bulletin december 2010
Verslag ReRooted najaarscongres Proefschrift Nynke Tymstra
4
Nederlandse Vereniging voor Orale Implantologie
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 2
Het slimste potje voor botregeneratie…
NIEUW OssaBase®- HA > Volledig synthetisch > Micro- en nanoprofiel gelijk aan eigen botstructuur > Hoge osteoconductiviteit
Nieuwsgierig? Kijk voor meer informatie over OssaBase®- HA, Cerasorb en andere botregeneratiematerialen op www.biocomp.eu of bel naar 073-684 72 02.
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 3
Van de voorzitter Dat de tijd soms hard gaat blijkt wel uit het feit dat u nu bladert door Bulletin 4, die traditiegetrouw uitkomt rond de Kerst. Dat geeft u de tijd om het hele Bulletin eens rustig op te pakken en door te lezen. Een gedrukt exemplaar vind ik toch prettiger om te lezen, we zullen dus niet geheel digitaal gaan en het Bulletin blijven uitge ven. Wel is de NVOI website weer verder uitgebouwd zodat u steeds meer zaken met het secretariaat zoals de inschrijvingen van cursussen en congressen juist wel digitaal kunt afhandelen.
structuur met prestatieverrichtingen in de mondzorg
De tijd rond de kerst is eveneens traditiegetrouw een
zouden gaan krijgen. Niets blijkt minder waar, we hebben
periode om terug te kijken naar het afgelopen jaar, en
nog dezelfde declaratiestructuur als voorgaande jaren
tradities moeten soms worden gehandhaafd. 2010 is weer
omdat volgens Den Haag en de NZa de tijd nog niet rijp
een succesvol jaar geweest voor de NVOI. De kernzaken
was voor deze verandering. Wel bleek de tijd kennelijk
van een wetenschappelijke vereniging zoals cursussen en
rijp voor een dramatische ingreep in de tarieven voor de
congressen, zijn weer zeer professioneel verzorgd door de
Orthodontie, alhoewel de NZa dit besluit waarschijnlijk
PAOI. Zeker het gezamenlijke congres “ReRooted” was
uitstelt of wellicht zal bijstellen. We moeten dus gaan zien
weer een hoogtepunt wegens de fabuleuze lijst van
wat de NZa voor 2011 ons weer voor verrassingen gaat
sprekers en de meer dan 700 congresdeelnemers. Ook het
brengen. Dit soort onvoorspelbaar gedrag bevorderd
Consilium implantologicum heeft een druk jaar achter de
naar mijn idee niet de ontwikkeling en innovatie in ons
rug met veel visitaties en het opstellen van een nieuw
vakgebied, maar daar liggen kennelijk de politieke accen
reglement Implantoloog. Het doel van het nieuwe regle
ten niet. Ik ben benieuwd wat er volgend jaar hierover in
ment is een meer kwalitatieve toetsing. Dit stuk werd in
dit stukje zal staan.
de Ledenvergadering van 7 december besproken en
Ook dit jaar wil ik graag weer alle leden van de NVOI en
aangenomen. Dit betekent dat alle aanvragen voor
alle medewerkers hartelijk danken voor hun tijd en
registratie en herregistratie vanaf 1 januari 2011 volgens
inspanning die ervoor hebben gezorgd dat 2010 weer een
het nieuwe reglement zullen verlopen. U kunt dit nieuwe
zeer succesvol jaar is geworden. Ik hoop dat wij ook in
reglement via de website downloaden en daarnaast krijgt
2011 weer op uw inzet mogen rekenen. Daarnaast wil ik
u begin van het volgende jaar een gedrukt exemplaar
iedereen, zowel op privé als op implantologisch gebied,
opgestuurd. Verderop in dit Bulletin vindt u een kort
een gelukkig en succesvol 2011 wensen.
verslag van de Ledenvergadering over dit onderwerp. Vorig jaar schreef ik in dit stukje dat we een vrije tarief
Eelco Bergsma, voorzitter
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 4
Studiedag
Het plaatsen en direct belasten van een pre-fab steeg op twee implantaten in de onderkaak B. Rademacher, implantoloog. Trail Centrum voor implantologie te Heerlen
Om uit te vinden of het mogelijk is om op twee implantaten in het interforaminaal gebied direct een (pre-fab) steeg te plaatsen en deze suprastuctuur direct te belasten middels de prothese, zijn wij drie jaar geleden een onderzoek gestart.
Van belang is om te weten hoe lang stegen in de onder kaak zijn. Wij hebben een paar honderd stegen gemeten en hieruit een maat genomen die bij 70% van alle patiën ten toepasbaar is. Vervolgens werd op deze maat een surgical guide set ontwikkeld. We zijn daarmee in staat om de implantaten op de door ons geplande locaties te plaatsen, en wel dermate nauwkeurig dat bij alle patiënten in dezelfde zitting de steeg kon worden geplaatst. Aanvankelijk werd de locatie van de implantaten bepaald aan de hand van
Figuur 1 Door het meten van vele stegen, werd een standaard steeg ontwikkeld.
OPG en RSP., inmiddels zijn we in staat de suprastructuur in het 3D beeld te “slepen”. We hebben 35 patiënten, die middels dit protocol behan deld werden, klinisch en röntgenologisch gevolgd. De gemiddelde functioneringstijd was 10,3 maanden. Bij één patiënte ging een implantaat verloren, bij inspectie bleek de linguale corticalis geperforeerd. Bij alle andere patiënten constateren wij geen implantaat verlies, er waren geen röntgenologische veranderingen in bothoogte. Er waren geen reparaties aan de suprastruc tuur nodig. De voordelen voor patiënten die via deze wijze worden behandeld zijn: korter behandeltraject (ongeveer 2 weken), minder nabezwaren en minder dagen tandeloos, dwz minder werkdagen respectievelijk vakantiedagen verloren. De voordelen voor de behandelaar zijn: minder stoeltijd, geen “soft liner” gedurende weken, lagere kosten van steeg bij plaatsen en of vervangen. Samenvattend durf ik de stelling aan: Het direct plaatsen van een steeg op twee implantaten in de onderkaak heeft zowel voor patiënt als behandelaar voordelen. Het klinisch en röntgenologisch gedrag van de implantaten en de suprastructuur komt overeen met het traditionele patroon. Momenteel zijn we op zoek naar behandelaars die met ons willen deelnemen in een multicentre onderzoek. Info hierover:
[email protected] – www.trailcen tre.com
Figuur 2. Computer guided surgery.
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 5
Studiedag Figuur 3. Met behulp van een surgical guide is het mogelijk de implantaatbedden exact te prepareren.
Figuur 5. Door de precieze plaatsing van de implantaten ligt de prefab steeg stabiel en kan spanningsloos gefixeerd worden.
Figuur 4. De implantaten in situ.
Figuur 6. Röntgen controle na plaatsen van de implantaten.
Figuur 7. Klinische situatie 1 jaar na plaatsing van de steeg.
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 6
Persbericht
CYTOPLAST membranen en hechtdraad Memodent Dental Systems BV introduceert de producten van de Amerikaanse firma Osteogenics in Nederland. Osteogenics is de producent/ontwikkelaar van de CYTOPLAST producten, welke sinds 1996 op de markt zijn en met name in Noord-Amerika grote bekendheid genieten. De gepatenteerde CYTOPLAST-Techniek (waarbij men de d-PTFE membranen bloot laat liggen om hierdoor de aangehechte gingiva in tact te kunnen laten) is populair bij duizenden implantologen en parodontologen. Het CYTOPLAST productenpakket bestaat uit 4 hoofdlijnen: - RTM Resorbable Collagen membrane - Dense-PTFE Textured membrane - Dense-PTFE Titanium-Reinforced membrane - Dense-PTFE Monofilament Suture Vanwege een wortelfractuur moet het rechter centrale incisief worden geëxtraheerd, waarna direct wordt geïmplanteerd.
Nadat het implantaat is geplaatst en het defect is opgevuld met een botsubstituut, wordt er een Cytoplast ‘textured, high-density PTFE membraan’ in de subperiostale pocket aan de palatinale zijde aangebracht.
Het membraan wordt vervolgens onder de buccale flap en de interdentale papillae gedrukt.
Ter stabilisatie wordt een Cytoplast PTFE hechtdraad geplaatst. Het membraan wordt opzettelijk blootgesteld aan de mondholte, aangezien primaire sluiting bij deze techniek niet noodzakelijk is.
Na 3 weken wordt het blootliggende membraan eenvoudig met een pincet verwijderd. Een oppervlakkige verdoving is voldoende.
6 weken na het plaatsen van het implantaat (3 weken na de verwijdering van het membraan) vormt zich aangehechte gingiva over de voormalige extractiesocket.
Cytoplast RTM Collagen membrane Dit resorbeerbare collageen membraan heeft een langere voorspelbare resorptietijd (26-38 weken) en een grote treksterkte waardoor het membraan makkelijk op zijn plaats kan worden gehecht zonder dat het doorscheurt. Daarnaast is de flexibiliteit geoptimaliseerd: als het nat is laat het zich makkelijk over de kaak vormen, maar het is niet zo slap dat het in het defect valt. Het Cytoplast membraan is dubbelzijdig te gebruiken, er is dus geen kans op vergissing. Cytoplast Dense-PTFE Textured membrane Dit dense-PTFE membraan resorbeert niet en is 100% afdichtend. Dit komt doordat de poriën van het dense-PTFE materiaal kleiner zijn dan 0.3µm, waardoor het ondoordringbaar is voor bacteriën. Het grote voordeel van dit type membraan is dat het opzettelijk bloot kan worden gesteld aan de mondholte. Doordat er geen primaire wondsluiting hoeft plaats te vinden kan de aangehechte gingiva en diens architectuur worden behouden. Het blootliggende membraan kan eenvoudig (niet chirurgisch en zonder verdoving) worden verwijderd. Het gestructureerde oppervlak zorgt voor meer stabiliteit en helpt gingivarecessie te voorkomen. Cytoplast Dense-PTFE Titanium-Reinforced membrane Dit membraan heeft dezelfde eigenschappen als hierboven vermeld, echter het is versterkt met een titanium frame. Ideaal voor het opbouwen van de kaak en het opvullen van botdefecten, waarbij één of meerdere botwanden ontbreken. Hoewel primaire sluiting bij kaakopbouw wordt aanbevolen kan ook dit membraan – vanwege het high-density PTFE oppervlak – langdurig aan de mondholte worden blootgesteld. Het membraan kan naar eigen inzicht worden bijgeknipt, maar door de acht verschillende vormen is dat nauwelijks noodzakelijk. Cytoplast monofilament Dense-PTFE Suture Cytoplast PTFE Suture is een ideaal hechtdraad voor implantaat- en regeneratieve behandelingen waar een zacht monofilament hechtdraad wenselijk is. Cytoplast PTFE hechtdraad heeft een monofilament opbouw, wat betekent dat het uit één vezel vervaardigd is. Het grote voordeel hiervan is dat bacteriën niet door het hechtdraad heen tot de chirurgische opbouw kunnen doordringen. Cytoplast Suture is 100% biologisch inert en vriendelijk voor de gingiva. Het is gemakkelijk hanteerbaar en laat zich goed knopen. In tegen-stelling tot de meeste monofilament hechtdraden, vinden patiënten Cytoplast Suture aangenaam omdat het zacht is.
Voor nadere inlichtingen: Memodent Dental Systems BV Drs. Lorentz Domburg T 053-4306663 E
[email protected]
voor het doneren van bloed. Deze patiënt is hierop verhaal gaan halen bij zijn implantoloog. Dit heeft geleid tot een officieel standpunt van de Stichting Sanquin Bloedvoorziening. Hierop heeft Dent Med Materials, als distributeur voor Bio-Oss en Bio-Gide in Nederland, een reactie gegeven. Beide documenten worden hieronder gepubliceerd. De redactie.
