Utrechtse Open Monumentendag zaterdag 11 september 2010
Terug naar het woonhuis van Ribbius Peletier Ribbius zelf woonde op de Oudegracht 354. Dit was een groot en sjiek huis. Het pand heeft verschillende functies gehad. Zo is er een verdieping opgezet om een confectiefabriek te huisvesten. En is het zelfs het hoofdkwartier geweest van de NSB. Gelukkig is een aantal originele bouwelementen bewaard gebleven. Het trappenhuis is bij uitstek de blikvanger. Met prachtige ornamenten die je direct terugvoeren naar de nouveau-richetijd. Maar ook de voordeur met het originele deurraampje, de ingemetselde brievenbus en de fraai vormgegeven vensterbanken zijn authentiek. In 1933 betrok de NSB onder leiding van Mussert dit pand. De NSB telde op dat moment ruim 20.000 leden. Hoe lang de NSB haar hoofdkwartier op nummer 354 heeft gehad is niet bekend. Later is het hoofdkwartier overgebracht naar een groot pand aan de Maliebaan. Na de tweede wereldoorlog is het pand leeggehaald en is er een verdieping bij gekomen. Dit was voor de eerdergenoemde confectie fabriek. In 1976 is het pand gesplitst voor bewoning. Het enige oorspronkelijke kenmerk dat herinnert aan de tijd van Peletier is het monumentale trappenhuis.
De smaak van de 19e eeuw
In 1977 is op één meter achter de originele achtergevel een nieuwe, bakstenen gevel gebouwd. Dit is in de moderne bouwstijl gedaan en de achtergevel is voorzien van een ronde toog. De ruimte die tussen de originele en de nieuwe achtergevel is ontstaan is dus beschut en vormt een ideale plek voor de brievenbussen van de bewoners. In totaal biedt het pand ruimte voor 4 woningen: de Oudegracht 354 zelf en de Eligenhof nummers 19, 23 en 25.
Het thema van de Open Monumentendag 2010
Als grootste woningcorporatie in de stedelijke regio Utrecht voelt Mitros zich verantwoordelijk voor haar monumentale bezit. Daarmee levert Mitros een bijdrage aan het culturele erfgoed van Utrecht. Het beheer van monumenten vraagt om specifieke expertise en vaardigheid. Daarom heeft Mitros het beheer van de helft van haar circa 600 monumenten met collega-corporatie De Alliantie gebundeld in Stadsherstel Midden-Nederland. Deze organisatie is vorig jaar tijdens de Open Monumentendag gelanceerd.
is ‘De smaak van de 19 e eeuw’. Mitros sluit graag bij dit thema aan. Hoe werden de zintuigen vroeger geprikkeld? In de 19 e eeuw ging er heel wat tabak in rook op. Daarom is de keus geval len op het pand aan de Oudegracht 354: ooit bewoond door de directeur van de toenmalige sigarenfabriek Ribbius Peletier. Over smaak valt
Hoofdsponsor van de Utrechtse Open Monumentendag
Tekst Mitros | Fotografie Niranyana Fotografie, driejuni en Het Utrechts Archief Ontwerp CARTA communicatie & grafisch ontwerp | Druk ZuidamUithof ©Mitros
0900 245 2452 (lokaal tarief ) of www.mitros.nl
nu eenmaal niet te twisten.
Oudegracht 354 is gebouwd in 1870. Het is het hoofd gedeelte van het samengestelde woonhuis van sigaren fabrikant Ribbius Peletier (1818-1901). De fabriek zélf lag een paar huizen verder, namelijk op nummer 364. Zowel het woonhuis als de fabriek geven allebei op hun eigen manier de smaak van de 19 e eeuw weer. De fabriek door de productie van sigaren, die in deze periode hun hoogte punt kenden. Het sjieke woonhuis van Peletier doordat het pand met allerlei prachtige elementen was uitgevoerd. In de smaak van toen.
