Diplomaplicht in het bedrijfsvoeringsmodel. In de huidige consultatie gaat het CDFD uit van het voorstel van het ministerie om een diplomaplicht voor alle adviseurs in te voeren, mede ten behoeve van een level playing field tussen grote en kleine ondernemingen. De Rabobank stelt de klant en haar behoeften centraal. Het bedrijfsvoeringsmodel is ingericht voor realisatie en borging van de vakbekwaamheid om aan de klantbehoeften te kunnen voldoen. Daarmee maken we onderscheid tussen diplomaplicht in het bedrijfsvoeringsmodel en diplomamodel. Vanuit de optiek dat het bedrijfsvoeringsmodel haar geldigheid niet verliest, zijn wij verheugd met de ontwikkelingen die het CDFD in haar consultatienota over de modulaire structuur van de Wft heeft ingezet. De klanten van de financiële sector en de sector zelf hebben baat bij de professionaliteit van de beroepsgroep. Het denken in competenties in het algemeen en beroepskwalificaties in het bijzonder levert een waardevolle uitbreiding van de huidige - primair kennisgedreven - toets- en eindtermen naar vaardigheden, houding en gedrag. De toets- en eindtermen van de Wft vormen voor de Rabobank de input voor de inrichting van het bedrijfsvoeringsmodel. Dat gebeurt in opleidingen en trainingen, maar ook door borging in processen, procedures en systemen, interne audits en klantonderzoeken. Vanuit het open-norm karakter van het bedrijfsvoeringsmodel vertrouwen wij erop dat dit ook bij de nieuwe modulaire structuur zo zal gelden: de toets- en eindtermen vormen de leidraad, de wijze van borging ligt in onze bedrijfsvoering én in opleiding (en niet in opleiding alleen). De Rabobank praktijk Zowel Rabobank Nederland als de lokale banken hebben een belangrijke rol bij het vormgeven van vakbekwaamheid in de praktijk. De afbeelding hieronder geeft aan wie waarvoor verantwoordelijk is. Rabobank Nederland zorgt voor opleidingsprogramma’s die de vakbekwaamheid borgen in samenhang met processen en systemen. Opleidingsprogramma’s voor medewerkers en leidinggevenden integreren hierbij verschillende interne en externe ontwikkelingen waardoor de medewerker voortdurend bezig is met de ontwikkeling van zijn vakbekwaamheid. Lokale banken zorgen ervoor dat medewerkers vakbekwaam worden en blijven. Leidinggevenden, Human Resources, Control en medewerkers op lokale banken hebben hierin allemaal hun eigen verantwoordelijkheid en rol.
Het voorstel WFT-modulestructuur Op de vorige pagina hebben we u een bondig beeld geschetst van de wijze waarop het bedrijfsvoeringsmodel en de borging van vakbekwaamheid binnen de Rabobank georganiseerd is. In dit deel reageren we inhoudelijk op uw voorstel vanuit het perspectief van onze bancaire operatie met het bedrijfsvoeringsmodel als kader. Advies – de definitie In het voorstel maakt u onderscheid welke personen al dan niet onder de beschreven beroepskwalificaties vallen. Een duidelijke definitie die het onderscheid van informeren, bemiddelen en adviseren duidt ontbreekt echter. Hierdoor is het voor ons niet duidelijk welke dienstverlening onder de Wft valt en welke niet en wat de exacte impact op ons bedrijf, onze branche en klanten is. In het vervolgtraject verzoeken wij u dringend een eensluidende definitie van advies op te stellen die geldt voor de gehele sector.