Veiligheid van de botregeneratieve materialen Geistlich Bio-Oss® en Geistlich Bio-Gide® Implicaties voor de geschiktheid van patiënten als bloeddonor Inleiding
En daarmee begint dan de verwarring en discussie,
Het doneren van bloed wordt in principe gedaan uit ideële
xenotransplantaten worden ook wel xenografts genoemd.
overwegingen, men kan immers iets doen voor de mede
In de internationale literatuur wordt deze laatste bena
mens. Het blijkt tevens dat donoren veelal langdurig
ming verwarrend genoeg ook wel gebruikt voor de
geregistreerd staan als verstrekker van bloed of bloed
aanduiding van xenogeen materiaal.
producten. Om in aanmerking te kunnen komen voor bloeddonor
Xenotransplantatie
schap zijn strikte regels opgesteld. Via een uitgebreid
Transplantatie van organen, weefsels en levende cellen
vragenformulier worden patiënten gescreend op mogelijke
van niet humane donoren naar mensen met als doel de
geschiktheid.
patiënt in staat te stellen te overleven. Anderzijds neemt
Indien uit deze screening blijkt dat de donor (nieuw of
het risico’s op overdracht van infectie verwekkers toe,
reeds bestaand donorschap) in enig medisch traject is
terwijl afstoting van het transplantaat dient te worden
behandeld met producten van dierlijke herkomst dan
voorkomen. De controle maatregelen zijn beperkt en
wordt de donor vervolgens uitgesloten van het doneren
procedures voor desinfecteren kunnen de vitale functies
van bloed of bloedproducten. Dit zal voor een aantal
van een transplantaat vernietigen.
personen een onaangename ervaring zijn. Het veel gehoorde argument hiervoor is dat er xenotrans
Standpunt Bloedtransfusie diensten
plantaten zouden zijn gebruikt. En dit geldt als een reden
De bloedtransfusie diensten van o.a. het Zwitserse Rode
voor permanente uitsluiting van het donorschap.
Kruis (reeds in 2004), Duitse Rode Kruis, Australische
Het valt dan ook zéér te betreuren dat de bloeddonatie
Rode Kruis, Etablissement Francais du Sang (2009) sluiten
dienst van Sanquin Nederland ook personen heeft uitge
ontvangers van Geistlich Bio-Oss® en Geistlich Bio-Gide®
sloten tot het doneren van bloed die een tandimplantatie
niet uit van bloeddonatie op grond van de huidige litera
procedure hebben ondergaan waarbij tevens bot of weef
tuur. Zij hebben hun selectiecriteria inmiddels herzien.
selregeneratie werd toegepast. Hierbij werd botregenera
Zelfs in de UK Transfusion Services Guidlines wordt
tief materiaal gebruikt van bovine of porcine herkomst.
Geistlich Bio-Oss® expliciet genoemd als reden om
In een aantal gevallen hebben patiënten zich na confron
patiënten niet uit te sluiten tot bloeddonatie.
tatie met uitsluiting als bloeddonor bij de behandelaar (en
In de USA zijn Geistlich Bio-Oss® en Geistlich Bio-Gide®
eveneens bij ons als leverancier) gemeld voor nadere
in het bezit van het FDA approval. Patiënten worden door
informatie.
de vele bloedbanken niet uitgesloten van bloeddonatie na implantatie van genoemde producten.
Hardnekkig, maar geheel ten onrechte worden Geistlich Bio-Oss® en Geistlich Bio-Gide® door de bloeddonatie
Internationale autoriteiten bevestigen dat er geen weten-
dienst van Sanquin gekwalificeerd als xenotransplantaten.
schappelijke gronden zijn welke uitsluiting van patiënten
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 7
De Stichting Sanquin Bloedvoorziening heeft recent iemand die Bio-Oss geïmplanteerd had gekregen uitgesloten
Dispuut
Ontvangers van Bio-Oss worden uitgesloten van bloeddonatie
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 8
Dispuut
tot donatie rechtvaardigen die Geistlich Bio-Oss® en
Selectie van materiaal
Geistlich Bio-Gide® hebben ontvangen.
Het ruwmateriaal van zowel het bot en membranen is afkomstig van dierlijk materiaal. Het wordt uiterst zorg
Xenogeneic materialen
vuldig geselecteerd en na officiële veterinaire inspectie
Zijn van dierlijke herkomst, maar bevatten geen levens-
ontvangt het een gezondheidscertificaat van “geschikt
vatbare cellen.
voor menselijke consumptie”.
Geistlich Bio-Oss®en Geistlich Bio-Gide® zijn wereldwijd
Productieprocessen
al geruime tijd “leading products” voor bot en weefselre
De strikte en gevalideerde processen voor verkrijging van
generatie. De producten zijn evidence-based, betrouw
de producten bestaan uit chemische en fysische behande
baar, voorspelbaar en veilig.
lingen naast gevalideerde gamma bestraling ter vernieti
Geistlich Pharma AG, Zwitserland is er alles aan gelegen
ging van infectieverwekkers, zoals bacteriën en virussen.
patiënten te voorzien van veilige en klinisch effectieve
Deze processen staan onder voortdurende controle van de
producten.
Europese overheden. Deze procedures bepalen mede de veiligheid voor toepassing bij patiënten als medical
Geistlich Bio-Oss®, bovine materiaal (runderbot) afkom
device.
stig uit Australië (BSE veilig)
De effectiviteit van pathogenen inactivatie en verwijde
Geistlich Bio-Gide®, porcine collageen (varkens collageen)
ring wordt bevestigd in virus-validatie studies en beves
afkomstig uit Zwitserland.
tigd door onafhankelijke experts. De gamma-sterilisatie procedure is veilig tegen pathogene
Beide producten worden verkregen uit dierlijk weefsel,
bacteriën (SAL-6). Wetenschappelijke studies tonen aan
van xenogeneic origine. Het productieproces is veilig en
dat het gehele productieproces veilig, reproduceerbaar en
traceerbaar, inactiveert en verwijderd alle levende cellen.
verantwoord is om virussen, schimmels, sporen en para
Geistlich Bio-Oss is een osteoconductief materiaal. Het is
sieten te inactiveren als waarborg voor de steriliteit van
anorganisch materiaal. Het is dan ook onjuist Geistlich
het eindproduct.
Bio-Oss® en Geistlich Bio-Gide® te kwalificeren als xeno transplantaten (voor de definitie van xenotransplantatie
Geistlich Bio-Oss was een van de eerste medische
en xenotransplantatie producten zie ref. 1 en 2).
producten die het Certificate of Suitability verkreeg van de European Directorate for Medical Quality ( EDQM).
Helaas zijn sommige bloeddonor centra niet op de hoogte
Dit bevestigd dat de Geistlich biomaterialen van bovine
van deze feiten. Donoren kunnen daardoor worden
oorsprong volgens de veiligheidsvoorschriften van de
uitgesloten tot het doneren van bloed op de grond van een
European Pharmacopoeia inzake BSE worden geprodu-
onjuiste definitie.
ceerd.
Geistlich biomaterialen en het CE-mark voor
WHO classificatie
medical devices
Bot wordt bovendien gezien als prion vrij materiaal
Beide producten en hun afleidingen zijn geregistreerd met
(Oesch, Bruno 2000; Chignon, T. 2004; Raeber, A. 2010
het CE-mark voor medical devices (medisch hulpmiddel
Volgens de WHO Tissue Infectivity classification, tabel C
klasse III) volgens de Richtlijn 93/42/EEC en Richtlijn
(WHO 2003, 2006 en 2010) behoort botmateriaal tot de
2003/32 /EC, een voorwaarde voor toelating in de Euro
laagste risico categorie op “undetected infectivity”.
pese Unie.
Vanwege de registratie en het CE-mark is een informed-
Toelating als medisch hulpmiddel houdt tevens in dat
consent niet noodzakelijk. Het blijft altijd de verantwoor
deze producten niet als xenotransplantaten kunnen
delijkheid van de behandelaar patiënten te informeren
worden beschouwd.
over de toe te passen producten. Dent-Med Materials b.v. is als importeur samen met de
De natuurlijke structuur van het botmateriaal heeft
fabrikant van Geistlich Bio-Oss® en Geistlich Bio-Gide® in
unieke eigenschappen en bepalen het resultaat van de
overleg met Sanquin Nederland betreffende de onterechte
behandeling waarbij de Geistlich biomaterialen worden
kwalificatie.
gebruikt, de zogenaamde biofunctionaliteit. In meer dan 700 wetenschappelijke publicaties worden deze eigen
Wetenschappelijke en technische informatie is op verzoek
schappen en klinische resultaten beschreven bij procedu
verkrijgbaar bij:
res in de tandheelkunde en maxillo-faciale chirugie.
Dent-Med Materials b.v.
Samenwerking met meer dan 100 universitaire centra,
Contact persoon: Henk W.J. Hassing
wetenschappers en clinici van naam en faam staat borg
Postbus 381, 1700 AJ Heerhugowaard
voor de uitstekende onderbouwing.
Tel.: 0226-360 150 Fax: 0226-360 151 E-mail: info@ dent-medmaterials.nl
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 9
Referenties: 1) Guidance for Industry. Source Animal, Product, Preclinical, and Clinical Issues Concerning the use of Xenotransplantation Products in Humans. U.S. Depart ment of Health and Human Services, Food and Drug Administration, Center for Biologics Evaluation and Research (CBER). April 2003 2) WHO/CDS/CSR/EPH/2001.1 OECD/WHO Consulta tion on Xenotransplantation Surveillance: Summary.
Dispuut
Patiënteninformatie stellen wij gaarne ter beschikking. Dit is een statement van Geistlich Pharma AG, Zwitserland en Dent-Med Materials b.v.
Standpunt Sanquin ten aanzien van bloeddonors bij wie Geistlich Bio-Oss is toegepast 27 oktober 2010 Sanquin heeft nog eens goed gekeken naar de wet- en
In verband met het bovenstaande ziet Sanquin geen
regelgeving inzake het accepteren/afwijzen van bloeddo
mogelijkheden om ontvangers van xenotransplantaten,
nors nadat zij behandeld zijn met biomaterialen afkomstig
zoals Geistlich Bio-Oss, te accepteren voor donatie van
van dieren. In de Richtlijn 2002/98/EG van het Europees
bloed of bloedcomponenten. Zolang de EU-richtlijnen
Parlement en de Raad van 27 januari 2003 tot vaststelling
hieromtrent geen ruimte bieden, bijvoorbeeld in de vorm
van kwaliteits- en veiligheidsnormen voor het inzamelen,
van uitzondering van xenogene producten met duidelijke
testen, bewerken, opslaan en distribueren van bloed en
veiligheidsgaranties, zal Sanquin strikt conform de vige
bloedbestanddelen van menselijke oorsprong en tot wijzi
rende EU-richtlijnen blijven handelen.
ging van Richtlijn 2001/83/EG van de Raad is aangege ven dat er voorschriften zullen komen voor onder andere
Hopende u hiermee van dienst te zijn, verblijf ik,
de geschiktheid van bloed- en plasmadonors en het testen van bloeddonaties met inbegrip van voorschriften voor
Met collegiale groet,
permanente uitsluiting en mogelijke afwijking daarvan. Deze voorschriften zijn neergelegd in de Richtlijn
E. Slot, arts
2004/33/EG van de Commissie van 22 maart 2004. In
Secretaris medische Adviesraad
bijlage III onder de rubriek ‘uitsluitingscriteria voor
Stichting Sanquin Bloedvoorziening
donors van volbloed en bloedbestanddelen’ zijn ontvan gers van xenotransplantaten opgenomen in de rubriek ‘criteria voor permanente uitsluiting...’. De inplementatie van de EU-richtlijnen in Nederland heeft plaatsgevonden in februari 2005 door het van kracht worden van onder andere de Regelgeving voorschriften bloedvoorziening (Stort. 2005, 25).
