De netwerkdemocratie; standpunt bepaalt uitzicht door Gerdine van Ramshorst | november 2014 Het project 100×100 onderzocht de stand van zaken betreffende de lokale netwerkdemocratie na de gemeenteraadsverkiezingen en in het najaar van 2014. Tientallen burgerjournalisten hebben hun nieuwe gemeenteraden gevolgd met de vraag: hoe gaat mijn gemeenteraad om met maatschappelijke initiatief? Speelt het netwerk van actieve burgers en sociale ondernemers een rol in het programma van het college? En (waar) zien we de energieke samenleving terug in de gemeentebegroting en de plannen voor de komende periode? Ook ik heb geparticipeerd in dit onderzoek. Voor mijn verkenning naar de stand van zaken met betrekking tot de netwerkdemocratie, sprak ik een initiatiefnemer, een wijkraadvoorzitter en samen met Sofie Smeets drie raadsleden. (Zie bijlages.) In mijn werk heb ik veel te maken met ambtenaren. Ook heb ik diverse rapporten en achtergrond artikelen gelezen die deze dagen in volle omvang verschijnen. Uit die gesprekken, info en contacten blijkt: standpunt bepaalt uitzicht. De ervaringen in het dagelijks leven en de focus die je daarin hebt, bepaalt veel van wat je ziet. Ook politieke - en maatschappij opvattingen kleuren de waarneming en het “geloof” in zaken als zelfredzaamheid en de netwerkdemocratie. In dit verslag geef ik wat voorbeelden uit de interviews en stel ik vragen aan de lezer. Als we weten waar onze verschillende inzichten op gebaseerd zijn, vergemakkelijkt dat het gesprek over en het verder bouwen aan de netwerkdemocratie. Graag doe ik daar aan mee! De politici Uiteraard hebben politici sterke overtuigen over de samenleving en de rol van de overheid daarin. De volgende uitspraken daarover haal ik uit de gesprekken met raadsleden. Raadslid 1 “Ik geloof niet in de American Dream. Niet iedereen komt er automatisch op eigen kracht. Je moet mensen wel faciliteren en soms ook echt ondersteunen. Bewoners weten zelf wat goed is voor hun buurt. Het is belangrijk iets met deze ideeën te doen!” Raadslid 2 “Ik heb een liberale visie, waarin de kracht van het individu belangrijk is. Het is voor mij vanzelfsprekend om naar anderen om te zien als die dat nodig hebben en ik denk dat de samenleving ook zo in elkaar zit. Dat betekent dus ook dat de overheid niet de enige verantwoordelijke is voor bijvoorbeeld zorg.” Raadslid 3 “Een beschaafde samenleving moet goed voor de zwakkeren opkomen en de gemeente speelt daar een belangrijke rol in. Voor mij is het essentieel dat er een focus is op de collectieve toegankelijkheid, om te zorgen dat die er is en dat die blijft.” Ervaringsdeskundigen De wijkraadvoorzitter die ik sprak, heeft al jaren ervaring met burgerinitiatieven en participatie. Hij ziet bijvoorbeeld een groot verschil tussen mondige burgers die ‘energie over hebben’ en groepen burgers die amper het hoofd boven water kunnen houden, die aan het overleven zijn. De verbinding tussen deze groepen is lastig te leggen merkt hij. Zijn bevindingen en opvattingen o.a.: • “De doe-democratie is goed voor mensen die al mondig zijn • Voor de groep die in de overleefmodus zit, is het belangrijk dat eerst hun leven verbeterd wordt Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
• •
Doe-democratie gaat er vanuit dat alles kan en dat is niet zo Leuk die initiatieven, maar niet elk idee is een goed idee!”
