Nijkerk Natuurlijk Kwartaalblad voor leden en donauteurs van IVN Nijkerk Nummer 4 - 2013
Herfst Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid Afdeling Nijkerk
Bestuur Voorzitter
Vacant
Secretaris
Vacant
Penningmeester Ton Koelemij
033 - 253 52 32
[email protected]
Bestuurslid
033 - 298 31 47
[email protected]
Wim Smeets
Hanneke Bronkhorst 0341 - 36 06 47
[email protected] Lucie Wessel
06 - 425 06 571
[email protected]
Arie van den Berg
033 - 246 12 71
[email protected]
Ondersteunend: Relatiebeheer
Colofon Nijkerk Natuurlijk is een uitgave van IVN afdeling Nijkerk Kopij kunt u uiterlijk tot 11 november a.s. sturen naar Janny Bosma, tel: 033 257 1249;
[email protected] (tekst zo mogelijk in Word aanleveren en afbeeldingen los bijleveren als JPG of TIFF)
Redactie:
Marijke Bakker Janny Bosma Mia van Marsbergen (Lay-out) Jaap Schaap (Coördinator)
Bezorging:
Bertine van den Berg Hilda Blom Tiny Meersma Robin Nellestein Marion Petrie Jaap Schaap Ria van Spengen Marinus van Tol Bep Vink Jannie Wijnsma Wil van Winkoop
Foto op de voorkant Kramsvogel (Turdus pilares) Een uitgebreid artikel over de kramsvogel vindt u op pagina 16
2
Nijkerk
Nijkerk Natuurlijk Jaargang 36; 2013 - nr 4 (Herfst) Kwartaalblad voor leden en donateurs van IVN Nijkerk. De afdeling IVN Nijkerk is opgericht op 14 maart 1977. Secretariaat: Banknummer: Ledenadministratie: Lidmaatschap: Website:
Postbus 1082, 3860 BB Nijkerk,
[email protected] Rabobank 347864759, t.n.v. Penningmeester IVN Nijkerk Ton Koelemij (penningmeester) Actief lid € 15,- , donateur € 12,- , huisgenootlid € 12,- en jeugdlid € 7,50 per jaar www.ivn.nl/afdeling/nijkerk
Inhoudsopgave Van het bestuur
5
Verloren gegane boerenstulp langs de Zeedijk
6
WijNijkerk, samen voor duurzaamheid
7
Busexcursielandschappen (deel 1)
8
Foto-expositie Blekkerserf
11
Arkemheen in het najaar
12
Uit de kruidentuin
13
AID ingeschakeld, tevergeefs
14
Kramsvogels
16
Rollende kersenpitten
18
Programma
20
Verrekijkers
23
Zeldzame waarnemingen bij de nachtvlinderlamp in Holkerveen
25
Vlinderexcursie naar Meijendel bij Wassenaar
26
De wilde bloemen van Jac P. Thijsse
29
Bizar gedrag van een waterral
30
Verslag van een snuffelstage op dinsdag 4 juni 2013
31
Slakken(huizen) in de tuin
34
Aluminiumman
36
Landelijke dag Sovon 2013
38
Van de IVN-Winkel
38
Nijkerk Natuurlijk
3
4
Nijkerk
Van het Bestuur
Herfst Het is nog maar half augustus en we beginnen de eerste tekenen van het naderende einde van de zomer te merken. Gierzwaluwen zijn weken geleden al vertrokken waardoor het veel stiller is geworden in de lucht. Her en der hoor je het geluid van de krekels, wat zo echt bij het einde van de zomer hoort. Aan veel struiken zie je trossen met mooi gekleurde bessen (komen) en straks volgt het proces van afsterven en rusten. In een uitzending op de radio ging het al over pepernoten en kerstbomen.
Maar als u deze mooie, nieuwe editie van de NN leest is de herfst toch echt in aantocht. Bladeren van bomen en struiken verkleuren en vallen af. En daar kan ik me ook weer op verheugen, de herfst, met zijn mooie kleuren, herfststormen en wie weet, ook met mooie paddenstoelen. En wat dacht u van een heerlijke herfstwandeling? En om daarna te genieten van een kop overheerlijke paddenstoelensoep of een kopje thee met pepernoten? In ieder geval wenst het bestuur u een mooie herfst met mooie natuuractiviteiten.
Ja, en dan te bedenken dat het pas half augustus is als dit stukje wordt geschreven.
Adverteerders (alfabetisch)
Namen het bestuur, Hanneke & Lucie
pag.
pag.
Albert Heijn Nijkerk
10
Formido
19
Bast Driedorp
28
Van der Goot Opticiens
22
Bokkers Catering
4
Notarishuis Hoevelaken
37
Cummins
4
Motivation Office Support bv
19
Grondwerken H. van den Burg
33
Hoveniersbedrijf H. Muis & Zn.
28
Firma Van Dasselaar
19
Rabobank Randmeren
40
Gert Davelaar
4
Houthandel De Vries
36
Nijkerk Natuurlijk
5
Verloren gegane
boerenstulp langs de Zeedijk Tussen het gemaal Hertog Reijnout en het Nekkeveld staat een kale bedrijfsloods van Staatsbosbeheer. Dat is niet altijd het geval geweest. Tot 1969 stond daar een boerenstulp die in 1970 is afgebrand. Deze boerderij had in Bunschoten de naam ‘het boerderieke van Theunisje’. Er is geen Theunis bekend die er ooit heeft gewoond, ook niet bij de Stichting Oud Nijkerk. De Bunschoter journalist en geschiedschrijver Hans Hopman heeft de geschiedenis van dit boerderijtje uitgezocht en gepubliceerd in Bun Historiael (34e jaargang nummer 3), het blad van de Historische Vereniging ‘Bunscote’. In de Kadastrale Atlas Gelderland uit 1832 staat het boerderijtje op Kaart K, het eerste blad, onder wel drie nummers genoteerd. Als nummer 13 (tuin 230 m2), als nummer 14 (‘huis en erf’ 500 m2) en ten slotte als nummer 15 (enkele tientallen meters ‘dijk’). De toenmalige eigenaar was Gijsbert Willemsen die in het midden van de negentiende eeuw 15 gulden aan waterschapslasten betaalde.
6
Nijkerk
De boerderij, best wel karakteristiek, met witgepleisterde muren en een rieten dak, was deels in de Zeedijk gebouwd. Men kon het dak met de hand aanraken. Door het omringende hoge geboomte vormde het vanuit zee voor de Spakenburgse vissers een markeringsteken, een soort baken. Van de laatste bewoners zijn er nog twee over. Cor Landman (geboren 1927) woont met zijn vrouw in Putten en Rieka Kieft-Landman (geboren 1938) woont met haar man in Nijkerk. De boerderij was nooit aangesloten op het elektriciteitsnet en was ook nooit verbonden met het waterleidingnet. Er brandden alleen petroleumlampen en in 1958 werden er voor het eerst butagasflessen aangeschaft. Daardoor had men de beschikking over gaslicht en kon men koken op gas. De Petromax-lamp moest opgepompt worden en gaf zoveel licht dat men het kon zien vanaf de Bunschoterweg. Op een gegeven moment was deze boerderij de enige die geen elektriciteit had in de provincie Gelderland. Voor de melkmachine wekte Cor stroom op door middel van dieselaggregaten. Cor was de laatste bewoner die de staldeur voorgoed op slot deed. Hij had het boeltje in
1969 verkocht aan Staatsbosbeheer. Dat kwam van pas in verband met de natuurontwikkeling in de Polder Arkemheen. Kort daarna is er brand gesticht, waarschijnlijk door voorbij trekkende kwajongens uit Bunscho-
ten. In 1970 werd de ruïne met de grond gelijk gemaakt. Wim Smeets, IVN Natuurwerkgroep Bunschoten
Lokaal initiatief WijNijkerk is een initiatief van en voor inwoners en ondernemers in Nijkerk, Hoevelaken en Nijkerkerveen. WijNijkerk wil mensen bij elkaar brengen en initiatieven ontwikkelen om onze gemeente duurzamer en socialer te maken. Aangezien duurzaamheid een buitengewoon belangrijk item is voor het IVN plaatsen wij graag dit artikel, dat ons werd toegezonden door Betsy Jansen, een van de initiatiefnemers van WijNijkerk. redactie NN
WijNijkerk, samen
voor duurzaamheid! Als natuurliefhebber bent u natuurlijk een groot voorstander van duurzaamheid. Wellicht heeft u zelfs hele leuke ideeën of concrete initiatieven om zuinig om te gaan met bijvoorbeeld energie, grondstoffen en water. Kijk dan eens op www.WijNijkerk.nl en doe mee met WijNijkerk! WijNijkerk, samen voor duurzaamheid, is een beweging voor en door inwoners en ondernemers in Hoevelaken, Nijkerkerveen en Nijkerk, met goede duurzame ideeën en concrete initiatieven. Vrijwel iedereen heeft anderen nodig om de ideeën en initiatieven handen en voeten te geven. Of het nu gaat
om samen zonnepanelen inkopen, het aanleggen van een moestuin in de wijk of hergebruik van afval of reststromen: samen weten en kunnen we meer! WijNijkerk brengt mensen bij elkaar en initiatieven verder. Centraal bij WijNijkerk staat het platform op de website www.WijNijkerk.nl, ook wordt er een aantal bijeenkomsten georganiseerd. Verder is WijNijkerk alles wat we met elkaar nog meer bedenken en organiseren op gebied van duurzaamheid! WijNijkerk groeit, met steeds meer inwoners, organisaties en ondernemers in Nijkerkerveen, Hoevelaken en Nijkerk die actief zijn op het gebied van duurzaamheid in de brede zin van het woord. Doet u ook mee?
