BIJZONDER VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN ONTWERP Zonnige Kempen, VMSW - Infrastructuur Rector de Ramstraat 2240 Zandhoven
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
1 / 18
INHOUDSOPGAVE 1
2
INLEIDING ............................................................................................................................. 3 1.1
Doel ......................................................................................................................................... 3
1.2
Toepassing (KB TMB art. 26) ................................................................................................... 3
1.3
Instrumenten ........................................................................................................................... 4
1.3.1
Coördinatiedagboek (CD) ................................................................................................ 4
1.3.2
Postinterventiedossier (PID) ............................................................................................ 4
1.3.3
Coördinatiestructuur (CS) ................................................................................................ 4
PROJECTGEGEVENS ............................................................................................................... 6 2.1
Algemeen................................................................................................................................. 6
2.2
Bouwheer ................................................................................................................................ 6
2.3
Ontwerper ............................................................................................................................... 6
2.4
Veiligheidscoördinator ............................................................................................................ 6
2.5
NAVB........................................................................................................................................ 6
2.6
FOD Arbeid, dienst Welzijn op het werk ................................................................................. 6
2.7
Aard van de werken: ............................................................................................................... 7
2.7.1
Kritieke fasen ................................................................................................................... 7
2.7.2
Verhoogd risico (volgens art. 26 §1 van het KB): ............................................................ 7
2.7.3
Project gebonden risico’s: ........................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.8 3
Coördinatiestructuur ............................................................................................................... 7
TAKEN VAN DE AANNEMER .................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 3.1 Kolom 1: Beschrijving van de uit te voeren werken m.b.t. de verhoogde en projectgebonden risico’s. ............................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
4
3.2
Kolom 2/3 : Beschrijving en evaluatie van de risico’s. ..... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.3
Kolom 4/5: preventiemaatregelen, te gebruiken beschermingsmiddelen en prijsopgave. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
ALGEMENE VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSRICHTLIJNEN ....................................................... 8
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
2 / 18
1 1.1
INLEIDING Doel
Het bijzonder veiligheids- en gezondheidsplan ontwerp (B-VGP-O) is het beknopte en meer specifieke veiligheidsdocument tijdens de ontwerpfase van dit project. Het bevat naast de algemene projectgegevens vooral de essentiële en projectgebonden risico’s en preventiemaatregelen ter voorkoming van de risico’s waaraan de werknemers kunnen blootgesteld worden als gevolg van de uitvoering van het werk en de activiteiten van de diverse partijen op de bouwplaats. Dit document is niet beperkend. Het is een aanvulling en/of wijziging van het algemeen veiligheidsen gezondheidsplan (ALGM. VGP). Dit algemene document, dat u steeds kan terug vinden op www.macobo.be (klik door naar Veiligheidscoördinatie) is ook van toepassing voor deze werf. Bij zijn offerte dient de hoofdaannemer verplicht een aantal documenten af te leveren (zie §Fout! erwijzingsbron niet gevonden.), die via de opdrachtgever terug bij de veiligheidscoördinator terecht komt. Hij maakt op basis van de kwaliteit van deze documenten een analyseverslag m.b.t. de veiligheid en de gezondheid op hetgeen bepalend kan zijn voor de eventuele gunning. Dit veiligheids- en gezondheidsplan is opgesteld conform de bepaling van het KB van 25 januari 2001 en zijn wijziging in het KB van 19 januari 2005 betreffende de tijdelijke en mobiele bouwplaatsen en conform de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvering van hun werk, en al haar addenda en uitvoeringsbesluiten.