ALV nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 10
Kort verslag Algemene Ledenvergadering 7 december 2010 Het beloofde op voorhand al een memorabele Algemene Ledenvergadering te worden. De voorgestelde wijziging van het Reglement Implantoloog prijkte namelijk op de agenda. Mocht het bestuur bij de vorige ALV slechts 15 leden verwelkomen, nu trotseerden 45 leden de barre winterse omstandigheden en kwamen bijeen in Kasteel de Hooge Vuursche.
En toen volgde agendapunt 9: ‘Wijziging Reglement Implantoloog’ . Dit agendapunt was al ruimschoots via het Bulletin en de website ingeleid. Nu de implantologie uitgegroeid is tot een volwassen vakgebied, werd het in de ogen van velen tijd om ook het Instituut Implantoloog een meer volwassen status te schenken. Gezien het huidige aantal Implantologen (450) in verhouding tot het aantal gedifferentieerde tandartsen (650) moet worden voorkomen dat de titel Implantoloog aan kracht verliest en ten onder gaat aan zijn eigen succes. De huidige criteria voor registratie tot Implantoloog zijn vooral van kwantita tieve aard. Dit leidt tot een register van Implantologen met diversiteit in kwaliteit. Een meer kwalitatieve toet sing, zoals dit bij andere disciplines waaronder de paro dontologie en kaakchirurgie reeds het geval is, geeft meer uniformiteit in kwaliteit. De voorgestelde wijzigingen van het Reglement zijn een belangrijke stap naar meer kwali Nadat voorzitter Bergsma de ALV had geopend, volgden
teit, waarbij het handelen wordt getoetst en zelfevaluatie
de mededelingen en werd het verslag van de vorige leden
centraal staat. Op deze wijze wordt tevens een goed
vergadering zonder op-of aanmerkingen goedgekeurd.
signaal afgegeven aan patiënten en aan partijen als de
Na installatie van de nieuwe leden (er mocht zelfs onder
NZa, die het streven naar kwaliteit en transparantie als
applaus een nieuw lid ‘live’ worden welkom geheten),
kernpunten beschouwen voor de toekomstige gezond
werd de Ledenvergadering gevraagd of ze het bestuur
heidszorg. Er wordt opgemerkt dat het register van inter
wilde machtigen om een Stichting op te richten voor het
collegiaal belang is en nooit door een zorgverzekeraar als
onderbrengen van het postacademisch onderwijs.
een middel mag worden aangewend.
De Ledenvergadering ging hiermee akkoord. Vervolgens
De ALV is unaniem van mening dat een meer kwalita
werd de begroting door de penningmeester toegelicht.
tieve toetsing een evidente stap is. Er is consensus over
Er waren enkele vragen over het vermogen van de vereni
het feit dat er nog steeds kwantitatieve eisen moeten
ging en over de hoogte van de contributie in relatie tot dit
worden gesteld, maar dat dit arbitrair zal blijven. Er wordt
vermogen. Verder ontstond een woordenwisseling over
vanuit de ALV opgemerkt dat de aanwezige opleidings
het bedrag dat gereserveerd wordt voor het lustrum. De
structuur en het huidige aanbod aan congressen en
vraag of het in de huidige tijd nog wel verantwoord is om
cursussen de voorgestelde wijzigingen wellicht niet
op een buitenlandse bestemming het lustrum te vieren,
kunnen faciliteren. De ‘gevestigde orde’ kan het gepropo
passeerde de revue. Graag verneemt het bestuur hierover
neerde aantal te behandelen patiënten wel realiseren,
de mening van de Leden op
[email protected]. Tot slot
maar waar komt ‘nieuw bloed’ vandaan? Deze vragen
gingen er stemmen op om gelden te reserveren ten gunste
werden gepareerd met de opmerking dat er in den lande
van de Implantologie Overleg Commissie (IOC) en werd
genoeg mogelijkheden zijn om je te bekwamen in de
vervolgens de begroting goedgekeurd.
implantologie en dat het zeker niet onmogelijk is om via
Na agendapunt 7 (herbenoeming penningmeester Meijn
een netwerk aan de eisen te voldoen. Een aantal leden is
dert), werd de doelstelling en samenstelling van de IOC
ervan overtuigd dat als de wil er is, de weg ook te vinden
toegelicht. De opdracht van deze nieuwe commissie is het
is. Verder werd opgemerkt dat iedere tandarts implanta
geven van advies en het voeren van onderhandelingen
ten mag blijven plaatsen en dat men zich moet afvragen of
met relevante partijen op het gebied van prestaties, decla
men wel Implantoloog NVOI wil zijn. Dit brengt namelijk
raties en beloning. De commissie bestaat uit drie leden
serieuze verplichtingen met zich mee, bijvoorbeeld op het
die voor een periode van twee jaar worden benoemd.
gebied van de praktijkinrichting. Ook wordt geopperd om
leden tegen en 1 lid onthield zich van stemmen. Dit bete
verslag, zoals voorgesteld in het nieuwe Reglement, stuit
kent dat het nieuwe Reglement Implantoloog vanaf 1 janu
op enige weerstand. Het idee van het jaarverslag is dat dit
ari 2011 in werking treedt. Een belangrijke kanttekening
een instrument is voor zelfevaluatie. Door het elk jaar
betrof de exacte inhoud van het jaarverslag: dit komt in
inleveren van een jaarverslag kan bij een hervisitatie over
de volgende ALV aan de orde. Het Consilium Implantolo
een periode van vijf jaar worden teruggekeken. De jaar
gicum en het bestuur van de NVOI zullen in een toekom
verslagen vormen een chronologische leidraad en verbe
stig Bulletin een voorstel voor een dergelijk jaarverslag
terpunten komen aan het licht. Men vraagt zich af of het
publiceren.
voor het Consilium wel uitvoerbaar is om het proces
Het bestuur van de NVOI is trots op deze belangrijke stap
rondom dergelijke jaarverslagen te controleren. Ook
en dankt het Consilium Implantologicum voor haar
worden er vragen gesteld over de exacte inhoud van het
inspanningen.
jaarverslag. Uiteindelijk wordt het nieuwe Reglement Implantoloog,
L. den Hartog
zoals verspreid onder alle leden van de NVOI, ter stem
Secretaris NVOI
NVOI symposium Implantologica in Hilton Hotel Amsterdam Informatie en inschrijven via nieuwe site implantologica.nl Op vrijdag 25 maart 2011 organiseert de NVOI een
uiteen zetten hoe een patiënt het best kan worden
symposium voor alle praktijkmedewerkers over
ingelicht over de voordelen van een implantologische
implantologie: hoe het in de praktijk begint en hoe
behandeling. Daarnaast presenteren Ronnie Goené,
het afloopt. Implantologica is een leerzame, niet te
Henny Meijer, Gerry Raghoebar en Fridus van der
missen dag voor medewerkers in de praktijk,
Weijden een beeld van de huidige stand van zaken in de
waarop óók de tandarts van harte welkom is!
implantologie, welke aspecten en materialen daarbij van belang zijn en hoe het resultaat behouden kan blijven.
Implantlogica is een NVOI symposium speciaal voor mondhygiënisten, tandarts-, preventie- en orthodontie
Inschrijving is inclusief het koffiebuffet tijdens en de
assistenten. Ontwikkelingen in de implantologie gaan
borrel na afloop van het symposium, alsmede de lunch in
snel, waardoor de logica van verschillende mogelijkheden
het Hilton. Via de nieuwe - en eerste! - speciale NVOI
en de behandelvolgorde wel eens uit het zicht raken.
cursussite www.implantologica.nl kunt zich direct online
Daarnaast komen door de taakverschuiving binnen de
inschrijven. Prijs per eerste inschrijving is € 225,00.
tandheelkunde steeds vaker praktijkmedewerkers in
Bij een hoger aantal inschrijvingen per praktijk daalt de
aanraking met vragen van patiënten. Deze vragen gaan
prijs per volgende persoon naar resp. € 190,00, € 170,00
over de eventuele behandeling zelf, maar ook over onder
en € 150,00.
houd en complicaties als implantaten en suprastructuur al geplaatst zijn. Gerenommeerde sprekers zullen de nieuw
Het NVOI symposium Implantologica is geregistreerd bij
ste ontwikkelingen op het gebied van diagnostiek,
het Kwaliteits Register Tandartsen (KRT) voor 5 KRT
planning en nazorg presenteren met als doel een optimaal
punten.
(esthetisch) resultaat te bereiken en ook te behouden. Binnenkort kunt u via www.nvoicursussen.nl terecht voor Anita Daniels (USA) is mondhygiënist en een expert op
een compleet overzicht van het NVOI cursus- en congres
het gebied van voorlichting over implantologie. Zij zal
programma!
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 11
ming gebracht. Het resultaat: 36 leden stemden vóór, 8
‘de titel Implantoloog’. Het elk jaar inleveren van een jaar
ALV
te spreken van ‘de kwalificatie Implantoloog’ in plaats van
Proefschrift nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 12
Samenvatting proefschrift The effects of dental implantson hard and soft tissues Nynke Tymstra, Universitair Medisch Centrum Groningen, afdeling Kaakchirurgie.
De tandheelkundige implantologie heeft zich de laatste jaren snel
onderzoek heeft zich gericht op de effecten van tandheel
ontwikkeld. Al sinds de introductie in de tandheelkunde, worden
kundige implantaten op de harde en zachte weefsels in
implantaten met succes geplaatst voor verankering van overkap-
zowel edentate als partieel dentate patiënten.
pingsprotheses en vaste brugconstructies in de edentate onderkaak en bovenkaak. De laatste jaren worden implantaten ook steeds
In het eerste deel van het proefschrift worden de resulta
vaker geplaatst ter vervanging van één meer ontbrekende elemen-
ten van twee studies beschreven die handelen over de
ten in het front en/ of in de zijdelingse delen van de onder- en
indirecte effecten van tandheelkundige implantaten onder
bovenkaak.
