BRANDWEER -ZHZ Informatiemagazine van de Brandweer Zuid-Holland Zuid
Zuid-Holland Zuid
jaargang 4
nr. 11
ok tober 2015
COLOFON
INHOUD
Brandweer ZHZ is een uitgave van de Brandweer Zuid-Holland Zuid. Brandweer ZHZ is bestemd voor de brandweercollega’s uit het brandweerkorps Zuid-Holland Zuid onderdeel van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid en haar belangstellenden.
3 Directeur aan het woord
Oplage: 1200 stuks; iedere eerste zaterdag van de maand.
5 Vakbekwaamheid
Uiterste inleverdata: Iedere 15e van de maand.
6 Materieel & Logistiek
Foto-omslag: Voorzijde: Blusboot Zuid-Holland Achterzijde: Blusboten in actie
7 Operationele Zaken
4 Directie
Redden van paarden
Blad 1/2
2015
Versie 1
Algemene overwegingen De belangrijkste zintuigen van een paard: Gehoor Gezicht Gevoel Benadering
1 persoon neemt de leiding. Maak contact met het paard (praten en aanraken). Altijd links van het paard blijven (blijf buiten gevarenzone). Geen touw om je pols binden of touw vastknopen. Blijf altijd alert en ga bij voorkeur niet te water.
DOORONTWIKKELING OPLEIDINGS- EN OEFENTERREIN DORDRECHT
NIEUW CONTAINERPARCOURS SMOKE REDUCERS
Redactie Cluster Dordrecht/ Zwijndrechtse Waard / Marcel Huijbrechts Cluster Drechtsteden Noord / Molenwaard / Wilma de Kreek- Dave Visser Cluster GHG / GLZ / Martin Kouvelt – Ton Banis Cluster Hoeksche Waard / Marjolein de Groot Vakbekwaamheid / Wendy Arkenbout Operationele zaken / Auke Blok Expertise en Advies / Chris Aldewereld Afdeling Materieel en Logistiek / Birsen Bogutekin-Demir Rubriek / Wendy Arkenbout – Auke Blok Directie / Guido Hoenselaar – Liza Helleman Arbeidsveiligheid/ Aad van’t Hoff Ondernemingsraad / Ruud Alblas Eindredactie Larissa Schouwstra- Levering Corstiaan Batenburg Gerben van den Boom Ontwerp en opmaak Essie Q design, Hardinxveld-Giessendam Druk HEGA, Rijswijk Algemene fotografie: Gerben van den Boom Ontvangt u dit blad niet op uw thuisadres? De verzendlijst voor ons regionale blad wordt geëxporteerd uit Safety Portal. Wanneer u geen blad heeft ontvangen zorgt u er dan voor dat uw gegevens worden opgeslagen in Safety Portal.
Veiligheid
8 Oefenterrein
NIEUW Stabiliseren- NIEUWE VUURHAARDEN - HOUTGESTOOKT - SMOKE REDUCERS
Plan uitvoeren - BRANDVERLOOP Nazorg
- BLUSTECHNIEKEN - VEILIG BINNENTREDEN - DRAAIWANDEN - ENSCENERING
10 Hoeksche Waard
Stappenplan waterincidenten Draag een redvest en werk aangelijnd. Benader het paard met minimaal aantal personen: NIEUW UITBREIDING WONING 1 persoon aangelijnd, met redvest. SMOKE REDUCERS 1 persoon begeleidt met gepaste afstand de persoon met redvest. 1 persoon is beveiliger (veilig werkgebied creëren). Breng eerst een noodhalster aan (eventueel met hulp van praam). Gereedmaken van singels/slangen en maakNIEUW een bevrijdingsplan. INSTRUCTIEHAL Rustig benaderen en aanbrengen van singels/slangen. Werk zoveel mogelijk vanaf de waterkant. Trek met beleid en rust, niet schokkend trekken. AANPASSING MULTIFUNCT. GEBOUW de singels. Laat het paard nooit los (noodhalster) en verwijder Controleer het paard op verwondingen. Eventueel het paard opwarmen. Overdracht aan eigenaar.
Plaats de singels tussen de hoef en het eerste gewricht. Slang of singel over de schoft, tussen de voorbenen. Bij hijsen de singels altijd borgen. Noodhalster:
Brandweer cluster Hoeksche Waard
13 GHG / GLZ 14 Drechtsteden-Noord / Molenwaard 16 Dordrecht / Zwijndrechtse Waard 18 Blusboot 22 Meeloopdag 23 Grootschalige Geneeskundige Bijstand
| DIRECTEUR AAN HET WOORD
WATER Onze regio ligt meters onder NAP. Dijkringen en een ingenieus systeem van pompen en gemalen zorgen ervoor dat we toch droge voeten houden. Dit typisch Hollands fenomeen is wereldwijd bekend. Toch lijkt het er wel eens op dat we zelf nog het meest verbaasd zijn als we toch nog natte voeten krijgen. Leven met risico’s went kennelijk. Waarschijnlijk geldt dit ook voor mensen die aan de voet van een vulkaan wonen of op een breuk in de aardkorst. Je weet het wel maar dit risico beheerst niet je dagelijkse leven en dat is maar goed ook. De afgelopen maand zijn we wel weer met de neus op de feiten gedrukt. Hevige regenval in onze regio veroorzaakte in diverse plaatsen groot wateroverlast. Ons systeem van dijken en pompen werd zodanig belast dat waterpeilen ver boven normaal kwamen. Met meer dan 20 bluspompen die toch goed zijn om zo’n 40.000 liter per minuut te verplaatsen waren wij aan het werk om het grootste leed te ledigen. Gedupeerde bewoners en burgemeesters hebben deze inzet van de brandweer enorm gewaardeerd. De schade die de bewoners hebben is groot maar de wetenschap dat er mensen zijn die hulp bieden als de nood het hoogst is biedt enige troost.
“Willen we overstromingen of grote schade aan de economie voorkomen, dan moet er heel hard worden gewerkt de komende decennia om ons land veilig te houden en veerkrachtiger te maken, ook als antwoord op het veranderende klimaat. Iedereen merkt dat in de praktijk. Weerrecords worden gebroken. Er ligt een grote opgave in Nederland.” aldus de Deltacommissaris. Gelukkig is er een Deltacommissaris in het leven geroepen om ons scherp te houden op waterveiligheid en overstromingsonheil voor de toekomst te beheersen. Veiligheid kost nu eenmaal geld, maar onveiligheid kost nog meer. Als “producent” van veiligheid weten wij als geen ander dat je veiligheid pas echt waardeert als het er niet meer is. Laat het niet zover komen! ANTON SLOFSTRA DIRECTEUR BRANDWEER
Zo ook in Amsterdam, een breuk in een waterleiding maakte de evacuatie van het VU-ziekenhuis noodzakelijk. Met bewondering heb ik gezien hoe de hulpdiensten deze klus geklaard hebben. Dit was een scenario waarbij alle diensten vol aan de bak moesten en niet in de laatste plaats de GHOR. Voor de burger zijn de taken van de GHOR (Geneeskundige hulpverleningsorganisatie in de Regio) onzichtbaar. Deze partner in de Veiligheidsregio is klein maar belangrijk. Zij zorgen ervoor dat de complexe witte kolom (ambulancediensten, ziekenhuizen, zorginstellingen, huisartsen, psychosociale zorgverleners, enz.) als één geoliede machine draait bij de opgeschaalde acute medische zorg. De investeringen die we in dit Lage Land gedaan hebben om de risico’s van het water te beheersen werpen hun vruchten af. Na 1953 hebben we geen overstroming meer van betekenis gehad. Incidenten zoals hierboven beschreven ervaren we inmiddels al bijna als een ramp maar zijn slechts speldenprikjes in vergelijking met een echte overstroming. Wat als de dijk echt bezwijkt of de regenval dagen aanhoudt? De kans dat de dijken in ons gebied falen is eens in de 2000 jaar. Volgens mij zijn we dan als hulporganisatie volledig overvraagt en moeten burgers vooral zichzelf in veiligheid brengen. Het is goed dat het realisme hierin groeit.
