1
Schoolplan cluster Parkstad, locatie Rombouts Juni 2010 Het voorliggende schoolplan bevat per thema onderdelen, beleidsvoornemens en activiteiten die voor de scholengroep Carboon in zijn totaliteit gelden en onderdelen, beleidsvoornemens en activiteiten die specifiek zijn voor het Carbooncollege Rombouts.
1. Visie en missie Inleiding Carboon en Grotiuscollege De LVO-cluster Parkstad, met de locaties Broekland, Emma, Sint Jan, Rombouts en Grotius staan samen voor een stevige uitdaging. Het aantal leerlingen in de regio krimpt tot 2010 en dan weer vanaf 2014 en de concurrentie met de niet LVO-scholen is fors. Het antwoord is een offensief antwoord. De scholen hebben een goede toekomst als ze niet berusten, maar kiezen voor een duidelijke profilering en een groter marktaandeel. De krimp kan daarmee worden beperkt. Alleen dan blijven leerlingenaantallen op een niveau dat kwaliteit en diversiteit gegarandeerd is. Marketing en PR zijn daarom speerpunten in het huidige beleid. Een aantal andere speerpunten van beleid wordt gedestilleerd vanuit de analyse van sterkte en zwakte. Deze zijn per locatie verschillend. Tenslotte komen een aantal speerpunten voort uit de wettelijke kaders. Kortom een grote uitdaging in krimpend perspectief. De tijdgeest Beleid heeft rechtstreeks te maken met de tijdgeest. Onderwijs is immers een onderdeel van de samenleving. Wat opvalt is:
Mensen kiezen weer bewuster en willen daarbij een school, die bij hen past. Uitstraling en identiteit doen er weer toe. Veiligheid, kleinschaligheid en geborgenheid zijn voor ouders en leerlingen essentieel. De leraar wordt meer gezien als de spil waar het om draait. Deze kenmerken passen uitstekend binnen de beleidsnota van de stichting LVO. Sleutelbegrippen daarbinnen zijn kleinscholigheid en herkenbaarheid. Beleidsuitgangspunten cluster Parkstad De cluster streeft de volgende doelstellingen na:
Geen grote scholen. Wel een groter marktaandeel. De locaties tonen een duidelijk en herkenbaar profiel. Marketing en PR worden stevig aangezet. De onderscheiden scholen binnen de cluster hebben een duidelijk profiel, met een eigen en onderscheidend aanbod, een duidelijke identiteit. De scholen leveren goede kwaliteit. Onvoldoendes op de kwaliteitskaart van de inspectie zijn binnen vier jaar weggewerkt. Voldoende wordt in dezelfde termijn omgebogen naar excellent. De randvoorwaarden voor het primaire proces zijn uiterlijk in 2012 op orde. Dit geldt met name voor de financiële positie en de personele formatie van de scholen. Het primaire proces staat centraal. Er mag niet bezuinigd worden op personeel i.v.m. materiële tekorten. Wel wordt gebouwelijke overcapaciteit afgestoten. Het ziekteverzuim wordt teruggedrongen tot het landelijk gemiddelde in 2012 en tot 0,5 % punt onder het landelijke gemiddelde in 2014. In het vmbo wordt expliciet gekozen voor brede, intrasectorale programma‟s.
Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
2
De cluster zet nadrukkelijk in op doorlopende leer- en zorglijnen. De reeds bestaande samenwerking in de keten po-vo-mbo/hbo/wo is essentieel en wordt verder uitgebouwd.
