Evaluatienota besteding reintegratiedeel Participatiebudget
Projectleider
R. Teijema
Afdeling
Samenlevingszaken
Datum
Oktober 2013
Behandeling
status
Vastgesteld
Projectnummer Opdrachtgever Identificatie
College B&W
3
3
Inhoudsopgave
INLEIDING 1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7
EVALUATIE 2013 EVALUATIENOTA 2013 DE INSTROOM DOORSTROOM VAN PARTICIPATIE NAAR RE-INTEGRATIE BEVORDEREN UITSTROOM BESTANDSAFNAME FINANCIËLE GEVOLGEN CONCLUSIE
Bladzijde 6 7 7 7 8 9 10 11 11
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
DE ARBEIDSMARKT DE VRAAGZIJDE DE AANBODZIJDE MATCH VRAAG EN AANBOD DE KANSEN CONCLUSIE
12 12 12 12 13 13
3. 3.1 3.1.1 3.1.2 3.2 3.2.1 3.2.2 3.3
ONTWIKKELINGEN KORTE TERMIJN, 2014 FINANCIËN AANSCHERPING WWB JULI 2014 2015 EN VERDER FINANCIËN OVERIGE ONTWIKKELINGEN CONCLUSIE
14 14 14 14 15 15 15 16
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
PLAN VAN AANPAK 2014 BEPALENDE FACTOREN DOELSTELLINGEN WAT IS DAAR VOOR NODIG WAT GAAN WE DOEN REGIONALE SAMENWERKING FINANCIEEL
17 17 16 17 17 17 16
5
5
INLEIDING In januari 2013 heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bussum de evaluatie1 van de Nota Besteding Re-integratiedeel Participatiebudget 2011-2014 vastgesteld en met de raad gedeeld. De raad heeft haar instemming uitgesproken en de aanpak mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage uit de Reserve werk beschikbaar te stellen. In maart 2013 is Opstap Naar Werk (hierna ONW) van start gegaan. In dit project wordt een opeenvolgende en logische reeks van instrumenten ingezet om de cliënten op de hoogste treden van de arbeidsmarkt beter te ondersteunen bij het vinden van een baan. De cliënten die
door
een
arbeidsmarkt
belemmering
afstaan
worden
iets
verder
met
korte
van
de
trajecten
bijgestaan bij het wegnemen van de belemmeringen om zo te kunnen instromen in ONW. Door
deze
werkwijze
ontstaat
6
een
intensievere
begeleiding, waarin cliënten ook meer aangesproken (kunnen) worden op hun eigen verantwoordelijkheid en houding. Zowel bij cliëntmanagers als cliënten vroeg dat een cultuuromslag omdat niet meer de belemmeringen leidend zijn, maar vooral de kansen. Nu, na ruim een half jaar kan de eerste evaluatie plaatsvinden en kunnen de doelstellingen voor 2014 worden bepaald. Voor u ligt het evaluatierapport met daarin de evaluatie van de resultaten in 2013 (hoofdstuk 1), een analyse van de arbeidsmarkt (hoofdstuk 2), een overzicht van ontwikkelingen (hoofdstuk 3) en het plan van aanpak en doelstellingen voor 2014 (hoofdstuk 4).
1
Evaluatie Participatienota 2012, Nota Besteding Re-
integratiedeel Participatiebudget 2011-2014. Januari 2013.
6
1. EVALUATIE 2013
van dit jaar ten opzichte van dezelfde periode in 2012 slechts toegenomen met 17%. Voor Bussum is dit een
1.1 EVALUATIENOTA 2013 In januari 2013 heeft het college van Bussum de Evaluatie Participatienota 2012 vastgesteld. In deze nota heeft het college de volgende doelstellingen voor 2013 opgenomen: •
Beperken van de instroom
•
Optimaliseren van de doorstoom van participatie naar re-integratie
•
Optimaliseren uitstroom
Dit moest in 2013 leiden tot een bestandsreductie van 14%. In absolute aantallen betekende dat voor Bussum, Muiden en Naarden samen een afname van 95 uitkeringen. Om dit te bereiken is het project Opstap naar Werk gestart waarbij een reeks van logische opeenvolgende instrumenten wordt ingezet om de cliënt te ondersteunen bij het vinden van werk. In de Evaluatie Participatienota 2012 zijn daarbij de volgende uitgangspunten benoemd: • • • • • • •
1.2
Focus op arbeidstoeleiding. Werkgeversbehoefte is hierbij het uitgangspunt. Versterking aanbod banen. Sterk sturen op beperking van de instroom. Sterk sturen op doorstroom. Activering mogelijk voor hen die dat nodig hebben. Korte trajecten van maximaal 3 maanden.
DE INSTROOM
groei van 18%, voor Muiden 20% en voor Naarden 14%. Geconcludeerd kan worden dat de instroom, ondanks een fors toegenomen aantal aanvragen, veel minder is gegroeid. Hier doet zich het effect van de verbeterde poortwachtersfunctie, zie hierna, blijken.
DE POORTWACHTERSFUNCTIE Om de instroom te beperken is in 2013 nog intensiever ingezet op de poortwachtersfunctie. Hierbij is de focus sterker
komen
te
liggen
op
rechtmatigheid
en
handhaving. Om de kwaliteit van de beoordeling van de aanvragen te waarborgen worden alle uitkeringstoewijzingen of – afwijzingen getoetst door een juridisch medewerker. Hiermee is een extra slag gemaakt.
7
Daarnaast heeft de handhaver reeds aan de poort een grote rol gekregen om er voor te zorgen dat alleen een uitkering wordt verstrekt indien daar recht op is. Met behulp van risico gestuurd handhaven is hierbij voor de risicogroepen extra aandacht. Bovendien wordt vanaf het eerste contact de focus op werk gelegd. De tijd tussen een uitkeringsaanvraag en plaatsing in ONW is zeer kort om te zorgen dat de cliënt actief blijft. Overigens worden uitkeringen doorgaans binnen 3 tot 4 weken toegekend, terwijl dit landelijk 5 tot 6 weken is. Als resultaat van de bijgestelde werkwijze aan de poort is het preventieve effect sterk verbeterd. Het aantal
CIJFERS
aanmeldingen
De eerste doelstelling voor 2013 is het beperken van de
afgenomen tot ongeveer 70%. Het aantal ingediende
instroom. Een belangrijke factor bij het instroomvolume
aanvragen dat wordt toegewezen is verminderd tot 70%
is de landelijke economische ontwikkeling. Helaas blijkt
waar dat landelijk gemiddeld op ruim 85% ligt.
deze in 2013 aanhoudend slecht, waardoor het aantal
Bovendien is het aantal cliënten dat alsnog de aanvraag
aanvragen van een WWBuitkering ook in 2013 explosief
intrekt na de invoering van ONW enorm toegenomen,
is blijven stijgen. Er heeft zich in de eerste negen
van 2,5% in de eerste negen maanden van 2012 naar
maanden voor Bussum, Muiden, Naarden een stijging
7,3% in 2013. Hier laat zich het effect zien dat inwoners
van 83% voor gedaan ten opzichte van de zelfde periode
afzien van een uitkering nadat hen duidelijk is geworden
in 2012. Voor Bussum bedroeg dit percentage 67%, voor
wat er in ONW van hen wordt verwacht.
dat
resulteert
in
een
aanvraag
is
Muiden 71% en voor Naarden 90% CONCLUSIE De instroom, daadwerkelijk toegekende uitkeringen, is
De
voor onze drie gemeenten in de eerste acht maanden
poortwachtersfunctie tot twee effecten heeft geleid. Ten
conclusie is
dan
ook
dat
de aangescherpte
7
eerste leidt een aanmelding minder vaak tot het indienen
afstand tot de arbeidsmarkt te zijn toegenomen.
van
Daardoor zijn er minder cliënten op korte termijn voor te
een
aanvraag.