NR.11 | OKTOBER 2015
3
DIRECTIE |
BEROEPSZIEKTEN BRANDWEER CENTRAAL IN TV-PROGRAMMA Zondagavond 13 september 2015 stond het tv-programma De Monitor in het teken van beroepsziekten. De brandweer stond in deze uitzending centraal. De redactie van het programma heeft hiervoor een aantal brandweercommandanten geïnterviewd en de landelijke portefeuillehouder Arbeidsveiligheid IJle Stelstra. Ook liep de redactie mee met Brandweer Amsterdam-Amstelland.
WERKGROEP SCHOON WERKEN
Wij vinden het als organisatie van belang dat we serieus werk maken van het voorkomen van beroepsziekten. Hoewel op dit moment niet vaststaat of wetenschappelijk onderbouwd kan worden dat brandweermensen een verhoogd risico lopen als gevolg van hun werkgever. Onze insteek is een samenhangend en effectief pakket van maatregelen, dat we graag in nauwe samenhang met Brandweer Nederland willen ontwikkelen. Een werkgroep met dit doel is recent in onze organisatie van start gegaan. Zij maken een van plan van aanpak, waarin ook quick wins zijn opgenomen. Dit plan moet binnen twee maanden zijn afgerond, waarna het geïmplementeerd zal worden. Als organisatie willen wij de arbeidsveiligheid verhogen.
Wil je meer informatie of graag je input leveren? Neem dan contact op met de projectleider Cees van Andel:
[email protected] Bekijk de tv-uitzending via deze link: http://www.npo.nl/de-monitor/13-09-2015/KN_1673033
4
NR.11 | OKTOBER 2015
| VAKBEKWAAMHEID
SAMENWERKINGSOEFENING IN HSL ZUID TUNNEL DORDTSE KIL Zaterdag 29 augustus 2015 heeft een samenwerkingsoefening plaatsgevonden in de HSL tunnel Dordtse Kil, gelegen tussen de gemeenten Binnenmaas en Dordrecht. Voor deze oefening is een incident met een personentrein geënsceneerd. Hier waren ruim 100 deelnemers aanwezig. De oefening is voor alle betrokkenen erg nuttig geweest.
TEAM COMMUNICATIE
TEAM COMMUNICATIE
Periodiek oefenen is de beste methode om te ondervinden of alle voorzieningen rondom het spoor ook daadwerkelijk bruikbaar zijn en tegelijkertijd ervoor te zorgen dat de brandweerposten hun kennis en vaardigheden kunnen testen.
Scenario In het oefenscenario ontstond een kleine brand met veel rookontwikkeling in de hoge snelheidstrein (HSL). Deze geënsceneerde brand werd ontdekt door het treinpersoneel en intern gemeld aan de machinist. De machinist neemt direct contact op met de treindienstleiding. Verdere alarmering volgt, waarop de brandweer met een groot aantal eenheden uitrukt.
Doeltreffend en veilig samenwerken De oefening had als doel om doeltreffend en veilig samen te werken met alle brandweereenheden en crisispartners. Daarnaast werd er geoefend op het effectief en veilig verplaatsen van gewonden en personen, het gebruik maken van de brand bestrijdingsmiddelen in en rond de spoortunnel en het effectief en veilig verkennen van het treinincident in een spoortunnel.
Deelnemers Deelnemers in de oefening vandaag waren: brandweer ZuidHolland Zuid, ambulancedienst Zuid-Holland Zuid, NS Inter national en ProRail. De oefening was verdeeld in twee oefen momenten; een ochtend en middagsessie. In totaal waren er ruim 100 deelnemers.
Leerzaam De oefening is voor alle betrokkenen zeer nuttig geweest en heeft enkele leermomenten opgeleverd. Deze leermomenten zullen worden behandeld, om zo de samenwerking te versterken en daarmee op een nog hoger niveau te krijgen. Naast de oefening zaterdag 29 augustus wordt door nauwe samenwerking tussen spoorsector, de veiligheidsregio’s en andere hulpdiensten, systematisch gewerkt aan het verbeteren van de veiligheid op en langs het spoor.
NR.11 | OKTOBER 2015
5
MATERIEEL & LOGISTIEK |
HET TRAJECT MATERIEELBEHEER BRANDWEER ZHZ De afdeling Materieel en Logistiek (AML) is op de goede weg. De neuzen staan dezelfde kant op en de medewerkers zijn trots op het resultaat wat er tot nu toe is bereikt. Maar er is nog een hoop werk te verrichten en daarbij staan ze aan het begin van het traject voor het Materieel beheer van Brandweer ZHZ. Hieronder wil AML uitleg geven over wat eraan vooraf ging en hoe het traject eruit ziet op lange termijn. Wat ging er aan vooraf?
CEES VAN ANDEL
In 2014 is een analyse uitgevoerd naar knelpunten en mogelijke oplossingsrichtingen voor de korte termijn; dit heeft geresulteerd in een aantal aanbevelingen. Deze aanbevelingen zijn begin 2015 kritisch getoetst en aangevuld door een extern bureau (Advante) met kennis en ervaring op het gebied van materieelbeheer in Veiligheidsregio’s. Tijdens de 1e AML dag in februari 2015 is met alle medewerkers over de ontwikkelingen gesproken en is hen gevraagd input te leveren (waar zijn we enthousiast over, waarover maken we ons zorgen en welke tips hebben we?) Inmiddels zijn de korte termijn oplossingsrichtingen grotendeels geïmplementeerd. Er is gekozen om ook op langere termijn door te pakken; hiervoor is een project opgestart. Medio juli heeft het MT akkoord gegeven op de aanpak en is de projectgroep onder begeleiding van Advante van start gegaan.
Wat is de inhoud van het traject? Hoe ziet het traject voor de doorontwikkeling op lange termijn eruit? 1. Herijken van de beleids- en beheersnotitie Kijkend naar alle ontwikkelingen werken we als AML uit waar we voor staan, waar we van zijn en hoe AML het beste ingericht kan worden om klaar te zijn voor de toekomst
vanuit de inspectie), maar waarin we ook allemaal op dezelfde manier willen werken. Medewerkers denken hierin uiteraard mee, denk bijvoorbeeld aan werkgroepen. Voorbeeld: “Werken onder overdruk” betekent iets voor hoe we het onderhoud uitvoeren, wat we wel en niet (zelf) doen en wat we ergens registreren. Het is wel zo fijn als dit bijv. in cluster Hoeksche Waard en cluster Drechtsteden Noord op dezelfde manier gebeurt en dat we overal dus voldoen aan de eisen. 4. Optimaliseren organisatie De eisen die vanuit het proces aan het werk zijn gesteld betekenen iets voor de manier waarop AML is ingericht, zowel qua mensen als systemen. Voorbeeld: welke taken worden centraal belegd en welke decentraal? En welke functies / rollen heb je daarvoor nodig? Wat betekent dit voor opleidingen van medewerkers? Kunnen we met de nieuwe processen flexibeler gaan werken? 5. Implementatie Wat afgesproken is, moet ook in de praktijk zo gaan werken. Dit is iets dat we met elkaar doen en waarbij iedereen nodig is.
Voorbeeld: waar is AML wel / niet van? En hoe werken de clusters, OZ en AML samen?
