zwerven hier grote kudden buffels rond en soms kan men er meer dan 6.000 per dag zien.
In 1968 werd dit gebied tot nationaal park uitgeroepen en genaamd naar de Chobe rivier die er de noordelijke grens vormt. Het meest bezochte gebied is de streek langsheen de Chobe rivier tot Kasane. Hier zijn de wegen tamelijk goed en de beste periode voor een bezoek is tussen juni en oktober, hoewel de temperaturen dan soms wel kunnen oplopen tot 38°C. De beste periode van de dag om wild te zien is hier vanaf 15.00h tot zonsondergang. Rond 16.00h ziet men hier normaal grote aantallen olifanten langs de rivier of op weg er naartoe. Tussen de grote bomen grazen kudu’s en buffels en nabij Serondela vindt men praktisch steeds bosbokken. Andere dieren die men hier kan waarnemen zijn tsessebe, waterbokken, elanden, sabelantilopen, giraffen, neushoorns, leeuwen, luipaarden en wrattenzwijnen. In het water leven krokodillen, nijlpaarden en otters en langs de oevers en aan de rand van het bos vindt men steeds bavianen. Verschillende arendsoorten en andere vogels worden hier regelmatig waargenomen.
www.tww.be
Op de vlaktes rondom de Savuti Marsh vindt men olifanten, wildebeest, impala’s, giraffen, tsessebe en soms grote kudden zebra’s. Het Savuti gebied staat ook bekend voor de leeuwen die men hier meestal waarneemt. Op de heuvel aan de westelijke zijde van het kanaal zijn enkele interessante rotstekeningen te zien. Deze bestaan uit zeven schematische patronen, vijf giraffen, drie elanden, twee buffels, één olifant, één gemsbok, één sabelantiloop, één zebra, één hyena, een persoon met een hond en een ongeïdentificeerde antiloop.
47
BOTSWANA Nxai Pan National Park Nxai Pan is gelegen ten noorden van de hoofdbaan tussen Maun en Francistown. Lang geleden behoorde Nxai Pan tot het netwerk van ‘pannen’ waartoe Makgadikgadi, Okavango, Ngami en Mababe behoorden. Op dit ogenblik is het een uitgestrekte open grasvlakte die in het regenseizoen onder water komt te staan en waarin verschillende kleine eilandjes staan. De beste periode voor een bezoek is tussen december en maart wanneer het wild zich verzamelt op dit open grasland. Verschillende diersoorten, zoals wildebeest, zebra en gemsbok, kunnen hier dan soms gezien worden in kudden van meer dan 1.000 dieren. Andere dieren die men hier kan zien zijn giraffen, springbokken en impala’s. Tijdens periodes wanneer er veel regen is gevallen komen soms buffels en olifanten naar Nxai Pan, maar dit is wel zeer zeldzaam. Roofdieren worden hier regelmatig waargenomen; zowel leeuwen als jachtluipaarden leven hier en soms ziet men wilde honden en hyena’s. Nxai Pan is waarschijnlijk wel het best gekend voor zijn vele kama vossen die gewoonlijk gevonden worden op mierenheuvels of naast struiken van lang gras. Een zeer bekende plaats nabij Nxai Pan is ‘Baines Baobabs’. Deze bomen werden in 1860 door de artiest Thomas Baines geschilderd. Een foto die honderd jaar later genomen werd, toont aan dat de bomen en hun omgeving helemaal niet veranderd is. Er is niets bijzonder aan deze statige groep bomen, maar wanneer het gebied er rond vol water staat, rijzen zij hoog boven de rest van het landschap uit.
Makgadikgadi Pans National Park De Makgadikgadi Pans liggen op de bodem van een groot waterbekken dat het grootste gedeelte van de noordoostelijke Kalahari beslaat. De grootste ‘pan’ in het oosten staat bekend als Sowa Pan wat ‘zout’ betekent in de taal van de lokale Bosjesmensen. Water van de Sowa en Semowane rivieren vormen een delta in het noorden van Sowa die bijna constant onder water staat in natte jaren, maar volledig opdroogt in andere periodes. Een andere grote ‘pan’ in het westen is Ntwetwe. Ten zuiden hiervan bevind zich Lake Xau, eens een groot ondiep meer waarin nijlpaarden leefden, maar dat nu meestal droog staat omdat het water van de Boteti rivier, dat het meer vulde, nu wordt afgeleid naar de Mopipi Dam om de Orapa diamantmijn van water te voorzien. Tijdens het droge seizoen grazen op de open vlaktes tussen de Boteti rivier en het noordwestelijk gebied van Ntwetwe Pan grote kudden wildebeest en zebra’s. Tijdens het regenseizoen migreren zij oost- en noordwaarts naar Kanyu en Nxai Pan, de grote grasvlaktes ten noorden van Ntwetwe Pan. In april, zodra er terug minder water is in dat gebied, keren zij terug naar de Boteti rivier. Men kan hier eveneens gemsbokken, springbokken, struisvogels, hartebeesten, leeuwen, jachtluipaarden en zeer uitzonderlijk enkele bruine hyena’s waarnemen. Op het einde van het regenseizoen is het soms mogelijk grote aantallen pelikanen en meer dan een kwart miljoen flamingo’s te zien in het ondiepe gedeelte van Sowa Pan en langs de Nata rivier.
Central Kalahari Game Reserve Een bezoek aan de Kalahari lijkt alsof men een stap terug in de tijd neemt. Grote kudden wild migreren over de dorre vlaktes zoals zij altijd gedaan hebben, terwijl een klein aantal Bosjesmensen, dat nog steeds leeft zoals in het Stenen Tijdperk, jacht op hen maakt. In droge maanden zijn het meer dan 16.000 vierkante kilometer grote
48
Khutse en Centraal Kalahari Wildreservaat eenzaam en verlaten, maar na de zomerregens keren grote kudden wild terug, op zoek naar gras en water. In dit gebied vindt men hartebeesten, olifanten, springbokken, zebra’s en wildebeesten. In het zuidelijk gedeelte, rond Khutse Pan, vindt men altijd gemsbokken, kudu’s, steenbokken, struisvogels en jakhalzen. Leeuwen, luipaarden, hyena’s en wilde honden bezoeken het gebied ‘s nachts maar worden overdag zelden gezien.
Kgalagadi Transfrontier Park Het vroegere Kalahari Gemsbok Park in Zuid-Afrika en het Gemsbok National Park in Botswana werden in 1999 samengevoegd tot het huidige Kgalagadi Transfrontier Park. Dit uitgestrekte park dat spijtig genoeg ver van alle normale toeristische routes ligt, is een bezoek meer dan waard. Hier hoeft men enkel maar de droge rivierbeddingen van de Nossob en de Auob rivieren te volgen om vele dieren te zien. Gemsbokken, springbokken, struisvogels, jakhalzen, de typische Kalahari leeuwen met hun lange, donkere manen en vele anderen dieren zwerven hier constant rond omdat hier verschillende drinkplaatsen zijn. Wie houdt van prachtige woestijnlandschappen kan met een 4x4 een van de ‘wilderness trails’ volgen en onderweg kamperen.
Mashatu Game Reserve Dit private wildreservaat ligt in het oosten van Botswana aan de grens met Zuid-Afrika en Zimbabwe en kan in feite best gecombineerd worden met een rondreis door Zuid-Afrika. Mashatu staat vooral bekend voor de vele honderden olifanten die hier leven, maar heeft veel meer te bieden. Praktisch dagelijks ziet men hier luipaarden en leeuwen. Verder ziet men regelmatig een grote kudde elanden, giraffen, zebra’s, hyena’s en jachtluipaarden. Sommige van de gidsen werken hier al 10 tot 15 jaar en kennen de streek en de plaatsen waar de dieren zich meestal ophouden zeer goed. Door hun jarenlange ervaring kennen zij ook het gedrag van de dieren hier leven en indien mogelijk brengen zij de klanten tot in het midden van een groep olifanten of tot onder een boom waarin een luipaard met een prooi ligt.
ZIMBABWE
Zimbabwe, een algemeen overzicht Zimbabwe kan prat gaan op een overvloed van prachtige weidse landschappen en het land wordt, wat ‘game viewing’ betreft, bij een van de meest interessante Afrikaanse bestemmingen gerekend. Daar waar overal in Afrika de olifanten ernstig bedreigd worden vindt men ze in Zimbabwe’s Hwange National Park nog steeds met duizenden. Met inbegrip van de ‘Big Five’ (leeuw, luipaard, buffel, neushoorn en olifant) zijn nagenoeg alle in zuidelijk Afrika waargenomen zoogdieren eveneens in het park aanwezig. Voor de vogelliefhebber zijn er maar liefst een zeshonderdtal soorten vogels vertegenwoordigd. Tussen de rotsen van het Matobo National Park vindt men bovendien een zeer grote concentratie aan luipaarden en zwarte arenden. Hier bevindt zich bovendien de laatste rustplaats van de door velen opgehemelde en door sommigen vergruisde Cecil Rhodes.
www.tww.be
De Victoria watervallen vormen de orgelpunt van een bezoek aan Zimbabwe. Hier stort zich de Zambezi rivier over een breedte van bijna twee kilometer in de diepe Zambezi kloof. Even verder stroomafwaarts vormde zich het Kariba meer: een met wouden omringde, 280 kilometer lange binnenzee, gekend voor zijn weidse panorama’s en spectaculaire zonsondergangen. Sinds zijn onafhankelijkheid in 1980 heeft het land een burgeroorlog doorstaan, is het geteisterd geweest door de ergste droogte in zijn geschiedenis en kampt het bovendien met alsmaar groeiende economische problemen. Niettegenstaande dit alles behoudt de bevolking zijn onverwoestbaar goed humeur en wacht er de bezoeker een verrassend warme en vriendelijke ontvangst. Een groot pluspunt is dat ondanks een fantastische waaier van bezienswaardigheden het land tot nu toe nog niet echt met toeristen overspoeld wordt.
49
ZIMBABWE Oppervlakte, taal en bevolking Zimbabwe is ongeveer 13 maal groter dan België en is, met zijn oppervlakte van 390.759 km², naar Afrikaanse normen een klein land. Het is gelegen in het centrale gedeelte van zuidelijk Afrika en heeft geen directe toegang tot de zee. Langs het oosten en noordoosten grenst Zimbabwe aan Mozambique. In het noorden wordt de grens gevormd door Zambia, in het zuiden door Zuid-Afrika en in het zuidwesten door Botswana. Vier landen – Zambia, Namibië, Botswana en Zimbabwe – komen samen in één punt, in het uiterste westen van het land. De hoofdstad van het Zimbabwe is Harare. Deze stad ligt in de Centrale Hooglanden, op een hoogte van ongeveer 1.500 meter. Zimbabwe kan men onderverdelen in vier totaal verschillende regio's. Dwars door Zimbabwe loopt van zuidwest naar noordoost de Central Highlands of ‘highveld’ (hoger dan 1.200 meter). Dit zacht golvende savannelandschap ligt daar als een soort fantasietuin, bezaaid met ‘kopjes’, geïsoleerde granietkoepels, en op elkaar balancerende rotsblokken. Door het midden loopt, over een afstand van ongeveer 500 kilometer, de zogenaamde Great Dyke, die rijk is aan mineralen. Dit gebied is het meest vruchtbare gebied van het land en men vindt hier dan ook de meeste steden terug. Aan weerszijden van het centrale plateau liggen lagere zones, het ‘middleveld’ (900 tot 1.200 meter hoog), dat een overgang vormt tussen het highveld en het lowveld. Het hete, droge ‘lowveld’ zijn zones die lager liggen dan 900 meter en die gevormd zijn door de dalen van de Zambezi, de Limpopo en de Save. Het enige echt bergachtige gebied dat Zimbabwe rijk is, is de Eastern Highlands. Dit gebied vol natuurschoon strekt zich uit over ongeveer 350 kilometer en vormt de grens met Mozambique in het oosten. Hier vindt men de hoogste toppen van het land terug, waaronder de Inyangani (2.592 meter), de hoogste berg van Zimbabwe. In het noordwesten en zuidoosten van het land wemelt het van de rivieren, die alle uitmonden in de Zambezi rivier en de Limpopo rivier. De Zambezi, die in het noordwesten de grens met Zambia vormt, omvat stroomversnellingen, de Victoria watervallen en de Mana Pools. Een stuwdam op de Zambezi heeft bij de plaats Kariba het Kariba meer doen ontstaan, 280 kilometer lang en tot 48 kilometer breed. De hydro-elektrische centrale van het Kariba meer produceert niet alleen stroom voor het land zelf maar voorziet eveneens in de behoeften van het naburige Zambia. Zimbabwe telt ongeveer 12.600.000 inwoners, waarvan ongeveer 98 % van Afrikaanse oorsprong is. De zwarte bevolking behoort grotendeels tot twee Bantu groepen. De Shona (82 %) bewonen het grootste deel van het land: het noorden, het oosten en midden van Zimbabwe, aangeduid als Mashonaland. In het zuidwesten en westen, Matabeleland, leven de Ndebele, die 14 % van de bevolking uitmaken. Daarnaast zijn er een aantal kleinere groepen zoals de Tonga, Sena, Hlengwe, Venda en Sotho. Blanken, voornamelijk van Europese afkomst, maken slechts 1 % uit van de totale bevolking. Verder leven er in Zimbabwe nog 2% Afrikanen afkomstig van andere landen en 1% Aziaten. Hoewel Engels de officiële taal is in Zimbabwe en door een groot deel van de bevolking gesproken wordt, is het slechts voor 2,5 % van hen de moedertaal. Shona, met zijn zes hoofddialecten, wordt gesproken door 70 % terwijl Sindebele, een van Zulu afgeleide taal, de moedertaal is van 20 % van de bevolking.
Belangrijkste luchthavens in Zimbabwe De twee belangrijkste internationale luchthavens van Zimbabwe zijn Harare en Victoria Falls. Deze laatste luchthaven wordt waarschijnlijk wel
50
het meeste aangevlogen door toeristen omdat ze daar de gelijknamige watervallen gaan bezoeken. Bulawayo is een derde internationale luchthaven, en deze kan worden aangevlogen vanuit Zuid-Afrika. In het Hwange National Park en aan Lake Kariba zijn kleinere luchthavens die gebruikt worden voor binnenlandse vluchten.
Veiligheid Zimbabwe is vele jaren een onveilig land geweest vanwege de politieke onrust. Sinds een tweetal jaren is die toestand zich aan het stabiliseren en vooral een bezoek aan de Victoria Falls en het Hwange National Park zouden geen problemen qua veiligheid mogen geven gezien het grote aantal toeristen dat deze twee bezienswaardigheden een gans jaar door bezoekt. Reizigers die andere bezienswaardigheden in het land willen bezoeken, of op eigen houtje door het land willen rijden, doen er best aan zich eerst vooraf goed te informeren over de toestand ter plaatse. Uiteraard mag men natuurlijk nooit ergens aanleiding tot diefstal geven door dure camera’s en juwelen of geld zo maar ergens te laten liggen waar iedereen het kan meenemen.
Klimaat en de beste periode om Zimbabwe te bezoeken Hoewel Zimbabwe technisch gesproken in de tropen ligt, is het door zijn hoge ligging gezegend met een gematigd klimaat. Het centrale plateau heeft een warm gematigd klimaat met zomerregens (november tot maart). De lage randgebieden hebben een droog steppeklimaat. De gemiddelde temperatuur van het centrale plateau bedraagt 22° in oktober en 14° in juli, in het Zambezi dal is dat in oktober 30° en in juli 20°. Op het plateau is vooral in de winter het dagelijkse temperatuursverschil groot en er kan zelfs nachtvorst optreden. De bergruggen in het oosten krijgen de meeste regen (gemiddeld 1.400 mm per jaar). Naar het westen en zuiden neemt de neerslag geleidelijk af (tot minder dan 400 mm per jaar) en wordt tevens wisselvalliger. Er bestaat enkel kans op regen in de zomer (tijdens onze winter). Voor de parkbezoekers zijn de maanden van mei tot en met oktober ideaal. Dit is de periode van het droge seizoen. De temperatuur kan dan ‘s nachts en ‘s ochtends weliswaar verrassend laag zijn, maar klimt tegen de middag naar een T-shirt niveau. De warmste maand en tevens het beste tijdstip voor het ontdekken van wild is oktober, wanneer de dieren zich noodgedwongen ophouden rond de schaarser geworden waterpunten. Bezoekers die zich niet tot de wildparken wensen te beperken doen er goed aan hun bezoek te programmeren in de droge, warme herfstmaanden april
ZIMBABWE mag men niet te veel van de accommodatie verwachten. De meeste hotels en lodges zijn dringend aan een grote renovatie toe. Velen hebben muren waarvan de verf afschilfert of het behangpapier loskomt, de kranen in de badkamers lekken soms en het meubilair moet vervangen worden. Dit mag u er echter niet van weerhouden om het land te bezoeken. De bevolking is uitermate vriendelijk en het personeel doet overal al het mogelijke om u het naar uw zin te maken. Zimbabwe is een prachtig land, ook al is de accommodatie niet overal wat ze zou moeten zijn.
Steden en dorpen
en mei. De natuur is dan nog fris en weelderig van de recente winterregen en deze periode leent zich dan ook het best voor een bezoek aan de overige regio’s van het land.
Geldzaken De munteenheid in Zimbabwe is de ZWD = Zimbabwe Dollar. Deze doet het echter niet zo goed. In 1998 bedroeg de jaarlijkse inflatie in Zimbabwe 32%, in augustus 2008 bedroeg ze 11.200.000%. In die tussenperiode bracht de centrale bank van Zimbabwe telkens nieuwe bankbiljetten uit met waardes van 1 miljoen tot 100 biljoen ZWD. In augustus 2006 werd een revaluatie van de munt gedaan en 1.000 ZWD werd 1 ZWD. Om de voortdurende hyperinflatie te kunnen volgen moest in januari 2009 al een bankbiljet worden uitgebracht van 100 triljoen Zimbabwe Dollar. In februari 2009 werd dan beslist om 12 nullen van de munt te halen. 1.000.000.000.000 ZWD werd zo 1 ZWD en er werden weer nieuwe bankbiljetten gedrukt, ditmaal van 1, 5, 10, 20, 50, 100 en 500 ZWD. Van dit alles heeft de toerist geen hinder want betalingen in Zimbabwe mogen nu ook gebeuren in US Dollars, ZA Randen, GB Ponden en Euro.
Het wegennet in Zimbabwe Er liggen geasfalteerde wegen tussen alle belangrijkste steden en nationale parken in Zimbabwe. Het probleem is echter dat deze al gedurende vele jaren niet zijn onderhouden. Voorzichtigheid is dan ook geboden als men het land zelf met een huurwagen bezoekt.
Eten en drank Verblijft men in de grote steden en de nationale parken in internationale hotels en lodges dan hoeft men zich geen zorgen te maken over eten en drank. Dat zal van een goede kwaliteit en voldoende zijn. Wil men buiten de toeristische plaatsen in een plaatselijk restaurant gaan eten dan nog zal het eten goed zijn maar mag men geen grote hoeveelheden op zijn bord verwachten.
De meest bekende stad in Zimbabwe is uiteraard Victoria Falls. Waarschijnlijk 95% van de toeristen die het land bezoeken, brengt 1 of meerdere nachten door in deze stad met haar prachtige watervallen. De hoofdstad, Harare, wordt meestal aangevlogen door toeristen die een rondreis door het land zullen maken. De andere kleinere steden zoals Kariba, Bulawayo en Hwange worden eerder aangedaan als vertrek- of eindpunt om een van de bezienswaardigheden daar in de buurt te bezoeken.
Harare Harare, hoofdstad van Zimbabwe, ligt op een hoogte van 1.470 meter in het noordoosten van het land, met 1,5 miljoen inwoners. De stad ontstond rond het Britse fort Salisbury, dat in 1890 werd gebouwd op de heuvel waar volgens de legende de verstoten koning Neharare ligt begraven. Nadat de stad, destijds nog Salisbury geheten, in 1899 door middel van de spoorlijn naar Beira (Mozambique) met de Indische Oceaan in verbinding werd gesteld, ontwikkelde ze zich in snel tempo tot het centrum van de handel in land- en mijnbouwproducten. Salisbury was van 1953 tot 1963 de hoofdstad van de Federatie van Rhodesia en Nyasaland en daarna van South Rhodesia, thans Zimbabwe. In 1980 veranderde de naam van de stad in Harare. Harare is het culturele en economische centrum van het land, zetel van de regering en van diverse religieuze leiders. De straten in het centrum van Harare vormen een strak roosterpatroon met ‘streets’ die van noord naar zuid lopen en ‘avenues’ in oost-west richting. De Harare Gardens, een park in het centrum van de stad, is voor de lokale bevolking een picknickplaats. In de weekeinden worden er regelmatig muziek optredens gegeven in het openluchttheater en op de kunstmarkt worden souvenirs verkocht. Het is ook hier, in het park, dat de National Gallery zich bevindt. In dit museum wordt zowel Zimbabwaanse kunst als andere Afrikaanse kunst, bvb. uit Mali, Ivoorkust of Centraal Afrika, tentoongesteld. Van het Zimbabwaanse deel van de collectie zijn vooral de beeldhouwwerken interessant. Ze staan zowel binnen als buiten, in een beeldentuin. Een dier dat in een mens verandert, en omgekeerd, is vaak het thema van deze moderne beeldhouwkunst die ontleend is aan de Shona en Ndebele religies. Ten zuidwesten van het centrum ligt het Kopje. Toen Rhodes Mashonaland binnentrok, was dit het hoofdkwartier van Chief Mbare. Hier staat de Eternal Flame of Independence, ontstoken in 1980 ter herinnering aan de gevallenen in de onafhankelijkheidsoorlog. Vanaf het Kopje heeft u een bijzonder fraai zicht op Harare.
Victoria Falls
Accommodatie
Het stadje Victoria Falls, genoemd naar de gelijknamige watervallen, is niet erg groot maar wel een belangrijke toeristische plaats. Dagelijks landen en vertrekken hier slechts enkele vluchten maar deze zijn soms al 10 maanden op voorhand volgeboekt.
