GEMEENTERAAD VAN SLIEDRECHT NOTULEN VAN DE OPENBARE VERGADERING GEHOUDEN OP DINSDAG 8 EN WOENSDAG 9 NOVEMBER 2011
Voorzitter: mevrouw A.G.M. van de Vondervoort Griffier: de heer A. Overbeek Verslag: mevrouw E. Verveer, bureau Getikt (af tapes) Aanwezig:
19 leden: de heer T.C.C. den Braanker, mevrouw H.M. Mulder, de heren C.N. de Jager, de heer D. van Meeuwen, mevrouw G.J. VisserSchlieker, de heren T.W. Pauw, W.H. Blanken, A. van Gameren, V.E. Prins, W.J. Dunsbergen, K. Kuiken, mevrouw C.E. VerschoorBijderwieden, de heer L. van Rekom, mevrouw M.J. BisschopRoodbeen, de heren J.J. Huisman, M. Visser, L.A.. Huijser, M. Sneijder, mevrouw C.A. de Bruin
Afwezig:
-
Namens het college:
de wethouders J.P. Tanis, J.A. Lavooi en A. de Waard
1. OPENING, LOTING SPREEKVOLGORDE FRACTIES De voorzitter Dames en heren, goedenavond. Hartelijk welkom bij deze vergadering van de gemeenteraad van Sliedrecht, met als belangrijk agendapunt vanavond de begrotingsbehandeling die een voortzetting kent morgenavond. Maar we hopen vandaag de eerste termijn daarvan af te ronden. Er zijn geen berichten van verhindering. En waar het gaat om de eventuele hoofdelijke stemming vangt de stemming aan bij nummer 12, de heer Huijser. 2. SPREEKRECHT BURGERS OVER GEAGENDEERDE ONDERWERPEN Personen die willen inspreken over geagendeerde onderwerpen dienen dit uiterlijk vóór 12.00 uur op de dag van de raadsvergadering aan de griffier te melden. De spreektijd is maximaal 5 minuten per persoon. De voorzitter Voor het spreekrecht heeft zich één persoon gemeld. De heer Antal Van Bennekum van de Stichting Open Jeugdwerk Sliedrecht. En die nodig ik graag uit om hier zijn verhaal te houden. De heer Van Bennekum Goedenavond voorzitter, leden van de raad. Ik ben Antal van Bennekum en ik ben voorzitter van de Stichting Open Jeugdwerk Sliedrecht. Ik wil u bedanken voor de mogelijkheid om onze zorgen te uiten in verband met de bezuinigingen van volgend jaar. Zoals u weet staat ons een bezuiniging te wachten van 17,7%, wat 47.000 euro van ons budget is. De enige manier voor ons om deze bezuiniging in te vullen is een jongerenwerker te ontslaan, wat gevolgen zal hebben voor het jongerenwerk. Het jongerenwerk komt onder druk te staan, het ambulant jongerenwerk, het
accommodatiegebonden jongerenwerk. Voorbeelden hiervan zijn dat de hangjongeren op straat minder bezocht zullen worden, de hangjongeren minder onderdak kunnen vinden in het pand en dat de accommodatie minder open zal zijn. Ook kunnen wij minder activiteiten organiseren en kan KNOTS niet doorgaan doordat we geen tijd, ruimte en geld hebben. We hopen dat u onze zorgen deelt en dat u nog eens kritisch wilt kijken naar deze bezuinigingen, want de gevolgen voor het jongerenwerk zullen groot zijn. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel. Dan gaan we naar agendapunt 3. 3. VASTSTELLEN AGENDA Extra agendapunt over afzien voor het jaar 2012 van de centrale inkoop van de accountant. Het voorstel is maandagochtend naar alle leden gemaild. Voorstel is het extra agendapunt bij agendapunt 6c ‘Besluitvorming en vaststellen programmabegroting 2012’ aan het einde van de derde termijn te behandelen De voorzitter Er is een extra agendapunt toe te voegen en dat betreft de centrale inkoop van de accountant. En ik zou u willen voorstellen om dat toe te voegen aan het einde van agendapunt 6 c. Bent u daarmee akkoord? U heeft het stuk maandag toegestuurd gekregen per mail. Ja? Akkoord? Dan doen we dat zo. 4. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN 1. Artikel 44 Reglement van Orde vragen van de fractie van PRO Sliedrecht van 5 september 2011 over het verzoek om inzage in der rapporten omtrent asbest in het dossier Derde Merwedehaven en antwoorden college, brief van 29 september 2011 2. Artikel 44 Reglement van Orde vragen van de SGP/ChristenUnie fractie van 11 oktober 2011 over aanbod medische zorg Albert Schweitzer-ziekenhuis en antwoorden college, brief van 11 oktober 2011 3. Ontslagbrief van de heer D. van Meeuwen (SGP/ChristenUnie) als lid van de gemeenteraad De voorzitter Dan zijn we bij de ingekomen stukken en mededelingen. Kunnen wij de lijst van ingekomen stukken vaststellen? Dat is het geval. 5. VASTSTELLEN VAN DE PROGRAMMABEGROTING 2012 In de eerste termijn presenteren de fracties hun algemene beschouwingen waarna het college antwoordt. In de tweede termijn reageren de fracties op elkaars algemene beschouwingen waarbij het antwoord van het college in eerste termijn betrokken wordt. De voorzitter Dan zijn we bij de programmabegroting en zijn wij toe aan de algemene beschouwingen, waarbij de fracties twee termijnen krijgen en het college ook. We zijn nu toe aan de eerste termijn van de raad. 6A. ALGEMENE BESCHOUWINGEN 1E TERMIJN De spreektijd voor de eerste termijn is per fractie en collegelid vastgesteld op maximaal 15 minuten. Na de eerste termijn wordt een pauze gehouden van ca. 21.50 tot 22.00 uur. De voorzitter In de eerste termijn is het woord op de eerste plaats aan de fractie van PRO Sliedrecht. Mevrouw Visser, gaat uw gang. Spreken vanaf het katheder alstublieft. Fractie PRO Sliedrecht – mevrouw Visser Mevrouw Visser Voorzitter, leden van de raad en andere belangstellenden. Sinds het debat van 24 oktober 2011 worstelt de fractie van PRO Sliedrecht met de vraag: hoe gaan we om met de bijdrage aan het algemeen bestuur van Sliedrecht? PRO Sliedrecht onderschrijft het standpunt van het college bij monde van wethouder Tanis in de Dordtenaar van 29 oktober 2011, dat het evenwicht in onze raad
- 164 -
verdwenen is. PRO Sliedrecht is van mening dat dit een zaak is van de raad en niet van het college. Laten we nu eindelijk eens duaal gaan werken en laat ieder zijn rol na tien jaar eens oppakken. De coalitiepartijen hebben op 24 oktober duidelijk gemaakt dat alles en iedereen in Sliedrecht ondergeschikt is aan het coalitieakkoord. PRO Sliedrecht heeft dit akkoord niet onderschreven en kan zich er nog steeds niet in vinden. Deze ambitieloze begroting is een uitvloeisel van het coalitieakkoord. In de voorgaande jaren hebben wij al een aantal signalen afgegeven over de organisatie en over het op de winkel passen door dit college, maar weinig tot niets is er mee gedaan. Mede omdat zelfs onze vragen uit de algemene beschouwingen van november 2010 nog niet beantwoord zijn, hebben we besloten ons te beperken tot slechts enkele inhoudelijke zaken. Wij steken onze energie liever in mensen dan in papieren beloften. Voorzitter, tijdens de opiniërende raad van 25 oktober hebben we gemeld het nieuw beleid ter discussie te willen stellen. De bezwaren van PRO Sliedrecht tegen dit voorstel spitsen zich toe op drie zaken. Eén. Het staand beleid, het RIEC, wordt voortgezet, maar wordt door het college betaald uit nieuw beleid. De noodzaak van structureel nieuw beleid wordt niet aangetoond door het college, omdat voor € 77.000 in 2012 geen invulling is voorgesteld. Zie hier maar weer het ambitieniveau van het huidige college. Het doorvoeren van € 100.000 structureel nieuw beleid loopt in 2015 op tot € 400.000. Zet dit af tegen een voorspeld tekort van minimaal één miljoen in 2015 en vraag uzelf dan af hoe verantwoord dit is. Wij wachten de beraadslagingen van vanavond af om te besluiten met een motie over het nieuw beleid te komen. Deze begroting is doorspekt met regionale verplichtingen en afspraken en verplichtingen aan verbonden partijen, en voor allen geldt: the sky is the limit. Dan komt het nogal kneuterig over als het college zich bemoeit met de invulling van opgelegde bezuinigingen, zoals het schuiven met middelen van de Anders Actieven binnen de brede welzijnsstichting. Tijdens de informatieve raad over de sociale moestuin hoorden we dat diezelfde brede welzijnsstichting zelf subsidies verstrekt. Zijn de andere fracties met ons van mening dat een onderzoek door de Rekenkamer naar de brede welzijnsstichting zinvol is? De eerste helft van dit jaar hebben we ons beziggehouden met de brede doorlichting om te komen tot het bezuinigingsvoorstel van april 2011. In dit voorstel onder punt 5 geeft het college aan zich te gaan bezighouden met het op innovatieve wijze met minder middelen minimaal dezelfde maatschappelijke prestaties te leveren op vier beleidsvelden: sport, onderwijs, subsidies en beheer en onderhoud van de openbare ruimte. PRO Sliedrecht is zich ervan bewust dat dit een bezigheid van het college is. Wij eisen dat de gemeenteraad op korte termijn geïnformeerd wordt over de voortgang van deze onderzoeken, omdat er teveel maatschappelijke onrust is ontstaan. Wij hebben al gesprekken gevoerd met ouders die gebruik maken van het leerlingenvervoer. Eerst komt er een brief: de gemeente stopt met het subsidiëren van het vervoer, dan weer een brief: we gaan door tot het eind van het jaar, de volgende brief geeft recht op vervoer tot het eind van het schooljaar. College, weet wat u wilt en communiceer dan correct. En over onrust gesproken, de verschillende signalen die worden afgegeven over de gemeentewerf doen zowel het personeel als de burgers geen goed. Bij de beantwoording van de technische vragen is aangegeven dat er drie modellen over de huidige werf worden onderzocht. Het college heeft op de gemeentewerf de mensen daar aangezegd dat de hele afdeling ondergebracht wordt bij de HVC. Als dit al besloten is, informeer dan ook de raad. Stuur ons niet het bos in met het beloven van een onderzoek. Of heeft dit soms gevolgen voor de voorgestelde tariefsverlaging van de afvalstoffenheffing op de langere termijn? Voorzitter, wij hebben aangegeven deze beschouwing kort te houden. PRO Sliedrecht heeft op 24 oktober 2011 uitgesproken geen vertrouwen te hebben in dit college. Wethouder Tanis spreekt op 29 oktober 2011 in AD De Dordtenaar uit dat het college zakelijker zijn afspraken gaat nakomen en de raad vroegtijdig informeert. U kunt van PRO Sliedrecht aannemen dat wij dit met argusogen zullen volgen. Als lakmoesproef hebben wij onze lijst met toezeggingen van november 2010 bijgewerkt en zullen dit als eerste test voor het college en de raad in haar nieuwe rol beschouwen. Ik heb hem voor u bijgewerkt. Vorig jaar waren het er 36. Inmiddels staat de stand op 48 en ongeveer, nou, nog geen derde is afgedaan. Alstublieft. De voorzitter Dank u wel, mevrouw Visser. De heer Den Braanker.
- 165 -
Fractie SGP/ChristenUnie – de heer Den Braanker De heer Den Braanker Voorzitter, geachte leden van de raad, de mensen op de publieke tribune. Regeren is vooruitzien is een gevleugelde uitdrukking. Maar wie kan echt vooruitzien? Ooit hief minister Zalm op Prinsjesdag het koffertje triomfantelijk boven zijn hoofd. Zo goed ging het volgens hem met onze staatsfinanciën. Tegenwoordig is er weinig reden voor zo’n gulle lach als het gaat om de financiën. Er is geen of weinig vertrouwen in de economie, laat staan in de mensen die aan het roer staan. Iedere oplossing wordt wel doorkruist door onvoorspelbare gebeurtenissen of is de voorbode van een nieuw probleem. Wie of wat geeft ons nog het vertrouwen? Het is, gezien de omstandigheden, bijzonder knap dat het college er in is geslaagd om een sluitende begroting aan te bieden, een flink gevulde reserve aan te leggen en zelfs nog geld over te houden voor nieuw beleid van een ton. Het is ook prachtig nieuws dat Sliedrecht behoort tot de goedkopere gemeenten en de inwoners volgend jaar 2,5 procent minder aan plaatselijke belastingen gaan betalen. De fractie van SGP/ChristenUnie vindt dit een mooi gebaar van het college, maar waarschuwt wel de hand op de knip te houden en niet al te royaal te zijn. Voortgaande bezuinigingen blijven noodzakelijk. Er komen immers ook magere jaren aan. Het jaar 2015 voorspelt een tekort van zes ton. Het lijkt ons wenselijk dat u, naast de projectrapportages, ons ook regelmatig rapporteert over de financiële stand van zaken. Voorzitter, de magere jaren doet ons denken aan een droom die in de Bijbel is opgetekend over het Oude Egypte en waarbij prachtige koeien in no time worden verslonden door lelijke scharminkels. Scharminkels die na het feestmaal wonderwel nog even lelijk en mager blijven. U vindt het terug in Genesis 41. Los van de diepe levensvragen en de betekenis die in dit verhaal liggen opgesloten, maakt het ons in ieder geval duidelijk dat onze voorspoed in één keer kan verdampen. Overvloed gevolgd door crisis. De dromenuitlegger Jozef ziet hierin duidelijk de hand van God. De zeven vette jaren en de zeven magere jaren komen van God. Dat maakt hem echter niet boos, gelaten of besluiteloos, brengt hem niet in paniek en drijft hem niet tot wanhoop. Nee, hij houdt het hoofd koel en stelt direct zijn organisatietalent ter beschikking: nu reserveren, impopulaire maatregelen nemen met het oog op de toekomst. Voorzitter, de begroting is omgeven met veel onzekerheden en dat maakt behoedzaam. Gaan we in dit verband het bedrag voor nieuw beleid reserveren voor een slechtere periode? Een aantal bezuinigingen ongedaan maken? Inzetten voor lastenverlichting voor de burgers of uitgeven aan bepaalde nuttige en noodzakelijke voorzieningen? In het licht van het voorgaande verhaal zou je dit bedrag moeten reserveren voor onverwachte tegenvallers. Maar ik geef graag de andere fracties de gelegenheid ons te overtuigen dat dit geld een betere bestemming behoeft. Anders komen wij met een motie waarvan de strekking helder mag zijn. In het voorstel van het college kunnen we lezen dat met het oog op de toekomst de Brede Doorlichting met kracht moet worden doorgezet en de noodzaak aanwezig is voor een gesprek over de kerntaken: doen we nog de goede dingen? We willen hier graag de discussie over de lokale tarieven, zoals de OZB, voeren en hierop betrekken. Als het voorzieningenniveau achteruit hobbelt, we hebben bijvoorbeeld geen budget meer voor een goede afwikkeling van het verkeer dat van het Stationspark komt, is onze fractie ook bereid nog eens goed te kijken naar bijvoorbeeld het inflatiepercentage van 1,3 procent en of dat wel gehandhaafd moet blijven. We zijn benieuwd of andere fracties ook die discussie willen voeren. Het is jammer dat we hier de opiniërende raad niet voor benut hebben. Bij onze fractie leven dan ook sterke twijfels over het nut van deze opiniërende vergadering. Toekomstperspectief Sliedrecht/Drechtsteden. Voorzitter, vooruitlopend op de discussie die nog gaat komen willen we naar aanleiding van het hoofdstuk in de begroting over bestuur en dienstverlening, graag vast wat zeggen over het toekomstperspectief van Sliedrecht of de Drechtsteden. En dat doen we vanuit de drieledige rol van de raad. Je kunt ook een heel andere insteek kiezen, maar onze benadering geeft wel een heldere voorstelling van zaken. Ten eerste zitten we hier als vertegenwoordigers voor de belangen van de Sliedrechtse burgers. Dat betekent in onze optiek twee dingen: a. Samenwerken alleen voor zover dit primair een Sliedrechts belang dient en secundair pas vanwege bijvoorbeeld een regionale solidariteit. Dat doet ons vragen stellen als: moet je bijvoorbeeld wel wat vinden van Noordoevers? b. We blijven aanspreekbaar voor de burger. Signalen uit de Sliedrechtse samenleving moeten we politiek blijvend kunnen vertalen.
- 166 -
Ten tweede onze kaderstellende rol. Ook dat heeft betekenis. Het veronderstelt een zekere beslissingsbevoegdheid en het leggen van lokale accenten. En twee: het sturen op hoofdlijnen en het creëren van beleidsruimte waarbinnen het college allerlei initiatieven kan nemen tot samenwerking, publiek of privaat. Het derde: de controlerende taak richt zich vooral op de vraag of het college zich beweegt binnen de gestelde kaders. Ik wil het geheel graag illustreren met een voorbeeld. Als het gaat over de decentralisatie van de jeugdzorg, let op: het rijk vindt kennelijk dat dit het beste op lokaal niveau kan worden vormgegeven, moeten we dit niet te snel willen inbedden in de regio Zuid-Holland Zuid of Drechtsteden en roepen: dit kunnen we niet aan vanwege capaciteitsproblemen. In onze optiek zullen we eerst in staat moeten worden gesteld het college de kaders, zeg maar het Sliedrechtse wensenlijstje politiek vertaald, mee te geven, waarna het aan het college is om vervolgens de vraag te stellen: kunnen we dit zelf, zoeken we de samenwerking, al of niet via een netwerkorganisatie en/of een ambtelijke krachtenbundeling? Als je doorredeneert vanuit die drieledige rol van de raad, zou de samenwerking binnen Drechtsteden op ambtelijk en bestuurlijk niveau nog veel intensiever kunnen. Maar dat geldt minder voor de Drechtraad. Om bestuurlijke drukte te voorkomen zou je de Drechtraad veel meer moeten positioneren in de rol van controlerend orgaan of de functie geven van platform of klankbord. Voorzitter, wij komen hier nog over te spreken, maar wij schoffelen graag vast wat in de proeftuin van het Drechtstedenbestuur. Kaderstelling. In de programmabegroting 2012 zien we steeds een paragraaf achtergrondinformatie, waarbinnen ook de kaderstellende nota’s worden genoemd en daar zijn we blij mee. Alleen dit al is een verbetering ten opzichte van de vorige begroting. Wij zien het als een aanzet om de komende jaren de kaderstelling nog uit te werken en aan te scherpen. Kaderstelling is namelijk een continu proces, al is het alleen al omdat de wereld voortdurend en in sneltreinvaart verandert en het kan ook bijna voor ieder product gelden. Als voorbeeld beleidskader leerlingenvervoer en dat zou denk ik PRO Sliedrecht ook moeten aanspreken, gezien het voorgaande wat over het leerlingenvervoer gezegd is. Als we de kaderstelling gaan concretiseren, denken wij dat er ieder geval nieuwe kaders kunnen komen voor het wijkgericht werken; aanleiding genoeg. We hebben, naar ik begreep, te maken met een wat verouderd besluit uit 2003. En daarnaast staat er ook in het raadsprogramma iets over de beweging van wijk- naar buurtgericht werken. De huidige situatie blijkt ook wat hoofdbrekens te geven. En we hebben de uitkomsten van het OCD onderzoek dat stelt dat andere vormen van betrokkenheid van bewoners de voorkeur hebben boven die van intensieve wijkschouwen en dergelijke. Ons is ook niet helder hoe de burgers nu precies betrokken gaan worden bij bijvoorbeeld het onderhoud van de eigen leefomgeving. En tenslotte kom ik verschillende opvattingen tegen, zoals die van de VVD over het concentreren van het wijkgericht werken. Kortom, graag een reactie van de overige fracties c.q. het college. Het kader voor de Brede School. In februari 2010 is een voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld voor de ontwikkeling van de Brede School in Baanhoek-West. Sindsdien zijn er allerlei ontwikkelingen geweest en besluiten genomen, met een toezegging om te komen met een Onderwijsvisie. Op zich prima, zolang het ons maar een handvat biedt om kaderstellend bezig te zijn. Dit geldt voor huisvestingsvraagstukken, maar niet minder voor inhoudelijke ontwikkelingen rond de Brede School. Het kader voor de hoek P.C. Hooftlaan, Rivierdijk t/m het Gat van Vogel: een gebied dat dreigt te verloederen. En verder denken wij nog aan herziene kaders voor het jeugdbeleid, zo mogelijk ook voor het regiopark of het recreatief knooppunt, in samenhang met de vraag of het wenselijk is dat er windmolens komen. Kaders stellen stelt ons in staat om aan de voorkant mee te praten. Voorzitter, het stuk over de bedrijfsvoering geeft ons het vertrouwen dat u die lijn ook gaat inzetten en laat doorwerken in de ambtelijke organisatie. U zegt zelf: het werken met startnotities voor de kaderstelling en het definiëren van opdrachtgever en -nemerschap is de rode draad in de veranderingsstrategie en is de belangrijkste opdracht van de gemeentesecretaris. Openbare orde en veiligheid. Uit onderzoek blijkt dat in de regio Zuid-Holland Zuid in 65 procent van de aankooppogingen alcohol wordt verstrekt aan jongeren onder de zestien. Dit baart zorgen. Uit het onderzoek blijkt gelukkig ook dat in Sliedrecht alle bezochte cafetaria’s of horecagelegenheden de leeftijdsgrenzen keurig naleven. Een pluim hiervoor. Maar er is dus nog wel veel werk te verzetten in het maken van niet-vrijblijvende afspraken met bijvoorbeeld supermarkten, slijterijen en sportkantines. Daarnaast hebben wij de indruk dat de politie, om de lieve vrede, oogluikend toestaat dat er op
- 167 -
sommige openbare plaatsen in Sliedrecht alcohol door jongeren onder de zestien wordt genuttigd. De volle prullenbakken spreken soms duidelijke taal. Los van onze opvatting dat de leeftijdsgrens voor de aankoop van alcohol moet worden opgehoogd naar 18 jaar, moeten we wel willen handhaven over de hele linie. Graag uw reactie. Van ons, voorzitter, wordt verder een structurele bijdrage gevraagd voor onder andere het RIEC. In december 2009 heeft de raad ten behoeve van een pilot 2010-2011 € 50.000 beschikbaar gesteld. Onze fractie heeft toen aangegeven dat er sprake moet zijn van een evaluatie alvorens hier structureel in bij te dragen. Nu zie ik die evaluatie niet echt terugkomen in het raadsvoorstel, dus graag uw reactie. Tenslotte, voorzitter, willen wij graag een aantal zorgen onder uw aandacht brengen of met u delen. De Grienden. Deze school zal zich moeten beraden over de toekomst. Om het voortbestaan te waarborgen kan het bijna niet anders of zij zal de samenwerking moeten zoeken in de regio. Het plan van aanpak duurzame huisvesting woonwagenbewoners. Is er nog sprake van een aanpak of heeft de wethouder zich neergelegd bij het dilemma rond het woonwagenbeleid? Het lijkt ons goed om toch vooral vast te houden aan het oorspronkelijke doel van integratie en verplaatsing van het kamp. De exploitatietekorten Benedenveer en de afnemende vraag naar woningen. Welk beeld hebben we nog van de toekomst van dit gebied? Een vraag ook richting andere fracties. De luchtkwaliteit. Niet overal in Sliedrecht voldoet de luchtkwaliteit aan de Wet Luchtkwaliteit. Een bewoner aan de Singel zei afgelopen zaterdag tegen mij: voor mijn gezondheid ben ik banger voor de uitstoot van fijn stof dan het overwaaien van asbestdeeltjes afkomstig van de Derde Merwedehaven. De gemeenschappelijke regelingen. Het kostenniveau en de risico’s die samenhangen met diverse gemeenschappelijke regelingen en de onmacht hier op te kunnen sturen. De Nijverwaard, de woonboulevard. Het ziet er niet goed uit en niets doen is achteruitgang. Het gebied moet snel worden aangepakt, waarbij een concentratie van voorzieningen met een eigen profilering uitgangspunt zou kunnen zijn. Ook de VSO heeft hier aandacht voor gevraagd. De schuldhulpverlening. De schuldhulpverlening die vanwege de nieuwe wetgeving bijna zelf in de schulden geraakt. En wie gaat dat dan oplossen? Er is overigens reden om niet alleen zorgen te delen, maar ook de genoegens te delen. Zo redeneerde een van onze fractieleden dat het voorstel voor een lagere afvalstoffenheffing van € 230 naar € 213 duidelijk maakt dat het loont om beter om te gaan met ons huisafval vanwege de verplichte kostendekkendheid van het product. Voorzitter, ik ga afsluiten. Uit cijfers van het OCD blijkt dat er nog een inhaalslag gemaakt moet worden waar het gaat over het terugwinnen van het vertrouwen dat inwoners hebben in het gemeentebestuur. Dat vertrouwen komt niet als vanzelf aanwaaien, maar vereist durf, inzet, geloof en daadkracht. Het is, om het met de woorden van een bekend boekje te zeggen: dromen, durven, doen. Wij wensen u in uw werk iets toe van de dromer Jozef die ondanks zijn eigen moeilijke omstandigheden, hij zat in de gevangenis, en de sombere vooruitzichten het vertrouwen van de bevolking kreeg. Dat wensen wij ook u toe in de wetenschap dat er een God is die stuurt en waakt. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel, de heer Den Braanker. Dan is het woord aan de fractie van de VVD, de heer Van Rekom. Fractie VVD – de heer Van Rekom De heer Van Rekom Voorzitter, dank u wel. De VVD wil graag beginnen met een algemene beschouwing. Zo heet het tenslotte ook. De afgelopen periode heeft zich gekenmerkt door veel rumoer rondom de bestuurscrisis binnen onze gemeente. Dit heeft van alle partijen de nodige aandacht en energie gevergd. Het heeft geresulteerd in een passieve houding van het college en ook een grote dosis onzekerheid binnen ons ambtenarenapparaat teweeg gebracht. De komende jaren vragen van ons alle aandacht om de financiële huishouding van onze gemeente gezond en op orde te houden. Daarom is het van groot belang dat wij de bladzijde van de afgelopen periode omslaan. We slaan het boek zeker niet dicht; laat daar geen misverstand over bestaan, zoals wethouder Tanis altijd zo treffend zegt. Het mag wel eens gezegd worden: de begroting 2012 ziet er gezond uit en dat is positief. De jaren erna worden echter minder positief, uitmondend in een negatief saldo van een miljoen in 2015. Ik heb net begrepen van de heer Den Braanker dat die uitgaat van …
- 168 -
De heer Den Braanker Dat is inclusief de septembercirculaire. De heer Van Rekom Heel fijn. Ik ga nog even uit van een miljoen. En dat baart de VVD zorgen, temeer omdat de economische situatie in Nederland en daarbuiten ook niet bepaald florissant is te noemen. We stevenen weer af op de volgende economische recessie, die wat ons betreft nooit is weggeweest. Deze onzekerheden zullen hun impact hebben op onze begroting en op ons weerstandsvermogen. Juist in dit weerstandsvermogen, de pool van garantstellingen en risico’s, schuilt het gevaar. Daarover later meer. In ieder geval noopt de komende onzekere periode tot een adequaat ingrijpen in ons uitgavenpatroon indien dat nodig mocht blijken te zijn. De nieuwe compacte begroting is qua lay-out een stap voorwaarts. Het stuk is beter leesbaar, maar er is echter nog veel te verbeteren. Op verzoek van de raad zijn de prestatie-indicatoren toegevoegd. Daar zal met name de CDA fractievoorzitter erg blij mee zijn. De VVD heeft eerder nog gewaarschuwd voor een overkill van kengetallen. Als er al een prestatie-indicator wordt beloofd voor de beoordeling van deze programmabegroting, dan schiet je wat ons betreft te ver door. Verder moeten prestatie-indicatoren wat ons betreft objectief, meetbaar en tijdig bekend zijn. Dat is nu nog niet overal het geval. Tenslotte, wij hebben ook behoefte aan prestatie-indicatoren met betrekking tot de gemeenschappelijke regelingen; die treffen we hier niet of nauwelijks aan. Doordat de gemeenschappelijke regelingen op afstand staan, maar nu al bijna 40% van onze uitgaven vertegenwoordigen is het juist zinvol om in overleg met Drechtsteden hier de nodige kengetallen voor te bepalen. Voordat we verder ingaan op enkele inhoudelijke zaken met betrekking tot de programmarekening eerst nog wat aanvullende opmerkingen inzake een aantal ontwikkelingen binnen onze gemeente en de regio. Als raad hebben wij voor de zomer gesproken over de toekomst van Sliedrecht. Het college heeft dit al veel eerder gedaan. Wat de VVD betreft duurt dit veel te lang. We zijn ons ervan bewust dat de waarnemend burgemeester ons binnen enkele weken een bespreekstuk heeft beloofd, maar het duurt echt te lang. We blijven als raad hangen aan de term Regiegemeente en dat vinden we jammer. Intussen dendert Drechtsteden door om via proeftuinen de band met de Drechtstedengemeenten nog strakker aan te halen. Met termen als één netwerkorganisatie en eenduidige sturingslijnen is getracht het academisch gehalte verder op te schroeven. De VVD is een groot voorstander van het op afstand zetten van uitvoerende taken, of dat nu de gemeenschappelijke regelingen zijn waarnaar we gaan uitbesteden of andere dienstverlenende organisaties; dat is niet relevant. Zolang de uitbesteding maar op commerciële basis gebeurt, dat wil zeggen: een prijs is dan ook een prijs. Op deze manier krijgen we een echte Regiegemeente. De Regiegemeente moet echter geen rigide gemeente worden. Als je het ophalen van het huisafval goedkoop en goed kunt doen in eigen huis, dan moet je dit niet per definitie willen uitbesteden aan bijvoorbeeld HVC. Wat de VVD betreft brengen we de functie van het Drechtstedenbestuur per direct terug naar slechts een toezichthoudend orgaan voor de gemeenschappelijke regelingen. Qua beleid werken we samen met de buurgemeenten en andere partijen die per beleidsonderwerp hetzelfde belang hebben. Als we bijvoorbeeld voor verbreding zijn van de A15, en dat is de VVD, dan werken we samen met provincie, buurgemeenten die rondom de A15 zitten, dus ook Gorinchem en Hardinxveld, en belangengroeperingen uit het bedrijfsleven. Onze belangen van de gemeente Sliedrecht stoppen niet bij de geografische grenzen van de Drechtsteden wat ons betreft. Laten we nu eens knopen doorhakken in het belang van de toekomst van Sliedrecht. De VVD is er klaar voor. De toekomstvisie voor Sliedrecht bepaalt tevens de kwaliteit en de omvang van ons ambtenarenapparaat. Door nu door te pakken maken we ook een eind aan de onzekerheid van de toekomst van onze ambtenaren en krijgen we eindelijk eens een echte indruk van de besparingen binnen ons apparaat. Dan nu onze lokale economie. Er zijn onlangs twee visies verschenen: de visie over de Kerkbuurt en de economische visie van Sliedrecht. De VVD pleit er nog steeds voor dat we de ondernemers ruimte moeten geven om initiatieven te ontplooien ter versterking van het ondernemerschap in Sliedrecht. Die ruimte kunnen we als gemeente geven door niet altijd vast te houden aan verstikkende regels, maar veel meer faciliterend op te treden. We zouden ook graag willen dat in de programmarekening aan het onderdeel economie apart aandacht besteed wordt. Nu valt dit nog onder het programma Werk, Inkomen, Zorg en Welzijn. We zullen nu, niet uitputtend en slechts beperkt, onze inhoudelijke
- 169 -
opmerkingen maken over de programmaonderdelen in de programmarekening. Bij het programma bestuur en dienstverlening wordt wat ons betreft vooruitgelopen op de discussie over de toekomst van Sliedrecht. Als je als centrale ambitie hier schrijft dat deelname aan een flexibele netwerkorganisatie, hier hebben we hem weer: netwerkorganisatie, voor Sliedrecht onontbeerlijk is, gaat het college voorbij aan het feit dat de raad hier nog een besluit over moet nemen. Rolneming. Daar ging het toch om? Enige tijd geleden zijn wij geïnformeerd over het overleg- en coördinatieorgaan genaamd Veiligheidshuis. Spil in het Veiligheidshuis was het Openbaar Ministerie, zo hebben wij begrepen. Tot onze grote verbazing staat in de begroting dat in het Veiligheidshuis meer de koppeling gelegd gaat worden tussen de justitiële keten en de zorgketen. Begrijpt u het nog? Daar was het Veiligheidshuis toch voor bedoeld? Dan nu iets over het Centrum voor Jeugd en Gezin. We hebben het vaker gezegd, maar we herhalen het nog maar eens een keer: de doorontwikkeling van het Centrum voor Jeugd en Gezin dat moet leiden tot one stop shopping moet een stuk efficiënter. Zeker nu de bijdrage van de overheid niet meer geoormerkt is, wordt het de hoogste tijd voor een focus op de kosten. Dan het programma Cultuur, Sport en Recreatie. We blijven het onterecht vinden dat cultuurinstellingen, zoals de musea, meer dan evenredig gekort worden op de subsidie dan anderen. Dat de VVD zich als de hoeders van Sliedrechts cultureel erfgoed moet opstellen, hebben we er dan maar graag voor over. Hebben we het goed gelezen dat het Smartlappenkoor bijna twee keer zoveel subsidie krijgt in vergelijking met 2011? Waarom is dat? Tenslotte vinden we het jammer dat we nog steeds kleine subsidies gaan uitkeren. Als voorbeeld: Hengelsportvereniging de Voorn krijgt € 161 in 2012. Zo’n visje is toch onder de maat en dient wat ons betreft teruggeworpen te worden. Het wordt de hoogste tijd dat we ons subsidiebeleid eens tegen het licht gaan houden, want op deze manier is willekeur de maatstaf. De VVD overweegt een motie in te dienen om de korting van de subsidie voor de musea te beperken tot tien procent omdat de VVD dat redelijk en billijk vindt, maar we vernemen graag eerst uw mening. We hebben het al jaren over een uitbreiding van sporthal de Stoep. De VVD roept ook hier op eens een keer spijkers met koppen te gaan slaan. Het programma Werk, Inkomen, Zorg en Welzijn baart ons simpelweg zorgen. De economische situatie in Nederland en de daarbij behorende bezuinigingsoperatie geeft reden om ons zorgen te maken om het aantal bijstandscliënten en het aantal betaalbare WSW plaatsen. De overgang naar de Wet Werken naar Vermogen vraagt de komende periode veel inspanning van Drechtwerk en de SDD, waarbij het voor de VVD belangrijk is een dikke vinger aan de pols te houden. Zojuist is bekend geworden dat het metaalbedrijf van Drechtwerk gesloten gaat worden en veel Drechtwerkmedewerkers het werk gaan verliezen. Daarnaast is het nieuwe pand van Drechtwerk nu al veel te groot en moet uitgezien worden naar een kleiner onderkomen. Om het bedrijf beter rendabel te maken zal Drechtwerk alle zeilen bij moeten zetten. Ook wij zijn ons bewust dat zorg voor onze medemens een verplichting is die geld kost, maar een goed financieel beleid is van het grootste belang. Het programma Financiën en Organisatie acht de VVD een belangrijk onderdeel van de begroting. In dit onderdeel worden de lasten voor onze burgers beschreven. De VVD is content dat het alternatief van de VVD ten tijde van de Zomernota heeft geleid tot een verlaging van de lasten voor onze burgers. U kunt ervan op aan dat de VVD zal blijven strijden voor een verdere verlaging van de lasten voor onze burgers. In ieder geval is de verhoging van de OZB voor de VVD niet bespreekbaar, ook als het de komende jaren minder gaat. De SGP/ChristenUnie lijkt al een beetje voor te sorteren op lastenverhoging, maar laten we vooral eerst bezuinigen op onze eigen uitgaven en het Drechtstedenapparaat. Daarnaast blijven we moeite houden met de manier waarop wordt omgegaan met de dividendopbrengsten. € 200.000 meenemen als opbrengst en het zeer waarschijnlijke surplus weer gebruiken als een potje binnen de algemene reserve om daar vervolgens projecten mee te financieren, dat is een gegoochel dat wat ons betreft onnodig tot verwarring leidt. Dit brengt ons meteen op de begrote bedragen voor nieuw beleid in de jaren 2012 tot en met 2015 voor een totaalbedrag van een miljoen. Nieuw beleid terwijl er een tekort dreigt in 2015 van hetzelfde bedrag is alleen daarom al niet logisch. Daarnaast hebben we begrepen dat er vanuit het college geen concrete invulling is voor dat nieuwe beleid en dat het eigenlijk bedoeld is voor tegenvallers, zoals de SGPChristenUnie zojuist wilde voorstellen om het te veranderen in een potje voor tegenvallers. Daar hebben we wat ons betreft het reguliere potje onvoorzien toch voor? Wij pleiten er dan ook voor geen bedragen te reserveren voor nieuw beleid. Het voorstel om nu geld te reserveren voor het nieuwe
- 170 -
beleid voor regionale veiligheidsprojecten vindt de VVD niets van doen hebben met nieuw beleid. Het RIEC en het Veiligheidshuis bestaan al en zijn dus niet nieuw. Dat het college dit voorstel doet, daar kunnen we ons iets bij voorstellen, maar doe dat dan gewoon als een wijziging op de begroting en niet als nieuw beleid. Dit wil echter niet zeggen dat we dan akkoord zouden gaan met deze extra kosten. Het is bekend dat de VVD geen heil ziet in het overlegorgaan genaamd Veiligheidshuis. Het RIEC vinden we een hobby criminaliteitsbestrijding die belemmerend werkt voor het vestigen of starten van een onderneming. Tenslotte iets over het weerstandsvermogen, zoals al aangekondigd. Het weerstandsvermogen is kort gezegd de financiële buffer voor tegenvallers. Sliedrecht zal op basis van de verstrekte cijfers de stresstest met goed gevolg doorstaan; daarover bestaat geen twijfel. De hoogte van de reserves wordt voor een groot deel bepaald door onze grondexploitaties; ik noem Benedenveer, Baanhoek West en het Stationspark. We hebben begrepen dat de toekomstige opbrengsten in deze grondexploitaties niet allemaal zijn geactualiseerd, laat staan door een onafhankelijke taxateur zijn vastgesteld. Dit maakt de grondexploitatieberekeningen niet solide, wat kan leiden tot grote tegenvallers en aanslagen op onze reserves en dus op ons weerstandsvermogen. Dat kunnen we ons simpelweg niet permitteren. Vele gemeenten hebben de grondopbrengsten in de grondexploitatieberekeningen naar beneden moeten bijstellen, zoals de gemeenten Dordrecht en Rotterdam, met als resultaat forse afboekingen van de reserves. Sliedrecht heeft dat nog niet gedaan, terwijl de vastgoedmarkt toch echt veranderd is. Daarnaast moeten we constateren dat ROM-D steeds meer projecten voor Sliedrecht gaat doen, zoals het Plaatje. Op zichzelf niets mis mee, maar we moeten ons afvragen welke externe vastgoedpartij in de huidige vastgoedmarkt nog dergelijke risico’s wil nemen. Uiteindelijk zal bij tegenvallende resultaten niet ROM-D benadeeld worden, maar de gemeente. Dat moeten we zien te voorkomen. De VVD pleit er dan ook dringend voor dat de nota Grondbeleid uit 2004 op korte termijn herzien wordt. Van een actief grondbeleid wat ons betreft naar een faciliterend grondbeleid. Dit maakt de financiële uitkomsten van projecten voor de gemeente Sliedrecht meer beheersbaar en meer voorspelbaar. In deze nieuwe nota Grondbeleid kunnen vervolgens goede kaders worden aangegeven hoe in te kopen bij ROM-D; wat ons betreft met een forse beperking op ons eigen risico. Voorzitter, ik ben aan het eind van ons betoog. De begroting 2012 ziet er goed uit en laten we dat de komende jaren zo houden. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel, meneer Van Rekom. Dan is het woord aan de fractie van de PvdA, de heer Van Gameren.
