Bouwen aan de toekomst Beleidsplan 2010 van de Stichting Humanistische Uitvaartbegeleiding Inleiding Dit beleidsplan voor het jaar 2010 bouwt voort op de vorige jaren verschenen beleidsplannen. Hieronder leest u per speerpunt: A. relevante onderdelen van de tekst uit de beleidspannen 2007 t/m 2009; B. de stand van zaken tot en met oktober 2009; C. de voornemens voor het komende jaar.
Besluitvormingsprocedure Op 12 september 2009 is voor de eerste keer een werkconferentie gehouden van het landelijk bestuur en de RWU-besturen. De vele bruikbare suggesties zijn opgenomen in dit beleidsplan. Vervolgens heeft het landelijk bestuur een concept jaarplan 2010 opgesteld. Op 25 november 2009 is dit besproken met de raad van toezicht. Eind november 2009 is het concept om commentaar voorgelegd aan alle RWU-besturen. Het landelijk bestuur heeft in de februari-vergadering alle ontvangen commentaren besproken. Dit heeft geleid tot een fors aantal wijzigingen in het beleidsplan, met name bij de voornemens voor de komende beleidsperiode. Het landelijk bestuur hoopt dat dit beleidsplan 2010 door de doorlopen procedure op een breed draagvlak mag rekenen.
Missie van de Stichting Humanistische Uitvaartbegeleiding
De Stichting Humanistische Uitvaartbegeleiding biedt in heel Nederland uitvaartbegeleiding vanuit een humanistische inspiratie. De Stichting HUB wil daarmee twee dingen bereiken. 1. Nabestaanden hebben toegang tot een begeleiding die uitgaat van de uniekheid van elk mens en zijn geleefde leven. Maatwerk, betrokkenheid en stimuleren van eigen initiatieven van nabestaanden zijn daarbij sleutelwoorden. 2. Een inspirerende thuisbasis bieden aan mensen die hun levensbeschouwing vorm willen geven door bij uitvaarten nabestaanden te begeleiden en de overledene te herdenken. Uitvaartbegeleiders werken vanuit een humanistische inspiratie en staan door zorgvuldige selectie, opleiding en begeleiding garant voor kwaliteit. Zij werken primair vanuit hun betrokkenheid en motivatie en niet in de eerste plaats voor de financiële compensatie. Hierdoor kan deze dienstverlening tegen een lage kostprijs worden uitgevoerd.
1
1. Verbetering van de organisatie A. Uit de vorige beleidsplannen De Stichting HUB werkt met ongeveer 140 gemotiveerde vrijwilligers. Om de huidige vrijwilligers gemotiveerd te houden en nieuwe groepen vrijwilligers aan te trekken, werkt de Stichting aan een stimulerende ondersteuning van de vrijwilligers en aan een vlot verloop van de benodigde organisatie daarachter. Vrijwilligers willen zich graag gewaardeerd en gesteund voelen door een goedlopende organisatie. Dit betekent dat de bestaande organisatie op gewenste vernieuwingspunten aan het veranderen is. In dit veranderingstraject communiceert de Stichting intensief met de RWU’s om het gewenste evenwicht tussen RWU’s enerzijds en landelijk niveau anderzijds te behouden. RWU’s zullen ruimte houden voor hun eigenheid, die per regio verschilt, en voor regionale toepassingen van de hoofdlijnen van het landelijk beleid. Afgelopen jaren gerealiseerd: Verbetering inhoudelijke en financiële verantwoording van RWU’s door invoering “formats” voor jaarlijkse verslaglegging. Geleidelijke harmonisering van vergoedingen en tarieven binnen bepaalde bandbreedtes. Voornemens 2009: Nieuw beleid wordt getoetst aan het uitgangspunt: ‘decentraal wat kan, centraal wat moet’. Hiermee willen we recht doen aan de verschillen en maatwerk per RWU. Daar waar centrale activiteiten of maatregelen een duidelijke meerwaarde hebben, zal worden gekozen voor uniformiteit. Voornemens of plannen van het landelijk bestuur zullen voortaan met een duidelijke procedureparagraaf en communicatie bekend worden gemaakt Er wordt een standaardmap voor nieuwe vrijwilligers ontwikkeld, die zij ontvangen op het moment dat de opleiding is afgerond en zij actief lid van de RWU worden. De vrijwilligersovereenkomst die de RWU op het moment van intrede met de nieuwe vrijwilliger sluit, wordt geactualiseerd en voorzien van een anticoncurrentiebeding. Deze vrijwilligersovereenkomsten worden landelijk geregistreerd. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 In 2009 zijn nieuwe voornemens en plannen richting RWU’s zoals klachtenprocedure en 0900 – nummer standaard voorzien van een begeleidende brief van het bestuur met procedure en tijdspad. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode De communicatie- en besluitvormingsstructuur binnen de HUB (raad van toezicht, HUBbestuur, RWU-besturen) wordt bezien en waar nodig verhelderd en aangepast. Een voorstel hiertoe wordt in het overleg tussen stichtingsbestuur en RWU-besturen (besturendag) op 11 september 2010 besproken. Bij voorgaand punt wordt uitgegaan van het afgesproken beginsel ‘decentraal waar het kan, centraal waar nodig’. Dit breed gedragen beginsel zal worden geconcretiseerd (wie is verantwoordelijk voor wat).
