1
Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie JUNI 2005 JAARGANG 9
2
Libellenpublikaties 2004 Eerste larvenhuidje C. armatum Uitreiking gouden bronslibel B. Kiauta NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
-Nieuwsbrief Nieuwe provincialeNVLLibellenwerkatlassen
2
Van de redactie Dit keer weer een goed gevulde NVL nieuwsbrief. Er viel dit voorjaar weer een hoop te ontdekken zoals o.a. in deze nieuwsbrief te lezen is. Ruim aandacht voor de afgelopen studiedag in Zwolle en ondermeer aandacht voor provinciale– en regionale uitgaven, publicaties en activiteiten. Veel leesplezier !
De NVL-Nieuwsbrief is het mededelingenblad van de Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie. ISSN: 1387 – 4470 Verschijnt vier maal per jaar. Oplage 425 exemplaren
Bij de voorkant
Foto voorkant Erythromma najas ♀ (juv) (foto: René Manger) Kopijsluitingsdatum volgend nummer: 1 september 2005
Grote roodoogjuffer Erythromma najas vrouwtje in de vroege ochtend uitgeslopen en nu in voorbereiding van een nieuwe levensfase. Inzet is de gouden bronslibel.
Redactie: Gerard Abbingh & René Manger Redactie-adres René Manger Stoepveldsingel 55 9403 SM Assen 0592 374470 E-mail:
[email protected]
Inhoudsopgave
Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie (NVL) Voorzitter: Evert Ruiter Secretaris: René Manger Penningmeester: Willem-Jan Hoeffnagel Redactievertegenwoordiger: Robert Ketelaar Activiteiten-coördinator: vacant Bestands-coördinator: André Hospers Postadres NVL René Manger Stoepveldsingel 55 9403 SM Assen 0592 374470 E-mail:
[email protected]
Uitreiking gouden bronslibel
3
Libellenstudiedag 2005
4
Verslag derde Mystery Quiz
5
Pinksteren 2005 in Limburg
7
Afscheid Tieneke de Groot bij Natuurmonumenten
9
Samenwerking www.waarneming.nl en VS
9
Gouden bronslibel ?
10
Verzamelpunt libellenpublicaties
10
Van de penningmeester
10
Overzicht recente rapporten over libellen in NL 2004
11
Beekrombout nieuw voor Drenthe
14
Nieuwe populatie en larvenhuidje C. armatum
15
Noordse winterjuffer 184 dagen op één plek
Lidmaatschap NVL Leden en bibliotheken € 13,00 Jongeren (t/m 25 jaar) € 7,00 Buiten Nederland € 15,00 Lid voor het leven (min.)€ 300,00 Genoemde bedragen graag overmaken op giro 76.15.700 t.n.v. Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie te Kortenhoef. Leden ontvangen zowel de NVL-Nieuwsbrief als de Brachytron. Internet: www.libellen.org E-mail Libellennieuwscirkel:
[email protected]
Fries libellennieuws, voorjaar 2005 Vroege vlekhengsten
16 17
Insectenweekend 2005
19
Vuurlibel voortplanting in NL
19
Vroege glazenmaker en glassnijder in Den Helder
19
Maanwaterjuffer nieuw op Terschelling
19
Predatie van libellen door huismus
20
Een zeer vroeg lantaarntje
20
Germany's earliest Dragonfly? LEUCRUBI
20
Beekrombout na ruim 100 jaar in Utrecht
20
Bruine winterjuffer in voorjaar 2005
21
Oproep libellendata voor Duitse en Zwitserse libellenatlassen
22
ODON tabel
22
Larvenhuidjestabel waar te koop
22
Nieuwe provinciale atlassen
23
Overzicht van de Libellenwerkgroepen in Nederland
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
24
3
Uitreiking van de gouden bronslibel © René Manger
© Evert Ruiter
Evert Ruiter feliciteert Bastiaan Kiauta nadat hij hem eerder de gouden bronslibel heeft opgespeld.
Persbericht Assen, 16 maart 2005 Uitreiking van ‘gouden bronslibel’ aan Bastiaan Kiauta
De heer Kiauta is vanaf dat eerste uur, nu 35 jaar geleden, toonaangevend op wereldniveau geweest. Toen is de basis gelegd voor het feit Tijdens de landelijke studiedag van de Nederdat libellen de afgelopen 10 jaar een steeds landse Vereniging voor Libellenstudie (NVL) op belangrijkere rol in het Nederlandse en 12 maart jl. in het Ecodrome te Zwolle, is de Europese water- en natuurbeheer is gaan ‘gouden bronslibel’ uitgereikt aan Bastiaan spelen. Om die reden was het een eer voor Kiauta. Evert Ruiter, de huidige voorzitter van de NVL, hem de ‘gouden bronslibel’ te mogen opspelDe heer Kiauta was de belangrijkste initiator die den. De uitreiking was het hoogtepunt van de in 1970 een eerste bijeenkomst voor Nederieder jaar terugkerende libellenstudiedag. landse libellenonderzoekers had georganiseerd. Negentig libellen-geïnteresseerden uit heel Door het toenmalige succes en enthousiasme Nederland waren bij elkaar gekomen om de op die eerste bijeenkomst zou anderhalf jaar huidige stand van zaken door te nemen en later een internationale libellenvereniging terug te kijken op de 35-jarige geschiedenis van worden opgericht. Deze organisatie maakte de ge-organiseerde libellenstudie in Nederland. wereldwijd een goede communicatie mogelijk Dat laatste gebeurde aan de hand van een tussen mensen die libellen bestuderen. Dat geanimeerde lezing en presentatie van Marcel leidde ertoe dat libellen de best bekende en Wasscher. best omschreven insectengroep ter wereld is.
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
4
Marcel Wasscher
Evert Ruiter
Foto’s : René Manger
Bastiaan Kiauta
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
5
Verslag derde versie Mystery Quiz op de NVL-dag Voor de derde keer alweer werd op de NVL-dag een nieuwe serie met Mystery Libellen Pictures getoond. Er werden 20 dia’s vertoond en iedereen moest op een formulier invullen welke soort libel er op de dia stond. Elke dia werd maar ongeveer 20 tot 30 seconden getoond en overleg en gebruik van boekjes was ook dit jaar niet toegestaan. Vorig jaar had de beste inzender 18 goed en dat was ook ditmaal het geval.
lier ontvangen en dat is vergelijkbaar met beide eerdere versies. Het aantal goede antwoorden schommelde tussen nul goede antwoorden (eenmaal) en 18 goed (eenmaal). Het gemiddeld aantal goede antwoorden bedroeg (ruim) zeven. In tabel 1 is een overzicht van de 20 dia’s te zien en van de meest gegeven foutieve antwoorden. Gemeenheden die dit jaar op de deelnemers werden uitgeprobeerd waren de twee dia’s van de Kanaaljuffer die direct na elkaar geplaatst waren (eerst een vrouwtje en dan een mannetje) en een achter een rietstengel verscholen
© Robert Ketelaar
Prijzen Voor velen was de procedure min of meer bekend: de dia’s werden voor de pauze zonder verder commentaar getoond en iedere deelnemer moest aan het eind het ingevulde formulier weer inleveren. In de pauze werden de formulieren nagekeken en werd gekeken wie de meeste antwoorden goed had. Inleveren kon overigens gewoon anoniem, want de formulieren waren individueel genummerd en dit nummer kon je als bewijs van jouw persoonlijke formulier afscheuren en bewaren tot de De moeilijkste foto van de quiz. Slechts 5% van de deelnemers herkende dit exemplaar als een Dwergjuffer Nehalennia bekendmaking na de pauze. Na de speciosa pauze werden alle dia’s opnieuw getoond en werd de determinatie van elke soort be-sproken. Ook dit keer waren er prijzen voor Vroege glazenmaker waarvan eigenlijk alleen maar de winnaars. De hoofdprijs was een prachtige ingetwee ogen en de vleugels zichtbaar waren. Een lijste foto van een berijpte Noordse winterjuffer beandere handicap was ditmaal dat de nummering van schikbaar gesteld door de NVL; de overige prijzen de formulieren wat door elkaar stond, maar daar waren boeken beschikbaar gesteld door De Vlinder- sloegen alle deelnemers zich met glans doorheen, stichting en de NVL. mede door de oplettendheid van een deelnemer uit de kuststreek. Resultaten Opnieuw vonden veel mensen het weer erg lastig. De gemakkelijkst te determineren dia’s waren die van Uiteindelijk is van 40 deelnemers een ingevuld formu- een hoog in de boom zittende Platbuik (33 keer goed). Ook detailopnames van een Zuidelijke Oeverlibel (kop) en van de Geelvlekheidelibel (vleugels) werden gemakkelijk gevonden (beide 23 keer goed). Het moeilijkst waren de dia’s van een mannetje Gaffelwaterjuffer (4 keer goed) en een close up van een vrouwtje Dwergjuffer (slechts twee keer goed). Hopelijk zegt dat niets over de kansen om deze soorten (weer) te vinden in Nederland! In alle drie de jaren is het duo Vuurjuffer – Koraaljuffer aan bod gekomen. Dit keer ging het om een vrouwtje Koraaljuffer, en ook dit keer waren er mensen die er in stonken (47% fout).
© René Manger
Presentator en samensteller van de quiz Dick Groenendijk
Winnaars Uiteindelijk waren er drie mensen met 15 goed en een met 18 goed, die samen de prijzen moesten verdelen. De mensen met 15 goed waren Tim Faasen (die door een nakijkfoutje niet bij de winnaars op de dag zelf is genoemd, waarvoor excuus!), Roy van Grunsven en Antoine van der Heijden. Onbetwist
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
6
Tabel 1: Oplossing en meest gegeven foutieve antwoorden van derde Mystery Libellen Quiz op de NVL-dag van 12 maart 2005. Dianr.