Toegespitst op de locatie Rombouts Missie ‘Rombouts ben jezelf’ Rombouts is een warme, kleinschalige en veilige school waar de leerling gekend, erkend en gewaardeerd wordt en gestimuleerd wordt om te groeien. De school staat voor uitdagend en gevarieerd onderwijs waarbij voor alle aspecten van kennis, vaardigheden en attitude een goede basis voor het vervolgonderwijs wordt gelegd. Daarbij trekken ouders, leerlingen en personeel gezamenlijk op, om jonge adolescenten te vormen tot zelfverantwoordelijke en kritische burgers die een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan onze hedendaagse samenleving. Visie Rombouts is een school voor atheneum, havo en mavo op katholieke grondslag. De universele menselijke waarden zijn ook in deze tijd richtsnoer voor het pedagogisch handelen. Deze waarden dienen als grondgedachte voor de omgangsvormen, afspraken en regels die op de school gehanteerd worden. Daarbij is het uitgangspunt dat eenieder de ander benadert met respect en inachtneming van de algemene fatsoensnormen. De school wil in deze optreden als partner in de opvoeding van de leerlingen door de ouders/ verzorgers. Leerlingen dienen zich op het Rombouts zo snel mogelijk op hun gemak te voelen. Het saamhorigheidsgevoel strekt zich uit van leerlingen onderling tot personeel en ouders. Alle geledingen van de schoolgemeenschap dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van het kind naar jongvolwassene. De leerlingen worden serieus genomen en hun mening telt mee. Doel is de zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid van de leerlingen te ontwikkelen en hen daarmee voor te bereiden op hun rol in de maatschappij als een positief kritische burger in onze hedendaagse maatschappij. Onderwijskundig stelt de school zich ten doel te zorgen voor een goede aansluiting op datgene wat de leerlingen op de basisschool hebben geleerd. De leerlingen werken in klassenverband waar vervolgens kennis, vaardigheden en attitude worden opgebouwd en uitgebouwd, zodanig dat de leerlingen met succes kunnen doorstromen naar het vervolgonderwijs en de doorlopende leerlijn wordt gewaarborgd. De school kiest daarbij voor effectief leren, hetgeen betekent dat alle didactische mogelijkheden worden benut van traditioneel tot zeer modern om zo te komen tot een gevarieerd onderwijskundig aanbod dat de leerlingen zoveel mogelijk uitdaagt en stimuleert. De school kan dit echter niet alleen en ziet de ouders als partner bij de ontwikkeling en voortgang van de leerling. Van de ouders wordt dientengevolge een actieve houding verwacht. De school zet doelbewust in op de verlengde leerroute en wil zo het optimaal mogelijke uit de leerlingen halen. Bij de start van de schoolcarrière krijgen de leerlingen de tijd om te wennen aan de middelbare school door een tweejarige brugklas. Daarnaast zet de school in op een verantwoorde opstroom van leerlingen naar een hogere afdeling. De afdeling vmbo-tl wordt op het Rombouts aangeduid als mavo, die naast een vooropleiding voor het mbo ook specifiek voorbereidt op een mogelijke opstroom naar de havo, onder andere door het aanbieden van een extra theoretisch vak voor het eindexamen. Hetzelfde principe geldt voor de havo, waarbij ook hier leerlingen de mogelijkheid krijgen zich terdege voor te bereiden op
Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
3
een overstap naar het atheneum onder andere door het kiezen van een extra vak in het eindexamen.
De school profileert zich verder als school waar talenten op allerlei gebied in en buiten de lessen worden gestimuleerd en uitgedaagd. In een school waar de betrokkenheid van allen zo belangrijk wordt gevonden, is het logisch dat de leerlingenzorg ook een zorg van allen is, in de eerste plaats van de individuele docent en mentor, in de tweede plaats van ondersteuner, teamleider, leerlingbegeleider en het zorgadviesteam.
2. Primaire proces 2a. Het didactisch proces Aantrekkelijkheid en gevarieerdheid van het (onderwijs)aanbod Het vernieuwingsconcept Rombouts is grotendeels verlaten met behoud van het goede i.c. de waar mogelijk, activerende didactiek, het gebruik van mindmaps de vakoverstijgende samenwerking en vakinhoudelijke afstemming binnen de sectieclusters en gezamenlijke projecten in de zogenaamde groene weken (projectweken) . Het doel is een duidelijke verbetering van de doorlopende leerlijn te bereiken. De secties hebben elk in het schooljaar 2009-2010 nieuwe vakwerkplannen opgesteld volgens een vast format. Dit vakwerkplan wordt jaarlijks bijgesteld en geëvalueerd. Via sectieclusteroverleg wordt vakmatige afstemming tussen verwante vakken besproken en vastgelegd. Kennis, vaardigheden en attitude zijn onderdelen van het curriculum. Een verder doel is de versterking van de inhoudelijke kenniscomponent door verlating van de leergebieden en de vakken weer centraal te stellen. Met ingang van schooljaar 20102011 zijn de lessentabellen zodanig aangepast dat de leergebieden vervangen zijn door de individuele vakken in klas 1 en 2. De nieuwe lessentabel zal vervolgens in de loop van 3 jaar ingroeien. De school kiest er voor om de nadruk te leggen op het theoretisch karakter van het vmbo-tl en de doorstoommogelijkheden naar de havo. In de communicatie intern en extern wordt alleen de term mavo nog gebruikt. In het keuzeproces wordt leerlingen van de mavo aangeboden om een 7e vak te kiezen. De leerlingen die overstappen van 4 mavo naar 4 havo worden gevolgd. Hoe doen zij het op de hogere afdeling en bij welke vakken ondervinden zij aanpassingsproblemen. Bij deze vakken worden vervolgens aansluitingsmodules gegeven na afloop van het CE. Deze modules zijn verplicht voor de leerlingen die over willen stappen. Er wordt meer samengewerkt met de bibliotheek. Niet alleen bij projecten maar ook een vast overleg met sectieclusters wordt ingevoerd. Met ingang van 2010-2011 zal een vertegenwoordiger van de bibliotheek minimaal eenmaal per jaar uitgenodigd worden bij elk van de sectieclustervergaderingen alfa, bèta en gamma om te spreken over de samenwerking van dat jaar. De havo wordt versterkt door meer samenwerking te zoeken met de HBO instellingen in de buurt. De school neemt daarbij deel aan het samenwerkingsconvenant dat het bestuur heeft gesloten met de Hogeschool Zuyd en Fontys. In de periode vanaf augustus 2010 wordt een marktonderzoek gedaan naar het al dan niet voortzetten van het atheneum. Daarbij wordt eveneens onderzocht wat de effecten van een vertrek van het atheneum zouden zijn op met name de afdeling havo.
Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
4
Didactische kwaliteit De school kiest voor effectief leren, waarbij gebruik wordt gemaakt van didactische variatie om zo goed mogelijke resultaten te behalen. Binnen de vakwerkplannen dienen de secties duidelijke didactische keuzes te maken en is een variatie in werkvormen uitgewerkt. ICT wordt gezien als meerwaarde voor leerlingen en docenten. Het zal nodig zijn om een verdere kwaliteitsslag ICT te maken binnen Rombouts. Enerzijds ten aanzien van harden software anderzijds dient het personeel meer getraind te worden op ICT gebied. Doel is dat: alle docenten in staat zijn om de op school gebruikelijke software t.a.v. cijferverwerking te gebruiken. 90% van de docenten is in staat om de meest gebruikte Office software zoals Excel, Word en Powerpoint te gebruiken. Docenten die aangeven lacunes in hun kennis dienaangaande te hebben krijgen scholing aangeboden. Inhoudelijke kwaliteit van de lessen / doorlopende leerlijnen Op Rombouts zijn de secties verantwoordelijk voor de doorlopende leerlijn en werken deze uit in dynamische vakwerkplannen. Elke sectie beschikt over een vakwerkplan volgens het door de directie aangeleverde format in het schooljaar 2010-2011. Deze vakwerkplannen zijn dynamisch, d.w.z. dat zij telkens geëvalueerd en bijgesteld worden. Regelmatig vindt overleg plaats binnen de sectieclusters alfa, bèta en gamma. Jaarlijks vinden minimaal twee clusterbijeenkomsten plaats onder leiding van een van de teamleiders waarbij o.a. onderlinge afstemming en gezamenlijke projecten besproken worden. De kwaliteit van het primair proces is goed. Elk jaar worden de resultaten van de diverse vakken geëvalueerd ten aanzien van het gemiddelde behaalde overgangscijfer en het percentage onvoldoendes op de eindrapporten per vak, afdeling en leerjaar. Tenminste 90% van de leerlingen geven in een tevredenheidsonderzoek aan dat de inhoud van de lessen ruim voldoende is Via een burgerschapsscan wordt begin 2010-2011 een duidelijk beeld verkregen of de school voldoet aan de vereisten betreffende burgerschapsvorming. Indien dit op onderdelen onvoldoende blijkt te zijn zal een plan van aanpak worden opgesteld. De leerlingen krijgen op hun eigen niveau les en in het kader van een goede determinatie worden in de onderbouw toetsen op twee niveaus afgenomen. Leerlingen die dreigen uit te vallen worden gezien en adequaat geholpen. Speerpunt in de komende jaren is verbetering van het rendement van de afdelingen en de resultaten van de diverse vakken van brugklas tot en met het eindexamen. Daarbij zijn de volgende harde doelen gesteld ten aanzien van de opbrengstenkaart 2013 over het schooljaar 2011-2012, dus bij de overgang 2012: - Alle opleidingen binnen Rombouts scoren een gemiddeld rendement onderbouw- en bovenbouw van tenminste voldoende (bolletje drie). - Alle opleidingen binnen Rombouts scoren bij het verschil gemiddeld cijfer SE/CE ten allerhoogste 0.5. - Alle opleidingen binnen Rombouts scoren bij het cijfer centraal examens tenminste voldoende (bolletje 3) voor alle vakken gemiddeld.