een overkappingsprothese in de edentate onderkaak op de resorptie in de zijdelingse delen van de onderkaak en op het voorste deel van de edentate bovenkaak. In hoofdstuk 2 is een prospectieve studie beschre ven waarin het effect van de behandeling met een overkappingsprothese op twee of vier IMZ (DentsplyFriadent) implantaten in het interfora minale deel van de onderkaak op de kaakresorp tie in de zijdelingse delen van de onderkaak werd geëvalueerd. Zestig edentate patiënten met een kaakhoogte van 12 tot 18 mm namen deel aan de studie. Dertig patiënten werden behandeld met een overkappingsprothese op twee implantaten (‘two-implantgroup’) en 30 patiënten werden behandeld met eenoverkap pingsprothese op vier implantaten (‘fourimplantgroup’) (figuur 1 en 2). Kort voor en 10 jaar ná de behandeling werd een orthopantomogram (OPT) gemaakt (figuur 3 en 4). Op deze OPTs werd de bothoogte gemeten in de Hoewel er een grote verscheidenheid bestaat aan de
zijdelingse delen van de onderkaak. Proportionele
toepassing van implantaten binnen de restauratieve tand
gebiedsmetingen werden gebruikt om bilateraal de veran
heelkunde, hebben alle behandelingen met implantaten
deringen in de hoogte van de processus alveolaris inferior
uiteindelijk een gezamenlijk doel: het herstel en behoud
te bepalen die gedurende deze periode van 10 jaar waren
van functie en esthetiek. Onafhankelijk van het doel
opgetreden. Verandering in de bothoogte werd weergege
waarvoor de implantaten zijn toegepast, zullen implanta
ven als een verandering in de ‘Posterior Mandibular Ridge
ten altijd enig effect uitoefenen op de omliggende intra-
Ratio’ tussen beide meetmomenten. Uit analyse van de
orale omgeving. In partieel dentate patiënten kunnen
data kwam een statistisch significant verschil in kaak
implantaten zowel een effect hebben op de peri-implan
resorptie tussen de twee behandelmethodes naar voren:
taire harde en zachte weefsels als op de harde en zachte
gedurende de onderzoeksperiodevan 10 jaar was de
weefsels van de buurelementen. In edentate patiënten
‘Posterior Mandibular Ridge Ratio’ afgenomen met gemid
kunnen implantaten die zijn geplaatst ten behoeve van
deld 10% in de ‘two-implantgroup’ en 6% in de ‘four-
verbetering van het houvast van een overkappingspro
implantgroup’ (p<0.05). Er werd geen verband gevonden
these tevens een indirect effect uitoefenen op weefsels in
tussen de kaakresorptie in de zijdelingse delen van de
kaakregio’s die verder weg gelegen zijn van de geplaatste
onderkaak en peri-implantair marginaal botverlies.
implantaten. Implantaten die geplaatst zijn in het inter
Mogelijke verstorende factoren zoals marginaal botverlies,
foraminale gebied van de onderkaak kunnen bijvoorbeeld
leeftijd, geslacht, hoogte van de mandibula aan het begin
via de overkappingsprothese zowel een indirect effect
van de studie en het aantal jaren dat een patiënt edentaat
uitoefenen op de zijdelingse delen van de onderkaak als
was, hadden geen significant effect op de kaakresorptie.
op de bovenkaak. Het in dit proefschrift beschreven
Geconcludeerd werd dat gedurende een periode van tien
werden proportionele gebiedsmetingen uitgevoerd om zo veranderingen in de hoogte van zowel de processus a lveolaris inferior als het voorste deel van de processus alveolaris superiorte bepalen. Gedurende een periode van 10 jaar, vertoonden de resultaten geen statistisch signifi cante verschillen tussen de groepen met betrekking tot de ‘Posterior Mandibular Ridge Ratio’ en de ‘Anterior Maxil lary Ridge Ratio’ (p>0.05). Er werd geen verband gevon den tussen de resorptie van de zijdelingse delen van de edentate onderkaak en de resorptie van het voorste deel van de edentate bovenkaak. De data vertoonden een grote variabiliteit onder de individuele patiënten. Op basis van Figuur 1 Twee implantaten met een stegcon structie 10 jaar na implanteren.
de resultaten werd geconcludeerd dat er geen verschil kon jaar de kaakresorptie in de zijdelingse delen van de onder
worden aangetoond in resorptie van het voorste deel van
kaak bij patiënten met een overkappingsprothese op twee
de edentate bovenkaak tussen patiënten die waren behan
implantaten gering groter was dan bij patiënten meteen
deld met een overkappingsprothese op implantaten in de
overkappingsprothese op vier implantaten.
onderkaak en patiënten met een volledige conventionele prothese. Daarnaast bleek ook geen verschil te bestaan
In het onderzoek beschreven in hoofdstuk 3 werd naast
inde mate van resorptie van de zijdelingse delen van de
het indirect effect van implantaten op de resorptie van de
onderkaak tussen patiënten die waren behandeld met een
zijdelingse delen in de onderkaak beschreven in hoofdstuk
overkappingsprothese op implantaten en patiënten die
2 ook het effect van een overkappingsprothese in de eden
waren behandeld met een volledig conventionele
tate onderkaak op de kaakresorptie in het voorstedeel van
prothese.
de bovenkaak geëvalueerd. Het doel van de in dit hoofd stuk beschreven studie was om het effect van een over
In hoofdstuk 4 wordt een prospectieve studie beschreven
kappingsprothese op twee of vier implantaten in de onder
waarin gedurende 5 jaar de marginale botveranderingen
kaak te vergelijken met het effect van een conventionele
rond implantaten onder een overkappingsprothese in de
prothese in de onderkaak op de resorptie in de zijdelingse
onderkaak werden geëvalueerd. Speciale aandacht ging
delen van de onderkaak (‘Posterior Mandibular Ridge
daarbij uit naar de invloed van de overgang van ruw naar glad implantaatoppervlak en de locatie van de microspleet tussen implantaaten abutment op het marginale botniveau. Gedurende een periode van vijf jaar werden de marginale botveranderingen in 120 patiënten (240 implantaten) geëvalueerd die optreden rond implantaten met een titanium plasma spray coating (TPS) die waren geplaatst in het interforaminale gebied van de onderkaak. Vijftig patiënten werden behandeld met twee ITI implan taten (Straumann) met een gladde nek van 3.8 mm (‘ITIgroup’) 40 patiënten werden behandeld met twee IMZ implantaten (Dentsply Friadent) met een gladde nek van 2.0 mm (‘IMZ[2.0]-group’) en 30 patiënten werden behandeld met twee IMZ implantaten (Dentsply Friadent) met een gladde nek van 1.3 mm (‘IMZ[1.3]-group’). De ITI implantaten werden middels een één-fase techniek
Figuur 2 Vier implantaten met een steg constructie 10 jaar na implanteren.
geplaatst, waarbij de overgang van glad naar ruw op Ratio’) en op de resorptie van het voorste deel van de
botniveau gelegen was (figuur 5). De IMZ implantaten
edentate bovenkaak (‘Anterior Maxillary Ridge Ratio’)
werden eveneens middels een één-fase techniek geplaatst
gedurende een periode van 10 jaar. In totaal namen 120
waarbij de microspleet tussen het abutment en het
patiënten deel aan de studie. Dertig patiënten werden
implantaat op gelijke hoogte met het botniveau werd
behandeld met een overkappingsprothese op twee implan
gepositioneerd. Het gevolg van deze plaatsing van de IMZ
taten (‘two-implantgroup’), 30 patiënten werden behan
implantaten was dat de overgang van ruw naar glad,
deld met een overkappingsprothese op vier implantaten
respectievelijk, 2.0 mm en 1.3 mm onder het botniveau
(‘four-implantgroup’) en 60 patiënten werden behandeld
lag bij patiënten van de ‘IMZ[2.0]-group’ en de ‘IMZ[1.3]-
met een conventionele volledige prothese (‘conventional
group’ (figuur 5). De marginale botveranderingen werden
denturegroup’). Alle patiënten droegen een volledige
gemeten op gestandaardiseerde röntgenfoto’s. Zes,12, 18,
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 13
kort voor en 10 jaar ná de behandeling waren gemaakt,
Proefschrift
conventionele prothese in de bovenkaak. Op OPTs, die
Proefschrift nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 14
was het evalueren van de klinische en röntgenologische parameters en het esthetische resultaat van twee naast elkaar geplaatste implantaatgedragen kronen in de esthe tische zone. Tien patiënten die volgens hetzelfde protocol waren behandeld met twee implantaatgedragen kronen in de esthetische zone werden geïncludeerd in de studie. Bij alle patiënten was het noodzakelijk om voorafgaande aan het implanteren de processus alveolaris te corrigeren middels een augmentatie met autoloog bot. De volgende parameters werden geanalyseerd: implantaatoverleving, marginaal botniveau, verticale afstand tussen het contact Figuur 3 OPT van de ‘two-implantgroup’ vervaardigd 10 jaar na implanteren.
punt en de botpiek, papil index, pocketdiepte, patiënt tevredenheid en de mening van de professional. Tijdens een follow-up periode van 3 tot 9 jaar was de implantaat overleving 100%. De inter-implantaire botpiek bleek signi ficant meer apicaal te zijn gelegen dan de botpiek tussen een implantaat en zijn buurelement. Bovendien werd in slechts één van de 10 gevallen een complete opvulling van de approximale ruimte tussen twee implantaten waargenomen, terwijl een papil tussen een implantaat en zijn buurelement in 70% van de gevallen aanwezig was. Daarnaast beoordeelden patiënten het esthetische resul taat van hun implantaatgedragen kronen en de omlig gende mucosa in alle gevallen als acceptabel, terwijl de tandheelkundige professional 6 casussen als een accepta
Figuur 4 OPT van de ‘four-implantgroup’ vervaardigd 10 jaar na implanteren.
bel en 4 casussen als een onacceptabel resultaat beoor deelde. Uit deze studie kwam naar voren dat het moeilijk is om
30, 42, 54 en 66 maanden na het implanteren werden
een acceptabel esthetisch resultaat volgens de huidige
röntgenologische data van alle patiënten verzameld (figuur
maatstaven van tandheelkundige professionals te bereiken
6). Op moment van belasten (6 maanden na plaatsen)
met twee implantaatgedragen kronen in de esthetische
bleek het in alle groepen niet uitzonderlijk te zijn dat het
zone, waarbij voorafgaand aan het implanteren de proces
marginale botniveau ter hoogte van de gladde nek en, met
susalveolaris is opgebouwd met een autoloog bottrans
betrekking tot de IMZ implantaten, binnen 1 mm van de
plantaat.
microspleet gelegen was. Na vijf jaar belasten van de implantaten, was het gemiddelde marginale botverlies
In een poging om de peri-implantaire harde en zachte
respectievelijk 1.1 mm, 1.3 mm en 1.2 mm voor de ITI,
weefsels te behouden en op die manier implanteren in de
IMZ[2.0] en de IMZ[1.3] implantaten. Op basis van de
esthetische zone meer voorspelbaar te maken, heeft de
resultaten werd geconcludeerd dat zowel de locatie van de
industrie een implantaat met een gewelfd platform
overgang van ruw naar glad oppervlak als de locatie van
ontworpen. Met zijn approximale welvingen, is het uitein
de microspleet tussen abutmenten implantaat geen
delijke doel van dit implantaat om de botremodellering
doorslaggevende factoren zijn met betrekking tot het
rond implantaten te minimaliseren. Het doel van de
marginale botniveaurond in de sterk geresorbeerde
vergelijkende gerandomiseerde klinische studie beschre
humane edentate onderkaak geplaatste implantaten.
ven in hoofdstuk 6 was de evaluatie van de klinische en röntgenologische parameters in patiënten met twee
In tegenstelling tot implantaten die zijn geplaatst in
implantaatgedragen kronen in de esthetische zone,
edentate patiënten (hoofdstukken 2, 3 en 4), reageren in
behandeld met twee implantaten met een gewelfd plat
partieel dentate patiënten implantaten niet alleen met de
form (test groep) of met twee implantaten met een vlak
omliggende peri-implantaire harde en zachte weefsels,
platvorm (controlegroep) (figuur 7).