Met uitzondering van enkele internationale hotels, lodges en kampen in Harare, Victoria Falls en Hwange National Park die tijdens de periode van politieke onrust in Zimbabwe steeds volop klanten zijn blijven ontvangen,
Hier komt men niet enkel naartoe om de watervallen te bekijken maar ook om deel te nemen aan een van de vele andere activiteiten die er mogelijk
www.tww.be
51
ZIMBABWE zijn zoals onder andere een vlucht per helikopter over de watervallen, een Sundowner cruise of kanotocht op de Zambezi rivier, een interactie met olifanten, bungee jumping, enz. De ‘white water rafting’ die men aan de voet van de watervallen kan doen behoort tevens tot een van de spectaculairste ter wereld.
Bulawayo Bulawayo is de hoofdstad van de provincie Zuid-Matabeleland en met 700.000 inwoners, de tweede stad van het land. De naam Bulawayo werd afgeleid van het Bantu ‘gubulawayo’, wat ‘plaats van de slachting’ betekend; gerefereerd wordt aan de strijd die hier in 1893 plaatsvond, waarbij de bewoners van de kraal van Ndebele koning Lobengula door de Britten werd uitgemoord. De straten in het centrum van de stad zijn aangelegd als een rooster. Net zoals in Harare lopen de ‘streets’ van noord naar zuid en de ‘avenues’ in oost-west richting. Het Museum of Natural History, dat buiten de onvermijdelijke ‘Wildlife Gallery’ en een geologische afdeling een zeer interessante volkenkundige afdeling bezit, is gelegen in het Centenary Park. Het Mzilikazi Arts and Crafts Centre, dat in de gelijknamige noordelijke buitenwijk ligt, werd al in de jaren zestig opgericht om talentvolle kunstenaars te stimuleren en te begeleiden. U kunt er de kunstenaars aan het werk zien en de tentoongestelde producten kopen. Er is een grafmonument voor Cecil John Rhodes, stichter van Rhodesia, een dertigtal kilometer ten zuiden van de stad in het Matobo National Park. Deze Matobo heuvels werden tot Werelderfgoed patrimonium uitgeroepen en zijn één van Zimbabwe’s grootste attracties. In diverse grotten in de heuvels zijn rotstekeningen van San gevonden, waarvan sommige meerdere duizenden jaren oud zijn. Voorts zijn in de omgeving van de stad
52
de ruïnes van de 17de eeuwse stad Khame, die qua bezienswaardigheid, zeker niet moet onderdoen voor Great Zimbabwe.
Masvingo Dit provinciestadje, op het kruispunt van de routes Bulawayo-Mutare en Harare-Johannesburg, ontstond in 1890. Onder leiding van de olifantenjager Frederick Courtney Selous sloegen de troepen van Cecil Rhodes hier in dat jaar hun kamp op, dat ze bij gebrek aan creativiteit maar weer eens naar de Engelse vorstin noemden. Fort Victoria was de eerste blanke nederzetting in Zimbabwe. Later werd er een nieuw fort gebouwd. Ook dit fort is ondertussen verdwenen, maar één van de twee torens staat nog steeds in het hart van de stad. Fort Victoria leek door de lokale goudwinning een veelbelovende toekomst tegemoet te gaan, maar werd al snel voorbij gestoken door Fort Salisbury (Harare), Bulawayo en Umtali (Mutare). Na de onafhankelijkheid kreeg de stad zijn huidige naam, Masvingo, wat ‘ommuurde plaats’ betekent en verwijst naar de nabijgelegen ruïnes van Groot Zimbabwe.
Mutare Deze stad ligt in de Bvumba gebergte, in een door de bergen omgeven dal waardoor de spoor- en wegverbindingen tussen Zimbabwe en Mozambique lopen. Mutare wordt ook vaak beschouwd als de poort naar de Eastern Highlands. Vroeger heette ze Umtali, maar na de onafhankelijkheid werd ze genoemd naar een plaatselijke rivier: Mutare, wat ‘stuk metaal’ (waarschijnlijk goud) betekent. Het stratenpatroon van Mutare is net zoals dat van Harare en Bulawayo roostervormig. In Herbert Chitepo Street, de hoofdstraat die gesierd wordt
ZIMBABWE door hoge palmbomen, vindt u het toeristenkantoor, banken, hotels, winkels en restaurants. De stad beschikt over een goed museum en een botanische tuin, de Aloë Garden. Deze tuin is met zijn meer dan 200 soorten Aloë vooral in juni en juli een bezoek waard. Tijdens deze periode staan de Aloë namelijk in bloei. Aan de noordrand van Mutare ligt het Cecil Kop Nature Reserve. In dit 1.700 ha grootte en bosrijke natuurreservaat komen bij het vallen van de avond bij de dam veel dieren zoals olifanten, giraffen, gnoes, zebra’s en antilopen drinken. Ook een blauwe duiker of een grijze meerkat, twee dieren die in dit deel van Afrika alleen in de Eastern Highlands voorkomen, kan men hier met een beetje geluk observeren.
Nationale Parken en natuurreservaten Zimbabwe heeft verschillende nationale parken en natuurreservaten die een bezoek waard zijn. Het enige probleem is dat ze nogal ver van elkaar liggen en dat men toch wel telkens enkele uren tot een halve dag moet rijden om van het ene park naar het andere te geraken, of binnenlandse vluchten moet gebruiken. Elk park is totaal anders dus het is wel de moeite waard om voor een bezoek aan Zimbabwe minstens 14 dagen uit te trekken .
Victoria Falls National Park
Op 16 november 1855 zag de Schotse missionaris en ontdekkingsreiziger David Livingstone vanuit zijn kano een mysterieuze wolk boven het landschap hangen. Hij moest toen nog 10 kilometer afleggen, maar
www.tww.be
werd desondanks verrast door de grootste waterval van Afrika. Net op het nippertje kon hij zijn kano aanleggen op een eilandje midden in de rivier, op de rand van de waterval. Hij was zo onder de indruk van dit natuurverschijnsel, dat hij de waterval naar de Engelse koningin noemde. Het eilandje werd ter ere van Livingstone naar hem genoemd. Ook zijn standbeeld staat naast de waterval, meer bepaald naast Devil’s Cataract. Ondertussen zijn de Victoria Falls een symbool geworden voor het gehele Afrikaanse continent. Rond de watervallen is er dan ook een stadje met de gelijknamige naam gegroeid, dat met zijn hotels, souvenirwinkels en restaurants volledig op toeristen is afgestemd. Over het ravijn heeft men in 1905 een brug gebouwd voor trein- en autoverkeer, die de verbinding met Livingstone in Zambia verzekert. Vanuit de tuin van het statige koloniale Victoria Falls Hotel heeft men een prachtig zicht op het ravijn en de brug. Het is absoluut de moeite waard om u op het terras, onder het genot van een koel drankje of ‘High Tea’, even in het Brits koloniale rijk te wanen. De watervallen, die door de plaatselijke bevolking Mosi-oa-Tunya, ‘de rook die dondert’, werden genoemd, storten zich over een lengte van 1.708 meter gemiddeld ongeveer 100 meter naar beneden in een 60 meter brede ravijn. De waterhoeveelheid verschilt van tijd tot tijd. In november en december stort er maar 20.000 m³ per minuut naar beneden, terwijl dit op het einde van het regenseizoen 500.000 m³ kan zijn. De Victoria Falls zijn misschien niet de grootste of hoogste watervallen ter wereld en ook niet diegene met het hoogste debiet, maar zijn vooral beroemd om hun schoonheid. Het water valt onder oorverdovend geraas in vijf gedeelten naar beneden, daartussen liggen eilandjes met in het midden Livingstone Island. De afzonderlijke watervallen dragen de namen Devil’s Cataract, Main Falls, Horse Shoe Falls, Rainbow Falls en Eastern Cataract.
53
ZIMBABWE Het beste moment om de watervallen te bezoeken is vroeg in de ochtend, wanneer het licht het mooist is en er nog maar weinig bezoekers zijn. Het pad dat men langs de rand van het ravijn heeft aangelegd, brengt u van het ene uitzichtpunt naar het andere. Telkens weer leidt het u doorheen het regenwoud met zijn dichte begroeiing van mahoniebomen, palmen, varens, mossen en lianen en zijn honingvogels en apen. Met een beetje geluk kan u zelfs een bosbok zien grazen in het glinsterende gras naast de afgrond. Tegen de tijd dat u Danger Point (geen hek en zeer gladde stenen) aan het eind van het pad heeft bereikt, bent u flink nat. U doet er dus goed aan een plastic tas mee te nemen, om uw fototoestel in te stoppen. Indien u niet nat wil worden, kan u niet zonder regenjas. Zeker in april, wanneer de waterstand het hoogst is, kan de ‘donderende wolk’ de bezoekers drijfnat maken, het zicht benemen en fotograferen zo goed als onmogelijk maken.
Hwange National Park Hwange National Park behoort samen met Kruger National Park, Etosha National Park en Chobe National Park tot de grootste en bekendste natuurreservaten van zuidelijk Afrika. Het park is langs de westzijde niet omheind, wat de dieren de mogelijkheid geeft naar Chobe en de Okavango Delta in Botswana te migreren. Hierdoor vormt dit 14.650 km² grote wildpark samen met de noordelijke wildreservaten van Botswana feitelijk één groot natuurgebied van meer dan 100.000 km².
Al 40.000 jaar geleden is in dit gebied sprake geweest van menselijke bewoning. Dit blijkt uit verschillende opgravingen en uit de schilderingen in grotten en op rotsen in de bergen. Het volk dat deze grotten bewoonden waren de San of Bosjesmannen, een volk van jagers-verzamelaars. Bij de Pomongwe Cave is een museum opgericht waar duizenden voorwerpen uit de Steentijd en de IJzertijd worden tentoongesteld. In de jaren twintig werd een laag van olie en glycerine aangebracht op de schilderingen. Deze laag beschermde de afbeeldingen van giraffen, zebra’s, antilopen en mensen echter niet, maar vernietigde ze bijna.
Hwange was het vroegere jachtgebied van de Ndebele-koningen, maar het wild werd door de blanke kolonialisten massaal afgeschoten. Omdat dit gebied niet geschikt was voor de landbouw en het regelmatig te maken had met watertekorten riep men het in 1929 uit tot nationaal park. In de beginjaren telde men in dit gebied slechts een 1.000-tal olifanten en van neushoorns was er zelfs geen sprake meer. Op veel plaatsen boorde men naar water, zodat er in het park drinkplaatsen en meertjes ontstonden die de dieren in het droge seizoen van water zouden voorzien.
De rommelige heuvels van Matobo worden onderverdeeld in vijf wildernisgebieden: het noordelijke deel met World’s View, Togwe in het oosten met zijn schilderingen van de Inanke Cave, de Maleme Dam en vakantiechalets in het midden, en verder naar het westen het eigenlijke wildpark in de Whovi wildernis met zijn streng bewaakte neushoornpopulatie. Het zuiden staat bekend als de Maleme wildernis.
Naast de olifant biedt Hwange onderdak aan duizenden giraffes, impala’s, koedoes, sabelantilopen en buffels. Buiten deze dieren leven hier nog duizenden andere grote en kleine zoogdieren, zoals leeuwen, luipaarden en hyena’s. Kortom, zowat alle zoogdieren die in zuidelijk Afrika leven treft men hier aan. Ook vogelliefhebbers kunnen in dit wildpark hun hart ophalen. Niet minder dan 400 vogelsoorten heeft men hier geregistreerd. Het landschap van Hwange bestaat voornamelijk uit graslanden en savanne. In het noordelijk gebied is er wat meer reliëf en liggen er een aantal bosgebieden. Het zuiden van Hwange is een uitloper van de Kalahari. Dit verklaart de extreme temperatuursverschillen in dit gebied: brandende hitte op de middag, gevolgd door uiterst kille avonden. In het zuidoosten liggen nog enorme versteende duinen, een overblijfsel van het vroegere woestijnklimaat. De meeste wegen zijn geconcentreerd in het noorden en oosten van het reservaat, het zuidelijke deel (ca. 80 % van de totale oppervlakte) is voor het publiek ontoegankelijk. Maakt u echter geen zorgen, de meeste drinkplaatsen, en dus ook de meeste dieren, bevinden zich in het toegankelijke deel van het park. De meeste toeristen komt men tegen in de buurt van Main Camp, de belangrijkste toegang tot het park en het is ook hier in de buurt dat de meeste private lodges gelegen zijn. Toch heeft men nog niet te maken met Oost-Afrikaanse toestanden, waar men in sommige wildparken bumper aan bumper moet rijden.
Matobo National Park Dit park ten zuiden van Bulawayo ligt in de Matobo bergketen, die nog steeds vaak Matopos wordt genoemd. In deze woeste wildernis zijn door erosie natuurlijke bouwwerken van rotsen ontstaan. Deze verzameling granieten zwerfkeien zijn stille getuigen van de ijstijden. Door de Ndebele koningen werden de heuvels dan ook ‘Amatobo’ of kaalhoofdigen genoemd.
54
In het park leven verschillende antilopensoorten, zebra’s en wrattenzwijnen. Het rotsachtige terrein maakt het ook tot een ideaal jachtgebied voor luipaarden. De rotsen geven echter een uitstekende dekking, zodat men deze schuwe dieren zeer zelden te zien krijgt. Wel wordt de tussen de rotsen levende Kaapse klipdas vaak waargenomen. Dit marmotachtige dier is de favoriete prooi van zwarte arenden, die u hier dan ook veel in de lucht zal zien rondcirkelen. Cecil John Rhodes bracht niet veel tijd door in Zimbabwe, maar hij was erg onder de indruk van de ruige grootsheid van de Matobo heuvels. Toen hij eens van een rit door de Matobo terugkeerde naar de boerderij die hij hier bezat, zei hij: ‘Ik heb een ontdekking gedaan. Ik heb een heuvel gezien vanwaar men een prachtig uitzicht heeft.’ Dezelfde middag nam hij gasten mee om de heuvel te laten zien. Rhodes zei toen opeens terwijl hij naar het noorden keek: ‘Hier zal ik begraven worden, ik noem dit punt hier het gezicht op de wereld.’ Door massieve stenen ballen wordt een natuurlijk amfitheater gevormd dat het heuvelgraf van de charismatische imperialist omringt. Het is eenvoudig en streng. Aan alle kanten liggen her en der heuvels verspreid, tot aan de vurige horizon. Een ‘World’s View’ in de ware zin van het woord.
Great Zimbabwe National Monument In Zimbabwe, wat ‘stenen huis’ betekent, bevinden zich ongeveer 150 ruïnes. Groot Zimbabwe, ten zuiden van Masvingo, is de bekendste en ook de spectaculairste site en staat ook op de werelderfgoedlijst van de Unesco. Hier bloeide namelijk ooit de grootste burgerstaat van het Afrikaanse continent. Handelsbetrekkingen met het Arabische schiereiland en China werden onderhouden. De buitenmuur van de Great Enclosure is gemiddeld 1,5 meter dik en 6 meter hoog. Deze grote omheining met een omtrek van 253 meter heette het ‘huis van de machtige vrouw’ en zou een tempelcomplex bevat hebben. Misschien waren hier de vertrekken van de koninklijke dames. Het meest raadselachtige gebouw is een toren van 10 meter hoog in de vorm van een massieve kegel. Nergens
ZIMBABWE Nyanga National Park Dit park, dat 100 kilometer ten noorden van Mutare ligt in het uiterste oosten van de Eastern Highlands, wordt vaak in één adem genoemd met Chimanimani, eveneens in de Eastern Highlands, maar 250 kilometer zuidelijker. Overeenkomsten tussen de parken zijn zeker aanwezig. Nyanga Nationaal Park was een van de eerste nationale parken van Zimbabwe en vormt één geheel met het aan zijn zuidgrens gelegen Mtarazi Falls National Park.
zitten deuren, vensters of trappen. Is het een fallussymbool of staat het voor een graankruik: het teken van rijkdom en macht. Men weet het niet. Gedomineerd door een citadel liggen de ellipsvormige ommuringen verspreid in een gebied van 6 ha. Arabische reizigers berichtten al in de 10de eeuw over de havenstad Sofala, ruim 350 kilometer van het ruïnecomplex verwijdert, dat in een gebied zou liggen waar zeer veel en gemakkelijk winbaar goud voorkwam; zij maken ook melding van machtige bouwwerken in het achterland. In 1552 gaf de Portugees João de Barroso een zeer volledige beschrijving van Zimbabwe, dat hij echter niet zelf bezocht schijnt te hebben. Op de Afrika kaart van Ortelius' grote wereldatlas uit 1570 staat Groot-Zimbabwe als versterkte stad aangegeven; in 1609 berichtte de dominicaan Dos Santos dat de bouwwerken tot ruïnes waren vervallen. Eeuwenlang was Groot Zimbabwe een legende voor de buitenwereld. Verhalen over fabelachtige rijkdom bevestigden het vermoeden dat het hier ging om het Bijbelse koninkrijk Ophir waar koning Salomon zijn goud vandaan kwam. In elk geval vormden de geruchten over fabelachtige hoeveelheden goud aanleiding tot menige expeditie en rooftocht. De feitelijke ‘ontdekker’ was de Duitser Karl Mauch, die sinds 1865 zuidelijk Afrika bereisde en van zijn bevindingen verslag deed in de ‘Pertermannsche Geografische Mitteilungen’. Thans is bekend dat Groot-Zimbabwe is gebouwd tussen 1250 en 1450 door voorouders van de huidige bewoners van het gebied, de Shona. Onderzoekingen hebben aan het licht gebracht dat de stenen muren in feite verbindingen waren tussen lemen hutten en zo de centrale structuur vormden van een uitgebreid nederzettingenpatroon. Er zijn sterke aanwijzingen dat het een formeel georganiseerde staat betrof, waarin een kleine elite de macht uitoefende over de rest van de bevolking. Huidige schattingen over het aantal inwoners van het complex Groot-Zimbabwe gaan in de richting van 18.000, zodat de ruïnes van Groot-Zimbabwe de oudste getuigen zijn van urbanisatie en staatsvorming in zuidelijk Afrika.
Bvumba Botanical Garden & Reserve Tot 1950 was dit park het privédomein van de voormalige burgemeester van Mutare, Fred Taylor, en zijn vrouw. Om hier iets van hun dierbare Engeland terug te vinden, legden ze deze prachtige tuinen aan die ze Manchester Park noemden. Het hele gebied beslaat 200 ha, waarvan 30 ha omgevormd zijn tot een botanische tuin. De overige 170 ha bestaan nog steeds uit inheems ‘bushland’. De Engelse tuinen zijn een streling voor het oog, met hun azalea’s, fuchsia’s, hydrangea’s, lelies, protea’s en orchideeën in een decor van paden, bergmeertjes, houten bruggen en stroompjes. Op de weidse gazons ontbreekt naar goede Engelse traditie een theehuisje niet. Het meer beboste gedeelte van het natuurreservaat wordt doorkruist door wandelpaden, waarop men een aantal mooie wandelingen kan maken. De langste beslaat enkele uren. U kunt ook een berg opwandelen van waar u een prachtig vergezicht heeft op de tropische laaglanden van Mozambique, 1.000 meter lager.
www.tww.be
Het park wordt gekenmerkt door wouden, watervallen, rivieren, open moerasland en eenzaamheid. De berghellingen waar nu gras op groeit, waren vroeger bedekt met bosland. Landbouwers uit de ijzertijd verwijderden de meeste bomen, waardoor terrasland met stenen ontstond. Lake Udu, Lake Rhodes en Lake Nyangwe worden omringd door altijdgroene bossen, rietplanten, lelies, bergachtig terrein en cottages van National Parks. De Mount Inyangani is met 2.593 meter de hoogste berg van Zimbabwe. De berg, waarvan de top vaak in wolken is gehuld, strekt zich naar beneden uit als een reeks kale, golvende heuvels tot aan de rivieren en meren die door hem worden gevoed. De rivier de Pungwe ontstaat aan de voet van deze berg en stroomt zuidwaarts door het park om zich in de 240 meter diepe Pungwe kloof te storten. De Mtarazi watervallen, een eindje zuidelijker, zijn met hun 762 meter Zimbabwe’s hoogste watervallen. In twee gedeeltes storten zij zich over de granietrotsen in het dal van de Honde rivier. Vanaf de top van de waterval heeft men een schitterend zicht op de Honde vallei en de bergen van Mozambique daarachter. Nyanga is geen wildpark, maar toch lopen er gnoes, enkele antilopensoorten waaronder de kleine blauwe duiker, en kleine zoogdieren rond. De dieren worden hier echter zeer zelden waargenomen. Van de roofvogels is vooral de kroonarend opvallend aanwezig. Door het ontbreken van groot wild en het aangename bergklimaat is Nyanga uiterst geschikt om wandeltochten te maken.