De sigaar In Utrecht begon de sigarenindustrie zich vanaf 1840 te ontwikkelen. Het was in die tijd heel gewoon om thuis te werken: voor jezelf, of in opdracht van een ondernemer. Ribbius Peletier was zo’n ondernemer. Hij bracht een aantal sigaren makers samen. Zo richtte Ribbius een van de eerste ‘sigarenfabrieken’ op en werd daarmee Utrechts bekendste sigarenfabrikant. Het is het jaar 1844. Aan het eind van de 18e eeuw was de tijd rijp voor de sigaar. Pijproken was vanaf ongeveer 1580 in trek, later kwam het snuiven en pruimen van tabak in opmars. Na ongeveer 1850 was de sigaar veruit het grootste genotsmiddel als het om tabak gaat. Het sigarentijdperk duurde maar liefst tot de tweede wereldoorlog. De sigaret doet weliswaar zijn intrede na de Krimoorlog van 1855, maar het
duurde tot het eind van de 19e eeuw voordat de sigaret echt doorbrak en de sigaar versloeg. De grote verschillen tussen het roken van sigaren en sigaretten zijn bekend. Sigaren zijn niet bestemd om te inhaleren, maar bedoeld om de sensatie van een specifieke smaak te proeven. Hierdoor onderscheiden de verschillende soorten sigaren zich van elkaar. Het roken van een sigaar duurt gemiddeld zo’n drie kwartier. Omdat je sigaren niet inhaleert, zijn ze niet schadelijk voor de longen zoals sigaretten. Sigaren zijn echter wél schadelijk voor de keel. Nederland is nog altijd de grootste sigaren exporteur van de wereld. Het exportvolume bedroeg in 2007 maar liefst twee miljard sigaren per jaar.
De Gesloten Steen Peletier vestigde zijn fabriek op de Oudegracht 364. Het pand kreeg de naam ‘De Gesloten Steen’. Niet bepaald een logische naam voor een sigarenfabriek. De naam ‘De Gesloten Steen’ heeft dan ook een geschiedenis. Op de hoek van nummer 364 ligt namelijk een zware zwerfsteen, vastgeketend aan een ketting. Volgens de sage rolde de duivel elke nacht met een enorme steen door de stad. Dit veroorzaakte zo’n lawaai dat de mensen er niet van konden slapen. Daarom hebben ze de steen met een zware ketting vastgelegd en keerde de rust terug. Het ware verhaal luidt natuurlijk helemaal anders. De binnenstad was vroeger – vóór 1795 – namelijk verdeeld in acht wijken. De grote steen op de hoek van de Eligenhof en de Oudegracht lag precies op de grens van het kwartier ‘Pekstokken’ en het kwartier ‘Zwarte Knechten’. De bewoners van beide kwartieren schoven de steen ’s nachts steeds een beetje op. Op die manier probeerden ze hun wijk wat groter te maken. Na verloop van tijd kregen ze er genoeg van en besloten de steen aan de ketting te leggen. Vanaf dat moment lag de grens tussen de twee wijken vast. De gevel van Oudegracht 364 is net zoals de steen, van lichtgekleurd graniet.