Nijkerk Natuurlijk
7
600 jaar Nijkerk
Busexcursie
landschappen (deel 1) In het kader van het jubileumjaar 600 jaar stadsrechten van Nijkerk heeft de IVN-afdeling Nijkerk een busexcursie langs landschappelijk, natuurkundig en historisch interessante plekken rondom Nijkerk georganiseerd. Vanwege de 600 jaar stadsrechten werd de excursie gehouden in een bus van de Stichting Veteraan Autobussen uit Apeldoorn, die oude afgedankte bussen renoveert en verhuurt voor speciale gelegenheden, om ze zo een tweede bestemming te kunnen geven. Tijdens de rondrit werden de deelnemers aan de excursie vergast op verschillende wetenswaardigheden, deskundig naar voren gebracht via de intercom van de bus door de IVN-gidsen Arie van den Berg en Leendert de Boer. Als eerste gingen we richting natuurgebied polder Arkemheen. De eerste stop was midden op het viaduct over de A28, waar het uitzicht over de breedte van de Gelderse Vallei het beste is: aan de ene kant zie je het
8
Nijkerk
Veluwemassief en aan de andere kant de Utrechtse Heuvelrug. We hadden daar ook de tijd voor, omdat de buschauffeur nog op twee deelnemers wachtte die te laat waren aangekomen. Mijn aandacht ging niet alleen uit naar wat er over dit unieke natuurgebied werd verteld; op de smalle weggetjes met soms scherpe bochten en brede landbouwvoertuigen als tegenliggers, bleek de buschauffeur over een onverschrokken stuurmanskunst te beschikken. De bus reed langzaam of stopte op verzoek van de excursieleiders, zodat iedereen de gelegenheid kreeg dat wat werd besproken te bekijken. Waar kreken door het landschap kronkelden, werden vroeger op de oeverwallen wegen aangelegd. Daarom kronkelen in dit deel van de Arkemheense polder de sloten en wegen, maar verder in de polder zijn de sloten als gebruikelijk in een veenontginning recht aangelegd. De oude boerderijen zijn op opgeworpen heuvels gebouwd om bij overstromingen de voeten droog te houden. Bij zo’n boerderij heeft het IVN onderkomens voor spreeuwen gerealiseerd. Deze vogels eten de emelten, die de wortels van grasplanten eten, en leveren zo een belangrijke bijdrage aan het onderhoud van de weilanden. Het waterpeil in de Arkemheense polder wordt kunstmatig hoog gehouden. Daardoor kunnen de weidevogels met hun snavel gemakkelijk in de zachte aarde pikken om naar voedsel te zoeken. Dit is een belangrijk
voorbeeld hoe de natuur in stand kan worden gehouden, ook al wordt het land gebruikt door boeren. Bij de jachthaven ging de bus verder langs de Arkervaart richting Nijkerk, langs het Vogeleiland. Dit eilandje is ontstaan toen een bocht in de Arkervaart is rechtgetrokken. Ook op dit eilandje wordt de waterstand kunstmatig hoog gehouden. Er is daarvoor een speciaal bemalingssysteem aangelegd, dat wordt aangedreven door zonne-energie. IVN Nijkerk heeft het natuurbeheer van dit eiland. We reden weer een stuk door Nijkerk om via de Berencamperweg naar het kleinschalige bos- en akkergebied te gaan. Hier staan boerderijen verspreid tussen akkers, omgeven door bosbegroeiing. We werden onderweg gewezen op het feit dat sommige akkers hoger liggen dan het land aan de andere kant van de weg. De hoge akkers zijn generaties lang vruchtbaar gemaakt met bemeste plaggen uit de schaapskooien. Bij enkele historische boerderijen staat nog een gerestaureerde schaapskooi met een laag geplaatste deur aan de zijkant, waar de bemeste plaggen werden weggehaald. De lage akkers zijn in latere tijd ontstaan door ontginning van de woeste gronden door de Heidemaatschappij met behulp van kunstmest. Deze grootschalige ontginning zorgde voor egalisatie van de grond en rechte wegen. In de tijd dat ruilverkaveling werd gepromoot, hebben veel Veluwse grootgrondbezitters geweigerd om hun land anders in te laten richten. Dankzij hun behoudendheid kunnen wij nu genieten van de kleinschaligheid van
dit akkerbouwgebied dat veel historische en natuurlijke waarde heeft. De bus maakte een stop en Leendert nam ons mee (met speciale toestemming van de landeigenaar) door een stukje oud bos dat niet is geëgaliseerd door de Heidemaatschappij. Hier zie je nog een restant van de zandverstuivingen die ontstonden na het te intensief afplaggen van de hei. We kwamen uit bij een akker die voor het grootste deel werd omringd door een met struiken en bomen begroeide wal. Leendert vertelde dat hij had ontdekt dat deze wal van binnen stijl oploopt en aan de buitenkant glooiend afloopt. Dat is niet gunstig om als verdedigingswal te gebruiken, dus moest het een andere functie hebben gehad. In de tijd dat boeren voornamelijk van de veeteelt en de heide leefden, was men beducht voor rovers. Deze wal was hoogstwaarschijnlijk gemaakt om het vee te onttrekken aan het oog van overvallers. Bij onraad brachten de veehouders hun dieren hier bijeen om ze veilig
Nijkerk Natuurlijk
9
te stellen. Boeren hadden geen ander wapen dan hun gereedschap, en dan is verstoppen een betere tactiek dan vechten. Een stuk verder op de route stapten we uit om het raadsel van de putten in het bos te raden. We stonden voor een stukje bos met diepe putten, die duidelijk niet door natuurlijke invloeden zijn ontstaan. Een soort alternatieve mangaten uit de Eerste Wereldoorlog of het graven naar erts? Leendert vertelde hierover dat turf als brandstof in vroeger tijden onontbeerlijk was, omdat er niets anders was dat zo goed brandde. Men ontdekte dat zich hier een goede kwaliteit hoogveen bevond, dat uit het water voor het opscheppen lag. Om de laatste turf te kunnen winnen, moesten de boeren kuilen graven. Deze historische vertellingen doen je
10
Nijkerk
pas beseffen dat de mensen vroeger hard moesten werken om in leven te kunnen blijven! Even verder zagen we dat er evenwijdige greppels in het bos zijn gegraven voor afwatering. De stukken ertussen zijn met bomen beplant. Deze smalle stroken grond worden rabatten genoemd. Het hout dat erop groeide werd voor verschillende doelen gebruikt. (Wordt vervolgd.) Willemien van der Laaken,
deelneemster excursie van 22 juni 2013
Noot van de redactie: IVN Nijkerk heeft vijf landschapsexcursies georganiseerd, nl. op 27 april, 25 mei, 22 juni, 24 augustus en 28 september. De belangstelling vanuit de Nijkerkse bevolking is groot.
Fotowerkgroep
Foto-expositie Blekkerserf Ik zal mij eerst even voorstellen, mijn naam is Petra van Wijnen. Ik ben sinds een jaartje lid van het IVN, en ik zit daar dan bij de fotowerkgroep, waar we 1x per maand gezellig bij elkaar komen op de donderdagavond, om onze foto’s te laten zien en te bespreken. En nu is mij gevraagd om een stukje te schrijven voor Nijkerk Natuurlijk, en dan over de expositie in BLEKKERSERF, dus dat probeer ik dan maar. Een poos terug, op donderdagavond, kwam Arie de Knegt, ook een lid van de IVN-fotowerkgroep, met een voorstel. Hij had contact gehad met Rien Loman van de gemeente Nijkerk, locatie Blekkerserf, en daar wilden ze wel een vaste expositie van de fotowerkgroep neerhangen. Dus zo gezegd, zo gedaan. De leden van de fotowerkgroep konden allemaal vijf foto’s inleveren van de omgeving van Nijkerk. Uit die foto’s ging een onafhankelijk groepje van Blekkerserf de vijftien voor hun mooiste foto’s selecteren. Enige tijd later was het zover. De foto’s waren uitgekozen, de lijsten uitgezocht, de foto’s ingelijst en opgehangen bij Blekkerserf.