2
Er wordt goed aandacht besteed aan de communicatie tussen bestuur, raad van toezicht en RWU-besturen over nieuwe beleidsvoorstellen. Per beleidsvoorstel wordt standaard een aparte paragraaf opgenomen, waarin wordt aangegeven: de status van het voorstel; welke onderdelen van het voorstel door het bestuur worden vastgesteld en op welke onderdelen het bestuur adviseert; wat de procedure is voor besluitvorming en/of implementatie; wat precies van de RWU’s gevraagd wordt. De HUB zal zich in 2010 bezinnen op de gewenste toekomst. Hoe willen we dat de HUB er in 2015 uitziet wat betreft naamsbekendheid, marktpositie, dienstverlening, manier van opdracht verwerving en uitvaartbegeleiders? Dit wordt samengevat onder de benaming ‘ontwikkelen van een visie op de toekomst van de HUB’. Het HUB-bestuur zal voor de zomer van 2010 een discussienota opstellen en voorleggen aan de RWU-besturen. Op de besturendag op 11 september 2010 zal de discussienota worden besproken. Op grond daarvan zal het HUB-bestuur een concept visienota opstellen en voorleggen aan raad van toezicht en RWU-besturen. De RWU Noord-Holland heeft besloten om per 1 januari 2010 te stoppen als zelfstandige RWU. Een gebrek aan bestuurlijke continuïteit, onderlinge meningsverschillen, te weinig uitvaarten, onvoldoende PR en veel afhakende vrijwilligers speelden hierbij een belangrijke rol. Het landelijk bestuur is bezig met een doorstart van Noord-Holland onder de verantwoordelijkheid van het landelijk bestuur. Uitvaartbegeleiders krijgen vier keer per jaar intervisie aangeboden en komen één maal per jaar bijeen met een vertegenwoordiger van het landelijk bestuur om organisatorische zaken te bespreken.
3
2. Verbetering van de communicatie A. Uit de vorige beleidsplannen We willen graag toe naar een situatie waarin alle geledingen van de Stichting HUB zich ervan bewust zijn dat we één stichting zijn met een goede taakverdeling en samenwerking tussen het landelijk en het regionaal niveau (“Wij zijn de Stichting”). Hiervoor is het nodig om veel én gericht te communiceren. In de relatie van de RWU’s onderling en RWU’s en Stichtingsbestuur is de trend ingezet van wantrouwen naar vertrouwen, van deelbelangen naar “Wij zijn samen de Stichting”. Het bestuur wil deze trend vasthouden en versterken. Afgelopen jaren gerealiseerd: Digitale Nieuwsbrief (4 keer per jaar). Kwaliteitsverbetering Contactblad (twee keer per jaar). Besloten website voor uitvaartbegeleiders (Extranet). Landelijk penningmeesterberaad, voorzitters-, intakers- en coördinatorenoverleg. Direct contact tussen leden van het Stichtingsbestuur en de RWU’s. Voornemens 2009: In 2009 zal verder gewerkt worden aan verbetering van de communicatie tussen landelijk bestuur en RWU’s. Het meerjarenbeleidsplan en de meerjarenbegroting 2010-2013 zal gezamenlijk met de RWU-vertegenwoordigers en RvT worden voorbereid. In een enquête wordt uitvaartbegeleiders gevraagd naar hun bevindingen en wensen met betrekking tot de Nieuwsbrief en het Extranet. Afhankelijk van de uitkomsten hiervan wordt geïnvesteerd in aanpassingen, of wordt besloten het Extranet op zijn huidige “low profile” niveau te handhaven. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 Op 12 september 2009 heeft het eerste “besturenoverleg” plaatsgevonden tussen Stichtingsbestuur en RWU-besturen over het meerjarenbeleidsplan en lopende zaken. Deelnemers waren positief. Dit overleg wordt vanaf 2010 standaard ingepland. De uitvaartbegeleiders zijn in mei 2009 via een enquête gevraagd naar hun bevindingen en wensen met betrekking tot vergoedingen, ondersteuning en de website. Er was een goede respons van 50 %. Op basis van de naar voren gekomen wensen, zijn diverse voornemens opgenomen in dit beleidsplan. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode In samenwerking met de PR-groep (die bestaat uit vertegenwoordigers van RWU’s) wordt gezocht naar middelen om het Extranet aantrekkelijker en actueler te maken. Afgesproken is te starten met elke maand een verhaal van een HUB-ber, wisselwerking Extranet en Nieuwsbrief te vergroten (dit i.v.m. tegenvallend bezoek/gebruik Extranet; beeldmateriaal uit te breiden (eerste stappen genomen) Verder zichtbaarheid van humanistischeuitvaart.nl vergroten door promotie op andere sites en meer nieuws brengen. Signalering van nieuwe items op het Extranet naar alle HUB-betrokkenen.