Oplossing
% goed
Meest gegeven alternatieve antwoorden
1
Geelvlekheidelibel
58%
Zwervende & Zuidelijke heidelibel
2
Gaffelwaterjuffer
8%
Allerlei andere soorten blauwe waterjuffers
3
Dwergjuffer
5%
Tengere grasjuffer, pantserjuffers en winterjuffers
4
Tweevlek
45%
Viervlek, Platbuik
5
Grote roodoogjuffer
40%
Donkere waterjuffer
6
Vroege glazenmaker
23%
Andere soorten glazenmakers
7
Kleine tanglibel
28%
Rivier- en Beekrombout
8
Venglazenmaker
35%
Blauwe glazenmaker, Paardenbijter
9
Platbuik
83%
10
Zuidelijke oeverlibel
58%
Diverse witsnuitlibellen
11
Kanaaljuffer
28%
Diverse andere soorten juffers
12
Kanaaljuffer
40%
Diverse andere soorten juffers
13
Vuurlibel
15%
Diverse soorten heidelibellen
14
Oostelijke witsnuitlibel
23%
Veel blanco
15
Mercuurwaterjuffer
43%
Variabele waterjuffer, Speerwaterjuffer
16
Zwervende pantserjuffer
28%
Houtpantserjuffer
17
Koraaljuffer
53%
Vuurjuffer
18
Plasrombout
23%
Smaragdlibel, Metaalglanslibel, Beek- en Rivierrombout
19
Zuidelijke glazenmaker
45%
Paardenbijter, Blauwe glazenmaker
20
Bruinrode heidelibel
48%
Groene glazenmaker (!)
© René Manger
winnaar was Tim Termaat die natuurlijk koos voor de prachtige foto van de Noordse winterjuffer van René Manger. Dankjewel Het spelletje met de Mystery Libellen Pictures bleek opnieuw een leuk en leerzaam onderdeel te zijn op de NVL-dag waar weer lang over werd nagepraat. De dia’s die ik gebruikt heb waren van Arie de Knijf (vanuit zijn nalatenschap aangeleverd door Peter de Knijf), Kars Veling, Robert Ketelaar, Harm Niesen, Jaap Bouwman en Daniëlle Winter, waarvoor allemaal hartelijk dank.
Dick Groenendijk
Eerste prijswinnaar Tim Termaat
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
7
Pinksteren 2005 in Limburg Vrijdag 13 mei gingen we op pad richting Sint Geertruid om een lang weekend libellen en vlinders te spotten. Na een voorspoedige reis met slechts enkele korte files vonden we ons onderkomen in het gehucht vlak onder Maastricht. De camping was mooi gelegen tussen heuvels, dalen en holle weggetjes. Het was een combinatiecamping van tenten en appartementen, dus voor elk wat wils.
Waargenomen libellen: 14 mei 2005: Brunsummer heide / Schrieverheide Platbuik 6-25 ( 197 - 329 ) Lantaarntje 1 Tengere grasjuffer 6-25 Grote keizerlibel 1 Bruine winterjuffer 1 14 mei 2005: De Worm Beekrombout Weidebeekjuffer
( 204 - 325 ) 2 26-50
© Willem-Jan Hoeffnagel
Wij werden welkom geheten door Marja en Frans en zij vertelden 15 mei 2005: Vijver ENCI groeve ( 176 - 314 ) ons dat het niet gemakkelijk was Lantaarntje 20 Plasrombout 10 om een locatie te vinden die zowel Gewone oeverlibel 7 centraal gelegen als betaalbaar Watersnuffel 20 was. Het pinksterweekend is blijkbaar favoriet als korte Azuurwaterjuffer 10 vakantie. 16 mei 2005: Ingedael te Houthem ( 182 - 320 ) Langzaam kwam iedereen binnendruppelen, terwijl Weidebeekjuffer 12 sommigen vast een ommetje maakten. Rond etenstijd Vuurjuffer 3 Azuurwaterjuffer 4 werd er heerlijke champignonsoep genuttigd, boterhammen gegeten en bijgekletst. 16 mei 2005: Meertensgroeve ( 184 - 319 ) Na het eten stond de eerste diavoorstelling op het proVuurjuffer >100 gramma. Wij kwamen in de centrale ruimte bijeen voor Azuurwaterjuffer >100 Viervlek 2 een presentatie van het werk van Emile Voogel, lid van Platbuik 2 de Vlinder en Libellenwerkgroep KNNV KennemmerGrote keizerlibel 2 land. Het waren niet alleen mooie heldere dia’s, maar Smaragdlibel 4 het programma was tevens educatief van opzet: 45 soorten, waarvan eerst een dia van het mannetje, dan wat te eten en nog wat te ondernemen. De meesten het vrouwtje, een juveniel en tot slot de tandem of het gingen naar de beek de Worm, waar zij twee beekrombouten en tientallen weidebeekjuffers tegen kwamen. Anderen gingen Brunssum in om wat te eten en te rusten. Om 8 uur kregen we een diavoorstelling in het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten bij de Brunssumerheide van Leen Bakker die ons ondermeer het Limburgs landschap liet zien. Zondag togen we naar de Encigroeve, oftewel de afgraving van de Sint Pietersberg, een bijzondere gelegenheid. Normaal mag publiek namelijk de groeve niet in, wij mochten echter vrij rondlopen! Het was een enorm indrukwekkende ruimte die we betraden. Eerst Gomphus pulchellus liepen we naar een plasje waar we een aantal Plasrombouten zagen, en ook enkele orchideeën. Onderparingswiel. Echt leerzaam en we genoten van tussen letten we ook op vogels, aangezien we wisten (contrasterende) kleuren en vormen. dat de oehoe in de Encigroeve broedt. We zagen wel Zaterdag gingen we op pad naar de Brunssumerheide, de wespendief, sperwer, havik, buizerd en zwarte roodwaar de gids Jan Hermans van het Natuurhistorisch staart, maar vooralsnog was er geen oehoe te bekenGenootschap Limburg ons deskundig begeleidde. Dit nen. Aan het eind van de middag toen we al richting gebied kenmerkt zich door natte en droge delen. We uitgang liepen kwamen we Ellen, Ricardo en Trees namen alle tijd om oevers, plasjes, bos en heide te tegen. Ellen riep ons toe: “oehoe oehoe”, ten teken dat inspecteren. We zagen een uitsluipende grote keizerli- ze de oehoe gezien hadden. Na de plek geduid te hebbel en verschillende platbuiken. Ook een groot aantal ben togen wij er ook naar toe, het zou niet ver zijn. Met veldkrekels, wespendieven en we hoorden de groene onze pas aangeschafte Swarovskijkers (enkele ribben specht. Verder werden er vele plantensoorten gevonuit ons lijf) moest het toch lukken! Willem-Jan riep op den. Hierna hadden we een paar uur voor onszelf om een zeker moment: “ik zie em al”. En ja wel hoor, daar
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
8
© Willem-Jan Hoeffnagel
donker Wim Konijnenberg ten val kwam en zijn voet bezeerde. Het toeval wilde dat er zojuist een terreinwagen aankwam, waarvan de inzittenden het drietal naar de camping terugbracht. Daar werd Wim deskundig verzorgd. Ondergetekenden zagen tijdens de avondwandeling vlakbij de camping een verse dassenburcht en twee reeën.
Op de laatste ochtend werd het huisje veegschoon gemaakt, spullen ingepakt, eten verdeeld, de inventaris door de verhuurster geïnspecteerd en daarna gingen we naar Houthem met de gids Jef Boosten. Na een wandeling over de heuvel speurden we een tijdje in het dal van de Meertensgroeve waar voorheen een motorAnax imperator crossbaan was. Daar waren wat plasjes waar we heel wat libellen zagen, waaronder de grote keizerlibel, zat het mannetje met een half oog open te dutten op een hooggelegen richel. Een indrukwekkend beest met smaragdlibel en en de platbuik. De tengere grasjuffer werd helaas niet gevonden. zijn bijna rechtopstaande oorpluimen, niet alleen het hoogtepunt van de dag maar zelfs van het weekend. © Willem-Jan Hoeffnagel
Op weg naar de uitgang kwam een terreinwagen van de beveiliging ons tegemoet. Emile, Miep en Liedeke werden meegetroond naar de uilenfamilie, die zij nog niet gezien hadden. Zij zagen met behulp van de beveiligingsbeambte het vrouwtje met maar liefst vier jongen. Bijna de hele groep kreeg dus de unieke kans om de oehoe te aanschouwen en niet vanachter een hoog hek, maar op enkele tientallen meters afstand, dank je wel Frans, dat jij dit voor ons regelde. ’s Avonds, na een heerlijk pasta met verse salade, gingen verschillende mensen nog wandelen, waarbij zelfs Dassen gezien zijn, maar waar ook in het pikke-
We maakten mooie foto’s, genoten van de natuur en het weer (dat helaas wat aan de koude kant was) en we kwamen op mooie speciale plekken. Marja en Frans werden aan het eind van de middag bedankt: zij kregen een boekenbon en een beloofd boek (Tigers van de Artists for Nature) en uitvoerig bedankt. Aan zo’n reis gaat een hele organisatie vooraf, maar meestal weten alleen diegenen dat, die dat zelf ook wel eens doen! Dus Marja en Frans: nogmaals bedankt voor alle goede zorg! Willem-Jan Hoeffnagel en Rietje Veltkamp
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
9
Afscheid Tieneke de Groot bij Natuurmonumenten ten om voor zichzelf te beginnen. Bureau Facet is daarmee de nieuwste loot aan de boom van ecologische adviesbureaus. Tieneke wil met Bureau Facet Foto: Robert Ketelaar
Na tien jaar bij Natuurmonumenten te hebben gewerkt heeft Tieneke de Groot daar op 1 maart afscheid genomen. In 1994 kwam Tieneke bij Natuurmonumenten werken als libellenkenner. Het was in de tijd dat libellen in toenemende mate in de belangstelling stonden van terreinbeheerders en beleidsmakers. Het was ook de tijd dat de kennis over de verspreiding en de ecologie van libellen sterk toenam, iets wat de belangstelling zeker heeft vergroot. Tieneke kwam binnen bij Natuurmonumenten om haar kennis verder te verspreiden in de organisatie. Ze heeft vele inventarisaties uitgevoerd, cursussen gegeven, is een paar honderd dagen op pad geweest met mensen uit de beheerteams en vervulde een belangrijke adviserende rol op het hoofdkantoor in ´s Graveland, haar werkplek. Haar inventarisaties mondden uit in meerdere belangrijke rapporten. Zo is Tieneke de eerste die de libellenfauna van De Wieden goed onderzocht en ontdekte hoe groot de populatie van de gevlekte witsnuitlibel daar werkelijk is. Het is niet overdreven om te zeggen dat dankzij Tieneke libellen binnen Natuurmonumenten een serieuze plek hebben gekregen en dat gegevens over libellen steeds vaker worden gebruikt bij beslissingen over beheer en inrichting. Natuurmonumenten is een club in beweging, en op dit moment wordt een decentralisatie doorgevoerd. De beleidsafdelingen in ´s Graveland gaan zich meer richten op het ondersteunen van de landelijke directie en steeds meer werk wordt overgeheveld naar de regiokantoren en de beheereenheden. Daarmee kwam ook Tieneke steeds verder weg te staan van de plek waar ze het liefste is: het veld en de beheerteammedewerkers. Uiteindelijk heeft ze besloten dat er niet meer voldoende voor haar overbleef om het echt naar haar zin te hebben. Na lang nadenken heeft ze beslo-