1.2
Toepassing (KB TMB art. 26)
Een veiligheids- en gezondheidsplan is verplicht zodra er ten minste twee aannemers gelijktijdig of achtereenvolgens werken uitvoeren op de tijdelijke en mobiele bouwplaats voor tijdelijke of mobiele bouwplaatsen groter dan 500 m² (Macobo gebruikt dezelfde veiligheids- en gezondheidsplannen voor projecten met een oppervlakte kleiner dan 500 m²). bij werken met een verhoogd risico (graafwerken > 1,20 m, valgevaar > 5 m, drijfzand/slib, chemische/biologische agentia, ioniserende straling, hoogspanningslijnen of drukleidingen > 15 bar, verdrinkingsgevaar, ondergrondse/tunnelwerken, werken met duikuitrusting, overdruk, springstoffen, prefab-elementen) wanneer de vermoedelijke duur langer is dan 30 werkdagen indien het vermoedelijk werkvolume groter is dan 500 mandagen
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
3 / 18
1.3
Instrumenten
Naast het veiligheids- en gezondheidsplan, wat in dit document beschreven wordt, beschikt de veiligheidscoördinator over volgende instrumenten. 1.3.1 Coördinatiedagboek (CD) De inhoud van het coördinatiedagboek moet bijgehouden worden, d.w.z. periodieke werfverslagen stelselmatig bijgevoegd en andere documenten naar gelang de vooruitgang en evolutie van de werf. De verschillende aannemers moeten de documenten, of kopieën ervan – die hun werkzaamheden en installaties aanbelangen – spontaan en tijdig aan de veiligheidscoördinator overhandigen zodat deze het coördinatiedagboek behoorlijk kan beheren. De inhoud van dit document omvat : Namen en adressen van tussenkomende partijen De beslissingen, vaststellingen en gebeurtenissen in het belang van de veiligheid De opmerkingen aan de tussenkomende partijen en de gevolgen hiervan De opmerkingen van de aannemers en de gevolgen hiervan De tekortkomingen en maatregelen inzake veiligheid Verslagen van de veiligheidscoördinator De ongevallen Het systematisch bijhouden en aanvullen van het coördinatiedagboek is de verantwoordelijkheid van de veiligheidscoördinator en dient tevens als uitbreiding op het bijzonder veiligheids- en gezondheidsplan. 1.3.2 Postinterventiedossier (PID) Het postinterventiedossier is verplicht op alle bouwplaatsen waar coördinatie moet worden georganiseerd en wordt reeds bij aanvang geopend. Het dossier moet voor uitvoerders van eventuele latere werkzaamheden, nuttige documenten bevatten m.b.t. veiligheid en gezondheid, aangepast aan de kenmerken van het bouwwerk. De opdrachtgever dient het postinterventiedossier bij te houden. De veiligheidscoördinator draagt het postinterventiedossier over aan de bouwheer en maakt hiervoor een proces-verbaal op volgens art. 22 van het KB van 25 januari 2001. De inhoud van dit document omvat het volgende : Architecturale, technische en organisatorische elementen i.v.m. de verwezenlijking, instandhouding en onderhoud van het gebouw (As-builtplannen). Informatie voor uitvoerders van later te voorziene werkzaamheden bvb. onderhoud, herstellingen, vervangingen, ontmantelingen van installaties en/of constructie-elementen. De verantwoording van de materiaalkeuzes. Wat waren op het moment van de bouwfase de redenen om welbepaalde materialen te gebruiken. 1.3.3 Coördinatiestructuur (CS) Een coördinatiestructuur wordt opgericht op alle bouwplaatsen waarvan, hetzij, het vermoedelijk werkvolume meer dan 5000 mandagen bedraagt, hetzij de totale prijs van de werken, geschat door de bouwdirectie ontwerp, 2.500.000 EUR, BTW niet meegerekend, overschrijdt, en waar ten minste
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
4 / 18
drie aannemers gelijktijdig werken uitvoeren. De coördinator-verwezenlijking roept de coördinatiestructuur samen en zit deze voor. De coördinatiestructuur draagt bij tot de organisatie van de coördinatie inzake veiligheid en gezondheid op de bouwplaats door: Te zorgen voor de vereenvoudiging van de informatie en de raadpleging van de verschillende tussenkomende partijen evenals van hun onderlinge communicatie; Te zorgen voor een efficiënt overleg tussen de tussenkomende partijen omtrent de toepassing van de preventiemaatregelen op de bouwplaats; Te zorgen voor de regelgeving van elke betwisting of onduidelijkheid inzake de naleving van de preventiemaatregelen op de bouwplaats; Adviezen inzake veiligheid en gezondheid uit te brengen.