Eibert Dokter, oud-werknemer van de gemeente, afd. Blekkerserf. Eibert was ten tijde van de opening ernstig ziek, maar wilde toch proberen om deze opening te doen. In het bijzijn van familie, oud-collega’s, vrienden, en de IVN-fotowerkgroep is het hem gelukt. Echt super. Wij zijn hem dankbaar. Het was voor hem, en ons een speciale vrijdagmiddag. Arie en Cor, en andere IVN-leden die hieraan meegeholpen hebben, bedankt voor jullie inzet hierin. Zonder jullie was dit niet gelukt en tot stand gekomen.
En nu hangen ze er dus, vijftien mooie ingelijste foto’s.
tekst: Petra van Wijnen foto’s Petra van Wijnen en Arie de Knegt
Ondertussen hebben we ook de opening gehad, en wel op vrijdagmiddag 21 juni. Deze opening is verricht door een speciale gast,
Inmiddels bereikte ons het droevige bericht dat Eip Dokter op 29 juli jl. is overleden. redactie NN
Nijkerk Natuurlijk
11
Arkemheen in
het
najaar
Traditioneel zoeken we de buitenlucht op als het voorjaar wordt. Na een lange winterperiode verlangt een ieder naar zonneschijn, bloeiende planten en zingende vogels. Dan trekken we er ook in de zomer volop op uit met de fiets of lopend om te genieten van de warmte en de kleuren in het landschap. De voor ons liggende herfst met regen en storm wordt door velen als een teleurstellend jaargetijde gezien, omdat het de voorbode is van die lange donkere winterperiode. Voor de Nijkerker, met het zogenaamde “wetland” Arkemheen in de achtertuin, is echter de herfst ook een zeer aantrekkelijke tijd om van de natuur te genieten. Juist de wisselende zonneschijn, donkere wolken en heftige buien zijn in het open landschap goed te volgen. In enkele minuten tijd veranderen de kleuren. Voor landschapsfotografen is dat genieten. Zoek het goede moment
voor een zonnestraal op het te fotograferen object terwijl er een zeer donkerblauwe tot zwarte wolkenlucht achter hangt, die het object er nog beter uit doet springen. De jonge (eerstejaars) vogels verzamelen zich in groepen om voor het eerst de grote trek naar het zuiden te gaan maken. Denk bijvoorbeeld aan de boerenzwaluwen, grutto’s en tureluurs die in Arkemheen gebroed hebben. Zij vertrekken in augustus/september naar Afrika. In 2013 zijn maatregelen genomen, zoals verhoging van de grondwaterstand en vernatting van het deel tussen de dijk, het Nekkeveld en de Wiel (uit: Wetlandrapport 2012 van Vogelbescherming). In de achter ons liggende jaren is het broedsucces van de weidevogels immers fors achteruitgegaan in Arkemheen. Van 178 nesten in 2008 naar 39 nesten in 2011. Vaste prik in het najaar zijn groepen goudplevieren (foto pagina 12). Als je het geluk hebt goudplevieren te zien tijdens zo’n wisselmoment met donkere lucht en zonneschijn, dan begrijp je direct waarom deze vogel zo heet. De gouden gloed is dan van grote afstand te zien. In september/oktober is er altijd kans op bijzondere roofvogels. Rode wouw of visarend komen ieder najaar langs. Maar ook gewone vogels, die het gehele jaar in Nederland zijn, kunnen interessante waarnemingen opleveren. Zo zag ik in september een blauwe reiger een mol
12
Nijkerk
vangen; hij wierp het beestje omhoog, ving het weer op en werkte het toen met een snelle slikbeweging naar binnen (foto pagina 13). Andere jaarbewoners zijn buizerd en
torenvalk, meerkoet en fuut. Aan het einde van de herfst, afhankelijk van de koude in Noord- en Oost-Europa, komen de wintergasten naar Arkemheen. Brandganzen, kuifeenden en tafeleenden, in grote aantallen. Zij liggen vooral in de hoek van het Nijkerkernauw, direct na de rotonde en vlak voor de hefbrug naar de Flevopolder. Leuk om naar te zoeken zijn de nonnetjes en de kleine of wilde zwanen. Kortom, najaar in Arkemheen, gewoon doen!! tekst en foto’s: Rob Schoemaker
Uit de kruidentuin Onze IVN-tuin gaat zo langzamerhand (half augustus) al op herfsttour. De uitbundige bloemenzee van borage, goudsbloem, vlas, salie, koriander en marjolein verandert in zaad(bollen), die Bep keurig in doosjes doet voor zaaitijd 2014!
Met plezier werken wij, de kruidenvrouwen, op de maandagochtenden: Marijke, Leonie, Iris, Bep en Anneke
Op dit moment staan zeepkruid en rode zonnehoed (echinacae) de tuin op te fleuren. Natuurlijk kan er nog geplukt worden van selderij, peterselie en bieslook, alsook van tijm, rozemarijn en rode en groene basilicum. De munthoek heeft altijd veel aantrekkingskracht, ook op de vele muntvlindertjes.
Nijkerk Natuurlijk
13
IVN Natuurwerkgroep Bunschoten
AID ingeschakeld, tevergeefs! In het weekend van 20-21 juli zag Joop Nijhof dat langs het Nekkeveld in de polder Arkemheen een zestal grote rioolbuizen waren gelegd. Kennelijk om als duikers te worden gebruikt en dan om twee bestaande ingangen van weilanden te vervangen. Dat zou tot resultaat hebben dat de boerenzwaluwen hier niet meer zouden kunnen broeden. De ronde duikers zijn totaal ongeschikt voor boerenzwaluwen. Enkele jaren daarvoor was afgesproken dat er in de Polder Arkemheen en de Putter Polder uitsluitend rechte buizen zouden worden gebruikt als duikers. Op maandagavond 22 juli, na het onderhoud aan de oeverzwaluwenwand in Bunschoten, gingen Joop en Wim er nog eens kijken. Er werd daarna contact opgenomen met Jelle de Jong (op vakantie in Friesland), de ‘bewaker’ van de polder Arkemheen. Hij wist van niets, was ontstemd en zou contact opnemen met Jaap Petersen van het Waterschap Vallei & Veluwe. De volgende ochtend, dinsdagochtend, heeft Wim contact opgenomen met het Waterschap Vallei & Veluwe en toen bleek dat de Dienst Landelijk Gebied (DLG) toestemming had gevraagd en gekregen voor het plaatsen van ronde duikers. Door
14
Nijkerk
de wisseling van het personeel ten gevolge van de samenvoeging van de waterschappen wist de dienstdoende ambtenaar van het waterschap niets van de afspraken in het verleden en de DLG had dus het voordeel niet terecht gewezen te worden. Diezelfde avond ging Joop er nog eens kijken. Toen bleek dat één bruggetje al was vervangen en dat onder het andere bruggetje boerenzwaluwen heen en weer vlogen en dat er nesten zaten onder dit bruggetje. Op woensdagmorgen zijn Joop en Wim weer naar de plaats aan het Nekkeveld gegaan, het bruggetje was verdwenen en lag vernield in het weiland. De kraanmachinist van Loonbedrijf Plezier & Timmer uit Nijkerk wist niets van hier broedende boerenzwaluwen. Hij had opdracht gekregen om de brug te vervangen en dat deed hij. Wim heeft toen alle hem bekende adressen van de Algemene Inspectie Dienst (AID, Groendesk) afgebeld, maar deze telefoonnummers waren allemaal gewijzigd, bestonden niet meer. Thuis gekomen heeft Wim,via internet, contact gezocht met de DLG. De betrokken ambtenaar mevrouw Jeanet Ebbens, belast met de Polder Arkemheen, was met vakantie. Hij heeft daarop een mail naar deze ambtenaar gestuurd met het hele verhaal. De volgende dag, 25 juli, heeft Wim de AID ingeschakeld (kantoor Zwolle) en op de hoogte gebracht van deze overtreding van de Flora en Fauna-wet. Daar werd hij doorverbonden met de afdeling van de AID (kantoor Echt) en daar heeft men
de NVWA op een ander handhavingsgebied ligt. Daarna was het een tijdje stil en heeft Wim gepoogd zich beter te informeren voor het geval zich weer iets dergelijks zou voordoen.
