BELGISCH ADDENDUM BIJ HET UITGIFTEPROSPECTUS ADDENDUM VAN AUGUSTUS 2010 BIJ HET PROSPECTUS VAN DECEMBER 2009 INVESCO FUNDS SERIES 1-5 Gemeenschappelijk beleggingsfonds naar Iers recht conform de Richtlijn 85/611/EEG Beheermaatschappij van het gemeenschappelijk beleggingsfonds Invesco Asset Management Ireland Limited 1st floor, George's Quay House, 43 Townsend Street, Dublin 2, Ierland
De informatie in dit addendum moet samen met de informatie in het uitgifteprospectus worden gelezen. Dit addendum moet samen met het prospectus worden overhandigd aan elke belegger die in België inschrijft, in het kader van de Belgische wetgeving op het openbaar beroep op het spaarwezen. Dit addendum werd gepubliceerd na te zijn goedgekeurd door de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen, overeenkomstig artikel 119 van het Koninklijk Besluit van 4 maart 2005 met betrekking tot bepaalde openbare instellingen voor collectieve belegging en artikel 131 van de wet van 20 juli 2004 betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles. Deze goedkeuring houdt evenwel geen beoordeling in van de opportuniteit en de kwaliteit van de verrichting, noch van de situatie van de vennootschap die ze uitvoert.
1 Tussenpersoon belast met de financiële dienstverlening in België De taken van financieel beheer worden waargenomen door: RBC Dexia Investor Services Belgium N.V., 11 Rogierplein te 1210 Brussel. De loketdienst is gedelegeerd aan het centrale kantoor van Dexia Bank België NV, handelend voor rekening van RBC Dexia Investor Services Belgium NV: Dexia Bank België NV, 44 Pachecolaan te 1000 Brussel
2 Distributeurs in België -
AXA BANK BELGIUM, Grotesteenweg 214, 2600 Berchem; CITIBANK BELGIUM, Generaal Jacqueslaan 263g, 1050 Brussel; DEUTSCHE BANK, Marnixlaan 13-15, 1000 Brussel; SG PRIVATE BANKING, Kortrijksesteenweg 302, 9000 Gent; VAN LANSCHOT BANKIERS BELGIË, Desguinlei 50, 2018 Antwerpen; LELEUX ASSOCIATED BROKERS, Wildewoudstraat 17,1000 Brussel; CORTAL CONSORS NV, Koningsstraat 145, 1000 Brussel; BKCP, Kunstlaan 6-8, 1210 Brussel; BINCK BANK SA (Belgisch filiaal), De Keyserlei 58, 2018 Antwerpen.
Geen enkele distributeur biedt nomineediensten voor effecten op naam aan zoals gedefinieerd door de Circulaire van de CBFA ICB 4/2007.
3 Compartimenten toegestaan om een openbaar beroep op het spaarwezen te doen in België Enkel de onderstaande deelbewijzen van klassen van de compartimenten van het beleggingsfonds INVESCO FUNDS SERIES (“de Fondsen”) worden openbaar verhandeld in België. De deelbewijzen van de Fondsen zijn louter op naam. INVESCO FUNDS SERIES 5: o INVESCO PRC EQUITY FUND: in België aangeboden deelbewijzen: klassen A en A-EUR Hdg. De deelbewijzen B, C en I worden niet openbaar aangeboden in België. INVESCO FUNDS SERIES 2: o INVESCO GLOBAL HIGH INCOME FUND: in België aangeboden deelbewijzen: klassen A, AEUR Hdg, A-MD. De deelbewijzen B, C, C-EUR Hdg en I worden niet openbaar aangeboden in België. o INVESCO EMERGING MARKETS BOND FUND: in België aangeboden deelbewijzen: klassen A, A-EUR Hdg, A-MD. De deelbewijzen B, C, C-EUR Hdg en I worden niet openbaar aangeboden in België.