Mana Pools National Park Het 219.000 ha grote Mana Pools National Park, vormt samen met de omliggende natuur/jachtgebieden Hurungwe, Charara, Chewore en Sapi de omvangrijke Zambezi vallei, een wildernis die ligt tussen de Kariba dam en de grens met Mozambique. Dit prachtige wildpark beslaat 50 kilometer van de Zambezi oevers en strekt zich vanaf de rivier landinwaarts uit tot aan het Zambezi Escarpment, een steile rotswand die de Zambezi vallei begrenst. Het park dankt zijn naam aan de watertjes, kanaaltjes, vennen en meertjes die zich langs de rivieroevers uitstrekken en zeer veel dieren aantrekken. Mana Pools is één van de gebieden in zuidelijk Afrika die zeer rijk zijn aan wild. Het park is beroemd vanwege de grote populaties olifanten, nijlpaarden, krokodillen en zwarte neushoorns, maar er leven ook veel buffels, leeuwen, hyena’s en een keur aan vogelsoorten. Buiten de veel voorkomende antiloopsoorten zoals impala, koedoe en waterbok leven hier ook de zeldzame soeni en nyala. Door plannen voor een tweede dam op de Zambezi, zag het er in de jaren tachtig even naar uit dat dit natuurgebied verloren zou gaan. Het gevolg zou geweest zijn dat het hele park onder water zou lopen. Een onderzoek wees gelukkig uit dat de kosten voor dit project veel hoger zouden zijn dan de verwachte opbrengsten, waardoor er al snel een einde aan de plannen kwam. Motorvoertuigen worden in verband met de zware regenval enkel van mei tot oktober toegelaten in het park. En zelfs dan heeft men nog een 4x4-voertuig nodig. Voor vele bezoekers ligt de aantrekkelijkheid van het natuurreservaat dikwijls in de mogelijkheid om onbegeleide wandelsafari’s te maken (enkel
55
ZIMBABWE van zonsopgang tot zonsondergang toegelaten). Avontuurlijk aangelegde toeristen kunnen onder begeleiding van een ervaren gids de Zambezi afvaren. Deze kanotocht duurt enkele dagen, waarbij op de rivieroevers of op eilandjes in de Zambezi onder muskietennetten of in tentjes overnacht wordt. Meestal worden deze drie- of vijfdaagse afvaarten gemaakt in de buurt van Mana Pools. Hoewel er veel vraag naar kanotochten is, blijven ze sterk gelimiteerd. Per afgebakend stuk rivier is maar één gezelschap per dag toegestaan. Voor het grootste deel stroomt de Zambezi rustig, waardoor u de mogelijkheid heeft om op uw gemak het wild op de oever te bekijken. Ondertussen houden de nijlpaarden op de zandbanken de wacht, steken de krokodillen de rivier over en trippelen talloze watervogels in ondiep water.
Matusadona National Park Aan de zuidoever van Lake Kariba, tussen de rivieren Ume en Sanyati en recht tegenover het 25 kilometer verderop gelegen stadje Kariba, ligt dit prachtige nationaal park. Er komen maar weinig bezoekers in Matusadona en de natuur is zo goed als ongerept. Het park kan als volgt ingedeeld worden: aan de oever staan verdronken bomen met daartussen grazende buffels, op de vlakte staan mopane bossen waar olifanten en zwarte neushoorns van houden, en op de achtergrond ziet men de Matusadona bergen, die plotseling oprijzen en deel uitmaken van het Zambezi Escarpment. Veel dieren die eind jaren vijftig door het stijgende water van Lake Kariba werden verjaagd, hebben in Matusadona een nieuwe leefomgeving gevonden. Door verandering van leefomgeving is van een aantal diersoorten zoals de waterbok en de bosbok het aantal sterk teruggelopen in dit gebied. Ook het geringe aantal sabelantilopen en elanden is verontrustend, maar de impala, het wrattenzwijn, de koedoe en de zebra komen hier in groten getale voor. Het aantal olifanten wordt streng in de gaten gehouden om overpopulatie en vernielingen te voorkomen. Hier leven ook veel buffels en kuddes van ongeveer 1.000 dieren zijn geen ongewoon verschijnsel in dit park. Door het gehele park treft men roofdieren als luipaard, hyena en leeuw aan. Hoewel in beperkte mate, leven er ook jachtluipaarden in het park. Het park wordt wel eens beschouwd als het mooiste wildpark van Zimbabwe. Door de slechte staat van de toegangswegen is het park echter moeilijk bereikbaar. Het gebruik van een 4x4 terreinwagen is dan ook aangewezen. Tijdens het regenseizoen is het park voor autoverkeer gesloten. Een aantrekkelijk alternatief voor een autotocht is de oversteek vanaf Kariba per boot, langs nijlpaarden en verdronken bomen vol zilverreigers. Erheen vliegen is eveneens mogelijk.
Chizarira National Park Dit wildpark is één van de grootste parken van Zimbabwe (1.910 km²) en tevens één van de minst gekende. Hoog gelegen in het Zambezi Escarpment met zijn magnifieke bergen is het park zeer afgelegen. De rand van het ‘Escarpment’ biedt een indrukwekkend uitzicht over de Zambezi vallei die ongeveer 600 meter lager ligt, en op het Kariba meer, 50 kilometer verder westwaarts. Chizarira vormt een wildernis van bergen, rivierkloven, verdronken land en plateaus. Het park is zeer moeilijk bereikbaar, enkel met een 4x4-voertuig. De slechte staat van de wegen maakt van een safari tijdens de regenmaanden echter een tijdrovende en wellicht riskante operatie. Wie echter de moeite neemt om erheen te gaan, heeft de kans het hele park voor zichzelf te hebben. Het terrein is ruig en gevarieerd, met een vegetatie van bossen, savanne en grasland. Het park herbergt duizenden olifanten. Vanwege de goede watervoorziening zijn er ook tsessebe’s, buffels, roan- en sabelantilopen en zebra’s. Ook de grote jagers als leeuw, luipaard en hyena zijn vertegenwoordigd. De vele vogelsoorten in het park zijn tot op heden nauwelijks in kaart gebracht.
56
Eens leefden hier flinke aantallen zwarte neushoorns, maar door stropers is hun aantal sterk teruggelopen. De overgebleven exemplaren worden nu zo veel mogelijk overgebracht naar Matusadona, waar de controle van natuurbeschermers effectiever is en de dieren dus een grotere overlevingskans hebben.
Lake Kariba Dit gigantische meer is ontstaan door de bouw van een stuwdam in de Zambezi, 620 kilometer stroomafwaarts van de Victoria Falls. De lengte van het meer bedraagt 282 kilometer, de maximale diepte 120 meter en het heeft een oppervlakte van ongeveer 5.000 km². Het heeft enkele jaren geduurd voordat het meer volledig gevuld was. De voltooiing van de stuwdam duurde vier jaar en ging gepaard met veel tegenslagen. De dam in aanbouw spoelde driemaal weg en 80 arbeiders kwamen om bij de werkzaamheden. De dam, in 1960 officieel geopend door de koningin van Engeland, was de grootste van Afrika tot 1971, het jaar waarin de Aswan Dam in Egypte werd voltooid. De dam wordt door zowel Zimbabwe als Zambia gebruikt voor de opwekking van elektriciteit. De beide waterkrachtcentrales, een op de noordelijke (Zambia) en een op de zuidelijke oever (Zimbabwe), hebben een gezamenlijke capaciteit van 1.305 MW. De stuwdam ligt niet ver buiten Kariba. Vanaf een heuvel heeft men een mooi uitzicht over de dam en het daarachterliggende meer. Diegenen die over de dam willen lopen mogen niet vergeten hun paspoort mee te nemen, omdat deze tussen de grensposten van Zimbabwe en Zambia liggen. Toen de dam werd gebouwd, werden 50.000 Tonga verdreven van hun woonplaatsen aan de oevers van de Zambezi. Dit was een van de nare gevolgen van het dumpen van 1 miljoen m³ beton en 10.000 ton staal in de Kariba kloof. Een ander gevolg was het droeve lot van de dieren: meer dan 5.000 km² natuurgebied kwam onder water te staan en duizenden dieren kwamen om. Door het stijgende water kwam ook veel wild op eilanden vast te zitten en dreigde te verdrinken als het water verder zou stijgen. De natuurbeschermer Rupert Fothergill zette de Operatie Noach op en redde zo 5.000 stuks wild van 35 verschillende soorten van de verdrinkingsdood. De meeste van deze dieren werden ondergebracht in het Matusadona National Park en de Chete Safari Area. Vandaag de dag vormt het Kariba meer een woest natuurgebied, met water, groot wild en baobab eilanden. De oevers zijn rijk aan olifanten, buffels en krokodillen. De roze en mauve tinten op de Matusadona bergen bij zonsondergang contrasteren met de spookachtige verdronken bomen, die na 40 jaar nog steeds overeind staan en waarop ijsvogels, aalscholvers, reigers en af en toe Afrikaanse visarenden plaats nemen. De oevers van het ondiepe water zijn het domein van nijlpaarden en reusachtige krokodillen.
ZAMBIA
Zambia, een algemeen overzicht Zambia, wordt heel dikwijls ‘The Real Africa’ genoemd en in deze slagzin zit veel waarheid. Hier vindt men spectaculaire watervallen, grote meren, brede rivieren, enkele van de beste wildreservaten ter wereld en een zeer vriendelijke bevolking. De Victoria Falls zijn waarschijnlijk de bekendste bezienswaardigheid van Zambia. Over een breedte van ongeveer 1,7 kilometer vallen hier, tijdens de maanden maart en april, 546 miljoen kubieke meters water per minuut 100 meter naar beneden in een smalle kloof.
www.tww.be
South Luangwa National Park, Kafue National Park, Lower Zambezi National Park, … de verscheidenheid aan dieren en vogels die in deze parken leeft, vindt men nergens anders ter wereld. De rivieren (Luangwa, Kafue en Zambezi) die door of langs deze parken lopen hebben daar uiteraard veel mee te maken. De grootste door mensenhanden gemaakte dam in Africa bevindt zich aan Lake Kariba. Dit meer met een lengte van 226 kilometer en op sommige plaatsen 40 kilometer breed is een paradijs voor de sportvisser. Ook het grootste zoetwatermeer ter wereld, Lake Tanganyika grenst aan Zambia. In het heldere water van het meer leven meer dan 350 verschillende vissoorten.
57
ZAMBIA Oppervlakte, taal en bevolking De naam Zambia is afgeleid van de Zambezi rivier. Deze stroomt landinwaarts langs het noordwesten en vormt een natuurlijke grens in het zuiden. Zambia is gelegen in het centrale gedeelte van zuidelijk Afrika en heeft geen directe toegang tot de zee. Het wordt omgeven door Angola in het westen, Congo en Tanzania in het noorden, Malawi in het oosten en Mozambique en Zimbabwe in het zuiden. Het land heeft de vorm van een vlinder en beslaat een oppervlakte van 752.610 vierkante kilometer. In vergelijking met zijn buurland is dit bijna tweemaal zo groot als Zimbabwe. De hoofdstad van Zambia is Lusaka. Het grootste deel van het land maakt deel uit van het plateau (op een hoogte van 1.000 tot 1.600 meter) dat de ruggengraat vormt van Afrika en wordt gekenmerkt door valleien als Zambezi, Kafue, Luangwa en Luapula. Geïsoleerde bergketens rijzen tot 1.830 meter, één uitzonderlijk zelfs tot 2.150 meter. Er zijn een aantal meren die een natuurlijke grens vormen: Tanganyika en Mweru in het noorden en Kariba in het zuiden. Zambia telt ongeveer tien miljoen inwoners, waarvan de meerderheid van Afrikaanse oorsprong is. De zwarte bevolking behoort grotendeels tot de Bantoe groepen. Er zijn talrijke blanken met voorouders uit Europa en India. De officiële taal in Zambia is Engels maar er worden in het land wel ruim 70 talen (voornamelijk Bantoe talen) gesproken. Het is een groot land waardoor de bevolkingsdichtheid zich beperkt tot 13 inwoners per vierkante kilometer. In de hoofdstad Lusaka woont ongeveer 5% van de totale bevolking. Zowat 42% van de bevolking leeft in de steden maar dit aantal verminderd stilaan doordat meer en meer mensen terug naar het platteland trekken. Jammer genoeg wordt er in al deze statistieken niet vermeld dat u een warm onthaal wacht. De Zambianen zijn vriendelijke mensen en erg behulpzaam en tonen u graag hun land.
De hitte vermindert stilaan als de ‘Congo’ luchtstroom via het zuiden van het land wegtrekt tegen eind april of mei. De meeste plaatsen krijgen hevige regenval in januari, maar sommige streken hebben twee pieken, namelijk in december en maart. De meeste regen valt meestal in het noorden.
Geldzaken De munteenheid van Zambia is de ZMW = Zambian Kwacha. De Kwacha is onderverdeeld in 100 Ngwee (centen). Er bestaan munten van 1, 5 en 10 ngwee en biljetten van 20, 50, 100, 500, 1.000, 5.000, 10.000, 20.000 en 50.000 Kwacha. Volgens de wet moeten alle betalingen gebeuren in de lokale munt (Kwacha) of met credit card en mogen hotels, restaurants, enz. geen betalingen in vreemde munt aanvaarden. Zij mogen ook geen geld wisselen. Geld kan u wisselen in de banken en wisselkantoren. Het eenvoudigste is dat u Euro’s meeneemt en die bij aankomst op de luchthaven in een wisselkantoor omwisselt.
Belangrijkste luchthavens in Zambia Zambia heeft twee internationale luchthavens van betekenis: Lusaka en Livingstone. In deze twee steden landen en vertrekken de meeste toeristen. Mfuwe is een andere internationale luchthaven hoewel deze meestal wordt gebruikt voor binnenlandse vluchten door reizigers die de verschillende nationale parken in Zambia combineren. Verder zijn er her en der verspreid in of vlakbij de nationale parken en wildreservaten kleinere luchthavens waar Cessna’s en andere kleine vliegtuigen kunnen landen en opstijgen.
Het wegennet in Zambia Zambia is geen land waar de normale toerist zelf met een huurwagen zal rondrijden. De parken liggen heel ver van elkaar en het is niet eenvoudig om er een wagen te huren. Men moet er ook rekening mee houden dat het zeer lang kan duren voor men assistentie of een vervangwagen kan krijgen als men in panne staat omdat er enkel verhuurkantoren in sommige grote steden zijn.
Klimaat en de beste periode om Zambia te bezoeken
Eten en drank
Het klimaat van Zambia kent drie verschillende periodes. Van november tot april is het heet en vochtig met een flinke regenbui in de namiddag. Van mei tot augustus is het droog en relatief koel. Van september tot oktober is het droog maar het wordt veel warmer.
Het is soms verbazingwekkend welk lekker en gezond eten men op zijn bord krijgt in veraf gelegen lodges en kampen in de wildreservaten in Zambia. Een verfijnde keuken mag men er niet echt verwachten maar toch kunnen sommige koks wonderen doen met wat er plaatselijk te verkrijgen is aan groenten, fruit en vlees.
De start van het regenseizoen wordt bepaald door het samenspel van drie luchtstromen: de vochtige ‘Congo’ luchtstroom, de noordoostelijke moessonwinden en de zuidoostelijke passaatwinden. De vochtige ‘Congo’ luchtstroom die de regen met zich meebrengt vanuit Centraal Afrika zorgt ervoor dat de noordelijke streken de eerste regenval krijgen meestal laat oktober en november. Deze regenzone trekt zuidwaarts tegen eind november en december.
In de meeste lodges en kampen verblijft men op basis van vol pension, soms zijn ook de plaatselijke frisdranken, bieren, wijnen en alcohol inbegrepen. Met plaatselijk bedoelt men dan niet enkel de dranken die in het land zelf gebrouwen worden maar bijvoorbeeld ook wijnen die uit Zuid-Afrika komen. Exclusieve wijnen of Franse champagne zijn nooit inbegrepen.
58
ZAMBIA om op Mfuwe te vliegen als men bijvoorbeeld vanuit Malawi naar Zambia reist. Toeristen die hun bezoek aan Zambia combineren met een reis door een ander land in zuidelijke Afrika kunnen ook gebruik maken van een transfer langs de weg en het land binnenkomen via Katima Mulilo (Namibië), Kasane (Botswana) en Victoria Falls, Kariba of Chirundu (Zimbabwe). Omdat er in Zambia meestal gevlogen wordt van het ene park naar het andere is er weinig kans om te zien hoe de bevolking leeft in de plaatselijke dorpjes. Dit is echter wel mogelijk bij een verblijf in South Luangwa National Park omdat men dan vliegt op het stadje Mfuwe. De transfer van Mfuwe naar South Luangwa duurt ongeveer een uur en onderweg passeert men verschillende kleine dorpjes waar het dagelijkse leven zich afspeelt langsheen de hoofdbaan naar het park.
Lusaka
Park entrance fee Over het algemeen genomen zijn de Park Entrance Fees voor de parken waar u zult verblijven al inbegrepen in de totaalprijs van uw reis. Hier en daar zijn er uitzonderingen maar daar wordt u dan op voorhand van verwittigd.
Accommodatie Evenals in Botswana is Zambia een duur land wat betreft de accommodatie omdat ook hier alles ver afgelegen is en de transportkosten hoog zijn. Daar komt nog bij dat verschillende kampen tijdens het regenseizoen moeten sluiten omdat ze onbereikbaar zijn of omdat de wegen er in de omgeving veel te slecht zijn om rond te rijden. De meeste lodge operatoren moeten hun jaarlijkse inkomen dus goed maken tijdens de droge maanden. Bedenk echter dat deze hoge prijzen er voor zorgen dat u tijdens uw safari’s de natuur praktisch voor u alleen zal hebben. De kans dat u met 3 of meer wagens naar dieren staat te kijken is zeer klein en omdat de lodges en kampen minder kamers hebben zal u ook een meer persoonlijke service krijgen.
Livingstone Het stadje Livingstone ligt op 11 kilometers van de Victoria Falls. Hier komen de meeste toeristen aan per vliegtuig om dan met een transfer naar hun hotel of lodge dichter bij de watervallen te worden gebracht. Dankzij het steeds toenemende toerisme is Livingstone en omgeving de laatste jaren uitgegroeid van een klein dorpje met oude en vervallen gebouwen tot een meer modern stadje met internationale hotels, shopping malls en restaurants.
Mfuwe Mfuwe zou een rustig, door iedereen vergeten plaatsje kunnen zijn ware het niet dat praktisch alle toeristen die het South Luangwa National Park bezoeken, hier landen en opstijgen. Hierdoor is het hier enkele keren per dag heel druk en keert dan een uurtje later de stilte weer terug als de toeristen naar hun lodge worden gebracht en de vliegtuigen vertrokken zijn naar hun volgende bestemming.
Nationale Parken en natuurreservaten
Hotels Wenst u te verblijven in Lusaka, de hoofdstad van Zambia, dan kan u daar terecht in enkele grote, internationale hotels. Bezoekt u de Victoria Falls en wil u in Livingstone verblijven dan is dat mogelijk in standaard en luxe hotels op wandelafstand van de watervallen.
Private lodges en tentenkampen Het enige nationale park in Zambia waar u een ruime keuze hebt om te logeren is het South Luangwa National Park. Hier zijn wel 15 à 20 lodges en kampen die zowel standaard als luxe accommodatie aanbieden. Indien u dat wenst, kan u er zelfs in een luxe lodge verblijven dewelke eens het buitenverblijf was van een vroegere president van Zambia. In het Lower Zambezi National Park zijn een 5-tal goede lodges en kampen waarvan sommige in het park zelf liggen en andere er buiten maar niet ver van de ingang. Ook in het Kafue National Park zijn verschillende lodges en kampen hoewel hierbij vermeld moet worden dat de kampen die in het beste gebied (Busanga Plains) liggen extreem duur zijn omdat ze zo moeilijk bereikbaar zijn.
Steden en dorpen Afhankelijk van het vertrekpunt van de reis en de plaatsen die bezocht worden in Zambia zullen de meeste toeristen vliegen op Lusaka of Livingstone, en ook vanuit een van deze twee steden terug vertrekken. Het is echter ook mogelijk
www.tww.be
Lusaka is de hoofdstad en grootste stad van Zambia maar heeft weinig te bieden qua toeristische bezienswaardigheden.
Zambia heeft 2 parken die redelijk veel bezocht worden, het Lower Zambezi National Park en het South Luangwa National Park. Dit is te danken aan de goede bereikbaarheid en de min of meer betaalbare accommodatie. Het Kafue National Park is minder goed bereikbaar en de accommodatie is er niet goedkoop. Ook Liuwa Plain National Park en Lochinvar National Park zijn interessant qua wildleven maar het probleem is dat er daar weinig of geen accommodatie is. .
Victoria Falls National Park
De Victoria Falls en het omliggende regenwoud, met een lengte van 2 kilometer en een breedte van nog geen 100 meter, zijn beschermd in het Victoria Falls National Park. De watervallen, die door de plaatselijke bevolking Mosi-oa-Tunya, ‘de rook die dondert’, werden genoemd, storten zich over een lengte van 1.708 meter gemiddeld ongeveer 100 meter naar beneden in een 60 meter brede ravijn. De waterhoeveelheid verschilt van tijd tot tijd. In november en december stort er maar 20.000 m³ per minuut naar beneden, terwijl dit op het einde van het regenseizoen 500.000 m³ kan zijn. Het water valt onder oorverdovend geraas in vijf gedeelten naar beneden, daartussen liggen eilandjes met in het midden Livingstone Island. De afzonderlijke watervallen dragen de namen Devil’s Cataract, Main Falls, Horse Shoe Falls, Rainbow Falls en Eastern Cataract. Het beste moment om de watervallen te bezoeken is vroeg in de ochtend, wanneer het licht het mooist is en er nog maar weinig bezoekers zijn. Het
59
ZAMBIA pad dat men langs de rand van het ravijn heeft aangelegd, brengt u van het ene uitzichtpunt naar het andere. Telkens weer leidt het u doorheen het regenwoud met zijn dichte begroeiing van mahoniebomen, palmen, varens, mossen en lianen met daartussen verschillende mooie vogelsoorten en apen. Met een beetje geluk kan u zelfs een bosbok zien grazen in het glinsterende gras naast de afgrond. Tegen de tijd dat u ‘Danger Point’ (geen hek en zeer gladde stenen) aan het eind van het pad heeft bereikt, bent u flink nat. U doet er dus goed aan een plastic tas mee te nemen, om uw fototoestel in te stoppen. Indien u niet nat wil worden, kan u niet zonder regenjas. Zeker in april, wanneer de waterstand het hoogst is, kan de ‘donderende wolk’ de bezoekers drijfnat maken, het zicht benemen en fotograferen zo goed als onmogelijk maken. Het zicht op de waterval van de Zambiaanse zijde is bijzonder fraai. Hier kunt u tot zeer dicht bij de Eastern Cataract komen, over een brugje naar het Knife Edge Point wandelen of afdalen in de Boiling Pot, beneden in het ravijn, waar wildwatervaarders op hun vlotten springen.
