Bijlagen.
21.
1—2.
Tweede Kamer.
,
Nota betreffende den ec n> misehen toestand.
21.
1.
B R I E F VAN DEN M I N I S T E R VAN E C O N O M I S C H E ZAKEN.
Aan den Heer Voorzitter van de Tweede der Staten- Generaal.
Kamer
's-Gravenhage, 27 September 1930.
In de vergadering van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 4 September jl. deed ik naar aanleiding van een desbetreffende opmerking in het Verslag betreffende wetsontwerp N°. 529, Wijziging en verhooging van het tiende hoofdstuk van de liijksbegrootmg voor het dienstjaar 1939, de toezegging, zoodra de toestand wat overzichtelijker zou zijn geworden, aan de Volksvertegenwoordiging over te leggen een nota nopens den economischer! toestand van ons land gedurende de eerste periode na de mobilisatie. Vooruitloopende op die nota heb ik de eer U Hoogedelgestrenge reeds thans een korte opsomming te doen toekomen van de maatregelen op economisch gebied, die onmiddellijk na de mobilisatie werden genomen. De Minister
van Economische
Zaken,
STEENBERGHE.
21.
2.
Nota betreffende de tot medio September genomen buitengewone maatregelen op economisch gebied.
Op het tijdstip, dat de internationale verhoudingen zoo dreigend waren geworden, dat tot algemeene mobilisatie van 's lande weermacht moest worden besloten, waren door de Regeering reeds op uitgebreide schaal regelingen voorbereid, die het mogelijk maakten op korten termijn te komen tot een doeltreffende organisatie van de economische verdediging der Nederlandsche volkshuishouding. Herinnerd zij in dit verband aan de wet van 30 September 1938 (Staatsblad n". 689C) houdende voorzieningen ten behoeve van de voedselvoorziening in tijden van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden en de voorbereiding daarvan, alsmede aan de acht noodwetten van 24 Juni 1939, welke in de plaats kwamen van de overeenkomstige wetten van 30 September 1938. te weten: de Prijsopdrijvings- en hamsterwet 1939, de Distributiewet 1939. de Algemeene Vorderingswet 1939, de Wet medeHandelingen der Staten-Generaal.
Bijlagen.
1939—1940.
werking verdedigingsvoorbereiding 1939 di Zeeschepenvo ringswet 1939, do Wet behoud scheepsruimte 1939, di Zei - en ; luchtvaartverzekeringswel 1939 en de Bodemprod wet 1939. Deze negen wetten, die aan de Regeering de ro< n . wettelijke bevoegdheden verschaffen om bij het intreden van buitengewone omstandigheden onmiddellijk de noodigi vi rzieningen te treffen, vormen de basis van de economische verdedigingsmaatregelen, welke thans zijn en worden getroffen. Een belangrijk onderdeel van de voorbereidende werkzaamheden werd verzorgd door de Afdeeling Middenstand, n.1. de distributie van levensmiddelen en huishoudelijke artikelen aan dei: consument. Door reeds in vredestijd de nood-distributiekaarten en de daarbij behoorende instructies gereed te leggen werd de mogelijkheid gescbapen zoo noodig op zeer korten termijn over te gaan tot rantsoeneering van bet verbruik' van bepaalde artik-elen. Tevens werd een volledige distributieregeling voorbereid. Ten einde in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden een zoo goed mogelijk functionneeren van industrie en handel te kunnen waarborgen, werd twee jaren geleden bij de Afdeeling Nijverheid het bureau Economische Verdedigingsvoorbereiding ingesteld. Dit bureau, dat o. m. tot taak had de bestudeering van liet vraagstuk van de grondstoffenvoorziening der industrie, heeft gedurende genoemd tijdvak een uitgebreide documentatie verzameld en contact gelegd met allerlei organisaties van belanghebbenden. Een overeenkomstige taak werd met betrekking tot de voorziening van levensmiddelen vervuld door het eveneens twee jaar geleden opgerichte Rijksbureau Voorbereiding Voedselvoorziening in Oorlogstijd, dat mede de maatregelen voorbereidde om in geval van nood terstond het geheele landbouw-crisisapparaat op de voedselvoorziening over te schakelen. Ook op het gebied van de bodemproductie en van de scheepvaart weiden gedurende de afgeloopen maanden voorbereidingen getroffen. Ten einde de werkzaamheden aan het Departement van Economische Zaken te coördineeren werden de leiders van noemde instanties vereenigd in den, in September 1938 opgerichten Economischen Defensieraad, waarvan de ondergeteekende voorzitter is en de Secretaris-Generaal liet onder-voorzitterschap bekleedt. Het interdepartementaal contact werd zeer vergemakkelijkt, doordat de vergaderingen van den Raad geregeld werden bijgewoond door vertegenwoordigers van de Departementen van Defensie, Binnenlandsche Zaken en Financiën, alsmede van het Regeeringscommissariaat voor de industrieele verdedigingsvoorbereiding van het Departement van Defensie. Dank zij de aldus verrichte voorbereidende werkzaamheden konden gedurende de eerste helft van de maand September, op basis van de hierboven genoemde noodwetten, reeds verschillende maatregelen worden getroffen. Deze maatregelen betreffen in (K' eerste plaats de eonstitueering van diverse uitvoerende instanties. Voorts was het noodzakelijk een beeld te krijgen van de situatie, zooals die bestond op het oogenblik, dat de noodzaak van ingrijpen zich manifesteerde. Ten slotte kon reeds op verscheidene punten tot regelend ingrijpen worden overgegaan, o. a. door het instellen van nieuwe in- en uitvoermonopolies en het uitvaardigen van uitvoerverboden. De totale verandering van de economische positie van ons land, waardoor een gedeelte van de oude werkzaamheden der Overheidsdiensten kon vervallen doch anderzijds een nieuwe taak moest worden vervuld, alsmede de omstandigheid, dat een groot aantal ambtenaren werd gemobiliseerd, hebben uiteraard tot gevolg gehad, dat op groote schaal moest worden overgegaan tot interne reorganisatie van het Departement. Zoo werden van de ongeveer 90 ambtenaren, waarover de Afdeeling Nijverheid in normale tijden beschikt, 25 door de mobilisatie aan de werkzaamheden onttrokken. Inmiddels werd een 35-tal nieuwe krachten, voor het grootste deel gerequireerd uit andere deelen van den Rijksdienst, tijdelijk op de genoemde afdeeling tewerkgesteld. Een overeenkomstige versterking van de bezetting was
21.