Tieneke tijdens haar afscheid tussen de directeur natuurbeheer (Teo Wams, links) en het hoofd van de afdeling Natuur en Landschap (Hans Massop, rechts). specialistisch werk afleveren in het veld waar zij goed in is: libellen, dagvlinders en sprinkhanen, de vertaling van gegevens naar de beheerpraktijk en het begeleiden van vrijwilligers op dit gebied. Voor meer informatie, zie www.bureaufacet.nl. Binnen de NVL zullen we natuurlijk nog veel blijven horen, en vooral zien van Tieneke. Met Weia gaat ze hopelijk onverminderd door met het op digitale video vastleggen van libellen! Robert Ketelaar
Samenwerking Vlinderstichting, EIS-Nederland en www.waarneming.nl Een van de doelstellingen van Waarneming.nl is om te fungeren als een centraal loket voor waarnemingen. Zij verzamelt waarnemingen van alle planten en diergroepen via haar website www.waarneming.nl
voor onderzoek en bescherming van kwetsbare soorten. Tevens hebben de waarnemers van Waarneming.nl de beschikking gekregen over referentiekaartjes en vlieg-tijdgrafieken van alle dagvlinders en macroEen van belangrijke activiteiten van de Vlinderstichting nachtvlinders. Niet elke waarnemer kent de landelijke is het onderhouden in samenwerking met EISverspreiding van alle soorten. Met behulp van deze Nederland van de Libellendatabank. Hiertoe verzamelt kaartjes is eenieder nu in staat zijn doorgegeven zij waarnemingen middels digitale bestanden en locatie op waarde te schatten. Meer ecologische via LANDKAARTJE en in samenwerking met Natuur- informatie over alle soorten is te vinden op kalender via www.natuurkalender.nl (voor alle eerste www.vlindernet.nl. waarnemingen). Voor de waarnemers is van belang dat zij gewoon Onlangs hebben de organisaties een eerste stap door kunnen gaan met doorgeven van waarnemingen gezet op weg naar samenwerking. De via op de manier die hen het beste past. www.waarneming.nl ingevoerde gegevens van libellen Bron: Vlinderstichting worden aan De Vlinderstichting ter beschikking gesteld. De Vlinderstichting zet de waarnemingen in
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
10
Gouden bronslibel ?
Reacties n.a.v. de uitreiking van de gouden bronslibel: “Leuk om Bastiaan Kiauta in het zonnetje te zetten met die 'gouden bronslibel', maar misschien is het ook nuttig een lijst aan te leggen met mensen die absoluut nooit zo'n onderscheiding willen ontvangen? Tieneke de Groot en ik willen graag op die lijst!” Weia Reinboud
Verzamelpunt publicaties libellen De heer Kiauta Stichting SIO verzameld alle publicaties over libellen. Dit alles wordt bijgehouden in de “Odonatological Abtstracts”. Hierin wordt alle literatuur over libellen beschreven. Dit kunnen ook kleine artikelen zijn zoals bijvoorbeeld krantenknipels. Vanaf 1970 houdt de heer Kiauta deze abstracts bij.. Het moge duidelijk zijn dat dit archief inmiddels zeer omvattend en belangrijk is geworden. Mooi is ook dat iedereen weet wat er over libellen is en werd geschreven. Wanneer je iets opstuurt zorg dan dat de bibliografische gegevens zo compleet mogelijk zijn. Stuur dit dan naar: B. Kiauta, Stichting SIO Postbus 256 3720 AG BILTHOVEN
Voorbeeld van een Odonatological Abtstract:
Onafwendbaar: video, ODON tabel “Ik mag aannemen dat het NVLbestuur het bovenstaande bericht luid en duidelijk heeft ontvangen. Weia en Tieneke hebben met hun ODONactiviteiten (tabel en video) een belangrijke en vernieuwende bijdrage geleverd aan de Nederlandse libellenstudie. De 'gouden bronslibel 2006' kan hen wat mij betreft dus niet meer ontgaan ! “ KD Dijkstra
Van de Penningmeester Vaak krijg ik de vraag hoe het beleid is van de N.V.L. richting leden die niet betalen. De grondslag van de aanpak ligt in een besluit van de eerste officiële Algemene Ledenvergadering: 1. 2. 3.
Iedereen krijgt in het verenigingsjaar een acceptgiro om de jaarlijkse contributie te voldoen. Bij niet betalen volgt een herinnerings-acceptgiro. Mocht men dan nog niet betalen dan volgt uitschrijven uit de ledenlijst bij de aanvang van het eerst-volgende verenigingsjaar (waarbij dan wel aangetekend kan worden dat deze leden een heel jaar lang de voordelen van de vereniging hebben genoten zonder daarvoor te betalen).
Om nodeloze acties en kosten te besparen worden alle leden opgeroepen steeds zo snel mogelijk te betalen. Willem-Jan Hoeffnagel Penningmeester
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
11
Overzicht recente rapporten over libellen in Nederland (periode kalenderjaar 2004) In de NVL-Nieuwsbrief van december 2004 stond een overzicht van de nieuw verschenen en nieuw ontvangen rapporten met gegevens over libellen, zoals deze in de bibliotheek van De Vlinderstichting aanwezig zijn. In dit huidige overzicht zijn alle nieuwe titels die binnengekomen zijn gedurende het kalenderjaar 2004 opgenomen. Voor alle duidelijkheid het geldt hier dus overzichten van het jaar 2004 zelf of van rapportages uit andere jaren die in 2004 bij de bibliotheek van De Vlinderstichting zijn ingeschreven. Het is de bedoeling dat jaarlijks een dergelijk overzicht in de NVL-Nieuwsbrief zal verschijnen en we zullen proberen om dat jaarlijks ieder voorjaar te publiceren. In zijn algemeenheid geldt dat goed bekende en toegankelijke publicaties niet in dit overzicht vermeld staan. Libellenboeken worden dus niet opgenomen. Verder is geprobeerd om de lijst zo relevant mogelijk voor met name de Nederlandse situatie te laten zijn. Buitenlandse publicaties worden dus alleen opgenomen als ze directe relevantie voor Nederland hebben. Zoals in eerdere jaren, kenmerkt de lijst zich door een grote diversiteit. Sommige rapporten zijn regionale inventarisaties of beheerplannen. Andere publicaties zijn meer beleidsmatig van karakter en besteden slechts kort aandacht aan libellen. Alle publicaties zijn in principe vrij toegankelijk voor leden van de NVL, waarnemers van EISNederland en donateurs van De Vlinderstichting. Iedereen kan ze (na afspraak) inzien op het kantoor van De Vlinderstichting. De contactpersoon hiervoor is bibliothecaris Bernard Kranenbarg (contactadres: zie hieronder). Uiteraard kun je tijdens een eventueel bezoek ook de libellenboeken inkijken. Tot slot willen we alle inzenders van libellenrapporten en literatuur van harte bedanken. Ook in de komende periode ontvangen we weer graag al jullie publicaties. We zorgen dat ze in de bestanden van de bibliotheek terechtkomen en gepubliceerd worden in een dergelijk overzicht. Hierdoor is de literatuur ook beter toegankelijk voor anderen. Eerdere overzichten van libellenrapporten zijn verschenen in de NVLNieuwsbrief jaargang 6(2): 8-16, jaargang 7(2): 8-11 en jaargang 8(4): 8-10.
Bax, G.M., C.C. van Rijswijk & G.M. Sanders (2004): Inventarisatie van de Bennekomse Hooilanden en de Bennekomse Meent in 2003. KNNV afdeling Wageningen e.o., Bennekom. Bijtel, H.J.V. van den (2004): Ontsnippering van de heuvelrug : visie op verbindingszones en andere ontsnipperde maatregelen. / Tweede aangepaste en opgemaakte versie / + 1 losse Kaart- en gegevensbijlage op CD-Rom - Provincie Utrecht, Utrecht. Bloemmen, M. & T. van der Sluis (eds.) (2004): European corridors - example studies for the Pan-European Ecological Network : background document. Alterra-report 1087. - Alterra, Wageningen. Boer, E.J., R. Lensink & A.J.M. Meijer (1999): Beheerplan natuurpark De Zump : planperiode 1999 t/m 2008. rapport nr. 99.36 - Bureau Waardenburg, Culemborg. Boesveld, A. & J. van der Neut (2004): Libellen in Nationaal Park De Biesbosch : een overzicht van 1993 t/m 2003 verzamelde waarnemingen. - Staatsbosbeheer Biesbosch Bezoekerscentrum, Drimmelen. Bos, A., A. Kaskens, W. Meijberg, N. Peet & V. Siebering (2004): Op onderzoek naar vlinders en libellen. / + 1 losse CD + 4 zoekkaarten + 1 brochure "Vlinders kijken!" - De Vlinderstichting, Wageningen & stichting Veldwerk Nederland, Orvelte. Bouwman, J. & V.J. Kalkman (2004): Inhaalslag habitatrichtlijnsoorten : libellen Odonata. EIS rapport EIS2004-18 - EIS-Nederland, Leiden & De Vlinderstichting, Wageningen. Bouwman, J.H.& V.J. Kalkman (2004): Handleiding waarnemingen Nederlandse libellen. - De Vlinderstichting, Wageningen; Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie, Assen & EIS-Nederland, Leiden.