Fractie PvdA – de heer Van Gameren De heer Van Gameren Voorzitter, in de opmaat naar de vergadering van 24 oktober is de behandeling van de Programmabegroting, ik heb het in de opiniërende bijeenkomst ook al gezegd, er een beetje bij ingeschoten. Over de bestuurscrisis en het vertrek van de heer Boevée is al veel gezegd en hoe ingrijpend ook: in deze algemene beschouwing ga ik daaraan voorbij. Om te beginnen: lof is er voor de opzet van de begroting die langzamerhand de gewenste vorm gaat benaderen. Mijn gebruikelijke zorg over een logische lijn van visie of centrale ambitie per programma, uitgewerkt in doelstellingen en verder gedetailleerd in subdoelstellingen en vastgelegd in maatregelen, die zorg, het ontbreken van die logische lijn, is er weliswaar nog steeds. Zo wordt de vraag: wat mag het kosten? niet per maatregel beantwoord. En nu gaat het om een beoordeling van een bedrag waar heel veel dingen onder vallen. En daardoor blijft de sturing van de raad nog steeds op deze punten erg vaag. Maar nogmaals, we zijn op weg en we komen er wel. Financieel gezien is, met de recent behandelde Zomernota en met de eerdere informatie over de bezuinigingen in de brede doorlichting, de financiële positie voor 2012 wel voldoende in beeld. Dat geldt ook voor het meerjarenbeeld. Dat beeld oogt gezond. Vanaf 2015 hakt de grote daling van de algemene uitkering er fors in, zodat we vanaf 2015 fors in de min gaan. Het college vindt dat blijkbaar ver genoeg weg. In de tekst van de begroting wordt daar in ieder geval nog geen consequentie uit getrokken. En wij onderschrijven eigenlijk die wat afwachtende houding. Aan een nieuwe bezuinigingsronde
- 171 -
zijn in ieder geval wij ook nog niet toe. In een algemene beschouwing dient men aan te geven waar in 2012 belangrijke zorgen liggen, die dus moeten worden aangepakt en mogelijk gerealiseerd. Als eerste heeft de fractie van de PvdA langzamerhand heel veel zorgen over ons inziens door het college in deze begroting onderbelichte zaken. Door het uitblijven van de nota grote projecten blijven een aantal zaken heel lang zweven, wat weer ruimte geeft aan allerlei geruchten en indianenverhalen. Ik noem er maar een paar, maar als eerste noem ik de uitbreiding van De Stoep. Voor ons, in ieder geval voor de PvdA, is er geen enkele twijfel. De vraag is alleen nog: wanneer? Een zelfde soort ongemak is er met betrekking tot het openbaar basis onderwijs, wat dreigt in een achterstandspositie te komen door het uitblijven van een heldere lijn. De fractie van de PvdA pleit ervoor om dat onderzoek, wat lopende is, sneller te doen en zo spoedig mogelijk duidelijkheid te bieden over de vorming van een brede school met twee scholen op de Prickwaert-locatie. Mevrouw de Bruin komt daar morgen in tweede termijn uitgebreid op terug. Derde punt. Grote zorg is er ook over van het Griendencollege. De school is bezig om het hoofd boven water te houden en wij moeten ze daarin 100% steunen. De fractie van de PvdA vraagt deze raad dan ook zich unaniem uit te spreken dat er alles aan gedaan wordt om het Griendencollege voor Sliedrecht te behouden. Vierde punt. Dan die indianenverhalen over de bibliotheek. Natuurlijk, ook de bibliotheek deelt in de bezuinigingen. Gelukkig is dat maar vijf procent. Maar van andere plannen, laat staan sluiting is geen sprake. Integendeel, wij als raad weten niet beter dat met de nieuwbouw op het Bonkelaarplein er gewoon een nieuwe, grotere bibliotheek terugkomt. Mede daarom heeft mijn fractie het bouwplan gesteund met € 700.000. Dat is niet niks. Een vijfde punt wat ik daarbij wil noemen is ook het alsmaar uitblijven van duidelijkheid over het Plaatje. Dat zou door de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden, onze eigen ROM-D worden ontwikkeld. Pas in januari, de wethouder heeft het toegezegd, komt er antwoord. Dat konden we niet zelf. Maar nu gaan er allerlei verhalen dat ROM-D het ook niet lukt of zal lukken. Wij begrijpen niet waarom. En we begrijpen ook niet waarom er tussentijds geen informatie aan de raad aangereikt kan worden. En die moet dus nu maar wachten tot alles gelukt of wellicht mislukt is. Een laatste punt wat ik wil noemen, is door anderen ook al genoemd. Hetzelfde geldt voor de gemeentewerf. Er is een onderzoek gaande naar uitbesteding van de huisvuildienst en en passant wordt ook het voornemen tot een nieuwe gemeentewerf maar ter discussie gesteld. De raad weet ervan, maar reageert er ook wel erg laconiek op. Wij hadden graag gezien dat dergelijke koerswijzigingen eerst aan de raad worden voorgelegd. Dat heet kaderstelling. Nu het tweede deel van mijn algemene beschouwing. Want dergelijke strubbelingen duiden op een gebrekkige afstemming bij het organiseren van de wat grotere projecten en oplossen van problemen. Nogmaals, het uitblijven van de nota grote projecten is daar debet aan. De opname van dergelijke zaken in een begroting mag dan een technische zaak zijn, de keuze van de verdeling van het geld over dergelijke investeringen in de grote projecten in relatie tot de ontwikkeling van de reserves en het weerstandsvermogen is dat niet. Daar gaat het om politieke afwegingen en keuzes welke zaken prioriteit moeten krijgen. Juist bovengenoemde plannen en/of wijzigingen horen juist thuis in een begroting voor een volgend jaar. Want naast bovengenoemde projecten zit er namelijk nogal wat aan te komen waar we ook nog niks van weten. Zoals de kosten van het overkomen van het Rijk van de Jeugdzorg, de AWBZ en de uitvoering van de Wet Werken naar Vermogen en de gevolgen daarvan, met name voor Drechtwerk. Daar zal ongetwijfeld minder geld meekomen uit Den Haag dan er nu aan wordt uitgegeven. Dus we zullen moeten bijpassen. Maar ten tweede, vooral ook om ruimte te hebben voor het compenseren van sociale voorzieningen die wellicht bij de decentralisatie van de Jeugdzorg, Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten en Wet Werken naar vermogen minder zullen worden. De fractie van de PvdA pleit er al langer voor weer meer eigen, lokale ruimte te hebben om mensen te helpen die door de nieuwe regels tussen wal en schip dreigen te komen. Derde punt wat ik daarbij wil noemen is dat we bovendien langzamerhand het financiële zicht een beetje aan het verliezen zijn door tussentijds opgekomen verplichtingen, zoals het Plaatje, mogelijke opbrengsten van de Driehoek, de waterberging, het Recreatief Knooppunt Sliedrecht, Stationspark III en de toename van het risico bij de ROM-D. Allemaal vragen en antwoorden die in een meerjarenperspectief juist op rij moeten worden gezet om te weten hoe ver we nat zijn. Daarom, de nota grote projecten dient naast antwoorden op al deze vragen, dus ook een integraal en overkoepelend karakter te hebben, om al die
- 172 -
investeringen en oplossingen voor problemen helder op rij te hebben. Die rapportage grote projecten wordt wel genoemd; die komt. De vraag is of die inderdaad een door mijn fractie gevraagd sluitend meerjareninvesteringsperspectief kan schetsen. Tot slot het derde deel. En dat betreft de toekomst van de Drechtsteden en van Sliedrecht zelf. Als er iets is wat, mede door verschillende visies op de huidige en toekomstige samenwerking in de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, de gemoederen in 2012 en zeker ook in 2013 zal gaan bezighouden, dan is het wel de visie op de bestuurlijke toekomst van Sliedrecht en van de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden. De fractie van de PvdA Sliedrecht is daar al enige tijd heel helder over. In een notendop: de gemeente blijft zelfstandig voortbestaan. De organisatie wordt afgeslankt tot de direct bestuurlijke taken per gemeente, tot de echte, direct voor de bevolking van belang zijnde zaken, zoals ruimtelijke ordening op wijkniveau, welzijn, sport en dergelijke. De overige inhoudelijke en materiële productie laten we over of delegeren deze aan technische uitvoeringsafdelingen bij een samenwerking, bijvoorbeeld de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden. Die wordt dan geleid door fulltime, inhoudelijk kundige en door de gemeenteraden gekozen professionals, die verantwoording schuldig zijn aan de lokale raden. De Drechtraad, Drechtstedenbestuur en Bureau Drechtsteden kunnen worden opgeheven. Op langere termijn: Sliedrecht heeft meer met de Waard dan met Dordrecht of Zwijndrecht. Ook samen met overige PvdA-fracties in de regio is er thans in zoverre consensus dat alle gemeenten zelfstandig willen blijven, maar vergaand willen samenwerken. In ieder geval niet verdergaan met het bestuurlijk complexe Drechtstedencircus, al dan niet met wilde dieren. Als mijn voorstel niet te realiseren is en we toch min of meer op de huidige wijze door moeten gaan, dan dient er een experiment te komen met een gekozen Drechtraad. Dat zouden verkiezingen kunnen zijn die tegelijkertijd met de gemeenteraadsverkiezingen kunnen worden gehouden. Tot slot. Zoals zovele jaren wordt de begrotingsbehandeling ook gebruikt voor het ingaan op talloze details en technische vragen. Vragen die in onze optiek op elk moment in een jaar gesteld hadden kunnen worden en aan de orde gesteld hadden kunnen worden. In plaats daarvan heb ik u verteld wat volgens de PvdA voor 2012 werkelijk de grote zorgen, werkelijk de grote opgaven zijn en uiteraard ook voor de jaren daarna. Dat heb ik u willen schetsen. Neem een aantal zorgen wat serieuzer, zorg voor een goed meerjareninvesteringsprogramma met handhaving van een goed welzijns- en sociaal beleid, alsmede kaders voor een betere en snellere aanpak van het basisonderwijs en steun voor het Griendencollege. En helemaal tot slot heb ik u onze visie op de toekomst van Sliedrecht geschetst. De voorzitter Dank u wel, meneer Van Gameren. Dan is het woord aan de fractie van het CDA, de heer Dunsbergen.
Fractie CDA – de heer Dunsbergen De heer Dunsbergen Mevrouw de voorzitter, leden van het college, leden van de raad, dames en heren. Het jaar 2011 is voor ons als gemeenteraad een pittig jaar geworden. Veel zaken spelen of speelden een bepalende rol. Denk aan de brede doorlichting, zaken rondom de Derde Merwedehaven, de toekomst van Sliedrecht en op maandag 24 oktober debatteerden we over het functioneren als raad, mede in relatie tot het college. Allemaal grote en belangrijke onderwerpen. Feitelijk draait al ons werk om het wel en wee van Sliedrecht. Daar ligt ondanks en dankzij de politieke verschillen ook de verbinding. Het belang van de Sliedrechtse gemeenschap is het fundament waar we hier met elkaar allemaal op staan. We zullen als raad op een respectvolle wijze de discussie met elkaar en met de burgers moeten zoeken en moeten voeren. De volgende vraag speelt daarbij een centrale rol: waar ligt het belang van de inwoners van Sliedrecht, de mensen door wie we gekozen zijn? De CDA fractie ondersteunt het voorstel om als raad eens met de benen op tafel na te denken over onze rol in de toekomst, oftewel de verdere doorontwikkeling naar het dualistische systeem. Het gesprek tussen de raad en het college zal tweerichtingsverkeer moeten zijn. De raad zal het college kaders en normen moeten meegeven: wat vinden wij namens de Sliedrechtse samenleving belangrijk? Dat geven we ze mee. Daarnaast zullen we van het college informatie moeten ontvangen om onze toezichthoudende en controlerende rol te kunnen uitvoeren. Het blijkt dat we daar zelf onvoldoende uitkomen of anders
- 173 -
gezegd: aan toekomen. We zullen hier bewust tijd voor moeten maken en deskundigheid en deskundigheidbevordering moeten inkopen. Het is prima als we aan debattrainingen doen, maar voor de CDA fractie is dat stap 2. We zullen eerst moeten inzetten op eenzelfde beeld of eenzelfde gevoel bij het dualisme en het stellen van kaders en de goede vragen. Als raad zullen we ons moeten focussen op de resultaten en veel minder op het proces, de randverschijnselen. Dat is lastig omdat praktische zaken veel eenvoudiger te benoemen zijn dan het stellen van kaders. Ook daarin zullen we dus geschoold moeten worden. Voorzitter, het aanbieden van scholing geldt niet alleen voor de raad, maar voor alle niveaus die bij ons werk zijn betrokken. De instelling 'deze cursus kost geld, dus daar schrijven we niet op in' is de dood in de pot. Het kan niet zo zijn dat mensen tien jaar lang geen scholing volgen. Op alle niveaus zullen mensen zich moeten blijven ontwikkelen. De samenleving en de theorieontwikkeling staat niet stil. Inderdaad, en dat kost geld. Indien de bestaande opleidingsbudgetten niet toereikend zijn, zal de CDA fractie er geen enkele moeite mee hebben het budget structureel op te hogen in het besef dat de kosten voor de baten uitgaan. We zijn dus voor het investeren in mensen en dat daar iets tegenover staat, mag vanzelfsprekend genoemd worden. Voorzitter, hiermee sla ik een brug naar de begroting voor 2012. De CDA fractie is verheugd met de nieuwe opzet van de begroting. Er wordt meer op hoofdlijnen gewerkt en er wordt gewerkt, inderdaad, met streefwaarden. De planning- en controlecyclus wordt herijkt. Graag wil de CDA fractie aan deze omslag een bijdrage leveren en in onze fractie hebben we nagedacht over dit onderwerp. De uitkomst van deze inhoudelijke discussie wordt u deze week toegezonden. Ten aanzien van de regionale samenwerking zou ik het volgende willen opmerken. De CDA fractie ziet de Drechtsteden als een stedelijk gebied waarin zelfstandige gemeenten met een eigen identiteit samenwerken. Dit vanuit het besef dat de omvangrijke uitdagingen zoals de taakoverhevelingen van rijk naar gemeenten en de enorme bezuinigingen waarmee de individuele gemeenten te maken hebben, alleen in gezamenlijkheid en op een verantwoorde wijze kunnen worden opgelost. En zo spreekt het gezamenlijk uitvoeren van taken waarmee voordelen behaald kunnen worden, de CDA-fractie aan. Dit geldt ook voor het gezamenlijk oppakken van dossiers richting andere overheden, zoals die op het gebied van de infrastructuur, waarbij goede ontsluitingen centraal staan; denk ook aan de A15. Het is onze opvatting dat regionale samenwerking in dienst moet staan van de Sliedrechtse gemeenschap. Daar is gelukkig binnen deze raad geen verschil van mening over, maar de interne discussie over dit onderwerp moet nog een vervolg krijgen. Kijkend naar de begroting 2012 zou het buitengewoon plezierig zijn geweest als we al een voorlopige raming van het resultaat 2011 hadden ontvangen. Dit stelt eisen aan het financieel instrumentarium. Over het jaar 2010 werden we immers in een laat stadium verrast met een stevig positief saldo. Hoe eerder deze informatie bekend is, des te scherper kan er aan de wind gezeild worden. Misschien is hier al een tipje van de sluier op te lichten door de wethouder van Financiën? Want informatie is nodig om als raad ons werk goed te kunnen doen. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor het volgen van de streefwaarden zoals opgenomen in de begroting. Het valt de CDA fractie op dat niet bij alle beleidsdomeinen deze waarden vermeld staan. De CDA fractie heeft er begrip voor dat het een groeimodel is, maar er zal toch naar gestreefd moeten worden dat in de begroting van 2013 er wel een volledige dekking op dit punt is. Wij nemen aan dat dit dan ook het geval zal zijn en horen graag van het college een bevestigende reactie. Vastgesteld kan worden dat de brede doorlichting een succesvol traject geweest is. De begroting 2012 is sluitend; dat is een positief gegeven. Het meerjarenperspectief vraagt blijkbaar een brede doorlichting fase 2. Een gemeentelijke werkgroep is inmiddels gestart. Voorzitter, de CDA fractie neemt aan dat deze werkgroep zich richt op innovatieve wijzigingen van beleid; daar hebben we eerder iets over gelezen. Wijzigingen die geld opleveren. In het betreffende raadsvoorstel staan vier domeinen genoemd. We hebben ze vanavond al eerder gehoord. De CDA fractie pleit er voor dat er niet alleen gekeken wordt naar de vier geselecteerde domeinen, maar naar alle beleidsdomeinen. En de vraag aan het college is of dit kan worden toegezegd. Voorzitter, de CDA fractie staat nog steeds achter het raadsbesluit van 2009 om de ondergrens van de algemene reserve op vier miljoen euro te handhaven. Dit kader lijkt te zijn verdwenen in deze begroting. Op dit punt krijgen we vanuit het ambtelijk apparaat wat verschillende signalen op basis van een technische vraag. Graag verneemt de CDA fractie de visie van de wethouder. Positief is het dat de woonlasten voor
- 174 -
meerpersoonshuishoudens in 2012 dalen met 2,5%, met name veroorzaakt door de profijtheffingen. Sliedrecht staat in de COELO lijst te boek als een redelijk goedkope gemeente en dat is positief. Interessant is wel in hoeverre het voorzieningenniveau naar de mening van de gemiddelde Sliedrechtenaar op orde is. Immers, het geld is het middel, het voorzieningenniveau is het doel. Wellicht dat de mensen bepaalde voorzieningen overbodig vinden, dan wel bereid zijn meer te betalen voor een hoger voorzieningenniveau. Bij het CDA staat het vrijwilligerswerk hoog in het vaandel. Het is goed dat er niet bezuinigd wordt op de subsidies aan verenigingen. Het verenigingsleven en de daaraan verbonden vrijwilligers vormen een belangrijke pijler binnen onze samenleving. Meer dan 9.000 mensen houden zich bezig met een grote variatie aan activiteiten, zowel voor ouderen als jongeren, binnen en buiten. Hierbij kan gedacht worden aan sport, muziek, kerkelijke groeperingen, maar ook de Historische Vereniging, de Voedselbank en binnenkort de sociale moestuin. Ook worden mensen in moeilijke situaties bezocht; denk aan Home Start. Voorbeelden van betrokkenheid die we als gemeente moeten blijven ondersteunen en koesteren. In de opiniërende vergadering van een paar weken terug is gediscussieerd over de post nieuw beleid. De wethouder is in 2010 helder geweest over deze post. Toen we nog aan de vooravond stonden van de brede doorlichting, stond deze post ook op de begroting. De uitdaging om tot bezuinigingen te komen in die periode was zeker vier keer zo groot. Wat de CDA fractie betreft kan de post nieuw beleid gehandhaafd blijven tot we de discussie over de aanstaande bezuinigingsvoorstellen gevoerd hebben. En tijdens deze discussie zal de post nieuw beleid onderdeel van die discussie moeten uitmaken. In dit verband maken we als CDA fractie toch een paar aanvullende opmerkingen. In 2012 zal aandacht gegeven moeten worden aan diverse kantelingen: Jeugdzorg, de AWBZ en niet te vergeten het onderwijs. Denk aan de nieuwe wetgeving in het kader van passend onderwijs. Goed dat deze onderwerpen regionaal opgepakt worden. Het laat onverlet dat de regie en de verantwoordelijkheid op het lokale niveau ligt. Het feit dat iedere gemeente het CJG op een andere wijze georganiseerd heeft is hierbij een complicerende factor. In het kader van de begroting zullen we rekening moeten houden met de financiële gevolgen. In hoeverre de opgenomen buffer van € 2,50 per inwoner met een totaal van € 60.000 toereikend is, is op dit moment niet vast te stellen. Wellicht zal er een beroep gedaan moeten worden op die pot nieuw beleid. Het tweede onderwerp dat haakt aan nieuw beleid is bijvoorbeeld de mogelijke uitbreiding van sporthal de Stoep, die ook door de CDA fractie ondersteund wordt. Dit betreft een incidentele kostenpost. De uitbreiding heeft consequenties, ook voor de exploitatie van de sporthal. Daarbij gaat het wel om structurele kosten. Ten aanzien van de grote projecten wil de CDA fractie wijzen op het tempo en de daaraan gelinkte externe subsidies. Want voorkomen moet worden dat de subsidies vervallen vanwege het verlopen van termijnen. Hierbij denken we concreet aan het project Burgemeester Winklerplein. Graag verneemt de CDA fractie in hoeverre het college dit risico herkent en welke interventies ingezet worden. Kunt u toezeggen dat we geen subsidies zullen missen? Ten aanzien van de actualisatie van de grondexploitaties stelt de CDA fractie vast dat dit punt is opgepakt. Complimenten hiervoor. Wel kan vastgesteld worden dat we bij een aantal projecten financiële risico’s lopen. Neem bijvoorbeeld project Benedenveer. We hebben daar in 2010 1,4 miljoen euro op afgeboekt. In de lijst van risico’s staat dit project genoemd met een mogelijk tekort van 1,5 miljoen; een hoog risicodragend project. Om deze reden pleit de CDA fractie er voor om de overheveling van de € 500.000 uit het fonds egalisatie grondkosten naar de algemene reserve niet ten uitvoer te brengen. Graag vernemen wij hierover de mening van de andere fracties en de mening van de wethouder. Wij zijn in afwachting van de uitkomst van de evaluatie van de kosten en het gebruik van de waterbus. Indien het enigszins mogelijk is moet deze gehandhaafd blijven, aangezien dit ook een goede vorm is van direct en alternatief vervoer. Voorzitter, ik ga afsluiten. De CDA fractie is een confessionele partij. En daarmee zeg ik niets nieuws. We laten ons leiden door de Bijbelse boodschap als grondslag en inspiratiebron bij het zoeken naar nieuwe antwoorden op maatschappelijke vraagstukken van vandaag en morgen. Voor het CDA staat daarbij tevens centraal de betrokkenheid van mensen bij hun gemeente, hun wijk, hun gezin, hun school, hun vereniging en hun bedrijf. Daarmee zijn voor ons kernbegrippen: sociaal beleid en degelijkheid als het gaat om de gemeentefinanciën, alsmede behoud van waarden en normen. Dit gezegd hebbend, hoopt de CDA fractie in de komende maanden samen met de andere fracties te kunnen werken aan een nieuw elan. Het vraagt wederzijds respect en vooral ook vertrouwen in elkaar, want er is nog veel werk te doen.
