(CONCEPT-)VERSLAG vergadering Provinciale Commissie Leefomgeving (PCL) van 11 maart 2014 Aanwezig:
Afwezig met bericht van verhindering:
PCL: De heren A.F. van de Klundert (voorzitter), O. Atzema, M. van de Groep, J.A.C. Hogenboom, G.P. Beugelink, J.A.G.W. Droogers, H. Veldhuizen, mevrouw J.E.H. van der Heijde (secretaris en verslag), de heer B. Rademacher (trainee) Gasten: de heer K. van der Leun (Ecofys), mevrouw L. van Hooijdonk (NMU), de heren R. Buis en H. Rijnten (Provincie Utrecht) De heer L. van Bree
Welkom en mededelingen De heer Van de Klundert heet de aanwezige PCL leden en gasten welkom. De heer van Bree is verhinderd.
Adviesthema Netwerksamenleving en duurzame energie De heer van de Klundert memoreert dat de PCL in 2010 ook een Energieadvies heeft uitgebracht, dat nog steeds actueel is. Hij vindt dit één van de beste PCL adviezen. Hij geeft aan dat de heer Hogenboom trekker is van het huidige adviesonderwerp “Netwerksamenleving en duurzame energie.” De heer Hogenboom geeft aan dat deze vergadering de volgende opbouw heeft: - Start met een overview van het vraagstuk duurzame energie door de heer Van der Leun - Daarna een presentatie van mevrouw Van Hooijdonk (NMU) over de bottom-up beweging op het beleidsveld duurzame energie. Wat vraagt dit van overheden? - Vervolgens zullen de heren Buis en Rijnten vertellen over het provinciale beleid voor duurzame energie. 1. Inleiding Kees van der Leun (Ecofys) over Energietransitie De heer Van der Leun vindt dit een goed moment voor een volgend PCL-advies. Er is namelijk veel veranderd sinds 2010. Er zijn drie belangrijke ontwikkelingen te zien: a. De energievraag daalt b. Het beleid wordt intensiever c. Lokale initiatieven nemen toe Ad a. De energievraag daalt De daling van de energievraag heeft niet alleen met de economische crisis te maken. De daling wordt vooral veroorzaakt door efficiency verbetering. Toch is er ook nog een lange weg te gaan. Rond 2050 zou er sprake moeten zijn van 100% duurzame energie. De nieuwe weg bestaat uit energiebesparing en duurzame energie. Ad b. Het beleid wordt intensiever Op 6 september 2013 hebben ruim 40 organisaties, waaronder overheid, werkgevers, vakbeweging, natuur- en milieuorganisaties, andere maatschappelijke organisaties en financiële instellingen, zich verbonden aan het Energieakkoord voor duurzame groei. De doelen van het Energieakkoord zijn: - Een besparing van het finale energieverbruik met gemiddeld 1,5 procent per jaar; oftewel 100 PJ aan besparing in het finale energieverbruik van Nederland per 2020 - Een toename van het aandeel van hernieuwbare energieopwekking (nu 4 procent) naar 14 procent in 2020 en - Een verdere stijging van dit aandeel naar 16 procent in 2023 Uit een onderzoek van Ecofys voor het IPO blijkt dat de grootste bijdrage aan de 16% duurzame energie kan worden geleverd door biomassa, wind op zee en wind op land.