De initiatiefnemer uit de wijk die ik sprak, is bezig met een groot initiatief wat al jaren speelt. Uiteraard doet hij dit niet alleen, maar met een grote groep betrokkenen om hem heen. Ze boeken vooruitgang, maar de initiatiefnemer ervaart de ‘samenwerking’ met de diverse overheden (gemeente, provincie, rijk) als zeer moeizaam en energievretend. Zijn ervaring en opvattingen zijn onder andere: • “Vaak wordt gedacht dat bewoners geen deskundigheid bezitten en zich enkel met de plannen bezig houden omdat ze tegen zijn. Dat ze de participatie benutten om het proces te stagneren in plaats van vooruit te helpen. • Alles is met elkaar verweven op politiek en besluitvormingsniveau Ik vroeg me steeds af: waar zit de opening, waar moet ik precies wezen? • Het zou handig zijn als de gemeente vόόr de formele participatie al in gesprek gaat met bewoners over wat er leeft. Dan is er nog ruimte in de plannen.” Aan de lezer Wat is jouw visie op de netwerkdemocratie? Ben je het eens/oneens met de volgende stellingen die je regelmatig voorbij hoort komen? De netwerkdemocratie: • “Is een verkapte manier van de overheid om overheidsbezuinigingen te realiseren.” • “Is een volgende duw in de richting van uitsluiting van de zwakkeren in de samenleving.” • “Luidt een nieuwe fase in van de toch al woekerende diplomademocratie, omdat vooral hoogopgeleid Nederland de nieuwe ruimte weet te bespelen.” • “Is iets waar je het over kunt hebben, maar of er een participatiesamenleving is, wordt door mensen zelf bepaald en blijkt uit hun handelen. Ik zie het overal om me heen!” • “Is het enige alternatief dat ons nog rest, gezien de enorme afstand tussen burgers en overheid en het failliet van de representatieve democratie.” En waar sta je dan als het gaat om iets concreets, zoals het samen inrichten van de leefomgeving in je buurt als burgers onder elkaar? • • •
De gemeente moet voorzieningen regelen, omdat het op buurtniveau een chaos zou worden door te veel verschillende meningen en een te grote invloed van dominante personen. Buurtbewoners moeten verantwoordelijk zijn voor voorzieningen, omdat zij weten wat er speelt en waar behoefte aan is. Het is bovendien goed voor het draagvlak. Er moet een combinatie zijn van een gemeente die toezicht houdt op bestedingen en inspraak van buurtbewoners die het beste inzicht hebben in de problemen en wenselijke oplossingen.
Netwerkdemocratie, omgaan met verschillen Standpunt bepaalt uitzicht en wie bepaald wat waar en mooi is? Is de essentie van (netwerk) democratie niet dat we met verschillen kunnen omgaan en ieder een plek geven in het geheel? Er valt nog veel uit te vinden, af te stemmen, uit te proberen, te leren, beluisteren, bespreken, los te laten, waarderen en met elkaar mogelijk te maken. Volgens natuurvolken heeft elke windrichting specifieke krachten. Ik pleit ervoor om niet om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen in de netwerkdemocratie, maar om de neuzen in alle windrichtingen te houden en ons voordeel daarmee te doen!
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
BIJLAGEN I In gesprek met raadsleden II In gesprek met een wijkraadvoorzitter III In gesprek met een initiatiefnemer IV Andere bronnen: documenten / sites
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
BIJLAGE I
In gesprek met raadsleden
Pepijn Zwanenberg, raadslid Groen Links in Utrecht “Niet iedereen komt er automatisch op eigen kracht” Pepijn is raadslid van Groen Links en zit sinds 2006 in de raad. Van beroep is hij D.J. De uitspraak: ‘het persoonlijke is politiek’ is op hem wel van toepassing. “Mijn persoonlijke leven is verweven met het politieke leven. Ik ben in veel dingen geïnteresseerd en volg mijn passies. Zo kwam ik via de kraakwereld vanzelf terecht in het domein van wonen en huisvesting, Mijn interesse voor en betrokken op kunst, LHBTQ en muziek leidden ook tot politieke acties, zoals het initiatief wat ik nam tot het realiseren van een regenboogzebrapad. Ik vraag me af: is de netwerkdemocratie wel echt anders? Zoeken naar duurzame oplossingen en brede draagvlakken, agenderen wat er speelt is altijd mijn werkwijze geweest. Zo maak ik me bevoordeeld lange tijd al hard om grotere zeggenschap voor zittende bewoners bij de herstructurering