alles nauwkeurig genoteerd en de AID zou actie ondernemen. De werkzaamheden in de Polder Arkemheen waren nog aan de gang. Op vrijdag 26 juli is Wim gebeld door mevrouw Ebbens die vertelde dat zij bereid waren rechthoekige duikers te plaatsen, als wij de meerkosten zouden betalen. Wim heeft haar op de hoogte gesteld van het feit dat hij de AID had ingeschakeld. Zij wist hem te vertellen dat de DLG geen opdrachtgever voor de werkzaamheden was maar de betrokken agrariër. Zij wilde Wim wel het adres van deze agrariër geven, maar daar had hij geen belangstelling voor. De DLG had alleen maar de aanvraag ingediend en voor de benodigde papieren gezorgd. Op 30 juli heeft de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (Ministerie van Economische Zaken), Divisie Klantencontact en Dienstverlening geantwoord dat er GEEN onderzoek is ingesteld vanwege de beperkte capaciteit en dat de prioriteit van
Op vrijdag 9 augustus heeft hij via WhatsApp en via email contact gezocht met Jan-Dirk Pater van de Afdeling Toezicht & Handhaving van de Omgevingsdienst Flevoland & Gooi en Vechtstreek. Hij kent deze man vanuit het veld. Deze bleek ontstemd over de gang van zaken. Hij kende de afspraken over de rechthoekige duikers en nam onmiddellijk actie. Hij belde, het was intussen buiten kantoortijd, met het waterschap, met een collega van de Omgevingsdienst Gelderland en met een inspecteur van de AID. Hij beloofde Wim er maandag nog op terug te komen en als zich weer iets dergelijks voor zou doen, kon die hem direct bellen. Hij zou dan zijn collega van Gelderland en de AID rechtstreeks informeren. Het was té laat voor de boerenzwaluwen onder de bruggetjes langs het Nekkeveld, maar als zich weer zoiets voordoet kan er snel actie worden genomen via deze bereidwillige JanDirk Pater. tekst en foto: Wim Smeets
Nijkerk Natuurlijk
15
KRAMSVOGELS Als je in de herfst een driftig ‘tsjaktsjak-tsjak...’ hoort, dan weet je dat de kramsvogels weer zijn neergestreken in Nederland als doortrekkers en wintergasten. De kramsvogel (Turdus pilares) is familie van de merel en de lijster, maar hij is veel kleuriger. Zijn grijze kop en stuit steken mooi af tegen de bruine rug. De bleke onderkant draagt donkere pijlvlekken en lijkt soms een beetje geschulpt. Een kramsvogel is, met zijn ± 25 cm, wat groter dan een merel. Tjakker heet hij ook wel, logisch als je z’n roep hoort. In Drenthe noemen ze hem Schatliester of Schatterliester vanwege zijn schetterend geluid. Al in de 16e eeuw werd hij krometvogel genoemd, een naam uit een Duits dialect. De officiële Duitse naam voor de vogel is Wacholderdrossel. De wacholder is de jeneverbes. In sommige streken heette die struik kramat waaruit de naam kramatsvogel, krom(e)tvogel en krammetsvogel kon ontstaan. Het lijkt er op dat de kramsvogel genoemd is naar zijn voedsel: jeneverbessen. Maar is dat wel zo? Onderzoekingen hebben aangetoond dat kramsvogels veel meer houden van lijsterbessen, meidoorn- en duindoornbessen. Waarschijnlijker is dat de kramsvogels met de jeneverbes in verband worden gebracht omdat ze met jeneverbessen werden gekruid en gegeten! In een oud kookboek
16
Nijkerk
met recepten voor vogelgerechten worden twee recepten beschreven waarvan het eerste nogal luguber is. Dat leest u hier dus niet. Het tweede luidt: “Leg de vogels met veel boter en een kopje water in een aarden pot dicht tegen elkaar aan op het vuur, strooi er een beetje zout over en bak ze met gesloten pan zacht (één keer omkeren) zo lang tot ze heel knapperig geworden zijn. Omdat de vogels dikwijls jeneverbessen eten en men die bessen gewoonlijk in de maag vindt, doen sommigen er geen extra kruiden bij. Maar als een sterke jeneverbessmaak gewenst is, strooi dan geplette jeneverbessen, die zo vers mogelijk moeten zijn, in de braadboter.” Vroeger vingen de bewoners van de waddeneilanden in de herfst ook kramsvogels en andere lijsterachtigen met strikken om ze als delicatesse te verkopen. Gelukkig worden kramsvogels nu met rust gelaten. In de jaren ‘80 van de vorige eeuw waren er bijna 1000 broedparen in Nederland. Hoewel de soort nog
wel broedt in het zuiden en oosten van het land zijn de aantallen erg laag en is het hier nu een zeldzame broedvogel. Hij staat sinds 2004 als gevoelig op de Nederlandse rode lijst. Kramsvogels die in Nederland broeden trekken weg in zuidelijke tot zuidwestelijke richting, naar België en Frankrijk. Het zijn niet bepaald lange afstandstrekkers. De kramsvogel is een van de meest voorkomende vogelsoorten van Noord-Europa. Hij heeft een voorkeur voor een vochtige en koelere leefomgeving en wordt aangetrokken door gemengde, halfopen, naald- en loofbossen, verspreid begroeide landschappen, parken en grote tuinen. In Fenno-Scandinavië broedt zo’n 60% van de in totaal ongeveer 4,4 tot 8,7 miljoen Europese broedparen. In de broedgebieden met grote hoogteverschillen wordt vaak de koelere noordkant van de heuvels of rotsen opgezocht. Het nest wordt veelal in struiken en bomen op grotere hoogten gebouwd en is vaak opvallend onbedekt in een grote takvork. Het is een stevig bouwwerk van grof gras, halmen en bladeren. Van binnen
wordt dat aangesmeerd met vochtige aarde en na droging aangekleed met zachte materialen van diverse soorten. Dikwijls wordt door deze vogels in een soort kolonie van enkele tientallen nesten gebroed. Ze beschermen hun kolonie dan wel op een heel speciale manier. Als ze worden aangevallen door een roofvogel gaan ze vol in de aanval en poepen de rover trefzeker onder. Doordat die ontlasting opdroogt is het voorgekomen dat de rover niet meer kon vliegen en al hongerend aan zijn einde kwam. Het broedseizoen dat begint in april, in het hoge noorden zelfs later, duurt tot juli. In die tijd brengen kramsvogels veelal twee nesten met jongen groot. Het legsel bestaat meestal uit vier tot zes eieren die in 14 dagen worden uitgebroed. De jonge vogels verlaten na 13-16 dagen het nest en zijn na enkele dagen vliegvlug en met 30 dagen volledig zelfstandig. De kramsvogel is een algemene wintergast in ons land. Het vermoeden bestaat dat hij van oorsprong alleen in Siberië voorkwam in de Taigabossen, maar zich in de loop der jaren naar alle richtingen heeft uitgebreid. In oktobernovember trekt een deel van de kramsvogels, soms zelfs vrij massaal, naar WestEuropa. Deze exemplaren zijn waarschijnlijk vooral afkomstig uit de Zuid-Scandinavië en Noord-Rusland. Hoeveel dieren er bij ons verschijnen, is vooral afhankelijk van het weer in Noordoost-Europa.
Nijkerk Natuurlijk
17
Bij een langdurige oostenwind in de trektijd worden grote aantallen onze kant op gedreven. Bij andere weersomstandigheden belanden ze in Zuidoost-Europa. Het voedsel van de kramsvogel is sterk seizoengebonden en bestaat
ROLLENDE KERSENPITTEN Dat vogels, o.a. spreeuwen en merels, zich graag te goed doen aan kersen, weet ik maar al te goed. In mijn middelbare schooltijd was het thuis verplicht om ’s morgens voor het naar school gaan (12 km. fietsen) eerst een uurtje spreeuwen te gaan verjagen in de kersenboomgaard. Oh, wat heb ik die vogels toen gehaat!!
18
Nijkerk
in het voorjaar en in de zomer in hoofdzaak uit regenwormen en verder uit slakjes, spinnen, rupsen, sprinkhanen, kevertjes en andere insecten. Eenmaal hier kunnen ze in de herfst in enorme groepen door boomgaarden struinen, op zoek naar valfruit dat is blijven liggen. In de duinen kom je kramsvogels eveneens in grote massa’s tegen. Ze vinden er een rijk gedekte tafel en doen zich tegoed aan allerlei wilde bessen die in het late najaar nog te vinden zijn, zoals vlier-, meidoorn-, sleedoorn-, egelantier-, liguster- en duindoornbessen. Bron: Natuur Net Nieuws, uitgave van Stichting Bomen Over Leven
Een honderd meter bij mij vandaan in de straat staat een kersenboom met nogal wat kleine en halfrijpe kersen. Onlangs zat ik onder de warme parasol mijn krantje te lezen, toen ik opeens een geluid hoorde alsof er kiezelsteentjes van het dak afrolden. En ja hoor, het waren er een stuk of tien, egaal rond en inmiddels zwart van kleur. Hoe kon dat nou gebeuren. Wat bleek? Op de nok van het dak marcheerde een forse houtduif, en blijkbaar zaten die kersenpitten hem dwars. En wat doet zo’n duif mij dan? In ieder geval verbazen! Jan Gorris
Nijkerk Natuurlijk
19
Excursie Nachtvlinders
Vogeltelling
Excursie op het landgoed Gerven
Reserve Excursie Nachtvlinders
Winteravond
Reservemiddag excursie op het landgoed Gerven
Vogelinventarisatie
Vogeltelling
do. 3 okt.
za. 5 okt.
za. 5 okt.
do. 10 okt.
do. 10 okt.
za. 12 okt.
za. 19 okt.
za. 2 nov.