2.
Nota betreffende den economischen toestand. noodig bij andere afdeelingen, die met een onderdeel der nieuwe i lamheden zijn belast. Het behoeft geen betoog, dat het ambtelijk apparaat door den toevloed van werkzaamheden, de plotselinge reorganisatie en de vernieuwing van personeel onder grooten druk is geplaatst, temeer daar de normale werkzaamheden, zij het dan tot het strikt noodzakelijk'.' beperkt, eveneens voortgang moeten hebben. Dientengevolge is in de afdoening van sommige zaken eenige onvermijdelijke achterstand ontstaan. H e t streven van den cndergeteekende is er echter op gericht een normaal functionneeren van den dienst te verzekeren. Tn dit verband kan met waardeering de groote mate van nu dewerking worden geconstateerd, die van alle lagen der bevolking werd ondervonden bij het invoeren van maatregelen, die de vrijheid van het economisch leven allerwegen beperken. De ondergeteekende wenscht speciaal zijn voldoening te uiten over In 1 feit, dat ditmaal in tegenstelling tot 1914 verschijnselen van paniek geheel zijn achterwege gebleven en dat het publiek, door in het algemeen ten volle zijn medewerking te verleenen aan de dooi' de Regeering uitgevaardigde maatregelen, de effectiviteit der prijsopdrijvings- en hamsterverboden verzekerd heeft. De ondergeteekende is er zich ten volle van bewust, dat vrijwel alle bedrijfstakken als gevolg van de buitengewone omstandigheden en de op grond daarvan noodzakelijk getroffen maatregelen voor groote moeilijkheden zijn geplaatst. H e t streven van den ondergeteekende is er vanzelfsprekend op gericht om zooveel mogelijk de moeilijkheden te verlichten, doch men zal begrijpen, dat het niet mogelijk is om terstond op alle individueele wenschen, verzoeken, enz. in te gaan. Thans volgt een summier overzicht van de tot dusverre getroffen maatregelen, in hoofdzaak gerangschikt naar de instanties, die met de uitvoering zijn belast. I.
Maatregelen op het gebied der voedselvoorziening.
Aanstonds is aangevangen met inventarisatie van landbouwproducten, veestapel en veevoeder bij iederen akkerbouwer en veeteler, ten einde zoowel de totale behoefte aan veevoeder als de oogstvoorraden te leeren kennen, o.a. met het oog op distributie van de beschikbare voorraden. In aansluiting hieraan zijn voor een groot aantal producten, voor de voeding van mensch en dier van belang, de voorraden bij handel en industrie nomen. Hel was onvermijdelijk gedurende de eerste dagen een algeheel verbod van aflevering en vervoer van de voor inventarisatie aangewezen producten af te kondigen, uiteraard met voldoende mogelijkheid tot verkrijging van dispensatie in noodgevallen. Ware zulk een verbod achterwege gebleven, dan zou de voor-raadsopname zeer zijn bemoeilijkt, wellicht illusoir zijn geworden. Dit algeheel verbod, hetwelk natuurlijk voor betrokkenen allerlei — overigens onvermijdelijke — moeilijkheden opleverde, is inmiddels voor vele producten al dan niet voorwaardelijk ingetrokken. Naai' gelang zulks door het treffen van nadere maatregelen mogelijk wordt, zal het afleverings- en vervoersverbod ook verder worden verzacht of opgeheven. In den aanvang was tevens elke be- of verwerking van aan inventarisatie onderworpen producten verboden, tenzij voor zeer speciale gevallen toestel mi iing was verkregen van daartoe aangewezen instanties. Ileeds na enkele dagen kon. behoudens de navolgende uitzondering, algemeene ontheffing van dit verbod worden en, mede geldend voor op geoorloofde wijze na de tarisatie naar het bedrijf vervoerde goederen. Van deze algemeene dispensatie werd uitgesloten alle verwerking tot veei-, waarvoor door de nieuw opgerichte Afdeeling Veevoederdistributie van het Rijksbureau Voedselvoorziening in Oorlog--tijd in samenwerking met een economische en een technische mengvoedercommissie nadere regelen worden opge-leid en ten deele reeds in praktijk gebracht. Tn dit verband kan nog worden opgemerkt, dat ter verkrijging van een eenvoudige, uitvoerbare distributieregeling, welke tevens een opti-
maal economisch gebruik van de beschikbare voedermiddelen waarborgt, voor de voedering van groot- en klein vee zooveel mogelijk standaardmengvoeders zullen worden verstrekt. Voor zoover niet reeds op grond van de Landbouw-Crisiswet 1933 in- en uitvoer van voedingsproducten van eenig belang waren gemonopoliseerd, is zulks gelijktijdig met de afkondiging der mobilisatie geschied; hierdoor is bereikt, dat thans alle inen uitvoer op voedingsgebied wordt gecontroleerd door de verschillende centrale landbouw-crisis-organen, de z.g. Oentrales, welke alle bij de economische defensiemaatregelen volledig zijn ingeschak-eld. Een andere belangrijke maatregel heeft betrekking op den aankoop in het buitenland resp. den aanvoer naar Nederland van voedingsgrondstoffen voor mensch en dier. Aangezien de ontwikkeling van den internationalen toestand thans nog niet kan worden overzien en de noodzaak van centralen aankoop in het buitenland spoedig naar voren kan treden, is in overleg met de betrokken groepen belanghebbenden als onderdeel van de Nederlandsche Akkerbouw-Centrale een centraal inkoopbureau (officieele n a a m : Graan-inkoop-Bureau) opgericht, hetwelk alle belangrijke te importeeren voedingsgrondstoffen omvat en waaraan voor elk product of voor elke productengroep deskundigen uit