Lesbrief
Brammetje Baas – De Theatervoorstelling een theatervoorstelling voor scholen en theaters naar het bekende boek van Tamara Bos
Voor alle lieve, drukke, niet saaie, snelle, slimme, grappige, gewone en ongewone mensen vanaf 7 jaar.
1
© Theater in School
Inhoud lesbrief
1. Wat u even moet weten als docent 2. Vóórafgaand aan de voorstelling 3. Ná afloop van de voorstelling 4. Bijlagen
2
Wat u even moet weten als docent Brammetje Baas is een nieuw verhaal over Brammetje. Een energieke voorstelling met Brammetje Baas in de hoofdrol van zijn eigen theatershow. Brammetje Baas heeft heel veel vragen in z’n hoofd. Brammetjes hersenen zitten nooit stil, en hij zelf daarom ook niet. Zoals hoeveel kopjes passen er op een stapel? Als het licht uit is, waar blijft het dan? Hebben mieren ook klaar-overs om veilig over te steken? Of kun je ze beter een handje helpen? Als je op een stoel kunt zitten, kan een stoel dan ook op jou zitten? Of kan een stoel alleen staan? Hoeveel woorden zijn er met een ‘oe’? Hoe zou het zijn als álle woorden een ‘oe’ hadden? Allemaal vragen die Brammetje Baas (“Broemoetjoe Boes”) zich stelt. Vragen waar zijn hoofd mee volstroomt. Brammetje is een gewone jongen. Hij is dromerig én druk. En beweeglijk, soms heel beweeglijk, soms zo beweeglijk dat hij er zelf moe van wordt. (Misschien is hij toch niet zo’n heel gewone jongen.) Hoe kun je anders naar elkaar kijken en de oplossing vinden in iets dat de ander goed kan? Iets creatiefs of een truc? Of je speelt een instrument… “is de mu…ziek?” “nee, ik maak de muziek!” “Is de muziekstuk…? Muziek…stuk…!” Brammetje Baas laat je anders naar elkaar kijken, kinderen leren… van en met elkaar… dat je er mag zijn zoals je bent…! In het boek Brammetje Baas volgen korte verhalen elkaar op. Verhalen over situaties waarin Brammetje beland doordat hij druk of beweeglijk is. Situaties waardoor hij de gekste dingen meemaakt: een vlieg vangen als je op een ladder staat… gevaarlijk! Kopjes stapelen tot (te) hoge torens…. Hij verdwijnt zo in zijn eigen wereld dat het haast onmogelijk is om lang met hem in één ruimte te zijn… Brammetje kan het niet helpen, het lijkt steeds mis te gaan, hij wordt er zelf ook moe van… Maar het is grappig en eigenlijk heel knap, wat hij allemaal kan en bedenkt… Dit is ook de insteek van de theatervoorstelling Brammetje Baas, waar u binnenkort naar toe gaat met de klas. Doel De theatervoorstelling is voor jong en oud en in het bijzonder voor kinderen in de leeftijd van 6-10 jaar. De voorstelling is gebaseerd op het gelijknamige boek van Tamara Bos (Zwijsen 2007) met korte verhalen over een druk jongetje dat niet stil kan zitten. In 2012 is het boek verfilmd door Anna van der Heide, naar het scenario van Tamara Bos. In deze lesbrief staat met name het gedrag van mensen centraal zoals Brammetje en de mensen die in zijn directe omgeving met hem van doen hebben.
