De Toekomst van het Nederlands burgerlijk procesrecht ONDER REDACTIE VAN MR. DRS. M.L. HENDRIKSE EN PROF. MR. A.W. JONGBLOED
KLUWER Kluwer - Deventer - 2004
Inhoud
Vöorwoord
V
Algemeen deel Hoofdstuk 1 Liever renovatie dan nieuwbouw: enkele wijzigingsvoorstellen aangaande het Nederlands burgerlijk procesrecht M.L. Hendrikse 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8
Inleiding Voorstel 1: aanscherping van de algemene regel dat de rechter ambtshalve rechtsgronden aanvult (art. 25 Rv) Voorstel 2: aanpassing van het voorschrift afschrift in de brievenbus of afschrift per post ex art. 47 Rv Voorstel 3: herintroductie van de 'eigen beursje'-regeling ex art. 58 oud Rv Voorstel 4: introductie van vakspecialistische (comparitie)rechters en lekenrechters Voorstel 5: introductie van de substantieringsplicht in de verzoekschriftprocedure Voorstel 6: afschaffing van art. 164 lid 2 Rv Conclusie
3 6 8 9 10 14 15 17
Hoofdstuk 2 They have a dream... een fundamenteel nieuw wetboek van rechtspleging H.J. Snijders 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Inleiding Het algemeen normatief toetsingskader Overheidsrechtspraak en andere vormen van geschilbehandeling Geschilbehandeling en andere vormen van probleemoplossing Taakverdeling van de hoofdrolspelers, exit partijautonomie
19 22 25 27 27 VII
2.6 Van centrale rol naar case management door 'zaaksrechter' 2.7 Voorfase van het proces 2.8 Gedifferentieerde procedure in eerste aanleg 2.9 Multipartite processen 2.10 Appel en cassatie 2.11 Communicatie 2.12 Hoe nu verder inhoudelijk en technisch?
29 30 32 36 39 43 44
Hoofdstuk 3 Effectieve(re) rechtspleging R.B. Gerretsen 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Inleiding Het recht op effectieve rechtspleging Verbeterpunten Mediation Concentratie en specialisatie Materiedeskundigheid Reparatie van manco's Conclusie
47 48 49 50 54 57 58 59
Hoofdstuk 4 10 Stellingen over het burgerlijk procesrecht, eenzijdig toegelicht E.P. van Unen 4.1
4.2
4.3 4.4 4.5
4.6
VIII
Heiaas biedt het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering na het antwoord van de gedaagde geen andere mogelijkheid dan hetzij de verschijning van partijen ter terechtzitting te bevelen, hetzij gelegenheid te geven voor conclusies van repliek en dupliek De gedragsregel dat advocaten over tussen hen gevoerde schikkingsonderhandelingen aan de rechter niets mögen openbaren, moet zo snel mogelijk worden afgeschaft De comparitie na antwoord is een zegen voor het procesrecht De comparitie na antwoord is een ramp voor de rechter De opstellers van het interim-rapport bepleiten terecht afschaffing van het onderscheid tussen procedures die met een verzoekschrift en procedures die met een dagvaarding worden ingeleid. Anders dan zij hopen zal dit niet leiden tot het afschaffen van de dagvaarding als rechtsingang Het ontbreekt ten onrechte aan vaste deskundigen die in de zaken waarvan de rechter geen verstand heeft, kunnen adviseren (en daarmee de beslissing mede beinvloeden)
61
62 63 63
64
65
4.7
4.8
4.9 4.10
Dat het interim-rapport geen aandacht besteedt aan de vraag of de verplichte procureurstelling in zaken die in eerste aanleg bij de handelssector van de rechtbank dienen moet worden afgeschaft, is een gemiste kans Van het verplicht stellen van onderhandelingen tussen partijen alvorens het onderwerp van geschil aan de rechter kan worden voorgelegd, moet men geen hoge verwachtingen hebben Mediation is een overschat fenomeen Advocaten zouden geen toga moeten (mögen) dragen
66
67 68 69
Hoofdstuk 5 De fundamentele herbezinning Nederlands burgerlijk procesrecht bezien vanuit de advocatuur Adviescommissie burgerlijk procesrecht Nederlandse Orde van Advocaten 5.1 5.2 5.3
5.4
Inleiding Algemene bezwaren Hoofdstukgewijze 5.3.1 Het doel van het civiele proces 5.3.2 De rechter moet niet intensief gaan meeprocederen 5.3.3 Miskenning van de voorfase 5.3.4 Differentiatie 5.3.5 Hoger beroep en cassatie Afrondine