Daarnaast
wordt
een
kleiner
percentage van de aanvragen toegewezen.
bereiden op ONW. Dit vormt een risico voor de het
Dit duidt op een sterke optimalisatie van de beperking
benodigde volume van ONW.
van de instroom. Deze doelstelling is dan ook behaald. Daarnaast is ook in deze voorfase gebleken dat er
1.3 DE DOORSTROOM VAN PARTICIPATIE NAAR RE-INTEGRATIE
beduidend meer motivatieproblemen leven dan verwacht werd. Deze motivatieproblemen leiden er toe dat sommige cliënten zich gedragen als weigerachtigen, in
De tweede doelstelling voor 2013 betreft de doorstroom
gedrag en in daad. Deels is dit te verklaren doordat in de
van participatie naar re-integratie. De belangrijkste
oude situatie gekeken werd naar de belemmeringen van
filosofie hier is dat belemmeringen en beperkingen niet
de cliënt, hierdoor kon de motivatie op de achtergrond
het uitgangspunt mogen zijn. Juist wat men nog wel kan
raken. Bij ONW ligt de nadruk op de mogelijkheden en
of wat men te boven kan komen geeft kansen op werk.
kunnen belemmeringen niet meer als excuus gebruikt worden. Het wordt dus steeds sneller duidelijk als een
Allereerst is gestart met het actualiseren van het
cliënt zich weigerachtig opstelt.
cliëntbeeld. Daartoe zijn zeer veel cliënt gesprekken
Doordat per 1 juli de mogelijkheden om in deze gevallen
gevoerd. In gesprekken met de cliënt is in beeld gebracht
een maatregel op te leggen zijn vergroot, lijkt dit gedrag
welke mogelijkheden de cliënt heeft. Naast de
in de meeste gevallen goed bestreden te kunnen worden.
mogelijkheden en de kansen komen toch vaak ook de
Dit zonder dat er daadwerkelijk veel maatregelen
belemmeringen boven drijven. Deze zijn weer het
opgelegd hoeven te worden.
aanknopingspunt voor het inzetten van trajecten die
Verder lopen cliënten er tegen aan dat het deelnemen
binnen korte tijd de belemmeringen kunnen wegnemen,
aan ONW en het solliciteren betekent dat het veilige en
zodat de focus weer op de mogelijkheden komt te liggen.
bekende moet worden losgelaten. Sommigen moeten
Het gaat dan bijvoorbeeld om het opstarten van
ondersteund worden bij het over deze drempel heen
schuldhulpverlening, trajecten om medische beperkingen
stappen.
op te heffen en kortdurende cursussen, gericht op arbeidsvaardigheden. Na succesvolle afronding van het
Uit de resultaten blijkt dat de screening van het bestand
traject kan de cliënt doorstromen naar ONW.
en de ingezette traject hebben geleid tot een verschuiving binnen de doelgroepen. Gebleken is dat
De achterliggende gedachte is tweeledig. Allereerst
een verschuiving binnen de treden 1, 2 en 3 van de
natuurlijk het ondersteunen van de cliënt richting
participatieladder heeft plaatsgevonden. Er zijn veel
economische zelfstandigheid. Anderzijds wordt op deze
cliënten vanuit trede 3 heringedeeld in de lagere treden 1
wijze gezorgd voor een constant aantal cliënten dat kan
en 22. Dat is de groep cliënten die zich in eerste instantie
instromen in ONW.
op participatie richt. De groep die met behulp van korte trajecten kan doorstromen naar ONW is dus kleiner
Inmiddels is het hele cliëntenbestand gescreend en
geworden.
opnieuw ingedeeld op de participatieladder.
Tegelijkertijd blijkt echter ook een duidelijke stijging
Het blijkt echter dat de daadwerkelijke mogelijkheden van
richting trede 4/5. In 2012 was nog 14,6% van de cliënten
een deel van onze cliënten slechter zijn dan in eerste
van Bussum, Muiden, Naarden ingedeeld in trede 4 en 5
instantie verwacht. Dit houdt onder andere verband met
van de Participatieladder. In 2013 maakt deze groep
het feit dat de gehanteerde Participatieladder vooral
22,6% van het cliëntenbestand uit, een duidelijke groei.
gericht is op de mogelijkheden van cliënten en minder
Deze cliënten die zich kunnen richten op het vinden van
inzicht geeft in de belemmeringen. Bij de screening van
reguliere arbeid en kunnen instromen in ONW gegroeid.
het cliëntenbestand zijn deze mogelijkheden en belemmeringen duidelijker in beeld gekomen. Na de screening en herindeling bleek de groep met een grotere
2
Tabel 1 in Bijlage 1
8
8
CONCLUSIE
groot zijn, dan wordt gekeken of met behulp van
De doorstroom is op gang gekomen wat blijkt uit de groei
proefplaatsingen of loonkostensubsidie een reguliere
van de groep cliënten die gereed is voor plaatsing in
baan gevonden kan worden.
ONW. Daar staat tegenover dat bij de bestandsscreening meer belemmeringen boven water zijn gekomen. Dit
De resultaten
heeft automatisch tot gevolg dat de groep met een grote
In het project Opstap Naar Werk is vanaf 1 maart 2013
afstand in vergelijking met vorig jaar ook gegroeid is.
wekelijks een groep gestart. Voor een deel van onze
Door de screening van het cliëntenbestand zijn de
inwoners heeft dit succes gebracht in de vorm van het
belemmeringen en mogelijkheden per cliënt beter in
vinden van een reguliere baan.
beeld. Hierdoor kunnen wij ook gerichter
In de aanloopfase, die langer heeft geduurd dan
voorbereidingstrajecten aanbieden om de cliënten de
verwacht, zijn een aantal remmende factoren ervaren.
stap naar ONW te laten maken.
Cliënten kampen met meer motivatieproblemen, taalachterstanden en belemmeringen dan verwacht.