De planning is dat onderdeel 1 in oktober wordt vastgesteld. Onderdeel 2 en 3 zijn voor het einde van 2015 afgerond. Onderdeel 4 in 2016 en de onderdeel 5 de implementatie gaat lopen zodra het kan.
2. A fspraken opstellen over dienstverlening Op dit moment is nog onvoldoende helder wat we van elkaar mogen verwachten en waar we elkaar op mogen aanspreken. (Wat verwacht de klant van AML en wat verwacht AML van de klant?)
De 2e AML dag is op 16 september jl. gehouden in Oud-Beijerland. Deze dag zijn we verder ingegaan op de thema’s van de eerste AML dag. Dit in relatie met de ontwikkelingen waarvoor we komen te staan in de komende periode (oefenterrein, huisvesting, schoner werken bij de brandweer).
Voorbeeld: welke beschikbaarheid van TS’en spreken we met elkaar af? Hoe gaan we om met geplande en niet-geplande beschikbaarheid? 3. Processen en systemen inrichten Dit betreft echt de werkwijzen die we hebben, waarbij we moeten aansluiten bij wet- en regelgeving (en steeds strengere eisen
6
NR.11 | OKTOBER 2015
Deze dag is ook de trailer vertoond van de videoserie over AML. Deze serie belicht alle facetten van AML en laat zien hoe trots de medewerkers zijn op hun afdeling.
| OPERATIONELE ZAKEN
NIEUWE ALARMERINGSCOMPUTER Door de Veiligheidsregio wordt de alarmeringcomputer gebruikt voor het alarmeren van de hoofdstructuur tijdens GRIP. De brandweer maakt eveneens gebruik van de alarmerings computer, maar dan als backup bij het uitvallen van P2000. Vanaf 1 november 2015 wordt de alarmeringscomputer vervangen door de zogenaamde ‘Smart Respond’.
AUKE BLOK
Overzichtelijk alarmeren/informeren
Wat verandert er?
Smart Respond is een intelligent communicatiesysteem voor het verzenden van een informatiebericht of het daadwerkelijk alarmeren, waarbij de functionarissen een status terugkoppelen om een oproep te accepteren. Dit kan o.a. via applicatie, sms, paging, bellen, e-mail. Op deze wijze kunnen teams zoals het COPI, ROT, (delen van) de gemeentelijke crisisorganisatie, RBT of groepen functionarissen gealarmeerd en/of geïnformeerd worden. Voor de brandweer geldt met name de groepen functionarissen als door onderhoud of storing het pagingnetwerk uitvalt.
Voor jou als ontvanger van een oproep of alarmering veranderd er niet veel. Bij alarmering ontvang je een SMS. Dit kan een aankondiging zijn dat P2000 is uitgevallen en vanaf dat moment de alarmeringscomputer wordt gebruikt.
Beheer Alle aangesloten (crisis)organisaties zoals de VRZHZ, gemeenten, Ambulancedienst, KNRM en GMC hebben minstens één regionaal beheerder van de Alarmeringscomputer. De brandweer heeft centraal een beheerder binnen OPV en per cluster in de afdelingen OZ. Deze personen coördineren het beheer van de scenario’s en de persoonsgegevens van medewerkers en verzorgen instructies. De telefoongegevens voor de brandweer komen uit Safety Portal. Een koppeling zorgt dat gewijzigde gegevens beschikbaar komen in Smart Respond, zodat niet in meerdere systemen aanpassingen gedaan hoeven te worden.
Tips • Sla het nummer van de alarmeringscomputer Smart Respond 088-6223370 op in het geheugen van uw (vaste en mobiele) telefoon en gebruik een afwijkende ringtone of signaal, zo herkent u een oproep van de alarmeringscomputer direct! • Informeer zo nodig gezinsleden/partners over de alarmeringscomputer, zodat zij ook bij een SMS signaal kunnen waar schuwen.
Operationeel Vanaf 1 november 2015 wordt de alarmeringscomputer ‘Smart Respond’ operationeel in gebruik genomen. Vooraf worden in de hele maand oktober 2015 testoproepen en alarmeringen uitgevoerd. Wij rekenen hierbij op jouw medewerking. De oude alarmeringscomputer blijft tot uiterlijk tot 1 december 2015 in werking, maar vanaf 1 november 2015 wordt alleen nog maar gebruik gemaakt van ‘Smart Respond’.
NR.11 | OKTOBER 2015
7
OEFENTERREIN |
De ontwikkeling van oefenterrein naar veiligheidscentrum
VEEL NIEUWS OP EN OVER ONS OEFENTERREIN Het oefenterrein in Dordrecht bestaat in 2016 10 jaar. In de vorige edities van het regioblad is al geschreven over de ontwikkelingen op het opleidings- en oefenterrein. Deze ontwikkelingen krijgen steeds meer vorm.
WOUTER VOSHOL
Aan het einde van het jaar nemen wij afscheid van Falck. Zij hebben in de afgelopen tien jaar het dagelijkse beheer van het opleidings- en oefenterrein aan de Spinel 100 in Dordrecht uitgevoerd. Het einde van deze samenwerking is tevens de start van een nieuw tijdperk in het realistisch opleiden en oefenen in Zuid-Holland Zuid en daarbuiten.
Van oefenterrein naar veiligheidscentrum De samenleving in Nederland en Europa wordt complexer en meer verstedelijkt. Dit brengt nieuwe risico’s met zich mee en geeft andere bedreigingen waar we ons als veiligheidsregio en brandweer op moeten voorbereiden. Denk daarbij aan de effecten die cybercrime met zich mee brengt. Het vraagt om een continue vernieuwing en ontwikkeling van veiligheidsprofessionals.
DOORONTWIKKELING OPLEIDINGS- EN OEFENTERREIN DORDRECHT
NIEUW CONTAINERPARCOURS SMOKE REDUCERS
NIEUW UITBREIDING WONING SMOKE REDUCERS
NIEUW - NIEUWE VUURHAARDEN - HOUTGESTOOKT
NIEUW INSTRUCTIEHAL
- SMOKE REDUCERS - BRANDVERLOOP - BLUSTECHNIEKEN - VEILIG BINNENTREDEN - DRAAIWANDEN - ENSCENERING
8
NR.11 | OKTOBER 2015
AANPASSING MULTIFUNCT. GEBOUW
| OEFENTERREIN
De continue vernieuwing en ontwikkeling kan alleen plaatsvinden in een veilige, schone en duurzame omgeving. Het opleidings- en oefenterrein blijft dat bieden! Het is het streven om in een periode van vier tot vijf jaar uit te groeien tot een integraal en compleet veiligheidscentrum met een sterke regionale functie en landelijke aantrekkingskracht. We willen in 2020 marktleider zijn in het bieden van verrassende en uitdagende scenario’s, waarin wij persoonlijke en meetbare groei als veiligheidsprofessional garanderen. We hebben ervoor gekozen dit te doen voor allereerst onze eigen brandweervrijwilligers, beroepskrachten bij de brandweer en medewerkers in de rampenbestrijding en crisisbeheersing (de sterke regionale functie). Daarnaast zal het veiligheidscentrum zich richten op ketenpartners (bijv. politie, ambulancediensten, veiligheidsregio’s) en andere publieke en semipublieke organisaties. Als laatste hebben en houden we aandacht voor opleidingen en trainingen die we aan het bedrijfsleven kunnen aanbieden.
In de komende weken zal, tussen alle opleidingen en trainingen door, gestart worden met de bouw van enkele nieuwe objecten en het verbouwen van enkele bestaande objecten.