71 71 73 74 74 75 76 78 79
Hoofdstuk 6 De toekomstige vormgeving van het civiele procesrecht J.G.J. Rinkes en J.M.P. Verstappen 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7
6.8
Inleiding Uitgangspunten: verantwoordelijkheid en autonomie Procederen kan altijd nog Klachten, tuchtrecht en bindend advies Geschillenbeslechting Europese ontwikkelingen Kwaliteit en efficiency: het gezichtspunt van de procesconsument 6.7.1 Eenvoudig of complex? 6.7.2 Kosten en tarieven 6.7.3 Snelheid, toegankelijkheid en doorlooptijd 6.7.4 Tenuitvoerlegging en effectuering van de beslissing 6.7.5 Overige karakteristieken Balans
81 83 84 85 87 90 95 96 98 98 100 100 100
IX
Bijzonder deel Hoofdstuk 7 De advocaat en zijn rol en taken in het (körnend) procesrecht F.A. W. Bannier 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
Inleiding Snelheid en kwaliteit Andere bezwaren tegen de huidige gang van zaken De advocaat Is een schikking mogelijk? De voorfase Bezwaren en oplossingen Samen vatting
105 106 108 110 112 116 118 122
Hoofdstuk 8 Herkansing in hoger beroep aan banden? Ook met herkansing kan voorrvarend worden geprocedeerd R.H. de Bock 8.1 8.2 8.3 8.4
8.5 8.6 8.7
Inleiding Herkansing in hoger beroep aan banden Herkansing in andere rechtsgebieden onder vuur? De medewerkingsplicht van partijen 8.4.1 Een voortvarende, efficiente en effectieve wijze van procederen 8.4.2 Juridische oordeelsvorming als dynamisch en continu proces 8.4.3 Verplichtingen tegenover de gemeenschap 8.4.4 Gezamenlijke verantwoordelijkheid van rechter en partijen Herkansing in reprise En ook nog voortvarend, efficient en effectief procederen Slot
125 126 127 130 130 131 132 133 135 136 139
Hoofdstuk 9 Naar een nieuwe balans bij de toedeling van kosten van een procedure? /. Ekelmans 9.1 9.2
Inleiding Kostentoedeling naar huidig recht 9.2.1 Eigen kosten procespartijen 9.2.2 Buitengerechtelijke kosten 9.2.2.1 Positie van de eiser 9.2.2.2 Verhouding tot de proceskostenveroordeling
141 142 142 143 143 145
9.3 9.4
9.5 9.6 9.7
9.8
9.2.3 Hoogte van de vergoeding 9.2.3.1 Betekenis eigen schuld 9.2.3.2 Motiveringseisen 9.2.3.3 Positie van gedaagde Vastrecht Proceskosten 9.4.1 Voorlopige bewijsverrichtingen 9.4.2 Procedure Afwijkende afspraken Mogelijke verbeteringen Juridische houdbaarheid van de mogelijke verbeteringen 9.7.1 Art. 6 EVRM 9.7.2 Art. 1, Eerste Protocol bij het EVRM 9.7.3 Art. 49 en 50 EG-Verdrag 9.7.4 Richtlijn nr. 2000/35 Het vervolg
146 148 149 149 150 151 151 153 156 157 163 163 164 164 165 166
Hoofdstuk 10 De grondslag voor de medewerkingsplicht - en in het bijzonder de mededelingsplicht - van partijen in het burgerlijk proces Een bijdrage aan de fundamentele herbezinning volgens de nieuwe balans £. Gras 10.1 Inleiding 10.2 Aanpak; inhoudsopgave 10.3 De normen in het proces (I); procesrecht en doorwerking van materieel recht 10.4 Inhoudelijk onderscheid materieel recht en procesrecht 10.5 Materialisering van het procesrecht? 10.6 De normen in het proces (II); doorwerking nader; materiele relatie tussen partijen en processuele relatie tot de rechter 10.7 Publiekrechtelijke aard van het burgerlijk proces; processuele en materiele relaties nader 10.8 Redelijkheid en billijkheid niet gelijk te stellen aan de goede procesorde 10.9 De redenen om redelijkheid en billijkheid van de goede procesorde te onderscheiden in overzicht 10.10 Mededelingsplicht; verworpen grondslag daarvoor: aanknopingspunten verschaffen voor bewijslevering door de ander 10.11 Afsluiting; aanbeveling: back to the basics
167 169 170 171 175 176 178 181 184
186 189
XI
Hoofdstuk 11 Zekerheidstelling voor proceskosten W. Heemskerk 11.1 11.2 11.3 11.4 11.5
11.6 11.7 11.8
11.9 11.10