1.4
BEVORDEREN UITSTROOM
Daarbij komt dat pas per 1 juli jl. de maatregelverordening een passend handvat geeft om
De derde doelstelling voor 2013 is het bevorderen van de
echte weigerachtige cliënten via een sanctie te bewegen
uitstroom richting reguliere arbeidsmarkt. Uit de
tot een andere houding. Uit onderzoek is gebleken dat,
resultaten over de eerste acht maanden blijkt dat voor
zeker op korte termijn, sancties een goed middel zijn om
Bussum, Muiden en Naarden de uitstroom ten opzichte
de motivatie van cliënten te verhogen.4
3
van 2012 met 23 % is toegenomen . Dit betreft een
Het strengere sanctieregime werkt kennelijk al
toegenomen uitstroom van 29 uitkeringen. Deze toename
preventief. De dreiging van een substantiële korting op
is vooral het gevolg van de uitstroom in verband met
de uitkering is al voldoende voor cliënten om het gedrag
rechtmatigheid. Er is vooral een toename te zien van het
aan te passen. Hierdoor is minder vaak dan verwacht
aantal beëindigde uitkeringen in verband met het
daadwerkelijk een sanctie noodzakelijk geweest. Dit blijft
aangaan van een relatie, bereiken van de AOW leeftijd,
dus beperkt tot de echt weigerachtigen..
overlijden en het niet verstrekken van inlichtingen. Dit laatste past ook bij de intensievere inzet van de
Nu we binnen ONW meer uitgaan van de mogelijkheden
poortwachtersfunctie. Verder valt op dat het aantal
en voortdurend met de cliënt bezig zijn, vervalt de
cliënten dat bedankt voor een uitkering is gestegen naar
mogelijkheid zich te verschuilen achter belemmeringen
7 cliënten.
en komt een gebrek aan motivatie sterker tot uiting. Deze belemmeringen hebben er voor gezorgd dat er voor
OPSTAP NAAR WERK (ONW)
een aangepaste begeleiding en binnen de systematiek voor meer individueel maatwerk gekozen is. Na de zomer
De werkwijze
is het proces aangepast. Vanaf de intake stemmen
In maart 2013 is het project Opstap Naar Werk van start
klantmanager, werkcoach en trainer nu af op welke wijze
gegaan. Dit project wordt gevormd door een logisch
de cliënt het beste ondersteund kan worden. Na vier en
opvolgende reeks van instrumenten waarmee de cliënt
na acht weken volgt een evaluatie, waarbij besloten
wordt ondersteund bij het vinden van werk. In eerste
wordt of de cliënt in de groep verder wordt begeleid of
instantie wordt uitgegaan van de eigen kracht van de
dat de matchmaker de begeleiding al eerder overneemt.
cliënt, die waar nodig wordt ondersteund. Zo wordt
Op deze wijze kan flexibel worden aangesloten op de
gestart met een sollicitatietraining gevolgd door een
behoefte van de cliënt.
sollicitatiepracticum. Indien blijkt dat dit niet voldoende is, wordt een matchmaker ingeschakeld. Als ook dit niet tot
Daarnaast zorgt de aanhoudende economische crisis er
uitstroom leidt wordt een kortdurend re-integratietraject
voor dat werkgevers terughoudend zijn bij het aannemen
ingezet. Mocht de afstand tot de arbeidsmarkt dan nog te 4 3
Zie tabel 2 en grafiek 1 in Bijlage 1
Beter een stok dan een wortel. P. Koning, november
2012.
9
9
van nieuw personeel. Voor onze doelgroep betekent dit
ondersteuning geboden. Bij motivatieproblemen wordt dit
dat werkgevers veelal slechts bereid zijn om nuluren
met maatwerk opgepakt.
contracten, proefplaatsingen of tijdelijke contracten aan
De resultaten zijn door de langere aanloopperiode nog
te bieden. Hierdoor gaan mensen wel aan het werk, maar
niet volledig tot uiting gekomen. Dit is mede het gevolg
is het inkomen onvoldoende om gedurende langere tijd
van de verdere achteruitgang van de vraag op de
uitkeringsonafhankelijk te worden. Deze gevallen tellen
arbeidsmarkt.
(nog) niet mee als uitstroom.
1.5
BESTANDSAFNAME
Voor 46 Bussumse, Muidense en Naardense cliënten is in de eerste acht maanden de uitkering beëindigd
De voorgaande doelstellingen (beperken instroom,
wegens werkaanvaarding of de start als ondernemer. Dit
bevorderen doorstroom en uitstroom) moesten leiden tot
is net onder het niveau van de eerste acht maanden in
een bestandsafname van 14%.
2012. Dit heeft te maken met omzetting van de werkwijze
Het cliëntenbestand is in de eerste acht maanden van
en een intussen verslechterende arbeidsmarkt.
2013 licht toegenomen, met 2,8%6. Ondanks dat dit ten
Ten opzichte van de tweede helft van 2012 is echter
opzichte van de landelijke ontwikkeling, een toename van
weer een toename zichtbaar. Ondanks de economische
7,5%, een gunstig resultaat is, is de gewenste
tegenwind is ONW er in de eerste twee tertalen van
bestandsafname nog niet behaald.
2013 toch in geslaagd om meer cliënten te laten uitstromen dan in het laatste tertaal van 2012.5 In de
Er is een aantal factoren aan te wijzen waardoor de
periode mei tot en met augustus 2013 lag dit aantal 55%
bestandsafname niet volgens de doelstellingen verloopt.
hoger dan eind 2012. Sinds het eerste tertaal van 2012
De instroom was veel hoger dan verwacht, de
was dit het hoogste aantal beëindigingen in verband met
bestandsanalyse viel ongunstig uit, er bleken bij cliënten
werkaanvaarding.
meer motivatieproblemen en belemmeringen dan verwacht en werkgevers beperken zich vooral tot
Buiten werkaanvaarding is nog een aantal andere
proefplaatsingen, werkopstapplekken en
effecten zichtbaar geworden. Zo is het aantal cliënten dat
nulurencontracten. Dit leidde tot diverse aanpassingen in
bedankt voor de uitkering (mede als gevolg van ONW)
onze werkwijze, zoals nog meer maatwerk bij
verdubbeld. Bovendien is een groep cliënten erin
belemmeringen, maar ook betere en snellere afstemming
geslaagd om parttime werk te vinden. Ondanks dat de
binnen ONW over de wijze waarop de cliënt verder wordt
uitkering niet beëindigd wordt, is in dat geval wel sprake
ondersteund. De effecten hiervan worden nu zichtbaar,
van uitkeringslastbeperking doordat nog slechts sprake is
onder andere door een toename van het aantal
van aanvulling van het inkomen. Verder zijn 18 cliënten
proefplaatsingen. Deze ontwikkelingen leiden tot de
erin geslaagd om een opleiding met baangarantie of een
positieve verwachting dat de uitstroom in het laatste
werkopstapplek te vinden. Als resultaat van de
kwartaal verder zal stijgen. Momenteel zijn 23 cliënten
inspanningen van de cliënt en de klantmanagers is in die
met behulp van een proefplaatsing aan het werk. Met
gevallen ook een stap richting arbeidsmarkt gezet en zal
een groot deel van de werkgevers is hierbij
voor een deel van de groep dit alsnog resulteren in een
overeengekomen dat deze proefplaatsing aansluitend in
arbeidscontract.
een arbeidscontract resulteert. Bovendien zijn er meerdere cliënten waarvan al bekend is dat zij een
CONCLUSIE
contract hebben, maar waarvan de beëindiging nog
Opstap Naar Werk heeft zeker geleid tot een grotere
administratief verwerkt moet worden.
focus op werk en betere ondersteuning van cliënten. Iemand die binnen ONW start is vanaf dat moment steeds bezig met werk. Daar waar nodig wordt extra
5
Zie grafiek 1 in Bijlage 1
6
Zie tabel 3 in Bijlage 1
10
10
1.6
FINANCIËLE GEVOLGEN
met een nulurencontract of proefplaatsing aan het werk gegaan. Deze kunnen worden ingedeeld op trede 6.