Met wie gaan we dat doen? Per 1 oktober 2015 gaat Arnold Verweerd aan de slag als Operationeel Coördinator van het veiligheidscentrum. Zijn werkzaamheden zullen bestaan uit de dagelijkse bedrijfsvoering van het veiligheidscentrum zoals de aansturing en coaching van de vaste medewerkers en de werving van oproepkrachten. Tevens is hij vertegenwoordiger van het veiligheidscentrum naar buurbedrijven en verantwoordelijk voor de werving van nieuwe klanten. Verder adviseert en informeert hij de leiding over de bedrijfsvoering en exploitatie van het veiligheidscentrum. Met ingang van 1 januari 2016 starten Nijs van Loon en Hans Schenau als beheerder van het veiligheidscentrum. Zij voeren deze taak nu ook al uit en zijn in dienst van Falck. Met ingang van het nieuwe jaar komen zij in dienst van de Veiligheidsregio ZHZ. De beheerders zijn de aanspreekpunten ‘in het veld’. Met hun jarenlange ervaring op dit terrein brengen ze een schat aan kennis en ervaring met zich mee, waarmee het veiligheidscentrum kan blijven doen waar ze voor bedoeld is.
Aanpassingen op het veiligheidscentrum In de afgelopen maanden is veelvuldig gesproken over het aanpassen van de objecten op het veiligheidscentrum. Het eerste doel van deze aanpassingen is dat de objecten geschikt(er) gemaakt moeten worden voor opleidingsdoeleinden en examenlocatie.
Schoon oefenen Het wordt steeds meer duidelijk dat het werk van de brandweer niet ongevaarlijk is. De ontwikkeling van de kennis over de gevaren van rook en vuur heeft in de afgelopen jaren geleid tot een vlucht in de verbetering van de adembescherming en beschermende kleding. Steeds duidelijker wordt ook het effect van rook en roet op het totale menselijke lichaam. Arbeidshygiëne en schoon oefenen krijgen meer en meer terechte aandacht. Ook op het veiligheidscentrum worden deze ontwikkelingen nauwlettend in de gaten gehouden. Er lopen concrete onderzoeken naar de mogelijkheden tot verbetering van de arbeidshygiëne op het terrein. Onder meer ‘schoon in, schoon uit’ wordt onderzocht.
Meer weten en meedenken? Bij de Vakbekwaamheidsdag 2015 hebben alle betrokkenen bij opleiden en oefenen informatie ontvangen over de ontwikkelingen op het veiligheidscentrum. Je kunt bij jouw aanspreekpunt in het cluster meer informatie krijgen over de algemene ontwikkelingen of over de aanpassingen van de objecten. Je bent ook van harte uitgenodigd om met ons mee te denken! Ook op mijnbrandweerzhz.nl is meer informatie te vinden.
Daarnaast is het van groot belang dat het mogelijk moet zijn om op het veiligheidscentrum verschillende brandfenomenen te herkennen. Tegelijk moeten er ook aanpassingen gedaan worden in de mogelijkheden van woningbrandbestrijding, veilig binnentreden en straalpijpvoering, ventileren en het verdrijven van rook buiten het brandcompartiment, het ervaren en gebruiken van brandpreventieve voorzieningen en het toepassen van het kwadrantenmodel. Om dit allemaal te realiseren is er een aanbesteding uitgevoerd. Deze aanbesteding is gewonnen door Saphire.
NR.11 | OKTOBER 2015
9
HOEKSCHE WAARD |
RESCUE TRAINING Het redden van grote huisdieren Cluster Hoeksche Waard sluit met post Nieuw-Beijerland de training ‘Redden van grote huisdieren’ af. “Interessant, leerzaam en erg nuttig” waren enkele veelvoorkomende reacties over de basistraining ‘redden van grote huisdieren’. Het bedrijf Rescue Horse Fire Training, onder leiding van Harko en Tim Kwakernaat, heeft afgelopen jaar alle posten in cluster Hoeksche Waard getraind in het benaderen, begeleiden en redden van paarden. De basistraining werd verdeeld in een theoretisch en praktisch gedeelte, gericht op elementaire vaardigheden.
PETER PIERNEEF
Tijdens deze training komt er veel informatie op de deelnemers af. Als naslagwerk voor oefeningen of bestrijden van daadwerkelijke incidenten, heeft afdeling OZ van het cluster daarom een aandachtskaart ontwikkeld. Hierop staan de stappenplannen waterincidenten, hulpverleningsincidenten, hijsen en evacuatie bij brand beschreven. De stappen Veiligheid, Stabiliseren, Plan uitvoeren en Nazorg zorgen voor de rode draad gedurende de incidentbestrijding. Is een aandachtskaart wel zo noodzakelijk? Hierop kan ik volmondig “ja” zeggen! De les- en leerstof in de Manschap A THV opleiding schenkt summier aandacht aan het optreden bij ongevallen met dieren. Veel algemene tekst met enkele tegenstrijdigheden in de werkprocedure. Probeer bijvoorbeeld zelf maar eens een paard te kalmeren door een zak over zijn hoofd te doen. De basistraining geeft uiteindelijk geen vrijbrief voor het succesvol bevrijden van een dier. Er worden handvatten aangereikt om systematisch en veiliger te kunnen werken met dieren. Bewustwording creëren is daarbij het grootste doel. Dat een ongeluk in een klein hoekje zit blijkt zo ook tijdens een recente inzet waarbij een paard vastgezogen zat in een modderige sloot. De brandweer ging voortvarend te werk. Er werden duidelijke afspraken gemaakt. Redvesten (aangelijnd) werden gedragen. Er werd veel aandacht geschonken aan het benaderen en kalmeren van het paard. Alertheid vond men cruciaal. Toch ging het tijdens de uitvoering van het plan mis; in een ‘split second’ kwam het paard met zijn voorbenen los en trapte met zijn hoef tegen het hoofd van een brandweerman. De brandweerman moest met de ambulance naar het ziekenhuis voor CT scan en het hechten van zijn hoofdwond. Gelukkig was een ziekenhuis opname niet noodzakelijk. Tijdens de evaluatie kwam naar voren dat de benadering en alertheid als rode draad door de inzet liep. Bij stabiliseren is het aanbrengen van een noodhalster echter de eerste stap (desnoods over een huidig halster heen!). Een praam kan verder uitkomst bieden tijdens het aanbrengen van slangen, singels of paardenbroek. De veearts is adviserend, en zeker niet leidend, als het gaat
10 NR.11 | OKTOBER 2015
over onze veiligheid. Was het met hulp van een noodhalster en praam niet gebeurd? Dat is niet te voorspellen, maar veiligheid en stabilisatie is iets waar wij invloed op hebben! Meldingen ‘dier in nood’ komen veelvuldig voor in onze regio. Wij hopen dan ook dat de basistraining een vervolg krijgt. Want leren is leuk, maar herhalen is de kracht van het leren!
| HOEKSCHE WAARD
HET REDDEN VAN PAARDEN
NR.11 | OKTOBER 2015 11
HOEKSCHE WAARD |
12 NR.11 | OKTOBER 2015
| GHG / GLZ
GROTE BRAND TREFT AUTOSCHADEBEDRIJF Donderdag 3 september is er in het begin van de avond brand uitgebroken in een autoschadebedrijf aan de Kortenhoevenseweg in Lexmond. Na anderhalf uur werd het sein ‘Brand meester’ gegeven. Eén persoon is ter plaatse door de ambulancedienst behandeld voor het inademen van rook. Bij de brand is een beperkte hoeveelheid asbest vrijgekomen.
INCIDENTVOORLICHTING VRZHZ
TEAM COMMUNICATIE
Omstreeks tien over zes ‘s avonds werden diversen eenheden van de brandweer gealarmeerd voor een brand in een loods aan de Kortenhoevenseweg in Lexmond. Ter plaatse bleek het te gaan om een uitslaande brand in een autoschadebedrijf. Tijdens de brand is de omgeving tijdelijk afgezet geweest voor de bestrijding van het incident. Eén medewerker van het bedrijf is door de ambulancedienst ter plaatse behandeld voor het inademen van rook. Bij de brand is een beperkte hoeveelheid asbest vrijgekomen. Uit nader onderzoek heeft uitgewezen dat de verspreiding beperkt is gebleven tot het terrein waar het bedrijf is gevestigd. Stichting Salvage is ingeschakeld om de gedupeerde bij te staan in de afhandeling van de schade. Hoe de brand is ontstaan zal worden onderzocht.