Datum Activiteit
Bij de plasjes van Vitens Westdijk Bunschoten
Delta Schuitenbeek bij Putter Stoomgemaal
NS-Station
Groenhorstcollege
Elzenhoeve
NS-Station
Bij de plasjes van Vitens Westdijk Bunschoten
Elzenhoeve
Plaats
4e kwartaal
Programma
Jan Fossen
Gids(en)
Leendert de Boer
In samenwerking met Groei en Bloei
Jan Fossen
Leendert de Boer
9.00 – 10.00 u. Wim Smeets
9.00 – 10.00 u. Hanneke Bronkhorst
14.00 u.
19.45 u.
22.00 u.
14.00 u.
9.00 – 10.00 u. Wim Smeets
22.00 u.
Tijd
Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid
Vogelinventarisatie
IVN-publiekswandeling
Vogeltelling
Kerstmarkt
Vogelinventarisatie
za. 16 nov.
zo. 17 nov.
za. 7 dec.
za. 14 dec.
za. 21 dec.
Delta Schuitenbeek bij Putter Stoomgemaal
Zie de pers
Bij de plasjes van Vitens Westdijk Bunschoten
Zie de pers
Delta Schuitenbeek bij Putter Stoomgemaal
Zie de pers
9.00 – 10.00 u. Hanneke Bronkhorst
Anneke Oudejans
9.00 – 10.00 u. Wim Smeets
Lucie Wessel en Gerrie de Gooijer
9.00 – 10.00 u. Hanneke Bronkhorst
Rien Loman en Bertine van den Berg
Voor meer informatie bel (033 - 246 12 71), of mail (
[email protected]). Op de winteravonden wordt aan de deelnemers een vrijwillige financiële bijdrage gevraagd.
Dit programma is onder voorbehoud. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de website, www.ivn-nijkerk.nl en volg de aankondigingen in de plaatselijke bladen en op de kabelkrant.
Landelijke natuurwerkdag
za. 2 nov.
IVN leden krijgen 15 % korting
22
Nijkerk
Verrekijkers Verrekijkers hebben maar één doel en dat is het object dat u wilt bekijken dichterbij halen. De reden dat er zoveel verschillende modellen bestaan is dat er niet één verrekijker bestaat die voor alle doeleinden geschikt is. Een zeiler die een boei probeert waar te nemen heeft absoluut niets aan een 8×21 pocket-kijker die echter weer door een rugzaktoerist als je-van-het wordt ervaren, terwijl een jachtopzichter weer heel andere eisen aan zijn kijker zal stellen. Graag wil ik enige uitleg en informatie verschaffen waar u op moet letten bij de aanschaf van een verrekijker.
De vergrotingsfactor en het gezichtsveld
Als u de natuur zo veel mogelijk met rust wilt laten en schuwe dieren toch wilt waarnemen, dan is een hoge vergrotingsfactor voor u ideaal. Toch??? Een 8 x 40, 10 x 70 of een 20 x 80, alles is mogelijk.
Wat betekenen deze cijfers nu eigenlijk?
De 10 staat voor de vergrotingsfactor en de 70 voor de diameter van het objectief in millimeters. U moet zich wel realiseren dat een kijker van het formaat 10×70 een joekel van een apparaat is, dat ook nog eens uit de losse pols moeilijk stil te houden is. Ergo, u hebt formidabel kijkcomfort maar u levert in op draagcomfort. Daarbij komt dat uw gezichtsveld kleiner wordt naarmate de vergrotingsfactor hoger wordt. Het gezichtsveld geeft de diameter in meters die u horizontaal kunt waarnemen op een afstand van 1000 meter. Hoe hoger dit
getal, des te breder uw gezichtsveld is. Dit is voor u van belang om te weten als u overweegt een kijker aan te schaffen waarmee u veel naar vliegende vogels wilt kijken.
Uittrede pupil
Stelt u zich de volgende situatie eens voor: Het is eind juni en de schemer ingetreden. Plotseling ziet u een ree uit een donkere bosrand komen. Behoedzaam reikt u naar uw 8 x 21 verrekijker en brengt deze naar uw ogen, tenslotte had u deze voor dit soort doeleinden gekocht. U kijkt naar de ree en tot uw stomme verbazing ziet u met het blote oog beter dan door uw net aangeschafte kijker. Hoe kan dit? Hoe groter de objectiefdiameter, des te meer licht zal deze kijker kunnen doorlaten naar uw oog en des te meer details zult u waarnemen. Dit klinkt logisch maar er komt nog één niet te verwaarlozen factor bij. Bij zonnig weer sluiten uw oogspieren uw pupil tot ongeveer 2 mm. In het schemerdonker zal uw pupil gemiddeld 6 à 7 mm doorsnede hebben. Bent u boven de 50 jaren oud dan zal de kracht van uw pupilspier dusdanig zijn afgenomen dat uw pupil maar maximaal 5 mm doorsnede zal bedragen. Laten we als voorbeeld een verrekijker nemen van 8 x 40. De vergrotingsfactor is 8 en de diameter van de voorste lens, het objectief, is 40 mm. Als we nu de objectiefdiameter (40) delen door de vergrotingsfactor (8) dan komen we op 5. De uittrede pupil van deze kijker is dus 5 mm doorsnede.
Nijkerk Natuurlijk
23
Bij een 8 x 21 kijker is deze dan dus……….. juist: 2.5 mm doorsnede. Weet u nog ons probleem? Het was 22.45 uur en onze pupillen stonden voor maximale lichtontvangst geopend en dus op gemiddeld 6 mm doorsnede. Uw oog “vroeg” dus 6, maar kreeg maar 2.5. Met andere woorden, met uw blote oog kon u meer waarnemen dan door dit kijkertje. De lichtsterkte van deze kijker schiet tekort voor dit specifieke doeleinde. Zou het getal hoger zijn geweest dan 5, dan had u wel goed zicht gehad. Hoger dan 7 is volledig zinloos omdat uw pupil toch niet meer dan 7 mm doorsnede kan bedragen. Het is dus de uittrede pupil die bepaalt hoeveel licht uw oog bereikt en deze wordt berekend door de objectiefdiameter te delen door de vergrotingsfactor. De helderheid die een kijker biedt, wordt bepaald door de effectieve lichtwaarde. De lichtsterkte dus!! Deze kunnen we berekenen door de uittrede pupil met zichzelf te vermenigvuldigen. Pakken we onze 8 x 40 weer eens op, dan weten we dat zijn uittrede pupil 5 bedraagt. 5 x 5 is…..25! Hoe hoger dit getal is, des te helderder het beeld in uw kijker is. Dit heeft een maximale grens tot 50. Daarboven heeft geen zin, want dat levert voor ons menselijk oog geen extra helderheid meer op. Ergo, een 7 x 50 bijvoorbeeld geeft een maximaal helder beeld want zijn uittrede pupil is 7. En 7 maal 7 is 49 en dus bijna het maximaal haalbare.
Schemergetal
Dit brengt ons naar het volgende onderwerp en dat is het schemergetal.
24
Nijkerk
Elke kijker heeft ook een schemergetal. Dit getal geeft het vermogen van de kijker weer om onder slechte lichtomstandigheden toch nog goed te kunnen waarnemen. Dit getal dient zo hoog mogelijk te zijn! Is de waarde beneden de 15 dan is uw kijker eigenlijk uitsluitend geschikt om er overdag mee waar te nemen. Hoe berekent u nu het schemergetal? U vermenigvuldigt de vergrotingsfactor met de objectiefdiameter en uit dit getal trekt u de wortel en dat is uw schemergetal. Onze kijker is een 7 x 50. 7 maal 50 is 350. De wortel van 350 is 18.7. Dit ligt boven 15 en is dus goed te noemen.
Dichtbij bereik
Als u in een winkel door een verrekijker tuurt, dan kijkt u meestal naar het verst verwijderde punt, want alleen dan denkt u voor uzelf te kunnen bepalen hoe dichtbij het bekeken object wel kan komen. Probeer absoluut de kijker ook eens op een paar meter afstand uit. Dit wordt aangeduid als het “dichtbij bereik” van de kijker. Sommige kijkers hebben een dichtbij bereik van 2 meter. Anderen van 8 meter! Een mooie vlinder op een bloem op drie meter afstand met een 10×42 kijker bekeken is omgerekend op dertig centimeter bekeken met het blote oog, alleen verstoort u zijn/haar rust niet!!!
Persoonlijk
Al met al, de keuze voor een verrekijker is heel persoonlijk. Test uitgebreid in de winkel en neem desnoods een paar kijkers mee naar huis om deze in de praktijk uit te testen. Veel kijkplezier!