Inhoud en structuur van de beroepskwalificaties De inhoud van de voorgestelde modulestructuur sluit op meerdere aspecten niet aan op de praktijk van het bankwezen en is meer geënt op de werkwijze binnen het intermediair. Indien deze structuur onaangepast het uitgangspunt gaat worden voor deskundigheid binnen de sector dan leidt dit niet tot een betere klantbediening en bovendien tot een grote lastenverzwaring voor banken en incl. de Rabobank. Scheiding zakelijk – particulier Zo worden de particuliere en kleinzakelijke markt steeds in één adem genoemd. Echter klanten in de kleinzakelijke en zakelijke markt hebben duidelijk andere kenmerken en adviesbehoeften dan particuliere klanten, vandaar dat wij deze klantgroepen in eigen segmenten hebben ingedeeld om ze optimaal te kunnen bedienen. Tevens is de omschrijving van het segment “Kleinbedrijf” erg ruim (jaaromzet < 10 mio. / 50 medewerkers). De adviesbehoefte binnen dit segment varieert enorm, afhankelijk van de complexiteit van organisaties. Het opnemen van zowel zakelijke klanten/bedrijven als particuliere klanten in dezelfde modules (te weten: schadeverzekeringen en inkomen) maakt dat het voorgestelde model niet of lastig toepasbaar is in de bancaire sector. In deze sector worden elementen die bedrijven betreffen en elementen die particulieren betreffen, niet door dezelfde functionarissen uitgevoerd. Opnemen van deze elementen in één module zorgt voor extra studielasten en daarmee –kosten: een ontwikkeling waar ook de klant niet mee geholpen is. Opleidingsniveau en denk- en werkniveau In het voorstel wordt gesproken over EQF 5 niveau (hbo denk- en werkniveau). Een groot deel van de medewerkers die contact heeft met klanten en adviseert over enkelvoudige klantbehoeften heeft een mbo denk- en werkniveau. Door een verzwaring van de vakbekwaamheidseisen ontstaat er een mismatch met de bancaire praktijk.
Een groot deel van onze populatie (meer dan 6.000 FTE), opereert op MBO denk- en werkniveau. Dit niveau is afgestemd op de werkzaamheden: het beantwoorden van eenvoudige klantvragen inclusief doorverwijzen voor complex advies. Dit betreffen in het particuliere en kleinzakelijke segment van onze organisatie de verkoop- en service adviseurs. Deze medewerkers verlenen service, verkopen enkelvoudige producten (en beperkt meervoudige) en verlenen advies over producten waarbij de klant geen risico loopt. Wij verwachten van onze MBO-medewerkers dat zij in staat zijn tot een brede inventarisatie om zo het werkproces van de – op HBO denk- en werkniveau opererende – adviseur te optimaliseren. Om verschillende redenen is de Rabobank organisatie gebaat om de studielast van onze eerstelijns populatie op MBO niveau te behouden. Die redenen zijn enerzijds moreel, ethisch: wij verlangen dat onze bankorganisatie een afspiegeling is van de samenleving. Zware opleidingseisen zouden moeten gelden voor het gebied waar de klant risico loopt, namelijk integraal complex advies. Vanuit deze optiek zou het niet passend zijn om van alle eerstelijns medewerkers een HBO denk en werkniveau te verwachten. Anderzijds zou een te hoge studielast ons voor een onmogelijk inrichtingsvraagstuk stellen. De invulling van vakbekwaamheid In uw consultatiedocument wordt de invulling van vakbekwaamheid (lees: competenties) nog in het midden gelaten. U geeft weliswaar aan dat dit in de diverse modules wordt verwerkt en in de nieuwe basismodule per kwalificatie, maar dit is nog weinig concreet. Onze kernvraag voor de brede uitwerking van vakbekwaamheid zou zijn ‘om welk type adviseur vraagt iedere beroepskwalificatie?’, in plaats van ‘over welke kennis moet iedere beroepskwalificatie beschikken?’. Wij geven een wending aan deze kernvraag, omdat de eisen waaraan het vakbekwaamheidsniveau van financiële dienstverleners moet voldoen op kennisniveau op orde lijkt, maar vooral op vaardigheden, houding en professioneel werkgedrag om aandacht lijkt te vragen. Tevens zouden wij u willen oproepen om de klanten en klantbehoeften duidelijker zichtbaar te laten worden in de beroepskwalificaties die u voorstelt. In de modulaire structuur en de benaming van de kwalificaties zijn producten namelijk beter herkenbaar dan de klant(behoeften). Modulaire structuur en module inhoud Vanuit de Rabobank hebben wij de bevindingen en aanbevelingen over de verschillende modules.
