Beroepscompetentieprofiel Applicatieontwikkelaar
Regie: ECABO Datum wijzigen: 9-2-2004 Versie 1
Print: 10-februari-2004
Pagina 1 van 14
BEROEPSCOMPETENTIEPROFIEL Applicatieontwikkelaar (ICT 004) Algemene informatie
datum: 9-2-2004
Onder regie van kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven
ECABO
versie: 1
Ontwikkeld door Brondocument(en)
ECABO, afdeling Ontwikkeling en Innovatie • Op zoek naar branchedoorsnijdende competentieclusters en nieuwe kwalificaties, een verkennend onderzoek naar ‘Witte vlekken’ in de KSB; ITS (1998) • Marktmonitor ICT; EIM in opdracht van MBO Taskforce ICT (november 2000) • Rapportage arbeidsmarktmonitor sector ICT; DUO Market Research (februari 2001) • De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2006; ROA (november 2001) • Trendgegevens beroepen 2001; ECABO, DUO Market Research (2001) • ICT Martkmonitor 2001-2002; Nederland~ICT (januari 2002) • Trends in IT 2002, op tijd investeren in de juiste technologie; IT-trends institute (april 2002) • CPB memorandum/CEP-op-maat ICT 2001-2003; CPB (april 2002) • Regioscans en arbeidsmarktanalyse ICT sector; Rijnland Advies (29 april 2002) • Eindrapportage Behoefteonderzoek ICT arbeidsmarktmonitor; MBO TaskforceICT (mei 2002) • ICT voor productiviteitssprong in mkb; Koninklijke Vereniging MKB-Nederland, Nederland~ICT, FHI (september 2002) • Arbeidsmarktmonitor Rijk. De ICT-functie bij het Rijk.; Min. van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Directie Persooneelsmanagement Rijksdienst (oktober 2002) • Intelligente apparaten. Een visie op embedded systemen voor Nederland; Min. van Economische Zaken, Embedded Systems Institute (november 2002) • De ICT arbeidsmarkt nader bekeken. Een kwalitatieve analyse van vraag en aanbod periode 1996-2006; ICTPunt Nederland (najaar 2002) • Trends in ICT 2003, What should managers expect?; Ernst & Young (december 2002) • De digitale economie 2002; CBS (2002) • Informatie, materiaal en producten uit de ‘Competentiepilot sector ICT’ (eind 2001-begin 2002) • Informatie uit en rapportage n.a.v. een BCP-klankbordgroep-bijeenkomst (op 18 februari 2003)
Legitimering beroepscompetentieprofiel - op format vereisten door - op inhoud door
Kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven ECABO
dd. 9-2-2004
ECABO Adviescommissie bestuur ICT Stuurgroep Loket MBO ICT
dd. 4-2-2004
Mogelijke functiebenamingen •
Ontwikkelaar
•
Programmeur
•
Softwareontwikkelaar
• Webdeveloper Loopbaanmogelijkheden De applicatieontwikkelaar kan doorstromen naar een grotere organisatie en/of een specialistische functie zoals die van applicatiebeheerder. Ook kan hij doorstromen naar een bredere functie zoals die van ICT-beheerder. Hij kan na bijscholing ook doorgroeien naar een functie op HBO-niveau. BEROEPSBESCHRIJVING
Print: 10-februari-2004
Pagina 2 van 14
beroepscontext / werkzaamheden
De applicatieontwikkelaar werkt bij bedrijven die software ontwikkelen. De applicatieontwikkelaar inventariseert de informatiebehoefte binnen de organisatie om vervolgens een applicatie te ontwerpen die in die informatiebehoefte voorziet. Hij onderzoekt hoe een applicatie een bijdrage kan leveren aan de gevraagde informatiebehoefte en maakt daartoe een functioneel ontwerp. Daarbij stelt hij ook de globale planning op, en bespreekt deze met de opdrachtgever/leidinggevende. Zo nodig worden aanpassingen gedaan in het ontwerp en/of de planning. Vervolgens stelt de applicatieontwikkelaar een technisch ontwerp op waarin hij de technische realisatie van de applicatie vastlegt. Hij realiseert de applicatie en voegt eventueel delen van applicaties samen. Tijdens de installatie wordt de applicatie ook regelmatig gestest en voert de applicatieontwikkelaar verbeteringen door. Tenslotte implementeert en test hij de applicatie.