van hun buurt te realiseren.” Wat is je visie op de Netwerksamenleving? “Ik geloof niet in de American Dream. Niet iedereen komt er automatisch op eigen kracht. Je moet mensen wel faciliteren en soms ook echt ondersteunen. Een voorbeeld hiervan is de aanstelling van de stadsmakelaar. Hij ondersteunt initiatieven uit de stad. Anderen vonden deze functie niet nodig, de stad zou het zelf wel kunnen. Maar ik vond dat er een tussenstap nodig was, dit gebeurt ook in andere steden. De stadsmakelaar is hartstikke handig als troubleshooter en een duidelijk aanspreekpunt voor burgers.” Vind je het initiatievenfonds een goed hulpmiddel bij het realiseren van de netwerksamenleving? “Met het initiatievenfonds nieuwe stijl is de drempel tot aanvraag hoger geworden door de voorwaarde tot cofinanciering. We moeten wel blijven zorgen dat iedereen toegang blijft krijgen tot de budgetten, dat groepen die het nodig hebben zich kunnen blijven emanciperen.” Hoe zie jij je de rol als raadslid in de netwerksamenleving? “Als raadslid agendeer ik punten in samenwerking met groepen uit de stad, bijvoorbeeld bij de acties voor het behoud van de Sijpesteinkade. Ik moet weten wat er speelt in de stad maar daarnaast moeten mensen mij ook kunnen vinden. Vindbaar zijn is belangrijk. Ik onderhoud contact met diverse sleutelfiguren uit allerlei groepen, bijvoorbeeld ook met Imans. Het is een onderdeel van mijn taak om instanties en de politiek toegankelijk te maken en door te verwijzen. Ik weet hoe de routes lopen en kan mensen verder helpen door te vertellen waar ze moeten zijn en wie ze moeten hebben voor iets. Daarnaast is het belangrijk om door de bekende cirkel van ‘usual suspects’ heen te breken en mensen uit verschillende netwerken bij elkaar te brengen. Dit helpt om massa te krijgen en een echte vuist te maken. Dit is bijvoorbeeld gebeurd om de sloop in Kanaleneiland tegen te gaan, we hebben toen de krachten verzameld. Ik ben nogal van het activistische. “ Ken je een goed voorbeeld van de netwerksamenleving? Pepijn is enthousiast over en betrokken bij: Wishing Well West, een sociale, culturele en groene ontmoetingsplek voor buurtbewoners en kunstenaars. “Bewoners weten zelf wat goed is voor hun buurt. Het is belangrijk iets met deze ideeën te doen! Gezamenlijk proberen ze die mogelijk te maken Iedereen kan hierbij helpen. Werken vanuit een community is een vruchtbare manier van zoeken naar verbinding en verantwoordelijkheid.” Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
Judith Tielen, raadslid VVD in Utrecht “Het is voor mij vanzelfsprekend om naar anderen om te zien als die dat nodig hebben” Als ondernemer in de zorg is het voor Judith Tielen logisch om zich voor de partij bezig te houden met het sociale domein. In haar visie gaat ze uit van eigen kracht en zorg voor de medemens als een natuurlijk gegeven. Het individu is het vertrekpunt, maar die staat middenin in de samenleving. Hoe zie je je rol als raadslid? “Als raadslid heb ik een bestuurlijke taak, maar ik ben vooral vertegenwoordiger van burgers en groepen burgers. Het zijn beide belangrijke taken, maar je moet oppassen dat je niet in het bestuurlijke verdwijnt.” Om dat te voorkomen, maakt ze afspraken, gaat ze in gesprek met burgers, wijkraden en andere partijen in de stad. “We kunnen als overheid niet alles dichtregelen. Ik zie het dan ook niet als mijn taak om voor alles een oplossing te bedenken. Het is ook belangrijk om mensen aan elkaar te koppelen zodat ze het onderling kunnen regelen. Ook kun je als raadslid agenderen: initiatieven ondersteunen met goede wet- en regelgeving. Bijvoorbeeld om initiatiefnemers te helpen als ze tegen obstakels aanlopen.” Hoe kijk je naar de netwerksamenleving? “Ik heb een liberale visie, waarin de kracht van het individu belangrijk is. Het is voor mij vanzelfsprekend om naar anderen om te zien als die dat nodig hebben en ik denk dat de samenleving ook zo in elkaar zit. Dat betekent dus ook dat de overheid niet de enige verantwoordelijke is voor zorg. Toch is de gemeente op dit als het ware een flatgebouw dat tussen de mensen ingezet is, met een eigen controlesysteem en de schatkist onderin de kelder. Dit hoeft niet zo te zijn, mensen in Utrecht kunnen best meer zeggenschap krijgen over