Inleiding Ratio en benaming (historisch) Loop van het incident Toepasselijkheid in hoger beroep, cassatie, kort geding en verzoekschriftprocedure? Uitsluitingen (algemeen) 11.5.1 Uitsluiting a (verdrag of verordening) 11.5.1.1 Rechtsvorderingsverdrag 1905 11.5.1.2 Rechtsvorderingsverdrag 1954 11.5.1.3 Haagse Verdrag inzake de toegang tot de rechter in internationale gevallen 1980 11.5.1.4 Vluchtelingen-en Staatlozenverdrag 11.5.2 Uitsluiting b (tenuitvoerlegging in buitenland geregeld) 11.5.2.1 Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden 11.5.2.2 EEX-verordening 11.5.2.3 EEX-Verdrag 11.5.2.4 Parallelverdrag-EVEX 11.5.3 Uitsluiting c (verhaal in Nederland mogelijk) 11.5.4 Uitsluiting d (effectieve toegang tot de rechter belemmerd) Inperking en uitbreiding Ratio (nieuw) Verhaal 11.8.1 Rechtsvorderingsverdrag 1954 11.8.2 Haagse Verdrag inzake de toegang tot de rechter in internationale gevallen 1980 11.8.3 EEX-verordening 11.8.4 Parallelverdrag-EVEX Uitsluitingen: waarom? Herbezinning op de cautio judicatum solvi
193 193 194 195 196 196 196 197 197 198 198 198 198 199 199 200 200 200 201 202 202 204 205 206 206 207
Hoofdstuk 12 Het rechtsmiddelverbod en de doorbreking daarvan F.J.H. Hovens 12.1 Inleiding 12.2 Soorten rechtsmiddeluitsluitingen 12.3 De doorbrekingsjurisprudentie 12.3.1 Gronden voor doorbreking 12.3.2 Het processuele kader 12.4 Beoordeling van het wettelijk rechtsmiddelverbod
XII
209 210 211 211 216 217
12.5 De ontbinding van de arbeidsovereenkomst 12.6 De wijziging van de vordering 12.7 Het toekomstige appelrecht
218 221 222
Hoofdstuk 13 Procesrecht(er) op maat A.W. Jongbloed 13.1 13.2 13.3 13.4 13.5 13.6 13.7 13.8
Inleiding Verscheidenheid binnen de rechterlijke macht Verschillende verwachtingen van rechtzoekenden Verscheidenheid aan vorderingen Multi-door court house Intermezzo Naar een Nederlands systeem van case management Concretisering
227 227 229 230 232 233 237 240
Hoofdstuk 14 Het recht op pleidooi N.H. Margetson 14.1 Het recht op pleidooi tot 1 januari 2002 14.2 Het recht op pleidooi onder het huidige recht 14.3 Conclusie: De comparitie is in haar huidige vorm geen alternatief voor het recht op pleidooi
243 244 247
Hoofdstuk 15 Een voorstel voor de invoering van een nieuwe beslagvorm: het anderbeslag H.G. Punt 15.1 15.2
Inleiding Het strafvorderlijke conservatoire beslag 15.2.1 Algemene aspecten van het strafvorderlijke conservatoire beslag 15.2.2 Conservatoir beslag op voorwerpen van een ander 15.2.3 Verlengde beslagbevoegdheid 15.2.4 Beklagmogelijkheden 15.3 Invoering van een anderbeslag in het civiele recht 15.3.1 Inleiding 15.3.2 Huidige mogelijkheden om het wegsluizen van vermogensbestanddelen te bestrijden 15.3.3 Alternatief: beslag op goederen van een ander 15.4 Slotopmerkingen
251 252 252 256 258 259 260 260 260 262 265
XIII
Hoofdstuk 16 Aanscherpingen van het (tussentijds) appel H.W. Wiersma 16.1 Inleiding en hoofdstrekking van deze bijdrage 16.2 Enkele cijfers en gedachten over de noodzaak en wenselijkheid van (tussentijds) appel 16.3 Geen tussentijds beroep in cassatie na tussentijds appel 16.4 Gemiste kansen op (her)codificatie van appelprocesrecht? 16.5 Wenselijkheid van een geherstructureerd tussentijds appel 16.5.1 Inleiding 16.5.2 Voordelen van het tussentijds appel 16.5.3 Nadelen van het tussentijds appel 16.6 Remedies en aanbevelingen met betrekking tot het tussentijds appel
267 267 269 270 271 271 271 272 272
Hoofdstuk 17 Herziening van het arbitragerecht G.J. Meijer 17.1 Inleiding 275 17.2 Körte termijn 276 17.2.1 Körte terugblik (herziening van het burgerlijk procesrecht) 276 17.2.2 Veegwet (Aanpassingswet) 278 17.3 Voorstellen tot Wijziging van Werkgroep Arbitrage 280 17.3.1 Inleiding 280 17.3.2 Redenen tot wijziging 281 17.3.3 Uitgangspunten en afbakening 282 17.3.3.1 Algemeen 282 17.3.3.2 Aansluiting van de Boeken 1-3 Rv en Boek 4 283 17.3.3.3 Mediation 285 17.3.4 Selectie van belangrijkste voorstellen tot wijziging 286 17.3.4.1 Inleiding 286 17.3.4.2 Arbitrageovereenkomst 286 17.3.4.3 Institutionele wraking 288 17.3.4.4 Voorlopige voorzieningen (met inbegrip van arbitraal kort geding) 292 17.3.4.5 Prejudiciele vraagstelling 294 17.3.4.6 Gevolgen van vernietiging van arbitraal vonnis 298 17.4 Conclusie 299
XIV