South Luangwa National Park Experts hebben South Luangwa betiteld als een van de beste wildlife gebieden ter wereld, en dat is niet voor niets. De concentratie wilde dieren rond de oevers van de Luangwa Rivier en de vele rivierlussen zijn ongeëvenaard in Afrika. South Luangwa herbergt nagenoeg alle wilde dieren. Olifanten, buffels in kuddes van duizend, nijlpaarden die de rivier bevolken, meer dan 400 soorten vogels en een gezonde populatie leeuwen, cheeta’s en luipaarden. Luangwa is het enige park in Afrika waar de thornycroft giraffe te zien is. Overigens zijn alle dieren in Luangwa een fractie kleiner dan hun soortgenoten in andere Afrikaanse parken. De reden waarom is tot op heden niet bekend. Men vermoedt dat dit te maken heeft met de ontoegankelijkheid van het gebied waardoor de dieren zich anders evalueren. De Luangwa Rivier zoekt haar weg door de ‘bush’. Afhankelijk van de hoeveelheid regenval en weersomstandigheden worden elk seizoen tientallen nieuwe rivierlussen gevormd. Het is de levensader van het park dat ruim 9.000 vierkante kilometer omvat. Het gebied wordt begrensd door de Muchinga rotsen aan de westkant en de Luangwa rivier aan de oostzijde en is onderdeel van de bekende Rift Valley. Het fenomeen ‘wandelsafari’ vindt hier zijn oorsprong in de tijd dat de eerste pioniers hier te voet de omgeving gingen verkennen. Wandelend de wildernis in, is nog steeds een van de beste en meest gewaardeerde manieren om de ‘bush’ te ervaren. Tijdens de wandelsafari is er veel oog voor de details. U kunt sporen zoeken en volgen, meer te weten komen over uitwerpselen van diverse dieren, de vegetatie en de vele insectensoorten en vogels die zich hier thuis voelen.
Lower Zambezi National Park Het Lower Zambezi National Park is tot op heden nog nauwelijks ontwikkeld. Hierin ligt dan ook haar schoonheid, het is wild, authentiek en ruig. Het gebied ligt aan de noordoever van de maar liefst 2 kilometer brede Zambezi Rivier tegenover het bekende Mana Pools National Park in Zimbabwe. De oever is dichtbegroeid met voornamelijk diaspore en ficus. Verder landinwaarts wordt de omgeving bepaald door mopane bossen met hier en daar de bekende acaciabomen. Het wild in dit gebied verschanst zich vooral dicht bij de Zambezi Rivier. Een grote kudde drinkende olifanten of eilandhoppende buffels is dan ook een veel gezien tafereel vanuit de verschillende lodges die aan de rivier gevestigd zijn. De Zambezi biedt vele mogelijkheden tot vermaak. Naast de safari en het spotten van wild kunt u hier heerlijk relaxen, boottochten maken of genieten van een dagje vissen op de vechtlustige ‘tigerfish’.
Kafue National Park Kafue is het oudste en grootste wildpark van Zambia. Het bestaat al sinds 1950. Het strekt zich uit van de Busanga Plains in het noordwesten tot de dichtbeboste wildernis van het zuiden. Het park wordt begrensd door de
60
altijd groene Lunga, Lufupa en Kafue Rivier. Er is een grote diversiteit aan wild, met onder andere duizenden rode lechwe antilopen op de uitgestrekte open vlaktes. Hier spot u de altijd aanwezige puku, statige sable- en roan antilopen in de mopane bossen, en de kleine oribi en duikers. Daarnaast zijn de waterbokken, tsessebe en hartebeest antilopen, en buffels in groten getale aanwezig. Belangrijkste roofdieren in het Kafue National Park zijn de leeuw, luipaard en jachtluipaard, naast de kleinere jakhals, civetkat, genetkat en mangoesten. De spectaculaire Busanga Plains in het noorden van Kafue bestaan uit een uitgestrekt open moerasachtig gebied dat reikt zover u kunt zien. Dit is een van de belangrijkste moerassen en tot op de dag van vandaag onaangetast door mensenhanden. Deze enorme waterwildernis die ontstaat door overstroming van rivieren omvat een slordige 750 vierkante kilometer. Na de regentijd blijft het water, bevolkt door grote kuddes nijlpaarden, achter in de ondiepe waterplassen. De overvloedige grasvlaktes worden begraasd door duizenden lechwe’s die 50 jaar geleden nog met uitsterven bedreigd werden. Gelukkig heeft bescherming van dit gebied geleid tot herstel van de wildstand. Het is dan ook een overweldigende ervaring zoveel duizenden antilopen bij elkaar te zien grazen op de gouden vlaktes. Opmerkelijk genoeg kunt u in deze natte tijd de leeuwen, die normaliter niet van water houden, al plonzend in de moerassen, zien jagen op de antilopen. Busanga Plains is eveneens het leefgebied voor de zeer schuwe, zeldzame en extreem moeilijk te spotten sitatunga antiloop, met haar wijd uitstaande hoeven die het mogelijk maken over de drijvende grasmatten te manoeuvreren. Ten zuiden aan de Busanga Plains ligt de Lunga Rivier in een extreem afgelegen gebied. De omgeving van deze rivier is groen en dichtbebost met een kleurenpracht aan vegetatie. Een bezoek meer dan waard, vooral vanaf het water. In de rivier bevinden zich krokodillen en nijlpaarden, een diversiteit aan verschillende soorten zoetwatervis en er zijn 400 vogelsoorten te vinden. Hier kunt u een kanosafari, ontspannende boottochtjes en een jeepsafari maken. Dit kan zowel overdag als in het donker. Het zuidelijke deel van Kafue is 190 kilometer lang en op zijn breedst 85 kilometer. Op de noordgrens ligt de Itezhi-Thezi Dam met 370 km² water. Deze dam is als een magneet voor de dieren en fungeert tevens als uitstekende locatie om een hengeltje uit te werpen. De kenmerkende miombo en mopane bossen zijn ook hier weer aanwezig. De open grasvlaktes tussen de bossen, dambos genaamd, vormen een belangrijke voedselbron voor de vele grazende dieren in deze natuurrijke omgeving. U kunt hier dan ook de impala en puku aantreffen, maar ook de zebra en wildebeest komen hier veelvuldig voor. Naarmate u zuidelijker door het park trekt, zijn er minder waterbronnen voorhanden. Nabij de Nanzhila vlaktes zijn daarom enorme termietenheuvels en baobab bomen te bewonderen. Vooral de termieten kunnen het gehele jaar door ongestoord hun gang gaan omdat ze tijdens het regenseizoen niet weggespoeld worden. Op deze vlaktes is een buitengewoon divers aanbod van dieren, zo kunt u hier verschillende soorten antilopen zien. Verwacht u ook aan luipaarden, cheeta’s, leeuwen en de gevlekte hyena en zelfs met een beetje geluk wilde honden.
KENIA
Kenia, een algemeen overzicht Kenia is waarschijnlijk het meest bezochte land in Afrika wat safari’s betreft. Dat heeft als voordeel dat een safari er nog vrij betaalbaar is, maar ook dat u mag verwachten om regelmatig met 5, 10 of meerdere voertuigen rond een troep leeuwen te staan. Dit mag u echter niet afschrikken, de safari’s zijn er nog steeds uitstekend en als u de mogelijkheid heeft om buiten de drukke vakantieperiodes te reizen zal u zeker rustig van uw safari kunnen genieten. Het meest tot de verbeelding sprekende wildreservaat in Kenia is ongetwijfeld het Maasai Mara Game Reserve. Hier passeert elk jaar de ‘Great Migration’ (miljoenen gnoes en zebra’s met in hun kielzog ontelbare roofdieren) tijdens de maanden juli/augustus tot oktober. Verschillende andere wildreservaten zijn er eveneens een bezoek waard. In het Lake Nakuru National Park kan praktisch steeds vele roze flamingo’s zien, de groene vegetatie langs de rivieren van het Samburu National
www.tww.be
Reserve trekken constant dieren aan, in het Aberdare National Park kan u in een boomhotel logeren en van op een uitkijkplatform de dieren gade slaan, Mount Kenya de hoogste berg van Kenya kan u bewonderen tijdens een verblijf in het gelijknamige park, en in het Amboseli National Park kan u grote groepen olifanten zien wandelen met op de achtergrond Mount Kilimanjaro in Tanzania. De mogelijkheid bestaat om tijdens uw safari, wanneer u van het ene park naar het andere rijdt, onderweg halt te houden om een traditioneel dorp van de Maasai of Samburu te bezoeken. Hier kunt u mooie foto’s maken en souvenirs kopen. U moet er echter wel rekening mee houden dat deze dorpen daar speciaal voor de toeristen zijn geplaatst en u de nodige Euro’s zal moeten betalen om ze te bezoeken en enkele foto’s te nemen. Wilt u na uw safari nog enkele dagen relaxen in een strandhotel dan is dat zeer goed mogelijk in een hotel aan de witte zandstranden langs de Indische Oceaan in de buurt van Mombasa. Hier vindt u strandhotels in alle mogelijke prijsklassen.
61
KENIA Oppervlakte, taal en bevolking Kenia is gelegen in het oosten van Afrika en wordt begrensd door Ethiopië en Soedan in het noorden, Somalië in het noordoosten, Oeganda in het westen en Tanzania in het zuiden. Ook heeft het land een aantal natuurlijke grenzen zoals Lake Victoria in het westen en de Indische Oceaan in het oosten. Het land heeft een oppervlakte van 582.646 km². De evenaar loopt dwars door Kenia en verdeelt het land in 2 bijna gelijke helften. Kenia is een land dat bestaat uit vrij veel reliëf. Het hoogste punt van het land is de Mount Kenia, een vulkaan die met zijn hoogte van 5.199 meter de tweede hoogste berg van Afrika is. Het westen van Kenia wordt van noord tot zuid doorsneden door de Rift Valley. Deze wordt gevormd door een 7.000 kilometer lange breuk in de aardkorst die zich uitstrekt van de rivier de Jordaan in het Midden-Oosten, door de Rode Zee, door Ethiopië en Oost -Afrika tot aan Mozambique. De Rift Valley ligt 600 tot 900 meter lager dan het omringende gebied. Er liggen tal van meren in Kenia in het Rift Valley gebied, in het noorden ligt Lake Turkana, meer naar het zuiden liggen de meren Lake Baringo, Lake Naivasha, Lake Bogoria en Lake Nakuru. Ten westen van de Rift Valley liggen de Western Highlands, dit is een gebied waar veel thee verbouwd wordt. De belangrijkste rivieren van het land zijn de Tana en de Galana, zij monden beiden uit in de Indische oceaan. Ook de Mara is een heel gekende rivier, deze stroomt door het Maasai Mara National Park en de Serengeti naar Lake Victoria. De spreiding van 43 miljoen Kenianen wordt sterk beïnvloed door de verschillen in neerslag. In de vruchtbare gebieden wonen tot 400 inwoners per km². Het dichtst bevolkt zijn het hoogland en de omge¬ving van Lake Victoria. De bevolking is een mengelmoes van culturen waarvan het grootste gedeelte Afrikanen (van verschillende stammen) zijn. Verder leven er in Kenia een kleiner aantal Aziaten, Europeanen en Arabieren. Op amper 10% van de oppervlakte woont 75% van de totale bevolking. Deze bestaat vooral uit Bantoes (65%) en Niloten (30%). Niet meer dan 20% van de bevolking leeft in de steden; Nairobi telt 3 miljoen inwoners, Mombasa ongeveer 800.000 en Kisumu ongeveer 220.000. De bevolkingsgroei (3,8%) is één van de hoogste ter wereld en hierdoor rust er een zware druk op het land dat economisch wil groeien, en problemen heeft om constant te voorzien in voldoende leerkrachten en scholen. Deze bevolkingsgroei brengt eveneens met zich mee dat men verplicht is meer en meer land in gebruik te nemen voor landbouw of voor veeteelt. Dit is dan weer ten nadele van het natuurlijke milieu van Kenia. De belangrijkste volkeren van Kenia zijn: Kikuyu - Zij leven in het gebied ten zuiden van Mount Kenia en zijn de grootste bevolkingsgroep van het land. De Kikuyu spreken een Bantoe dialect. Ze leven van akkerbouw en gebruiken vrij moderne irrigatietechnieken. Kamba - Dit is de 5de grootste etnische groep in Kenia. De Kamba leven in de regio ten oosten van Nairobi, aan het Tsavo National Park. De Kamba hebben, zoals vele andere volkeren in Kenia, speciale ceremonies voor jonge adolescenten die volwassen worden. Maasai - De Maasai zijn ongetwijfeld de bekendste stam en het volkssymbool voor Kenia. De Maasai leven in het westen en zuiden van Kenia en enkele stammen zijn terug te vinden op het Laikipia plateau. Ze zijn gemakkelijk te herkennen aan hun slanke, lange bouw en hun typische kleding: fel rode of blauwe toga-achtige gewaden. Ook staat dit volk bekend als trotse krijgers. De Maasai zijn van oorsprong een nomadenvolk dat rondtrekt met hun vee. De laatste jaren echter vestigen steeds meer
62
Maasai zich op aanmoediging van de regering op een vaste plaats zodat hun kinderen naar school kunnen gaan. Turkana - Dit volk leeft in het noorden van Kenia, in de streek tussen Lake Turkana en de grens met Uganda. De Turkana zijn perfect aangepast aan de extreme weersomstandigheden van dit gebied. De Turkana zijn een nomadenvolk dat één is met zijn kuddes en omgeving. Luo - De Luo zijn de derde grootste etnische groep in Kenia en zij behoren niet tot de Bantoes. De Luo leven in het westen van het land, op de laagvlaktes die zich uitstrekken rond Lake Victoria. Ook zij waren een nomadenvolk en de beste vissers van het land. Tegenwoordig wonen veel Luo in de steden om werk te zoeken. Luhya - Zij leven in het gebied rond het Kakamega Forest in het westen van Kenia. Oorspronkelijk komt deze bevolkingsgroep uit Uganda maar zij zijn met de grote Bantoe migratie in de 16de en 17de eeuw naar Kenia gekomen. De Luhya hebben een enorm ingewikkeld clansysteem en verschillende rituelen zoals de inwijdingsceremonie voor jonge mannen. Engels en Swahili zijn de twee officiële talen maar door de grote verscheidenheid aan bevolkingsgroepen worden er in Kenia 69 verschillende talen gesproken.
Belangrijkste luchthavens in Kenia Kenia heeft twee belangrijke internationale luchthavens, Nairobi en Mombasa. Meestal wordt op Nairobi gevlogen om van daaruit een safari te starten. Wie na zijn safari nog wil genieten van een strandverblijf kan naar Mombasa rijden of vliegen en van daaruit zijn terugreis naar Europa aanvangen. In of vlakbij verschillende nationale parken en wildreservaten liggen kleinere luchthavens of airstrips. Deze worden echter minder gebruikt omdat de meeste toeristen van het ene naar het andere park rijden. Uitzondering daarop is misschien het Maasai Mara Game Reserve. Van hieruit wordt al wel eens terug gevlogen naar Nairobi omdat de weg er naartoe zeer slecht is, of men vliegt vanuit Maasai Mara rechtstreeks naar Mombasa om tijd te besparen.
Klimaat en de beste periode om Kenia te bezoeken Kenia telt verschillende geografische zones en dit betekent dat ook de temperatuur, regenval en vochtigheid sterk verschillen van regio tot regio. Het land kent twee regenseizoenen; de korte regentijd heeft plaats in
KENIA die dan, wanneer nodig, omwisselt. Op vele plaatsen (hotels, restaurants, winkels) kan u betalen met Visa en MasterCard.
Het wegennet in Kenia De meeste wegen in Kenia zijn in een niet al te beste staat maar kan men spijtig genoeg niet vermijden omdat de nationale parken en wildreservaten praktisch allemaal op enkele uren rijden van elkaar liggen. Een van de redenen van de slechte staat van deze wegen zijn de vele vrachtwagens die er rondrijden.
oktober/november en december, de lange regentijd is van maart tot en met mei/juni. Wie enkel tijdens deze regenseizoenen kan reizen, hoeft zich niet onmiddellijk te laten afschrikken. Meestal is de lucht in de voormiddag blauw, rond het middaguur verschijnen er meer en meer kleine wolkjes tot de hemel volledig bewolkt is. Daarop volgt een kort, hevig onweer met een fikse regenbui waarna de lucht terug opentrekt. Er zijn 4 zones waar men een bepaald type klimaat kan onderscheiden. Op het golvende plateau van westelijk Kenia is het meestal warm en tamelijk vochtig met regenval verspreid over het ganse jaar die praktisch steeds ‘s avonds valt. De neerslag bereikt een piek tijdens de maand april met een maximum van 200 mm, terwijl men in de maand juni slechts 60 mm neerslag kent. De temperaturen variëren van een minimum van 14° tot maximum 34° Celsius. De Centrale Hooglanden en de Grote Rift Vallei kennen waarschijnlijk het meest aangename klimaat van het land hoewel er een groot verschil is tussen de warme en tamelijk droge laagvlaktes van de Centrale Rift Vallei en de met sneeuw bedekte toppen van Mount Kenya. De Aberdares en Mount Kenia kennen de grootste neerslag die soms kan oplopen tot 3.000 mm per jaar. De gemiddelde temperaturen variëren hier van minimum 10° tot maximum 26° Celsius. De uitgestrekte semidroge bushlands en de woestijnachtige gebieden in het noorden en noordoosten van Kenia zijn de gebieden waar de meest extreme temperatuurverschillen worden waargenomen. Overdag kan het in de woestijn tot 40° warm worden terwijl ‘s nachts de temperatuur kan dalen tot 20° of minder. De neerslag, die voornamelijk voorkomt in hevige donderstormen in dit gebied, is zeer uitzonderlijk. Juli is over het algemeen de droogste maand en november de natste maand. De gemiddelde jaarlijkse neerslag schommelt tussen 250 mm en 500 mm. De vierde klimaatzone is de kustgordel waar het gans het jaar rond warm en vochtig is met iets frissere temperaturen vlak aan de kust. De neerslag varieert van maximum 240 mm in mei tot minimum 20 mm in februari. De gemiddelde jaarlijkse neerslag schommelt tussen 1.000 mm en 1.250 mm. Er is weinig verschil in de gemiddelde temperaturen het ganse jaar door met een minimum van 22° tot maximum 30° Celsius.
Geldzaken De Keniaanse munteenheid is de KES = Keniaanse Shilling. Deze is onderverdeeld in 100 centen. Er bestaan munten van 5, 10, 20 en 50 cent, 1, 5, 10 en 20 KES en biljetten van 50, 100, 200, 500 en 1.000 KES. Wilt u in Kenia geld wisselen dan kan dat in de banken, wisselkantoren en in de meeste grote hotels. Het eenvoudigste is dat u Euro’s meeneemt en
www.tww.be
De rit van het ene park naar het andere mag dan ook niet te lang zijn. Wij raden bijvoorbeeld dan ook af om in 1 dag van Maasai Mara naar Amboseli te rijden. Dat is een zeer lange dagrit, zeer vermoeiend en onderweg is er weinig interessants te zien.
Autorijden Omdat de wegen in Kenia zo slecht onderhouden zijn en de kans op autopanne zeer groot is, raden wij af om zelf met een huurwagen rond te rijden in Kenia. Het grote probleem is dat men niet weet wanneer er een vervangwagen of wegenhulp zal komen omdat de verhuurkantoren enkel gevestigd zijn in de grote steden als Nairobi en Mombasa. Daar komt ook nog bij dat de bewegwijzering in Kenia niet is zoals wij ze hier kennen en men dus heel gemakkelijk verloren kan rijden.
Eten en drank De laatste decennia is er veel veranderd in de restaurants in Kenia. Wie voor het eerst in Kenia komt zal verbaasd staan van de kwaliteit en de ver¬scheidenheid aan groenten en vruchten in dit land. In het verleden brachten de Arabieren hun gedroogde vruchten, rijst en kruiden mee. Later kwamen de Portugezen met voedingswaren uit het juist ontdekte Brazilië: maïs, bananen, ananas, pepers, paprika's, bataten, maniok. Zij brachten ook sinaasappelen, citroenen en li¬moenen mee vanuit China en India. De Britten waren de volgende die de eet- en drink¬gewoonten van de oorspronkelijke inwoners gingen beïnvloeden. Zij importeerden nieuwe rassen van schapen, geiten en runderen, maar ook aardbeien en asperges. Bovendien plantten ze koffie van goede kwaliteit en leerden ze hun koks hoe ze echte Engelse pudding moesten maken. De Britten lieten Indiërs komen om de spoorweg aan te leggen en zij brachten de kerriegerechten mee. Tegenwoordig vindt men in de grote steden ook hamburger, pizza- en kip¬restaurants, waarschijnlijk dankzij de vele Ameri¬kanen die in Kenia werken. In de stad en langs de kust vindt men allerlei restaurants, in verschillende prijsklassen. Aan de kust vindt men tal van visrestaurants. De binnenlandse bieren zijn goed. White Cap en Tus¬ker zijn te vergelijken met pils en zijn verkrijgbaar in grote en kleine flessen. Premium is het zwaarste bier van Kenia. Sinds kort worden in Kenia ook wijnen geproduceerd, deze uit Naivasha bijvoorbeeld zijn niet slecht. Ook buitenlandse wijnen worden in restaurants aan¬geboden maar zijn duurder. Eenmaal op safari verandert alles. De keuze in restaurants is er beperkt, maar de lodges in de Na¬tionale Parken hebben voedsel in overvloed. In de boomhotels, zoals The Ark in Aberdares, eet men vrij behoorlijk als men
63
KENIA in aanmerking neemt hoe moeilijk het voedsel hier is aan te voeren. In afgelegen oorden als het Maasai Mara National Park is er niet veel keuze. Men is er eigenlijk afhankelijk van de chef-kok.