de kringen van den particulieren handel en de coöperaties zijn verbonden. In dit orgaan, dat reeds werkt, zal, naarmate de omstandigheden daartoe dwingen, inkoop en aanvoer van de betreffende artikelen worden samengetrokken ') Het lag in de bedoeling een en ander zoo lang mogelijk via de normale handelskanalen te doen plaats hebben. In de practijk is echter gebleken, dat dit voor den aanvoer niet gemakkelijk te verwezenlijken was. Hetzelfde principe, n.1. het gebruik maken van de normale kanalen, zit voor bij de distributie van de ingenomen granen. Hier lijkt het streven om het bedrijfsleven in normale banen te houden veel beter te verwezenlijken. Binnen het kader der algemeene landbouw-crisis-organisatie was in vredestijd voorzien in de aanwijzing bij mobilisatie van 11 Provinciale Voedselcomrnissarissen, zijnde op een enkele uitzondering na dezelfde personen, die sinds 1937 provinciaal aan de voorbereidende maatregelen medewerkten. Deze Voedselcomrnissarissen zijn thans in functie en treden, ieder in zijn provincie, op in naam van den Leider van het Rijksbureau Voedselvoorziening in Oorlogstijd: iedere commissaris werkt op zijn beurt met eveneens officieel benoemde Plaatselijke Bureauhouders, die plaatselijk, te weten ieder in het hem toegewezen district, de maatregelen uitvoeren. Deze organisatie is voornamelijk bedoeld voor de zuiver agrarische maatregelen. Aan het Rijksbureau Voedselvoorziening in Oorlogstijd is mede opgedragen in mobilisatie- en (of) oorlogstijd leger en vloot te voorzien van levensmiddelen voor mensch en dier. I n den voorbereidingstijd is hiertoe met de Hoofdintendanten van Land- en Zeemacht het noodige overleg gepleegd en is een juiste inschakeling van de betreffende Centrales en de Provinciale Voedselcomrnissarissen verkregen. De voorziening van den landbouw met kunstmest wordt geregeld door de bij het Rijksbureau Voedselvoorziening in Oorlogstijd opgerichte Afdeeling Kunstmestdistributie.
II. Maatregelen met betrekking tot de bodemproductie. De tijdsomstandigheden, welke beperking en zelfs afsnijding van den invoer van bodemproducten mede kunnen brengen, maken het noodig de voedselproductie voor mensch en dier in bepaalde banen te leiden. In de eerste plaats zal het streven erop gericht moeten zijn de teelt van die gewassen te stimuleeren, welke niet in voldoende m a t e worden v-oortgebracht om de binnenlandsche consumptie te dek-ken. b.v. tarwe. •) De centralisatie en controle van den invoer ingevolge de Invoernoodwet 1930 znl geschieden door pen orgaan, naar welks aanwijzingen ook het Graan-inkoop-Bureau zich zal hebben te richten.
21.
2.
Nota betreffende den economischen toestand. a aanzien van de productie van veevoeder zal de actie van tl landbouwvoorlichtingsdienst, welke reeds jaren gaat in de richting van eigen veevoederbouw en van rationaliseering van bet gebruik der weilanden, krachtig worden voortgezet. Daarnaast kan het wenschelijk zijn in het bijzonder die gewassen te verbouwen, welke eventueel zouden kunnen dienen als ruilobject met het buitenland voor goederen, die hier te lande onvoldoende worden geproduceerd en waaraan niettemin behoefte bestaat. Ten einde met de uitvoering van dit programma ecu begin te kunnen maken, zal de mogelijkheid worden geopend teeltgeboden en -verboden uit te vaardigen en scheuring van grasland te gelasten. De veeteelt zal voorshands beheerscht blijven door de bestaande wettelijke regelingen. Daar met het oog op de groote plaatselijke verschillen en de steeds wisselende omstandigheden een uniforme en stringente regeling niet kan worden voorgeschreven, zal de ondergeteekende de uitoefening van de bevoegdheid tot regelend ingrijpen, binnen het kader van nader vast te stellen algemeene richtlijnen, delegeeren aan den Regeeringscommissaris voor de Bodemproductie en aan Productiecommissarissen. Een door hen gegeven voorschrift zal echter steeds door den ondergeteeki i i< kunnen worden vernietigd, door welke regeling voor de belanghebbenden bet recht van hoogei beroep in het leven kan worden geroepen. III.
Maatregelen ten behoeve van «e visscherij.
De werkzaamheden ten opzichte van de visscherij zijn in de i plaats e r o p gericht, hel wederuitvaren van de visschersvloot, welke thans nog grootendeels is stilgelegd, te bevorderen. Inmiddels zijn maatregelen getroffen, om den opvarenden, eigenaars en reeders van visschersvaartuigen een zoo ruim mogeorlichting inzake het mijnengevaar te geven, waarbij de Nederlandsehe Visscherijcentrale nauw contact houdt met het eau Zeeverkeer, ressorteerende on,lcr het Departement van Defensie. De mogelijkheid van verzekering ingevolge de Zee- en luchtvaartverzekeringswet 1989 is in het algi meen ook voor de zeevisschersvaartuigen opengesteld. Tiet verbod tot uitvoer en overdracht van schepen ingevolge de Wet behoud scheepsruimte 1939 is eveneens op zee- en kustvisschersvaartuigen van toepassing. Gedurende den tijd, dat de Nederlandsehe vloot niet in de behoefte voorziet, is de invoermogelijkheid verruimd. De in- en uitv e r van de meeste vischsoorten en -producten is gemonopoliseerd. Tevens is aan houders van niet aan spoedig bederf onderhevige vischsoorten de plicht opgelegd van hun voorraden acute doen, ten einde aldus een overzicht van de hier te ie beschikbare hoeveelheden te verkrijgen. IV.