Maatschappelijk betrokken? Ribbius Peletier was de eerste ondernemer in Nederland die vrouwelijke werknemers in dienst had. Ook kinderen werkten bij hem. Hij had zelfs een aparte afdeling voor vrouwen en kinderen. We schrijven het jaar 1859. Hij beschouwde dit als een vorm van sociaal werk. Hij bood vrouwen immers de kans geld te verdienen, waardoor ze niet op straat kwamen. Bovendien leerden ze ‘burgerlijke normen als zindelijkheid, regelmaat, tucht en gehoorzaamheid’. Veel mensen vonden dat vrouwen en kinderen niet in fabrieken moesten werken en veroordeelden Peletier. In hun ogen maakte de fabrikant juist misbruik van vrouwen en kinderen: ze deden immers hetzelfde werk als mannen, maar tegen een lager loon. En dus ging de winst naar Peletier. In die tijd duurde een werkdag 10 tot 12 uur. En dat in een stoffige en ongezonde omgeving. De Zeven Steegjes Onder de werknemers van Ribbius Peletier bevonden zich veel bewoners van de monumentale Zeven Steegjes. In 1895 schreef Peletier een emotionele brief aan zijn werknemers. Zijn boodschap luidde dat hij
zich wilde terugtrekken uit de fabriek. Peletier was toen 73 jaar. Mr. Pieter Jelles Troelstra, voorman van de SDAP, reageerde furieus op deze brief. Hij noemde Peletier “een beul voor zijn arbeiders die schatten heeft opgestapeld van hún arbeid en hen tot loon steeds uitvloekte, terwijl hij ze zich, als ze oud waren geworden, meestal van den hals wist te schuiven.” Kennelijk heeft de sigarenfabrikant zich dit nogal aangetrokken. Een week later stond er namelijk in de krant dat Ribbius Peletier een bedrag van ƒ 25.000 had gestort in een pensioenfonds voor zijn werknemers.
Ontwikkeling In 1909 telde de fabriek zo’n vierhonderd werknemers, die samen goed waren voor de productie van 150 merken sigaren. Het werd tijd voor een flinke verbouwing en uitbreiding van het pand. Architect E.M. Kuiler kreeg deze taak toebedeeld. De fabriek bestond behalve uit de afdeling sigarenmakerij uit een verpakkingszaal en een stripperij. Hier werd de hoofdnerf uit het tabaksblad verwijderd. Dit waren de ruimtes waar de vrouwelijke arbeiders werkten. Daarnaast maakte van oudsher een koffiebran-
derij deel uit van de fabriek. Na de eerste wereldoorlog nam de export van sigaren sterk af. Dit in tegenstelling tot de binnenlandse behoefte. Tel er de opkomst van de sigaret na 1920 bij op en het gevolg was onafwendbaar. Peletier heeft nog geprobeerd zijn sigarenfabriek te redden door de tabakskerverij en de koffiebranderij af te stoten, maar het mocht niet meer baten. Einde tijdperk Peletier.
En nu? In het voormalige fabrieksgebouw aan de Oudegracht is tegenwoordig Altrecht Talent gehuisvest. Deze organisatie biedt mensen met een psychiatrische achtergrond zes dagen per week een dag besteding. Ook begeleidt Altrecht mensen bij het reïntegreren in de maatschappij.
afdeeling sigarenmakerij.
Oudegracht 354 is gebouwd in 1870. Het is het hoofd gedeelte van het samengestelde woonhuis van sigaren fabrikant Ribbius Peletier (1818-1901). De fabriek zélf lag een paar huizen verder, namelijk op nummer 364. Zowel het woonhuis als de fabriek geven allebei op hun eigen manier de smaak van de 19 e eeuw weer. De fabriek door de productie van sigaren, die in deze periode hun hoogte punt kenden. Het sjieke woonhuis van Peletier doordat het pand met allerlei prachtige elementen was uitgevoerd. In de smaak van toen.