2b. Pedagogisch klimaat en welbevinden van leerlingen De mentoren en de docenten zijn de begeleiders bij uitstek. Zij worden ondersteund door het team waar ze deel van uit maken, de coördinator en de teamleider van de afdeling. Uitgangspunt bij de begeleiding zijn de intakegegevens, handelingsplannen en handelingsaanzetten en de dossiergegevens. Er is sprake van een doorlopende leer- en zorglijn. Dossiervorming vindt consequent plaats in het lvs. De grondhouding, zorg voor Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
5
elkaar, draagt iedereen uit. Samen met het samenwerkingsverband vo wordt komende tijd ingezet op het beter kunnen signaleren van problemen bij leerlingen en het omgaan daarmee. De interne begeleidingsstructuur, bestaande uit professionele momenten op verschillende begeleidingsniveaus, ligt vast in een protocol in het zorgplan. Iedere begeleider en docent volgt dit protocol. Mentoren werken volgens een mentorendraaiboek. Een sterk punt van Rombouts is het pedagogisch klimaat. Leerlingen voelen zich thuis op school en voelen zich veilig hetgeen blijkt uit de gegevens van de ITS veiligheidsmonitor die in het schooljaar 2009-2010 is afgenomen. Komende vier jaar is de uitwerking van het thema burgerschapskunde een belangrijke doelstelling. Burgerschapvorming/ sociale integratie is niet opgezet als vak, maar als algemene taak voor de school. Bij burgerschapsvorming zijn competenties van de leerlingen, kennis, houdingen en vaardigheden van belang. Kennis wordt vooral bijgebracht in het reguliere (vak)curriculum. Het accent bij burgerschap ligt op het gebruiken van de school als oefen- en werkplaats: het oefenen van democratische principes in de klas en op school, het bijdragen door leerlingen aan de kwaliteit van de school en de samenleving door ze verantwoordelijkheden en ruimte voor initiatieven te geven. Leren door te doen dus. “Burgerschap is integraal onderdeel van het onderwijs”. De locatie Rombouts staat midden in de samenleving. Er is een voortdurende wisselwerking tussen school en samenleving, waardoor leerlingen niet alleen op school leren en leven. Onderwijs vindt feitelijk overal plaats. De locatie Rombouts wil daarom direct betrokken zijn bij ontwikkelingen buiten school, waar leerlingen en personeel een concrete bijdrage kunnen leveren. De locatie Rombouts wil een bindend element zijn voor de directe omgeving. Concreet betekent dit voor de inrichting van het onderwijs: 1. Het aanleren, oefenen en toepassen van sociale competenties in situaties binnen en buiten school. Zij zijn actieve burgers. 2. De leerlingen kennen de Nederlandse samenleving als democratie en de diversiteit daarbinnen. 3. de leerlingen kennen de belangrijkste basiswaarden van de Nederlandse rechtstaat en leven overeenkomstig. In de onderbouw zijn de doelstellingen van burgerschapsvorming geïntegreerd in de mentorlessen, het sectiecluster gamma en middels allerlei projecten. Door de invoering van de maatschappelijke stage heeft burgerschapsvorming een bijzondere dimensie gekregen, omdat de praktische toepassing van houding en vaardigheden van leerlingen daardoor een vaste plek heeft gekregen binnen en buiten het onderwijs en binnen en buiten de school. De maatschappelijke stage wordt door alle mavo leerlingen in het examenjaar uitgevoerd. De havo en atheneum volgen in de komende jaren. In het schooljaar 2010-2011 vindt er een pilot plaats onder de leerlingen van klas 3 havo en atheneum. De evaluatie van deze pilot wordt gebruikt om de verdere invoer van de maatschappelijke stage in detail te plannen. De leerlingen die vanaf het schooljaar 2011-2012 instromen hebben de wettelijke plicht tot het vervullen van de maatschappelijke stage. Er wordt maatwerk geleverd, zowel wat betreft de vorm als de inhoud. De locatie Rombouts participeert in het Parkstad-netwerk maatschappelijke stage om met name de problematiek met betrekking tot de acquisitie van stageplaatsen het hoofd te bieden. 2c. Aansluiting Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
6