1 verg. pcl/concept/J.vander Heijde
Ad C. Lokale initiatieven nemen toe Er is een enorme ontwikkeling van onderop gaande om zelf energie op te wekken. Organisaties als Alliander, Vitens, NS en KPN hebben gelijksoortige gedachten hierover. Bedrijven als Lidl en Heineken werken samen met Urgenda. Ecofys heeft voor en met het WNF het Energy Report opgesteld. Belangrijke conclusie hierin is dat 16% duurzame energie in Nederland in 2023 wel kan, maar afhankelijk is van de keuzes die mensen maken. Dat het kan wordt niet meer ontkend. Bundeling van initiatieven van onderop is van groot belang. Het beleid gaat namelijk niet snel genoeg. De Duitse Energiewende is hier een voorbeeld van. De bijdrage die de nationale overheid kan leveren is het opstellen van een lange termijnvisie en de zekerstelling ervan. Kansen voor de Provincie Utrecht zijn volgens de heer Van der Leun: - Verbeterde procedures en vergunningen voor duurzame energieprojecten - Ondersteunen in maatschappelijke participatie duurzame energieprojecten - Aandeelhouderschap benutten - Informeren en betrekken woningcorporaties - Voorlichting over coöperatief opwekken duurzame energie - Samenwerking met gemeenten en lokale bedrijven om showcases te ontwikkelen (bijv. duurzame bedrijventerreinen) - Stimuleren koplopers (ambitieuze bedrijven, zoals Heineken en Lidl) Tegenkrachten zijn volgens de heer Van der Leun: - Bestaande regels gericht op het verleden - Gevestigde belangen, bijvoorbeeld van energiebedrijven die de switch niet maken en van sommige overheden - Weerstand, soms door onbekendheid De heer Van de Klundert vult aan dat er nog twee barrières zijn: - Omslag naar een nieuwe infrastructuur - In onze cultuur is er geen sprake van “naming en shaming” De heer Van der Leun onderschrijft dat het inzichtelijk maken van de energieprestatie van bedrijven en overheden van groot belang is. Opmerkingen die verder worden gemaakt zijn: - Het gaat om het maken van keuzes - Het gevoel van urgentie ontbreekt bij sommigen - Meer mensen moeten van een duurzame energiebron meeprofiteren - Het probleem is dat er ook nog goedkope fossiele energiebronnen worden gebruikt - Kosten versus de schade die fossiele energiebronnen aanrichten wordt niet zichtbaar gemaakt 2. Inleiding Lot van Hooijdonk (NMU, projectleider “HIER opgewekt”) over voorbeelden lokale energie-initiatieven A.Lokale energie initiatieven: wat zijn het? Het zijn lokale samenwerkingsverbanden voor duurzame energieproductie of besparing. Het begint vaak met vrijwilligers en bewoners. Ze worden vaak coöperatief georganiseerd. Er zijn verschillende motieven: duurzaamheid, gemeenschapszin, lokale economie, zelfvoorziening en “tegen grote bedrijven”. Wat men wil is: inkopen zonnepanelen, plaatsen pv panelen op grote daken, energiebesparing, windmolens, biomassa initiatieven, restwarmte bedrijven benutten, waterkracht gebruiken en elektrische auto’s en fietsen gebruiken.
2 verg. pcl/concept/J.vander Heijde
B. Initiatieven in Provincie Utrecht De NMU kent in de Provincie Utrecht ongeveer 30 à 40 initiatieven. Deels wijkinitiatieven, deels ambitieuze coöperaties die willen werken aan energieneutraliteit en duurzame energievoorziening. Voor allen is de doorbraak lastig. Ten opzichte van de rest van Nederland loopt de regio Utrecht niet voorop. C. Landelijk beeld De lokale energiebeweging is begonnen in Noordoost Nederland. In Noord-Brabant en Noord- en Zuid-Holland gebeurt inmiddels ook veel. Er zijn 500 lokale initiatieven bekend bij HIER opgewekt. De eerste resultaten beginnen te ontstaan. E. Buiten Nederland In Duitsland is duurzame energie voor meer dan de helft in handen van lokale spelers. In Denemarken is mede-eigenaarschap voor omwonenden van windparken bij wet geregeld. In België is al langer een grote coöperatie succesvol. F. Lokale energie in SER akkoord Lokale energie opwekking is in naam omarmd, vooral op voorspraak van de VNG, DE koepel, edecentraal en de milieubeweging. Bijbehorende maatregelen ontbreken echter. Het Rijk en gevestigde industriebelangen geloven er niet in en hebben andere belangen. Er komen steeds meer berichten dat de “postcoderoos” niet gaat werken. Het budget van de VNG wordt niet besteed aan lokale initiatieven. Individuele gemeenten en provincie maken wel het verschil! Landelijk valt de gemeente Lochem op. In de Provincie Utrecht bijvoorbeeld de gemeente De Bilt. G. Het potentieel – kansen voor Utrecht Bewoners/burgers werken “gratis” en met veel energie en enthousiasme aan een belangrijk maatschappelijk vraagstuk. Zij verwachten minder rendement dan grotere organisaties. Zij kunnen medebewoners meekrijgen in de energietransitie. Energiebronnen zijn voorhanden en lokaal te oogsten. Het is mogelijk en nodig. Er zijn goede voorbeelden uit het buitenland. H.Belemmeringen Er is veel kennis en ondernemerschap