Allereerst is in paragraaf 1.3 al gemeld dat de werkwijze is aangepast naar aanleiding van belemmeringen die in de aanloopfase aan het licht zijn gekomen. Als gevolg hiervan is de inzet op ondersteuning en maatwerk aangepast. Zo zijn er minder trajecten bij externe bureaus ingekocht en is de begeleiding binnen ONW geïntensiveerd. Dit leveren van maatwerk bleek binnen de bestaande bezetting van ONW mogelijk. Hierdoor wordt voor 2013 verwacht dat de uitgaven uit het Participatiedeel € 233.000 minder bedragen dan begroot. In Bestrap 2013-2 van Bussum is reeds gemeld dat een kleinere uitname uit de Reserve Werk nodig is dan de raad beschikbaar heeft gesteld. De toename van het cliëntenbestand heeft voor alle drie gemeenten een stijging van de uitgaven op het BUIG budget tot gevolg. Ondanks dat de BUIG-uitkering ook
11
toeneemt wordt voor Bussum nog steeds een tekort verwacht in 2013, zij het minder dan begroot en waardoor een lagere onttrekking aan de Reserve WWB (Inkomensdeel) kan plaatsvinden. Voor Muiden en Naarden geldt dat de verwachting is dat er misschien een (klein) positief saldo overblijft aan het eind van het jaar. Om op basis van de nieuwe budgetten evenwicht tussen inkomsten en uitgaven te realiseren zou een kleinere bestandsafname voldoende zijn. De opgehoogde budgetten nemen dus deels de financiële noodzaak van een grote bestandsafname weg.
1.7 CONCLUSIE Voor 2013 waren verschillende doelstellingen uitgesproken. De instroom is slechts licht gestegen, ondanks een explosieve toename van het aantal aanvragen. De uitstroom als geheel is toegenomen, al bleef de uitstroom richting werk tot september op ongeveer hetzelfde niveau. Voor het laatste kwartaal wordt een toename verwacht van het aantal beëindigde uitkeringen. Maar de nieuwe werkwijze, Opstap Naar Werk, laat wel duidelijk zien dat cliënten die niet direct uitstromen een stap op de participatieladder maken. Dit blijkt onder andere uit de toename van het aantal cliënten dat in trede 4/5 is ingedeeld. Bovendien zijn meerdere cliënten
11
2.
DE ARBEIDSMARKT
6 is de cliënt die zonder begeleiding werkzaam is. Op trede 1 vinden we de cliënten terug die niet participeren,
Het doel van re-integratiebeleid is een bijdrage leveren
voor wie het gevaar bestaat dat zij in een isolement zitten
aan
of geraken. De treden zijn als volgt ingedeeld:
het
inschakelen
van
werkzoekenden
in
het
arbeidsproces. Om dit effectief te kunnen doen is het nodig om zowel de vraag- als aanbodzijde van de
Trede 6 Arbeid zonder ondersteuning
arbeidsmarkt in kaart te brengen. Als logisch vervolg
Trede 5: Arbeid met ondersteuning
hierop kunnen de kansen worden benoemd voor onze
Trede 4: Onbetaald werk
cliënten.
Trede 3: Deelname georganiseerde activiteit
2.1
Trede 2: Sociale contacten buitenshuis
DE VRAAGZIJDE
Trede 1: Geïsoleerd levend
De landelijke arbeidsmarkt kampt sinds 5 jaar met een dalende
vraag
naar
arbeid.
Ook
de
regionale
arbeidsmarkt ervaart de gevolgen van de economische crisis al sinds enkele jaren. Het aantal nieuwe vacatures is in vergelijking met medio 2012 met 40% gedaald. Dit laatste is een belangrijke indicatie dat de vraag zich het laatste jaar in negatieve zin ontwikkelt. Uit het arbeidsmarktonderzoek voor de Metropoolregio Amsterdam7 blijkt dat de werkgelegenheid in de regio Amsterdam en Amstel-meerlanden zich veel gunstiger ontwikkelt. Deze regio’s bevinden zich binnen een geaccepteerde reisafstand van Bussum. Hierdoor is de ontwikkeling van deze arbeidsmarkt voor Bussum ook van belang. Onze cliënten kunnen gebruik maken van genoemde gunstige ontwikkelingen door zich bij het zoeken naar werk ook op die arbeidsmarktregio’s te richten.
Ten opzichte van 2012 bevinden zich momenteel meer cliënten op trede 2, van 19% naar 34%, en 4, van 15% naar 19%.8 Dit maakt zichtbaar wat eerder al werd geconstateerd. De gemiddelde cliënt kampt met meer belemmeringen dan verwacht. Maar voor een gedeelte geldt ook weer dat de afstand tot de arbeidsmarkt in de praktijk kleiner is dan een jaar geleden. In Tabel 1 in Bijlage 1 wordt de huidige stand weergegeven. De conclusie hierbij is dat dat de populatie divergeert in een gedeelte met grote belemmeringen en een gedeelte dat op redelijk korte termijn kan re-integreren. Voor de groep cliënten op de lagere treden op de Participatieladder geldt dat door de bestandsscreening goed in beeld is waar de belemmeringen zitten. Aan de hand hiervan kan individueel gericht een traject worden ingezet om door te stromen naar de hogere treden. Dit kunnen activeringstrajecten zijn, maar ook een traject
Bij het aantal nieuwe vacatures valt op dat het merendeel zich richt op middelbaar niveau en dan vooral in de verzorgend, economische en financiële beroepen. Vooral bij de lagere beroepen valt op dat de er een grote (59%) afname is van het aantal nieuwe vacatures.
gericht op het opheffen van een fysieke of psychische belemmering. Enerzijds zijn hier de gevolgen te zien van een intensieve screening van het cliëntenbestand. Anderzijds is er sprake van een positieve ontwikkeling doordat gericht trajecten zijn ingezet om cliënten gereed te maken voor de arbeidsmarkt.
2.2
DE AANBODZIJDE
In de Nota besteding re/integratiedeel Participatiebudget 2011-2014 is gebruik gemaakt van de Participatieladder om het participatieniveau per cliënt aan te geven. Trede 7
Laag opgeleiden op de arbeidsmarkt in de
Metropoolregio Amsterdam, Gemeente Amsterdam
12
2.3
MATCH VRAAG EN AANBOD
Op dit moment zijn er in de Gooi & Vechtstreek 8464 werkzoekenden
terwijl
er
slecht
536
openstaande
vacatures zijn. Dit betekent dat er binnen de regio onvoldoende banen zijn om alle werkzoekenden aan het werk te helpen.