Accommodatie Tijdens een safari door Kenia heeft men een grote keuze aan hotels, lodges en kampen en dit in alle prijsklassen. Grotere hotelketens zoals de standaard Sopa Lodges en de luxe Serena Lodges vindt men in de belangrijkste wildreservaten. Daarnaast zijn er nog enkele kleinere firma’s die een aantal hotels en/of lodges hebben. Belangrijk om weten is dat het noodzakelijk is om tijdens de vakantieperiodes zeer lang op voorhand de nodige reservaties te maken omdat de meeste hotels en lodges dan soms al lang op voorhand volgeboekt zijn.
Hotels Overnachten in een hotel doet men in Kenia feitelijk enkel in Nairobi en Mombasa. In Nairobi, waar men meestal met een nachtvlucht uit Europa aankomt en maar 1 nacht verblijft, kan men zowel in goedkope 3-sterren hotels als in dure luxe 5-sterren hotels overnachten. Mombasa heeft een zeer grote keuze aan strandhotels. Het verblijf in deze strandhotels is veelal op basis van half pension maar sommige hotels bieden ook vol pension of een All Inclusive formule aan. Zowel ten noorden als ten zuiden van Mombasa kan men terecht in hotels van uiteenlopende prijsklassen en ook voor reizigers die zeer exclusieve accommodatie zoeken zijn er aan de kust van de Indische Oceaan verschillende mogelijkheden.
Safari lodges en tentenkampen Zowel de grootte als de stijl van een safari lodge of tentenkamp kan zeer verschillend zijn. Sommige lodges bieden accommodatie aan tot 150 of meer personen, andere hebben slechts 5, 10 of 15 kamers/tenten. In standaard lodges of tentenkampen zal u in uw kamer of tent enkel datgene vinden wat hoogstnodig is. Luxe of exclusieve lodges echter zijn prachtig ingericht en hebben, ver van de bewoonde wereld, soms zelfs WIFI. Uiteraard hangt aan dit alles een prijskaartje en het is aan u om te beslissen of u al die luxe wel nodig heeft tijdens uw safari.
Steden en dorpen Kenia heeft slechts 2 grote steden die voor de toerist van belang zijn. Nairobi, de hoofdstad, waar de meeste toeristen hun safari starten en/of eindigen, en Mombasa met zijn vele strandhotels.
Nairobi Nairobi, gelegen op een hoogte van 1.600 meter, is naast de hoofdstad ook het industriële en economische hart van Kenia. De afgelopen 20 jaar is de bevolking van de stad enorm gegroeid. Verwacht wordt dat Nairobi 5 miljoen inwoners zal hebben tegen het jaar 2025. Een groot deel van deze bevolking komt terecht in de sloppenwijken zoals Kibera, een van de grootste sloppenwijken van Afrika. Het echte stadscentrum van Nairobi bevindt zich tussen Uhuru Highway, Haile Selassie Avenue, Tom Mboya Street en University Way. Het centrale busdepot en de treinstations zijn van hieruit slechts enkele minuten wandelen, en de meeste toeristenhotels zijn gebouwd in de omgeving van Latema Road vlakbij de drukke wijk van River Road.
64
Ten westen van het stadscentrum ligt het Uhuru Park dat de meer dan noodzakelijke long is van deze constant groeiende stad. Nabij het Uhuru Park en nog steeds op wandelafstand van het stadscentrum (hoewel het af te raden is dit ‘s nachts te doen) liggen enkele van de betere midden- en topklasse hotels, de populaire Jeugdherberg, een aantal ministeries en de hospitalen. De Universiteit, het Nationaal Museum, het Internationale Casino, en één van Nairobi’s originele koloniale hotels, de Norfolk, bevinden zich ten noorden van het stadscentrum. Nairobi’s Aziatische minderheid woont in één van de minder mooie wijken, Parklands, waar zich ook het Aga Khan Hospitaal bevindt. Op een kwartiertje rijden, ten zuiden van de stad ligt het Nairobi National Park. Dit is een natuurgebied van 117 km² groot en een unieke plaats want nergens ter wereld kun je op een dergelijk korte afstand van de stad een zodanige variëteit aan wild zien. Dieren die hier voorkomen zijn: buffel, eland, giraffe, zebra, gnoe, hartebeest, Grant- en Thomson gazelle, impala, waterbok, bosbok en knobbelzwijn. Het park heeft ook de grootste dichtheid in Kenia aan zwarte neushoorns en er komen ook witte neushoorns voor. Verder vindt men er leeuwen, luipaarden, cheeta’s, gevlekte hyena’s, jakhals en genet. Ook voor de vogelliefhebbers is het park een must!
Mombasa Mombasa is de grootste en belangrijkste havenstad van Oost-Afrika en heeft een bevolking van meer dan 1 miljoen inwoners van wie ongeveer 70% Afrikanen zijn, de rest zijn Aziaten en een kleine minderheid van Europeanen. De stad is voor het grootste gedeelte gelegen op een koraaleiland en is door een brede dam verbonden met het vasteland. Links en rechts zijn diepe baaien, Tudor en Kilindini, die twee natuurlijke havens vormen. De eerste nederzetting, de oude stad, ontstond langs de noordelijke nederzetting Tudor baai. In het begin van de 20ste eeuw nam de handel zo toe dat de oude haven overbelast raakte en men een nieuwe haven bouwde in de Kilindini baai aan de zuidkant van het eiland. Van hieruit vertrekken vrachtschepen naar Uganda, Rwanda en Burundi. Mombasa is een grote stad, maar evenals Dar es Salaam in Tanzania heeft het zijn traditionele karakter behouden en heeft het weinig hoogbouw. Het oude stadsgedeelte tussen het massieve, in Portugese stijl gebouwde Fort Jezus en de oude ‘dhow’ (Afrikaanse boot) dokken is praktisch hetzelfde gebleven zoals het in de 19de eeuw was, behalve dat de straten nu geasfalteerd zijn en er hier en daar winkels zijn gebouwd waar de toerist artisanale werken kan kopen. De belangrijkste bezienswaardigheden van Mombasa liggen in de oude stad. De grootste attractie is ongetwijfeld Fort Jesus. Dit fort werd in 1593 gebouwd door de Portugezen en is nu een museum. Ten zuiden van Mombasa liggen de mooiste stranden van Kenia. Algemeen kan men echter wel stellen dat de stranden in het noorden meer te bieden
KENIA hebben voor de toerist die gericht is op luxe en grote luxueuze hotels. In het zuiden liggen de meer pittoreske en relatief minder toeristische stranden. Voorbeelden van stranden in het zuiden zijn: Tiwi Beach, Shelly Beach en Diani Beach. In het noorden liggen de stranden van Nyali Beach, Bamburi Beach en Shanzu Beach.
Nationale Parken en natuurreservaten Kenia heeft vele nationale parken en reservaten waarvan de bekendste ongetwijfeld het Maasai Mara Game Reserve, Lake Nakuru National Park en Amboseli National Park zijn omdat deze perfect passen binnen een safari circuit van 5 à 7 dagen. Toeristen die meer tijd hebben kunnen echter ook nog enkele andere interessante parken en reservaten bezoeken. Zo is er bijvoorbeeld het Samburu National Reserve waar men de rivieren maar hoeft te volgen om dieren te zien, en de Aberdares waar men in een boomhotel kan verblijven en de dieren gadeslaat van op de uitkijkplatforms. Het Tsavo National Park is dan weer ideaal voor toeristen die na hun safari nog een strandvakantie wensen te maken omdat het tussen het Amboseli National Park en de strandhotels van Mombasa ligt.
Maasai Mara Game Reserve Bijna elke toerist die Kenia bezoekt gaat naar Maasai Mara en daar zijn zeer goede redenen voor. Maasai Mara vormt namelijk het vervolg in Kenia van de wereldbekende Serengeti, en het wemelt er dan ook van de wilde dieren. Men noemt het ook wel eens ‘The greatest show on earth’. Het
www.tww.be
is ook traditioneel het land van de Maasai, maar zij hebben grotendeels plaats gemaakt voor de dieren. Het Maasai Mara Game Reserve is gelegen in het zuidwesten van Kenia, op de grens met Tanzania, en is 1.700 km² groot. Het park ligt op 1.500 tot 2.000 meter hoogte en bestaat voor het merendeel uit grasvlakten met hier en daar een acacia boom. In het park stromen de Mara rivier en de Talek. De westelijke grens van het park wordt gevormd door de spectaculaire Oloololo Escarpment (helling), en het is ook in dit deel van het park dat zich de grootste concentraties van wild bevinden. Anderzijds is dit gebied ook het minst toegankelijk en het moeilijkste te verkennen omwille van de drassige ondergrond die na regenval echt niet te doorkruisen is. In het ganse gebied Serengeti-Mara leven niet minder dan 3.000.000 dieren op een oppervlakte van 3.220 vierkante kilometer. Van de grote katachtige zijn leeuwen alom en in groten getale vertegenwoordigd, er is zelfs een reële kans dat u ze kunt gadeslaan tijdens hun jacht. Cheeta’s en luipaarden zijn ook overal aanwezig, maar vaak iets moeilijker te ontdekken. Olifanten, buffels, zebra's en nijlpaarden zijn talrijk verspreid over het reservaat. Van de antilopen zijn de zwart gevlekte Thomson gazelle en de grotere Grant gazelle enorm talrijk; impala's, topi's, hartebeesten en natuurlijk ook wildebeesten vindt men overvloedig. Neushoorns zijn ook hier aanwezig, maar krijgt men slechts zelden te zien. Ook giraffen en bavianen (vooral aan de lodges), hyena's en grijze of gestreepte jakhalzen worden vaak gezien. Wilde honden laten prachtige achtervolgingen zien waarbij ze elkaar aflossen en uiteindelijk hun prooi in volle vaart meedogenloos doden. En wie één keer de hyena's heeft zien jagen, gelooft voorgoed niet meer in hun imago van geniepige aaseter.
65
KENIA De jaarlijkse beroemde trek van de enorme kudden gnoes is zonder twijfel een hoogtepunt in dit gebied. Tijdens de maanden juli, augustus en september trekken honderdduizenden, zelfs meer dan anderhalf miljoen gnoes (wildebeesten) en zebra's in grote kuddes uit het Serengeti Park, over de grens met Tanzania naar Maasai Mara, op zoek naar vers grasland. Wanneer de Maasai Mara savanne leeg is gegraasd, in oktober/november, herhaalt de volksverhuizing zich in de omgekeerde richting.
Lake Naivasha National Park Lake Naivasha is naast Lake Baringo het enige zoetwatermeer in Kenia. Het water van het Naivasha meer is fris, drinkbaar, overvloedig en ideaal voor het bevloeien van de vruchtbare vulkanische grond die rond het meer ligt. Het is dan ook niet verrassend dat het meer is omgeven met landbouwbedrijven, die vele tonnen groenten en bloemen leveren voor Nairobi en voor de export. Het meer is gelegen in het dal van de Naivasha vallei die oprijzende wanden heeft aan beide zijden. Het is gelegen op een hoogte van 1.900 meter boven de zeespiegel en heeft een oppervlakte van 170 km². Lake Naivasha is in het verleden nogal onderhevig geweest aan veranderingen. Rond 1890 moet het een klein plasje zijn geweest, maar nog geen 5 jaar later was het water 15 meter gestegen en strekte het meer zich dus veel verder uit dan nu. En zo ging het op en neer in de volgende jaren. Vandaag ziet men op grote afstand van het water nog palen van omheiningen die geplaatst werden toen het meer groter was dan nu en de veeboeren hun kudden dus een eind verder lieten grazen. Omdat het Naivasha meer zo dicht bij Nairobi ligt, is het voor deze stad ook een belangrijk recreatiegebied geworden. Men vindt er een hotel en een aantal lodges en kampeerterreinen die zich goed lenen voor een weekeinde van vissen, zeilen en waterskiën. Vanwege de gunstige ligging tussen de twee Rift wanden en ook op een landbrug tussen hete dalen aan beide zijden, komt het Naivasha meer erg in aanmerking voor nog meer investeringen in de recreatiesector. Het Naivasha meer behoort net als vele andere gebieden in Kenia tot de plekken waarvan alle ornithologen dromen. Op weinig plaatsen vindt men namelijk zoveel soorten watervogels en landvogels in een dergelijk mooie omgeving bijeen. Geen wonder dat het natuurbehoud hier extra aandacht krijgt. Rond 1928 begon men vis uit te zetten voor de sportvissers en later kwamen daar andere soorten bij voor de beroepsvisserij. Men bracht ook waterplanten van elders over, in het bijzonder Salvinia, dat dikke lagen vormt en hierdoor hinderlijk kan worden. De beverrat, een grote waterrat uit Zuid-Amerika kreeg een plaats in het ecosysteem nadat een paar dieren uit een nabije bontfarm waren ontsnapt. De rode rivierkreeft werd in 1972 vanuit de USA ingevoerd en gedijt uitstekend. Niet iedereen is blij met deze nieuwkomers, en milieudeskundigen zijn tegen elke ingreep in het ecosysteem.
Lake Nakuru National Park Lake Nakuru National Park is 220 km² groot en gelegen vlakbij de gelijknamige stad, aan de spoorwegverbinding tussen Nairobi en Kisumu. Het woord Nakuru is afgeleid van het Maasai woord ‘en-akuro’ dat wervelend stof betekent. Net zoals het Naivasha meer wisselt ook dit meer sterk van afmetingen en verdwijnt het soms helemaal, waardoor er alleen nog een witte zoutvlakte overblijft. Omdat het Nakuru meer alkalihoudend is, groeien er overvloedig blauwgroene algen en diatomeeën waarmee de flamingo's zich voeden. Het water is er zo rijk aan dat duizenden van deze vogels zich hier soms ophouden. De roze massa's langs de oevers van het meer bieden een
66
onvergetelijke aanblik. Het is echt een paradijs voor ornithologen. Het park heeft ook streken van grasland, bos en zelfs rotsachtige kliffen, waar vele andere dieren buiten vogels leven. Een dier dat hier zeer frequent voorkomt is het wrattenzwijn, met rechtopstaand staartje. Vlak aan het water kom je ook waterbokken en buffels tegen en verder weg van de oevers vind je ook Thomson gazellen, bokkensoorten en soms zelfs een luipaard. Langs de kliffen tref je vooral roofvogels aan. In dit park heb je ook grote kans om zowel de witte als de zwarte neushoorn te treffen. Zij leven in het zwaarbewaakte reservaat met grote hekken eromheen, dit zorgt ervoor dat de neushoorns binnenblijven en de stropers buiten.
Samburu, Buffalo Springs en Shaba National Reserve Juist ten noorden van Isiolo bevinden zich drie nationale parken, Samburu National Reserve, Buffalo Springs National Reserve en Shaba National Reserve. Allen liggen ze langs de oevers van de Ewaso Nyiro Rivier, en ze beslaan samen ongeveer 300 vierkante kilometer. Deze wildreservaten vormen vooral woestijngebied met struikgewas en open savanne vlaktes, die hier en daar door een heuveltje onderbroken worden. De rivier blijft permanent en daarom ziet men er doorgaans het meeste wild. Je kunt er olifanten, buffels, cheeta’s, luipaarden en leeuwen evenals zebra's, giraffen en dik-diks zien. De krokodillen zie je soms liggen op de zandbanken en ook voor nijlpaarden is deze rivier een paradijs. Neushoorns verdwenen hier al jaren terug tengevolge van stropers. Op de oevers van de rivier groeit de karakteristieke doum palm, deze kan gemakkelijk onderscheiden worden van andere soorten door de gevorkte stam. De drie parken zijn ook enorm rijk aan vogels, er zijn 365 soorten vastgesteld!
Mount Kenya National Park Mount Kenya National Park is 599 km² groot en ligt rond de toppen van Mount Kenya op een hoogte van 1.600 tot 5.199 meter. Het gebergte is van vulkanische oorsprong wat te merken is aan de gekartelde toppen die bestaan uit door de vorst verweerde resten van een harde kern van fonoliet lava. De zachtere delen hiervan zijn weggeërodeerd. De drie hoogste toppen van dit gebergte zijn: Batian (5.199 meter hoog), Nelion (5.188 meter hoog) en Lenana (4.985 meter hoog). De Mount Kenya is de enige berg in Kenia die een permanente laag sneeuw bezit. Ook zijn er een aantal gletsjers rond de toppen, de Lewis Gletsjer is de grootste. De dierenwereld van dit park bestaat uit typische bergbewoners zoals de olifant, buffels, bosbok, bongo’s, duiker, soeni, wrattenzwijn, Kaapse klipdas, luipaard en bavianen.
KENIA Aberdare National Park De Aberdares liggen in het centraal hoogland van Kenya. Ze zijn genoemd naar de toenmalige voorzitter van de Koninklijke Geografische Vereniging door de ontdekker Joseph Thomson in 1884. De Kikuyu noemden de bergen ‘Nyandarua’ wat verborgen droogte betekent. De Aberdares vormen het derde hoogste gebergte van Kenya, de hoogste toppen zijn: Ol Doinyo Lesatima, 3.999 meter hoog en Kinangop, 3.906 meter hoog. Tussen deze twee toppen ligt er een hoogvlakte van veen, een zacht glooiend landschap met toefjes gras en hoge heidestruiken. Verder is er hier en daar een stukje bos te vinden met palissander, hertshooi en bamboe. Door het veenland stromen ijskoude beekjes, vol forellen, die hier en daar in de vorm van een waterval naar beneden stromen. Ondanks het feit dat het hier vaak koud en mistig is, zijn de Aberdares rijk aan wilde dieren. De dieren leven vooral op oostelijke hellingen. Veel voorkomende dieren zijn: buffels, neushoorns, elanden, waterbokken, bosbokken, olifanten, soeni’s, wrattenzwijnen, servals, leeuwen, meerkatten en hyena’s. Neushoorns zijn hier eerder zeldzaam.
Amboseli National Park Amboseli is na Maasai Mara het meest populaire park, vooral omwille van de spectaculaire achtergrond van Afrika's grootste piek, Mount Kilimanjaro. Deze strekt zich uit over de zuidelijke grens van het park. Met zijn 392 vierkante kilometer is Amboseli zeker geen groot park, en het biedt ook niet dezelfde verscheidenheid aan wild, zoals je in Maasai Mara vindt. Het westelijk deel van het park bestaat grotendeels uit de
www.tww.be
droge bedding van Lake Amboseli. Deze bedding verandert sporadisch in een meer tijdens het regenseizoen. Voor het grotendeel blijft het echter een droge, stofferige en glinsterende vlakte. Amboseli telt grote kudden olifanten. Als deze onverstoorbaar hun weg banen door de grazige vlakten, met de Kilimanjaro op de achtergrond, dan maakt dit een onvergetelijke indruk. Andere dieren die je waarschijnlijk zult terugvinden in Amboseli zijn ondermeer buffels, leeuwen, gazellen, cheeta’s, wildebeesten, hyena's, jakhalzen, giraffen, zebra's en apen.
Tsavo National Park Tsavo National Park is niet alleen het grootste nationaal park van Kenia maar ook het oudste. Het is gelegen op 200 kilometer van Mombasa en 21.000 km² groot. De bodem van het park bestaat voornamelijk uit verweerde zandsteen, die over grote gebieden door ijzeroxide geel en rood is gekleurd en niet zo vruchtbaar is. Typisch voor Tsavo zijn de rode olifanten, ze zijn zo opvallend rood gekleurd door de modder en het stof waarin ze zich wentelen. In tegenstelling tot Maasai Mara heeft Tsavo de status van nationaal park. Het grote verschil tussen beiden is dat in een game reserve de mensen hun dieren kunnen laten grazen en ze ook dieren kunnen neerschieten als ze worden aangevallen. In een nationaal park echter is het volledig gebied uitsluitend en exclusief voorbehouden voor de dieren en hun natuurlijke omgeving. Tsavo is om beheertechnische redenen opgesplitst in 2 delen: Tsavo West (7.500 km²) en Tsavo East (12.500 km²).
67
KENIA Tsavo West National Park De belangrijkste plaatsen van dit gedeelte zijn ongetwijfeld de waterputten bij de Kilaguni Lodge en Ngulia Lodge. Beiden trekken een grote verscheidenheid aan dieren en vogels aan. Een plaats die u zeker niet mag missen in het park zijn de Mzima Springs. Hier is een observatieplaats gebouwd om het onderwaterleven bij de bronnen te kunnen bekijken. Het idee is dat u nijlpaarden op de bodem van de rivier kan zien lopen en krokodillen kan zien voorbij zwemmen; u moet echter wel wat geluk hebben. Ook in het gebied van de lodges liggen de spectaculaire Shaitani lava stroom en de grotten. Beiden zijn een bezoek waard, maar in de grotten is voorzichtigheid geboden en dient men een fakkel of pillamp mee te nemen. De Chaimu krater, ten zuiden van de Kilaguni Lodge kan ook beklommen worden. Toch moet men er rekening mee houden dat, terwijl u op deze natuurlijke paden wandelt, de dieren in het park ver van tam zijn, en dat u dus voortdurend in het oog moet houden wat er zich rondom u afspeelt. Deze paden zijn trouwens de enige plaatsen waar het toegelaten is het voertuig te verlaten.
Tsavo East National Park Een zuidelijk derde van dit park is slechts opengesteld voor het publiek. Deze met struikgewas begroeide hellende vlaktes vormen de thuisbasis voor grote kuddes olifanten, die meestal met het rode stof en zand bedekt zijn. De Kanderi Swamp, dat niet zo ver van de toegang en van het hoofdkwartier gelegen is, herbergt tal van wilde dieren. Verder in het park op ongeveer 30 kilometer van de ingang ligt de belangrijkste attractie, de Aruba Dam. Deze werd gebouwd over de Voi rivier en hier kan men eveneens een grote verscheidenheid van dieren gadeslaan. Het ganse deel van Tsavo East, noordelijk van de Galana rivier is voor het publiek gesloten. Dit gebeurde vanwege de voortdurende campagne tegen stropers, die in dit vrij afgelegen gebied een bloeiende zaak zien. Gelukkig beginnen de autoriteiten stilaan de strijd te winnen, maar helaas daalde het neushoornbestand van 80.000 rond 1970 naar minder dan 100 vandaag.