De locatie Rombouts werkt nauw samen met het primair onderwijs. De locatie maakt deel uit van de bovo-werkgroep ( basisonderwijs-voortgezet onderwijs). Doelstellingen voor de komende jaren zijn: het verder optimaliseren van de intake, het uitwerken van de doorlopende reken- en taallijn en doorlopende zorglijn o.a. in het kader van passend onderwijs. Afgelopen jaren is een zeer zorgvuldige intake-procedure met de basisscholen afgesproken. Kern daarvan is het leerlingprofielformulier als hulpmiddel bij het formuleren van het advies van de basisschool. Communicatie en monitoring van leerlingen, het terugkoppelen van resultaten van leerlingen, moet leiden tot een verdere perfectionering van het advies van de basisschool. De kwaliteit van advisering heeft een rechtstreeks effect voor de opbrengsten van de onderbouw. In samenspraak met het primair onderwijs worden gemengde adviezen zoveel mogelijk tegen gegaan. De bovenschoolse onderwijscommissie werkt samen met het mbo aan de doorlopende reken- en taallijn, voor wat betreft de aansluiting in de bovenbouw. Voor Rombouts specifiek geldt dat Intern de aansluiting onderbouw-bovenbouw verbeterd moet worden. Docenten in onder- en bovenbouw zijn in het schooljaar 2010-2011 op de hoogte van elkaars werkwijzen en werken de vakmatige doorlopende leerlijn in gezamenlijk overleg uit. In de komende jaren participeert Rombouts met andere LVO-scholen samen aan een verbetering van de aansluiting van het VO met het HBO. Een convenant hiertoe is getekend door het bestuur met de Hogeschool Zuyd. In dit kader worden in de periode 2010-2014 door steeds meer leerlingen in de laatste klas van de havo profielwerkstukken gemaakt op de diverse locaties van de hogeschool Zuyd. Voor het schooljaar 2010-2011 wordt het contact met de kunstacademie uitgebreid. 2c. In-,door- en uitstroom Opbrengstenkaart van de onderwijsinspectie Het verbeteren van de rendementen tot „‟voldoende‟‟ in alle opleidingen is een hoofdaandachtspunt van de school. Daarbij dient rekening gehouden te worden met het gegeven dat Rombouts er in haar missie voor gekozen heeft een kansenschool te zijn waarbij men het optimale uit de leerlingen wil halen. Een en ander zal tot gevolg hebben dat ook zwakkere leerlingen de mogelijkheid gegeven wordt een hogere opleiding te volgen. De school is dan ook tevreden met gemiddelde opbrengstcijfers v.w.b. het examen. De overgang onderbouw naar bovenbouw is een knelpunt. Vakwerkplannen staan centraal om de kwaliteit in de doorlopende leerlijn te bewaken en te ontwikkelen. Sectie overleg vormt de basis, binnen kaders gesteld door de school. Team- en sectiebreed wordt de kwaliteitsproblematiek regelmatig besproken en geanalyseerd. In het schooljaar 2009-2010 wordt een diepteonderzoek verricht naar de tegenvallende rendementen en hun oorzaken. De resultaten van dit diepteonderzoek zullen worden gebruikt om de inspanningen voor de rendementsverbetering nog specifieker te kunnen richten. Door de goede begeleiding waarbij de kleinscholigheid zorgt voor korte lijnen is er nauwelijks sprake van voortijdige uitval. Om de voortijdige uitval te voorkomen wordt intensief samengewerkt met diverse externe partners via het Zorgadviesteam en het bureau Vroegtijdig Schoolverlaten (VSV) van Parkstad.
Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
7
Speerpunt is de verzuimaanpak. De locatie blijft komende jaren extra aandacht besteden aan het aanpakken van ongeoorloofd schoolverzuim, inclusief het ongeoorloofd te laat komen. Dit gebeurt samen met bureau Vroegtijdig Schoolverlaten (VSV) van Parkstad middels het project Bewust Aanwezig op School) , waarbij gedurende een dagdeel per week een ambtenaar op school is en de leerling en diens ouder(s) aanspreekt op ongeoorloofd verzuim. 3. Leerlingenzorg De leerlingenzorg is uitgewerkt in het zorgplan. In september 2010 wordt vanuit het samenwerkingsverband een nulmeting uitgevoerd. Deze nulmeting voert het APS uit. Deze nulmeting is uitgangspunt voor het verbeterplan m.b.t. de inrichting van de interne zorgstructuur. Dit plan wordt in de toekomst jaarlijks geactualiseerd. De locatie Rombouts maakt deel uit van het samenwerkingsverband VO. Het samenwerkingsverband heeft een langjarig scholingstraject met het APS uitgezet om de interne zorgstructuur verder te professionaliseren en de aansluiting op de externe zorgstructuur te verbeteren. De verdere professionalisering van het Zorg Advies Team maakt daarvan deel uit. Daarnaast heeft de school contacten met het Centrum voor jeugd en gezin in Brunssum en de verwijsindex Parkstad Limburg. 2011 is een voorbereidingsjaar om te komen tot het zorgprofiel. In 2012 is dit definitief vastgesteld. Dit zorgprofiel wordt in nauw overleg met het samenwerkingsverband VO samengesteld, om zo te komen tot een regionaal dekkend aanbod van zorg. 4.