Dick Groenendijk Bernard Kranenbarg De Vlinderstichting Postbus 506 6700 AM WAGENINGEN 0317-467346
[email protected] Abel, G. (2004): Vlinder- en libelleninventarisatie op het schiereiland "De Bol" te Lopik in 2003. - [Eigen uitgave auteur], IJsselstein. Bakker, M., W.J. Molenaar & T. Ietswaart (2001): Evaluatie proefprojecten Hermeandering Ruiten Aa bij Sellingen en Wollinghuizen. - IWACO Adviesbureau voor water en milieu, Groningen.
Bouwman, J., D. Groenendijk, A. Hospers, V. Kalkman & J. van der Linden (2004): Waarnemingenverslag ongewervelden 2004. - EIS-Nederland, Leiden; De Vlinderstichting, Wageningen & Nederlandse Vereniging voor Libellenstudie, Assen. Bouwman, J.H. & E. Ruiter (2004): Actieplan donkere waterjuffer, 2004. / + 3 losse beheerkaarten. Rapport VS2004.044 - De Vlinderstichting, Wageningen. Bouwman, J.H. & V.J. Kalkman (2004): Tussenrapportage inhaalslag libellen. Rapport VS2004.043. - De Vlinderstichting, Wageningen.
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
12
Brekelmans, F.L.A. & M.M.E. Backerra (2004): Voorlopige atlas dagvlinders, libellen en sprinkhanen Rotterdam. bSR-rapport 35 bSR - bureau Stadsnatuur Rotterdam, Rotterdam. Bund, C.F. van de, N. Honig, G.M. Sanders (coördinator), A. van Wely & J. Snoijink (2004): Fauna van de Hoge Veluwe in 2003. - Vereniging 'Vrienden van de Hoge Veluwe', [s.l.]. Bund, C.F. van de ([198x ?]): Inventarisaties van de fauna van grasland en heidevelden. - [eigen uitgave auteur, s.l.]. bureau Natuur, provincie Zuid-Holland (2004): Beschermde planten en dieren in Zuid-Holland. - Provincie Zuid-Holland, [Den Haag]. Claessens, S. (1989): 25 jaar libellenonderzoek in hoogveengebied De Peel : een overzicht van waarnemingen in de periode 1963-1988 en een ecologische inventarisatie / analyse in 1988. - Staatsbosbeheer - regio Peel en Maas, Roermond. Geerink, M. (2004): Aquatisch-ecologisch onderzoek in 6 vennen in het beheersgebied van Waterschap Vallei & Eem. - Waterschap Vallei & Eem, Leusden. Groenendijk, D. (2004): Pilot bescherming gewone bronlibel in Noord-Brabant. Rapport VS2004.02 - Vlinderstichting, Wageningen. Groenendijk, D. (2004): Mogelijkheden voor monitoring van de rivierrombout. Rapport VS2004.38 - Vlinderstichting, Wageningen. Grootzwagers, F. (contactpersoon) (2003): Resultaten vlindertellingen. - Vlinderwerkgroep Natuurvereniging "Ken en Geniet", Dongen. Grootzwagers, F.(contactpersoon) (2003): Resultaten vlindertellingen Boswachterij Dorst De Langstraat De Rekken. - Vlinderwerkgroep Natuurvereniging "Ken en Geniet", Dongen. Grootzwagers, F. (contactpersoon) (2004): Resultaten vlindertellingen. - Vlinderwerkgroep Natuurvereniging "Ken en Geniet", Dongen. Grootzwagers, F. (contactpersoon) (2004): Resultaten vlindertellingen Boswachterij Dorst De Langstraat De Rekken. - Vlinderwerkgroep Natuurvereniging "Ken en Geniet", Dongen. Hermans, J.T. (1992): De libellen van de Nederlandse en Duitse Meinweg (Odonata). / + 1 losse tabel - Stichting Natuurpublicaties Limburg, Maastricht.
Hermans, J.T., R.W. Akkermans, F. Mertens, J. van der Weele & H.W.G. Heijligers (samenstelling & redactie) (2004): Werkatlas libellen in Limburg : inventarisatiegegevens periode 1997-2003. 2e herziene druk. - Stichting Natuurpublicaties Limburg, Roermond. Heydeman, B. & E. van 't Oever (1979): Twente, een hydrobiologisch onderzoek van de beken in 1975 : waterkwaliteit en beekkarakter. / + 1 losse lijst Errata + 2 losse kaarten / in opdracht van de P.P.D. Overijssel. Verslag nr. 409 Afd. Natuurbeheer - L.H.. Wageningen. Janssen, I.C.J.M. (2000): Monitoring van het Haeselaarsbroek in het brongebied van de Pepinusbeek : ontwikkelingen in een natuurherstelproject in de Midden-Limburgse gemeente Echt. / stagerapport Katholieke Universiteit Nijmegen Verslagen Milieukunde nr. 189 - Waterschap Roer en Maas, Sittard. Janssen, J.A.M. & J.H.J. Schaminée (2004): Soorten van de habitatrichtlijn. Europese natuur in Nederland - KNNV, Utrecht. Kleine, J. (2004): Fauna-inventarisatie Dwingelderveld en omgeving 2003. - J. Kleine, Dwingeloo. Koning, M., F. Koning & W. Konijnenberg (tabellen) ([2004]): Waarnemingenoverzicht 2003. - KNNV-Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland, Haarlem. Krekels, R. (teksten), T. de Jong (teksten) & K. Mostert (teksten) (2004): Krabbescheer & groene glazenmaker in de provincie ZuidHolland. - Coördinator groene glazenmaker, Utrecht; Provincie ZuidHolland, Den Haag & De Vlinderstichting, Wageningen. Kurstjens, G., P. Calle & B. Peters (2004): Fauna in de Gelderse Poort en opzet voor een meetnet : historische en recente verspreiding van bedreigde en beschermde zoogdieren, reptielen, dagvlinders, libellen, sprinkhanen en overige ongewervelden. - Flora- en Faunawerkgroep Gelderse Poort, BeekUbbergen. Lejeune, M., B. Peters, J. Boosten, T. Maes & J. Boonman, A. Ovaa, J. van der Coelen & L. Spoormakers (2002): Het Beneden-Geuldal zes jaar later. - Stichting Ark, Hoog Keppel. Lidt de Jeude, M. van (sam.) (2002): Rapportage monitoringsprogramma natuurontwikkeling 2002 op golfbaan De Brakel in Bunnik. - Stichting Natuur en Milieufederatie Utrecht, Utrecht. Manger, R. & G. Abbingh (2004): Libellen in Drenthe : verspreidingsatlas 1995-2003. - Libellenwerkgroep Drenthe, Assen.
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
13
Manger, R. & G. Abbingh. (2004): Libellen in Drenthe : verspreidingsatlas 1995-2003. Tweede druk - Libellenwerkgroep Drenthe, Assen. Martens, V. & E. Goutbeek (2003): Dagvlinders, libellen, reptielen, amfibieën en zoogdieren van het Rechterense veld. - Vereniging Natuurmonumenten, 's-Gravenland. Merle, D. (2003): Libellen : natuurboekje van ... / zomer 2004 - Limburgs Landschap, Arcen. Moors, C. (2004 ?): Jaarverslag Hoge Fronten 2003. - Stichting CNME Maastricht & Mergelland, Maastricht. Raaijmakers, H. ([2004]): Libellen monitoring op de terreinen van Natuurmonumenten op de noord west Veluwe in 2003 : Leeuweriksweiland en Oldenaller noord en zuid. - eigen uitgave auteur, Harderwijk. Raaijmakers, H. ([2004]): Libellen monitoring op het Wisselseveen en de heideven op de Tongerenseheide in 2003 : met een overzicht van de maximum aantallen uit de voorgaande jaren. - H. Raaijmakers, Harderwijk. Raaijmakers, H. ([2004]): Elf libellen monitoring routes in de terreinen van Staatsbosbeheer op de midden Veluwe: Gerritsfles, Loofles, Watergraafsmeertje, Slenk stroeseheide in 2003 : met een overzicht van de maximum aantallen uit de voorgaande jaren. - H. Raaijmakers, Harderwijk.
SV2004.06 - De Vlinderstichting, Wageningen. Sluis, T. van der, M. Bloemmen & I.M. Bouwma (2004): European corridors : strategies for corridor development for target species. / based on the background document - ECNC, Tilburg & Alterra, Wageningen. Stark, N. (2004): Libellen tussen Lek en Linge : 2004. - [Eigen uitgave auteur, s.l.]. Steenbergen, S. (2004): Het meetnet libellen en de kaderrichtlijn water : inhoudelijk deel. Rapport VS2004.25 - De Vlinderstichting, Wageningen. Stoopendaal, W. ([2002 ?]): Overzicht dagvlinders en libellen 2002. - [eigen uitgave auteur, s.l.]. Strien, A. van & T. van der Meij (2004): Landelijke natuurmeetnetten van het NEM in 2003 : resultaten en ontwikkelingen. - Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen. Stuijfzand, S., C. van Turnhout & H. Esselink (2004): Gevolgen van verzuring, vermesting en verdroging en invloed van herstelbeheer op heidefauna : basisdocument. Rapport EC-LNV nr. 2004/152 O - Expertisecentrum LNV, Ede. Swaay, C.A.M. van & D. Groenendijk (2004): Vlinders en libellen onder de meetlat : jaarverslag 2003. Rapport VS2004.11 - De Vlinderstichting, Wageningen..
Raaijmakers, H. (2004): Libellen monitoring op de Stakerbergseheide en Vierhouterheide in 2001, 2002 en 2003. - H. Raaijmakers, Harderwijk.