4
3. Verbetering van de kwaliteit A. Uit de vorige beleidsplannen Afgelopen jaren gerealiseerd: Nieuwe opzet van de beginnerscursus en herziening materiaal beginnerscursus. Aanpassing van aanbod van deskundigheidsbevordering op grond van kwaliteits- en actualiteitsnormen. Ontwikkeling deskundigheidsbevordering intakers. Voornemens 2009: Door de nieuwe opzet van de cursus is de stage meer dan voorheen in het opleidingstraject ingebed. Met intakers, stagebegeleiders, eventueel coördinatoren en trainers van de beginnerscursus, wordt deze betere afstemming uitgewerkt, met als nevendoel een verbetering van de organisatie en inhoud van de stagebegeleiding. In 2009 wordt hiertoe een aparte bijeenkomst georganiseerd voor alle RWU-vrijwilligers die op de een of andere manier bij de stage van aspiranten betrokken zijn. We zullen experimenteren met het uit de RWU Limburg afkomstige initiatief van de “kennismakingsstage”. Geïnteresseerden kunnen kennismaken met de RWU en het werk uitproberen vóórdat zij aan de beginnerscursus deelnemen. Op deze manier krijgen zij een reëler beeld van het werk van de uitvaartbegeleider en wordt het aantal aspiranten dat tijdens de opleiding afhaakt naar verwachting lager. Onderdelen van het Handboek zullen in 2009 gereed komen. Na afronding van elk conceptonderdeel zal er eerst een reactie aan de RWU-besturen worden gevraagd. Na verwerking van deze RWU-reacties stelt het HUB-bestuur de onderdelen vast en worden deze aan het handboek toegevoegd en verspreid. Deze onderdelen komen ook op het Extranet. De rol van de website in de werving van aspiranten zal worden onderzocht. Dit doen we door belangstellenden bij wijze van experiment de mogelijkheid te geven via de website hun interesse voor dit werk aan te geven. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 De stagebegeleidingsdag heeft plaatsgevonden op 17 maart 2009 in Amersfoort. Op deze dag waren 17 personen aanwezig: stagecoördinatoren en stagebegeleiders uit het gehele land. Het programma bestond uit een presentatie van de oriëntatiestage; een pilotproject uit Limburg in de ochtend en een onderlinge uitwisseling over de gang van zaken rondom stages in de middag. De oriëntatiestage wekte veel interesse bij de stagebegeleiders van de overige RWU’s. Tijdens de onderlinge uitwisseling werd het beeld van een grote verscheidenheid aan organisatievormen rondom de stage bevestigd. De landelijke intakersdag heeft op 16 april 2009 in Amersfoort plaatsgevonden. Het ochtenddeel stond in het teken van uitwisseling en in het middagdeel werd onder begeleiding van trainer Robert te Pas aandacht besteed aan de vraag hoe in het intakegesprek de competenties van kandidaat-sprekers helder kunnen worden. Oriëntatiestage: Er zijn twee kandidaten uit 2008 die bij RWU Limburg de oriëntatiestage gevolgd hebben en vervolgens aan de landelijke cursus (november 2008) hebben deelgenomen. Deze personen draaien vanaf begin 2009 in de RWU mee. In 2009 zijn twee kandidaten tijdens de oriëntatiestage afgehaakt, hiermee is voorkomen dat ze tijdens of kort na de cursus zouden zijn afgehaakt
5
Het handboek HUB is in concept bijna afgerond. De RWU’s ontvangen de integrale tekst voor het Handboek in november 2009. In de begeleidende brief wordt expliciet aangegeven welke onderdelen van het Handboek nieuwe tekst bevatten waarop een reactie van de RWU wordt gevraagd. Vanaf eind 2010 kunnen belangstellenden voor de beginnerscursus zich via een formulier op www.humanistischeuitvaart.nl aanmelden. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode Het nieuwe Handboek, dat als doel heeft te komen tot een meer uniforme werkwijze, zal dit jaar worden afgerond en verspreid. In 2010 wordt het aanbod van workshops (versie 2008) op het Extranet geactualiseerd. Deskundigheidsbevordering intakers. In 2010 is een intakersdag gepland op dinsdag 20 april in Amersfoort. Trainer Robert te Pas is gevraagd om voor het middagdeel weer een training te verzorgen. Op het gebied van deskundigheidsbevordering zal de uitwisseling van goede initiatieven en voorbeelden tussen de RWU’s gestimuleerd worden. Er zal aandacht gegeven worden aan het evalueren van de terugkomdagen. Tevens zal er worden geïnventariseerd of er behoefte is aan een bijspijker-cursus voor oudgedienden. Er wordt een werkgroep ‘kwaliteit’ opgericht. De werkzaamheden van deze werkgroep worden nog nader geconcretiseerd. Relatiebeheersysteem en invoering administratie vrijwilligersovereenkomsten na overeenstemming hierover onder RWU’s
6
4. Verbreding van het aanbod A. Uit de vorige beleidsplannen In de dagelijkse praktijk blijkt dat de uitvaartbegeleiders in sommige regio’s meer doen dan alleen spreken bij uitvaarten. De ontwikkelingen laten zich beschrijven als een verbreding van het product. We zullen de komende jaren bekijken hoe we aan de wensen van een breder aanbod vorm kunnen geven. Te denken valt aan mogelijke specialisaties van uitvaartbegeleiders. Daarbij gaat het om: bij leven overleggen met een aanvrager over zijn/haar wensen over de uitvaart na zijn/ haar overlijden; toepassen van multimediale mogelijkheden bij de uitvaart; het organiseren en eventueel leiden van gedenkbijeenkomsten over de overledene met bv. asverstrooiing; inhoud geven aan rituelen bij de uitvaart. Afgelopen jaren gerealiseerd: Aanbod “gesprek bij leven” tegen een uniform tarief Voornemens 2009: Het aanbod van een ‘gesprek bij leven’ wordt in het 4 kwartaal 2008 opgenomen op de website en eind 2008 opgenomen in de herdruk van de folder. Een aantal aanbieders op de uitvaartmarkt lijkt een concurrent van de HUB te worden, bijvoorbeeld de opleiding voor ritueelbegeleiders. Onderzocht zal worden of er maatregelen wenselijk zijn. We grijpen de mogelijkheden aan die zich voordoen om vanuit de HUB aan te sluiten bij externe ontwikkelingen, zoals de samenwerkingspilots met Monuta in Rotterdam en Doetinchem. e
B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 Het aanbod van ‘een gesprek bij leven’ is op de website en in de folder opgenomen RWU Midden-Nederland heeft samen met Monuta Doetinchem en Humanitas Doetinchem een samenwerkingsverband opgezet. In dit verband worden door Humanitas en Monuta wandelingen voor nabestaanden georganiseerd. Voorts hebben de HUB en Monuta tijdens een ledenvergadering van Humanitas iets over zichzelf kunnen vertellen. Verder zal de HUB aanwezig zijn bij het werkoverleg met uitvaartleiders van Monuta Deze samenwerking moet ertoe leiden dat er over en weer meer kennis en begrip ontstaat. RWU Zuid-Holland heeft een verkennend gesprek gehad met Monuta over de opzet van een workshop “uitvaartspreken doe je zo”. De workshop wordt eenmalig aangeboden en heeft een lengte van ca. 4 uur. De voor deze workshop beoogde samenwerking bestaat voor de HUB uit het leveren van docenten (vrijwilligers uit de werkgroep) en Monuta levert facilitair haar bijdrage, zoals de accommodatie en promotie in haar periodieken. Sinds 2009 participeert de HUB in het samenwerkingsverband van Yarden, Humanistisch Verbond en Humanitas. Hiertoe is een samenwerkingsovereenkomst gesloten. In deze overeenkomst wordt een aantal onderwerpen genoemd waar partijen kunnen samenwerken. Vorig jaar is deze lijst geëvalueerd en zijn partijen tot de conclusie gekomen dat de samenwerkingsinspanningen zich in de afgelopen jaren vooral hebben geconcentreerd op de
7
cursus ‘Praten over de dood’. Er is afgesproken om in dit nieuwe jaar 2010 de beleidsplannen naast elkaar te leggen om zo te bezien waar naast de cursus ‘Praten over de dood’ andere mogelijkheden liggen om die gezamenlijk en op effectieve wijze aan te pakken. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode Bezien zal worden of het samenwerkingsverband Yarden, Humanistisch Verbond, Humanitas en HUB kan worden geïntensiveerd.