Veiligheid in en om de school
De veiligheid op de locatie Rombouts is goed. Er zijn vrijwel geen incidenten, geen klachten van ouders, geen klachten vanuit de mr. Het beeld van een kleine veilige school wordt ook bevestigd vanuit de ITS-veiligheidsmonitor. In de school heerst een goede sfeer met korte lijnen als gevolg van de kleinscholigheid. Daarnaast draagt de houding en de betrokkenheid van de medewerkers en de inzet van onderwijsassistenten bij aan de veiligheid. Vanwege het bovenstaande is er geen reden om het beleid bij te stellen. 5.Onderwijstijd en lesuitval De locatie voldoet aan de wettelijke verplichtingen. Er is een adequate registratie van de onderwijstijd. Projectonderwijs, invallessen en een opvang op de leerpleinen door onderwijsassistentes waarbij de leerlingen kunnen werken aan de opdrachten van de eigen docent die in de ELO zijn opgenomen zijn alternatieven voor lessen, die bv door ziekte van docenten, uitvallen. Doelstelling voor komende jaren is de onderwijstijd nog effectiever in te zetten door voor eventuele lesuitval nog meer zinvolle alternatieven te ontwikkelen. Doelstelling is om een lesuitval onder de 5 % te bereiken uiterlijk in het schooljaar 2010-2011. De school heeft in de afgelopen jaren gekampt met een relatief groot ziekteverzuim met dito gevolgen voor de lesuitval. In de komende jaren wordt door Carboon en Grotius in de regio sterk ingezet op verlaging van het ziekteverzuim. Bij Rombouts heeft dit in het schooljaar 2009-2010 reeds geleid tot een aanzienlijke daling van het verzuim van 8 naar 6 %. In de komende jaren wordt dit beleid voortgezet en geïntensiveerd om zo te komen tot een verzuim dat maximaal even groot is als het landelijk gemiddelde voor mavo-havo-vwo scholen. Lang verzuim wordt telkens zo spoedig mogelijk vervangen.
Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
8
6. Personeel Qua personeel bevinden zich de LVO Parkstad scholen in een rustige fase tussen twee stormen. De eerste storm voltrok zich in de periode 2005-2009 toen een forse krimp in de regio leidde tot een aanzienlijke overformatie. Deze problematiek is in 2009 in nauwe samenwerking met de vakcentrales opgelost door middel van een sociaal plan. Op basis van vrijwilligheid verlieten meer dan 40 FTE de organisatie. De volgende storm begint in 2014. Enerzijds gaan dan opnieuw de leerlingenaantallen dalen met tenminste 2 procent per jaar. Anderzijds zal er sprake zijn van een exodus van personeel wegens pensionering. Het vertrek van personeel overtreft de daling van het leerlingenaantal. Hierdoor ontstaat een vraag naar personeel. Tegenover deze vraag staat een slechts beperkt aanbod van nieuw personeel. De relatief rustige periode tussen 2010 en 2014 zal ervoor worden benut om een aantrekkelijk personeelsbeleid te ontwikkelen op basis waarvan mensen hier graag blijven en komen werken. Tevens zal worden gewerkt aan een betere inzetbaarheid van medewerkers via een scholingsbeleid met voorrang voor omscholing naar tekortvakken. De aandachtspunten zijn concreet de volgende:
Prioriteit voor het begeleiden van stagiaires zodat nieuwe leraren al vast kennis maken met de school Verbeteren van de arbeidsmarktcommunicatie. Wijzen op de aantrekkelijkheid van Limburg als werk- en woonomgeving Verbeteren van de coaching en intervisie van medewerkers Uit tevredenheidonderzoeken afleiden wat de knelpunten zijn die medewerkers ervaren op hun werk en gericht werken aan verbetering Werken aan een andere taakverdeling bij het OP, waarbij leraren zich meer dan nu kunnen richten op zuiver het onderwijs en andere medewerkers in dienst komen voor een aantal taken Aantrekkelijker maken van het werken in het onderwijs door het verminderen van de taken voor medewerkers met zeer jonge kinderen en voor medewerkers van 63 en ouder Bieden van ruime scholingsfaciliteiten in geld en soms in tijd voor medewerkers die willen omscholen naar een tekortvak Verminderen van het arbeid gerelateerd ziekteverzuim door een grotere arbeidssatisfactie en een betere begeleiding