rol en verantwoordelijkheden
De applicatieontwikkelaar opereert vaak solo, maar werkt ook samen met collega’s en draagt een behoorlijk grote verantwoordelijkheid. Hij is verantwoordelijk voor de functionele en technische inrichting van een applicatie en hij wordt beoordeeld op de resultaten. De applicatieontwikkelaar heeft vooral een uitvoerende en adviserende rol.
complexiteit
De complexiteit van de taken van een applicatieontwikkelaar neemt door een aantal factoren toe, zoals bijvoorbeeld door de toenemende groei van de informatiebehoefte, de technische ontwikkeling van hard- en software en de steeds hogere eisen aan de beschikbaarheid van informatie. Ook gebruikers die steeds kundiger worden op het ICT-gebied gaan steeds hogere eisen stellen aan de applicatieontwikkelaar. De Applicatieontwikkelaar moet daarom van veel aspecten op de hoogte zijn, goed kunnen communiceren en kunnen samenwerken.
typerende beroepshouding
De applicatieontwikkelaar stelt zich klantgericht, pro-actief, kritisch en flexibel op. Hij kan goed samenwerken met mensen op alle niveaus, werkt nauwkeurig, heeft doorzettingsvermogen en kan goed omgaan met tijdsdruk. Het juist interpreteren van gegevens is voor de applicatieontwikkelaar van groot belang, evenals probleem-oplossend en bedrijfsgericht denken. De applicatieontwikkelaar moet initiatief kunnen nemen en goed kunnen adviseren en organiseren binnen de richtlijnen van het bedrijf.
TRENDS / INNOVATIES Marktontwikkelingen
• kwaliteitseisen en standaarden veranderen voortdurend • toenemende groei van de informatiebehoefte • globalisering • zie ook de brondocumenten
Wetgeving overheidsregulering • regelgeving op gebied van beveiliging van informatiesystemen neemt toe • wetgeving met betrekking tot het omgaan met informatie speelt een grotere rol (wet op de privacy) • zie ook de brondocumenten Technologische ontwikkelingen
• toename gebruik internet, vraag naar web-based applicaties • snelle ontwikkeling nieuwe programmeertalen en -methodieken • zie ook de brondocumenten
Bedrijfsorganisatorische ontwikkelingen
• communicatie met gebruikers/klanten wordt steeds belangrijker • gebruikers die steeds kundiger worden op het ICT-gebied stellen steeds hogere eisen aan de Applicatieontwikkelaar • vraag naar ergonomisch verantwoorde gebruikersinterfaces • zie ook de brondocumenten
Internationale ontwikkelingen
• het werkgebied van de ICT is per definitie grensoverschrijdend, waardoor internationale ontwikkelingen altijd een rol spelen • veel standaarden worden op wereldniveau vastgesteld • zie ook de brondocumenten
Print: 10-februari-2004
Pagina 3 van 14
KERNTAKEN VAN HET BEROEP 1
Ontwerpt applicaties
2
Realiseert applicaties
3
Test en implementeert applicaties
Print: 10-februari-2004
Pagina 4 van 14
KERNTAAK 1 Ontwerpt applicaties proces
De applicatieontwikkelaar inventariseert de informatiebehoefte binnen de organisatie om vervolgens een applicatie te ontwerpen die in die informatiebehoefte voorziet. Hij onderzoekt hoe een applicatie een bijdrage kan leveren aan de gevraagde informatiebehoefte en maakt daartoe een functioneel ontwerp. Daarbij stelt hij ook de globale planning op, en bespreekt deze met de opdrachtgever/leidinggevende. Zo nodig worden aanpassingen gedaan in het ontwerp en/of de planning. Vervolgens stelt de applicatieontwikkelaar een technisch ontwerp op waarin hij de technische realisatie van de applicatie vastlegt.
rol / verantwoordelijkheden
De applicatieontwikkelaar opereert vaak solo, maar werkt ook samen met collega’s en draagt een behoorlijk grote verantwoordelijkheid. Hij is verantwoordelijk voor het functionele en technische ontwerp van een applicatie en hij wordt beoordeeld op de resultaten. De applicatieontwikkelaar heeft vooral een uitvoerende en adviserende rol.
complexiteit
De complexiteit van de taken van een applicatieontwikkelaar neemt door een aantal factoren toe, zoals bijvoorbeeld door de toenemende groei van de informatiebehoefte, de technische ontwikkeling van hard- en software en de steeds hogere eisen aan de beschikbaarheid van informatie. Ook gebruikers die steeds kundiger worden op het ICT-gebied gaan steeds hogere eisen stellen aan de applicatieontwikkelaar. De applicatieontwikkelaar moet daarom van veel aspecten op de hoogte zijn, goed kunnen communiceren en kunnen samenwerken.
betrokkenen
De applicatieontwikkelaar heeft contact met en overlegt met mensen op alle niveaus: management, leveranciers, vakgenoten binnen zijn afdeling, zijn direct leidinggevende, klanten, gebruikers en externe partijen/deskundigen.