Hoe ga je zelf om met kinderen die niet direct de gebaande wegen bewandelen? Het belang van vriendschap: iets doen voor een ander en elkaar zien en waarderen zoals je bent Acceptatie: dat je anders mag zijn
Met vragen als: hoe kun je de creativiteit blijven zien als een kind elke keer de kopjes laat vallen, de melk om stoot… niet stil kan zitten in de klas en eindeloos dromerig lijkt en ondertussen de meest geweldige uitvindingen bedenkt…? Deze lesbrief wil in combinatie met de voorstelling leerkrachten en ouders stimuleren om kinderen aan te sporen in hun talent: een truc, een optreden, een mooie verzameling showen (je kunt spullen sparen, maar ook woorden…!) en elkaar te accepteren zoals je bent… al is dat (soms) een beetje (te) druk…
3
Aan de hand van de voorstelling kunt u kinderen laten zien hoe belangrijk het is om jezelf te blijven, ook al lijkt het dat er steeds van alles mis gaat en mensen boos worden op wat er gebeurt. Hoe ga je daar mee om. We geven in deze lesbrief handreikingen om kinderen te laten praten over “gevoelens” die soms angstig en onzeker maken… Ook doen we een beroep op het inlevingsvermogen van het kind ten opzichte van andere leeftijdgenoten en hoe we deze kunnen vergroten. De voorstelling laat zien wat vriendschap betekent. Ook zal de verbeelding van de leerlingen aangesproken worden. En tenslotte kunt u met theater en spel het begrip ten opzichte van elkaar vergroten en voelbaar maken. Deze lesbrief is bedoeld als handreiking bij de voorbereiding naar de voorstelling toe en achteraf bij de nabespreking. Wij geven aan voor welke leeftijdsgroepen de opdrachten het meest geschikt zijn, maar u bent vrij om de opdrachten aan te passen zodat deze voor uw groep hanteerbaar zijn. Deze voorstelling wordt gespeeld door één actrice en één acteur en duurt 60 minuten. Degenen die uw school aandoen zijn de spelers: Robbie Aldjufri en Maria Noë. Zij komen samen met een technicus. Samenwerking: pedagogenplatform In samenwerking met een aantal pedagogen kunnen inleidingen of nagesprekken worden ingepland voor docententeams, direct na afloop van de voorstelling, of op een ander tijdstip, aansluitend bij een teamvergadering bijvoorbeeld of bij ouderavonden. Om aan te sluiten bij de thema’s die met Brammetje Baas zijn gedrag en handelen worden blootgelegd. Zonder uit te gaan van een typering zoals bijvoorbeeld ADHD (attention deficit hyperactivity disorder), kan dit een aanknopingspunt zijn om dieper op die thematiek in te gaan.
4 *** Met dank aan: Pepijn Cladder (regisseur) Robbie Aldjufri en Maria Noë (spel) Elze van den Akker (decor) Arthur Umbgrove & David de Jong (muziek) Tom Sijtsma (script) Tamara Bos (de auteur van het boek) Pedagogenplatform alle dames van Van Engelenburg Theaterproducties. Voor vragen kunt u altijd met ons contact opnemen: Van Engelenburg Theater in School (TIS) te Haarlem: 023-5315578,
[email protected] Kijkt u ook op www.TheaterinSchool.nl en brammetjebaass.nl. Veel plezier met de lessen en de voorstelling!
Ter voorbereiding De voorstelling is een nieuw verhaal over Brammetje en dus goed te volgen zonder het boek gelezen of de film gezien te hebben. Toch is het leuk eerst de film te zien. Hierdoor leren de kinderen de wereld van Brammetje alvast kennen en herkennen ze zichzelf of een klasgenootje in situaties waarin Brammetje terecht komt. Mocht u geen tijd hebben om het boek te behandelen, dan kunt u de kinderen het ook heel goed zelf laten lezen en eventueel de film kijken met de klas. (Het boek is niet meer leverbaar, maar nog wel te vinden in bibliotheken, mocht u het zelf niet hebben in de klas). Belangrijk om te weten is dat zowel de film als de voorstelling geïnspireerd zijn op het boek, op het personage Brammetje. De voorstelling vertelt een ander verhaal dan in het boek of in de film. Hierna volgt een aantal opdrachten. Bij elke opdracht staat aangegeven hoelang deze duurt en wat u ter voorbereiding dient te doen. Belangrijk is dat alle antwoorden van leerlingen goed zijn, ook als het gaat om moeilijke zaken als tekstinterpretatie. Elk kind heeft zijn eigen ervaringen en emoties die er mogen zijn.
Voor de voorstelling Opties voor verwerking: I. Kringgesprek Vragen kunnen zijn: Wat vind je van het verhaal? Ken jij iemand die heel druk is en bij wie van alles mis lijkt te gaan? Wat doet dat met jou? Vind je dat raar? Gebeurt het je zelf ook wel eens? Tijdsduur: afhankelijk van wat de kinderen te vertellen hebben duurt deze verwerking 20 tot 30 minuten. Voorbereiding: De kinderen gaan in een kring zitten. II. Schriftelijke verwerking in de vorm van een schrijfopdracht Geef de leerlingen de opdracht om een verhaaltje te schrijven aan Brammetje. Daarin mogen ze reageren op het verhaal, hun mening en/of advies geven en vragen stellen. Bijvoorbeeld over uitvindingen. Tijdsduur: 30 minuten. Voorbereiding: de kinderen weten wie Brammetje is en ze kennen de grote lijnen van het verhaal (dat hij steeds in onmogelijke situaties beland). Indien u het boek niet heeft voorgelezen, of de film niet heeft gezien – dan kan deze opdracht beter na afloop van de voorstelling gedaan worden. III. Beeldende verwerking in de vorm van een tekening Laat de kinderen een tekening of gedicht maken over Brammetje. Bespreek de tekeningen en gedichten in de klas en vraag waarom ze juist dit hebben getekend/geschreven. Tijdsduur: 30 minuten. Voorbereiding: de kinderen hebben een beeld bij ‘wie Brammetje is’ en bij ‘welke bijzonderheden bij hem horen’ (hij spaart woorden, hij heeft een duidelijke mening over bepaalde uitvindingen en vindt zelf ook van alles uit). Er is tekenmateriaal aanwezig in de klas.