Eric van der Goot
Vlinder- en Foto werkgroep
Zeldzame waarneming bij de nachtvlinderlamp in Holkerveen Op een warme nacht laat ik de nachtvlinderlamp de hele nacht branden aan de gevel van het huis en de volgende morgen vroeg kijk ik wat voor soorten er zitten, soms wel 20 à 30 soorten (mooi als je je nachtvlinderverzameling wilt uitbreiden, maar dan bedoel ik natuurlijk je nachtvlinder-FOTOverzameling!) Zo’n nachtvlinderlamp levert ook nog wel eens een andere vondst op: op een morgen in juli vonden we een neushoornkever (Oryctes nasicornis)! Deze kevers zijn vrij zeldzaam. Ze vliegen in juni en juli ’s avonds en ’s nachts rond. Volwassen kevers leven slechts 4-8 weken; het wijfje legt haar eitjes In composthopen en ander afgestorven plantenmateriaal, dat later als Groot avondrood (Deilephila elpenor)
Braamvlinder (Thyatira batis)
Neushoornkever (Oryctes nasicornis)
voedsel voor de larven dient. De larve wordt maximaal 11 cm lang, maar het duurt soms wel vijf jaar voor ze deze lengte hebben bereikt. De larve eet rottend plantenmateriaal en verpopt zich in een cocon. Verder heb ik verschillende mooie nachtvlindersoorten gezien zoals het groot avondrood, de braamvlinder en het kroonvogeltje. tekst en foto’s: Henk van den Burg Kroonvogeltje (Ptilodon capucina)
Nijkerk Natuurlijk
25
Vlinderexcursie naar Meijendel bij Wassenaar IVN Nijkerk heeft dit jaar op 10 augustus de vlinderexcursie georganiseerd, die samen met het KNNV Harderwijk jaarlijks wordt gehouden. Ditmaal was de excursie naar Meijendel bij Wassenaar, het waterwin- en natuurgebied van Dunea. Omdat het duingebied aan te bevelen is voor een dagje uit, wordt naast het verslag van de excursie, ook algemene informatie gegeven over Meijendel. De excursie is georganiseerd door Henk van den Burg en Wilco Klompenhouwer in samenspraak met Harm Werners van het KNNV. Henk van den Burg verricht met zijn Grondverzetbedrijf werkzaamheden in Wassenaar. Tijdens werkzaamheden kwam Henk toevallig in gesprek met een IVN-natuurgids voor het duingebied Meijendel. Deze natuurgids, Henk van Haastregt, is onze gids geweest tijdens de excursie. Door Henk van den Burg was in de aankondiging een fles wijn toegezegd aan diegene die als eerste de (duin) parelmoervlinder zou spotten. Een heel bijzondere Argentijnse wijn van de Salentein. Hans Preusterink streek de eer en de fles wijn op.
26
Nijkerk
Meijendel
Tussen Scheveningen en Wassenaar ligt Meijendel met een oppervlakte van 1875 hectare. Deze jonge duinen zijn in de late Middeleeuwen ontstaan. Meijendel (dal van de meidoorns) is een zeer gevarieerd duingebied, rijk aan flora en fauna. Het buitenduin ligt aan de zeezijde, een gebied met vochtige duinvalleien en wisselende grondwaterstand. Hier groeien specifieke soorten, zoals orchideeën en parnassia. In het middenduin, waar de infiltratieplassen liggen t.b.v. het drinkwater, is de begroeiing hoger. Hier staan meidoorns en lokaal is er wat moeras, bos en rietland te vinden. Tussen midden- en buitenduin zijn oude landbouwvalleien gelegen, zoals vallei Meijendel, Kijfhoek en Bierlap. Deze bestaan voornamelijk uit duinbos met enkele open duingraslanden.
Bezoekerscentrum de Tapuit van Dunea
Vertrekpunt voor de excursie was het bezoekerscentrum “De Tapuit” van het Waterleidingbedrijf Dunea,
gevestigd in een uit 1840 stammende boerderij. De Tapuit is de plek om informatie op te doen over de natuur en de waterwinning. Henk van Haastregt, onze IVN-gids stond ons al op te wachten.
De Excursie
De excursie ging eerst naar een bosgebied, met een legertent. Hier werden we door de vrouw van de natuurgids verrast met een kop koffie. Tijdens de koffie werd ons door de gids verteld over het ontstaan van de duinenrij en het achterliggende polderlandschap. Gids en echtgenote werden hier door Henk verrast met elk een fles Salenteinwijn. Na de koffie ging de route, met de klok mee, via een deel van de blauwe route, tot aan het toegangshek van het beschermde Kijfhoek en Bierlap. Op de route naar het toegangshek bevindt zich een uitkijktoren met een mooi uitzicht over het gehele gebied en de achterliggende skyline van Den Haag en Scheveningen. Op dit deel bevindt zich ook een uitkijkscherm bij één van de infiltratiebekkens. Hier kunnen vogels, vooral in het voorjaar, worden gespot. Na het toegangshek zijn we eerst naar een moerasachtig bloemenweitje gegaan, met veel orchissen en veel vlinders. Kijfhoek en Bierlap blijkt een enorm gebied te zijn, waar je zonder kaart makkelijk de weg kwijt raakt. De enige oriëntatie zijn groene paaltjes met nummers, die terug te vinden zijn op de routekaart. In dit gebied hebben we enkele uren
Parelmoervlinder open en gesloten
met de natuurgids rond gezworven. Voor de gids overigens moeilijk om zijn kennis over te brengen. Een groot deel van de groep was te druk met het fotograferen van vlinders, sprinkhanen e.d. Interessant was zijn demonstratie met het duinsterretjesmos en met het elandgeweimos (zomersneeuw). Deze doen in de droogte verdord aan, maar leven en kleuren zeer snel op als er wat water over gesprenkeld wordt.
Waargenomen soorten
Door Betty Dekker van het KNNV zijn de waargenomen soorten bijgehouden. Bij het eerste bloemenweitje: zwartsprietdikkopje, icarusblauwtje,
Nijkerk Natuurlijk
27
oranje zandoogje, bruin zandoogje, koevinkje, hooibeestje, bruin blauwtje, citroenvlinder, klein geaderd witje, dagpauwoog, landkaartje, kleine vuurvlinder, gamma-uil, grote beer, pop sint-Jansvlinder, watersnuffel, bruinrode heidelibel, blauwvleugelsprinkhaan.
purperspanner, houtpantserjuffer, paardenbijter, steenrode heidelibel, blauwvleugelsprinkhaan, knopsprietje, glanzende houtmier, populierenhaantje, duinsterretje (mosje), elandgeweimos (zomersneeuw). Een zeer geslaagde excursie, ik heb er van genoten.
Op het terrein van de Kijfhoek, naast enkele bovengenoemde soorten: gehakkelde aurelia, kleine parelmoervlinder, bont zandoogje, heivlinder,
Aad van den Bos, Vlinderwerkgroep.
Voor: - Ontwerp & Aanleg van uw tuin - Onderhoud & Sierbestrating
Zelderseweg 3 Zwartebroek Tel: 033-245 3095 / 0342-462 868 www.muishoveniers.nl 28
Nijkerk
Het Tuincentrum voor uw - Tuinplanten - Bomen in velerlei soorten - Haagplanten, Beuken Coniferen Taxus enz.
Herfst
ANGS DE WEGEN, LANGS HET WATER, IN HET BOSCH EN IN DE AFGELEGEN DUINVALLEI BLIJVEN DAPPERE BLOEMEN BLOEIEN TOT AAN HET EINDE DES JAARS EN VOOR SOMMIGE SCHIJNT DE HERFST DE MEEST VERKIESLIJKE BLOEITIJD TE ZIJN.
Kamperfoelie.
Bitterzoet.
Koninginnekruid.
Herfstpaardenbloem.