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
5 / 18
2
PROJECTGEGEVENS
2.1
Algemeen
Adres Projecttitel Dossiernummer Korte beschrijving Vermoedelijke startdatum
2.2
Bouwheer
Naam Contactpersoon Adres Telefoon Email
2.3
Grontmij Mechelen Sandra Dils Stationsstraat 51, 2800 Mechelen 015/45.13.00 – 0477/65.28.98
[email protected]
Veiligheidscoördinator
Firmanaam Contactpersoon Adres Telefoon Email Website
2.5
VMSW Koen Spitaels Koloniënstraat 40, 1000 Brussel 02 505 44 61
[email protected]
Ontwerper
Naam Contactpersoon Adres Telefoon Email
2.4
Rector de Ramstraat , 2240 Zandhoven Zonnige Kempen, VMSW, Rector de Ramstraat (Infrastructuur) WI 2008/1357/01 Infrastructuur Nog nader te bepalen
MACOBO bvba Dienst Veiligheid Schandooi 5, 2431 Laakdal Diesterstraat 6, 3980 Tessenderlo 013/460.420
[email protected] www.macobo.be
NAVB
Naam: Nationaal Actiecomité voor Veiligheid en Hygiëne in het Bouwbedrijf Adres: Sint-Jansstraat 4, 1000 Brussel Telefoon: 02/552.05.00 Email:
[email protected]
2.6
FOD Arbeid, dienst Welzijn op het werk
Te raadplegen via www.werk.belgie.be
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
6 / 18
2.7
Aard van de werken:
Volgens art.2 van het KB van 25/01/2001 i.v.m. de Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen zijn de geplande werken van dit project onderworpen aan betreffende wetgeving. Bijgevolg dient hiervoor een Veiligheidscoördinator ontwerp en uitvoering aangesteld te worden. 2.7.1 Kritieke fasen Dit zijn momenten waarop de veiligheidscoördinator uitvoering ten minste aanwezig dient te zijn op de bouwplaats voor zover hij/zij hiervan tijdig op de hoogte werd gebracht. Deze zijn oa. de startvergadering, momenten waarop er minstens 4 aannemers gelijktijdig werken uitvoeren en de werken met een verhoogd risico. Deze laatste worden voor dit project in volgende paragraaf beschreven. 2.7.2
Verhoogd risico (volgens art. 26 §1 van het KB):
x x
x
x
2.8
Verhoogd risico volgens art. 26 §1 van het KB Sleuven of putten met een diepte groter dan 1,2 m Valgevaar van 5m hoogte of meer Nabijheid van drijfzand of slib Blootstelling aan chemische of biologisch agentia Werk met ioniserende straling Werken in nabijheid van hoogspanningslijnen of – kabels of van leidingen onder een inwendige druk van 15 bar of meer Risico op verdrinking Ondergrondse werken en tunnelwerken Werkzaamheden met duikuitrusting Werkzaamheden onder overdruk Gebruik van springstoffen Montage en demontage van geprefabriceerde elementen
bij dit project
KLIP/KLIM kijken
Plaatsen elementen;
plannen
na
te
lijnvormige
Coördinatiestructuur
Coördinatiestructuur verplicht: Gezien er tenminste 3 aannemers gelijktijdig werken uitvoeren en de totaliteit van de werken het bedrag van 2.500.000 € (excl. btw) overschrijdt of het vermoedelijk werkvolume meer dan 5000 mandagen bedraagt is een coördinatiestructuur verplicht (art.37-39 KB25/01/2001). De coördinator-verwezenlijking zit de coördinatiestructuur voor en roept ze samen op eigen initiatief of op het gemotiveerd verzoek van een lid of van de met het toezicht belaste ambtenaar. Bijdragen tot de organisatie van de coördinatie op de bouwplaats:
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
7 / 18
zorgen voor de vereenvoudiging van o informatie o raadpleging van de verschillende tussenkomende partijen o onderlinge communicatie zorgen voor een efficiënt overleg tussen tussenkomende partijen omtrent de toepassing van de preventiemaatregelen zorgen voor de regeling van elke betwisting of onduidelijkheid inzake de naleving van de preventiemaatregelen adviezeren inzake veiligheid en gezondheid
In de praktijk zal de veiligheidscoördinator op regelmatige basis deelnemen aan de wekelijkse werfvergaderingen. Indien nodig zal hij een extra vergadering organiseren. Coördinatiestructuur niet verplicht: Coördinatiestructuur is niet van toepassing voor dit project.