Maatregelen met betrekking tot de industrie.
Terstond na het intreden van de mobilisatie werd een aanvang gemaakt met de algeheele reorganisatie van de Afdeeling Nijverheid van het Departement van den ondergeteekende, ten einde haai' in staat ie stellen evenals in vredestijd coördinerend op te treden ten aanzien van de Regeeringsbemoeiïngen mei iic industrie. Deze reorganisatie van den internen dienst werd in hooge mate vergemakkelijkt doordat reeds geruimen tijd geleden binnen het kader van het bureau Economische Verdedigingsvoorbereiding kern-bureaux waren gevormd voor verschillende belangrijke bedrijfstakken in Nederland. Door den arbeid van die bureaux (waarin, naast la I bedrijfsleven ook hel Departe nt was vertegenwoordigd), stond in alge. lijnen vast, wat in geval van oorlog of mobilisatie voor den betreffenden bedrijfstak zou moeten geschieden. In de dagen, dat de interne reorganisatie van de Afdeeling V i'heid haai beslag kreeg, werd teven- een nieuwe externe organisatie gecreëerd in den vorm van een groot aantal Rijks. ux, ieder belast niet den zorg vooreen bepaalden industrietak. Hierbij kon in verschillende gevallen een beroep worden
g e d a a n O]
S. ] 'e Rijkl I
waarvan een lij dez nota : > • geduid naar het voornaamste product van den betreffenden bedrijfstak. In verschillende gevallen was het noodig het Rijksbureau onder te verdeden in secties, die elk een belangrijk afgerond onderdeel behandelen en veelal ook onde staan van een afzonderlijken directeur. Met de Rijksbureaux wordt thans dat deel van het industrieele apparaat, wai directe maatregeien in verband met den internationalen toestand noodzakelijk waren, bestreken. De functie, welke deze Eijksbureaux hebben te vervullen', bestaat in het zoo goed mogelijk verzekeren van de voorziening der volkshuishouding met de onmisbare producten en grondstoffen. Daartoe zijn zij er in de eerste plaats toe overgegaan de belanghebbenden in te schrijven en de aanwezige voorraden bij den handel en de industrie op te nemen. Hun voornaamste taak " om zoo noodig de verdeeling van de b< hoeveelheden grondstoffen, half-fabrikaten en producten over handel en industrie te regelen, in overeenstemming met de en der \ houding. D< b oegdheid tot dil optreden ontleenen de : bureaus aai ' • : hill ad volgi d< : fcrib • •., : L939, v aarbij hoe totsiandk< i ' .•". ' • i ' >• '. ;,:, [n .-.. .i-e . allen i-- di ' >,i; i id | geven tot ^"",; od vai ervi r, verwerking, of verkoop, evenwel met inachtneming van een algemeenen dispensatietermijn. Gedurende dezen termijn hebben de Rijksbureaux gelegenheid den toestand onder oogen te zien en het verdeelingsplan vast te stellen. Met de leiding van de, dagelijksche zaken van elk Rijksbureau is een directeur belast. Aan elk afzonderlijk Rijksbureau en veelal ook aan de daaronder ressorteerende secties is een Commissie van Bijstand verbonden. Deze Commissies staan tusschen den directeur van het Rijksbureau en het Departement. Haar taak bestaat in het verstrekken van lïchtaan den directeur en hel uitbrengen van adviezen aan I mdergeteekende, r wien zij verantwoordelijk zijn voor den gang van zaken in het Rijksbureau. Van belang is hier te vermelden, dat in ruime mate het bedrijfsleven zelf is ingeschakeld. Dit moge reeds blijken uit het feit, dat in bijna alle gevallei oo1 bi di I \ an het Rijksi al ' i de Commissie van Bijstand een persoon uit het bedrijfsleven is benoemd. In de Commissies van Bijstand zijn verscheidene vertegenwoordigers uit den betreffenden bedrijfstak opgenomen, alsmede een ambtelijke vertegenwoordiger van het Departement van Defensie. van het Departement van Economische Zaken en, indien daartoe aanleiding is, ook van andere betrokken Departementen. Het dagelijksch contact met het Departement van Keonomische Zeken wordt onderhouden door verbindingsambtenaren, die vanwege het Departement voorloopig op de Rijksbureaux zijn gedetacheerd. Een doelmatige verdeeling der beschikbare grondstoffen kan uileraard niet worden verkregen zonder het treffen van de noodige maatregelen omtrent in- en uitvoer. Deze bemoei dienen er op gericht te zijn eenerzijds van de nog bestaande elijkheden tof invoer zoo goed mogelijk gebruik te maken, misbare eren te contröl Wat dit laatsl betreft ; s de noodzaak gebleken terstond gebruik tn beid Ige de Uil verbodenwet 1914 om den uitvoer van een lange reeks van producten te verbieden. Zoover dit met het oog op het landsbelang mogelijk is. worden aan exporteurs op aanvrage disp nsaties titvoen I verleend. De et de heelt het Crisis-Uitvoer-Bureau met de administratie van de uitvoerverboden belast. Uiteraard wordt er nauw contact onderhouden tusschen dit Bureau en het Departement van Economische Zaken, hetwelk o.a. op grond van zijn centrale p ten opzichte van de eerder genoemde Rijksbureaux het beste kan oordeelen over de opportuniteit van het toelaten van bepaalde exporten.