(hulp-)middelen
De applicatieontwikkelaar maakt gebruik van specifieke ontwikkel- en testtools, alsook van documentatie in de vorm van (arbo)handboeken, opdrachtomschrijvingen, werkprocedures, naslagwerken en internetsites.
kwaliteit van proces en resultaat
Zorgvuldigheid en het juist interpreteren van gegevens is voor de applicatieontwikkelaar van groot belang bij het ontwerpen van een applicatie, evenals pro-actief, probleemoplossend en bedrijfsgericht denken. De applicatie moet afgestemd worden op de wensen van de gebruiker en passen binnen de organisatie. De applicatieontwikkelaar moet initiatief kunnen nemen en goed kunnen adviseren en organiseren binnen de richtlijnen van het bedrijf teneinde een applicatie te ontwerpen die aansluit bij en voorziet in de informatiebehoefte.
keuzes en dilemma's
Wensen van gebruiker versus technische mogelijkheden versus richtlijnen van de organisatie De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen hoe hij omgaat met het spanningsveld tussen de wensen van de gebruiker, technische mogelijkheden en de richtlijnen van de organisatie. Afwerken taken versus pro-activiteit De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij alleen de opdrachten die hij krijgt strikt uitvoert of dat hij ook mogelijke dienstverleningsverhogende activiteiten uitvoert of initieert. Tijd versus kwaliteit De applicatieontwikkelaar moet gezien de beperkte tijd die beschikbaar is regelmatig bepalen of bij de afhandeling van opdrachten de zorgvuldigheid boven de snelheid moet gaan of juist niet. Zelfstandigheid versus bevoegdheid De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij zelf de aangewezen persoon is om te bepalen of hij bepaalde werkzaamheden uit zal voeren of dat deze beslissing door zijn leidinggevende genomen moet worden. Prioritering De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen welke opdrachten voorrang hebben ten opzichte van andere.
Print: 10-februari-2004
Pagina 5 van 14
KERNTAAK 2 Realiseert applicaties proces
De applicatieontwikkelaar analyseert een functioneel en technisch ontwerp en stelt op basis hiervan een plan van aanpak op voor de realisatie van een applicatie. Ook richt hij een ontwikkelomgeving in en draagt hij zorg voor het beheer van deze ontwikkelomgeving. Voor de realisatie van een applicatie maakt de applicatieontwikkelaar gebruik van diverse programmeertalen en -methodieken en van ergonomisch verantwoorde gebruikersinterfaces. Samen met collega’s voegt hij diverse onderdelen van een applicatie samen tot één applicatie. Tijdens, maar ook vooral na, de programmeerwerkzaamheden test hij de werking van de applicatie of delen van de applicatie grondig. Leidraad hierbij zijn de doelstellingen en specificaties uit het functioneel en technisch ontwerp. Resultaten worden gerapporteerd aan de leidinggevende of projectleider. Tenslotte zorgt de applicatieontwikkelaar ervoor dat de gerealiseerde applicatie (of delen hiervan) volledig en op de juiste wijze wordt gedocumenteerd.
rol / verantwoordelijkheden
De applicatieontwikkelaar opereert vaak solo, maar werkt ook samen met collega’s en draagt een behoorlijk grote verantwoordelijkheid. Hij is verantwoordelijk voor de realisatie van een applicatie die voldoet aan de specificaties uit het functionele en technische ontwerp en hij wordt beoordeeld op de resultaten. De applicatieontwikkelaar heeft vooral een uitvoerende en adviserende rol.
complexiteit
De complexiteit van de taken van een applicatieontwikkelaar neemt door een aantal factoren toe, zoals bijvoorbeeld door de toenemende groei van de informatiebehoefte, de technische ontwikkeling van hard- en software en de steeds hogere eisen aan de beschikbaarheid van informatie. Ook gebruikers die steeds kundiger worden op het ICT-gebied gaan steeds hogere eisen stellen aan de applicatieontwikkelaar. De applicatieontwikkelaar moet daarom van veel aspecten op de hoogte zijn, goed kunnen communiceren en kunnen samenwerken.
betrokkenen
De applicatieontwikkelaar heeft contact met en overlegt met mensen op alle niveaus: management, leveranciers, vakgenoten binnen zijn afdeling, zijn direct leidinggevende, klanten, gebruikers en externe partijen/deskundigen.