Bureau Onderzoek en Statistiek, april 2013 8
Zie tabel 2 in bijlage 1
12
belangrijke Daarnaast
kampt
een
groot
gedeelte
van
het
rol
moeten
blijven
behouden
bij
de
begeleiding van cliënten naar de arbeidsmarkt.
arbeidsaanbod vanuit het Wwb-cliëntenbestand met een afstand tot de arbeidsmarkt door belemmeringen zoals een niet passende opleiding of het ontbreken van benodigde
vaardigheden.
geïnvesteerd
werd
in
Waar
in
het
opleidingen,
DE KANSEN
de
verleden
blijken
2.4
korte
beroepsgerichte scholingstrajecten en trainingen veel
Het grootste probleem op dit moment is de verhouding tussen
het
aantal
vacatures
en
het
aantal
werkzoekenden binnen de Gooi &Vechtstreek. Hierdoor
effectiever te zijn. Binnen ONW heeft bijvoorbeeld een
is het van groot belang om te zorgen dat er voldoende
groep cliënten een korte opleiding voor beveiliger
vacatures beschikbaar komen voor onze cliënten. Deze
gevolgd waarbij aansluitend een arbeidscontract is
vacatures moeten aansluiten bij de mogelijkheden van
getekend.
onze klanten in het algemeen. Daarnaast kan er ook
9
gezocht worden naar maatwerk vacatures die bij een Op korte termijn lijkt de mismatch vooral te bestaan uit
specifieke klant passen. Dit jaar is ook al ervaring
kenmerken gelegen in de persoon van onze cliënten.
opgedaan
Een belangrijke rol hierbij spelen zaken als motivatie,
beveiligingsopleiding, wasserij en postbezorging, voor
zelfvertrouwen, presentatie etcetera. Hiervoor kan op
groepen cliënten. In 2013 is hier reeds een start mee
korte termijn een oplossing worden verzorgd met behulp
gemaakt door de start van het Werkgeversservicepunt
van
Gooi
kortdurende
verbeteren.
instrumenten
Hierbij
kan
die
deze
gedacht
aspecten
worden
aan
&
met
maatwerkarrangementen,
Vechtstreek.
In
dit
WSP
zoals
werken
een
de
empowerment, presentatie- en sollicitatievaardigheden
werkgeversbenadering.
verbeteren
maatregelen.
Verder wordt binnen de regio samengewerkt aan het
Binnen ONW wordt bij de sollicitatietraining uitgebreid
bestrijden van de jeugdwerkloosheid. Hiervoor wordt
stilgestaan bij de presentatie- en sollicitatievaardigheden
gebruik gemaakt van het Leerwerkloket en het Actieplan
en het empoweren van de cliënt. In het daarop volgende
jeugdwerkloosheid.
sollicitatiepracticum blijft dit punt van aandacht. Bij een
Binnen de aangrenzende arbeidsmarktregio’s, zoals
weigerachtige opstelling van de cliënt wordt naast een
Amsterdam en Amstelmeerlanden, zijn de ontwikkelingen
maatregeltraject ook gekeken op welke wijze de cliënt
qua vraag naar aanbod gunstiger dan binnen de
alsnog gestimuleerd kan worden. Hierbij kan gedacht
Gooi&Vechtstreek. Door de jobhunters ook binnen deze
worden aan een kort traject, maximaal anderhalve
regio’s vacatures te laten ophalen, kan het aanbod van
maand, bij een re-integratiebureau.
vacatures voor onze deelnemers aan ONW verder
Voor de langere termijn, tot 2018, geldt dat de economie
worden uitgebreid.
en
motivatie
verhogende
waarschijnlijk slechts een licht herstel zal vertonen. Hierdoor zal het aantal vacatures ook minimaal groeien. De meeste kansen zullen liggen in de sectoren voor uitzendbureaus, zorg & welzijn, groot- en detailhandel. Daarnaast motivatie10,
zullen
ook
uitstraling,
op
de
langere
werkervaring
termijn
de
en
het
scholingsniveau blijven zorgen voor een mismatch. Op de langere termijn zullen de elementen uit ONW dus een 9
Investeren in participeren – Kennis voor de
uitvoering van werk en inkomen, KWI (Kennisplatform Werk en Inkomen) april 2013 10
Laag opgeleiden op de arbeidsmarkt in de
Metropoolregio Amsterdam, Gemeente Amsterdam Bureau Onderzoek en Statistiek, april 2013
13
regiogemeenten aan een gezamenlijke vraaggerichte
2.5
CONCLUSIE
De arbeidsmarkt in de Gooi&Vechtstreek is door de aanhoudende slechte economie nog verder verslechterd. Door zich ook op de vraag naar arbeid binnen aangrenzende
arbeidsmarktregio’s te richten, kunnen
kansen voor uitkeringsgerechtigden uit ons bestand worden gecreëerd. Daarnaast
blijft
het
belangrijk
om
cliënten
te
ondersteunen bij het wegnemen van in de persoon gelegen kenmerken door bijvoorbeeld beroepsgerichte scholingstrajecten of het aanleren van werknemersvaardigheden.
13
3.
ONTWIKKELINGEN
nog slechts voor een beperkt aantal educatiemiddelen, rekenen en taal, worden ingezet.
Momenteel zijn er meerdere ontwikkelingen die op kortere of op langere termijn invloed gaan hebben op de
De laatste component is het Wwb-werkdeel, de gelden
doelstellingen voor de re-integratie en participatie. Hierna
waarmee de re-integratieactiviteiten bekostigd kunnen
worden deze ontwikkelingen voor de korte (2014) en de
worden. Als gevolg van de taakstelling van het huidige
langere termijn (2015 e.v.) besproken.
regeerakkoord werd voor dit budget een dalende lijn
3.1
verwacht voor 2014. Bij de voorlopige toekenning is het
KORTE TERMIJN, 2014
re-integratiedeel van het Participatiebudget voor de drie gemeenten nagenoeg gelijk gebleven. De volgende
3.1.1 FINANCIËN
bedragen zijn voorlopig toegekend. Voorlopig 2014
BUIG (INKOMENSDEEL) Het BUIG-budget bevat de Rijksuitkering voor de Wwb, IAOW, IAOZ en de Bbz. Omdat de verwachting is dat de stijging van de werkloosheid ook eind 2013 en in 2014 doorzet, wordt het landelijke BUIG-budget verhoogd. Ten opzichte van 2013 wordt het Rijksbudget met 10% verhoogd. Bij de voorlopige toekenning voor het BUIG-budget 2014 zijn de volgende bedragen toegekend: Voorlopig 2014
Toename
Bussum
€ 7.362.637
€ 923.797
Muiden
€ 1.453.363
€ 106.616
Naarden
€ 2.283.530
€ 197.269
Door de verdeelsystematiek die wordt gehanteerd wordt de verhoging van het Rijksbudget niet één op één doorberekend per gemeente, maar dit is mede afhankelijk van de gemeentelijke bestandsontwikkeling. De verwachting is dat voor Bussum, Muiden en Naarden in 2013 de bestandsontwikkeling gunstiger is dan de landelijke ontwikkeling. Het is dan ook raadzaam om vooralsnog rekening gehouden dat bij de definitieve toekenning voor 2014 (september 2014) een neerwaartse bijstelling kan plaatsvinden. PARTICIPATIEBUDGET Het Participatiebudget is vanaf 2014 nog maar opgebouwd uit twee delen. Vanuit de Wet Inburgering komen met ingang van 2014 geen middelen meer over naar de gemeenten. De Educatiemiddelen zijn in de voorgaande jaren behoorlijk teruggebracht. Vanaf 2015 zal er sprake zijn van outputfinanciering, dus de resultaten worden bepalend voor de hoogte van het budget op zowel het rijks als lokale niveau. Bovendien mogen de middelen
Toename
Bussum
€ 724.419
€ 5.886
Muiden
€ 104.611
€ 6.977
Naarden
€ 170.999
€ -11.781
De ontwikkeling van het Rijksparticipatiebudget is niet afhankelijk van de ontwikkeling van het bijstandsvolume. De toename van het aantal uitkeringsgerechtigden heeft
14
dus geen invloed op het Participatiebudget voor 2014.