wat ze willen aan zorg en hoe dat verdeeld moet worden.” “De gemeente is één van de netwerken die mensen tegenkomen. Burgers hebben verschillende ingangen en wegen om te bereiken wat ze willen. En nogmaals, mijn kerntaken daarbinnen zijn: agenderen – kaderstellen, controleren, aanspreken. En politieke standpunten vertegenwoordigen – de inkleuring ervan.” Op de vraag of je deze taken over zou kunnen dragen aan burgers, reageert Judith niet afwerend. “Maar,” zegt ze, “Veel burgers vinden het prima dat er mensen zijn die deze taak van de overheid op zich nemen, zoals ik bijvoorbeeld. Ik wil op zoek naar zo efficiënt mogelijke oplossingen, geen bureaucratische of naar binnen gerichte samenwerkingen. Dat kan gedeeltelijk misschien door burgers meer te laten doen, maar ik denk niet dat dat het antwoord op alles is. Het lijkt me in ieder geval goed dat de gemeente loslaat waar mogelijk.” “De mensen die het heft in handen willen nemen, moet je de ruimte geven. Zolang de kaders daarvoor maar duidelijk zijn. De voortrekkers kunnen andere, meer afwachtende burgers meenemen en hun enthousiasme delen. Het blijft de taak van de overheid om de balans tussen de verschillende belangen te bewaken, maar als individu moet je zelf de keuze maken om mee te doen, iets te ondernemen.”
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
Hilde Koelmans raadslid SP in Utrecht “Een beschaafde samenleving moet voor de zwakkeren opkomen.” Een maand na haar verkiezing als raadslid in Utrecht voor de SP spreken we Hilde Koelmans. In het dagelijks leven werkt ze aan de re-integratie van ex-psychiatrische patiënten. Als betrokken hulpverlener en politica zet Hilde Koelmans zich in om niet alleen het belang van de cliënten naar voren te brengen, maar ook naar de samenleving te kijken en die, in haar woorden, ‘ontvankelijk’ te maken voor de participatie als thema waar het in het sociale domein steeds meer om gaat. Wat is je visie op de netwerksamenleving? Is het bijvoorbeeld een verantwoordelijkheid van de overheid om voor burgers te zorgen, of kan het ook anders? “In mijn optiek hoort de verzorgingsstaat bij een beschaafde samenleving. Voor mij is het essentieel dat er een focus is op de collectieve toegankelijkheid, om te zorgen dat die er is en dat die blijft. Ik wil wel naar andere vormen kijken, maar ik zie om me heen dat er maar moeilijk een verbinding gemaakt wordt tussen hulpbehoevende burgers en de bestaande overheid. Daar moeten die andere vormen wel aandacht voor hebben.” Hilde Koelmans is kritisch over de ontwikkelingen in het sociale domein: “Wat we nu aan het doen zijn, is niet het opbouwen van een participatiesamenleving. We breken in de decentralisaties ook veel af van wat eerder opgebouwd is aan investering in de samenleving zoals buurthuizen en waardevolle initiatieven. Het is natuurlijk ook een bezuinigingsopgave.” Ze vraagt zich af of we al klaar zijn voor de decentralisaties: “Niemand weet nog hoe het precies gaat. De samenleving moet er nog klaar voor gemaakt worden. Verbindingen tussen sterke en zwakke groepen worden bijvoorbeeld nog slecht gelegd als ik kijk naar bijvoorbeeld Overvecht. Hoe gaan de mensen zonder contacten en vermogens de informele hulp regelen?” “Een beschaafde samenleving moet goed voor de zwakkeren opkomen en de gemeente speelt daar een belangrijke rol in. Als het gaat om verbinding leggen, dan zouden we kunnen overwegen om in Overvecht conciërges voor flats aan te stellen. Zo iemand kan het verschil maken, zorgen dat mensen elkaar leren kennen, fungeren als een schakel in het netwerk van de buurt.” Hoe zie jij je rol als raadslid? “Als politicus heb je de rol om erop toe te zien dat de eisen, bijvoorbeeld van aanbestedingen, goed geformuleerd zijn. Als het gaat om een buurthuis bijvoorbeeld is het belangrijk dat er goed gefocust wordt op de kracht van het buurthuis, dat het netwerk in de buurt kan blijven bestaan en de kennis van de buurt ingezet wordt. Vervolgens is het je taak als politicus om toe te zien dat het inderdaad goed blijft gaan. Mijn rol in de raad is ook te zorgen voor de noodzakelijke waarborgen en voorzieningen, dat niemand tussen de wal en schip valt. De gemeente moet een visie hebben en bijsturen als het niet goed gaat. Ik let daarop.”