- 175 -
Luie handen maken arm, ijverige handen brengen rijkdom. Met deze spreuk wil ik de bijdrage van het CDA afsluiten. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel, meneer Dunsbergen. Er zijn in eerste termijn door een aantal fractievoorzitters expliciete vragen gesteld aan andere fracties. Is er iemand die daar nu al op wil reageren, of neemt u dat in uw tweede termijn mee? Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Een verhelderingsvraag aan de SGP/ChristenUnie fractie; twee dingen eigenlijk. Waar het ging over het eventuele nieuw beleid, zei meneer Den Braanker: dan zal de strekking van onze motie daarin duidelijk zijn. De voorzitter Zou u de microfoon iets naar u toe willen halen? Mevrouw Visser Misschien dat ik het gemist heb, maar ik heb opgeschreven: nieuw beleid en slechte tijden, en reserveren voor onverwachte tegenvallers. En daarna sprak u de zin uit: dan zal de strekking van onze eventuele motie duidelijk zijn. Misschien toch nog even voor mijn begrip: bedoelt u misschien wel halveren van dat nieuw beleid? Of echt een motie waarin u gaat zeggen van: het hoeft niet uitgegeven te worden, we bewaren het als stroppenpot? Of heb ik het verkeerd begrepen? De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Het CDA heeft een aantal risico's in beeld gebracht en zo kan ik er nog wel meer bedenken. In het licht van het verhaal wat ik heb afgestoken mag het helder zijn dat wij de toekomst niet in kunnen kijken, maar dat wij inderdaad wel tegenvallers kunnen verwachten en met het oog daarop een nieuw beleid zouden moeten inzetten. Dus als het gaat over een motie zal het ongeveer die strekking hebben. Je zou het ook op een andere manier vorm kunnen geven, inderdaad, door het door te koppelen aan de brede doorlichting. Maar wellicht zijn er van uw kant ideeën om in ieder geval dat op een goede manier aan te vliegen. Mevrouw Visser En dan heb ik nog een vraag. In uw rijtje zorgen heeft u ook gesproken over een eventueel exploitatietekort op Benedenveer en ook de ontwikkeling van de bevolking en de woningbehoefte en toen zei u: ik ben benieuwd hoe de overige fracties daarover denken. Wilt u van ons horen of wij dat exploitatietekort ook zorgelijk vinden of wilt u van ons horen hoe we denken over het verder ontwikkelen van de Benedenveer? De heer Den Braanker Met name dat laatste. Mevrouw Visser Oké, goed. Dan komen we daar in tweede termijn netjes op terug. De voorzitter Zijn er anderen? De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Richting de VVD. U voerde opnieuw uw voorstel op om niet te bezuinigen, althans minder te bezuinigen op de musea. Nou kan ik dat ook uitleggen van: ja, dat zou ook weer willekeur teweeg brengen. Maar wat is uw motief? U zegt wij zijn de hoeder van de cultuur, bijna, maar welke motieven zou u naar ons toe gebruiken om ons te overtuigen? Want wij hebben daar al eerder uitspraken over gedaan. Ik kan me herinneren dat we dit al eerder aan de orde hebben gehad, volgens mij bij de Zomernota. Waar zou u ons mee kunnen overtuigen? De voorzitter De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Dank u wel. We hebben het al in ons alternatief bezuinigingsplan tijdens de Zomernota wat mij betreft heel helder aangegeven. Daar heb ik ook een inzicht gegeven in de percentages bezuinigingen over de hele linie. Die was negen van de tien keer om en nabij de tien
- 176 -
procent. Ook toen vonden we het al opvallend dat met name de culturele instellingen meer dan evenredig werden gekort. Dat vonden we en dat vinden we nog steeds niet fair ten opzichte van alle andere bezuinigingen. We zien geen enkele reden waarom je nu, omdat je eigenlijk toch de willekeur kiest, juist dan de musea, waar we denk ik met z'n allen best trots op mogen zijn, want dat bepaalt toch de cultuur en historie van Sliedrecht, waarom je die nou specifiek pakt om daar uiteindelijk meer dan evenredig op te bezuinigen. De heer Den Braanker Dat verhaal geldt dan toch ook bijvoorbeeld voor de inspreker? Met de stichting die ook aangeeft: wij hebben te maken met bezuinigingen en die zijn vrij ingrijpend. Ik begrijp best dat u een bezuiniging ongedaan wilt maken, maar uw.. De heer Van Rekom Voor alle duidelijkheid: die inspreker heeft volgens mij heel weinig met cultuur van doen en heeft iets met jeugd van doen. En dat is toch een andere categorie. Wij hebben bewust gekozen voor de cultuurcategorie, omdat we graag als VVD datgene wat we hier nog aan cultuur hebben, ook graag willen behouden. Dat is het argument waarop we juist specifiek het fenomeen musea en cultuur hebben voorgesteld, om daar minder of in ieder geval niet meer dan evenredig op te korten. De voorzitter Oké. Nog anderen? De heer Dunsbergen en dan de heer Van Rekom. De heer Dunsbergen Dank u wel, voorzitter. Ik heb een vraag aan de fractie van PRO Sliedrecht. Mevrouw Visser noemde een onderzoek rondom de brede welzijnsstichting en wil graag een mening horen van de andere fracties. De voorzitter Wilt u de microfoon iets naar u toe halen? De heer Dunsbergen Ja zeker. Is de vraag tot nu toe voldoende helder geweest, voorzitter? De vraag is: kunt u iets meer informatie geven, het gaat over het onderzoek dat mevrouw Visser bepleitte in het kader van de brede welzijnsstichting. Graag even concreter: waar wilt u antwoord op hebben van ons? De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser We hebben als fractie allemaal een brief gekregen van de Rekenkamer met het verzoek onderwerpen aan te dragen voor een eventueel Rekenkameronderzoek in 2012. Nou heb ik op zich helemaal geen enkel probleem met de brede welzijnsstichting, maar ik viel bijna van m'n stoel af toen we bij die sociale moestuin zaten en dat daar verteld werd dat ze een subsidie hadden ontvangen van de brede welzijnsstichting. Kijk, meneer Van Rekom heeft het al genoemd: wij lopen te bezuinigen op musea. We bezuinigen onevenredig veel op het open jeugdwerk. En als dan blijkt dat een brede welzijnsstichting een sociale moestuin subsidieert, dan heeft mijn fractie daar moeite mee. En dan hebben wij zoiets van: als we toch een onderwerp moeten aandragen bij de Rekenkamer, misschien dat we dat wel raadsbreed aan kunnen dragen van: kijk nou eens naar nut en noodzaak en de middelen die wij in de brede welzijnsstichting steken. Vandaar de oproep. De voorzitter Dank u wel. De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen Het is duidelijk, voorzitter. Dank u wel. De voorzitter Ik noem ook even de namen, mevrouw Visser, omdat het voor de bandopnames makkelijker terug te vinden is als helder is wie er spreekt. De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Dank u wel. Ik wil eigenlijk een poging doen om de SGP en de ChristenUnie ervan te overtuigen waarom dat nieuw beleid, dat bedrag in ieder geval, niet opgenomen zou moeten worden. Volgens mij heeft u dat gevraagd en ik ga een poging doen om in ieder geval daarvan de
- 177 -
SGP/ChristenUnie te overtuigen. De reden waarom de VVD echt pertinent tegen vorming van een dergelijk potje is, en ik noem het maar weer potje, omdat ik heb moeten constateren, en het is ook gelijktijdig een opmerking of een antwoord richting het CDA, is dat we ook in de begroting een stelpost voor tegenvallers als het gaat om het bestuursakkoord hebben opgenomen van in totaal anderhalf miljoen over die periode. Ook dat is een potje en daar heeft wat ons betreft de VVD begrip voor, want ook wij zien best aankomen dat daar wat tegenvallers kunnen ontstaan. Als je het dan over nieuw beleid hebt, moet je dat wat ons betreft niet nog een keer als argument noemen dat je daar onzekerheid vindt en dus dat je dat potje voor tegenvallers wil benutten. Want daar zit al een stelpost in van anderhalf miljoen. Ten tweede, ik heb net in mijn betoog aangegeven dat we ten aanzien van de dividendopbrengsten in de begroting € 200.000 opnemen, terwijl we in de afgelopen jaren gewoon meer dan de twee ton dividendopbrengsten hebben genoten; dan is dat een redelijk zeker extra potje wat je wederom in de algemene reserve hebt. Als je dat ook nog eens voegt bij de normale post onvoorzien van € 60.000, dan denk ik dat er voldoende buffers in de begroting zitten om uiteindelijk eventuele tegenvallers te kunnen compenseren. Als laatste argument vind ik: er is helemaal niets op tegen als we te maken krijgen met tegenvallers in de begroting, dat we dan een begrotingsoverschrijding krijgen. Dat wordt dan wat mij betreft keurig door het college gemeld en op het moment dat de begrotingsoverschrijding valide is, wie zijn wij dan als raad om daar tegen te zijn of iets dergelijks? Het is een manier van begroten waarvan ik vind dat, en dat heeft de VVD al eens eerder gezegd, dat wat ons betreft er gewoon teveel potjes verscholen zitten, waardoor het inzicht in het werkelijk presteren van onze gemeente gewoon ernstig wordt vertroebeld. En dat is de reden waarom wij gewoon pertinent tegen zijn om nog eens een keertje een extra pot te reserveren voor iets waarvan we op dit moment helemaal niet weten of we die nodig hebben. De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker U zegt dus eigenlijk, mijn voorstel is eigenlijk: schrappen die post? De heer Van Rekom Dat is absoluut ons voorstel, ja. De voorzitter Nog anderen? Mevrouw Visser zie ik. Gaat uw gang. Mevrouw Visser Ik zou graag nog een vraag stellen aan de fractie van de PvdA. We hebben hier 25 oktober ook gesproken en toen is ook even het Griendencollege aan de orde geweest. Op dat moment heeft de portefeuillehouder gezegd: ik zal er alles aan doen om het Griendencollege in stand te houden. Nu kwam de oproep van de PvdA fractie richting alle andere fracties om alles te doen wat nodig is voor het Griendencollege. Ik zou zo graag van u horen: wat is voor u: er alles aan doen? De voorzitter De heer Van Gameren, kunt u daar op reageren? Mevrouw Visser En daar bedoel ik ook mee: zijn dat eventueel ook financiële middelen, of is dat meer gewoon positief uitdragen van de school, of? De voorzitter De heer Van Gameren. De heer Van Gameren Op onderwijsgebied hebben we natuurlijk als raad niet zo veel slagruimte meer. Dat is jammer. Dat is één. Als er inderdaad een financieel offer gevraagd zou worden, hangt ervan af hoe ver en hoe groot, dan denk ik dat wij als PvdA daar wel voor zijn. Ik heb ook in de opiniërende vergadering verlekkerd gekeken naar het restant van het nieuw beleid, onder andere voor dit soort zaken. De voorzitter Oké. Nog anderen die elkaar willen bevragen of willen reageren op vragen die door collega's zijn gesteld? Dat is niet het geval. Dan schors ik de vergadering tot 21.40 uur. De teksten worden uitgedeeld voor zover ze voor de vergadering bij de griffier beschikbaar waren.
- 178 -
Schorsing De voorzitter Zou iedereen de plaats weer willen innemen, dan heropen ik de beraadslagingen. Dan zijn we nu aan de eerste termijn beantwoording van de kant van het college. En volgens de afspraken zoals die er liggen, ben ik degene die voor zover het mijn portefeuille betreft begint met de beantwoordingen en dat zal ik nu doen. En vervolgens wethouder Tanis, Lavooi en De Waard. Daarna schorsen we de vergadering om morgenavond verder te gaan. Dan wou ik nu eerst even beginnen met de beantwoording van de onderdelen die op mijn portefeuille betrekking hebben. Ja, ik moet ook daar gaan staan natuurlijk, hè. Het kan hoor, twee dingen tegelijk. Ik wou eerst even beginnen met de opmerkingen van de kant van mevrouw Visser met betrekking tot de toezeggingen aan de raad. Het is een onderwerp waar we het afgelopen halfjaar al vaker over hebben gesproken. U zult begrijpen dat ik in deze korte schorsing nog niet naar uw overzicht heb kunnen kijken. Maar ik zeg u toe dat ik samen met de griffier zal kijken welke van die toezeggingen inderdaad gedaan zijn en dat wij terugkomen op de vraag welke nog moeten worden afgedaan en wanneer u afdoening kunt verwachten. Maar, ja… concreter kan ik op dit moment niet zijn. Ik zie dat u er een gezicht bij trekt van: eerst zien, dan geloven. Dat begrijp ik ook. Maar ik hoop dat we u toch op een behoorlijke manier kunnen bedienen. Dan zijn eigenlijk van de kant van ik dacht alle fracties vragen gesteld met betrekking tot het RIEC en het Veiligheidshuis, vat ik het maar even samen. En ik wou daar een paar dingen over zeggen. De fractie van de VVD begon er mee dat ter discussie werd gesteld of het nieuw beleid is. Ik ben het met u eens dat je die discussie kunt hebben: is dit nieuw beleid, is dit geen nieuw beleid? Als het gaat om de inhoud en om de taken, dan klopt het dat we dat de afgelopen twee jaar gedaan hebben en gefinancierd hebben. In financiële termen is het wel nieuw beleid omdat het tot nu toe niet structureel gedekt is in de begroting en als wij die activiteiten willen doorzetten, we wel structurele dekking moeten organiseren. Dat is de achtergrond geweest bij het college om het u zo aan te bieden. Ik hoop dat u dat als een financiële technische aangelegenheid wilt beschouwen, dan kunnen we vervolgens even kijken naar de vraag: is het zinvol en nuttig om deze activiteiten structureel in het gemeentelijk palet van activiteiten mee te nemen en die te subsidiëren? Daar wou ik graag een paar opmerkingen over maken. Om eerst maar even te beginnen met het Veiligheidshuis. Het Veiligheidshuis is een aantal jaren geleden inderdaad vanuit een initiatief van de kant van Justitie en de politieorganisatie opgezet. Inmiddels is het Veiligheidshuis behoorlijk gevorderd in zijn functioneren als het gaat om deze regio. We hebben in ieder geval het afgelopen jaar meerdere Sliedrechtse jongeren ook als bespreekgevallen in het Veiligheidshuis aan de orde gehad, waardoor het mogelijk is geweest dat zowel vanuit politie als Justitie als hulpverlening een gezamenlijk programma kon worden afgesproken van begeleiding van de jongeren, met het doel de overlast te laten afnemen die een aantal van hen veroorzaken en met het doel de jongeren goed op weg te helpen met de ondersteuning, met hulpverlening, onderwijs, werk en dergelijke. Dus het is wel degelijk zo dat we in de afgelopen periode in dat Veiligheidshuis ook Sliedrechtse jongeren hebben kunnen bespreken, waardoor de begeleiding van die jongeren beter vorm heeft kunnen krijgen dan tot dan het geval was. En wat mij betreft geeft dat ook veel hoop naar de toekomst toe, omdat de organisaties ook veel beter met elkaar hebben leren samenwerken dan ze in verleden deden en daarmee dus een betere begeleiding voor jongeren, die om welke reden dan ook in de problemen zijn geraakt, kunnen organiseren. En tegen die achtergrond lijkt het mij wenselijk om deze voorziening beschikbaar te houden en daarmee ook structureel te financieren. Als het gaat om het RIEC. Het RIEC is een informatiecentrum. Ik dacht dat het de heer Van Rekom was die zei: ja, het dient vooral om bedrijven tegen te houden. Nou, de bedoeling is niet om bedrijven tegen te houden, maar de bedoeling is wel om bijvoorbeeld voor de horecasector of bijvoorbeeld voor de vastgoedsector informatie te kunnen aanleveren die voor de gemeente duidelijk maakt of er reden is om vanwege de criminele achtergrond wel of niet in vergunningenprocessen en dergelijke te stappen. En ik moet zeggen dat ik dat een buitengewoon nuttige functie vind en we hebben daar ook in Sliedrecht al de nodige baat bij gehad. De heer Van Rekom wou onderbreken. Ja, ik probeerde nu even de dubbelrol te vervullen. Gaat uw gang. De heer Van Rekom Ja, dat gaat u goed af hoor, prima. Ik heb aangegeven dat ik het een belemmering vind voor het starten van een vestiging voor een onderneming. Niet om tegen te houden. Ik vind alleen
- 179 -
dat het RIEC als activiteit op een andere manier georganiseerd zou moeten worden, zonder dat daar weer een apart orgaan voor zou moeten komen. Zoals u weet hebben wij het ondernemerschap hoog in het vaandel staan en in onze optiek werkt het gewoon belemmerend en onnodig belemmerend. Want niet iedere ondernemer is crimineel; dat is het argument waar wij het over hadden. De voorzitter Het is ook niet zo dat iedere ondernemer aan dat soort procedures wordt onderworpen, maar er is wel een aantal sectoren waarvoor dat standaard gebeurt. Er zijn ook regionaal en landelijk afspraken over gemaakt. Ik moet zeggen dat ik er buitengewoon tevreden over ben, over de ondersteuning die je krijgt, omdat het RIEC ons echt informatie kan leveren die we alleen als gemeente vanuit onze rol en vanuit onze toegang tot informatie niet kunnen krijgen. Het is overigens zo dat in het kader van de regiovorming van de politie ook nog verder wordt gekeken of we dat RIEC nog wat preciezer en beter en efficiënter kunnen positioneren. Dus dat onderwerp: hoe doe je het zo goed mogelijk, heeft wel degelijk de aandacht. Maar voor mij is het op dit moment erg van belang dat die functie heel nuttig is en dat tegen die achtergrond naar mijn mening gewenst is om zeg maar de structurele financiering van deze organisaties mogelijk te maken. Dan is er van de kant van de fractie van de SGP/ChristenUnie gevraagd naar alcoholbeleid, alcoholpreventie. Het klopt dat er onderzoeken zijn geweest waarbij gekeken is naar: wordt er zorgvuldig omgegaan met het leveren van drank aan jongeren als daar om gevraagd wordt? We hebben zelf van de kant van de onderzoekers ook de melding gehad van waar dat niet het geval was geweest en dat heeft ook geleid tot actie van onze kant om de betrokken ondernemers aan te spreken op gedrag, in de verwachting dat ze daarmee uiteraard zelf scherper worden op de regels die moeten worden nageleefd met betrekking tot alcohollevering aan jongeren. Dat is een deel van de vraag die u stelde. Een ander deel van de vraag die u stelde was: wordt er ook handhavend opgetreden? Ja, er wordt handhavend opgetreden. Dat wil niet zeggen dat de politie nooit iets door de vingers ziet, want je moet ook als politie een afweging maken tussen: wat levert de interventie op en wat levert het even laten lopen op? Dat zijn altijd op de momenten zelf de afwegingen die de politie maakt. Maar op dit moment is er ook weer sprake van een bijzondere overlastplek en daar zal op zeer korte termijn ook verder handhavend worden opgetreden. Dus het is wel degelijk zo dat in goed overleg tussen politie en gemeente, als het gaat om overlast als gevolg van alcoholgebruik, we daar scherp op letten en op het moment dat dat echt te gortig wordt, ook echt optreden. Dus dat is wel heel nadrukkelijk wat de bedoeling is en waar aan gewerkt wordt. En het overleg daarover tussen de wijkagenten en medewerkers van onze afdeling is heel nauw. En wij proberen een goede balans te vinden tussen op elk moment interveniëren en met beleid interveniëren, laat ik het zo maar samenvatten. Volgens mij zijn dit de vragen die specifiek over mijn portefeuille zijn gesteld. De heer Den Braanker wou nog even interrumperen. Gaat uw gang. De heer Den Braanker Ik heb ook een verhaal gehouden over het RIEC, dat we daar een besluit over genomen hadden eind 2009, over de pilot. En de opmerking van onze fractie was toen dat wij het nodig vinden een evaluatie te houden over het RIEC. Nu hoor ik u opmerken: we hebben er baat bij gehad, de functie is heel nuttig en u brengt uw eigen ervaring in met betrekking tot. Hoe moet ik nu die evaluatie, want die wordt ons formeel niet aangeboden, hoe moet ik dat nu zien? De voorzitter Ja, ik moet u eerlijk zeggen dat het mij persoonlijk ontgaan is dat er een evaluatie is toegezegd. Dat is misschien slordig, maar, ja, het speelt van voor mijn tijd en ik had het niet op het lijstje staan van dingen die nagekomen moesten worden. Dus het is mij ontgaan. Maar ik ben best bereid om nog even met de mensen van het Veiligheidshuis en het RIEC te kijken of we zo medio volgend jaar nog eens even de ervaringen die ze hebben, op een rijtje kunnen zetten en eens kunnen proberen om in kwalitatieve term te analyseren welke baten we daar als Sliedrecht bij hebben gehad. En dat is dus niet een evaluatie op dit moment, en misschien geen brede evaluatie, maar dat geeft dan over pakweg een half jaar even wat inzicht in hoe de vorderingen zijn en wat we er aan hebben. Ik weet niet of u daar genoegen mee wilt nemen, maar ik ben bereid om op die manier nog een beetje tegemoet te komen aan wat we kennelijk hadden moeten doen, maar niet hebben gedaan. Dan is het woord aan wethouder Tanis.
- 180 -
Wethouder Tanis Ja dank u wel, voorzitter. Eerst even een aantal algemene opmerkingen, dan ondervang ik denk alo het overgrote deel van de opmerkingen van de meeste fracties. Dank voor de waardering van de nieuwe opzet van de begroting. Een aantal van u heeft aangegeven, nadrukkelijk, dat dit een eerste stap is. Zo zien wij het ook. Er ligt nu een voorstel, zoals u weet, bij de auditcommissie voor een verdere perfectionering van dit hele product. Het zou mij een lief ding waard wezen, voorzitter, als ook de fracties die niet vertegenwoordigd zijn in de auditcommissie op een of andere manier daar ook betrokken bij zouden kunnen worden, zodat het ook echt een product wordt van de gehele raad. Maar goed, dat laat ik graag aan de fracties over. Nadrukkelijk ligt het ook in de bedoeling om niet te lang te praten over het product begroting, maar ook te komen tot een andere opzet van de P&C cyclus, inclusief ook tussentijdse rapportage. Dat voorstel ligt al bij de auditcommissie, zoals ik zei. En wat ons betreft worden in ieder geval ook de suggesties die vanavond gedaan zijn, onder andere door de VVD van: kun je nou niet kijken naar een andere opzet van de hoofdstukken, economie is als voorbeeld genoemd, is het mogelijk om kengetallen rond de gemeenschappelijke regelingen daarin een plekje te geven? Aan de andere kant weer een waarschuwing van: sla ook niet door met het vaststellen van de indicatoren. Daar moeten we gewoon met elkaar het goede evenwicht in vinden en ik ga er vanuit dat we dat met elkaar moeten kunnen doen, zodat er volgend jaar een product ligt wat nog beter aansluit bij de wensen van u als raad. Nogmaals, wij gaan ervoor. Het meerjarenperspectief is ook door een aantal fracties genoemd. Terecht zegt de heer Van Rekom: ja, dat vraagt adequaat optreden als je kijkt naar het totale tekort van 2015. Dat is ook zo. Aan de andere kant, ik onderstreep maar even wat hij zelf ook aangegeven heeft in de richting van een aantal andere fracties, dat wij natuurlijk, zoals u kunt zien op pagina 5, een extra buffer hebben ingebouwd met betrekking tot de risico’s van het bestuursakkoord. Dus in die zin denken wij ook dat er voldoende buffer is om mogelijke tegenvallers nog op te vangen als het gaat over de gevolgen van de decentralisaties. De gevolgen daarvan zijn voor ons gewoon niet bekend, op dit moment. Over de stelpost nieuw beleid hebben ook een aantal fracties opmerkingen gemaakt. Wat het college betreft was het logisch om het hier gewoon te laten staan, omdat het een plekje had gekregen in de Zomernota en de Zomernota die ook door de raad is vastgesteld, dus in die zin was het wat ons betreft consistent om het ook hierin op te nemen. Wij begrijpen gewoon de opmerkingen die u heeft als raad en wij laten het graag aan de raad over om daar met een voorstel voor te komen en uw mening kenbaar te maken. Gevolg daarvan is natuurlijk wel dat het uitgangspunt wat wij als college hadden genoteerd: als een soort tegenwicht van de brede doorlichting hou je de mogelijkheid open om toch nog nieuwe dingen tussentijds te doen, dat die dan vervalt op het moment dat je de post nieuw beleid schrapt. Anderzijds begrijp ik ook de redenering die een aantal fracties hebben gehanteerd, dus wij wachten gewoon even af wat u daarvan vindt. Brede doorlichting, een ander punt waar de meeste fracties aandacht voor hebben gevraagd. Wij hebben op dit moment een project brede doorlichting wat moet leiden tot een bezuiniging in 2015 van vier miljoen. Dat is een. Wij liggen daarvoor op schema, maar een aantal zaken moet nog ingevuld worden. Dat hebben we u ook gemeld. Er is toegezegd dat wij twee keer per jaar met een voortgangsrapportage komen. Wij willen dat graag koppelen, en dan kom ik gelijk ook bij mevrouw Visser, aan een overzicht van de voortgang van de vier innovatieve projecten. Wij hebben informatief aan de raad meegedeeld welke opdrachten wij daar intern over hebben geformuleerd. Daar is ook de toezegging voor gedaan en dat staat ook op de actielijst van de opiniërende bijeenkomst, dat wij daar als college in januari bij u op terug komen: wat hebben die vier innovatieve denkrichtingen opgeleverd? Ik kan u nu in ieder geval melden dat als wij een bezuinigingstaakstelling van een miljoen, ik noem dat bedrag maar even wat ook door diverse fracties is genoemd, zullen moeten realiseren in 2015, dan komen we er niet met het uitwerken van deze vier innovatieve projecten en dat zal wat ons betreft ook in januari in een gesprek met u moeten leiden tot een aanzet, dan noem ik het toch maar even zoals de heer Dunsbergen het vaak noemt: tot een kerntakendiscussie. Wij zien ook nadrukkelijk de relatie met betrekking tot de toekomst van ons dorp, zoals dat ook door u als raad gevoeld wordt. Dat heeft ook een relatie met de kerntakendiscussie en het lijkt ons goed om daar in januari dan, als die discussie in ieder geval wat helderder is, ook de contouren te schetsen van een opzet van een kerntakendiscussie die toch wat ons betreft zou moeten leiden tot nog een substantiële bezuiniging. Ik begrijp dat de heer Van Gameren c.q. de PvdA fractie daar nog niet aan toe is. Maar ik
- 181 -
denk dat u toch snel aan dat idee zult moet wennen, meneer Van Gameren. Wat ons betreft… Mevrouw Visser, sorry voorzitter. De voorzitter Ik zag u niet. Mevrouw Visser. Mevrouw Visser U noemde voor 2015 een miljoen. U zegt ook: het nieuw beleid laat ik aan de raad. Stel dat nou de raad in zijn wijsheid beslist om dat nieuw beleid te laten vallen, dan hebben we het over een bezuiniging van zes ton. Wethouder Tanis Ja. Mevrouw Visser Als we daar de septembercirculaire nog van aftrekken, want volgens de septembercirculaire zou het in plaats van een miljoen in 2015 € 600.000 zijn, in plaats van een miljoen. En daar trekken we dan vier ton af, dan hebben we het toch over twee ton voor 2015? Wethouder Tanis Ja. Mevrouw Visser Dat betekent dat je inderdaad moet gaan denken aan een brede doorlichting 2.0. Wethouder Tanis Ja. Mevrouw Visser Maar dan zou zich kunnen beperken, met de cijfers van nu, tot € 200.000? Wethouder Tanis Ja. Mevrouw Visser Maar klopt het dan ook dat met pagina 294 van het dikke boek in gedachten, waar die taakstellingen staan op de organisatie, dat we er in 2015 nog acht ton bij op moeten tellen? Wethouder Tanis Nee, wij gaan er van uit… Mevrouw Visser Want die staat wel genoemd, die acht ton. Maar die is nog niet ingevuld. Die laat u dan afhangen van die kerntakendiscussie in januari? Wethouder Tanis Nee. Dan begrijpt u mij verkeerd. De heer Den Braanker Voor ik de discussie ga verliezen, welke acht ton bedoelt u, op welke bladzijde? Mevrouw Visser Dat dikke boek krijg je altijd per fractie en dan op pagina 294 staat een verloop van de tekorten en meevallers, eventueel. Maar daar staat ook wat je per jaar op je organisatie moet bezuinigen. En dat loopt in 2015 op tot € 800.000. De voorzitter Het gaat over nog niet ingevulde bezuinigingen op de ambtelijke organisatie. Dus waarvoor wel het bedrag is genoteerd, maar de materiële invulling nog niet heeft plaatsgevonden. Daar gaat het om. Mevrouw Visser Dus is dat dan afhankelijk van die kerntakendiscussie van januari? Of ga je dat sowieso halen? De voorzitter Wethouder Tanis. Wethouder Tanis Het is in ieder geval zo dat het bedrag van die vier miljoen hard is. Dat is een. Dat zit ook in het meerjarenperspectief verwerkt. Het is waar, dat is terecht geconstateerd, dat een deel van die vier miljoen, dat is namelijk ook nog iets breder dan de besparing op de organisatie, nog ingevuld
- 182 -
moet worden. Dat is ook de reden dat wij u toegezegd hebben om twee keer jaar met een voortgangsrapportage te komen, zodat gewoon helder is welk deel van die vier miljoen wij inmiddels ingevuld hebben. Het is niet ons streven op dit moment om de uitkomsten van de kerntakendiscussie een onderdeel te laten zijn van de bezuinigingen van de acht ton. Maar het zou een keuze van de raad kunnen zijn en daar zouden wij dus graag met u ook in januari of februari, dat hangt een beetje van de planning af, maar met u over van gedachten wisselen, omdat wij ook redeneren vanuit het nog vast te stellen toekomstperspectief van Sliedrecht, wat natuurlijk ook een relatie heeft met de manier waarop je kijkt naar je gemeentelijke organisatie en welke taken daarbij horen. Dus het zou een relatie kunnen hebben, maar wij leggen hem op dit moment niet en wij hebben gewoon de opdracht zoals die door de raad is vastgesteld, die zou moeten leiden tot een invulling van uw bedrag van acht ton even te noemen, in de ambtelijke organisatie. En wat ons betreft, voorzitter, over dit punt nog even: in de kantlijn kan daar ook de opmerking van de VVD met betrekking tot de manier waarop met de reserves en voorzieningen en potjes zoals de heer Van Rekom dat noemt, meegenomen worden. Ik denk dat dat ook goed is. We hebben dat een paar jaar geleden al een keer met onze accountant besproken, maar om dat gewoon nog een keer met elkaar mee te nemen zodat er in ieder geval duidelijkheid is welke spelregels we met elkaar daarover afspreken. Onderwijs. Ik heb drie dingen genoteerd van een aantal fracties. Dat is enerzijds het Griendencollege. Ik heb inderdaad in de vorige opiniërende bijeenkomst namens het college gezegd dat het college er alles aan wil doen om het Griendencollege in Sliedrecht te behouden. Dat is dus één kant. Ik denk dat het goed is, voor u ook, om helder te hebben dat er op dit moment geen concrete vraag ligt van de kant van de Grienden voor een financiële bijdrage. Aan de andere kant: de raadsfracties zijn ook geïnformeerd tijdens een bijeenkomst in het Griendencollege dat er toch wat zorgen zijn over de middelen. Dat is één. Zorgen zijn er ook over de ontwikkeling van het leerlingenaantal. Ik heb de vorige keer in de opiniërende bijeenkomst gezegd dat ik u daar graag in beslotenheid over wil informeren. Ik wil me nu graag beperken tot de mededeling in uw richting dat het zo is dat de VMBO scholen vanuit de regio, en dan moet u denken vanuit de Drechtsteden en een deel van de Alblasserwaard, op dit moment met elkaar rond de tafel zitten en zoeken naar de gewenste organisatievorm voor de toekomst. Dat betekent heel concreet dat de scholen met elkaar aan het nadenken zijn over waar welke vorm van onderwijs in de toekomst vorm zou moeten krijgen. Men streeft ernaar om binnen niet al te lange termijn een soort convenant op te stellen met een aantal basisprincipes die daar voor zouden kunnen gelden. En het zal duidelijk zijn dat het college er alles aan doet om het VMBO hier in Sliedrecht te houden; geen enkel misverstand daarover. En als de raad het college daar in wil ondersteunen, graag zelfs. Opmerkingen van de PvdA fractie, onder andere over de Anne de Vries locatie in relatie tot het openbaar onderwijs. Voor de zomervakantie hebben we het raadsvoorstel met betrekking tot de nieuwbouw van Anne de Vries hier op tafel gehad. Daar is heel nadrukkelijk de opdracht gegeven in mijn richting van: zoek naar mogelijkheden om ook voor de Roald Dahl nieuwbouw te realiseren. Nou, er is toegezegd door het college c.q. deze portefeuillehouder om daar uiterlijk in januari in uw richting op terug te komen. Wij zijn daar mee bezig. Ik kan er op dit moment even niks over zeggen. Ik kan alleen maar zeggen dat zowel het VCOS als OPOPS bij ons aan tafel zitten en dat die gesprekken in een bijzonder constructieve sfeer plaatsvinden, maar het vereist wat creativiteit om daar gezamenlijk tot een oplossing te komen. Zodra ik daar wat meer over kan melden, dan kom ik in uw richting daar op terug. Dat geldt wat mij betreft ook voor de onderwijsvisie. Die ligt op schema. Het eerste concept is besproken met het onderwijsveld. Het is ons streven om dat concept nog verder uit te werken, dat vervolgens bij u hier, zo mogelijk ook samen met een aantal mensen uit dat veld, met u te bespreken en wat, en dat is een opmerking ook in de richting van de heer Den Braanker, wat ons betreft zou moeten leiden tot een kaderstellende notitie, onder andere voor het fenomeen brede school. Hoe kijk je daar dan tegenaan? Welke randvoorwaarden stel je daaraan, zodat dat ook … De heer Den Braanker Het heeft ook de inhoudelijke component in zich? Wethouder Tanis Ja, nadrukkelijk.