3.1.2
AANSCHERPING WWB JULI 2014 14
Per 1 juli 2014 zal waarschijnlijk de Wwb op een aantal punten worden aangescherpt. De doelstelling hierbij is een bezuiniging op de BUIG-uitgaven. Het wetsvoorstel is echter nog niet openbaar, zodat de precieze aanpassingen nog niet zeker zijn, maar al wel een redelijke inschatting gemaakt kan worden. Voor de ontwikkeling van het bijstandsvolume is vooral de invoering van de sollicitatieplicht en de naleving van de arbeids- en re-integratieplicht van belang. Waarschijnlijk zal het niet naleven van de sollicitatieplicht gesanctioneerd worden met het stoppen van de bijstandsuitkering voor de duur van drie maanden. De bijstandsuitkering kan alleen op verzoek van de belanghebbende worden hervat. Het effect van deze maatregel lijkt tweeledig. De gemeenten krijgen een ingrijpend middel om de cliënt te bewegen alsnog mee te werken aan zijn verplichtingen. Daarnaast betekent het stoppen van de uitkering een besparing op de uitgaven. Bij de definitieve invoering van deze maatregel zal moeten blijken welke beleidsvrijheid de gemeenten bij de uitvoering krijgen.
3.2
2015 EN VERDER
3.2.1 FINANCIËN BUIG (INKOMENSDEEL) Voor 2015 kan slechts een beperkte inschatting worden gemaakt voor de hoogte van het BUIG-budget. De invoering van de Participatiewet gaat met een aantal veranderingen gepaard die direct invloed zullen hebben op de uitgaven van gemeenten in het kader van de uitkeringsverstrekking. Allereerst zal per 2015 een nieuwe verdeelsystematiek worden ingevoerd. Op dit moment is nog onduidelijk of sprake zal zijn van een aanpassing van de huidige systematiek, of dat er een volledig nieuwe verdeelsystematiek wordt ingevoerd. De gevolgen hiervan voor de hoogte van het BUIG budget voor onze gemeenten zijn op dit moment dan ook nog niet goed in te schatten. Te verwachten valt dat ook in de toekomst de omvang van het cliëntenbestand een rol zal spelen bij de bepaling van de hoogte van het BUIG-budget. Daarnaast wordt tot 2015 een stijging van het aantal bijstandsuitkeringen verwacht, onder meer doordat het aantal banen tot die tijd achterblijft. Het rijksbudget zal naar verwachting dus stijgen. De hoogte van het BUIGbudget wordt tot de aanpassing van de verdeelsystematiek naast het Rijksbudget bepaald door de bestandsontwikkeling.
cliëntenbestand en de overkomst van een deel van de Wajong-gerechtigden. PARTICIPATIEBUDGET Het Participatiebudget zal door de invoering van de Participatiewet ook wijzigen. Ten eerste zal het Rijksbudget in 2015 verder (3%) afnemen. Dit heeft te maken met de afspraken in het regeerakkoord. Daar staat tegenover dat door de komst van een deel van de Wajonggerechtigden ook een deel van het budget voor participatie naar de gemeenten wordt overgeheveld. Dit deel zal gerelateerd zijn aan de omvang van de groep nieuwe cliënten. Ten slotte wordt het huidige Wsw-budget overgeheveld naar het Participatiebudget. Hierbij vindt tot 2019 tevens een verlaging van € 500,- per wsw-plek plaats. Voor Bussum betekent dat met het huidige aantal wsw’ers een verlaging van ruim € 30.000 per jaar. De conclusie is dat er nog geen precieze inschatting van de omvang van het BUIG-budget voor 2015 en verder kan worden gegeven. De omvang is voor een groot deel afhankelijk van de uiteindelijke bestandsgrootte bij Sociale Zaken. Als de groep nieuwe cliënten groter is zal het budget naar verwachting evenredig stijgen. De afname van het wsw-budget lijkt dan ook de meest bepalende factor te worden.
3.2.2 OVERIGE ONTWIKKELINGEN Een derde belangrijke factor bij de ontwikkeling van het BUIG-budget is de invoering van de Participatiewet. In
TRANSITIES SOCIAAL DOMEIN
het wetsvoorstel is opgenomen dat de samenstelling van
Per 1 januari 2015 worden de Participatiewet, de
het cliëntenbestand van het domein Sociale Zaken voor
Jeugdzorgwet en de nieuwe WMO van kracht. Deze
een ingrijpende aanpassing staat. Voor een deel zullen
wetten vormen samen met de Wet Passend Onderwijs
de huidige en de toekomstige Wajong-gerechtigden naar
de transities binnen het Sociaal Domein. Gedachte
de gemeente overkomen. De omvang van deze groep
achter deze transities is een integrale aanpak waardoor
“nieuwe” cliënten is nog onduidelijk. Bij het tot stand
iedereen meedoet en kan participeren.
komen van de wet moet duidelijk worden wat de precieze keuringscriteria worden en of de overgang gefaseerd zal
Voor Sociale Zaken zijn vooral de Participatiewet en het
plaatsvinden.
Sociaal Akkoord van belang. De grote lijnen van de wet zijn bekend, maar verdere invulling moet nog
Gezien deze ontwikkelingen is slechts een grove
plaatsvinden, onder andere in de landelijke werkkamer
inschatting van de ontwikkeling van het BUIG-budget
en het parlement. Hierdoor zijn nog niet alle gevolgen
vanaf 2015 mogelijk. Voorlopig kan worden verwacht dat
van de wet en het Sociaal akkoord uitgekristalliseerd.
het gelijke tred houdt met de ontwikkeling van het
15
15
De Participatiewet zal voor de gemeenten tot gevolg
3.3
CONCLUSIE
hebben dat de doelgroep wordt uitgebreid, onder andere door de overgang van een deel van de
De gemeenten krijgen de komende jaren met grote
Wajonggerechtigden. De omvang van deze groep zal pas
verschuivingen binnen het Sociaal Domein te maken.
bij de definitieve wettekst duidelijk moeten gaan worden.