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
BIJLAGE II In gesprek met een wijkraadvoorzitter Wybren de Jong wijkraadvoorzitter Zuid in Utrecht De wijkraad als schakel tussen burgers en politiek Sinds oktober 2002 kunnen inwoners van de gemeente Utrecht onder andere via wijkraden invloed uitoefenen op het beleid voor hun wijk. Daarmee beschikken bewoners over een unieke relatie met de gemeente. De wijkraden hebben tot taak het College van Burgemeester en Wethouders te adviseren bij wijkaangelegenheden. De wijkraad Utrecht Zuid omvat de sub wijken Bokkenbuurt, Hoograven, Lunetten en Tolsteeg. Voorzitter Wybren de Jong vertelt over zijn ideeën over en ervaring met participatie in de wijk. “ Als wijkraad heb je de kans om in een vroegtijdig stadium mee te praten over onderwerpen die de wijk aangaan. Je wordt bij de startnotitie al geïnformeerd dat er wat komt. Op onze adviezen moet geantwoord worden. Daarnaast ben je ook een klankbord voor de wijkregisseur. Je leert zo wel hoe de ambtenarij werkt. Vanuit de wijk kijken naar onderwerpen is echt een ander gezichtspunt dan vanuit een inhoudelijke discipline. Bovendien kunnen we signalen doorgeven die wij krijgen van bewoners zoals gevaarlijke verkeerssituaties. Initiatieven worden al langer gestimuleerd en ontplooid in de wijk en hebben al aardig bereik gekregen. Bijvoorbeeld vanuit het project ‘Briljante ideeën’ waarin actief initiatieven en ideeën werden “opgehaald” en waar bijvoorbeeld De Klanksteen uit voort gekomen is. Dat is een muziektent om cultuur en samenhorigheid in de wijk te bevorderen.“ We hebben het over een burgerinitiatief in de buurt, vrij groot van opzet wat gemengd wordt ontvangen door diverse overheden. Zijdelings heeft Wybren er kennis van genomen. “Ik was niet gelijk enthousiast, maar ben voorzichtig omdat ik me er nog niet helemaal in verdiept heb. Ik vind t hartstikke mooi dat mensen dit soort dingen doen. Maar je moet als gemeente bijvoorbeeld ook durven zeggen: het is een mooi idee, maar we zien het gewoon niet zitten. Misschien is t een fantastisch idee, maar initiatiefnemers moeten, wel een reality check doen. Leuke ideeën moeten wel gefinancierd worden Gemeenten moet open en positief zijn naar burgerinitiatieven, maar ook gewoon zeggen: wat is je plan en hoe kun je het een goed plan maken? Het kost wel geld en een plan moet wel passen. Doe-democratie gaat ervanuit dat alles kan en dat is niet zo. Niet elk idee is een goed idee.” Utrecht Zuid kent bijzonder gemêleerde wijken en buurten. Er zijn achterstandsgebieden en goede buurten, er wonen veel allochtonen, yuppen, gezinnen, maar ook studenten en er zijn diverse seniorencomplexen. De participatie samenleving gaat ervan uit dat iedereen elkaar wat helpt. Zie je voor jezelf een rol om de verschillenden netwerken aan elkaar te knopen? “ Wat je ziet is dat de verschillenden netwerken uit de achterstandsgebieden en goede buurten elkaar weinig tegen komen behalve op de school, in de openbare ruimtes en winkels. Behoeftes van de verschillende groepen zijn verschillend, er zijn weinig overlappende interesses en overeenkomsten. Ik zie weinig common ground waarover je met elkaar gelijkwaardig kunt praten.