5
I.
Kringgesprek met thema: vriendschap en houden van
Bij deze activiteit verkennen de kinderen begrippen als ‘vriendschap’ en ‘houden van’. Hierbij gaat het vooral om de invulling die de kinderen hieraan geven en het belang van dit soort relaties. Gesprek: vriendjes en vriendinnetjes De kinderen zitten in de kring. Vertel over uzelf. Vertel over iemand die u lief/aardig vindt en waarom. Of lees een fragment voor uit het boek waarin vriendschap een belangrijke rol speelt (zie bijlage 6, bladzijde 108 uit het boek). Nodig daarna de kinderen uit om hetzelfde te doen. Besteed ook aandacht aan verschillen tussen vriendschap met een jongen of met een meisje. Vragen: • Waarom vind je iemand aardig? • Waarom is iemand je vriend of vriendin? • Vertel eens wat meer over je vriend of vriendin. • Waarom vind je je vriend of vriendin aardig? • Wat vind je vriend of vriendin aardig aan jou? • Wat doen jullie graag samen? • Wanneer is je vriend of vriendin niet aardig? Tijdsduur: 30 minuten. Verschillen bespreken De leerlingen krijgen allemaal een vel papier. Hierop schrijven ze drie verschillen waarvan ze denken dat anderen deze niet hebben. Nadat de leerlingen dit gedaan hebben, inventariseert de leerkracht wat de leerlingen hebben opgeschreven. Hierdoor komt waarschijnlijk naar voren dat er enkele overeenkomsten zijn tussen bepaalde leerlingen, maar zeker ook verschillen. Benoem de verschillen. Discussie: • Wat betekent het om anders te zijn? • Is het erg om anders te zijn? • Hoe ga je om met mensen die anders zijn? • Is er weleens ruzie, omdat je anders bent dan anderen? • Wat doe je als er ruzie is, omdat je anders bent? Vat de discussie samen door: te inventariseren in de klas (of in groepjes) waarin de leerlingen van elkaar verschillen en waarin ze hetzelfde zijn. Denkt u aan zaken als: Godsdienst, sexe, leeftijd, gezinssamenstelling. Kijk of er meer overeenkomsten of verschillen zijn en benoem die. Is het wat u verwacht had? Welke conclusies kunt u samen met de leerlingen hieruit trekken?
6
Ná afloop van de voorstelling I. Groepsdiscussie (alle leeftijden) Vragen die aan de orde kunnen komen zijn: Is het verhaal hetzelfde als het verhaal in het boek? Begrepen Brammetje en Pippa elkaar aan het begin? Hoe kwam het dat zij toch vriendjes werden? Wat is een uitvinding? Wat vind jij een goeie uitvinding? Wat vond jij grappige herinneringen/momenten? Waarom? Was je soms verdrietig tijdens de voorstelling? Wat voelde je toen? Waar moest je aan denken? Waarom was Pippa zo boos? Vond je de voorstelling grappig/leuk of vond je Brammetje ook wel zielig? II. Bewegingsoefening/ emotie- of verwerkingsoefeling (alle leeftijden) Laat de leerlingen rustig rondlopen. Vertel dat u een aantal emoties zult voorlezen die in de voorstelling voorkwamen en dat ze er eentje moeten kiezen om te gaan uitbeelden. Lees dan de lijst twee keer langzaam voor. Laat de leerlingen de emoties uitbeelden: ze mogen daarbij lopen, zitten, staan enzovoorts. Ze mogen lekker overdrijven met hun gezicht en vooral in bewegingen. De emoties zijn: blij, boos, verdrietig, verliefd, balen. Toelichting Leerlingen beelden zich een bepaald moment van de voorstelling in waarbij ze emotie ervoeren. Al is het fantasie, het lijkt daardoor toch een beetje dichterbij te komen. Door te bewegen kunnen ze die emotie beter loslaten. Aanvullende tips/ suggesties en ideeën: In de gymzaal kunnen bepaalde acrobatentrucs worden geoefend: jongleren met drie ballen bijvoorbeeld. De kinderen mogen zich verkleden en een beroemd personage nadoen (Brammetje doet Piet Paulusma bijvoorbeeld). III. Collage Laat de kinderen in groepjes aan een collage werken. In de collage komen foto's en berichten uit kranten of tijdschriften voor die bij een bepaald thema horen. Bijvoorbeeld over vriendschap. Het onderwerp van de collage kan vooraf in klassikaal overleg worden bepaald. Mogelijke andere onderwerpen zijn: ruzie, moed, liefde, gemeen en spanning. Tip: laat kinderen een eigen uitvinding uitwerken, Brammetje ontwerpt een raketbus, met welk voertuig zou jij wel eens ver weg van hier willen vliegen? Ook een woordenverzameling is leuk om op papier te zetten. Stel bij
het bespreken van de collage vragen als: Waarom vind je iets wel of niet een teken van vriendschap? Zijn er kinderen die iets geen vriendschap noemen, terwijl jij dat wel vindt? Begrijp je waarom diegene dat geen vriendschap vindt? Bij de uitvinding: zou je dit ook echt kunnen maken? Wat heb je daar dan voor nodig?