Swaay, C.A.M. van. & D. Groenendijk (2004): Staat van instandhouding Habitatrichtlijn Annex II vlinders en libellen. Rapport VS2004.28 - De Vlinderstichting, Wageningen.
Raaijmakers, H. ([2004]): Monitoring van weidebeekjuffers op de achterste wei bij stadsweide in 2004. - [Eigen uitgave auteur, Harderwijk].
Trigt, T. van & J.-W. van Velzen (2004): Determinatietabel voor de libellenlarvenhuidjes van Nederland : deel Echte libellen - Anisoptera. - Cerci & Epiproct, Haarlem.
Roos (hoofdredacteur), R., S. Woudenberg, G. Dorren (eindredacteur), E. Brunner (beeldredacteur) & R. den Hollander (webredacteur) (2004): Opgewarmd Nederland : klimaatverandering : natuur, water, landbouw, effecten, aanpak. / + 1 losse DVD - Stichting NatuurMedia,Amsterdam; Uitgeverij Jan van Arkel & Stichting Natuur en Milieu, Utrecht.
Veling, K. & S. Jansen (2002): Inventarisatie dagvlinders (en libellen) Kralingse Bos 2002. Rapport VS2002.42 - De Vlinderstichting, Wageningen.
Ruiter, H. de, L. Bos & A. Guldemond (2004): Natuurinventarisaties Koeien & Kansen-bedrijven : laat je natuur zien! Rapport 21 - Animal Sciences Group/Praktijkonderzoek, Lelystad. Schut, D. & R.J. Koops (2004): Ecologische verschillen tussen de venwitsnuitlibel (Leucorrhinia dubia) en de Noordse witsnuitlibel (Leucorhinnia rubicunda) op Nederlandse vennen. Rapport
Veling, K. (2004): Dagvlinders en libellen Golfsociëteit Lage Vuursche 2004. Rapport VS2004.45 - De Vlinderstichting, Wageningen. Verberk, W.C.E.P. & H. Esselink (2004): Invloed van aantasting en maatregelen op de faunadiversiteit in een complex landschap : Case studie: Korenburgerveen (1e fase). Rapport nr. 2004/234-O - Expertisecentrum LNV, Ede.
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
14
Verspui, K. (1991): Dwingelderveld : Libellen en Dagvlinders. - SBB Drente-zuid, Pesse & Natuurmonumenten, 'sGraveland.
Wallis de Vries, M.F. (2004): Prioritaire soorten voor de monitoring van flora en fauna van de Amsterdamse Waterleidingduinen. VOFF-rapport 2004.01 - Vereniging Onderzoek Flora en Fauna, Nijmegen.
Vries, H.H. de & R. Ketelaar (2004): Uitvoering en advisering beschermingsplan groene glazenmaker 2003. Rapport VS2004.10 - De Vlinderstichting, Wageningen.
Wouda, H.A. ([2003]): Rapport meetnetten 2003 Leemputten bij Staverden, gemeente Ermelo : Libellen, Dagvlinders, Paddestoelen. / bestaat uit drie onderdelen: 1. Rapport meetnet libellen [etc.], 2. Rapport meetnet vlinders [etc.], en 3. meetnet paddestoelen [etc.]. - H.A. Wouda, [Ermelo].
Vries, H.H. de & S.H. Ens (2004): Onderzoek aan leefgebied groene glazenmaker : voortplanting en groei van krabbescheer. Rapport VS2004.12 - De Vlinderstichting, Wageningen. Vries, H.H. de (2004): Bescherming bedreigde dagvlinders en libellen in Groningen : voortgangsrapportage 2003. Rapport VS2004.03 - De Vlinderstichting, Wageningen.
Wouda, H.A. ([2003]): Rapport 2003 Landgoed Staverden, Gelders Landschap : vlinders; libellen; paddestoelen. / bestaat uit de delen 1: Rapport libellen inventarisatie 2003 Verbrande Bos, [etc.] en 2: Rapport paddestoelen meetnet 2003 De Korte Slinger [etc.]. - H.A. Wouda, [Ermelo].
Beekrombout GOMPVULG nieuwe soort voor Drenthe Het libellenseizoen in Drenthe is goed begonnen in 2005. Diverse leuke libellenwaarnemingen werden doorgegeven. Beekrombout In Dalen (nabij Coevorden, Drosterdiep, 249-523) is door Jan-Joost Mekkes op 10 mei 2005 de eerste Beekrombout GOMPVULG voor de provincie waargenomen. In een gegraven plasje dat reeds enkele jaren oud is werd een mannetje waargenomen. Het zat er aan te komen dat de soort in Drenthe gezien zou worden. De vraag was alleen wanneer. Op on© René Manger
Gomphus vulgatissimus
geveer 10 km van Dalen zit namelijk zoals bekend een populatie Beekrombout in de Vecht (Ov). Later op 28 mei werden door Jan-Joost Mekkes op een nieuwe vindplaats in het Schoonebeekerveld (uiterste Z-O van Drenthe) drie Beekrombouten GOMPVULG en zes bruine korenbouten LIBEFULV waargenomen. De laatste soort is ook zeer zeldzaam in Drenthe. Verder werden zeldzaamheden als de plasrombout GOMPPULC en gevlekte witsnuit LEUCPECT dit jaar weer in Drenthe aangetroffen. De glassnijder BRACPRAT is dit jaar overigens op veel nieuwe plekken al weer gezien. Hoogveenglanslibel Eind mei heeft de werkgroep een zoektocht naar de zeer zeldzame hoogveenglanslibel Somatochlora arctica in de provincie georganiseerd met medewerking van Dick Groenendijk (De Vlinderstichting) . Meerdere locaties zijn bezocht. Imago’s of larvenhuidjes van de soort zijn die dag niet gevonden. Wel is duidelijk geworden wat de biotoopeisen van de soort zijn. Er is door de werkgroep een factsheet van de hoogveenglanslibel gemaakt. We hopen hiermee de werkgroepleden en de beherende instanties een goed handvat te bieden voor het vinden van de soort in Drenthe. De factsheet is te zien op http:// libellen.drenthe.nl. Libellenwerkgroep Drenthe
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
15
Nieuwe populatie en vondst eerste larvenhuidje van Donkere waterjuffer Coenagrion armatum Op vrijdag 13 mei 2005 werd tijdens een telling van de Noordse winterjuffer Sympecma paedisca door Jaap Bouwman, Tim Termaat en Dick Groenendijk van De Vlinderstichting in de Weerribben door eerst genoemde op een nieuwe locatie een populatie van de Donkere waterjuffer gevonden.
Het huidje zat enkele centimeters boven de waterlijn op een rietstengel. In het veld vielen de verdikte randen en de stompe uiteinden van de lamellen al op. Vooral de verdikte randen zijn een belangrijk kenmerk. In Nederland delen alleen de Maanwaterjuffer C. lunulatum en de Speerwaterjuffer C. hastulatum dit. Met behulp van de determinatiesleutel van Heidemann & © Kars Veling Coenagrion pulchellum
Coenagrion armatum
© Kars Veling
De plek ligt op ongeveer een kilometer afstand van de dichtstbijzijnde bekende populatie. Zoals op alle tot op heden bekende vliegplaatsen ging het opnieuw om een verlandend petgat met kniediep water en een rijke begroeiing van ijl riet en lisdodde in helder water. Op de vliegplaats was de Donkere waterjuffer relatief talrijk. Tijdens een uurtje zoeken vonden we enkele tientallen dieren waaronder diverse vrouwtjes en tandems. Dat hier sprake was van een al langer bestaande populatie bleek vervolgens uit de vondst van een larvenhuidje van Coenagrion armatum. Voor zover bekend is dit het eerste huidje van Nederland (zie foto hiernaast).
Coenagrion armatum
Seidenbusch (Die Libellenlarven Deutschlands) kon het huidje thuis vrij gemakkelijk gedetermineerd worden. De zesdelige antenne, het brede en iets ingedeukte mentum en de zwarte wratjes op de achterkop waren allemaal kenmerken die de determinatie verder ondersteunden. Op bijgaande foto zijn de lamellen van het huidje vergeleken met de lamellen van de in de Weerribben gelijktijdig vliegende, maar veel talrijkere Variabele waterjuffer C pulchellum. Deze soort heeft veel puntiger lamellen en mist de verdikte randen. Bovendien zie je heel vaak een zwart streepje halverwege de lamellen bij deze soort, iets dat bij het huidje van de Donkere waterjuffer ook ontbreekt. Het huidje is opgenomen in de collectie van Dick Groenendijk. Met dank aan Kars Veling voor het fotograferen en drukklaar maken van de foto’s. Dick Groenendijk Jaap Bouwman Tim Termaat
Coenagrion armatum © René Manger
Eiafzet in De Weerribben mei 2005
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
16
Sympecma paedisca 184 dagen op één plek 30 september 2004
21 oktober 2004
♂ Nr. 30.9.10 Het afgelopen jaar is het nodige in de nieuwsbrief geschreven over het overwinteringsonderzoek in Drenthe aan de noordse winterjuffer. Toch is het onderstaande wellicht aardig te vermelden. Op 2 april 2005 ving ondergetekende een gemerkt mannetje terug (zie foto’s). Een bijzondere vangst omdat het dier ongeveer 6 maanden (30-9-2004, 184 dagen) daarvoor op bijna dezelfde plek was gemerkt (zie figuur 1). Veel exemplaren zijn op deze manier tijdens het winteronderzoek gevolgd en het lijkt er op dat winterjuffers tijdens hun overwintering zeer honkvast kunnen zijn. Dit voorjaar is overigens in het kader van de inhaalslag van de Vlinderstichting en EIS Nederland gezocht naar mogelijke voortplantingsplaatsen van de noordse winterjuffer in Friesland en Drenthe. De VS en EIS hebben dit in samenwerking met de provinciale werkgroepen in mei jl. uitgevoerd. De vraag hierbij was of het nu echt zo is dat de noordse winterjuffer zich uitsluitend voortplant in de Weerribben, De Wieden en de Kuinderplas? Tijdens de zoekacties in beide provincies zijn geen voortplantende noordse winterjuffers ontdekt, maar is wel een goed beeld gekregen van potentiële voortplantingsplaatsen.