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
Is de common ground niet de wijk? “Voor mij is het een drijfveer de wijk een beetje beter te maken. Dat is anders als je bezig bent met overleven. Er zijn echt veel problemen achter sommige voordeuren. Dan ben je met hele andere dingen bezig, zoals de dag doorkomen en aan het eind van de maand geld overhouden. Dan kun je het niet opbrengen ook nog eens voor zaken in de wijk te zorgen. Mensen zijn in eerste instantie betrokken op hun eigen leven. Ik zie het wel als onze taak sociale initiatieven in stand te houden. Ontmoetingen blijven organiseren en leuke dingen doen met elkaar.” “In de bijeenkomsten rond de autobranden zag ik common ground. Het was een van de meest gemixte bijeenkomsten die ik meemaakte in de wijk. Iedereen had er mee te maken.” “Hoe belangrijk het ook is dat je elkaar ontmoet, je moet er ook niet teveel van verwachten. Voor de groep die in de overleefmodus zit is het belangrijk dat eerst hun leven verbeterd wordt. Het initiatief van de mozaïek bank en andere leuke culturele initiatieven komt uit hele andere buurten. De doedemocratie is goed voor mensen die al mondig zijn en de ambtenarij toch al weten te bereiken. Zelf ben ik niet zo gefocust op verbinding en ontmoetingen maar ben ik meer op ruimtelijke ordening georiënteerd. Dan kijk je naar problemen. Hulp is nodig in bepaalde complexen, straten. Daar moet wat en dat zie je, dat is evident. Daar richt ik me graag op. Het is een uitdaging voor ons als wijkraad om ook in dit soort situaties de mensen te bereiken die ons nodig hebben. ”
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
BIJLAGE III In gesprek met een initiatiefnemer John Buitink initiatiefnemer van A Living Wall “Bewoners worden beleefd als kikkers die alle kanten uit de pan springen, te onvoorspelbaar.” A Living Wall is een concept om gezondere luchtkwaliteit te genereren en de geluidsoverlast te verminderen en ruimtelijke meerwaarde voor een woonwijk te realiseren. Naar aanleiding van het project De Ring Utrecht van Rijkswaterstaat (verbreding A27 en A12) besloot een aantal bewoners van de Utrechtse wijk Lunetten in beweging te komen en een positieve bijdrage te leveren aan hun directe leefomgeving. Hun woonwijk is omringd door snelwegen (A27, A12), een drukke gemeentelijke weg (de Waterlinieweg) en het spoor. A Living Wall is niet één project, maar een combinatie van ideeën die samen zorgen voor een betere leefomgeving. Dit burgerinitiatief ondersteunt de bewoners, die op een positieve wijze een bijdrage willen leveren aan het verbeteren hun directe woonomgeving. Hoe A Living Wall er precies uit gaat zien is nog volop in ontwikkeling. Een van de ideeën betreft een multifunctionele en duurzame geluidsmuur, die bijdraagt aan het energieneutraal maken van de wijk. Hoe is het begonnen en waar is het dit initiatief om te doen? Het begon met de startnotitie A12 in december 2008. Hierin was sprake van een aantal alternatieven om de Ring Utrecht, waarlangs de wijk Lunetten ligt, uit te breiden. John was als privépersoon geïnteresseerd. Hij vertelt: “Er werd vooral maatschappelijk kabaal gemaakt omtrent de aantasting van het landgoed Amelisweerd, maar verder was het stil. Ik diende zelf al een zienswijze in maar op verzoek van het Bewoners Overleg Lunetten uiteindelijk namens een grotere groep bewoners” Het initiatief Living Wall begon feitelijk met het organiseren van een voorlichtingsbijeenkomst in januari 2010 voor de wijk over de op handen zijnde plannen. Daar kwam een groep van zo’n 30 personen uit van mensen die tegen de uitbreiding van de Ring Utrecht waren en er wel wat aan wilden doen. Zij verenigde zich in de bewonersgroep "Laat Lunetten niet Stikken". Het ging John niet zozeer om wel of geen verbreding, maar vooral om schonere lucht en een stillere, verbeterde leefomgeving. Ook in de bestaande situatie was daar behoefte aan. Wat te doen? Het was iets bovenwettelijks wat de bewoners vroegen, de gemeente voldeed al aan de wettelijke voorwaarden. Dat betekende dat er