- 183 -
De heer Den Braanker Oké. Wethouder Tanis Nadrukkelijk. Daar heeft het veld namelijk ook behoefte aan. Het is een inhoudelijke component en het heeft natuurlijk ook een huisvestingcomponent. Enerzijds koppelen we dat niet aan de discussie van de Prickwaert omdat er natuurlijk vanuit de raad de opdracht ligt, maar ook omdat je anders in de vertraging schiet als het gaat over sec specifiek dat vraagstuk. Maar we kijken wel nadrukkelijk naar de toekomst. En we willen ook de huisvestingcomponent van de andere scholen daar op een gegeven moment, januari zijn we niet zo ver hoor, geen misverstand over, maar wel meenemen zodat er ook een langjarig perspectief komt. De regionale samenwerking, daar zijn ook een aantal opmerkingen over gemaakt. Ons voorstel is eigenlijk om de opmerkingen die u daarover gemaakt heeft, in verschillende toonaarden, in ieder geval als college mee te nemen en te kijken welke plaats die kunnen krijgen in de nota die op korte termijn in uw richting komt, om vervolgens daar met elkaar over te kunnen discussiëren. Dus ik wil dat eigenlijk als u dat goed vindt maar even parkeren voor een discussie die op hele korte termijn binnen de raad plaats gaat vinden. Er zijn wat opmerkingen gemaakt over de grote projecten en het overzicht. Het overzicht grote projecten is aangeboden aan de griffie, dus dat wordt binnenkort op de agenda gezet. Het is wel zo, gebiedt de volledigheid te zeggen, dat dat voornamelijk financieel gestuurd is; laat ik het zo zeggen. En dat wij vanwege de prioriteiten die wij op dit moment stellen rond alles wat met planning en control te maken heeft, nog niet zo ver zijn dat daar een heel uitgebreid overzicht in het meerjarenperspectief zit met alle investeringen, de bijbehorende capaciteit en planning en dergelijke. De voorzitter Wethouder Tanis, even ter correctie. De notitie is niet aangeboden aan de griffie; hij komt binnenkort in het college. Er is een verzoek bij de griffie gedaan om de agendering te regelen. Wethouder Tanis Oké, dank u voor uw correctie. Dan nog even een paar opmerkingen, voorzitter, die door een enkele fractie gemaakt zijn. Ik heb er nog heel weinig, moet ik zeggen. De PvdA heeft nog iets gezegd over de voortgang van het Plaatje. U wekt in uw verhaal de suggestie dat de ROM-D het ook niet kan of lukt. Ik weet niet waar u uw informatie op baseert, maar het is wel zo dat wij de opdracht hebben gegeven aan de ROM-D om met een businesscase te komen waarbij uiteindelijk helderheid moet komen onder wat voor condities de ROM-D het Plaatje in de orderportefeuille kan nemen, indien wenselijk gekoppeld met een combinatie met de Driehoek. Er zijn natuurlijk de afgelopen jaren een aantal onderzoeken gedaan en de ROM-D heeft gemeend, om een aantal redenen die nu niet relevant zijn, denk ik, om een aantal van die onderzoeken over te moeten doen, wat uiteraard gevolgen heeft voor de looptijd van het hele project. Er was ons toegezegd dat de uitgewerkte business case vorige week ons beschikbaar zou zijn gesteld. Wij hebben hem nog niet ontvangen. Ja, er is mij gisteren gemeld dat wij deze week… De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Het zou deze week aangeboden worden, maar in haar wijsheid heeft de ROM-D besloten een aantal onderzoeken over te doen, zegt u. Wij zijn toch opdrachtgever? En het is toch zo dat wie betaalt, bepaalt? Dus of u heeft het goed gevonden dat die onderzoeken overgedaan werden, of die onderzoeken komen voor rekening van de ROM-D, mag ik aannemen? Dat in de eerste plaats. En in de tweede plaats: de ROM-D moet toch gewoon leveren? Die hadden toch gewoon vorige week moeten leveren? De voorzitter Helder. Wethouder Tanis en dan mevrouw Verschoor. Wethouder Tanis Om uw eerste vraag te beantwoorden hoef ik alleen maar ja te zeggen. Dat is logisch. Laat ik even terug gaan, voorzitter, heel kort. Wij hebben aan de ROM-D gevraagd om een uitgewerkte business case te maken met de bijbehorende randvoorwaarden waaronder de raad zou kunnen besluiten om het project het Plaatje over te dragen aan de ROM-D. Eén van de voorwaarden die de ROM-D stelt, dat is niet nieuw, maar dat is in feite de nieuwe lijn die een paar jaar geleden in
- 184 -
de Drechtraad is vastgesteld, dat er voordat de ROM-D een project in de orderportefeuille op wil nemen er sprake moet zijn van een sluitende businesscase. Zij hebben dat niet aan kunnen leveren, omdat zij zeggen: kwalitatief waren een aantal van die onderzoeken niet voldoende. Dat betekent niet dat die kosten ten laste van de gemeente Sliedrecht zouden kunnen komen. Die kosten komen ten laste van de grondexploitatie en worden dus vervolgens verrekend bij de uiteindelijke bedrijven die daar een plek krijgen, als het goed is. Dus die komen niet ten laste van Sliedrecht. Ik heb alleen hiermee bedoeld te zeggen dat dit uiteraard gevolgen heeft gehad voor de doorlooptijd. Ik was dan daarnet waarschijnlijk niet duidelijk genoeg, maar daar ging het om. Anders was de ROM-D al eerder in staat geweest om de business case op te leveren. En dat is dus niet gelukt en we zijn in vertraging geschoten omdat zij wat huiswerk over wilden doen. De voorzitter Mevrouw Verschoor. Mevrouw Verschoor Dank u wel, voorzitter. Mijn vraag was: wanneer dan wel? Wat schat u in, wanneer het wel bekend is? Wanneer het onderzoek dus klaar is van de ROM-D? De voorzitter De wethouder. Wethouder Tanis Er is ons toegezegd, wij hebben volgende week een overleg, dat volgende week de business case op tafel zou moeten liggen. Dat is de informatie die ons gisteren beloofd is. En wij gaan daar van uit, omdat wij ook de vervolgstappen willen maken. Enerzijds in de richting van de deelnemende bedrijven, maar anderzijds ook in de richting van de subsidieverstrekkers. Er zal gewoon op heel korte termijn duidelijkheid moeten komen. En laat één ding duidelijk zijn: dit heeft bestuurlijk, niet alleen vanuit Sliedrecht, maar ook vanuit Ambacht, omdat er een combinatie ligt natuurlijk van die twee projecten en ook vanuit de Drechtsteden, alle prioriteit. En er worden ook bestuurders ingezet om die voortgang te bewaken. Maar dat het te lang is, daar ben ik het volledig mee eens. Ik heb nog twee korte, voorzitter. De opmerking van het CDA met betrekking tot de voorlopige raming van het resultaat. Het is zo dat wij altijd een inschatting maken van die voorlopige raming bij het fenomeen veegbesluit. Dat veegbesluit staat volgende week op de agenda. U heeft kunnen zien, als u daar al kennis van heeft genomen, dat door een vrijval van de ISV subsidie wij op dit moment voorzien dat wij een positief resultaat halen over dit jaar van ergens tussen de zes en zeven ton. Maar nogmaals, dat wordt voornamelijk veroorzaakt door een vrijval van de ISV subsidie. En uw vraag met betrekking tot tussentijdse rapportage in relatie tot de voorlopige raming, dat is nou precies de bedoeling van de nieuwe opzet van de P&C cyclus zodat u, voordat de begrotingsraad gehouden wordt, een geactualiseerd overzicht heeft waarbij duidelijk is wat het resultaat is wat wij op dat moment verwachten. Uw opmerking met betrekking tot de externe subsidies is helder. Dat heeft onze volledige aandacht. Dat was het, voorzitter. De voorzitter Dank u wel, wethouder Tanis. Wethouder Lavooi. Wethouder Lavooi Dank u wel, voorzitter. Ik heb geprobeerd de vragen die in onze richting zijn gesteld te bundelen. Eerst Ruimtelijke Ordening en Wonen als u het goed vindt en daarna Welzijn. Ruimtelijke Ordening en Wonen; ik dacht een drietal vragen dan wel opmerkingen die een reactie van het college vragen. De eerste is de locatie Lanser, om het zo maar te noemen, maar dat zeker ook in relatie tot de mogelijke ontwikkeling van de sporthal de Stoep, de verdere uitbreiding daarvan. Spijkers met koppen slaan, zei de heer Van Rekom wat dat betreft. Maar ook de PvdA heeft daar een vraag over gesteld. U weet, wij hebben u toegezegd als college dat wij met een ontwerp stedenbouwkundig kader komen voor dit hele gebied, inclusief de globale financiële consequenties. Met name die combinatie is wel van belang, want je kan wel iets willen, maar het moet ook betaalbaar zijn. Dat loopt al enige tijd. Te lang, ook naar mijn idee. Maar ik zeg u toe dat dat voorstel absoluut in het eerste kwartaal van het volgend jaar naar u toe komt. En dat wordt wat mij betreft niet toegevoegd aan de lijst van mevrouw Visser van: ja, college u kunt het nu wel zeggen, maar volgend jaar zullen we hem toevoegen aan de mogelijke lijst toezeggingen. Absoluut komt in het eerste kwartaal van 2012
- 185 -
de nota Stedenbouwkundige kaders inclusief de financiële consequenties van de locatie Lanser enzovoort. De heer Den Braanker Over het plangebied waarin ook de Stoep is begrepen? Wethouder Lavooi Yes. De heer Den Braanker Oké. Wethouder Lavooi Een van u heeft ook gevraagd: neem daarbij ook mee de gevolgen van de exploitatie. Dat wordt ook wel een poging uiteraard, maar ik neem aan dat collega De Waard daar ook nog op zal ingaan. Maar die totale visie wordt aan u in het eerste kwartaal 2012 voorgelegd. Het tweede punt op het gebied van Ruimtelijke Ordening en Wonen betreft Benedenveer. Diverse sprekers van u hebben het gehad over Benedenveer, ook zorgen geuit, met name over de financiële risico’s die we op dit moment al lopen. Dat staat ook wel goed in de financiële stukken, maar mogelijk ook de toekomst. U weet, wij hebben een keer een ontwerp van een bestemmingsplan aan u voorgelegd. Daar hebben we ook een informatieve bijeenkomst over gehouden. Maar daarna is er heel veel gebeurd. Niet in de laatste plaats bij ASVZ Merwebolder en ook de nieuwe gedachten, om het zo maar te noemen, over het woonwagencentrum. Ik kom daar straks in de richting van de SGP/ChristenUnie nog op terug. Dit moet leiden tot een actualisering van het ontwerp zoals we dat aan u hebben voorgelegd. En ook hiervan zeg ik u toe dat die actualisering in het eerste kwartaal van 2012 aan u zal worden voorgelegd, mevrouw Visser. (-) Ja, oké. In dat verband ook de toekomst van het woonwagencentrum. Ik wil er geen misverstand over laten ontstaan. In het projectenoverzicht wat u in ik dacht augustus of september heeft gekregen, staat dat wij voornemens zijn om te bezien in hoeverre het huidige woonwagencentrum gehandhaafd zou kunnen worden. Daar is onderzoek voor nodig, met name op milieutechnisch gebied. Maar wij hebben dat aan u gemeld en als u dus, meneer Den Braanker, stelt van: ja, we zouden het eigenlijk toch willen verplaatsen, dan strookt dat niet met datgene wat wij in het projectoverzicht van september aan u hebben meegedeeld. Als u als raad een andere kant op wilt, dan hoor ik het graag. Maar het is niet de bedoeling van het college. De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Wij hebben natuurlijk van u nog geen uitsluitsel of het op de huidige plaats gehandhaafd zou kunnen worden, dus wat dat betreft.. Wethouder Lavooi Nee, dat klopt. Het onderzoek loopt nog. En met name dat milieutechnische onderzoek. Dat is van groot belang: geluid, fijn stof enzovoort. Pas op het moment dat we de resultaten van dat onderzoek weten, en dat komt dan uiteraard ook naar u toe, weten wij of het idee van handhaving überhaupt realiseerbaar is. Nog even terugkomend naar Benedenveer en risico’s enzovoort: dat houdt ook verband, ik neem u alvast maar mee wat dat betreft, met de algehele onzekerheid over de woningmarkt. Een paar sprekers hebben er ook op gewezen. De woningmarkt is heel moeilijk. We hebben de Europese regelgeving. Tablis is zich aan het heroriënteren op het strategisch voorraadbeheer. In regionaal verband hebben we afgesproken dat Alblasserdam, Papendrecht en Sliedrecht nog eens een keer gaan kijken naar de vraag: wat doen we nou met op stapel staande nieuwe projecten? Dat leidt er echt wel toe, en dat is geen concrete toezegging, maar wel een streven van mij, dat we ook wat dit betreft toch wel weer in het eerste halfjaar, volgend jaar met elkaar zouden moeten kijken naar een vorm van actualisering van de woonvisie van 2007. U heeft er niet concreet naar gevraagd, maar als college zitten we daar wel mee dat we willen proberen al die elementen waar ik het nu over heb, die onzekerheid van die woningmarkt enzovoort, om daar toch mee te komen in uw richting. Beschouw dat nou niet direct als een heel concrete toezegging, maar wij zitten er echt wel mee te tobben. En ik vind ook namens het college dat we daarmee naar u toe moeten gaan.
- 186 -
De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Voorzitter, dat is dan een lokale Woonvisie? Wethouder Lavooi Nee hoor, we moeten echt niet de illusie hebben dat we een Woonvisie puur lokaal kunnen ontwikkelen. Juist ook in Drechtstedelijk verband hebben we met elkaar afgesproken van: hé, het zou toch eens goed zijn als we op stapel staande projecten, zeker bijvoorbeeld in de WestAlblasserwaard, met elkaar vergelijken om te bezien of we daar concurrerend bezig zijn. We zijn Baanhoek West aan het bouwen. Over een paar jaar is Papendrecht vastgebouwd aan Sliedrecht; dan moeten we echt over grenzen heen kijken. Als ik mag overstappen naar Welzijn, voorzitter. Ja, in de richting dan toch maar, hoewel ze verdwenen zijn, de inspreker, de heer van Bennekum. De toekomst van Electra enzovoort. U weet dat wij aan u hebben toegezegd een tweetal startnotities over de toekomst van het jongerenwerk. De eerste startnotitie in december, met name over de toekomst van de SOJS. Die komt in december ook in uw richting, dus u heeft als raad in december alle gelegenheid om met elkaar te spreken over de toekomst van het jongerenwerk van SOJS. Dit zeg ik ook in de richting van de inspreker, hoewel die weet dat dit eraan zit te komen. Dan nog een paar andere onderwerpen op het gebied van Welzijn. Schuldhulpverlening, met name een concrete vraag van de SGP/ChristenUnie. Er is een aanzet voor een nieuw beleidsplan. Dat is onlangs besproken in het portefeuillehoudersoverleg Sociaal van de Drechtsteden en het zal begin 2012 ook aan de Drechtraad worden voorgelegd. Dus niet aan u als raad, want het is SDD beleid, maar aan de Drechtraad. Het zit dus in de pen, maar het zal niet hier aan de orde komen, maar in de Drechtraad. Dan, ik pak het maar even samen, de totale decentralisatieopgave, toekomst Jeugdzorg, toekomst begeleiding AWBZ en de Wet Werken naar Vermogen in relatie tot de toekomst van Drechtwerk. Daar hebben we het in de opiniërende vergadering ook even met elkaar over gehad en toen vroeg ik aan u: op welke manier gaan we daar nou als raad over praten, omdat nogal wat zaken op Drechtstedelijk niveau behandeld worden en besloten moeten worden en zelfs op Zuid-Holland Zuid niveau. Daar ontkomen we niet aan; het is echt niet anders. De instellingen waar we mee te maken hebben, opereren op dat niveau en wij kunnen daar als gemeente echt niet zelfstandig in opereren. CDA, PvdA en VVD hebben daar aandacht voor gevraagd. Wat wij gaan doen, en dan kom ik terug op datgene wat we bij de vorige opiniërende vergadering hebben toegezegd: u krijgt wat ons betreft voor de opiniërende vergadering, ik dacht van 18 december, ik hoop dat ik het goed zeg, griffier, maar dan hopen wij in de Raadsinformatiebrief aan te geven wat volgens ons de ontwikkelingen zijn op die drie gebieden. Wij hopen daarbij ook in de, nee dat zeg ik u toe, ter inzage te leggen stukken over deze drie onderwerpen, maar dan wel in de vorm van hapklare brokken, om het zo maar te zeggen. Want ja, hele dikke nota’s, dat schiet natuurlijk niet op. Daar heeft u ook geen tijd voor om dat te lezen, dat begrijpen we ook wel. Dus wij proberen voor die 18e december in de Raadsinformatiebrief te schetsen wat nou eigenlijk de ontwikkelingen zijn op die drie terreinen en daarbij een aantal stukken ter inzage leggend voor degenen die het nog leuk vinden om in het weekend die hier te komen lezen. De voorzitter De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen Voorzitter, ik begrijp de pragmatische aanpak van de wethouder, maar ik meen me toch te herinneren dat dit soort zaken op zichzelf op deze tafel thuishoren en lokaal geregeld moeten worden. Of heb ik dat …? Wethouder Lavooi Nee, echt niet. Echt niet. Dat is een illusie. Als het gaat om de toekomst van Jeugdzorg, als het gaat om de toekomst van begeleiding AWBZ, dan zijn dat gigantische operaties die de belangen van de gemeente Sliedrecht verre overstijgen, waarbij we te maken hebben met instellingen die niet alleen op regionaal niveau opereren, maar soms ook op provinciaal niveau. Het is werkelijk een illusie, maar we kunnen daar misschien de 18e op terug komen, werkelijk een illusie om bijvoorbeeld op het gebied van begeleiding AWBZ te denken dat we het hier echt plaatselijk kunnen regelen met elkaar. Dat wil niet zeggen dat we niet de plicht hebben om plaatselijke accenten te leggen; dat hebben we bij het Centrum voor Jeugd en Gezin bijvoorbeeld ook gedaan. Niet voor niets
- 187 -
heeft u gezegd: iedere plaats heeft toch zijn eigen inkleuring gegeven, bijvoorbeeld voor het CJG. En dat zullen we bij deze ontwikkelingen absoluut ook doen. Maar het is een illusie om te veronderstellen dat u als gemeenteraad op deze drie terreinen uw eigen beleid zou kunnen formuleren. De heer Dunsbergen Goed, voorzitter, dat noemde ik de pragmatische aanpak. Maar desalniettemin is het volgens mij zo dat de verantwoordelijkheid van dit soort zaken op lokaal niveau ligt. En dat je dan zeg maar leent van de buren, … Wethouder Lavooi Nee, het gaat echt verder. Het gaat echt verder. De voorzitter Dat was de heer Dunsbergen. De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Voorzitter, ik wil u natuurlijk niet tegenspreken dat het gaat over complexe materie. Maar ik wil er twee dingen van zeggen. Dat is dat de wetgever kennelijk de gemeente wel in staat acht om er een lokale inkleuring aan te geven. Dat is één. En twee zou ik het heel goed vinden als wij daar ook in kaderstellende zin over zouden kunnen praten. Want het gevaar is niet denkbeeldig dat het helemaal langszij gaat en dat we er helemaal niets over roepen en dat het vanuit de regio of ZuidHolland Zuid helemaal beklonken en ingevuld is en dat wij toch wat dat betreft als raad hier op enige achterstand komen te staan. En ik vind het goed als u zegt: wij gaan u informeren. Prima. Maar ik zou zo graag willen dat u ons ook in staat stelt om juist daar, en wellicht op hoofdlijnen, kaders over te stellen. Wethouder Lavooi Misschien is het wel een goede gedachte wat dat betreft om, als wij die informatie aan u geven, en dat gaan we dus proberen in die opiniërende vergadering, om daarbij dan ook aan te geven: ja, allemaal mooi, die ontwikkelingen, enzovoort, maar waar gaat de gemeenteraad van Sliedrecht dan wellicht nog over? Om dat dan ook maar gewoon klip en klaar aan u te proberen voor te leggen. Mag dat? De voorzitter Helder. De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Ik zou het graag even willen samenvatten. Volgens mij hebben we over deze trajecten, als ik het goed begrepen heb, geen moer meer te vertellen. Of zie ik dat verkeerd? Wethouder Lavooi Ik heb het over een plaatselijke inkleuring die wel degelijk ook mogelijk is. De heer Van Rekom Ja, maar als we vervolgens de stukken krijgen van de instanties die dit allemaal gaan uitwerken en bedenken… als ik het goed begrepen heb, dan mogen we dat nog van u lezen, al dan niet in compacte vorm, maar uiteindelijk mogen we er niets meer over zeggen. Wethouder Lavooi Nee, ik ga er niet over, hè. Maar ik probeer een eerlijk beeld te schetsen, opdat u niet een idee heeft dat dit puur plaatselijk beleid zou kunnen zijn. De heer Van Rekom Nee, maar het is ook niet een verwijt naar u. Ik wil graag gewoon een vaststelling hebben van de feiten. En volgens mij is het feitelijk zo dat deze raad over dat soort onderwerpen geen ruimte meer heeft om daar nog iets van te vinden of er nog iets van te zeggen. Wethouder Lavooi Nee, maar ik heb een poging gedaan om in de stukken die u gaat krijgen, aan te geven: oké, dit zijn allemaal grootschalige ontwikkelingen. Bijvoorbeeld de begeleiding AWBZ, daar gaat honderd keer meer geld in om dan de WMO, dus over dat soort operaties hebben we het. Dat in dat stuk wordt aangegeven: akkoord, dat gaat allemaal gebeuren, maar waar kan de gemeenteraad van Sliedrecht dan nog in meesturen, of niet? De heer Dunsbergen Voorzitter, ik wil nog een opmerking maken.