De sigaar In Utrecht begon de sigarenindustrie zich vanaf 1840 te ontwikkelen. Het was in die tijd heel gewoon om thuis te werken: voor jezelf, of in opdracht van een ondernemer. Ribbius Peletier was zo’n ondernemer. Hij bracht een aantal sigaren makers samen. Zo richtte Ribbius een van de eerste ‘sigarenfabrieken’ op en werd daarmee Utrechts bekendste sigarenfabrikant. Het is het jaar 1844. Aan het eind van de 18e eeuw was de tijd rijp voor de sigaar. Pijproken was vanaf ongeveer 1580 in trek, later kwam het snuiven en pruimen van tabak in opmars. Na ongeveer 1850 was de sigaar veruit het grootste genotsmiddel als het om tabak gaat. Het sigarentijdperk duurde maar liefst tot de tweede wereldoorlog. De sigaret doet weliswaar zijn intrede na de Krimoorlog van 1855, maar het
duurde tot het eind van de 19e eeuw voordat de sigaret echt doorbrak en de sigaar versloeg. De grote verschillen tussen het roken van sigaren en sigaretten zijn bekend. Sigaren zijn niet bestemd om te inhaleren, maar bedoeld om de sensatie van een specifieke smaak te proeven. Hierdoor onderscheiden de verschillende soorten sigaren zich van elkaar. Het roken van een sigaar duurt gemiddeld zo’n drie kwartier. Omdat je sigaren niet inhaleert, zijn ze niet schadelijk voor de longen zoals sigaretten. Sigaren zijn echter wél schadelijk voor de keel. Nederland is nog altijd de grootste sigaren exporteur van de wereld. Het exportvolume bedroeg in 2007 maar liefst twee miljard sigaren per jaar.
De Gesloten Steen Peletier vestigde zijn fabriek op de Oudegracht 364. Het pand kreeg de naam ‘De Gesloten Steen’. Niet bepaald een logische naam voor een sigarenfabriek. De naam ‘De Gesloten Steen’ heeft dan ook een geschiedenis. Op de hoek van nummer 364 ligt namelijk een zware zwerfsteen, vastgeketend aan een ketting. Volgens de sage rolde de duivel elke nacht met een enorme steen door de stad. Dit veroorzaakte zo’n lawaai dat de mensen er niet van konden slapen. Daarom hebben ze de steen met een zware ketting vastgelegd en keerde de rust terug. Het ware verhaal luidt natuurlijk helemaal anders. De binnenstad was vroeger – vóór 1795 – namelijk verdeeld in acht wijken. De grote steen op de hoek van de Eligenhof en de Oudegracht lag precies op de grens van het kwartier ‘Pekstokken’ en het kwartier ‘Zwarte Knechten’. De bewoners van beide kwartieren schoven de steen ’s nachts steeds een beetje op. Op die manier probeerden ze hun wijk wat groter te maken. Na verloop van tijd kregen ze er genoeg van en besloten de steen aan de ketting te leggen. Vanaf dat moment lag de grens tussen de twee wijken vast. De gevel van Oudegracht 364 is net zoals de steen, van lichtgekleurd graniet.
Maatschappelijk betrokken? Ribbius Peletier was de eerste ondernemer in Nederland die vrouwelijke werknemers in dienst had. Ook kinderen werkten bij hem. Hij had zelfs een aparte afdeling voor vrouwen en kinderen. We schrijven het jaar 1859. Hij beschouwde dit als een vorm van sociaal werk. Hij bood vrouwen immers de kans geld te verdienen, waardoor ze niet op straat kwamen. Bovendien leerden ze ‘burgerlijke normen als zindelijkheid, regelmaat, tucht en gehoorzaamheid’. Veel mensen vonden dat vrouwen en kinderen niet in fabrieken moesten werken en veroordeelden Peletier. In hun ogen maakte de fabrikant juist misbruik van vrouwen en kinderen: ze deden immers hetzelfde werk als mannen, maar tegen een lager loon. En dus ging de winst naar Peletier. In die tijd duurde een werkdag 10 tot 12 uur. En dat in een stoffige en ongezonde omgeving. De Zeven Steegjes Onder de werknemers van Ribbius Peletier bevonden zich veel bewoners van de monumentale Zeven Steegjes. In 1895 schreef Peletier een emotionele brief aan zijn werknemers. Zijn boodschap luidde dat hij
zich wilde terugtrekken uit de fabriek. Peletier was toen 73 jaar. Mr. Pieter Jelles Troelstra, voorman van de SDAP, reageerde furieus op deze brief. Hij noemde Peletier “een beul voor zijn arbeiders die schatten heeft opgestapeld van hún arbeid en hen tot loon steeds uitvloekte, terwijl hij ze zich, als ze oud waren geworden, meestal van den hals wist te schuiven.” Kennelijk heeft de sigarenfabrikant zich dit nogal aangetrokken. Een week later stond er namelijk in de krant dat Ribbius Peletier een bedrag van ƒ 25.000 had gestort in een pensioenfonds voor zijn werknemers.