NR.11 | OKTOBER 2015 13
DRECHTSTEDEN-NOORD / MOLENWAARD |
OPEN DAG BIJ BRANDWEER GOUDRIAAN / OTTOLAND “Gillende sirenes en grote waterspuiten trokken zaterdag 5 september veel belangstellenden naar de Brandweerpost in Goudriaan”, zo stond te lezen in het Algemeen Dagblad van maandag 7 September jl. Brandweer Goudriaan/Ottoland hield open dag.
WOUT DE VRIES
WOUT DE VRIES
Eén keer in de vijf jaar zet de brandweer de deuren van de kazerne open en pakt uit met diverse demonstraties . De brandweerlieden lieten zien hoe een slachtoffer bevrijd werd uit een auto, wat te doen als de vlam in de pan slaat en hoe het is als je huis vol met rook staat. Ook aan de jeugd was gedacht! Voor de allerkleinsten was er het springkussen van Brand Veilig Leven. Voor de wat oudere kinderen een behendigheidsspel waarbij ze een bal door een parcours moesten spuiten en een rondrit met de oude brandweerwagen van Korps Nieuw-Lekkerland. Tijdens de open dag werd er ook aandacht besteed aan het werven van nieuwe vrijwilligers. Het was een geslaagde dag die veel belangstelling trok en waarbij het publiek werd getrakteerd op een paar forse buien…maar dat mocht de pret niet drukken, want water hoort nu eenmaal bij de brandweer!
14 NR.11 | OKTOBER 2015
| DRECHTSTEDEN-NOORD / MOLENWAARD
KONINKLIJKE ONDERSCHEIDING VOOR ERIK VAN SCHAIJK De Alblasserdamse brandweervrijwilliger Erik van Schaijk heeft maandagavond 7 september 2015 een Koninklijke Onderscheiding ontvangen uit handen van burgemeester Jaap Paans. Dit gebeurde in de brandweerkazerne op de Dam in Alblasserdam. Van Schaijk werd, onder toeziend oog van zijn collega’s en de jeugdbrandweer, benoemd tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau. Dit omdat hij zich jarenlang met grote inzet en betrokkenheid belangeloos heeft ingespannen voor de Alblasserdamse samenleving.
PETER STAM
PETER STAM EN WIM ROOS
Erik van Schaijk, werkzaam bij de Penitentiaire Inrichting Rijnmond in Rotterdam, startte zijn brandweerloopbaan bij bedrijfsbrandweer Vinkenwaard en verrichtte tussen 1985 en 2003 publieke taken. De afgelopen twaalf jaar was de Damdorper actief bij de vrij willige brandweer van Alblasserdam. Op 29 juni van dit jaar vond Van Schaijk het ‘welletjes geweest’ en nam afscheid van het korps. Hij is hoofdbrandwacht, was actief als schipper en instructeur vaartuigen en begeleidt sinds 2009 de jeugdbrandweer. Burgemeester Jaap Paans stelt: “De heer Van Schaijk heeft zich zeer verdienstelijk gemaakt voor de Alblasserdamse samenleving. Alblasserdam heeft vrijwilligers als de heer van Schaijk hard nodig.”
NR.11 | OKTOBER 2015 15
DORDRECHT / ZWIJNDRECHTSE WAARD |
DUIKOEFENING De derde dinsdag van de maand is een belangrijk dag (voor de politiek en vele huishoudens) in Nederland, maar daar gaat dit stukje niet over. Nee het gaat over de eerste drie dinsdagen van de maand.
MATTHIJS MENSEN
MATTHIJS MENSEN
Drie belangrijke dagen voor het duikteam dit jaar. Drie dagen omdat er drie teams zijn. Drie dagen waarin iedere brandweerduiker en duikploegleider veel elementaire vaardigheden in één moment kon beoefenen en natuurlijk ook nodig had. Daar waar het duikteam dit in de voorgaande jaren vooral oefende buiten onze regio, werd er dit jaar gekozen voor de Binnenmaas. Een unieke locatie in onze eigen regio. Maar wat hebben we dan beoefend? Even een opsomming, naast de standaard vaardigheden voorafgaande de duik lag de nadruk namelijk op; Het duiken van een boot en ja dat geeft echt een andere dimensie dan vanaf een kant. Een diepte duik, dieper dan negen meter maar niet dieper dan vijftien meter. Het zoeken naar en het van die diepte opbrengen van een pop waarbij je niet te snel mag opstijgen. Stuk voor stuk belangrijke vaardigheden die samengevat een mooi oefenmoment opleveren, en ach als je dan voor het eerst in tien jaar scholen stekelbaarsjes ziet zwemmen omdat je eindelijk een keertje een beetje zicht heb dan is dat voor deze keer mooi meegenomen. Volgende keer maar weer in donkere troebele havens.
16 NR.11 | OKTOBER 2015
| DORDRECHT / ZWIJNDRECHTSE WAARD
GROTE BRAND IN HEERJANSDAM Zaterdag 29 augustus 2015: Prio 1, OD490, TS403, AGS198, OZHZ Brand bijgebouw(keet/hok/ schuurtje) (Asbest: ja) Develsluis Heerjansdam. Eén minuut later werd door de GMC al opgeschaald naar middelbrand en werd de TS402 en AL459 gealarmeerd.
PETER DE JONG
PETER DE JONG
De TS403 vertrok na 5 minuten en kreeg aanrijdend door dat het om een rieten dak met daarover heen een asbestplaten dak ging tevens kreeg hij de opschaling middelbrand door. Ter plaatse na 3 minuten aangesproken door de buurvrouw die ons naar de achterzijde van het pand begeleide, dit is de Lindeweg zijde.
ploegen van de TS402. Met de AL459 werd het rieten dak doordrenkt met water. Logistiek voor brandstof en de inwendige mens waren inmiddels ook ter plaatse.
De eigenaar en een personeelslid waren inmiddels binnen op de zolder verdieping begonnen met een brandslanghaspel de brand te blussen. Aan de buitenzijde was in de nok van het dak over een lengte van 5 tot 6 meter rook te zien, dit kwam tussen de asbest platen door. Stukken asbest sprongen door brand en warmte door de lucht.
Na het sein brandmeester om 15.35 uur en het inpakken werden alle pakken, ademluchttoestellen en materialen die mogelijk in aanraking waren gekomen met asbest afgespoeld, in zakken gedaan en vervoerd om gereinigd te worden. De deels lege voertuigen zijn in Zwijndrecht weer compleet gemaakt voor een volgende inzet.
De TS403 werd aan de achterzijde opgesteld gezien de geringe rook werd door de bevelvoerder een inschatting gemaakt en werden 2 stralen hogedruk ingezet op een binnenaanval, de eigenaar en zijn personeelslid werden naar buiten gestuurd en er werd door de aanvalsploeg op de zolderverdieping een aanval in gezet, de tweede straal werd ingezet vanaf de begane grond. De hoogte van de schuur is ongeveer 8 meter. Inmiddels was de TS402 en de AL459 ter plaatse en werd de pompbediener geholpen met de waterwinning, er werd door ons gebruik gemaakt van de ondergrondse brandkraan die op 30 meter van het pand ligt. De AL459 werd naar de voorzijde van het pand opgesteld zodat het dak van die zijde kon worden geblust. Om de verspreiding van het asbest te voorkomen werden twee stralen lage druk opgebouwd, één straal werd ingezet op het dak. Bij deze actie werden gelijk de vlammen op het dak gedoofd, de tweede straal lage druk ging naar binnen ter ondersteuning van de ploegen en om de tweede straal hoge druk te vervangen i.v.m. meer water en een grotere worplengte.