3
ALGEMENE VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSRICHTLIJNEN
Hierna wordt een overzicht gegeven van mogelijke risico’s waarvoor bijgevolg preventiemaatregelen en verhoogde aandacht nodig zijn. Het zijn situaties die tot stand komen door de activiteiten van de (onder)aannemer en die een risico kunnen vormen voor werknemers van de desbetreffende aannemer, maar ook gevolg kunnen hebben voor latere projectfases of voor derden. De aangewende methodiek voor de uitvoering van de risicoanalyse is vrij te bepalen door de aannemer, doch dient minimaal te bevatten: - Een opdeling volgens werkfases. - Per werkfase een inventarisatie van de diverse arbeidsrisico’s die hiermee samengaan. - Een evaluatie van de diverse risico’s volgens een genormeerde cijfermatige methode (bv Kinney). - Per risico afhankelijk van de evaluatie de te nemen preventiemaatregelen. De risico-evaluatie van de Veiligheidscoördinator is opgebouwd uit 5 belangrijke delen, zoals hieronder weergegeven: I Nr.
II VERRICHTINGEN
III RISICO’S = MOGELIJKE ONGEVALSVORMEN
IV PREVENTIEMAATREGELEN INSTRUCTIES
ARBEIDSMIDDELEN
V R = RISICOInschatting VC K E R
Kolom I: Nummering: Nummering volgens het classificatiesysteem van de Veiligheidscoördinator. Kolom II: Verrichtingen - Arbeidsmiddelen: Opsomming van de bouwverrichtingen of gebruikte arbeidsmiddelen die bij dit bouwproject voorkomen.
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
8 / 18
Kolom III: Risico’s: Opsomming van de mogelijke risico’s die gepaard gaan met de bouwverrichtingen of gebruikte arbeidsmiddelen. Kolom IV: Preventiemaatregelen: Opsomming van de mogelijke preventiemaatregelen om de risico’s te elimineren of te reduceren. Kolom VI: Risico-evaluatie op basis van onderstaande methode Om een raming te maken van de omvang van een risico, kan worden nagegaan in welke mate er kans bestaat op schade. Voor de uitwerking van de risico-analyse wordt gebruik gemaakt van een methode, die werkt met een eenvoudig rankingsysteem. Hierbij wordt teruggegaan naar de definitie van het Risico: R = K x E, De factoren die bij de inschatting van het risico worden beschouwd zijn: De Kans (K) dat er een ongewenst effect optreedt; Het Effect (E) ofwel de ernstgraad van de schade. Hieronder zijn deze factoren weergegeven in de vorm van een getal en de daarbij horende risico-inschatting.
Zeer groot 4
Materiële schade 1-2
Kans (K) dat er een ongewenst effect optreedt Groot Aanwezig 3 2 Effect (E) ofwel de ernstgraad van de schade Letsel zonder Letsel met verzuim Blijvend letsel verzuim 3-4 5-6 7-8-9
Klein 1
Dood 10
De Risico-klasse (R-Klasse) bepaald de rangorde voor het plan van aanpak. Risico’s met R-klasse A moeten met de hoogste prioriteit behandeld worden. Het herhaaldelijk doorlopen van de totale risicobeoordeling levert inzicht op in de verandering van de Risico-klasses.
K X E = 0 - 10 K X E = 10 - 20 K X E = 20 - 30 K X E = 30 -40
R-klasse: rangorde voor het plan van aanpak R-klasse D R-klasse C R-klasse B R-klasse A
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
9 / 18
I Nr.
II VERRICHTINGEN
1
ARBEIDSMIDDELEN GRONDWERKEN ALGEMEEN
III RISICO’S = MOGELIJKE ONGEVALSVORMEN
IV PREVENTIEMAATREGELEN INSTRUCTIES
Val personen begane grond
Voorzien van vrije doorgangswegen in geval van een modderig terrein d.m.v. hout, zand, beton.
Val voorwerpen bij behandeling:
- Er mag niet gewerkt worden onder lasten in behandeling (elementaire veiligheidsregel).
in geval de werknemers zich bevinden in de draaicirkel van de betrokken machines
V R = RISICOInschatting VC K E R 2 3 D
2
8
C
2
9
C
- Gebruik van gekeurd aanslagmaterieel.
Val voorwerpen bij behandeling:
- Orde en netheid, goede opslag geboden.