21.
2.
Nota betreffende den economiscben toestand. Ten
.'- zien van de maatregelen, welke noodig zijn gebleken ran den invoer, moge worden verwezen naar de behai lelii in de Staten-Generaal van de kortelings afgekondigde Invoel i dwel i ; :- ; . Deze wet zal liet mogelijk maken een a tróle op den import in te stellen, waardoor ti I k: : worden gekomen aan (ie bijzondere moeilijkheden, «-aar nal< handel onder de huidige omstandigheden hi-1 hoofd heeft ir bieden. Zooals de controle op den uitvoer zal ooi die op den invoer uiteraard afgestemd moeten word and ;;< b ifte, waarbij het Departeii' ... nui di ' - teekendi • i zelfden rol zal moeten vervuile) . Naast de maatregelen, die betrekking hebben op de voorag der industrie niet grondstoffen, zijn ook maatregelen getroffen, die ten doel hebben een onevenwichtige en ongemotiveerde stijging der prijzen te voorkomen. H e t Rijksbureau Voedselvoorziening controleert de prijsvorming van landbouwproducten, de Afdeeling Nijverheid oefent dezelfde functie uit ten aanzien van industrieele artikelen (zoowel bij producten hier te lande geproduceerd als bij import), terwijl het Centraal Distributiekantoor toezicht uitoefent op de prijszetting in den detailhandel. Op deze wijze is een complex van maatregelen tot stand gekomen, dat de Regeering in staat stelt de prijsvorming in alle geledingen der volkshuishouding zooveel mog Lijk te beheerschen. Verwezen moge worden naar het dienaangaande in het volgende hoofdstuk onder C opgemerkte.
V. Maatregelen ten aanzien van de distributie van levensmiddelen, het hamsteren en het prijsopdrijven. A.
Distributie.
H e t Centraal Distributie Kantoor ( C . D . K . ) , een terstond bij het begin der mobilisatie ingestelde onderafdeeling van de Afdeeling Middenstand van het Departement van den ondergeteekende, is belast mei de distributie in engeren zin. H e t •-l i'ii behoeften van den consument en regelt zijn verhouding tut den detaülijst. Bij den opzet van de distributie is allereerst uitgegaan van het standpunt, dat de handel zooveel mogelijk over de gewone kanalen moet blijven loopen. I n de tweede plaats is uitgegaan van de gedachte, dat distributie niet slechts zal geschieden, wanneer er schaarschte is; gedistribueerd zullen worden ook die artikelen, waarvan de productie voldoende is voor den afzet in Nederland, maar waarbij gevaar bestaat, dat de voorraden zullen worden weggekocht. De distributie zal zoo noodig worden aangevuld met een systeem van maximum-prijzen. 'Iet hotel-, café- en restaurantbedrijf zal zooveel mogelijk intact worden gelaten. Door de Afdeeling Middenstand waren reeds gedurende geruimen tijd de ervaringen in den vorigen mobilisatietijd aan de hand van literatuur, verslagen en rapporten bestudeerd. Uit de terzake opgedane ervaringen is ruimschoots leering getrokken. Terwijl eenerzijds gezorgd moet worden voor 2-J- millioen monden meer dan in 1914, hetgeen een groote uitbreiding van administratie beteekent. kan anderzijds worden beschikt over de ervaringen in den vorigen oorlog opgedaan, over meer statistische gegevens omtrent voortbrenging en verbruik van levensmiddelen tengevolge van landbouw-crisismaatregelen, alsmede over moderne mechanische boekhoudinstallaties, die het mogelijk maken sneller dan vroeger groote hoeveelheden materiaal te verwerken. Anders dan de Distributiewet 1917 stelt de Distributienet 1989 de medewerking van alle gemeenten verplicht, ten einde de lasten der buitengewone omstandigheden over alle inwoners van bet Rijk, gelijkelijk te kunnen verdeelen. Voorts is ter vereenvoudiging van de administratie gerekend m e t de mogelijkheid om verschillende gemeenten samen te voegen tot distributiekringen, waardoor het aantal administratieve eenheden van bijna 1100 is teruggebracht tot ongeveer 500. Van de betrokken
instanties wordt bij de voorbereiding der distributie allerwegen groote medewerking ondervonden. Dank zij het feit, dat reeds tevoren door de gemeentebesturen in overleg met de Afdeeling Middenstand dienaangaande maatregelen waren getroffen, konden in de eerste week van September in het geheele land nooddistributiekaarten worden uitgereikt. De bedoeling van deze uitreiking was er voor te zorgen, dat, wanneer onverwijld tot distributie van eenig artikel zou moeten worden overgegaan, ieder in het bezit zou zijn van een voorloopige distributiekaart. De uitreiking die het karakter had van een voorzorgsmaatregel had ondanks het feit, dat de gemeenteadministraties door de buitengewone omstandigheden met werkzaamheden werden overstelpt, een vlot verloop. Uitreiking van definitieve bonboeken volgt later. De administratieve grondslag van de distributie is de distributie-stamkaart. Aan de hand van het Bevolkingsregister ontvangen Nederlanders en vreemdelingen een distributie-stamkaart, welke hun recht geeft op de verkrijging gedurende den distributietijd van bonboeken voor brood en bonboeken voor andere levensmiddelen en benoodigdheden. De uitreiking van deze kaarten wordt thans voorbereid en zal over eenige weken plaats vinden. Deze distributie-stamkaart dient als identiteitsbewijs; zij vormt dus tevens een soort binnenlandsch paspoort, dat van beteekenis kan zijn voor de politie, de justitie en de militaire autoriteiten. Wanneer iedereen in het bezit is van een distributie-stamkaart zullen op vertoon van deze kaart de bonboeken worden uitgereikt. De bonnen dragen slechts n u m m e r s ; de bedoeling is, dat te voren bekend wordt gemaakt, dat op een bepaald nummer een bepaald artikel te verkrijgen is. Voor brood zullen bij eventueele distributie afzonderlijke bonboeken worden verstrekt, omdat deze bonnen eiken dag gebruikt moeten worden. De winkeliers ontvangen de bonnen van het publiek. Zij moeten deze opplakken en inleveren bij de gemeente die ze opzendt naar het Centraal Distributie Kantoor ( C . D . K . ) . Deze gegevens worden op de boekhoudmachines verwerkt waarna de winkeliers overeenkomstig de ingeleverde bonnen bestelbiljetten krijgen, waarop zij bij hun grossier of fabrikant nieuwe goederen voor de volgende distributieperiode kunnen bestellen. In afwijking van het bovenstaande zijn voor den eersten keer de winkeliers, die aan de distributie deelnemen, opgeroepen om op enquête-formulieren aan te geven, wat hun gemiddelde omzet en voorraad is. Op dit oogenblik worden deze enquête-formulieren verwerkt en worden alle winkeliers ingeschreven. Wanneer deze gegevens verwerkt zijn, kan zoo noodig met de eigenlijke distributie een aanvang worden gemaakt. B.