Ingezonden door een bewonderaar van Jac. P. Thijsse
Nijkerk Natuurlijk
29
Bijzondere belevenis van fotograaf Wim Smeets
Bizar gedrag van een waterral
Sinds de laatste week van juli fotografeer ik bijna dagelijks een tweetal juveniele waterrallen op het terrein Holk van waterbedrijf Vitens. Een derde jonge vogel laat zich af en toe horen maar niet zien. Ik fotografeer daar naast een vaste hut, op de grond liggend achter een camouflagenet. Dit om een zo laag mogelijk standpunt te krijgen, wat ik mooier vind voor mijn foto’s. De hut staat aan de rand van een plasje omgeven door riet. In het begin waren de beide vogels erg schuw en schrikkerig. Na een tijdje ging dat wat beter en reageerden zij niet meer op het klikken van mijn camera of het bewegen achter het camouflagenet. Een van de beide jonge vogels is dominant en minder schuw. Hij is het meest in beeld. Gistermorgen, half augustus, was de dominante vogel ruim twee uur in het zicht, waarvan bijna de hele tijd zich poetsend. Toen ik, na een paar De Waterral komt dichterbij lopen terwijl ik op de grond liggend fotografeer
uur liggend te hebben doorgebracht, het genoeg vond, zat de vogel nog steeds zich te poetsen. Het licht werd harder en ik besloot op te stappen. Ik ging rond half elf de hut uit en brak mijn camouflagenet en foto-opstelling af. De vogel bleef zich gewoon poetsen, op ongeveer vijftien meter afstand. Daarna ben ik het kruid, dat hinderlijk voor mijn cameraopstelling stond, gaan knippen met een tuinschaar. De waterral kwam dichterbij en ging foerageren op vier meter afstand, terwijl ik luid aan het knippen was. Hij trok zich niets van mij aan, keek af en toe naar mij en ging door met foerageren. Ik kon mijn ogen niet geloven, zo dichtbij en totaal onbevreesd! Toen ik om half twaalf wegging, was hij zich weer aan het poetsen op de achterkant van het plasje. Vanmorgen werd het zo mogelijk nog bijzonderder. Toen ik nauwelijks in mijn hutje zat, nadat ik mijn opstelling opgebouwd en het voer uitgelegd had, kwam de waterral naar mij toe lopen. Hij stopte op ongeveer een meter voor de hut, keek even om zich heen en liep daarna om het camouflagenet heen. Vandaar keek hij kort naar mij en zo te zien zonder enige vorm van angst. Daarna liep de waterral door het hoge gras weg. Een goed uur later herhaalde zich dit laatste tafereel terwijl de tweede waterral aan het foerageren was. Ik heb nog nooit meegemaakt dat een in het wild levende waterral zich zo op zijn gemak voelt met mij en zelfs belangstelling voor me toont. Wim Smeets
30
Nijkerk
Waterdiertjes zoeken
Verslag van een
hadden de cursus gevolgd tot schoolgids en al heel wat praktijkervaring opgedaan. Wat zijn nou de voorbereidingen om zo’n excursie tot een succes te maken?
Op deze zonnige dag kreeg ik vrij plotseling de mogelijkheid om mijn tweede snuffelstage mee te lopen met de Scholenwerkgroep van IVN Nijkerk.
Anita vertelde dat Marijke Bakker, de coördinator van de Scholenwerkgroep IVN Nijkerk, op verzoek een informatiepakket naar de school stuurt, ter voorbereiding. Ook de leerkrachten van de lagere school waren zeer enthousiast. Ze hadden ook zelf nog deze excursie met de kinderen voorbereid, o.a. door met de klas naar een tvprogramma van ‘Het Klokhuis’ te kijken over ‘slootdiertjes’ en verder hadden kinderen al kennisgemaakt met de waterdiertjes door middel van spreekbeurten in de klas. Kortom, aan enthousiasme geen gebrek, dat was goed te merken aan de kinderen.
snuffelstage op dinsdag 4 juni 2013
Voor dit schooljaar was vandaag de laatste excursiedag “Waterdiertjes zoeken“ in de Strijlandvijver, hoek Chopinlaan/Barneveldse weg. ‘s Middags zou er een lagere school komen met kinderen uit groep vijf, verdeeld in twee groepen, de eerste om 13.30 en de tweede om 14.15 uur. Ik stond al op tijd bij de vijver toen er twee vrijwilligers aan kwamen met schepnetjes, bakjes, geplastificeerde informatie over waterdiertjes, etc. Ik heb mij even voorgesteld en uitgelegd wat de bedoeling was. Ondanks dat ze van niets wisten werd ik vriendelijk ontvangen, mocht alles vragen en foto’s maken. Anita en Hanneke vertelden dat ze dit al jaren deden met veel plezier. Ze
Nu de praktijk Als eerste werd begonnen een aantal plastic bakjes te vullen met slootwater, waar de kinderen de vangst in konden deponeren; deze stonden op de bank. De lijsten met de namen van de waterdiertjes werden er naast
Nijkerk Natuurlijk
31
gelegd. De meegebrachte schepnetjes lagen klaar voor gebruik, sommige kinderen hadden zelf een schepnetje en enkelen hadden ook laarzen aan. De eerste groep werd door Anita welkom geheten; er werd in het kort uitgelegd wat de bedoeling was: • hoe je met het netje door het water moest scheppen zonder de modder van de bodem mee naar boven te nemen, wat bijna altijd lukte • hoe je de vondst in het bakje kon doen, zodat het waterdiertje het zou overleven • verder werd erop gewezen op school eerst goed de handen te wassen; je weet nooit wat er in het slootwater zit Ook kregen kinderen de gelegenheid vragen te stellen.
32
Nijkerk
Nu aan de slag. Iedereen was enthousiast, dat was goed te horen. “Juf, ik heb een bloedzuiger“ of “ik heb een schorpioen” en alles wat tussen bloedzuigers en schorpioenen leeft in de sloot werd luid en duidelijk meegedeeld. Wat leuk! De gidsen en docenten hielden iedereen in de gaten. Het was een statusverhogend moment als je iets gevangen had; ze riepen dan “kom eens kijken wat ik heb!”. Ook al was het een minuscuul waterbeestje. Hier en daar moest je pessimisten, die dachten dat ze het niet konden, even helpen met opvissen en je zag ze opfleuren als ze ook iets in hun netje hadden zitten. Hanneke en Anita vingen de kinderen met hun buit in het netje op,
om alles in het bakje te doen, zodat er later even over nagepraat kon worden. Ik heb hier een paar foto’s van gemaakt, hoe ze de kinderen begeleidden en het zoveelste dikkopje in de bak deponeerden, met alle respect voor de vinder. In de tweede groep werd er zelfs een waterschorpioen gevonden, die - nadat hij wat beestjes in de bak had opgegeten - toch maar even apart werd gezet, want anders was het zielig voor de beestjes. Leuk hoe er met de kinderen werd meegedacht. Na een poosje werd er gestopt met scheppen en verzamelde de groep zich rondom de bakken om alle beestjes te benoemen. Apetrots dat ze namen kenden, je merkte dat ze dit in de klas al behandeld hadden.
Beide groepen kwamen van dezelfde school, de eerste groep ongeveer 24 en de tweede 11 kinderen. Men arriveerde op tijd en er werd ook op tijd afgesloten. Het was echt een doeexcursie op een prachtige lentedag. Anita en Hanneke kregen van een groep een applaus voor hun inzet. Daarna werd alles opgeruimd en was de excursie voor dit schooljaar beëindigd.
Afsluiting Ik heb deze excursie als zeer prettig ervaren, met kinderen werken vind ik sowieso al erg leuk. Ik wil hierbij Hanneke en Anita nogmaals hartelijk danken voor de opvang en begeleiding van deze snuffelstage. tekst en foto’s: Jos Belleman
Nijkerk Natuurlijk
33
Slakken(huizen) in de tuin Nu de tuinen en bermen langzamerhand wat leger worden doordat de planten afsterven, worden ze meer zichtbaar: slakkenhuizen. Ze zijn er in allerlei vormen en hebben vaak fraaie kleuren. Egels, spitsmuizen en vogels hebben de bewoner opgepeuzeld, insecten ruimen de laatste restjes aan de binnenkant van het slakkenhuis op. Goede kans dat onderstaande slakkenhuisjes ook in jouw tuin te vinden zijn.
Segrijnslak Het huis van deze soort is 25-35 mm lang. Het is geelbruin met een ribbelige structuur en een onderbroken spiraalvormige donkere band. De soort dankt zijn naam aan een hard soort leer met een korrelig oppervlak, dat segrijn genoemd wordt. Het is opmerkelijk dat deze slak graag van wietplanten eet.
Gewone tuinslak Dit slakkenhuis komt in verschillende kleurvariëteiten voor: van geel tot bruin tot roze. Er lopen een tot vijf spiraalbanden over het huisje, dat tussen de 18 en 25 mm groot is. De levende slakken passen de kleur van hun huis aan aan de plantengroei waarin ze leven, zodat ze moeilijker te vinden zijn voor hun aartsvijanden, de lijsters.
Heesterslak Het huisje heeft een bruine grondkleur met fijne, witte spikkeltjes en dwarsstreepjes en is 15 tot 23 mm groot. Over het midden loopt een donkerpaars tot bruine gekleurde band. De opening van het huisje is zo rond als een cirkel en wit. De soort komt algemeen voor in ruige terreinen, parken en bossen.
34
Nijkerk
Gewone barnsteenslak Een levende barnsteenslak bevat zo veel vocht, dat het lichaam opgezwollen is en daardoor niet meer geheel in het eivormige huisje past. Net als barnsteen is het huis geel tot lichtbruin gekleurd en het is 16 tot 22 mm groot. Deze slakken en hun huisjes zijn vooral te vinden langs oevers van vijvers, sloten en in natte graslandjes.