Val van wapeningsstaal op de ijzervlechters tijdens het aanvoeren ervan
- Gebruik van gekeurd aanslagmaterieel.
Val van opgeslagen voorwerpen naast bouwput
Verbod van opslag van materiaal en materieel vlak naast bouwput.
2
5
C
Val voorwerpen bij andere gelegenheden:
Regelmatig onderhoud van de machine.
1
10
C
Inspanning, verkeerde tijdens de verplaatsing naar de plaats van actie
Orde en netheid geboden
2
5
D
Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling tijdens het werken met de schop
Stabiel en horizontaal werkvlak
2
5
D
Stoten tegen de machine
- Instellen van een afgebakende werkzone voor de machine.
2
8
C
2
10
B
Val van een machineonderdeel
- Verbieden van alle werk rondom de machine. Klemming, val,… tijdens het gebruik van
- Enkel gekwalificeerde bevoegden mogen gebruik maken van
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
10 / 18
klein en groot materieel (bv. graafmachines)
bouwmachines - Ter beschikking stellen van duidelijke gebruiksaanwijzing van de machine(s). - Toetsen van de operator naar zijn kennis van de gebruiksaanwijzing. - Controleren van de veiligheidsinrichtingen. Regelmatig onderhoud van de machine
2
RIOLERINGWERKEN ALGEMEEN
Blootstelling aan elektrische stroom en gasleidingen (ontploffingsgevaar) door het stoten tegen ondergrondse leidingen
Opvragen van de plans en opsporen van de ondergrondse leidingen (via www.klip.be)
2
10
B
Giftige stoffen door het afgraven van bezoedelde grond.
Onderzoek van de (chemische) kwaliteit van de grond.
2
2
D
Blootstelling aan het lawaai bij gebruik van bouwmachines.
Dragen van gepaste gehoorbescherming
4
4
C
Val van personen van hoger vlak.
- Toegang tot en het verlaten van de sleuf met behulp van een ladder
2
6
C
Adequate beschoeiing van de sleuf
2
6
C
Het dragen van de P.B.M., zoals veiligheidsbril
2
7
C
Val in sleuf
- Tijdelijk dichtleggen van sleuven met voldoende sterke platen - Afschermen van de tijdelijke sleuven met leuning van min 1m hoog Grondverzakking: - o.a. bij sleuven dieper dan 1,2 m Contact beweeglijke voorwerpen
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
11 / 18
- bij het doorzagen van leidingen Klemming:
Oplettendheid geboden
2
5
D
Gebruik van gekeurd aanslagmaterieel
2
10
B
Dragen van ademhalingsbescherming
2
6
C
Val in de vrijgemaakte opening voorzien voor de waterput
- Tijdelijk dichtleggen van opening met voldoende sterke platen
2
10
B
Val in onder water gelopen put+ verdrinking
- Afschermen van de tijdelijke opening met leuning van min 1m hoog
Val voorwerpen bij behandeling
Gebruik van gekeurd aanslagmaterieel
2
10
B
Coördinatie tussen kraanman en begeleider
2
5
D
- tussen leidingen - tussen leiding en sleuf 2.2
Tanks
Val voorwerpen bij behandeling - losschieten van de tank tijdens het inleggen Teren van de opslagtank: contact met giftige en irriterende stoffen: hoofdpijn, misselijkheid
2.3
Waterput, Septische put
- losschieten van de prefab-put of de bouwmaterialen tijdens het aanvoeren en/of inleggen. Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling: - tijdens het geleiden van de materialen naar de bouwput 2.4
Nutsleidingen
Zie tevens deel ‘B.2. Werfinrichting’,
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
12 / 18
Contact beweeglijke voorwerpen
- Afschermen van bouwput met leuning met kantlijst
- gevaar van vallende voorwerpen voor de arbeiders in de bouwput
- Gebruik van PBM’s (o.a. helm)
Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling:
3
7
B
2
5
D
2
10
B
2
10
B
- bij het werken met de schop
3.
3.1.