De
hamsterbepalingen.
Hamsteren kwam reeds voor bij de spanning in het najaar van 1988 on in het voorjaar van 1939. Op grond van deze ervaringen is toen de wettelijke regeling getroffen waarbij de ondergeteekende hamsterartikelen kan aanwijzen, waarvan de inkoop slechts op de voorgeschreven wijze kan geschieden. H e t publiek mag van deze artikelen slechts de normale behoefte voor een week voor het gezin inkoopen, terwijl de winkelier voor de controle een bewijsje moet medegeven en er zelf een dient te bewaren. Nadat Maandag 28 Augustus tot de mobilisatie van onze weermacht was besloten, werd nog dienzelfden avond voor levensmiddelen, welke zich voor opslag leenen. schoonmaakartikelen en eenvoudige genotsmiddelen, zooals thee en koffie, een hamsterverbod uitgevaardigd. H e t resultaat van dezen maatregel is zeer bevredigend geweest, zoodat, toen de rust was teruggekeerd en voor hamsteren op groote schaal niet meer behoefde te worden gevreesd, het bovengenoemde controlesysteem onlangs kon worden opgeheven. Mocht zulks evenwel noodig blijken, dan kunnen deze controlemaatregelen onmiddellijk weder worden ingesteld. C.
De
prijsopdrijving.
Nu de vrachten en assurantiepremiën stijgen en sommige moederen en grondstoffen schaarsch worden, kan in bepaalde gevallen
Bijlagen.
Tweede Kamer.
z.
21.
Nota betreffende den economischer, toestand. een verhooging van den prijs niet uitblijven. De wet stelt prijsopdrijving strafbaar en voortdurend wordt gezocht naar de juiste scheidslijn tusschen gemotiveerde prijsverhooging en strafbare prijsopdrijving. Hierbij wordt als richtsnoer aangenomen, dat iedere verhooging van prijzen boven het peil, dat gold in de maand Augustus 1939, prijsopdrijving is, tenzij deze verhooging door aantoonbare verhooging van den kostprijs gemotiveerd is. Ongetwijfeld zijn aan dezen regel bezwaren verbonden, welke veelal grooter worden, naarmate de huidige omstandigheden langer duren, doch de gevaren, welke zouden ontstaan bij een ongecontroleerde prijsbeweging, maken het niettemin noodzakelijk dit richtsnoer te volgen. Juist in deze eerste dagen van onzekerheid en onrust wordt alles gedaan wat mogelijk is om de prijsstijgingen binnen de beddingen te houden en de onrust bij den handel, de nijverheid en het publiek zooveel mogelijk te voorkomen. De ondergeteekende is echter bereid met inachtneming van bovenstaand beginsel zooveel mogelijk aan hoogergenoemde bezwaren tegemoet te komen. Om te voorkomen, dat schade geleden wordt o. a. tengevolge van verkoop van hetzelfde artikel tegen verschillende prijzen, zal de ondergeteekende tot hem gerichte verzoeken om dit bezwaar te ondervangen, onderzoeken en voor de daarvoor in aanmerking komende artikelen of groepen van artikelen een billijke regeling treffen. Verder is het mogelijk, om, gebruik makende van artikel 3 van de Prijsopdrijvings- en Hamsterwet 1939, maximum prijzen vast te stellen. De ondergeteekende moge dit onderdeel besluiten met woorden van hulde aan het adres van de politie-autoriteiten en van de pers, die op zulk een krachtige wijze hebben medegewerkt om het hamsteren en het opdrijven van prijzen tegen t e gaan, waardoor bij het groote publiek liet vertrouwen is gevestigd in den wil van de Overheid om den consument te beschermen.
VI. Maatregelen met betrekking tot de Zeescheepvaart. Voor de uitvoering van de Zeeschepenvorderingswet 1939 en de W e t behoud scheepsruimte 1939 werd ingesteld een Rijksbureau Zeescheepvaart, ressorteerende onder de Directie van Handel en Nijverheid van het Departement van den ondergeteekende. Dit bureau trad onmiddellijk in contact met de inmiddels ingestelde Commissie van Advies ex artikel 8 van de Zeeschepenvordermgswet. Aangezien voorshands geen aanleiding bestaat, een tekort aan prompte scheepsruimte te verwachten, werd voorloopig als richtsnoer aangenomen, dat niet op groote schaal tot vordering van zeeschepen zal worden overgegaan. Deze gedragslijn zal echter onmiddellijk worden herzien, zoodra de loop der vrachtprijzen daartoe aanleiding gaat geven. Teneinde het Rijksbureau inzicht te verschaffen in het aanbod van scheepsruimte, is overgegaan tot tenuitvoerlegging van artikel 5 van de Zeeschepenvorderingswet 1939, volgens hetwelk de reeders aan het Rijksbureau opgave zullen doen van door hen gesloten overeenkomsten. Aangezien deze opgave moet geschieden, vóórdat die overeenkomsten tot uitvoering zijn gebracht, is daardoor tevens de mogelijkheid geschapen tot vordering over te gaan ingeval door een bepaalde overeenkomst de beschikking over scheepsruimte te zeer zou verloren gaan. Het Rijksbureau Zeescheepvaart stelt tevens een onderzoek in naar de huidige en de te verwachten behoefte aan scheepsruimte der daarvoor in aanmerking komende Rijksbureaux en
Handelingen der Staten-Genernal.