maar ook met de harde en zachte weefsels van buurele
Veertig patiënten werden at random toegewezen aan één
menten en/of naast gelegen implantaten. Wanneer twee
van de twee studiegroepen, namelijk een ‘scallopedim
implantaten naast elkaar worden geplaatst in de estheti
plantgroup’: 20 patiënten die werden behandeld met twee
sche zone, is vooral de regio tussen de twee implantaten
implantaten met een gewelfd platform (NobelPerfect
interessant. Anders dan bij de papil tussen een implantaat
Groovy, Nobel Biocare) naast elkaar en een ‘flat implant
en een element, wordt een inter-implantaire papil niet
group’: 20 patiënten die werden behandeld met twee
ondersteund door een natuurlijk parodontium. Het doel
implantaten met een vlak platform (NobelReplaceGroovy,
van de retrospectieve studie beschreven in hoofdstuk 5
Nobel Biocare) naast elkaar. Klinische en röntgenologi
De ‘scallopedimplantgroup’ vertoonde significant meer marginaal botverlies (‘scalloped’; 2.7±1.4mm,‘flat’; 0.9±0.8 mm) en meer resorptie van de inter-implantaire botpiek (‘scalloped’; 1.8±1.4,‘flat’; 1.0±0.9 mm) dan de ‘flat implantgroup’. Daarnaast werden rond gewelfde implantaten significant diepere pockets gemeten dan rond vlakke implantaten. Er bestonden geen significante verschillen tussen de groepen met betrekking tot de papil index en de patiënttevredenheid. De papil index vertoonde in beide groepen lage scores met betrekking tot de inter-implantaire papil. Op basis van de resultaten werd geconcludeerd dat één jaar na het plaatsen van de implantaten meer botverlies rond gewelfde implantaten dan rond vlakke implantaten was opgetreden. Bovendien kwam uit dit onderzoek naar voren dat het met beide implantaat ontwerpen moeilijk is om eenvoorspelbaar en harmonieus esthetisch eindresultaat te creëren, vooral met betrekking tot de peri-implantaire mucosa. Echter, patiënten waren zeer tevreden met het esthetische resul taat van hun implantaatgedragen kronen, onafhankelijk Figuur 5 Schematische tekening (niet op ware schaal) op het moment van implanteren van de implantaten van de experimentele groepen (van links naar rechts: ‘ITI-group’ – ‘IMZ[2.0]group’ – ‘IMZ[1.3]-group’) in relatie tot het botniveau. Het roze gebied representeert het epitheel en het grijze gebied het bindweefsel.
van het toegepaste implantaat ontwerp. Als de twee ontbrekende buurelementen een centrale en een laterale bovenincisief zijn, dan is het niet ongebruike lijk dat er onvoldoende ruimte aanwezig tussen enerzijds de twee implantaten en anderzijds de implantaten en hun buurelementen. Dit ruimteprobleem zou mogelijk kunnen worden opgelost met het plaatsen van één enkel implan taat ter plaatse van de centrale incisief en hierop een kroon met daaraan vast een dummy ter vervanging van de laterale incisief te vervaardigen. Om deze hypothese te exploreren werd een vergelijkende pilotstudie uitgevoerd (hoofdstuk 7) waarin tot één jaar na de plaatsing van de definitieve kroon de condities van de harde en zachte peri-implantaire weefsels werden beoordeeld in patiënten met een ontbrekende centrale en laterale bovenincisief.
Figuur 6 Schematische tekening (niet op ware schaal) van de röntgenologische evaluatie met de volgende metingen: afstand (mi) van de top van het implantaat (microgap) tot het marginale botnveau (fBIC; first bone-to-implant contact) en de afstand (r/s; rough/smooth border) van de overgang van ruw naar glad implantaatoppervlak tot het marginale botniveau van het implantaat. Bij ITI (links) en IMZ (rechts) implantaten.
Deze patiënten werden behandeld met een implantaat gedragen kroon met een dummy of met twee solitaire implantaatgedragenkronen. In de ‘Implant-cantile vergroup’ werden vijf patiënten behandeld met één implantaat ter plaatse van de centrale incisief (Nobel Replace Groovy Regular Platform, Nobel Biocare) (figuur 13 en 14). In de ‘Implant-implantgroup’ werden vijf patiënten behandeld met twee implantaten naast elkaar: op de positie van de centrale incisief (Nobel Replace Groovy Regular Platform, Nobel Biocare) en op de positie van de laterale incisief (Nobel Replace Groovy Narrow Platform, Nobel Biocare). Implantaatoverleving, pocket
< Figuur 7 Afbeelding van het a) vlakke implantaat ontwerp en b) het gewelfde implantaat ontwerp van approximale en c) buccale zijde.
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 15
up periode van één jaar(figuur 8–12).
Proefschrift
sche evaluaties werden uitgevoerd gedurende een follow-
Proefschrift nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 16
diepte, papil index, marginaal botniveau en patiënttevre denheid werden beoordeeld gedurende een follow-up periode van een jaar. De resultaten lieten zien dat er geen implantaten verloren waren gegaan. De gemiddelde pocketdiepte was vergelijkbaar tussen de twee groepen. Zowel voor de approximale ruimtes tussen de solitaire implantaatgedragen kronen als tussen de implantaatgedra gen kroon en de dummy waren de scores van de papilin dexlaag. Daarnaast was het marginaal botverlies minimaal en vergelijkbaar tussen de groepen. De patiënttevreden heid was in beide groepen zeer hoog. Binnen de beperkin gen van deze pilotstudie werd geconcludeerd dat de harde en zachte weefselveranderingen bij patiënten met een ontbrekende centrale en laterale bovenincisief gedurende Figuur 8 Klinische situatie van twee implantaatgedragen kronen naast elkaar van de ‘scallopedimplant group’; één jaar na plaatsen van de definitieve kroon.
een jaar van functionele belasting vergelijkbaar zijn tussen patiënten behandeld met een implantaatgedragen kroon voorzien van een dummy en patiënten behandeld met twee solitaire implantaatgedragen kronen.
Figuur 9 Klinische situatie van twee implantaatgedragen kronen naast elkaar van de ‘flat implantgroup’; één jaar na plaatsen van de definitieve kroon.
Figuur 10 Röntgenfoto van twee implantaatgedragen kronen naast elkaar van de ‘scalloped implantgroup’; één jaar na plaatsen van de definitieve kroon.
Figuur 11 Röntgenfoto van twee implantaatgedragen kronen naast elkaar van de ‘flat implant group’; één jaar na plaatsen van de definitieve kroon.
Figuur 12 Schematische afbeelding van de röntgenologische evaluatie van twee implantaten naast elkaar van de ‘flat implantgroup’ met de volgende lineaire metingen in het verticale vlak: De top van het implantaat werd gebruikt als een referentie lijn (lijn aflat) van waaruit alle afstanden werden gemeten. Het marginale botniveau aan de approximale zijden van het implantaat naast het aangrenzende implantaat (MBIi) en naast het buurelement (MBIt), het marginaal botniveau van het buurelement (MBT), het niveau van de inter-implantaire botpiek (BCi-i) en het meest apicale niveau van de processus tussen een implantaat en zijn buurelement (BCi-t). Metingen in het horizontale vlak: horizontale afstand tussen de implantaten (HDi-i)
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 17
Proefschrift
Figuur 14 Röntgenfoto van een implantaat gedragen kroon ter vervanging van de 11 met daaraan vast een dummy ter vervanging van de 12.
Figuur 13 Klinische situatie van een implantaatgedragen kroon ter vervanging van de 11 met daaraan vast een dummy ter vervanging van de 12.
Curriculum Vitae
In september 2004 begon zij aan haar onderzoek op de
Nynke Tymstra werd 7 september 1978 geboren te Sneek.
afdeling kaakchirurgie van het Universitair Medisch
In 1996 deed zij eindexamen VWO aan het Bornego
Centrum Groningen. Sinds maart 2007 heeft zij samen
College te Heerenveen. Van september 1996 tot septem
met haar compagnon Ilse Bouma een tandartspraktijk in
ber 1998 studeerde zij Medische Biologie aan de Rijksuni
Ureterp.
versiteit Groningen. In september 1998 startte zij met de
Nynke is getrouwd met Pieter Huitema en samen hebben
studie tandheelkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen.
zij een dochter, Femke.
Haar tandartsexamen behaalde zij in november 2003. Tijdens haar studie was Nynke actief in diverse commis
N. Tymstra
sies, zij was onder andere voorzitter van het oprichtings
Universitair Medisch Centrum Groningen
bestuur van Archigenes, de studievereniging van tand
Afdeling Kaakchirurgie
heelkunde. Na haar studie heeft Nynke eerst enkele jaren
9700 RB Groningen
gewerkt als tandartsmedewerker in de algemene praktijk.
[email protected]
Oprichting Implantologie Overleg Commissie (IOC) Met de oprichting van de IOC kan de NVOI, samen met
zelfs een alginaatafdruk van de processus alveolaris een
NMT en ANT, overleg voeren met de zorgverzekeraars,
beslissing genomen die geen recht doet aan de patiënt en
waarbij wij direct onze expertise kunnen aanleveren en,
de aanvraag. Niemand kan mij wijs maken dat een
in tegenstelling tot het verleden, ook zelf onderwerpen en
g ipsmodel de patiënt en zijn/haar probleem vertegen
initiatieven kunnen inbrengen. Daarbij lijkt het erop dat
woordigt.
men ook, vanuit ieders belang, inziet dat regelgeving
We gaan dus op zoek naar een oplossing waarmee de
alleen werkt als het de professionele toetsing kan weer
zorgverzekeraar, behandelaar en patiënt zo goed mogelijk
staan.
zijn geholpen. Zo zullen zich vaker problemen voordoen.
Wanneer de zorgverleners zich niet kunnen vinden in de
De IOC gaat zijn best doen, en hopen op uw steun. De
aan hen opgelegde regels, zal dit altijd tot frustratie en
toekomst zal ons leren of de wetenschappelijke vereniging
vervelende discussies leiden. Sterker nog het zal leiden tot
er goed aandeed om zich pro-actief op te stellen in de
ontwijkgedrag en dat lost geen problemen op.
bewegende zorgmarkt. Op de komende Ledenvergadering
De IOC gaat dan ook proberen met partijen oplossingen te
van 7 december zal de commissie worden geïnstalleerd
bedenken die werkzaam zijn. Voorbeeld: aanvraag mach
met naast mij als leden, Felix Guljé (Implantoloog) en
tiging behandeling edentate bovenkaak. Het ontbreekt de
Jeroen Fennis (Kaakchirurg).
zorgverzekeraars aan menskracht om alle patiënten waarvoor een aanvraag voor implantologie is ingediend te
Namens de Implantologie Overleg Commissie,
zien. Nu wordt er aan de hand van röntgenopnamen of
B. Rademacher, vice voorzitter NVOI
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 18
Najaarscongres
Tegenwoordig hebben implantaten een belangrijke positie
Jan Lindhe, “professor evidence based himself”, zoals
gekregen binnen de tandheelkunde. Begon het met het
door Ronnie Goené aangekondigd, begint zijn verhaal:
chirurgische concept voor de edentate kaak, inmiddels
“Fate of the socket following tooth extraction” met de
zijn de verwachtingen van de patiënt gestegen en is het
extractie van één enkel element en wat er vervolgens
toepassingsgebied uitgebreid naar de (gecompliceerdere)
gebeurt met de dimensies van de processus alveolaris ter
partieel edentate situaties. De 3-dimensionele architectuur
plaatse. Hij haalt een onderzoek aan van Pietrokovski,
van de gingiva bepaalt het uiteindelijke resultaat. Gingiva
waaruit duidelijk wordt dat de buccale resorptie na
en bot ondergaan vormveranderingen na extractie;
extractie groter is dan linguaal en palatinaal. Uit een
kunnen we het lichaam op andere gedachten brengen om
ander onderzoek, door Schropp, blijkt dat de resorptie die
dit te voorkomen?
wordt gemeten voornamelijk in de eerste maanden plaats vindt, maar zeker nog maanden tot jaren door zal gaan.
Urs Belser met een deel van de congrescommissie
“Een memorabele dag”, zo stelde Ronnie Goené bij de opening van “ReRooted”, het gecombineerde congres van de NVOI en de NVvP dat op 12 november 2010 werd gehouden in het uitverkochte Utrechtse Beatrix Theater. Met meer dan 850 bezoekers en 5 sprekers van naam en faam beloofde het een boeiende dag te worden.