Hell’s Gate National Park Dit park is gelegen iets ten zuiden van Lake Naivasha en één van weinige natuurreservaten in Kenia die je te voet of met de mountainbike mag betreden. De gevaarlijke dieren zoals buffels, olifanten, neushoorns en leeuwen komen in dit park niet voor. Het park biedt prachtige uitzichten en heeft wild zoals giraffen, zebra’s, elandantilopen en impala’s.
uit bergwoud met ceders en bodocarpus bomen, vaak begroeid met baardmossen. Hierboven is de klassieke alpine vegetatie die bestaat uit boomheide, reuzenlobelia’s en reuzenkruiskruid. In het bergwoud leven buffels, bosbokken, reuzenzwijnen, franjeapen en diadeemmeerkatten. Een klein olifantenbestand heeft zich hier weten te handhaven, zij zijn vrij schuchter en gaan om de paar dagen grote grotten in om daar van het mineraalhoudende gesteente te likken of te eten.
Lake Bogoria National Reserve
Een markant punt in het fascinerende landschap is de Njorowa Gorge, een smalle kloof in het droge, rotsachtige land. U kunt hier op de steile rotsen Rüppelgieren zien broeden en ook de Lammergier, die heel zeldzaam is, zult u hier aantreffen. Op sommige plaatsen zijn door erosie de rotsen tot hoge torens uitgeslepen, de bekendste is Fisher’s Tower.
Dit reservaat heeft een oppervlakte van 100 km² en ligt 100 kilometer ten noorden van Lake Nakuru. Lake Bogoria is al jaren de verblijfplaats van de grootste flamingopopulatie van Kenia en daarmee ook de grootste ter wereld. De weg langs de westkant van het meer leidt naar een serie geisers en warmwaterbronnen op de oever van het sodameer. Aan de westkant van het meer leven er ook nog andere dieren zoals: gazellen, klipspringers, zebra’s, knobbelzwijnen en struisvogels. De oostkant is zeer moeilijk bereikbaar, ook met vierwielaandrijving, hier leven koedoes, hyena’s en luipaarden.
Mount Elgon National Park
Lake Baringo
Het bergmassief van Mount Elgon wordt doorsneden door de grens tussen Kenia en Oeganda. Het park is 170 km² groot, begint op een hoogte van 2.336 meter en reikt uiteindelijk tot aan de top, Wagagai, 4.320 meter hoog. De berg is van vulkanische oorsprong en bestaat voornamelijk uit fonoliet.
Dit meer ligt op ongeveer een uurtje rijden van Lake Bogoria. Het landschap is hier enorm droog en dor. Lake Baringo is een zoetwatermeer en heeft dus geen massa’s flamingo’s maar enorme aantallen krokodillen en nijlpaarden. Er worden hier ook 470 soorten vogels waargenomen waaronder de reuzenreigers, zwarte arenden en zilverreigers. U kunt op het meer enkele mooie boottochten maken, de beste tijd daarvoor is vroeg in de ochtend of in de namiddag. Op de diverse eilanden in het meer broeden de vogels.
Het landschap varieert sterk naargelang de hoogte en omvat een aantal karakteristieke vegetatiegordels. De onderste zone van de berg bestaat
68
TANZANIA
Tanzania, een algemeen overzicht Tanzania is geen goedkope bestemming maar het is ongetwijfeld wel een van de betere landen in Afrika om op safari te gaan. Ideaal is een combinatie van een 5-, 6- of 7-daagse safari met een verblijf van enkele dagen op een mooie locatie aan het strand van Zanzibar. Iedereen heeft in een documentaire al wel eens de spectaculaire ‘Great Migration’ gezien in het Serengeti National Park. Een safari in dit nationale park is dan ook een ‘must’ in elk safari programma. Ook een afdaling en safari in de Ngorongoro Crater mag niet ontbreken. Andere parken in het noorden van Tanzania die de moeite waard zijn om te bezoeken zijn het Lake Manyara National Park en het Tarangire National Park.
www.tww.be
Reizigers die extra tijd hebben kunnen eventueel nog het Arusha National Park bezoeken. En voor de sportievelingen is er de beklimming van Mount Meru of Mount Kilimanjaro. De zuidelijke parken van Tanzania worden meestal bezocht door safari liefhebbers die voor de tweede keer naar dit prachtige land reizen. Vooral het Ruaha National Park en Selous Game Reserve staan op het programma, maar ondermeer ook Ruaha National Park is een echte aanrader. Zanzibar wordt ook wel het kruideneiland genoemd. Hier kan men volop van een strandvakantie genieten uit een ruime keuze van standaard en luxe hotels. En voor wie een beetje cultuur wil opsnuiven is er het historische Stone Town met zijn mooi versierde oude gebouwen en nauwe straatjes en steegjes.
69
TANZANIA Oppervlakte, taal en bevolking Het Oost-Afrikaanse Tanzania wordt langs de oostzijde begrensd door de Indische Oceaan. Hier vinden we mooie witte zandstranden en mangrove moerassen. In het binnenland heeft Tanzania verschillende natuurlijke grenzen - Lake Tanganyika, Afrika’s diepste meer, in het westen; Lake Malawi in het zuidwesten; de Ruvuma rivier vormt de grens met Mozambique; Lake Victoria, ‘s werelds tweede grootste meer vormt de noordelijke grens; en Mount Kilimanjaro, Mount Meru en Mount Longido in het noordoosten scheiden Tanzania van Kenia. Het land is 945.087 km² groot en heeft verschillende permanente en seizoengebonden meren en rivieren, waaronder de Great Ruaha, de Rufiji, en aftakkingen van de Nijl, zodat het land meer oppervlakte water heeft dan enig ander Afrikaans land. Tanzania heeft het hoogste en laagste punt van het continent: de met sneeuw bedekte Kilimanjaro die 5.895 meter hoog is, en de bodem van Lake Tanganyika met een maximum diepte van 1.470 meter in het noordelijke deel. Hier, in Tanzania, verblijven de laatste grote kudden wild in enkele van de minst ontgonnen natuurgebieden, waaronder het Serengeti National Park, de Ngorongoro Crater en Selous, het grootste wildreservaat in Afrika. Bijna één vierde van alle wild in Afrika bevindt zich op de savannes van Tanzania en één vierde van het land bestaat uit nationale parken. Een ideaal land om een safari te maken. Verspreid over het ganse land leven bijna 45 miljoen mensen verdeeld over meer dan 120 volksstammen. De grootte van deze stammen varieert van de enkele honderden Kindiga, traditionele nomadische jagers die nabij Lake Eyasi leven in het noorden, tot de Sukuma ten zuiden van Lake Victoria die met meer dan één miljoen stamleden zijn. Het grootste gedeelte (95%) van de Tanzaniaanse bevolking is van Bantoeoorsprong. Door de grote diversiteit aan kleine bevolkingsgroepen is er, in tegenstelling tot vele andere Afrikaanse landen, in Tanzania geen stam die het politieke en culturele leven domineert. De vruchtbaarheid van de bodem bepaalt de bevolkingsdichtheid van het land. Ten zuiden van de centrale spoorlijn tussen Kigoma en Dar es Salaam zijn grote gedeelten van het land volledig onbewoond omdat de grond hier zeer onvruchtbaar is. De regio’s met de grootste bevolkingsdichtheid zijn Dar es Salaam met ongeveer 2,7 miljoen inwoners, de oevers van Lake Victoria, en de vruchtbare gronden van het noordelijk gebergte rond Arusha en Moshi. Hierna volgt een greep uit Tanzania’s meest uiteenlopende volksstammen: Iraqw (Cushitic) - Van alle stammen in Tanzania vertonen de Iraqw meer tekenen van hun Cushitic herkomst dan enige andere stam. Zij leven in het groene centrum van de hoogvlaktes van Mbulu en zijn een teruggetrokken volk, dat zijn eigen voedsel produceert door gewassen te groeien en vee te houden. Zij verkopen hun oogst of dieren enkel wanneer dit echt noodzakelijk is. Maasai (Nilotic) - Overheersend levend in het noorden van Tanzania en in een gebied dat bekend staat als de Maasai Steppe, is dit grote, fiere volk vooral herkenbaar aan hun, op een toga lijkende kledij, die gewoonlijk helder rood of blauw is, en hun met oker gekleurde lichamen. Voor de Maasai is vee zeer belangrijk, en bepaalt ze de status van de eigenaar. Als belangrijkste bewoners van de Ngorongoro Conservation Area verhuizen deze herders (die ook schapen, geiten en ezels hoeden) constant op zoek naar nieuwe graslanden en water voor hun vee. Sinds enkele jaren worden de Maasai aangezet om op dezelfde plaats te blijven wonen, en hun traditionele dieet van melk, bloed en vlees aan te vullen met granen. Chagga (Bantu) - Ten noorden van de Maasai Steppe, op de hellingen van de
70
Kilimanjaro, leeft het volk van de Chagga stam, Tanzania’s derde grootste volksstam. Zij bewerken de berghelling en gebruiken water uit het bos. De Chagga staan bekend als harde werkers. Jaren geleden ontwikkelden zij een merkwaardig irrigatiesysteem dat water tot 180 meter boven de rivier brengt, zodat zij de mbeke plant, die zij gebruiken om bier te brouwen, konden laten groeien. Gogo (Bantu) - De Gogo leven nabij Dodoma, en werden steeds verhinderd om zich te ontwikkelen door een serieus gebrek aan water. Een dam die gebouwd werd in 1955 zorgt voor water in de stad, maar de Gogo die te ver van de stad wonen zijn gewend geraakt aan de waterschaarste en hongersnood die van tijd tot tijd kan heersen. Tussen 1953 en 1955 kenden zij de ergste watersnood in de geschiedenis van het land. Andere belangrijke Bantu volksstammen zijn de Hehe, Makonde, Sukuma (grootste volksstam die 16% van de totale bevolking uitmaakt), Haya, Nyamzwezi en Ha. Niet-Afrikanen – Minder dan 1 procent van de bevolking is niet-Afrikaan: Europeanen, Aziaten (Indiërs, Pakistanen), en Arabieren. De meerderheid van de niet-Afrikanen zijn Shirazi, een mengeling van Arabieren met de plaatselijke bevolking en woont op de eilanden Zanzibar, Pemba en Mafia. Deze eilandbewoners zijn sterk Islamitisch, spreken Swahili en houden er een andere cultuur op na dan in het Midden-Oosten. De officiële landstalen zijn Swahili en Engels, maar er zijn meer dan 120 verschillende stamtalen, waarvan het Bantu de meest gesproken is. Swahili is de voertaal in het ganse land terwijl Engels gebruikt wordt in de zakenwereld en voor de wetgeving.
Belangrijkste luchthavens in Tanzania Reizigers die de noordelijke parken van Tanzania willen bezoeken, vliegen meestal op Kilimanjaro International Airport (KIA) zoals de luchthaven van Arusha officieel wordt genoemd. Wie de zuidelijke parken wil bezoeken, vliegt naar Dar Es Salaam. Een combinatie van beide luchthaven is ook mogelijk. Als men bijvoorbeeld eerst de noordelijke parken bezoekt en daarna nog een strandverblijf te Zanzibar neemt, vliegt men heen op KIA en terug uit Dar Es Salaam. Omdat de verschillende parken in het noorden tamelijk kort bij elkaar liggen, worden de kleinere luchthavens in of vlakbij die parken veel minder aangevlogen dan deze in de zuidelijke parken omdat die verder uit elkaar liggen. De luchthaven van Zanzibar is eveneens een belangrijke internationale en nationale luchthaven omdat veel toeristen die Oost-Afrika bezoeken daar achteraf nog een strandverblijf nemen.
TANZANIA Autorijden Het is niet aan te raden om zelf met een huurwagen rond te rijden in Tanzania. Niet enkel is er geen of heel weinig bewegwijzering maar men weet nooit wanneer er wegenhulp of een vervangwagen zal komen omdat de verhuurkantoren enkel gevestigd zijn in de grote steden als Arusha en Dar Es Salaam.
Eten en drank
Klimaat en de beste periode om Tanzania te bezoeken Tanzania heeft slechts kleine temperatuurverschillen gedurende de loop van het jaar. Aan de kust is het warm en vochtig met een gemiddelde dagtemperatuur van 30° Celsius. Een zeebries maakt het klimaat zeer aangenaam van juni tot september. Het centrale plateau, op 1.200 meter boven de zeespiegel, kent warme dagen en koele nachten. Het heuvelland tussen de kust en de Kilimanjaro heeft een zeer aangenaam klimaat van januari tot september. Er zijn twee regenperiodes. De korte regentijd heeft plaats in oktober/ november en december, de lange regentijd is van maart tot en met mei/ juni. Wie enkel tijdens deze regenseizoenen kan reizen, hoeft zich niet onmiddellijk te laten afschrikken. Meestal is de lucht in de voormiddag blauw, rond het middaguur verschijnen er meer en meer kleine wolkjes tot de hemel volledig bewolkt is. Daarop volgt een kort, hevig onweer met een fikse regenbui waarna de lucht terug opentrekt.
Geldzaken De Tanzaniaanse munteenheid is de TZS = Tanzaniaanse Shilling. Deze is onderverdeeld in 100 centen. Er bestaan munten van 50, 100 en 200 TZS en biljetten van 500, 1.000, 2.000, 5.000 en 10.000 TZS. Wilt u in Tanzania geld wisselen dan kan dat in de banken, wisselkantoren en in de meeste grote hotels. Het eenvoudigste is dat u Euro’s meeneemt en die dan, wanneer nodig, omwisselt. Op vele plaatsen (hotels, restaurants, winkels) kan u betalen met Visa en MasterCard.
De keuken van Tanzania is totaal verschillend aan de kust en in de rest van het land. Aan de kust weerspiegelt de keuken een mengeling van inheems Afrikaans met Arabische, Aziatische en Swahili kooktradities. De belangrijkste voedingsmiddelen van het binnenland zijn alomtegenwoordig en zeer voedzaam en omvatten groenten en graanproducten zoals maïs, cassave, rijst, spinazie, bonen en erwten. In combinatie met elkaar en licht gekruid vormen zij een basis bijgerecht voor vlees of vis. Chapati, een grote, dunne pannenkoek, wordt in het ganse land gevonden. Deze gebakken koek, die men bij praktisch elke maaltijd krijgt wordt gebruikt als lepel, om in zijn saus te soppen of om zijn vlees of groenten in te rollen. Tanzania’s vele rivieren en meren, en haar 800 kilometer lange kustlijn zorgen ervoor dat ook visschotels overal worden opgediend. Zeer lekkere vissen zijn de tilapia en de dagga, een vis die men overal vindt en veel trekt op onze sprot. Tijdens uw safari’s heeft u ’s avonds niet veel andere keuze dan te eten in het restaurant van de lodge of het kamp waar u verblijft. In een kleine lodge of kamp wordt u meestal een vast menu aangeboden, verblijft u in een grote lodge dan zal u waarschijnlijk kunnen kiezen uit een uitgebreid buffet. Wilt u ’s ochtends vroeg vertrekken op safari dan bestaat op sommige plaatsen de mogelijkheid om een picknick ontbijt mee te nemen. Hetzelfde is mogelijk indien u ’s middags niet speciaal terug naar uw lodge of kamp wil rijden om te lunchen. U kunt dan vragen of een picknick lunch onderweg mogelijk is. Hoewel deze picknick maaltijden niet slecht zijn mag u er toch niet al te veel van verwachten. Het is echter aan u om de keuze te maken wat op de eerste plaats komt, een langere safari of een goede maaltijd. Enkele jaren geleden werd de nationale brouwerij overgenomen door de South African Breweries en sindsdien kan men in Tanzania verschillende goede bieren verkrijgen waaronder Kilimanjaro, Castle en Serengeti. Lekkere Zuid-Afrikaanse wijnen kan men in praktisch elke lodge of kamp verkrijgen.
Het wegennet in Tanzania De wegen vanuit Arusha naar de noordelijke parken worden tamelijk goed onderhouden zodat men, op een tweetal uren gemakkelijk naar het Tarangire National Park, Lake Manyara National Park en de Ngorongoro Conservation Area kan rijden. Verder door naar het Serengeti National Park komt men op zandwegen die naargelang de locatie en weersomstandigheden goed of minder goed berijdbaar zijn. Om de zuidelijke parken (bv. Selous Game Reserve, Ruaha National Park, Katavi National Park) te bezoeken, kan men niet anders dan op zandwegen rijden. De safari’s gebeuren in Tanzania steeds met 4x4 voertuigen dus dat levert geen problemen op.
www.tww.be
Accommodatie De verscheidenheid aan accommodatie in Tanzania is zeer groot en kan gaan van een echte ‘basic’ lodge met enkel het hoogstnoodzakelijke in de kamer, tot de meest luxueuze lodge waar een warm bad gevuld met rozenblaadjes klaar staat als men terug komt van de namiddag/avondsafari. Buiten de grote groepen zoals Hotels and Lodges Tanzania, Sopa Lodge en Serena Lodges kan men ook verblijven in lodges en kampen van gerenommeerde safari organisaties als Sanctuary Retreats, And Beyond, Asilia, Elewana, Foxes African Safaris en verschillende anderen.
71
TANZANIA Omdat de meeste toeristen willen reizen tijdens de periode van de ‘Great Migration’ in het noorden, en buiten het regenseizoen in het zuiden, is het noodzakelijk om lang genoeg op voorhand de nodige reservaties te maken.
Hotels Zowel in Arusha, als in Dar Es Salaam en op Zanzibar kan men terecht in verschillende goede hotels. Bij de keuze van een strandhotel op Zanzibar is het wel even uitkijken naar de ligging en wat het hotel te bieden heeft. De mooiste stranden vindt men aan de oost- en noordkust van het eiland maar zelfs dan nog is het mogelijk dat men niet heel ver de zee in kan gaan alvorens rotsen tegen te komen. Half pension (ontbijt en diner) is de standaard in de meeste kleinere strandhotels daar waar de grotere strandhotels meestal een verblijf op All Inclusive basis aanbieden.
Safari lodges en tentenkampen Een safari in Tanzania is in ieder geval nooit goedkoop. Belangrijk is daarom dat u op voorhand beslist wat u verwacht van uw accommodatie onderweg. Komt de natuur tijdens uw safari op de eerste plaats en bent u tevreden met kamers of tenten die proper zijn en waarin u enkel het hoogstnodige heeft, of wil u ook luxe op uw kamer? Dit kan een groot prijsverschil geven. Zo kunt u bijvoorbeeld aan de Ngorongoro Crater verblijven in een lodge die iets meer dan 100 Euro per persoon, per nacht kost maar ook in een lodge die 10 keer duurder is. De keuze in lodges en kampen is op sommige plaatsen wel beperkt. In het centrale deel van de Serengeti is keuze genoeg maar wil u in het noorden of zuiden van de Serengeti verblijven dan kan u daar slechts terecht in enkele lodges en kampen. Het is dan ook belangrijk om vele maanden op voorhand de nodige reservaties te maken als u wil reizen wanneer de ‘Great Migration’ zich in die delen van het park bevindt. Ook in en vlakbij het Lake Manyara National Park is niet veel keuze wat betreft accommodatie. Omdat de zuidelijke parken minder toegankelijk zijn tijdens het regenseizoen en iedereen deze wil bezoeken tijdens het korte droge seizoen is het ook hier belangrijk om lang genoeg op voorhand te reserveren.
Steden en dorpen Arusha, Dar Es Salaam en Zanzibar City zijn in feite de enige steden van betekenis voor internationale reizigers die enkel Tanzania bezoeken omdat zij daar aankomen en vertrekken. In Arusha en Dar Es Salaam is dat meestal enkel voor de nacht van aankomst en/of vertrek. Op Zanzibar verblijven de meeste toeristen 4, 5 of meer nachten in een strandhotel, sommigen verblijven ook 1 of 2 nachten in Stone Town om dit historische stadsdeel van Zanzibar City te bezoeken.
Arusha Halfweg tussen de Kaap en Cairo - in de schaduw van Mount Meru - ligt Arusha, een gezellige stad die zowel een landbouwkundig centrum als de start- en eindplaats van vele safari’s naar de noordelijke parken is. 4x4 voertuigen doorkruisen de stad van ‘s ochtends tot ‘s avonds, op weg naar Tarangire National Park, Lake Manyara National Park, Ngorongoro Crater, Serengeti National Park en Arusha National Park, of terugkerend met bruingebrande toeristen die zo snel mogelijk willen relaxen en vertellen over al de avonturen die zij hebben meegemaakt. Oorspronkelijk een oude handelspost voor de plaatselijke Waarusha en Wameru stammen, werd Arusha het administratieve centrum van een belangrijk landbouwkundig gebied waar koffie, maïs, tarwe, sisal,
72
pyrethrum en melkproducten geproduceerd worden. De drukke en kleurrijke markten van de stad weerspiegelen het landelijke verleden van Arusha, wat het gevolg is van de zeer vruchtbare gronden, een aangenaam klimaat en voldoende regenval. De huidige stad wordt in twee delen gescheiden door een vallei waarin de Naura rivier stroomt. In het westen bevindt zich het industriële gebied van de stad, de weg naar de grens met Kenia en de markt. In het oosten zijn de eerste klasse hotels, winkels, restaurants en safari organisators. Hier bevinden zich ook de artisanale winkels die Makonde snijwerk en plaatselijk handwerk verkopen.