Hierdoor zullen ook op het gebied van de financiën
Daarnaast krijgen gemeenten ook nieuwe re-integratie
grotere en kleinere verschuivingen te zien zijn.
instrumenten tot de beschikking. Zo moeten er
De rode draad van genoemde ontwikkelingen is al
Werkbedrijven worden gevormd en er komt een nieuwe
duidelijk, maar de precieze gevolgen vanaf 2015 zijn nog
loonkostensubsidie. Maar door de ontschotting kan beter
niet duidelijk. Wel zal er een bij de overheveling van
gebruik gemaakt worden van de instrumenten uit de
budgetten waarschijnlijk een bezuinigingsslag gemaakt
WMO of de Jeugdzorg om belemmeringen bij cliënten
moeten worden door gemeenten.
weg te nemen. Deze verbinding moet een meerwaarde
Voor 2014 is duidelijk dat het BUIG-budget beter aansluit
opleveren.
bij de uitgaven. Het beschikbare geld voor participatie blijft gelijk, zodat hier nog steeds scherper keuzes
In de voorbereiding op de transities is gekozen voor
gemaakt moeten worden.
samenwerking binnen de Regio Gooi&Vechtstreek. In Bussum zijn in de lokale transitieagenda de kaders vastgelegd op welke wijze Bussum invulling gaat geven aan de transities. Zo zal onder andere het
16
dienstverleningsconcept van de verschillende diensten (deels) samengevoegd gaan worden. OVERIGE GEVOLGEN PARTICIPATIEWET Bij de invoering van de Participatiewet zullen ook een aantal maatregelen worden genomen die direct de uitgaven uit het Buig- en Participatiebudget zullen beïnvloeden. Per 1 januari 2015 wordt bijvoorbeeld de kostendelersnorm ingevoerd. Dit heeft tot gevolg dat de norm wordt verlaagd naar mate er meer inwonende volwassenen zijn binnen een huishouden. Verder wordt voor alleenstaande ouders de verhoging van de norm afgeschaft en opgenomen in de hervorming van de kindregelingen. Dit heeft tot gevolg dat deze kosten wegvallen bij Sociale Zaken, maar overgaan naar de rijksoverheid. Vanaf 2014 zal bovendien het systeem van de toeslagen (huur-, zorgtoeslag etc.) vereenvoudigd worden. Hier gaan op termijn (2017) ook de kindregelingen onder vallen. In een later stadium zal de precieze invulling en dus ook de gevolgen voor het BUIG-budget pas duidelijk worden.
16
4.
PLAN VAN AANPAK 2014
over de effectiviteit van re-integratie-instrumenten, maar ook de resultaten van de intensieve
4.1
BEÏNVLOEDENDE FACTOREN
Een aantal factoren is bepalend bij het vastleggen van de doelstellingen voor 2014. Een belangrijk element is de financiële noodzaak om uitgaven en inkomsten in evenwicht te brengen. De voorgaande jaren was de financiële noodzaak om een substantiële bestandsafname te realiseren urgent. De uitgaven overstegen de inkomsten. Doordat de financiering door het Rijk is aangepast, komen uitgaven en inkomsten dichter bij elkaar te liggen. Hierdoor verdwijnt de financiële noodzaak om een grote bestandsafname te realiseren. Daarnaast is er de sociale motivatie om te zorgen dat de inwoners van Bussum waar mogelijk participeren en in het eigen levensonderhoud voorzien. Door de uitkeringsafhankelijkheid van de inwoners zo laag mogelijk te houden kan dit worden gerealiseerd. Een bijeffect is dat minder beroep op de minimaregelingen en schuldhulpverlening hoeft te worden gedaan. De verwachting is verder dat de economie in 2014 op zijn best een licht herstel vertoont, maar dat dit niet leidt tot een toename van het aantal banen. Ten slotte is er de input van de evaluatie van de werkwijze in 2013 die invloed heeft op de doelstellingen voor 2014.
4.2 DOELSTELLINGEN Om de doelstelling van een bestandsafname waar te kunnen maken wordt de werkwijze in 2014 op de zelfde drie pijlers uit 2013 gebaseerd. •
Beperken van de instroom
•
Optimaliseren van de instroom
•
Optimaliseren van de uitstroom
poortwachtersfunctie. In de Sprank, het Divosa-vakblad, van oktober 2013 wordt nogmaals benoemd dat intensief cliëntencontact een belangrijke succesfactor is bij het reintegratieproces11. Dit past bij de problemen die cliënten ervaren en waar we maatwerk voor leveren. Maar ook de verschillen tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt vragen om veelvuldig contact tussen cliënt en klantmanager. Door hierin maatwerk te leveren worden de middelen efficiënter en doelgerichter ingezet. Ook in andere gemeenten worden intensieve begeleiding en strenge poortwachtersfunctie als succeselementen genoemd.12In de gemeenten Apeldoorn en Eindhoven is gebleken dat eigen regie/verantwoordelijkheid, afstemming (maatregelen) en ondersteuning belangrijke succesfactoren zijn13 Er is een aantal factoren gesignaleerd dat verklaart waarom de resultaten achterbleven bij de doelstellingen. Deze lagen onder andere in de procesafstemming, wat heeft geresulteerd in een frequentere evaluatie door klantmanager, trainer en matchmaker samen. Daarnaast bleken in de praktijk sommige belemmeringen, taalniveau en motivatie, weerbarstiger dan vooraf kon worden ingeschat. Dit is binnen ONW opgevangen door nog meer maatwerkte leveren. Zoals al eerder gezegd is de financiële noodzaak om voor 2014 tot een bestandsafname te komen klein geworden. Bij de toekenning van de BUIG gaat het Ministerie uit van een gemiddelde kostprijs van € 15.200 per uitkering. Gezien de voorlopig toegekende budgetten betekent dit voor onze drie gemeenten dat het uitkeringsbestand op de huidige omvang gestabiliseerd moet worden. Voor Muiden kan het aantal uitkeringen zelfs licht groeien. Dit leidt tot de doelstelling voor 2014 dat het cliëntenbestand niet mag groeien. Uiteraard blijft in het kader van de wens tot zoveel mogelijk participatie van
Deze pijlers sluiten aan bij de werkwijze zoals met de Evaluatie Participatienota 2012 is ingezet.
11
Sprank oktober 2013, Divosa.
12
Dronten met intensieve begeleiding en handhaving
De evaluatie van de werkwijze en de resultaten in 2013
succesvol in toeleiding Wwb-ers naar arbeidsmarkt.
leiden tot de conclusie dat de theorie achter de werkwijze
www.dewerkmarkt.nl, 17 oktober 2013
logisch is. Dit wordt bevestigd door diverse rapporten
17
13
Een lasser moet geen brief schrijven, J. van den
Braak, Sprank September 2013, Divosa..
17
inwoners als nevendoelstelling om te streven naar een
wordt besloten of de cliënt begeleiding van de
lichte afname, 2,5% van het bestand.
matchmaker krijgt of dat een kortdurend (maximaal drie maanden) re-integratietraject wordt ingezet. In het
4.3 WAT IS DAARVOOR NODIG
uiterste geval wordt met loonkostensubsidie een werkgever over de streep getrokken om een cliënt in
Zoals eerder genoemd lijkt de theorie achter de
dienst te nemen.
werkwijze in 2013 goed te zijn. In de praktijk is gebleken
Voor de cliënten met belemmeringen geldt dat met hulp
dat een aantal elementen nog verder verbeterd kon
van een kortdurend traject de belemmering wordt
worden en soms een wat langere aanlooptijd kennen.
weggenomen, of dat hier een start mee wordt gemaakt.
Daarom geldt ook voor 2014:
Hierna stromen zij in bij ONW.
• • • • • • •
Focus op arbeidstoeleiding. Werkgeversbehoefte is hierbij het uitgangspunt. Versterking aanbod banen. Sterk sturen op beperking van de instroom. Sterk sturen op doorstroom. Activering mogelijk voor hen die dat nodig hebben. Korte trajecten van maximaal 3 maanden.