ReRooted 12 november 2010
weken. Hieruit bleek dat de ontstane extractiewond
benoemen van de verschillende onderdelen daarvan. Het
gevuld werd met granulatieweefsel, waarna modelling en
corticale bot: de “highway” van de orthodontist, het
remodelling plaats vond: na 2 weken ontstond er woven
trabeculaire bot en de lamina dura dentes om de radices
bone vanuit de bestaande botranden. Na 4 weken was de
heen. De vezels van Sharpey lopen verder door in de
gehele alveole gevuld met woven bone, wat bij 8 weken
buccale dan in de linguale lamina dura.
vervangen was door lamellair bot.
Vervolgens noemt hij de invloed van het gingiva biotype,
Hierna kwam het onderwerp “implantaten in de verse
waarbij het ‘dikke type’ garant staat voor een dikke
extractie alveole” aan de orde. Araújo deed een onderzoek
buccale botlamel. Dit in tegenstelling tot het ‘dunne type’,
bij honden, waarbij er direct na de extractie een implan
waar vaak sprake is van een dunne buccale botlamel,
taat werd geplaatst en contralateraal een extractie werd
waar dus meer resorptie zal optreden na extractie van het
gedaan zonder het plaatsen van een implantaat.
betreffende gebitselement. De buccale botlamel blijkt in de esthetische zone vaak heel dun te zijn. Araújo deed onderzoek bij honden naar de dynamiek van botformatie in de extractie alveole. Hierbij werden extrac
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 19
ties gedaan en werd een biopt genomen na 0, 2, 4 en 8
alveolaris na extractie, begint Lindhe allereerst met het
Najaarscongres
Voor het bekijken van de veranderingen van de processus
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 20
Najaarscongres
Na de uitreiking van een handbagage-compatibele opblaasbare tulp aan Jan Lindhe en het bezoeken van de 50 stands onder het genot van een kopje koffie, was sprake van enige consternatie. Met 850 man op tijd klaar zitten voor de volgende voordracht bleek geen gemakke lijke opgave. Tidu Mankoo, de “world expert in management of bone, soft tissue en esthetics” hield vervolgens zijn voordracht getiteld “Interdisciplinary management of implants in the aesthetic zone: the keys to predictability and success”. Hij maakte duidelijk dat er altijd een biologische respons is van het bot, weke delen en de componenten (implantaat, abutment en prothetiek) en er remodelling plaatsvindt. Hoe lang de remodelling duurt is nog onbekend. Approxi maal wordt de gingiva in de loop van de tijd mooier,
Jan Lindhe de meester zelf
buccaal echter minder mooi, waarbij de hoogte van het interdentale bot de papil dicteert. Ook zijn de vorm van Na 3 maanden werd gezien dat röntgenologisch aan de
de tand, het gingiva biotype, en oppervlakte van het
coagulum zijde een deuk was ontstaan in de processus
implantaat van invloed. Heden wordt getracht om zoveel
alveolaris en dat het bot op niveau was gebleven aan de
mogelijk supra crestaal weefsel te verkrijgen, waarbij
implantaat zijde. Het botverlies was aan de buccale zijde
biocompatibiliteit van de gebruikte materialen met de
groter dan aan de linguale zijde en was gelijk bij de
weke delen een rol speelt. Titanium blijkt biocompatibel
implantaat en coagulum zijde. Is de hoeveelheid (buccaal)
te zijn, waarbij het zeer belangrijk is dat het zeer goed
botverlies vooraf voorspelbaar? Uit onderzoek van Araújo
gereinigd is, anders neemt de compatibiliteit af.
is gebleken dat hoe verder het implantaat naar buccaal in
Vervolgens noemde hij de “keyfactors in the management
de extractie alveole geplaatst wordt (en er dus een kleine
of implants in the esthetic zone”:
afstand is tussen het implantaat en de buccale botlamel),
1) Correcte 3-dimensionale positionering van het implan
er meer resorptie van deze lamel plaatsvindt dan bij een
2) Adequaat stabiel botvolume en architectuur
zoek van Ferrus bij mensen bleek dat de hoeveelheid
3) Adequate dikte van de weke delen ter plaatse van de
verlies van de buccale dimensie gerelateerd is aan de dikte van de buccale wand en de grootte van de spleet tussen het implantaat en de buccale botlamel: hoe dikker de botlamel en hoe groter de spleet, hoe meer vulling van de spleet tussen het implantaat en de buccale botlamel. Concluderend is er geen effect van het direct plaatsen van een implantaat na extractie op het botverlies en is het
Tidu Mankoo geconcentreerd
taat
meer palatinale plaatsing van het implantaat. Uit onder
transmucosale verbinding (“biologic seal”) 4) Vroege plaatsing van het definitieve (geïndividuali seerde) abutment 5) Transmucosale vorm, materiaal en oppervlak van het abutment en prothetiek 6) Ontwikkeling en behoud van contour van de weke delen
belangrijk om een buccale gap te creëren bij het direct
Hierna haalde hij een onderzoek aan van Becker, waarin
plaatsen van een implantaat in een extractie alveole om
werd aangegeven dat 20-25% van het bottransplantaat
buccaal botverlies te verminderen.
verloren gaat, wat kritisch kan zijn in de esthetische zone. Door het direct plaatsen van het implantaat na het aanbrengen van het bottransplantaat zou er een betere controle kunnen bestaan over de hoeveelheid botverlies tijdens de osseointegratie. Dit werd echter niet aange toond in dit onderzoek. Tussen neus en lippen door gaf hij het advies om bij het cementeren van kroon- en brugwerk op een implantaat altijd een retractiedraad te gebruiken om te voorkomen dat er cement subgingivaal achterblijf dat peri-implant mucositis tot gevolg zou kunnen hebben. Uit het hierop volgende geroezemoes in de zaal een zeer bruikbare, praktische tip. Vervolgens werd een aantal regels genoemd om te bepa len wanneer het mogelijk is om direct een implantaat te plaatsen na extractie. De buccale botlamel moet intact zijn, het implantaat moet palatinaal geplaatst worden, de
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 21
Najaarscongres Mankoo Periodontal disease & dental implants
spleet tussen het implantaat en de buccale botlamel moet
uit van dit concept. Uit dierstudies blijkt dat bij gebruik
opgevuld worden om de buccale contour te behouden, er
van platform-switching en het plaatsen van een implan
moet zo nodig een bindweefsel graft aangebracht worden
taat op het niveau van de processus alveolaris slechts
en het transmucosale design moet optimaal zijn. Zelf geeft
minimaal verticaal botverlies optreedt. Er is hiervoor
hij niet de voorkeur aan platform switching. Er moet
echter nog geen bewijs gevonden in humane studies.
respect getoond worden voor de biologie en er moeten
Tot slot benadrukt hij dat de “skills and experience” van
gereinigde, biocompatibele materialen gebruikt worden.
de behandelaar zeer belangrijk zijn!
Hij sloot af met de conclusie dat er nog steeds veel vragen bestaan en er gekozen moet worden voor een interdiscipli
Na een gevarieerde lunch vervolgde Urs Belser het
naire benadering van een patiënt.
congres met zijn verhaal “Implant estehtics, where are we today? The prostodontist’s perspective”. Hij benadrukte
Vervolgens kwam Dieter Bosshardt aan het woord. “Bone
ten eerste dat de motivatie van een patiënt om een eind
response to implants designed according to the platform-
resultaat te bereiken erg belangrijk is. Een goede manier
switching concept” was zijn thema. Regelmatig wordt
om dit te bewerkstelligen is om een wax-up te laten
botverlies gezien rond tweedelige implantaten na 1 jaar
maken van de eindsituatie en deze over de bestaande
belasten. Redenen hiervoor kunnen zijn traumatische
dentitie plaatsen. De patiënt ziet direct het doel en zal
chirurgische technieken, excessieve belasting, micro
gemotiveerd zijn om de weg hier naartoe te bewandelen.
bewegingen tussen het implantaat en prothetische compo nenten, biologische breedte, herhaald op- en afschroeven, peri-implantaire infecties en locatie en configuratie van de implantaat-abutment verbinding. Peri-implantaire infec ties zorgen voor botresorptie wanneer het implantaat oppervlak geïnfecteerd raakt. Dit zou verlopen volgens het RANK-RANKL-OPG systeem, waardoor uiteindelijk actieve osteoclasten ontstaan, die voor de botresorptie verantwoordelijk zijn. Ter plaatse van de implantaat-abut ment verbinding is altijd sprake van een micro-gap, die gekoloniseerd wordt door bacteriën. Er vindt altijd botresorptie plaats op een bepaalde afstand van deze micro-gap. Afwezigheid, of het op grotere afstand van de rand van het bot plaatsen van deze micro-gap zou dus botverlies voorkómen. Het gebruik van een eendelig implantaat of het toepassen van platform-switching gaat
Dieter Bosshardt
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 22
Najaarscongres
ontsteking van de gingiva is sprake van “gingivitis” bij het natuurlijke element met als tegenhanger “mucositis” rond een implantaat. Indien ook het bot betrokken is spreekt men van respectievelijk “parodontitis” en “periimplantitis”. Parodontitis is een biologische ziekte, dit in tegenstelling tot peri-implantitis, wat gezien wordt als een “man made disease”. Hierbij moet worden aangemerkt dat peri-implantitis zich vaak agressiever gedraagt dan paro dontitis en daarbij ook moeilijker te reguleren is. Dit verschil wordt mede veroorzaakt doordat bij een implan taat in tegenstelling tot bij een natuurlijk element het pocketepitheel niet tot aan het worteloppervlak reikt en de biofilm daar direct contact heeft met de pocket. Ook is bij peri-implantitis het ontstekingsweefsel niet zoals bij parodontitis door bindweefsel gescheiden van het bot, Tord Berglundh overtuigend
maar ligt hier direct tegenaan. De laesie van het bot bij Vervolgens gaf hij aan dat bij het plaatsen van implantaten
peri-implantitis verloopt altijd rondom het implantaat, in
altijd de esthetische risico’s in ogenschouw moeten
tegenstelling tot bij parodontitis, waarbij het vaak enkele
worden genomen. Hij verwees hierbij naar de tabel met
vlakken van een gebitselement betreft.
risicofactoren die reeds bij iedere tandarts- implantoloog
Het gebruik van de pocketsonde is een must in de diag
bekend zal zijn. De esthetiek van het eindresultaat kan
nostiek van mucositis en peri-implantitis. Bij bloeden bij
gemeten worden aan de hand van een aantal objectieve
sonderen rond een implantaat kan sprake zijn van mucosi
criteria: de PES (Pink Esthetic Score, Furhauser 2005) en
tis of peri-implantitis en de ernst van de peri-implantitis
de WES (White Esthetic Score, Meijer 2005). Bij beide is
wordt hierbij bepaald door de hoeveelheid botverlies. 1/3
een maximale score van 10 punten te bereiken, wanneer
van de patiënten met een implantaat heeft enige vorm
er klinisch geen onderscheid meer is te maken met
van peri-implantitis, waarbij bij 10% van deze groep
respectievelijk weke delen en tandmateriaal van een
sprake is van uitgesproken botverlies bij meer dan één
natuurlijk element. Hij merkte hierbij aan dat een maxi
implantaat.
male PES makkelijker te bereiken is dan een maximale
In de follow-up van een implantaat kan gebruik worden
WES. De behaalde resultaten lijken tot 3 jaar na de behan
gemaakt van de volgende criteria: pocket diepte, bloeden
deling stabiel te zijn. Verdere follow-up zal nog plaats
bij sonderen, pus afvloed en botverlies op een röntgen
moeten vinden.
foto. Over de frequentie van het vervaardigen van een
Hierna kwam de prothetiek aan de orde. Zirconium blijkt
röntgenfoto is nog geen consensus bereikt.
een relatief taai materiaal en heeft bovendien een relatief
Vervolgens gaf hij aan dat parodontitis gevoelige personen
hoge buigsterkte, maar haalt het wat betreft deze eigen
een grotere gevoeligheid vertonen voor peri-implantitis
schappen lang niet bij metaal. Indien er een barst in de
dan niet gevoelige personen. Parodontitis en peri-implan
Zirconium ontstaat, kan dit zich snel verder uitbreiden.
titis hebben veel gemeenschappelijke klinische kenmer
Belangrijk bij het gebruik van Zirconium abutments is dan
ken, maar peri-implantitis lijkt sneller voort te schrijden.
ook het vervaardigen van ronde vormen, het vermijden
Ook de tandarts heeft een rol in de oorzaak van peri-
van excessieve interne frictie en het maken van slechts
implantitis. De reinigbaarheid van de prothetische voor
kleine bruggen. Tevens is een vloeiende overgang van het
ziening is zeer belangrijk en het vervaardigen van “toilet
abutment naar de kroon, het vermijden van druk vanaf
seat shaped” kronen lijkt daar niet aan mee te helpen.
buccaal en het creëren van contactvlakken van belang.