Uit de evaluatie blijkt wel dat door snel inzetten en helpende weergoden (geen wind) het pand grotendeels is behouden, het plan plus is gelukkig niet nodig geweest. Om 20.00 uur is de SVD van Heerjansdam nogmaals gealarmeerd en heeft nog een nacontrole gedaan. Namens de eigenaar wordt iedereen bedankt voor deze inzet.
Inmiddels was opgeschaald naar grote brand en werd om WTS 1000 gevraagd. Dit was een plan plus om bij escalatie de totale schuur te kunnen inpakken met stralen en uitbreiding naar belendingen te voorkomen. In overleg met de OVD en de AGS werd besloten een gat aan de buitenzijde in het dak te maken, om zo te proberen het riet onder de asbestplaten te doven. Deze inzet is gelukt. Inmiddels werden de ploegen van de TS403 afgelost en vervangen door de
NR.11 | OKTOBER 2015 17
BLUSBOOT |
AFSCHEID VAN DE BLUSBOOT M.S. ZUID-HOLLAND Op 14 september 2015 is de nieuwe blusboot Zuid-Holland Zuid 2015 officieel in dienst genomen. Hieronder een bloemlezing uit de afgelopen 33 jaar over de komst, inzet en vertrek van de eerste blusboot Zuid-Holland 18-062.
E. VAN DEE & J. VAN GEMERT
E. VAN DEE & A.J.A. POOTS & GERBEN VAN DEN BOOM
De brandbestrijding te water was een taak van de Gemeente. Deze taak werd steeds moeilijker te vervullen, doordat de grote autoveren naar Papendrecht, Zwijndrecht en ’s Gravendeel verdwenen. Deze werden gebruikt bij een calamiteit op het water. De autospuit reed de pont op en de pont voer naar de betreffende calamiteit. Alleen het veer naar Werkendam was nog in dienst. Voor kleine incidenten beschikte brandweer Dordrecht over rubberboten, waarvan één met een bluspomp(je). Ook beschikte de gemeente Dordrecht nog over een oude veerpont; de Veerdienst III, die een waterkanon op de voorplecht had. Niet alleen Dordrecht had te maken met het verdwijnen van grote veerponten. Door het verbeteren en uitbreiden van het wegennet, kwamen er meer tunnels en bruggen en verdwenen de autoveren. Het Rijk werd om een oplossing verzocht en al snel kwam de conclusie om blusboten aan te schaffen voor brandbestrijding en hulpverlening op de grote rivieren. Voor dit bijzondere project werd geld beschikbaar gesteld door het Rijk. Na veel overleg tussen de Inspectie van het Brandweerwezen met o.a. ministerie van Verkeer en Waterstaat [Dienst Vaartuigen], en de afdeling scheepsbouw van de TH-Delft, was er een programma van eisen opgesteld waaraan een blusboot moest voldoen.
18 NR.11 | OKTOBER 2015
Rekening houdende met het vaargebied, de opkomsttijd en natuurlijk de eisen, normen en voorschriften voor Rijksvaartuigen werd gekozen om twee blusboten te laten bouwen. Eén met de ligplaats Nijmegen voor de bovenstroom van de Waal en de tweede met de ligplaats Dordrecht, voor het verzorgingsgebied van de Regionale Brandweer Zuidelijk Zuid-Holland. Als ligplaats werd voor het Blauwpoortsplein gekozen, zo’n 3 minuten rijden vanaf de kazerne Oranjepark. De schepen kregen de namen ‘Gelderland’ en M.S. ‘Zuid-Holland’. Het werden twee verschillende blusboten, aangepast aan hun verzorgingsgebied. De ‘Zuid-Holland’ kreeg bijvoorbeeld als extra een hydraulische robotarm (hoogwerker) met camera, zodat op ca. 17 m hoogte boven het wateroppervlak een blussing of verkenning op een zeeschip uitgevoerd kan worden op.
| BLUSBOOT
Scheepswerf Damen Shipyards uit Gorcum had op dat moment de beste papieren en hier werd de blusboot ‘Zuid-Holland’ gebouwd. De kosten van de bouw werden gedragen door het Rijk (ministerie van Economische Zaken), het beheer en exploitatie kwam in handen van de Regionale Brandweer. Dit werd een groot kostenplaatje voor de toenmalige leiding, maar met veel kunst- en vliegwerk en een organisatiewijziging werd de blusboot in 1982 dan toch in Dordrecht gestationeerd.
Doordat de blusboot onbewaakt lag (behalve overdag, als de dagdienstschipper aan boord was) zat alles op slot. De bevelvoerder nam plaats in het stuurhuis bij de schipper, om de laatste bijzonderheden op te vragen aan de AC. De chauffeur van de TS reed alleen terug naar de kazerne om daar met de opgeroepen vrije wacht de TS weer in orde te maken. Afhankelijk welke OVD dienst had, werd losgegooid en naar een opstapplaats gevaren, of gewacht totdat de OVD ook aan boord was. De omwonenden waren ook niet allemaal blij met zo’n groot rood gevaarte voor hun raam. Het starten ging ook altijd gepaard met grote zwarte rookwolken. Hoe kwam de brandweer nu eigenlijk aan die nautische bemanning? De schipper moet een diploma ‘schipper Rijnvaart’ of gelijkwaardig hebben. De overigen moeten ook kennis van het vaartuig hebben. Om een blusboot 24 uur per dag in te kunnen zetten, zijn er in het 3-ploegensysteem minimaal 3 schippers en 6 motordrijvers nodig, plus een dagdienstschipper voor dagelijks onderhoud.
Op 11 juni 1982 kwamen beide blusboten in de vaart. Ter hoogte van Tiel werd het afgedankte passagiersschip ‘Westmark’ in brand gestoken. Al snel bleek, dat de opkomsttijd over water niet te vergelijken is met die van op het land. Hoewel de beide blusboten niet zo ver van de brand af lagen, was de ‘Westmark’ al voor een groot deel afgebrand. Het blussen ging verder wel snel. Om tot een maximale opkomsttijd van één uur te komen, verzocht de burgemeester van Tiel ook direct om een blusboot. (deze wens werd in 1987 ingewilligd met de blusboot ‘Batouwe’, ook gebouwd door Damen Shipyards).
Er was één persoon in dienst met de vereiste papieren voor schipper, die met een kleine bijscholing/opfriscursus als schipper kon functioneren. Eén hoofdbrandwacht ging de benodigde papieren behalen gevolgd door een stage om aan de benodigde vaaruren te komen. Er werden ook hoofdbrandwacht-schippers in dienst genomen, bij iedere ploeg één en bij de vrijwillige brandweer werden drie schippers toegevoegd (twee van het Gemeentelijk Veerbedrijf en één van de Dienst Openbare Werken). Voor de functie motordrijver werden intern twaalf mensen opgeleid, afgesloten met een examen.
Een schip kan niet varen zonder nautische bemanning. Voor de blusboot werd de bemanning gesplitst in een nautische- en een brandweerbemanning (opstappers). De nautische bemanning bestond uit drie personen: de schipper en twee motordrijvers. Bij een uitruk rukten zij als eerste uit naar de blusboot om hem op te starten. Deze functie bekleedden zij naast hun gewone uitrukfunctie op de voertuigen. De rest van de dienstdoende ploeg vulde de autospuit aan en reed vervolgens naar de blusboot. Daar aangekomen, moesten zij ( in de beginperiode), o.a. hun ademluchttoestellen meenemen uit de TS. De nautische bemanning had ondertussen de blusboot opgestart en begon alle slotjes te verwijderen van de materialen die aan dek lagen. Ook de reddingsboeien werden opgehangen.