Bijlagen.
Centrales, teneinde daaraan zoo mogelijk door vrije overeenstemming te voldoen, en tevens een inzicht te verkrijgen in de verhoudingen, welke vordering van schepen eventueel noodzakelijk kunnen maken. Ten aanzien van de W e t behoud scheepsruimte 1939 is gedeeltelijk uitvoering geven aan het bepaalde in art. 2 lid 1 dier wet. Hij beschikking van 9 September 1939, n°. 49881 S, Directie van Handel en Nijverheid, heeft de ondergeteekende verboden op eenigerlei wijze te bewerken of er toe mede te werken, dat een Nederlandsen zeeschip zonder door of namens hem verleende vergunning zijn hoedanigheid van Nederlandsch zeeschip verliest, ofwel in eigendom, in gebruik of ter beschikking wordt overgedragen, voor zooverre het betreft overdracht aan niet-Nederlanders of naar het buitenland. De directeur van het Rijksbureau Zeescheepvaart is gemachtigd namens den ondergeteekende een vergunning, zooals hierboven bedoeld, te verleenen.
YII. Staatsverzekering tegen molest en gewone transportgevaren. Zooals in de Memorie van Toelichting bij bet ontwerp Oorlogszee- en -luchtvaartverzekeringswet 1938 (Zitting 1938— 1939, 155) uitvoerig werd uiteengezet, is het voor een land zooals Nederland, dat ten aanzien van zijn voedselvoorziening in zoo groote mate op zijn scheepvaart is aangewezen, noodzakelijk het vervoer per schip zooveel mogelijk in stand te houden. Ten einde nu te voorkomen, dat het zeeverkeer wordt belemmerd door de onmogelijkheid om voldoende dekking tegen liet molestrisico te verkrijgen, geeft de Zee- en luchtvaartverzekeringswet 1939 den ondergeteekende de bevoegdheid namens den Staat onder bepaalde voorwaarden herverzekerings- en verzekeringsovereenkomsten aan te gaan tegen liet gevaar van molest, zoomede tegen de gewone transportgevaren. Ter uitvoering van deze wet werden in de beschikking van den ondergeteekende van 18 Augustus 1.1., gepubliceerd in de Nedcrlandschc Staatscourant van 18 en 19 Augustus 1939, n°. 161, een aantal algemeene richtlijnen vastgesteld. Krachtens deze beschikking worden de herverzekeringen en de rechtstreeksche verzekeringen gesloten door de tusschenkomst van hiertoe aangewezen Regeeringsgemachtigden, die op de beurzen te Amsterdam en Rotterdam voor den Staat optreden. De ondergeteekende wordt bij de uitvoering van de wet bijgestaan door een Commissie van Advies, waarin o.m. zitting hebben vertegenwoordigers van assuradeuren, reeders en handel. Deze Commissie adviseert inzake de uitvoering der wet b.v. ten aan/.ien van het vaststellen van premies voor de verschillende verzekeringen, de vraag welke objecten verzekerd kunnen worden, contrabandekwesties, enz. Voorts is bij de uitvoering van deze wet ingeschakeld het Departement van Financiën voor wat betreft het zuiver financieel gedeelte der uitvoering, en de Coöperatieve Vereeniging „Centraal Beheer" te Amsterdam, voor het administratieve gedeelte.
1939—1940.
's-Gravenhage, 27 September 1989. De Minister
van Economische
STEENBERGHE.
Zaken,
21.
2.
Nota betreffende den eoonomischen toestand.
BIJLAGE.
LIJST V A N R I J K S B U R E A U X OP INDUSTRIEEL GEBIED. Rijksbureau tel. 7141.
voor wol, te Tilburg. Willem-II-straat 47—49,
Dit bureau regelt de distributie van ruwe wol, kunstwol, afval van wol en wollen garens en kammeling, lompen van wol of grootendeels van wol, wollen garens, gemengde garens, waarvan wol quantitatief bet hoofdbestanddeel uitmaakt. Rijksbureau voor katoen en jute, te Arnhem, Velperplein 1, tel. 23573. Onderafdeeling katoen regelt de distributie van katoen, ruwe katoen, katoenafval, katoenen garens of gemengde garens, waarvan quantitatief katoen het hoofdbestanddeel uitmaakt, en lompen van katoen of grootendeels van katoen. Onderafdeeling jute van het Rijksbureau voor katoen en jute, Rotterdam, Scheepmakershaven 16, tel. 27711. Deze onderafdeeling regelt de distributie van jute, jutegarens, jutedoek, zakken van jute. Rijksbureau voor huiden en leder, te Amsterdam, Keizersgracht 129/131, tel. 33770. Dit bureau regelt de distributie van alle looistoffen of looimaterialen in den uitgebreidsten zin, chroomzouten en synthetische looistoffen daaronder begrepen; alle bereide en onbereide huiden en vellen, voor zoover afkomstig van paai'den, runderen, kalveren, schapen en geiten. Rijksbureau 13812.
voor papier,
te Haarlem, Schotersingel 9, tel.