De progressie van peri-implantitis en het succes van de
Vervolgens gaf hij aan dat hij abutments op implantaten
behandeling ervan lijken ook af te hangen van de opper
voornamelijk verschroeft, waarna de opening makkelijk
vlakte karakteristieken van het implantaat. Uit een aantal
met een gesteriliseerd stukje Teflon tape kan worden
onderzoeken blijkt dat ruwe oppervlakken de behandeling
a fgedicht. Let wel dat er nog minimaal 1,5mm voor het
van peri-implantitis bemoeilijken en de progressie van de
restauratie materiaal over moet blijven, dat uiteindelijk
aandoening bij deze oppervlakken het grootste is.
over het Teflon het schroefgat af zal sluiten. Vervolgens is het het mooiste om met een siliconen tip de aangebrachte
Met deze laatste onderzoeksresultaten kwam er een einde
restauratie glad te maken, zodat deze na het uitharden
aan deze leerzame dag. Verzadigd van alle opgedane
niet meer afgewerkt hoeft te worden.
kennis werd onder het genot van een borrel nog gezellig nagepraat en kan terug worden gekeken op een geslaagd
Tord Berglundh kwam als laatste aan het woord over
gezamenlijk najaarscongres!
“Supportive therapy, how to avoid biological complicati ons at implants.” Hij begon zijn praatje met enige verdui
Maartje Wijn
delijking van de terminologie: indien alleen sprake is van
AIOS MKA-chirurgie VUmc
Implantologie biedt steeds meer mogelijkheden. Elysee Dental maakt deze toegankelijker dan ooit, zowel kwalitatief als financieel. Bijvoorbeeld via onze Cad/Cam vervaardige Forma titanium steggen. Op maat gemaakt en van zeer hoge kwaliteit.
www.elysee-dental.com
Elysee Dental, de norm in tandtechniek. De toenemende digitalisering speelt daarbij een cruciale rol: van scannen in de mond tot orderverwerking en van kleurbepaling met de Spectroshade tot uiteenlopende Cad/Cam oplossingen. Om u persoonlijk bij deze processen te begeleiden blijven onze deskundige tandtechnici en accountmanagers u daarin zelfs in de praktijk ondersteunen.
Consult PRO Spectroshade Volkeramiek Tandtechniek Digitaal afdrukken Implantologie Nascholing Prothesewerk Cha Individual Orthodontie Champs Frames Forma Digitale orderbon Kroon en Brugwerk Supportlabs Individualiseerbare lepels Kwaliteitskaart Consult PRO Spectroshade Volkeramiek Tandtechniek Digitaal afdrukken Implantologie Nascholi
De kortste weg naar een voorspelbaar resultaat
Thommen Medical Benelux B.V. Edisonweg 17B 3404 LB IJsselstein Tel.: 030 6868468 Email:
[email protected]
SWISS PRECISION AND INNOVATION. www.thommenmedical.com
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 23
Innovatieve implantologie
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 24
Persbericht
SFI-Bar
®
Een direct toepasbare spanningsvrije staaf/huls constructie op 2 of meer implantaten zonder gieten, solderen, lassen of cementeren. In de loop der jaren hebben vele onderzoeken aange toond dat de functie van de volledige prothese verbe tert dankzij implantaten in combinatie met staaf/huls verankeringen, kogelankers of magneten. De staaf/huls verankering heeft hierin, net als de andere verankering systemen, bewezen tot verbetering van retentie, gebruiksvriendelijkheid en patiënttevredenheid te leiden. Bij de conventionele, uit edelmetaal vervaardigde staaf/huls verankering is de verwerking in het laborato rium een stuk complexer en zijn de kosten hoog. Tegen woordig is de staaf/huls verankering vervaardigd door middel van Cad Cam populair door de eenvoud en reductie van de kosten. De precisie van de pasvorm van deze Cad Cam staaf/huls constructies is echter niet bewezen. De toleranties die door de fabrikant van implantaten wordt toegepast in de implantaat/abutment connectie bijvoorbeeld, zijn niet bekend bij de fabrikant van de Cad Cam staaf/huls constructies. De tegenwoor dig toegepaste nauwkeurige implantaat/abutment connecties zoals koudlas (Zimmer), perspassing (Dyna) en andere conische verbindingen voorkomen breuk en het loskomen van fixatieschroeven. Echter, bij de Cad Cam vervaardigde staaf/huls constructies kan men deze nauwkeurige passing nog niet waarborgen. Door de a-parallelle positie van de implantaten kan de interne connectie bij deze constructies niet worden toegepast. Daarnaast worden er vaak extensies gebruikt waardoor er (te) grote hevelkrachten op de implantaat/abutment connectie worden overgebracht. Tenslotte kan worden opgemerkt dat de implantaten bij dit soort constructies onder spanning kunnen staan. Het bovenstaande kan dus leiden tot het loskomen of zelfs breken van de
constructie. Waar ligt dan de verantwoordelijkheid?. Een nauwkeurige, spanningsvrije en sterke verbinding tussen implantaat en abutment is dus van groot belang voor het succes op lange termijn. Door gebruik van de SFI-Bar ® kunnen alle bovenstaande problemen vermeden worden. De SFI Bar ® is CE gemarkeerd, bestaat uit volledig titanium geprefabri ceerde onderdelen die met Zwitserse Cendres+Metaux precisie zijn gemaakt. De abutments worden door de implantaat fabrikant vervaardigd waardoor een juiste passing gegarandeerd is. De flexibiliteit van het volledig in titanium vervaardigde systeem bij het aanbrengen ervan, zorgt voor een nauwkeurige plaatsing van de staaf/huls zonder dat er spanningen optreden, of de implantaten extra belast worden. Verder is het mogelijk om het systeem zonder al te veel inspanning in de bestaande volledige prothese te integreren. De afstand tussen de implantaten wordt optimaal, voor een zo lang mogelijke staaf/huls, benut. Er zijn namelijk geen soldeerpunten die de mogelijkheden beperken. Het systeem kan worden toegepast op zowel 2, 3, 4, 5 en meer implantaten. De verwerking van de SFI Bar ® is in deze vorm snel en ongecompliceerd. Tevens zijn de onderdelen prijsgunstig. Ten slotte kan met het systeem vrij eenvoudig een eendaagse behandeling worden gere aliseerd! Geïnteresseerd ? Bel nu 0164 258980 of kijk op de website www.dynadental.com
Inleiding ‘Platform switching’ beoogt maximaal behoud
Resultaten Tien studies met 1239 implantaten werden
van het marginale peri-implantaire bot. Bij dit concept
geïncludeerd voor nadere analyse. In zeven studies
wordt een binnenwaartse verplaatsing van de implantaat-
resulteerde platform switching in significant minder peri-
abutment overgang gerealiseerd met een abutment met
implantair botverlies vergeleken met een conventionele
een kleinere diameter dan het implantaat. De veronder
implantaat-abutment overgang. De meta-analyse toonde
stelling dat platform switching leidt tot minder peri-
aan dat er gemiddeld 0.37 mm (95% betrouwbaarheids
implantair botverlies was primair gebaseerd op toevals
interval 0.20 – 0.55 mm) minder botverlies optreedt rond
bevindingen en niet op wetenschappelijk bewijs. Echter,
implantaten met een platform switch dan rond implanta
de laatste jaren zijn diverse studies verschenen die het
ten met een conventionele overgang. De implantaatover
concept van platform switching hebben bestudeerd.
leving tussen beide typen implantaten bleek niet te
In deze literatuurstudie worden implantaten met een
verschillen. Uit een subgroep analyse bleek dat bij een
‘platform switch’ vergeleken met implantaten met een
verschil in diameter tussen implantaat en abutment van
conventionele overgang betreft de variabelen marginaal
0.4 mm of meer, dit in verband kan worden gebracht met
peri-implantair botverlies en implantaatoverleving.
minder peri-implantair botverlies.
Methode In de literatuur werd op systematische wijze en
Conclusie Deze studie concludeert dat platform switching
met behulp van diverse databases gezocht naar gecontro
een gunstig effect heeft op behoud van het peri-implan
leerde klinische studies over platform switching. Na
taire bot. De mate van peri-implantair botverlies is
beoordeling van de methodologische kwaliteit, werden de
omgekeerd gerelateerd aan het verschil in diameter tussen
studies onderworpen aan een meta-analyse naar het
implantaat en abutment. Vervolgonderzoek moet uitwijzen
gemiddelde verschil in marginaal botverlies en implan
of deze conclusies ook gelden voor de lange termijn.
taatoverleving tussen implantaten met en implantaten
L den Hartog UMCG afd. MKA
zonder platform switch.
Factors associated with failure of surface-modified implants up to four years of function J. Cosyn, E. Vandenbulcke, H. Browaeys, G. Van Maele, H. De Bruyn
Clinical Implant Dentistry and Related Research 2010, online early Inleiding Oorspronkelijk werden implantaten vooral
Resultaten Tijdens de evaluatieperiode van drie jaar
toegepast bij edentate patiënten en werd een 2-fase tech
werden 460 patiënten behandeld met in totaal 1180
niek toegepast waarbij de implantaten na enkele maanden
implantaten. Er gingen 41 implantaten verloren (3.5%),
werden belast. Tegenwoordig wordt afgeweken van deze
waarvan 16 implantaten binnen drie maanden na plaat
conventionele procedures, bijvoorbeeld door implantaten
sen. Een univariate analyse toonde aan dat de volgende
direct na plaatsen te belasten en worden implantaten
factoren een relatie vertoonden met implantaatverlies:
toegepast voor elke indicatie. De impact van deze
implantaat locatie (posterieure mandibula meer verlies),
verschuiving op implantaatverlies, staat in deze retrospec
chirurgische procedure (1-fase techniek meer verlies),
tieve studie centraal.
moment van belasten (direct en vroeg belasten meer
Methode De statussen van alle patiënten die in het
verlies), chirurgische ervaring (hoe meer ervaring, des te
universitair opleidingscentrum te Gent werden behandeld
meer verlies) en ‘specialisatie’ (kaakchirurg minder
met implantaten tussen 2004 en 2007 werden geanaly
verlies). De lengte en diameter van het implantaat bleek
seerd. Van de implantaten die verloren gingen, werden de
niet van invloed. Wanneer al deze factoren in één model
volgende karakteristieken genoteerd: lengte, diameter en
werden gestopt (multivariate analyse), bleek enkel het
locatie van het implantaat, periode van extractie tot aan
moment van belasten van significante invloed op implan
implanteren, botconditie (oorspronkelijk of getransplan
taatverlies. Een protocol van vroeg belasten, resulteerde
teerd bot), chirurgische procedure (1-fase of 2-fase),
in significant meer implantaatverlies vergeleken met
moment van belasten (direct (< 72 uur), vroeg (<12
conventioneel belasten. Tussen direct en conventioneel
weken) en conventioneel belasten), prothetische construc
belasten bleek uit het model geen significant verschil.
tie (vast of uitneembaar), chirurgische ervaring (assistent
Conclusie Het moment van belasten is een factor die van
in opleiding of kaakchirurg/parodontoloog) en ‘specialisa
significante invloed is op de implantaatoverleving. Vroeg
tie’ (kaakchirurg of parodontoloog). Met een statistische
belasten van implantaten blijkt een risicofactor voor
test werd onderzocht welke factor een significante relatie
implantaatverlies, terwijl direct belasten dit niet is.
vertoonde met implantaatverlies.