Module Basismodule
Bevindingen en aanbevelingen Wij zouden de Basismodule graag vergezeld zien gaan van een proeve van bekwaamheid.
Module
Bevindingen en aanbevelingen
Consumptief
Wij constateren dat deze module past binnen de functie -en structuur van onze bank en het niveau van onze eerstelijnsmedewerkers in de particuliere markt.
Schadeverzekeringen
Deze module richt zich op twee van onze klantgroepen en daarmee op twee verschillende onderdelen binnen onze organisatie: bedrijven en particulieren. Wij bevelen een splitsing van de module aan in: - ‘Schade Particulier’ - ‘Schade Kleinbedrijf’: waarbij een helder onderscheid gemaakt wordt in de schaalgrootte en complexiteit van de bedrijven, bijvoorbeeld door twee modules op te nemen. Tevens is het opmerkelijk en ongewenst dat de module ‘Schadeverzekeringen’ niet is opgenomen in de beroepskwalificatie van de hypotheekadviseur. Wij zouden ervoor willen pleiten de vier modules van de beroepskwalificatie van de verzekerings- en vermogensopbouwadviseur als basiskwalificatie te benoemen voor de financieel adviseur die specialismen kan krijgen naar hypotheken, bedrijven, pensioenen en gevolmachtigd agent.
Vermogensopbouw
Deze module zal voor onze organisatie een grote scholingsinspanning vergen. We ondersteunen het belang dat hieraan wordt toegedicht. Aanbeveling: - Leven: de grote kenniscomponent verkleinen (en uitsluitend actueel maken) en meer aandacht voor vaardigheden, houding en gedrag.
Inkomen
Het is ons onduidelijk waar nu de arbeidsongeschiktheid voor de ondernemer is belegd. Daarnaast stellen we een splitsing van de module voor in: - ‘Inkomen – werkgeversrisico’ - ‘Inkomen – werknemersrisico’
Pensioen module
In de Rabobank zijn ten aanzien van pensioenadvisering de DGA zélf en de werkgever als aparte klantgroepen gedefinieerd, omdat individuele pensioenadvisering een wezenlijk andere is dan collectieve pensioenadvisering. Onze aanbeveling zou zijn om deze niet te bundelen binnen één module daar de advisering van de DGA wezenlijk verschilt met het advies aan de werkgever over een collectieve pensioenregeling voor zijn personeel.
Samenvatting van onze conclusies en aanbevelingen Onze conclusies en aanbevelingen kunnen worden samengevat in vier punten: -
-
De toets- en eindtermen van de Wft vormen voor de Rabobank de input voor de inrichting van het bedrijfsvoeringsmodel waarbij het klantbehoefte leidend is. Een nadere beschrijving van ‘advies’ is een belangrijk fundament voor een stevig bouwwerk. De huidige modulaire structuur maakt geen onderscheid in de klantgroepen bedrijven en particulieren. Specifiek de modules schadeverzekeringen, inkomen en pensioenadvisering. Wij pleiten ervoor om de eerste twee beroepskwalificaties (consumptief kredietadviseur & schadeverzekeringsadviseur) en de basismodule te enten op MBO denk en werkniveau.
Concretisering van het nieuwe vakbekwaamheidsbouwwerk Deze consultatie focust zich op de modulestructuur. Logischerwijs maakt deze consultatie het nieuwe vakbekwaamheidsraamwerk niet dusdanig concreet dat het te implementeren is binnen de financiële dienstverlening. Ook zijn de randvoorwaarden voor dit raamwerk nog niet volledig ingevuld. In het kader van deze consultatie zien wij in onze praktijk diverse aangrijpingspunten om de diplomaplicht te verankeren binnen het bedrijfsvoeringsmodel. Wij denken daarbij bijvoorbeeld aan een audit, erkenning Rabobank opleidingen, ’examens en diploma’s en het inzetten van de proeve van bekwaamheid. Vanuit de Rabobank mag u daarin - in afstemming met diverse partijen- nog dit jaar een aantal concrete voorstellen verwachten.