(hulp-)middelen
De applicatieontwikkelaar maakt gebruik van specifieke ontwikkel- en testtools, alsook van documentatie in de vorm van (arbo)handboeken, opdrachtomschrijvingen, werkprocedures, naslagwerken en internetsites.
kwaliteit van proces en resultaat
Zorgvuldigheid en het juist interpreteren van gegevens uit het functionele en technische ontwerp is voor de applicatieontwikkelaar van groot belang, evenals proactief, probleemoplossend en bedrijfsgericht denken. De applicatieontwikkelaar moet initiatief kunnen nemen en goed kunnen adviseren en organiseren binnen de richtlijnen van het bedrijf teneinde een applicatie te realiseren die aansluit bij en voorziet in de informatiebehoefte.
keuzes en dilemma's
Tijd versus kwaliteit De applicatieontwikkelaar moet gezien de beperkte tijd die beschikbaar is regelmatig bepalen of bij de afhandeling van opdrachten de zorgvuldigheid boven de snelheid moet gaan of juist niet. Afwerken taken versus pro-activiteit De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij alleen de opdrachten die hij krijgt strikt uitvoert of dat hij ook mogelijke dienstverleningsverhogende activiteiten uitvoert of initieert. Zelfstandigheid versus bevoegdheid De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij zelf de aangewezen persoon is om te bepalen of hij bepaalde werkzaamheden uit zal voeren of dat deze beslissing door zijn leidinggevende genomen moet worden. Zelfstandigheid versus deskundigheid De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij zelf de aangewezen persoon is om een activiteit uit te voeren of dat hij een collega met de juiste expertise in moet schakelen. Speciale dienstverlening versus organisatievoorschriften De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij tegemoet komt aan speciale wensen van de klant of dat hij de voorschriften van de organisatie opvolgt. Prioritering De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen welke opdrachten voorrang hebben ten opzichte van andere.
Print: 10-februari-2004
Pagina 6 van 14
KERNTAAK 3 Test en implementeert applicaties proces
Na de realisatie van een applicatie gaat de applicatieontwikkelaar de nieuwe applicatie implementeren. Hiertoe stelt hij een implementatieplan op waarin hij de technische en organisatorische implementatie van de applicatie beschrijft. Vaak worden hierbij ook andere personen, zoals bijvoorbeeld de ICT-beheerder of de applicatiebeheerder, betrokken. Op basis van een implementatieplan wordt de applicatie geïmplementeerd. De applicatieontwikkelaar schrijft tevens een testplan voor een acceptatietest. Tijdens de implementatie biedt de applicatieontwikkelaar ondersteuning bij de uitvoering van de acceptatietest. Hij interpreteert de testresultaten, bespreekt de resultaten met alle betrokkenen en onderneemt zo nodig actie. De applicatieontwikkelaar stelt ook productdocumentatie op en legt belangrijke gegevens uit het ontwikkel- en implementatietraject vast. Tenslotte evalueert de applicatieontwikkelaar samen met de andere betrokkenen het implementatieproces en rapporteert hierover aan de opdrachtgever en/of leidinggevende.
rol / verantwoordelijkheden
De applicatieontwikkelaar werkt binnen deze kerntaakvaak samen met collega’s en draagt een behoorlijk grote verantwoordelijkheid. Hij is verantwoordelijk voor de implementatie van een applicatie en hij wordt beoordeeld op de resultaten. De applicatieontwikkelaar heeft vooral een uitvoerende en adviserende rol.
complexiteit
De complexiteit van de taken van een applicatieontwikkelaar neemt door een aantal factoren toe, zoals bijvoorbeeld door de toenemende groei van de informatiebehoefte, de technische ontwikkeling van hard- en software en de steeds hogere eisen aan de beschikbaarheid van informatie. Ook gebruikers die steeds kundiger worden op het ICT-gebied gaan steeds hogere eisen stellen aan de applicatieontwikkelaar. De applicatieontwikkelaar moet daarom van veel aspecten op de hoogte zijn, goed kunnen communiceren en kunnen samenwerken.
betrokkenen
De applicatieontwikkelaar heeft contact met en overlegt met mensen op alle niveaus: management, leveranciers, vakgenoten binnen zijn afdeling, zijn direct leidinggevende, klanten, gebruikers en externe partijen/deskundigen.