IV. Gevoelskwartet. Maak en speel een kwartet waarin gevoelens aan bod komen en benoemd worden. Teken op kaartjes gezichtjes die een bepaald gevoel uitdrukken (zie bijlage 7: werkblad kwartetspel). Het is de bedoeling dat de kinderen bij elk gezicht vier verschillende woorden bedenken, bijvoorbeeld: liefde, familie, vrienden, huisdieren en verliefd zijn. Maak van elk van deze gezichtjes 4 kaarten en gebruik voor alle kaarten dezelfde achterkant. Plastificeer de kaarten.
7
Speel het kwartet in groepjes van 4 kinderen. Als je een kwartet hebt, vertel dan wat jij weet over dat gevoel. Je kunt dit ook doen met ‘onhandige gebeurtenissen’ die Brammetje overkomen. Vertel wat jou wel eens is overkomen voor onhandigs… Benodigdheden: • Werkblad kwartetspel (zie bijlage 7) • (Dikke) zwarte stiften • Plastificeerfolie of een lamineerapparaat Tips en aandachtspunten voor begeleiders: Dit spel kunt u ook als levend kwartet spelen. U kunt er ook voor kiezen het bestaande kwartet met de groep te spelen (zie bijlage 8). Tijdsduur: 45 minuten. Voorbereiding: kopieën van bijlage 7, zwarte stiften en eventueel een lamineerapparaat met benodigdheden klaarzetten.
8
Bijlage 7: werkblad kwartetspel
9
Bijlage 8: kwartetspel
LIEFDE 1. Familie 2. Vrienden 3. Huisdieren 4. Verliefd zijn
10
LIEFDE 1. Familie 2. Vrienden 3. Huisdieren 4. Verliefd zijn
LIEFDE 1. Familie 2. Vrienden 3. Huisdieren 4. Verliefd zijn
11 LIEFDE 1. Familie 2. Vrienden 3. Huisdieren 4. Verliefd zijn
BOOS 1. Ruziemaken 2. Buitensluiten 3. Pesten 4. Woede
BOOS 1. Ruziemaken 2. Buitensluiten 3. Pesten 4. Woede
12
BOOS 1. Ruziemaken 2. Buitensluiten 3. Pesten 4. Woede
13 BOOS 1. Ruziemaken 2. Buitensluiten 3. Pesten 4. Woede
BLIJ 1. Feest 2. Geboorte 3. Verjaardag 4. Een prijs winnen
14 BLIJ 1. Feest 2. Geboorte 3. Verjaardag 4. Een prijs winnen
BLIJ 1. Feest 2. Geboorte 3. Verjaardag 4. Een prijs winnen
15
BLIJ 1. Feest 2. Geboorte 3. Verjaardag 4. Een prijs winnen
VERDRIETIG 1. Alleen zijn 2. Niet begrepen worden 3. Ruzie maken 4. Streng
16
VERDRIETIG 1. Alleen zijn 2. Niet begrepen worden 3. Ruzie maken 4. Streng
VERDRIETIG 1. Alleen zijn 2. Niet begrepen worden 3. Ruzie maken 4. Streng
17 VERDRIETIG 1. Alleen zijn 2. Niet begrepen worden 3. Ruzie maken 4. Streng