Dit bureau regelt de distributie van papiergrondstoffen; cellulose, papierhout, houtslijp, harszeep, hars, oud papier, papierafval en lompen, voor zoover niet bestaande uit wol of grootendeels uit wol dan wel uit katoen of grootendeels uit katoen. Rijksbureau tel. 46341.
voor rubber, te Amsterdam C, Heerengracht 182.
Dit bureau regelt de distributie van smeerolie: minerale smeeroliën en vetten, al of niet gemengd of vermengd met andere stoffen. Benzine en benzol. Donkere olie: huisbrandoliën, zware huisbrandolie, dunne en dikke stookolie, benevens gasolie en dieselolie. Petroleum. Rijkskolenbureau, 390120.
Rijksbureau tel. 182355.
voor
hout,
te
's-Gravenhage,
Oranjestraat
Carnegielaan
12, tel.
Rijksbureau voor -metalen, straat 14, tel. 182550.
te 's-Gravenhage, Hooge Nieuw-
Dit bureau regelt de distributie v a n : la. ijzer en staal, alsmede ijzer- en staallegeeringen, al dan niet voorzien van een deklaag, in koeken, blokken, schuitjes, gie telingen, korrels of anderen grondstof vorm, poedervorm, staven, bladen, draad-, plaat-, band-, buis- of kabelvorm, in balken of andere geprofileerde vormen; b. afval en oud materiaal van ijzer en staal, van ijzer- en staallegeeringen en van metaalwaren van ijzer en staal; c.
ijzererts en geroost pyriet;
2a. alle andere metalen en metaallegeeringen, met uitzondering van goud en zilver, al dan niet voorzien van een deklaag, i n : koeken, blokken, schuitjes, gietelingen, korrels of anderen grondstofvorm, poedervorm, staven, bladen, draad-, plaat-, band-, buis- of kabelvorm, in balken of andere geprofileerde vormen; b. afval en oud materiaal van de onder a bedoelde metalen en metaallegeeringen alsmede van daaruit vervaardigde metaalwaren; de ertsen van de onder a bedoelde metalen.
Rijksbureau voor genees- en verbandmiddelen, Vondelstraat 9, tel. 83518.
te Amsterdam,
Dit bureau regelt de distributie van geneesmiddelen, zooals aangegeven in de tabel, behoorende bij de M . B . van 28 Augustus 1939 {Staatscourant n". 168 A ) .
9,
Dit bureau regelt de distributie van hout; rondhout, gezaagd naaldhout en triplex; rondhout: alle rondhout al dan niet bezaagd en/of behakt; naaldhout: grenen-, vuren- en dennenhout, pitchpine en oregonpine, triplex, w.o. multiplex, meubelplaat. Rijksbureau voor aardolieproducten, straat 100'104, tel. 116344.
's-Gravenhage,
Dit bureau regelt de distributie van vaste brandstoffen: steenkolen, steenkoolbriketten, cokes, bruinkolen, bruinkoolbriketten, turf, turf briketten, petroleumcokes e.d.
c. Dit bureau regelt de distributie van: ruwen rubber, latex, ongevulcaniseerden rubber en rubbermengsels, waaronder begrepen coverrubber, regeneraatrubber; rubberartikelen; motorrijwiel- en autobanden, zoowel binnen- als buitenbanden, gebruikt als ongebruikt, alsmede geïsoleerde electrieiteitsgeleidingen met uitzondering van loodkabel met papieren isolatie.
te
te 's-Gravenhage, Zee-
Rijksbureau voor chemische producten, Bezuidenhoutscheweg 30, tel. 720060. a. Sectie pyriet en zwavelzuur, te Copes van Cattenburch 10, tel. 110079.
te
's-Gravenhage,
's-Gravenhage,
Laan
Deze sectie regelt de distributie van pyriet: ongerooste ijzerkies (pyriet), zwavel, zinkblende, alsmede afgewerkte ijzeraarde (gasaarde). Zwavelzuur: zwavelzuur en zwaveligzuur. o. Sectie koolteer, te 's-Gravenhage, P a r k w ; 17, tel. 554890.
21.
2.
Nota betreffende den economischen toestand. Deze sectie regelt de distributie van alle uit steenkolen bereide en bij watergasbereiding geproduceerde teer. c. Sectie zeep, te 's-Gravenhage, Laan Copes van Cattenburch, tel. 110079. Deze sectie regelt de distributie van zachte zeep, harde zeep, toiletzeep, medicinale zeep, scheerzeep, scheercrême, zeeppoeder, waschpoeder, vloeibare zeep, zeep vlokken, synthetische zeep, alsmede zelfwerkende waschmiddelen. d. Sectie beenderen, adres: 's-Gravenhage, Laan Copes van Cattenburch 16, tel. 110079. Deze sectie regelt de distributie van beenderen, horens en hoeven. Rijksbureau voor bouwmaterialen, te Amsterdam C, Keizersgracht 11—18, tel. 45316 en 45906. Dit bureau regelt de distributie van:
a. cement: portlandcement, ijzerportlandcement, hoogovencement, trasportlandcement, gesulphateerd cement, aluminiumcement, witcement, marmercement, vuurvast- of zuurvastcement of andere cementsoorten, zoowel als mengsels met cementtoeslag, cement- of betonspecie, cementklinker; b. kalk: kalksteen, kalkmergel, kluitkalk, schelpkalk, poederkalk en kalkbloem, onverschillig voor welke doeleinden, gebluschte of z.g. gegoten kalk, zoowel als kalkmortels, traskalk en dergelijke mengsels; c. gips, tras, bims, rivierzand, grint, hoogovenslakken in welken vorm ook; d. steen-, bims- en betonwaren, straat- en metselsteen, waaronder baksteen en kalkzandsteen, dakpannen, gresbuizen, vloer- en wandtegels, sanitair-porselein en -aardewerk ter aanwending in de bouwnijverheid, vlakglas.