4 Niet-recurrente vergoedingen en kosten gedragen door de belegger in België In de valuta van het compartiment of als percentage van de netto-inventariswaarde per aandeel, voor INVESCO FUNDS SERIES 5, compartiment INVESCO PRC EQUITY FUND Intrede Uittreding Compartimentswijziging Tarieflijst: Verkoopvergoeding
Administratieve vergoeding Bedrag tot dekking van verwervings- of realisatiekosten
Deelbewijzen A en AEUR Hdg: Maximale plaatsingsvergoeding: 5,25% 20 EUR
-
Deelbewijzen A: 0,00%
-
20 EUR
20 EUR
-
Deelbewijzen A en AEUR Hdg: Maximaal 1,00% ten gunste van het compartiment
In de valuta van het compartiment of als percentage van de netto-inventariswaarde per aandeel, voor INVESCO FUNDS SERIES 2, compartimenten INVESCO GLOBAL HIGH INCOME FUND en INVESCO EMERGING MARKETS BOND FUND Intrede Uittreding Compartimentswijziging Tarieflijst: Verkoopvergoeding
Administratieve vergoeding Bedrag tot dekking van verwervings- of realisatiekosten
Deelbewijzen A, A-EUR Hdg, A-MD: Maximale plaatsingsvergoeding: 5,25% 20 EUR
-
Deelbewijzen A, A-EUR Hdg, A-MD: 0,00%
-
20 EUR
20 EUR
-
Deelbewijzen A, A-EUR Hdg, A-MD: Maximaal 1,00% ten gunste van het compartiment
De tarieven van de vergoedingen en kosten die zijn vermeld in de bovenstaande tarieflijst zijn de maximumtarieven die in België worden geheven. Raadpleeg de tarieflijst die als bijlage is bijgevoegd voor de tarieven die werkelijk in rekening worden gebracht door de tussenpersoon bij wie de inschrijving, de terugbetaling of de compartimentswijziging is uitgevoerd.
5 Beschikbare informatie in België De volgende documenten kunnen op schriftelijk verzoek worden aangevraagd bij de tussenpersoon die de financiële dienstverlening van de ICBE verzekert: -
het volledige prospectus en het vereenvoudigde prospectus van de ICBE; het beheerreglement van de ICBE; de jaar- en halfjaarverslagen.
Alle informatie die gepubliceerd is in het oorspronkelijke land van de ICBE wordt eveneens gepubliceerd in de Belgische nationale dagbladen L’Echo en De Tijd. Het betreft in het bijzonder, doch niet uitsluitend, de publicatie van de netto-inventariswaarde, de oproepen voor de algemene vergaderingen, de betaalbaarstelling van dividenden, de beslissing tot en de voorwaarden voor vereffening, fusie of splitsing en de opschorting van de berekening van de netto-inventariswaarde.
6 Voorwaarden voor inschrijving op en inkoop van de deelbewijzen van de ICBE •
• •
D = sluitingsdag voor de ontvangst van de orders: elke bankwerkdag in België en Ierland, vóór 10 uur (tijd in Brussel). De hier vermelde sluitingstijd voor de ontvangst van de orders geldt voor de tussenpersoon die belast is met de financiële dienstverlening. Wat de andere tussenpersonen betreft, wordt de belegger verzocht zelf informatie in te winnen over de sluitingstijd voor de ontvangst van orders die zij hanteren. Hier wordt echter expliciet gepreciseerd dat deze dienst door de financiële agent enkel wordt verzekerd tijdens die dagen die tegelijk bankwerkdagen zijn in België en in Ierland. Alle betalingen worden verricht via bankoverschrijving. Dpublicatie: datum gekoppeld aan de NIW van D bij de publicatie daarvan = D. D + 1 bankwerkdag in Ierland = datum waarop de netto-inventariswaarde wordt berekend.
•
D + 4 bankwerkdagen in België en in Ierland = datum voor de betaling of de terugbetaling van de aanvragen.
7 Minimumbedrag voor inschrijving • • •
Minimumbedrag voor de eerste inschrijving voor de deelbewijzen A en A-MD: 1.500 USD of een equivalent bedrag. Minimumbedrag voor de eerste inschrijving voor de deelbewijzen A-EUR Hgd: 1.500 EUR of een equivalent bedrag. Minimumbedrag voor latere inschrijvingen: 500 USD of een equivalent bedrag.