- 188 -
De voorzitter De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen Dan sluit ik aan bij de opmerking van de heer Den Braanker, dat de wetgever in principe aangegeven heeft dat het lokaal georganiseerd moet worden en dat de verantwoordelijkheid op het lokale niveau ligt. Ik begrijp de opmerking van de wethouder, maar volgens mij ligt het gewoon puur op het lokale niveau. En op het moment dat wij zeggen: oké, we overspelen onze hand op het moment dat we met deze materie aan de slag gaan en dat we dan gebruik maken van materiaal vanuit het Drechtstedenniveau wat men met elkaar op een verstandige manier ontwikkeld heeft, dat begrijp ik. Maar ik blijf zeggen dat de verantwoordelijkheid op een lokaal niveau ligt. De voorzitter Ik geloof dat hier nu een spraakverwarring ontstaat over het principiële punt dat het lokaal beleid is en de meer pragmatische invalshoek en de zorgen over wat het in de praktijk van de uitvoering betekent die het noodzakelijk maken om daar op regionale schaal een aantal dingen samen te doen. En ik geloof dat dat de kern van het betoog van wethouder Lavooi was. En de toezegging die hij doet, is dat de positie van de raad en de vraag van: wat kan de raad wel of niet, in de notitie die in december wordt aangeboden zal worden meegenomen, zodat u dan als raad ook in de gelegenheid bent om te kijken of u de opvatting of de informatie zoals die er dan ligt, deelt en erkent of dat u daar toch nog andere speelruimte voor uzelf zou willen zoeken dan er op het eerste gezicht lijkt te zijn. Ik geloof dat dat de kern van de boodschap is en dat zal ik dan zo in de toezegging nog even herhalen. Wethouder Lavooi, vervolgt u uw beantwoording. Wethouder Lavooi Tenslotte, voorzitter, want ik ben al te lang aan het woord volgens mij. Subsidiebeleid en het museum en dan met name ook het cultuurbeleid. Ja, het is uiteindelijk aan u als raad om een uitspraak te doen over datgene wat namens de VVD aan de orde is geweest. Ik wil er nog één ding over zeggen. Op het gebied van cultuur hebben we niet alleen 20 procent subsidie gekort, maar bijvoorbeeld de theaterwerkgroep hebben we in zijn geheel helaas weg moeten saneren. Dat wilde ik u nog even meegeven voor de afweging van het totaal. Als dat het mag zijn, voorzitter. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel. Wethouder De Waard. Wethouder De Waard Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Dames, heren van de raad. Als laatste in dit bijzondere kwartet vanavond mag ik ook nog een toontje meezingen. Ik begin met iets te zeggen over de gemeentewerf. Daar is door de fractie van PRO Sliedrecht iets over gezegd en ook door de fractie van de PvdA. Dank u wel voor de aanvulling: ook door de VVD. Aan het eind van deze week zal aan u een Raadsinformatiebrief worden uitgereikt die op de agenda komt van de opiniërende bijeenkomst van volgende week en daarin zult u nader worden geïnformeerd over het onderzoek naar de toekomst van de Reinigingsdienst. Het is zo dat in 2007 een startnotitie is gemaakt waarbij gedacht werd aan een samenwerking met gemeenten in de Alblasserwaard. Inmiddels zijn wij vier jaar verder en ziet de wereld er iets anders uit. De gemeenschappelijke regeling Waardlanden is gevormd, zonder Sliedrecht, maar wel met de gemeenten die toen de samenwerking zochten. De gronden in de Driehoek, bestemd voor eventuele vestiging van een nieuwe werf in combinatie met een afvalbrengstation zijn aangekocht en een bestemmingsplan is vastgesteld. HVC en andere belangstellenden zijn nadrukkelijk in beeld gekomen en de notitie 2010 en verder is verschenen, waarmee een ander licht is gaan schijnen op de organisatie van onze gemeente. Allemaal zaken bij elkaar die een uitnodiging vormen om ook naar de organisatie van de Reinigingsdienst te kijken. Daarbij houden we meerdere opties open. Zelf blijven doen op de manier zoals we dat nu doen; aansluiten bij of uitbesteden aan een goede partner. Het is de bedoeling dat wij u gereedschappen in handen geven om een weloverwogen keus te maken, zowel organisatorisch als wat betreft de investeringen. Nadrukkelijk is er geen sprake van een koerswijziging, waar de heer Van Gameren over sprak. En nadrukkelijk zijn er ook geen besluiten genomen om het nu al ergens elders onder te brengen, in de richting van PRO Sliedrecht. Dat wat betreft de gemeentewerf. De fractie van SGP/ChristenUnie heeft wat opmerkingen gemaakt in het kader van wijkgericht werken. Van belang is
- 189 -
dat dit college burgers betrokken wil houden en ook betrokken wil laten zijn bij wat zich in hun buurt afspeelt. En daar waar de zaken haperen, springen we in om het geheel in goede banen te leiden. Maar uiteindelijk ligt er ook een grote verantwoordelijkheid bij de mensen zelf en het college is bezig om de nota’s die over dit onderwerp gaan, tegen het licht te houden. We verwachten dat in december van dit jaar een integrale nota over burgerparticipatie en bewonerscommunicatie op de B&W tafel zal liggen, waaruit een discussienota voor uw raad zal worden gedestilleerd die, naar wij inschatten, u in het eerste kwartaal van 2012 zal bereiken. De fractie SGP/ChristenUnie heeft ook iets gezegd over de luchtkwaliteit, dat daar in Sliedrecht wat mis mee zou zijn. Waar het gaat om fijn stof is volgens berekeningen die in het kader van de landelijke monitoring zijn gemaakt, in Sliedrecht nergens sprake van een overschrijding van de wettelijke grenswaarden voor fijn stof. Wel is er sprake van een lichte overschrijding van de grenswaarde voor stikstofdioxide langs enkele wegvakken van de Stationsweg. De oorzaak hiervan is uitstoot van het lokale wegverkeer, alleen wordt die grenswaarde overschreden met name door cumulatie, of daar misschien een goed Nederlands woord voor: ophoping, extra ophoping. Dat komt tot stand met de uitstoot van het verkeer van de A15. En de wegomgeving nodigt ook niet uit om dat te reduceren, omdat door de luchtdoorstroming op de Stationsweg dat daar nogal blijft hangen onder de bomen. Stationsweg was en is en zal ook in de toekomst een belangrijke rol blijven vervullen in onze hoofdwegenstructuur en het zal dus vooral aankomen op generieke maatregelen op Rijksniveau die tot minder uitstoot zouden moeten leiden. Dan specifiek in de richting van uw opmerkingen over een bewoner van de Adriaan Volkersingel. Het scheepvaartverkeer op de Merwede heeft nogal een bijdrage geleverd in het ontstaan van de hoeveelheid fijn stof en stikstofdioxide. Dit is echter niet zodanig dat daarmee wettelijke grenswaarden worden overschreden. In 2008 is daar nog een onderzoek naar geweest en dat meetonderzoek heeft uitgewezen dat wij ruimschoots onder de grenswaarde blijven. De heer Den Braanker Ja, of de wereld verandert… 2008. Wethouder De Waard Ja. Zeker. Maar als ik u de waarde zou vertellen waarmee gemeten is, dat de waarde 2 bedroeg terwijl die 40 zou mogen zijn, dan kunt u zich wel voorstellen dat het in drie jaar niet een zodanige waarde heeft aangenomen. Maar wellicht dat er opnieuw een meting komt en dan laat ik u zeker die cijfers weten. Door diverse fracties is ook iets gezegd over de Nijverwaard, de woonboulevard. Ik geef u toe dat er te lang sprake is geweest van stagnatie in de invulling van diverse plekken op de Nijverwaard. Daar speelt de lastige economische tijd natuurlijk ook een rol in, maar op dit moment zijn wij wel in gesprek met diverse belangstellenden. Ook binnen het regionaal economisch overleg van de 19 Zuid-Holland Zuid gemeenten wordt geprobeerd de mogelijkheden voor de Nijverwaard te vergroten. Daartoe vinden ook nog individuele gesprekken plaats met portefeuillehouders in de Drechtsteden. We verwachten u met een volgende Raadsinformatiebrief van de ontwikkelingen in dit verband op de hoogte te kunnen brengen. De voorzitter De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Ik heb even een verhelderingsvraag over de Nijverwaard. Wat bedoelt u met het vergroten van de mogelijkheden op de Nijverwaard? De voorzitter Wethouder De Waard. Wethouder De Waard Dat zeg ik in verband met de gesprekken die in het REO plaatsvinden en ook met de herziening van de PDV visie. Daar proberen wij als Sliedrecht, en ik probeer daar ook andere portefeuillehouders in mee te krijgen, om wellicht de mogelijkheden wat te vergroten in het kader van de branchering op de Nijverwaard. Overigens is het zo dat wij in de gelukkige omstandigheid verkeren dat, waar op heel veel andere terreinen als deze van leegstand sprake is, dat niet aan de orde is op de Nijverwaard. En dan gaat het met name om bedrijfsmatige activiteiten. Maar daarnaast vind ik het ook wel aardig om te vermelden dat waar het gaat om leegstand van kantoren in Sliedrecht daar ook geen sprake van is. Desondanks hebben we daar in Drechtstedenverband wel een standpunt over ingenomen
- 190 -
dat het aantal kantoorlocaties terug zou moeten, maar dan meer in de grootstedelijke omgeving en niet in de omgeving waar wij ons begeven. De heer Van Rekom heeft namens de VVD iets gevraagd over het faciliteren van bedrijven en om in ieder geval in gesprek te gaan met die bedrijven. Nou, het is zo dat wij zeer regelmatig een overleg hebben met het VSO bestuur; dat is gereguleerd twee maal per jaar. Daar wordt ook luid en duidelijk geventileerd wat men vindt van onze wijze van besturen en daar winden ze ook geen doekjes om. En dat doen wij terug uiteraard ook niet. Maar we zijn wel on speaking terms en proberen ook elkaar tegemoet te komen. Daarbij komt ook nog dat wij over anderhalve week, meen ik, de nazit hebben van deze begrotingsbehandeling waarin we ook de VSO uitnodigen. Die andere overleggen zijn met het bestuur, maar in dit geval hebben we het dan over een behoorlijke delegatie. Alle leden van de VSO zijn daar welkom en kunnen ook zaken aan het bestuur van uw gemeente voorleggen. We faciliteren starters toch in behoorlijke mate en we betrekken bedrijven ook bij overleggen als het gaat over de economische visie die wij hebben ontwikkeld. Er zijn vragen gesteld over sporthal de Stoep, de aanbouw. Ik ga niet herhalen wat mijn collega Lavooi daarover heeft gezegd. Het wordt een integrale aanpak vanaf het Gat van Vogel tot en met de Stoep. Dat heeft ook te maken met het feit dat voor de aanbouw van de Stoep gronden nodig zijn die ook in dat gebied liggen; daarom ook die integrale aanpak. In de richting van het CDA wil ik wel aangeven dat we uiteraard ook nadenken over met name de investering, maar luid en duidelijk ook over de exploitatie. Die zal zeker nog de nodige aandacht vragen en de heer Dunsbergen gaf de suggestie om daar eventueel de post nieuw beleid voor te benutten. Ik ga daar verder niet over; uw raad zal daar een uitspraak over doen heb ik begrepen. De A15 problematiek is ook hier en daar gepasseerd. Het is zo dat de suggestie van de VVD om dat regionaal op te pakken, daarvan ik zou zeggen: uw vraag is mij een bevel. Wat heet toevallig, heb ik deze week een overleg gehad in het kader van AlblasserwaardVijfheerenlanden, want daar mogen wij ook bij zitten als toehoorders, maar we mogen er zelfs meepraten. Ik heb daar de suggestie gedaan om in ieder geval aan te haken bij het Havenbedrijf Rotterdam. Want het is natuurlijk het belang van het havenbedrijf Rotterdam om te zorgen voor een uitstekende afwikkeling van alles wat er straks op de Maasvlakte gaat gebeuren en ook op de containerterminal in Alblasserdam. Dat gaat niet alleen over water, dat gaat niet alleen over het spoor, maar dat gaat ook over de rijksweg A15. Ik heb daar aangedrongen om in combinatie met het Havenbedrijf Drechtsteden en Alblasserwaard Vijfheerenlanden op te trekken om te zorgen dat we de problematiek A15 en in het verlengde daarvan de problematiek A27 gezamenlijk zouden kunnen behartigen. De voorzitter De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Heel goed initiatief, laat ik dat even vooropstellen. Maar ik wil ook nog eventjes benadrukken dat we ook de bedrijven die belang hebben bij een brede A15 ook niet moeten vergeten als eventuele partner die in het lobbycircuit het nodige kunnen betekenen. De voorzitter Dank u wel. De heer De Waard. Wethouder De Waard Die suggestie neem ik mee, mevrouw de voorzitter. Dan kom ik tot mijn laatste opmerking en dat was een van de eerste opmerkingen van de heer Van Rekom, die sprak over de passieve houding van het college. Ik ben blij dat hij kennelijk nu een ander licht heeft gekregen op wat in ieder geval deze wethouder, maar we doen het collegiaal, dus ook mijn collega’s zijn daar druk mee bezig om ons in te zetten voor de belangen van ons dorp. En ik heb dat in een reactie van mijn kant op 24 oktober ook al een keer geventileerd, dat er in het huis aan de overkant kei- en keihard gewerkt wordt om ondanks extra zaken die spelen, de zaken die nodig zijn in gang te zetten. De voorzitter De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Ik wil er maar op reageren: dat ik in mijn betoog heb gezegd dat wij namens de VVD de bladzijde hebben omgeslagen. Dus ik wil hem zeker niet weer terugslaan, nu. Dus als u het
- 191 -
niet erg vindt, waarvan akte. Wethouder De Waard Nee, ik reageerde ook op een opmerking die u vanavond gemaakt hebt. De heer Van Rekom Dat klopt. En daarna, nadat ik dat gezegd heb, heb ik vervolgens gezegd dat we de bladzijde zouden omslaan. De voorzitter Laten we dat laatste vooral vasthouden. Dank u wel. De heer Van Rekom nog. De heer Van Rekom Dank u wel. Nee, geen vraag aan wethouder De Waard, maar ik denk aan wethouder Tanis. Want we hebben ook namens de VVD eigenlijk onze zorgen uitgesproken over het fenomeen weerstandsvermogen, waarin we moeten constateren dat een aantal gemeentes forse afwaarderingen hebben gedaan ten aanzien van hun grondexploitatie et cetera. De VVD heeft aangeven dat we vinden dat de vaststelling van de grondexploitatie, althans het saldo en de waardes daarvan, wat ons betreft extern vastgesteld zouden moeten worden. En daarnaast hebben we aangedrongen op een nieuwe nota Grondbeleid 2004 omdat, in aansluiting op wat de heer Den Braanker heeft gezegd, de wereld fors verandert en dus ook de woningmarkt. En ik heb daar van de portefeuillehouder geen antwoord op gekregen. De heer Dunsbergen Voorzitter, mag ik daar op aansluiten? De voorzitter De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen De CDA fractie heeft ook nog een vraag gesteld over de overheveling van het afromen van de € 500.000 vanuit de reserve egalisatie grondkosten naar de algemene reserve, om dat niet te doen, vanwege de grote risico’s die er onder andere bij Benedenveer zijn. De voorzitter Ik kijk even of wethouder Tanis in staat is daar nu een antwoord op te geven, anders moet dat morgen even meegenomen worden. Kunt u nu een antwoord geven, wethouder Tanis? Wethouder Tanis Dat zal ik doen. Ik zeg u toe, meneer Van Rekom, dat wij…. dit is geen concrete toezegging, maar… nee, maar ik herken uw wens, want die heb ik namelijk zelf ook om die nota grondbeleid even te updaten, om het in goed Nederlands te zeggen. Ik moet alleen even kijken op welke termijn wij in staat zijn om dat te doen. Dat is één. Met betrekking tot de opmerking van het CDA. Ik ben er twee vergeten, voorzitter, als ik nou toch even mag. De heer Dunsbergen heeft ook de vraag gesteld: blijft de reserve op vier miljoen? Wat ons betreft wel; dat is namelijk ook een raadsbesluit. Dat staat verder ook niet ter discussie om dat te wijzigen. De enige onduidelijkheid is dat er intern gezegd is, of in ieder geval bedoeld is te zeggen in uw richting, dat wij jaarlijks bij het opstellen van het risicoprofiel kijken in hoeverre die vier miljoen voldoende is. Het zou kunnen zijn, om wat voor reden dan ook, dat dat meer zou moeten zijn. Op dit moment is dat niet het geval, maar dat zou kunnen. Dat is bedoeld in uw richting te zeggen. En met betrekking tot het risico Benedenveer: ja, ik denk dat wij het in die zin anders interpreteren dat juist een algemene reserve iets is om dit soort risico’s op te vangen. Dus wij zien als college op dit moment geen noodzaak om juist die overboeking, die al gedaan is, hè, want het staat niet in het voorstel nu, alsnog terug te draaien. Want wij zien juist een algemene reserve als buffer. Maar als u er anders over denkt, hoor ik u graag nog even terug. De voorzitter Ik zag de heer Van Rekom nog. Sorry. De heer Dunsbergen Dan kom ik daar morgenavond nog even op terug. De voorzitter Ik zag de heer Van Rekom nog. Zijn er nog anderen die het gevoel hebben dat een vraag die voor de tweede termijn beantwoord zou moeten worden niet beantwoord is? Mevrouw Visser zie ik en ik zie de heer Den Braanker. Dan geef ik heel kort nog deze drie mensen de
- 192 -
gelegenheid om een vraag te stellen. De heer Van Rekom. De heer Van Rekom …(microfoons staan uit) De voorzitter Oké. Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Een vraag aan u als voorzitter van het college. In de beantwoording van alle collegeleden hebben we het fenomeen Raadsinformatiebrief vanavond een aantal keren gehoord. Is dat hetzelfde als mededelingen portefeuillehouders, of krijgen we een nieuw iets? De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Ik vond dat er nog geen goed antwoord gegeven werd op de vraag van de heer Van Rekom over de actualisatie van de exploitatie. Want dat maakt mij toch ook wel benieuwd hoe daarmee wordt omgegaan, want het zorgt nog wel eens voor wat, nou laat ik even zeggen, tegenvallers in het geheel. De voorzitter Benedenveer, kan daar op gereageerd worden? Wethouder Lavooi Benedenveer concreet, daar heb ik een toezegging gedaan. Uiteraard spelen daar de financiële consequenties een voorname rol. U weet dat we al een keer hebben afgeboekt. Ja, en nu is de vraag: hoe nat zijn we nu, om het maar populair uit te drukken, met dit plan? Wat heeft dat voor gevolgen voor de geplande ontwikkelingen? Dat krijgt u in het eerste kwartaal 2012. De voorzitter Oké. Vraag van mevrouw Visser. Een Raadsinformatiebrief is een begrip. We hebben het er vorige week of de week ervoor, het was of in het presidium of in een opiniërende vergadering, ik weet het niet meer, ook even over gehad dat nieuwe begrippen de ronde gaan doen. Maar we hebben binnenkort in het presidium overleg over de informatievoorziening aan de raad. In ieder geval is de Raadsinformatiebrief op dit moment inderdaad: actieve informatie van het college richting raad. Dus dat zijn mededelingen van het college richting de raad, of zaken die in het kader van de actieve informatieplicht gemeld moeten worden. Dat is de interpretatie op dit moment. En ik stel voor dat we in het presidium, als we het over die informatievoorziening raad hebben met elkaar, even op dit soort dingen terugkomen. En dan de vraag met betrekking tot de grondexploitatie. Er is u toegezegd door wethouder Tanis daar op terug te komen en het moment waarop die actualisaties aan de orde zijn, wordt daarin meegenomen. Ja? Dan zou ik even een opsomming willen geven van de toezeggingen die vanavond zijn gedaan. Ja, ik heb ze zitten opschrijven; dat heb ik niet voor niks gedaan. Er is toegezegd dat ik als uw voorzitter de lijst van, naar de opvatting van de fractie van PRO Sliedrecht openstaande toezeggingen samen met de griffier controleer en u rapporteer wat er open staat en hoe daar verder mee gewerkt wordt. Ik heb toegezegd met betrekking tot het RIEC en het Veiligheidshuis medio 2012 een notitie aan de raad aan te bieden waarin wordt beschreven wat Sliedrecht heeft gehad aan deze voorzieningen. Er is toegezegd dat in het verlengde van de afspraak die er ligt om in januari op de vier onderdelen die in het kader van de brede doorlichting terugkomen, om in dat kader een tweetal zaken toe te voegen: een opzet over hoe de kerntakendiscussie met de raad verder te voeren en de vraag hoe met reserves en voorzieningen om te gaan. Er is toegezegd dat in de Onderwijsvisie die u in het begin van het volgende jaar wordt aangeboden, wordt ingegaan op inhoudelijk onderwijsbeleid en op huisvestingsbeleid en dat u afzonderlijk daarvan geïnformeerd wordt over de uitkomsten van het Prickwaert-overleg, vat ik het maar even samen. Dan weet u waar het over gaat. Er is u toegezegd dat in de notitie Toekomst de vragen, opmerkingen, discussiepunten met betrekking tot datgene wat met Drechtsteden en alles wat daarmee te maken heeft, zullen worden meegenomen zodat ze op een later moment hier in discussie kunnen komen. Er is u toegezegd dat u in het eerste kwartaal 2012 een voorstel krijgt met betrekking tot de locatie Lanser/Stoep, noem ik het maar even, met de ruimtelijke en financiële randvoorwaarden waarbinnen die ontwikkeling kan
- 193 -
plaatsvinden, inclusief een voorstel voor hoe de exploitatiekosten van een uitbreiding Stoep kunnen worden gedekt. Er is u toegezegd dat u in het eerste kwartaal 2012 een actualisering van de Benedenveer locatie krijgt. Er is u toegezegd, en wethouder Lavooi noemde het niet helemaal een toezegging, maar ik interpreteer hem even zo, dat op het moment dat op grond van de regionale ontwikkelingen met betrekking tot de woningbouw aan de orde is dat in Sliedrecht aanpassingen van het beleid moeten plaatsvinden, de wethouder naar de raad komt met nadere voorstellen, zodat u betrokken wordt bij de afweging die daar gemaakt moet worden. Er is u toegezegd dat u in december een notitie ontvangt met betrekking tot SOJS. Er werd even verwezen naar een datum en een opiniërende bijeenkomst; dat laat ik even voor wat het is, want dat dataschema loopt nog en u gaat over de agendering. In december wordt het u door het college aangeboden en dan vindt overleg met de griffier en de voorzitterspoule plaats over hoe de agendering plaatsvindt. Ook krijgt u in december aangeboden een notitie waarin u informatie krijgt over de drie grote zorgthema’s en de ontwikkelingen daarin, waar in die notitie expliciet wordt meegenomen de vraag: op welke onderwerpen kan de raad invloed uitoefenen en op welke wijze willen we dat met elkaar vorm geven? Er is u toegezegd dat u in het eerste kwartaal van 2012 een discussienotitie over wijkgericht werken/ bewonersparticipatie, vat ik het maar even samen, krijgt aangeboden. En er is u toegezegd dat u met betrekking tot grondexploitatie en grondbeleid een notitie krijgt waarvan het college zich nog even beraadt op de termijn waarop die zou kunnen worden geleverd. En over die termijn wordt u op een later moment geïnformeerd. Dat zijn de toezeggingen die ik genoteerd heb. Ja? Nu stoppen, roept het college. Nee, ik kan alleen maar stoppen als u iets niet toezegt, en als u iets toezegt, dan heb ik het hier even samen te vatten. Ben ik iets vergeten, mevrouw Visser? Mevrouw Visser Wethouder De Waard heeft toch toegezegd dat we in december een notitie krijgen over de Gemeentewerf? De voorzitter Nee, ja, wethouder De Waard heeft gezegd dat in de informatiebrief die nu onderweg is, ook informatie over de onderzoeksopzet van de gemeentewerf zit. Dat klopt, dat is correct. Ja. (-) Nee, dat gaat over hoe het onderzoek eruit ziet. Ja? Oké, dan waren dat de toezeggingen. Dan heb ik geconstateerd dat in de eerste termijn van de zijde van de raad meerdere fracties hebben aangegeven een voorstel te overwegen, een amendement te overwegen met betrekking tot de vraag of er in 2012 en/of in het meerjarenbeleid ruimte moet worden gereserveerd voor nieuw beleid, bovenop de reserveringen die er in het kader van de risico’s bestuursakkoord en reguliere voorziening voor onvoorzien al zijn gedaan. Ik zou de fracties willen uitnodigen, uiteraard gaat u er zelf over, maar ik zou de fracties die dat onderwerp aan de orde hebben gesteld willen uitnodigen om even te kijken of dat zou kunnen leiden tot een gezamenlijk amendement. Ik laat dat verder bij u, maar ik nodig u uit om waar verschillende fracties met gedeeltelijk dezelfde, gedeeltelijk verschillende invalshoeken hier iets wilden, om eens even te kijken of u het samen eens kunt worden over een amendement wat u samen indient. Ik laat het bij u, maar ik nodig u daar graag toe uit. Dan schors ik op dit moment de vergadering tot morgenavond 20.00 uur en wens ik u voor vanavond een wel thuis en dank ik u buitengewoon hartelijk voor uw constructieve medewerking aan het verloop van de vergadering tot zover. Dank u wel en tot ziens. Schorsing om 23.02 uur Vervolg bijeenkomst Woensdag 9 november 2011 om 20.00 uur
- 194 -
6B. ALGEMENE BESCHOUWINGEN 2E TERMIJN De spreektijd voor de tweede termijn is bepaald op maximaal 10 minuten per fractie en collegelid. De voorzitter Mag ik iedereen vragen de plaats in te nemen? Dan heropen ik de vergadering van de gemeenteraad. Wij zijn toe aan de tweede termijn van de behandeling van de begroting. Het woord is aan de fractie van PRO Sliedrecht, mevrouw Visser. Graag even bij het katheder. Fractie PRO Sliedrecht – mevrouw Visser Mevrouw Visser Dank u wel. We hebben het gisteren niet lang gehouden; we zijn niet van plan om vanavond ook een papier vol te spreken. Ik ben eerst maar even gewoon ons eigen verhaaltje afgelopen en ik nodig toch de overige fracties uit om nog te reageren op onze vraag om te kijken of het zinvol is de Rekenkamer in 2012 eens een onderzoek te laten doen naar de brede welzijnsstichting. Ik neem aan dat de overige fracties daar in tweede termijn op terugkomen. Wij zijn door de SGP/ChristenUnie uitgedaagd om iets te zeggen over het Benedenveer. In de richting van de SGP/ChristenUnie kan ik daar eigenlijk vrij kort over zijn. In de periode dat we over de Benedenveer spraken, was onze fractie daar niet enthousiast over om daar eventueel 220 woningen te bouwen. Dat had twee oorzaken. Dat was het advies van de Kema over de locatie. En ook omdat het bouwplannen waren aan de ingang van de wijk van acht etages hoog. Dus met andere woorden: op dit moment is onze fractie nog steeds niet bereid om serieus na te denken over het Benedenveer. Wij zijn door de CDA fractie uitgedaagd om iets te zeggen over de € 500.000 die uit het fonds egalisatie grondkosten wel of niet werd overgeheveld naar de ABR. En ik heb vandaag echt pagina 61 nog een keer doorgelezen, meneer Dunsbergen, en ik snap het nog steeds niet. Dus ik weet niet of het nu mag, voorzitter, dat meneer Dunsbergen nog een poging doet om mij te overtuigen of dat hij zelf in tweede termijn er op terugkomt. De voorzitter U mag hem een vraag stellen. Mevrouw Visser Kunt u proberen het mij nog een keer duidelijk te maken? Want ik had het gevoel toen ik het las, dat het vestzak-broekzak was. De voorzitter De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen Voorzitter, het gaat in dit geval even om pagina 63. Daar zien we het woord afromen staan, van de boekwaarde reserve egalisatie grondkosten woningbouw, € 500.000. En als je dan vervolgens kijkt naar het overzicht waar het fonds uitgewerkt wordt, dan zie je dat daar, op het moment dat daar € 500.000 uitgehaald wordt, in 2012 uit m’n hoofd, een stevig tekort ontstaat. In 2015, dat is in ieder geval de gedachte van het college, is er € 700.000 in dat fonds beschikbaar is. Maar wat de CDA fractie betreft is het risico van Benedenveer, u noemde dat zojuist al even, van met name die anderhalf miljoen wat ons betreft een te groot risico om die € 500.000 uit dit fond te onttrekken. Mevrouw Visser Ik begrijp uw dilemma, want er wordt eigenlijk geld uitgegeven wat in de toekomst verwacht wordt. De heer Dunsbergen Het wordt anders bestemd. Het gaat, althans zo interpreteren wij het, vanuit het fonds egalisatie grondkosten naar de algemene reserve, dus het wordt daaraan onttrokken. Alleen de CDA fractie bepleit: laat het in dat fonds omdat we nog een stevig risico lopen met bijvoorbeeld … Mevrouw Visser Maar bent u het met mij eens dat we dan de algemene bestemmingsreserve onder de grens van vier miljoen krijgen? De heer Dunsbergen Nou, als ik de cijfers op pagina 63 bestudeer, dan zie ik dat de stand 31 december 6,1 miljoen is. Dus als je daar vijf ton vanaf trekt, zit je nog keurig boven die vier miljoen,
- 195 -
en dat loopt op naar 2015 naar acht miljoen. Mevrouw Visser Nou, dan denk ik dat onze fractie het met uw stellingname eens is en dan nodig ik u uit hier een motie of amendement voor in te dienen en dan zullen we dat zeker steunen. De heer Dunsbergen Als ik daar nog een moment schorsing voor krijg, voorzitter, dan.. De voorzitter U hebt een tweede termijn en dan kunt u een motie of amendement indienen. Mevrouw Visser, gaat u verder. Mevrouw Visser In onze eerste termijn hebben we heel duidelijk gemaakt dat onze fractie geen voorstander is van het nu vaststellen van structureel nieuw beleid van € 100.000 per jaar. Dan hebben we nog even zitten kijken, want ja, goed, iedere fractie heeft wensen en ook zelfs het college had nog wensen, om dat ten laste van nieuw beleid te brengen. De verwachte surplus op deze begroting voor 2012 is € 108.000. Er zal vast nog wel een beetje geplust en gemind worden, maar we hebben ook een stroppenpotje van € 60.000. We hebben een algemene bestemmingsreserve van vier miljoen. Dus onze fractie vindt het in principe verantwoord om toch voor het jaar 2012 een aantal uitgaven te doen, maar dat niet ten laste te brengen van het voorstel van het college structureel nieuw beleid, maar dat eventueel ten laste te brengen van het surplus op de begroting 2012 van die € 108.000. Dan hebben we nog gesproken over de gemeentewerf gisteren, vrij uitgebreid. Milieustraat en gemeentewerf. Toen is er gezegd dat in de Raadsinformatiebrief van december 2011 een opzet komt van hoe dat onderzoek gedaan gaat worden. En onze fractie geeft er toch de voorkeur aan dat dat niet via de Raadsinformatiebrief gaat, maar dat dat met een ordentelijke startnotitie gaat gebeuren. Ik hoop dat de overige fracties dit verzoek zullen steunen. Het RIEC, daarvan heeft de portefeuillehouder gezegd: medio 2012 kom ik met een soort van evaluatie. Want dat was de voorwaarde om daar aan mee te doen in 2010 en 2011. Nou is dat denk ik best wel lastig om met een evaluatie te komen, als je niet gestart bent met een nulmeting, maar in die € 23.000 zit ook een stukje voor het Veiligheidshuis. In het raadsvoorstel stond wel een omschrijving over het Veiligheidshuis en daar stond ook van: in 2010 heeft de gemeente Sliedrecht daar vier veelplegers en drie jeugdigen ondergebracht, maar daar kunnen wij als raad niks mee. Als u nou medio 2012 komt met de evaluatie RIEC, zou het dan mogelijk zijn zonder herleiding naar personen aan te geven van: die mensen die wij in 2010 hebben ondergebracht, die lopen er nog steeds of die zijn goed terecht gekomen of die hebben we in een traject gezet? Dan kunnen wij als raad pas zien of het Veiligheidshuis zin heeft. Ons voorstel is dan ook om dat RIEC niet te betalen uit structureel nieuw beleid, maar dat inderdaad ten laste te brengen van de verwachte € 108.000. Dan hebben we in ieder geval het budget van € 23.000 staan voor 2012 en hebben we toch medio 2012, na ontvangst van de evaluatie, de mogelijkheid om te kijken of we wel of niet door moeten gaan met het RIEC en het Veiligheidshuis. Ik denk dat ik alle punten heb gehad zoals ik ze kwijt wilde, hier in tweede termijn. De voorzitter Dank u wel. Nog iemand anders van uw fractie die het woord wenst? Dat is niet het geval. Dat kan. De heer Van Gameren. De heer Van Gameren Ik heb even niet goed geluisterd, misschien was ik even weggezapt, maar bij uw tweede punt ging het over nieuw beleid en toen zei u van: nou, daar zien we niet zoveel in. De dingen die dit college wil doen, bijvoorbeeld het RIEC, dat kan eventueel uit het surplus van 2011, of ... Mevrouw Visser Nee, het verwachte surplus.. Kijk, we hebben deze begroting gekregen en op pagina 5 staat dat we een sluitende begroting hebben met een verwacht overschot van € 108.000. En dan zeg ik: breng die € 23.000 RIEC in ieder geval ten laste van die € 108.000 in plaats van nu te zeggen: structureel nieuw beleid. Want als je nu zegt: we betalen het uit structureel nieuw beleid, is dat in 2015 toch weer een ton.
- 196 -
De heer Van Gameren Ja, maar dat was mijn vraag. U bent dus niet tegen die stelpost nieuw beleid? Mevrouw Visser Jawel. De heer Van Gameren O, dus u wilt… Mevrouw Visser Vandaar dat ik ook zeg van: betaal het daar maar uit voor 2012 en nieuw beleid nu zo aannemen, jaarlijks € 100.000, daar zijn wij tegen. De heer Van Gameren Oké, nou, dat is helder. De voorzitter Ja? Dan is het woord van de fractie van SGP/ChristenUnie. De heer Den Braanker.