L den Hartog UMCG afd. MKA
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 25
M. Atieh, H. Ibrahim, A. Atieh. Journal of Periodontology 2010; 81: 1350-1366
Abstracts
Platform switching for marginal bone preservation around dental implants: a systematic review and meta-analysis
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 26
Abstracts
Progress and trends in patients’ mindset on dental implants. I: level of information, sources of information and need for patient information Pommer B, Zechner W, Watzak G, Ulm C, Watzek G, Tepper G.
Clin Oral Impl Res. Nov 2010 Inleiding Er is weinig bekend over het implantologisch
bleek echter nog steeds verre van voldoende te zijn. Er
kennisniveau van het algemene publiek. In 2003 zijn de
was met name sprake van een onrealistisch verwachtings
uitkomsten gepubliceerd van een representatieve opinie
patroon. Driekwart van de personen vertrouwt het geven
peiling over orale implantaten in Oostenrijk. Zeven jaar
van voorlichting toe aan hun tandarts terwijl een kwart
later is deze opiniepeiling opnieuw uitgevoerd om de
zich tot de media wendt voor informatie. De wens voor
informatie verkregen uit de eerdere opiniepeiling te upda
kwalitatief goede implantologische restauraties was signi
ten en om inzicht te krijgen in recente ontwikkelingen en
ficant hoger dan in 2003. Het merendeel van de onder
trends op het gebied van gedachten en kennisniveau van
vraagden is van mening dat alleen specialisten implantolo
het algemene publiek over orale implantaten.
gische behandelingen zouden moeten uitvoeren.
Methode Duizend volwassen personen, representatief
Conclusie Dit representatieve onderzoek laat zien dat
voor de Oostenrijkse bevolking, kregen een vragenlijst
tandartsen nog steeds de belangrijkste bron van informa
voorgelegd met 19 vragen over het niveau en de bronnen
tie zijn voor patiënten als het gaat om implantologische
van informatie over orale implantaten evenals over de
behandelingen. Patiënten vinden echter dat de kwaliteit
subjectieve en objectieve behoefte aan informatie.
van de informatievoorziening te kort schiet. Tandartsen
Resultaten Vergeleken met het onderzoek uit 2003 bleek
zouden hun communicatiestrategieën moeten verbeteren
het subjectieve niveau van kennis over implantologische
om patiënten voor nu en in de toekomst te kunnen voor
behandeling sterk te zijn toegenomen in de Oostenrijkse
zien van begrijpelijke en betrouwbare informatie over
populatie. Het implantologisch bewustzijnsniveau was
orale implantaten.
79%. Het objectieve kennisniveau over orale implantaten
Eric Santing UMC Groningen
Volume gain and stability of peri-implant tissue following bone and soft tissue augmentation: 1-year results from a prospective cohort study Schneider D, Grunder U, Ender A, Hämmerle CHF, Jung RE
Clin Oral Impl Res. Nov 2010 Inleiding Het doel van deze prospectieve cohort studie
afdruk gemaakt. De modellen werden ingescand m.b.v.
was het evalueren van de dimensionale veranderingen
een 3D camera (Cerec 3D). Een gebied labiaal van het
van de peri-implantaire weefsels na het plaatsen van een
ontbrekende element werd geselecteerd en het verschil in
implantaat en augmentatie van bot en zachte weefsels, na
volume tussen de verschillende meetmomenten werd
prothetische reconstructie en één jaar na functie met een
berekend (uitgedrukt in gemiddelde verandering in bucco-
nieuwe, niet-invasieve methode voor volumetrische
linguale richting van alle gemeten punten loodrecht op
metingen.
het labiale vlak).
MethodeZestien patiënten met een ontbrekende of
Resultaten Vijftien patiënten waren beschikbaar voor
dubieuze centrale of laterale bovenincisief werden achter
analyse één jaar na plaatsing van de kroon. Na de chirur
eenvolgens geïncludeerd in deze studie. Ten minste acht
gische procedures werd een gemiddelde toename in labi
weken na extractie van de bovenincisief werd een implan
ale richting gezien van 1,27 mm (sd 0.67 mm). Eén jaar
taat geplaatst (Biomet 3i). Gelijktijdig werd een buccale
na plaatsing van de kroon werd een gemiddeld verlies
botaugementatie uitgevoerd met Bio-Oss en een niet-
genoteerd van 0,04 mm (sd 0.31 mm). In dezelfde periode
resorbeerbaar ePTFE membraan. Na een genezingsperiode
nam de kroonlengte toe met 0.22 mm (sd 0.57 mm) en de
van 6 maanden werd het niet-resorbeerbaar membraan
papilhoogte met 0.07 mm (sd 0.61 mm). Er werden grote
verwijderd en werd een bindweefselgraft aangebracht
inter-individuele verschillen gezien, ongeacht de hoeveel
afkomstig vanuit het palatum. Na vier weken werd het
heid en kwaliteit van de geaugmenteerde weefsels.
implantaat vrijgelegd en een abutment geplaatst. Twee
Conclusie De gebruikte klinische procedures bleken
maanden later werd de definitieve kroon geplaatst. Op
effectief in het vergroten van het volume van de peri-
diverse momenten (vlak voor implanteren (t1), voor
implantaire weefsels. De weefsels bleven stabiel tot één
aanbrengen van bindweefselgraft (t2), voor abutment-
jaar na plaatsing van de kroon. De gebruikte analyse
connectie (t3), voor plaatsing van de kroon (t4) en één
methode bleek eenvoudig toepasbaar.
jaar na plaatsing van de kroon(t5)) werd een alginaat
Eric Santing UMC Groningen
Dyna Dental Engineering B.V. Soft Tissue Management in Periodontology & Implantology Locatie Berlijn Datum 4 en 5 februari 2011 Info www.dynadental.com Dentsply Current Concepts in Bone Grafting and accelerated Implant Treatment Locatie Villars-sur-Ollon (Zwitserland) Datum donderdag 10 tot vrijdag 13 Februari 2011 Spreker Prof. Khoury Info
[email protected]
Implantologica, een symposium voor praktijkmedewerkers Hoe het in de praktijk begint en hoe het afloopt! Locatie Hilton Hotel Amsterdam Datum 25 maart 2011 Docenten Ronnie Goené, Prof. dr. Gerry Raghoebar, Prof. dr. Henny Meijer, Prof. dr. Fridus van der Weijden en Anita Daniels (USA) KRT punten 5 Voor mondhygiënistes 5 KRM punten Info en inschrijven www.nvoi.nl
Implantologie Integraal
Implantologie Het Vervolg
Locatie Hilton Hotel Amsterdam Datum 18 november 2011 KRT punten 5 Info en inschrijven www.nvoi.nl
Locatie Kasteel De Vanenburg, Putten Datum 20 mei 2011 Docenten Ronnie Goené, Prof. dr. Gerry Raghoebar, Prof. dr. Henny Meijer, Prof. dr. Fridus van der Weijden KRT punten 5 Info en inschrijven www.nvoi.nl
NVOI Icademy Locatie Kasteel De Wittenburg, Wassenaar Datum 24 mei 2011 Spreker Joseph Kan KRT punten 5 Info en inschrijven www.nvoi.nl. De Icademy is voorbehouden aan de implantologen, erkend door de NVOI. Straumann ITI Congress Benelux. ‘Speeding up procedures, but what if things go wrong?’ Locatie Amsterdam Datum 10 en 11 juni 2011 Docenten Prof. Daniel Buser en vele anderen Info
[email protected], www.iti.org
Implantologie Breed Belicht Locatie Grand Hotel Karel V, Utrecht Datum 23 september 2011 Docenten Ronnie Goené, Prof. dr. Gerry Raghoebar, Prof. dr. Henny Meijer, Wiboud van Limburgh. KRT punten 5 Info en inschrijven www.nvoi.nl
Locatie Kasteel De Vanenburg, Putten Datum 21 oktober 2011 Docenten dr. Rutger Batenburg, Alwin van Daelen, Ronnie Goené en Prof. dr. Henny Meijer KRT punten 5 Info en inschrijven www.nvoi.nl
NVOI Najaarscongres Kort en Krachtig
Implantologie De Verdieping Locatie Hilton Royal Parc, Soestduinen Datum 24 en 25 november 2011 Docenten Prof. dr. Chris ten Bruggenkate, Prof. dr. Marco Cune, Ronnie Goené, Prof. dr. Gert Meijer, Prof. dr. Henny Meijer, Prof. dr. Gerry Raghoebar en Prof. dr. Daniël Wismeijer. KRT punten 10 Info en inschrijven www.nvoi.nl
www.nvoi.nl NVOI bulletin, 15e jaargang, nummer 4 Het NVOI bulletin verschijnt vier keer per jaar en is een uitgave van de Nederlandse Vereniging voor Orale Implantologie. ISSN: 1569-7118. Druk en vormgeving: www.libertas.nl Redactie: dr. J.E. Bergsma, dr. K. Heijdenrijk Redactieadres: Postbus 34 1633 ZG Avenhorn T +31(0)229 54 03 29 F +31(0)229) 54 34 67
[email protected] Samenstelling bestuur van de NVOI: dr. J.E. Bergsma, voorzitter,
[email protected] drs. H.J.M. Rademacher, vice-voorzitter,
[email protected] dr. L. Meijndert, penningmeester,
[email protected] drs. L. den Hartog, secretaris,
[email protected] mevr. drs. I. van de Poll, lid
[email protected] dr. K. Heijdenrijk, lid
[email protected] Het overnemen van welk deel ook van de inhoud, zonder bronvermelding, is slechts toegestaan na schriftelijke toestemming van het bestuur van de NVOI.
nvoi-bulletin 4 | december 2010 pagina 27
Biomet 3i Person to person-zelfstandig leren implanteren Locatie Heerlen Datum 4 februari 2011 Docent B. Rademacher Info www.biomet.nl
Implacademy Chirurgie, een stap-voor-stap procedure voor iedereen die verder wil in de implantologie Locatie Cursusruimte Implacademy en TPG Garderen Datum 26 maart 2011 Docenten Drs. W.P. van der Schoor en Drs. J. Deurloo KRT punten 6 Info www.implacademy.nl,
[email protected]
Agenda
Astra Tech 15e Astra Tech Implantologie Symposium Locatie Hotel Okura, Amsterdam Datum vrijdag 21 januari 2011 Sprekers Prof. de Bruyn, dr Norton, Prof. Cune, dr Steveling KRT punten 5 Info
[email protected]