waarschijnlijk geen geld van de overheid te verwachten zou zijn voor investeringen. Er moest dus een verdienmodel komen, zo was de gedachte. Als snel ontstond het idee voor een ‘gebouw’ met multifunctionele toepassingen waaronder luchtfiltering en geluiddemping, wat d.m.v. studentenhuisvesting te financieren moest zijn. Dit idee, verbeeld in een mooie impressie (er waren architecten betrokken) werd getoond op een Raad Informatie Avond. En ging een eigen leven leiden. Achteraf vind John dat niet handig aangepakt. Het concrete voorstel leverde veel aandacht maar ook veel weerstand op. “We gingen veel te snel van probleem naar oplossing. Voor het thema een schoner en stiller Lunetten waren veel meer mogelijkheden. We zouden winst kunnen maken op meerdere terreinen als we ideeën met elkaar vervlechten, zoals later gebeurde. Bijvoorbeeld met de renovatie van het Afvalscheidingsstation Lunetten. Omwonenden hebben daar veel last van en het geeft gevaarlijke verkeerssituaties. We wilden het verplaatsen en opnemen in ons plan voor de Living Wall. We kregen niet helemaal ons zin, maar in gesprek met de wethouder bleek het wel mogelijk een modulair systeem te gebruiken waardoor het afvalscheidingsstation op termijn makkelijk verplaatsbaar is” Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
Het concept A living Wall heeft aantrekkingskracht. Meerdere partijen treden in contact met de initiatiefgroep omdat zij zien dat er gemeenschappelijke belangen liggen. De ontwikkelaars van de A12 zone, Natuur en Milieu Utrecht, Rijkswaterstaat, landschapsarchitecten, een aantal universiteiten. De contacten liggen breed. Ook met het ministerie van I&M Wat kom je tegen als je als bewonersgroep zo’n wijkinitiatief organiseert? “Het groeit organisch zo’n initiatief”” aldus John. “Uiteraard maak je fouten, daar leer je van. Zo heb ik ontdekt: Je moet mensen niet zeggen wat ze moeten doen, maar de tijd geven om uit te zoeken wat ze willen doen. Dat kun je niet opleggen. Als je weet wat je mist kun je alsnog mensen vragen dat te doen. Er zijn mensen die concrete klussen willen doen maar ook die juist de abstracte plannen willen lezen en becommentariëren of bewoners willen mobiliseren. Je hebt ze allemaal nodig, soms in een heel ander stadium. Je eigen rol ontdekken, toe-eigenen en expliciet maken hoort erbij. Dat is een proces, je leert gaandeweg dat het zo gaat. Gaande weg zijn er inmiddels zo’n 50 buurtbewoners zij betrokken (geweest) Informatieavonden worden door zo'n 80 tot 130 bewoners bezocht. We hadden er meer uit kunnen halen als we in het begin meer kleurverschillen hadden kunnen laten bestaan. Zo’n uitbreiding van de snelweg gaat al snel of je voor of tegen bent, je belandt in een discussie. Terwijl ik eigenlijk uit was op een schoner en stiller lunetten en dat kun je met veel meer benaderingswijzen bereiken. Er zijn meerdere wegen naar Rome die je tegelijk kunt bewandelen.” “Je schiet snel tekort in de communicatie naar de buurt. Wat je doet, waarom en wat je bereikt. Het goed uitventen daarvan is lastig. Misschien zou je daar in gefaciliteerd kunnen worden door de overheid.” Hoe zijn de contacten en samenwerking met de overheden geweest tot nu toe? “De overheden hebben met grote voorzichtigheid op ons initiatief gereageerd. Instanties als de KvK en NMU zijn veel duidelijker over hun richting. Contacten met het ministerie van I&M gaven mij de indruk te maken te hebben met een veelkoppig monster. Veel onzichtbare krachten, met black boxen die niemand precies kent. Een concept vinden ze al snel te abstract waardoor ze er niets mee kunnen en een concreet idee is teveel van dit of dat, waardoor het niet kan. Alles is met elkaar verweven en ik vroeg me steeds af: waar zit de opening?” “Voor de gemeente geldt een soort gelijk verhaal. Je hebt ambtenaren en je hebt regels. Sommigen schermen daarmee, anderen benaderen je meer als persoon. Er zijn ambtenaren die zich bezig houden met participatie als opdracht maar voor anderen is dat thema niet zo belangrijk. Communicatie is niet