(hulp-)middelen
De applicatieontwikkelaar maakt gebruik van specifieke ontwikkel- en testtools, alsook van documentatie in de vorm van (arbo)handboeken, opdrachtomschrijvingen, werkprocedures, naslagwerken en internetsites.
kwaliteit van proces en resultaat
Zorgvuldigheid en nauwkeurig werken is voor de applicatieontwikkelaar van groot belang, evenals pro-actief, probleemoplossend en bedrijfsgericht denken. De applicatieontwikkelaar moet kunnen luisteren, initiatief kunnen nemen en goed kunnen adviseren en organiseren binnen de richtlijnen van het bedrijf teneinde de applicatie volledig en correct te implementeren.
keuzes en dilemma's
Zelfstandigheid versus bevoegdheid De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij zelf de aangewezen persoon is om te bepalen of hij bepaalde werkzaamheden uit zal voeren of dat deze beslissing door zijn leidinggevende genomen moet worden. Tijd versus kwaliteit De applicatieontwikkelaar moet gezien de beperkte tijd die beschikbaar is regelmatig bepalen of hij meer of minder tijd moet besteden aan (bepaalde aspecten) van zijn testwerkzaamheden. Speciale dienstverlening versus organisatievoorschriften De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij tegemoet komt aan speciale wensen van de klant of dat hij de voorschriften van de organisatie opvolgt. Regels/procedures versus eigen keuzes De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij zich houdt aan de regels en procedures of dat hij in het belang van de bruikbaarheid van de applicatie daarvan moet afwijken Directe klanttevredenheid versus zorgvuldig beheer De applicatieontwikkelaar moet gezien de beperkte tijd die beschikbaar is in concrete gevallen bepalen of directe dienstverlening noodzakelijk is of dat de tijd beter aan het zorgvuldig testen en implementeren van de applicatie besteed kan worden. Prioritering De applicatieontwikkelaar moet regelmatig bepalen of hij ingaat op informatieverzoeken van gebruikers of doorgaat met de uitvoering van zijn overige taken.
Print: 10-februari-2004
Pagina 7 van 14
KERNOPGAVEN VAN HET BEROEP 1
Werken met verschillende partijen De applicatieontwikkelaar staat voor de opgave om gedurende het proces van ontwerp tot implementatie, goed contact te onderhouden met alle betrokken partijen (opdrachtgever en gebruiker). Hij moet wensen en ideeën van opdrachtgevers en gebruikers inventariseren en vertalen naar een concreet product. Hij begeeft zich daarbij op het spanningsveld tussen de eisen van de opdrachtgever, de wensen van de gebruiker(s), de technische (on)mogelijkheden en de richtlijnen van de organisatie.
2
Zorgvuldig werken De applicatieontwikkelaar staat voor de opgave om zorgvuldig en nauwkeurig te werken. Het is belangrijk dat hij zich houdt aan gemaakte afspraken met de opdrachtgever en dat hij zijn werkzaamheden documenteert volgens de geldende regels. Belangrijk is dat de applicatieontwikkelaar tijd en specificaties in de gaten houdt en tijdig actie onderneemt bij overschrijding van deadlines of andere problemen.