Concreet vertaalt zich een en ander in de volgende meetbare doelen van de regio Carboon/Grotius: Ons personeel werkt hier graag Indicator: Tenminste 90 % van ons personeel antwoordt „ja‟ op de vraag: Zou je weer voor deze school kiezen om te werken? Ons personeel is gezond Indicator: Ons ziekteverzuim is tot 2012 maximaal op het landelijk niveau in de vergelijkbare sector (VMBO respectievelijk HAVO/VWO) en in 2014 tenminste 0,5 procentpunt onder het landelijk niveau in de vergelijkbare sector Ons personeel is goed opgeleid Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
9
Indicator: Tenminste 90 % van alle lessen worden gegeven door bevoegde docenten of door docenten die een opleiding volgen om deze bevoegdheid te behalen Ons personeel leert levenslang Indicator: Jaarlijks volgt tenminste 10 % van alle personeel een opleiding die te maken heeft met zijn vak
7. Materiële voorzieningen werk- en leeromgeving Kwaliteit van de gebouwen en de leeromgeving Carboon en Grotius De meeste schoolgebouwen in de regio Parkstad zijn goed op orde dan wel op orde gebracht in de afgelopen jaren. Toch moeten er ook de komende jaren stappen gezet worden.. Enerzijds zal door middel van het afstoten van vierkante meters ingespeeld worden op de krimp. Anderzijds zal er waar er sprake is van onvoldoende gebouwen of gebouwen die niet up to date zijn, geïnvesteerd worden. Concreet betreft dit met middelhoge prioriteit: voor de locatie Rombouts:
doorverhuren van een klein gedeelte van het gebouw van Rombouts aan derden
Eén en ander moet leiden tot de volgende meetbare doelen: Onze leerlingen en ons personeel hebben voldoende ruimte Indicator: Tenminste 90 % van de personeelsleden en tenminste 90 % van de leerlingen antwoorden op de vraag „biedt ons gebouw voldoende ruimte om goed te kunnen leren ?‟ „ja‟ Onze leerlingen en ons personeel vinden de voorzieningen op orde Indicator: Tenminste 90 % van de personeelsleden en tenminste 90 % van de van de leerlingen antwoorden op de vraag „biedt ons gebouw voldoende voorzieningen om goed te kunnen leren ?‟ „ja‟ Onze leerlingen en personeel ervaren hun omgeving als veilig Indicator: Tenminste 90 % van de personeelsleden en tenminste 90 % van de van de leerlingen antwoorden op de vraag „biedt onze school een veilige leeromgeving ?‟ „ja‟ De locatie Rombouts heeft bewust gekozen voor kleinscholigheid. Dit uit zich niet alleen in de omvang van het gebouw, maar dit is eveneens herkenbaar aan de indeling in het gebouw. De leerlingen in de 1e fase zitten op zogenaamde leerpleinen bij elkaar. Zij hebben daar hun eigen ruimtes met specifiek op de doelgroep afgestemde voorzieningen. De onderwijsassistentes, de mentoren en de ondersteuners houden goed zicht op hun leerlingen en zijn makkelijk bereikbaar en aanspreekbaar. De kleinscholigheid creëert mede de veiligheid en de geborgenheid die leerlingen ondervinden. In de komende jaren staat de kwaliteit van de ict-infrastructuur onder toenemende druk door het steeds veelzijdiger inzetten: gebruik Elo, digitale examinering, het gebruik van smart boards, toenemend gebruik van educatieve software. Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
10
De onderhoudstoestand van het gebouw is goed. Regulier onderhoud vindt plaats.