Ontwikkeling In 1909 telde de fabriek zo’n vierhonderd werknemers, die samen goed waren voor de productie van 150 merken sigaren. Het werd tijd voor een flinke verbouwing en uitbreiding van het pand. Architect E.M. Kuiler kreeg deze taak toebedeeld. De fabriek bestond behalve uit de afdeling sigarenmakerij uit een verpakkingszaal en een stripperij. Hier werd de hoofdnerf uit het tabaksblad verwijderd. Dit waren de ruimtes waar de vrouwelijke arbeiders werkten. Daarnaast maakte van oudsher een koffiebran-
derij deel uit van de fabriek. Na de eerste wereldoorlog nam de export van sigaren sterk af. Dit in tegenstelling tot de binnenlandse behoefte. Tel er de opkomst van de sigaret na 1920 bij op en het gevolg was onafwendbaar. Peletier heeft nog geprobeerd zijn sigarenfabriek te redden door de tabakskerverij en de koffiebranderij af te stoten, maar het mocht niet meer baten. Einde tijdperk Peletier.
En nu? In het voormalige fabrieksgebouw aan de Oudegracht is tegenwoordig Altrecht Talent gehuisvest. Deze organisatie biedt mensen met een psychiatrische achtergrond zes dagen per week een dag besteding. Ook begeleidt Altrecht mensen bij het reïntegreren in de maatschappij.
afdeeling sigarenmakerij.
Oudegracht 354 is gebouwd in 1870. Het is het hoofd gedeelte van het samengestelde woonhuis van sigaren fabrikant Ribbius Peletier (1818-1901). De fabriek zélf lag een paar huizen verder, namelijk op nummer 364. Zowel het woonhuis als de fabriek geven allebei op hun eigen manier de smaak van de 19 e eeuw weer. De fabriek door de productie van sigaren, die in deze periode hun hoogte punt kenden. Het sjieke woonhuis van Peletier doordat het pand met allerlei prachtige elementen was uitgevoerd. In de smaak van toen.
De sigaar In Utrecht begon de sigarenindustrie zich vanaf 1840 te ontwikkelen. Het was in die tijd heel gewoon om thuis te werken: voor jezelf, of in opdracht van een ondernemer. Ribbius Peletier was zo’n ondernemer. Hij bracht een aantal sigaren makers samen. Zo richtte Ribbius een van de eerste ‘sigarenfabrieken’ op en werd daarmee Utrechts bekendste sigarenfabrikant. Het is het jaar 1844. Aan het eind van de 18e eeuw was de tijd rijp voor de sigaar. Pijproken was vanaf ongeveer 1580 in trek, later kwam het snuiven en pruimen van tabak in opmars. Na ongeveer 1850 was de sigaar veruit het grootste genotsmiddel als het om tabak gaat. Het sigarentijdperk duurde maar liefst tot de tweede wereldoorlog. De sigaret doet weliswaar zijn intrede na de Krimoorlog van 1855, maar het
duurde tot het eind van de 19e eeuw voordat de sigaret echt doorbrak en de sigaar versloeg. De grote verschillen tussen het roken van sigaren en sigaretten zijn bekend. Sigaren zijn niet bestemd om te inhaleren, maar bedoeld om de sensatie van een specifieke smaak te proeven. Hierdoor onderscheiden de verschillende soorten sigaren zich van elkaar. Het roken van een sigaar duurt gemiddeld zo’n drie kwartier. Omdat je sigaren niet inhaleert, zijn ze niet schadelijk voor de longen zoals sigaretten. Sigaren zijn echter wél schadelijk voor de keel. Nederland is nog altijd de grootste sigaren exporteur van de wereld. Het exportvolume bedroeg in 2007 maar liefst twee miljard sigaren per jaar.