nodig. Wet- en regelgeving en het fiscaal systeem zijn ongunstig. Businesscases zijn moeilijk rond te krijgen. Het verkrijgen van draagvlak en betrokkenheid is moeilijk. Rendabele bedrijfsvoering vraagt om schaalgrootte. De financiering is lastig. I.Wat kan de Provincie? Schakel lokale initiatieven in voor je maatschappelijk doelen Word klant of (mede)financier Steun de onderlinge informatievoorziening en professionalisering Lever het benodigde politiek leiderschap en steun (bijv. bij windenergie) Lobby voor een beter speelveld Voorbeelden: Drenthe/Groningen: fonds, financiering en professionalisering Friesland/Gelderland: Community of practice en netwerk Noord-Brabant: inschakelen voor energiebesparing en –transitie 3. Inleiding Hans Rijnten over provinciaal beleid voor duurzame energie De heer Rijnten vertelt dat het programma “Ondernemen met nieuwe energie” is afgebouwd. De Provincie onderscheidt de kerntaken: economie, natuur en landschap, ruimtelijke ontwikkeling en bereikbaarheid. De Provincie heeft zich de vraag gesteld hoe het energiebeleid past bij de kerntaken. Er is gekozen voor een combinatie met economische ontwikkeling en bereikbaarheid. Door de afbouw van het provinciale beleid komt de netwerksamenleving op de voorgrond te staan. Interessant is dat bij het bedrijfsleven Groene Economie bovenaan staat als vraagstuk. Het is een complex maatschappelijk vraagstuk en het bedrijfsleven kan ermee verdienen.
3 verg. pcl/concept/J.vander Heijde
De ambitie voor duurzame energie komt weer op vanuit het bedrijfsleven via de Economic Board Utrecht (EBU). Dit past bij de liberale denklijn. De weg van CO2 reductie en milieudoelen is verlaten. Er wordt gekeken naar de economische kansen. De Provincie kijkt met een economische bril naar kansen en minder naar problemen. Voorbeelden van projecten zijn: - Beter benutten – om mensen uit de file te krijgen. Hierbij wordt de creatieve industrie betrokken. - Nul op de meter – voorbeeldproject van energie nul woningen in Stichtse Vecht. - Circulair inkopen: samenwerking van Provincie Utrecht met gemeenten Utrecht, Amersfoort en Woerden 4. Inleiding Rudolf Buis over het provinciale beleid voor de ruimtelijke inpassing van duurzame energie De heer Buis geeft aan dat de kaders voor de inpassing van duurzame energie staan in de ruimtelijke structuurvisie, de herziening hiervan en in de Kadernota Ondergrond. In de Structuurvisie wordt benadrukt dat duurzame energie prima is, maar goed ruimtelijk ingepast moet worden. In het RAP project “Duurzame energie goed ingepast”, gaat het om de ruimtelijke impact, het adresseren van de ruimtelijke knelpunten en om inspiratie en beeldvorming. Voorbeelden van boeiende vraagstukken zijn: - Zonne-energie: Wat vinden we van zonne-akkers? - Biomassa/vergisting: Hoe kijken we aan tegen installaties en transport in het landelijk gebied? - Ladder van geschikte of gewenste gebieden voor duurzame energie opwekking In deze coalitieperiode zal de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie niet veranderd worden. Grootschalige windenergie kan alleen met gemeentelijk draagvlak. De gemeente Vianen heeft zichzelf aangemeld. Lopende initiatieven met lokale betrokkenheid zijn: - Bewoners/bedrijven vereniging windenergie Amersfoort - Galecopperdroom: tijdelijk gebied: mogelijkheid zonne-energie in combinatie met stadslandbouw - Reijerscop keten sluiten: aansluiting biovergister op AC restaurant - Biogas hub - Zonneweiland aansluitend aan dorp De heer Buis ziet zeker een rol voor de Provincie bij deze initiatieven, vanwege knelpunten in regelgeving, kennis etc. De PCL vraagt zich af hoe de relatie is tussen deze lokale initiatieven voor duurzame energie en het bedrijfsleven. De heer Buis geeft aan dat vooral kleine lokale bedrijven hierbij betrokken zijn. De PCL constateert een gebrek aan verbinding tussen deze lokale initiatieven en grotere bedrijven en organisaties als de EBU. De heer Van de Klundert concludeert dat het belangrijk is om een goede analyse te maken van de activiteiten van kleine bedrijven, grote bedrijven en burgers op het terrein van duurzame energie in de Provincie Utrecht. De heer Van der Leun geeft aan dat Ecofys wel wat onderzoek heeft gedaan naar het potentieel voor duurzame energie-opwekking, maar dat er ook nog veel te doen is. De heer Buis geeft aan dat duurzame energie bij de Provincie geen zelfstandig aandachtsgebied meer is, maar bij andere terreinen wordt aangehaakt. De heer Van de Klundert vraagt zich af of dit liberale beleid ook risico’s heeft. Zijn er markthobbels die niet worden genomen? De reacties hierop zijn: - Landschap en natuur zijn niet ondersteunend aan duurzame energie - De noodzaak van lokaal bestuurlijk draagvlak krijgt teveel gewicht. In Houten heeft dit proces wel 15 jaar geduurd. De Provincie zou af en toe meer moeten doorzetten.