Fractie SGP/ChristenUnie – de heer Den Braanker, de heer De Jager, de heer Visser De heer Den Braanker Voorzitter, twee leden van onze fractie zullen ook nog het woord voeren over specifieke onderwerpen. Voorzitter, onze fractie, en dan gaat het over subsidies, is van mening dat effectiviteit en efficiëntie van subsidieverlening een onderwerp is dat zich goed leent voor het Rekenkameronderzoek. Wij trekken het dus breder dan PRO Sliedrecht, dat is het antwoord richting PRO Sliedrecht, die zich focust op de brede welzijnsinstelling. En de uitkomst van een dergelijk onderzoek zou natuurlijk ondersteunend kunnen zijn aan uw eigen collegeonderzoek in het kader van de brede doorlichting. Alleen, onze fractie is wel van mening dat onnodige onrust onder de gesubsidieerde instellingen moet worden voorkomen door allerlei onderzoeken. En dat kan door op een goede wijze te communiceren. Tegelijkertijd zeggen we wel dat een instelling die zich bewust afhankelijk stelt van gemeenschapsgeld, ook de bereidheid moet hebben inzage te geven in de boeken. De vragen van de VVD over willekeur bij de subsidieverlening, de heer Van Rekom noemde het Smartenlappenkoor en de Hengelsportvereniging, leven in onze fractie ook. Maar alvorens een oordeel hierover te hebben, zullen we ons goed moeten laten informeren. Daarom het onderzoek. Regionale samenwerking, laat ik beginnen bij de PvdA. U bezigde stevige taal waar het ging om de regionale samenwerking. U sprak over afslanking van de eigen organisatie, opheffen van het regiobureau en u heeft meer met de Waard. Met dit laatste bedoelde u waarschijnlijk niet de wethouder, of misschien wel. Ik heb hier nog wat vragen over. Afslanking van de eigen organisatie: welk beeld heeft u hierbij? Wie gaat er bij u uit of gaat er over naar elders? Bent u niet wat al te rigoureus? Het opheffen van het regiobureau; hoe vindt dan in uw beleving de ondersteuning plaats in de Drechtsteden samenwerking? Wie gaat wat ondersteunen? Voorzitter, de VVD sprak over het Drechtstedenbestuur als toezichthoudend orgaan. Volgens mij bedoelde hij de Drechtraad, want toezicht houden, dat doen wij toch in onze taak als controlerend orgaan? Als u de Drechtraad bedoelt, dan hebben we wel een punt van herkenning. Dan zitten we misschien op dezelfde lijn. Het gaat erom dat wij in de Drechtsteden samenwerking op een goede manier kunnen bijsturen en onze controlerende rol waar kunnen maken zonder een circus te hoeven optuigen en een heleboel bestuurlijke drukte te organiseren. Herkenning bij de VVD ook wat betreft de soms verstikkende regelgeving. We scharen ons achter de doelstelling van de gezamenlijke overheden, bestuursakkoord 2011-2012, afhankelijk van de besluitvorming, om de administratieve lasten voor de burgers en bedrijven met minimaal vijf procent per jaar vanaf 2012 te verminderen. En graag horen wij ook van het college hoe zij hiermee denkt om te gaan. We nemen kennis van het VVD standpunt dat er geen bereidheid is om een gesprek aan te gaan over de eventuele OZB verhoging. Geldt dat ook voor een verhoging met het inflatiepercentage, is onze vraag. Het CDA spreekt over het voorzieningenniveau en wat we hier voor over moeten hebben. En ik beluister hierin wel de bereidheid om het gesprek aan te gaan. Het zou mooi zijn als we ook het tarievenbeleid kunnen koppelen aan bijvoorbeeld de kerntakendiscussie; een discussie waar wij graag naar uitzien. Evenwicht. Voorzitter, de VVD spreekt over het omslaan van de bladzijde en de fractie van PRO Sliedrecht spreekt over het evenwicht en dat alles ondergeschikt is aan het coalitieakkoord. De vraag is
- 197 -
wel: hoe of door wie is dat gekomen? Dat de verhoudingen verbeteringen behoeven, mag helder zijn. Je hebt elkaar nodig. Zie het als een vogel die in de lucht vliegt. Om goed te kunnen vliegen, wat heb je dan nodig voor het evenwicht? Juist, een linker- en een rechtervleugel. Lees even: een coalitie en een oppositie. Onze fractie denkt dat voorstellen er beter van worden als we onze rol zo goed mogelijk vervullen. En voorzitter, ik heb best aanwijzingen dat het de goede kant op gaat. College, wij gaan wat morrend akkoord met uw voorstel ten aanzien van het RIEC. U heeft ons een evaluatie beloofd; prima. We horen graag of het een doorslaand succes aan het worden is, maar behouden ons wel het recht voor om af te haken, mocht hier aanleiding voor zijn. Want twee horecaondernemingen een vergunning onthouden staat ons inziens niet in verhouding tot de kosten. Hier past wel een uitleg bij, lijkt ons. Het tweede betreft de scholengemeenschap de Grienden. Behoud van deze voorziening is ook het doel van de fractie van SGP/ChristenUnie. Laat hier geen misverstand over bestaan, om het met de woorden van onze wethouder te zeggen en tegenwoordig ook die van de VVD. Voorzitter, onze fractie constateert wel een licht verschil in benadering met de wethouder waar het gaat over decentralisatie van de Jeugdzorg. Een pragmatische insteek versus kaderstellende rol. Laat het helder zijn dat wij u graag onze opvattingen over de Jeugdzorg mee willen geven als u dit in regionaal verband gaat oppakken. Wat ons betreft zou dit verwoord moeten worden in een helder kader. Dat zou ook in uw voordeel zijn als u de boer op gaat om dit allemaal te organiseren met andere overheden. Tot slot: er liggen heel veel toezeggingen. Op zich niet erg, maar het klinkt wel een beetje eng, want u moet het allemaal maar gaan waarmaken. En wij hopen natuurlijk dat u niet in de vertraging schiet. Ik kom er op terug, of ik kom met een nota, slaat soms ook wel de discussie dood of gewoon de deur dicht. Ik hoop natuurlijk op het tegendeel: dat we een uitermate boeiend jaar tegemoet gaan waarin we op het scherpst van de snede discussiëren. Ik zei dat er aanwijzingen zijn dat het met de raad de goede kant op gaat. En u heeft ons gisteren de suggestie gedaan om in gezamenlijkheid te komen tot een motie. Er is een amendement in voorbereiding, maar wellicht dat ik aan het einde van deze termijn toch vraag om een schorsing. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel. Wie van de fractie van SGP/ChristenUnie? De heer De Jager. Gaat uw gang. De heer De Jager Voorzitter, dank u wel. Gisteravond hoorden wij wethouder Tanis een suggestie doen die onze fractie van harte wil ondersteunen. Het gaat om de oproep om als raad mee te denken in de verdere ontwikkeling van de begroting, de P&C cyclus, de projectrapportage enzovoort. En wij realiseren ons dat de auditcommissie daar een rol in heeft, maar ik wil hier aan de andere fracties vragen, en met name de fracties die niet vertegenwoordigd zijn in de auditcommissie, om daarin te participeren. Ik heb de fractie van de VVD gisteren suggesties horen doen die daar prima in mee genomen kunnen worden. En het toegezegde voorstel van de CDA fractie, daar geldt dat natuurlijk ook voor. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel. De heer Visser. De heer Visser Dank u wel, voorzitter. Ik vind het net als de heer Van Rekom een goed idee dat de wethouder nog eens kritisch naar de grondexploitatie kijkt in het licht van de huidige economische situatie. De heer Van Rekom stelde ook voor om in plaats van actief grondbeleid meer over te gaan tot faciliterend grondbeleid. De wethouder beloofde al vrij snel dat hij bereid is de nota grondbeleid uit 2004 te actualiseren. Hij zei nog net niet wanneer hij dat zou doen. Onze fractie is er nog niet van overtuigd dat het nodig is de nota grondbeleid ingrijpend te wijzigen. Als het toch moet gaan gebeuren, dan willen we graag weten waarom wijziging nodig is en dat kan bijvoorbeeld via een startnotitie. Faciliterend grondbeleid hoeft niet bij voorbaat verkeerd te zijn, maar dan worden bestemmingsplannen nog belangrijker. De voorzitter Dank u wel. Dan is het woord aan de fractie van de VVD. De heer Van Rekom. Fractie VVD – de heer Van Rekom
- 198 -
De heer Van Rekom Dank u wel, voorzitter. Ik zal eerst een poging doen om de vragen die gisteren zijn gesteld door diverse fracties te beantwoorden. Voordat ik dat doe wil ik één ding heel duidelijk maken. Dat is dat wij nog steeds absoluut tegen de opneming van nieuw beleid zijn. En wat we nog steeds graag willen zien, is dat de subsidies voor musea van twintig procent naar tien procent teruggaan. Na deze termijn zullen wij ons daarop beraden. Dan de beantwoording van de vragen ten aanzien van PRO Sliedrecht, die had er volgens mij één, ten aanzien van de subsidie Welzijnsstichting aan de sociale moestuin, of het zinvol is om daar de Rekenkamer voor aan het werk te zetten. Nou, de VVD is het er in ieder geval mee eens dat zoiets niet kan, subsidie verstrekken door de Welzijnsstichting aan een sociale moestuin. Of dat een Rekenkameronderzoek waard is, dat vragen wij ons af. Wellicht volstaat een scherpe brief van de portefeuillehouder aan de Welzijnsstichting met als strekking dat zoiets niet en nooit meer aan de orde is. De suggestie die de SGP/ChristenUnie zojuist deed om de Rekenkamercommissie te laten kijken naar de gehele subsidieregeling, daar zien wij veel meer in. Dan de vragen van de SGP/ChristenUnie. Er was een vraag die ging over het feit dat er geen budget ten aanzien van de verkeersafwikkeling van het Stationspark aan de orde zou zijn als gevolg van de inflatiecorrectie van 1,3 procent en hoe de VVD daar tegen over staat. Nou, ik kan u vertellen dat de VVD geen voorstander is van gegoochel met inflatiecorrecties, maar onderkent wel degelijk dat er iets moet gebeuren ten aanzien van de verkeersafwikkeling rondom het Stationspark. De bereikbaarheid van het bedrijventerrein moet verbeterd worden. Het kan niet zo zijn dat hiermee de vestiging van bedrijven belemmerd gaat worden. We roepen de portefeuillehouder op om daar maar een list voor te bedenken. Ten aanzien van het wijkgericht werken. De VVD heeft haar mening daar al over afgegeven. Wij zijn voorstander van concentratie van het wijkgericht werken. Het betekent dat wat ons betreft wijken samengevoegd kunnen worden, zodat het in ieder geval meer beheersbaar gaat worden. Benedenveer; welk beeld hebben wij hierbij? Wat ons betreft het snel actualiseren van de grondexploitatie; dat hadden we ook al in ons betoog aangegeven. En de ASVZ faciliteren om de Merwebolder optimaal te kunnen helpen bij eventuele uitbreidingsmogelijkheden. Voor de rest mag wat ons betreft Benedenveer in de ijskast. Ten aanzien van het CDA de vraag over € 500.000 afroming. Ik moet u ook vertellen dat ik het, tot de uitleg van zojuist, ook niet helemaal begreep, maar ik heb het nu ook begrepen. Ook wij zullen het initiatief van het CDA steunen om uiteindelijk de afroming niet te laten plaatsvinden in de egalisatiereserve. Om nog even direct te reageren op de opmerkingen van de SGP: OZB, is een inflatiecorrectie oké? Wat ons betreft wel, maar dan ook niet meer dan de inflatiecorrectie. De heer Den Braanker heeft het ook gehad over het wederom omslaan van de bladzijde. Volgens mij, als we het er iedere keer over blijven hebben, gaat dat niet lukken. Dus wat mij betreft sla ik nu nog één keer de bladzijde om en ik sta er niet meer voor in op het moment dat iemand er nog een opmerking over maakt, want dan ben ik toch bang dat ik hem echt terug moet gaan slaan. De heer Van Meeuwen Als je hem iedere keer opnieuw omslaat, blijft het wel nieuw, natuurlijk. De heer Van Rekom Ja, maar ik heb ook gezegd dat het boek nog niet dicht is en voor je het weet ben ik aan het eind daarvan, zeg maar, en zo ver zijn we nog niet. De heer Van Meeuwen Laten we zeggen dat het een dik boek is. De heer Van Rekom Een opmerking nog over het Drechtstedenbestuur waarvan de SGP er van uitging dat we de Drechtraad bedoelden. Welnu, dat is niet het geval. We hadden het ook anders kunnen zeggen: dat wij vinden dat het Drechtstedenbestuur, zoals al eerder gezegd, een bestuurlijk moloch is van hoog academisch niveau die in onze optiek veel te weinig bijdraagt. En dat is nou precies de reden waarom wij zeggen: als wij een heleboel uitvoerende taken gaan uitbesteden aan de gemeenschappelijke regelingen, dan kan het Drechtstedenbestuur juist het dagelijkse toezicht op de gemeenschappelijke regeling uitvoeren en niet meer dan dat. En laat de beleidszaken wat ons betreft gewoon weer terugvloeien naar de gemeente Sliedrecht, waar het in onze optiek thuishoort. De heer Den Braanker U kiest er ook voor om in dat geval alle gemeenschappelijke regelingen te
- 199 -
wijzigen dan, in dat geval? De heer Van Rekom Als dat nodig is om uiteindelijk het huidige Drechtstedenbestuur dagelijks toezicht te laten houden, wel, ja. Maar in het betoog van gisteren heb ik ook aangegeven dat het voor ons niet relevant is aan wie we gaan uitbesteden, of dat aan de gemeenschappelijke regelingen is of aan een ander commercieel bedrijf. Belangrijker is, vinden wij, dat een heleboel uitvoerende taken op afstand gezet zouden moeten worden. Dat is voor ons belangrijker dan wie het gaat uitvoeren. Maar als er dan een gemeenschappelijke regeling blijft, dan moeten we toch ook wat met het Drechtstedenbestuur. Nou, die kan dan vervolgens toezicht houden. De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Maar u bent zich wel bewust dat wat u nu beweert, dat dat een hele operatie met zich mee zal brengen als we u daarin volgen? De heer Van Rekom Ja, dat klopt. De VVD is zoals bekend niet vies van een beetje werk, dus kom maar op. De voorzitter Oké. De heer Van Rekom Dat was het. De voorzitter Dat was het? De heer Van Rekom Nee, ik moet nog een bedankje geven. Een bedankje ten aanzien van de toezegging van de portefeuillehouder dat de nota Grondbeleid op korte termijn wordt herzien. En korte termijn, dat snap ik, dat is een betrekkelijk begrip. Dank u wel. De voorzitter Oké, dank u wel. Nog andere woordvoerders van de kant van de VVD? Dat is niet het geval. Dan is het woord aan de fractie van de PvdA. De heer Van Gameren.
Fractie PvdA – de heer Van Gameren, mevrouw De Bruin De heer Van Gameren Ik zal proberen kort te zijn, want hierna spreekt mevrouw De Bruin nog over het gedeelte onderwijs. Ik heb geprobeerd, zoals het een goede socialist betaamt, om wat rode draden te vinden in alle betogen. Die vond ik niet veel, maar dat zij zo. Ik vond er eigenlijk maar vier. Eerst wil ik even ingaan op de toekomst van Sliedrecht en de toekomst van de Drechtsteden. Het tweede punt is de wat magere ambitie; die is ook ter sprake geweest. En ik zal eindigen met iets over de stelpost nieuw beleid. Het eerste punt, gaat over de toekomst van de Drechtsteden en natuurlijk, heb ik gisteren gezegd, blijft Sliedrecht zelfstandig. Ik heb u onze opvatting over de toekomst van Sliedrecht geschetst in antwoord op de heer Den Braanker. Ik heb gisteren gewoon gepleit voor het Ten Boer plus-model. Dat wil zeggen dat er binnen de bestaande samenwerking, die helemaal op de schop zou moeten, gewoon afdelingen komen die gevoed worden met mensen uit de verschillende gemeenten en die samen dan één taakveld bestrijken, bijvoorbeeld alle onderwijsmensen bij elkaar. En die kunnen dan voor alle gemeenten de producten maken. En dat gebeurt dan, net als de heer Van Rekom bedoelt, gewoon op een hele efficiënte en doelmatige manier. Dat hoeft niet altijd bij de Drechtsteden te zijn, maar dat kan ook wellicht ergens anders. Maar dat is ongeveer wat wij in gedachten hebben. Het college gaat eigenlijk ook op die weg door, maar die gaat door op de netwerkstadgedachte. Dat lezen we althans in de begroting, daar wordt op gepreludeerd. En ook in het antwoord van de heer Tanis repte hij er van dat we daar eigenlijk niet aan ontkomen. Er moet een kerntakendiscussie komen die, zo beluisteren wij, en ziende de initiatieven van het Drechtstedenbestuur en bijvoorbeeld een onderzoek naar het afstoten van de huisvuildienst, wordt gekenmerkt door een welhaast panische angst om dingen zelf te blijven doen, of overkomende zaken eerst zelf te proeven. Ook gisteren hebben we
- 200 -
een discussie gehad met wethouder Lavooi die ons bezwoer geen illusies te hebben dat we zelf nog zouden kunnen beslissen over overkomende taken van het Rijk. Ook daarvan zeg ik: je zou dat toch gewoon eerst zelf moeten proeven, moeten wegen en wellicht dan pas overwegen om dat over de schutting te gooien en aan de Noordendijk te droppen. De vrees van de PvdA is, als dat gaat gebeuren op dezelfde ongecontroleerde manier als ooit gebeurd is bij het SCD, dan belooft dat niet veel goeds. De mensen die het evaluatierapport van het SCD kennen, weten wat daar allemaal is misgegaan en dat liegt er in hoofdstuk drie niet om. Daar zouden de kosten voor de baten uitgaan. Nou, die baten zijn aan de horizon verdwenen. Datzelfde geldt voor nieuwe taken. In de Drechtsteden schijnt een soort mening post te vatten dat we niets meer zelf kunnen. We schijnen een stel sukkeltjes te zijn in de gemeentes, die maar zoveel mogelijk moeten overlaten aan grote bureaucratische gedrochten aan de Noordendijk. Het zou deze raad sieren wanneer ze daar wat minder meegaand in zou zijn. Dat brengt me gelijk bij de ambitie; dat is het tweede punt. Het verwijt wat ik gisteren hoorde, dat deze begroting weinig ambitie ten toon spreidt: PRO Sliedrecht meet dat af aan het feit dat het college geen initiatieven verpakt in de post nieuw beleid. Maar de fractie van de PvdA meet dat af aan de door mij genoemde zaken, waar wel problemen zijn, en veel problemen liggen te wachten op een oplossing, maar niet in deze begroting worden benoemd als zijnde een probleem dan wel een project wat aangepakt moet worden. De Stoep, het basisonderwijs, het Plaatje, achterblijvende bouwplannen die nopen tot een herbezinning om te bouwen en wonen in de Drechtsteden, Benedenveer, waterberging. Ik noem er zo maar een paar. Het zijn allemaal dingen waar we allemaal de komende jaren voor komen te staan die een heleboel geld gaan kosten. En dat laatste is eigenlijk niet eens zo erg, want dat kunnen we prioriteren en afwegen. Het gaat erom dat je weet dat ze eraan komen en dat je er ooit iets aan zal moeten doen. En dat kan je beter maar zo snel mogelijk doen en doen met hecht doortimmerde meerjareninvesteringsplannen. Zo hoort dat te werken. Dan de toezeggingen via de nieuwsbrieven. De voorzitter heeft gisteren een hele lijst van toezeggingen op rij gezet. Allemaal prachtig en dat moet ook allemaal beschreven worden, maar ik krijg langzamerhand de indruk dat, samen met allerhande toezeggingen en nieuwsbrieven een gestructureerd beleid uit de weg wordt gegaan. Blijkbaar wordt beleid nu gemaakt door memo’s die we krijgen, mailtjes die we krijgen, toezeggingen die gedaan worden in vergaderingen, nieuwsbrieven die gevuld worden. Ik wil gewoon voorstellen zien, namelijk voor die problemen die aangepakt moeten worden. Dat zou een betere manier zijn. En dat een college toezeggingen doet, allemaal prima, en misschien zelfs nota’s toezegt; die moeten natuurlijk van een datum voorzien worden en allemaal bijgehouden worden of dat allemaal wel gebeurt. Dat is allemaal prachtig, maar het gaat om de inhoud van die nota’s. Daar gaat het om. Ik zou eindigen met nog een opmerking over nieuw beleid. Ik heb nu en gisteren ook gehoord dat daar nogal wat verschil van mening over bestaat, hoewel er vanavond meer overeenstemming blijkt te bestaan. Ik hoor van de VVD en ook van PRO Sliedrecht en ik proef het ook een beetje bij de heer Den Braanker van: ze willen eigenlijk die stelpost weg hebben. Wij zijn daar niet voor. Ik herinner nog even aan wat de heer Tanis indertijd aanvoerde als reden voor die ton voor nieuw beleid. Namelijk om ruimte te hebben voor zaken waarvan het zonde is om die te laten schieten en anderzijds om pijnlijke ingrepen die wellicht en misschien wel zeker komen, en consequenties daarvan te kunnen verhelpen. Daar was die ton voor bedoeld. Terecht zei hij: dan heb ik niet voldoende aan de post onvoorzien. Dan heb ik niet voldoende aan dat overschot van € 108.000. Vandaar dat wij zeggen: hou die stelpost er in. Je hoeft hem nog niet direct te besteden, maar je hebt hem misschien straks wel nodig. Wij denken dat we hem nodig hebben voor onderwijs; mevrouw De Bruin zal daar straks op ingaan. Maar misschien ook voor iets anders. Dus ik zou het jammer vinden wanneer we nu die stelpost nieuw beleid zouden schrappen, ook al, wat ik net gezegd heb, over ambitie. Als je die post schrapt, dan geef je eigenlijk aan: ambitie nul. Nieuwe dingen zijn er niet meer. De voorzitter De heer Sneijder. De heer Sneijder Voorzitter, dank u wel. Meneer Van Gameren, wat vindt u dan van de huidige invulling van de post onvoorzien? Voldoet die aan de argumenten die u net heeft opgesomd? De heer Van Gameren Ik weet niet beter of de hoogte van de post onvoorzien is al jaren een
- 201 -
technische zaak. Ik kijk even naar een oud financieel ambtenaar, die heeft mij dat eens een keer uitgelegd. Daar is een percentage voor en dat is het. De heer Sneijder Nee, ik stel de vraag verkeerd. De post nieuw beleid van € 23.000 voor het RIEC bijvoorbeeld, wordt nu uit nieuw beleid voorgesteld. Voldoet dat aan de criteria? De heer Van Gameren Ja, daar heb ik geen problemen mee. Nou, laat ik het zo zeggen. Ik ben ooit voor die post geweest, maar als het college vanuit veiligheidsoverwegingen, en daar hechten we toch aan, mag ik aannemen, de voorzitter heeft dat gisteren nog keurig uitgelegd, zegt van: dat zouden we eigenlijk moeten doen, dan kan ik dat nog wel billijken. En ik had het liever voor drie jaar gedaan, weer, of zo, of voor twee jaar. Maar ja, die mensen moeten ook enige zekerheid hebben. Dus …wie weet. De heer Sneijder En dan stapt u dus bij deze binnen een minuut over uw eigen kaders heen. De heer Van Gameren Nee, nee, dat is helemaal geen kader. Dat is helemaal geen eigen kader. Ik heb alleen maar gezegd: als dat soort dingen zich voordoen en je hebt daar nog niet op gerekend, dan zou je een andere bezuiniging moeten invoeren en dat kun je nu doen uit die post nieuw beleid. En misschien komen er in de komende jaren nog een paar van dat soort zaken waarvan je eigenlijk zegt: dat zou je eigenlijk moeten doen en ik moet nu extra gaan bezuinigen om dat te doen. De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Maar, meneer Van Gameren, u zegt nu: als we dat potje nieuw beleid hebben, dan moeten we misschien volgend jaar al pijnlijke maatregelen nemen om toch nog iets te honoreren. Maar als we dat structureel nieuw beleid nu laten staan, moeten we in 2015 diezelfde pijnlijke maatregelen nemen. Want je weet nu al dat je een miljoen tekort hebt in 2015. Dus in 2015 moet je weer voor € 400.000 gaan snijden om je nieuw beleid in stand te houden. De heer Van Gameren Ja, dat is de keerzijde van de medaille. Maar kijk, dat is in de toekomst en er veranderen de komende jaren nog veel dingen. Dus wat dat betreft ben ik er wat minder benauwd voor. Even, ik herkende uw rekensom hoor, gisteren. Ik vind het knap gevonden dat je zegt: met de Septembercirculatie gaat er al vier ton van het miljoen af in 2015. Nog vier ton eraf zal ik maar zeggen met die post nieuw beleid; dan schiet er nog maar twee ton over. Ik vind dat ook wel aantrekkelijk eigenlijk, om eerlijk te zeggen. Maar hou het dan ook staan, daarvoor, en wellicht blijft er voldoende van over om dat daar in te schuiven. Ik heb niet gezegd van: die stelpost nieuw beleid is een grabbelton en die moet op, elk jaar. Ik heb alleen maar gezegd, zoals de wethouder ook betoogd heeft: er kunnen zich op een gegeven moment dingen voordoen waarvan je zegt: het is zonde om dat nu te laten lopen. Laat ik dat toch doen en daar heb ik een post nieuw beleid voor. De voorzitter De heer Van Rekom. Mevrouw Visser Mag ik nog één keer heel kort reageren op de heer Van Gameren? Daar hebben we toch jaarlijks ons potje € 60.000 onvoorzien voor? De heer Van Gameren Ja, maar… De voorzitter Eerst de heer Van Rekom en dan mag u antwoorden, meneer Van Gameren. De heer Van Gameren Oké. De heer Van Rekom Dank u wel, voorzitter. Ik wil eigenlijk op twee punten reageren. U koppelt ambitie aan geld; dat stelt me teleur. Het verrast me niet dat de PvdA daar mee komt, als ik heel eerlijk
- 202 -
moet zijn. Maar laten we nou vooralsnog gewoon ambitie anders definiëren, dat we met z’n allen ook even zonder te kijken naar het geld, proberen ambitieus te zijn. Dus wat mij betreft is de koppeling geld en ambitie hier niet op zijn plaats. Anderzijds, mijn volgende opmerking sluit aan bij de opmerking van mevrouw Visser: gisteren heb ik een, dacht ik, overtuigend pleidooi gehouden van het aantal potjes wat we sowieso voor tegenvallers hebben, waarbij u het alleen heeft over de € 60.000 onvoorzien. Maar er zit een stelpost, en u noemt het nieuw beleid een stelpost, maar er zit een andere stelpost in ten aanzien van het bestuursakkoord voor anderhalf miljoen. Dat betekent dat ten aanzien daarvan… De heer Van Gameren Anderhalve ton hoor, niet anderhalf miljoen. Dat is wat minder. De heer Van Rekom Ja, voor 2012. Maar als u het niet erg vindt kijk ik naar langer dan alleen 2012 en dan kom ik wel degelijk op anderhalf miljoen uit. De heer Van Gameren Mag ik weer aan de discussie meedoen? De voorzitter Nee, de heer Van Rekom maakt zijn betoog af. De heer Van Rekom En dat betekent, natuurlijk is het zo dat we ons niet moeten laten leiden door het feit dat we geen stelpost in onze begroting hebben. Ik heb gisteren expliciet gezegd: op het moment dat het college of wat mij betreft uzelf, want ik heb begrepen dat u zo meteen iets met onderwijsgeld gaat vragen, als dat een goed voorstel is, dan is dat in mijn optiek aan de raad om enerzijds aan het college te vragen of daar, kijkend naar de huidige financiële situatie, ruimte voor is en dan zijn wij als raad volgens mij wijs genoeg om uiteindelijk het juiste besluit te nemen, is dat daarmee dan de begroting wordt overschreden met een post. Alleen het aantal potjes dat nu aan de orde is, vertroebelt de hele begroting en niet alleen de begroting van 2012, maar tot en met 2015. En daar gaat het de VVD om. De voorzitter Dank u wel. De heer Van Gameren. De heer Van Gameren Dat laat ik voor u. Maar waar het gaat om ambitie, daar ben ik mee geëindigd bij punt twee, namelijk dat mijn ambitie is dat er hecht doortimmerde meerjarenplannen komen voor een heleboel zaken die we graag willen. Dat is de ambitie die ik wil laten tonen in een begroting. Namelijk dat je dingen oplost, dingen verzorgt voor de mensen et cetera. En dat je daarbij geld nodig hebt, oké. Daar wil ik graag die stelpost ook voor gebruiken. Maar ik ben het met u eens: als het uit de normale begroting kan, via normale aanpassingen, dan is dat ook een mogelijkheid. Alleen, het college heeft zelf redenen aangevoerd om die stelpost te willen hebben en ik kan die onderschrijven op die twee punten. Daar kun je over van mening verschillen, maar dat is zoals ik er tegen aankijk wat betreft die stelpost. Dus ik zou het betreuren wanneer de raad zou zeggen vanavond: dat ding moet maar geschrapt worden. Ik zou graag dat ding overeind willen houden, die stelpost nieuw beleid, ook voor 2013, ook voor 2014 en ook voor 2015. De voorzitter Dank u wel. Mevrouw De Bruin. Mevrouw De Bruin Dank u wel, voorzitter. Mijn fractievoorzitter heeft het al aangekondigd: ik ga het over onderwijs hebben. Ik ga het ook nog over het milieu hebben en ook nog over de WMO. Maar ik zal met onderwijs beginnen. De voorzitter U hebt overigens nog maar beperkt tijd, dus probeert u het kort te doen. Mevrouw De Bruin Ik zal snel praten. De fractie van de PvdA heeft tijdens een bijeenkomst op het Griendencollege verheugd kennis genomen van de koerswijziging die is ingezet om het negatieve tij te keren. De eerste berichten over die veranderingen zijn positief. De fractie van de PvdA is van mening