8 Fiscaal stelsel voor natuurlijke personen 8.1 Belasting van meerwaarden Zonder afbreuk te doen aan het fiscaal stelsel dat wordt uiteengezet in punt 8.2 hierna, zijn de meerwaarden die bij inkoop of verkoop van de deelbewijzen van de ICBE of bij de totale of partiële verdeling van het maatschappelijk kapitaal van de ICBE werden gerealiseerd, niet onderworpen aan de belasting van de natuurlijke personen indien de belegger handelt in het kader van het normaal beheer van zijn privévermogen. 8.2 Belasting van de interestcomponent van vorderingen bij de inkoop of de verdeling van het maatschappelijk kapitaal van een ICBE (kapitalisatiedeelbewijzen van de ICBE) Het hieronder beschreven stelsel geldt eveneens voor distributiedeelbewijzen uitgegeven door de ICBE. 8.2.1 Verkopen of verdelingen na 1/1/2008: Het fiscaal stelsel dat in dit punt wordt beschreven geldt ook wanneer de belegger geen meerwaarde realiseert. Het stelsel varieert al naargelang: • •
•
het compartiment minder dan 40% van zijn activa belegt in schuldinstrumenten. De belegger is niet onderworpen aan de roerende voorheffing van 15%; het compartiment meer dan 40% van zijn activa belegt in schuldinstrumenten. De belegger is onderworpen aan een roerende voorheffing van 15% op de inkomsten die, in de vorm van interesten, meerwaarden of minderwaarden, afkomstig zijn van het rendement van activa belegd in schuldinstrumenten; het compartiment wellicht meer dan 40% van zijn activa belegt in schuldinstrumenten. De belegger kan mogelijk onderworpen zijn aan een roerende voorheffing van 15% op de inkomsten die in de vorm van interesten, meerwaarden of minderwaarden, afkomstig zijn van het rendement van activa belegd in schuldinstrumenten.
8.2.2 Opmerking De belegger wordt verzocht om contact op te nemen met de tussenpersoon die belast is met de financiële dienstverlening (RBC Dexia Investor Services Belgium, 11 Charles Rogierplein, 1210 Brussel) of met zijn in punt 2 hierboven vermelde distributeur voor informatie over het in punt 8.2 vermelde fiscale stelsel dat op hem van toepassing is, rekening houdend met de belegging die hij wenst uit te voeren en, in voorkomend geval, het compartiment van het Fonds waarin hij wenst te beleggen.
8.3 Bedragen toegewezen door een gemeenschappelijk beleggingsfonds (GBF) Onverminderd de toepassing van de bepalingen vermeld in bovenstaand punt 8.2 zijn de bedragen die worden toegewezen aan een belegger door een GBF, met uitzondering van de bedragen toegewezen in het kader van een inkoop van deelbewijzen of van de verdeling van het maatschappelijk kapitaal van het GBF, onderworpen aan een roerende bronheffing van 25%. Deze roerende bronheffing zal niet geheven worden als de beheermaatschappij van het GBF de inkomsten op categorie opsomt (begrepen in de toegewezen bedragen) die door het GBF zijn toegewezen aan de belegger. 8.4 Bevrijdend karakter van de ingehouden roerende voorheffing Beleggers die natuurlijke personen zijn en die de roerende voorheffing hebben betaald, hoeven de inkomsten vermeld in de punten 8.2 en 8.3 hierboven niet langer aan te geven in hun jaarlijkse belastingaangifte (de voorheffing is bevrijdend). Als deze beleggers deze inkomsten echter hebben ontvangen zonder de roerende voorheffing te hebben voldaan, dienen zij de inkomsten aan te geven in hun jaarlijkse belastingaangifte. 8.5 Spaarrichtlijn 2003/48/EG Elke natuurlijke persoon die ingezetene is van een lidstaat van de EU en die inkomsten (interesten, dividenden, meerwaarden) van het gemeenschappelijk beleggingsfonds ontvangt via een uitbetalende instantie die gevestigd is in een andere lidstaat van de EU, dient informatie in te winnen over de wettelijke en reglementaire bepalingen die op hem van toepassing zijn.