4 verg. pcl/concept/J.vander Heijde
-
In het liberale klimaat ontbreekt het positieve podium. Soms kan een positieve ondersteuning door de overheid ook leiden tot veel inkomsten en werkgelegenheid (zie Lochem). Wat zouden we qua energieopwekking kunnen met de grote rivieren? Hierop zal de overheid toch moeten coördineren.
De conclusie van de PCL is dat er enige stagnatie is op het vlak van duurzame energie in de Provincie Utrecht. Ook in de komende twee jaar moet er iets gebeuren. De netwerksamenleving moet meer naar voren gehaald worden. De heer Hogenboom geeft aan dat er vanuit de EBU en Utrecht 2040 wordt gedacht aan een Utrechts Energieakkoord. De PCL kan adviseren over de aanpak hiervan. De heer Van de Klundert vindt het zinvol als de PCL reflecteert op het advies van 3 jaar geleden. Waarom is de aanpak gestagneerd? Er is nu een nieuwe uitdaging met het SER akkoord en het concept van de netwerksamenleving. De heren Van de Klundert en Hogenboom zullen een bijdrage leveren aan de Inspiratiebijeenkomst van GS over dit onderwerp op 15 april a.s. 5. Concept verslag PCL vergadering 21 januari 2014 Het verslag wordt zonder wijzigingen vastgesteld 6. Stand van zaken - PCL jaarprogramma 2014 Mevrouw Van der Heijde geeft aan dat n.a.v. de gesprekken met GS en PS de onderwerpen uit het concept jaarprogramma gehandhaafd kunnen blijven, maar er aanpassingen gedaan zullen worden qua aanpak en richting van de adviezen, werkvormen en planning. - Nieuw PCL lid kring bedrijfsleven De heer Van de Klundert en mevrouw Van der Heijde hebben op 14 maart een kennismakingsgesprek met een beoogd nieuw PCL lid uit de kring van Nyenrode. - Evaluatie PCL Twee adviesbureaus hebben een offerte uitgebracht voor de evaluatie van de PCL. Aan het bureau dat het best heeft gescoord op de vooraf bepaalde criteria wordt de opdracht binnenkort verleend. - Presentatie eerste advies Omgevingswet in commissie RGW 31 maart De heer Van Bree zal het advies presenteren in de commissie RGW. - PCL excursie Limburg 14 april De PCL zal op deze datum het gebied Kempen-Broek bij Weert bezoeken. De heer Rademacher (trainee) zal de excursie in overleg met mevrouw Van der Heijde organiseren. Afsprakenlijst/actielijst Datum afspraak Onderwerp 11 maart Bijdrage leveren aan Inspiratiebijeenkomst GS over duurzame energie 11 maart Opvolging J. Docter, kennismaken met mogelijk nieuw lid vanuit Nyenrode 11 maart Evaluatie PCL, opdracht verlenen aan onderzoeksbureau 10 december Voorbereiding discussiebijeenkomst Omgevingswet
Verantwoordelijke(n) V.d. Klundert en Hogenboom, voorbereiding v.d. Heijde V.d. Klundert/ v.d. Heijde
Datum gereed 15 april 2014
V.d. Heijde
z.s.m.
V.d. Heijde/V. Bree
Najaar 2014
14 maart 2014
5 verg. pcl/concept/J.vander Heijde