2 april 2005
Mannetje noordse winterjuffer Sympecma paedisca (nr. 30.9.10). Dit individu werd drie maal gevangen tijdens de overwintering van 2004-2005. Opmerkelijk is dat ondanks het lange verblijf nauwelijks verandering van het uiterlijk is te zien.
René Manger (tekst en foto’s) Libellenwerkgroep Drenthe
30-9-04 gemerkt
2-4-05
21-10-04
2e terugvangst
1e terugvangst
Afstand ( in meters) 0
5
10
15
♀ 20
Sympecma paedisca
25
Figuur 1. Terugvangplekken van het mannetje S. paedisca (nr. 30.9.10) van 30 september 2004 op het heideterrein in Drenthe. De onderlinge afstanden bedragen niet meer dan 20 meter.
Een voorbeeld van een overwinterend exemplaar: Op 8 februari 2005 bij –1 o C verbleef dit berijpte noordse winterjuffer vrouwtje 59 dagen (zie foto) in een pol pijpestro. Op 11 maart (na 90 dagen) werd het dier voor het laatst in dezelfde pol aangetroffen.
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
17
Fries libellennieuws, voorjaar 2005
Drie nieuwe vindplaatsen van de gevlekte witsnuitlibel De gevlekte witsnuitlibel (LEUCPECT) stond in Friesland te boek als uiterst zeldzaam. Hoewel deze witsnuit, niet ver van de provinciegrens, in de Weerribben en Wieden in gezonde aantallen voorkomt,
© Peter de Boer
gevonden op de Wyldemerk (Gaasterland) en het eerste verse mannetje werd op 7 mei aangetroffen in de Rottige Meenthe. In de NVL-libellenatlas staat 8 mei als vroegste datum voor Nederland! Het voorjaar van 2005 werd gekenmerkt door een relatief koud en guur weertype met veel regen en harde wind; dit is niet bepaald gunstig voor vroege uitsluipers. Het is dan ook verbazend dat deze soort onder deze omstandigheden juist in NoordNederland (waar de libellen gemiddeld toch wat later op gang komen dan in het Zuiden) zo vroeg werd gevonden.
Meest bijzonder was de ontdekking van een grote populatie in de Alde Feanen (Eernewoude). Hier werden op 25 mei ruim 50 territoriale mannetjes en een eiafzettend vrouwtje waargenomen in een smal slootje (100 meter lengte). Dit slootje is begroeid met een prachtige jonge verlandingsvegetatie van Moerashertshooi en Waterviolier. Dit verlandingstype heeft zich in "Zohra Lantaoui met eigenhandig gevangen vr. Leucorrhinia de Alde Feanen vrij recent pectoralis, Lindevallei 29 mei 2005. uitgebreid, een ontwikkeling werd ze maar zelden in Friesland waargenomen. Op waar de soort mogelijk van geprofiteerd heeft. In de het moment van het verschijnen van de Friese atlas directe omgeving (straal 2/3 km) van dit slootje zijn waren er maar twee kleine populaties in Zuid10-15 geleden petgaatjes gegraven waar dit vegetaFriesland bekend (Wyldemerk en Rottige meenthe). tietype ook aan het uitbreiden is. Ook hier werden al Daarnaast werden in het Zuidoostelijk deel van enkele mannetjes waargenomen. Het lijkt er dus op Friesland de afgelopen 10 jaar onregelmatig enkele dat de gevlekte witsnuitlibel een vaste poot in het zwervende dieren waargenomen. De grote vlekwater van de Alde Feanen heeft veroverd en dat hengst (oude volksnaam) staat als Habitatrichtlijndeze populatie een rooskleurige toekomst tegemoet soort te boek onder Bijlage II & IV, waarmee de soort gaat! Opvallend feit is dat de dichtstbijzijnde populaeen zware beschermingsstatus geniet in Westties in Friesland op minstens 30 km afstand van de Europa. Alde Feanen liggen. Zowel in 2003 als in 2004 werd Om de huidige status in Friesland te bepalen is in in dit gebied een mannetje gevangen. Mogelijk het voorjaar van 2005, op geschikte locaties verwaren dit zwervende dieren die de Alde Feanen hebspreid over de provincie, gerichte gezocht naar deze ben gekoloniseerd. De kolonisatie lijkt dus van witsnuit. Dit heeft maar liefst 3 nieuwe vindplaatsen recente aard en lijkt in verband te staan met een voor Friesland opgeleverd. Ook is gebleken dat de verbeterde waterkwaliteit en de daarmee samenhansoort vroeger in het jaar vliegt dan tot nu toe werd gende ontwikkeling en uitbreiding van geschikte gedacht. Al op 5 mei werden de eerste larvenhuidjes jonge verlandingsvegetaties in het gebied.
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
18
© René Manger
Verheugend, maar niet geheel onverwacht was de ontdekking van twee verse vrouwtjes in de Lindevallei (Driessenpolder en Lange Haag). De afgelopen 5 jaar is de libellenfauna van de Lindevallei intensief onderzocht en werd geen spoor van de gevlekte witsnuitlibel (LEUCPECT)aangetroffen, terwijl er toch potentieel geschikt biotoop aanwezig is. Waarschijnlijk bevinden zich binnen de Lindevallei dus toch een of enkele kleine populaties. Met de vangst van de gevlekte witsnuitlibel staat het totaal aantal aangetroffen libellen in de Lindevallei nu op 40 soorten! Voor het derde achtereenvolgende jaar werden er door Ep van Hijum gevlekte witsnuiten waargenomen op de Wyldemerk. Hiermee is bewezen dat deze kleine populatie gelukkig nog steeds standhoud. Na het vrijwel droogvallen van de voortplantingswatertjes in 2003 werd in 2004 maar één mannetje waargenomen. Bijzonder feit is, dat de gevlekte witsnuit (LEUCPECT) op de Wyldemerk samen vliegt met de noordse (LEUCRUBI) en venwitsnuitlibel (LEUCDUBI). Tot slot werden tijdens een Hynstebiterexcursie op 28 mei in de Brandemeer (ten noorden van de Rottige Meenthe) ook een flink aantal vlekhengsten aangetroffen. In totaal werden zo’n 25 territoriale manGevlekte witsnuitlibel Leuchorrinia pectoralis netjes en enkele verse vrouwtjes waargenomen. Hiermee is vast komen te staan dat er in de Rottige Meenthe en Brandemeer een gezonde huidje hing aan de onderkant van een braamblad. populatie aanwezig is. De eerste volwassen (territoriaal en geslachtsrijp) mannetjes worden ongeveer vanaf half juni waargeHet is onduidelijk of de grote vlekhengst nomen, maar blijkbaar sluipen de dieren veel eerder (LEUCPECT) al die tijd over het hoofd is gezien in uit dan tot nu toe werd vermoed. Naar aanleiding Friesland of dat we getuige zijn van een recente van deze vondst werd op 29 mei in een ander deel opleving. In principe zijn uitgekleurde mannetjes van de Lindevallei gezocht naar larvenhuidjes. Deze onmiskenbaar, maar jonge mannetjes en vrouwtjes zijn normaliter zeer lastig te vinden in vrijwel onbeworden mogelijk wel eens verward met de noordse gaanbaar, moerassig elzenbroekbos rondom dichtwitsnuitlibel (LEUCRUBI). Tijdens het onderzoek is begroeide petgaten. Vorig jaar is vanaf half juni in gebleken dat beide soorten vaak gezamenlijk voortotaal zo’n 30 uur gezocht met als resultaat 5 huidkomen in de Friese laagveengebieden. Dat de jes. Op 29 mei werden in zeer korte tijd opnieuw 5 noordse witsnuitlibel zich ook buiten de zandhuidjes gevonden. Deze hingen alle aan de bladeren gronden, in laagveenmoerassen, kan voortplanten van één zeggepol. In 2005 vindt vervolg-onderzoek werd al enige tijd vermoed. In 2005 werden ook van plaats naar de ecologie deze (in Nederland) zeer deze soort gezonde populaties aangetroffen in vrijzeldzame glanslibel. Veel van de verborgen levenswel alle grote laagveengebieden. Op zich al een wijze is al boven water gekregen, maar een aantal bijzonderheid, omdat deze soort een uitgesproken interessante vragen blijven nog onbeantwoord. voorkeur heeft voor vrij zure vennen (met veenmos) Hopelijk kunnen we in 2005, door goed en geduldig op de hogere zandgronden. observeren, nog betere inzichten krijgen in de ecologie en het gedrag van de gevlekte glanslibel (SOMAFLAV). Vroege waarnemingen van de gevlekte glanslibel Op 26 mei 2005 werd een zeer vers vrouwtje van de gevlekte glanslibel (SOMAFLAV) aangetroffen in de Peter de Boer Lindevallei. Op dezelfde dag werd ook een larvenLibellenwerkgroep Friesland ‘De Hynstebiter’ huidje gevonden in een dichtbegroeid petgat. Dit
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
19
Insectenweekeinde augustus 2005.
Klaas Kaag meldde waarnemingen van een verse vroege glazenmaker AESHISOS in de omgeving van de Donkere Duinen. Deze soort wordt vanaf 2003 nu jaarlijks waargenomen en is met deze melding ook voortplanting aangetoond. Verder vond Bert Pijs een glassnijder BRACPRAT in dezelfde omgeving (zie foto). De natuurontwikkeling rond Den Helder lijkt voor een aantal laagveensoorten nu duidelijke geschikte biotopen op te leveren.