Print: 10-februari-2004
Pagina 8 van 14
OVERZICHTSSCHEMA BEROEPSCOMPETENTIES EN KERNTAKEN KERNTAAK BEROEPSCOMPETENTIES
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
vakmatig-methodisch (VM) 1 Analyseren van de informatiebehoefte
X
2 Toelichten van functionele ontwerpen
X
3 Vertalen van functionele ontwerpen in technische ontwerpen
X
4 Maken plan van aanpak en inrichten van een ontwikkelomgeving
X
5 Ontwerpen en realiseren van gebruikersinterfaces
X
6 Realiseren van applicaties
X
7 Onderdelen van applicaties samenvoegen
X
8 Kwaliteit van applicaties vaststellen
X
9 Opstellen en uitvoeren van een implementatieplan
X
10 Opstellen en uitvoeren van een acceptatiestest
X
11 Evalueren van een implementatie
X
bestuurlijk-organisatorisch en strategische (BOS) 12 Projectmatig werken
X X X
13 Toetsen van opdrachten
X X X
14 Planmatig werken
X X X
sociaal-communicatieve (SC) 15 Schriftelijk en mondeling communiceren
X X X
16 Team- en doelgericht samenwerken
X X X
17 Adviseren en motiveren
X X X
18 Zich constructief en dienstverlenend opstellen
X X X
ontwikkelings (ON) 19 Eigen handelen evalueren en bijstellen
X X X
20 Nieuwe ontwikkelingen in het beroep volgen en toepassen
X X X
Print: 10-februari-2004
Pagina 9 van 14
OVERZICHTSSCHEMA BEROEPSCOMPETENTIES EN KERNOPGAVEN KERNOPGAVE BEROEPSCOMPETENTIES
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
vakmatig-methodisch (VM) 1 Analyseren van de informatiebehoefte
X X
2 Toelichten van functionele ontwerpen
X X
3 Vertalen van functionele ontwerpen in technische ontwerpen
X X
4 Maken plan van aanpak en inrichten van een ontwikkelomgeving
X X
5 Ontwerpen en realiseren van gebruikersinterfaces
X X
6 Realiseren van applicaties
X X
7 Onderdelen van applicaties samenvoegen
X X
8 Kwaliteit van applicaties vaststellen
X X
9 Opstellen en uitvoeren van een implementatieplan
X X
10 Opstellen en uitvoeren van een acceptatiestest
X X
11 Evalueren van een implementatie
X X
bestuurlijk-organisatorisch en strategische (BOS) 12 Projectmatig werken
X
14 Planmatig werken
X
sociaal-communicatieve (SC) 15 Schriftelijk en mondeling communiceren
X
16 Team- en doelgericht samenwerken
X X
17 Adviseren en motiveren
X
18 Zich constructief en dienstverlenend opstellen
X
Print: 10-februari-2004
Pagina 10 van 14
BEROEPCOMPETENTIES MET SUCCESCRITERIA Nr. 1 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze de informatiebehoefte van VM diverse disciplines binnen de organisatie in kaart te brengen en deze te vertalen in een functioneel ontwerp voor een applicatie. Succescriteria Proces
Betrekt de juiste disciplines binnen de organisatie Beschrijft, inventariseert en analyseert de informatiebehoefte en verifieert de correctheid ervan bij de betreffende disciplines Vertaalt de gesignaleerde informatiebehoefte in een passend functioneel ontwerp
Resultaat
Helder leesbaar functioneel ontwerp dat aansluit op de geconstateerde informatiebehoefte van de betrokken disciplines
Nr. 2 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze functionele ontwerpen toe te VM lichten en de opdrachtgever te adviseren over te nemen beslissingen over het ontwerp. Succescriteria Proces
Adviseert de opdrachtgever op correcte wijze Analyseert en interpreteert functionele ontwerpen correct en brengt te nemen ontwerpbeslissingen in kaart Verzorgt duidelijke inhoudelijke toelichting Inventariseert te nemen ontwerpbeslissingen met betrekking tot functionaliteiten
Resultaat
Tevreden en volledig geïnformeerde opdrachtgever
Nr. 3 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze functionele ontwerpen te vertalen VM in technische ontwerpen. Succescriteria Proces
Resultaat
Analyseert en interpreteert functionele ontwerpen correct Houdt zichtbaar rekening met eisen en wensen van gebruikers en technische (on)mogelijkheden Houdt rekening met in de organisatie gebruikte procedures, voorschriften en middelen bij het opstellen van het technische ontwerp Helder leesbaar en logisch technisch ontwerp dat voldoet aan de eisen en een goede vertaling is van het functionele ontwerp
Nr. 4 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze een plan van aanpak te maken VM voor het realiseren van een applicatie en om een ontwikkelomgeving in te richten en te beheren. Succescriteria Proces
Analyseert het functionele en technische ontwerp Inventariseert uit te voeren activiteiten en maakt een planning Bespreekt het plan van aanpak met de leidinggevende of projectleider en voert zo nodig aanpassingen door Richt de ontwikkelomgeving in conform de eisen van het ontwerp en houdt daarbij rekening met algemeen geldende procedures en regels Zorgt voor het beheer van de ontwikkelomgeving
Resultaat
Helder, logisch en volledig plan van aanpak dat geaccordeerd is door de leidinggevende/projectleider Ontwikkelomgeving is correct ingericht en beheerd