Grote glansslak Het huis van de grote glansslak is maar 11 tot 16 mm. Het huisje heeft een geelbruine kleur, de levende slak zelf is donkerblauw tot grijs. Het is een ‘roofslak’ die niet alleen van plantenresten leeft maar ook regenwormen, jonge naaktslakken en jonge huisjesslakken lust. Grabbel maar eens tussen het tuinafval of til wat stenen in de tuin op en de glimmende huisjes glanzen je tegemoet.
Haarslakje Een haarslakkenhuisje is vrij gemakkelijk te herkennen aan de korte en stevige haartjes op het huisje van de levende slak. Op lege huisjes zijn de haartjes vaak afwezig, maar met een loep is wel te zien waar ze vastgezeten hebben. Haarslakken zijn vrijwel overal in ons land te vinden, in tuinen en onder (vochtig) hout.
Boerenknoopje Het huisje heeft een grootte van 5,5 tot 7 mm en is hoornbruin geribbeld met roodbruine vlekjes. De slak leeft op vochtige plaatsen onder rottend hout, stenen of plantenbakken en voedt zich met hout, papier, rottend blad, kadavertjes en schimmels. Uit het blad “Grasduinen” eerder geplaatst in Natuurlijkerwijze van IVN Lunteren-Barneveld
Nijkerk Natuurlijk
35
Carabus Carabus ontdekt een link tussen de biologie en de metaalindustrie.
Aluminiumman Ik was een keer in de polder Arkemheen op slotentocht met een Hongaars meisje, een studente biologie, die hier een paar dagen te gast was. Ik was driftig met mijn net in de sloten aan het scheppen natuurlijk en ving een bijzonder dier, dat ik herkende als de toch vrij zeldzame waterstaafwants (Ranatra linearis). Vol trots toonde ik haar het beestje. “Aluminiumman”, zei ze en ging weer verder kijken in haar eigen net. Nou is mijn Hongaars niet zo daverend, dus uiteraard spraken we Engels. Maar ze had het uiterlijk van de wants exact getypeerd: een licht metalen mechaniekje, zo ziet hij er uit! Hij behoort tot mijn favorieten. Toen ik nog een jochie was ving ik er wel eens een in de gracht aan de
36
Nijkerk
Krudopstraat. Later voor het eerst weer, ook in onze polder, tijdens een IVN-excursie. Ik weet nog goed dat een meisje hem gevangen had en tegen mij zei: “Meneer, dit lijkt wel een wandelende tak, kijkt u eens even!” Ik versteende ter plekke; het dier lijkt inderdaad op een wandelende tak, maar dit was toch een echte Ranatra! Voor het laatst heb ik hem toen waargenomen ergens in de buurt van Alkmaar. Ook herinner ik mij een verhaal van Maarten ’t Hart. Dat ging ook over slootbeestjes. Hij schreef: “Ik zou toch zo graag nog eens een waterstaafwants vangen!”. Ook weer zo’n beest uit zijn jeugd. Zie je wel, iedereen heeft zijn eigen idool, dat nooit verloren gaat. Vooral bij biologen speelt dat sterk, heb ik gemerkt. Ikzelf ben gek op slangen, modderkruipers en hermelijnen, een ander kickt op tijgers, of op zijn of haar eigen hond. In 2002 heb ik diverse waterstaafwantsen gevangen, in de Nekkeveldsloten en de Rassenbeek; wel vóór het
schonen, want ze houden van zwaar begroeid water. Het is een superrover, die met zijn skeletachtig lichaam in de planten hangt: roerloos tot zijn prooi voorbijzwemt en dan natuurlijk: “Pats”! Twee grote grijpklauwen slaan toe. In het aquarium voerde ik ze vroeger met guppies. Prachtig om te zien hoe uit een warrige bos waterplanten plotseling een bijna onzichtbaar monster toeslaat. Schitterende mimicry: ik ben er wel, maar je ziet me niet!
Biologie
Waterstaafwants: Ranatra linearis: opvallend rood achterlijf. Heteroptera: Waterwantsen. Meestal carnivoor, overwinteren als adult (volwassen dier). Vrij zeldzaam. Komt voor in sterk begroeide poldersloten (open gebied). Volwassen dier: ca. 7 cm. Zeer lange adembuis, net als waterschorpioenen (Nepa) Legt eitjes in rottende waterplanten. De prooi wordt bliksemsnel gegre-
pen met vangpoten, die sterk doen denken aan een bidsprinkhaan (Mantis religiosa). De prooi kan vrij groot zijn, b.v. een jonge voorn, die dan uitgezogen wordt. Waterstaafwantsen kunnen vliegen, doch dit wordt zelden waargenomen. Bij warm weer, tijdens de schemer, verlaten ze (soms) het water. Vaak betreft het dan een sloot die op uitdrogen staat, of verontrusting, zoals koeien die komen pootjebaden. Mocht u enthousiast geworden zijn en een slootmens zijn, probeer dan eens zo’n sluipmoordenaar te vangen, stop hem in een aquariumpje met een bos waterplanten. Lampje erboven en wat voer natuurlijk (b.v. een dikke bromvlieg op het oppervlak). En dan maar kijken. Zijn subtiele gang naar de prooi kan lang duren, vooral als een visje uit de buurt van zijn schuilplaats blijft, want dan verlaat hij zijn post niet. En dan, ineens: “Pats”. De televisie blijft uit, het eten wordt koud en de kinderen willen niet naar bed. Allemaal door de Aluminium-one-man show. Carabus
Nijkerk Natuurlijk
37
Landelijke Dag Sovon 2013
Zaterdag 30 november De Reehorst, Ede Ja, u leest het goed. De Landelijke Dag van Sovon Vogelonderzoek Nederland verhuist dit jaar naar een nieuwe locatie: De Reehorst in Ede! De Reehorst is een uitstekend bereikbare locatie vrijwel naast station Ede-Wageningen met comfortabele lezingenzalen en een professionele uitstraling. De locatie mag dan nieuw zijn, de programmering is als vanouds gevuld met boeiende lezingen in diverse zalen en natuurlijk een uitgebreide informatiemarkt. De dag is gratis toegankelijk en bedoeld voor iedereen met een hart voor vogels en natuur.
Van de IVN-winkel Hoewel het – gelukkig – nog maanden duurt, liggen de kalenders voor 2014 van het Vogeljaar alweer op u te wachten. Zoals elk jaar zijn er 25 prachtige vogelfoto’s op deze halfmaandelijkse kalender te bewonderen, ook van Nijkerkse IVN’ers. De prijs bedraagt wederom € 8,95 per stuk.
38
Nijkerk
Programma: • Uitgebreide informatiemarkt met tal van kortingen en voordeeltjes. • Lezingen in vijf zalen. • Aandacht voor Jaar van de Patrijs (2013). • Jeugdprogramma (voor 8-14 jarigen). De organisatie is in handen van Sovon i.s.m. Vogelbescherming Nederland en de Nederlandse Ornithologische Unie (NOU). Houd de Sovon-website www.sovon. nl/ld in de gaten voor het definitieve programma! Waarnemers en andere relaties van Sovon krijgen begin oktober een uitnodiging thuisgestuurd. Tot zaterdag 30 november! Jeroen van Zuylen Coördinator Landelijke Dag ‘13
Verder zijn er agenda’s van Vogelbescherming, met lintje(!), met de week van maandag t/m zondag op één bladzijde, met veel notitieruimte en natuurlijk elke week een mooie vogelfoto, voor € 14,-- per stuk. Koop deze agenda en steun zo de vogels en onze plaatselijke IVN! Anneke Oudejans, Hoogstraat 47, tel. 2452409
Werkgroepen en Activiteiten Advertenties
Wilco Klompenhouwer 033 - 245 77 43
Boomfeest
Jan Smits
[email protected] 033 - 245 33 13
[email protected] Bunschoten/ Spakenburg Wim Smeets natuurwerkgroep Excursies
033 - 298 31 47
[email protected]
Vacant
[email protected]
Excursieberichten
Trees Gorris
033 - 245 47 31
Fotografie
Wilco Klompenhouwer 033 - 245 77 43
[email protected] [email protected] Kruidentuin
Marijke Langhorst
0341 - 35 52 91
[email protected]
Landschapsbeheer
Rien Loman
Nijkerk Natuurlijk
Jaap Schaap
033 - 246 18 54
[email protected] 033 - 253 60 34
[email protected]
Planten
Lydia Berghuis
0341 - 35 45 60
Marlies Roeloefs
0341 - 55 31 31
[email protected]
Scholenwerk
Marijke Bakker
0341 - 36 17 09
[email protected]
Vlinders
Lydia Berghuis
0341 - 35 45 60
[email protected]
Vogels
Hanneke Bronkhorst
0341 - 36 06 47
[email protected]
Website
Christa Smits
06 - 44 65 58 98
[email protected]
Winkel
Anneke Oudejans
033 - 245 24 09
Winteravonden
Arie van den Berg
033 - 246 12 71
[email protected]
Nijkerk Natuurlijk
39