Voor nadere informatie en/of opgave kunt u terecht bij: Arjan van der Veen:
[email protected], tel. 0320 – 246631 Brachytron pratense ♀ Koos van Brakel: tel. 0348 - 417032
© Bert Pijs
Op vrijdag 26 t/m zondag 28 augustus gaat de landelijke insektenwerkgroep van de KNNV naar midden Limburg. We hebben een locatie in Maasbree, niet ver van het Nationaal Park De Groote Peel en midden in een gebied van het Limburgs Landschap, n.l. Dubbroek. De locatie heet In ’t Niet en wordt geleid door een enthousiast echtpaar dat graag natuurverenigingen in hun accommodatie heeft. Voor diegenen die de locatie digitaal willen bekijken, zie www.intniet.nl . Iets verder liggen het Nationaal Park De Meinweg en het Nationaal Park De Maasduinen. Zie hiervoor en voor andere parken www.nationaalpark.nl . Op vrijdagavond begint het weekeinde officieel om 20.00 uur met een dialezing over de natuurgebieden in de directe omgeving. Na de lezing en op zaterdagavond zal een speciale vanglamp geplaatst worden om nachtvlinders te kunnen bekijken. Op zaterdag en zondag worden een paar terreinen in de directe omgeving bezocht en geïnventariseerd. Zondagmiddag omstreeks 15.00 uur eindigt het weekeinde.
Vroege glazenmaker en glassnijder krijgen vaste voet in Den Helder
Vuurlibel CROCERYT voortplanting in Nederland Vrijdag 27 en zaterdag 28 mei heb ik verse Vuurlibellen (CROCERYT) gezien in het Hoosden nabij St. Odilienberg (2 x 1 exemplaar). De soort was hier vorig jaar in kleine aantallen waargenomen. Op zondag 29 mei zijn vier net uitgeslopen exemplaren waargenomen in een oude Roer-meander in een wei aan de Roer nabij Melick. De Vuurlibel heeft zich hier al eerder voortgeplant, en lijkt definitief in het Roerdal gevestigd.
Verder is duidelijk, gezien het grote aantal waarnemingen, dat in het Roerdal honderden (duizenden?) Weidebeekjuffers (CALOSPLE) en eveneens een zeer groot aantal Beekrombouten (GOMPVULG) vliegen. Henk Ramackers
Op woensdag 25 mei waren Leo Bot, Daniël Beuker en Arie Ouwerkerk libellen aan het kijken bij het Van Hunenplak nabij WestTerschelling, Terschelling. Veel libellensoorten werden gevonden o.a. noordse witsnuitlibel LEUCRUBI. Op een gegeven moment ving Daniël Beuker een maanwaterjuffer COENLUNU. Later zochten we verder in het gebiedje wat resulteerde in 3 verschillende mannetjes maanwaterjuffers. Foto staat op birdpix.nl. Arie Ouwerkerk Terschelling-Midsland
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
© Arie Ouwerkerk
Nieuwe soort voor de waddeneilanden Maanwaterjuffer COENLUNU
20
© Christophe Brochard
Een zeer vroeg Lantaarntje Meestal is de eerste waargenomen juffer een vuurjuffer Pyrrhosoma nymphula. Vroeg was dit jaar de eerste waarneming van een lantaarntje Ischnura elegans op 16 maart in Capelle aan de IJssel (van der Zee). Een record. Bron: Landkaartje, Vlinderstichting
Predatie: huismus PASSDOME pakt glassnijder BRACPRAT In de middag van woensdag 27 april 2005, terwijl ik in de stralende zon mijn tuin in SchiedamNoord, ZH (AC: X 084.6 - Y 439.8) na de ophoging opnieuw aan het bestraten was plofte er een vrouwtje Huismus (Passer domesticus) op twee meter afstand van mij op de grond. Uit haar snavel viel een kakelverse uitgeslopen Glassnijder (Brachytron pratense). Terwijl ik mij realiseerde wat ik zag vloog ze er weer vandoor, helaas met de libel, zodat ik net niet heb kunnen vaststellen of het om een vrouwtje of een mannetje ging.
Leucorhinnia rubicunda
Germany's earliest Dragonfly? LEUCRUBI Just across the dutch border in Germany the 1st LEUCRUBI emerged April 4th in the Nature Reserve Heidemoore/Nettetal (SE of Venlo). Found + identified by Stefani Pleines.
Ben van As
Barbara Thomas D-41334 Nettetal
Predatie: huismus PASSDOME pakt vuurjuffer PYRRNYMP
Beekrombout na meer dan 100 jaar weer in Utrecht
Op donderdag 21 april zagen wij de eerste pas uitgekomen Vuurjuffers PYRRNYMP bij de vijver vliegen. Sedert die dag hebben we zeker 10 exemplaren van de Vuurjuffer gezien, steeds op zonnige, windstille plekjes langs het water (132-519). We houden ons hart vast, want er zijn weer Huismussen in de buurt. Vorig jaar hebben ze tientallen verse libellen van de stengels afgeplukt en aan hun jongen gevoerd..
Op 13 mei jl. is op de Remmerdense heide bij Elst (U) een man Beekrombout (GOMPVULG) gefotografeerd door Herman van den Bijtel. Vermoedelijk is hij afkomstig van de Nederrijn op ong. 1,5 kilometer afstand. Naar mijn weten is dit sinds 1889 de eerste waarneming in Utrecht ofwel na meer dan 115 jaar. Kees Goudsmits
© Chrisophe Brochard
Jan en Ina Marbus Voor het vangen van insecten, hoofdzakelijk tijdens het broedseizoen, heeft de mus allerlei gedragingen ontwikkeld. Zo vliegt de mus laag over de vegetatie en valt neer als hij een insect ontdekt heeft of scharrelt in de strooisellaag op zoek naar kruipende dieren. Het vangen van vliegende insecten gaat moeizaam, dit i.t.t. gespecialiseerde insectenvangers, en de mus beperkt zich daarom vaak tot traag vliegende insecten. Uit: Een doodgewone vogel, doctoraalscriptie van Paul Mentink Bron: http://www.paulmentink.nl/huismus/scriptiehuismus.html#_Toc501814097
Gomphus vulgatissimus
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
21
Bruine winterjuffer Sympecma fusca voorjaar 2005
© René Manger
De bruine winterjuffer Sympecma fusca stond dit voorjaar weer in de belangstelling gezien de vele meldingen uit diverse delen van het land. Breidt de soort zich daadwerkelijk uit of letten we met z’n allen veel beter op ? Hieronder een greep uit de waarnemingen van dit jaar. Kennemerland (NH) Op 22 maart Huib Koel in de Amsterdamse Waterleidingduinen twee individuen SYMPFUSC op een bekende locatie. In het Nationaal Park ZuidKennemerland op 2 april werden vier Bruine winterjuffers gezien in de buurt van het Spartelmeer. Nader onderzoek leert dat het vermoedelijk daar ging om enkele honderden individuen (Wim Kuijper). Frans Koning Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland Baarn (NH) Op 23 maart bij het Pluismeer bij Baarn twee mannetjes en één vrouwtje Bruine winterjuffer SYMPFUSC. Ze hadden donkergrijze bovenkant van de ogen. Ik deed daar eerder op 10 april 2000 een waarneming van een mannetje vlakbij het water. Deze twee waarnemingen lijken nu op voortplanting.
Sympecma fusca ♂
Marcel Wasscher Krimpenerwaard (ZH) In de Krimpenerwaard op 2 april 2005 een Bruine winterjuffer SYMPFUSC in de Peterput (107.3;438.1) in het Loetbos. Dick Vuik Walcheren (Z) Na 4 jaar zoekwerk eindelijk de bruine winterjuffer gezien bij de Kaalkopplas/oranjezon in Zeeland: Op 31 maart 3 mann en op 2 april 21 ex. alleen mann. KD Dijkstra krijgt dus gelijk met de drie ex. + huidje. Wellicht is de eerste waarneming van Richard Witte in 1997/8 een bruine winterjuffer ? Peter Kuinderplas (Fv) 4 april in het Kuinderbos rond de plas vonden we tenminste 2 mannetjes Bruine winterjuffer SYMPFUSC en zeker zes Noordse winterjuffers SYMPPAED, waarvan een tandem eiafzettend. Waarschijnlijk waren er nog wel (veel) meer exemplaren aanwezig.
Renkum/Wageningen (G) Zaterdag 2 april nam ik een tandem en twee vrouwtjes waar van de Bruine winterjuffer (SYMPFUSC) in de Renkumse uiterwaarde. Op zich niet bijzonder in deze tijd van het jaar, maar de locatie was opmerkelijk: een poel van enkele ares groot in de uiterwaarde van de Rijn onder Renkum (179442), vlak achter de zomerdijk. Jaap Bouwman zag in Wageningen op 11 april een tandem van de soort. Dick Bal Bruine winterjuffers SYMPFUSC bij Utrecht Ondanks de stevige noordoostenwind op zaterdag 14 mei vond ik tot mijn verbazing in de Gagelpolder aan de noordkant van Utrecht enkele bruine winterjuffers SYMPFUSC, ik wist niet dat ze hier ook (al) zaten. In totaal 4-5 losse beesten en vrij zeker een tandem. De tandem zag ik helaas alleen vliegend en net te kort om helemaal zeker te zijn. Johan van 't Bosch
Teus Luijendijk & Maarten Wielstra, Bas vd Burg & Menno van Duijn
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
22
De atlas Libellen van Zwitserland was tijdens de GdO-dag verkrijgbaar Am vergangenen Samstag - kurz vor der GdO-Tagung -- ist der neue Libellenatlas der Schweiz im Museum Robert in Biel/CH vorgestellt worden. Das vierhundert Seiten dicke Werk ist mit zahlreichen Zeichnungen und bisher zumeist unveröffentlichten Aquarellen illustriert, die größtenteils vom Schweizer Künstler und Odonatologen P.-A. Robert (1901-1977) stammen. Das Buch wiegt 1150 g, was das Porto aus der Schweiz in die EULänder unbezahlbar macht. Die Schweizer Delegation wird deshalb eine Anzahl Bücher nach Freising schleppen und sie an der Tagung zum offiziellen Verkaufspreis von 42 Euro anbieten, was dem Selbstkostenpreis entspricht. Am Buch haben 28 Autorinnen/Autoren mitgewirkt. Sie alle, wie auch die 130 Feldbearbeiter und die drei Redaktoren, haben unbezahlt gearbeitet. Billiger geht's nicht! Wer sich interessiert, melde sich bei Stefan Kohl, Traute Fliedner, Ruedi Osterwalder oder bei mir (
[email protected]).