Om dit te bereiken blijven we gebruik maken van Opstap Naar Werk. Nog steeds doorloopt een cliënt een aantal op elkaar afgestemde instrumenten. Vanaf eind 2013 wordt hierbij nog meer gewerkt met maatwerk, zodat er eerder en frequenter een evaluatie is of een cliënt gebruik maakt van het goede instrument of dat er meer ondersteuning nodig is. Voor cliënten op trede 1 en 2 worden in eerste instantie participatietrajecten ingezet. Hiermee worden de eerste stappen richting arbeidsmarkt weer gezet. Hierbij gaat het onder andere om vrijwilligerstrajecten, verslavingszorg, et cetera. Met behulp van deze trajecten wordt de cliënt klaargestoomd voor trajecten die direct bijdragen aan de bemiddelbaarheid van de cliënt of al direct instroom in ONW. Hiermee wordt ook zoveel mogelijk voorkomen dat cliënten in een sociaal isolement komen.
4.5 REGIONALE SAMENWERKING De regionale samenwerking is in 2013 verder geïntensiveerd. De regionale gemeenten bereiden zich gezamenlijk voor op de transities binnen het Sociaal Domein. De Participatiewet en de aanscherping van de Wwb per 1 juli 2014 worden waar mogelijk gezamenlijk Verder is in 2013 een eerste versie van het Werkgeversservicepunt gestart. Hierbij wordt via de vraaggerichte werkgeversbenadering samengewerkt. Bovendien wordt hiermee ook bereikt dat het gezamenlijk belang steeds meer op de voorgrond treed. Nauw hieraan verwant is het Leerwerkloket en het Actieplan Jeugd Werkloosheid. Ook hier wordt samen opgetrokken bij het bestrijden van de jeugdwerkloosheid. Het is duidelijk dat de Participatiewet en de ontwikkelingen in het Sociaal Domein steeds meer vragen om een integrale aanpak, waarbij regionale samenwerking onontbeerlijk is. Op deze wijze zullen gemeenten steeds meer gebruik maken van elkaars expertise en methoden met een beter resultaat tot gevolg. De raad en het college blijven uiteraard leidend bij de lokale invulling.
4.4 WAT GAAN WE DOEN Allereerst wordt natuurlijk bij de poort nog steeds een stringente invulling van de poortwachtersfunctie gehanteerd. Daarnaast krijgen de cliënten dicht op de arbeidsmarkt bij de start binnen ONW een week sollicitatietraining in al haar facetten. Vervolgens volgt een sollicitatiepracticum, waarbij de cliënt dagelijks aanwezig is en actief solliciteert onder begeleiding. Na maximaal acht weken
18
ingevuld.
4.6 FINANCIEEL BENODIGDE MIDDELEN ONW vormt deels een extra inzet op re-integratie en participatie. In 2013 wordt door onze gemeenten naar verwachting een bedrag ad € 1.139.081 uitgegeven. Voor 2014 is de doelstelling naar beneden bijgesteld, zodat er minder cliënten hoeven uit te stromen. De verwachting is echter ook dat er meer geïnvesteerd moet
18
worden in de groep die moet doorstromen naar ONW.
klaargestoomd te worden voor deelname aan ONW. Dit
Daarom worden de kosten op dit moment begroot op het
vormt op termijn een risico voor de het benodigde volume
niveau van de verwachte uitgaven in 2013.
van ONW.
Dit is minder dan de begrote kosten voor 2014. Gezien de begroting zal dus een bedrag ad € 1.139.081 minus € 1.000.025 = € 139.056 door de drie gemeenten moeten worden bijgelegd. Op basis van cliëntenaantallen zal dit bedrag als volgt over de drie gemeenten moeten worden verdeeld: Bussum
€ 79.818
(57,4%)
Muiden
€ 16.409
(11,8%)
Naarden
€ 42.829
(30,8%)
De Gemeenten Bussum heeft in de begroting voor 2014 rekening gehouden met een uitname uit de Reserve Werk van € 262.124 ter dekking. RISICOPARAGRAAF Allereerst kan de economische ontwikkeling als risico
19
14
benoemd worden. Het UWV verwacht dat de economie in 2014 slechts een licht herstel zal gaan vertonen. Deze voorzichtige groei vertaalt zich echter nog niet direct in 19
een groeiende werkgelegenheid. De groei van de economie gaat in een laag tempo en zal grotendeels worden gerealiseerd door een verbetering van de arbeidsproductiviteit. Voor 2014 moet dus rekening worden gehouden met een aanhoudend slechte arbeidsmarkt voor ons cliëntenbestand. Daarnaast zal bij het behalen van de doelstelling, een bestandsafname, weer evenwicht worden bereikt tussen uitgaven en inkomsten op het BUIG-budget. Als de ten doel gestelde bestandsafname echter onvoldoende wordt gerealiseerd, dan bestaat het risico dat genoemd evenwicht niet bereikt wordt en financieel nadeel ontstaat. Uit de screening van het cliëntenbestand blijkt de samenstelling minder gunstig te zijn dan mocht worden verwacht. De groep cliënten op trede 1 en 2 is groter dan verwacht. Doordat de afstand tot de arbeidsmarkt groter is, kost het meer inspanning en inzet van middelen om deze groep te laten doorstromen naar ONW. Hierdoor is er minder potentieel om binnen één kort traject 14
Arbeidsmarktprognose
2013–2014.
doorkijk naar 2018. UWV, mei 2013.
Met
een
Bijlage 1 Tabel 1 Trede indeling op de Participatieladder Trede
2012
2013
Bussum
Muiden
Naarden
Totaal
%
Bussum
Muiden
Naarden
Totaal
%
0
101
16
25
142
19%
90
13
23
126
16%
1
15
0
8
23
3%
37
7
16
60
8%
2
92
19
31
142
19%
169
37
57
263
34%
3
219
44
55
318
43%
111
11
25
147
19%
4
40
8
17
65
9%
84
19
43
146
19%
5
30
2
10
42
6%
21
2
5
28
4%
497
89
146
732
512
90 89
170169
770
Onbekend Totaal
Tabel 2 Uitstroom 2012 en 2013 (t/m augustus) 2012 BMN
2013 %
BMN
%
Uitstroom totaal
125
154
t.o.v 2012: +23%
Doelmatigheid
50
40%
46*
30%
Bedankt voor
4
3%
7
5%
71
57%
101
66%
20
uitkering Rechtmatigheid
*Voor een aantal uitkeringen is bekend dat de uitstroom door werkaanvaarding gerealiseerd is. Doordat de werkprocessen bij Rechtmatigheid nog afgehandeld moeten worden, komt deze uitstroom nog niet in de bovenstaande cijfers terug. Dit zal op korte termijn het geval zijn.
Grafiek Ontwikkeling Instroom en uitstroom Bussum, Muiden, Naarden per tertaal
20
Grafiek 2 Ontwikkeling cliëntenbestand 2013
21
Tabel 3 Aantal uitkeringen WWB
+
Bussum
Muiden
Naarden
Totaal
Stand 1-1-2011
387
66
130
583
Stand 1-1-2012
432
80
127
639
Stand 1-1-2013
466
81
135
682
Stand 1-10-2013
476
78
149
703
IAOW/IAOZ*
* Dit betreft het aantal uitkeringsdossiers (een uitkeringsdossier kan 2 uitkeringsgerechtigden omvatten – bijv. gehuwden)
21