De Gesloten Steen Peletier vestigde zijn fabriek op de Oudegracht 364. Het pand kreeg de naam ‘De Gesloten Steen’. Niet bepaald een logische naam voor een sigarenfabriek. De naam ‘De Gesloten Steen’ heeft dan ook een geschiedenis. Op de hoek van nummer 364 ligt namelijk een zware zwerfsteen, vastgeketend aan een ketting. Volgens de sage rolde de duivel elke nacht met een enorme steen door de stad. Dit veroorzaakte zo’n lawaai dat de mensen er niet van konden slapen. Daarom hebben ze de steen met een zware ketting vastgelegd en keerde de rust terug. Het ware verhaal luidt natuurlijk helemaal anders. De binnenstad was vroeger – vóór 1795 – namelijk verdeeld in acht wijken. De grote steen op de hoek van de Eligenhof en de Oudegracht lag precies op de grens van het kwartier ‘Pekstokken’ en het kwartier ‘Zwarte Knechten’. De bewoners van beide kwartieren schoven de steen ’s nachts steeds een beetje op. Op die manier probeerden ze hun wijk wat groter te maken. Na verloop van tijd kregen ze er genoeg van en besloten de steen aan de ketting te leggen. Vanaf dat moment lag de grens tussen de twee wijken vast. De gevel van Oudegracht 364 is net zoals de steen, van lichtgekleurd graniet.
Maatschappelijk betrokken? Ribbius Peletier was de eerste ondernemer in Nederland die vrouwelijke werknemers in dienst had. Ook kinderen werkten bij hem. Hij had zelfs een aparte afdeling voor vrouwen en kinderen. We schrijven het jaar 1859. Hij beschouwde dit als een vorm van sociaal werk. Hij bood vrouwen immers de kans geld te verdienen, waardoor ze niet op straat kwamen. Bovendien leerden ze ‘burgerlijke normen als zindelijkheid, regelmaat, tucht en gehoorzaamheid’. Veel mensen vonden dat vrouwen en kinderen niet in fabrieken moesten werken en veroordeelden Peletier. In hun ogen maakte de fabrikant juist misbruik van vrouwen en kinderen: ze deden immers hetzelfde werk als mannen, maar tegen een lager loon. En dus ging de winst naar Peletier. In die tijd duurde een werkdag 10 tot 12 uur. En dat in een stoffige en ongezonde omgeving. De Zeven Steegjes Onder de werknemers van Ribbius Peletier bevonden zich veel bewoners van de monumentale Zeven Steegjes. In 1895 schreef Peletier een emotionele brief aan zijn werknemers. Zijn boodschap luidde dat hij
zich wilde terugtrekken uit de fabriek. Peletier was toen 73 jaar. Mr. Pieter Jelles Troelstra, voorman van de SDAP, reageerde furieus op deze brief. Hij noemde Peletier “een beul voor zijn arbeiders die schatten heeft opgestapeld van hún arbeid en hen tot loon steeds uitvloekte, terwijl hij ze zich, als ze oud waren geworden, meestal van den hals wist te schuiven.” Kennelijk heeft de sigarenfabrikant zich dit nogal aangetrokken. Een week later stond er namelijk in de krant dat Ribbius Peletier een bedrag van ƒ 25.000 had gestort in een pensioenfonds voor zijn werknemers.