Nr. 5 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze ergonomisch verantwoorde VM gebruikersinterfaces te ontwerpen en realiseren. Succescriteria Proces
Analyseert het functionele en technische ontwerp en de gestelde ergonomie-eisen Inventariseert mogelijk te hanteren interfaces Ontwerpt een passende ergonomisch verantwoorde interface Bespreekt het interfaceontwerp met de leidinggevende/projectleider en het projectteam en voert zo nodig aanpassingen door Realiseert de interface in samenwerking met een projectteam
Resultaat
Print: 10-februari-2004
Duidelijk en ergonomisch verantwoord interfaceontwerp dat aansluit op het functionele en technische ontwerp Gebruikersinterface die voldoet aan de gestelde ergonomie-eisen
Pagina 11 van 14
Nr. 6 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze met diverse programmeertalen en –methodieken (onderdelen van) applicaties te realiseren en applicaties te documenteren. VM Succescriteria Proces
Analyseert het functionele en technische ontwerp Kiest een passende programmeertaal en –methodiek en maakt zich deze (indien nodig) eigen Realiseert (onderdelen van) applicaties en zorgt voor goede documentatie
Resultaat
Gerealiseerde (onderdelen van) applicaties voldoen aan de eisen van de opdracht Complete en goed verzorgde documentatie
Nr. 7 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze diverse onderdelen van VM applicaties samen te voegen tot één applicatie. Succescriteria Proces
Overlegt met collega’s welke onderdelen samengevoegd kunnen worden Stelt in overleg met collega's een plan van aanpak op Voert de werkzaamheden samen met collega’s correct en volgens planning uit Test de werking van de gerealiseerde applicatie en voert zo nodig aanpassingen door Zorgt voor goede documentatie
Resultaat
Goed werkende applicatie met bijbehorende documentatie De medewerker levert een constructieve en goede bijdrage aan het team
Nr. 8 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze de kwaliteit van applicaties vast VM te stellen op basis van systeemtests en hierover te rapporteren aan de leidinggevende. Succescriteria Proces
Analyseert de applicatie en bijbehorende documentatie inclusief het functionele en technische ontwerp Stelt een testplan op voor het testen van de applicatie Voert de tests samen met collega’s uit Noteert en interpreteert de resultaten (testrapport) en bespreekt deze met de leidinggevende
Resultaat
Duidelijk en logisch testplan Testrapport dat de kwaliteit van de applicatie beschrijft
Nr. 9 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze een implementatieplan op te VM stellen en uit te voeren. Succescriteria Proces
Analyseert het informatiesysteem, de documentatie en identificeert de betrokken disciplines Stelt samen met de betrokken disciplines een implementatieplan op dat de technische en organisatorische implementatie van een applicatie beschrijft Voert samen met de betrokken disciplines het implementatieplan volgens planning uit
Resultaat
Goed afgestemd en duidelijk implementatieplan Adequaat uitgevoerde werkzaamheden (tijdig, accuraat, in de juiste volgorde en volgens de regels en procedures) Applicatie die correct, volgens planning en binnen de afgesproken tijd geïmplementeerd is
Nr. 10 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze een testplan te schrijven en VM ondersteuning te bieden bij het uitvoeren van acceptatietests. Succescriteria Proces
Stelt een testplan op voor de acceptatietest en stemt dit af met de betrokken disciplines Voert het testplan samen met de betrokken disciplines uit Noteert en interpreteert de bevindingen Bespreekt de bevindingen en de te ondernemen acties met de betrokken disciplines Voert acties uit n.a.v. de testresultaten
Resultaat
Helder testplan Correct uitgevoerde testactiviteiten Duidelijk beschreven resultaten Correct uitgevoerde en juiste acties n.a.v. de testresultaten
Print: 10-februari-2004
Pagina 12 van 14
Nr. 11 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze de implementatie van applicaties te evalueren. VM Succescriteria Proces
Bestudeert de documentatie m.b.t. de implementatie, waaronder het projectplan en de resultaten van de acceptatietest Gaat voor zichzelf na wat goed is gegaan bij de implementatie en waar verbeterpunten liggen Bespreekt de bevindingen met de betrokken disciplines en legt de resultaten vast
Resultaat
Verklaringen van opdrachtgever(s), gebruikers en collega’s m.b.t. de implementatie Een correct en volledig afgeronde implementatie Eindrapportage
Nr. 12 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze projectmatig te werken. BOS Succescriteria Proces