- 203 -
dat ook door de gemeente een uiterste inspanning moet worden geleverd om het VMBO onderwijs in Sliedrecht te behouden en zo mogelijk te versterken, bijvoorbeeld door verhoging van het aantal leerlingen. Het voelt dus goed om onderaan bladzijde 19 van de begroting bij punt twee te lezen en ik citeer: "en ontwikkelingen te volgen met betrekking tot VMBO onderwijs en koersen op behoud en versteviging." Als we echt willen, moeten we er natuurlijk wel geld beschikbaar voor stellen. Ik heb uit betrouwbare bron vernomen dat er zeer binnenkort wel een formeel verzoek om financiële steun zal komen. Bij hetzelfde punt 2.1 op bladzijde 19 worden ook de Anne de Vries en de Roald Dahlschool genoemd, in één adem met de brede school in Baanhoek West. Deze zomer is daarover uitgebreid gesproken in de raad, met als uitkomst dat de Anne de Vries nieuwbouw mag gaan plegen en dat er een onderzoek gestart wordt naar de mogelijkheden voor de Roald Dahl en de brede school. Jammer, want zoals we allen weten: onderzoek vraagt heel veel tijd, blijkbaar. Tijd die we veel beter kunnen gebruiken als we niet nog een generatie leerlingen verloren willen laten gaan. De PvdA fractie neemt een voorschot op de uitkomsten van dat onderzoek en stelt het volgende. De plannen voor Baanhoek West zijn al vele jaren geleden gemaakt en in de loop van de tijd is er nogal wat in die plannen veranderd. Zo is er besloten om geen sporthal te bouwen, maar een gymnastieklokaal. Dat is wel degelijk wat anders. Er is een kerk gebouwd die niet in de oorspronkelijke plannen stond. En zo zijn er nog wel wat meer aanpassingen geweest. Die veranderingen zullen we toeschrijven aan voortschrijdend inzicht. Als we die lijn doortrekken, moeten we ook het bouwen daar van een brede school voor slechts de onderbouw van het basisonderwijs opnieuw in overweging nemen. De meningen over nut en noodzaak van zo’n school op die locatie lopen tenslotte nogal uiteen, zo hebben we begrepen. Bovendien verloopt de bouw in Baanhoek West minder voorspoedig dan de oorspronkelijke planning en iedereen weet waarom. Daar zal op korte termijn dus ook geen verandering in komen, ben ik bang. Des te meer reden om een alternatieve oplossing te bedenken voor het basisonderwijs in Sliedrecht. De fractie van de PvdA staat nog steeds achter het concept brede school; laat dat duidelijk zijn. We zien zo’n school liever gisteren dan vandaag gerealiseerd, maar in Baanhoek West zien wij dat voorlopig nog niet gebeuren. Wel is er de mogelijkheid om op veel kortere termijn op de locatie Prickwaert zo’n brede school te bouwen. Sterker nog en zelfs beter nog, daar kan een brede school voor onder- èn bovenbouw worden gerealiseerd. En niet te vergeten natuurlijk buitenschoolse opvang, kinderopvang, kinderdagverblijf, peuterspeelzaal. Zo’n kans moeten we niet laten liggen, die moeten we met beide handen aangrijpen. Als Sliedrecht in wil spelen op de ontwikkelingen in het onderwijs, en dat moet, dan zorgen we ervoor dat morgen en niet pas over een paar jaar… De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Ik kan het betoog van mevrouw De Bruin heel goed volgen waar zij het heeft over de brede school in Baanhoek West. Wij delen die twijfels ook; u heeft een prima betoog vanavond. Maar gaat dit nou ook leiden tot een motie of tot een amendement? Of is het een mededeling en zegt u: we willen het komend jaar erover gaan discussiëren met de raad? Mevrouw De Bruin Als het nodig is, zullen we daar een motie over opstellen, maar dan wil ik ook wel eerst even de reactie van de wethouder horen, en misschien uw reactie wel. Mevrouw Visser Nou, het lijkt me verstandiger dat u weet wat de reactie van de raad is als van de wethouder. Mevrouw De Bruin Ja. Ik vind het allebei spannend. De voorzitter Mevrouw De Bruin, gaat u verder. Mevrouw De Bruin Ik had het over de eerste palen; dat morgen en niet pas over een paar jaar de eerste palen voor een goed fundament van het onderwijs de grond in gaan. Ik hoef mijn collega-
- 204 -
raadsleden of het college tenslotte niet te wijzen op de ontwikkelingen. Het speciaal onderwijs bijvoorbeeld wordt zo goed als afgeschaft. Dat betekent dat op de gewone basisscholen zogenaamd passend onderwijs moet worden aangeboden. Schoolgebouwen moeten dus spreekruimtes, behandelruimtes hebben voor remediale hulp en maatschappelijk werk, omdat heel veel leerlingen van dat speciaal onderwijs zullen instromen in het gewone basisonderwijs. De voorzitter De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Voorzitter, volgens mij maakt u een denkfout met betrekking tot passend onderwijs, want er is een aantal modellen denkbaar waarbij je dus ook gewoon die speciale school nog in stand houdt. Mevrouw De Bruin Ik zeg ook niet dat de speciale school echt verdwijnt. Dat was mijn volgende opmerking namelijk. De heer Den Braanker Nou, oké. De voorzitter Mevrouw De Bruin, gaat u verder. Mevrouw De Bruin Dat betekent overigens niet, meneer Den Braanker, dat het speciale onderwijs uit Sliedrecht zal verdwijnen. Ook daar zullen we oog voor moeten blijven houden. Kortom, nou ja kort, behoud en versteviging van basis- en voortgezet onderwijs in Sliedrecht moet worden vormgegeven door actie. Niet door onderzoeken, niet door eindeloze onderzoeken; we hebben al zo veel tijd verloren. Laten we dus het Griendencollege een impuls geven zodat het VMBO in Sliedrecht nog decennia lang aantrekkelijk is voor leerlingen uit de gehele regio. En denk daarbij aan het voorkomen van tekorten op de arbeidsmarkt. Onderzoek heeft uitgewezen dat we over circa zeven jaar nog maar de helft van het aantal benodigde loodgieters en elektriciens hebben. In plaats van concurreren zouden de VMBO scholen in de regio met elkaar moeten samenwerken en ik heb begrepen van de heer Tanis dat daar al druk over gesproken wordt. Dan kan overal in de regio Drechtsteden een uitgebreid aanbod van goede VMBO opleidingen ontstaan en gehandhaafd worden. En laten we snel voor leerlingen en ouders een aantrekkelijke brede school in Prickwaert neerzetten die toekomstbestendig is. En zoals ik aan het begin van mijn betoog al zei, dat gaat natuurlijk geld kosten. En dat geld is er. We hebben voor een brede school in Baanhoek West gespaard en er is ook nog de post nieuw beleid. Het staat ons, de raad van Sliedrecht, vrij om te besluiten dat geld in de Prickwaert en het Griendencollege te steken. Niet alleen is dat goed voor de Sliedrechtse economie, maar ook voor het onderwijs. Want als Sliedrechtse bouwbedrijven bijvoorbeeld aan de slag zouden kunnen daar, dan zou je als voorwaarde mee kunnen geven dat er stageplaatsen en leerwerkprojecten voor de VMBO leerlingen gecreëerd zouden kunnen worden. Dat was mijn onderwijsverhaal. De voorzitter Mag ik u even vragen hoeveel tijd u nog dacht te gebruiken? Mevrouw De Bruin Ik ging vragen hoeveel tijd ik nog heb. De voorzitter Nul. En ik ben bereid soepel te zijn, maar dan moet u het nu wel in twee minuten doen. Mevrouw De Bruin Ik ga het proberen. Vorig jaar bij de begrotingsbehandeling en ook later nog hebben we de portefeuillehouder milieu allerlei dingen gevraagd en hij heeft beloofd ons op de hoogte te houden; dat is allemaal niet gebeurd. Ik heb een aantal voorbeelden nog uitgeschreven, ik zal ze niet noemen, maar ik wil wel aan de portefeuillehouder vragen om zo snel mogelijk in een opiniërende vergadering dit onderwerp uitgebreid aan de orde te stellen. En ik zal daarvoor mijn gedachten aanleveren. Dan wil ik het nog even over stichting welzijnswerk hebben. € 50.000 bezuinigingen hebben ze opgelegd gekregen en er is beloofd dat die ingevuld zouden worden. Wij hebben gevraagd om dat ruim voor de begrotingsbehandeling nog een keer in deze raad te bespreken, zodat we konden
- 205 -
zien of wij het wel allemaal goede ideeën vonden die geopperd zouden worden door de stichting. Nou, dat is niet gelukt; jammer. En nu worden we geacht zonder discussie akkoord te gaan met de voorstellen die er nu liggen; dat valt een beetje tegen, eerlijk gezegd, want als ik zie wat ze denken te bezuinigen op maaltijden, maar dat er achter staat: meeropbrengsten, dan is het geen bezuiniging. Want dat is een lastenverzwaring voor mensen die daar gebruik van maken. En de verkoop van een bus is een eenmalige actie; daar hebben we volgend jaar geen profijt meer van. Dus het klopt nog lang niet. En ik begrijp ook dat de Anders Actieven nog niet helemaal tevreden zijn over de ideeën die daarover leven. En het laatste, voorzitter. Begin dit jaar heb ik ook aan de wethouder voorgesteld om een administratieproject onder te brengen bij de stichting Welzijn. Het is heel lang stil gebleven en ik begrijp nu dat er pas ergens begin volgend jaar misschien iets gaat gebeuren. Dat duurt allemaal veel te lang en komt dat misschien doordat ik allerlei verontrustende berichten hoor over gebrek aan beleid binnen de stichting? Ik denk bijvoorbeeld aan de recente klachten van de Anders Actieven. Ik heb niet het idee dat het daar helemaal soepeltjes verloopt en dat vinden we bijzonder jammer. Dank u wel. De voorzitter Dat heeft u netjes afgerond in twee minuten. Het woord is van de fractie van het CDA, de heer Dunsbergen. Fractie CDA – de heer Dunsbergen De heer Dunsbergen Voorzitter, waar ik mee wil beginnen is met de opmerking dat de herijking van de planning en control cyclus ter hand genomen is. Na bestudering van de begroting en de beantwoording door de wethouder gisteravond zien we dit proces ook terug. Voor het CDA is deze herijking een belangrijk aandachtspunt. Graag wil ik in het kort de lijnen schetsen die de CDA fractie voor ogen heeft, ook na de uitdaging van de heer De Jager die daar in feite ook om gevraagd heeft. Voorzitter, de CDA fractie is tot de conclusie gekomen dat het aan te bevelen is om, net als in andere gemeenten gebeurt, in de maand juni jaarlijks een Perspectiefnota te introduceren. Deze nota volgt een maand nadat de jaarrekening is vastgesteld. Met een Perspectiefnota wordt een goede integrale afweging bereikt. De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Wij hebben toch de Zomernota; dat is toch hetzelfde als de Perspectiefnota? De heer Dunsbergen Ik zal proberen uit te leggen wat het verschil is, mevrouw Visser. Mevrouw Visser Oké. De voorzitter De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen En dat is de zin die ik zojuist voorlas: met de Perspectiefnota wordt een goede integrale afweging gemaakt. En alleen het woord al, perspectief, geeft aan dat het een directe relatie heeft met de begroting. De nota bevat een grondige analyse van de financiële positie van de gemeente en geeft aan welke activiteiten en projecten in financiële zin in de begroting voor het komende jaar zullen worden opgenomen. De CDA fractie vindt het belangrijk dat in zogenaamde bestuursrapportages niet alleen wordt gerapporteerd over de stand van zaken met betrekking tot het uitvoeringsprogramma en de grote projecten, maar dat tevens een rapportage plaatsvindt van het verloop van de inkomsten en uitgaven van de lopende begroting. En deze rapportages zouden vooraf gegaan moeten worden door zo’n Perspectiefnota in mei/juni en de begrotingsbespreking, daar aan voorafgaand een bestuursrapportage in september/oktober en vervolgens kan de dan beschikbare informatie gebruikt worden om die Perspectiefnota en begroting naar een hoger niveau te tillen. En de begroting is, dat moge duidelijk zijn, de definitieve uitwerking van die Perspectiefnota. In deze benaderingswijze dient wat de CDA fractie betreft een zeer uitgebreide begrotingswijziging in de vorm van het zogenaamde veegbesluit tot een minimum te worden beperkt. De CDA fractie hecht aan het belang dat raadsvoorstellen worden voorzien van bronvermelding. Kortom, waar vloeit een
- 206 -
voorstel uit voort? Bijvoorbeeld uit de begroting, Rijk, wetgeving en anderszins. En het punt dat de heer Van Gameren zojuist noemde, meerjareninvesteringsplannen, spreekt de CDA fractie aan. Tot slot. Ten aanzien van dit punt geeft de CDA fractie de raad in overweging om jaarlijks een nader te bepalen deel van de beleidsnotities cyclisch te herijken. Ik heb die opmerking eerder gemaakt. Voorkomen wordt dat alleen door calamiteiten notities geagendeerd worden. Je werkt dan ad hoc en op basis van incidenten, in plaats van proactief bezig te zijn, waardoor je problemen mogelijk kunt voorkomen. Met elkaar hebben we vastgesteld dat de samenleving en ook de Sliedrechtse samenleving niet statisch is, maar altijd in beweging is en om deze reden aandacht voor een structurele en cyclische agendering van beleidsnotities. Voorzitter, dan nog enkele opmerkingen naar aanleiding van de discussie van gisteravond. In reactie op wethouder Lavooi wil de CDA fractie nogmaals beklemtonen dat het beleid ten aanzien van Jeugdzorg, en dan heb ik het niet over de AWBZ, want dat is buitengewoon gecompliceerd, maar Jeugdzorg, of we het leuk vinden of niet, lokaal vastgesteld moet worden. Citaat uit het regeerakkoord: gemeenten worden financieel en uitvoeringstechnisch verantwoordelijk voor de uitvoering van alle Jeugdzorg die onder het Rijk, de provincies, de gemeenten, de AWBZ en de Zorgverzekeringswet valt en de financiële middelen worden overgemaakt aan de gemeenten. Een heldere tekst. En het CJG zal moeten gaan dienen als front office voor alle jeugdzorg van de gemeente. En zoals ik gisteren al aangaf is het feit dat iedere gemeente haar eigen CJG format gekozen heeft een complicerende factor in het gezamenlijk optreden. Hetzelfde geldt overigens voor de aankomende nieuwe wet op het passend onderwijs. Onderwijs en zorg zullen op lokaal niveau een integrale aanpak moeten organiseren onder de regievoering van de gemeente. En ook ten aanzien van passend onderwijs zullen alle taken en verantwoordelijkheden richting de gemeente komen. Vanzelfsprekend wordt bij dit alles samenwerking gezocht met andere gemeenten en de zorg- en onderwijspartners. Tijdens de presentatie in de carrousel van de Drechtraad van 4 oktober werd benadrukt dat het beleid lokaal vastgesteld moet worden en via de pragmatische aanpak van regionale informatie en kennis die gedeeld gaan worden, waardoor voorkomen wordt dat de omslag van het beleid te lang duurt en ouders en kinderen in het gedrang raken. Want het moet geen slepend proces worden. Voorzitter, de CDA fractie heeft er vertrouwen in dat de Sliedrechtse politiek, de gemeente en de diverse partners in staat zijn deze omslag tot een goed einde te brengen. Het proces van de ontwikkeling van het lokale CJG is naar mijn perceptie uitstekend verlopen. En door gebruik te maken van de kennis van anderen moet er een goed doordacht plan ontwikkeld kunnen worden. Tot slot wil ik nogmaals wijzen op de afroming van de pot egalisatie grondkosten en we zullen daar vanavond een amendement voor indienen in relatie tot het bedrag van € 500.000. De CDA fractie vindt een Rekenkameronderzoek naar de brede welzijnsstichting een te zwaar middel, richting de fractie van PRO Sliedrecht, om te communiceren dat de stichting mogelijk middelen onjuist ingezet heeft. Naar onze mening is er ook jaarlijks een accountantsonderzoek, dat vaststelt of de middelen op de juiste wijze worden ingezet. Dan naar aanleiding van de opmerking van de PvdA fractie, ziet de CDA fractie, en dat was de uiterste vorm van de PvdA gisteravond, niets in een gekozen Drechtraad. Volgens ons kan dat ook niet, omdat er dan een extra bestuurslaag gevormd wordt en omdat het beleid er juist op gericht is de hoeveelheid lagen te verminderen. Een gekozen Drechtraad is uitsluitend relevant bij het scenario Drechtstad en dat was niet aan de orde. Daar was u vanavond ook duidelijk over. Als het gaat om het punt van de OZB, de mogelijke verhoging, sluit het CDA aan bij wat er staat in het raads- dan wel collegeprogramma. Het verhogen van de woonlasten voor wat betreft de OZB gaat niet verder dan de inflatiecorrectie tenzij er zwaarwegende redenen zijn voor verdere verhoging en daar zullen we dan eerst met elkaar over in gesprek moeten. Voorzitter, de uitbreiding van sporthal de Stoep is een van de aandachtspunten van de CDA fractie. We mogen bijvoorbeeld trots zijn op het niveau waarop onze Sliedrechtse volleybalvereniging acteert en in die zin zien wij een nadrukkelijke relatie met de post nieuw beleid. En hier wil ik mee afsluiten, voorzitter. De voorzitter Dank u wel. Even een ordepuntje, want u zegt: dan dien ik vanavond een amendement in. Maar u zou in uw tweede termijn een amendement moeten indienen en ik begrijp dat ook de heer Den Braanker de behoefte heeft om nog even te schorsen voordat ik de tweede termijn van de raad sluit. Mag ik u vragen hoeveel tijd u nodig heeft voor een schorsing?
- 207 -
De heer Dunsbergen Voorzitter, het is voor mij alleen typewerk, zodat het even netjes uitgetypt en vermenigvuldigd wordt. De voorzitter Oké. De heer Den Braanker Daar gaat toch zeker wel een kwartier inzitten, schat ik in. De heer Dunsbergen Ik typ buitengewoon langzaam. De voorzitter Hoeveel tijd heeft u nodig, meneer Den Braanker? De heer Den Braanker Ik denk twintig minuten. De voorzitter Dan schors ik de vergadering voor twintig minuten. Mevrouw Visser wil nog even iets anders voordat ik schors? Mevrouw Visser Ja, toch wel even. Want als u nu schorst, geeft u daarna, zeg maar, de tweede termijn van de raad nog even ruimte om op een aantal vragen naar elkaar toe te reageren? De voorzitter Ja. Mevrouw Visser Oké. De voorzitter Ja. Ik geef u dan de gelegenheid. Als u om een schorsing vraagt, dan hebt u de gelegenheid om na de schorsing uw mededeling te doen en dan is er ook de gelegenheid om, voordat het college een tweede termijn krijgt, nog even op elkaar te reageren. Ja? Dan schors ik nu tot vijf voor half tien. SCHORSING De voorzitter De fracties die om schorsing hebben gevraagd vragen nog om een kwartier verlenging van de schorsing. Dus ik zal dan maar even de pauze verlengen. De voorzitter Mag ik iedereen vragen de plaatsen weer in te nemen? Ik heropen de vergadering. Er zijn twee fracties die voor de schorsing gevraagd hebben om een schorsing om nog even iets te kunnen doen. Ik begin bij de heer Dunsbergen. U hebt het woord. De heer Dunsbergen Dank u wel, voorzitter. Voorzitter, de CDA fractie wil graag een amendement indienen. Ik zal het voorlezen. Ondergetekende stelt het volgende amendement voor. AMENDEMENT Overwegende dat: -het afromen van de boekwaarde van de reserve egalisatie grondkosten woningbouw weliswaar leidt tot een hogere algemene reserve, maar ook leidt tot meer risico in het geval van tegenvallende grondexploitaties, met name Benedenveer; - in de reserve egalisatie grondkosten woningbouw in het voorgestelde raadsbesluit programmabegroting 2012 besluit 3 toe te voegen, te weten: de boekwaarde reserve egalisatie grondkosten woningbouw niet af te romen en derhalve hieruit geen middelen over te hevelen naar de post algemene reserve van de gemeente Sliedrecht. De fractie van het CDA. De voorzitter Dank u wel. Dan is het amendement ingediend en maakt onderdeel uit van de
- 208 -
beraadslagingen. De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Voorzitter, ik kan kort zijn. Onze fractie zal geen amendement indienen. De voorzitter Oké. Dan is er de ruimte voor anderen om na de schorsing op elkaar te reageren of amendementen in te dienen. Mevrouw Visser vroeg het woord. Mevrouw Visser Dank u wel, voorzitter. Voorzitter, ik heb een amendement voorliggen wat mede ondersteund wordt door CDA en VVD. Het amendement heeft de volgende strekking: om het voorstel van nieuw beleid te vervangen door de volgende tekst. AMENDEMENT Geen stelpost nieuw beleid op te nemen en de hierdoor vrij komende financiële ruimte structureel te benutten voor: het regionaal veiligheidsproject ter waarde van €22.500. Een dotatie ten behoeve van het veiligstellen van KNOTS in 2012 en verder voor € 15.000. Dat is gebaseerd op ongeveer 60 HBO uren van de beleidsmedewerker van SOJS. De bezuiniging van het Sliedrechts Museum te beperken tot maximaal tien procent; de bezuiniging op het Baggermuseum te beperken tot maximaal tien procent; de terugval en de subsidie aan de stichting sportraad te beperken tot een subsidie van € 3.000. In het geval van opnieuw financiële ruimte in 2013, ontstaan voor nieuw beleid, prioriteit te geven aan de exploitatie van de uitbreiding van sporthal de Stoep en middels een wijziging van de begroting dit te autoriseren. Hij is getekend en ik zal hem u overhandigen. De voorzitter Dank u wel. Dan is ook dat amendement ingediend en maakt onderdeel uit van de beraadslagingen. Beide amendementen worden nu rondgedeeld. Dan kijk ik even of er leden van de raad zijn die nog op elkaar willen reageren of elkaar willen bevragen voordat ik het woord geef aan het college voor de beantwoording. Mevrouw Visser. Mevrouw Visser De fracties zijn door meneer De Jager van de SGP/ChristenUnie uitgenodigd om deel te nemen om gesprekken te voeren buiten de auditcommissie, denk ik; maar als een ad hoc commissie, tijdelijk, voor de begroting en de P&C cyclus. Onze fractie stelt zich op het standpunt: zolang dat een ad hoc verhaal is, hebben we daar niet zo veel moeite mee en zullen we ook bereid zijn iemand daar naartoe af te vaardigen; een heel mooi woord. Mevrouw De Bruin heeft uitgebreid gesproken over het onderwijs. Ik herkende wel heel veel in wat zij zei, met name waar het gaat over een brede school in Baanhoek West. Juist omdat het een onderbouw is en als je in de gelukkige omstandigheden bent om meer kinderen te hebben, dan heb ik me altijd voorgesteld, dan moet ik er één in Baanhoek West brengen en de ander in Prickwaert en visa versa. Ik ga er nog steeds vanuit dat de toezegging van de wethouder dat we in januari kunnen praten over de Roald Dahl gestand gedaan wordt. Dat stond in de memo die we gekregen hebben naar aanleiding van de discussie Anne de Vries. De voorzitter Mevrouw De Bruin. Mevrouw De Bruin Ik ga er ook vanuit, dat onderzoek vindt nu plaats naar Anne de Vries en Roald Dahl en weet ik veel. Ik heb dit meer als kader mee willen geven van: misschien kan het nog even in het onderzoek meegenomen worden, want dan kunnen er misschien wat sneller spijkers met koppen geslagen worden. Het duurt me allemaal gewoon veel te lang en dit is wel een kans die je eigenlijk niet mag laten lopen. Mevrouw Visser Dat begrijp ik. Maar volgens mij hebben we dat van de zomer ook best wel gezegd hoor, van: misschien moeten we dan ook wel gewoon de school in Baanhoek West ter discussie stellen als dat ten goede komt aan een enorme brede school in de Prickwaert. Wat de VMBO school betreft, ik ben de opmerking kwijt, hoor, maar volgens mij zei u: we moeten tot het uiterste gaan, of een maximale inspanning. Wij onderschrijven als fractie nog steeds dat een VMBO school noodzaak is binnen Sliedrecht. Alleen, het riep wel wat gemengde gevoelens op, want toen in 2005 de huidige Grienden hier gepresenteerd werd en het nieuwe concept et cetera, hebben we daar best wel wat
- 209 -
twijfels over uitgesproken. En het is eigenlijk zo jammer dat we nu weer over een nieuw concept et cetera spreken. Maar dat laat onverlet dat onze fractie wel heel zwaar hecht aan een VMBO school. U heeft gesproken over het milieu; wij onderschrijven de discussie die we met elkaar moeten houden over het milieu. Alleen vond ik het jammer dat u de wethouder uitnodigde om dat te agenderen. Want als we er zoveel waarde aan hechten, agenderen we het zelf als raad. Mevrouw De Bruin Dat is dan een ongelukkige woordkeus van mij geweest. Dat krijgt hij bij deze de opdracht om te agenderen. Mevrouw Visser Nee, wij nemen de opdracht op ons, desnoods via de griffier om daarover te spreken. En als u dat in januari wilt, dan lukt dat misschien wel. Maar goed, laten we die taak wel naar ons zelf toe halen, waar die hoort: bij ons. Het laatste wat ik nog op wil merken is of de fracties zich toch nog willen uitspreken over een startnotitie in plaats van alles via, de fractie van de PvdA heeft dat wel gedaan bij monde van meneer Van Gameren, over Raadsinformatiebrieven, memo’s et cetera, waar hij ook een duidelijke lijn wil. Maar ik verzoek de overige fracties om zich toch nog uit te spreken of we echt gaan praten over een startnotitie, een ordentelijke startnotitie, of opmerkingen in de Raadsinformatiebrief. De voorzitter Anderen? De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Als ik daar gelijk op mag reageren? In het stuk over de bedrijfsvoering uit de begroting staat ook iets over: alvorens over te gaan tot kaderstelling zal een startnotitie verschijnen; die lijn vond ik een hele goede. Dus die ondersteun ik. Mag ik ook direct een vraag stellen over het amendement? Ik heb even een korte berekening gemaakt. Klopt het ongeveer, het is bij benadering, dat als we een rekensommetje er op los laten, dat er zo’n € 20.000 tot € 25.000 nodig is ten laste, zeg maar, van nieuw beleid om die dingen die genoemd zijn te realiseren? Dat zou in mijn optiek betekenen dat daarbij opgeteld de regionale veiligheidsprojecten waar het college een voorstander van is, je € 50.000 grosso modo overhoudt van die post. Mevrouw Visser Ja, ik denk het wel. Als u nog steeds kijkt op pagina 5 van de begroting 2012, dan hebben we het over een overschot op een sluitende begroting van € 108.000. Door dit voorstel op deze wijze te doen, stellen we het in ieder geval veilig voor 2012 en moeten we jaarlijks weer met elkaar om de tafel om te kijken of er ruimte is. De voorzitter De heer Den Braanker, had u verder nog zaken? Anderen nog? De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Dank u wel. Ten aanzien van het verzoek van de heer De Jager: ook daar willen wij positief op reageren. Wij dragen graag een charmante dame aan die in de commissie wil gaan zitten. Ten aanzien van het pleidooi van mevrouw De Bruin. We hebben een vraag. En een opmerking is dat ik als ik goed geluisterd heb, mevrouw De Bruin aangaf dat ze van een betrouwbare bron hoorde dat er een verzoek om financiële steun gaat komen ten aanzien van het Griendencollege. Ook wij hebben onze zorg als het gaat om het Griendencollege, dus op het moment dat die betrouwbare bron ook daadwerkelijk onze portefeuillehouder heeft bereikt, dan kunt u er op rekenen dat wij daar zeer serieus mee om zullen gaan. Dank u wel. De heer Dunsbergen Dank u wel, voorzitter. Wij hebben geen charmante dames binnen onze fractie, voorzitter, en dat is een pijnlijke zaak. Dus in die zin zullen we als het gaat…dat hebben we gedaan en er reageren alleen mannen. Voorzitter, ter zake. Het is zo, de uitdaging van de heer De Jager wordt uiteraard opgenomen en opgepakt en we zullen een stoere man afvaardigen voor die werkgroep. Als het gaat om de noodzaak om het VMBO onderwijs in Sliedrecht te handhaven, staat de CDA fractie daar uiteraard hartelijk achter. We hebben nog niet echt een beeld van hoe je dat dan als gemeenteraad zou moeten oppakken. Ik denk dat hier ook een taak ligt op het terrein van, wat nu zeg maar redelijk recent weer opnieuw gestart is, het bestuurlijk overleg, waar denk ik dat soort zaken ook thuishoren.