NR.11 | OKTOBER 2015 19
BLUSBOOT |
In de loop der jaren is het uiterlijk van de blusboot ‘Zuid-Holland’ enigszins verandert. Van rood met een witte band, naar geheel rood met BiZa striping. Ook is er aan de achterzijde een klein plateau aangebracht. Doordat er steeds meer materialen aan boord kwamen kwam het schip niet meer op snelheid en maakte daardoor ook te veel golven. Door de verlenging werd getracht dit te verhelpen. Voor de duikers was het een gemakkelijke opstap geworden, ook om ‘iets’ uit het water op te vissen. De jaarlijkse werfbeurt kwam voor rekening van het Rijk. De blusboot ging dan naar Damen in Hardinxveld, waar zij via een hellingbaan de hal ingetrokken werd. Hiervoor moest er wel het nodige van het dak van de stuurhuis verwijderd worden. De brandbestrijding werd in die periode overgenomen door een boot van Rijkswaterstaat (RWS 15). Deze was voorzien van een waterkanon. Vanuit de brandweer werden materialen op het schip gebracht en bij een uitruk werden er redvesten meegenomen uit de kazerne. Tijdens één van die werfbeurten (2004) kwam men erachter dat de huid van het schip op meerdere plekken zeer dun was en zelfs gaten vertoonde. Het schip werd gezandstraald om te zien hoe groot de schade was. Na veel wikken en wegen werd besloten om het schip toch op te knappen, maar dat het zijn zeewaardigheid verloor. Het mocht alleen nog op het binnenwater ingezet worden. In de tussentijd dat de blusboot buiten dienst was, werd van de nood een deugd gemaakt en het dienstvaartuig ‘EcoDuck’ van de Gemeente Havendienst ingericht, om bij calamiteiten als blusvaartuig dienst te doen. Hiertoe was er een dompelpomp op het dek geplaatst met blusmaterialen.
20 NR.11 | OKTOBER 2015
Men ging uit dat de blusboot nog minimaal 8 jaar mee zou gaan. Door economische omstandigheden, lees grote bezuinigingen, werd het in dienst houden van de blusboot steeds moeilijker. Er zijn diverse scenario’s de revue gepasseerd, maar uiteindelijk is de boot voor een symbolisch bedrag van Binnenlandse zaken overgenomen en is er een convenant opgesteld met de Veiligheids Regio Midden West-Brabant. Zij participeren mee in de kosten van de blusboot en de ‘Zuid-Holland’ kan nu ook in die regio ingezet worden. Als eerste is de ligplaats Blauwpoortsplein verlaten en ligt de boot nu bij Rijkswaterstaat aan het Duivelseiland. In de afgelopen jaren is gebleken dat de blusboot niet voor niets in dienst gekomen is. Natuurlijk is hij ingezet bij verschillende branden, zowel scheepsbranden als branden aan wal, waar zij als waterleverancier is ingezet. Maar ook bij schepen die lekgeslagen waren kon de boot ingezet worden. Met zijn bluspomp als berg-
| BLUSBOOT
pomp kon menig schip boven water gehouden worden. Een leuke blusmethode werd toegepast bij Puttershoek. Hier stond de rietkraag in brand en de plaatselijke brandweer kon er niet bijkomen. Ook de blusboot niet i.v.m. de ondiepte. Op dat moment werd de ‘ wave-methode’ uitgevonden. Door snel voorbij te varen en plotseling te stoppen werden grote golven over de rietkraag gestort en binnen de kortste keren was het vuur gedoofd. De blusarm is niet alleen ingezet voor blussing vanaf hoogte, maar ook om slachtoffers uit een ruim te halen. Ook Sinterklaas maakte graag gebruik van de blusboot om de brandweerkinderen in Dordrecht te bezoeken. In 2013 werd de bouw van de opvolger gegund aan scheepswerf De Haas Maassluis BV. De romp werd gebouwd in Dordrecht bij Jachtwerf de Combinatie BV aan de Tweede Merwedehaven. Op 8 mei 2014 werd de romp te water gelaten onder toeziend oog van de ‘Zuid-Holland’. Deze heeft het casco begeleidt tot aan de Zwijndrechtsebrug. Op 12 februari 2015 was het dan zover, de nieuwe blusboot ‘Zuid-Holland Zuid’ werd gedoopt vanaf de oude blusboot ‘Zuid-Holland’. De plaats van handeling was het Groothoofd voor Hotel Bellevue. (een opwarmertje voor Koningsdag)
Na een intensieve opleiding van de bemensing van post Oranjepark om alle ‘in- en outs’ van de nieuwe blusboot onder de knie te krijgen is de tijd gekomen om afscheid te nemen. Op 14 september 2015 is de nieuwe blusboot ‘Zuid-Holland Zuid’ in dienst gesteld en op hetzelfde moment de oude blusboot ‘Zuid-Holland’ bedankt voor zijn trouwe diensten van de afgelopen 33 jaar. Geen toespraken, geen bloemen.
Ik zie dat er al genoeg over me geschreven is maar ik wil zelf ook nog even wat zeggen. Alles leuk en aardig, maar ik mag helemaal nog niet met pensioen! Net als jullie moet ik gewoon nog een paar jaar doorwerken. In de loop der jaren is er het nodigde aan mij verspijkerd. Mijn kont werd verlengd, mijn huid werd gescrubd en voorzien van een nieuwe huid. Ik werd steeds zwaarder doordat mijn buik met allerlei apparatuur gevuld werd. Ik kreeg een haspel op mijn achterdek en mijn zicht werd in de jaren ook slechter. Hiervoor kreeg ik een paar enorme lampen op mijn stuurhuis. Hierdoor kregen mijn motoren het ook steeds zwaarder te verduren. Af en toe protesteerde ik wel met een luide knal. Daar ging weer een turbo! Ik probeerde mijn snelheid wel te behouden, maar dat lukte helaas niet altijd. De operaties werden steeds duurder, doordat er geen reserveonderdelen meer beschikbaar waren en werd het tijd voor een jongere en snellere opvolger, opgewassen aan de wensen van deze tijd. Ik wens mijn opvolger veel succes en een behouden vaart. Tot ziens allemaal en bedankt voor de goede zorgen en fijne samenwerking in de afgelopen 33 jaar. M.S. Zuid-Holland
Vaarwel m.s. Zuid-Holland !
NR.11 | OKTOBER 2015 21
MEELOOPDAG |
MEELOOPDAG Mijn maandagochtend 3 augustus 2015 begon anders dan anders, namelijk op 31 hoogte met uitzicht op op een deel van Dubbeldam/ Dordrecht. Ik liep namelijk een dagje mee met de brandweerploeg B van kazerne Leerpark te Dordrecht en ik mocht mee in de hoogwerker!