8
5. Intensivering van de promotie A. Uit de vorige beleidsplannen De komende jaren richten we de promotie op mogelijke nabestaanden én op uitvaartondernemers. Met name deze laatste groep wordt als verwijzers en intermediairs steeds belangrijker voor ons. De PR-mensen van de RWU’s worden bij deze ontwikkeling betrokken. Enerzijds om goede ervaringen te delen, anderzijds om een goed zicht te krijgen op PR-behoeftes en inspanningen van de RWU’s. De RWU-activiteiten worden landelijk ondersteund door het op beperkte schaal inzetten van promotie via landelijke bladen, die voor onze doelgroepen interessant zijn. In 2009 hebben we geconstateerd dat het belangrijk is twee lijnen van promotie en profilering uit te zetten. De ene is gericht op het werven van uitvaarten, de tweede op het werven van vrijwilligers. Afgelopen jaren gerealiseerd: Samenwerking van landelijk bureau met PR groep van RWU-leden. Modernisering HUB-folder qua tekst en lay-out. Communicatieplan HUB. Ontwikkeling en productie HUB-banieren. Voornemens 2009: Zichtbaarheid: op de eerste plaats investeren in zichtbaarheid en vindbaarheid op internet; hierin gaan we ook financieel investeren; het advertentiebeleid onder de loep nemen en investeren in advertenties in vakbladen voor uitvaartondernemers en zorginstellingen; stoppercampagne: www.humanistischeuitvaart.nl vóór 2010, wanneer de website helemaal op orde is; in 2009 minimaal met een stand op twee landelijke beurzen staan. Benaderen uitvaartondernemers en zorginstellingen: via een inhoudelijk aanbod aan zorginstellingen en lokale uitvaartondernemers, bijv korte inhoudelijke lezingen en workshops, kunnen we goodwill kweken; we doen in Rotterdam en Doetinchem mee met pilots, waarin de HUB samenwerkt met Monuta en Humanitas ter vergroting van ons aanbod op aantrekkelijke speciale voorwaarden. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 Zichtbaarheid: Er is een lijst gemaakt met websites van relevante brancheorganisaties. Deze brancheorganisaties worden nog in 2009 benaderd met de vraag informatie op te nemen over de HUB. Desgewenst kunnen zij vervolgens ook een banner op hun website plaatsen. Advertenties: Besloten is in 2009 te adverteren in HUMUS, HUMAN, Van Mens tot Mens en in Relevant. Daarnaast zijn advertenties geplaatst in twee edities van Afscheidswijzer. Afscheidswijzer is een boekje waarin ‘praktische informatie te vinden is over de dood, de uitvaart en daarna,’ Dit is een nieuw initiatief. De boekjes worden per gemeente ontwikkeld en gratis verstrekt. In de edities die in 2009 verschenen in Apeldoorn en Amersfoort, heeft de HUB geadverteerd.