Ontwikkeling In 1909 telde de fabriek zo’n vierhonderd werknemers, die samen goed waren voor de productie van 150 merken sigaren. Het werd tijd voor een flinke verbouwing en uitbreiding van het pand. Architect E.M. Kuiler kreeg deze taak toebedeeld. De fabriek bestond behalve uit de afdeling sigarenmakerij uit een verpakkingszaal en een stripperij. Hier werd de hoofdnerf uit het tabaksblad verwijderd. Dit waren de ruimtes waar de vrouwelijke arbeiders werkten. Daarnaast maakte van oudsher een koffiebran-
derij deel uit van de fabriek. Na de eerste wereldoorlog nam de export van sigaren sterk af. Dit in tegenstelling tot de binnenlandse behoefte. Tel er de opkomst van de sigaret na 1920 bij op en het gevolg was onafwendbaar. Peletier heeft nog geprobeerd zijn sigarenfabriek te redden door de tabakskerverij en de koffiebranderij af te stoten, maar het mocht niet meer baten. Einde tijdperk Peletier.
En nu? In het voormalige fabrieksgebouw aan de Oudegracht is tegenwoordig Altrecht Talent gehuisvest. Deze organisatie biedt mensen met een psychiatrische achtergrond zes dagen per week een dag besteding. Ook begeleidt Altrecht mensen bij het reïntegreren in de maatschappij.
afdeeling sigarenmakerij.
Utrechtse Open Monumentendag zaterdag 11 september 2010
Terug naar het woonhuis van Ribbius Peletier Ribbius zelf woonde op de Oudegracht 354. Dit was een groot en sjiek huis. Het pand heeft verschillende functies gehad. Zo is er een verdieping opgezet om een confectiefabriek te huisvesten. En is het zelfs het hoofdkwartier geweest van de NSB. Gelukkig is een aantal originele bouwelementen bewaard gebleven. Het trappenhuis is bij uitstek de blikvanger. Met prachtige ornamenten die je direct terugvoeren naar de nouveau-richetijd. Maar ook de voordeur met het originele deurraampje, de ingemetselde brievenbus en de fraai vormgegeven vensterbanken zijn authentiek. In 1933 betrok de NSB onder leiding van Mussert dit pand. De NSB telde op dat moment ruim 20.000 leden. Hoe lang de NSB haar hoofdkwartier op nummer 354 heeft gehad is niet bekend. Later is het hoofdkwartier overgebracht naar een groot pand aan de Maliebaan. Na de tweede wereldoorlog is het pand leeggehaald en is er een verdieping bij gekomen. Dit was voor de eerdergenoemde confectie fabriek. In 1976 is het pand gesplitst voor bewoning. Het enige oorspronkelijke kenmerk dat herinnert aan de tijd van Peletier is het monumentale trappenhuis.
De smaak van de 19e eeuw
In 1977 is op één meter achter de originele achtergevel een nieuwe, bakstenen gevel gebouwd. Dit is in de moderne bouwstijl gedaan en de achtergevel is voorzien van een ronde toog. De ruimte die tussen de originele en de nieuwe achtergevel is ontstaan is dus beschut en vormt een ideale plek voor de brievenbussen van de bewoners. In totaal biedt het pand ruimte voor 4 woningen: de Oudegracht 354 zelf en de Eligenhof nummers 19, 23 en 25.
Het thema van de Open Monumentendag 2010
Als grootste woningcorporatie in de stedelijke regio Utrecht voelt Mitros zich verantwoordelijk voor haar monumentale bezit. Daarmee levert Mitros een bijdrage aan het culturele erfgoed van Utrecht. Het beheer van monumenten vraagt om specifieke expertise en vaardigheid. Daarom heeft Mitros het beheer van de helft van haar circa 600 monumenten met collega-corporatie De Alliantie gebundeld in Stadsherstel Midden-Nederland. Deze organisatie is vorig jaar tijdens de Open Monumentendag gelanceerd.
is ‘De smaak van de 19 e eeuw’. Mitros sluit graag bij dit thema aan. Hoe werden de zintuigen vroeger geprikkeld? In de 19 e eeuw ging er heel wat tabak in rook op. Daarom is de keus geval len op het pand aan de Oudegracht 354: ooit bewoond door de directeur van de toenmalige sigarenfabriek Ribbius Peletier. Over smaak valt
Hoofdsponsor van de Utrechtse Open Monumentendag
Tekst Mitros | Fotografie Niranyana Fotografie, driejuni en Het Utrechts Archief Ontwerp CARTA communicatie & grafisch ontwerp | Druk ZuidamUithof ©Mitros
0900 245 2452 (lokaal tarief ) of www.mitros.nl
nu eenmaal niet te twisten.