Dar Es Salaam Het mooiste uitzicht krijgt men op Dar es Salaam wanneer men het bereikt vanuit de zee en parallel vaart met de witte zandstranden ten noorden van de stad waar toeristen hun tijd doorbrengen met zonnebaden, snorkelen of zwemmen naar de koraalriffen. Her en der staan alleenstaande hoge gebouwen met op de achtergrond het groene woud dat de stad omringt als een lage, golvende horizon. De Gotisch-Lutheraanse kerk; de witte torenspits van de rooms-katholieke St. Joseph’s Kathedraal vlak achter Sokoine Drive; het drie verdiepingen hoge, oude koloniale postkantoor; en de kampus van de nieuwe universiteit op Observatory Hill kunnen allemaal gemakkelijk herkend worden. Dar es Salaam heeft één van de mooiste natuurlijke havens ter wereld: Kurasani Creek. Hier liggen vrachtschepen, cargo boten en jachten voor anker in het diepe water waar zelfs de grootste dhows (Afrikaanse boot) zoals de 100 ton zware jahazis, kunnen aanmeren. Het was deze natuurlijke haven en zijn centrale ligging langs de OostAfrikaanse kust die verantwoordelijk was voor het ontstaan van Dar es Salami - dit is Swahili voor Haven van Rust - op het einde van de negentiende eeuw.
Zanzibar Zanzibar roept exotische beelden op van dhows, zeilschepen met op de achtergrond een ondergaande zon, Arabische huizen, een azuurblauwe zee en grote palmbomen die over en weer gaan op een warme tropische zeebries waarin een aroma van kruiden en frangipani bloemen vermengd is. Wie Zanzibar bezoekt zal merken dat dit ook zo is en dat het eiland zijn tropische, romantische reputatie alle eer aandoet. Beter bekend als het Spice Island (Kruideneiland) heeft dit langgerekte eiland door de eeuwen heen reizigers, handelaars, rovers en kolonisten aangetrokken. Assyriërs, Egyptenaren, Phoeniciërs, Indiërs, Chinezen, Maleiers, Perzen, Portugezen, Arabieren, Nederlanders en Britten hebben allen voet op de prachtige witte stranden van het eiland gezet en lieten allemaal een verschillend erfdeel achter.
TANZANIA Conservation Area, en in het bijzonder het Ndutu gebied, zijn de locatie waar de wildebeesten elk jaar kalveren. De wildebeesten komen meestal naar hier tijdens de korte regens op het einde van november/begin december, en blijven hier tot het einde van de lange regens, op het einde van mei. Dit is een fantastische periode om in de Serengeti te zijn. De grote kudden zijn dan wel niet aan het trekken maar het is geen uitzondering om kudden van 10.000 dieren te zien en de natuur is mooi groen. De beste periode is tijdens het kalfseizoen (einde januari/begin februari) wanneer dagelijks honderden, zelfs duizenden, kalveren worden geboren en overal roofdieren rondzwerven.
Mei-Juli De oorspronkelijke bewoners van het 1.660 km² grote eiland waren de Bantu, die waarschijnlijk vanuit het vasteland over een oude landbrug naar het eiland verhuisden. Later kwamen de Perziërs en Arabieren, daarna de Portugezen met Vasco de Gama, maar de geschiedenis van het eiland veranderde drastisch toen Sultan Sayyid Said van Oman naar Zanzibar verhuisde in 1840 en er de slavenhandel startte. Onder de heerschappij van de Sultan werd Zanzibar een verzamelplaats voor de slaven die ofwel in het binnenland werden verkocht als arbeiders op de plantages, ofwel per schip werden vervoerd om te dienen als bedienden overzee. Traditionele exportartikelen als ivoor, huiden, kruiden en porseleinlakken werden zo vervangen door een bloeiende mensenhandel. In het midden van de negentiende eeuw was Zanzibar de belangrijkste stad van Oost-Afrika waar jaarlijks 50.000 slaven werden verkocht op de plaatselijke markt. Hier kwam slechts een definitief einde aan in 1873 dankzij een overwinning van de Britse vloot op de toen heersende Sultan Sayyid Barghash. Bijna 100 jaar later, op 24 april 1964, werden Zanzibar, Pemba en Tanganyika één republiek onder de huidige naam Tanzania.
Stone Town Stone Town is het oude stadsdeel van Zanzibar. Tijdens een wandeling door de doolhof van smalle straatjes en doorgangen passeert men talrijke oude huizen, moskeeën, ornamentaal versierde paleizen, winkeltjes en bazaars. Vele van de oude huizen dateren uit de tijd van de 19de eeuwse slavernij. Vele huizen hebben mooi gedecoreerde deuren met koperen en houten kunstwerkjes.
Great Migration De jaarlijkse migratie van ongeveer 2 miljoen hoefdieren, voornamelijk wildebeesten maar ook vele zebra’s, Thomson’s gazellen, Grant’s gazellen en elanden – door het Serengeti National Park in Tanzania en naar/van het Maasai Mara Game Reserve in Kenia, is ontegensprekelijk een van de grootste spektakels in Afrika. Min of meer volgens de lokale regenval volgt de migratie elk jaar dezelfde voorspelbare route. Het is dus mogelijk om een safari te plannen rond deze periodes maar niet mogelijk om de exacte data te kennen wanneer deze grote kudden de rivieren zullen oversteken, wat toch ongetwijfeld het meest spectaculaire is van deze migratie. Belangrijk is daarom dat uw verblijf in het Serengeti National Park en Maasai Mara Game Reserve wordt voorzien in dat gebied waar naar alle waarschijnlijkheid, en volgens de normale verwachtingen, de grote kudden zich zullen bevinden.
December-April De uitgestrekte vlaktes ten zuidoosten van Seronera tot in de Ngorongoro
www.tww.be
Tegen het einde van april beginnen de wildebeesten en andere hoefdieren kudden te vormen om aan hun 800 kilometer tocht noordwaarts te beginnen. De start van deze migratie is afhankelijk van de start van de regens die tegenwoordig moeilijk lang op voorhand voorspelbaar zijn. Ergens tussen einde april en begin juni vertrekken dan meer dan 1 miljoen dieren in een colonne die soms meer dan 40 kilometer lang is. Het enige obstakel dat deze dieren tijdens hun lange toch zullen tegenkomen is de Grumeti rivier in de westelijke Serengeti die zij moeten oversteken. Dit gebeurt meestal ergens tussen half juni en begin juli. Het is dan en daar dat vele dieren zullen sterven wanneer ze gegrepen worden door de immens grote krokodillen die in deze rivier leven. Het kan dan ook twee weken duren tussen de aankomst van de eerste wildebeesten en het moment wanneer de oversteek van de rivier begint. Op dat moment zijn er al duizenden en duizenden wildebeesten aangekomen in de westelijke Serengeti.
Augustus-November Nadat het overgrote deel van de kudden de Grumeti rivier zijn overgestoken volgt er in augustus aan de Mara rivier een tweede oversteek naar het Maasai Mara Game Reserve in Kenia. Hieruit zou men kunnen concluderen dat er in de periode augustus tot oktober geen of weinig dieren te zien zijn in de Serengeti maar dat is helemaal niet waar. In realiteit zijn de helft van de wildebeesten in de noordwestelijke Serengeti gebleven en kan men, als men verblijft in een van de (duurdere) kampen en lodges in dat gebied, regelmatig kudden van 500 of meer dieren zien die de Mara rivier oversteken op zoek naar grazige gronden. Ergens tussen begin oktober en begin november steken de dieren dan een laatste keer de Mara rivier over en start de zuidwaartse migratie. Tegen het einde van november bereiken de grote kudden het Ndutu gebied in de zuidelijke Serengeti en begint de ganse cyclus opnieuw.
Nationale Parken en Reservaten De noordelijke parken van Tanzania (Lake Manyara National Park, Tarangire National Park, Ngorongoro Conservation Area en Serengeti National Park) zijn heel gemakkelijk te bezoeken en te combineren omdat ze niet ver van Arusha liggen en onderling op minder dan 2 uren van elkaar verwijderd zijn. Bij de samenstelling van de route van een safari moet wel rekening gehouden worden dat het niet mogelijk is om op een serieuze manier op 1 dag van Arusha naar de centrale of noordelijke Serengeti te rijden. Er is steeds een overnachting onderweg nodig in een van de andere parken. Tevens moet steeds rekening gehouden worden met de periode van het jaar wanneer de Serengeti bezocht wordt omdat de ‘Great Migration’ niet constant op dezelfde plaats verblijft. De zuidelijk parken (Selous Game Reserve, Katavi National Park, Ruaha National Park, enz.) liggen verder van elkaar en reizigers die in deze regio een safari wensen te maken vliegen best met kleine vliegtuigjes van het ene naar het andere park. Hier moet dan weer rekening gehouden worden met het regenseizoen omdat sommige kampen en lodges dan niet bereikbaar zijn.
73
TANZANIA Serengeti National Park Het Serengeti National Park heeft een oppervlakte van ongeveer 15.000 km² maar het Serengeti ecosysteem, waarin ook een aantal aangrenzende private wildreservaten zitten alsook het Maasai Mara Game Reserve in Kenia, is bijna dubbel zo groot. Dit is een van Afrika’s bekendste wildreservaten en vooral befaamd voor de jaarlijkse migratie van miljoenen wildebeesten, zebra’s en in mindere mate de verschillende soorten antilopen die hen volgen. De naam Serengeti is afkomstig van het Maasai woord ‘serengit’ wat ‘eindeloze vlakte’ betekent. Deze eindeloze vlakte met kort gras vindt men vooral terug in het zuidoosten van het reservaat. Het centrale, westelijke en noordelijke deel van de Serengeti is meer heuvelachtig met hier en daar granieten ‘koppies’ (een Afrikaans woord dat letterlijk ‘klein hoofd’ betekent) en kleine stroken acacia bosgrond. Geschat wordt dat er in het Serengeti ecosysteem meer dan 1,5 miljoen wildebeesten leven, alsook 400.000 tot 500.000 zebra’s, 250.000 Thomson’s gazellen, 70.000 impala’s, 50.000 topi’s, 30.000 Grant’s gazellen, 10.000 elanden, en nog vele andere dieren. Roofdieren zijn hier eveneens in groten getale aanwezig. Naar schatting veronderstelt men dat er 2.500 tot 3.000 leeuwen in dit gebied leven. Het is dan ook niet te verwonderen dat men tijdens 1 ochtend- of namiddagsafari soms 2 of 3 verschillende groepen leeuwen ziet. In de open grasvlaktes worden ook regelmatig jachtluipaarden gezien die van op een klein heuveltje op zoek zijn naar een prooi. Verder leven hier ook nog luipaarden, hyena’s, jakhalzen en kleinere katachtige. Het Serengeti National Park kan men in feite opsplitsen in 3 delen die, afhankelijk van de periode van het jaar, meer of minder interessant zijn om te bezoeken. In het Seronera gebied en de zuidelijke vlaktes vindt men het ganse jaar door vele dieren maar de beste periode is toch einde januari en februari omdat dan dagelijks honderden, zelfs duizenden, jonge wildebeesten worden geboren. Dit is de piekperiode om roofdieren te zien. Het Lobo gebied en de noordelijke Serengeti bezoekt men best tijdens de maanden september en oktober wanneer de ‘Great Migration’ vanuit Maasai Mara terugkeert naar de Serengeti. Dit gebied is meer heuvelachtig en hier vindt men dichtbegroeide acacia bossen afgewisseld met open vlaktes. In deze streek leven ook de meeste olifanten. De westelijke corridor is een smalle strook van de Serengeti die loopt van Seronera tot bijna aan Lake Victoria. De Grumeti en de Mbalageti rivieren zorgen ervoor dat hier meer bebossing is dan in het zuiden. Afhankelijk van de regen passeren de grote kudden van de ‘Great Migration’ hier meestal tussen mei en juli. De grootste attractie is wanneer deze kudden de Grumeti rivier oversteken waar een immens grote populatie krokodillen leeft.
Tarangire National Park Het Tarangire National Park is 2.850 km² groot en ligt op iets meer dan 100 kilometer van Arusha. De Tarangire rivier die het park doorkruist van noord naar zuid zorgt ervoor dat hier het ganse jaar door vele dieren te zien zijn. In tegenstelling met de Serengeti is dit park dichter begroeid en vooral opvallend is het vele olifantengras dat langs de oevers van de rivier groeit, de vele beboste gebieden en de grote baobab bomen die verspreid in het park staan. Tijdens het regenseizoen (maart tot mei) trekken vele dieren weg uit het park maar de rest van het jaar, vooral tussen juli en november, komen grote kudden dieren naar hier, aangetrokken door het water van de Tarangire rivier.
74
Naar schatting leven hier dan meer dan 25.000 wildebeesten, 30.000 zebra’s, 6.000 buffels, 2.700 giraffen en vele andere dieren. De olifantenpopulatie wordt geschat op meer dan 3.000 en het gebeurt dat men op 1 dag soms tot 500 olifanten tegenkomt tijdens zijn safari’s. Leeuwen en andere roofdieren zijn ook aanwezig maar moeilijker te vinden door de dichte begroeiing. Tarangire is eveneens een ideaal park voor vogelliefhebbers met ongeveer 500 verschillende soorten waaronder de bateleur arend, visarend, zadelbek ooievaar, geelbek ooievaar en vele andere watervogels. Heel mooi om te zien zijn de bonte babbelaar en de vuurkopbaardvogel.
Lake Manyara National Park Dit park met een oppervlakte van slechts 330 km² is een van de kleinere parken in Tanzania maar daarom niet minder interessant. De grazige vlaktes langsheen de oevers van het meer, de rotsachtige heuvels en de acacia bossen zorgen er voor dat hier een grote verscheidenheid aan dieren leeft. Zo kan men tijdens 1 safari zowel buffels, giraffen, bavianen, apen en verschillende soorten antilopen tegenkomen. De olifanten hier in het park zijn zeer relax en kan men soms heel dicht benaderen met een safari voertuig. Lake Manyara is ook befaamd voor zijn leeuwen die in de bomen kruipen. De reden waarom zij dit doen is tot op heden nog niet bekend. Verondersteld wordt dat zij dit doen om te ontsnappen aan de tsetse vliegen die hier rondzwermen. In andere parken zijn soms ook tsetse vliegen en daar kruipen de leeuwen niet in de bomen dus hierover bestaat twijfel. Een andere reden kan zijn dat zij dit doen om te genieten van de frisse bries die vanuit het meer komt of om beter te kunnen uitkijken naar een prooi. In elk geval leveren leeuwen in een boom steeds uitzonderlijke foto’s op.
Ngorongoro Conservation Area Ten oosten van het Serengeti National Park ligt de 8.292 km² grote Ngorongoro Crater Conservation Area met daarin de Ngorongoro Crater, ’s werelds grootste vulkanische krater, en een niet te missen natuurwonder tijdens een safari in Tanzania. De bodem van de krater is 260 km² groot en ligt 600 meter lager dan de nog volledig intacte kraterwand. Dit is een van de weinige plaatsen waar men een gans jaar door op relatief korte tijd zulke grote concentraties aan dieren kan zien. Niet enkele leven hier de ‘Big Five’ (leeuw, buffel, olifant, neushoorn en luipaard) maar zijn er ook grote concentraties van wildebeesten en zebra’s. Verder kan men hier onder andere tsessebe antilopen, waterbokken, bosbokken en elanden zien. Een bijzondere attractie in de krater zijn de leeuwen die helemaal niet schuw zijn en soms tot heel kort bij de safari voertuigen komen. Belangrijk om weten is dat elk safari voertuig, volgens de reglementen van de NCA, niet langer dan 6 uren mag afdalen in de krater. Dit om een te grote drukte van voertuigen in de krater te vermijden. Buiten het
TANZANIA hoogseizoen staat men soms toe om langer in de krater te blijven maar dit hangt af van de goodwill van de parkwachters. Aan te raden is om steeds zo vroeg mogelijk af te dalen om de grote drukte te vermijden, een picknick ontbijt mee te nemen, en dan te hopen dat het wordt toegestaan om enkele uren langer beneden te blijven.
Arusha National Park en Mount Meru Op ongeveer 45 minuten rijden van Arusha ligt het 542 km² grote Arusha National Park. Hoewel dit park een zeer mooie natuur heeft wordt het weinig bezocht omdat het wildleven er niet zo sensationeel is als in de andere parken. Dit park wordt veelal bezocht door reizigers die langere tijd in Tanzania verblijven en een daguitstap vanuit Arusha willen maken of door actievelingen die Mount Meru willen beklimmen.
Peak, het hoogste punt van de berg. Dit is mogelijk via verschillende routes zoals de Machame Route, Marangu Route, Shira Route, Mweka Route en Rongai Route. De Marangu Route is de meest populaire route omdat ze het minst moeilijke is, betere faciliteiten heeft onderweg en ook het goedkoopste is. Toch moet men nog steeds rekenen op een budget van meer dan 1.000 Euro per persoon voor een 6-daagse trektocht.
Selous Game Reserve
Met een hoogte van 5.895 meter is Mount Kilimanjaro de hoogste berg van Afrika en tijdens de weinige periodes dat zijn met sneeuw bedekte toppen niet in de wolken zijn verborgen, is hij een van de meest adembenemende vergezichten op het continent.
Het 45.000 km² grote Selous Game Reserve is Afrika’s grootste wildreservaat en 50% groter dan België. Hier leven meer dan 70.000 olifanten, 100.000 wildebeesten, 40.000 nijlpaarden, 120.000 tot 150.000 buffels en minstens 4.000 leeuwen. Slechts 5% (+/- 1.000 km²) van de totale oppervlakte van het Selous Game Reserve is voorbehouden voor toeristische safari’s. Dit wil echter niet zeggen dat men tijdens zijn safari constant andere voertuigen tegen zal komen want er zijn in dit gebied slechts een vijftal kleine kampen en jaarlijks bezoeken ongeveer 5.000 toeristen dit gebied. Het is dus best mogelijk om een safari te maken zonder een ander voertuig tegen te komen. Het gebied waar de safari kampen zich bevinden heeft een prachtige, groene natuur dankzij de kronkelende Rufiji rivier en de 5 meren die onderling met elkaar, en met de rivier, zijn verbonden door kleine stroompjes. Het is hier dat de meeste dieren zich ophouden en tijdens een safari ziet men dan ook een grote verscheidenheid aan antilopen alsook olifanten, giraffen, zebra’s. Tevens is de kans op het zien van leeuwen zeer groot omdat deze zich in het Selous Game Reserve meestal ophouden op korte afstand van de oevers van de meren. Daar wachten ze in de schaduw gewoon tot een prooi dicht genoeg komt om te vangen.
Mount Kilimanjaro heeft 5 verschillende vegetatie zones: de landbouwgronden op de lagere hellingen, het woud, de heidegronden, het Alpijns landschap en de desolate en koude bergtop. Dagelijks vertrekken tientallen reizigers voor een trektocht naar Uhuru
Een populaire activiteit in Selous zijn boottochten op de Rufiji rivier. Terwijl de boot langs krokodillen en nijlpaarden vaart, is er veel kans dat men op de oever olifanten, giraffen, of buffels ziet die komen drinken. Onvergetelijk zijn ook dat vele kleurrijke vogels die men ziet tijdens een
Mount Meru was oorspronkelijk even hoog als Mount Kilimanjaro tot ongeveer 250.000 jaar geleden een vulkanische uitbarsting het oostelijke deel vernielde. De berg is nu, met zijn 4.566 meter, de vijfde hoogste berg van Afrika. Beklimmingen zijn mogelijk in 2 dagen maar aangeraden wordt om dit te doen in 3 dagen omdat men dan beter van de natuur en omgeving kan genieten.
Mount Kilimanjaro National Park
www.tww.be
75
TANZANIA boottocht. Geelbek ooievaars, witkruin kieviten, malachiet ijsvogels, Afrikaanse visarenden, enz. De meeste kampen in het Selous Game Reserve bieden wandelsafari’s aan. Deze worden in de voor- of namiddag gedaan en de kans op een ontmoeting onderweg met olifanten, leeuwen of buffels is groot. Wie het wat avontuurlijk wil, kan ook deelnemen aan een wandelsafari van 2 dagen waarbij onderweg een ‘fly-camping’ voorzien is. Dit houdt in dat men aan de over van het meer overnacht onder een muskietengaas.
Ruaha National Park Met een oppervlakte van 20.300 km² is het Ruaha National Park het grootste nationale park van Tanzania. Het park heeft een zeer warm, droog klimaat en de jaarlijkse regen, bijna 500 millimeter, valt steeds tussen oktober en mei. In die periode zijn vele wegen in het park onberijdbaar. De grootste variëteit aan vogels ziet men tussen december en april. De beste periode om wild te zien is van mei tot oktober maar de natuur is wel veel groener en mooier van januari tot juni. Impala’s, waterbokken, bosbokken, buffels, giraffen en zebra’s ziet men tijdens elke safari meestal verschillende keren. De kans bestaat echter dat men ook meer zeldzame antiloopsoorten ontmoet zoals de koedoe, Grant’s gazelle, Roan antiloop en sabelantiloop. Naar schatting leven er in Ruaha ongeveer 12.000 olifanten. De leeuwentroepen kunnen hier zeer groot zijn en tellen soms tot 20 dieren. Luipaarden en jachtluipaarden worden regelmatig gezien, net als wilde honden. Ook de vogelliefhebber komt hier aan zijn trekken met meer dan 450 verschillende vogelsoorten waaronder de zwartkraagapapornis (love bird), kuifbaardvogel en de Bateleur arend.