NADINE KAIM
Daarvoor hadden we een briefing op de kazerne en kon ik vertellen wat ik normaal voor werk doe: Ik ben adviseur bij het Bureau Beleids- en Bestuursondersteuning. Ik zorg er mede voor dat de vergaderagenda’s en –stukken voor iedere vergadering van o.a. het bestuur VRZHZ en het managementteam VRZHZ op orde zijn en verzonden worden. Ik zie dus veel dingen op papier maar niet de praktijk. Toen ik een uitnodiging kreeg van twee bevelvoerders om een dagje mee te lopen met de ploeg ging ik daar dan ook graag op in! Na de briefing op de kazerne zijn we dus met de hoogwerker en TS4 gaan oefenen met het materieel. Zoals gezegd mocht ik zelf ervaren hoe het is om in de hoogwerker te staan en zelfs om deze te besturen, wat zo makkelijk nog niet is. Daarna werd ik aan het werk gezet; eerst mocht ik een ‘brandje blussen’ met een echte spuit; ik vloog nog net niet door de lucht zoals in een tekenfilm, wat een waterkracht! Gelukkig heeft deze ploeg sterke
mannen;-). Daarna mocht ik met de spuit van de tankauto de waterpomp, die net in een troebele sloot had gelegen, schoonmaken. En natuurlijk de slangen weer oprollen. Ik denk dat ík nog even terug moet naar de sportschool… Na een stevige lunch begon een oefening bij het bedrijf Den Hartogh in Dordrecht. Let wel, het was 30 graden die dag, en twee jongens gingen in chemiepak voor deze oefening, daarin wordt het wel 40 graden! Gelukkig hoefde ik me niet om te kleden want ik nam niet deel aan de oefening, wel kreeg ik een mooi oranje hesje met de tekst ‘brandweer’. De oefening hield in dat er een lekkende vloeistof tank op het terrein aanwezig was met daarbij een slachtoffer. Ondanks de hitte ging iedereen aan de slag. In de brandende zon kon ik goed zien wat een geoliede machine de ploeg is. Als vanzelfsprekend nam iedereen zijn taak op zich en kon de bevelvoerder zich richten op belangrijke vragen en beslissingen. Ook de adviseur gevaarlijke stoffen kwam in actie en de BHV’er van het bedrijf zelf. Twee collega’s van operationele zaken begeleidden de oefening. Na een evaluatie van de oefening en uitgebreide rondleiding over het bedrijventerrein was het tijd om naar de kazerne te gaan. We hebben geen uitruk gehad die dag maar ik heb goed kunnen ervaren wat het is om als brandweerman/-vrouw te werken. Ik vond het een intensieve dag maar toen ik om 17:00 uur naar huis ging was de ploeg natuurlijk nog niet klaar. Ik dank bij deze Jurry, Wilco, Fokke, Reinier, Dave en Marco voor hun gastvrijheid, tijd en uitleg. Ik loop graag nog eens mee, tijdens oud&nieuw bijvoorbeeld?
22 NR.11 | OKTOBER 2015
| GGB
GROOTSCHALIGE GENEESKUNDIGE BIJSTAND Bij grootschalige incidenten vervangt per 1 januari 2016 Grootschalige Geneeskundige Bijstand (GGB) de Geneeskundige Combinatie. Ambulancezorg Nederland, het Rode Kruis, GGD GHOR Nederland en het Instituut Fysieke Veiligheid bereiden invoering van het GGB-model voor.
BUREAU GHOR ZHZ
BUREAU GHOR ZHZ
Door ontwikkelingen als professionalisering van ambulanceteams en traumacentra en inzet van mobiele traumateams die met helikopters snel ter plaatse zijn, sloot geneeskundige bijstandsverlening niet goed meer aan op actuele ketenzorg. Daarom is GGB ontwikkeld. Hierin wordt optimaal gebruik gemaakt van bestaande en extra capaciteit door zorg zo effectief mogelijk in te zetten, ambulancepersoneel in te zetten bij zwaargewonden en vrijwilligers van noodhulpteams van het Rode Kruis bij lichtgewonden.
Goed Coördinator noodhulp van het Rode Kruis Kirsten Mets: ’Voor ons is de kern dat betrokkenen doen waar ze goed in zijn. Wij richten ons daarom op lichtgewonden. Bij incidenten in Alphen en Nijmegen heb ik onlangs gezien dat het in de praktijk op deze manier uitstekend werkt. We worden door de meldkamer hopelijk ook sneller ingezet, omdat we er na 2015 op zijn ingericht zowel bij grote als bij kleinschalige incidenten snel en adequaat te werk te gaan. In dit overgangsjaar bekijken SIGMA-leden of ze in onze iets veranderende taken meegaan. Daarnaast hebben we inmiddels al veel extra competente en enthousiaste mensen geworven. In oktober starten we met opleidingen van zes dagdelen waarin vooral alarmering, samenwerking met de partners in het werkveld, het voertuig en welke voorzieningen daarin beschikbaar zijn en de manier van behandelen van slachtoffers centraal staan. In november worden de opleidingen afgerond. Voor december is de wens nog een mono- of multidisciplinaire oefening te houden met het team. Gelukkig is het basisniveau met veel kennis en ervaring al in orde. Dit hele proces brengt heus wel knelpunten met zich mee, maar we kunnen waar nodig altijd bijsturen en de samenwerking met de GHOR ZHZ en de Ambulancedienst ZHZ verloopt prima. We hebben er dan ook alle vertrouwen in dat we er in Zuid-Holland Zuid met 38 vrijwilligers, waarvan 9 teamleiders en 9 chauffeurs op 1 januari 2016 klaar voor zijn, bij incidenten in 45 minuten ter plaatse kunnen zijn en onze taken goed uit gaan voeren.’
gewond zijn. Bij zulke aantallen zwaargewonden kunnen we in de knel komen met de vervoerscapaciteit, waarbij het aantal zwaargewonden het aantal beschikbare ambulances overtreft. Daar komt nog eens bij dat door “verdunning” van het aantal ziekenhuizen, de rijafstanden voor de ambulances vanaf plaats incident naar de ziekenhuizen langer worden en je ze langer kwijt bent. Omdat geen enkele ambulanceregio in staat is om alleen 250 slachtoffers te behandelen is afgesproken dat omliggend regio’s ambulancebijstand verlenen. Daarnaast worden voor 25 veiligheidsregio’s 38 calamiteitenvoertuigen beschikbaar gesteld, bemand met chauffeurs, verpleegkundigen en voorzien van hulpverleningsmaterialen, zoals zuurstof, infusen, isolatiedekens en een tent waarin we zes patiënten kunnen onderbrengen. De regio ZHZ ligt zodanig gunstig dat de verwachting is dat bij 100 zwaargewonden de honderdste ambulance in vier tot vijf kwartier ter plekke kan zijn. Omdat 90% van ons personeel woonachtig is in de regio ZHZ zijn wij in staat ook buiten kantooruren onze vrije ambulances en het calamiteitenvoertuig binnen een half uur paraat te maken.
Calamiteitenvoertuigen
De taken worden voor de verschillende voertuigen tijdens calamiteiten ook wat anders. Het eerste voertuig richt zich op beeldvorming en afstemming met politie en brandweer. Triage hoort daar niet meer bij, maar wordt een taak voor het tweede voertuig. Het derde voertuig richt zich op inrichting van het gewondennest en verdere verzorging. De kracht van ambulancepersoneel zit onder meer in vindingrijkheid en improvisatievermogen. De strakkere afspraken over wie welke taak heeft tijdens een grootschalige geneeskundige inzet zullen daarom best even wennen zijn, maar ik denk dat ze samen met de afspraken met buurregio’s een echte verbetering zijn en bijdragen aan de beste hulp voor patiënten.’
‘Ook bij calamiteiten is alles er op gericht snel hulp te kunnen verlenen en slachtoffers in het best passende ziekenhuis te krijgen’, stelt Leo Roos van de Ambulancedienst ZHZ. ‘Daarvoor is landelijk afgesproken dat elke ambulanceregio zich moet voorbereiden op een calamiteit met 250 slachtoffers, waarvan er 100 zwaar
Maandag 28 september 2015 werden tijdens een feestelijke bijeenkomst bij het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) in Zoetermeer de noodhulpvoertuigen voor het Rode Kruis en de calamiteitenvoertuigen voor de Regionale Ambulancevoorzieningen gepresenteerd.
NR.11 | OKTOBER 2015 23