WEGENWERKEN ALGEMEEN
Uitgraven voor de fundering
Gevaar van explosie bij het beschadigen van ondergrondse leiding
- Opvragen van de plans met ondergrondse leidingen
Blootstelling aan elektrische stroom bij het beschadigen van ondergrondse kabels
- Opvragen van de plans met ondergrondse leidingen
Val personen op begane grond: tijdens verplaatsing op modderig of hinderlijk terrein
Onmiddellijk opruimen en afvoeren van alle puin en hindernissen
2
4
D
Treden op voorwerpen: struikelen over aanwezige obstakels
Wegnemen van de overbodige obstakels
2
4
D
Gevaar van explosie bij het beschadigen van ondergrondse leiding
- Opvragen van de plans met ondergrondse leidingen
2
10
B
Blootstelling aan elektrische stroom bij het beschadigen van ondergrondse kabels
- Opvragen van de plans met ondergrondse leidingen
2
10
B
Grondverzakking:
Zie “Grondwerken”
2
10
B
- Detecteren en aanduiden van de ondergrondse ligging
- Detecteren en aanduiden van de ondergrondse ligging
- Detecteren en aanduiden van de ondergrondse ligging
- Detecteren en aanduiden van de ondergrondse ligging
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
13 / 18
- b.v. bij hellende terreinen
3.2.
Nivelleren -profileren
Val voorwerpen bij behandeling
- Gebruik van gekeurd aanslagmaterieel
2
10
B
- afvallen van materialen van kranen, bulldozers,…
- Dragen van PBM’s (o.a. helm en handschoenen) in de nabijheid van machines
Inspanning, verkeerde beweging bij het ontwijken van obstakels
Oplettendheid geboden
2
5
D
Contact beweeglijke voorwerpen:
Oplettendheid geboden
3
9
B
Val voorwerpen bij behandeling
- Geen werkzaamheden uitvoeren in de gevarenzone
2
9
C
- val van materiaal van de vrachtwagen
- Een duidelijke signalering van de gevarenzone
Contact beweeglijke voorwerpen
- Dragen van PBM’s (o.a. helm)
3
10
A
- contact met bak van de kraan of bulldozer
- Afstand houden t.o.v. de machine (meer dan 0,8 m) 2
5
D
2
10
B
2
8
C
- contact met de nivelleuse - contact met de pneumatische verdichter 3.3.
Aanbrengen fundering (koffer)
Inspanning, verkeerde beweging bij het werken met de schop 3.4.
Aanbrengen boordstenen
Val voorwerpen bij behandeling
-
Verboden te werken onder lasten Dragen van veiligheidshelm en -schoenen
- val van een boordsteen op de arbeider
Contact beweeglijke voorwerpen
Dragen van PBM’s (o.a. bril)
- bij het doorslijpen of –zagen
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
14 / 18
3.5.
Aanbrengen slibvangers
Inspanning, verkeerde beweging bij het verplaatsen van de boordstenen
- Gebruik van hulpstukken (klem)
2
5
D
Lawaai
Dragen van gehoorbescherming
1
4
D
Val voorwerpen bij behandeling
Verboden te werken onder lasten
2
10
B
- Gebruik van hulpstukken (klem)
2
5
C
- Steeds met 2 personen verplaatsen
- val van een slibvanger op de arbeider Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling :
- Steeds met 2 personen verplaatsen
- bij het verplaatsen van de slibvangers 3.6.
3.6.1
Aanbrengen oppervlaktebedekking Klinkers Kasseien Natuursteen
Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling en stereotype houdingen tijdens plaatsen van de tuintegels/klinkers/kasseien (rugklachten)
Regelmatig van houding veranderen
2
5
D
Val voorwerpen bij behandeling
- Gebruik van gekeurd aanslagmateriaal
2
10
B
- tijdens het afnemen van de paletten met tuintegels/klinkers
- Dragen van veiligheidshelm en -schoenen
Klemming tussen dal en dalschaar
Oplettendheid geboden
2
8
C
Contact beweeglijke voorwerpen
Dragen van PBM’s (o.a. bril en handschoenen, hittebestendige kledij)
2
7
C
-
door het wegspringen van deeltjes steen projectie van gensters tijdens het doorzagen van het materiaal
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
15 / 18
3.6.2
Beton
Klemming tussen kasseien
Oplettendheid geboden
2
4
C
Contact beweeglijke voorwerpen
Afstand houden t.o.v. de machine (meer dan 0,8 m)
2
10
B
Afstand houden t.o.v. de machine (meer dan 0,8 m)
2
10
B
Contact met asfalt
Dragen van hittebestendige kledij en handschoenen
2
6
C
Contact met giftige stoffen:
- Dragen van PBM’s (ademhalingsbescherming, handschoenen, bril, hitte bestendige veiligheidsschoenen...)