- 210 -
En wat mevrouw Visser precies bedoelt met die startnotitie en die Raadsinformatiebrief, dat heb ik niet helemaal scherp. Ik kan wel zeggen: ik haak aan op de opmerking van de heer Den Braanker, maar… dus daar heb ik nog even geen antwoord op. De voorzitter Nog anderen? Dat is niet het geval? Dan is hiermee de tweede termijn van de kant van de raad beëindigd en schors ik even tien minuten voor het college. SCHORSING De voorzitter Ik heropen de beraadslagingen. Om dezelfde volgorde als gisteren aan te houden begin ik zelf maar even met een antwoord op een vraag die nog in mijn richting is gesteld. Dat betrof met name de vraag van mevrouw Visser over de inhoud van de notitie in medio 2012. Ik heb één vraag te beantwoorden; ik blijf even zitten als u het niet erg vindt. Ik ben bereid om even te kijken of, zonder dat er privacy aspecten in het geding komen, of het zo concreet mogelijk op de resultaten kan toegesneden worden. Maar het vraagt even enig overleg en actie om te kijken tot hoe ver we daarin kunnen gaan. Maar het verzoek is helder; u wilt zo concreet mogelijk weten van, wat hebben we er nou aan in Sliedrecht? Dat is de achtergrond van de vraag en ik zal mijn uiterste best doen om daar zo goed mogelijk, met inachtneming van de daarvoor geldende regels, antwoord op te geven. Dan is het woord aan wethouder Tanis. Wethouder Tanis Dank u wel, voorzitter. Ik heb een paar punten. Er is een aantal opmerkingen gemaakt over de samenwerking binnen Drechtsteden. Zoals het college gisteren al aangegeven heeft, komen we daar binnenkort met elkaar verder over te spreken. Dus wou ik dit op dit moment maar even voor kennisgeving aannemen. Dat geldt eigenlijk ook een beetje voor de opmerkingen van het CDA over de P&C cyclus. Ik denk dat het goed is, meerdere fracties hebben daar positief op gereageerd om met elkaar dat traject te gaan lopen; daar komen we ongetwijfeld uit met elkaar. Derde punt is de nota Grondbeleid. Daar zijn ook wat opmerkingen over gemaakt door de VVD en vervolgens ook door de heer Visser. Ik denk dat het goed is, dat is eigenlijk mijn suggestie, dat wij conform het idee van de heer Visser even kort aangeven vanuit het college wat onze bedoeling is met het herijken van die nota Grondbeleid, dat we daar dan over spreken, de klokken gelijk zetten en dat wij het dan vervolgens gaan uitwerken. Dan het onderwijs. Er zijn een aantal opmerkingen gemaakt over de Grienden. Ik zie dat punt 1 als onderstreping en ondersteuning van het beleid van het college om er van onze kant alles aan te doen om het VMBO onderwijs ook binnen Sliedrecht te houden. Ik heb gisteren aangegeven dat het Griendencollege ons heeft aangegeven financiële problemen te hebben en natuurlijk een verdere terugloop van het aantal leerlingen. Zodra er een formeel verzoek komt van de Grienden over een vorm van een financiële bijdrage, dan komen we zeker bij u terug, maar ik heb gisteren aangegeven dat die mij tot gisteren en ook tot en met vanavond niet heeft bereikt. Maar daar komen wij zeker op terug in uw richting. Ik heb gisteren ook gezegd dat er vanuit de regio gesproken wordt, en dan bedoel ik niet de regio Drechtsteden, maar de scholen die VMBO onderwijs aanbieden, om met elkaar te komen tot een soort convenant om naar de toekomst toe ook het VMBO onderwijs in de regio te handhaven. En het zal logisch zijn dat wij dit soort initiatieven niet alleen zullen volgen, maar waar mogelijk ook kunnen steunen, alhoewel het bestuur uiteraard ook een eigen verantwoordelijkheid heeft in dit hele traject. De opmerkingen van de PvdA fractie met betrekking tot de Anne De Vries in relatie tot de Roald Dahl zijn helder. Ja, ik vat maar even samen: er is een opdracht gegeven, mevrouw Visser heeft er ook aan gerefereerd, om op korte termijn te komen tot een inventarisatie van de mogelijkheden. Ik heb gisteren ook gezegd dat wij op dit moment aan het spreken zijn met de beide schoolbesturen. En de planning is, en daar willen we echt voor gaan, om begin januari niet alleen met een onderwijsvisie te komen, maar ook met de definitieve plannen na een haalbaarheidsonderzoek of het mogelijk is om te komen op de Prickwaert locatie tot één of twee brede scholen. Nogmaals, er wordt intensief over gesproken vanuit beide schoolbesturen, op uiterst constructieve wijze. Dus ik hoop dat we daar wat verder kunnen komen. Dan de twee amendementen. Met betrekking tot het amendement van het CDA. De reserve EGW zoals die in de begroting is opgenomen, ligt vanavond niet ter besluitvorming voor. Dat is een. De
- 211 -
overboeking van vijf ton zoals die opgenomen is in het overzicht is zelfs nog een voorstel wat een aantal jaar geleden al onder mijn voorganger door de raad is vastgesteld. Dat betekent uiteraard niet dat daar niet op teruggekomen kan worden; dat is helder. Als de raad dat wenst, dan kan dat uiteraard. Het is naar de mening van het college echter niet nodig om het amendement aan te nemen en ook niet consistent, omdat namelijk de reserve EGW nadrukkelijk bedoeld is als een soort reserve om de fluctuaties binnen de exploitaties op te kunnen vangen en niet zozeer als risicobuffer. In die zin is het ook niet consistent, omdat het bedrag wat een aantal jaren geleden afgeboekt is van Benedenveer, niet afgeboekt is via de reserve EGW maar ook gewoon ten laste is gebracht van de algemene reserve. Dus als er mogelijk een afboeking zou moeten plaatsvinden van Benedenveer, dan kan dat wat ons betreft in het kader van consistent beleid ook gewoon ten laste van de algemene reserve. Mocht de raad in meerderheid, oftewel de CDA fractie toch het amendement willen handhaven, dan moet u even naar de tekst kijken. Want er staat dus in de tekst: het besluit om geen middelen over te hevelen naar de post algemene reserve van de gemeente Sliedrecht. Dat moet dan iets worden in de zin van: de overheveling die reeds heeft plaatsgevonden, terugdraaien. Om het maar even kort en bondig te formuleren. Het amendement met betrekking tot het nieuw beleid. Wij hebben als college u een programmabegroting aangeboden met een positief saldo van € 108.000. Dat is één. Inmiddels hebben wij u natuurlijk ook de resultaten van de Septembercirculaire doen toekomen. Dat leidt tot een iets ander beeld. Twee, is het zo dat wij natuurlijk gisteren ook aangegeven hebben namens het college dat er een aantal onzekerheden op ons afkomen die wij op dit moment niet kunnen duiden. We hebben daar een buffer voor opgenomen en de tijd zal leren of dat voldoende is, of dat we daarvan overhouden. Dat is op dit moment gewoon absoluut niet te overzien en ook niet te voorspellen. Een ander punt wat ik toch even wil noemen, is dat de raad in de Zomernota de kaders aangegeven heeft voor deze begroting. En het college constateert maar dat de indieners van dit amendement de behoefte hebben om deze kaders te herijken. Dat is uiteraard uw goed recht; geen enkel misverstand daar over. Maar het zal logisch zijn dat het college het… De voorzitter Maakt u even uw zin af, wethouder Tanis, en dan krijgt mevrouw Visser het woord. Wethouder Tanis Het is wat het college betreft logisch dat de begroting zoals die nu voorligt, door ons aan u is gepresenteerd omdat die aansluit bij de kaders die bij de Zomernota zijn vastgesteld. De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Ik wil daar toch even op reageren. Ik spreek dan maar even niet namens alle indieners, maar ik weet zeker dat onze fractie het nieuw beleid ook in de Zomernota ter discussie heeft gesteld. De heer Van Rekom En dat geldt ook voor ons. Wethouder Tanis Dat bestrijd ik overigens niet, hoor. Ik refereer alleen maar even aan… Mevrouw Visser Ik vind het altijd ontzettend vervelend als er hier gezegd wordt: de raad heeft. Dan heb ik toch liever dat u dan zegt: de raad in meerderheid. De voorzitter Ja, maar de raad heeft; dat is de raad in meerderheid, of dat is de raad unaniem. In alle gevallen heeft de raad; zo zit het stelsel in elkaar. Wethouder Tanis, vervolgt u uw betoog. Wethouder Tanis Gisteravond heeft het college gezegd dat wat ons betreft de manier waarop de raad omgaat met het voorstel van nieuw beleid van € 100.000 ter invulling en ter discussie aan de raad is en dat willen wij graag vanavond ook zo houden, waarbij wij er van uitgaan dat als dit amendement aangenomen wordt, wij volgend jaar bij de begroting 2013 ongetwijfeld weer discussie zullen hebben over deze punten. Dat was het wat mij betreft. Sorry, excuus, voorzitter, nog een punt. Met betrekking tot punt f. constateert het college, als het gaat over de financiële ruimte vanaf 2013 te besteden voor
- 212 -
uitbreiding sporthal de Stoep, enerzijds dat dit een onderwerp is dat wat ons betreft nadrukkelijk aan de orde komt bij de discussie rond de grote projecten. Wat ons betreft vindt daar ook de prioritering plaats en vinden wij punt f. prematuur. De voorzitter Wethouder Lavooi. Wethouder Lavooi Dank u wel, voorzitter. Ik denk twee welzijnspunten en een punt op het gebied van Ruimtelijke Ordening. Om te beginnen met welzijn; even proberen een misverstand uit de weg te ruimen. Het lijkt een kleinigheid, maar het is een aanleiding om te beginnen over een mogelijk Rekenkameronderzoek. De stichting Welzijnswerk heeft een subsidie verstrekt ten behoeve van de sociale moestuin, maar men heeft dat gedaan binnen de regels zoals die gelden. De stichting heeft de beschikking over een potje ondersteuning burgerinitiatieven en vanuit dat potje heeft men een bedrag beschikbaar gesteld. Dat is dus legitiem; dat is rechtmatig. Je kunt er uiteraard over twisten of dat een goede bestemming zou kunnen zijn of niet, maar het is wel de bevoegdheid van het stichtingsbestuur om dit soort subsidies binnen de marge van € 5.000 per jaar te besteden. Als ik dan de overstap maak naar mogelijk onderzoek naar rechtmatig dan wel effectief handelen; meerdere fracties hebben daarover gesproken, dan begrijp ik dat de gedachte is om vanuit uw raad de Rekenkamer opdracht te geven een onderzoek te doen, maar dan breed; niet alleen gericht op de stichting Welzijnswerk, naar effectiviteit en rechtmatigheid van subsidies. Dat is uiteraard een zaak van u als gemeenteraad; u gaat er zelf over. Maar het college heeft, zoals u weet, zelf ook bepaalde bevoegdheden om onderzoeken te laten plegen door de Rekenkamer. Vorige week dan wel deze week, ik dacht vorige week, hebben wij in ieder geval als college besloten om in 2012 de Rekenkamer de opdracht te geven de subsidies in zijn algemeenheid te bezien op effectiviteit en rechtmatigheid. Daar hoort een artikelnummer van de gemeentewet bij, maar die heb ik even niet. De voorzitter Even om misverstanden te voorkomen: het gaat niet om het onderzoek opdracht aan de Rekenkamer, maar het gaat over het artikel 213 onderzoek … Mevrouw Visser Niet onze eigen Rekenkamer. De voorzitter Nee, niet door de Rekenkamer. Maar de associatie was vanuit de idee vanuit de raad om met de Rekenkamer aan de slag te gaan over het welzijnswerk. En de spraakverwarring ontstaat ten onrechte, want het gaat erom dat het college 213 a. onderzoek doet en daarin subsidies als onderwerp heeft opgenomen. En dan is de vraag in welke mate u in het verlengde daarvan, of daarna, of ervoor, of anderszins ook dat onderzoek wilt doen. Maar het gaat erom die informatie kort te sluiten. De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen Voorzitter, ik zou dit punt nog iets verder willen nuanceren. Want naar mijn mening staat in het reglement van de Rekenkamer dat de Rekenkamer bepaalt welke onderwerpen er onderzocht worden. De raad mag aanbevelingen doen, maar het uiteindelijke besluit wat er onderzocht, wordt genomen wordt door de Rekenkamer. Wethouder Lavooi Jawel, maar ik begrijp uit de inbreng van een aantal fracties dat u er behoefte aan heeft om de Rekenkamer die aanbeveling te doen. De voorzitter De heer Sneijder. De heer Sneijder Ik heb eigenlijk niks aan te vullen op de woorden van de heer Dunsbergen; die heeft volkomen gelijk. De gemeenteraad kan een verzoek doen aan de Rekenkamer. Wethouder Lavooi Mijn verzoek, voorzitter, als het mag: laten we elkaar niet gek maken. De accountant heeft ongeveer twee jaar geleden ons subsidiebeleid uitvoerig doorgelicht en heeft aanbevelingen gedaan die we sindsdien ook opvolgen. Dat is niet mijn persoonlijke mening, dat is de
- 213 -
mening van de accountant. Het is uiteraard uw recht, en daar treedt het college niet in, om aanbevelingen te doen in de richting van de Rekenkamercommissie. Alleen, ik zeg tegen u: het college gaat zelf in het kader van artikel zus en zo onderzoek plegen. Laten we elkaar niet gek maken; laten we even goed met elkaar overleggen wat we nu eigenlijk precies willen met een dergelijk onderzoek. Dat is mijn tip aan u als gemeenteraad. Het tweede punt is de decentralisatie van AWBZ, Jeugdzorg en de Wet Werken Naar Vermogen. Ik ben daar gisteren nogal kras over een geweest. Dat blijkt ook uit de reacties van zowel de SGP/ChristenUnie als PvdA als CDA. Als ik de indruk heb gevestigd dat u over die ontwikkelingen zo goed als niets te vertellen heeft in het kader van kaderstelling enzovoort, dan is die indruk in ieder geval niet juist. Wel degelijk komen voorstellen in uw richting en wel degelijk heeft u als raad op onderdelen een bepaalde bevoegdheid. Wat ik heb geprobeerd duidelijk te maken en ik wil het vanavond nog een keer zeggen, dat is dat het principe echt zal zijn dat we gemeenschappelijk een aantal hele grote problemen proberen op te pakken. Dat doen we in Drechtstedelijk en in Zuid-Holland Zuid verband. Maar dat neemt niet weg dat u als gemeenteraad wel degelijk in die drie ontwikkelingen ook een rol heeft. Bij de een wat meer dan bij de ander. Decentralisatie AWBZ is een gigantische operatie, maar bijvoorbeeld de Wet Werken naar Vermogen, daarbij heeft u als plaatselijke raad wel degelijk ook mogelijkheden om daarin te besturen. Zoals ik gisteren heb toegezegd: wij komen met een drietal notities waarin wij aangeven wat de gevolgen zijn en wat de sturingsmogelijkheden van uw raad kunnen zijn. Dus dan kunnen we er met elkaar nog uitvoerig over discussiëren. Die nuancering wil ik wel even aangeven ten opzichte van datgene wat ik gisteravond heb gezegd. Dan Benedenveer op het gebied van Ruimtelijke Ordening, voorzitter, mijn laatste punt. Zowel een inbreng van de kant van PRO Sliedrecht als van de VVD. Ik heb gisteren toegezegd, het mooie lijstje aan het eind van de vergadering, dat er in het eerste kwartaal een notitie komt over Benedenveer. Daarin worden ook dit soort aspecten opgenomen. Bijvoorbeeld, meneer Van Rekom, de vraag, en wat het college betreft positief te beantwoorden, of we ASVZ zoveel mogelijk ruimte kunnen geven. Maar ik zou zeggen, wacht even met het doen van uitspraken vanavond, bijvoorbeeld over het in de kast zetten, want een dergelijk besluit zou verregaande gevolgen hebben. Niet alleen voor de woningbouw, maar ook voor de financiële huishouding van de gemeente. Dus mijn tip is: wacht even wat dit betreft op de behandeling van de notitie. De voorzitter Dank u wel. Wethouder De Waard. Wethouder De Waard Voorzitter, geachte raad, ook van mij een preekje in drieën. Drie punten die ik even met u wil doornemen. Het eerste punt gaat over de Reinigingsdienst, dat onderzoek wat het college van plan is te gaan doen. Ik heb u daar gisteren over verteld dat wij dat in gang gezet hebben en dat beschreven hebben in een Informatiebrief die u zal bereiken eind deze week. Tenminste, dat is onze insteek. In die brief wordt u aangereikt waar het onderzoek uit bestaat. De bedoeling is dat we een drietal scenario’s laten onderzoeken. Dat betekent dus zelf blijven doen of wegzetten bij een partner die dat voor ons goed zou kunnen vermarkten. Die brief komt naar u toe en u krijgt dus uiteraard de gelegenheid om daar extra’s aan toe te voegen als dat volgende week op de agenda staat. In die zin vraag ik me af of een startnotitie echt absoluut noodzakelijk is, want u krijgt alle gelegenheid om daar nog over te praten; zeker ook als wij de resultaten van het onderzoek aan u voorleggen. De voorzitter Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Ik bestrijd dat toch hoor, voorzitter, en dan doe ik maar een beroep op u als procesbewaker. Een Raadsinformatiebrief is op dit moment nog "mededelingen portefeuillehouders". En daar mogen we dan aanvullende vragen op stellen, maar we kunnen dat niet amenderen, we kunnen er geen moties op loslaten, we kunnen daar voor de rest helemaal niets mee. Terwijl, een ordentelijk startnotitie kan door de raad besproken worden en aangepast worden. De heer Van Gameren Ik wil daarop aansluiten, want ik heb juist in de tweede termijn gezegd: je maakt geen beleid via Raadsinformatiebrieven aan de raad. Je maakt beleid door een notitie neer te
- 214 -
leggen, en of dat nou een startnotitie is of iets anders, waarin een aantal kaders voorgesteld wordt en waar de raad in de positie is om een aantal kaders al dan niet over te nemen, aan te vullen en te wijzigen. En dan gaat zo’n onderzoek aan de slag. Want de onderzoeksvraag is natuurlijk ook voor zo’n gemeentewerf zeer relevant. Wat ga je namelijk onderzoeken? Wat ga je vragen aan een onderzoeker? Wat laat je bekijken? Wat zijn de alternatieven? Daar kan je in het begin best wat over zeggen. Ja, een Informatiebrief is leuk om te weten en daar nemen we dan kennis van, maar dat biedt geen ruimte om een gedegen debat te voeren. De voorzitter De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Dank u wel. Ik begrijp het niet meer en dat zal dan wel aan mij liggen, maar ik denk dat het in ieder geval goed is dat we heel goed definiëren wat we onder een Raadsinformatiebrief verstaan. Want ik versta onder een Raadsinformatiebrief een behoorlijk actuele brief van het college waarin actuele zaken worden besproken. En dat zal de snelheid van informatie te goede komen. En al datgene wat niet dringend is en niet actueel in onze richting zou moeten komen, daar zal geen Raadsinformatiebrief voor nodig zijn. Maar ik laat me graag nog een keer uitleggen wat het verschil allemaal is, want ik ben het spoor inmiddels op dit vlak bijster. De heer Den Braanker Dan gaan we erover praten in het groot presidium. De heer Van Rekom Heel fijn. De heer Den Braanker Want ik ben de eerste die er wat over gezegd heeft. Toen volgde PRO Sliedrecht en u als VVD leider. Dus de noodzaak om daar helderheid in te scheppen is groot. De voorzitter Over dat laatste hadden we al afspraken gemaakt. Voor wat betreft het onderwerp waar het nu over gaat wou ik eerst even wethouder De Waard de gelegenheid geven om te antwoorden. Dan kom ik daarna even terug op mevrouw Visser. Wethouder De Waard. Wethouder De Waard Wat mij betreft heb ik hierover gezegd wat aan de orde is. Het wordt beschreven in de mededelingen portefeuillehouder; laat ik het daar dan maar bij houden. Dat is het fenomeen wat we kennen. Het tweede punt waar ik wat over zou willen zeggen is de aansluiting van het Stationspark op de Sportlaan. Het is zo dat daar uiteraard over nagedacht wordt en dat gaat ook met de partijen die daarbij betrokken zijn, zoals de VSO waar we zeer nadrukkelijk mee in overleg zijn. Dat er geen budget zou zijn voor verkeersafwikkeling en dat ik uitgedaagd word om een list te bedenken, dat is niet aan de orde. Natuurlijk zijn er budgetten om knelpunten aan te pakken. Wij kunnen daar in de beschikbare middelen die we daar hebben schuiven en zaken naar voren halen als ze urgent zijn. Maar dan moet ook dat wel nadat een onderzoek heeft plaatsgevonden, waarbij gekeken wordt of er mogelijkheden bestaan om op die punten waar de bedrijven die aansluiting verbeterd willen zien, of het daar ook mogelijk is door middel van extra maatregelen. Nou, daar kom ik bij u op terug nadat wij de gesprekken met de diverse betrokkenen hebben gevoerd. Het derde punt, daar kan ik heel erg kort over zijn. Dat ging in mijn richting. Mevrouw de Bruin keek nadrukkelijk in de richting of van de heer Lavooi of van de heer Tanis, maar milieu is toch echt mijn portefeuille. Mevrouw De Bruin Neem me niet kwalijk. Wethouder De Waard Ik neem u niks kwalijk, ik signaleer alleen wat er gebeurd is. En ja, ik had opgeschreven dat ik mij aanbevolen houd voor het lijstje wat u nog kennelijk hebt. Maar ik maak daar even een stapje terug; ik wacht even af wat de raad naar voren brengt, want ik heb begrepen dat ik daar eigenlijk niks mee mag doen. De voorzitter Mevrouw De Bruin.
- 215 -
Mevrouw De Bruin U bedoelt dat wij het op de agenda moeten zetten en dat u dat afwacht? Oké. De heer Huijser Voorzitter? De voorzitter De heer Huijser. De heer Huijser Dank u wel. Ik hoor u over wijkgericht werken niet meer spreken, maar u komt neem ik aan met een startnotitie? Via de voorzitter? Wethouder De Waard Zoals gebruikelijk in dit soort zaken. De voorzitter Even naar de discussie over de Raadsinformatiebrief, mededelingen college en wat dies meer zij. Waar het om gaat bij het thema Gemeentewerf, dat is eigenlijk een thema wat twee onderdelen kent; laat ik het zo maar even zeggen. Dat is de vraag: blijven we de huisvuildienst zelf doen of laten we dat ergens anders doen? Maar er zit een directe relatie met de vraag: moeten we als gemeente wel of niet investeren in een Milieustraat? Dus er zitten twee verschillende aspecten aan. Om überhaupt zo ver te kunnen komen dat we een notitie kunnen maken om die afwegingen helder te maken, moeten we in beeld hebben wat de mogelijke scenario’s en consequenties van verschillende scenario’s zijn. Daar is dat onderzoek op gericht. En dat onderzoek is dus nog helemaal niet gericht op de vraag: wat moet de uitkomst straks worden en welk beleid wil de gemeente daarin volgen? Dus wij proberen in dit stadium als college informatie te verzamelen om u straks iets te kunnen aanreiken met betrekking tot de besluitvorming. De mededeling daarover zit in de mededelingen college, wat nu even Raadsinformatiebrief heet. Maar dat probleem lossen we op een andere keer op. En dat is wat bij u ligt. De onderzoeksopdracht als zodanig is nog niet verstrekt, maar we hebben wel in het college besloten dat we dat zullen doen. En u bent in de gelegenheid om, als u dat wenst, naar aanleiding van de informatie die u in die mededelingen college krijgt, ons nog suggesties mee te geven ter aanvulling om mee te nemen in dat onderzoek. Dat is de stand van zaken op dit moment. Dus het college zet geen enkele beleidsmatige stap op dit moment, maar probeert informatie te verzamelen om überhaupt zo ver te komen dat er een beleidsmatige stap in uw richting gezet kan worden. Dat is de stand van zaken. En ik denk dat dat de rol van het college ook is. Dat neemt niet weg dat wij u daarover informeren en als u ons suggesties wilt meegeven in dit stadium, dat u dat vooral moet willen doen. Akkoord? Ja? Dan zijn wij toe aan het agendapunt… Sorry, de heer Den Braanker. De heer Den Braanker Voorzitter, ik heb goed geluisterd naar de beantwoording van het college waar het ging over het amendement wat het CDA heeft ingediend en er lag een vraag in verscholen of het amendement nog wordt aangehouden door het CDA. Dus mijn vraag aan het CDA is of, gehoord hebbende het antwoord van de wethouder, of hetzij gewijzigd, het amendement nog in stand blijft. De voorzitter De heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen Voorzitter, het is nog geen 23.00 uur, ik vraag twee minuten schorsing. De voorzitter Dan schorsen we nu twee minuten. SCHORSING De voorzitter Ik heropen de vergadering en het woord is aan de heer Dunsbergen. De heer Dunsbergen Dank u wel, voorzitter. Voorzitter, de CDA fractie handhaaft het amendement en we hebben de tekst inderdaad aangepast. De argumentatie is onder andere dat er nogal wat veranderd is. Aan de ene kant: als we het risico Benedenveer zien, in de begroting 2011 stond het op € 600.000 en in de huidige begroting voor anderhalf miljoen; lees pagina 69 van de begroting. De stand egalisatie reserve grondkosten woningbouw 2011, de stand per 1 januari 2012 was 1,1 miljoen positief. En
- 216 -
volgens de begroting 2012, als we die volgen, stand 1 januari 2012, dan staat er een negatief bedrag van € 140.000. Inderdaad kun je als het gaat om bedragen die je nodig hebt, uit de algemene reserve putten, boven het bedrag van de vier miljoen waar we al eerder over gesproken hebben. Maar, voorzitter, naar ons inzicht is het zo dat in principe verliezen die je hebt uit de reserve egalisatie grondkosten woningbouw, dat je die gewoon uit die reserve moet putten en dat je in die zin ook moet zorgen dat het saldo toereikend is. En dat is de argumentatie van de CDA fractie. De voorzitter Even een vraag in uw richting: handhaaft u het oorspronkelijk amendement of brengt u een wijziging in het besluitpunt aan? De heer Dunsbergen Voorzitter, ik besefte dat ik die opmerking nog had moeten maken. In de inleiding noemde ik al even dat we de tekst hebben aangepast. Het grootste deel van het amendement blijft gelijk. Het enige waar we een verschil in maken is punt 3: de boekwaarde reserve egalisatie grondkosten woningbouw niet af te romen en derhalve de overheveling hieruit naar de post algemene reserve van de gemeente Sliedrecht terug te draaien. De voorzitter Dat is helder. Ik stel voor dat we niet de gewijzigde tekst ook nog eens laten kopiëren en ronddelen. Ik denk dat u allemaal goed heeft begrepen waar het om gaat. We zorgen dat de correcte tekst in de verslaglegging en in de stukken wordt verwerkt als het amendement wordt aangenomen. De redactie wordt: de boekwaarde reserve egalisatie grondkosten woningbouw niet af te romen en derhalve de overheveling naar de post algemene reserve van de gemeente Sliedrecht terug te draaien. Dat is de nieuwe redactie van het besluitpunt. Dan constateer ik dat we toe zijn aan de stemmingen over de begroting. Dat zijn eerst de stemmingen over de amendementen, dan de stemmingen over de begroting als zodanig en daarna hebben we nog het aparte punt besluit gemeenschappelijke aanbesteding accountantscontrole. Ja?
6C. BESLUITVORMING EN VASTSTELLEN PROGRAMMABEGROTING 2012 Samenvattend stellen wij u voor: 1. De programmabegroting 2012 vast te stellen, waarin begrepen: a. de routinematige / vervangingsinvesteringen; b. de subsidieplafonds 2012 (§ 5.2.); c. de exploitatieprognoses van de bouw-grondexploitaties (§ 5.3.). 2. Het voorstel voor nieuw beleid (regionale veiligheidsprojecten, € 23.500): a. vast te stellen; b. te dekken vanuit de stelpost nieuw beleid (2012: € 100.000); c. middels een wijziging van de begroting 2012 te autoriseren.
De voorzitter Dan stel ik voor over te gaan naar de stemmingen. Zijn we zover dat we kunnen gaan stemmen? Een stemverklaring, dat mag. De heer Den Braanker. De heer Den Braanker Voorzitter, dan begin ik maar bij het amendement van het CDA. Wij vinden dat Benedenveer, want met het oog daarop is die overheveling gedaan, of althans in het voorstel, dat vinden wij een groot project waarvan het risico ten laste zou kunnen komen van de algemene reserve. Reserve EGW is toch ook vooral bedoeld om fluctuaties op te vangen en het is nog maar even de vraag of de accountant het zou toestaan met deze overheveling. Dus daar zal onze fractie niet mee instemmen. Het amendement 2, over nieuw beleid. Het voorstel ligt in het verlengde van ons verhaal over Jozef om zeg maar nu te reserveren met het oog op later. En geen stelpost nieuw beleid op te nemen, dat volgt daarin. Want het roept associaties op met leuke dingen doen, nieuw beleid. Dus het heeft onze instemming. Ook de posten waar het aan uitgegeven wordt. En dat betekent dus dat onze fractie zal instemmen met dit amendement. Dan geef ik direct nog een verklaring zoals die voor ons gebruikelijk is bij het einde van de begrotingsbespreking. En die luidt als volgt. De SGP/ChristenUnie
- 217 -
gaat vanwege haar uitgangspunten niet akkoord met de volgende posten: de jaarlijkse kermis, sommige uitgaven van de stichting Sliedrecht en Cultuur voor zover deze nog betrekking hebben op de theaterprogrammering, subsidies aan plaatselijke verenigingen bedoeld voor niet-religieuze activiteiten op zondag en de subsidie aan SOJ met uitzondering van het ambulant jeugd- en jongerenwerk en de KNOTS activiteiten. Dank u wel. De voorzitter Dank u wel. Nog andere stemverklaringen? Mevrouw Visser. Mevrouw Visser Ja, ik heb hem eigenlijk al gegeven ten aanzien van het amendement, ingediend door de CDA fractie. Ik heb de heer Dunsbergen uitgedaagd met een amendement te komen en ook gezegd: als u daarmee komt, dan zullen we dat steunen. Dus dat doen wij ook. En meneer Den Braanker, dan wachten wij maar af of de accountant het goed vindt of niet. Maar op zich kunnen wij ons wel vinden in de stellingname zoals door meneer Dunsbergen verwoord. Wilt u ook gelijk al een stemverklaring op de begroting? De voorzitter Ja, de hele stemverklaring graag. Mevrouw Visser Nou ja, gezien degenen die het ingediend hebben en de steun van de SGP/ChristenUnie kunnen we aannemen dat het amendement uitgevoerd wordt zoals dat hier ligt en kunnen we derhalve ook instemmen met de begroting. Laat onverlet dat u dan dadelijk bij de vaststelling het raadsbesluit nog even aan moet passen. Ook het subsidieplafond. De voorzitter Ja. De heer Van Gameren. De heer Van Gameren De motie van het CDA, daar zijn wij niet voor en niet tegen en daarom zullen wij tegen stemmen. Wij vinden het een beetje een vestzak-broekzak verhaal. (-) De voorzitter Nee, we zijn nu aan de stemverklaringen toe en dat betekent geen interrupties, vragen en toelichtingen meer. Alleen een stemverklaring. De heer Van Gameren. De heer Van Gameren Dus dat was volgens mij toch wel helder. Wij betreuren het dat er zoveel steun is voor het amendement, want wij, ja, ik lees daar echt uit en mevrouw Visser heeft het ook bevestigd, dat hierdoor de stelpost nieuw beleid verdwijnt in de komende jaren. Dit jaar worden er nog wat leuke dingen uit gedaan en daarna is het over. We betreuren dat zeer en zijn dus tegen die motie. De dingen die er in staan, op zich, daar hebben wij niet zoveel problemen mee. We hebben vorig jaar met veel enthousiasme het voorstel van de VVD gesteund om het Baggermuseum en het Sliedrechts Museum niet zo ver te minderen dan de bedoeling was. Wat dat betreft hebben we nu gezamenlijk succes met dit punt. Maar we betreuren toch dat hierdoor de stelpost van € 100.000 in de toekomst verdwijnt. Heel jammer. De voorzitter De heer Van Rekom. De heer Van Rekom Dank u wel. Ten aanzien van het amendement van het CDA; ook wij vinden het eigenlijk een beetje een verschuiving van, ja daar heb je het woord weer, potjes. Maar wij gaan toch akkoord met het amendement van het CDA. Het amendement aangaande nieuw beleid, dat moge duidelijk zijn. En voor de rest kunnen we meedelen dat we ten aanzien van de gehele begroting in kunnen stemmen. De voorzitter Dank u wel. De heer Dunsbergen.
- 218 -
De heer Dunsbergen Ja voorzitter. Ik denk dat ik geen opmerkingen meer hoef te maken over amendementen; die spreken voor zich. Ook het CDA stemt in met de begroting 2012. De voorzitter Dank u wel. Dan ben ik u nog twee dingen schuldig. Er zijn in de tweede termijn, en dan herhaal ik niet de toezeggingen die in de eerste termijn gedaan zijn en in de tweede termijn herhaald zijn, maar er zijn in de tweede termijn twee aanvullende toezeggingen gedaan. Dat is dat de notitie met betrekking tot de grondexploitatiezaken zoals die wordt voorbereid, dat over de inhoud daarvan afstemming zal plaatsvinden met de raad voordat die wordt geschreven. En dat als er van de kant van het Griendencollege een verzoek in de richting van de raad komt, dat het college daarmee bij de raad terugkomt. Vervolgens is het zo dat ik nu de amendementen in stemming breng en dat, als de amendementen worden aangenomen, de voorzitter en de griffier zorgdragen voor redactionele en technische verwerking die het gevolg zijn van het aannemen van de amendementen. Ja? Dus de redactionele en technische verwerking die daarvan het gevolg is, wordt gewoon verwerkt in de begroting nadat u hem hebt vastgesteld. Dat is een kwestie van een nieuwe versie als het ware maken. Mevrouw Visser Ik snap dat wel, voorzitter, maar het raadsbesluit zoals het er nu ligt, dat heeft onderdeel 1 en onderdeel 2 en in onderdeel 2.. De voorzitter Nee, nee. Maar ik breng ook wel even in stemming wat er aan de hand is. Want dat betekent dat u daarmee het raadsbesluit wijzigt en dat dus dat gewijzigde besluit wordt aangenomen, maar dat gewijzigde besluit heeft vanwege het feit dat u bijvoorbeeld spreekt over tien procent, een financiële vertaalslag in de begrotingscijfers. En die vertaling moet gemaakt worden en de technische verwerking die daarvan het gevolg is, moet vervolgens in de begroting en in het besluit zoals dat dan genomen is, worden meegenomen. En die technische verwerking vindt plaats nadat u hebt besloten in overeenstemming met het besluit zoals u dat hebt genomen. Ja? Dan breng ik eerst in stemming het amendement 1, wat betrekking heeft op de boekwaarde reserve egalisatie grondkosten woningbouw. Wie zou dat amendement willen steunen? Dat zijn de fracties van het CDA, PRO Sliedrecht en de VVD. Even kijken, dat is 9. Daarmee is het amendement verworpen. Dan amendement 2; dat betreft de wijzigingen met betrekking tot het nieuw beleid waarbij ik de heer Van Gameren er op wijs dat er geen stelpost nieuw beleid in de begroting 2012 resteert, maar daarmee is de besluitvorming voor 2013 en latere jaren over, want daar gaat dit amendement niet over. Hoewel het politieke signaal wat er van uitgaat wel helder is; daar gaat het mij niet om, maar in technische zin gaat dit over de begroting 2012. Dat wil ik maar even melden. Wie zou het amendement nummer 2 met betrekking tot nieuw beleid willen steunen? Dat zijn de fracties van SGP/ChristenUnie, CDA, PRO Sliedrecht en de VVD. Daarmee is het amendement aanvaard. Dat betekent dat ik u vraag om over de begroting te stemmen. Ik stel u voor het gewijzigde voorstel en dat betekent dat u stemt over het oorspronkelijke beslispunt 1 zoals het er ligt en dat beslispunt 2 wordt vervangen door het amendement wat zojuist is aangenomen. Dus als u voor de begroting stemt, dan stemt u voor besluitpunt 1 zoals het er oorspronkelijk lag en voor besluitpunt 2 zoals dat is gewijzigd door het aangenomen amendement. Dus het oorspronkelijke besluitpunt 2 vervalt daarmee. Ik constateer dat iedereen de begroting zoals aangenomen steunt blijkens de stemverklaringen. De heer Sneijder. De heer Sneijder Sorry voorzitter, even voor mijn helderheid. Punt 2 van punt 1, de subsidieplafonds. In de techniek wordt dat gewijzigd hè, die plafonds? De voorzitter Ja. De heer Sneijder Ja, oké, eventjes ter bevestiging. De voorzitter Het amendement zoals dat net is aangenomen is geen één op één wijziging van de begroting, dus er moet een technische vertaalslag plaatsvinden. Die technische vertaalslag vindt plaats
- 219 -
nadat de begroting is aangenomen, maar is inbegrepen in het besluit zoals u dat nu neemt. U vraagt verder geen stemming over de begroting. Dan is daarmee de begroting aanvaard. 6.D. EXTRA AGENDAPUNT: BESLUIT GEMEENSCHAPPELIJKE AANBESTEDING ACCOUNTANTSCONTROLE – AANZIEN VOOR 2012 De voorzitter Dan hebben we nog één agendapunt en dat betreft het agendapunt gemeenschappelijke aanbesteding accountantscontrole. Zijn er mensen die daar het woord over wensen te voeren, of kunnen we dat heel snel naar een stemming brengen? Geen woordvoering? Vraagt iemand stemming? Dat is niet het geval. Dan is conform het voorstel besloten. 7. SLUITING De voorzitter Dan sluit ik hiermee de vergadering van deze raad. Ik dank u allen voor uw uithoudingsvermogen en medewerking en nodig u graag uit om beneden bij de trouwzaal een drankje en een hapje te gebruiken en even na te praten. Dank u wel en voor straks wel thuis.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Sliedrecht op 20 december 2011 De griffier,
De voorzitter,
A. Overbeek
A.G.M. van de Vondervoort
- 220 -