Werkt volgens algemeen geldende procedures en regels binnen de eigen organisatie en die van klanten Past bij de uitvoering van een project de regels van het projectmatig werken correct toe Werkt goed samen met de leden van de projectgroep
Resultaat
De medewerker is een sterke schakel in de projectgroep Werkzaamheden zijn uitgevoerd volgens afspraak en volgens geldende procedures en regels
Nr. 13 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze zijn opdrachten te toetsen aan de BOS verantwoordelijkheden en bevoegdheden van hemzelf en die van collega’s. Succescriteria Proces
Vergaart kennis over en inzicht in de organisatiestructuur en -cultuur
Resultaat
Bepaalt wanneer een opdracht wel of niet binnen zijn eigen verantwoordelijkheden en bevoegdheden ligt of binnen die van collega's Handelt conform de verantwoordelijkheids- en bevoegdhedenhiërarchie
Nr. 14 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze zijn eigen werkzaamheden BOS planmatig te verrichten. Succescriteria Proces
Voert eigen werkzaamheden planmatig uit
Resultaat
Houdt rekening met veranderende eisen en omstandigheden in eigen werkomgeving en die van klanten Eigen planning wordt met de nodige flexibiliteit gehanteerd
Nr. 15 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze schriftelijk en mondeling te SC communiceren zowel in de Nederlandse als in de Engelse taal. Succescriteria Proces
Maakt efficiënt gebruik van communicatiemiddelen Draagt informatie correct over Spreekt correct in het Nederlands en het Engels Schrijft correct in het Nederlands en het Engels
Resultaat
Informatie is inhoudelijk correct en duidelijk geformuleerd Communicatiemiddelen worden efficiënt en correct ingezet Schriftelijke informatie bevat geen spel- of taalfouten
Nr. 16 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze samen te werken met klanten, SC leveranciers en collega’s op verschillende niveaus. Succescriteria Proces
Staat klanten, leveranciers, collega’s netjes te woord/is klantvriendelijk Komt afspraken na Werkt team- en doelgericht samen Stemt werkzaamheden af
Resultaat
Tevreden klanten, leveranciers en collega’s Goede contacten met klanten, leveranciers en collega’s Correct en prettig uitgevoerde samenwerkingsactiviteiten
Print: 10-februari-2004
Pagina 13 van 14
Nr. 17 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze functiegericht te adviseren en motiveren. SC Succescriteria Proces
Stemt de manier van communiceren af op de boodschap en de ontvanger Zet didactische en diplomatieke vaardigheden effectief in
Resultaat
Inhoudelijk correct advies of correcte motivatie Communicatiewijze sluit goed aan bij de ontvanger
Nr. 18 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om zich op adequate wijze in te leven in de situatie van SC collega's, leveranciers en klanten, en zich constructief en dienstverlenend op te stellen. Succescriteria Proces
Stelt zich constructief en klantvriendelijk op. Toont begrip voor reacties en gedrag van collega's, leveranciers en klanten. Leeft zich in in collega's, leveranciers en klanten.
Resultaat
Tevreden collega's, leveranciers en klanten.
Nr. 19 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze de effectiviteit en efficiëntie van ON zijn eigen werkzaamheden te bepalen en zijn inzichten op basis van de verkregen informatie bij te stellen. Succescriteria Proces
Vraagt op eigen initiatief en gericht naar de kwaliteit van uitgevoerde werkzaamheden en geleverde prestaties Gaat in geval van kritische opmerkingen niet in de verdediging Vergelijkt proces en resultaat met die van anderen, met procedures, criteria en/of voorbeelden en analyseert verschillen en overeenkomsten Erkent fouten en/of onvolkomenheden Geeft zijn eigen grenzen aan Stelt zich functionele en realistische leerdoelen
Resultaat
Brengt aantoonbare verbeteringen aan Heeft positief kritische houding ten opzichte van zichzelf
Nr. 20 Beroepscompetentie De applicatieontwikkelaar is in staat om op adequate wijze nieuwe ontwikkelingen in het ON beroep te volgen en toe te passen. Succescriteria Proces
Leest regelmatig vakliteratuur en kijkt naar relevante sites op intenet Maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken Volgt cursussen/trainingen met inzet en doorzettingsvermogen Vertaalt innovaties binnen zijn vakgebied naar concrete acties t.b.v. zijn werkzaamheden Test en beoordeelt nieuwe technieken, methoden en middelen Doet verbetervoorstellen en/of voorstellen voor de aanschaf nieuwe middelen Stelt functionele en realistische leerdoelen
Resultaat
Is op de hoogte van de laatste ontwikkelingen binnen het vakgebied Draagt aantoonbaar bij aan de kwaliteitsverbetering en efficiency van de werkzaamheden Relevante innovaties worden geïmplementeerd in de dagelijkse werkzaamheden Leergierige houding
Print: 10-februari-2004
Pagina 14 van 14