2
4
D
Dragen van P.B.M. (o.a. veiligheidsbril en handschoenen)
2
10
B
- Dragen van PBM’s (o.a. handschoenen, veiligheidsschoenen)
2
10
B
Contact beweeglijke voorwerpen
- Geluidssignaal op vrachtwagen bij het achteruitrijden
2
10
B
- contact vrachtwagen – arbeider
- Organisatie van de verkeerscirculatie
- contact met de steenslag
- Snelheidsbepalingen
- contact machine/arbeider 3.6.3
Asfalt
Contact beweeglijke voorwerpen - contact machine/arbeider
- inademen van de wasems - irritatie of zelfs verbranden van de handen
3.6.4
Steenslag
Contact beweeglijke voorwerpen
- Rekening houden met de windrichting
- contact vrachtwagen – arbeider - contact met de steenslag 3.6.5
Dolomiet
Contact beweeglijke voorwerpen - contact vrachtwagen – arbeider - contact met de dolomiet
3.7.
Wegsignalisatie
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
16 / 18
Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling:
Oplettendheid geboden
2
5
D
Giftige stoffen:
- Dragen van PBM’s (handschoenen, bril, ...)
2
4
D
- opname via huid en ademhaling
- Rekening houden met de windrichting
Val personen van hoger vlak:
- Gebruik van hoogtewerker, degelijk afgeschermd.
3
10
A
- indien bovenaan de lichtmast moet gewerkt worden
- Dragen van veiligheidsharnas
Val voorwerpen bij behandeling
- Afbakenen valzone
2
9
C
- door het vallen van de verlichtingspaal
- Oplettendheid geboden
Alleen bevoegd personeel mag de leidingen aansluiten
2
10
B
Oplettendheid geboden
2
5
C
Val voorwerpen bij behandeling
- Oplettendheid geboden
2
10
B
- bij het afladen van de vrachtwagen
- Dragen van veiligheidshelm en -schoenen
- bij het plaatsen van de verkeerstekens 3.8.
3.9.
Wegmarkering
Wegverlichting
- Direct degelijk vastzetten van de paal Blootstelling aan elektrische stroom: - bij het aansluiten 4.
OMHEINING
4.1.
Aanvoeren materialen
Val personen begane grond: Tijdens het verplaatsen van het materiaal naar de plaats van bestemming
- bij het verplaatsen naar de plaats van bestemming
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
17 / 18
4.2
Uitgraven (en funderen)
Inspanningen, verkeerde bewegingen bij behandeling: bij het uitgraven van de put voor paalfundering of het boren met de hand
De bediening van de handboorhendel met twee personen
2
5
D
4.3
Invoeren materialen
Val voorwerpen bij behandeling:
Oplettendheid geboden
2
8
C
Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling: bij het behandelen van de samenstellende delen
Steeds met 2 personen de volumineuze lasten verplaatsen
2
5
D
Inspanning, verkeerde beweging bij behandeling:
Steeds met 2 personen de last verplaatsen bij te zware pijlers
2
5
D
- val van het materiaal
4.3.1
-
beton
- bij het (ver)plaatsen van de pijlers 4.3.2
-
hout
Splinters in de handen
Dragen van handschoenen
3
3
D
4.3.3
-
staal
Projectie van gensters in de ogen tijdens het inkorten van het staal (slijpschijf)
Dragen van veiligheidsbril
3
8
B
Val personen begane grond:
Oplettendheid geboden
2
3
D
Respecteren van de voorschriften volgens de instructies van de leverancier
2
3
D
Oplettendheid geboden
2
5
C
4.4.
Aanbrengen en aanspannen omheiningdraad
- verlies van evenwicht tijdens het manueel aanspannen van de draad Contact beweeglijke voorwerpen - losschieten van de draad Klemming: - klemming tussen spanningsklem
B-VGP_Ontwerp, Zonnige kempen, VMSW, Rector de Ramstraat - Infrastructuur, 2240 Zandhoven
18 / 18