vanzelfsprekend, al is het maar meepraten over de kleur van de plantenbakken in je buurt. Het is handig vόόr de formele participatie al in gesprek te gaan met bewoners over wat er leeft. Enkele ambtenaren doen dit al jaren en hebben er profijt van: ze worden minder teruggefloten in de rest van het traject. Het helpt als de gemeente een duidelijk aanspreekpunt in de buurt weet, dan nemen ze sneller contact op. Maar dat geld niet voor alle clubs. Zo wil Rijkswaterstaat alleen met bewoners praten, wanneer het over hun directe 'achtertuin' gaat . Wordt die achtertuin een groter gebied van b.v. meerdere wijken dan wil zij dat de bewoners door een formele organisatie worden vertegenwoordigd. Bijvoorbeeld een natuurorganisatie die in de regel nauwe contacten heeft met bewonersgroepen en deels overeenkomstige belangen heeft. We hebben echter gemerkt dat een Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
maatschappelijk organisatie niet de specifieke belangen van bewoners vertegenwoordigt. Zij heeft een eigen beleid wat eenvoudig strijdig kan zijn met bewonersbelangen.” “Bewoners worden beleefd als kikkers die alle kanten uit de pan springen, te onvoorspelbaar, te divers. Verder wordt vaak gedacht dat bewoners geen deskundigheid bezitten en zich enkel met de plannen bezig houden omdat ze tegen zijn en de participatie benutten om het proces te stagneren.” “Eigenlijk hebben de bewoners een geschil met het bestuur over het genomen besluit . RWS voert (slechts) uit en heeft de opdracht de omgevingsparticipatie te organiseren. Zij kan niets veranderen aan de gekozen oplossingsrichting. En in het voortraject over de te kiezen oplossing zitten burgers niet aan tafel…” John is nu zo’n 4,5 jaar bezig met dit initiatief Wat levert het op? “Allereerst ben ik er zelf maatschappelijk veel wijzer van geworden. Contacten met zoveel mensen en instanties hebben me inzicht gegeven in hoe balletjes rollen, hoe de maatschappij functioneert. En als initiatiefgroep heb je zeker invloed. Door een bezoek van de minister is bijvoorbeeld de groenstrook gehandhaafd in het ontwerp voor wegverbreding, het afvalscheidingsstation is modulair opgezet, we zitten aan tafel als het gaat om de inrichting van het A12 gebied. Ook zijn er plannen van tafel gegaan door ons zoals het idee voor een knooppunt met drie wegen boven elkaar. Inmiddels liggen er zoveel lijntjes en contacten dat het een kwestie van tijd is voor er iets concreets gaat gebeuren. Als bewoners heb je natuurlijk geen middelen, die moeten elders vandaan komen. Wat we wel kunnen en ook doen is het netwerk bouwen, kleine initiatieven nemen, verbindingen leggen en ideeën geven. Er ligt nu op proces en mogelijkheden al zo veel moois. Op een gegeven moment schiet iemand de bal in het goal!”
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.
BIJLAGE IV Andere bronnen: documenten / sites • • • • • • • • • • • •
http://www.scp.nl/Publicaties/Alle_publicaties/Publicaties_2014/Rijk_geschakeerd http://www.rijksoverheid.nl/documenten-enpublicaties/publicaties/2013/07/09/kabinetsnota-doe-democratie.html http://www.gelderlandsociaal.nl/upload/Samen_winnen.pdf http://www.duurzaamdoor.nl/sites/default/files/Tien%20kansen%20voor%20de%20energieke %20ambtenaar.pd http://www.k2.nl/media/245709/20140527_literatuurlijst_transitie_sociaal_domein.pd http://social-enterprise.nl/wp-content/uploads/2014/03/Ja_maar_DEF_pdf-bestand.p http://www.youtube.com/watch?v=Oz5xLSoBjOM Masterclass David van Reybrouck http://www.nsob.nl/organisatie/bestuur/twist-publicaties/ http://www.adviesorgaan-rmo.nl/Publicaties/Adviezen/Terugtreden_is_vooruitzien_juli_2013 http://www.utrecht.nl/college-van-b-en-w/utrecht-maken-we-samen/festival-utrecht-makenwe-samen/ http://100x100.nl/ http://issuu.com/voltastraat/docs/100x100_magazine Het landelijke eindverslag in de vorm van een magazine
Zijn we klaar voor de netwerkdemocratie? Een verkenning in het Utrechtse door Gerdine van Ramshorst als correspondent voor 100x100 . ‘In gesprek met raadsleden’ i.s.m. Sofie Smeets. Mei – November 2014.