9
Er worden twee verschillende advertenties ontwikkeld: één voor het werven van vrijwilligers en één voor het werven van uitvaarten. De beide advertenties verschijnen eind dit jaar, begin 2010. Met de advertenties voor de informatiemiddagen is hier een begin mee gemaakt, zie hieronder. Eind 2009 zijn de kosten bekend van het adverteren in een aantal nieuwe (vak)bladen en een stoppercampagne Informatiemiddagen: De stichting heeft besloten twee informatiemiddagen te organiseren, in aanvulling op het werven van vrijwilligers vanuit de RWU’s zelf. De informatiemiddagen vonden plaats in Zwolle en Den Bosch. Speciaal daarvoor zijn posters, flyers en advertenties ontwikkeld. De posters en flyers zijn verspreid via de RWU’s en gestuurd naar de boekhandels rondom Zwolle en Den Bosch. Er zijn advertenties gemaakt en geplaatst in HUMUS en Van Mens tot Mens en stopperadvertenties zijn gestuurd naar de regionale media. Daarnaast zijn pers- en agendaberichten verspreid naar de regionale media en agendaberichten gestuurd naar alle vrijwilligerscentrales in het land. Benaderen uitvaartondernemers en zorginstellingen: Ter ondersteuning voor het benaderen van uitvaartondernemingen worden een aantal standaard documenten op het extranet geplaatst. In de samenwerkingspilot Monuta Rotterdam is een workshop ontwikkeld door de RWU Zuid Holland voor cliënten van Monuta en overige geïnteresseerden. Zie paragraaf 4. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode Inventarisatie en overzichtelijke beschrijving van succesvolle PR-middelen RWU’s. Verdere ontwikkeling standaardmateriaal met name: persberichten, advertenties, brief aan uitvaartbegeleiders. Productie van aantrekkelijke map waarin toespraak afgegeven kan worden aan de nabestaanden naar het succesvolle voorbeeld van de RWU Limburg. In 2010 zullen we de beide advertenties om vrijwilligers en om uitvaarten te werven apart gaan inzetten en proberen we, in overleg met de RWU’s via stoppers meer opvallend aanwezig te zijn in regionale media. Ook zetten we in op redactionele aandacht naast advertenties in nieuwe nog te benaderen media; dit alles in overleg met en afhankelijk van de behoeftes van de RWU’s. Onderzocht wordt de mogelijkheid om de workshop die de RWU Zuid-Holland voor Monuta Rotterdam ontwikkeld heeft, zodanig aan te passen dat deze geschikt is om vanuit de Stichting HUB aan te bieden in verpleeg- en verzorgingshuizen. Evaluatie informatiemiddagen: De landelijke aanpak heeft weinig rendement gehad. Het is beter informatiemiddagen te organiseren door de RWU’s.
10
6. Verbeteren van de bereikbaarheid A. Uit de vorige beleidsplannen Op dit ogenblik heeft iedere RWU zijn eigen telefoonnummer voor aanmeldingen. Het plan is om alle RWU’s via één 0900-nummer bereikbaar te maken voor aanmeldingen van uitvaarten. De techniek achter het 0900-nummer maakt het mogelijk dat iedere RWU zijn eigen aanmeldingen via zijn eigen coördinatoren binnenkrijgt afhankelijk vanuit welk postcodegebied wordt gebeld. De RWU Drenthe werkt al met grote tevredenheid met zo’n 0900-nummer. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 De diverse mogelijkheden van het invoeren van een 0900-nummer zijn onderzocht en met diverse geledingen binnen de Stichting besproken. Op grond van de in 2007 niet te verantwoorden gebleken hogere kosten en technische complexiteit, heeft het bestuur met spijt besloten hiervan voorlopig af te zien. Gedurende het ontwikkelingstraject is er wel draagvlak ontstaan voor een 0900-nummer. In 2009 is opnieuw onderzoek gedaan. Nu blijken er op de markt nieuwe mogelijkheden te zijn voor een 0900-nummer dat bruikbaar is voor de HUB. Vanuit landelijke PR en advertenties is het vermelden van één 0900-nummer dat voor de buitenwacht ook de komende jaren niet verandert wenselijk en mogelijk. In het landelijk coördinatorenoverleg in september 2009 werd de meerwaarde van één 0900 nummer onderschreven naast het behouden van de al in gebruik zijnde nummers bij een aantal RWU’s (Limburg, Midden-Nederland en Drenthe) of ter vervanging van de huidige aanmeldnummers bij de andere RWU’s. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode In december 2009 heeft het HUB-bestuur na een uitgebreide consultatieronde een besluit genomen over de invoering van een landelijk 0900-nummer. Hierbij heeft iedere RWU de mogelijkheid zijn eigen aanmeldnummer te behouden. Na één jaar zullen de ervaringen met het landelijke 0900-nummer worden geëvalueerd.