8. Financieel beleid Carboon Mede als gevolg van het in het hoofdstuk personeel genoemde sociaal plan, zijn de financiën vrijwel op orde. In de periode 2010-2011 wordt terughoudend omgegaan met investeringen, waardoor de afschrijvingslasten dalen. Daarna is er sprake van een situatie die voldoet aan de onderstaande criteria en indicatoren We werken zonder winst, maar ook zonder verlies Indicator: De begroting voor het totaal en voor elke locatie apart kent vanaf 2012 een sluitend resultaat, zonder grote overschotten We houden onze voorzieningen up to date Indicator: een meerjaren investeringsplan dat voorziet in handhaven van de voorziening en waar mogelijk in verbetering, zonder dat daardoor te veel fluctuaties optreden in de financiële resultaten per jaar We zorgen voor een evenwichtige opbouw van ons personeelsbestand en onze personeelskosten Indicator: een meerjaren formatieplan waaruit dit blijkt Sponsoring Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen. Gedetailleerde informatie is te vinden in het sponsorreglement. Momenteel is er geen actief beleid en is men ook niet van plan om dit op korte termijn te ontwikkelen 9. Kwaliteitszorg Carboon en Grotius Tijdens het schooljaar 2009-2010 heeft de cluster het beleid met betrekking tot kwaliteitszorg geïntensiveerd. Dit beleid is afgeleid van het LVO-beleid. De commissie kwaliteitszorg werkt komende jaren dit beleid, in opdracht van de centrale directie, verder uit. De ruggengraat wordt gevormd door het schoolplan-schooljaarplan/schooljaarverslag. De structuur van deze documenten is i.s.m. LVO aangepast. Sterktezwakteanalyse van een groot aantal indicatoren zijn de basis voor het strategisch beleid. De inrichting van het primaire proces is richtinggevend. De vensters voor verantwoording, het toezichtkader van de inspectie, audits, its-resultaten ( veiligheid) en overige meetinstrumentarium leveren de input voor de sterktezwakteanalyse.
Schoolplan 2010-2014
14-7-2011
11
Binnen de centrale kaders van de overheid, LVO en de cluster werken de teams, afdelingen de uitgangspunten verder uit in concreet beleid. Dit gebeurt komende jaren binnen de teams, zodat de kwaliteitszorg op de werkvloer doorleefd wordt. De team-afdelingsplannen en overige doelstellingen worden in activiteitenplannen uitgewerkt. Het schoolplan is strategisch van aard, het schooljaarplan/schooljaarverslag is van tactische en operationele aard. Het schoolplan wordt tweejaarlijks cyclisch bijgesteld op basis van evaluatie. De evaluatie vindt plaats aan de hand van bovengenoemde inputgegevens. De structuur van deze plannen en verslag is zodanig, dat alle functioneel betrokkenen een bijdrage leveren. Doelstelling: kwaliteitszorg wordt door de gehele school, op ieder niveau,doorleefd. Iedere medewerker is medewerker. Uiterlijk in 2014 vindt een zelfevaluatie plaats, gevolgd door een externe visitatie. Zoals reeds in hoofdstuk 2c aangekondigd zullen de resultaten van het diepteonderzoek medio juni 2010 binnen zijn. Via een plan van aanpak worden de resultaten verwerkt in de kwaliteitscyclus dus de schooljaarplannen van de daaropvolgende jaren. 10.De interne en externe communicatie De interne en externe communicatie wordt komende jaren steeds belangrijker. Kwaliteitszorg speelt daarbij een essentiële rol in het kader van de horizontale en verticale verantwoording. Iedere medewerker is betrokken bij de kwaliteitszorg en speelt binnen de communicatie een eigen rol. Scholing en verdere professionalisering van de medewerker is daarbij noodzakelijk. Vanaf 2009 is extra ingezet op de externe PR. Daarbij is meer nadruk gelegd op de identiteit van de school en is de leus „Rombouts, ben jezelf‟ ingevoerd. Via extra contact met basisscholen en verbeterd voorlichtingsmateriaal is het gelukt om de dalende tendens een halt toe te roepen en een groei van de instroom van 129 naar 150 leerlingen te bewerkstellingen. Gedurende de periode 2010-2014 wordt dit beleid voortgezet en geïntensiveerd, waarbij de directe dialoog met basisscholen over inhoud en aansluiting een belangrijke rol speelt. Doel is stabiliteit in een markt die vanaf 2014 sterk gaat krimpen. Daartoe is het tenminste vasthouden van het reeds verkregen grotere marktaandeel noodzakelijk. Een verdere groei van het marktaandeel is meer dan welkom, maar gezien de ligging aan de Duitse grens, zijn hieraan beperkingen gesteld. Een marktonderzoek moet in het schooljaar 2010-2011 verdere duidelijkheid geven over de kansen van Rombouts in de markt. Rombouts zal de komende jaren een verbeterslag maken met name op het gebied van de interne communicatie. In het schooljaar 2010-2011 wordt, parallel aan het traject van kwaliteitszorg, een beknopt beleidsplan gemaakt, waarin de interne en externe communicatie verder worden uitgewerkt, doelgroepen in kaart worden gebracht en informatiestromen inzichtelijk worden gemaakt. In de periode 2011-2014 wordt dit communicatieplan verder uitgewerkt en geïmplementeerd.
Schoolplan 2010-2014
14-7-2011