Oproep: Libellendata uit NordRhein Westfalen (D) gezocht voor nieuwe verspreidingsatlas Der Verbreitungsatlas der Libellen in NRW geht in die letzte Phase und seit Anfang März stehen die Rasterkarten im Netz und sind auf unserer Homepage (www.ak-libellen-nrw.de) zu sehen. Falls Sie noch die eine oder andere Verbreitungslücke schließen können, melden Sie sich doch bitte bis Ende April/ Anfang Mai bei Norbert Menke , Tel: 0251/3829277), es wäre doch schade, dass auf den Verbreitungskarten des Atlas von NRW "weiße" Verbreitungslücken auftauchen, obwohl von diesen Bereichen Libellendaten bekannt sind.
Wer das Buch in Deutschland zu einem späteren Zeitpunkt erwerben will, kann es bei Bernd Kunz FOTOGRAFIE
oder beim Antiquariat Goecke & Evers beziehen.
Als weiteres suchen wir für den Verbreitungsatlas noch Bilder und Fotos von Libellen und deren Lebensräumen. Das Foto-Redaktionsteam besteht u.a. aus Elisabeth & Wolfgang Postler und Sebastian Sczepanski, denen wir an dieser Stelle nochmal herzlich für Ihre Bemühungen danken möchten. Falls Sie Fotos aus NRW für den Verbreitungsatlas haben, melden Sie sich doch bitte bei Wolfgang Postler ([email protected], Tel.: 02307/18887) oder schicken sie bitte mit Fundort und Datum direkt zu ihm. Alles weitere kann dann am Besten mit Wolfgang Postler direkt besprochen werden.
Hansruedi Wildermuth, 14.03.2005
Norbert Menke, 13.04.2005
([email protected]
Oproep: Libellendata uit Baden-Württemberg (D) gezocht voor nieuwe verspreidingsatlas Auch für Baden-Württemberg suchen wir weiterhin Libellendaten. Ganz so weit wie unsere Kollegen aus NRW sind wir noch nicht, aber auf der Homepage der Schutzgemeinschaft Libellen in Baden-Württemberg e.V. lässt sich immerhin schon gut erkennen, wo noch die größten Lücken in der generellen odonatologischen Durchforschung unseres Ländles zu beklagen sind: www.SGLibellen.de. Holger Hunger, D-79117 Freiburg, 13.04.2005
Larvenhuidjestabel Van Trigt & Van Velzen In de vorige nieuwsbrief stond de recensie over de Larvenhuidjestabel van Thijs van Trigt en Jan Willem van Velzen. Niet duidelijk stond vermeld waar en hoe de betreffende tabel te bestellen is. Bankrek. 3281.13.174 T.n.v. Thijs van Trigt De Zilk
ODON-tabel W. Reinboud, T. de Groot, M. Wasscher € 4.25 ISBN 90-5107-033-0, 4e licht gewijzigde druk 2002 , 80p ODON staat voor Odonaten Dier-vriendelijk ONderzoeken. De tabel is zo opgesteld dat in principe alle 'odonaten' (echte libellen en juffers) op zicht kunnen worden gedetermineerd en dus niet gevangen hoeven worden. De tabel bevat recente informatie over verspreiding en vliegtijden en indien van toepassing verwijzingen naar de plaats op de Rode lijst. Je kunt de ODON tabel bestellen bij de jeugdbonden: http://www.jeugdbondsuitgeverij.nl/
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
23
Nieuwe provinciale Libellenwerkatlassen Voorlopige Verspreidingsatlas Libellen in Overijssel Sinds de NVL-libellenstudiedag is er een libellenatlas van Overijssel beschikbaar. Het is een bondig en informatief boekje over de libellen in Overijssel en biedt de waarnemers handreikingen voor het verder inventariseren van de provincie Overijssel. De atlas is tot stand gekomen in samenwerking met EIS-Nederland, De Vlinderstichting en de NVL. In deze uitgave zijn voorlopige verspreidingskaarten opgenomen van de 56 libellensoorten die waargenomen zijn in Overijssel in de periode 1995 tot en met 2003. Per soort worden korte beschrijvingen gegeven en informatie over de vliegtijd. Het boekje (A5) telt 75 pagina’ s en is in eigen beheer uitgegeven. Het atlasje is te bestellen door € 9,-- over te maken naar giro 34.20.141 ten name van Libellenwerkgroep Overijssel (LWGO). Vergeet niet je adres te vermelden voor verzending van de atlas.
Voorlopige Verspreidingsatlas Libellen in Friesland Op de ledenavond van 28 april werd de eerste Friese libellenatlas gepresenteerd en aangeboden aan Ultsje Hosper van It Fryske Gea. It Fryske Gea is één van de sponsoren aan deze atlas en heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het libellenonderzoek in Friesland. In de atlas zijn verspreidingskaartjes van 50 libellensoorten opgenomen uit de periode 1995 – 2004. De atlas is geeft informatie bij elke soort over biotoop, vliegtijd, ecologie en tips voor onderzoek. Bijna 100 pagina’s dik, verlevendigd met diverse kleurenfoto’s. Bestellen: € 12,- (dat is incl. € 2,- verzendkosten) op giro 2865873 t.n.v. E.van Hijum – hynstebiter - te Warns en de atlas wordt u zo spoedig mogelijk toegezonden. Vermeld op de overschrijving aub wel uw adres!
Verspreidingsatlas Libellen in Drenthe derde vernieuwde druk In april vorig jaar verscheen de eerste druk van deze verspreidingsatlas. In mei 2005 is de derde vernieuwde druk uitgekomen. Het is een A5 boekje met kleurenkaft ISBN 90-9018267-5, met 122 pagina’s in z/w en in eigen beheer uitgegeven. In tegenstelling tot de vorige drukken zijn nu de waarnemingen van 2004 opgenomen. Van 47 libellensoorten zijn foto’s en verspreidingskaarten van 1995 tot en met 2004 te zien. Verder bevat het boekje informatie over vliegtijd (tabellen), biotoop, voorkomen, aanbevelingen over onderzoek en waarnemingen. Het streven van de werkgroep is om de libellenfauna van Drenthe zo goed mogelijk te inventariseren. De bedoeling is dat over enkele jaren een nieuwe atlas zal verschijnen, zodat in de provincie steeds gericht naar libellen kan blijven worden gezocht. Bestellen kan door € 9,- te storten op Postbankgironummer 96.97.486 t.n.v. Libellenwerkgroep Drenthe (LWD), Assen o.v.v. “atlas”. Je krijgt dan het atlasje thuis gestuurd.
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
24
Een overzicht van de libellenwerkgroepen in Nederland.
Libellenwerkgroepen in Nederland, tevens zijn de gecombineerde Vlinder– en libellenwerkgroepen genoemd. 1. Insectenwerkgroep Alblasserwaard Leo van Beest Nachtegaallaan 15, 3362 NK Sliedrecht
8. Libellenwerkgroep Limburg Dhr. J.T. Hermans Hertestraat 21, 6067 ER Linne
15. Alphen aan den Rijn Dinky van Berkel Kromme Aarweg 3a, 2403 NB Alphen a/d Rijn
2. Insectenwerkgroep KNNV Apeldoorn Koos Middelkamp Kervelstraat 14, 7322 PT Apeldoorn
9. Vlinder-en libellenwerkgroep NieuwkoopNoorden Paul van Hoek Molenstraat 37, 2461 AE Ter Aar
16. Hoeksche Waard Henk Bunjes Spuidijk 11, 3262 LH Oud-Beijerland Website: www.hwl.nl
10. Libellenwerkgroep Overijssel Evert Ruiter Houtmanstraat 10, 8023 EA Zwolle
17. Krimpenerwaard Paul Schrijvershof Corellistraat 14, 2901 KB Capelle a/d IJssel Website: www.nvwk.nl
3. Vlinder-en libellenwerkgroep Brabant Oost Dick Rakhorst Fokkershoek 29, 5473 VD Heeswijk 4. Insectenwerkgroep Culemborg Annette van Berkel Akkerwinde 9, 4102 JJ Culemborg Website: www.nvwc.nl
11. Vlinder-en libellenwerkgroep Rotterdam Maurice Backerra, Bureau stadsnatuur R’dam Postbus 23452, 3001 KL Rotterdam
5. Libellenwerkgroep Drenthe Gerard Abbingh Lange Hout 6, 9408 DB Assen Website: http://drenthe.libellen.nl
12. Insectenwerkgroep KNNV Waterweg Noord Jan Scheffers, Van der Hoevenstraat 2, 2671 EG Naaldwijk
6. Libellenwerkgroep Friesland De Hynstebiter E. Peter de Boer Postbus 3, 9244 ZN Beetsterzwaag Website: www.hynstebiter.nl 7. Vlinder-en libellenwerkgroep Groningen 'Stad en ommelaand' Bas van de Wetering Lichtboei 259 9732 KD Groningen Website: http://groningen.libellen.nl
13. Vlinder-en libellenwerkgroep Zeeland Floor van Lamoen Statenhof 3, 4463 TV Goes Website: http://www.vlinlibzeeland.nl/ 14. Libellenwerkgroep Zuid-Kennemerland F. Koning M. Hobbemastraat 37, 2102 BJ Heemstede Website: www.knnv.nl/haarlem/libellenwerkgroep.htm
NVLNVL-Nieuwsbrief nummer 2 (Jrg 9), juni 2005
18. Mark en Leij Frans Vermeer Ghil 4, 5111 ED Baarle-Nassau 20. Zeeuws-Vlaanderen (Oost) Joop de Bakker Pastoor Willemsstraat 5, 4586 AJ Lamswaarde 21. Noordoost-Overijssel Egbert Pullen Rembrandtstraat 82, 7771 XJ Hardenberg home.hetnet.nl/~m-pullen 22. Utrecht (stad) StEA Website: http://home.planet.nl/~stea.utrecht/