11
7. Oriëntatie op samenwerking met freelance uitvaartbegeleiders A. Uit de voorgaande beleidsplannen Er zijn in toenemende mate uitvaartbegeleiders, al of niet door de Stichting HUB opgeleid, die voor zichzelf beginnen en zich alleen willen inzetten wanneer ze op freelance basis betaald worden. Soms zijn het vrijwilligers die door de HUB zijn opgeleid en voor zichzelf gaan beginnen. Soms ook betreft het Humanistische Geestelijke Verzorgers die door de Humanistische Universiteit zijn opgeleid. Het bestuur wil via een enquête onder alle vrijwillige uitvaartbegeleiders meer zicht krijgen op gewenste ontwikkelingen op het vlak van vergoedingen en randvoorwaarden voor uitvaartbegeleiders die zich op vrijwillige basis willen blijven inzetten. Afgelopen jaren gerealiseerd: Opname in RWU-jaarverslagen van gegevens die de behoefte en noodzaak tot samenwerking met freelancers peilen. Voornemens 2009: De ontwikkelingen op de freelance markt nauwlettend volgen en hier zonodig op inspelen zonder onze missie en de dienstverlening van de HUB te schaden. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 De RWU- jaarverslagen 2008 gaven wat betreft samenwerking met freelancers hetzelfde beeld als in 2007: slechts incidenteel spelen de RWU’s, wanneer zij zelf de aanvragen voor uitvaartbegeleiding niet kunnen behandelen, deze door naar freelancers uit de regio. Om aan de vraag naar uitvaarten te kunnen voldoen, wordt soms een groot beroep gedaan op de uitvaartbegeleiders. Soms moeten er daardoor grotere reisafstanden worden afgelegd of wordt er een beroep gedaan op nabijgelegen RWU’s. Enkele RWU’s hebben een halt toegeroepen aan RWU-uitvaartbegeleiders die daarnaast ook op freelance basis uitvaarten deden. De enquête onder vrijwilligers geven geen aanleiding het vergoedingenbeleid te veranderen. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode De wenselijke doorstart van de RWU Noord Holland in 2010, waar een tekort aan vrijwillige uitvaartbegeleiders is, maakt het in deze regio noodzakelijk samen te gaan werken met een op freelance basis werkzame humanistisch uitvaartbegeleider als achterwacht voor die uitvaarten die niet door vrijwilligers kunnen worden gedaan. Met deze humanistisch uitvaartbegeleider wordt een samenwerkingsovereenkomst afgesloten, waarin wederzijdse rechten en plichten zijn vastgelegd. De positie en werkwijze van de vrijwillige uitvaartbegeleiders blijft daarbij ongewijzigd.
12
8. Samenwerking tussen de HUB en het Humanistisch Verbond A. Uit de vorige beleidsplannen Met de oprichting van de Stichting HUB in 2004 is de HUB zich geleidelijk aan tot een zelfstandige organisatie ten opzichte van het Humanistisch Verbond gaan ontwikkelen. In de jaren daarna heeft deze verhouding zich verder uitgekristalliseerd en zijn waar nodig nieuwe samenwerkingsafspraken gemaakt, zowel op het organisatorische en personele vlak als op het inhoudelijke vlak. Laatste jaren gerealiseerd: Heldere verantwoording en kostentoerekening van de inhoudelijke, administratieve en secretariële ondersteuning door het HV. Inhoudelijk wil het HV voor alle humanistisch dienstverlenenden voorzien in een inspirerend aanbod op levensbeschouwelijk terrein. Vanuit deze aspiratie organiseert het HV vanaf 2008 de landelijke themadag in samenwerking met een van de RWU’s en bekostigt deze voor de helft. Voornemens 2009: De themadag 2009 zal net als die in 2008 voor de helft van de kosten door het HV aan de HUB worden aangeboden om op deze wijze vorm te geven aan de levensbeschouwelijke inspiratie van de vrijwilligers. De HV-cursus humanisme zal regionaal aan de RWU’s worden aangeboden. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009 Het HV wil vanwege meer inzet op de geestelijke verzorging op een andere wijze de personele ondersteuning van de HUB invullen. Vanwege een gewenste kwalitatieve verbetering is in het overleg tussen HV en HUB gekozen voor één deeltijd HUB-medewerker, die de volgende taken vanaf 2010 vervult: secretariaat, coördinatie, PR en beleidsondersteuning. Naast deze nieuwe medewerker HUB, werkzaam vanuit het HV-bureau, worden nog een beperkt aantal uren PR, websitebeheer en personeelsmanagement afgenomen vanaf 2010. De themadag 2009 is georganiseerd door RWU-Zeeland in samenwerking met en voor de helft gefinancierd door het HV. Het thema ‘Levenskunst’ sluit aan bij de HUB en is een van de belangrijke speerpunten uit het meerjarenbeleidsplan van het HV. De lay-out van de uitnodiging gaf door een combinatie van HUB en HV-huisstijlen blijk van de coproductie. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode Het grootste deel van de werkzaamheden wordt vanaf 1 februari 2010 door een uitsluitend voor de HUB werkzame medewerker verricht. HV organiseert in samenwerking met de RWU Drenthe etc. de landelijke themadag 2010. HV biedt de cursus Humanisme –zonodig in aangepaste vorm - aan de RWU’s aan. Onderzoek naar hoe meer uitvaartbegeleiders in contact zijn/ blijven met het HV en daarmee met het humanisme als inspiratiebron, bijvoorbeeld door een gratis HV-lidmaatschap in het eerste jaar.