Katavi National Park ‘Afrika zoals het 200 jaar geleden was’, het beste nationale park in OostAfrika’, safari’s zoals ze 30 jaar geleden waren’, … Dit is hoe het Katavi National Park beschreven wordt door hen die het bezocht hebben. Katavi (4.500 km²) is dan ook een nationaal park voor reizigers die van de echte wildernis houden. Moeilijk te bereiken, wegen die niet al te best zijn, maar een safari ervaring zoals er weinig te vinden zijn in Afrika. Katavi is een typisch droogseizoen reservaat. Tijdens de regen, van einde november tot april, trekt het wild zich terug in de beboste gebieden en is het zeer moeilijk om goede safari’s te maken. Vooral ook omdat er dan veel muskieten rondvliegen en de wegen zeer slecht zijn. In het droge seizoen echter, vooral tussen augustus en november, vindt men kudden van soms wel 1.000 buffels op de open vlaktes tussen de Katuma en Kapapa rivieren. Ook olifanten, zebra’s, giraffen en vele antilopen komen hier dan eten van het hoge, gele gras. Het is dan ook niet te verwonderen dat hier constant leeuwen en andere roofdieren worden waargenomen. Een uitzonderlijke attractie tijdens het droge seizoen in het Katavi National Park zijn de krokodillen en nijlpaarden. De krokodillen zijn hier uitzonderlijk groot en maken holen in de droge rivierbeddingen om zich te kunnen verschuilen tegen de gloeiende hittestralen. Omdat de rivieren droog staan worden de weinige plaatsen waar nog wat modder is, ingenomen door honderden nijlpaarden die op en onder elkaar liggen en constant vechten om het beste plaatsje. Zadelbek ooievaars, pelikanen, Afrikaanse lepelaars, reigers en plevieren zijn enkele van de grotere watervogels die hier te zien zijn. Hoog in de lucht ziet men regelmatig visarenden, bateleur arenden en witrug gieren. Dichter bij en in de beboste gebieden ziet men kleine bijeneters, neushoornvogels, vorkstaartscharrelaars, oranje bosklauwieren, enz.
76
Mikumi National Park Het Mikumi National Park is 3.230 km² groot en bestaat uit vlakke open grasvlaktes en beboste heuvels geflankeerd door het Uluguru gebergte in het noorden en de Udzungwa bergen in het zuiden. De weinige kampen in het park liggen in het noordelijke deel waar dan ook alle safari’s plaatsvinden. Dit zou in de toekomst kunnen veranderen want er zijn plannen om een nieuwe weg door de zuidelijke heuvels aan te leggen. Niet enkel kan men dan ook daar op safari gaan, maar kan men op een zeer gemakkelijke manier een safari in Mikumi combineren met een safari in het aangrenzende Selous Game Reserve. Karakteristiek voor de grasvlaktes van Mikumi zijn de grote kuddes zebra’s, wildebeesten, buffels en impala’s. In de buurt van de acacia bomen vindt men steeds giraffen en olifanten. Leeuwen en hyena’s worden regelmatig gezien. In het park leven meer dan 400 verschillende vogelsoorten.
Mahale Mountains National Park Het is ver afgelegen en moeilijk bereikbaar, maar toch is het Mahale Mountains National Park een van de mooiste parken van Afrika. Het kristalheldere water en de verlaten zandstranden van Lake Tanganyika steken schril af tegen de beboste hellingen van het Mahale gebergte. Dit deel van de Grote Rift Vallei rijst steil omhoog van de oevers van het meer tot de top van Nkungwe Peak met een hoogte van 2.462 meter. Hier gaat men niet zo zeer naartoe om de gewone zoogdieren te zien dan wel om chimpansees en andere primaten te zien. Naar het einde van het droge seizoen, van juli tot oktober, bestaat er meer en meer kans dat men tijdens een wandelsafari midden in een troep chimpansees terecht komt omdat zij dan vertoeven op de lagere hellingen van het gebergte. Er leven nog acht andere primatensoorten in Mahale waarvan er vijf regelmatig worden gezien. Deze zijn de gele baviaan, rode colobus, blauwe aap, roodstaart aap en vervet aap.
ALGEMENE VOORWAARDEN GESCHILLENCOMMISSIE REIZEN vzw Artikel 1 Toepassingsgebied
Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op de contracten tot reisorganisatie en reis- bemiddeling zoals verstaan onder de Belgische wet van 16 februari 1994 tot regeling van het contract tot reisorganisatie en reisbemiddeling.
Artikel 2 Promotie
1. De gegevens in de reisbrochure binden de reisorganisator of de reis bemiddelaar die de brochure hebben uitgegeven, tenzij: a) wijzigingen in deze gegevens duidelijk, schriftelijk en vóór het afsluiten van het contract ter kennis van de reiziger zijn gebracht; de brochure moet daarvan uitdruk- kelijk melding maken; b) er zich naderhand wijzigingen voordoen ingevolge een schriftelijk akkoord tussen partijen bij het contract. 2. De reisorganisator en/of reisbemiddelaar kan voor bepaalde of onbe paalde duur het geheel of een gedeelte van zijn reispromotie schrappen.
Artikel 3 Informatie vanwege de reisorganisator en/of reisbemiddelaar
De reisorganisator en / of reisbemiddelaar zijn verplicht: 1. vóór het sluiten van het contract tot reisorganisatie of tot reisbemiddeling aan de reizigers schriftelijk mede te delen: a) de algemene informatie betreffende paspoorten en visa en de formaliteiten op gebied van gezondheidszorg die voor de reis en verblijf noodzakelijk zijn, opdat de reizigers de nodige documenten in orde zouden kunnen brengen. Reizigers van niet- Bel gische nationaliteit moeten bij de betrokken ambassade(s) of consulaat(aten) informeren welke administratieve formaliteiten zij moeten vervullen; b) informatie over het aangaan en de inhoud van een annulering- en/of bijstandsverzekering; c) de algemene en bijzondere voorwaarden van toepassing op de contracten. 2. ten laatste 7 kalenderdagen voor de vertrekdatum, volgende inlichtingen aan de reizigers schriftelijk te verstrekken: a) dienstregelingen en tussenstops en aansluitingen alsook, indien mogelijk, de door de reiziger in te nemen plaats; b) naam, adres, telefoon-, faxnummer en/of e-mail adres van hetzij de plaatselijke vertegenwoordiging van de reisorganisator en/ of -bemiddelaar, hetzij de plaatselijke in- stanties die de reiziger bij moeilijkheden kunnen helpen, hetzij rechtstreeks de reis bemiddelaar of de reisorganisator. c) Voor reizen en verblijven van minderjarigen in het buitenland, de informatie waar- door rechtstreeks contact mogelijk is met het kind of met de persoon die ter plaatse voor diens verblijf verantwoordelijk is. De hierboven vermelde termijn van 7 kalenderdagen is niet van toepassing in geval van laattijdig gesloten contract.
Artikel 4 Informatie vanwege de reiziger
De reiziger moet de reisorganisator en/of reisbemiddelaar alle nuttige inlichtingen verstrekken die hem uitdrukkelijk gevraagd worden of die redelijkerwijze een invloed kunnen hebben op het goede verloop van de reis. Wanneer de reiziger verkeerde inlichtingen verstrekt en dit tot extra kosten leidt voor de reis- organisator en/of reisbemiddelaar, mogen die kosten in rekening worden gebracht.
Artikel 5 Tot standkomen van het contract
1. Bij het boeken van de reis zijn de reisbemiddelaar of -organisator ertoe gehouden een bestelbon aan de reiziger te overhandigen conform de wet. 2. Het contract tot reisorganisatie ontstaat op het ogenblik dat de reiziger, al dan niet via de namens de reisorganisator optredende reisbemiddelaar, van de reisorganisator de schrifte- lijke bevestiging van de geboekte reis ontvangt. Wijkt de inhoud van de bestelbon af van die van de reisbevestiging of gebeurt de bevestiging niet binnen uiterlijk 21 dagen na de ondertekening van de bestelbon, dan mag de rei- ziger ervan uitgaan dat de reis niet werd geboekt en heeft de reiziger recht op de onmiddellijke terugbetaling van alle reeds betaalde bedragen.
Artikel 6 De Prijs
1. De in het contract overeengekomen prijs kan niet worden herzien, tenzij dit uitdrukkelijk in het contract is voorzien samen met de precieze berekeningswijze ervan, en voor zover de herziening het gevolg is van een wijziging in : a) de op de reis toegepaste wisselkoersen en/of b) de vervoerskosten, met inbegrip van de brandstofkosten en/of c)de voor bepaalde diensten verschuldigde heffingen en belastingen. Er moet dan wel aan de voorwaarde worden voldaan dat bedoelde wijzigingen ook aanleiding zullen geven tot een verlaging van de prijs. 2. De in het contract vastgestelde prijs mag in geen geval worden verhoogd binnen de 20 kalenderdagen die de dag van het vertrek voorafgaan. 3. Zo de verhoging 10 % van de totaalprijs te boven gaat, kan de reiziger het contract zonder vergoeding verbreken. In dit geval heeft de reiziger recht op onmiddellijke terugbetaling van al de bedragen die hij aan de reisorganisator heeft betaald.
Artikel 7 Betaling van de reissom 1. 2. 3.
Behalve uitdrukkelijk anders overeengekomen, betaalt de reiziger, bij de ondertekening van de bestelbon, als voorschot, een gedeelte van de globale of totale reissom zoals in de bijzondere reisvoorwaarden bepaald. Indien de reiziger, nadat hij vooraf in gebreke werd gesteld, nalaat het voorschot of de reissom te betalen die van hem wordt geëist, zal de reisorganisator en/of reisbemiddelaar het recht hebben de overeenkomst met de reiziger van rechtswege te beëindigen, met de kosten ten laste van de reiziger. Behalve indien op de bestelbon anders wordt overeengekomen, betaalt de reiziger het saldo van de prijs uiterlijk 1 maand vóór de vertrekdatum, en op voorwaarde dat hem vooraf of tezelfdertijd de schriftelijke reisbevestiging en/of reisdocumenten bezorgd worden.
Uitgiftedatum: februari 2013
Artikel 8 Overdraagbaarheid van de boeking 1. 2.
De reiziger kan, vóór de aanvang van de reis, zijn reis overdragen aan een derde, die wel moet voldoen aan alle voorwaarden van het contract tot reisorganisatie. De overdrager dient tijdig vóór het vertrek de reisorganisator en, in voorkomend geval, de reisbemiddelaar, van deze overdracht op de hoogte te brengen. De overdragende reiziger en de overnemer zijn hoofdelijk gehouden tot de betaling van de totale prijs van de reis en de kosten van de overdracht.
Artikel 9 Andere wijzigingen door de reiziger
Vraagt de reiziger om een andere wijziging, dan mag de reisorganisator en/ of de -bemiddelaar alle kosten aanrekenen die daardoor worden veroorzaakt.
Artikel 10 Wijziging door de reisorganisator vóór de afreis 1. 2. 3. 4.
Indien, vóór de aanvang van de reis, één van de wezenlijke punten van het contract niet kan worden uitgevoerd, dient de reisorganisator de reiziger zo spoedig mogelijk, en in elk geval vóór de afreis, daarvan op de hoogte te brengen en hem in te lichten over de mogelijkheid het contract te verbreken zonder kosten, tenzij hij de door de reisorganisator voorgestelde wijziging aanvaardt. De reiziger dient zo spoedig mogelijk, en in elk geval vóór de afreis, de reisbemiddelaar of reisorganisator van zijn beslissing in kennis te stellen. Zo de reiziger de wijziging aanvaardt, dient er een nieuw contract of een bijvoegsel bij het contract te worden opgesteld waarin de aangebrachte wijzigingen en de invloed daarvan op de prijs worden meegedeeld. Zo de reiziger de wijziging niet aanvaardt, mag hij de toepassing vragen van artikel 11.
Artikel 11 Verbreking door de reisorganisator vóór afreis
1. Indien de reisorganisator, vóór de aanvang van de reis, het contract verbreekt wegens een niet aan de reiziger toe te rekenen omstandigheid, heeft de reiziger de keuze tussen: a) ofwel de aanvaarding van een nieuw aanbod van een reis van gelijke of betere kwaliteit, zonder dat hij een supplement dient te betalen: zo de reis die ter vervanging wordt aangeboden van mindere kwaliteit is, moet de reisorganisator het verschil in prijs zo spoedig mogelijk terug betalen. b) ofwel de terugbetaling, zo spoedig mogelijk, van alle door hem op grond van het contract betaalde bedragen. 2. De reiziger kan eveneens, in voorkomend geval, aanspraak maken op een schadeloosstelling voor het niet-uitvoeren van het contract, tenzij: a) de reisorganisator de reis annuleert omdat het minimum aantal reizigers, voorzien in het contract en nodig voor de uitvoering van de reis, niet werd bereikt en de reiziger, binnen de in het contract voorziene termijn en ten minste 15 kalenderdagen vóór de vertrekdatum hiervan schriftelijk op de hoogte werd gebracht; b) de annulering het gevolg is van overmacht, waaronder overboeken niet is inbegrepen. Onder overmacht wordt verstaan abnormale en onvoorzienbare omstandigheden die onafhankelijk zijn van de wil van diegene die zich erop beroept en waarvan de gevolgen ondanks alle voorzorgsmaatregelen niet konden worden vermeden.
Artikel 12 Gehele of gedeeltelijke niet-uitvoering van de reis
1. Indien tijdens de reis blijkt dat een belangrijk deel van de diensten waarop het contract betrekking heeft, niet zal kunnen worden uitgevoerd, neemt de reisorganisator alle nodige maatregelen om de reiziger passende en kosteloze alternatieven aan te bieden met het oog op de voortzetting van de reis. 2. Zo er een verschil is tussen de voorgenomen en de daadwerkelijk verleende diensten, stelt hij de reiziger schadeloos ten belope van dit verschil. 3. Indien dergelijke regeling onmogelijk blijkt of indien de reiziger deze alternatieven om deugdelijke redenen niet aanvaardt, moet de reisorganisator hem een gelijkwaardig ver- voermiddel ter beschikking stellen dat hem terugbrengt naar de plaats van het vertrek, en, in voorkomend geval, de reiziger schadeloos stellen.
Artikel 13 Verbreking door de reiziger
De reiziger kan te allen tijde het contract geheel of gedeeltelijk verbreken. Indien de reiziger het contract verbreekt wegens een aan hem toe te rekenen omstandigheid, vergoedt hij de schade die de reisorganisator en / of -bemiddelaar lijden ten gevolge van de verbreking. De schadevergoeding kan forfaitair bepaald worden in de bijzondere voorwaarden of in het reisprogramma, maar mag ten hoogste éénmaal de prijs van de reis bedragen.
Artikel 14 Aansprakelijkheid van de reisorganisator
1. De reisorganisator is aansprakelijk voor de goede uitvoering van het contract, overeenkomstig de verwachtingen die de reiziger op grond van de bepalingen van het contract tot reisorganisatie redelijkerwijs mag hebben, en voor de uit het contract voortvloeiende ver- plichtingen, ongeacht of deze verplichtingen zijn uit te voeren door hem zelf dan wel door andere verstrekkers van diensten en zulks onverminderd het recht van de reisorganisator om deze andere verstrekkers van diensten aan te spreken. 2. De reisorganisator is voor de daden van nalatigheid van zijn aangestelden en vertegenwoordigers, handelend in de uitoefening van hun functie, evenzeer aansprakelijk als voor zijn eigen daden en nalatigheden. 3. Indien een internationaal verdrag van toepassing is op een in het contract tot reisorganisatie inbegrepen dienst, wordt de aansprakelijkheid van de reisorganisator overeenkomstig dat verdrag uitgesloten of beperkt. 4. Voor zover de reisorganisator niet zelf de in het reiscontract voorziene diensten verleent, wordt zijn aansprakelijkheid voor stoffelijke schade en de vergoeding van de derving van het reisgenot samen beperkt tot twee maal de reissom. 5. Voor het overige zijn de artikelen 18 en 19 van de wet van 16 februari 1994 van toepassing.
Artikel 15 Aansprakelijkheid van de reiziger
De reiziger is aansprakelijk voor de schade die de reisorganisator en/of -bemiddelaar, hun aangestelden en / of hun vertegenwoordigers door zijn fout oplopen, of wanneer hij zijn con- tractuele verplichtingen niet is nagekomen.
De fout wordt volgens het normale gedrag van een reiziger beoordeeld.
Artikel 16 klachtenregeling 1. 2. 3.
Vóór de afreis: Indien de reiziger een klacht heeft voor de afreis moet hij deze zo snel mogelijk per aangetekend schrijven of tegen ontvangstbewijs indienen bij de reisbemiddelaar en/of reisor- ganisator. Tijdens de reis: Klachten tijdens de uitvoering van het contract moet de reiziger zo spoedig mogelijk ter plaatse, op een gepaste en bewijskrachtige manier, melden, zodat naar een oplossing kan worden gezocht. Daarvoor moet hij zich - in deze volgorde - wenden tot een vertegenwoordiger van de reisorganisator, of een vertegenwoordiger van de reisbemiddelaar of rechtstreeks tot de reisbemiddelaar, of ten slotte rechtstreeks tot de reisorganisator. Na de reis: Werd een klacht ter plaatse niet bevredigend opgelost of kon de reiziger onmogelijk ter plaatse een klacht formuleren, dan moet hij uiterlijk één maand na het einde van de reis- overeenkomst bij de reisbemiddelaar of anders bij de reisorganisator per aangetekend schrijven of tegen ontvangstbewijs een klacht indienen.
Artikel 17 Verzoeningsprocedure
1. Ingeval van betwisting moeten de partijen eerst onderling een minnelijke regeling nastreven. 2. Mislukt deze poging tot minnelijke regeling binnen een termijn van 1 tot 3 maanden, dan kan elk van de betrokken partijen aan het secretariaat van de Cel Verzoening van de vzw Geschillencommissie Reizen vragen om een verzoeningsprocedure op te starten. Alle partijen dienen ermee in te stemmen. 3. Hiertoe zal het secretariaat aan de partijen een informatiebrochure, een verzoeningsreglement en een “overeenkomst tot verzoening” bezorgen. Zodra de betrok- ken partijen deze overeenkomst (gezamenlijk of afzonderlijk) hebben ingevuld en ondertekend, en zodra elke partij een bedrag van 50 euro heeft betaald, zal de verzoeningsprocedure opgestart worden. 4. Overeenkomstig de in het reglement beschreven eenvoudige procedure, zal een onpartijdige verzoener daarna contact opnemen met de partijen teneinde een billijke verzoening tussen de partijen na te streven. 5. Het eventueel bereikte akkoord zal in een bindende schriftelijke overeen komst vastgelegd worden. Secretariaat van de “Cel verzoening”: telefoon: 02 277 61 80 fax: 02 277 91 00 e-mail:
[email protected]
Artikel 18 Arbitrage of Rechtbank
1. Wordt geen verzoeningsprocedure ingesteld of mislukt deze, dan heeft de eisende partij in principe de keuze tussen een procedure voor de gewone rechtbank of een arbitrageprocedure voor de Geschillencommissie Reizen. 2. Voor de geëiste bedragen vanaf 1250 euro kan elke verwerende partij via aangetekende brief aan de eiser een arbitrageprocedure weigeren. Zij beschikt hiervoor over een termijn van 10 kalenderdagen na ontvangst van de aangetekende brief waarin wordt aangegeven dat een dossier met een vordering vanaf 1250 EUR werd geopend bij de Geschillen commissie Reizen Onder de 1250 euro staat de mogelijkheid om de arbitrageprocedure te weigeren enkel open voor de reiziger. 3. Deze arbitrageprocedure wordt geregeld door een geschillenreglement, en kan slechts worden opgestart nadat binnen een periode van 4 maanden volgend op het (voorziene) einde van de reis (of eventueel vanaf de prestatie die aanleiding gaf tot het geschil) geen minnelijke regeling kon worden bereikt. Geschillen m.b.t. licha- melijke letsels kunnen enkel door de rechtbanken beslecht worden. 4. Het paritair samengesteld arbitraal college doet, overeenkomstig het geschillenreglement, op een bindende en definitieve wijze uitspraak over het reisgeschil. Hiertegen is geen beroep mogelijk. Secretariaat van het arbitraal college, en algemeen secretariaat van de Geschillencommissie Reizen: - telefoon: 02 277 62 15 (9u tot 12 u) - fax: 02 277 91 00 - Koning Albert II laan 16, 1000 Brussel - e-mail:
[email protected]
BIJZONDERE VOORWAARDEN
1. Annulering en wijzigingen door de reiziger De annuleringsvoorwaarden, bedoeld in artikel 13, zijn forfaitair en als volgt bepaald: - voor een annulatie meer dan 30 dagen voor vertrek: 25% van de totale reissom met een minimum van 125 Eur. per persoon; - voor een annulatie vanaf 29 dagen tot en met 15 dagen voor de afreis: 50% van de totale reissom met een minimum van 250 Eur. per persoon; - voor een annulatie vanaf 14 dagen voor vertrek of in geval van niet aanmelding bij vertrek: 100% van de totale reissom per persoon. Indien een hotel, vervoermaatschappij of buitenlandse leverancier van diensten, hogere annulatiekosten aanrekent dan de hierboven vermelde forfaitare percentages, dan worden steeds de hoogste annulatiekosten aangerekend. 2. Wijzigingen aan een geboekte reis worden aanvaard mits betaling van onderstaande kosten, naast de normale prijsaanpassing: - tot 30 dagen voor vertrek: 25 Eur. per persoon - minder dan 30 dagen voor vertrek: 60 Eur. per persoon 3. Afzonderlijke reservaties voor accommodatie, wagenhuur en /of vliegtuig ticketten voor bedragen minder dan 1.000 Eur. worden aanvaard mits betaling van 25 Eur. dossierskosten. 4. Tenzij anders vermeld zijn alle prijzen en informatie in deze brochure geldig voor vertrekken tussen 15 maart 2013 tot en met 15 oktober 2013.
AMERIKA-CANADA U wil naar Amerika of Canada, maar wil uw reis enkel laten organiseren door een reisorganisator met vakkennis. Vraag dan snel onze gratis Amerika-Canada folder aan en neem een kijkje op onze website. U zal dan merken dat u reist met een organisatie die alles voor u tot in de puntjes zal verzorgen. Op onze website vindt u onder andere begeleide rondreizen, verschillende fly,drive and lodging programma’s en mogelijkheden om Amerika of Canada met een motorhome te bezoeken.
ZE NV
H
IL L
ZW
Het mooiste van Noord-Amerika en Canada wordt u aangeboden door TRAVEL WORLDWIDE
C GES
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER : J. ROELANTS VERG. A5129 - DRUK EN LAY-OUT DRUKKERIJ BINST 02/269.50.80
Amerika Canada
EI EN KOMMISSIE R