Utrechtse Open Monumentendag zaterdag 11 september 2010
Terug naar het woonhuis van Ribbius Peletier Ribbius zelf woonde op de Oudegracht 354. Dit was een groot en sjiek huis. Het pand heeft verschillende functies gehad. Zo is er een verdieping opgezet om een confectiefabriek te huisvesten. En is het zelfs het hoofdkwartier geweest van de NSB. Gelukkig is een aantal originele bouwelementen bewaard gebleven. Het trappenhuis is bij uitstek de blikvanger. Met prachtige ornamenten die je direct terugvoeren naar de nouveau-richetijd. Maar ook de voordeur met het originele deurraampje, de ingemetselde brievenbus en de fraai vormgegeven vensterbanken zijn authentiek. In 1933 betrok de NSB onder leiding van Mussert dit pand. De NSB telde op dat moment ruim 20.000 leden. Hoe lang de NSB haar hoofdkwartier op nummer 354 heeft gehad is niet bekend. Later is het hoofdkwartier overgebracht naar een groot pand aan de Maliebaan. Na de tweede wereldoorlog is het pand leeggehaald en is er een verdieping bij gekomen. Dit was voor de eerdergenoemde confectie fabriek. In 1976 is het pand gesplitst voor bewoning. Het enige oorspronkelijke kenmerk dat herinnert aan de tijd van Peletier is het monumentale trappenhuis.
De smaak van de 19e eeuw
In 1977 is op één meter achter de originele achtergevel een nieuwe, bakstenen gevel gebouwd. Dit is in de moderne bouwstijl gedaan en de achtergevel is voorzien van een ronde toog. De ruimte die tussen de originele en de nieuwe achtergevel is ontstaan is dus beschut en vormt een ideale plek voor de brievenbussen van de bewoners. In totaal biedt het pand ruimte voor 4 woningen: de Oudegracht 354 zelf en de Eligenhof nummers 19, 23 en 25.
Het thema van de Open Monumentendag 2010
Als grootste woningcorporatie in de stedelijke regio Utrecht voelt Mitros zich verantwoordelijk voor haar monumentale bezit. Daarmee levert Mitros een bijdrage aan het culturele erfgoed van Utrecht. Het beheer van monumenten vraagt om specifieke expertise en vaardigheid. Daarom heeft Mitros het beheer van de helft van haar circa 600 monumenten met collega-corporatie De Alliantie gebundeld in Stadsherstel Midden-Nederland. Deze organisatie is vorig jaar tijdens de Open Monumentendag gelanceerd.
is ‘De smaak van de 19 e eeuw’. Mitros sluit graag bij dit thema aan. Hoe werden de zintuigen vroeger geprikkeld? In de 19 e eeuw ging er heel wat tabak in rook op. Daarom is de keus geval len op het pand aan de Oudegracht 354: ooit bewoond door de directeur van de toenmalige sigarenfabriek Ribbius Peletier. Over smaak valt
Hoofdsponsor van de Utrechtse Open Monumentendag
Tekst Mitros | Fotografie Niranyana Fotografie, driejuni en Het Utrechts Archief Ontwerp CARTA communicatie & grafisch ontwerp | Druk ZuidamUithof ©Mitros
0900 245 2452 (lokaal tarief ) of www.mitros.nl
nu eenmaal niet te twisten.