13
9. Opleiden van uitvaartbegeleiders A. Uit het beleidsplan 2008 Er is een duidelijke trend waarneembaar dat onze vrijwillige uitvaartbegeleiders zich minder lang willen binden. De motivatie van: vrijwilliger voor het leven verandert bij steeds meer mensen in: voor een bepaalde periode; zolang als ik het leuk vind of totdat ik een nieuwe uitdaging tegenkom. De gemiddelde uitvaartbegeleider is bij de HUB zo’n zes jaar actief is. Maar als je kijkt naar de landelijke trend in onderzoek naar vrijwilligers, dan moeten we rekening gaan houden met een kortere gemiddelde periode van zo’n vier jaar. Sommigen zullen langer blijven, anderen korter en helaas haken sommigen al tijdens of meteen na de opleiding af. Dit is eigen aan vrijwilligerswerk. Op een vrijwilligersbestand van 140 uitvaartbegeleiders, zoals we nu hebben, betekent het dat we per jaar circa 24 mensen in opleiding moeten hebben om een gelijk aantal vrijwilligers te houden en om de nu actieve vrijwilligers niet te zwaar te belasten. Hierdoor blijft het vrijwilligerswerk ook leuk! Meer mensen dan nu het geval is, zouden de HUB willen inschakelen, als we meer bekendheid aan onze dienstverlening geven. Behoeften en mogelijkheden verschillen per regio en daar gaan we zeker rekening mee houden. Uitgaande van een gewenste groei van gemiddeld 10 % per jaar, betekent dit dat we eigenlijk naar een opleidingscapaciteit van 38 nieuwe vrijwilligers per jaar moeten. Eén cursus biedt plaats aan 12 nieuwe vrijwilligers. Voor 2008 zijn drie cursussen gepland. Afgelopen jaren gerealiseerd: Intensivering van aanbod beginnerscursussen. Vanaf 2008 toerekening van de kosten per opleidingsplaats naar de desbetreffende RWU . Voornemens 2009: We werken toe naar een proef om de regionale werving te ondersteunen door korte stoppers in regionale kranten, die gericht verwijzen naar relevante pagina’s op de website. De rol van de website in de werving van aspiranten zal worden onderzocht. Dit doen we door belangstellenden bij wijze van experiment de mogelijkheid te geven via de website hun interesse voor dit werk aan te geven. B. Stand van zaken tot en met oktober 2009: Van januari tot en met oktober 2009 zijn er twee cursussen georganiseerd. In januari is een cursus van start gegaan met 8 deelnemers. In april ging een tweede cursus van start met 11 deelnemers. De cursus die voor augustus gepland stond is geannuleerd bij gebrek aan voldoende deelnemers. Er staat nog een cursus gepland voor november, waarvoor nu 6 deelnemers zich aangemeld hebben. C. Voornemens voor de komende beleidsperiode: De inspanningen om meer nieuwe vrijwilligers op te leiden worden voortgezet. Met name in de regio’s waar te weinig vrijwilligers zijn, krijgt werving van nieuwe vrijwilligers voorrang.
14
10. Financieel beleid en beheer Voor het financieel beleid en beheer wordt verwezen naar de nota ‘Wij zijn de Stichting’. Voor 2010 wordt daaraan toegevoegd: Er wordt verlenging aangevraagd voor de vrijstelling van BTW-heffing die de Stichting HUB per ministerieel besluit tot 1 juli 2010 heeft. Zodra de duidelijk is of de aanvraag tot verlening van vrijstelling wordt gehonoreerd of niet, zullen ook de financiële consequenties en de financiële administratie hierop worden aangepast.
15
